Inhoud blog
  • Stop de valse oorlog over al of niet educatieve master in de kunsteducatie en zorg voor een opleiding die betekenis heeft.
  • Tijd voor denken en reflectie, tijd voor vormgeving van een toekomst, tijd voor cultuureducatie dus.
  • Waarachtige Waarheden
  • Beeld in een stadsparkje
  • Catch-22 of een dubieuze waarheid
  • Klimmen uit een dal
  • Ervaring 1
  • 'Mooi zijn' af?
  • Weg, troost en beelden
  • Alles zelf doen of er komt niets van!
  • 2 februari! Zingen en de waarheid!
  • Hoop
  • Mijn Spiegel.
  • jeugdhuizen een verhaal over tijd en ruimte
    Zoeken in blog

    Foto
    Niets is wat het lijkt
    Blog als favoriet !
    Gedachtengang
    wat anders in het hoofd of het hart blijft steken!
    Als het mij overvalt, of mij niet loslaat. Maar het kan ook voor het oefenen zijn. Oefenen in waar ik niet in opgeleid ben, oefenen met woorden.
    10-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Tijd voor denken en reflectie, tijd voor vormgeving van een toekomst, tijd voor cultuureducatie dus.

    Tijd voor denken en reflectie,

    tijd voor vormgeving van een toekomst,

    tijd dus, voor cultuureducatie.

     

    Ik schrijf deze gedachten in een tijd van verwarring, angst, solidariteit en hoop, een tijd waar er meer vragen zijn dan antwoorden.

    In een tijd waar de waarden van ons samenleven en ons denken daarover, de vorm die we daarvoor hebben bedacht, onze handelingen …, worden aangevallen. En ik sta blijkbaar niet alleen met mijn twijfelend bestaan: de vele jongeren die ik ontmoet, stellen met mij de vragen, maar poneren net zo goed antwoorden.

    Dit brengt mijn gedachten bij opvoeden, onderwijzen, educatie en hoe daar omzichtig mee om te gaan. En op hetzelfde ogenblik word ik gevraagd om mijn gedachten te laten gaan over kunst als onderdeel van het grotere veld van cultuureducatie. Want middenin het debat van zoeken hoe we omgaan met waarden en normen, hoe we omgaan met de vele invloeden, denkwijzen, religies en sommige excessen die dat met zich meebrengt, speelt er zich binnen onderwijs en educatie ook een zoeken af hoe we dit kunnen bruikbaar maken voor jongeren die nu opgroeien en zoeken naar enig houvast.

    Hoe doen we dit zonder de zin voor burgerschap en kritische ingesteldheid te verliezen?

     

    Ik grasduin in het openbare debat over de eindtermen dat vandaag aan de orde is en merk dat we veelal grossieren in het eigen gelijk en de eigen praktijken. Als we doorgaan met deze manier van denken, zullen we uitkomen waar we al staan en stonden, zonder het groots perspectief van een toekomst die nooit meer zal zijn zoals vandaag.

    Want ik merk dat we ervan uitgaan dat kinderen en jongeren via onderwijs in gesegregeerde vakken vat moeten krijgen op de totaliteit van het samenleven en het samen toekomst maken.

    Na de gebeurtenissen van de laatste dagen twijfel ik grondig aan deze optie. Omdat de verbinding ontbreekt: waar is er plaats en tijd, waar zijn de middelen om de wereld, zijn kennis, kunde, denken en vorm te overzien, te beschouwen, te bestuderen en opnieuw vorm te geven?

     

    Het alternatief voor deze optie is plaatsmaken voor denken, reflectie, retoriek, dynamiek in denken en handelen, en dat in een zo breed mogelijke context.

    En dan kom ik als vanzelf bij ‘de kunsten’ terecht, als onderdeel van een brede cultuureducatie. Niet bij de tekenles of de muziekles, maar bij de kern van kunst en cultuur als educatieve waarde. De kern, die een bundeling is van wie en wat we zijn als mens, welke waarden en normen we overdragen, hoe we ze vormgeven en hoe we in staat zijn daar dynamisch mee om te gaan in een steeds veranderend samenleven en een zich vernieuwende samenleving.

    Wat we nodig hebben is een atrium, een plaats waar de verbinding tussen alles wat we doen en denken, tussen de verschillende gedachten en levenswijsheden en hoe we deze vormgeven, kan bekeken, bestudeerd, bekritiseerd en beantwoord worden.

    Deze plaats moet verbindingen leggen tussen spanningsgebieden zoals cultuur en natuur, economie en maatschappij, burgerzin en algemene zingeving, in een coherent geheel, in een cluster van waardig geformuleerde meningsverschillen.

     

    Cultuureducatie (en zeker kunst) heeft dit atrium in zich: cultuureducatie en kunsten geven geen antwoorden, maar zijn uitingen - of minstens pogingen - om onszelf en de wereld te bevragen in ’doen en denken’.

    In het ruime gebied van de cultuureducatie kunnen we alle mogelijke thema’s benaderen, zelfs vanuit hun meest abstracte vorm. Het is de plaats waar gelijken en verschillen tegenover elkaar kunnen staan, waar werkelijkheid en fantasie een plek hebben, waar Eros en Thanatos elkaar ontmoeten. Een plaats waar persoonlijke expressie gedijt naast inzichten uit de geschiedenis en waar beeld en woord vanuit een hoger perspectief worden ingezet en afgewogen.

     

    In de praktijk denk ik dan aan de mogelijkheid om hierbinnen zowel grote, meer abstracte thema’s (goed en kwaad, liefde en haat, moed en lafheid, …) als meer concrete feitelijkheden (man/vrouw, techniek/ambacht, …) te bekijken, te bestuderen en er een mening over te vormen. Binnen de cultuureducatie en de kunsten gebeurt dit per definitie zowel vanuit historisch, maatschappelijk, wetenschappelijk, economisch, technisch, ethisch en esthetisch perspectief, wat niets dan voordelen oplevert voor het denken en voor de vormgeving van het leven zelf.

    Binnen de kunst en de bredere cultuureducatie kunnen deze meer abstracte begrippen en hun dagelijkse uitingsvormen aan bod komen, en dit zowel voor doeners als voor denkers.   Het is evident dat ik hierbij niet enkel uitga van het louter westerse canon: zelfs de plaats en de functie die we aan kunst toekennen, kunnen bevraagd worden. Waardoor we tegelijkertijd cultuur in zijn meest brede vorm bevragen.

     

    Dit betekent dat we weg moeten van een eerder industrieel geïnspireerd onderwijs, waar we met zijn allen op een  geijkte manier naar eenzelfde eindmeet worden gebracht, maar meer moeten ingaan op een persoonlijk en maatschappelijk gericht ‘clusteronderwijs’, waar  thema’s die ons allen aanbelangen, centraal komen te staan. Om de betrokkenheid te verhogen, is het nodig om deze thema’s, vragen en meningen te laten ontstaan vanuit de vragen van de student/lerende. Vervolgens worden deze thema’s vanuit verschillende perspectieven benaderd: historisch, economisch, maatschappelijk, ideologisch, … en dit zowel individueel als in groep. De leerling/scholier/student kan ‘zijn’ antwoord/mening/bedenking via uiteenlopende concepten en vormgeving met de anderen delen en zo de confrontatie aangaan met andere antwoorden/meningen/bedenkingen.

    Dat we dan geen school meer hebben met een lessenrooster dat opgebouwd is uit afzonderlijke vakken en daardoor de gedachten eerder verdeelt dan ze te verbinden, biedt enkel voordelen. Ook voor de eenzame leerkracht die alleen voor de groep staat, biedt deze benadering uitwegen: ik denk hierbij aan groeps- en werkstations met leerkrachtenteams die hun studenten de weg wijzen, instrueren, bevragen en voeden vanuit diverse invalhoeken.

    Ja, dit vraagt een andere en meer dynamische organisatie. Een organisatie die verfrissend werkt voor alle partijen en mee zorgt voor een gezamenlijke en verbindende aanpak.

    Dat er ook nog, op maat en behoefte van het algemeen cultureel bewustzijn, studie- en instructietijd nodig zal zijn, is evident. Maar ook daar kan men zoeken naar verbinding in plaats van het lineair en op zichzelf gekeerde vakmatig denken in te zetten. Is de wereld en zijn culturele uitingen en verschijningsvormen immers niet opgebouwd uit verbindingen die ontstaan zijn uit invloeden van ons allen?

     

     

    De kunsten zijn altijd al een belangrijke factor geweest om zicht te krijgen op gedachten, gevoelens, dromen en concepten over ons bestaan. Daardoor is kunst=educatie en verdienen de kunsten, samen met de bredere cultuureducatie, een plaats in opvoeding, educatie en meer dan ooit in onderwijs. Kunst is de verbindende factor met het werkelijke en zinvolle bestaan om ‘te spreken waarover we niet spreken kunnen’.

    In kunst en cultuur zijn lichaam en geest één geheel, zijn materie en het niet-materiële met elkaar verbonden en bieden ze ons de kans om onszelf uit te drukken.

    Is er vandaag iets belangrijkers dan om vanuit de dagelijkse diversiteit van denken en handelen, samen te zoeken naar een toekomst? Om normen en waarden eerder als vraag dan als antwoord mee te geven?

     

     

    Tijl Bossuyt

    Artistiek en zakelijk leider

    De Veerman

     

    1 april 2016

    De Veerman

     

    10-04-2016 om 00:00 geschreven door TB  


    >> Reageer (0)
    22-12-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Waarachtige Waarheden
    Ik las een biografie over een vriend en herkende te weinig om het boek goed te vinden. Een desk biografie besloot ik, door een geldschrijver die zich in de verste verte niet de moeite getrooste om enig echt veldmateriaal te verzamelen. Ik las enige tijd later 'Rock & Roll Cabaret', van Just Enschedé waar veel over diezelfde vriend werd geschreven. Herkenbaar als geen ander! Geschreven in een stijl die ik onmogelijk benoemen kan maar die mij deed terugdenken aan de gesprekken met mijn vriend.  Dit om maar te zeggen dat de waarheid niet in een boek staat, nog in de sterren staat geschreven . Het is een verzameling van gegevens die zo relatief als mijn bestaan is. Vergelijkbaar met de tradities op het einde van het jaar en hun traditionele feestelijkheden (en met uitbreiding alle traditionele feestdagen) , wat zijn nog hun betekenissen en welke invulling geven we er nu nog aan, welke waarheden willen we elkaar nog naar het hoofd slingeren en met welke waar-achtigheden vullen we dat alles in? Het betekenisvolle of  betekenisloze van feesten werkt vreemd, behalve dat we nog wel feesten en  betekend dat we de dagelijkse ordening even kunnen verlaten, brengen ze mij in de gelukkig in de war.
    Nu is dat op zichzelf een feest waard, elke keer we de gewone orde even op zijn kop zetten en verwarring in onze geest zaaien. Helaas  hangt daar nu voor mij iets triest aan. Straks wens ik de mensen ' een vrolijke kerst toe of een gelukkig nieuwjaar", maar de vrolijkheid lijkt ver te zoeken in een winkelstraat met een patrouille soldaten of een kerstfeest opgevrolijkt door wat politie interventies.  de triestesse komt niet van de mensen achter het uniform wel doordat men een soort orde installeert die niet de mijne is. In plaats van vredevol, liefdevol en vrolijkheid worden we door een systeem beschermd  dat ons doet geloven dat tijden nu gevaarlijker zijn dan pakweg gisteren. De kinderen in de straat groeten vrolijk de soldaten in de straat terwijl mensen op de tram elkaar amper een blik gunnen en raar opkijken als je naar hen glimlacht, laat staan hen aanspreekt over het dagdagelijkse. 
    Straks is het de langste nacht in deze warme winter waar zuiderwinden de bloesems nu al nieuw leven inblazen. Te vroeg zeggen sommigen... maar laat de seizoenen en hun grillen ons nu maar eens ernstig in de war brengen, heel ernstig! De waarachtige waarheid is immers doordrongen van grillen en grollen waar de vraag zich vanzelf stelt, deze beantwoorden is een schoon nieuw begin!

