Foto
Follow your bliss
De ups en downs van een schrijver, tolk, therapeut, echtgenoot
What we think we become
07-02-2009
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.mijn emailverkeer met Jef Hoeyberghs (laatste)

 

de overkoepelende instantie die scepticisme/sarcasme bedeelt aan mijn  doorsnee medemens rijft vast bakken vol geld binnen

kijk, er is mij verzekerd dat u een boek als het mijne graag zou lezen

misschien was die persoon stiepelzat of stond die stijf van de coke, het leek mij al vast van niet

wat kassa kassa betreft, op dit moment ben ik samen met een maat (die trouwens geneeskunde studeert, net als mijn lief) bezig met de uitbouw van een internetbedrijf. We hebben hiervoor contacten in New York, Hong Kong en sinds gisteren in Japan.

Om het simpel te stellen; wij zijn een voorschietfirma. Wij bestellen bij onze contacten, betalen, de producten komen over en de klant betaalt iets meer aan ons. De contacten krijgen 5 procent en wij ook.

Ik geloof in dit boek (en nog meer in mijn volgende boeken, want ik ben nog volop in rijping), al wat ik nodig heb is een uitgever die dat ook doet en tijd om te schrijven.

Als iemand als u zijn steun daar bij kan geven, ben ik vertrokken.

Ik schrijf trouwens nog sneller op commando, dus u kan net zo goed romans bij mij bestellen, ik schrijf ze wel, als uw voorstellen een beetje realistisch zijn.

Ik ben zelf iemand die interessante figuren aantrekt en er zijn verschillende mensen die hun ideeën voor romans bij mij droppen, omdat ze zelf niet in hun literaire kunnen geloven.

Als u wil, mail ik u nog meer van mijn schrijfproductie, u zal zien dat ik eender welke stijl aankan.

(ik ben trouwens echt niet zo'n stoefer, maar de bescheiden aanpak werkt blijkbaar niet in deze dingen)

Mijn eerste roman heette 'Dagboek aan zoon', dagboek aan ongeboren zoon, wel te verstaan.

Ik heb dat maar naar twee uitgeverijen gestuurd (Manteau en Van Halewijck)

Dat boek was rampzalig slecht, maar zowel Manteau als Van Halewijck lieten weten dat ik 'absoluut kon schrijven' maar dat mijn werk 'een rode draad' miste en dat ik 'mijn eigen stem' nog moest vinden. Manteau nodigde mij zelfs  uit op de boekenbeurs.

Ik ben dan wel een op aandachtbelust enig kind, maar ik implementeer altijd kritiek. Dus:

dit boek heeft wel degelijk een rode draad (namelijk: de relatie van de hoofdpersoon, de (waarschijnlijk) borderline patiënt Reimbrecht de Vic, met zijn vriendin, de irritante Cybil.

Mijn eigen stem vind ik steeds meer en groeien doe ik elke dag, alleen met uw steun nog veel sneller.

Over het boek zelf nog:

zelf ben ik het meest tevreden over de babysitscène, de verkrachtingsscène op het einde, de cokepsychose, het bezoek bij het dementerende koppel, de begrafenisscène (dostojevski meets the marx brothers is mij gezegd), de neef die terug komt van kamp, de rus die blijft logeren, raad de gruweldaad, de rommelmarktscène, de Perzische princes die zichzelf in brand steekt enz)

de eerste helft (dat is VOOR Cybil op inleefstage vertrekt naar Egypte) ervaren lezers als goed, maar de tweede helft vinden ze altijd beter.

De gewezen belgische ambassadeur voor onder andere China en Polen, Frank Ronse, vergelijkt mijn boek met 'Houellebecq in het Nederlands' en 'dieper dan Ik Jan Cremer'

Ik vind het zelf bijvoorbeeld stukken grappiger dan 'Kartonnen Dozen' van Lanoye of 'De man die werk vond' van Brusselmans

(dat mensen het boek vergelijken met de stijl van Brusselmans moet op toeval berusten, want uitgenomen voorgenoemd boek heb ik nooit iets van die mens gelezen)

Men vergelijkt het ook met de stijl van die kerel van 'de helaasheid der dingen' Dat kan ik nog minder bevestigen, want ik heb helemaal nooit een letter van die gelezen.

Wat kunt u van mij verwachten?

Ik ben altijd pijnlijk eerlijk over mezelf en anderen, Ik kan u desgewenst een goudeerlijke auto-analyse bezorgen, ik oefen mijn interviews met HUMO al sinds mijn vroegste herinneringen, ik heb biografiën van bekende figuren ingedronken, ik lijk karakterieel op de volgende mensen (en das gene zever)

Kurt Cobain

Brian Jones

Anaïs Nin

(een agressieve variant van) John Steinbeck

(een gezondere versie van) Jack Kerouac

Ik ben het typevoorbeeld van de ME-generatie, ben zeer belezen, kom overal mee weg omdat ik kinderachtig grote empathische Vissen-ogen heb, ik voel niks dan afgunst bij elk nieuw boek dat verschijnt, want ik wil zelf niks liever, ik steel stukjes persoonlijkheid om die van mezelf ineen te puzzelen (quote van Kurt Cobain)

ik verzeker u dat als u mij helpt om mijn boek (om te beginnen bij voorkeur dit, daarna verras ik door opeens in een totaal andere, bijzonder vrouwvriendelijke stijl te schrijven) dat Gent meteen VOL plakt en hangt met reclame als

Steel 'Zaaien' in de dichtsbijzijnde boekhandel, niet omdat iedereen doet, maar omdat je het zelf wilt

en meer van dat soort dingen

ik schrik er ook niet voor terug om regelrecht ruzie te zoeken met collega-schrijvers al was het maar om naambekendheid te verwerven

ik heb enige tijd gepubliceerd op de site www.writehistory.be

ik doe dat nu niet meer, omdat ik er

a. geen geld voor vang

b. iedereen van mij kan stelen

Ik sta daar nog steeds op nummer twee in de top tien (onder de naam pisatelj, toen ik er nog publiceerde stond ik er meteen op 1 en bleef ik ook week na week op 1 staan)

Op die site hebben ze trouwens teksten van mij gebannen omdat er ocharme een klein beetje sm in voor kom

Die kerels maken een website voor literatuur, maar iemand als Pauline Réage zouden ze dus gebannen hebben. Heel fraai van die kemels.

Die site trekt  op niks, het wemelt daar van de mensen die geen kritiek kunnen verdragen en zo kom je natuurlijk nergens

ik ben mijn eerste criticus en ik heb ook al rommel geschreven (wat ik u NIET zal doormailen)

Ik hoor ook vaak dat mijn kop goed plakt op de achterflap van een boek

een klein beetje professioneel fotograaf en ik in de juiste opgefokte bui regelen dat inderdaad wel zo

Maar om vooral niet in herhaling te vallen:

lees mijn boek, besef dat er mogelijks met enig schrapwerk vooral in de eerste helft een commercieel interessante in-your-face roman in zit en dat ik  boordevol ideeën zit 

naast Zaaien zijn mijn verst gevorderde boeken 'Sanja', 'Soraya' en 'het Spinnenmeisje'

Sanja schrijf ik in samenwerking met iemand die mij zelf gezocht heeft om hem zo wat 'op te leiden'

We hebben ons voorgenomen om niet meer of minder dan 70 pagina's te schrijven, maar dan wel stuk voor stuk steengoede pagina's. Ik kan u al vast het begin doormailen. Het gaat over een hoogbegaafd meisje dat subtiel mishandeld wordt door haar stiefvader, verwaarloosd wordt door haar biologische vader, later misbruikt wordt door haar vrouwelijke thesispromotor en uit escapisme een dubbelleven leidt in haar fantasie.

Ik schrijf ook een stripverhaal. Ik heb het scenario geleverd en mijn tekenaar is nu begonnen met de tekeningen. Ik kan u het eerste blad doormailen. Het scenario  volgt onder andere de theorie: wat als de Nazi's inderdaad een soort vliegende schotels ontwikkeld hebben op het einde van het Derde Rijk? Het is veel ingewikkelder dan dat, dus dat ga ik hier nu niet verder beschrijven.

Ik ben 25, ben zeer ambitieus en rammel van de honger om straffe dingen te doen.

Dus graag uw steun om mij te laten ontsnappen aan een grijze plek in de nine tot five wereld

ik heb 1 schaats maar ik heb in dit land van vriendjespolitiek de hulp nodig van iemand anders om aan een tweede te komen

ik wil u gerust vermelden op elke kaft van mijn boek, u laten opkomen als personage waar dat interessant kan zijn en u 50 procent van de inkomsten geven als u mij lanceert,

Vlaanderen loopt storm voor loft, laat ze binnenkort storm lopen voor iets waar u mede de hand in hebt,

quo non ascendam groeten

William

 

07-02-2009 om 11:05 geschreven door Tederdraads  


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.het antwoord van Jef Hoeyberghs (touché, maar flauw)
From: dr.hoeyberghs@wellnesskliniek.com
To: rigoreobstinato@hotmail.com
Subject: Re: mecenas-manuscript-publiciteitsstunt-anti-establishment-Literatuur-jong talent
Date: Tue, 4 Nov 2008 08:30:33 +0100

kan je wat uitwijden over je kassa-kassa verwezelijkingen? 


07-02-2009 om 11:04 geschreven door Tederdraads  


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.mijn emailverkeer met Jef Hoeyberghs (1)
mecenas-manuscript-publiciteitsstunt-anti-establishment-Literatuur-jong talent

Privjet Jeff hoeybrechts,

Ik was laatst op een feestje van de mini-republiek Slovenië, iemand ving een gesprek over mijn boek op, die belde meteen naar u, u zei dat ik het moest doorsturen naar de wellnesskliniek.

Meer over mij:

Ik ben een gestoorde kwiet die gestoorde boeken schrijft, tenminste dat vindt mijn omgeving er van. Wat mij betreft, mogen mijn boeken nog veel 'gestoorder'

Ik ben het soort dat dingen produceert die commerciële zelfmoord lijken, maar achteraf kassa kassa blijken,

nu heb ik een hekel aan mijn al te brave landgenoten die zo snel geshockeerd zijn en heb ik een nog grotere hekel aan hoe uitgeverijen werken.

natuurlijk, die mensen worden overstelpt door ROMMEL, dus ik mag al blij wezen als mijn manuscripten eens vijf minuten aandacht krijgen,

mijn boeken zijn echter geen rommel, ik schrijf in-your-face-boeken, ik kan schrijven, ik droom van schrijven, ik wil niks liever dan schrijven, mijn eigen moeder vermoedt dat ik inkt ejaculeer,

Lees bijvoorbeeld bijgevoegd manuscript, vooral vanaf de tweede helft leest het lekker weg

dat komt omdat ik sinds de eerste helft nog meer rijpwerk verricht heb

mijn volgende boeken zijn dan ook nog beter dan dit

waarom klink ik zo vreselijk snoeverig?

omdat de bescheiden aanpak duidelijk ook niet werkt

dan word ik liever afgewezen op basis van een EERLIJKE poging

Mijn vraag om het kort te houden en er net niet 'Paperback writer' van The beatles tegen aan te gooien:

Lees mijn boek en help mij om het uit te geven

ik ben helaas zo'n narcist die stikt in zijn eigen bitterheid als hij niet snel grandioos tegen de schenen kan gaan schoppen in De Laatste Show, Iets (vreselijk vervelend) met boeken of een andere idioot tv-programma

Ik sta borg voor een voor 50 procent geshockeerd Vlaanderen als ik met mijn kop op tv kom

want uiteindelijk het boek is de helft van het werk de rest is attitude

ik ben overigens stukken sympathieker dan ik in deze mail over kom

Graag spoedig een reactie tussen het esthetisch snijden door,

de Kurt Cobain van de Vlaamse letteren,

DIKKE SMAKKERD

07-02-2009 om 11:02 geschreven door Tederdraads  


06-02-2009
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.your average boring day in the land of no colour

You wake up and it’s dark, not because the sun isn’t up, it’s just dark, ‘cause you’re under the Belgian sky and your country’s national painter up above, on some distant cloud (of which there are many) adores shades of gray. You get ready to go to work, and you’re neither tired nor very wake, you’re in this permanent state of half-sleep, you don’t smile and there’s little or no expression on your face. You always dress impeccably clean and most of the time you skip breakfast, ‘cause you’re in something of a hurry. When you open your door, you pause to look at the drizzle, yeah most of the time there’s rain to accompany you on your journey to work.

