De ups en downs van een schrijver, tolk, therapeut, echtgenoot What we think we become
15-03-2009
deel 37: HASTA LA VISTA BABIES
Nico gaat zonder twijfel voor de witte sleutel, Randy neemt
de blauwe. Pieter-Jan neemt twee sleutels, waarvan hij er één aan Boelie geeft: Boelie neemt uiteraard de
rode. Er schemeren ook wat zeegroene spikkels door, lijkt mij wel iets voor
jou.
Uiteraard, bevestigt Maryam.
Waarom is dat zo vanzelfsprekend?, vraagt Benjamin.
Boelie ziet er braaf uit, maar het is een agressief ventje,
rood past wel bij hem.
Willem knikt heftig van ja. Boelie lacht breed, omdatzijn
vrienden hem zo goed kennen en omdat zijn agressieve natuur erkenning krijgt.
Onzeker als hij is, hoort hij dat graag bevestigd.
Zelf neemt Benjamin een zilveren sleutel, gewoon op het
gevoel af.
Pieter-Jan houdt een egaal groen exemplaar voor zich. Maryam
gaat voor een rode met een goudgele rand.
Dieter neemt een zwarte, waar gele vlekjes zwak doorheen
stralen. Zijn vriendin neemt een oranje.
Jelle neemt een sleutel van eikenhout. Voor Willem blijft er
nog een roze plastic sleutel over.
Hij wacht op de eerste spottende opmerking, maar die komt er
niet.
Wat doen we met de raad op het briefje? Welke sleutel
gebruiken we niet?, vraagt Maryam.
Dat kunnen we onmogelijk op voorhand bepalen, misschien
wijst het zichzelf wel uit., raadt Pieter-Jan aan.
Het is even stil in de auto. Iedereen nestelt zich nog even
behaaglijk in de lederen zetels van de limo.Vervelend dat we niet naar buiten kunnen kijken, zegt Maryam.
Geblindeerde ruiten van buiten én van binnen. Probeer eens zon raam omlaag te
doen. Ik wil zien waar we zijn.
De ramen van de auto kunnen echter niet omlaag. Boelie stelt
voor om er eentje uit te trappen. Maar dan vertraagt de limo en springen alle
portiers open als van een simpele druk op een knop.
Iedereen stapt nieuwsgierig uit. Pieter-Jan is de eerste die
spreekt:
O, nee, verrassing. Een brede kloof, wie had dat nou ooit
gedacht?
O jee, het is nog waar ook, zegt Maryam als ze in de
diepte kijkt. Ze staan met de auto vlak bij de rand. De kloof is zo diep dat de
bodem niet zichtbaar is. Van de ene kant naar de andere is er zeker een afstand
van 500 meter te overbruggen.
Een brug was waarschijnlijk te veel gevraagd?, vraagt
Boelie aan hun chauffeur.
Je zou vermoeden dat die sleutels ons aan de overkant
dienen te transfereren, zegt Pieter-Jan.
Maryam richt zich ook tot de begeleider in zijn smetteloze
kostuum: Zeg maar, dit is toch niet de hemel van Zahra? De hemel van Zahra is
een gigantische begraafplaats en geen kloof.
Ik kan u verzekeren dat dit de hemel van Zahra is. Mijn opdrachtgevers
hebben mij uitdrukkelijk gevraagd om jullie hierheen te brengen., zegt de man op
een zachte, maar kordate toon.
Opdrachtgevers?, vraagt Willem. Wie zijn die dan?
De opdrachtgevers maken zich kenbaar wanneer zij dat zelf
wensen. Over de komende opdracht kan ik echter wel meer duidelijkheid
scheppen., zegt de man fijntjes.
Hij steekt traag zijn arm in de lucht en wijst op iets boven
de kloof.
Zien jullie die kabels daar? Straks komen er een soort
liftcabines langs. Tien om precies te zijn. Elk van jullie heeft een sleutel.
Het is makkelijk om te zien welke sleutel bij welke cabine hoort. De bedoeling
is dat jullie één voor één plaats nemen in zon cabine. Let wel: als jullie
niet alleen in de cabine stappen, dan zal die niet vertrekken. De cabine
vertrekt pas als jullie alleen zijn. De cabines hebben een open voorkant. Dus
wees een beetje voorzichtig.
Maar hoe kunnen wij instappen?, vraagt Maryam. We moeten
toch geen aanloop nemen hé?
Nee, de cabines komen mooi gelijk met de rand van de kloof
hangen. Daar zou ik mij geen zorgen over maken. Meer kan ik jullie helaas niet
zeggen. Ik wens jullie alvast meer succes bij deze proef dan ik ooit had.
Wat bedoelt u daarmee?, vraagt Willem, die het zaakje al
helemaal niet meer vertrouwt, net zo min als de rest van het gezelschap.
Kan u ons alstublieft iets meer zeggen?, vraagt Maryam.
De man stapt echter terug in de limo, imiteert Arnold
Schwarzenegger, bromt: Hasta la vista babies en rijdt met de brede auto over
de rand van de canyon.
Shit, zegt Maryam, ik vind het niet meer leuk eigenlijk.
Wow, hebben jullie gemerkt hoe lang het duurde voor we de
crash hoorden? Die kloof moet extreem diep zijn, merkt Randy op.
Echt wel geschift. Het moet echt wel beestig zijn om te
weten wat hier achter zit., zegt Dieter.
De tien besluiten om te wachten bij de kloof. Teruggaan is
nauwelijks een optie. Ze zitten in een kring en babbelen de tijd weg.
Uiteindelijk spelen ze zelfs een gezelschapspelletje weerwolven waarvoor nauwelijks
attributen nodig zijn. De kring sluit de ogen en één verteller duidt twee
weerwolven aan die de ogen mogen openen en een andere deelnemer mogen doden.
Daarna opent iedereen terug de ogen en mag de groep een verdachte ter dood
veroordelen. Dat spel spelen ze wel vijf keer op een rij tot ze het echt beu
zijn.
Nog één keertje?, vraagt Randy.
Als het dan echt niet anders kan, zeggen Maryam en Elke
tegelijk.
Let the game begin, kondigt Boelie aan, maar dan wel een
totaal ander spel
Hoe bedoel je?, vragen de vrouwen. Boelie wijst in de
verte. Ze horen nu ook het kraken en piepen van een cabine die langzaam van
opzij hun richting uit komt.
Super, zegt Dieter enthousiast, lets do this, mates
De cabine stopt netjes bij de rand.
Lijkt mij duidelijk op wiens naam het eerst ritje
gereserveerd is, zegt Pieter-Jan.
Aan het antwoord op die vraag hebben jullie niets,
antwoordt de man met een beminnelijke glimlach. Men heeft mij gevraagd om
jullie naar de hemel van Zarah te brengen en daar een en ander toe te lichten. Als
jullie dat wensen tenminste. Ik begrijp dat jullie misschien even willen
overleggen.
De man maakt een hoffelijke buiging en verdwijnt terug in
zijn auto. Hij wordt aan het zicht onttrokken door de geblindeerde ruiten van
zijn limo. Het gezelschap steekt de koppen bij elkaar.
Die kerel doet mij ergens aan denken. Doet die jullie nergens
aan denken? Een film of zo?, vraagt Maryam.
