Bonnie & Clydexml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Titel : Bonnie & Clyde
Uitgeverij : Abacusspiele
Auteur : Mike Fitzgerald
Aantal spelers : 2-4
Leeftijd : 8+
Speelduur : 45 min.
Spelidee :
Jij bent een FBI-agent die het opneemt tegen andere agenten om te zien wie Bonnie & Clyde (enkele beruchte overvallers van banken tussen 1931 en 1935) kan vangen. Bedoeling van het spel is om als eerste 100 of meer punten te scoren.
Spelmateriaal :
- 1 autofiguur
- 1 Bonnie Parker kaart
- 1 Clyde Barrow kaart
- 15 Ted Hinton kaarten
- 60 bewijskaarten
- 1 spelbord
Spelvoorbereiding :
Plaats het spelbord in het midden van de tafel. Zet de autofiguur op locatie 1 van het spelbord.
Neem acht willekeurige kaarten en mix de Bonnie en Clyde kaarten ertussen. Leg deze tien kaarten op de tien locaties van het spelbord. Kies een deler, elke speler krijgt 10 (2 spelers), 9 (3 spelers) of 8 (4 spelers) kaarten in zijn hand.
De overige kaarten vormen de trekstapel. Draai de bovenste kaart om en leg deze als eerste kaart van de aflegstapel.
Spelverloop :
In een beurt doet een speler de volgende stappen :
- Trek een kaart (verplicht)
- Speel een (set) kaart(en) (optioneel)
- Leg een kaart af (verplicht)
1) Trek een kaart :
Neem de bovenste kaart van de trekstapel of de bovenste kaart van de aflegstapel en voeg ze toe aan je hand.
2) Spel een (set) kaart(en)
Je kan ofwel een Ted Hinton kaart spelen of bewijskaarten.
Je mag maximaal 1 Ted Hinton-kaart spelen per ronde. Het uitspelen van deze kaart geeft je één van de volgende drie zaken :
- je mag twee kaarten trekken van de trekstapel
- je mag een kaart nemen uit de aflegstapel (zonder te laten zien aan de tegenstanders)
- je mag naar een locatiekaart kijken op het spelbord en ze nemen of laten liggen
(als het Bonnie of Clyde is, moet je ze laten liggen)
Nadat je één van deze drie zaken hebt gekozen, leg je de Ted Hinton kaart op de aflegstapel.
Je kan ook bewijskaarten spelen, maar moet dit in een set doen. Een set zijn drie kaarten met dezelfde locatie op. Vanaf het moment dat er een set van kaarten ligt van een bepaalde locatie mogen er ook losse kaarten gespeeld worden (layoff). Als je bewijskaarten gaat afleggen moet je ook kijken naar de autofiguur. Er zijn twee mogelijkheden : of je speelt kaarten waar de autofiguur staat of niet.
In het eerste geval leg je de gespeelde kaarten dwars voor je neer, bekijk je de kaart op het spelbord. Is het Bonnie of Clyde moet je de kaart open voor je neerleggen. Is het een andere kaart, mag je ze toevoegen aan je hand of laten liggen. Tenslotte plaats je de auto één stapje verder op het spelbord als je een set speelde, of één stapje terug als je een layoff speelde.
Indien je kaarten speelt waar de auto niet op staat, de leg je de kaarten gewoon recht voor je neer. Bekijk de kaart van de locatie die je hebt gespeeld. Is het Bonnie of Clyde moet je ze laten liggen, is het een andere kaart mag je ze toevoegen aan je hand of laten liggen. Speelde je een set, zet je de auto één stapje vooruit, speelde je een layoff, plaats je de auto één stapje terug.
3) Leg een kaart af
Je moet op het einde van je beurt één kaart afleggen op de aflegstapel. Dit is het einde van je beurt.
Speleinde :
Het spel gaat verder tot iemand al zijn handkaarten wegspeelde of tot de laatste kaart van de trekstapel is getrokken. De speler maakt nog wel zijn beurt af. Daarna volgt de scoreberekening.
- Elke kaart die dwars voor je ligt is vier punten waard.
- Elke kaart die recht voor je ligt is twee punten waard.
- De Bonnie & Clyde kaarten zijn elk tien punten waard.
- Indien een speler zijn handkaarten kan wegspelen, krijgt hij een bonus, afhankelijk van waar de auto staat, varieert deze bonus van 1 t.e.m. 10 punten
- Indien een speler zowel Bonnie & Clyde kan vangen, krijgt hij punten zoals gewoonlijk, de andere spelers scoren deze ronde nul punten.
Het spel eindigt op het moment dat één van de spelers 100 punten of meer scoort.
|