It takes you several minutes to unlock your bike, ‘cause the locks are pretty cheap and they rust easily. No point in buying more expensive locks, it’s a known principle that your bike gets stolen every three months or so. You rush to the railway station and lose an extra five minutes looking for an open spot in the bike graveyard. There’s never any room, so you just throw it somewhere into this big pile of junk on wheels.

Once you’re in the station, you grab a copy of a newspaper that’s being distributed for free. It’s no good, but hey, the ones you have to pay for, are no good either, so you might as well just read this one. The clearest indication that it’s a piece of trash is the complete absence of either sarcasm or cynical comment. You’ll never find any bashing pieces or literary attacks in it. We wouldn’t want to distress the poor people who’re dragging themselves to work. We avoid revolution in this country by spoiling our citizens with cheap soaps, predictable mini-series and articles full of happy messages. There’s never a review that will instantly cause the suicide or chronic depression of an author, musician, movie maker or whatever. That’s how insignificant our press is. The top talent of our journalists is inventing new words to express praise, ‘cause everything is always happy and super in happyland (maybe if you’re a journalist). We like to bitch about our completely inefficient politicians, but we never manage to do so with some spunk.

In the train compartment you pretend to be all alone, you try to score four seats all to your self, but when it gets crowded, someone will end up next to you (o the horror of it all). That’s the time you practice at being a statue. You don’t speak to strangers, mummy warned you a thousand times. You don’t even look at an other person, avoid eye contact at all times. And don’t worry you might be missing out on some stimulating conversation, they’re Belgians, just like you, they read the same crappy press as you and they spend their evenings sitting in front of the tv watching the same sedating television series.

At work you’re bored to death, but when someone asks how you’re doing, you produce a radiant smile and say you like working there and that everything’s fine. If you’re boss comes up with a meant to be funny remark, but inevitably dull and lame, you laugh out loud, but the pitch of your voice gives you away: you’re faking it. Lucky for you your boss never heard a genuine laugh, his remarks have never been funny.

You do your job and you handle the task assigned to you, adequately enough, for sure, but without much verve. At work the truth is to be hidden under any circumstances whatsoever and everybody helps in creating an ‘everything is absolutely fine and dandy atmosphere’. Also here you are not allowed to use irony or sarcasm, it’s also a good idea to refrain from sighs.

In the evening the ‘alone in the mass’ public transport ritual repeats itself, the only difference being that it’s a homebound train you’re on. Never mind looking outside, it’s pitch dark, just like this morning. At home you cook your dinner, do the dishes, tell your wife or husband –or very likely: parents, ‘cause you’re still 5 to 10 years away from moving out to a place of your own- how your day was. You got two options: you can keep it simple and lie saying it was fine, or you can risk telling the truth, that is spilling your guts and drowning your loved ones in shit-loads of overdue bile. Chances are, you go for option one.

After dinner, you fill in some documents, you’re in Belgium and there’s always some administration to take care of. And then just when you’re about to smash a few things, ‘cause you’ve had about enough, you down the right amount of alcohol or you devour the right amount of chocolate and switch on the television to watch fictional characters leading the exact same lives as you, only they cut out the boring scenes of your life, which is about 90 percent.

You go to bed pretty damn early, the night is a time for people who actually have a life.

And the next day is, well, one big never ending déjà-vu.

William Peynsaert, in love with a Persian woman, bored to death at work and worried about his legacy

06-02-2009 om 18:24 geschreven door Tederdraads  


05-02-2009
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een dag uit het leven van Egbebrt Hoveniers: student

“Ga ik naar de les of ga ik niet naar de les? That’s the question.”, sprak Egbert tot zichzelf.

“We gaan”, zei hij beslist en hij sprong recht. Hij klapte zijn dakraam open en stak zijn hoofd naar buiten. “Hmm, snuif die vroege lentegeur eens op, wat een weertje, wat een weertje…dit is geen lente, dit is zom..” Egbert maakte zijn zin niet af.

Het dakraam viel pardoes dicht. Egbert zat vast. Hij maakte enkele reutelende geluiden, hapte tevergeefs naar adem en spartelde wat met zijn benen. Onze man bedacht dat dit een komische situatie was, zo één die je vaak ziet in films, vooral in oude zwart-wit films. Aan die kunsthistorische bedenking had hij op dat moment geen fluit. Een drietal minuten zat hij met zijn hoofd geklemd in de dakstrop. Toen hij zich eindelijk loswrong, stootte hij zijn neus.

Verder niet al te aangeslagen, ging Egbert voor de spiegel staan. “Wel, hengst, we zullen je maar even scheren, niet waar?” Hij nam zijn scheermesje, maakte het zorgvuldig schoon, zeepte zijn gezicht in, trok zijn kin scheef en ontdeed zijn wangen met lange halen van een borstelig baardje. Dat ging twee minuten goed. Toen schreeuwde Egbert de buurt bij elkaar. Bloed spoot alle kanten uit. Daar had ie zijn bovenlip lelijk opengehaald.

Egbert dook naar een rol toiletpapier. Daarbij struikelde hij over een stapel cursussen. In zijn val stootte hij zijn hoofd tegen zijn kachel. Hij sprong vloekend recht en schopte woedend tegen zijn boekenrek. Dat meubelstuk stortte vervolgens zich op hem. Egbert kwam foeterend vanonder de berg boeken geklauterd en kreeg een lichte opstoot van hyperventilatie.

“Lucht, lucht, getverdrie lucht!” riep hij en hij trok de V-hals van zijn pyjamavest stuk. Hij opende opnieuw zijn dakraam en haalde tweemaal diep adem. Paf, daar hield het dakraam hem al weer in haar stalen greep. Egbert hoestte, wriemelde en vloekte tegelijk, maar kwam niet los. Met zijn voeten was hij al tegen de muur opgeklommen om zo uiterste druk op het dakraam te zetten. Het mocht niet baten. Hij liep helemaal rood aan. Het was muistil, tot hij een vreemd geluid hoorde naderen. Egbert spitste zijn oren.

“Wel verdraaid, wat flapt daar zo? O, kijk een duif. Wel kameraad, ramptoerist aan het spelen?” De duif diende hem prompt van antwoord met een welgemikte lading in Egberts rechteroog. De witte smurrie liep van daaruit naar zijn mond toe, alsof ze het bloeden van zijn onderlip wilde stelpen. Op dit moment leek het dakraam te wachten en het klapte terug open. Egbert kwam onzacht op de grond terecht. “Wat een ochtend, wat een ochtend, en ik ben nog niet voor de helft geschoren, en nou is het te laat ook. Dan maar zo naar de les.”

Egbert schoot in zijn kleren, gooide zijn rugzak over zijn rug en rushte de trap af. Hij struikelde over de zevenenveertigste trede, want daar stak een nagel uit. Egbert vloekte, maar stoof verder. Buiten op de stoep realiseerde hij zich dat hij geen cursussen bij zich had. Hij rushte terug naar binnen en griste de cursussen uit zijn puinhoop.

Op de gang ging hij gauw zijn ochtendwater maken, maar van de zenuwen plaste hij op de bril. Hij vond geen toiletpapier om het schoon te maken, dus greep hij naar een oude krant, maar die viel in het toilet. Egbert spoelde drie keer tevergeefs door en zei tenslotte tegen zichzelf: “Ik gooi er terpentijn over en steek heel die rotzooi in de fik!”

Op dat moment hoorde hij schuifelende voeten. Iemand klopte op de WC-deur. “Ja?” riep Egbert geïrriteerd. “Heb je nog lang werk daar binnen? Het is dringend.” Dat was de stem van Herlinde, Egberts knapste kotgenote. Egbert dacht bij zich zelf: ‘Getver, niet zij, niet nu. Hij diepte de doorweekte krant op uit het toilet en mikte deze door het toiletraam. Vanuit de tuin weerklonk een stem: “Hey daar, durf je wel? Wat moet dat met die smerigheid?” Egbert liep het toilet uit, botste op Herlinde, stamelde rood als een pijoen “sorry”en ging er als een trein vandoor. Hoorde nog: “Brr, wat is die bril vochtig, jakkes!” Egbert sloeg de voordeur achter zich dicht . Hij zuchtte. “Laten we hopen dat we ’t voor vandaag gehad hebben.”

Te voet kon hij de les niet meer halen. Dan maar met de tram. Egbert kocht een kaartje en ging zitten. “Eindelijk eens mazzel. Normaal is er op dit uur nooit plek.” Een man in uniform tikte op zijn schouder. “Ticket alstublieft.” Egbert overhandigde het. “Dit is niet geprikt, jongeman. Dat wordt een boete.”

“Ja, maar, hier staat toch duidelijk de datum, ik heb het net gekocht.”

“Niet geprikt, is ongeldig. Op zwartrijden staat sinds dit jaar 140 euro boete. Uw identiteitskaart graag.”

“Zoveel heb ik helemaal niet bij.”

“Geen nood, de rekening wordt u thuis bezorgd, prettige dag verder.”

Egbert zuchtte diep en keek uit het raam. “Gadverdamme, een halte te ver.” De tram wilde al weer vertrekken dus Egbert deed een pantersprong door de deuren, net voor die dichtklapten. “Oef, nu flink de pas erin en dan haal ik het nog net.”

Egberts woorden waren nog niet koud of hij voelde zich vreemd van de grond getild. Hij begreep niet wat er gebeurde, tot hij zijn das in de gaten kreeg. Die zat geklemd tussen de tramdeuren. Egbert schreeuwde de longen uit zijn lijf. De inzittenden merkten niks.

Egbert liep voor zijn leven. De volgende halte leek eindeloos ver. Voor hem dook een fietser op. Ontwijken was geen optie. Hij sprong op het bagagerek, duwde de fietser van het zadel en nam diens plek in. Zo was het makkelijker om gelijke tred te houden met de tram.

“Trek je das toch gewoon uit!” schreeuwde een voetganger. Da’s een idee, dacht Egbert en hij frunnikte zijn das los. Hierbij loste hij het stuur en de fiets smakte de grond op. De tram sleurde Egbert nog een halve meter mee. Toen knapte de das. “Maar goed, dat ik altijd van die goedkope rommel koop.” Hij keek op zijn uurwerk. “Tien minuutjes te laat. Geeft niet, de Vilder begint toch nooit op tijd.”

Egbert wurmde zich voorbij een stel rokers dat de deuren van de faculteit blokkeerde en stormde de trap op naar het auditorium. Hij piepte door de deuren. “Fijn, de Vilder is nog in de weer met de geluidsinstallatie.”

Hij ging de zaal binnen en daalde de trap af op zoek naar een plekje. Gauw werd duidelijk dat zijn schoenen de race met de tram niet zonder schade hadden doorstaan, want de zolen kwamen los. Egbert viel naar voren, midden in een rij, op de schoot bij vier jongedames. Alle blikken waren nu op Egbert gericht. Hij panikeerde en probeerde zich recht te trekken. Daarbij graaide hij in de boezem van minstens twee van de vier dames. Met enkele klappen als resultaat.

Hij viel van de gecombineerde schoot en zakte onder de klapzitjes. Opeens keek Egbert aan tegen een maagdelijk witte onderbroek. Toen de eigenares zich dit ook realiseerde, klemde ze haar benen stijf dicht en zo kwam Egberts hoofd in een knieschroef te zitten.

Vast een turnster, oordeelde hij. Egbert zag maar één oplossing en hij beet het meisje in haar been. Toen hij met zijn hoofd vanonder de klapstoel kwam, kreeg hij een ringmap tegen zijn kiezen. ‘Internationaal maritiem recht.’ Zware materie. Egbert klauterde een rij verder. Er kwam nog een balpen aangesuisd, maar verder was hij veilig.