Eyes wide shut. De Hongaar waar Nicole Kidman in het eerste
kwartier van de film mee danst. En die tegen haar begint over Ovidius,
antwoordt Boelie.
Zeker?, vraagt Maryam onovertuigd.
Voor een Hongaar spreekt hij wel een aardig mondje
Nederlands, merkt Pieter-Jan op.
Euhm, jongens en meisjes, we wijken een beetje af, zegt
Nico.
Ik vind het maar louche. Ik denk dat ik nog liever te voet
ga, besluit Maryam.
Ik zie zon rit in die sjees wel zitten eigenlijk, is
Pieter-Jans mening. Ik wil die kerel wel eens aan de tand voelen. Die weet
kennelijk toch iets meer over wat er achter de coulissen gebeurt.
Fly ride die kar. Lijkt mij beestig zon lift. Lekker
chill, go with the flow. Right?, zegt Dieter met een stille, licht krakerige
stem. Elke is akkoord. Randy blijft alles eender. Ik kijk alvast uit naar de
extra beenruimte.
Benjamin trekt zijn schouders op. Hebben we werkelijk een
keuze? Sowieso gebeurt er straks weer iets dat we niet verwachten. Of we nu
instappen of niet. Er is niet echt een uitweg.
Benjamin de fatalist, zegt Boelie.
Willem vraagt of hij daarmee wil verwijzen naar het boek van
Diderot Jacques le fatalist et son maître, want die vergelijking slaat dan
nergens op.
Nee, Willem, ik vind hem gewoon een fatalist.
Zetten we dit gesprek anders verder in de sjees?, zegt
P-Jay die al aanstalten maakt om in te stappen.
De rest volgt. In de auto hebben ze geen contact met de
chauffeur want er zit een wand tussen hen in.
We kunnen hem wel bellen, denk ik. Even om wat uitleg
vragen., zegt Maryam. Bel jij, Boelie? Ik durf niet zo goed.
Met een verleidelijke oogopslag geeft ze de hoorn door aan
haar vriend en drukt ze op een knop om door te verbinden.
De chauffeur zegt enkel dat de rit enkele uren in beslag zal
nemen, dat ze het zich maar gemakkelijk moeten maken en dat ze de sleutels wel
al vast kunnen verdelen. Als de tien om meer uitleggen vragen, antwoordt hij:
And spoil all the fun? Neih.
Misschien ook eens tijd dat we die chadors overboord
gooien?, vraagt P-Jay.
Ik begon er net aan te wennen, zegt Boelie als hij de
zwarte plunjes door het raam slingert. Verkleed als Iraanse vrouw had ik veel
meer voeling met mijn sluitspier.
Maryam jammert . Een typische Boelie uitspraak.
Benjamin blijft zitten met vragen. Als P-jays redenering klopt.
Dat deze dimensie een bundeling is van onze fantasie, indrukken, weet ik veel
wat allemaal, dan vind ik wel dat ik zelf weinig aan bod kom.
Hij klinkt gekwetst en Pieter-Jan wil hem troosten: De Slavische
elementen in onze avonturen zijn toch legio?
Akkoord, maar die zijn net zo goed terug te leiden tot
Boelie. Wat is mijn aandeel in deze wereld?
God ja, misschien heb ik het mis, en is wat we hier
meemaken niet het product van wie we zijn, sust Pieter-Jan verder. Benjamin
zit duidelijk met iets verveeld.
Boelie leunt naar hem over en vraagt zijn vriend om te
zeggen wat hem echt dwars zit.
Wat weet ik eigenlijk van het leven? In de echte wereld
geef ik les, akkoord. Maar verder? Ik trek na mijn uren van feestje naar
feestje. Ik geef les in Slowakije en alcohol is daar een way of life, meer dan
een drank. Maar de contacten die ik leg blijven zo oppervlakkig. Als het
uiteindelijke doel van deze tocht een botsing met onszelf is. Wat heb ik dan om
naar uit te kijken?
De jongen ziet er erg droevig uit en trekt zich zo in dat
hij nog half zo groot lijkt. Kerel, wat krijg jij opeens?,vraagt Boelie.
Ik kan er niets aan doen. Het overvalt mij gewoon.
Ook de rest valt stilt. Pieter-Jan wrijft met zijn hand over
zijn stoppelbaard, knikt zachtjes met zijn hoofd en zegt dan:
Oppervlakkig hoor ik je zeggen. Je hebt nood aan meer
diepgang, als ik het goed begrijp?
Benjamin zegt: Ja, zoiets. Zie ons hier nu zitten. We maken
met ons tien zo veel zaken mee. Boelie ziet daar zo maar eventjes de zelfmoord
van zijn vader op film, maar dat doet hem niets. Ik voel mij eerlijk gezegd als
een bemanningslid op een losgeslagen boot hier.
Ik heb nooit gezegd dat het mij niets deed, zegt Boelie
die zich aangevallen voelt.
Ja, maar, ik zou dan wel eens willen weten, wat het jou dan
wel doet, zegt Benjamin, nog steeds met gekwelde stem. Wij zijn hier met tien
en ik heb het gevoel alsof ik van de meesten enkel de voornaam ken.
Er volgt een discussie die als titel had kunnen hebben: Kan
je ooit echt een ander mens kennen?
Benjamin breekt de discussie echter voortijdig af en zegt geïrriteerd:
Ok, we kunnen elkaar misschien niet helemaal kennen, maar dan alleszins toch
beter. Wie weet hoe lang wij nog samen rondtrekken. Dan moet je toch ongeveer
weten wat voor vlees je in de kuip hebt?
Je kan ook niet verwachten dat wij elkaar even met een lang
gesprek even helemaal in kaart gaan brengen. Ik heb sowieso de naam dat ik
nooit veel zeg over mezelf, zegt Randy.
We kunnen toch beginnen? Waar hebben jullie elkaar
bijvoorbeeld leren kennen?, vraagt hij aan Maryam en Boelie.
De twee blijken elkaar ontmoet te hebben in het zwembad.
Geen van beide had als kind leren zwemmen, dus namen ze aan de unief zwemlessen
en zo botsten ze toevallig op elkaar. Eerst moest Maryam niet te veel weten van
Boelie. Maar door overvloedig emailcontact wist hij het ijs te breken. Er was
een groot gedoe met haar ouders, die radicaal tegen hun relatie waren, maar externe
druk verhoogt interne cohesie en de twee werden een hecht koppel. Maryams
ouders zaagden zo de oren van haar hoofd, dat ze uiteindelijk veel vroeger dan
gepland introk bij Boelie.
En nu zijn we al meer dan een jaar samen, roept Maryam
enthousiast uit. en dat terwijl ik voor Boelie nooit een vriend heb gehad! Dat
is toch sterk, hé?
En Pieter-Jan en Willem die ken je via je studies en zo
heeft Boelie hen dan ook leren kennen, veronderstelt Benjamin.
Dat klopt, zeggen de vier samen.
En jij studeert of studeerde terwijl Boelie werkte?,
vraagt Benjamin verder.
Boelie geeft ook les hé, en daar naast schrijft hij.
Benjamin richt zich tot zijn collega-slavist: Jij geeft ook
les? Maar kijk, we weten niet eens dat soort dingen over elkaar.
Een uurtje rijden verder is er al veel meer duidelijkheid.
