De ups en downs van een schrijver, tolk, therapeut, echtgenoot What we think we become
05-04-2009
Open email aan Arnon Grünberg
Beste Arnon,
Wij hebben niet het geluk elkaars buren te zijn, ik woon in
Gent en ben zelfs nog nooit in New York geweest. Ik had ooit een maat die dol
was op die stad, maar die is helaas al overleden. Anders had ik nog een extra
stimulans gehad om de oceaan over te steken.
Als jij en ik buren waren geweest, dan zouden we misschien
op een doordeweekse avond aan de praat geraakt zijn en ons gesprek zou allicht
tot de dageraard onder stoom voortgeraasd zijn.
Iets meer dan een week geleden, overhandigde ik jou drie manuscripten
van mijn hand. Drie?, zei je verbaasd, maar je nam ze aan. Je leek mij
bijzonder vriendelijk, maar hey, dat kan een pose zijn. De strategie van kill
you with kindness (jou misschien bekend uit de film the devils advocate, die
je misschien net zo goed kan citeren als Apocalypse now)
Ik gaf je die manuscripten na een lezing. Een lezing van
jou, geen van mij. Mijn vriendin die ook mee was, merkte op: die kerel zegt
nou net dezelfde dingen als jij altijd zegt. Is dat een compliment of een
sneer? Ik was alleszins akkoord, jij zei erg gelijkaardige dingen, vooral over
oorlog. Maar, zeg ik tegen haar, het is verschil is wel dat hij daar beneden
zit, en ik hier boven zit, dat hij betaald krijgt om te zeggen wat ik ook denk
Waarom geeft iemand drie manuscripten af in een plastic tas
aan eigenlijk een volslagen onbekende. Enkel en alleen omdat die onbekende zo
veel meer succes heeft en misschien, heel misschien, als die iets ziet in de pennenvruchten,
een goed woordje zal doen bij zijn uitgeverijEN (meervoud)? Eventjes meerijden
op de succestrein van een ander. Is dat te vergelijken met een bekend schrijver
die achterop een Amerikaanse tank springt in Irak of Afghanistan en munt slaat
uit zijn nieuwsgierigheid? Er waren mensen in de zaal die zich daar vragen bij
stelden. Ik niet. Ik vind dat normaal. Knappe marketingzet en ik geloof ook
echt dat het je interesseert om die dingen eens van dichtbij te zien. De
financiële bijval die er uit volgt, is natuurlijk mooi meegenomen.
Afkeurenswaardig? Ach, het is tenslotte uw vak en als we moeten tellen wie er
allemaal een centje meepikt door de bezetting in Irak, dan zijn we lang bezig.
Ik zou ze al vast geen eten willen geven.
Enkele dagen na mijn ow-please-help-mij-aan-een-uitgever
hinderlaag (of frontale aanval, je zag mij niet komen, dus misschien was het
toch eerder een hinderlaag) kreeg ik een kort mailtje van je assistent. Dat is
fijn en niet fijn, maar vooral toch het laatste. Hoor ik er ooit nog iets van?
Laat je het weten als je er geen zak aan vond? Heb je ooit enkele uurtjes tijd
over om eens te babbelen als je weer eens in het land bent? Van schrijver tot
schrijver, nederlandstalige, schrijver, Vissen, man van benedengemiddelde
lengte, onorthox in de omgang, seksuele vonk die op en neer springt? Die dingen
hebben we namelijk gemeen. En, ik mensen vragen mij haast dagelijks: ben jij
van Bulgarije, Colombia, Peru, Italië, Spanje, Turkije? Ben je soms zigeuner,
native American of hebben je grootouders dan tenminste andere roots dan
Vlaamse? Ik heb nog nooit de vraag gehad of ik soms Joods ben. Nu, ik zal ze
zelf stellen: heb ik soms ergens joods bloed in mijn aderen stromen? Het zou
mij niet eens verbazen, en dat zeg om nog iets met je gemeen te hebben.
Ik lees op dit moment je boek (ik lees trouwens niet echt
graag, ik wil liever als Jan Cremer zeggen: ik lees niet, ik word gelezen) Kamermeisjes
& soldaten en het bevalt mij nogal. Ik leg het pas om de 20 paginas even weg
om even zoveel paginas te lezen in the dying animal van Roth of spanning in
verhalen, van de mij volslagen onbekende René Appel. Appel zegt mij iets, maar
die schilderde, die schreef geen zelfhulpboek voor ploeterende schrijflustigen.