Het auditorium ontstak in een daverend applaus. Egbert keek verbaasd op. Maakte vervolgens een diepe buiging. “Goed, als mijnheer Stuntman geïnstalleerd is, kunnen we de les beginnen.” Egbert klapte een schrijftafeltje open.

Egbert kon eindelijk wat bekomen.

In de pauze wilde hij zich verontschuldigen bij het gemolesteerde viertal.

“Loop heen.”

“Viezerik.”

“Nooit zoiets meegemaakt.”

“Maniak.”

Egbert haalde zijn schouders op. “Ik heb het geprobeerd.” Er passeerde een groepje jongens.

“Pracht van een intrede, kerel. Moet je nog eens doen. Je krijgt een bak bier van me.”

“Dank je. Volgende week misschien.”

Bende idioten, dacht Egbert. Hij nam terug plaats. Pikte onderweg zijn zolen op. “Een boete en een nieuw paar schoenen nodig. Duur dagje.”

Het tweede deel van de les noteerde hij onnadenkend. Tot hij de prof hoorde zeggen:

“We hebben nog tien minuten, maar voor vandaag ben ik uitverteld. Misschien kan de olijke jongeman op de zesde rij, zijn gesmaakte intreden nog eens overdoen.”

Egbert kleurde rood. Het auditorium schreeuwde aanmoedigingen. Egbert was nog een duim hoog.

“Beste mensen, een bisnummer zit er kennelijk niet in. Onze artiest kampt met plankenkoorts. Gaat u in allen in vrede.”

De studenten gaven collectief lucht aan hun teleurstelling. Enkele ambachtelijk vervaardigde zweefvliegtuigjes schramden Egberts nek. In de massa kon hij de daders niet lokaliseren. Egbert graaide zijn boeltje bij elkaar en verdween.

Van al de stress, had hij een reuzenhonger gekregen en dus ging hij een broodje kopen.

“Voor mij een hot bun, maar zonder ansjovis en met extra veel ajuintjes.”

“De ajuintjes zijn op.”

“Geeft niet. Doe dan maar goed veel tabasco.”

“Komt in orde.”

Egbert ging zitten op een bankje bij een pleintje met een fontein. Hij nam een flinke hap uit zijn hot bun. “Stik, heeft dat kalf er toch ansjovis opgedaan.”

‘Goed veel tabasco’, had ze ook op eigen wijze geïnterpreteerd. De rode vloeistof druppelde zo langs zijn mondhoeken. “Water!” proestte Egbert uit. Hij stevende af op de fontein. Zijn hot bun slingerde hij over zijn schouder. Hij had nog een meter te gaan toen hij op een vuilnisman botste. Een boom van een kerel.

“Hey, kijk uit je doppen, ja?”

“Sorry, sorry, hijgde Egbert, laat me er alstublieft langs, ik hou het niet meer.”

De man hield hem staande. “Fernand, kom eens deze kant op. We hebben hier zo’n kostuumventje dat denkt dat hij boven ons staat, omdat mama en pappa mijnheertje zijn studies betalen.”

“Maar, nee, ik zeg toch sorry. Ik wil godver toch gewoon een slok water.”

“En nog vloeken ook. Hoor je dat, Fernand?”

“Ik heb het gehoord.” Daar verscheen Fernand. Nog een kop groter dan de eerste vuilnisman. Hij wreef sla uit zijn gezicht. Op zijn voorhoofd zat een streep tabasco. Egberts hot bun had doel getroffen.

“Wat doen we er mee, Jean-Pierre?”

“Misschien heeft kostuumventje zin in een ritje. Vindt ie vast fijn.”

“Ja, een ritje met de vuilkar. Altijd een belevenis.”

De vuilnismannen prangden Egbert tussen hen in. Ze tilden hem op en droegen hem naar de vuilniskar.

“Héla, héla, dat kunnen jullie niet maken. Ik zeg toch dat het een ongeluk was!”

Het mocht niet baten. Egbert vloog door de lucht. Belandde met een smak in de achterbak. Voor zijn ogen zag hij het vuilnis samengeperst worden. Hij wilde het lot van die vuilniszakken niet delen en werkte zich omhoog. Dat was met al die glibberige etensresten geen makkie. Na veel inspanningen kon hij zich uit de achterbak laten vallen. Hij kwam echter fout terecht en brak zijn pols. De vuilnismannen klommen op hun kar en scheurden er van door. Egbert kwam niet meer overeind. De voormiddag had hem uitgeput. Enkele omstanders hadden medelijden en belden een ambulance.

In het ziekenhuis kwam hij op spoed te liggen, maar in de spoedafdeling zat die dag geen vaart. Egbert bleef twee uur onaangeroerd liggen. Uiteindelijk dook er een doodvermoeide dokter op. Die onderzocht hem en prevelde vervolgens instructies tegen een stagiaire. Egbert kreeg een bandje om zijn teen geniet. Bij de eerste poging schoot er een nietje in het vlees van zijn dikke teen. “Sorry, het is mijn eerste dag.”, bracht de stagiaire trillend uit. “Ja, zet gelijk mijn voet af!” tierde Egbert. De studente barstte uit in tranen. Een verpleger nam het van haar over. “Ik merk dat u een beetje overspannen bent. Ik zal de dokter om een middel tegen de zenuwen vragen.”

Egbert was helemaal niet gewend aan dat soort medicatie. Meteen na inname bevond hij zich in de zevende hemel. De eerste verpleegster die hij zag, kuste hij vol op de mond. Hij greep haar stevig bij haar hoofd en draaide haar zelfs een tong. De verpleegster was bepaald in de wolken. “Mijn God”, zei ze toen ze wegwandelde, “daar moet ik 56 voor geworden zijn!”

Twee uur later lag Egbert er nog steeds. De stagiaire kwam terug langs. “U hebt wel een stevige indruk gemaakt op zuster Jeanne. Ik denk dat ze uw avances wel op prijs stelt.”

“Zuster Jeanne?”

De stagiaire wees naar een bebrilde, krom gebogen verpleegster, tien bedden verder op de gang. Ze keek blozend naar hem op. Het eerste effect van het kalmeermiddel was ondertussen uitgewerkt. Egbert zag weer helder. Hij kotste de ziel uit zijn lijf. Dat viel op een lege maag niet mee. Er kwam enkel gal en water uit. “Hemeltje, u hebt het wel zwaar te pakken.”

“Wat ik eigenlijk vragen wilde: ligt u graag apart of bent u een bereid een kamer te delen?”

“Zeg, waarom heb ik een kamer nodig? Zo erg ben ik er toch niet aan toe?”

“Het is vandaag bijzonder druk. We worden overspoeld met patiënten. Ondertussen heeft u spijtig genoeg een verhoogde kans op perforatie.”

“Perforatie? Van wat dan wel?”

De dokter wenkte de stagiaire. Ze verdween. “Wat een gekkenhuis”, sprak Egbert.

Een half uur later was het dan eindelijk zijn beurt. Ze rolden hem de lift in. De stagiaire wilde hem geruststellen. “De operatiekamer is zo vrij.”

“Operatiekamer? Voor een gebroken pols?”

“U bent echt grappig, weet u dat? In uw situatie zou het lachen mij snel vergaan. U houdt zich heel kranig. We krijgen er hier andere over de vloer.”

“Ja, zeg, ik sta niet te springen om mijn pols te breken, maar dood ga ik er ook niet van hé.”

“U geeft niet op hé? Heel vermakelijk. Ach, kijk we zijn er. Maakt u zich maar geen zorgen. Een appendix verwijderen is echt een standaardprocedure.”

“Appendix verwijderen? Ik zeg toch dat ik mijn pols gebroken heb!”

“U moet echt komiek worden.”, lachte de stagiaire. Ze rolde hem een kleinere wachtzaal in.

“Ze komen u zo halen.”

Even later doken inderdaad twee verpleegsters op.

“Dames, dit is heus een misverstand. Met mijn appendix is niks mis, dat zweer ik.”

“Op uw bandje staat anders duidelijk te lezen: ontstoken appendix, perforatie waarschijnlijk.”

“Dat kan niet, zeg ik.”

“Hij ijlt al.”

“Vast en zeker geperforeerd.”

“Niks aan te doen. Chirurgen moeten ook eens eten.”

“Ok, nu heb ik het gehad.”

Egbert sprong recht, duwde de verpleegsters van zich af en stapte kordaat de gang op. Daar botste hij op de stagiaire. Hij liep haar met bedpan en al omver. Voor hem doemden drie kloeke verplegers op. Egbert draaide zich vlug om en zette koers naar de lift. Dat was zonder de inhoud van de bedpan gerekend. Hij slipte en kwam met zijn hoofd tussen de liftdeuren terecht. De metalen deuren raakten zijn beide slapen. Ze raakten hem een tweede keer en een derde keer. In de verte hoorde hij nog: “Een geval van acute appendix, maak wat voort.” De vierde keer maakte hij al niet meer bewust mee. De stagiaire kwam niet meer bij van het lachen. Voor de zekerheid voelde ze zijn pols en meteen daarna viel ze flauw.

Egbert ging niet zozeer dood, hij stopte gewoon met leven.

William

05-02-2009 om 22:24 geschreven door Tederdraads  


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.doorsnee Vlaamse Frustro vs doorsnee Alterno

Doorsnee Vlaamse Frustro vs doorsnee Alterno

Zondagavond. Maryam en Boelie gaan op bezoek bij vrienden. Om precies te zijn: Boelie’s tekenaar en vaste leverancier van graphic art, Dieter ‘wizzard of the pencil’ Walckiers met zijn immer uitbundige en speelse eega, Elke Pynaert. Dit charmante jonge paar oefent voor het latere samenwonen in een piepklein huisje te Gent. Piepklein is geen woord dat we er bij sleuren om de boel hier wat op te smukken. Er zijn mussen die groter wonen. De eigenlijke bewoner van het pand trekt op dit moment rond in Ierland. Op zoek naar… hij weet het zelf ook niet. Zichzelf? Zoals zo velen onder ons? (ik was die clichézoektocht naar mezelf zo beu dat ik sinds kort op zoek ben naar fluogroene zeemeeuwen die uitsluitend Aziaten de ogen uitpikken. Even futiel, maar zo veel leuker) Je kan de avonturen van deze schijnbare alternatieveling volgen op: (zelf geloof ik niet in het label ‘alternatief’, iedereen is een kind van zijn tijd, op welke manier hij/zij zich dan ook moge uiten of profileren)

Het huurhuisje van de jongeman is het typevoorbeeld van de huisvesting van een alternatieve dwarsligger. Als je namelijk tegen onze huidige maatschappij bent, moet je alle moderne comfort resoluut uit de weg gaan en vooral ook dingen laten rondslingeren in huis. Dat zijn regels die netjes te boek staan in de ongeschreven handleiding ‘alternatieve levensstijl voor dummie’s’. De jongeman is geen kraker, zoals je in die kringen mag verwachten, maar je zou alleszins denken dat hij huur betaalt voor een kraakpand.

Vochtig, onverwarmd, lekkende kranen, gevaarlijke trap, claustrofobisch benepen ruimte en permanent instortingsgevaar, de bewoner is wel zo wijs als hij zich met een niesbui naar buiten begeeft om verdere problemen te vermijden. Pluspunt is dat het gelegen is temidden van rustige smalle straatjes, op wandelafstand van Gent centrum. En met een soort binnenkoer waarrond aanpalende huizen gegroepeerd zijn. Nogal schuwe buren, niet onlogisch, waarschijnlijk wemelen die stenen iglo’s van de illegalen. De binnenkoer is een privé-terrein, blijkens een petieterig (alles is mini deze kant van Gent) symbooltje aan de gevel. Verboden te parkeren dus. Klein detail dat Maryam en Boelie niet opmerken.