De ene is al wat openhartiger dan de andere. Dieter blijkt een informaticus die
zichzelf niet echt een informaticus voelt. Misschien dat hij met informatica
voor veiligheid koos, en zijn kunstplannen, muziek en tekenen, daarom wat in de
ijskast stopte. Misschien speelde er ook een soort faalangst mee. Elke zocht in
haar echte leven nog naar werk en was vastbesloten om iets te doen dat echt
paste bij haar profiel. Ze wilde ook het liefst van al naar het buitenland
verhuizen. Ghana beviel haar heel erg. Nico en Randy studeerden en genoten
graag van het studentenleven. Jelle doctoreerde wel degelijk, had nog geen concrete
plannen voor daarna. Willem stond op het punt om op Erasmus naar Duitsland te
gaan. P-Jay zat volop in een kleine crisis. Zijn vader leek het bestaan van
zijn zoon vergeten te zijn en op vlak van studies en andere ambities saboteerde
hij zichzelf.
Is dit wat je in gedachten had?, vraagt Boelie aan
Benjamin.
Mja, er is nu toch al een soort springplank om elkaar nog
beter te leren kennen.
Je moet ook een beetje realistisch zijn natuurlijk. Je
leert een ander niet op 1, 2, 3 kennen.
De chauffeurs stem weerklinkt opeens. Over een half uurtje
komen we aan. Nog net genoeg tijd voor een laatste hapje en drankje.
O en we moeten de sleutels nog verdelen, herinnert Maryam
zich opeens.
Dat hapje en drankje wordt moeilijk. We hebben de koelkast
van deze sjees al helemaal geplunderd. En van onze eigen voorraad blijft ook al
niet zo veel meer over. Tenzij iemand een manier kent om pasta te koken in een
auto, zegt Willem terwijl hij hun voorraadzakken doorzoekt.
Maryam trekt het leren zakje met de sleutels open. Gaan we
kiezen of gaan we gewoon blind een sleutel trekken?
Ik denk dat een doordachte keuze op dit punt wel aangewezen
is. Lijkt mij dat die kerel toch aangeeft dat er een belangrijk moment in het
verschiet ligt, stelt Pieter-Jan voor.
Maryam giet het zakje uit en etaleert de sleutels in haar
schoot. Trouwens, zegt ze, die hemel van Zahra waar de chauffeur over had,
in Iran is dat een supergrote begraafplaats.
De bende loopt uit de weg, na enkele passen krijgen ze wind
in de rug die hen een extra duw geeft. Ze vallen op de grond, bedekken in een
reflex hun hoofd met hun handen en voelen brokstukken op hun benen, zitvlak en
rug landen.
Achter hen is de ijscokar volledig weggeblazen, van de clown
blijft weinig over.
Van een grimmige wending gesproken., zegt Nico terwijl hij
voorzichtig rechtkomt.
Ik hoop niet dat dit de nieuwe toon is, voegt Willem toe.
De tien checken zichzelf en elkaar op wondjes. Ze hebben
enkel wat schrammen op handen en knieën door te vallen.
Een lift met de ijscokar zit er niet meer in., zegt Boelie
terwijl hij door de brokstukken wandelt, op zoek naar een eventueel bruikbaar
restant.
Pieter-Jan ontvangt felicitaties voor zijn aanpak. Benjamin
is nogal aangeslagen door het gebeuren.
Ik vraag mij wel af of er uiteindelijk ook pijnlijke
beelden voor mij zouden gekomen zijn. Maar ik zou bij God niet weten welke.
Er is nog niemand gestorven in jouw familie?, vraagt
Maryam.
Denk je dat er enkel beelden van overleden familieleden
zouden gekomen zijn?, vraagt Willem.
Misschien gaan we net iets te makkelijk voorbij aan het
feit dat we hier, officieel, om het zo te zeggen, toch in de onderwereld
zitten. Deze dimensie, als we die zo noemen, heeft uiteindelijk wel haar eigen
logica, denk ik., zegt Pieter-Jan.
Een logica die er voor zorgt dat we nu te voet verder
moeten, zegt Maryam met een zucht.
Een voettocht wordt je misschien toch bespaard, mompelt
Boelie terwijl hij in de verte kijkt.
De rest draait zich om en ziet een prachtige limousine hun
richting uit rijden.
Waw, dat ding lijkt wel over de weg te glijden, zegt
Maryam met enige bewondering. Zou die voor ons zijn?
De kans zit er wel heel dik in, zegt Pieter-Jan.
En inderdaad de glanzende zwarte limousine stopt en er stapt
een rijzige man uit in een zeer gedistingeerd kostuum. Hij slaat zachtjes het
portier dicht en komt met kordate passen op hen af. Zijn houding is kaarsrecht.
De tien houden zich schrap, maar de man neemt zijn hoed af en schudt elk
afzonderlijk minzaam de hand.
Jullie zijn ook al voorbij de clown. Mijn complimenten.
Je opent de ogen. Een
nieuwe dag. Je wil meteen beginnen vloeken. Het is nog zo vroeg, je wil slapen.
Maar dan schiet het je te binnen, dan is die steek in je hart er. Zij is er.
Zij. Je draait je om en kijkt naar haar. Ze slaapt zo mooi, betoverend mooi, en
ze weet niet hoe ze verrukkelijk betoverend wentelt en keert in haar slaap. Een
lief klein meisje, gesneden in de perfecte knuffelvorm, alsof God waar je
niet in gelooft gezegd had: we gaan voor jou op maat een meisje maken. Je
wordt vervuld met beschermende gevoelens bij de aanblik van haar kinderlijk
dromende gezichtje. Je kon haar wel fijnmalen in een verstrengelende omhelzing.
Je fotografeert in
gedachten haar gelaat met de ronde wangen die ze zelf zo haat, maar niet, niet
jij en haar schattige, ideale lichaam in haar rode nachthemd, dat ooit dienst
deed als een weinig verhullende cocktailjurk. Je drukt haar aanblik af op je
hersenpan, want je wil niet nog eens riskeren dat je haar voor de geest wilt
halen en haar trekken eerder vaag blijven. Zo wil je je haar herinneren en niet
anders; lui slapend en zich van geen kwaad bewust, veilig geborgen, omdat ze
weet dat jij er bent. En je kookt al bij de gedachte dat iemand haar ooit kwaad
zou willen doen.
Je streelt langzaam,
voorzichtig, enkele haren uit haar ogen, je volgt haar ademhaling en staart
naar haar. Je glimlacht als ze opeens snurkt en je vraagt je af hoe zon fijn
gebouwd meisje zon luide snurkgeluiden kan produceren. Zacht leg je een hand
op haar mooie volle dij, die haar vrouw maakt. Vanbinnen krijg je het warm. Je
sluit je ogen, je stopt niet met glimlachen. Traag en behoedzaam aai je over
haar sensuele taille, langs haar arm, naar haar hand toe. Ze reageert en grijpt
je vingers, knijpt erin, maar slaapt rustig verder. Je schuift wat dichter,
haar lichaamswarmte doet je inwendig kronkelen. Je wil haar van top tot teen
met liefkozingen overstelpen. Je verlangt nu zo hevig naar een zoen, dat het
pijn doet.