    22-12-2015 om 14:09 geschreven door TB  


    >> Reageer (0)
    23-02-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Sprokkels uit mijn denken over ‘Kinderen en Kunst ‘

     

    Als je het aan de inner cirkel van de kunstinstellingen vraagt, blijkt kunst voor kinderen een uitgemaakte zaak: je kan niet vroeg genoeg beginnen met kinderen kunst te laten beleven en hen in contact te brengen met allerlei cultuuruitingen. Zelden hoor daar een dissidente stem zoals die van Jake Chapman, die zegt dat  kinderen niets te zoeken hebben  in het museum omdat ze er nog niets van snappen.

     

    Jake Chapman, half of the revered Chapman brothers duo, called parents "arrogant" for thinking children could understand such complex artists as Jackson Pollock and Mark Rothko. He says that standing a child in front of a Pollock is an "insult" to the American who pioneered the abstract expressionism. "It's like saying... it's as moronic as a child? Children are not human yet," the father-of-three declared.

     

    Zo'n controversiële uitspraak doet bij ons  (kunstminnend Vlaanderen) de wenkbrauwen fronsen,  maar in Engeland bracht dit een  debat op gang over kinderen en kunst, een debat dat ook hier niet zou misstaan en waar we soms te snel aan voorbijgaan.

    De vraag waarmee we kinderen confronteren en waarom we dit doen, mag zeker gesteld worden.

     

    Wij hebben in Vlaanderen een rijke traditie aan kunsteducatie en aan initiatieven die kinderen met kunst willen in aanraking brengen.
    Ook roergangers zoals Barbara Wyckmans van Het Paleis die zeggen dat kunst een recht is voor kinderen, ijveren samen met heel wat culturele organisaties om dat recht om te zetten in een divers aanbod. Maar dan nog  is het goed om het debat te voeren, te onderzoeken wat onze motieven en argumenten zijn om dit recht  verder te laten groeien en ontwikkelen of niet.

    Ook in de onderwijsmiddens is al van in  de jaren  vijftig van vorige eeuw, de aandacht voor kunst en cultuur in het curriculum groeiende, zij het met zeer wisselende draagkracht en aandacht.  

    De beweging van de ‘creatieve expressie’, die internationaal veel uitstraling had, zette van 1957 tot eind jaren ‘70 veel in gang. Roemrijke figuren zoals August. J. Bal en Jos De Maegd, hanteerden creatieve expressie vooral vanuit pedagogisch oogpunt en de ontwikkeling van kinderen, wat vrij progressief was in het toenmalig tijdsbeeld. Hun visie en werking straalde uit naar de kunstmiddens en de eerste voorzichtige banden werden gesmeed.

    Ook in het jeugdwerk ontstonden in die jaren kunstzinnige ateliers, die ettelijke jaren later werden verdergezet in de deeltijdse academies, zij het enkel in de beeldende afdelingen.  Het was wachten tot de jaren 2000-2010 alvorens ook het deeltijds muziekonderwijs op deze stimulans inging en meer algemene ateliers muzische vorming voor jonge kinderen organiseerde.

     

    Met de hertekening van het cultuurbeleid in de jaren tachtig en de grotere opsplitsing tussen cultuur en onderwijs, dreigde al het schoons dat door de creatieve expressiebeweging was opgebouwd, weg te zakken.

    Dit euvel was voornamelijk ingegeven door de grote besparingsmodus waarin ons land toen verkeerde en dus vooral ingegeven door economische motieven. Ja, ook toen al viel op dat in crisistijden kunst en cultuur dikwijls bij de eerste slachtoffers hoort bij grotere economische verhalen. Dat dan vooral de minder zichtbare actoren worden opzijgezet mag van alle tijden zijn, vertelt hoe we als samenleving kijken naar dit soort werk. Het duidt meteen op een buitencirkel van mensen die kunst en cultuur, zeker voor jongeren en kinderen, niet als een noodzaak maar al een luxe beschouwen. Hiervoor hanteren zij argumenten als zinloze bezigheid, een loutere hobby, duur, niet-productief (helpt ons economisch niet vooruit) …..

    Het was wachten tot het begin van deze eeuw om weer de binding tussen cultuur en onderwijs aan te halen en hen te stimuleren tot meer samenwerking en samenhang.

     

    Ondertussen had het onderwijs in de laatste jaren van de vorige eeuw via de eindtermen muzische vorming de creatieve expressie structureel verankerd in het basisonderwijs. Vandaag de dag is dat nog steeds zo, maar in inspectieverslagen lezen we dat het daar niet zo bijzonder goed mee is gesteld. Vooral de opleiding van de onderwijsmensen blijkt te kort te schieten in methodes en werkvormen om die binding tussen cultuur en onderwijs in een goed opgebouwd en duurzaam onderwijstraject  te kunnen gieten.

     

    De kunstensector zelf zat ook niet stil: er groeide een rijke variëteit aan initiatieven die inspeelden op het onderwijs en naar kinderen in hun vrije tijd (al dan niet in familieverband). Het jeugdtheater is hiervan een van de sterkste voorbeelden. Bovendien richten enkele kunsthuizen zich uitsluitend op kinderen en/of jongeren. We kennen allemaal Bronks, HETPALEIS, Het Speeltheater/de Kopergietery  …. die heel wat pionierswerk verrichtten, maar ook gezelschappen zoals HETGEVOLG, Laika, Fabuleus en nog zoveel anderen hebben een positieve doch economisch broze positie verworven.

    De laatste jaren is er zelfs een bijzondere uitbereiding naar de heel jonge leeftijd bezig: zo richt bv. muziektheater De Spiegel zich naar de allerkleinsten en maakt voorstellingen voor -driejarigen.

    Cultuurcentra speelden een cruciale rol in deze ontwikkeling: sinds hun ontstaan bouwden zij gestaag aan een werking voor kinderen en jongeren, in eerste instantie vooral via een binding met het onderwijs. Pas hebben zij hun programmatie ook opengesteld voor vrijetijdsactiviteiten in die zin.

    Ook de museale sector bleef niet achterwege en wist decretaal het educatieve luik te verankeren in zijn werk. In dat educatieve luik zijn vooral de initiatieven voor kinderen en jongeren (ook hier weer grotendeels gericht op het onderwijs) het meest opvallend. Pas recent werden via voorzichtige debatten de toegangspoort naar gezinnen opengesteld en ontstaan er initiatieven die zich op deze doelgroep richten.

    Met het installeren van een ‘dag van de kinderkunsten’ bezegelde voormalig cultuurminister Joke Schauvliege het samengaan tussen kunst en onderwijs met een grote politieke aandacht. Al is dit in de praktijk niet altijd evident: het -terecht- invoeren van de maximumfactuur in het onderwijs heeft tot gevolg dat receptieve en actieve kunst- en cultuuractiviteiten een terugval kennen.

     

    De kunsteducatieve sector (waarvan we de voorlopers vinden in de hoger vermelde creatieve expressiebeweging) nam in al deze ontwikkelingen een bijzondere positie in.

    Het was vooral aan hen te danken dat er een voortdurende vloed aan nieuwe initiatieven, werkvormen en methodieken werden bedacht om kinderen met kunst in aanraking te brengen. De redenen om dit te doen, kenden een interessante evolutie: in de jaren vijftig en de vroege jaren zestig ging het voornamelijk om persoonlijke groei en ontwikkeling van het kind, in de jaren zeventig was er een accentverschuiving naar allerlei maatschappelijke en sociale  doelen en vanaf medio tachtig kwam de kunst centraal te staan.

    Organisaties die vanuit een meer postmodernistische denken startten en dus later werden opgericht (en nu erkend zijn onder het kunstendecreet) zoals Art Basic for Childeren, Aifoon, Matrix, De Veerman, Musica, Jeugd en Muziek, Rasa …. werken veelal vanuit het geheel van bovenstaande doelstellingen en hebben een veel globalere visie op het ontsluiten van de kunsten voor mensen in het algemeen en voor kinderen in het bijzonder. Velen onder hen breiden hun doelpubliek uit naar zowel kinderen als volwassenen. Vaak hebben zij programma’s waar beiden groepen samen worden aangesproken.

    Zij bevechten sterk de misvatting als zou kunsteducatie enkel leuke activiteiten voor kinderen omvatten in de rand van de kunsten en tonen dit overduidelijk aan in hun dagelijkse werking.

    Deze organisaties, die vooral de functie participatie krijgen toegeschoven, hebben een zeer sterke binding met het kunstenlandschap en tegelijkertijd een zeer grote en gedegen kennis van agogiek en pedagogiek. Historisch zijn ze gegroeid uit het werken met kinderen in onderwijs en vrijetijd maar ze verruimden hun actieradius, toch blijven ze tot op vandaag voortrekkers op het gebied. Maar door hun positie werken ze letterlijk veel minder in de spotlichten.  

     

     

    Met al deze lijnen in het achterhoofd zouden we kunnen stellen dat het goed gaat met de aandacht die we in Vlaanderen besteden aan kinderen en kunst.

    Maar is dat ook zo? En wat zijn onze motieven hiervoor?

     

    Kunst voor kinderen was de centrale focus van de Cultuurmarkt van Vlaanderen 2014.

    Een oproep aan het culturele veld om dit jaar het aanbod voor kinderen extra in de verf te zetten tijdens, resulteerde in een ruim scala van meer dan 50 voorstellingen: muziek, theater, beeldende kunsten, kunstzinnige workshops ... voor alle leeftijden. Baby’s werden niet vergeten en ook voor hen waren er initiatieven zodat ze hun eerste voorzichtige stapjes in cultuur konden zetten, weliswaar met hun ouders en/of aanverwanten.