Gelukkig is er de huisbaas om ons daar attent op te maken. Hij parkeert zich namelijk achter ons, op zo’n manier dat wij onmogelijk weg kunnen rijden, zodat wij hem uit zijn bed moeten bellen om huiswaarts te kunnen keren. Ruime binnenkoer nochtans, we kunnen ons moeilijk voorstellen dat we in de weg staan. MAAR we zijn natuurlijk in overtreding en we hadden toestemming moeten vragen. Een gang van zaken die de huisbaas kennelijk hoog genoeg zit om zich onnodig te laten wakker bellen (een noodzakelijk gevolg van zijn blokkade)

Als we niet beleefd zijn, dan verplaatst hij zich zelfs helemaal niet, dan komt hij pas uit bed als we er politie bij halen. Vreemde figuren, die mensen bij wie de politie nooit ver weg zit in gedachten. Als een kindje op de speelplaats die er voor het minste de juf wil bijroepen. Schreeuwen zo’n figuren om de politie, omdat ze zich dan belangrijk wanen, omdat ze prijs stellen op aandacht van lui in uniform?

Maryam en ik reden naar huis en stelden zich vragen, want zo’n persoon is geen alleenstaand geval. Er lopen er zo genoeg rond. Zo gefrustreerd door de grote wereld, dat ze zich isoleren in een mini-imperium waarvan ze denken dat ze er wél over regeren. Mensen voor wie hun tuin, hun terras of hun auto het allerallerbelangrijkst wordt in hun leven. Personen die de rechtbanken laten draaien over geschillen rond bomen met overhangende takken. Mensen die enkel voeling hebben met wat recht voor hun neus gebeurt en niets anders zien. De oogklepdictators. Zo vervelend als ze onbetekenend zijn.


William


05-02-2009 om 19:23 geschreven door Tederdraads  


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Lyriek (5)

Het bleef bij de illusie

om haar te mogen kussen

maar ze had een doel

mijn verlangen blussen

 

De hartstocht van weleer

die ik voor haar voelde

die werd een obsessie

en passie die bekoelde

Snüffel (in een lang vervlogen tijd)

05-02-2009 om 11:02 geschreven door Tederdraads  


04-02-2009
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.the curious case of Benjamin Button (avant-revu)

Toen ik het uitgangspunt voor deze film hoorde (man legt zijn weg naar het graf omgekeerd af ;hij ziet het levenslicht als oude man vent en gaat de pijp uit als pasgeboren baby), dacht ik: shit, die scenarist heeft daar toch wel even de inval van het jaar gehad. Blijkt natuurlijk dat de film gebaseerd is op een kortverhaal van F. Scott Fitzgerald. Opluchting voor mij, want dode mensen wekken minder mijn licht ontvlambare afgunst op dan levende.

In de hoofdrol zien we Brad Pitt en er is geld tegenaan gegooid. Technisch gezien loopt alles dan ook vlekkeloos, onze steracteur verjongt geloofwaardig, zo bleek al uit de veelbelovende voorstukjes. De locatie waar het verhaal zich afspeelt, is verplaatst van Baltimore (zoals in het oorspronkelijke verhaal) naar New Orleans. Dat vonden de makers beter passen. Zo linken ze hun film aan de orkaan Katrina, want terwijl ze ons het verhaal uit de doeken doen, blazen de natuurelementen buiten de stad plat. Brad regelde naast de scène al vlotjes hulp voor de slachtoffers. Als de regering het niet doet, moeten de sterren het doen, da’s logisch. Als ik het karmisch zo getroffen had (qua carrière tenminste, die Angelina mag hij rustig bij zich houden) als Pitt zou ik ook gul aan liefdadigheid doen.

Ik heb de film nog niet gezien, ik wil hem wel zien, alleen ben ik bang dat ze er zo’n melige saus doorgemixt hebben dat ik met een wee misselijk gevoel de trappen van de Kinepolis onderkots (en dat wil ik Stan the man, u kent hem vast, niet aandoen, I like a man with a mission) In de metro waren ze al klaar om deze film tot ‘eersteling van het Obamatijdperk’ te bombarderen. Ze voegden er wel aan toe dat de makers in hun interviews die typische, you know, niks zeggende, you know, hoogdravende, zogezegd geëngageerde, you know, blablabla verkopen, you know. Wat hun boodschap is, krijgen ze dus, you know, niet verwoord. Nu, er is ook helemaal geen boodschap, dat ruik je zo. Ze zijn op een geweldig idee gesprongen en hun boodschap is dat ze geld uit onze zakken willen kloppen door ons te ontroeren.

Brad is 1000 keer grappiger dan in light entertainmentklucht ‘burn after reading’ als hij zegt: ‘Benjamin Button focust op de universele momenten van het leven. Ze lijken enorm wat betreft liefde en verlies, maar het zijn dingen die we allemaal ervaren. Ons doel was eigenlijk een grote openheid en eerlijkheid te scheppen over de verantwoordelijkheid van de keuzes van een mens, wat de gevolgen ook mogen zijn.’ Pitt was in een vorig leven vast tewerkgesteld als Pythia bij het orakel van Delphi. De intrigerende wartaal rolt er net iets te soepel uit. Maar goed, het zit daar een beetje in het volk. Een Amerikaan kan een pornofilm aanprijzen als betrof het een filosofische mijlpaal van wereldformaat.

De metro suggereert ook dat deze film wil zeggen: iederéén krijgt een kans, ook ‘freaks’ (altijd een lelijk woord gevonden) Helemaal mee akkoord, deze film gaat er voor zorgen dat we geen enkel buitenbeentje nog discrimineren. De volgende keer dat we onaangename rillingen krijgen als we een ‘freak’ zien op straat, gaan we denken: nee, niet zo snel, denk aan die Benjamin Button, die was ook sympathiek. Net zoals we onhandige mensen niet langer verrot slaan als ze dingen in het honderd laten lopen, nu we Wall-E in ons collectieve hart gesloten hebben.

Twijfel over de boodschap of niet, dat de film een kassucces wordt, staat nu al vast. Dat dicteren de wonderlijke wetten van de publiekssmaak. Die zelfde wonderlijke macht die er voor zorgt dat mijn videotheek nauwelijks ooit een film in huis heeft die ik wil zien.

Vre curieus naar die curious case, als ik er circa 18 euro’s voor over heb, trekken Zwartbloes en ik er naartoe, verstand op nul en meligheidsreceptie voluit op honderd.

William

04-02-2009 om 21:22 geschreven door Tederdraads  


03-02-2009
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.waar ik van hou

Ik hou er van om Zwartbloes’ geest én lichaam te stimuleren. Ik hou van de uitstraling die mijn Woestijnroos sinds een tiental maand heeft, ik hou er van om veel vrienden te hebben, ik hou er van om oppervlakkige intro's over te slaan als ik iemand nieuw leer kennen, ik hou er van om attent zijn, ik hou er van om als veilige burcht te fungeren voor een vrouw die het helemaal waard is.

Ik hou van de zon, ik hou er van hoe bepaalde stukken van Nirvana mij raken op een onbevattelijke, puur essentiële manier, misschien vergelijkbaar met de boeddhistische staat van Nirvana (tien op tien voor de die keuze als groepsnaam).

Ik hou er van om de dag van een vrouw te kleuren met kleine attenties, ik hou van haar stevige knuffels, van haar geur, overal, ook van haar geurschakeringen, want ze ruikt niet altijd het zelfde, ook zeker niet 'daar', ik hou van de uitdrukking op haar gezicht als ze schroom overwint, ik hou er van om intens en passioneel te zijn en ik hou er van als anderen bevestigen dat ik zo ben.

Ik hou er van om mijn leven met te delen met Perziche karakteradel, met een jongedame die mij lyrisch maakt, ik hou er van om in haar vlees te graaien en haar te vermorzelen als ze mij fantastisch laat klaarkomen, ik hou er van als ze zegt dat ik in vergelijking met andere jongens meer geduld heb.

Ik hou van het respect dat ik voor haar heb, ik hou ervan als ze volledig ontspant onder mij en zich laat meedrijven in de stroming van energie, ik hou van het schokken van haar lichaam als mijn aanrakingen haar tot een orgasme brengen, ik hou er van om de grenzen van oprechtheid af te tasten en ik ben mij bewust van mijn hang naar geestelijk exhibitionisme.

Ik hou van de nar aan mijn innerlijke hof die maakt dat ik mezelf nooit helemaal serieus neem. Ik hou er van om de lente te zaaien in de harten van mensen. Ik hou van podtekst, ik hou er van om te spelen met teksten en historische figuren op te voeren in mijn fictie, ik hou er van om het sacrale te bevuilen.

Ik hou er van om jong te zijn en echt te leven. Echt te leven met Maryam Shiri de Leeuw, vrouw met brandend temperament, hoewel ze bijna altijd kou heeft J, extra reden om ze zo vaak mogelijk stevig vast te pakken


Boelie


03-02-2009 om 20:21 geschreven door Tederdraads  


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Uit het leven van een CSD'er

Uit het leven van een CSD’er

CSD’er. De lezer stelt zich misschien een lid van een paramilitaire organisatie voor, die strijdt voor de onafhankelijkheid voor weet ik veel welke lap grond, maar de werkelijkheid is toch net iets minder opwindend. Een overzicht van mijner ‘activiteiten’ vandaag.

Slavisten die nog aan het studeren zijn, weten bij deze waar ze mogelijks terecht komen.

-ik check of de orders die ik aanmaak goed op transport zijn gekomen, als ze bij de klant zijn afgeleverd, noteer ik de nummer van de factuur en klasseer ik het order

-ik mail informatie over klanten door naar onze vertegenwoordiger in Slovenië. Die man –bijzonder sympathieke kerel trouwens – wil binnenkort graag zaken doen met een Roemeens bedrijf, maar die zijn nogal nonchalant met hun betalingen. Deze vertegenwoordiger is bijna de enige die zijn mails buiten het zakelijke om durft te kruiden. Vandaag weet hij mij te vertellen dat Slovenië van de wereld is afgesloten door een sneeuwtapijt van 1 meter dik dat over de hele oppervlakte (circa 20 000 km²) ligt gestapeld. Ik zeg dat hij moet genieten van zijn ‘splendid isolation’ en ik wens hem een ‘lep dan’, een mooie dag.

-ik help de sales manager van Rusland en omstreken om de grote perforator vinden (mensen met veel fantasie die zich voorstellen dat ik hiervoor door donkere wouden en duistere grotten moet trekken, vergissen zich nogal schromelijk)

-de zelfde sales manager vraagt of perforator in het nederlands ook perforator is en hoe je ‘skoraja pomosj’ vertaalt. In het Nederlands geeft dat ‘eerste hulp’

-een minuut later schrijf ik voor mezelf de brochure ‘eerste hulp voor CSD’ers’, maar ik kom niet verder dan ‘Zoek ander werk. NU.’ (crisis of geen crisis, wat ander werk betreft, ben ik optimistischer dan ooit)

-ik denk aan Brusselmans die als bibliothecaris ook al schreef tijdens zijn diensturen

-juist, ik ging mijn functie beschrijven, niet mijn eigen invulling ervan

-ik word gebeld uit Polen, met de vraag –in zeer gebrekkig Engels- om onze bankgegevens op mail te zetten. De collega CSD’er aan de telefoon kan niet uitleggen waarom ze die nodig hebben (om maar te zeggen dat ik mij meer verwant voel met de Poolse CSD’er dan met de Vlaamse)

-ik bel naar onze dienst kredietcontrole voor die gegevens en mail ze door

-de sales manager van Frankrijk vraagt mij naar alle dossiers van een bepaalde klant, dus ik vraag de sleutel van het archief en duik tussen de dozen

-bovengenoemde vraagt mij om facturen uit te printen (bovengenoemde is trouwens een geweldige fan van ‘D-Day’, hij is geboren op zes juni. Vorige week hebben we het nog –hij in het Frans, ik in een variant – gehad over WO II)

-de sales manager voor, onder andere, Slowakije, vraagt of ik ook Slowaaks ken, want hij heeft een tolk nodig als hij binnenkort een Slowaakse klant bezoekt. Ik stel hem mijn bovenste beste maat, Benjamin Bossaert voor, die op dit moment les geeft ginder, dus beter kan niet

-de sales manager voor de Engelstalige landen vraagt mij om aan de stalenkamer door te geven dat hij een hele resem stalen nodig heeft

Dat was vandaag tot nu toe. Op andere dagen, controleer ik Russische vertalingen, schrijf ik in ware pennenvriendstijl met de hand briefjes naar Russische klanten in Siberië, bel ik naar Franse klanten om meer duidelijkheid te bekomen over hun bestellingen (er is bijna altijd wel iets dat niet duidelijk is), verbind ik Duitse klanten door, maak ik klachten aan en –geeuw- meer van dat soort dingen.