Elke nacht brengt
woordenloze conversaties waarbij je wel duizend keer wilt zeggen ik zie je
graag, maar je zegt helemaal niks, je kust en streelt alleen. Elke ochtend
tintelen je lippen nog na van haar onaflatende kussen van gisteren. Met je neus
deuk je tussen haar verwarde haren. Je snuift er die verslavende geur van op,
die jou verplaatst naar zomerse stranden op zorgeloze dagen, het ideële geluk
van een kindertijd. Je zucht en aait met je gezicht over haar schouders en
bovenarmen. Het duurt niet lang meer of ze ontwaakt. Zonder haar ogen te
openen, richt ze zich snel even op, kust je vol op de mond en slaapt weer
lekker door. Je grijpt haar stevig vast en trekt haar zo dicht mogelijk tegen
je aan. Je geeft een boel kusjes op haar slaap. Je drukt je wang tegen die van
haar, sluit je ogen en zakt weg in een roze wolk affectie.
De radio werkt onverbiddelijk een duidelijk op voorhand
geprogrammeerde playlist af. Op het scherm komt een mix van nieuwe beelden. Een
man van middelbare leeftijd ligt op de sofa en kust zijn vrouw gedag. Zijn
echtgenote kijkt erg bezorgd en werpt haar man een blik vol liefde toe. In haar
tas stopt ze een doosje met pillen. Die neem ik voor de zekerheid mee, zegt
de vrouw. De man trekt zijn schouders op: Ja, hoor, doe maar. Zijn vrouw
heeft zichtbaar moeite om hem alleen te laten. Ik zal straks dan de
aardappelen schillen, als ik thuiskom. De man protesteert: Nee, dat doe ik
wel. Hij krijgt nog een aai door zijn haren en zijn echtgenote zegt zacht: Rust
maar eens goed uit, dag mijn ventje. Als de vrouw de deur uit is, komt de man
uit zijn zetel en schilt hij zoals gezegd de aardappelen. Daarna krabbelt hij
iets op een briefje en gaat hij rustig de trap op naar zijn slaapkamer. Daar
beneemt hij zich van het leven. Hij doet het kalm en doordacht en het is net of
hij inslaapt. Eigenlijk leeft hij al jaren niet meer.
Maryam springt op Boelie en klemt haar hand over zijn
gezicht zodat haar vriend de beelden niet kan zien. Op de radio weerklinkt there
will be no next time van The Kids.
Boelie roept echter: Laat, laat maar. Het is net zoals ik
het mij ingebeeld had. Ik kan er wel tegen, echt, ik kan er wel tegen.
De beelden verspringen en in de plaats komen beelden van een
dorp, de aarde trilt en huizen beginnen in te storten. Er komen beelden van
mensen die verrast worden door het natuurgeweld en bedolven raken onder hun
eigen muren.
Mijn grootouders, zegt Maryam kort. Boelie neemt haar rol
over en grijpt zijn vriendin stevig vast, duwt haar met haar gezicht tegen zijn
borstkas. Op de radio weerklinkt Jerry Lee Lewis en de clown zingt lustig mee: Shake
it, baby, shake it.
Het gezelschap is overweldigd en staat aan de grond
genageld. Op het scherm verschijnt een man die zijn auto wast. Ik ben aan de
beurt, zegt Randy kalm, dat is mijn vader. Nico legt zijn handen op de
schouders van zijn maat en suggereert dat hij misschien beter niet kijkt.
Randy: Het is mijn vader, hé, ik weet wat er met hem gebeurd is, of ik nu kijk of
niet, veel verandert dat niet. Niks eigenlijk.
De man valt pardoes op de grond, levenloos. De clown kweelt
pathetisch: Knock, knock, knockin on heavens door.
Ai, nee, alstublieft dat niet, die voze smeerlap., zegt
Jelle furieus.
Op het scherm verschijnt een meisje, naakt in bad, met voor
haar een strategisch geplaatste spiegel. Ze staart lang naar zichzelf en grijpt
uiteindelijk naar een mesje naast zich. De rest laat zich raden.
De rotzak, de smerige rotzak, zegt Jelle, doelend op de
clown.
Pieter-Jan krijgt een inval en stormt af op het scherm,
loopt er dwars door heen en scheurt het doek aan stukken.
Dit is helemaal niet naar de zin van de clown. Ow, now youve
done it, o my little piggy, now youve done it.
De clown laat dreigend zijn jas openvallen.
Maak dat je wegkomt, hij gaat zijn bom ontsteken., roept
Pieter-Jan.
En inderdaad daar komt een grote ijscokar aangereden. Een
witte bestelwagen met aan de zijkant een raam voor de klanten. Op de flanken
zijn grote hoorntjes met drie dikke bolletjes ijs geschilderd.
Een verdwaalde Iraanse ijscoventer? Is een ijsje eten niet
tegen de koran?, vraagt Boelie.
Har har., lacht Maryam fake. Dat was niet grappig.
De kar stopt net aan de voeten van de tien. De bestuurder,
verkleed als The Joker uit de batmanfilms, steekt zijn hoofd uit het raam:
Wazz up ladies?? Shall I take you for a ride?
De tien overleggen. Dieter vindt het maar link. Elke
vertrouwt het ook niet. Maryam is bang. Boelie vraagt zich af of ze in deze
wereld überhaupt ooit echt gevaar lopen. Als dit alles toch zo onwerkelijk is,
dan kunnen we wellicht niet eens dood gaan hier. Waarom ons dan nog zorgen
maken?
Pieter-Jan zegt: In die redenering stap ik niet mee. We
hebben geen enkele reden om aan te nemen dat ons verblijf hier onze mortaliteit
teniet doet.
Now, my little baby piggies, I aint got all day now.
Whats it gonna be? If I was planning to shoot you, I could have done so by
now, easy, right?
Unless you insist on slowly hacking us apart with a rusty
knife or such, antwoordt Boelie.
HAHA, I like the way you think. Sweeties, you got a little
psycho in your midst, and it aint me babe, it aint me.
De clown draait de volumeknop van zijn radio schroeiend luid
en uit de boxen komt It aint me, van the Searchers. Hij kijkt naar Boelie en
zegt: Thats a bad jam. You like that dont you?
Boelie knikt.
Reminds you of your daddy, now dont it?
Maryam ziet de pijn in Boelies gezicht verschijnen en geeft
hem een preventieve knuffel.
What do you know about my dad?, vraagt hij aan de clown.
I know a lot of things about you mighty pa. Hop on in and
Ill take you there.
Boelie kijkt verwonderd, wil nog iets zeggen maar de clown
richt zich tot Jelle.
And you, my man Jelle, what wouldnt you give for a little
chat with your sister?
Jelle schrikt. Hij kijkt zijn vrienden aan en zegt: Dit
bevalt mij niet. Tot nu toe is deze wereld nooit echt grimmig geweest.
Wat is er zo grimmig aan je zus?, vraagt Elke.
Ze heeft twee jaar geleden zelfmoord gepleegd.
Iedereen betuigt zijn deelnemen. De clown zet de muziek nog
harder, hijst zich opvallend kwiek langs het raam op het dak van zijn
bestelwagen en danst met komieke bewegingen op de tonen van Devil in me van
de niet al te bekende band The 22-20s. Daarna komt dreigend de intro van
Gimme Shelter van The Rolling Stones als rollende donder uit de boksen. De
clown veert op en neer als een slang, grijpt een afstandsbediening uit zijn zak
en richt het in de verte.
