 |
|
22-12-2010 |
Eén |
Ze wonen in groene heuvels. Levens geleden. In de nabijheid van bergen, zee en rotsen. Groen, rust, wijds. Mooi. Hun huisje; hout en eenvoudig. Links het huis, een bankje, bloemen. Rechts er tegenaan ; een soort schuurtje, een overkapping. Hout gestapeld, een zaagbok, wat stro, hooi. Ze zijn gelukkig. Eén. Hij is veel weg, weken na elkaar. Is herder, visser, misschien handelaar. Zij is alleen, maar voelt zich niet alleen. Zelf afwezig vervult hij alles. Kijkt ze reikhalzend uit naar hem. Zorgt voor de dieren, het huis. Er zijn geen kinderen. Nochtans is ze niet jong meer. Hij is onderweg naar huis. Verlangend. Ziet haar liggend onder de afkapping, aan het houtblok, ze is dood. Hij vlucht en blijft vluchten. Zijn verdriet groot. Nooit meer wil hij met iemand één zijn.
http://www.youtube.com/watch?v=IfngXJMyoS4&feature=related
|
|
Reacties op bericht (0)
|