Balance DUELS kan worden gespeeld door 2 tot 4 spelers vanaf ongeveer 8 jaar. Hieronder volgt een globale uitleg van één van de mogelijke duels voor 2 spelers.

Het doel van het spel is als eerste 8 pionnen over te brengen van het startveld, (de rechter pionhouders 1-7) naar het finishveld, (de linker pionhouders 1-7), zonder dat de balans omslaat.

Elke speler krijgt 8 L(arge)-pionnen in één kleur.

De speler die begint werpt met een dobbelsteen.
Hij plaatst een pion in de pionhouder aan zijn rechterkant die correspondeert met het aantal geworpen ogen.
(zie de nummering van de pionhouders)

Hierna werpt de medespeler de dobbelsteen. Ook hij plaatst een pion in de pionhouder aan zijn rechterkant die correspondeert met het aantal geworpen ogen.

De spelsituatie kan er nu als volgt uitzien:

Na elke worp met de dobbelsteen mag de speler die aan de beurt is kiezen voor:

• het plaatsen van een pion uit zijn voorraad in één van de rechter pionhouders, of
• het verplaatsen van een eerder geplaatste pion. (b.v.: bij worp 4 mag een pion in pionhouder 3 worden verplaatst naar pionhouder 7), of
• passen.

Verder verloop van het spel

Pionnen die links zijn aangekomen worden "aanvalspionnen". Zij mogen een pion van de medespeler slaan als zij een lege pionhouder ernaast met een gelijk nummer kunnen bezetten. De geslagen pion gaat terug naar de speelvoorraad van de eigenaar.

De blauwe pion is links in het finishveld aangekomen en mag de rode pion van de medespeler slaan

Een speler mag na een worp passen.
Bij zijn volgende beurt moet de speler een pion plaatsen of verplaatsen, als dit kan.

Wanneer aan het einde van een beurt de balansarm op de grondplaat rust heeft de speler direct verloren.

De winnaar

Winnaar is:

• de speler die overblijft na een balansomslag, of
• de speler die als eerste zijn pionnen heeft overgebracht naar zijn finishveld, zonder dat de balans omslaat. (opm.: aan het einde van het spel mag hij de posities van zijn 8 pionnen in het finishveld vrij kiezen)