De tien merken voor het eerst een groot wit scherm op dat
een twintigtal meter van hen af staat. Op het scherm zien ze nu beelden van
opstijgende Amerikaanse helikopters en even later soldaten die Vietnamese
dorpen platbranden, vee dood steken en mensen executeren. DE muziek past
wonderwel bij de beelden.
Daarna volgt Walk all over you waarbij de tien getrakteerd
worden op echte beelden van de beruchte schietpartij in de Amerikaanse
highschool. De twee jongens die zichzelf de Trench Coat Mob noemden lopen door
de gang en schieten wild om zich heen. Krijsende tieners duiken doodsbang onder
tafels.
Elephant is a SHITTY movie, roept de clown boos. This is
the real stuff, boys!
Dit is echt ziek, zegt Pieter-Jan oprecht.
De clown richt zich tot Boelie:
You! Yeah you! You like violence, dont you? Youve been
reading about war ever since your early childhood. How do you like it now, huh,
how do you like it now?
De vlammende gitaren van AC/DC klieven door de lucht, de
clown wijst naar het scherm. Een meisje, maximum zestien jaar, loopt bijna in de
armen in van de twee gewapende jongens. Ze draait zich in paniek om, maar haar
bloes scheurt op een dozijn plekken tegelijk, en nog voor ze de grond raakt is
ze al dood, doorzeefd met kogels. De clown lacht hysterisch. Hij wijst naar
Randy, de criminologiestudent.
You, you like
reading about psychos dont you. Now there s a rotten word. It de-humanizes
people. You label those guys and youre done with them. But the fact is: they
were just like you. They felt like outcasts in their highschool environment
just like you. They just couldnt take it any more and thats how they
reacted.
De radio verspringt, de clown schreeuwt: Listen up, this is
one for the ladies.
Uit de boksen komt rape me van Nirvana en op het scherm
verschijnen beelden uit wat verkrachtingskampen uit de tijd van de burgeroorlog
in Joegoslavië moeten zijn. Een lange rij soldaten wacht geduldig zijn beurt af
voor één vrouw die op de grond ligt. Tijdens het wachten geven ze flessen drank
aan elkaar door.
Genoeg!, roept Maryam en ze beveelt haar gezelschap om de
clown van het dak te halen. De jongens geven meteen gehoor aan haar oproep en
willen op de bestelwagen klauteren. Maar net als in The Dark Knight zwaait de
clown zijn vest open. Over zijn hele lichaam is hij beplakt met springstoffen.
Iran: tot over een jaar kende ik weinig meer van het oude
Perzië dan wat ik had opgestoken uit games als Age of Empires. Sinds ik echter
een stukje (om en bij de meter 65, hangt er van af of ze hakken draagt of niet)
Iran van vlees en bloed in mijn leven heb, informeer ik mij zo wat elke dag een
beetje meer over dit toch wel aparte land. De Gentse bib heeft gelukkig genoeg gespecialiseerde
lectuur in voorraad.
En er zijn zo van die zaken die terugkeren: de contrasten
tussen het officiële beleid als de praktische gang van zaken in het dagelijkse
leven van de Iraniërs, de grote braindrain naar het Westen, de these dat Iran
een schizofreen land is waar iedereen voortdurend letterlijk en figuurlijk
maskers draagt, dat het lang niet zon gevaarlijk land is als wij hier denken,
dat er wel degelijk een progressieve kern is in Iran, dat slechts 15 procent
fanatieke hardliners het land aartsconservatief willen houden, dat het een land
is met zon geweldig potentieel, maar dat de achterlijke regering alles
verpest, de onmacht van de man en vooral vrouw in de straat, de onvermoede
losbandigheden die ondanks alle restricties tóch plaats vinden, de vele
contrasten op elke hoek van de straat: daar een vrouw volledig ingeduffeld in
een chador (letterlijk tent) en even verderop een naar de laatste mode geklede
vamp die een knalrode hoofddoek draagt, die nauwelijks nog haar hip
gemodelleerde kapsel verhuld.
Ik heb er wel zon beeld van, van dat verre vreemde land
waar ik zelf nooit geweest ben. Ze zeggen wel eens van reisgidsen dat ze zo
goed geschreven zijn, dat je de bazaars, de tapijtjes en de koffietentjes, het
fruit op de markten wel kan ruiken. Wel, bij dit boek is dat echt zo. Het leest
heerlijk lekker weg en is opvallend onpretentieus geschreven. Eefje Blankevoort
heeft geen boek geschreven IK in Iran, nee,
het zijn de Iraniërs die Eefje ontmoet, die centraal staan. De auteur
beschrijft hen met een uitzonderlijk oog voor detail en met liefde, of ze het
nu eens is met de meningen die ze verkondigen of niet. Ze blijft erg
genuanceerd.
Met een aandoenlijke eerlijkheid bekent ze hoe ze al na een
kort verblijf in Iran haar westerse, nonchalante houding ten opzichte van
bloot en seks verliest. Opeens voelt ze schroom als ze in bikini over strand
loopt, de Nederlandse reclameborden met halfnaakte vrouwen maken haar vreemd
ongemakkelijk. Eefje merkt scherp op dat in Iran de onderdrukking van
seksualiteit er net toe leidt dat bijna elke handeling seksueel geladen wordt. Als
een Iraanse man ruw haar arm vastgrijpt, voelt ze zich bijna aangerand.
De schrijfster neemt haar lezers erg uitnodigend mee op haar
verkenningstochten door het nieuwe Perzië. In haar gezelschap leer je dit land
met twee gezichten, de zogenaamde januskop, beter begrijpen. Je leeft mee met
de schrijfster die voorzichtig manoeuvreert langs de vele Iraanse valkuilen. Zo
wordt ze geconfronteerd met de soms gek makende regeltjes van de typische
Iraanse beleefdheid (tarof), ze weet niet wie ze kan vertrouwen in een land
waar iedereen al te geschoold lijkt in liegen en geheimdoenerij en ze het valt
niet altijd mee om in te schatten hoe progressief haar gesprekspartners
werkelijk zijn. Daarbovenop komt de paranoia. In een wereld waar het vaak gonst
van en regeringscomplotten en verdenkingen is het moeilijk om ten alle tijden
het hoofd koel te houden.
Haar gesprekken met Iraniërs zijn levendig weergegeven, haar
kleurrijke personages (de oude moeder die wild danst, de Iraanse homo met zijn
hyperromantische dromen, de echtgenoot van de feministe die zo waar een nieuwe
man blijkt!) komen allemaal tot hun recht.
Sterk reisverhaal, met respect geschreven en met veel oog
voor detail. Geen geschiedenisboek, geen socio-politieke studie. Nee, een prachtig
gedetailleerde doorsnede van het Iraanse dagelijkse leven dat leest als een
film waar de vaart goed in zit.
Waar slaat zoiets nou weer op?,vraagt Benjamin met een
mengeling van verwondering en argwaan.
Maryam moffelt het leren zakje weg onder haar kleren. Daar
komen we vast nog wel achter., zegt ze overtuigd. Laat ons nu maar
terugkeren, ik ben het moe om open en bloot op straat risico te lopen.