    De motivatie hiervoor was te horen te horen in de speech van Annik Klaes,  directeur van Prospekta, het centrum voor kunstcommunicatie:

     

    Uw kind heeft recht op het beste! De mooiste kleding, het gezondste eten, het beste kinderstoeltje, het veiligste speeltuig. Uw kind heeft ook recht op cultuur. En dat is nu precies wat we in de aanbieding hebben. Ruim en gevarieerd. Kom het ontdekken op de Cultuurmarkt en nadien een seizoen lang in de grote en kleine cultuurtempels in ons land.

     

    Op het eerste gezicht een simpele motivatie, maar een die toch heel wat aanhang telt. Onder het motto ‘uw kind heeft recht op het beste’, verzamelde het centrum voor kunstcommunicatie heel wat kunstenaars en instellingen die dit mee onderschrijven. Zowel Marc Verstappen van DE studio, Barbara Wyckmans van HETPALEIS, Stefan Perceval van HETGEVOLG, Jo Roets van Laika, Marc  Maillard van FroeFroe, e.a. onderschreven deze benadering.  

    Wanneer ik dieper inging op dit uitgangspunt kon ik uitmaken dat ‘kunst voor kinderen’ niet enkel voor kinderen bedoeld is, maar dat dit ook als kunst moet gelden voor volwassenen. ‘Het beste’ lijkt hierdoor niet meer zo vrijblijvend, maar aan voorwaarden verbonden.

    Tijdens een kort gesprek met Karel Van Ransbeeck, artistiek leider van muziektheater De Spiegel noteerde ik dat zijn motivatie van ‘het beste ‘ (of ‘het schone’ zoals hij dat vertaalde) vooral te vinden is in het onbevangene waarmee een kind kijkt, het onbevangene dat door rationaliseren bij volwassenen dikwijls ondergesneeuwd raakt. Zijn artistiek werk, dat zich de laatste jaren vooral vertaalt in producties voor de allerkleinsten, ziet hij dan ook als een noodzaak om dat onbevangene, dat ‘pure’ als artistieke leidraad te hanteren. 

     

    Het onbevangene, dat later complexer wordt door kennis en ervaring,  zal op die manier een grote kiem vormen in de groei van de mens. Hij wordt hierin gesteund door sommige pedagogische stromingen: zowel Maria Montessori, Rudolf Steiner, Célestin Freinet … allen namen zij de verwondering , het pure en het ‘zijn’ als uitgangspunt en bevochten het louter ‘hebben’ als uitgangspunt. 

    Andere pedagogen gingen vaak uit van het principe van ‘Bildung’, een concept dat ontstond uit het denken over de maakbare mens. Vandaag is dit principe aan kritiek onderhevig. De meeste onderwijspedagogen en -hervormers lijken het hierover eens: Bildung kan niet meer, zeker niet bij jongeren. Bildung is kneden, bewerken, schaven, vormen van mensen, en dat is autoritair, paternalistisch, ouderwets. In het woord Bildung zit ‘beeld’, het betekent dat je individuen vormt naar een beeld dat je van de mens hebt, een beeld van hoe mensen zouden moeten zijn.

    Ook in het denken over het jonge kind gaan stemmen op om hen zoveel als mogelijk het roer in eigen handen te geven. Het vorm geven aan hun eigen wereld iets dat nauw aansluit bij een kunstenpraktijk.

     

    Maar geen beweging zonder tegenbeweging. Uit eerder populaire opvoedingsliteratuur spreekt een zekere onzekerheid over opvoeding. Sommige pedagogen beweren dat er nu minder grenzen dan vroeger gesteld worden aan kinderen en volgens hen kan dit problemen opleveren.

    Ze spreken over iets dat nieuw zou zijn: minder grenzen, minder regels, meer

    onduidelijkheid, meer verwenning ... vraag blijft of dit ook zo is?   

    Zij die met kunst, educatie, opvoeding, rechten van kinderen bezig zijn schipperen vaak tussen deze meningen, maar ten onrechte wordt dit debat vaak opzij geschoven.

     

    Ook in de organisatie die ik nu al geruime tijd mag leiden, moesten we op zoek naar antwoorden. Bij De Veerman vertrekken we in ons werk vanuit het gegeven dat iedere mens, ongeacht zijn leeftijd, kan (leren) waarnemen, ordenen en vormgeven, elk op zijn manier.
    Voor de kunstenaar is dit een fulltime bezigheid: hij kijkt naar de wereld en de dingen, ordent zijn waarneming en geeft dit vorm. Dat hierbij de vroegere ordening sneuvelt, is soms lastig, maar niet te omzeilen.

    Ook bij kinderen gaat dit op, zij het soms in een erg primitieve vorm. Pas als alles door gesleten paden beheerst wordt, alles hetzelfde blijft, de waarneming afneemt, de ordening blijft wat ze is, kunnen er geen nieuwe vormen ontstaan.  Het voortdurend stimuleren, trainen en  aanwakkeren van de driehoek waarneming, ordening en vormgeving  zorgt voor een inventieve, innovatieve mens en op die manier ook voor een vernieuwende samenleving.

    Dit is voor ons een motivatie om te geloven dat kunst zowel voor kinderen, jongeren en volwassenen zin heeft.

    De uitspraak ‘het zinvolle in de zogenoemde zinloze bezigheid die het spel der kunsten is’ is dus ook ons niet vreemd.

    Welke motieven ik ook tegenkom, steeds is de mens - of in dit geval het kind - het uitgangspunt, waarbij het ontwikkelen van de menselijke vaardigheden centraal staat. De spelende mens, die al spelende zijn vaardigheden steeds uitbreidt.

    Het kunstzinnig bezig zijn wordt daarbij beschouwd als een uitzonderlijk speelveld. In dat veld maakt men immers zelf zijn regels en zijn wereld. Dit is trouwens erg vergelijkbaar met wat elk (op zichzelf)lerend kind automatisch doet in zijn groei naar volwassenheid.

    De vergelijking met de kunstenaar is niet veraf: hij die blijft spelen, die vaardigheden en ervaringen blijft uitbreiden, die het als een uitdaging ziet dat hij steeds in verandering is en daardoor ook ‘de’ of op zijn minst ‘zijn’ wereld. 

     

    Maar de vraag moet gesteld: is dit de ingesteldheid van de kunsten vandaag of hanteren we kunsten vandaag in deze zin?

    Het vraagt een bepaalde manier van ‘zijn‘, een houding, wil men in deze zin kunst als een factor in de ontwikkeling van het leven van de mens hanteren.


    We geloven sterk dat inhoudelijke en thematische benaderingen van onze werkelijkheid tot meer inzicht leiden. Op elke leeftijd is de confrontatie met bepaalde (leeftijdsgebonden) thema’s en inhouden een mogelijkheid om zowel intellectueel als emotioneel te groeien.  Om inhouden en thema’s te onderzoeken moet men iets begrijpen van de taal waarin ze gesteld zijn. Ook dit vraagt oefening. 

    Een kind voor een kunstwerk van Rothko zetten, zoals Jake Chapman aanhaalt, en dan verwachten dat ‘het’ gebeurt, lijkt zinloos, maar de vraag blijft: ‘wanneer dan is de tijd rijp?’ Het rijpen gebeurt immers traag en via veel oefening in kijken, luisteren, voelen, denken ... Hier spelen zeker leeftijdsgebonden factoren mee, maar is het ‘niet-begrijpen’ net ook geen uitdaging en stimulans om verder te gaan en nieuwsgierigheid aan te wakkeren?

    In veel pedagogische en agogische standpunten is verwondering, nieuwsgierigheid de drijfkracht van de interesse. Hier zou alweer een motief kunnen liggen om de kunst voor elke mens, en dus ook voor kinderen, als zinvol te beschouwen


    Inzicht en vaardigheden in de verschillende kunstdisciplines en de taal van de kunst(en) helpen om vorm te geven of om vormgeving te kunnen lezen. Dit zorgt ervoor dat onze uitdrukkingsvaardigheid, het lezen van uitdrukkingen van anderen en de mogelijkheid het met elkaar over ‘de dingen’ te hebben, versterkt wordt. Dit communiceren - of alvast een poging daartoe - is wat we vanaf ons prille bestaan al stotterend leren. Dat gaat uiteraard samen met een complexiteit aan inzichten, de mogelijkheid tot abstraheren, zicht te krijgen op en inzicht krijgen in abstracte concepten, een conceptueel denken enzovoort.

    Van in den beginne zijn we allen gedoemd dit onder de knie te krijgen.

    Het is  misdadig om niet elk kind de kans te geven de talen van lijnen en kleuren, van bewegingen in tijd en ruimte, van klanken in allerlei kleuren en in de meest diverse tempi te onderzoeken, zich eigen te maken en te gebruiken, al was het maar in een poging om ons bestaan te begrijpen en erop in te grijpen met een eigen vorm.

     

    Alles lijkt zo herleidbaar tot ‘hebben of zijn’: hebben we cultuur of zijn we cultuur?

    Dit doet me denken aan een  gedicht van Ed. Hoornik dat begint met de regels:

    Op het schoolbord stonden ze geschreven

    de woorden ‘hebben’ en  ‘zijn’.

    Ik kan het gedicht aanraden aan ieder die wil denken over kinderen en kunst.

     

    Tijl Bossuyt

    Artistiek en zakelijk leider

    De Veerman

    23-02-2015 om 16:49 geschreven door TB  


    >> Reageer (1)
    18-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Beeld in een stadsparkje
    Zon op de huid en zoutsmaak , dit moet zomer zijn. Het zijn echter bizarre tijden, lijnvlucht wordt uit de lucht geschoten, kinderen worden spelend getroffen door bommen, banken doen nog steeds of zijzelf slachtoffer zijn van een crisis door hen waargemaakt, regeringen negeren straal de eco problematiek en gaan voor steeds rechtser beleid.....ik kijk naar de nieuwsberichten op een lichtkrant in zakfornaat en vind het allemaal vreemd. Gelukkig staat er aan mijn tramhalte waar ik afstap 'een bronzen meisje', ze staat er precies al eeuwen.Haar jurk steeds in de zelfde plooi, haar haar opgestoken, ze heeft nauwelijks een gezicht of toch niet uitgesproken.... maar ze lacht mij toe, elke keer ik hier kom. Vandaag was het in de felle zon maar ook bij regen houd ze vol en blijft ze mij lief toelachen en ik krijg het warm. Ik ken de beeldhouwer niet of deed geen moeite om zijn/haar naam op te zoeken,  ik ken het meisje en dat moet genoeg zijn. Beelden in de stad als eeuwige troost, als overlevering van een eerder moment om dit moment te vieren. Zo zouden er meer mogen staan in mijn stad, beelden die mijn dagen dragelijk maken, mijn verstand ter orde roepen dat de schoonheid bestaat, dat rust mogelijk is, dat dit elke keer opnieuw en opnieuw mogelijk is.  Ik ga er straks een toertje voor omlopen denk ik en toch eens zoeken naar een naam of misschien ook weer niet. Het is goed zo!