Arnon, ik heb nog wel meer manuscripten. O, en ik spreek
Russisch, Sloveens, een beetje Bosnisch ook, ik lees zonder problemen Bulgaars.
Als je nog eens naar Oekraïne trekt, wil ik wel tolken. Ik ben nogal vertrouwd
met die Babel die je soortement aangespoord heeft tot je rondreis.
Ach ja, je zal wel geen tijd hebben voor een publicatieloze,
dwangmatige veelschrijver die indefessus agendo, een uitgever zoekt via alle
mogelijke kanalen, behalve dan de normale weg. Want mij werd gezegd: Sending
it in mean nothing, personal touch is everything.
Arnon, are you out there?
Je mag ook altijd reclame maken voor mij in zon stukje in
HUMO. Je maakte al eerder reclame voor de blog van Bertje Anciaux. Vermeld mij
ook eens een keer.
Maar liever toch een persoonlijk gesprek. Volgens mij zouden
we het best met elkaar kunnen vinden. Voor het betere diepgravende gesprek. O,
en dat ingrediënt dat veel van uw succes verklaart: een meedogenloze
oprechtheid.
Startschot moedernacht met lezing van prof Marleen Temmerman
Geneeskundestudenten laten het vredeshuis daveren ten voordele van
jonge moeders
De studentenorganisatie Swiss (een organisatie die zich heel wat moeite
getroost om de studierichting geneeskunde te Gent te internationaliseren) had
voor een rijk gevuld programma gezorgd. De avond begon met de documentaire dead
mums dont cry.
We kregen te zien hoe de gezondheidszorg in Tsjaad zwaar te wensen
overlaat en dat heeft uiteraard repercussies voor vrouwen die in bevalling
gaan. Jonge moeders laten er veel vaker het leven in het kraambed. Nochtans
zouden relatief eenvoudige middelen al heel wat leed kunnen voorkomen. Als de
dokters in Tsjaad bijvoorbeeld magnesiumsulfaat ter beschikking zouden hebben,
zouden er al een pak minder doden vallen. Helaas is er blijkens de film in heel
Tsjaad geen milligrammetje in voorraad. Niet enkel de middelen ontbreken, er
zijn ook culturele aspecten aan het probleem. Zo is abortus in Tsjaad, net
zoals in de meeste Afrikaanse landen (wellicht zelfs in héél Afrika) verboden.
Dat wil natuurlijk niet zeggen dat er geen vruchten geaborteerd worden,
integendeel. Ook Afrika kent haar engelenmakers, alleen hebben zij niet de
nodige deskundigheid om deze ingrepen veilig te laten verlopen. Regelmatig
komen er in de hospitalen (die er opvallend geïmproviseerd uitzien) vrouwen
binnen met zware infecties ten gevolge van zon clandestiene abortus. Gebrek
aan kennis is een ander groot probleem. In Tsjaad zijn vele traditionele
vroedvrouwen aan de slag, alleen hebben zij geen opleiding genoten en weten zij
in de meeste gevallen niet wat gedaan als er complicaties optreden. Tsjaad is
arm, erg arm, dus deze sterfte is begrijpelijk, toch?
De situatie in Honduras bewijst anders. Het belangrijkste wat de wil de
film ons te leren had was dat er ondanks beperkte middelen heel wat kan gedaan
worden op vlak van gezondheidszorg. Honduras is ook een pauper in de
internationale gemeenschap, maar dankzij een goed beleid en de juiste
beslissingen, slagen zij er toch in om de moedersterfte in hun land terug te
dringen. Zij het natuurlijk nog niet tot een haast onvermijdelijk minimumpeil
zoals bij ons. Hun traditionele vroedvrouwen beschikken bijvoorbeeld wel over
de nodige kennis. Indien nodig zullen zij hun patiënten doorverwijzen, want zij
signaleren vlugger een problematisch verloop van de zwangerschap. Een opsteker,
die documentaire.
Daarna was het tijd voor de djembésessies. Professionele muzikanten
kwamen hun kennis overbrengen op een bende enthousiastelingen die al dan niet
zelf hun eigen djmbé hadden meegesleurd van kot of thuis. Ondertussen bleven de
Swissers voor bevoorrading zorgen. De hongerige bezoekers konden proeven van de
Afrikaanse cuisine en dit aan zeer democratische prijzen. De lekkernijen werden
geleverd door keukenprins Ete Ibibio, bekend van het gelijknamige Gentse
restaurant.