Binnenhuis kunnen we ons tenminste wat ontspannen.
De rest van de dag doet het tiental het kalmpjes aan. Het is
overal drukkend warm, ook in huis. De vrienden liggen samen in één kamer op
matjes en wuiven zichzelf koelte toe. Elke heeft voor iedereen een soort frisse
limonade klaargemaakt. De paartjes liggen bij elkaar en knuffelen, ondanks de
plakkerige warmte. Pieter-Jan vindt het grappig om te doen alsof hij en een
Randy een relatie hebben en legt zijn hoofd op Randys borst. Die schijnt er
niets op tegen te hebben, in de wetenschap dat het om een grap gaat. Nu ze even
niets om handen hebben komt het gesprek terug op de waaromvraag.
Even serieus nu, verbreekt Nico de stilte, kan iemand mij
vertellen wat de bedoeling is van deze avonturen? Hoe bestaat het dat wij hier
zijn?
Elk heeft zo wel zijn eigen theorie, de ene al wat meer
uitgewerkt dan de andere. Maryam, een groot fan van de theorieën van de geniale
fysicus Hawking, denkt dat ze stuk voor stuk door een wormgat gegaan zijn en in
een andere dimensie zitten.
Pieter-Jan is niet akkoord. Dat is dan toch wel een erg
aparte dimensie met heel veel toevalligheden. Ik bedoel, twee van ons zijn
slavisten en de avonturen die we meemaken zijn wel erg Russisch getint, naar
mijn smaak. Willem is erg literair begaan en nu wil het toeval dat we op een
sliert romanpersonages en schrijvers botsen. Een van ons is van Iraanse komaf
en dan verzeilen we in een soort ruwe kopie van Teheran. Tel daar ook nog eens
die onverklaarbare voorspellingen van Boelie bovenop. Wie gelooft dat dit zo
maar een dimensie is?
Wat denk jij dan? Dat deze dimensie voor ons op maat
gesneden is?, vraagt Maryam.
Ik blijf bij mijn theorie dat dit een gebundelde projectie
is van de machinaties van onze geest.
Ja, maar, waarom dan wij tien, de meesten kennen elkaar
niet eens? Moesten we nog allemaal samen een huis delen, dan zou ik het nog
ergens snappen. Dat de energie van onze gedachten en onderlinge relaties een
aparte wereld gecreëerd heeft., werpt Maryam tegen.
Ja, misschien is er wel een willekeurige kant aan ons
avontuur. We kunnen natuurlijk raden wat we willen. Alles kan., zegt
Pieter-Jan.
Dieter vindt het wel beestig zo. Hij zou voor geen geld
terug willen naar de gewone wereld. Hier lijkt niets er werkelijk toe te doen,
zo losgekoppeld van familie, veel minder verplichtingen. Zo helemaal opnieuw
beginnen in een compleet verschillende omgeving vond hij wel iets hebben. Elke
treedt hem bij en zou ook niet meer terug willen.
Ik heb tijdens mijn studies maandenlang in Ghana gewoond.
Dat was een geweldig tijd, iets waar ik altijd naar terug heb verlangd en nu
heb ik voor het eerst sindsdien het gevoel dat ik leef. Ok, ja, hier in Hetere
zijn veel regels en de officiële cultuur botst met de mijne. Maar verder vind
ik het wel chill hier. Thuis zou je bijvoorbeeld nooit moeten proberen om van
de ene dag op de andere je eigen winkel te starten. Het leven is sowieso een
doos pralines; je weet nooit wat je zal krijgen, maar hier geldt dat nog meer,
dan thuis.
Boelie snapt het niet volledig. Jullie zijn hier toch ook
al gesetteld? Dat brengt toch ook verantwoordelijkheden mee? En jullie hebben
hier toch ook plichten en regels die je moet navolgen?
Ja, maar toch is het anders. Misschien is het omdat alles
zo onrealistisch lijkt dat alles zo veel minder zwaar weegt. Het echte leven
is zo verstikkend., verklaart Elke verder.
Dieter ziet de onderzoekende frons van Boelie, voelt dat
iemand echt geïnteresseerd is in zijn gedachtewereld en kruipt wat uit zijn
schulp:
Kijk, thuis voel ik de verplichting om veel geld te
verdienen. Ik snap ook thuis dat het leven daar niet werkelijk kan om draaien.
Maar toch voel ik die verplichting en kan ik die niet van mij af zetten. Ik
voel die maatschappelijk dwang om mijn leven in te richten zoals dat van iedereen:
elke dag vroeg uit de veren, in slaap sukkelen op de trein naar het werk en
acht uur lang een job doen die mij niet werkelijk boeit. Hier is alles op dat
vlak veel relaxter, ik voel nooit hete adem in mijn nek om dingen te presteren,
die ik niet eens echt wil presteren.
Boelie vindt de redenering maar zelfbegoocheling. Eens je
het hier gewend raakt, kom je toch ook op dat punt? Jullie kennen hier mensen,
juist? Ik voorspel dat je straks net die zelfde drang voelt om meer te
verdienen dan je nu doet. Gewoon omdat je nieuwe omgeving het ook van je
verwacht.
Dieter antwoordt: Nou, ok, dan is het misschien maar goed,
dat we weer verder trekken.
Ja, maar naar waar dan?, vraagt Elke ietwat bezorgt.
Kennelijk is ze wel een beetje gehecht geraakt aan haar plek in Hetere.
Gewoon, verder, altijd maar verder, reizen als doel op
zich, in beweging blijven, vrij zijn, ongebonden., zegt Boelie.
Maryam en Pieter-Jan die hem goed kennen, houden hem strak
in de gaten en vragen zich af of hij nu meent wat hij zegt of dat hij Dieter en
Elke op de een of andere manier in de val wil lokken.
Ja, maar, en kinderen dan?, vraagt Maryam gealarmeerd. We
kunnen toch niet als zigeuners leven, ergens bevallen langs de kant van de weg
en dat arme kind dan meezeulen?
Boelie grijpt zijn grote liefde steviger vast en stelt haar
gerust: Nee, natuurlijk niet. Het is een romantisch idee, maar op lange
termijn natuurlijk onpraktisch.
Nico vraagt: Maar wat doen we nu eigenlijk? Zoeken we een
weg terug naar onze eigen wereld? Of gaan we ons uiteindelijk in deze wereld
vestigen? En waar? Ik hoop dat er toch vrijere samenlevingen te ontdekken zijn
dan dit hier? Blijkbaar zijn er naast Heteri ook Amerikanen? Waar zitten die
dan?
Goeie vraag, zegt Elke.
Hebben jullie geen kaart?, vraagt Jelle.
Ja, een kaart van deze wereld zou natuurlijk wel erg handig
zijn, beaamt Maryam.
De vraag is in hoeverre zon Heteri kaart betrouwbaar is,
voegt Pieter-Jan toe. Hij heeft zijn schijnhuwelijk met Randy ondertussen opgegeven
en is naast Maryam gaan liggen, zodat die gesandwicht wordt tussen haar Boelie
en hun gemeenschappelijke vriend.
Ik stel voor dat we verder trekken zoals tevoren, lekker
het onbekende in. Ooit iemand into the wild gezien?, vraagt Benjamin.
Ja, leuke film, zegt Randy.