    18-07-2014 om 10:35 geschreven door TB  


    >> Reageer (0)
    23-06-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Catch-22 of een dubieuze waarheid
    Een catch-22 situatie, zo omschrijft de jonge schilder Bert Huyghe, in zijn essay 'De Bokser' de situatie waarin de kunstenaar zich bevindt. Spelend met begrippen zoals -gehoorzaam of ongehoorzaam-, -volgen of verraad- baant hij zich een weg door zijn gedachten en zijn positie als onafhankelijk kunstenaar. Ik volg hem gezwind en het doet mij denken aan  het  verhaal ‘Josefine, de zangeres of Het volk der muizen’, over de amechtig piepende muis Josefine in het laaste verhaal van Frans Kafka, of het kinderboek ' Frederik' wat een prachtige kinderlijke vertaling is van dat  verhaal van Kafka. Allemaal omschrijven ze vanuit een of ander hoek de positie van de kunstenaar en hoe we daar mee omgaan.
    Hoe we omgaan met begrippen zoals zelfstandigheid, eigenwijsheid, onafhankelijk, gehoorzaamheid en hoe deze inspelen op de positie van de kunst en de kunstenaar, maar ook de wetenschapper, de politieker de verliefde. De vier manieren van zijn kennen blijkbaar gelijken.

    Als iemand die een uit de kluiten gewassen organisatie voor Kunst& educatie mag leiden is dit stof die doet nadenken over het ontstluiten van kunst en hoe we daar mee omgaan. Velen zouden niet liever hebben dan dat wij alles "verstaanbaar" zouden maken, met andere woorden het onmogelijke en voor mijn part het onwenselijke zouden waarmaken. Het zou van ons helden maken van "het weten". Wij die weten ontsluiten voor de onwetende..... brrrr ik mag er niet aan denken. maar dit wordt ons meer gevraagd dan mij lief is!!!!
    Ik sta liever aan de kant van het niet weten, het eeuwige zoeken, de twijfel.... om af en toe uit te rusten bij een standpunt dat even dubieus is als 'de waarheid' zelf. Bij die laatste houd immers alles op, is alles verklaart heerst er volledige rust en stilte, valt elke noodzaak te ademen weg. Dat laatste zouden we ook een goddelijke status kunnen noemen of een voor altijd stilstaan. Geen emotie meer, geen kritiek geen bedenkingen meer, alles in evenwicht... het zoeken daarnaar en weten dat die perfecte staat enkel een streven en geen doel kan zijn zegt me nu meer. Maar ik ben dan ook maar een jonge leerling in dit geheel, misschien dat mijn moeder het bij het rechte eind heeft:' zijn verstand komt met de jaren, hopelijk wordt hij oud genoeg".

    23-06-2014 om 16:35 geschreven door TB  


    >> Reageer (0)
    18-06-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Klimmen uit een dal
    In stilte ... het ging als vanzelf , maar wat een geluid daarbinnen. Zoemende gedachten, wriemelende fantasie, ontplofte wanen. Het is nooit stil daarbinnen. Ook als ik het helemaal stil lijk te  maken is er altijhd wel een geluid of gebeuren dat binnendringt en de boel weer helemaal verprutst.  Gedachten stromen aan en af, in en uit als dag en nacht.
    Wat zou er van mij overblijven zonder al dit, wat blijft er van de kleur over in een zwart gat. Maar soms is teveel teveel, teveel gedacht, teveel geluid, teveel smaak of wansmaak, teveel voelen of gevoel. De maat van mijn gedachten was zoek, de woorden te weinig of teveel, de richting onduidelijk. Ik kruip uit dit dal en klim omhoog ,zodat ik eenmaal daarboven weet dat beneden mijn plaats is.  Maar eerst naar boven: overzicht krijgen, overschouwen, aanschouwen van al dat gewriemel en gedoe wat wij met zijn allen veroorzaken onder het mon 'cultuur'. Ik klim en klim en bedenk dat klimmen genoeg moet zijn, nog even niet naar beneden kijken gewoon klimmen tot ik niet meer verder kan. Dat wat wij cultuur noemen mag nog even daar blijven, daar beneden. Laat mij nog maar wat klimmen uit dit dal.


    18-06-2014 om 17:34 geschreven door TB  


    >> Reageer (0)
    09-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ervaring 1
    Soms lijkt het of de gedachten niet te vatten zijn, maar ik weet beter, ik neem ze niet voor waar en dan bestaan ze ook niet! Zo gaat dat, wat we niet 'voor waar aannemen' is 'niet waar'. Dat kan soms aardig hard aankomen als het louter om ontkenning gaat. De smak tegen de niet waargenomen deur of muur mag dan al wel spreekwoordelijk zijn, dit soort ervaringen kan het waarnemen aardig bijstellen. Het is een schoon maar niet te vatten ding, de ervaring. We krijgen er precies niet genoeg van , we stapelen ze en slaan ze ook nog eens op als herinnering. Zo slijten we ook dagen, jaren, levens en banen in onze hersenen, met gedane ervaringen, vage steeds veranderende  herinneringen, herhalingen van wat we eerder deden of waren. Heel af en toe plaatsen we er iets nieuws bij, dan zijn we weer wakker en allert, gegroeid ook. Dan ontstaat de schoonheid of lelijkheid als vanzelf, schoonheid, lelijkheid  zijn geen dingen maar veeleer een toestand van zijn. Ik loop tegen de schoonheid of lelijkheid aan samen met mijn ervaringen.  Ik sla ze op en herinner het mij of ik verdrink het in mij.
    Ik kijk naar de tekening die mij dagelijks omringt, mij herinnerd, mij wakker houd, mij warm maakt, ik zie steeds hetzelfde en toch anders.
    Zo kan ik ook woorden lezen en herlezen, ze blijven in dezelfde orde staan, maar de zin der zinnen veranderd soms voor mij.
    Ik ben weer wakker.

    09-05-2014 om 08:57 geschreven door TB  


    >> Reageer (0)
    07-04-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.'Mooi zijn' af?
    We gebruiken het woord soms als een zakdoek, om op te vangen wat we vanzelf denken. We gebruiken begrippen te pas en te onpas zoals we met zoveel doen. Woorden lijken een niet te stoppen stroom die bang zijn van stilte, alsof dat laatste zelf nog maar zou bestaan.
    Maar bij het woord 'mooi' stel ik mij vragen. Een begrip dat we gebruiken bij iets uitzonderlijk, iets wat zich niet zomaar voordoet. Gezien het begrip op een uitzondelijke status doelt zou het zeldzaam moeten zijn. In musea een plaats waar nogal wat uitzonderingen hangen, of bij een concert waar de uitzonderingen zich meer dan gemiddeld kunnen voordoen, bij een wandeling waar niets moet behalve er zijn, ontglipt het ons, we zijn niet bij machte meer te vertellen dan dat woord. Zelfs bij kindertekeningen komen we vaak niet verder, al lijkt dat  soms een andere betekenis te dragen want even daarna ligt dat ' mooie' achteloos ergens te vergaan. Zo kan het soms ook met 'al dat mooi's' wat we hebben benoemd tussen mensen, argeloos weggesmeten. Het 'was mooi' zeggen we dan of het is mooi geweest. Kan het mooie dan vergaan, kan het verdwijnen. Is wat geweest is dan niet meer mooi? Is het mooie uitgevaagd? Is het niet een beleving veeleer dan iets materieel? Is een beleving dan vergankelijk. Alles kan vervagen, ik weet het, langzaam wegkwijnen in de veelheid van een kort bestaan. Maar toch wat mooi is koester ik graag en hou ik graag bij, ook al is het tegendeel bewezen. Het tegensprakelijke van mooi en lelijk houd mij wakker wetend dat het één niet zonder het andere kan, zoals liefde zijn tegen gestelde kent en hard met zacht verbonden is. In alles is tegenstelling  de hoop en de onmacht. Zo ook met mooi, maar ik bedank ervoor het mooie te laten verwelken tot lelijk.

    07-04-2014 om 10:15 geschreven door TB  


    >> Reageer (1)
    27-03-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Weg, troost en beelden
    'Weg is weg' zegt men wel eens in een kinderlijk naïve bui, maar wat bedoeld men dan eigenlijk? Er zullen wel evenveel betekenissen voor dit woord zijn als gedragingen en interpretaties daarvan zijn.
    De doden zijn weg en toch ook weer niet helemaal. Ze gaan en blijven op hetzelfde moment. Ook al vervagen ze in een herinnering die nooit de werkelijkheid kan zijn, dan toch zijn ze gebleven. Net als diegene die zegt dat hij/zei weggaat en in uw lijf en leden blijft steken al was het een teek. Niet dat het allemaal op pijn of ontstekingen lijkt, maar toch,voor de gelijkenis voel ik iets. Het graaft zich in en laat zich moeilijk verwijderen. Indien het blijft steken en je het niet verzorgd richt het een verwoestende schade aan die zich aandient als vermoeid en slapeloos, als slap en neerslachtig. De reactie daarop is bovendien onbegrip, net dat wat je op -dat moment - wel missen kan. En dat moment is ook wel een slecht begrip voor het soms eeuwig aanvoelende verloop der zonnestanden.
    Soms zijn het de herinnering, soms het verlangen of het alsnog willen beschrijven van een nooit ontstane geschiedenis, Al dan niet met de glimlach van het warme gevoel of de grimas van de pijn en het hele kleurenpallet ertussen. In alle gevallen is er troost nodig, die we dan vinden in het onnuttige nuttige! Het turen naar een beeld, het wegglijden in muziek, het navigeren in de woorden van een tekst of boek, het weldadige of de dynamiek van theater of dans. Dan mag dat allemaal en is het onnuttige de nuttigheid zelve. Dan pas begrijpen we het nut van wat een zinloze bezigheid lijkt.
    Weggaan is een lang en traag proces, de slakkengang onder de processen. ook al gebeurd het als een plots verschijnsel de naweeën zorgen voor de traagheid van het lossen en oplossen. Soms lost het ook niet en wat dan. Dan zoeken we  eeuwige troost. Het is daar waar ik bleef steken en niet meer verlaten kon.