Spectaculair werden de zware drumgeluiden pas echt als het podium zich
verplaatste van binnen naar buiten. Deze moedernacht was warm en onder de blote
hemel, kwamen de ritmische oergeluiden nog zo goed tot hun recht.
Uiteindelijk was het dan aan de beurt aan een zeer geachte gast, zijnde
prof Marleen Temmerman, de ervaringsdeskundige van dienst. Zij zou een lezing
geven over moedersterfte, maar in de praktijk bleek al snel dat zij niet droog
een verhaaltje opdreunde, maar in dialoog trad met haar publiek. De lezing ging
op die manier sterk lijken op een levendig debat.
Professor Temmerman wierp samen met haar publiek een onderzoekende blik
op de concrete doodsoorzaken. Waaraan overlijdt een jonge moeder tijdens een
bevalling? Met vereende krachten kwamen de toehoorders tot de volgende risicos
die van oudsher verbonden zijn aan het schenken van nieuw leven. Bloedingen, te
hoge bloeddruk, een bevalling die blijft aanslepen, zijn enkele van de vaakst
voorkomende doodsoorzaken. Opvallend is dat deze complicaties bij ons ook wel
voorkomen, maar zeer zelden tot het overlijden van de moeder leidt. Prof
Temmerman wou wel eens weten waarom dat in arme landen wel een verhoogde
mortaliteit met zich meebrengt.
Het antwoord lag wat voor de hand: het veelkoppige monster dat armoede
heet. Armoede doodt. Zonder geld zijn er geen middelen, geen medicijnen, geen
doeltreffend onderwijs, geen opleidingen en ook geen geneeskundig materiaal.
Dat dit de dokters voor zware problemen stelt is evident. Probeer maar eens een
veilige keizersnede uit te voeren à limproviste of een tegendraadse placenta
uit een buik te vissen, als je zelfs geen tangetje hebt.
Het probleem is dat de oorzaak niet alleen economisch is. Kindersterfte
is ook gekoppeld aan armoede, maar is wel makkelijker terug te dringen. Er zijn
minder religieuze en culturele aspecten aan verbonden. Marleen Temmerman
weerlegde echter dat het probleem uitsluitend aan de Islam ligt. Ook in arme
landen waar de hoofdreligie niet islamitisch is, ligt de moedersterfte hoog.
Factoren die een rol spelen, zijn de onbereikbaarheid van medische voorzieningen,
de lage geschooldheid van de patiënten, de politieke onwil van de grootste
machthebbers om er echt iets aan te doen. Het gebrek aan efficiënte family
planning is ook een factor. In Afrikaanse landen ligt dit moeilijk, want
kinderen staan er voor veel mensen zo ongeveer gelijk aan het hebben van een
inkomen en een soort van pensioensparen. Iemand uit het publiek zag nog een
ander punt dat bijdraagt tot de moeilijkheidsgraad van het probleem. Veel
mensen zien een geboorte als iets heel natuurlijks en zeker niet als iets waar
je aan kunt dood gaat. Vandaar dat men misschien weinig moeite doet, men
verwacht toch geen complicaties.
Na de lezing bouwde de spanning stelselmatig op. De muzikanten stroomden
binnen, de set werd klaargezet en er was een veelbelovende sound check. Mensen
schoven hun stoelen dichterbij en leenden hun oor aan de zinderende performance
van een internationaal gezelschap. Na een energieke intro van de band, kwam het
publiek wat los. De eerste enthousiastelingen waagden zich op de dansvloer en
van dan af, zat de sfeer er goed in. Hardnekkige muurbloempjes kregen heel wat
mooie, sensuele moves te zien.
De Swissers en hun aanhang konden shaken onder intrigerende koepels waar
binnenin de acht millenniumdoelstellingen waren afgebeeld. Passender kon het
eigenlijk niet; dansen voor een betere wereld. Een idealist gaat van minder
dromen. Het dansfestijn ging nog door tot na middernacht.
Deelnemers en organisatoren konden moe, maar geïnspireerd terug naar
huis. Wellicht met de hoop dat alle moeders ter wereld hun kinderen evenveel
kansen zouden kunnen geven in het leven, zoals de studenten zelf hadden
gekregen van hun eigen moeders.