Voor mij is dit hele avontuur On the road van Kerouac
gemengd met een stevige portie magisch realisme à la Marquez., zegt Willem
terwijl hij zich luilekker op zijn zij draait en zijn ogen sluit.
Alles is een boek bij Willem, zucht Boelie, maar op zon
milde toon dat er verder geen tegenreactie komt.
Uiteindelijk komen we wel iets tegen. Ik blijf er bij dat
er bedoeling steekt achter al dit. Een confrontatie met onszelf of iets in die
trant. Alleszins, deze wereld bevalt mij veel beter dan de vorige. Ik heb alles
wat ik moet hebben, de vrouw waar ik van hou, interessante maten, zelfs Willem,
lucht in mijn longen en nooit een moment sleur.
Een compliment, zeg. Waar gaan we dat schrijven?,
fluistert Willem met gesloten ogen van op zijn matje.
Ik stel voor dat we maar gewoon verder trekken. Immer
weiter. Out to catch the horizon., zegt Boelie en met de laatste zin imiteert
hij Captain Jack Sparrow uit Pirates of the Carribean. Felicitaties blijven
uit, aangezien de imitatie aan iedereen voorbijgaat. We settelen pas als we
een plek vinden die iedereen bevalt.
Maryam nestelt zich extra behaaglijk in de armen van Boelie,
negeert de hand van Pieter-Jan op haar dij en zegt als een lief klein meisje:
Ons eigen plekje. Helemaal van ons.
Op dat moment droomt elk voor zich van een plek die echt
geschikt zou zijn. Nico vindt dat de groep sowieso moet samenblijven, dat ze
misschien samen een boerderij kunnen starten. Dat idee bevalt Elke heel erg,
want zij heeft dierenverzorging gestudeerd. Dieter ziet ook wel iets in dat
idee. Boelie zegt: we stoken onze eigen pastis en spelen de hele dag petank
tussen de maïsvelden. Willem voelt weinig voor werk op het land, maar hij wil
overdag wel gaan vissen. Randy blijft alles eender. Jelle vindt dat iedereen
loos aan het dromen is, maar heeft niets tegen het boerderijplan, als het dan
zo zou uitkomen. Pieter-Jan wil graag chimpansees kweken, speciaal voor
circusscholen, maar ook om op te eten. Maryam geeft hem een por: Wat heb jij
tegenwoordig met chimpansees?
De hitte in combinatie met liggen, wordt iedereen langzaam
te veel en de tien soezen tot de avond. Als ze wakker worden is het al donker.
De groep eet gezamenlijk uit een grote kom rijst met groentjes en s nachts laden
ze stiekem de Peykan vol met alle spullen die ze denken nodig te hebben op hun
tocht. Ze moeten subtiel te werk gaan, want Hetere komt vooral s nachts tot
leven, omdat het in de namiddag en s avonds veel te warm is om je buiten te
wagen.
Omstreeks drie uur s ochtends is alles in gereedheid
gebracht. De groep duikt om de beurt het kleine badkamertje van het huisje in
om zich eindelijk wat op te frissen. Om half zes trekken Elke en Dieter de deur
achter zich dicht en wandelen ze samen met de rest naar de Peykan:
En toch zal ik het huis een beetje missen, zegt Elke. Het
was voor ons de eerste keer dat we samenwoonden.
Maryam geeft haar nieuwe vriendin een troostende knuffel,
hetgeen volgens Nico een keischattig beeld oplevert.
Als ze bij de Peykan komen, schudt Randy bedenkelijk het
hoofd: Met tien in die auto. Over twee kilometer ben ik dus dood, beseffen
jullie dat? Een normale autorit is met mijn lengte al een kwelling.
Niet dramatiseren, je overleeft het wel, zegt Boelie
terwijl hij de passagierszetel voor zichzelf opeist. Benjamin, de kleinste van
de bende, gaat weer voor zijn voeten zitten en deze keer kruipt Pieter-Jan ook
vooraan. Achterin gaat Elke op Dieters schoot zitten, tegen hem aan plakken
Nico en Jelle, met op hun schoot Randy, die nu niet alleen met zijn tenen, maar
tot zijn knieën uit het raampje hangt.
Maryam vindt echter dat hij zijn benen moet intrekken,
alleszins tot ze voorbij de controlepost zijn. In het Iraanse verkeer kan
veel, maar hiervoor krijg je zelfs in Iran commentaar. Intrekken die benen.
Randy protesteert: Maar we zijn niet in Iran, we zijn in
Hetere. Misschien zeggen ze wel niets.
Elke bevestigt dat de politie daar zeker niet mee kan
lachen. Maryam herhaalt haar bevel:
Intrekken die benen!
Randy kreunt en doet wat hem gevraagd wordt, zodat Maryam de
auto start.
O jee, zegt ze als ze vijftig meter ver is en aan de motor
hoort dat die niet echt akkoord is met de lading die hij moet trekken, dit is
al een opgave voor een normale auto, laat staan een Peykan.
Als ze bij de controlepost komen, merken ze dat er geen
wachten zijn en dat de weg niet versperd is. Maryam geeft gas en scheurt er
langs.
Dat ging mij net iets te makkelijk, zegt Elke op de
achterbank, er staan anders altijd wachten bij die controleposten.
Niets van aantrekken, zegt Benjamin vrolijk, hoe minder
je denkt..., maar voor hij uitgesproken is, schreeuwt hij het uit van de pijn.
Boelie heeft Benjamins hoofd tussen zijn knieën gekneld en
maakt zijn zin af: hoe minder zorgen je hebt. Zeg kerel, je plaat blijft
hangen.
Maar hij heeft wel gelijk, zegt Pieter-Jan.
We zullen zien, we zullen zien, zucht Maryam die de auto
strak laat voortrijden aan wat de maximumsnelheid schijnt te zijn, 100
kilometer per uur.
Mooiste, zegt Boelie naast haar, denk er om dat je altijd
slanker bent dan je denkt. Het meeste gewicht zit hem in je voet.
Op de achterbank doden ze de tijd met het zingen van
schlagers. Randy vraagt of hij zijn benen nu wel uit het raam mag hangen.
Maryam vindt het niet veilig en weigert het verzoek. Randy zegt dat hij echt
veel last heeft, maar Boelie zegt op express lichtzinnige toon: Be a man,
Randy, be a man.
Als na goed twee uur rijden de motor aan het sputteren gaat
en de Peykan tot stilstand komt, is er op zijn minst eentje blij dat hij uit
zijn positie bevrijdt is. De anderen stappen met meer tegenzin uit.
Maryam zucht diep: Daar was ik dus al bang voor. Hopelijk
vinden we snel iets anders. Want ik heb absoluut geen zin om ver te stappen.
De groep laadt de spullen uit, verdeelt ze over ieders rug
en zet zich in beweging. Maar ze zijn nog maar pas terug op pad of achter hen
horen ze een druk geluid.
Ben ik de enige die dat hoort? Of is dat een bel?, vraagt
Benjamin.
Lijkt wel een bel van een crèmekar, zegt Nico lachend.
Willem en Boelie rollen door de kamer en proberen elkaars
nek dicht te knijpen. Benjamin roept: Yupla. Chick fight.
Moeten we die twee niet uit elkaar halen?, vraagt Elke.