    27-03-2014 om 09:45 geschreven door TB  


    >> Reageer (0)
    18-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Alles zelf doen of er komt niets van!
    En als de woorden nu niet meer op een rij staan, als de letters uiteenvallen in een hoop ongeordendheid, ja wat dan? Als er geen rust is dreigt de leegte, ook al lijkt dat  tegengesteld, ik moet ervaren dat teveel onrust mij leegzuigt. Ik heb niets tegen onrust, tegen chaos, daar onstaan zo dikwijls nieuwe wegen uit.... maar af en toe snak ik naar rust, naar evenwicht en naar duidelijkheid. Dat duurt nooit lang want dan blijft alles bij gisteren, bij wat is geweest en nooit meer anders. Dat gaat ook snel weer vervelen, en zo draait mijn wereld als maar door en door. Ik staar voor mij uit en probeer nu niets te veranderen, alles even te laten zoals het was. De tijd spreekt mij tegen: dag en nacht gaan steeds verder zonder ophouden. Ik verlies deze strijd, die er helemaal geen is, zeerzeker. Het concept tijd hebben we bedacht om enige regelmaat in de onregelmaat te brengen. Nu de seizoenen als verward overkomen, de winter niet gekomen is, de zomer zich in de plassen verschuilt, nu verlang ik naar een moment van rust en herkenning die ik enkel bij mijzelf zal vinden. Alsof ik het niet wist: "ge moet alles zelf doen of er komt niets van!"  Dat verdomde stilstaan.

    18-02-2014 om 17:22 geschreven door TB  


    >> Reageer (0)
    02-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.2 februari! Zingen en de waarheid!
    Zingen een schone bezigheid voor zanger en toehoorder, ik betrap mij erop dat de woorden die men zingt soms aan mij voorbijgaan en dat ik enkel de klanken met zijn kleuren hoor. Als het allemaal klopt dan blijft dat ook kloppen, ik hoef  niet altijd de tekst om alles in mij op te nemen. Schoon is dat , zo blijkt minder ook weer meer te zijn. Op deze zondag ochtend bezondig, vergrijp,  of laat ik mij graag bekoren door gezang. Het brengt mij stilte in het gebrul die deze wereld voortdurend blijkt voort te brengen. Een gebrul van beterweters, bestweters, voortvarenden, bangerikken ook en al zeker zijn ze bang van die stilte die zich als vanzelf vult met schoonheid.
    Ik tel  ook die andere zangers deze ochtend in de tuin en het park, nee niet voor Natuurpunt maar voor mijzelf, kleine zangers. Soms met een wat eentonig deuntje, soms met ware liederen van groot formaat. De kat op een dakje van onze "kotterie flamand" telt precies mee en maakt geen aanstalten om de boel te verstoren.
    De radio melde nog even groot gebrul van een politieke partij die brult op hun verkiezingscongres. Ik laat ze , ik ga mee met het gezang van de schoonheid vandaag en soms zijn het de vogels in de tuin of net die stem die mij meeneemt naar onbekende oorden van gevoel en emotie waar elke waarheid in twijfel zal getrokken worden omdat waarheid er dan niets toe doet. Het gaat om schoonheid en niets anders en ook dat is geen waarheid.

    02-02-2014 om 12:45 geschreven door TB  


    >> Reageer (0)
    27-01-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hoop
    Hopen, het is niet niets! Het zit in uw lijf, het drijft en zorgt voor gedrevenheid. Hoop is anders dan wachten, waar enkel nervositeit van komt omdat het dan wel of niet komt. Bij hoop is er perspectief op toekomst waarin je blijft geloven, waar je graag naar uitkijkt. Bij hoop  sputtert de motor niet, hij blijft aangedreven met de moed van elk moment. Hopen houd verwachting in, en slechts eenmaal voldaan is die ineens weg. Af en toe eindigt het ook in een illusie, dat is weer een heel ander soort.
    Ik hoop steeds en mijn hoopgedachten zijn altijd van een ongeëvenaarde schoonheid.  Ze gaan steeds uit van een schoner leven en gevoel en houden mij wakker, houden mij drijvend in dit bestaan. Ik kan ook wel hier en nu tevreden zijn, zeer dikwijls zelfs maar met een saus van hoop is er net dat ene meer, net die gedachte om beter, schoner, liever, liefdevoller..... te zijn/doen. Zo gaan nu eenmaal mijn gedachten mee met de dagen en nachten doorspekt van hoop. Niets kan dat tegenhouden het zit immers in mijzelf geworteld en brengt fantasieën, gedachten, dromen in versnelling. Zo zit ik hier dan maar weer te hopen van kleine en grote dingen. Wie weet ben je er wel in betrokken of kan je mijn hoop invullen. We spreken ze niet veel uit die gedachten, ze sluimeren in de onderkant van onze gedachten en ons handelen. Heel af en toe zijn ze merkbaar en niet te ontkennen, dan geven ze zich bloot en dan sta je werkelijk bloot.
    Het was de hoop die mij even een maand van het schrijven hield en zie nu, het schrijft zichzelf vol van verwachting en ingehouden onrust, met de spanning die mij vooruithelpt, en nu ben ik een hoopje ongeduld vol van ......

    27-01-2014 om 16:21 geschreven door TB  


    >> Reageer (0)
    17-12-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Mijn Spiegel.
    Het voelt als ongemakkelijk, iets zoals beginnend schurft dat blijkbaar nu ook weer in opmars is. Je weet niet hoe of waar het begint maar het is ongemakkelijk. De vijand aanwijzen is in deze een gemakkelheidsoplossing, de oorzaak vinden vraagt introspectie of gewoon in de spiegel kijken. Daar ligt immers het zelf en de ganse wereld besloten. Maar om te weten waar het irritante gevoel vandaan komt moet ik eerst afstappen van het eigen gelijk, afstappen van het weten of erger nog het beter weten, zonder mijn kritiek te verliezen.
    Het is al te gemakkelijk in mijn bezig zijn met de kunst mij verongelijkt te voelen, mij niet aanvaardt te voelen. De grote menigte houd er niet van wordt wel eens gezegd, maar is dat zo? De gelaagdheid in de kunsten en meer bepaald in de soorten producties en producten is wat verdwenen. Je hebt de amateur die vrolijk veel volk trekt en veel deelnemers kan bereiken, het kunstonderwijs en zeker het deeltijds kunstonderwijs dat vrolijk groeit, daar moeten we blij mee zijn. En dan heb je dat kleine gesubsidieerde veld met kleine en grote spelers dat al enkle maanden morrend rondloopt wat er moet bespaart, er is kritiek aan hun adres door enkele beleidsmakers, er is het soms niet weten wat goed en beter is want we hebben altijd gelijk.
    De spiegel houd het morren tegen en stelt veel vragen over afgelegde weg en waar naartoe? Is er iemand kwaad op ons dan, is er iemand die ons niet graag ziet? Is er iemand die ons overbodig acht, of willen ze ons op een andere plaats in eenandere ruimte of gaat het veeleer of een ander tijdsbeeld? De spiegel dampt aan van zoveel vragen waar ik nog geen antwoorden op heb. De vraag stellen vraagt om antwoorden, het zou van zwakte getuigen mocht ik het nalaten. Maar dan moet ik uit mijn gesloten sluizen breken, vrije vaart zoeken in mijn denken, dat is een voorwaarde. Gelukkig zijn er momenten zoals een einde jaar die zich daartoe lenen, in het donkerst hol van het jaar is er immers hoop op licht, ook al weten we dat nooit zeker. Ook de gewoonte van het zeker weten kan ik maar beter in vraag stellen. Ik trek mij even terug en stel mijzelf de vragen. Kijk naar de wereld en zijn gebeuren waar alle antwoorden liggen. En stel dan de vraag of wat ik doe ertoe doet?
    Ik blijf nog even het antwoordt schuldig en wentel mij in onwetendheid, een goeie startpositie. En later meer dan.

    17-12-2013 om 16:46 geschreven door TB  


    >> Reageer (0)
    25-11-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.jeugdhuizen een verhaal over tijd en ruimte

    Jeugdhuizen een verhaal over tijd en ruimte !

     

    Klein

     

    Toen ik klein was bouwde ik huisjes, hele kleine huisjes waar hele kleine mensjes in woonden en die deden dan wat ik wou, hoe ik het wou, hoe ik het zag en wilde.

    De huisjes waren van karton of papier of een gekregen sigarendoosje, nog later werden ze in lego gemaakt. Het werd steevast een wereld waar dromen, fantasie  en het experiment toegelaten was…. “spelen” noemde men dat. En de reacties bleven niet uit,” wat een brave jongen die zo goed kan spelen”….. het was allemaal toegelaten. Soms liet ik vrienden of vriendinnen toe in mijn kleine wereld die groots was en dan speelden we samen, ik was wel de baas, het was mijn spel toch! Al verloor ik het vaak van mijn iets oudere zus of mijn slimmere buurjongen, maar dat liet ik niet merken , ik deed verder alsof en bouwde mijn wereld naar mijn vermogen. Mijn wereld met zijn mijn gelijk!

     

    Groter

     

    Toen werd ik wat ouder, er  was enige expansiedrang, ik veroverde het gebied onder de tafel, waar een kamp werd gebouwd. Mijn moeder keek glimlachend toe  hoe ik mijn wereld bouwde en mijn gedachten verbouwde. Er werden deze keer wel restricties gesteld. Bij bezoek of als vader thuiskwam moest alles opgeruimd zijn, terug netjes zijn. Hoe doe je dat uw gedachten en fantasieën opruimen? Hoe breng je orde in uw fantasie en gedachten, een heel leerproces ( al wist ik dat toen niet). Ik was daar niet goed in, in het op orde brengen, ook nu nog heb ik daar last van.

    Als protest trok ik de tuin in en zelfs de iets wijdere omgeving, op zoek naar een plek waar het kon, waar mogelijkheden waren, waar ik ongestoord met of zonder vrienden mijn gedachten en wereld kon vormgeven, waar mijn fantasie , mijn vormtaal, mijn experiment, mijn talent, mijn onkunde, mijn geklungel, mijn…. toegestaan was, aanvaard was. Ik niet werd weerhouden door de orde en netheidsdrang van de wereld die alles al geregeld had, ook voor mij. “Om mijn bestwil” zeiden ze dan

     

    Ooit was er een leegstaand huisje onderweg van school naar het huis van een vriend. We reden er vaak langs en elke keer bleven we voor we uit elkaar gingen even staan voor dit batiment dat in mijn fantasieën groots was als een burcht, met mogelijkheden voor geheime bijeenkomsten, voor een eigen wereld waarin mocht wat elders niet mocht of kon, waarin ik niet “moest” maar “kon”, waarin wijzelf (mijn vriend en ik) bepaalden wat en hoe en wanneer en hoezo….. Even later kwam dan de vraag waar je gebleven was en of de weg van school naar huis verlengd was, of je dan niets beter te doen had,  of er geen huiswerk te maken viel , of……. Wat verlangde ik naar mijn burcht, het kamp onder de tafel, mijn wereld in de sigarendoos, het bouwsel van lego waar in alles lag besloten van wie ik was en wat ik dacht.