Intellectueel Gent stroomde vanavond samen in de vooruit om
te luisteren naar een door de wol geverfde vrouwenrechtenactiviste. Voor mij
zat een kleine, tengere vrouw. Ze had mijn oma kunnen zijn, maar iets slanker,
iets grijzer ook en met een donkere teint. Onze rector introduceerde haar in
ronkende, bewierokende bewoordingen. Men introduceerde haar in bombastische
termen, eerst in het Nederlands en daarna in Lingua Anglica (het slappe
aftreksel van de taal Engels die de voertaal is op zon evenementen) Standprotocol?
In dit geval misschien niet.
Prof El Sadaawi ziet er dan misschien oud uit, binnenin zit
ze nog vol vuur. In een discussie is ze quasi niet onderuit te halen. Ten
eerste is ze innemend charmant en spreekt ze recht uit het hart. Ze bekende
meteen bij aanvang dat zij haar lezingen nooit voorbereid. Ze houdt van
interactie en laat de dingen vanzelf naar boven opborrelen. Ten tweede draagt
ze tonnen ervaring mee en is ze bijzonder goed op de hoogte van haar vakgebied.
Gooi daar een derde troef bij, zijnde humor (naar eigen zeggen is ze ook een
activiste voor humor rights) en je hebt op zijn minst een gastspreker die een
ferme indruk nalaat op het publiek.
Geboren in Egypte kreeg ze al van kindsbeen af te maken met
discriminatie. Blijkbaar stelde ze zich daar als jong meisje al heel wat vragen
bij. Zo schreef ze haar allereerste brief aan God om te vragen hoe ze ooit in
Hem kon geloven, als hij zei dat haar broer boven haar stond. Nochtans
weerlegden zijn mindere schoolresultaten die these. Ze was een rebels kind en
is dat altijd gebleven. Een heel leven lang hebben de autoriteiten haar lastig
gevallen. Conservatieve, reactionaire krachten binnen de Egyptische samenleving
maakten haar het leven zuur. Dat leidde onder andere tot processen, enkele
maanden cel en ook verbanning. Verschillende progressieve magazines waaraan
haar naam was verbonden, werden ook opgedoekt. En toch blijft ze doorgaan en
blijft ze schrijven. Ondertussen heeft ze al meer dan dertig boeken
gepubliceerd. Wint ze er ook prijzen mee? Zeer zelden, want de machten die de
prijzen uitdelen, zijn niet echt gediend met haar meningen. Dat kan haar
overigens weinig schelen, want voor haar blijft de grootste prijs een brief van
een lezer, waarin ze leest dat haar boek een verandering in diens leven
teweeggebracht heeft. Daarom blijft ze verder gaan: ze schrijft om mensen te
overtuigen, om een impact ten goede te hebben.
Een van haar stellingen was, dat de wereld nu gebaseerd is
op macht en niet op rechtvaardigheid. Nochtans, vindt zij, komt iedereen gelijk
op de wereld. Elk kind is tegen onrechtvaardigheid, elke mens zoekt liefde en
vrede. Waarom dan een wereld met zoveel geweld en onrecht? Omdat mensen niet
benadrukken wat ze gemeen hebben, maar liever de kleine dingen die hun laten
verschillen in de verf zetten. Voor El Sadaawi beginnen veel problemen al met
taal. Taal bedriegt ons. Identiteit vindt ze bijvoorbeeld een fout woord. Het
helpt om in te zoomen op de verschillen tussen mensen. Zo zijn er nog een
aantal termen waar ze geen beste vriendjes mee is. Post-kolonialisme moet
volgens haar neo-kolonialisme zijn, want de kolonisaties gaan gewoon door, zij
het dan op een andere manier. De termen Middle-East en Far East vindt ze ook
erg verkeerd, omdat ze haar land en de rest van de regio kleineren. Er klinkt
nog steeds een achterstelling in door, want het was uiteindelijk de
kolonisator, Engeland, die de streek zo gedoopt heeft. Zij spreekt op haar
beurt van the middle-west als ze naar Engeland gaat en van the far west als ze
naar Amerika reis. De term First Lady vindt ze ook verschrikkelijk. Een vrouw
doet niets, maar is toevallig getrouwd met de president, dus opeens is ze de
eerste vrouw van het land.
Een andere stelling van haar is dat ALLES politiek is. Van
zodra je twee mensen in een kamer hebt, is er sprake van politiek. Het is goed
om dat te beseffen, zeker voor een dokter, want een arts die hier niet van
overtuigd is, zal een slechte geneesheer zijn. Stel nu dat je tientallen
patiënten over de vloer krijgt in je praktijk. Ze hebben allemaal dezelfde
kwaal: TBC. Je kan ze pillen schrijven en ze genezen wellicht wel, maar de
patiënten blijven maar toestromen. Waarom? Omdat er geen zuiver water in het
land is. Om daar iets aan te doen, moet je via een politieke weg gaan, niet via
een puur medische.
