Titel : Adios amigos
Auteur : Momo Besedic
Aantal spelers : 2-4
Leeftijd : 8+
Tijdsduur : 15 min.

Voor het tweede deel van ons trio trekken we naar Mexico, waar rivaliserende desperado's vechten voor hun plaats en het goud. Wie heeft er de snelste vingers en kan als eerste zijn tegenstanders afknallen.

Het spel bestaat uit 60 desperadokaarten. Hierop staan de lokale helden afgebeeld met twee getallen, de achterkant toont goudklompjes. Voor elke speler zijn er tien geweerfiches met op de achterzijde een getal van 0-9. Elke speler krijgt ook twee kogels en 1 staaf dynamiet.

De 60 kaarten worden geschut en elke speler krijgt vijftien kaarten. Hiervan legt elke speler de drie bovenste kaarten naast elkaar, dit zijn zijn desperado's voor deze ronde. Hij legt ook zijn geweerfiches (met geweer naar boven) voor zich klaar en twee kogels en 1 dynamiet.

Het spel verloopt over vijf dezelfde rondes. Een speler roept "ADIOS AMIGOS" en dan gaat het hectische spel van start. De spelers draaien twee geweerfiches om. Deze fiches kunnen de spelers nu op een tegenstrever zijn desperado leggen, als het cijfer overeenkomt met de som of het verschil van de twee getallen die op de kaart staan. (bv. je mag een geweerfiche 3 leggen op een kaart met een 2 en een 5). Er mag slechts één fiche op een kaart belanden, die eerst schiet, eerst raakt.

Indien een speler een fout maakt, mist het schot. De speler neemt de geweerfiche terug en moet een deel van zijn opbrengst op het einde van de ronde delen met de medespelers. Indien je niets meer kan doen met je geweerfiches, kan je herladen, je legt één van je kogels in het midden van tafel en roept "RELOAD", nu mogen alle spelers twee extra geweerfiches omdraaien. Dit kan elke speler twee keer in een ronde doen. Doe je dit wel zonder kogels, krijg je uiteraard weer een straf.

Eénmaal per ronde kan je ook je staaf dynamiet gebruiken. Je roept dan "BOMB" en legt de dynamiet in het midden. Dit onderbreekt het spel voor 10 seconden. De tegenstanders moeten hun oren afdekken met hun beide handen en in stilte van 10 tot 0 tellen (traag). Gedurende deze periode mag de bomlegger meerdere fiches uitspelen op één kaart. Je telt de waarde van de fiches op en uiteraard moet dit weer kloppen met de beschoten deperadokaart. Herladen mag niet gedurende deze periode.

Als er geweerfiches liggen op de drie kaarten van een speler, valt deze speler uit de ronde. Vanaf het moment dat alle spelers, behalve één uit de ronde zijn gevallen, eindigt de lopende ronde. Het kan zelfs gebeuren dat spelers gelijktijdig uitvallen of dat er geen doden meer kunnen vallen aangezien er geen fiches meer kunnen gelegd worden en niet meer worden herladen.

Nu wordt de score berekend. De spelers nemen de desperadokaarten die ze geraakt hebben en draaien ze om als goudklomp. Kaarten van overlevende desperado's blijven bij de eigenaar en worden ook omgezet in goud. De speler die de ronde heeft overleefd, krijgt een extra goudklompfiche uit de stock. Spelers die een schot hebben gemist, geven drie goudklompen af aan diegene waar ze op schoten en 1 goudklomp aan de andere spelers. Iemand die herlaadde zonder kogel, geeft alle medespelers 1 goudklomp. Indien je niet genoeg goudklompen hebt, schrijf je een IOU uit en betaal je zo gauw je dat wel kan.

Daarna krijg je alle materiaal terug en begint een volgende ronde. Diegene die na vijf rondes het meeste goud heeft verzameld, wint het spel.