     

    De jeugdbeweging met zijn eigen  lokalen had een tijdlang als uitweg gediend maar hun regels waren de mijne niet, al had ik daar een zeer goede tijd, zeker toen de leiding ons vooral zelf liet doen en geen gedrag van ouders vertoonden die alles deden om goed voor ons te doen.

     

    Groots

     

    Er was de zoekocht naar dat huis waar je thuis was, waar men niet vroeg , niet klaagde, niets oplegde, …. Een huis waarin jijzelf kon bepalen of alvast meebepalen hoe het moest en was en zou zijn. Een huis waarin ik weer kon spelen en ditmaal niet met plastiek mannetjes of kleine auto’s en huisjes. Dit maal waren er mensen van vlees en bloed die een verbond met elkaar aangingen. Een verbond van samen de wereld mogen veranderen ter eer en glorie van…., ja dat moesten we nog even uitzoeken. Maar in alle duidelijkheid “ dit was een huis van en voor ons”. En hier zouden we blijven- voor eeuwig!

    Ik kijk terug naar mijn zoektocht waar ik lang niet uniek in was. De zoektocht van een jongere naar een huis een thuis aangepast aan zijn leeftijd en zijn/haar leeftijd. En plaats steeds verder weg van huis , weg van het speelmatje,  weg van onder de tafel door het huis uit tot achter in de tuin, het leegstaand pand op weg naar school, de jeugdbeweging’s barakken tot het jeugdhuis…. En later weer later zijn er nog huizen gevolgd voor de ene de sportkantine, het lokale cultuur of ontmoetingscentrum, het duivenhok, het huisje in de volkstuin , de tweede verblijfplaats ver weg van alles ergens in een ander land…..

    Steeds zijn we op zoek naar ruimte en tijd om toe te geven aan de drang om te spelen met dat waar we graag mee bezig zijn, om zelfs te bepalen hoe en hoeveel en hoe dat!!! Onze eigen werelden al dan niet samen met vrienden.

     

    Laat het ons maar toegeven, jeugdhuizen zijn een logische zaak in het groter worden , ze waren dat vroeger en zijn dat nog steeds. Jawel ze veranderen wat van vorm, volume, idee, kleur en geur…. Ze passen zich aan de tijd aan: zeggen we dan. Maar dat laatste is een leugen, jeugdhuizen zijn de tijd, ze zijn de tijd die een jongere nodig heeft , ze zijn de ruimte die een jongere moet innemen om verder te kunnen, om te kunnen groeien. Eerst doen we dat braaf thuis dat groeien en bloeien, later wat verder weg om ooit weg te gaan. De logische weg van de groei van de mens, kan iemand daar iets op tegen hebben? Dat gaat gepaard met de nodige schokken (conflicten en moeilijkheden) ook groeipijnen genaamd. Het is de verdomde bedoeling het zelf te doen en niet aan te nemen wat voor ons reeds is bedacht toch? Ook mijn eerst tekening of schilderwerkje was niet wat je zou noemen meteen een Picasso of een Tuymans. Als ik wil vormgeven aan wie en wat ik ben of beter nog als we dat in groep willen doen (met leeftijdsgenoten die aan dezelfde drang onderhevig zijn) dan gaat dat met vallen en opstaan, met fouten en hoera momenten, met blijdschap en droefenis.

     

    De jeugdhuissector houd halt bij 50 jaar jeugdhuizen. In die sector wordt regelmatig bezonnen over wat en hoe en waarom en of ze wel nodig zijn. Dat is goed, dat is nodig ook. Maar laten we duidelijk zijn ook zonder sector zal de behoefte van een mens om te groeien vanop het speelmatje steeds verder weg een noodzaak blijven. Misschien doen we dat facebookgewijs of via twitter of een andere virtuele vorm maar we zullen het blijven doen. Maar ook de fysieke ontmoetingsplek zal altijd belangrijk zijn, hoe kom je anders aan je eerste zoen? Jawel dat kan virtueel maar zon beeldscherm lijkt mij niet lekker te smaken. En eenmaal wat ouder doorspekt met wat hormonale stuwing zal het ook fysiek niet te houden zijn…. Hoe geef je vorm aan liefde en afkeuring virtueel zonder in het cliche te blijven steken. De ruimte om dat te verzinnen is net de ruimte die we nodig hebben in onze pijnlijke groei. Daarom ook zijn jeugdhuizen culuturele mijlpalen in onze geschiedenis.

     

    Vandaag nog meer dan vroeger is “ruimte en tijd” een  zorgenkind. Tijd krijgen voor het experiment zonder de garantie dat het ergens toe leid behalve mijn ontwikkeling (en zelfs dat is onzeker). Ruimte krijgen voor onze wil, onze vormen, onze creativiteit zonder al te veel bemoeienissen van voorgangers en beterweters. Pleit ik nu voor een vrijplaats? Jawel, en nog eens volmondig “ja”. Houd dit dan alle vrijheid in, helaas neen, volmondig neen. Het sociale aspect van ons bestaan is net zo belangrijk als het individuele en zo moet dat elkaar in evenwicht houden. Vooral in een evenwicht die we zelf mee bedenken en net daar is ruimte en tijd voor nodig. Nu al is er weinig openbare ruimte, weinig plaats onder de tafel of de speelmat. Er is vooral druk naar efficientie en rendement, naar groei voor meer en beter. Maar beter door wie en wat bedacht.

    Dus geef alle jongeren de kans dit uit te zoek, dit te bedenken en waarom ook niet dat uit te voeren. Het zou geen slecht idee zijn meer tijd te geven meer ruimte te geven die nog niet ingevuld zijn door school, sportclub, academie, jobs ,….. Tijd die in eerste instatie “verveling” lijkt, dus tijd om onze dromen waar te maken of ze alvast weer te dromen om ooit er iets van waar te maken. Samen met Stefan Perceval (Auteur,acteur, regiseur,…) pleit ik voor een -ministerie van dromen- waar je jaarlijks langs moet om hen te vertellen welk droom je  in dat jaar zal waarmaken!! En dat dan ook doen!

     

    De plaats en de ruimte krijgen om al dan niet met vallen en opstaan, al dan niet met eerder gemaakte fouten (en wat zijn fouten? Zijn dat niet mee de leergegevens van vandaag) uit te zoeken wat de zin van alles is en hoe we daar zoveel als mogelijk kunnen mee omgaan.

    Jeugdhuizen deden in het verleden een geweldige job op dat vlak en zijn nu meer dan ooit nodig om dat te blijven doen. We schrijven bijna 2013!

    Uiteraard zijn het niet meer de koten die bruingerookt door een teveel aan nicotine en ander rokend spul , geluid en wat nog meer…. zichzelf op de borst slaan omwille van hun groot gelijk. De jongere die vandaag zoekt, zoekt zijn ding, zijn antwoordt op de vragen die hij zichzelf stelt. Hij/zei voeden hun eigen nieuwsgierigheid naar banen die ons vooruit kunnen helpen. Maar vooral op dat “vooruitkomen” moeten we geen druk leggen. Geen rendement verwachten van jeugdhuizen geen efficiëntie voor onze problemen. Je kan zelfs stellen: jeugdhuizen moeten niets, ze zijn er gewoon of we dat nu organiseren of niet en dat is genoeg! Dat moet genoeg zijn!!! Maar ik pleit wel om het te ondersteunen, faciliteren heet dat dan. Met de omzichtigheid van een moeder die kijkt naar haar opgroeiend kind, dichtbij en toch veraf genoeg. Op de hoogte maar niet bemoeiërig, streng en lief tezelfdertijd, geregeld ongeregeld,…. Wetend dat het ons ontgroeid ter eer en glorie van een evoluerende samenleving. Het is knap lastig voor beroepkrachten in die sector om die schone rol van de moeder te spelen.  Maar laat ons toegeven de toekomt ligt in het ongewisse, het niet weten van de jongeren, en zeker niet in onze bemoeirigheid en ons beter weten. Dus jeugdhuizen als culturele speelruimte ergens tussen de eerste en de laatste adem! Maar vooral daar waar het huis te klein was, de wereld nog moet veranderd en de weg nog moet ontstaan!



    (geschreven voor 50 jaar jeugdhuizen ergens einde 2012 )

    25-11-2013 om 16:47 geschreven door TB  


    >> Reageer (0)
    24-11-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Mijn dagelijkse portie kunst.
    En als er geen woorden komen of als alle woorden tekort schieten. Zo is het vandaag, men vraagt wat ik denk of voel maar er zijn geen woorden of geen woorden voor, of nog niet. Ik hou het bij muziek, een beeld, een vage gedachte. Er is wel veel dat in mijn lijf en leden de toon zet en toch geen woord dat over mijn lippen komt dat van enig nut kan zijn. Dus muziek en beelden die langzaam helpen om wat er is zijn weg te laten zoeken. Dat is wat kunst doet, me helpen bij het wringen naar wat een uitweg zoekt, me helpen bij zicht krijgen vanuit een hoek die nog niet ingenomen is, me laten zien wat nog onzichtbaar bleek maar altijd al was of net niet was. Vandaag is er veel muziek nodig, veel klanken op een rij die het weeë maar ook het geluk weerspiegelen, die herinneringen en het beeld van vandaag verbinden. De beelden ontstaan als vanzelf daar waar de woorden blijven steken in een gehakkel en dwaas gekrakeel. Ik lees ze wel, dat teveel aan woorden, weet dat er veel geschrapt is zoals in mijn bestaan, om net die essentie of de waarde (waarheid) over te houden wetend dat het momentopnames zijn van een voortschrijdend afscheid. Mijn dagelijkse portie kunst omdat ik niet zonder kan! Ik ben verloren zonder beweging, beeld, geluid die net datgene van gevoel of werkelijkheid benaderen waar ik dreig aan voorbij te lopen. Ik wentel mij nu weer in de klanken van een Frans lied dat mij over de liefde verteld, la plus belle histoire... wetend dat elk verhaal zelf geschreven is, elk beeld zelf gemaakt. Ook al is het dat van een ander, ik herschrijf en her-componeer bij het luisteren en zet het om naar wat ik nu weet en aankan op mijn weg. De weg ontstaat als vanzelf vanuit het niets maar brengt mij verder in de tijd.

    24-11-2013 om 19:40 geschreven door TB  


    >> Reageer (0)
    11-11-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.het komt goed, het is herfst.
    Mijn voelen te zwak, mijn kijken ontoereikend, mijn gehoor gestoord, mijn reuk bijna verloren, de smaak verzwakt....... niets is meer zoals het gisteren leek, ook al lijkt het of ik meer en beter weet. Ik leer niet "aan" maar "af". Aan hoeveel schilderijen liep ik intussen achteloos voorbij, hoeveel muziek die ik niet hoorde, zoveel boeken niet gelezen, je vult er menige musea, harde schijven of boekenbeurzen mee.
    En toch, ik kijk voor mij uit, zie wat moet gebeuren en zie vooral waar het geluk in schuilt. In hier en nu en nergens anders. Ook al is dat andere en dat ergens anders zijn steeds aanwezig in mij. Complexer in zijn eenvoud is mijn leven geworden.

