zaterdag... een dag vol stilte. Je hield het vol tot 17h.
En toen begon je weer... met beschuldigingen ("nieuw vriendje op fb? ga je nu met hém kameren?"). Met mij alle verantwoordelijkheid voor deze situatie te geven ("hoop dat je beseft wat je deed"). Met grote woorden ("ik was bereid om zo veel voor jou te doen").
Ik bleef kalm. Verbazingwekkend kalm denk ik. Het vroeg me minder moeite dan vroeger om eerst rustig te ademen, even na te denken over mijn antwoord, en dan pas te antwoorden. Ik liet me niet verleiden tot het trekken van conclusies uit jouw insinuaties. Want mijn conclusies komen telkens weer als een boemerang terug in mijn gezicht.
Wil dat zeggen dat ik niet meer naar je verlang? Neen, toch niet. Zo ver ben ik nog zeker niet.
Wil dat zeggen dat ik niet meer van je houd? Absoluut niet. Je zit in mijn hart, en eens je dààr zit, blijf je daar zitten.
Wil dat zeggen dat ik je niet meer kan weerstaan? Hopelijk wel. Ik hoop sterk genoeg te zijn om de realiteit niet meer uit ogen te verliezen.
Wil dat zeggen dat ik je niet mis? Oh neen, ik mis je. Ik mis je meer dan ik kan omschrijven.
Maar ik ben ook realistisch. Deze relatie is al heel lang voorbij. Alleen kan jij mij niet uit je mentale prentje knippen... Maar dàt is geen liefde... dat is gewoonte? Starheid? Obsessie misschien? Ik denk na over hoe ik jouw gevoelens voor mij zou omschrijven... dié woorden komen nog wel. Maar nu ben ik moe... moe van de afgelopen week, vol ruzies.
|