Mijn moeder vindt het een mooie manier om je brood te verdienen.

Ik ga dat stalenorder voorbereiden, voor ik daar een kanttekening van nog eens drie pagina’s bij plaats.

Boelie


03-02-2009 om 20:20 geschreven door Tederdraads  


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.gestolen fiets

Misschien komt het omdat ik met een ¨Perzische schone verkeer, maar vanmorgen voelde ik veel voor het afhakken van de linker- of rechterhand als straf voor diefstal.

Mijn vriend, criminologiestudent, Randy, zal vast steigeren, maar ik had er wel zin in om zo met een tamelijk botte en liefst roestige sabel een handje af te slaan van een persoon die niet van andermans gerief kan blijven.

Het gaat mij niet om de geldelijke waarde van mijn vélo. Dat ding is mijn comfort, al pakte die pikkedief de driedubbele waarde ervan uit mijn portefeuille, dan nog, zou hij minder overlast bezorgen. Ik moet het ten eerste even zonder stellen, waardoor ik mij minstens de helft trager verplaats dan anders, en ten tweede moet ik op zoek naar een ander spotgoedkoop vehikel met enkele pro forma (nieuw woordje geleerd op het werk) sloten. Spotgoedkoop, want over drie maanden stelen ze hem opnieuw.

Da’s het ergste, dat je er zo aan went. Alsof een gemeenteraadsbesluit bepaalt dat je fiets na drie maand onherroepelijk van eigenaar verwisselt.

En de politie?

Die lapt mij liever een boete als ik zonder licht rijdt, dan dat ze mij beschermt tegen diefstal.

William

03-02-2009 om 20:18 geschreven door Tederdraads  


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.luidop denken

D€M€ Sint-Niklaas, waar mijn IQ mij compleet in de steek laat of minstens gehalveerd raakt

De Vlaamse God van vernederland en zijn weinig avontuurlijke werksituatie. Vandaag ben ik welgemutst, vroeg wakker geworden, geen centje vermoeid en vol hoop op wat de toekomst brengt, een tikje onthecht, een tikje maar en zelfs inwendig vrij bedaard. En nu nog steeds, ondanks dat vanmorgen mijn VIJFDE fiets gestolen werd in Gent, ondanks de lekke band van mijn fiets in Sint-Niklaas waardoor ik 5 km moest stappen naar het werk. Vanavond dus net iets later thuis.

Mij kan het geen donder schelen, maar ik laat mijn Woestijnroos niet graag wachten.

Boelie Braafzak de ambitieuze dromer, bedrijfsklimop met een eigen wil ten koste van de concentratie en veelgeprezen ‘betrokkenheid’.

Documenten doorsturen die wel degelijk voor mij bedoeld zijn, geen kaders kunnen trekken in een word-bestand, compleet verdwalen op planeet Excell, tekst niet centraliseren, kosten aanrekenen voor gratis stalen. Gegevens van klanten re-stylen, terwijl ze enkel een kleine wijziging in de naam behoeven.

Denken aan uitspraken van Jan Cremer. Lezen op internet over de relatie Boogschutter-Vissen. Strategieën bedenken om mijn vaste sparringpartner, Randy, te verslaan op karton. Ideeën voor romans schetsen op de achterkant van een kladblad.

Telkens opnieuw herontdekken dat ik als in mezelf wroet, zoals iemand die de essentie van een ajuin probeert te vinden, tot de ui helemaal slordig versnipperd is. De man bekent teleurgesteld, ‘ik vind de essentie van die ui maar niet’ en zijn vrouw loopt langs en zegt: ‘maar ik kan er nog wel altijd soep van koken’

Dromer die met zijn vinger langs prijslijsten dwaalt en eenvoudige rekensommen, die hij feilloos zou berekenen op zijn twaalfde, nu met ‘schaamlijke’ foute uitkomsten op een pro forma factuur zet.

Je eigen onkunde netjes rapporteren, het hoort niet. Ik zou beter mijn eigen daden gigantisch buiten proportie blazen, want ik ben tenslotte een man en zelfs korte, dikbuikige kaalkopjes blazen vol animo de eigen loftrompet. Wij, mannen, die fiere haantjes met poep tussen hun tenen.

Fier op wat? Op wat? De breedbeeld in de living? Een netjes gemaaid gazon? De grotere auto dan die van de buren?

Boelie de stille egotripper, kind van zijn tijd, de tijd van het grote IK.

Nederigheid is exclusief te vinden in Tibet, ware het niet dat de Chinezen daar andere plannen hebben dan het bouwen van fabrieken van de geest.

Ik herinner mij mijn boeddhistische periode. Kaalgeschoren kop, meteen na school ‘mediteren’ op een verduisterde zolderkamer en vasten op zondag. Tot een boeddhistische monnik mij zei dat vasten spiritueel gezien geen enkele zin heeft.

Maar ach, je bent 17 en je wil graag speciaal zijn, dus vast je.

Met 25 wil je dat ook, dus blog je en verken je de grenzen van exhibitionisme om schaamteloos lezers te lokken.

En na een post, frons je, want je hebt iets halfbakken geschreven met een psychologische saus, terwijl je iets komisch had kunnen schrijven.

William, denkpauze met toetsenbordbegeleiding


03-02-2009 om 20:17 geschreven door Tederdraads  


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Bijdrage van een Leuvense Lotverwant
Met enige trots melden Snüffel en Boelie dat zij reacties krijgen op hun gloednieuwe project. Getuige hiervan onderstaande bijdrage van de zogenaamde Bart Drieghe. Wie? We laten hem zichzelf voorstellen, gevolgd door zijn inzending.

Ik ben Bart. 20 jaar. Leuven. Sinds kort economie.

Ik schrijf niet vaak. Soms maanden niet.

Het komt plots tot mij. Als een arctische nacht. 

Dan staat er in hoogstens vijf minuten iets op papier. 

En staart dat papier mij aan. 

Als een lugubere spiegeling van een schim in mezelf.


Het blad is volmaakt, wit.

Elk woord doet die waarheid geweld aan.

Mijn wapens, de illusie van het ik

en het fascisme van ismen

 

beschrijven is ontzielen

de mens, veroveraar

ontkent: iets is alles

en schrijft dat alles tot iets

 

hij telt tot oneindig

wat minder is dan één

en de grootste woordenaar

schrijft: ik heb geen idee

 

Muziek, taal zonder woorden

resonant met mijn ziel

zal het alles herwaarden, 

zal het iets ontwoorden

 

Stop met lezen

Arrêtez de raisonner

 

Sluit uw ogen

Résonnez

B.D.

03-02-2009 om 18:32 geschreven door Tederdraads  


02-02-2009
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.William, met de billen bloot
Dit is geen autobiografisch stuk, dit is een verzinsel, dit klinkt te oprecht om helemaal waar te zijn. De lezer die in mijn hoofd zou kunnen kijken, zou bevangen raken van angst. William is een existentiële angsthaas, hoewel qua gedrag vaak macho en door fysiek gevaar nauwelijks ooit bevreesd. Maar pyschologisch lonkt het drijfzand en het mijnenveld van zelf-analyse en uitputtende navelstaarderij.

William is bang. Bang van nooit een job te vinden waar hij goed in is, doodsbang om second rate te zijn en tegen zijn vijftigste in een koude slaapkamer zichzelf vast te binden en een plastic zak over zijn kop te trekken om dan langzaam uit te doven.

Nee, William is banger dan dat. Bang om een gevierd generaal van het bordspel te blijven, een amateur-historicus die zichzelf onmogelijk maakt door te scherpe uitspraken, een aandachtsgeile die bang is om het te verbrodden bij het publiek omdat hij als een rotverwend klein kind aan de rokken gaat hangen van de lezer.

Bang om altijd meer, te schrijven in zijn hoofd dan op papier, bang om te sterven als een bespottelijke kantoorslaaf. William zit vol angst, soms gewoon redenloze angst, alsof de muren zwart water zweten dat naar zijn lippen stijgt en zijn keel dichtknijpt.

William die zichzelf Boelie Braafzak noemt en wel dagelijks luid in zijn hoofd 'O Bolanus was ik maar een driftkop als jij', reciteert.

William de koortsachtige schrijver die visioenen krijgt van bij leven en onwelzijn onuitgeven Kosovel die stief aan meningitis. De overgevoelige krijger (volgens sommige), de angsthaas die er uitziet als een moegestreden generaal (volgens anderen), bang om NIET de stem van zijn generatie te worden, bang om nooit de woorden te vinden om de zielenpijn van zijn generatie mescherp UIT TE SCHREEUWEN.

Bang om in het beste geval een literaire na-aper te zijn van ene Kurt Cobain die ook al zijn hersendak wegblies en een dochter van 2 achterliet.

BANG om nooit een fucking uitgever te vinden die in hem gelooft, William die zelfs niet naar tijdschriften stuurt uit de grote beverige angst dat het dan enkel afwijzingen regent.

En elke dag, de stem van mijn prof Sloveens in mijn oren: bodi pogumen, Viljam! Wees moedig, William. Schrijf en stuur in, massaal en rücksichtlos.

Bang als hij te horen krijgt van een gerespecteerde prof dat zijn eersteling WEL genoeg kwaliteiten heeft om publicatie te verdienen. Bang dat die prof daarna weer niets meer van zich laat horen.

Op een begrafenis zitten en van mensen voor de zoveelste keer horen dat je talent hebt. Maar het zijn altijd de 'foute' mensen, niet de mensen die beslissen over bekendheid of geen bekendheid.

En ik leef in drap en als ik lach is het in een pijnlijke grimas en God ja, er zijn dingen die mij echt blij maken, maar dat ene steekt, de angel van het onuitgegeven succes, het bestaan van de schrijver die zich NIET verzekerd weet van minstens 1000 lezers.

William, enig kind, chronisch aandachtszuchtige, één en al ZIEL

02-02-2009 om 21:01 geschreven door Tederdraads  


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vissen

Ik ben een druppel water die ergens in de oceaan zich een weg baant op zoek naar ware liefde. Vechtend tegen de sterke stroming om toch maar tot bij haar te komen. Ergens zal ik haar ontmoeten, in een wereld van verdriet. Van tranen en regendruppels in de ziel van een lichaam, voorafgegaan door een gigantische wolkbreuk en bliksemschichten die als messen door je hart snijden.

 

Door de golven klievend met mijn laatste krachten, al jaren met diezelfde laatste krachten. Maar telkens teruggeslagen worden door een klap in het gezicht. Alsof ik wakker word uit een droom. Een droom waarin ik eindelijk voet aan land kan zetten, in plaats van te blijven watertrappelen en mijn lippen boven de zeespiegel te houden.

 

Het lot van Vissen…

 

Snüffel

02-02-2009 om 20:45 geschreven door Tederdraads  


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DRINGEND: vacature

DRINGEND GEZOCHT, administratieve hulp/PR verantwoordelijke

Jouw Profiel:

-je bent op zoek naar een leuke bijverdienste, waarin je eigen interesses aan bod komen

-je bent nauwgezet en kan je makkelijk praktisch organiseren

-je beschikt over voldoende vrije tijd om je taken in te bouwen (geschatte werktijd: aanvankelijk circa 10 uur per week)

-je kennis van het Nederlands is perfect, je bent een kei in spelling

-je bent discreet en volkomen te vertrouwen

-je bent goed vertrouwd met opzoekingswerk en je kan vlot online shoppen

-je hebt geen enkele moeite met het invullen en verzenden van formulieren, attesten, sollicitatiebrieven, poststukken, enz.

