Iedereen hier vraagt meer tijd, alsof ik die maak! Vandaag is afwerkdag en dat wil men nog niet! Men wil wroeten en verder ploeteren, misschien met een dagje rust tussenin het mag ook een halve zijn-. Teveel tijd aan ontlopen geven is gevaarlijk. Ze zien hier het einde naderen , het einde aan tijdelijk je artistieke kop en lijf breken om dan met de scherven iets nieuw te bouwen dat er nog solider, nog duidelijker, nog eerlijker uitziet dan wat je oorspronkelijk dacht wat het was. Niets is hier vreemd, zeker het vreemde niet. We gaan nog een dag ertegenaan maar we kijken ook hoever de buurvrouw/man kwam. We maken intenties om verder te werken, nooit op te geven, om het gemaakte een plaats te geven of het weer tot aan scherven te gooien. Met herinnering aan goed werk kom je immers niet door de poort van de loutering, enkel het opnieuw en opnieuw en kan ons helpen. De letters van de gemaakte poëzie worden terug in de letterbak gegooid om daarna eens en zo krachtig te doen wat ze moeten doen, de kijk op mijzelf en de wereld te verruimen. We hopen dat u over onze schouder even wil meekijken, een kleine schouderklop voor de gemaakte kras in het landschap van mijn brein. Ik beloof niets maar morgen ga ik weer verder, uit noodzaak en het verlangen.