    Het gaat allemaal snel , ik ben niet bij machte om, in wat rest, alles te kennen, te zien , te voelen...... maar ik ben wel in staat om dat te zien wat ik zie. Het is een waarheid zoals een ander, even broos als een oude tak. En dan kan ik maar beter het langs zijn mooie kant benaderen en daar mijn tijd aan verdoen daar waar het prettig toeven is.

    Daarom luister ik niet meer naar alles wat passeert een soort selectieve doofheid, maar ook selectief blind. Maar hoe hou je dan het nieuwe, het nieuwsgierige in u wakker, hoe zorg je ervoor niet in wat gekend is te blijven steken, hoe blijf die  tak nog de flexibiliteit en soeplesse behouden, toch minstens tot hij uiteindelijk  verstijft in een soort van eeuwigheid.

    Ik kijk luister nu naar muziek die mij onbekend is en het helpt, ik heb kop nog staart, laat staan de duidelijkheid van gisteren. Wel het vertrouwen dat het goed komt, zoals steeds.

    11-11-2013 om 13:54 geschreven door TB  


    >> Reageer (0)
    25-10-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.schuren langs een bestaan, glijdend in de tijd....een goed moment!
    Tegen de feiten aan en de muren oplopen, schuren langs een bestaan glijdend in de tijd.... een dag als geen ander die nog in gisteren of morgen zijn gelijke vindt. Wie zal mij zeggen waar het belang van een moment te vinden is?  Het is trouwens reeds voorbij  voordat men met mij de melding delen kan.

    Zo begon mijn fietstocht door de drukte van dit ochtendlijk bestaan. Ik keek naar de bomen en zag dat ze staan waar ze al langer hadden gestaan en zich geen zorgen maakten om de dwaasheid van mijn denken. Ik recht mijn rug en loop verder de dag in wetend dat een moment vangen de opdracht is. Daar heb je geen krant of andere berichtgeving voor nodig. Ik zie een kind traag naar de vertrouwde school toestappen, een automobilist als vertrouwd het geduld verliezen bij weer een stoplicht, een fietser in een zelfde tijd dat  stoplicht negeren. De parabels over een termieten groep schieten mij door het hoofd. Deze beesten doen dat ook bedenk ik nog maar weet dat dat ook een andere orde is. Overleven of leven. Nu kruip ik in de beslommering van het oordelen over dit en dat wetend dat er ook veel meer is maar dat het allesomvattende nooit door mij omsloten kan worden.

    De wereld is wat hij is en ik mag hem kleuren vandaag, ik kleur hem nu met het pallet van dit seizoen en dat stelt tevreden.
    Ook de koffie proeft lekker.
    Zal ik het geluk noemen dan is mijn moment alvast goed.

    25-10-2013 om 10:51 geschreven door TB  


    >> Reageer (0)
    20-10-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vliegen door de tijd met de liefde mee!
    Liefhebben op afstand, of dat kan?  Kan je een hand vasthouden op afstand, kan je gedachten warm houden, kan je voelen als een golf die uitdeint? Allemaal vragen die onbeantwoord blijven. Het is al roepen tegen de wind, het schreeuwen over zee, de weidse gebaren in het bos of op een strand. Wie zal het zeggen, wie weet het antwoord? Alleen maar vragen zonder antwoord. Terwijl de liefde enkel antwoorden in zich draagt. Het verlangen is een antwoord, net als de drang, de goesting, het nabij willen en niet altijd kunnen.
    Ik vloog vandaag hoog boven de wolken en vroeg het mij allemaal af. Daarboven zijn de vragen anders, de dromen ook en dus ook de zeer erbarmelijke antwoorden die ik zelf mag verzinnen. Ik kijk uit het raampje en zie dat de wereld voorbijvliegt of ben ik dat die meegaat met de tijd. Wie zal het zeggen? De tijd doet er weinig toe bedenk ik nog, de liefde wel! Vliegen door de tijd met de liefde mee dus.

    20-10-2013 om 21:49 geschreven door TB  


    >> Reageer (0)
    03-10-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Notities bij het denken over kinderen en kunst

    Notities bij het denken over kinderen en kunst (verschenen in het tijdschrift  Vlaanderen/346)

     

     

    Er zijn van die begrippen waarvoor je beter geen definitie zoekt. Er bestaan er al honderden, zo niet duizenden. Vele boekenkasten en bibliotheken werden ermee gevuld zonder dat we het er eensluitend een konden over zijn.

     

    Zo vergaat het begrippen zoals “liefde” of “kunst”: voor geen van beiden bestaat de universele verklaring en duiding, voor geen van hen een definitie die  voor eens en altijd het denken erover stil zal leggen omdat het vraagstuk is opgelost. Het gaat zoals met ademen: “op en neer” of, beter nog: “in en uit”. Zoals we onze dagen en nachten, manen en zonnen afwisselen, zo ook gaat het met deze begrippen. We verstaan het en we verstaan het weer niet, we willen het en willen het weer niet .

     

    De vraag stellen waarom we met kinderen en kunst zouden bezig zijn (wat dat bezig zijn dan ook moge betekenen) is dan ook eerder retorisch van aard. De vraag is immers het antwoord zelf en daardoor zal het antwoord dan ook steeds een vraag in zich houden, al dan niet verscholen onder een eigen gelijk of een tijdelijke bedenking.

     

    Maar met de stelligste zekerheid wil ik even gaan voor “dat eigen gelijk”, ook al zijn het dan ook tijdelijke bedenkingen die ik stotter. Want laat het maar duidelijk zijn: wie over kunst wil praten zal stotteren, moet proberen, moet durven vallen en weer opstaan met de wetenschap dat de volgende val reeds is opgebouwd.  

    De geschiedenis leert ons dat we er altijd zijn mee bezig geweest. Van in de vroegste aantekeningen die we ontwaarden was er sprake  van uitingsvormen met telkens andere doelstellingen, belevingsvormen, uitingsvormen, betekenissen …. Laat ons maar zeggen: “we hebben het altijd al gedaan” en dit loopt parallel met de liefde, maar ook met het tegengestelde: voor beiden is er ook het niet-liefhebben of het niet erin geloven, is er da haat, de ontkenning …. Ook die is van alle tijden en dus des mensens.

     

    Bedenking 1 “schattig toch”

     

    Als een kind probeert zijn eerste contact te maken met een grijpgraag handje, een mond of wat dan ook, vinden we dat schattig. Ook al weten we dat dit over overleven gaat, over vragen naar voedsel, we vinden deze pure menselijke uitingsvorm schattig. Als later een kind probeert zijn eerste woordjes te stamelen, dan vinden we dat schattig, we herkennen erin wat we willen herkennen. Ze zei “mama”, roept de moeder verrukt, de vader houdt het bij iets wat op “papa” gelijkt , de waarheid doet er niet toe, we vinden het schattig. Nog later tekent een kind een bijna cirkel en alweer zijn we verrukt en vinden we dat prachtig,: “kijk: zij/hij tekent reeds cirkels”. Nog een poos verder in het bestaan zijn we verbaasd over het bouwen van torens, het leggen van popjes op een rij, het sorteren van kleurtjes, het nabootsen van de grote werkelijkheid in een spel. Allemaal uitingsvormen om wat grip te krijgen op die grote wereld daarbuiten. Allemaal tekenen van een normale groei en een drang om  grip op te krijgen op die grote wereld waaraan we willen deelnemen en die we graag mee willen sturen ter ere en meerdere glorie van zelfvoldoening en liefde voor de ander. Al kan dat ook gepaard gaan met duizenden andere emoties (haat, afschuw, misprijzen ….), ik hou het bij het positieve en formuleer het als liefde.

    Maar laat ons dit onthouden: wanneer een kind vanzelf, uit eigen wil en groeikracht op zoek gaat naar uitingsvormen , waarom zouden we er dan niet mee bezig zijn, waarom zouden we niet een helpende hand uitsteken om dit te bevorderen, te verruimen, te stimuleren? Zoiets heet dan ook gewoon opvoeden, toch?

     

    Bedenking 2 “opvoeden”

     

    Opvoeden is een begrip waartoe ik mij aangetrokken voel, maar dat ik tegelijkertijd verafschuw. Opvoeden doen we immers zelf: niemand heeft mij opgevoed, hoogstens gevoed, en ik heb aangenomen en afgestoten. En dat in volkomen harmonie met mijn genetische eigenschappen, mijn mogelijkheden, onmogelijkheden, mijn  passies, mijn wil en onwil en dat allemaal in een voortdurend proces  van een lach en een traan. Ik weet dat, hoe systematischer mijn opvoeders het probeerden aan te pakken, hoe groter mijn verzet werd. Karakter, zei men dan wel eens (soms bedoelde men gewoon “slecht karakter”, een docent in het middelbaar zei zelfs: “geen karakter”).

    Anderen hielden van die helpende systematiek en hadden hem zelfs nodig. Het meeste voelde ik mij thuis bij het vrij bewegen: eerst over beekjes en in weiden (ik woonde op den boerenbuiten, ver van het geweld de stad, het lawaai, de drukte van musea,  bioscopen ….) ronddwalend in de velden. Later ontdekte ik het bewegen op muziek; dat gaf nog meer voldoening. Eerst zag ik het bij mijn moeder als ze aan het poetsen was: alles aan de kant, muziek op en hopla daar ging ze dan. Een feest was het, een vrijheidsfeest in volle betekenis. Stiekem deed ik haar na, en ja: bevrijdend was het en of het nu Vivaldi was of een Argentijnse tango die de maat stimuleerde of de beleving een kans gaven, dat weet ik niet meer. Maar wat bleef was de herinnering aan de grote vrijheid die het mij gaf om mijn emoties, verlangens (al dan niet naar moeder) gedachten, over wat was en komen zou, kon vormgeven. Ik ben het nooit meer kwijtgeraakt en nog koester ik het na een tijdje in mijn loopbaan eerst als danser  en later  als wat men artistiek leider noemt van een groep kunstzinnig geïnspireerden die elke gelegenheid te baat nemen  om elk mens zijn bewegingsruimte te stimuleren .

    Naast dit was er ook mijn vader die mij meenam naar concerten en theaters, mij liet luisteren naar de radio (al dan niet gewild). En toegegeven: soms was het echt gekweel vond ik toen of waren het bizarre ontmoetingen, maar dikwijls zat ik ook vol verwondering te kijken of te luisteren naar iets wat ik (nog)niet begreep en dat er blijkbaar toe deed. Want de grote mensenwereld sprak over prachtig, over mooi, over goed gedaan … Daar wil je als kind toch het fijne van weten. Dat maakte mij nieuwsgierig, de ware aard van animatie dus. Zo gaat dat met opvoeden, die gaat uit van de nieuwsgierigheid en het nieuwsgierig maken.