-je hebt een goede feeling voor lay-out en het maken van aantrekkelijke presentaties

-je houdt van literatuur en hebt een uitgesproken, kritische mening

-permanent verblijf in Gent is een pluspunt

Functieomschrijving:

Je verzendt tal van documenten en emails in veelvoud naar uiteenlopende instanties, je stelt brieven op en maakt ook foto’s, je neemt een deel van de communicatie van een beginnend auteur over en leest ook manuscripten na waarbij je spellingscorrecties doorvoert, je staat de auteur bij om zijn werk bij de lezer te krijgen. Je houdt de licht tot problematisch warhoofdige auteur op de hoogte van interessante evenementen en stelt regelmatig een activiteitenkalender op, je regelt reservaties en boekingen, je assisteert bij creatieve projecten (films, strips, boeken) en legt de auteur interessante vacatures voor.

Wij bieden:

Interessant werk, een vertrouwenspositie, alle onkosten in functie van het takenpakket vergoed, vrij te kiezen werkmethodes, mogelijkheden om je creatief te ontplooien, zelfstandigheid, aangename werksfeer. Meer concrete afspraken volgen in samenspraak.

Kandidaturen met CV en motivatiebrief mailen naar rigoreobstinato@hotmail.com


02-02-2009 om 20:17 geschreven door Tederdraads  


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Extract uit 'Dagboek van een jongen'
[...] De lijnen vullen zich steeds sneller op, de adrenaline stroomt in mijn bloed als dat van een dolgedraaide stier in Pamplona. Het voelt goed, hier vanbinnen.... ADRENALINE!

Maar er is ook nog de andere kant van de medaille, er is het zwarte gat en het gat in de ozonlaag, er is de oververvuiling in dit lichaam dat de naam Maxim Vervoort draagt, met als beroep: gek zijn. Met een bordje voor de hersenkamerdeur:

We zijn gesloten, gelieve pas terug te komen wanneer de herstellingswerken zijn voltooid.


En dit klopt niet, je kan immers niet weten wanneer die voltooid zijn, en daarom is er dan ook nood aan herstelling; ik kan niet eens meer een deftige zin produceren.

Het ene liedje na het andere weergalmt over de werf. De bouwvakkers zetten zich op hun lui gat, want het is enorm warm daar vanbinnen. Ze zien het niet zitten om aan de slag te gaan. Er is immers één grote chaos en ze hebben geen hulpmiddelen, geen hijskraan die hen op het dak kan tillen, zelfs geen ladder. Ze hebben enkel elkaar, maar durven elkaar niet aan te spreken en de werf ligt stil.

Stilstand, maar stilstand is achteruitgang in de volop evoluerende maatschappij. Opeens hoor ik hen, ze zijn in de weer met hamers en drilboren, want mijn hoofd bonkt en mijn oren suizen. Het is echt voldoende geweest, Dame Fortuna... sta me bij! [...]

Snüffel

02-02-2009 om 01:24 geschreven door Tederdraads  


01-02-2009
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Soraya 3

Ik trok mijn kast open en somde op wat ik nog in huis had. Dat was niet veel soeps en dat zei ik dan ook.

‘Voor deze ene keer moet ik je gelijk geven. Eet jij nooit fruit of groenten? Wel eens van scheurbuik gehoord?’

Ze keek gespeeld streng en zwaaide kijvend met haar wijsvinger.

Ongewild ving ze zo onherroepelijk mijn blik.

‘Ik benijd je om je handen’ stamelde ik met overslaande stem. ‘ Je hebt bijzonder slanke, euh, spitse vingers.’

Ik kon mijn oren niet geloven toen ik dat er uit flapte. De gezichten van mijn weinige vrouwelijke kennissen flitsten voorbij mijn ogen en ik kon er niet één noemen die na zo’n uitspraak niet gealarmeerd langs mij zou gestoven zijn, weg van mij, naar buiten toe. Ze dacht nu vast dat ik een pot was. Een normaal uitziende pot, voegde ik mentaal toe en keek toch eens goed in de spiegel boven mijn lavabo om te checken. Opluchting, er viel geen stug manwijf dat mij nors aankeek te bekennen.

Ondertussen stoof Soraya niet in paniek weg, ze bleef liggen op bed, als een vrouwelijke pasja, die als een prachtig glanzende poes, luid spint in het paleis van haar eigen lichaam. Er ontbraken enkel nog dienstmeisjes om haar toe te wuiven met palmbladeren. Soraya is niet van de magerste, ze is volslank, maar heeft een duidelijk afgetekende zandlopervorm en dat is dé troef voor een vrouw.

Ze draaide zich op haar rug, begon te luchtfietsen –vreemde blik van mij, eerlijk gezegd- en zei: ‘Dank je, da’s lief van je. Weet je, we kunnen ook wel pizza bestellen. We kunnen zelf wat samenstellen. Ik stel voor: kappertjes, tonijn, ansjovis, artisjokken en ananas. Lijkt je dat wat? Bruine suiker heb je zelf in huis. Heerlijke meevaller is dat.’

Ik wist niet wat ik hoorde en antwoordde: ‘Niet de combinatie die ik gewend ben, maar ik sta open voor veel.’

En ik beet weer op mijn lip, bang voor hoe ze ‘open voor veel’ zou interpreteren.

Soraya draaide zich op haar buik, dook met haar hoofd in één van de kussens en lachte gedempt.

Tot ze uiteindelijk zei: ‘Je bent een schat, weet je dat? Zou je echt van die troep gegeten hebben? Hilarisch!’

Ik vroeg me af of ik streepjes moest beginnen zetten voor elk moment van schaamte.

‘Ik dol maar met je’, en ze keilde speels, maar hard, een kussen mijn richting uit. Een snel vliegend voorwerp dat ik tot mijn verbazing beet greep. Ik en mijn povere reflexen.

‘Knap van je’, feliciteerde ze mij.

We keken elkaar aan en ik schoot in de lach. Ze gooide kussen twee en drie en voor ik het wist gingen we elkaar te lijf. Mijn eerste kussengevecht, daarvoor moest ik 21 worden.

Ik raakte haar per ongeluk harder dan ik bedoeld had en Soraya veinsde razernij, ze kromde haar rug als een roofdier, gromde voor de grap en sprong gewapend met twee kussens op mij af.

Ik gilde het uit van pret, God, ik gedroeg mij als de eerste de beste giecheltrein en het kon me eigenlijk geen zier schelen.

Soraya dwong mij de grond op, zat met gespreide benen over mijn buik en liet de slagen van de kussens op mijn hoofd regenen.

Ik gierde het uit en smeekte zogenaamd om genade, toen iemand aan mijn deur klopte, Soraya haar aanval staakte, haar hoofd draaide en vrolijk ‘hey’ riep.

‘Hey’, hoorde ik Frederik zeggen en aan de toon waarop hij dat drieletterwoord uitsprak, wist ik al hoe laat het was.

Sporaya gooide hem meteen een kussen toe en zei: ‘Je vriendin kan wel enige versterking gebruiken’.

Frederik ving het kussen een beetje stuntelig met beide handen, als ware het een rugbybal. Soraya sprong overeind, en nam de pose van een schermer aan. ‘Gardez-vous’, riep ze bulderend uit.

Ik keek naar het gezicht van Frederik en onderzocht hoe anders het was. Ogen wijder dan ik ze ooit gezien heb, een uitgestreken gezicht, alsof elke gelaatsspier lam was gelegd.

Soraya herhaalde haar commando, maar toen ze merkte dat ze van Frederik, die onbeholpen stond te staan, geen reactie hoefde te verwachten, liet ze haar donzige degen zakken en viel zelf stil.

Ik voelde mij opeens vreselijk overbodig in mijn eigen kamer, alsof ik niet meer bestond en net zo goed kon oplossen en het stof op mijn vloer mocht vervoegen. Zouden ze ook maar iets merken als ik inderdaad ter plekke tot stof en as verging?

(wordt vervolgd)

Boelie

01-02-2009 om 22:42 geschreven door Tederdraads  


31-01-2009
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Studente ontwaakt zonder benen

De Benen

Die dag werd Elisabeth reeds vroeg wakker. Ze wreef haar grote kijkers uit. Tevergeefs snuffelde ze naar de opwekkende geur van versgezette koffie. Wrevelig klauterde ze uit bed om dan zelf maar een portie van het verslavende, zwarte brouwseltje te zetten. Ze deed hooguit tien stappen en merkte toen dat er iets niet helemaal in de haak was. Een onderzoekende blik tekende zich af op Elisabeths knappe gelaat.

Ze wiegde eens heen en weer, maakte een sprongetje en greep vervolgens in paniek naar haar knieën. Waar ze bang voor was, deed zich ook daadwerkelijk voor: haar handen grepen slechts lucht. Elisabeths benen waren niet waar zij zich doorgaans bevonden. Erger nog: zij waren helemaal nergens te bespeuren. “Wel potverdorie, hoe is dat nou mogelijk?” vroeg Elisabeth zich begrijpelijkerwijze af, “Gisteren bij het zwemmen had ik ze nog en nu zijn ze weg. Hoogst eigenaardig geval.” Hierop dook zij de keuken in. Ze griste een pakje honingwafels mee. Daarna nam ze haar fiets van stal en weg was ze.

Haar lege broekspijpen fladderden in de wind. “Dit is toch werkelijk geen zicht”, beklaagde Elisabeth zich, “Zo helemaal niets van het middel naar beneden”. In tranen uitbarsten deed zij niet. Vastberaden ging ze op onderzoek uit. Waar hingen haar benen uit?

Ze had er al een mooi aantal kilometertjes op zitten toen zij ten einde raad voorbij haar faculteit fietste. Net voor de ingang stond een witte mercedes geparkeerd. Wie kwam er uit die sjees? Jawel, precies haar paar benen. Tot Elisabeths verbazing gingen zij gekleed in een modieus mantelpakje. Ze droegen zelfs een bijpassend aktetasje. Elisabeth stond verbaasd te kijken.

Andere voorbijgangers leken niks ongewoons op te merken. Haar benen bewogen zich voort met een levendige en doelgerichte tred. Elisabeth legde vlug haar dienstvaardig strijdros vast aan een paal. Zoals dat gaat in een universiteitsstad was het fietslot duurder dan de fiets. Na deze helaas onoverkomelijke handeling ging Elisabeth achter haar benen aan. Eens te meer waren deze uitgekookte lichaamsdelen haar te slim af. Elisabeth was het spoor bijster. Op twee meter van haar stond een in het zwart geklede heavy metal fan met bijhorende geitensik en de obligate 2,5 promille in het bloed, om kort te gaan: een geschiedenisstudent. Ze vroeg hem of hij het dametje met de aktetas had zien passeren. Deze antwoordde met schalkse blik: “Die blonde met de knappe benen? Die ging net auditorium C binnen.” Elisabeth bedankte de waakzame student. Meteen ijlde ze naar de vermelde locatie. Zij nam plaats op de achterste rij, kwestie van wat overzicht te hebben. Haar begeerde benen vielen echter nergens te bespeuren.

Elisabeths stemming bereikte een absoluut dieptepunt. Tot dan de prof de zaal binnentrad. “Wel verduiveld! Daar heb je mijn benen!” riep Elisabeth verschrikt uit. De prof waren inderdaad niemand minder dan Elisabeths benen. Vooral het mannelijke aandeel van de studenten was bijzonder aandachtig. Ze hingen als het ware aan haar lippen. Elisabeth zat gefrustreerd de eerste helft van de les Moderne tijden uit. Ze ging steeds zich steeds meer ergeren aan het belerende toontje van haar benen. “Hoe is het nou mogelijk dat niemand ziet dat daar een stel benen staat les te geven in plaats van een prof?” vroeg Elisabeth zich niet geheel ten onrechte af.

Tijdens de pauze hield Elisabeth het niet meer uit. Ze baande zich een weg naar voren. Flink boos richtte zij het woord tot haar benen. Die waren druk in de weer met het afstellen van de microfoon.

“Excuseer, maar u verstaat…”

“Wat versta ik, juffrouw?”

“Ja, zeg, u moet toch immers uw plaats kennen.”