Over de kwestie van de sluier populaire kwestie die veel
publiciteit oogst was ze ook erg uitgesproken. Je hoort wel eens dat
moslimvrouwen een hoofddoek dragen om hun identiteit (theres that word again!)
benadrukken. Zij vindt dat dus een vals gevecht. Je helpt niemand, je doet
helemaal niets progressiefs, je bent absoluut geen doorn in de ogen van de
restrictieve overheden, als je als vrouw je haren bedekt. Omgekeerd ben je ook
niet als vanzelf een vrijgevochten, onafhankelijke vrouw als je dikke lagen
make-up draagt. El Sadaawi zag eens een dik geschminkte Française neerbuigend
kijken naar een gesluierde Saoedische. Belachelijk, want de Franse vrouw droeg
zelf ook een sluier, zij het dan een post-moderne. Dit conflict, de religieuze
sluier aan de ene kant, de kapitalistische aan de andere, komt nog het best tot
haar recht in de paradoxaal geklede moslimmeisjes: haren bedekt, maar buikje
bloot.
Deze eminente dame merkte ook op dat we bijna elke dag
demonstreren tegen onrecht, we trekken van leer tegen de misbruiken in verre
streken als Gaza, Sudan en Irak, we vullen bijvoorbeeld de Vooruit, om te horen
hoe Bush en de zijnen slecht zijn, maar tegelijk verandert er helemaal niets.
De oorlog is de wereld niet uit. Logisch, want wij, de demonstranten, hebben
helemaal geen macht. We zijn slecht georganiseerd, we zijn dan misschien hoog
opgeleid, maar dat zegt niets: we worden bedrogen door mooie woorden, want er
is veel desinformatie.
We zien de Islam bijvoorbeeld als een bedreiging. De
immigranten komen onze jobs stelen, denken we, en dus zijn we bang. Wat we
vergeten of niet willen zien, is dat deze mensen met vreedzame bedoelingen
komen. Nog niet zo lang geleden was het nochtans anders. Europa emigreerde en
bevolkte andere landen, maar de Europeanen deden dat gewapenderhand. El Sadaawi vindt dat we onze gelijkenissen moeten omhelzen en geen onderscheid moeten
maken tussen mensen. Waarom zouden voor een immigrant andere regels gelden? Het
is toch ook een mens, net zoals wij?
Een laatste topic dat werd aangesneden is dat van de
genitale verminking. Niet alleen de besnijdenis van meisjes, maar ook die van
jongens. El Sadaawi is tegen beide. Dat is een erg moderne opvatting, want in wetenschappelijke
kringen ziet men meestal geen graten in het wegnemen van de voorhuid. Zij wel,
want ze heeft genoeg getuigenissen gelezen over de negatieve gevolgen ervan,
zowel puur fysiek als op psychologisch en sociaal vlak. Dat sommige
wetenschappers besnijdenis bij jongens zien als een middel in de strijd tegen
aids, vindt zij een ridicule opvatting. Een kind wordt perfect gezond geboren,
waarom zou je er dan in snijden? Besnijdenis bij jongens voorkomt inderdaad
aids, dat is voldoende bewezen, maar allicht vindt zij dat er andere manieren
moeten gezocht worden om aids tegen te gaan, dan een toevlucht te zoeken tot
genitale verminking. Wat vrouwelijke besnijdenis betreft, waren er waarschijnlijk
geen voorstanders aanwezig in de zaal. In de Verenigde Staten was de
besnijdenis van jongens lange tijd een standaardprocedure, maar ondertussen
voert men daar campagne om de praktijk een halt toe te roepen.
Een van haar conclusies is dat er duidelijk een link is
tussen neo-kolonialisme, terrorisme en genitale verminking. Daar waar
regeringen aan de macht zijn die sterke banden hebben met Amerika, is er een
duidelijke terugval: meer besnijdenissen, meer onderdrukking. Vandaar ook haar
uitspraak: Bin Laden en Bush zijn tweelingen.
El Sadaawi kon helaas niet lang blijven, want zij moest de
volgende ochtend al het vliegtuig halen richting Rome. Ze kreeg van de zaal een
staande ovatie. Het publiek had het grootste respect voor deze kleine, maar
kranige vrouw, die onverminderd verder strijdt voor een rechtvaardige wereld.