Och, die twee pussies bezorgen elkaar hoogstens een
gebroken nagel, zegt Maryam.
Wat cru om je eigen lief een pussy te noemen, antwoordt
Elke verbaasd.
Het is een tsjoempi, maar ik zie hem graag.
Pieter-Jan klautert ondertussen op een tafel en speelt een
interview na, hij is tegelijk interviewer als geïnterviewde.
Hij kondigt aan: En vanavond in ons niet te versmaden
programma iets met grote egos die schrijven een interview met de laatste
revelatie, auteur van een bruine scheet in een gebroken fles, uw applaus voor
Rumsey Nader.
Zeg eens, Rumsey. Wat bracht u tot het schrijven van dit
boek?
Wel, ik verveel mij meestal steendood in dit leven en ik
geef eigenlijk geen zak om iets. Dus ik wilde mij afzetten tegen al die
kloteonzin op deze kloteplaneet, rotvervelende dagen op een strontsaaie bol.
U dacht niet: ik ga eens dik geld verdienen aan het grote
ontevredenheidsgevoel van de modale burger die het gelukkig voor u- niet zo
flitsend weet te verwoorden?
Wel, nee, want ik ken geen modale burgers, want ik kijk
eigenlijk nooit televisie. Ik praat enkel tegen mijn hond en mijn wijf en mijn
wijf is geen modale burger, want ze pijpt mij drie keer per dag en ze zaagt
niet.
P-Jay gaat helemaal op in zijn improvisatie. Dieter heeft
zich er gezellig bijgezet en vindt het super de max. Maar Elke kijkt met grote
ogen naar de stevige, geblokte jongen in de chador die op haar tafel met
zichzelf een bizar gesprek voert. Ze vraagt Maryam of hij wel vaker zon bui heeft
en wat de bedoeling ervan is.
De zenuwbanen van P-Jay hebben op tijd en stond een flinke
intellectuele injectie nodig. Als hij die niet krijgt, gebeurt er zoiets. Ik
zou er niet te veel op letten als ik jou was.
Nico, Randy, Jelle en Benjamin grijpen ondertussen terug
naar de doos Kolonisten van Katan, maar dat is een stap te ver voor Maryam.
Ha nee, hé, jullie hebben mij actie beloofd vandaag. Markt,
fizendjun en weg van hier.
De jongens smeken om één spelletje, maar Maryam wil er niets
van horen.
En haal die twee nou maar uit elkaar, dat ze elkaar straks
maar de kop inslaan, we hebben nu geen tijd. Over een kwartier wil ik met
iedereen naar de markt.
Het gezelschap is geïntimideerd door Maryams temperament en
valt stil. Enkel P-jay oreert verder:
Heeft de beroerde relatie met uw drinkende vader invloed
gehad op uw boek?
Mijn roman gaat maar voor negentig procent over mijn
zielige jeugd toen ik die zuipschuit van een pa al naar huis reed met de auto,
ook al was ik nog maar 9 jaar oud, wat denkt u zelf?
Slaat u eigenlijk geen munt uit het medelijden van uw
publiek?
Het was dat of aan de slag gaan als pizzabesteller.
Heeft uw boek een meerwaarde?
Ik denk dat ik schrijf over themas waar iedereen zich kan
in vinden.
Is schrijven een ambacht? Iets dat je kunt leren?
Ik zeg altijd: schrijven is zoals kakken, het komt er uit
als je er niet te veel bij nadenkt.
Maryam is het nu echt beu en schreeuwt: P-Jay, cut the crap
of ik word echt kwaad!
Een half uur later staan de tien al tussen de
marktkraampjes.
De eerstvolgende die mij nu nog in mijn kont knijpt, geef
ik een mep tussen zijn ogen!, gromt Willem.
Ik ook, valt Nico hem bij.
Dat is hier de gewoonte. Doordat seks hier zon geweldig taboe
is, krijgt alles seksuele connotaties en heeft iedereen de hele dag maar één
ding aan zijn hoofd. En billenknijpen is iets wat elke vrouw hier dagelijks
meemaakt., zegt Elke.
Is dat in het echte Iran ook zo?, vraagt Randy aan Maryam.
O ja, dat is krek hetzelfde daar.
Kan best zijn, maar de eerste die het nog waagt klop ik met
zijn smoel tussen de watermeloenen., zegt Jelle.
Alle jongens steunen dat voornemen, maar Maryam tikt hen letterlijk-
op de vingers.
Jullie houden je gemak en jullie verdragen het. Als ze
ontdekken dat jullie mannen zijn, gaan jullie er aan.
Het gezelschap ondergaat de kwelling en komt beladen met volle
boodschaptassen terug aan bij het huisje van Elke en Dieter. De twee hebben al
hun Heteraanse spaargeld er door gejaagd om de groep te bevoorraden voor de
reis.
Ze besluiten om s ochtends vroeg te vertrekken, nog voor
zonsopgang. s Nachts vertrekken is geen optie, want dan is de stad hermetisch
afgesloten. De tien profiteren van de resterende tijd om Maryams trek in
Fizendjun alle eer aan te doen en om voorzichtig wat aan sight-seeing te doen.
Willem vindt de vele afbeeldingen van martelaren met alle
mogelijke bloederige detail die op bijna alle openbare muren prijken ronduit
stotend. Pieter-Jan is erg verbaasd als ze midden in het centrum van de stad
een anglicaanse kerk ontdekken. Elke weet dat de kerkgangers als outcasts
behandeld worden. Hetere heeft niets tegen buitenlandse gelovigen, officieel
toch niet, maar moslims die zich bekeren tot een andere godsdienst, dat vinden
ze een schande. Die christelijke gemeenschap heeft anders wel een belangrijke
rol. De christelijke minderheid mag wél alcohol brouwen voor eigen gebruik. Alleen,
verkopen ze hun gestookte drank natuurlijk door aan de moslims.
De hele groep is verbaasd als ze door een wijk wandelen die
verdacht op een rosse buurt lijkt. Elke die haar rol als gids met verve speelt,
licht nader toe: Dit lijkt niet alleen een rosse buurt, dit is er ook echt
één. Met dat verschil dat de klanten een tijdelijk huwelijk afsluiten met de
prostituee van hun keuze. Prostitutie is verboden en bestaat officieel niet,
maar seks binnen de grenzen van een tijdelijk huwelijk, daar is niets mis mee.
Absurd, zegt Nico en de rest neuriet instemmend.
Als de groep door een smalle winkelstraat wandelt, botst
Benjamin op een klein oud vrouwtje, dat hem hard bij zijn pols grijpt en een
kleine leren zak in zijn hand propt. Daarna verdwijnt ze vliegensvlug tussen het
volk.
Wat heb jij daar?, vraagt Maryam nieuwsgierig.
Een zakje., zegt Benjamin die de situatie nogal komisch
vindt.
Maryam neemt het zakje over en trekt het open.
En, vraagt Pieter-Jan, wat zit er in?
Sleutels. Tien sleutels in allerlei verschillende kleuren.
O en ook een briefje. In het Perzisch natuurlijk, antwoordt Maryam.
En wat staat er dan?, dringt iedereen aan.
Dit zijn de sleutels tot het juweel van de kern. Gebruik er
negen, let wel, niet tien en niet acht, maar negen.