     

    Bedenking 3 De background, het milieu waarin je opgroeit

     

    Ik onthoud enkel dat het als van nature is, de kunst ontmoeten. Als men het niet ontkent of het je niet verbiedt, ontmoet je hem als vanzelf: de kunst en zijn diverse uitingsvormen. En ja, milieu en background spelen een rol van betekenis, van zeer grote betekenis. Maar ik zag nog geen enkel milieu  waar het niet aanwezig was. Ooit kwam ik in contact met pas aangespoelde kinderen uit een vluchtelingennetwerk. Ook bij hen waren er veel uitingsvormen en grote interesse in samen zingen, naar gezangen luisteren, boetseren van naar mijn oordeel sterk gestileerde vormen voor hun leeftijd. En ja zij hadden dit nodig om te verwerken wat ze hadden meegemaakt, maar ook omwille van de samenhorigheid. Ook hier weer kreeg kunst een  betekenis, aangepast aan zowel de noodzaak van de maker als aan de belever. Zo doen wij dat: wij maken de kunst die we nodig hebben en beleven de kunst al naargelang onze noodzaak.

    En nog dit: als het milieu tekortschiet, moeten we bijspringen. Daarom hebben we onderwijs, jeugdwerk, gespecialiseerde kunstenorganisaties, allemaal ontstaan uit de noodzaak van het gemis of uit de wil om toe te voegen waar het niet aanwezig is. Allen zijn ze nodig: ik zag nog nooit een kunstinstelling die aan de noodzaak werkt uit zelfgewin. Zij die dat wel deden, lieten net de noodzaak voorbijgaan en maakten van kunst een te consumeren goed, een kwalijke zaak. Maar ook een die bestaat en vanuit subsidiërend oogpunt een te bestrijden goed.

     

    Bedenking 4 De Noodzaak

     

    Ik vernoemde het daarnet: er is steeds” noodzaak” , een niet zonder kunnen, zoals we niet zonder in- of uitademen kunnen. Zoals we ons onderwerpen aan dag en nacht, zo ook is onze verhouding met de kunst. We hebben ze nodig en van tijd tot tijd verwerpen we ze als “teveel, overbodig” om dan bij de minste vorm van troost die we nodig hebben, teruggrijpen naar muziek, een beeld een paar woorden op een rij.  Maar even goed bij het vieren van geluk of het eren van schoonheid of het benaderen daarvan.

    Ook kinderen doen dat. Toen ik voor een opdracht eens wou inventariseren hoeveel jongeren (tieners) schreven, of beter gezegd: literatuur bedreven, was de berg post (werkelijk postzakken vol) niet te overzien. Zowat elke jongere schreef wel eens een gedicht of een tekst, puur uit eigen vrije wil, of was het de noodzaak die hen dreef? De noodzaak van droefheid, geluk, verliefdheid, ongenoegen over het een of het ander? En schrijven is denken.

    Maar ook tekenen, klanken op een rij zetten en muziek maken, garageboxen vol met jongeren die eerst imiteren en daarna componeren . Het lijkt iets te zijn waar we niet zonder kunnen. Tot men ons zegt dat het onzin is en we maar beter iets nuttigs doen.

     

     

    Bedenking 5 waarom wel of niet?

     

    Het is niet eens een vraag of het al dan niet moet. Het is er, en steeds aanwezig. Of we dat nu willen ontkennen, verstoppen of laten stoppen, de drang naar uiting, de drang naar het begrijpen en grijpen van onze werkelijkheid, is er altijd en overal. Dat is dan ook de ware betekenis en plaats van de kunsten. Soms is ze heel sterk, soms met mate.

    Het staat veraf van het kunstproduct als louter objectiverende aanwezigheid, maar heeft er alles mee van doen. Want ook de kunstenaar geeft vorm, zet in een bepaalde orde zijn werkelijkheid neer. Dit ontmoeten, beleven, proberen te begrijpen, is een stuk van onszelf begrijpen. Waarom zouden we dat kinderen ontnemen? Zodoende is kunst, of het nu voor kinderen of groteren is, eerder een gebeuren dan een product. Elke mens neemt zijn werkelijkheid waar, ordent zijn weten en niet-weten, drukt zich uit door dat inzicht. Dit gaat gepaard met het overwinnen van angsten, het ontwikkelen van een steeds complexer wordende taalgevoeligheid (warmee ik beeld-, klank-, bewegingstalen, bedoel en ook literatuur, muziek…..). Met het gebruikmaken en ontwikkelen van aangeboren gaven zoals creativiteit en expressievermogen. Het leren zien van anderen hun werkelijkheid en daarop reageren door reflectie en kritiek. Het is net die zich ontwikkelende intelligentie die ons inzicht en relativeringsvermogen verschaft om  te worden tot wie en wat we zijn. Naast alle andere inzichten van wetenschap en ervaringen is dat “nutteloze nuttige bezig zijn” met de kunsten een absolute noodzaak. Waarom zouden we dat niet elk kind gunnen? Het lijkt mij een misdaad tegen de mensheid om dit alles te ontkennen.

     

     

    En tot slot

     

    Deze bedenkingen (die ook in meerde lezingen werden gebruikt maar in andere bewoordingen), mijn matig gestotter, mijn eigen grote gelijk, schreef ik ver weg van de menselijke drukte, ergens tussen de velden, de bergen en een zee.  Ik wilde geenszins volledig zijn, maar enkel uitdrukken wat we allang weten of moesten weten: “De kunst is een gebeuren onder mensen”. Hoe meer noodzaak, hoe groter de kunstactiviteit: zelfs hier, op deze eenzame plek, ontmoet ik mensen die ze met geestdrift bedrijven. En ja, ergens niet ver hier vandaan kriebelt een kind enkele lijnen op papier  en neuriet een paar klanken. Ik neem aan dat dit ter ere van mijn grote gelijk is.

     

     

     

    Voor meer info consulteer www.veerman.be

     

     

     


    03-10-2013 om 12:10 geschreven door TB  


    >> Reageer (0)
    23-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Naar binnen en buiten kijken.
    Gisteren op de fiets dacht ik nog dat ik het wist, dat alle gedachten als vanzelf met de wind meekwamen. Zelfs het formuleren ging als vanzelf, geen gestotter of gekwakkel in de inhoud of de vorm rechttoe rechtaan, alles duidelijk. Vandaag is er dan weer de twijfel hoe de dingen echt in elkaar steken , welk de eerst lijn is en welke kleur die dan moet hebben. Zal ik het maar doen in zwart en wit maar ook zwart en wit kennen hun nuances. Ik staar naar buiten maar kijk naar binnen. Dat heb je ook bij ramen kijken die nu naar binnen of naar buiten of doen ze dat net allebei. Zoals dag en nacht, zon en maan , liefde en pijn. Het is allemaal  onderdeel en geheel , detail en allesomvattend. Alles is samenhang en dus onmogelijk te vatten. Ik ben een geduldig leerling in mijn ongeduld te begrijpen. Maar de  momenten tussen dag en nacht, tussen de liefde en de pijn die kan ik nu smaken in elke vezel van mijn lijf. Ik kijk naar buiten en naar binnen en weet geen raad of geen raad die mij kan bekoren. Er zit niets anders op dan mij te laten waaien en te zien waar de wind en de dagen mij brengen. En dan net onstaan er als vanzelf  de gedachten als een bekoring voor de stilte. Ik schrijf traag en langzaam hoorde ik mij zelf iemand beloven en ben nog nooit zo onrustig geweest. Maar uit -die onrust- weet ik dat de volgende rust op komst is. Een fase als een pauze voor de storm weer begint. Ik krijg nog het advies van een dochter die zegt: "laat het ons proberen en dan zien we wel", schoner woorden heb ik niet nodig om mijn dag te laten vloeien. En ja het stroomt!

    23-09-2013 om 00:00 geschreven door TB  


    >> Reageer (0)


    Archief per week
  • 27/11-03/12 2017
  • 04/04-10/04 2016
  • 21/12-27/12 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 14/07-20/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 16/12-22/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 26/11-02/12 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 06/02-12/02 2012
  • 30/01-05/02 2012
  • 16/01-22/01 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 26/12-01/01 2012
  • 19/12-25/12 2011
  • 12/12-18/12 2011
  • 05/12-11/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 05/09-11/09 2011
  • 29/08-04/09 2011
  • 01/08-07/08 2011
  • 25/07-31/07 2011
  • 18/07-24/07 2011
  • 04/07-10/07 2011
  • 27/06-03/07 2011
  • 13/06-19/06 2011
  • 06/06-12/06 2011
  • 30/05-05/06 2011
  • 23/05-29/05 2011
  • 16/05-22/05 2011
  • 09/05-15/05 2011
  • 02/05-08/05 2011
  • 25/04-01/05 2011
  • 18/04-24/04 2011
  • 11/04-17/04 2011
  • 04/04-10/04 2011
  • 21/03-27/03 2011
  • 14/03-20/03 2011
  • 07/03-13/03 2011
  • 14/02-20/02 2011
  • 07/02-13/02 2011
  • 17/01-23/01 2011
  • 03/01-09/01 2011
  • 20/12-26/12 2010
  • 13/12-19/12 2010
  • 29/11-05/12 2010
  • 25/10-31/10 2010
  • 04/10-10/10 2010
  • 27/09-03/10 2010
  • 20/09-26/09 2010
  • 13/09-19/09 2010
  • 30/08-05/09 2010
  • 19/07-25/07 2010
  • 14/06-20/06 2010
  • 31/05-06/06 2010
  • 10/05-16/05 2010
  • 26/04-02/05 2010
  • 12/04-18/04 2010
  • 29/03-04/04 2010
  • 15/03-21/03 2010
  • 15/02-21/02 2010
  • 28/12-03/01 2016
  • 07/12-13/12 2009
  • 09/11-15/11 2009
  • 28/09-04/10 2009
  • 07/09-13/09 2009
  • 03/08-09/08 2009
  • 20/07-26/07 2009
  • 29/06-05/07 2009
  • 15/06-21/06 2009
  • 08/06-14/06 2009
  • 01/06-07/06 2009
  • 18/05-24/05 2009
  • 11/05-17/05 2009
  • 27/04-03/05 2009
  • 13/04-19/04 2009
  • 30/03-05/04 2009
  • 23/03-29/03 2009
  • 16/03-22/03 2009
  • 09/03-15/03 2009

    Blog als favoriet !

    Mailinglijst

    Geef je e-mail adres op en klik op onderstaande knop om je in te schrijven voor de mailinglist.



    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.



    Zoeken in blog


    LINKS
  • De Veerman
  • Zomeracademie
  • Stefan Perceval (blog)
  • Eddy Emile ziet en schrijft (blog)


  • Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs