Zondagmorgen 8u. De nieuwe baasjes komen mij halen op het terras waar ik geslapen heb op de vloer. (Ik slaap niet in dat hok, in nog geen honderd jaar!) We beginnen met de ochtendwandeling en daarna hop, de wagen in en we rijden ergens naartoe. We stappen uit, en tiens, dit komt mij bekend voor... dat terrein, die cafetaria, de stem van ... Stefaan? Dit is de hondenschool waar ik vroeger al eens geweest ben! Ik had zelfs niveau C! Waarom moet ik in godsnaam terug naar school? Ik ken al alles : sta, lig, zit, voet, volg... pfff, kinderspel. Maar als we aan de les beginnen, wordt het mij duidelijk... de les is niet voor mij, maar voor mijn nieuw baasje, hihi! Die zegt : allez Robbeke, wildegijnekeerrechtstaanastemblief? Dat is broebeltaal, en ik versta dat niet. Hij komt dus naar de school om de juiste woordjes te leren! Dus ben ik slimmer dan hij, ha ha! Maandag avond half zes. Ik lig te maffen in de living, als mijn baasje mij komt halen. Hup, de auto in en na een heel korte rit mag ik al uitstappen. De auto blijft in de garage, ik mag mee naar binnen. Hmm, het ruikt hier zoals bij de dierenarts... hmm, hmm, moet ik dan een spuitje krijgen? Mijn baasje laat mij ergens zitten in een grote warme plaats die vol staat met apparatuur, overal dingens die ik nog nooit gezien heb. Ah, de deur gaat open en er komt een bruine meneer binnen samen met mijn baasje. Die bruine meneer ziet mij, schrikt en wordt zo wit als een spook! Mijn baasje laat de eerst bruine en nu witte meneer zitten en zegt tegen mij dat ik terug moet gaan zitten op mijn plaats. Want ik was ondertussen dichterbij gekomen om dat fenomeen van bruin naar wit te bestuderen. Zo gaat het verder, de ganse avond. Telkens opnieuw komt er iemand binnen, gaat zitten, doet een babbeltje, soms kleden ze zich uit en komt mijn baasje dichterbij om dat te bestuderen, gaat terug naar buiten, komt iemand nieuw binnen en zo de ganse avond lang. Ik word er zenuwachtig van. Ik ken dat hier niet, het is vreemd, het ruikt vreemd, al die vreemde mensen die binnen en buiten lopen, sommige kijken schuin naar mij, ik hou daar niet van. Ik word daar zenuwachtig en moe van, dat is het. Eindelijk is het gedaan met de mensen die binnen en buiten lopen en ik mag terug in de auto. We rijden wat rond, baasje stopt en stapt uit. Ik mag blijven liggen, oef. Even later stapt mijn baasje terug in en we vertrekken voor een andere korte rit. Hij stapt weer uit en ik mag blijven liggen. Goed hé, zo'n hondenleven? Een beetje later komt hij terug en ik mag uitstappen. Pootjes strekken... ah, wandeling? Ook goed. Dat doet deugd, hé hé! Daarna terug de auto in en naar huis. Ik krijg een hele kom lekkere brokjes en als dessert nog een koekje want ik heb zo flink "gewerkt" noemen ze dat.
Mijn baasjes zijn al de ganse avond uit hun gewone doen. Het is al avond wanneer er aangebeld wordt.Oh, het zijn dezelfde mensen als de vorige keer. Ze zien er blij en verwachtingsvol uit, ze aaien mij en doen alsof ze mij al kweetniehoelang kennen! Mijn baasjes pakken mijn spulletjes bij elkaar: drinkbakken, eetbakken, zak met eten, mijn lits... gaan we wandelen? Ja, we gaan naar buiten, joepie! Samen met de twee andere mensen lopen we de straat over naar een auto die ik niet ken. De kofferdeur gaat open en hup, ik spring er in, want dat is de bedoeling. Maar waarom moet ik in een vreemde auto? Waar gaan mijn baasjes naartoe? Ik krijg het warm als de auto begint te rijden. Ik hijg en de ramen dampen helemaal aan. Ik zie niks meer, of toch, het is de auto van mijn baasjes die achter mij rijdt! Oef, ze komen mee. Na een rit die nog niet te lang duurde stopt de auto en ik mag uitstappen. We stappen allemaal samen uit en gaan wandelen ergens waar ik het helemaal niet ken. Wat een vreemd gedoe, de laatste dagen. Plots komt de andere persoon van het nieuwe koppel aangestapt met een klein wit hondje, ze komen kennismaken met mij. Maar dat kleintje is blijkbaar onder de indruk van mijn gestalte en heeft niet veel zin om te "socializen". Na de wandeling gaan we een huis binnen, er wordt een fles opengetrokken en de mensen toasten "Op Robbe"! Dat ben ik. Ik ben een Polski Owczarek Podhalanski. Dat betekent zoveel als Poolse herdershond uit het Podhalanski gebergte. Mijn baasjes staan recht, ik dus ook. Neen, ik moet blijven ? Wat krijgen we nu? Baasjes, hela, neem mij mee! De deur gaat dicht achter hen. De twee nieuwe mensen komen terug binnen en aaien mij. Ik zal dan maar gaan liggen, wat moet ik anders? Na een tijdje willen de mensen gaan slapen, maar eerst zetten ze mij buiten op hun terras dat in de tuin uitkomt. Er staat daar een soort van houten berghut, met een opening als deur en ze willen mij daar in laten kruipen... mij niet gezien! De meneer kruipt er eerst zelf in en probeert mij te lokken... die denkt zeker dat hij met de onnozelaar van de klas te maken heeft?
Wat gebeurt hier toch allemaal? Mijn baasjes hebben het huis bijna helemaal leeg gemaakt. Alleen een kast hier en daar, en de zetels en de tv, die staan er nog. Dagen lang heb ik hen zien zeulen met grote dozen en meubels, alles dragen ze naar buiten. Maar ze brengen niets terug mee binnen. Het is al avond wanneer er aangebeld wordt. Mijn baasjes openen de deur
voor twee bezoekers die ik helemaal niet ken. Er wordt gepraat en naar
mij gekeken. Ik moet rechtstaan, mij laten zien aan hen en kunstjes tonen. Wat vreemd
toch al dat gedoe! Mijn bazinnetje geeft mij snoepjes en de twee
vreemde mensen ook. Er wordt nog gepraat en mijn baasjes tonen foto's van mij, van vroeger. Het lijkt wel alsof ze een akkoord bereiken, ze schudden elkaar de hand en kijken nog naar mij en knikken zo van "Ja, ja, dat is het". Wat vreemd toch allemaal...