“Hoezo dan?”

“Ja, kom, u bent immers mijn benen?”

“Dit is toch wel ongehoord.”

“Maar…”

“Sorry maar als dit een grap is… Als dit zo doorgaat beschouw ik de les als gezien.”

“Ik…”

Haar benen richtten zich tot het auditorium.

“Ok, dat volstaat. Jullie hebben genoeg met mijn voeten gerammeld. We zien elkaar volgende week. Ik beschouw deze les als gezien.”

Elisabeth bleef verbouwereerd achter. Achter haar weerklonk een daverend applaus. Een meute uitgelaten geschiedenisstudenten overspoelde de dichtstbijzijnde kroegen. Elisabeth botste nog éénmaal op haar benen. Ze keurden haar geen blik waardig. Ze bevond zich in het gezelschap van een eminente professor. De twee collega’s konden het schijnbaar uitstekend met elkaar vinden. Elisabeth was nu werkelijk ten einde raad. In een laatste wanhoopsdaad wendde zij zich tot de dienst ‘verloren voorwerpen’.

Het diensthoofd heette Wilfried Moens. Iedereen noemde hem echter Willy Loens, omdat zijn linkeroog de ongelukkige neiging had om bewegingen maken, die je van een normaal oog niet verwachtte. Elisabeth kon hem op geen slechter moment treffen. Hij zat net een collega achterna met een elektrische vliegenvanger. Dat was zijn favoriete tijdverdrijf. Elisabeth deed snikkend haar verhaal, maar vond geen gehoor. Het verdwijnen van een gezond stel benen, dat ging er bij Willy niet in. Men kon hem veel wijsmaken, dat wilde hij grif toegeven, maar zoiets toch zeker niet. De juffrouw kon haar baarlijke nonsens ergens anders gaan uitkramen. Of er kon wel eens wat zwaaien. “Benen die de benen nemen”- Willy moest lachen om wat hij zelf als een buitengewone spitsvondigheid beschouwde - “daar heb ik nog nooit van gehoord. Als u mij nu wilt excuseren. Ik heb ook ernstig werk te doen.” Elisabeth wilde maar liever niet aandringen. Bij gebrek aan een alternatief keerde ze huiswaarts. Ze huiverde bij de gedachte dat ze misschien voor het leven beenloos zou blijven.

Thuisgekomen viel zij als een blok in slaap. Compleet uitgeteld van de doorstane emoties. Ze was echter nog geen twee uur in dromenland toen de bel ging. Voor Elisabeths deur stond een Poolse pianist. Al kan het net zo goed een Navajo-indiaan geweest zijn. Zo precies weet ik het niet meer. De man in kwestie bracht in elk geval Elisabeths benen terug. Ik meen mij te herinneren dat hij ze gevonden had in het Citadelpark. Eerst had hij er een vrouw van middelbare leeftijd in gezien, maar uiteindelijk herkende hij er toch Elisabeths benen in. Dus vatte hij die twee Bohemers bij de lurven. Nog wel net op tijd, want ze hadden reeds een treinticket naar Parijs op zak.

Voor Elisabeth was het een blij weerzien met haar fraai gevormde onderstel. Alleen, er was nog een klein mankementje. Haar benen bleven helemaal niet zitten waar ze behoorden te zitten. Helemaal bizar werd het toen er fondant chocolade uit de knieholtes viel. Dat was toevallig Elisabeths favoriete chocolade. Een schrale troost voor een dubbele amputatie.

Elisabeths huisarts wist geen mouw te passen aan een dergelijke situatie. Wel wilde hij het stel gerust over kopen. Zijn oudste zus had een klerenwinkel. Die kon zulke levensechte mannequinbenen best gebruiken. “Geen denken aan!”, schreeuwde Elisabeth en ze dweilde driftig de vloer aan met mijnheer doktoor. Toen die met de nodige spoed Elisabeths huis verliet, keilde ze hem nog de dikke Vandaele na. De woordenboek raakte hem verraderlijk tussen de schouderbladen.

Toen de Poolse pianist vroeg of ze misschien niet een klein beetje overreageerde, kreeg hij een prismawoordenboek naar zijn hoofd. Dat was weliswaar kleiner dan de dikke Vandaele, maar toch knap gevaarlijk. De Pool wist het projectiel behendig te ontwijken. Misschien was het dus toch wel een Navajo en geen Pool.

Wat er ook van zij, de man had wellicht de oplossing. Hij vroeg Elisabeth de toestemming om een kleine kus te drukken op beide zwerfgrage benen. Elisabeth had niet de gewoonte om zich door wildvreemden eender waar te laten kussen. Gezien de omstandigheden was zij echter tot veel bereid. Ze stemde toe. Er verstreek geen tel na de twee zedige kussen of Elisabeths benen zaten weer op hun ouwe getrouwe plek. Daar kwamen zij ontegensprekelijk het beste tot hun recht. In de plaats van de pianist lag nu een watermeloen. Dat was, toeval of niet, Elisabeths favoriete fruit. Het exemplaar in kwestie was één van de lekkerste die Elisabeth tot dan toe geproefd had.

Na die dag verkeerde Elisabeth steeds in opperbeste stemming. Haar benen gingen nooit meer zelfstandig op wandel. Sindsdien nam Elisabeth hen zeer frequent mee naar alle mogelijke schoenenwinkels. Die verliet ze niet, zonder eerst elk paar schoenen te passen. Haar benen maakten nooit bezwaar.

Dingen als deze gebeuren misschien niet elke dag, maar gebeuren doen ze stellig wel. Vraag maar aan Elisabeth.

Boelie


31-01-2009 om 09:49 geschreven door Tederdraads  


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Soraya 2

Na de les stonden Soraya en ik zo lang na te keuvelen over de meest uiteenlopende dingen, van roddels over proffen en medestudenten, naar reizen en vakantie, familie, eetgewoontes –de Iranese keuken vindt ze bij uitstek de beste ter wereld- muzikale voorkeuren en zo voort om weer terug te keren naar roddels over medestudenten.

In de loop van het gesprek kreeg ik tot mijn verbazing te horen dat ze nog nooit een vriendje heeft gehad.

Ikzelf hield wijselijk mijn mond, een samenvatting van mijn liefdesleven is niet om mee uit te pakken in een eerste gesprek met een ongerepte maagd. Ik wilde niet te veel gewicht leggen op het dunne ijs van een ontluikende vriendschap. Ik wist toen nog niet hoe ruimdenkend Soraya kan zijn.

Als een gehaaste conciërge ons aan deur van de faculteit zette, beseften we dat we meer dan drie uur hadden staan praten.

Ik deed het voor de hand liggende en nodigde haar uit om mij bij te komen eten op kot. Zij heeft zelf geen kot.

Ik wilde doodgraag ons gesprek verder zetten, het gebeurt mij zo zelden dat ik het kan vinden met een andere vrouw. Eigenlijk heb ik enkel mannelijke vrienden.

Ze ging meteen in op mijn aanbod en het schemerde al als we aankwamen bij het huis waar 11 studenten, waaronder ikzelf, een kamer hebben.

Mijn maag kromp vreemd samen als ik met haar door de inkomhal liep. Terwijl Soraya de trap opging naar mijn kamer, dook ik gauw de gemeenschappelijke keuken in om te zien of daar iemand zat. Ik beet op mijn lip en kwam tot het vervelende besef dat ik mij gedroeg als een egoïstische jaloerse tik.

Ik weet hoe vlot Frederik is in de omgang en ik wilde mijn nieuwe vriendin niet met hem delen.

Soraya plofte op mijn bed, voelde zich kennelijk meteen thuis, want ze schikte al mijn kussens (drie in totaal) achter haar rug, schopte haar schoenen uit (‘mensen die hun schoenen aanhouden, lijken meteen weer weg te willen’, verklaarde ze) en keurde op haar dooie gemak mijn kamertje.

‘Dat kan er mee door, toch? Ik wil direct met je ruilen, als je het hier moe bent.’

Ik had eerder al aangegeven dat mijn kamer niet te veel voorstelde. Ze keek mij aan en verwachtte dat ik haar compliment blij in ontvangst zou nemen.

Tot mijn eigen verbazing smolt ik onder haar blik. Om mij te onttrekken aan de glinstering in haar bezwerend donkere kijkers, ging ik mijn handen wassen en nam er express uitgebreid de tijd voor.

Achter mijn rug hoorde ik haar vragen (en bedacht tegelijkertijd: als seizoenen konden spreken, had zij de stem van de lente):

‘Mag ik die schriftjes inkijken?’

Ik draaide mij bliksemsnel om en riep paniekerig uit:

‘Nee, niet doen, dat zijn mijn dagboeken.’

Ze legde mijn beduimelde schriftjes die bulken van de klagerige hartskreten van een jonge vrouw die eeuwig puber lijkt te blijven, voorzichtig op mijn bureau.

Ze hoefde er niet voor op te staan, er bestaan auto’s die ruimer zijn dan mijn kamertje.

‘Zo, jij hebt een dagboek, wat enig nou!’

Ze herschikte de kussens en vulde nog aan:

‘Ik heb nooit zoiets gehad, ik zou bij God niet weten wat ik zou hebben moeten schrijven. Zeker als kind niet, ik had heel mijn gevoelsleven strikt rationeel onder controle.’

Dat vond ik een vreemde uitspraak. Ik heb een beeld van mijn seksegenotes als van een collectief stel blèrsmoelen die ’s nachts hun kussensloop doorweken met hun tranen.

Tranen als gevolg van de gemene opmerkingen van hun vriendinnetjes, de afwijzende blik van die onbereikbare, veel te oude, veel te stoere jongen, een uitgaansverbod vanwege pa of ma, een onvoorziene modezonde of gewoon, zo maar, omdat wenen een gezellig slapen-gaan-ritueel is.

‘Jij moet vast erg diepzinnige gedachten hebben’, vervolgde ze, ‘Ik zie wel zoiets in jou, een eiland van contemplatieve stilte.’

Ik haalde mijn schouders op, concludeerde dat een universitaire opleiding je taalgebruik geweld aan doet en zei dat mijn dagboek de typische weeklacht van een overgevoelige tiener is.

‘Je moet jezelf niet steeds zo onderuit halen.’, berispte zij mij. Waarop ze meteen overging tot: ‘Zeg, zullen we vast aan het eten beginnen? Ik heb eigenlijk wel honger.’

(wordt vervolgd)

William

31-01-2009 om 09:41 geschreven door Tederdraads  




Zoeken in blog



Inhoud blog
  • Wat vind ik in Slowakije? Een zekere 'pokoj'
  • 5 ingrepen om meer uit je dag te halen
  • Het probleem met Vlaanderen is dat het vol Vlamingen zit
  • Ik heb het bijna gehad met al dat analyseren van mezelf
  • Bloggen: Voor wie of voor wat?
  • Blitzkerstshoppen door een mini winterstorm
  • Jachtinstinct botvieren in de Kringloopwinkel
  • Te zijn of to be?
  • Lezen over Gestalttherapie, Tony Robbins, een beetje trainen en zorgen voor mijn grootouders
  • Waar komt geld vandaan?
  • De antwoorden zitten in ons, maar ze moeten je aandacht verschalken om indruk te maken
  • ik lijd aan aandachtszucht
  • Een zelfportret om eens de balans op te maken
  • Drie dagen groepstherapie in een klooster, 11 keer diep achter de schermen van 11 schone mensen en hard in de spiegel kijken
  • Tien eindejaarsvragen
  • Hoe zit het met uw nieuwjaarsresoluties?
  • Friends en het 'echte' leven of je vrienden verliezen aan de 9 tot 5 wereld
  • Het recept om uzelf mentaal te ruïneren
  • Waarom (romans) lezen?
  • Waarom hebben zoveel leerkrachten een burnout?
  • Zes redenen waarom ik niet staak vandaag
  • Prins William en zijn vrouw Kate hebben drie foto's van hun zoontje George vrijgegeven
  • Een soort gesprek tussen een extreem-linkse en een extreme fan van alles wat menselijk is
  • Psychiater Dirk De Wachter en het leven dat doordramde
  • Generatie Me :: Wat is dat?
  • Doorbreek de eenzaamheid en word buddy
  • Red de wereld, lynch elke week een opniemaker
  • Waarom zit er een koffielepel in mijn broekzak?
  • Een thesis deponeren in Olomouc
  • The usual suspects :: mijn zes meest frequente doemgedachten
  • De geur van oude mensen en wachten op de trein in Olomouc
  • Hand to mouth :: Een razend boekske van een Amerikaanse die shitty jobs doet
  • 10 redenen waarom ik wéér in een Slowaakse kerk zit
  • Meet Mark: Een moderne man met moderne complexen
  • 34 persoonlijke dingen over John Lennon, 34 jaar na zijn dood
  • Niet serieus :: Dingen posten op 'www.writehistory.be'
  • Tien essentiële tips voor succes
  • Elke zondag zit ik in een Slowaakse mis
  • Writehistory :: Een site voor beginnende schrijvers
  • William Peynsaert, De revolutie van Russell Brand :: Plezant, maar 't zal niet voor morgen zijn
  • Strip over foute leerkracht
  • Boyhood :: Een film over niks of over alles
  • Eten, schrijven en lezen in Slowakije
  • Mijn vrouw blijft me verbazen
  • Slick and Silk :: een klein amateuristisch filmprojectje
  • Stalingrad en vrouwen versieren
  • Schrijven in de bunker
  • Operatie Walkure
  • Bent u gelukkig met wat u doet?
  • Geluk zoeken
  • Al die schone dingen die we niet laten gebeuren
  • Er is weinig net aan netwerken
  • Weg peddelen
  • Mijn loon weerspiegelt mijn lage zelfvertrouwen
  • Mijn dag in minder dan 1000 karakters :: Verbinding
  • Een tontine? Wat is dat nu weer?
  • Ge moet maar de pretentie hebben om u voort te planten
  • Gevallen op het veld van eer
  • Deze blog is verhuisd naar
  • De veel te heerlijke opwarming (13) :: wèèèèèèh
  • De veel te heerlijke opwarming (13) :: Mèèèèèèh
  • De veel te heerlijke opwarming (12) :: 8 km met Freud, dambusting cannabis en brokeback Dender
  • De veel te (h)eerlijke opwarming (11) :: Het rijdt niet, het staat stil
  • De veel te (h)eerlijk opwarming (10) :: Grootvader bouwt al lang geen Volkswagens meer en rijdt al zeker niet meer rond in Pershing of Leopard tanks
  • De veel te (h)eerlijk opwarming (9) :: De wilde weldoenster in mijn straat heeft Korsakov
  • De veel te (h)eerlijke opwarming (7):: Als een intercultureel koppel Engels wil afzweren
  • De veel te (h)eerlijke opwarming (6):: Mijn Roma-zigeuner wilde niet meewerken en Iwans verkrachtten liefste mollige vrouwen
  • De veel te (h)eerlijke opwarming (5) :: “Il y a full black à Denderleeuw et Aloste”
  • De veel te (h)eerlijke opwarming (4) :: papierwerk, geld, werken, statusangst en iets dat we voor 't gemak maar Karma zullen noemen
  • De veel te (h)eerlijke opwarming (3) :: het is niet al kak op Faecesbook
  • De veel te (h)eerlijke opwarming (2) :: drie overbruggingen en een klaplong
  • De veel te (h)eerlijke opwarming (1) :: red de wereld, lynch elke week een opniemaker
  • Rauwe rouw (16)
  • Rauwe rouw (15)
  • Rauwe rouw (einde)
  • Rauwe rouw (14)
  • Rauwe rouw (13)
  • Rauwe rouw (12)
  • Rauwe rouw (11)
  • Rauwe rouw (10)
  • Rauwe rouw (9)
  • Rauwe rouw (8)
  • Rauwe rouw (7)
  • Rauwe rouw (6)
  • Rauwe rouw (5)
  • Rauwe rouw (4)
  • Rauwe rouw (3)
  • Rauwe rouw (2)
  • Cappuccino :: Gelukkige (echte) verjaardag, George
  • Rauwe rouw (1)
  • Cappuccino :: Feedback van een volbloed perfectionist
  • Cappuccino :: Een vré gelukkige, Kurt
  • Cappuccino :: Bloedboeken
  • Cappuccino :: Leven in het nu en nooit meer nijdig zijn
  • Cappuccino :: Energetische sterfputten
  • Gelezen :: Vrouwen
  • Gelezen :: Achter je angst, ligt je kracht, van Jonathan Alpert
  • Mijn Syrische leerling over Syrië
  • Pestmails
  • In afwachting van ups, meer nieuws over downs
  • Wat doet een schrijverke zo dagdagelijks om zijn literaire carrière levend te houden?
  • Kortverhaal :: Koud Obstakel
  • Kortverhaal :: Doe het wel netjes
  • Kortverhaal :: Scalpenjagers
  • Ervaringen als beginnende leerkracht
  • CV tips van de VDAB
  • Gelezen :: The Last Full Measure
  • Moet uw passie ook uw werk zijn?
  • Koppels
  • Soms hebt ge een vacature die naar u schreeuwt
  • Vroeger plukten wij actrices van 't straat
  • Op restaurant met mijn psychiater
  • Een gevoel van belegering
  • Gedronken :: Rape me, demo versio, Nirvana, cd 3 van 'with the lights out'
  • Guerrilla sollicitaties, afwijzingen en kunstenaarsstatuten, maar ge leert er van
  • Waarom ik de rest van de week een zombie ben (helaas niet in een blockbuster)
  • Waarom ik nooit naar foto's van mijn vrouw kijk
  • Conformisme, Ramones en Club 27
  • “Ik heb zo'n maat, zie je, hij geeft mij het gevoel dat ik meer wilde dan ik kon stelen.”
  • Gelezen:: Jonge honden: is er nog toekomst voor de journalistiek?
  • niet EEN stompzinnige interesse, maar TWAALF stompzinnige interesses
  • Hij zit ook in u :: Maak kennis met een demon
  • Gelezen :: Maak van je merk een held, Guillaume Van der Stighelen
  • Gelezen :: Het spel der tronen: hiermee vergeleken is Machiavelli een lepe kleuter
  • Gelezen :: Amerika: een biografie van dromen en bedrog
  • Interesses waar ge niet rijk van wordt
  • Waarom ze die kutserie waar ik mij graag aan erger hebben afgeschaft
  • “Wat zit er daar achter?” “Hij wil u in uw poep pakken.”
  • Schaduwschrijven: andermans manuscripten opschonen
  • Interviews doen is niet: gewoon opschrijven wat ze u zeggen
  • Playing it safe, in fiscusdorp Erembodegem/Aalst
  • De volgende Twilight komt niet van uitgeverij Hautekiet
  • Inspiratie bestaat niet
  • Vrouwen, maandstonden en marketing
  • Onder collega's :: Fons Burger, auteur van 'Vrouwen'
  • De beste investering :: Blauwe bonen
  • Treingesprekken :: Zelfmoord in Roosdaal
  • Waarom mijn angst op de bodem van de Dender ligt
  • Provocerende homo's: waar of niet?
  • Onder collega's :: Jeroen Olyslaegers, ik wil uw branding pikken
  • 'jullie zijn allemaal de slachtoffers van een marketing holocaust'
  • Schrijverkens, smijt er op tijd het bijltje bij neer
  • De zeven spirituele wetten van succes- Deepak Chopra
  • De sixpack tirannie
  • Mijn adviseur gaat tien dagen, ehm, smurfen in Brazilië
  • Treingesprekken, treinlectuur en mijn eigenste Roma-zigeuner
  • Gratis bij proclamatie van uw zoon of dochter: N-VA-propaganda
  • Ik ben bang
  • My own private Sleepy Hollow: Halloween met mijn tante
  • Een bescheiden succesverhaal dat begon met veel Guinness
  • Maar er is ook goed nieuws
  • Getormenteerde jongensdromen
  • Skild ende vriend in Aalst anno 2012
  • Zeepbellen, individualisme, UFO's, Judas Iskariot, rommelmarkten en mijn vader
  • Het leven is ook...
  • 34 is net 15 (en was ik maar nooit geboren)
  • ik mocht er niks over zeggen, dus moest ik wel
  • In uw leven gebeurt niet meer of minder als het mijne, alleen ik ben zo stom om het op op een blog te zetten
  • Sinds ik bij een gazet werk zit mijn wijsvinger vaker aan de delete space dan aan de clitoris van mijn lief
  • Waarom een treincontroleur of andere ambetante nobody's dood slaan?
  • Ik word niet rap kwaad. Een open blogske aan de regisseur die mijn kloten kan kussen.
  • Frigide in een Marginaalst Café
  • waar ne mens zoal op peinst, op den trein terug van zijn werk
  • als ge dan eindelijk in de gazet staat
  • De plastic tetten van mijn jongste tante doen mij denken
  • Bijna geen kat op politiek debat, waar Voka beet in de arbeider zijn gat
  • Liefde is...niet meer kunnen masturberen
  • Gij moet mijn beste vriend zijn, want ik kan u wel wurgen
  • prentjes van blote tieten en harige kutten
  • The female alphabet: Pia
  • The female alphabet- Olga with the mjagkij znak
  • Silk- Alessandro Baricco
  • The imaginary girlfriend- John Irving
  • Model Behaviour, Jay McInerney
  • On Chesil Beach, Ian McEwan
  • Five reasons to read Outliers
  • What do Americans want?
  • What I talk about when I talk about running
  • Margot- If it hadn't been for streets
  • The X-files of literature, Arie Storm
  • Game of Thrones
  • Blue Mondays is
  • Only in Erembodegem
  • 7 things I like to read about in the news
  • Parental Advice
  • First Kill
  • Pat smear is not gay
  • when I grow up
  • Lore- A platonic Liaison
  • Kate
  • Jess-Towering goddess of feminity
  • Irene
  • Herlinde
  • Chuck Chalkers- teaching students nothing, except life
  • Georgina
  • Fay
  • The female alphabet:: Elise
  • The female alphabet: Denise
  • The female alphabet:: Cathy
  • Gratefulness

    Archief per week
  • 29/12-04/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 03/10-09/10 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 05/09-11/09 2011
  • 29/08-04/09 2011
  • 22/08-28/08 2011
  • 01/08-07/08 2011
  • 25/07-31/07 2011
  • 18/07-24/07 2011
  • 20/06-26/06 2011
  • 13/06-19/06 2011
  • 06/06-12/06 2011
  • 30/05-05/06 2011
  • 16/05-22/05 2011
  • 02/05-08/05 2011
  • 07/03-13/03 2011
  • 31/01-06/02 2011
  • 24/01-30/01 2011
  • 06/12-12/12 2010
  • 29/11-05/12 2010
  • 22/11-28/11 2010
  • 15/11-21/11 2010
  • 27/09-03/10 2010
  • 21/12-27/12 2009
  • 14/12-20/12 2009
  • 07/12-13/12 2009
  • 30/11-06/12 2009
  • 23/11-29/11 2009
  • 16/11-22/11 2009
  • 09/11-15/11 2009
  • 02/11-08/11 2009
  • 12/10-18/10 2009
  • 15/06-21/06 2009
  • 08/06-14/06 2009
  • 01/06-07/06 2009
  • 25/05-31/05 2009
  • 18/05-24/05 2009
  • 11/05-17/05 2009
  • 04/05-10/05 2009
  • 27/04-03/05 2009
  • 20/04-26/04 2009
  • 13/04-19/04 2009
  • 06/04-12/04 2009
  • 30/03-05/04 2009
  • 23/03-29/03 2009
  • 16/03-22/03 2009
  • 09/03-15/03 2009
  • 02/03-08/03 2009
  • 23/02-01/03 2009
  • 16/02-22/02 2009
  • 09/02-15/02 2009
  • 02/02-08/02 2009
  • 26/01-01/02 2009
  • 19/01-25/01 2009
  • 12/01-18/01 2009
  • 05/01-11/01 2009
  • 13/10-19/10 2008
  • 22/09-28/09 2008


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs