Dit blog is een onderdeel van EVODISKU WAT IS DE BEDOELING EN WAAR STAAT DIT BLOG VOOR
****Wie meent dat alles inmiddels wel over de evolutietheorie gezegd is en dat de discussie gesloten kan worden, ziet over het hoofd dat de wetenschap niet stil staat.
***Wie meent dat inmiddels het creationisme definitief het pleit heeft verloren en dat de discussie gesloten kan worden , ziet over het hoofd dat het "creationisme" is geevolueerd ( en zal evolueren ) in nieuwere mimicrytische vormen( meme-complexen ) zoals bijvoorbeeld het ID(C)
***Dit blog is speciaal opgezet om de aktualiteit binnen het evolutie-creationisme debat te volgen en van kommentaren te voorzien ... waartoe de lezers zijn uitgenodigd bij te dragen ...
Let echter wél op het volgende :
"Je bent een rund als je hier met religie stunt " ....
Resten van mensachtigen van 4,4 miljoen jaar oud, waaronder een onvolledig skelet met schedel, zijn 17 jaar na de ontdekking eindelijk wetenschappelijk beschreven.
Wetenschappers zijn na een zeventienjarige studie van oeroude Oost-Afrikaanse skeletten tot de conclusie gekomen dat het om een oude voorloper van de moderne mens( en mogelijk ook de australopithecinae ?) gaat.
Ardi, of de ardipithecus ramidus, zwierf 4,4 miljoen jaar geleden rond in de bossen van Noordoost-Ethiopië
Excavating Ardi http://www.nytimes.com/slideshow/2009/10/01/science/100109_Fossil_index.html Excavating Ardi Ze was 1m20 groot, maar zeker geen lichtgewicht; haar gespierde lichaam woog ongeveer 50 kilogram. Ze klauterde met gemak in bomen dankzij haar lange armen, enorme handen en grijptenen, maar "Ardi" kon ook gewoon rechtop lopen. Ze is daarmee de eerste menselijke voorloper die op twee benen liep.
Door haar vacht en vooruitstekend gezicht moet Ardi er meer als een aap dan als een mens uit gezien hebben. Maar de "mozaik" aan kenmerken die Ardi in het verhaal van de oorsprong van de mens plaatst , tekent zich nu veel scherper af, na een uitgebreid onderzoek van 110 fragmenten van gefossiliseerde beenderen afkomstig van de soort waartoe ze behoorde.
Het is nu duidelijk dat ardipithecus ramidus onmiskenbaar een lid van een geslacht ( genus ) in een lange afstamming die leidt tot de homo sapiens. Die lijn start bij de laatste gemeenschappelijke soort uit een genus dat we delen met de chimpansees, onze (huidige ) dichtste verwanten, waarvan (het homologe ) DNA voor 95 a 96 procent met dat van ons overeenstemt.
Wetenschappers hebben ook vastgesteld dat op basis van het onvolledig skelet van een vrouwelijke ardipithecus Ardi is haar koosnaam de oudste, meest volledige verzameling ( van verschillende specimen van die soort afkomstige )gefossiliseerde overblijfselen ( en model- reconstructie ) is van de vele voorlopers uit die oer- tijd en die voortkwamen sinds en uit de gemeenschappelijke voorloper( Last Common Ancestor ) , een tot dusver (nog fossiel) onbekende soort die waarschijnlijk 6 tot 7 miljoen jaar geleden op aarde rondliep.
Zeventien jaar lang bestudeerden wetenschappers elk aspect van de anatomie en de habitat van de ardipithecus. Deze presenteerden ze het resultaat van hun onderzoek, in de vorm van elf aparte wetenschappelijke bijdragen in het magazine Science.
"Deze fossielen verzameling ( en de huidige studies in Sciencemag ) is een van de belangrijkste ontdekkingen/ rapporten voor de studie van de menselijke ontwikkeling", aldus David Pilbeam, curator in het Peabody Museum of Archeology and Ethnology van de Universiteit Harvard. "(De reconstructie ) is vrij compleet, want hoofd, handen, voeten en enkele andere belangrijke delen zijn overgebleven(van de eerste vondst ) Het vertegenwoordigt een geslacht dat mogelijk voorafging aan de Australopithecus, het geslacht dat aan ons geslacht Homo voorafging."
De foto op de cover Van Science Geplette schedel , een aantal kiezen en tanden , twee armen, het bekken, een been en twee voeten .... http://johnhawks.net/weblog/fossils/ardipithecus/limb-proportions-photo-note-2009.html " .....The composite photo included in the main paper by White and colleagues (2009) is very poorly scaled. For example, the measurements given by Lovejoy and colleagues (2009) make the radius 95 percent the length of the femur, but the photo renders the radius quite a bit longer than the tibia:This has the effect of making the photo look much more like the proportions of a chimpanzee or gorilla (or Oreopithecus...) than is the case from the skeletal measurements.
Although I will say that the Matternes reconstruction has much more slender-looking hindlimb bones than the photos. Since one of the interesting aspects of Ardi is the large reconstructed mass (51 kg), I find the very gracile long bone reconstruction misleading, also.
Het vakblad pakt groot uit met het belangrijke nieuws over " ardi " , dat feitelijk een gedegen reconstructie is (er is 17 jaar aan gewerkt !!! en er grepen al die jaren vervolgonderzoeken en preparaties van het fossiel materiaal , plaats ) van een vroege mensachtige(4,4 miljoen jaar oud) waarvan resten in 1992 en 94 -95 zijn gevonden, en daardoor onze ( fossiel )best gedocumenteerde (tot nu toe ) bekende (zeer waarschijnlijk) rechtoplopende voorouder. Sciencemag komt met een speciale editie met liefst 11 wetenschappelijke artikelen die allen een ander aspect van de vondst belichten.
Kloof gedicht ? Voor het onderzoek werden verdere fossielen gezocht en gevonden op het terrein, die vervolgens in laboratoria geanalyseerd werden. Daaruit blijkt nu dat de vroege menselijke voorouder de kloof overbrugt tussen de in bomen levende, van ver verwante primaten en onze op twee benen lopende voorouders die het bos als habitat hadden ingeruild voor het grasland van de savanne.
Een van de verrassendste bevindingen is dat deze voorouders niet op hun knokkels steunden, zoals altijd werd aangenomen. Ardi kon trouwens niet rondlopen op haar "knokels " : wegens de té flexibele en voor dat doel té tere pols Soepele polsen , sterke opponeerbare duimen , flexible vingers en handpalmen met stevige grip : lijken te zijn aangepast aan het grijpen van stenen en stokken ..Ze lijken voorbestemd om , miljoenen jaren later , vuistbijlen en andere stenen werktuigen te hanteren en te maken ...en wat later instrumenten te bedienen ....
Het is nu duidelijk dat de chimpansees van vandaag even drastisch afwijken van onze laatste gemeenschappelijke voorloper als de mens van vandaag.
"Charles Darwin zei heel verstandige dingen over die kwestie. Hij zei dat we voorzichtig moeten zijn. De enige manier om iets te leren over die gemeenschappelijke voorouder is ernaar op zoek gaan", zegt professor Tim White van de University of California Berkeley, een van de leiders van het onderzoek. "Wel, vondsten van 4,4 miljoen jaar geleden komen dicht in de buurt. Zoals Darwin al stelde, zijn de mens en de aap onafhankelijk van elkaar geëvolueerd sinds hun pad scheidde, sinds de laatste gemeenschappelijke voorouder."
Nota : ...Wat Darwin werkelijk heeft geschreven aangaande dit alles zou ik wel eens willen weten en/of duidelijker gerefereerd willen zien ....of legt men hier Darwin simpelweg woorden in de mond ? Zie hierover vooral john Hawks http://johnhawks.net/weblog/reviews/tv/discovering-ardi-release-2009.html Het verhaal van de ardipithecus begon in december 1992, toen een student van professor White, Gen Suwa, in de buurt van het dorp Aramis in Noordoost-Ethiopië , weerkaatst zonlicht bemerkte op het gladde oppervlak van een maaltand (=kies ) van een mensachtige.... de lijn die vertrok van de laatste gemeenschappelijke voorouder.
Een paar jaar later hadden wetenschappers een rijke collectie gefossiliseerde beenderen verzameld van de ardipithecus ramidus. Datering wees uit dat de beenderen 4,4 miljoen jaar oud waren, meer dan een miljoen jaar ouder dan de oudste afstammeling tot dan toe, een soort die bekendstaat als de australapithecus afarensis, Ardi had net zoals Lucy hersenen, niet veel groter dan die van een chimpansee en ongeveer een derde van die van de moderne mens.
De schedelbasis van Ardi, de afstand tussen de achter- en voorkant van de schedel, is kort, wat aangeeft dat het hoofd op de ruggengraat rustte, zoals bij andere rechtoplopers, en geen hoek maakt met de ruggengraat, zoals bij apen.
In tegenstelling tot Lucy vertoonde Ardi wel nog een paar anatomische kenmerken in voeten en armen die erop wijzen dat ze ook in bomen klom. Met haar handen kon ze objecten vastgrijpen. Wellicht was dat een essentiële vaardigheid die primaten in staat stelde om zo enorm intelligent te worden. Zo konden ze dingen oprapen, ze manipuleren en in het geval van mensen en chimpansees ook als instrumenten gebruiken. Maar het zou nog een paar miljoen jaar duren voor de afstammelingen van Ardi de grote hersenen en de hogere intelligentie ontwikkelden die de mens onderscheiden van de rest van het dierenrijk. Het is nu ook duidelijk dat de toename van het hersenvolume pas plaatsgreep lang nadat de primaten op twee benen waren gaan lopen.
® The Independent /Publicatie datum : 2009-10-03 (De Morgen )
Ondanks de dagelijkse zoektocht naar fossielen van onze vroegste voorouders, hebben paleontologen nog maar een zestal (meestal niet volledige) skeletten van oude mensachtigen kunnen vinden. Het oudste dat in een wetenschappelijke publicatie is beschreven, is dat van Lucy, de Australopithecus afarensis van 3,2 miljoen jaar oud die in 1974 werd gevonden in de Afardriehoek in Ethiopië. Vlakbij, bij het dorpje Aramis, vonden wetenschappers in 1992 andere fossiele resten.
Reconstructie van het skelet Foto's : J.H. Maternes Ardipithecus was 120 cm lang en woog 50 kilo. Best zwaar en groot voor zon nog altijd aapachtige mensachtige.
(een deel-verzameling van deze vondsten ) -->Op basis van die verschillende fossielen is door sommigen al geconcludeerd dat de fysieke verschillen tussen mannelijke en vrouwelijke Ardipitheci(= sexueel dimorphisme)niet groot zijn geweest
-De in 1992 gevonden geplette schedel en het gedeeltelijke skelet waren dat van een vrouwelijke mensachtige, die de onderzoekers Ardipithecus ramidus noemen.
-Het hoogtepunt in de zoektocht en reconstructieproces lag in 1994-95, toen het team van Tim White onder een verhoging in het terrein stukjes van een bekken, een been, een voet en een schedel vonden, kortom een onvolledig skelet.
Ardi heeft veel meer dan Lucy sterkte aapaachtige kenmerken en had de bouw en de enorme grijphanden en voeten voor een (gedeeltelijk?) leven in de bomen.
Ardi's handen en polsen vertonen zowel primitieve kenmerken als modernere. -Een aapachtige of mensachtige hand ? ( verschil is te vinden in de vergelijking van het belangrijkste handwortelbotje)
Two views of the left hand of Ar. ramidus showing primitive features absent in specialized apes. (A) Short metacarpals; (B) lack of knuckle-walking grooves; (C) extended joint surface on fifth digit; (D) thumb more robust than in apes; (E) insertion gable for long flexor tendon (sometimes absent in apes); (F) hamate allows palm to flex; (G) simple wrist joints; (H) capitate head promotes strong palm flexion. Inset: lateral view of capitates of Pan, Ar. ramidus, and human (left to right). Dashed lines reflect a more palmar capitate head location for Ar. ramidus and humans, which allows a more flexible wrist in hominids. http://www.sciencemag.org/cgi/content/full/326/5949/70/DC2
Haar handpalmen waren kort en haar vingers flexibel, ze kon zich niettemin in een boom voortbewegen .
Ze had een unieke opponeerbare dikke teen . Tegelijk staan haar bekken en het achterhoofdsgat zodanig dat ze vrijwel zeker rechtop kon lopen. Mogelijk liep ze ook regelmatig staand door de bomen,( zoals bijvoorbeeld Gibbons soms doen ) over de takken, denken de ontdekkers onder leiding van de bekende paleontoloog Tim White. Mogelijk is ardi een overgangsvorm tussen een leefgedrag in de bomen door van boom naar boom te slingeren en rechtoplopen. De onderzoekers sluiten wel uit dat Ardi kon knokkellopen, zoals moderne chimpansees doen
* Ardi is een mensachtige die kan gelden als een mogelijk voorouder of een nauwe verwante aan een voorouder van australopithecus en latere homini . Ardi leefde ongeveer twee miljoen jaar na de geschatte laatste gemeenschappelijke voorouder van mens en apen, die rond de zes a zeven miljoen jaar(= de zogenaamde "split " = is berekend /geschat /hypothetisch voorspeld , volgens de 'moleculaire' klok ) geleden in Afrika voorkwam. Door de vulkanische lagen boven en onder het skelet te dateren kon de geoloog Giday WoldeGabriel bepalen dat eerstgevonden Fossiel 4,4 miljoen jaar oud is. Dat de fossiele resten miljoenen jaren oud waren, bleek ook uit de staat van het bot: bij de minste aanraking kruimelde het in stukken uiteen. De onderzoekers besloten niet alles ter plaatse met borstel en penseel uit de grond te halen, maar ze groeven grote blokken sediment uit en transporteerden die naar labs in de Ethiopische hoofdstad Addis Abeba, naar Tokyo en naar Ohio. Tim White deed er jaren over om in het Nationaal Museum van Addis Abeba all de kleigrond van de fossielen te verwijderen. Gen Suwa, de Japanse student die in 1992 de tand vond, puzzelde de 65 stukjes van de schedel in zijn lab in Tokyo virtueel weer in elkaar. Een andere medewerker van White, Owen Lovejoy deed hetzelfde voor het bekken in zijn lab in Ohio. Suwa was pas tevreden met de 10de reconstructie, die in maart dit jaar klaar was. Lovejoy had 14 pogingen nodig.(2-)
Dat Ardi ook rechtop kon lopen blijkt uit de manier waarop haar bilspieren op haar bekken en heupen lagen en waarmee ze zich in evenwicht kon houden. Daarnaast waren haar voeten stug genoeg om op te lopen, hoewel er ook nog steeds een duim aanwezig was om mee te kunnen klimmen.
Foot skeleton of Ar. ramidus (bottom; reconstruction based on computed tomography rendering shown) lacked many features that have evolved for advanced vertical climbing and suspension in extant chimpanzees (pan, top left). Chimpanzees have a highly flexible midfoot and other adaptations that improve their ability to grasp substrates. These are absent in Ar. ramidus. Credits: Reconstruction; copyright J. H. Matternes; chimpanzee climbing, J. DeSilva; bonobo and human feet, S. Ingham. http://www.sciencemag.org/cgi/content/full/326/5949/72/DC2
Over het rechtoplopen is niet iedereen het eens, maar feit is dat haar bekken even breed is als dat van Lucy( een veel jongere afstammeling of verwant ? ) , die ook rechtop kon wandelen
The Ar. ramidus pelvis has a mosaic of characters for both bipedality and climbing. Left to right: Human, Au. afarensis (Lucy), Ar. ramidus, Pan (chimpanzee). The ischial surface is angled near its midpoint to face upward in Lucy and the human (blue double arrows), showing that their hamstrings have undergone transformation for advanced bipedality, whereas they are primitive in the chimpanzee and Ar. ramidus (blue arrows). All three hominid ilia are vertically short and horizontally broad, forming a greater sciatic notch (white arrows) that is absent in Pan. A novel growth site [the anterior inferior iliac spine (yellow arrows)] is also lacking in Pan. http://www.sciencemag.org/cgi/content/full/326/5949/71/DC2.
3D-reconstructie van de schedel van Ardipithecus ramidus, een 4,4 miljoen jaar oude voorganger van de mens. (Illustratie Science) Haar hersenen hadden de omvang van die van een chimpansee.
Digital representations of the Ar. ramidus cranium and mandible. (A to D) The ARA-VP-6/500 and downscaled ARA-VP-1/500 composite reconstruction in inferior, superior, lateral, and anterior views (in Frankfurt horizontal orientation). (E) Individual pieces of the digital reconstruction in different colors. Note the steep clivus plane intersecting the cranial vault on the frontal squama (as in Sts 5 and not apes). (F and G) Lateral and superior views of the ARA-VP-1/401 mandible (cast). (H and I) Lateral and superior views of the ARA-VP-6/500 left mandibular corpus with dentition. http://scienceblogs.com/pharyngula/
*Mannetjes en vrouwtjes missen de zware hoektanden ( niet zoals chimps, maar net net zoals wij ) Het suggereert dat er GEEN uitgesproken sexueel dimorphisme was zoals bij chimpansees en gorilla's ( en het genus paranthropus ) .... Dat suggereert ook( althans dat is een speculatie van C. Owen Lovejoy http://johnhawks.net/node/2246 * ) dat er geen sterke man-man competie was( zoals bij chimps ) bij deze verre voorouder Maar het is nu eerst en vooral zoeken naar een mannelijke schedel zonder kam ; die deze vermoede eigenschap zou kunnen bevestigen ,en vooraleer dergelijke zwakke maar verregaande speculaties als "zeer waarschijnlijk " voor te stellen *het tandemail (dunner dan bij Lucy ,maar dikker dan datvan een chimp) wijzen op een omnivoor dieet :fruit , planten , insecten en kleine zoogdieren . Ardi en Lucy bezaten een andersoortig gebit in de details ; Lucy had grotere maalkiezen die eigenlijk geschikter waren op de savanne * Ardi kan natuurlijk ook een voorouder zijn in de basis van de australopithecinae-lijn
Dentitions from human (left), Ar. ramidus (middle), and chimpanzee (right), all males. Below are corresponding samples of the maxillary first molar in each. Red, thicker enamel (~2 mm); blue, thinner enamel (~0.5 mm). Contour lines map the topography of the crown and chewing surfaces. http://www.sciencemag.org/cgi/content/full/326/5949/69/DC2
Ardi leek niet echt op chimpansee De basis van de schedel toont aan dat Ardi niet met het hoofd voor haar ruggegraat liep, zoals bij viervoetige apen. Ook haar tanden lijken niet op die van moderne chimpansees geen scherpe bovenste hoektanden.
Volgens de onderzoekers toont dit aan dat de Ardipithecus ramidus helemaal niet op een chimpansee leek, en zich ook niet zo gedroeg.
Alan Walker, antropoloog aan Pennsylvania State University, zegt in Science dat uit de vondst blijkt dat we aan de hand van de anatomie van de aan ons verwante diersoorten (zoals de chimpansee), niet altijd kunnen leren over de lichaamsbouw en het gedrag van onze voorouders.
Het ziet ernaar uit dat de laatste gemeenschappelijke voorouder van mens en chimpansee veel minder op de moderne chimpansee leek dan we totnogtoe dachten.(1) "Ardipithecus is not a chimp. It's not a human. It shows us what we used to be." (Professor Tim White University of California Berkeley, one of the leaders of the research.)
Het skelet vertoont wél aapachtige kenmerken die niet voorkomen in moderne chimpansees en gorilla's. Dat betekent, schrijven ze nog in Science, dat ook de apen in Afrika nog een ingewikkelde ontwikkeling hebben doorgemaakt nadat ze in de evolutie hun eigen weg gingen (1)
Onze voorlopig oudste voorouder had meer gemeen met een mens dan met een aap en leefde in dichte regenwouden.
De nieuwe mensachtige heet Ardipithecus ramidus en haar anatomie ondergraaft enkele wijdverspreide inzichten in de evolutie van de mens. Ardi zoals ze de voorloper van Lucy noemen kon volgens het internationaal team van onderzoekers rechtop lopen, maar ook in bomen leven. Toch leek ze allerminst op een moderne chimpansee: ze liep niet op de knokkels, had een rechtopstaand hoofd en een rechte rug.
Professor White grapte ooit tegen een collega dat als je wilt weten hoe Ardi zich voortbewoog, dat je dan naar de bar in Star Wars moet gaan.
"De ardipithecus is geen chimpansee en geen mens. Het is wat wij ooit waren. Het is een mozaïekschepsel dat noch chimpansee noch mens is."
Zijn collega professor Owen Lovejoy van Kent State University voegt ( er nogal ongelukkig ) aan toe: "De nieuwe anatomie die we beschrijven in deze artikels wijzigt op fundamentele wijze onze kennis over de oorsprong van de mens en de vroege evolutie."
Hoewel laatste gemeenschappelijke voorouder van mens en chimpansee 6 miljoen jaar geleden leefde, leken de voorouders van de mens dus helemaal niet op moderne chimpansees. "Ardi is niet datgene wat men zou hebben voorspeld ... " zei antropoloog Bernard Wood (George Washington University.)
Een ongelukkig zinnetje waar natuurlijk door allerlei creationisten in de toekomst zal worden ( en nu al wordt geciteerd uit de context) naar verwezen Het is gebaseerd op een soort misvatting / en verdraaing gebaseerd op een gebrek aan kennis over wat voorspelbaar en niet voorspelbaar is in de paleontologie en o.a. door reeds hieronder door Bart klink en vooral Gerdien De Jong afdoende is aangekaart
-Ze was niet een tussenvorm tussen een mens en een chimpansee, maar anders.... BK: Natuurlijk niet, er is ook niemand met verstand van evolutie die dat ooit beweerd heeft.
-Zij liep rechtop, en niet zoals chimpansees op handen en voeten.? BK: Ardi liep rechtop, maar niet zo goed als wij dat kunnen en kon zeker niet goed rennen. Hetzelfde geldt ongeveer voor Lucy.
Dichtbegroeid regenwoud Sinds Lucy staat in de schoolboeken dat de mensachtigen rechtop begonnnen te lopen op grasland, en niet in bossen. Maar uit de analyse van fossiele planten- en dierenresten die in de buurt van het oude graf van Ardi werden gevonden, blijkt dat het gebied vroeger een dicht regenwoud was, met vele bomen waartussen Ardi soms eens slingerde van tak tot tak, en soms tussen de bomen op de grond gewoon rechtop wandelde.
-Ardi voldoet niet aan de verwachting dat een voorloper van de moderne mens op de open savanne leefde.? BK: De homininen liepen niet vanaf het prille begin op de open savanne, zoals blijkt uit bijvoorbeeld Orrorin. Gerdien de Jong : Het idee van de open savanne begint pas met Homo erectus: de eerste lange afstandsloper.
Chris verburgh Opvallend is dat de Ardipithecus zowel aanpassingen had om in bomen te leven, als om rechtop te lopen op de grond. Dat zou kunnen impliceren dat onze voorouders al rechtop liepen toen ze nog tussen en in de bomen leefden, en niet daarmee zijn begonnen toen Oost-Afrika bezaaid was met savannevlaktes. Eén van de populaire theorien die het rechtop lopen wil verklaren, ging er immers van uit dat onze voorouders rechtop begonnen te lopen omdat de bomen verdwenen om plaats te maken voor savannevlaktes en ze dan wel verplicht waren om op de grond te leven.
2.- Belangrijk Kommentaar van Gerdien De Jong comments #9 " .....Ik ben het volledig met Bart Klink eens dat een wezen met grofweg deze eigenschappen in deze tijd voorspelbaar was. Op grond van Sahelanthropus, Ororin en Lucy: rechtoplopend, met relatief lange armen.
*Je kunt voorspellen dat je - Homo erectus buiten Afrika op het vasteland van Eurazie zult vinden, gegeven dat Homo erectus om te beginnen op Java gevonden is, en alle eerdere hominiden in Afrika gevonden zijn. Ook kun je voorspellen uit welke tijdsperiode dat zou kunnen zijn: -na verschijnen in Afrika en voor opduiken op Java. Dat zijn allemaal vrij gemakkelijke voorspellingen: alleen maar samenhang in de gegevens gevraagd.
*Wat je niet kunt voorspellen is dat de oudste Homo erectus buiten Afrika in Georgie gevonden zou worden.
* Wat je wel kunt voorspellen is dat het de moeite waard is de Sahara en de Sahel (3)grondig voor fossielen af te zoeken als je op zoek wilt naar iets dat nog net een chimpansee voorouder kan zijn net als Arabie en Perzie voor een nog iets vroegere voorouder als ik de geografie van de Miocene mensapen goed heb onthouden.
*Er was niet te voorspellen dat er een Flores mens zou opduiken, of dat dat een Homo erectus vorm zou zijn. Wel was te voorspellen dat als er een Homo erectus op Flores zou hebben overleefd, die kleiner zou zijn dan de Homo erectus van grote eilanden en continenten.
*Niet voorspelbaar was de volgorde van veranderingen voordat er voldoende fossielen gevonden werden. Vandaar dat je in de oudere (intussen behoorlijk oudere) literatuur veelal vindt dat bipedalisme laat zal zijn.
*Wat duidelijk is, is dat voorspellingen uit de losse pols niet mogelijk zijn. Voorspellingen als: de samenhang van de fossielen vraagt (xx) zijn duidelijk wel mogelijk. Daaronder vallen Tiktaalik,(3) Anchiornis en Ardipithecus. Dit soort voorspellingen is natuurlijk niet te doen zonder een behoorlijk groot fossiel archief. . De Flores mens was niet voorspelbaar, omdat er geen fossielen waren waarbij de samenhang van de fossielen een Flores mens vroeg.
De wetenschappers die Ardi bestudeerden beweren echter NIET dat ze noodzakelijk of effectief evolueerde tot de australopithecinen en/of rechtstreeks tot de mensen van het geslacht homo leide ( dat is slechts één van de hypotheses ) Over Australopithecus & co (Tsjok45)<--(klik)
ook hier kan de ergvroege voorouderlijke oer-menselijke(homo) lijn zeer goed in allerlei aftakkingen zijn opgesplitst ( = een struik), waarbij de meesten zijn uitgestorven ( denk bijvoorbeeld ook ter vergelijking aan ( de veel later )optredende vertakkingen in het genus homo zelf--> Homo floresiensis en Neanderthaler, Australopithecinen zelfs ) Lucy's lijn kan bovendien zijn afgesplit van ardi's lijn lang voordat ardi leefde... Maar zelfs dan , zegt White te geloven dat zijn team een evolutionaire sequentie ( op het genus-niveau )heeft gedocumenteerd waaruit het genus homo uiteindelijk onstond( metof zonder de tussenstap Australopithecus ) Ardipithecus--->(mogelijk) dan Australopithecus, ----> Homo.
"Ardi vertelt ons toch meer dan Lucy We bezitten haar handen en voeten , een compleet beeld van haar leefomgeving , een complexer skelet, ouder , primitiever : Ardi toont ons hoe het de transformatie van gemeenschappelijke voorouder naar hominide kan zijn gebeurt ... " C. Owen Lovejoy
Three hypotheses of early hominin evolution. Top - That there was a straight line of hominin evolution, each "species" being the phase or grade of one true natural species. Middle - A single line of hominin evolution with a speciation event in the same area in which the earliest Australopithecus split from Ardipithecus ramidus. Bottom - Ardpithecus ramidus as one of the last members of a more archaic lineage which existed after a speciation event elsewhere in Africa that gave rise to the first Australopithecus. Published in this week's issue of Science.
(*)DezeC.Owen lovejoy is blijkbaar niet vies van het verkopen van nonsens en het doen van "sensationele "uitspraken ? http://johnhawks.net/node/2246 C. Owen Lovejoy, an anatomist at Kent State University and lead author of two of the journal reports, speculated that these hominids had a social system that involved less competition among males and that this suggested the beginning of pair bonding between males and females. Dr. Pilbeam disputed this conjecture, saying, This is a restatement of Owen Lovejoys ideas going back almost three decades, which I found unpersuasive then and still do. paleoanthropologist Andrew Hill of Yale University.was more blunt, calling Lovejoy's speculation "patent nonsense." http://www.latimes.com/news/nationworld/nation/la-sci-fossils2-2009oct02,0,3420742.story?track=rss De vondsten "are turning evolution on its head," zei Lovejoy( overigens een verdienstelijk en uitstekend wetenschapper die evengoed lang op zijn blote knieeen in het zand heeft gezeten tijdens ( ook deze ) opgravingen en expedities ) maar hij trekt wél de aandacht met zijn voorbarige miskleunen voor de camera's en de persmuskieten : Binnenkort staat ie in de kijkcijfers en misschien zelf eens op zijn hoofd kunstjes te maken en de aandacht verder op te eisen ?
http://sandwalk.blogspot.com/2009/10/good-science-bad-science-journalism.html Natuurlijk moeten ook Wetenschappers( Hier O.Lovejoy ) weer onvoorzichtige uitspraken doen , waarna journalisten fluks overgaan op hun geliefkoosde " conclusion jumping " en allerlei onzin gaan uitkramen omdat het o.a. zogenaamd"sensationeel" is het en geschikt voor de vluchtige oppervlakkige doorsnee lezer /kijker op zoek naar infotainment
(L.Moran )".....The press reports convey the message that, up until last week, scientists thought that humans evolved from chimps. Now, with the publication of the Ardi papers, scientists have to change the textbooks and teach that chimps evolved from humans.
Is that really what scientists want the general public to think? It makes them look very stupid and (therefore ) the public has a right to ask what "other false notions about evolution "are being taught in the universities.
Voor wie het nog niet wist * Mensen stammen niet af van apen * ( en het omgekeerde )Chimpansees stammen ook niet af van mensen Maar het ZIJN wél allebei (mens)apen
Er is gelukkig ook nog altijd betere journalistiek = Carl Zimmer , natuurlijk http://blogs.discovermagazine.com/loom/2009/10/01/ardipithecus-we-meet-at-last/ "...Just a Reminder: We Didnt Evolve From Chimpanzees Chimpanzees may be our closest living relatives, but that doesnt mean that our common ancestor with them looked precisely like a chimp. In fact, a lot of what makes a chimpanzee a chimpanzee evolved after our two lineages split roughly 7 million years ago. Ardipithecus offers strong evidence for the newness of chimps..."
http://scienceblogs.com/pharyngula/ Wat literalistische geloofsgekken en Creato's ( misschien )zouden kunnen zeggen ( volgens een ironische PZ Meyer ) ? : " ....This only shows that humans were created first, and all of these other hairy beasts the paleontologists are digging up are just degenerate spawn of the Fall....? "
1) Er zijn tot nu toe geen oude fossielen ( dicht bij de split ) uit de chimp-lijn bekend ... buiten een paar tanden ... Het is derhalve(nog)niet mogelijk vroege mensen en vroege chimps ( en hun gemeenschappelijke voorlopers) te vergelijken Creato's (2) Alvast één voorspelbare reactie : ..17 jaar (zogenaamd) onderzoek om leugens en just so stories , te fabriceren ? want Die atheisten en hun wetenschappelijke samenzweerders zijn tot alles in staat om de mensheid te bedriegen en te brain-washen ....
De stamboom van de mens staat opnieuw op zijn kop ? * er wordt helemaal niets gezegd over een "rechtstreekse voorouder" of over een "missing link " , tenzij in kranten * De mogelijke verwantschappen werden opgesteld als denkbare sequenties op het genus-niveau * Er IS ook helemaal geen stamboom(= struik ) van de hominem die op zijn kop wordt gezet door de eindelijk gepubliceerde beschrijving van Ardipithecus ramidus ( er is zelf nog een oudere verwant bekend ---> Ardipithecus Kabbada ? ) Integendeel zelfs : de mix aan eigenschappen die ardipithecus vertoont ( een mozaik)is datgene wat paleantropologen grofweg mochten verwachten van een fossiele voorouder van de "hominim" uit die tijd en op die plaats ...
Hoe gaan creationisten eigenlijk reageren ? Al even "voorzienbaar "als het bovenstaande : is deze opsomming van mogelijke argumenten ( en omdat de eerste reacties bij amerikaanse crea's zijn te verwachten is het uit enkele Engelstalige diskussies , overgenomen Bovendien zijn amerikaanse creationisten nog steeds de modellen van de crea's en inspiratiebron voor complotdenkers en anti-wetenschappers , wereldwijd ) * How will creationist handle this ? (Tsjok45)<--klik
Al jazeera & Ardi *volgens de Arabische nieuwsdienst zou verder onderzoek naar Ardipithecus ramidus aantonen dat de evolutietheorie verkeerd is. Volstrekte onzin natuurlijk, en opvallend is dat er op de Engelstalige site van Al Jazeera geen enkele link is naar het wereldschokkende artikel.
* Uiteraard konden ook sommige amerikaanse journalisten het niet laten om het publiek te misleiden en te schrijven dat de Ardipithecus vondsten Darwins evolutietheorie weerleggen. Chris Esparza van de Christian Living Examiner schrijft: "The idea of the missing link is that somewhere way back when, there was a primate who almost seemed to be half monkey and half human, proving that there was at some point an evolutionary split. A recent discovery in Ethiopia disproves that theory." *De Ardipithecus is nu net een prachtvoorbeeld van een 'tussensoort' (die eigenlijk zoals altijd een volwaardige soort op zich is). *Het is duidelijk dat Chris Esparza nooit de moeite heeft genomen éérst te weten wat de theorie precies zegt, en dàn pas te onderzoeken of het juist dan wel fout is. Meer in het bijzonder over hoe die tussensoort er uitziet zegt hij bepaald niet wat "the idea" was, maar integendeel wat een stel andere onwetenden hem hebben wijsgemaakt wat "the idea" was. Als je wil weten wat "the idea" werkelijk was kan je altijd Darwin zelf raadplegen - even voor het gemak aannemend dat Darwin ons kan vertellen wat de evolutietheorie zegt. Hier gaan we: I have found it difficult, when looking at any two species, to avoid picturing to myself, forms directly intermediate between them. But this is a wholly false view; we should always look for forms intermediate between each species and a common but unknown progenitor; and the progenitor will generally have differred in some respects from all its modified descendants. (Darwin, The Origin of species, hoofdstuk 9)
(3) Maar al te vaak wordt stilletjes vergeten dat de Paleontologie ook een geologische deel-wetenchap is -Van Tiktaalik en co ( er is namelijk een hele reeks gevonden ) werd voorspeld in welke geologische lagen , formaties en geologische ouderdomsperiode moest worden gezocht naar de overgansvormen tussen vissen- amfibieen ... -Net zo kan men wisselend succes in de prospectie van petroleumvoorraden en kolenlagen (gedeeltelijk) voorspellen *(naar Bart klink ) " Waarom gaan paleontologen dit soort mensachtige voorouderlijke fossielen gaan zoeken in Afrika, in Pliocene lagen? -Juist omdat ze voorspeld hebben dat die fossielen daar zitten! -Paleontologen doen niets anders in de praktijk. Ze weten waar ze moeten zoeken, juist op grond van voorspellingen. -of, is het toeval dat ze juist daar zijn gaan zoeken? " - dat geldt dus ook allemaal voor de voorspelling dat in de Sahel en Sahara ( ooit beboste waterrijke gebieden ) nog meer fossielen zullen worden gevonden die nog meer licht gaan werpen op de "split " Tot nu toe is daar o.a. de Sahelantropus Tchadensis , en Praeanthropus(?= Australopithecus ) bahrelghazali, gevonden Het is dus wachten op de definitieve beschijving van vooral de eerstgenoemde= Toumai
Er is opnieuw een fossiel opgegraven in het Noord-oosten van China , van een gevederde kleine , reeds bekende , theropode dinosaurier ( Theropoda )die in september 2009 werd wereldkundig gemaakt
Het gaat om de AnchiornisHuxleyi LPM-B00169 uit de groep der oudere Troodontidae , zijnde de voorouderlijke verwanten van de ( laatkomer) Archaeopteryx
De eerste ,door Xu ontdekte (einde 2008? begin 2009?) , A. huxleyi werd voor een nogal primitieve ( maar niettemin een) hagedis-vogel gehouden die (veronderstelde men toen voorlopig ) dicht bij zijn neef Archaeopteryx aanleunde: maar deze eerste "educated guesses " waren vooral gebaseerd op een incompleet fossiel en werden al vlug sterk bediscusieerd en aangevuld vanuit andere invalshoeken (1)....
De nieuwe basale vogel-transitionnal Anchiornis huxleyi Xu et al., 2008 ( 2009?) Liaoning Province, China, maar niet (zoals de zovele recentelijk beschreven theropoden )afkomstig van de Yixian Formatie: [Anchiornis holotype IVPP V14378 (a) plaat (b) en negatieve afdruk Schaal = 30 mm]. http://scienceblogs.com/tetrapodzoology/2009/02/month_in_dinosaurs_part_ii.php
Het fossiel, holotypeIVPP V14378, bestaat uit een vrij volledig skelet op een plaat en tegenplaat waarvan echter het hoofd, de voorste nekwervels, de achterste staartwervels en de rechteronderarm ontbreken.
Er zijn ondertussen al eerdere exemplaren gevonden
De NU aangekondigde nieuwe vondst( Daxishan/district Jianchang ) is van een bijna kompleet specimen en dateert A. huxleyi nu enkele miljoenen jaren eerder dan Archaeopteryx (Laat Jura, -151 a -161MY )
De volledige beschrijving van alle materiaal wordt verwacht in 2010
Het team beschrijft de vondst van een kleine dinosaurus bedekt met lange veren op armen , staart en zelfs de achterpoten en voetklauwen
Deze morfologie noemt Xu "vier-vleugelig ", maar dat betekent niet dat het dier ook kon vliegen . De verlengde onderpoten wijzen er wel op dat het dier een goede hardloper was ...
De overblijfselen van deze dinosaurussen zijn dus zeker 10 miljoen jaar ouder dan het bekende fossiel van de oervogel Archaeopteryx, die al in de 19e eeuw werd ontdekt in Duitsland.
Ondertussen zijn er tien (voor zover bekend ) fossielen van deze vogel Archeopteryx gevonden We beginnen bij de oudste. (klik op de miniatuurtjes voor links )
Specimen #0
Archaeopteryx lithographica
BSPHGM
In von Meyer's (1862) paper a single Archaeopteryx feather is shown on plate 8, fig. 3.
Als eerste* gevonden in 1861 door Von Meyer en de naamgever, oude vleugel. (* zie specimen 4)
specimen #1
Archeopteryx lithographica
BMNH 37001
London exemplaar
Gedeeltelijke schedel en skelet met veerafdrukken. Rechter voet en delen van de hand zijn niet gevonden.
Specimen #2
Archaeopteryx lithographica
HMN 1880 MB 1880/81
Counterpart
Berlin exemplaar
Meest compleet skelet als het om beenderen en veerafdrukken gaat.
Specimen #3
Archeopteryx
Private handen Counterpart
Maxberg "Opitsch" Specimen
"Maxburg" exemplaar
In 1956 gevonden en 1959 beschreven. In private handen en onbekende verblijfsplaats. Schedel wordt vermist.
The private owner, Eduard Opitsch of Pappenheim, allowed it to be displayed at the Maxberg Museum near Solnhofen until 1982 when he removed it from dispaly. It resided safely in his home until his death in 1991. His heir was unable to find the slab and counterslab which are now presumed to have been stollen soon after the owner's death. (Feduccia, 1996) Solnhofen locals believe that Opitsch buried it to keep it from his heirs.
Specimen #4
Archaeopteryx
TM 6428
Haarlem exemplaar
De enige die in Nederland te zien is (teylers museum, Haarlem) en eigenlijk de oudste! Nog vóór de veer gevonden (1855) maar stond eerst als Pterosaurus te boek. Gedeeltelijk skelet.
Specimen #5
Archaeopteryx recurva
JM 2257
Eichstätt exemplaar
Bijna geheel compleet skelet maar zonder veerafdrukken, werd eerst als Compsognathus geclassificeerd.
Specimen #6
Wellnhoferia
Burgermeister-Muller Museum
Solnhofen exemplaar
Ook dit werd eerst als Compsognathus herkend! In 1988 door Wellenhofer bescheven, en omdat er kleine verschillen zijn o.a. in de lengte van de staart als apart genus voorgesteld. Controversieel!
Specimen #7
Archaeopteryx bavarica
BSP 1999 I 50 Archeopteryx Bavarica
München exemplaar
In 1992 door Wellenhofer beschreven en is het kleinste skelet van allemaal.
Specimen #8
Archaeopteryx sp
In prive bezit
Men weet niet waar dit exemplaar nu is en er bestaat alleen een afdruk van uit 1997. Gedeeltelijk skelet.
Specimen #9
Archaeopteryx
in prive bezit
"Chicken wing"
Dit exemplaar bestaat uit enkele handbeenderen, daarom de bijnaam "Chicken wing". Alleen onder een lamp zijn veerafdrukken te zien.
De Archaeopteryx werd tot nu toe beschouwd als de oudst bekende gevederde "Hagedis -vogel "(soms ook als de eerste "echte" vliegende vogel) en "transitionnal avant la lettre" (Elk gevonden fossiel is trouwens een tussenvorm. Evolutie houdt nooit op) Archaeopteryx (en latere tussenvormen) gaven al duidelijk genoeg aan dat vogels van dino's afstammen.
*Dat er geen echte tussenvormen zijn gevonden is een leugen die al decennia lang door creationisten wordt verspreid. Eigenlijk heeft de evolutietheorie sinds de jaren 20 van de vorige eeuw zoveel stapels bewijs achter zich staan dat het zo goed als een feit is....
De resultaten van het onderzoek op de Chinese fossielen zijn gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Nature.
Definitief bewijs
Het fossiel van de Anchiornis is zo goed bewaard gebleven dat het hele lichaam nog bedekt is met veren. Volgens de onderzoekers bewijst die vondst definitief dat vogels afstammen van dinosaurussen. Het hele lichaam is bedekt met veren, zo verklaart hoofdonderzoeker Xu Xing op BBC News.
Door de vondst van dit exemplaar realiseerden we ons plotst dat een ( reeds vroeger bekende ) dinosaurussoort veel belangrijker is dan we tot nu toe aannamen, met name voor ons begrip van het het ontstaan van de vogels en hun vliegvermogens .
De dinosauriërs zijn trouwens helemaal niet uitgestorven. : Je kunt hun extante afstammelingen nog elke dag horen en zien rondfladderen
Een van de puzzels ,te vinden in de gangbare theorieen over de evolutie van vogels( http://tsjok45.multiply.com/tag/vogelevolutie )uit theropode dinosauriers, lijkt te zijn opgelost De vondst van de nieuwe fossielen van deze gevederde dino ouder dan de Archaeopteryx , bevestigen bovendien een evolutionaire voorspelling!
( Bart klink) http://evolutie.blog.com/2009/09/28/weer-een-evolutionaire-voorspelling-die-uitkomt/#comments "......Het is al een tijdje de consensus onder paleontologen dat vogels afstammen van een bepaalde groep dinosauriërs: de Theropoda. Tot deze groep behoren ook befaamde dinosauriërgeslachten als Tyrannosaurus en Velociraptor. Sterker nog: volgens de moderne taxonomie zijn vogels dinosauriërs, omdat ze ontstaan zijn binnen de (andere) dinosauriërs. Vogels zijn dus de enige dinosauriërs die de meteorietinslag 65 miljoen jaar geleden ( of welke andere "oorzaak van het uitsterven der dino's "dan ook ) overleefd hebben! In de anatomie van vogels en hun theropode voorouders zijn dan ook vele overeenkomsten te vinden. Het beroemdste fossiel uit deze overgang is Archaeopteryx: een onmiskenbare theropode, maar met complexe veren. Hij wordt daarom ook wel een dinosaurus in vogelvermomming genoemd. Over in hoeverre Archaeopteryx kon vliegen is nog steeds discussie. Er zijn wel theropoden met simpelere veren gevonden, maar die komen niet uit aardlagen ouder dan die van Archaeopteryx.
Toch is er een zeer klein, maar mondig, groepje paleontologen dat de dinosauriëroorsprong van vogels verwerpt, met als meest prominente Allan Feduccia. (1) Zij menen dat vogels afstammen van een andere groep reptielen. Misschien wel hun voornaamste argument is(was) de zogenaamde temporele paradox. Hun probleem is dit: waar zijn de theropoden met simpelere veren die ouder zijn dan Archaeopteryx? Die zouden er immers moeten zijn als vogels binnen de theropoden zijn ontstaan! Hun opponenten antwoordden: die zijn er wel, maar we hebben er nog geen fossielen van gevonden. Zij voorspelden dus dat we fossielen van gevederde theropode dinosauriërs moeten kunnen vinden die ouder zijn dan Archaeopteryx......
Noten bij dit onderdeel
(1) ( Bart Klink ) Het betreffende groepje dissidenten is zeer klein, maar krijgt vaak aandacht in de media, waardoor er een echte discussie lijkt te bestaan. Je hebt in elke (sub)discipline wel een klein groepje dissidenten. Het grote probleem met Feduccia c.s. is dat ze cladistiek niet accepteren, en alle cladistische analyses wijzen op een theropodeoorsprong van vogels. Dit terwijl cladistiek nu algemeen geaccepteerd is en gebruikt wordt binnen de gehele evolutiebiologie! Daarmee ontkennen ze een stuk van de moderne evolutietheorie. Daarnaast hadden ze nog twee tegenwerpingen: -de homologie van de tenen klopt niet en de in mijn stuk genoemde temporele paradox.
De eerste tegenwerping is een paar jaar geleden al ontkracht (de homologie klop wel/ zie hieronder ) en de tweede nu. Daarnaast slagen ze er niet in om met een serieus alternatief te komen. In de recente literatuur over dit onderwerp wordt de discussie dan ook als beslecht beschouwd, in het voordeel van de theropodeoorsprong. De ontkenners van de theropodeoorsprong zullen van gedachte veranderen of uitsterven. Over een paar jaar hoor je ze niet meer, verwacht ik.
De voorspelling is gebaseerd op cladistiek, en daarmee op de moderne evolutiebiologie. (zie ook de reactie van prof Gerdien DE JONG , onderaan deze pagina )
Donald Prothero (2007) EVOLUTION. WHAT THE FOSSILS SAY AND WHY IT MATTERS, the tiny handful of dissidentscientists like Feduccia and Martin (p.262).
(Korthof ) Wat blijft is: als er controverses zijn in de evolutiebiologie betekent dit dat ET (nog) niet in staat is eenduidige gedetailleerde voorspellingen te doen. Afgezien van controverses blijft de principiële moeilijkheid van evolutiebiologie om voorspellingen te doen
auteur ; Jurre (Tim Spaan van NaDarwin) e.a. (Dit is afkomstig van het oude RC forum )
Bewijzen, aanwijzingen en feiten over de vogelevolutie uit Dinosauriërachtige voorouders. (Opgepast het artikel stamtvan enkele jaren geleden ,de details zullen dus ondertussen wel aangepast zijn )
Skeletkenmerken van Dinosauriërs laten een duidelijke evolutionaire lijn zien, ik geef hiervan wat voorbeelden
Waarneer we de voeten van Dinosauriërs op filogenetische wijze rangschikken zien we al snel een geleidelijke overgang van Dinosaurusvoeten naar vogelvoeten:
Hetzelfde geldt voor de staarten, Primitievere Dinosauriërs als Ceratosauriërs beschikken over zo'n 50 staartwervels, de meer geavanceerde Coelurosauriërs hebben er nog zo'n 40, en zeer vogelachtige Dinosauriërs, ik zou denken de maniraptora zo'n 25.
De staarten worden steeds korter en stijver, en met iedere stap komt het zogeheten transition point (overgang beweegelijke staartwervels een onbeweegelijke staartwervels) dichter bij de staartbasis te liggen. Bij de Dinosauriër Nomingia trouwens, zijn de staartwervels met elkaar vergroeid, men spreekt van een Pygostyle staart, dit komt verder alleen bij vogels voor.
En zo ook de heupen, Dinosauriërs worden op basis van hun heupen in 2 groepen verdeeld, de Saurischia (Hagedis-heupen) en Ornithischia (Vogel-heupen).
Nu behoren de voorouders van de vogels niet tot de Ornithischia maar tot de Saurischia. Echter zoals je kunt zien verplaatst de (met groen aangegeven) pubis (schaambeen) zich telkens wat naar achteren om uiteindelijk een vogelachtige heup te vormen.
Ten slotte de vingers van de Dinosauriërs, hierbij komt het merkbare evolutionaire effect minder goed naar voren,
Manual digital evolution involves both BDR and LDR in theropod dinosaurs. The shift to BDR in ceratosaurs is coincident with features indicating a reduction in the grasping function of the manus. In ceratosaurs, the manus is small, the manual phalanges are abbreviated and the claws are non-raptorial. This supports the hypothesis that a grasping function constrained the hand to LDR in non-tetanuran theropods21. If BDR applies to the more inclusive Averostra, as the II-III-IV hypothesis suggests, early stages of tetanuran evolution must have involved loss of the already highly reduced metacarpal I, reduction in the length of metacarpal II and the reappearance of additional phalanges on metacarpal IV. Both the I-II-III and II-III-IV hypotheses can claim a degree of support from morphological data, but the II-III-IV hypothesis is more parsimonious when developmental data from extant birds are considered.
Jerry Coyne schreef in zijn populaire boek over het bewijs voor evolutie, Why evolution is true (Coyne, 2009), het volgende:
"Al de ( tot vandaag) gevonden niet -vliegende gevederde dinosaurier fossielen dateren van - 135 en -110 miljoen jaar geleden - dus geologisch later dan de -145 miljoen jaar oude Archaeopteryx.
Dat betekende o.a. dat zij niet konden worden geinterpreteerd als de groep der directe voorouders van Archaeopteryx , maar het kunnen natuurlijk wel de neven en nichten van archie zijn . De voorouderlijke niet-vliegende (?) gevederde dino's bleven waarschijnlijk verder bestaan in hun afstamminglijnen , waarvan één zich ontwikkelde tot de vogels . We moesten dus vroeg of laat , ook oudere gevederde dino voorouders van Archaeopteryx,vinden. Het probleem wad dat dergelijke oude veren slechts als fossiel worden bewaard wanneer ze ingebed worden in speciale sedimenten - nml in het fijnkorrelig slib afkomstig van /gevormd in betrekkelijk rustige afzettings-omgevingen , zoals de bodem van meren en lagune beddingen . En deze cruciale voorwaarden zijn zeer zeldzaam.
Toch was men in staat een toetsbare evolutionaire voorspelling te doen over de te vinden fossielen en hun matrix (agzettingsgesteente waarin ze ingebed zitten) : "Op een of andere dag ,vinden we fossielen van gevederde dinosauriërs die ouder zijn dan Archaeopteryx. " Die dag is VANDAAG!
Een groep paleontologen uit China publiceerden de vaststelling omtrent twee verschillende fossielen van gevederde dinosauriërs (waaronder ook deBC een "vier-vleugel-achige " versie , aangekondigde ), die tien miljoen jaar ouder zijn dan Archaeopteryx.
Reconstruction of one of the dinos with feathers on fore- and hindlimbs. (From BBC website).
*Dit is een prachtige ontdekking, en het inlossen van een evolutionaire voorspelling ...Dit is even sterk en belangrijk als de voorpellingen en ontdekkingen van Neil Shubin, die de tetrapode overgangsvormen in de Canadese rotsen van precies de juiste leeftijd. voorspelde en Tiktaalik vond....
Oh, en hier is een nieuwe voorspelling: we zullen op een dag dinosaurussen ontdekken met nog primitievere /nog-meer rudimentaire veren, dan de pluimage van de vandaag beschreven vondsten , Deze fossielen zullen 160 miljoen jaar oud.
" .....- when included in a phylogenetic analysis - Anchiornis is part of the avian lineage, but outside of the clade that includes Archaeopteryx and modern birds. The branch-based clade that includes all birds is called Avialae; the node-based Archaeopteryx + modern birds clade is Aves. Anchiornis is thus a non-avian avialian.
However, as we've seen before, it isn't necessarily the 'only' animal we know of from this region of the cladogram: some studies find that scansoriopterygids go here as well
[Anchiornis details below, from Xu et al. (2008). (a) Caudal vertebrae in ventral view; (b) hand (shown without phalanges); (c) ilium (anterior to right); (d) femur (proximal end at right); (e) foot. Scale bar = 3 mm in a-d and 1 mm for e].
Having just said that thing about this being a 'big deal', let's note that being part of Avialae is in reality no more of a big deal than being part of Deinonychosauria or Oviraptorosauria, or Alvarezsauridae, it's just that people take more interest in basal birds than in all those other maniraptoran groups. Anchiornis has several unusual characters* which indicate that it was part of a weird little side branch and not ancestral to later avialians, and when alive it would surely have been similar to such things as little troodontids and dromaeosaurids.
In fact the large second toe claw led Xu et al. (2008) to note that the specialised deinonychosaur-like second toe now seems characteristic of Paraves (the deinonychosaur + avialian clade), rather than of Deinonychosauria alone. There are two interesting things to note here.
* Namely a particularly short ischium and a coracoid in which the ventral surface is covered with lots of small pits.
Firstly, regarding the distribution of the hyper-extendable second toe, there is already good reason to think that this character is common to Paraves given the morphology of the second toe of Archaeopteryx (if you need the details, please check the sixth paragraph in the Long & Schouten review). As I've said here before - and despite what many workers have said and continue to say - Archaeopteryx evidently did have a hyper-extendable second toe, and hence was like a dromaeosaurid or troodontid. Secondly, while it's true that Anchiornis has a proportionally large second toe claw, this is not the 'clincher' when it comes to demonstrating the presence of a hyper-extendable second toe. After all, lots of theropods (including many extant birds, actually) have relatively big second toe claws. The real clincher is that the distal condyles on the first phalanx are convex dorsally (rather than just distally and ventrally), and have a dorsodistal inclination (viz, the condyles are angled slightly upwards). Both features are evident on the first phalanx of Anchiornis, so it does indeed seem to have had a hyper-extendable second toe [in adjacent figure of pedal digits I-IV of Deinonychus, from Ostrom (1969), note that the distal end of phalanx I on digit II is strongly convex dorsally (as well as distally and ventrally) and is angled upwards (the phalanges are the short bones immediately distal to the far longer metatarsals). These features allow hyper-extendability of the remaining phalanges. The same details - though in less extreme form - are seen in Anchiornis and Archaeopteryx].
Temporally calibrated phylogeny of the Theropoda. From the following article:
(See Supplementary Information for details.) The known temporal durations (solid bars) of the major theropod groups, based on well-corroborated fossil occurrences, indicate that the major tetanuran theropod groups diverged rapidly in the Middle Jurassic to earliest Late Jurassic.
(*) Het is wraakroepend dat op sommige (amerikaanse ) webpaginas ( bijvoorbeeld ) een fossiel van de Caudipteryx Zhoui wordt gebruikt als illustratie , zonder dat dit ook maar wordt vermeld ...Dit is alweer het zoveelste staaltje sensationalisme en sloddervos-journalistiek en (ongewilde?) desinformatie ...Dat kan alleen maar in de kaart spelen van "teach the controversy " ..... Schande
Archaeopteryx en co EEN PLUIM VOOR CHINA Geef eens een pootje Pluimgewicht KLEIN DUIMPJE & DE REUS &VEREN Opnieuw gevederde Maniraptor Aerosteon riocoloradensis
Coyne, J. (2009) Why evolution is true, Oxford UP.
Zhang, F., Zhou, Z., Xu, X., Wang, X., Sullivan, C. (2008) A bizarre Jurassic maniraptoran from China with elongate ribbon-like feathers, Nature, 455: 1105-1108.
Hu, D., Hou, L., Zhang, L., Xu, X. (2009) A pre-Archaeopteryx troodontid theropod from China with long feathers on the metatarsus,Nature, 461: 640-643. 1 oktober. Hier is de pdf.
Shubin., N. (2008) Your Inner Fish: A Journey into the 3.5-Billion-Year History of the Human Body, Pantheon Books (in het Nederlands vertaald als De vis in ons, Nieuw Amsterdam).
Xu, X., Zhou, Z., Wang, X., Kuang, X., Zhang, F. and Du, X. (2003). Four-winged dinosaurs from China. Nature, 421: 335-340.
Xu, X., Zhao, Q., Norell, M., Sullivan, C., Hone, D., Erickson, G., Wang, X., Han, F., et al. (2009) A new feathered maniraptoran dinosaur fossil that fills a morphological gap in avian origin, Chinese Science Bulletin, 54: 430435. (Abstract)
Kleine samenvatting van een discussie over het gast-artikel van Bart Klink op het Blog van Gert Korthof (in het blauw de inbreng van G Korthof (zoals ik hem heb begrepen )
(Martin) -Het zijn natuurlijk geen voorspellingen die vanaf atomair nivo worden gemaakt , maar voorspellingen gebaseerd op een niet- triviale hypothese. Als zon hypothese bevestigd wordt, dan wordt de geloofwaardigheid van die hypothese erg hoog. Zie Tiktaalik.
Dat er vandaag fossielen gevonden worden die gisteren niet bekend waren, betekent o.a. dat de voorspellingen niet zonder een strikt minimum aan reeds bekende fossielen kunnen gemaakt worden ... dat is nogal triviaal ...elke werkhypothese tracht een verklaring te geven van reeds bekende evidenties en baseert daarop voorspellingen( over te vinden fossielen ) die een "evolutionaire trend " al dan niet bevestigen= dat noemt het falsificatieprincipe ...
Coyne kan niet veel voorspellen zonder de vondst van Archaeopteryx, etc. Darwin al helemaal niet. Om te beginnen hem je een behoorlijk aantal fossielen nodig.
Jawel , maar als Coyne schrijft But we can make another testable evolutionary prediction: someday well find fossils of feathered dinosaurs that are older than Archaeopteryx. dan is dat ook niet alleen vandaag een voorspelling.( hoezeer ook nieuwe fossielen worden ontdekt NA het maken van de voorspelling )
Nota __en eventjes ter achtergronds-informatie : De eerste die de gelijkenis tussen reptielen en vogels opmerkte en dat als werkhypothese lanceerde , was niet Darwin , maar Huxley
Bovendien (Martin) -als er wordt beweerd dat ET verklaart biologische verschijnselen. Daarin is zij succesvoller in dan alternatieve theorieën dan ligt de vraag voor de hand: Wanneer is een verklaring succesvol: (Tsjok) Mijn antwoord /standpunt/opinie is : wanneer ze ( empirisch ?)= op basis van materieele bewijstukken = nml in dit geval fossielen, en niet in strijd is met andere natuurwetenschappelijke bevindingen ( of het geaccepteerde curriculum )falsifeerbaar blijkt te zijn( wat nog niet wil zeggen dat ze al falsifeerd is , noch dat een gefalsifeerde werkhypothese toch misschien nog geldig zou kunnen zijn (omdat bijvoorbeeld de falsificatiemethodes en procedures zelf niet natuurwetenschappelijk loepzuiver zijn )
(Gerdien De jong ) Feduccia hangt een oudere opvatting over de afstamming van de vogels aan, nl dat vogels en dinosauriers zustergroepen zijn, en de vogels dus niet binnen de dinosauriers vallen. Die opvatting is vanaf omstreeks 1975 steeds meer verlaten, en geen enkel nieuw gevonden fossiel wijst in die richting. Feduccia heeft ook een opvatting over de interne verwantschap van de huidige vogels die niet voldoende overeenkomt met moleculaire gegevens voor de levende soorten. Met andere woorden, de vraag is (hier) niet zozeer of ET voorspellingen doet, maar of Feduccia een eerder gekozen positie op wil geven.
Cladistiek IS o.a. ontwikkeld om voorspellingen te doen aan de hand van stambomen. Anchiornis laat zien hoe succesvol die benadering is.
Wat voor puin je krijgt als er geen cladistische benadering gekozen wordt liet Gerdien De jong in mei met de hype rond Darwinius masillae zien.
EEN NIEUWE OVERGANGSVORM ? AHAA , WEER EENTJE VAN DIE "NIET -BESTAANDE" FOSSIELEN ?
Het verschil tussen de Tyrannosauriers is groot
"De gedachte was dat de kenmerken van de Tyrannosaurus geëvolueerd waren ten gevolge van het leefgedrag en de bouw van de dieren," zei Stephen L. Brusatte van het Amerikaanse Museum van Nationale Geschiedenis. "Ze moeten hun hele skelet in de loop der miljoenen jaren hebben gewijzigd zodat ze met een dergelijk kolossale omvang hebben kunnen functioneren."
Maar kleine versie van de Tyrannosaurus Rex werd ongeveer drie meter lang en woog slechts 75 kilo. Hij leefde zon 125 miljoen jaar geleden, ongeveer 35 miljoen jaar voordat de reus Tyrannosaurus Rex het stof der aarde deed opwaaien. Deze ontdekking brengt een hoop nieuwe vragen over de ontwikkeling van de Tyrannosaurus Rex, die ongeveer vijf maal langer en bijna honderd keer zwaarder was.
De nieuwe dinosauriërs, met de naam Raptorex kriegsteini,"gooien roet in het eten wat betreft de tot nu toe aangenomen theorieën over de evolutionaire ontwikkeling van lichaamsvormvan die uiteindelijk leiden tot de Tyrannosaurus rex ," zei Mr. Brusatte.
Lichaamsvorm Tot nu toe gingen wetenschappers er vanuit dat de vreemde lichaamsvorm van de T.REX een gevolg was van zijn grote formaat. Maar hier zien we een voorouderlijk dier dat 60 a 75 kgr woog " ongeveer zo groot .... als een mens, verklaart onderzoeker Stephen Brusatte op BBC News
Wapens En toch had het dier alle lichaamskenmerken van de Tyrannosaurus: het grote hoofd, de sterke spieren en de kleine armpjes waarvan we dachten dat het een evolutionaire aanpassing was vanwege zijn grote lichaam. Maar we kunnen nu dus vaststellen dat deze lichaamskenmerken al evolueerden als een efficiënte set wapens bij een roofdier dat heelwat kleiner was als de Tyrannosaurus rex en 60 miljoen jaar eerder leefde, aldus Brusatte.
Het bijna volledige fossiel werd gevonden in Noord oost China en gekocht door Henry J. Kriegstein, die waarschuwde Paul C. Sereno, een paleontoloog aan de universiteit van Chicago en hoofd auteur van de wetenschappelijke publicatie. Het fossiel is op een illegale manier verkregen en zal naar een museum in China getransporteerd worden.
Dr. Sereno zei dat het fossiele van een jonge volwassen dier was, ongeveer 5 à 6 jaar oude en aan het einde van haar groeiperiode. Naast het te grote hoofd, de kaken en de benen heeft het fossiel lange scheenbeenderen en lange, maar compacte voeten ,die zouden het dier hebben geholpen snel te kunnen rennen achter andere kleine dinosaurussen en andere prooidieren. "Wij zien dit alles, tot onze grote verbazing, bij een dier dat in feite het lichaamsgewicht van de mens heeft." Aldus Dr. Sereno.
De Raptorex, zou net als grote neef de T. rex, dieren met haar tanden en sterke kaken hebben gedood. De armen waren niet het belangrijkste middel om een prooi mee aan te vallen. In feite, zei Dr. Sereno, zijn de armen alsmaar kleiner geworden en het hoofd groter. "Dit is een dier dat behendig snelle aanvallen uitvoerde,". "Als er gewicht aan de bovenkant bijkwam door een groeiend hoofd, dan is er iets dat heeft moeten wijken, anders verliest het dier de benodigde balans. Dr. Sereno denkt dat het de korte voorpoten verklaard.
Thomas R. Holtz Jr., een paleontoloog aan de universiteit van Maryland, die niet betrokken was bij de ontdekking, zei dat de vondst geholpen heeft de evolutie van de Tyrannosaurus Rex en dus ook het ontstaan van haar karakteristieke eigenschappen beter te leren begrijpen.
Dr. Holtz, mertke op dat de bevindingen nog wel onafhankelijk moeten worden getoetst en bevestigd. Er was een witte vlek in de stamboom tussen de eerdere, meer primitieve Tyrannosauriërs met relatief korte benen en lange armen en de latere reuzen met de veranderde kenmerken. Dit verduidelijkt een stukje van de puzzel.
Deze miniatuur voorouder van Tyrannosaurus Rex beschikte over de karakteristieke krachtige kaken, de lange achterpoten, het bovenmaatse hoofd en de korte voorpoten, van de koning der dinosauriërs Volgens onderzoekers van de universiteit van Washington en het American Museum of Natural History zou het dier wel eens een belangrijke overgangsvorm kunnen zijn tussen de Tyrannosaurus rex en andere basis- theropoda
De nieuweling ....Raptorex kriegsteini
De overblijfselen van de kleine dinosauriër met de naam Raptorex kriegsteini zijn ongeveer 125 miljoen jaar oud. Het fossiel suggereert dat het dier dezelfde lichaamskenmerken had als de Tyrannosaurus rex: een kop met een forse kaak, relatief kleine voorpoten en een gigantisch lijf met grote achterpoten De resultaten van het onderzoek zijn gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Science.
150jaar Darwinisme... De evolutietheorie gewikt en gewogen
Het Darwinjaar is bijna afgelopen .... -Een aangekondigde folderactie , ditmaal in Vlaanderen en afkomstig van Nederlandse YEC -creationisten , valt nog te verwachten( als de financiering rond is ?) -Maar ook de ID-ers schijnen zich op te maken om , minstens op het internet , de zogenaamde "controverse" warm te houden Ik vond deze week een erg goed verzorgde "nieuwe " site van dergelijke IDC-ers De hieronder volgende eerste ( voorlopige ) en inleidende evaluatie , zal later nog worden aangevuld * 150 jaar Darwinisme | Evolutietheorie gewikt en gewogen In de kijker. Beroepsgeheim · Wat Darwin opmerkte · Evolueren of uitsterven · DNA laat raden. (c) Copyright 2009.
Opmerking /vaststelling : Er wordt natuurlijk niet bij verteld wie ( of welke groep ) het wikken en wegen doet/deed ... Wie is uiteindelijk de verantwoordelijke voor deze site ( en op wat is diens "geloofwaardigheid " gesteund ? ) De maker(s) van deze site blijft(blijven) voorlopig (?) anoniem... Gebruikersaccount | 150 jaar Darwinisme Zoek door deze site: Uw mening · Contact · Voordrachten · 150 jaar Darwinisme. Navigatie. Inleiding · De evolutietheorie · Weerbarstige feiten ...
opmerking /vaststelling : blijkbaar is een belangrijk agendapunt het organiseren van "Intelligent design / creationistische " voordrachten ? Nogmaals ; Op wat is de "expertise " gebaseerd van de anonieme voordracht(en)-gever(s) ? Welke organisatie zit hier achter ? Is dit "beroepsgeheim " ?
We zullen beginnen met de argumenten van Darwin in 1859. We zullen straks zien dat de argumenten vandaag nog altijd grotendeels dezelfde zijn. ...
Opmerking/antwoord : Darwin en Wallace , zijn in de19de eeuw begonnen met het opstellen van een theorie over het evolutiemechanisme Dat is het "geschiedkundig " belangrijke , echte startpunt geworden van een komplete multidisciplinaire wetenschappelijke ( =de evolutiewetenschappen ) grondslag voor de biologie (1) en de levens( en zelfs mens-)wetenschappen ( en zelfs inspiratiebron voor andere wetenschappen ) (2) ...
"......anno 2009 (is de )evolutietheorie niet enkel beperkt gebleven tot de biologie. Zoals voor alle grote wetenschappelijke ontdekkingen geldt, zorgde de evolutietheorie voor omwentelingen ver buiten uw eigen vakgebied.
Vandaag is het concept evolutie doorgedrongen in de sociologie (mensen die als kuddedieren vaak irrationele beslissingen nemen), de geneeskunde (bacteriën die resistent worden tegen antibiotica), de psychologie (er zijn evolutionaire redenen waarom vooral mannen liever met een grote SUV in de file staan dan met een kleine wagen), de geologie (er moet maar één fossiel in een niet passende kleilaag gevonden worden en heel uw theorie zou in elkaar storten), de taalkunde (ons vermogen om taal te leren blijkt een voorgeprogrammeerd instinct te zijn), de genetica (sommige genen die we terugvinden in onze hersenen, zijn ook al aanwezig in gist), de informatica (evolutionaire computerprogrammas kunnen zichzelf schrijven), de embryologie (iedereen heeft ooit vinnen en een staart gehad), enzovoort.
Evolutionaire verklaringen en inzichten sluipen zelfs esoterische vakgebieden binnen, zoals de esthetiek, moraliteit en religie.
De manier waarop onze oogcellen geschakeld zijn, kan bijvoorbeeld verklaren waarom we een Mondriaan mooi vinden. Neurowetenschappers brengen de hersengebieden in kaart die een rol spelen bij moraliteit en binnenkort zullen de eerste sondes geïmplanteerd worden die het besef van goed en kwaad kunnen beïnvloeden.
En ondertussen worden boeken volgeschreven met evolutionaire verklaringen voor de reden waarom mensen zo gelovig zijn. God blijkt een soort van ultiem alfa-mannetje te zijn dat bedacht werd door hersenen die achter alles bedoelingen en intenties zien, van planten die niet willen groeien en het feit dat het tijdens droogte niet wil regenen tot een kosmos die niet zonder reden kan zijn ontstaan.
Het lijdt geen twijfel dat uw evolutietheorie een van de belangrijkste wetenschappelijke theorieën aller tijden is, waarvan de validiteit ontelbare keren bewezen is en die in anderhalve eeuw geen enkele steek heeft laten vallen. De grote ironie is echter dat uw theorie heel wat tegenstand kent......"
De evolutiewetenschap is ondertussen verder ontwikkeld en heeft met de komplete Darwin alleen nog historische banden Darwin is de inspirator geweest en heeft enkele ( nog steeds geldende ) inzichten gepubliceert ...maar Darwin is geen heilige , een profeet of een "onfeilbare " paus .... --> Darwin is GEEN Heilige Sinterklaas
Ik neem aan dat de hier gesignaleerde IDC-site geen uitsluitend "geschiedkundig en/of "filosofisch" werkje is .... ?
Maar het gaat , naar mijn bescheiden mening , op die site wel degelijk om (ID)creationisten Ik meen dat een aantal symptomen aanwezig zijn die deze mening kunnen onderbouwen
De auteur(s) van de site schrijven : Deze site is bedoeld voor wie de voorkeur geeft aan een beknopte en genuanceerde wetenschappelijke benadering van de evolutietheorie en misschien geen tijd heeft om dikke boeken te lezen maar zich mogelijks ook stoort aan de ideologische en vaak pseudowetenschappelijke propaganda van voor- en tegenstanders van de theorie
Wie dus interesse heeft in een rationele conclusie aangaande onze oorsprong, en zich bewust is van het feit dat het bijna onmogelijk is om zekerheid te krijgen aangaande zo'n complex onderwerp, zal hier duiding vinden om een onderscheid te maken tussen wat we hier ondertussen wel en niet over weten. Of iets nauwkeuriger: waar we meer en minder zeker van zijn.
Op de site vindt u een korte samenvatting van de evolutietheorie, met aandacht voor enkele belangrijke theoretische nuances, en een overzicht van de belangrijkste problemen waar wetenschappers dusver nog geen redelijk antwoord op vonden. Verder vindt u een korte wetenschapsfilosofische toelichting, en vervolgens een voorzichtige balans van 150 jaar wetenschappelijk onderzoek. Tot slot worden de meest gangbare overtuigingen overlopen en wordt hun geloofwaardigheid geduid tegen de achtergrond van een "tussentijdse" eindconclusie..
http://www.darwinisme.be/over_deze_site
opmerkingen en antwoorden
" .....misschien geen tijd heeft om dikke boeken te lezen-...." -Maak tijd , of zwijg erover -Er bestaat geen gemakkelijke weg om een uitgebreide wetenschap te assimileren en (eventueel) te bediscusieëren -Waarom denkt men dat een "dillettant " evengoed kan mee discusiëren ? -Wetenschap is geen kwestie van geloof of opinies het is ook geen democratisch proces - wetenschappelijke experts zijn geloofwaardiger dan dilettanten / vandaar dat men de"geloofsbrieven" van de anonieme ontwerper(s) van deze site er MOET bijleveren
" ......ideologische en vaak pseudowetenschappelijke propaganda van voor- en tegenstanders van de theorie...."
Een mogelijke verwijzing naar de bekende " teach the controversy " taktiek ID beweert nog steeds "wetenschappelijk " te zijn ... Daarom - beweren IDC mensen zich af zetten tegen de "klassieke " creationisten ( contra's ) - beweren IDC mensen dat (de meeste / indien al niet alle )evolutie-verdedigers (= de "evolutionisten " ) pseudo-wetenschappers zijn ( pro's ) - terwijl ze zichzelf beschouwen als "echte " wetenschappers
Lees bijvoorbeeld in hun inleiding :
Publiek debat
In 1991 stelde de Amerikaanse jurist, Philip Johnson, de evolutietheorie aan de kaak in zijn boek Darwin on trial en gaf hiermee een grote impuls aan het publieke debat, een debat dat hij zelfs aanmoedigt. Enkele jaren later, in 1996, bracht de moleculaire bioloog, Michael Behe, de enorme complexiteit van de levende cel onder de aandacht van het grote publiek, met zijn ophefmakend boek Darwins black box. Ondertussen ontstond in de VS de Intelligent Design beweging, die ook in Nederland bekend is.
Maar ook voorstanders van de theorie, en vooral sommige atheïsten, waren de afgelopen decennia heel actief met het propageren van de evolutietheorie. In zijn boek The blind watchmaker hield de Engelse bioloog, Richard Dawkins, in 1986 al een vurig pleidooi voor het Neodarwinisme, dat hij zelf een sneltrein tot het atheïsme noemt. En in België trok de Gentse filosoof, Johan Braeckman, enkele jaren geleden ook een atheïstische conclusie in zijn boek Darwins moordbekentenissen.
Paradox (zie onderaan aan deze pagina (1)( bij wijze van goede raad ) OPGELET !!! )
Aan ideologie dus geen gebrek, zeker als het gaat over de vraag naar onze oorsprong. Maar veel meer dan ideologisch controversieel is de evolutietheorie eigenlijk wete.nschappelijk paradoxaal De afgelopen 150 jaar werden immers steeds meer aanwijzingen gevonden in het voordeel van de theorie. Maar merkwaardig genoeg zijn in dezelfde periode ook steeds meer aanwijzingen gevonden in het nadeel van de theorie
*Er wordt natuurlijk verzwegen dat " intelligent design" geen wetenschappelijke poot meer heeft ( of nooit heeft gehad ) om op te staan en dat ID finaal is afgeschoten als een onderdeel van het wetenschappelijk onderwijs curriculum (Dover trial) *Blijkbaar is Dawkins (en johan Braeckman ) de kop van jut ... ze worden gelukkig nog net geen pseudo-wetenschappers genoemd ...
In feite is/was ID een gemeenschappelijke / en tactische "vermomming " van allerlei soorten van "creationismen" ID-ers zijn theisten en confessionele theologen met een laboratoriumjas ipv een clergy pak ....ze doen geen onderzoek maar ze preken en "t (pr)each the controversy" ( de paradox ) ID = geen wetenschap = het is verdoken " creationisme" en sectair /fundamentalistisch /theocratisch op religieus-maatschappelijk -politiek gebied Het berust op autoriteits , ideologische en doctrinaire opvattingen en argumenten uit persoonlijke onwetendheid , Deus ex machina verklaringen , Goddiddit en "god of the gaps " redeneringen
"....zekerheid...." -Absolute zekerheden en "bewijzen " zijn wiskundig en/of geloofsdogma's -Natuurwetenschappen handelen in waarschijnlijkheden buiten elke redelijke twijfel ( volgens de huidige strand van zaken in de samenstellende vakgebieden van de evolutiewetenschappen / de biologie en de levenswetenschappen )
Het is verder ( en bij het zoeken naar symptomen ) interessant en opportuun om deze IDC-site eens uit te kammen op <creationisten weggevertjes( = het is de toon die de muziek maakt ) /GIDSWOORDEN <Misvattingen en leugens
( aan tevullen ) LIJSTJE met op de "150 jaar Darwinisme"- site gevonden (Titel van de site , vraag en antwoord...etc) , Gidswoorden. < klik
- "Darwinisme" ( Vraag en antwoord ) Met Darwinisme bedoelt men de evolutietheorie van Darwin zelf zoals hij die in 1859 geformuleerd werd, of m.a.w. het fundamenteel beginsel van natuurlijke ... Opmerking ; Er bestaat ook geen Newtonisme, of Einsteinisme -ismen ---> suggereren een doctrine of een filosofische /culturele school of richting Darwin is de historische begin-inspirator van een wetenschappelijke grond- theorie Het predikaat Darwin of darwinisme (Tsjok45)
- De namen van creationistische auteurs zoals blijkt uit 2.- (de erg relevante) boekbesprekingen : http://www.darwinisme.be/boeken
On the Origin of Species - Charles R. Darwin 1859 Het originele ophefmakende boek dat Darwin in 1859 publiceerde, ruim 20 jaar na zijn reis op de Beagle. Darwins opmerkzame geest blijkt opvallend uit de ... Opmerking "On The origin of species"is geen heilig geschrift
"Over het ontstaan van soorten door middel van natuurlijke selectie, of het behoud van bevoordeelde rassen in de strijd om het leven" Charles Darwin Dit is de veelgeprezen vertaling van Ludo Hellemans van de oorspronkelijke editie van On the Origin of Species uit 1859. GRATIS DOWNLOAD http://darwindownloads.nieuwezijds.nl/soorten.pdf
Punctuated equilibrium - Stephen J. Gould 1972 PeekEEK is een bijkomend mechanisme /onderdeel van de evolutietheorie ( net zoals Laterale( horizontale ) Gen transfert en genetic drift dat zijn ) Het is geen vervanger ( of een truuk) van het adaptationisme of het "Darwinisme " Het is de eerste vertegenwoordiger (vanuit de paleontologie) van pluralistische verklaringen (mechanismen ) v/h evolutie gebeuren en het fossielen-bestand
*De meeste aangehaalde werken zijn het oeuvre van voor en door perfecte "creationisten " en hun papegaaien (= wie bij de hond slaapt , krijgt meestal zijn vlooien ) *R Dawkins , JS Gould zijn zeer verdienstelijke ,beroemde en bekende auteurs van ( oudere ) vulgariserende werken ze zijn vaak slachtoffer van geavanceerde creationistische en selectieve misquoting praktijken *TS Kemp is ook als quote -bron dienstig en al wat ouder ( hou er vooral rekening mee dat de laatste 10 jaar zeer belangrijke fossielen zijn gevonden ( bijvoorbeeld) --->Tiktaalik / --> vogelevolutie / -->primaten )
Er is zopas een nieuw boek van Dawkins uitgegeven ...dat gaat over de "bewijsvoeringen " voor de verder ontwikkelde evolutiewetenschappen op basis van de eerste initierende inzichten van Darwin , Wallace en consoorten
Darwin zelf merkt op: (In de inleiding op zijn boek ) Ik besef maar al te goed dat er in dit boek nauwelijks één enkel punt wordt besproken, waarvoor geen feiten kunnen worden aangedragen die dikwijls leiden tot precies de tegenovergestelde conclusies dan de mijne.
opmerking : *Dit is creationistische quote mining waarbij GEEN referentie wordt gegeven naar het oorsponkelijke(Engelse) citaat *Creationisten halen graag deze ( en dergelijke ) quotes aan en merken daarbij op dat : Darwin zelf twijfelde aan de mogelijkheid om bewijsstukken te vinden voor zijn "theoretische constructies
This Abstract, which I now publish, must necessarily be imperfect. I cannot here give references and authorities for my several statements; and I must trust to the reader reposing some confidence in my accuracy. No doubt errors will have crept in, though I hope I have always been cautious in trusting to good authorities alone. I can here give only the general conclusions at which I have arrived, with a few facts in illustration, but which, I hope, in most cases will suffice. No one can feel more sensible than I do of the necessity of hereafter publishing in detail all the facts, with references, on which my conclusions have been grounded; and I hope in a future work to do this. For I am well aware that scarcely a single point is discussed in this volume on which facts cannot be adduced, often apparently leading to conclusions directly opposite to those at which I have arrived. A fair result can be obtained only by fully stating and balancing the facts and arguments on both sides of each question; and this cannot possibly be here done.
Wanneer je de oorspronkelijke quote in de Engelse context zet, dan merk je op dat : *( in het rood ) Darwin het heeft over de onmogelijkheid om alle ( reeds bestaande ? ) " bewijzen" voor zijn theorie op te sommen in de voorliggende korte inleidende samenvatting : = maar hij zal slechts enkele ter illustratie geven in het voorliggende werk (de derde editie dus ) zelf : Ook de "On the origin of species " was,in de optiek van Darwin slechts een aanzet tot een "veel groter werk " van zijn hand ... hij beloofde dat te zullen doen in een groter vervolgwerk ...uiteindelijk schreef hij nog een paar andere belangrijke werken zoals zijn "Descent of man " en veel aanvullingen op de "origin "in de opeenvolgende edities van het werk
*Bovendien , is volgens mij , een fragmentje van het citaat ( nml ".... Not a single point is discussed in this volume on which facts cannot be adduced, often apparently leading to conclusions directly opposite to those at which I have arrived. ...." " beter te vertalen als : "....Geen enkel punt is besproken in dit boekwerk waarvoor geen tegenvoorbeelden kunnen worden aangedragen die dikwijls leiden tot SCHIJNBAAR (= apparently ) de tegenovergestelde conclusies dan de mijne.
To adduce= betekent in het nederlands : voorbeelden leveren /(tegen)bewijzen aandragen "facts cannot be adduced " betekent dus = Geen feiten kunnen worden aangedragen die kunnen fungeren als echte tegenvoorbeelden Ik neem aan dat de "slordige" vertaler zich bediende van steenkolenengels ? Het alternatief is namelijk het bewust orwelliaans belazeren van de kluit
Blijkbaar is het woordje apparently (= schijnbaar / "het lijkt erop "dat....)uit de boot gevallen , maar dat woordje mag zeker niet vervangen worden door "precies" , want dat is woordgoochelarij die de ( oorspronkelijke )betekenis van het zinnetje verder verkracht
Misvattingen en leugens
Sprongen: soorten verschijnen plots - geen overgangsvormen Darwin had het ontbreken van overgangsvormen in 1859 zelf al op tafel gelegd: vermits evolutie een uitgesproken geleidelijk proces is, zocht hij een ...
opmerking /antwoord : Dit is natuurlijk : Dé meest afgezaagde creationisten canard bij uitstek = "Er zijn geen overgangsvormen" ---> (en meteen de meest in het oog springende leugenachtige creationitische bewering bij een eerste vluchtige kennismaking met-, doorbladering van- de site )
*Darwin had inderdaad nog geen voorbeelden van overgangsvormen ... ondertussen zijn die er dus NU wèl .... en *bovendien zijn er nu ook vergelijkende genoomstudies voorhanden , die genetische overeenkomsten en het opstellen van daarop gebaseerde fylogenetische verwantschappen toelaten
Uiteindelijk 1.- is de wetenschappelijke discussie tussen klassiek creationisme/en haar ID-vermomming en de "natuur"wetenschappen allang afgelopen Het is dus niet relevant meer
2.- Alleen in de media en op de podia van het algemene publieke debat is deze "paradox /controverse " nog actueel infotainment en propaganda-hulpmiddel( voor de bewakers van de kerken die de leegloop willen stoppen ) 3.- Het is tevens een overlevings- en achterhoedegevecht van de traditionalistische geloven (meme-complexen ) en de confessionele literalisten uit allerhande openbarings-godsdiensten
3.- De discussie tussen " atheistische (natuur)wetenschappers" en "gelovige (natuur)wetenschappers " is verschoven
( op het gebied van de evolutiewetenschappen ) naar een discussie tussen het "theistisch evolutionisme" en de filosofische "materialisten " van het methodisch naturalisme
- In feite is het een debat geworden tussen de "theistische dualisten" en de "materialistische monisten " die beiden het methodisch naturalisme (= de wetenschappelijke methode ) aanvaarden en hanteren
Voorbeelden van de huidige relevante discussie zijn :
of beter nog ; de discussies tussen Kenneth Miller en de "New Atheist " ("de god van de gaten " is werkzaam op het onzichtbare kwantumniveau ")
Een ander onderwerp bij uitstek( in de "biologisch geinspireerde " filosofie ) is het vraagstuk der teleologie (= het doel der dingen ) en niet meer zozeer de "oorsprong" (hierbij moeten worden vermeld : RK-wetenschappers Francisco J. Ayala /Massimo Pigliucci etc... )
3D BEELDEN VAN PREHISTORISCHE SPINNEN Driedimensionale prehistorische spinnen. //Mischa Brendel woensdag 5 augustus 2009
Dankzij een nieuwe techniek hebben Britse onderzoekers van het Imperial College London driedimensionale modellen kunnen maken van twee prehistorische diersoorten die waarschijnlijk verwante voorlopers zijn van de hedendaagse spinnen.
Het betreft de soorten Cryptomartus hindi en Eophrynus prestvicii. Beiden stammen uit het Carboon - 359299 MY Van beide soorten werden van een fossiel 3.000 röntgenscans gemaakt met een CT-scanner. De röntgenscans werden vervolgens verwerkt in een driedimensionaal computermodel met behulp van speciaal ontwikkelde software. Dankzij de computermodellen van de twee soorten die elk circa drie centimeter groot waren hebben de onderzoekers veel ontdekt over het uiterlijk van de prehistorische spinachtigen, waaronder een aantal fysieke overeenkomsten met hedendaagse spinnensoorten. C Hindi zou voornamelijk met de voorpoten de prooien hebben vastgehouden E prestvicii bezat stekels op het abdomen waarmee het zich beter kon verdedigen
De onderzoekers verwachten dat met de nieuwe techniek veel meer fossielen ingescand kunnen worden om zo ook meer te weten te komen over andere prehistorische soorten. De bevindingen van de wetenschappers zijn gepubliceerd in Biology Letters.
Cryptomartus hindi een van de twee spinachtigen. (beeld: National History Museum/Imperial College London)
3D-beelden van de Eophrynus prestvicii(beeld: National History Museum/Imperial College London)
Eophrynus prestvicii Buckland / Spidermite The Lapworth Museum of Geology ENGLAND: West Midlands, Dudley Dudley-Coseley lagerstatten Het fossiel zit in een ijzerrijke nodule en werd gevonden in een steenkool afzetting
VROEG DEVOON- PERM
(januari 2009) Onderzoek naar de in de staat New York (http://en.wikipedia.org/wiki/Gilboa,_New_York) ontdekte fossielen van primitieve spinachtige dieren (en recentere vondsten van verondersteld dezelfde soort ) , werpen wellicht meer licht op de evolutie van een van de meest diverse en gehate moderne landbewoners.
(Click for larger image) Paleozoic Araneae and Uraraneida. (A-C) Permarachne novokshonovi, Permian of Russia, PIN 4909/12. (A) Holotype part in rock matrix. (B) Explanatory drawing of A. (C) Close-up of flagellum showing whorls of setae. ch, chelicera; cx, coxa; fe, femur; mt, metatarsus; pa, patella; pl, ventral plate; st, sternum; ta, tarsus; ti, tibia. (D) Palaeothele montceauensis, Carboniferous of France, In 62050a, X-ray CT scan showing appendages buried in the rock matrix; note, anal tubercle (arrowed) is not a flagellum. (Scale bars: B, 1 mm; C and D, 0.1 mm.)
http://www.sciencedaily.com/images/2008/12/081231130944-large.jpg New interpretations of fossils have revealed an ancient missing link between today's spiders and their long-extinct ancestors. The research may help explain how spiders came to weave webs. (Credit: Image courtesy of University of Kansas= afgebeeld is de Permarachne novokshonovi) De morfologie van dit fossiel is bijna identiek aan die van Attercopus fimbriunguis.
Wetenschappers van de University of Kansas en het Hampden-Sydney College (Virginia) onderzochten verschillende fossiele exemplaren van Attercopus fimbriunguis. Ze kwamen tot de conclusie dat dit wezen mogelijk laat zien hoe moderne spinnen zich ontwikkeld hebben uit hun archaïsche voorouders. Het dier had in tegenstelling tot moderne spinnen een opvallende gelede staart, een anatomisch kenmerk dat Attercopus fimbriunguis gemeen heeft met veel primitieve geleedpotige landwezens van het eerste uur.
(Click for larger image) Attercopus fimbriunguis, Devonian of New York (localities: G, Gilboa; SM, South Mountain), macerated from matrix with HF and slide-mounted. (A) First-described "spinneret," G 334.1b.34; darkness of cuticle reflects number of layers, so this fragment is folded over twice. (B) Palpal femur, SM 1.11.12; arrow indicates patch of distinctive spinules. (C) Piece of cuticle from corner of opisthosomal ventral plate showing setae, spigots, and possible silk strand, SM 1.11.4. (D) Close-up of E showing possible silk strand emerging from spigot shaft, SM 1.11.4. (E) Flagellar structure with 12 segments (including possible distalmost) from original Gilboa locality; segments show distal collars and setae, G 334.1a.4. (F) Close-up of cheliceral fang showing a number of holes (arrowed), the most distal of which had been interpreted as a venom-gland opening, G 329.22.9. (Scale bars: 0.5 mm, except F, 0.25 mm.)
Het produceren van spinrag vormde ook geen probleem, want Attercopus fimbriunguis beschikte tevens over een minimale (=primitieve ?) set van zijdeproducerende klieren De zijdeproducerende buisjes bevonden zich aan op de randen van de platen die de onderkant van het lichaam bedekten Bouwers van ingenieuze webconstructies waren deze primitieve spinnen echter nog niet. Ze beschikten niet over de gesofisticeerde spinorganen, die moderne spinnen juist aanwenden om de fraaist denkbare webconstructies te weven. Waarschijnlijk gebruikten deze primitieve spinachtigen hun webdraden om hun hol te omzoomen , misschien hun eieren te omzwachtelen , bij de sex (=sperma-web )en /of vormden ze een belangrijk hulpmiddel bij het opsporen en immobiliseren van prooidieren.: het kan ook gefungeerd hebben als een soort draad van ariadne ....
Nieuwe soort Volgens William Shear, bioloog en een van de onderzoekers, hebben we te maken met een nieuwe soort: Wij denken dat deze spinnen met gelede staart compleet nieuwe diersoorten zijn die geen fossiele of levende evenknieën hebben. Ze zijn duidelijk primitiever dan moderne spinnen en waarschijnlijk de voorouders van sommige nog bestaande soorten. Bovendien bieden deze nieuwe ontdekkingen ons de mogelijkheid om ook eerdere theorieën over archaïsche spinachtigen te herinterpreteren. Waarschijnlijk wisten de vroege spinachtige ontwerpen het meer dan 100 miljoen jaar uit te houden en leefden sommige van deze wezens zij aan zij met de later geëvolueerde, echte spinnen.
[PDF]Fossil evidence for the origin of spider spinneretsBestandsformaat: PDF/Adobe Acrobat - HTML-versie 18 Jul 2008 ... animal as the oldest known spider, Attercopus fimbriunguis. 3 . The appendicular morphology of Attercopus, but little of the body,
Alle vijf aanwezige soorten worden tot nu toe ondergedeeld bij de mijtenfamiliePachygnathidae, die ook tegenwoordig nog vertegenwoordigers heeft. De in de Rhynie Chert gevonden springstaartRhyniella behoorde tot de familie Isotomidae. Heterocrania rhyniensis is een lid van de uitgestorven groep Euthycacinoidea, die zowel overeenkomsten met insecten als met kreeftachtigen had. Ook zijn twee soorten duizendpoten gevonden: Crussolum en Leverhulmia mariae. Van de laatste was de darminhoud bewaard gebleven, zodat we weten dat ze zich voedden met plantenresten in sediment.
Above: Reconstructions of two of the Rhynie trigonotarbids (Palaeocharinidae) from a dorsal aspect: A. Palaeocharinus tuberculatus (after Fayers et al. 2004), B. Palaeocharinus rhyniensis (after Dunlop 1996b) (scale bar = 2 mm).
Right: 3-dimensional reconstruction of the Rhynie chert trigonotarbid Palaeocharinus rhyniensis (Copyright owned by Jason Dunlop).
Above: Dorsal (above left) and ventral (above right) views of a 3D reconstruction of Palaeocharinus rhyniensis (Copyright owned by Jason Dunlop).
Above: An anterior view of Palaeocharinus rhyniensis showing the separate lateral (l) and median (m) eye tubercles (Copyright owned by Jason Dunlop).
Above: Lateral view of Palaeocharinus rhyniensis showing the chelicerae or 'fangs' (C) (Copyright owned by Jason Dunlop).
De Bromacker(Tambacher Becken/Formatie im Thüringer Wald. )is een verlaten zandsteengroeve die ondertussen is uitgegroeid tot een zeer belangrijke vindplaats In feite de belangrijkste oerreptielen-bron buiten de USA en 's werelds belangrijkste fossielen-site voor het Perm tijdvak (-299/- 270 MY).
".... de resten , in de bromacker groeve gevonden , verduidelijken onder meer waar en wanneer reptielen voor het eerst konden leven zonder de aanwezigheid van een aquatisch stadium (= vroege amnioten ).... De vondsten leveren ook minstens één sluitend bewijs dat Europa en Noord-amerika geologisch verenigd waren(= pangea) in het late Paleozoicum....
Bovendien zijn hier de resten van de eerste bipedale oerreptielen gevonden ...en de fossielen van organismen die aan de voet liggen van de stam der reptielen waaronder zowel de voorouders van de pelycosauriers (en de zoogdieren ) als die van de andere reptielen -groepen "
Drie nog niet beschreven soorten ; een Dissorophoidea, een Caseide en een Varanopseide. Volgens Martens blijven fossielen er beter bewaard dan op vergelijkbare sites in Noord-Amerika en Mexico.
Diadectes phaseolinus,anthracosaurier van het vroeg -Perm (Wikimedia )
(New York)
DUITSLAND: De onderstaande afgebeelde fossielen werden allen gevonden in de 'Bromacker' (Duitsland)
Palaeontologen (v R-/n L) Thomas Martens, curator geologie Gotha Museum derNatur , David Berman Carnegie Museum of Natural History in Pittsburgh (USA) en Stuart Sumida, biology professor California State University San Bernardino (USA) bewonderen (vrijdag 28 Juli 2006. )het oer -dinosaurier fossiel van Orobates pabsti in het Museum derNatur van Gotha, Duitsland
Orobates pabsti Is een (uitgestorven) plantenetend reptiel . Het dier is nauw verwant aan het (eveneens in de bromacker gevonden ) Diadectes en vertegenwoordigd een van de meest primitieve(herkenbare ) planteneters onder de landdieren die tot nu toe werden gevonden
Het slankere lijf en de gestroomlijnde poten onderscheiden dit dier van diadectes
Deze groep "amfibieen " met reptiel kenmerken http://en.wikipedia.org/wiki/Diadectidae wordt beschouwd als nauw verwant aan de groep waaruit tenslotte de zoogdieren zijn onstaan
Het gaat om een fossiel van een reptiel ter grootte van een kat Dit fossiel werd eveneens gevonden in Bromacker (centraal-Duitsland/ Thüringen ) Thomas Martens, verklaarde dat enkel de 6 centimeter lange schedel van het dier gevonden werd. Aangenomen wordt dat het gaat om een reptiel van 50 tot 70 centimeter.
"Het zou wel eens een getuige van een cruciale fase kunnen zijn in de ontwikkeling van reptielen naar zoogdieren", verklaarde hij.
Voorouder van apen ( =monkeys ) en mensapen (= Great apes ) komt uit Azie ? *
*Het is niet de "eerste keer" dat dit wordt vooropgesteld
Lees bijvoorbeeld iets dergelijks ( wo 1-06-2005)http://noorderlicht.vpro.nl/artikelen/22643939/ Het wetenschapsblad Proceedings of the National Academy of Sciences, PNAS, pakte toen al stevig uit. In het persbericht schreven ze: "Fossiele apenresten suggereren dat de mens uit Azie stamt, niet uit Afrika."
Echter : Voor de menselijke afstamming heeft dit alles niet veel betekenis. Dat verhaal begint immers met Australopithecus, de rechtoplopende aap uit Afrika van zeven miljoen jaar geleden, die de waterscheiding markeert tussen mens en chimpansee.
Als je dan gaat kijken waar die apenlijn vandaan komt en je volgt het spoor dertig miljoen jaar terug, dan kom je inderdaad uit in Azië. Maar dat was al bekend, merkte Naturalis-paleoantropoloog John de Vos , toen op.
Bovendien vond hij het een beetje flauwe redenering, ....want dan kun je het spoor ook terugvolgen tot de vissen en zeggen:de mens komt uit zee.
Het lijkt me verantwoord een gelijkaardig commentaar in gedachten te houden bij de kennismaking met deze huidige "nieuwe" opgeklopte verslaggeving over dergelijke vondsten ( de eerste vondsten van die birmaanse primaat stammen uit december 2005) ....
De amphipithecida, Pondaungia and Myanmarpithecus, werden vroeger al ontdekt in Myanmar; de derde Siamopithecus,werd in Thailand gevonden .
De voorgestgelde gedetailleerde analyse van hun evolutionaire verwantschap suggereert dat de amphipithecidae "nauw" verwant zijn aan de extante anthropoidae en dat alle Birmaanse amphipithecidae afstammen van een enkele gemeenschappelijke voorouder ( monophyletische groep ). Sommige wetenschappers hebben vroeger al geopperd dat de amphipithecidae helemaal geen anthropoidae waren , maar integendeel meer verwant zijn met de lemur-achtige adapiformes.
Deze studie beweert dat de ontdekking Ganlea megacanina de anthropoidae-verwantschap sterk ondersteund ,.....Niets mis mee adapiformes hebben nooit de eigenschappen ontwikkelden om gespecialiseerde zaad-eters te worden Alle Birmaanse amphipithecidae lijken gespecialiseerde zaden-eters te zijn , en vullen dezelfde ecologische niche als de moderne pitheciine apen uit het amazone woud ... alleen zijn die laatste "nieuwe wereld apen "en geen "afrikanen"
Dat is trouwens ook af te leiden uit de voorgestelde stamboom ( zie hieronder ) Tijdens het eoceen leefde de Ganlea megacanina en andere amphipithecidae in Myanmar in gelijkaardige omgevingen
Fossielen van Ganlea megacanina werden het eerst in December 2005 in Myammar gevonden . Het veldwerk is een langdurige samenwerking tussen wetenschappers van verschillende instituten uit birma zelf ; l' Université de Poitiers , l' University de Montpellier ; Carnegie Museum of Natural History in Pittsburgh, PA; en the Department of Mineral Resources in Bangkok, Thailand. Subsidies en werkingstoelagen werden verleend door the U.S. National Science Foundation and the Centre National de la Recherche Scientifique ( CNRS) France.
Waar te plaatsen ?
Ik meen ( nadat ik wat heb gezocht op het internet en in mijn bibliotheek ) dat de meeste onderzoeken tot nu toe hebben geleid naar ( o.m. ) onderstaande 2 opties (De pijltjes en de Nederlandse tekst zijn door mijzelf toegevoegd / ter ( persoonlijke ) verduidelijking , maar , laat het duidelijk zijn , dat ik hiemee geen enkele wetenschappelijke pretentie heb )
(in het rood :mijn voorlopige aanvullingen bijgevoegd Dat is hard nodig omdat de "vertaler "(en de reporter ) geen onderscheid lijken te maken tussen echte apen ( monkeys ) en mensapen .... Althans , ze scheppen alweer de onnodige onduidelijkheden en verwarring .... Het apart vermelden van de mens is NIET noodzakelijk ...immers ook de mens is geclasseerd door de systematici als een mensaap : dat is geen "sensationeel"(1) nieuw feit ... Het stukje is zoals steeds weer erg slordig wat betreft de terminologie (zie de belangrijke opmerking onderaan ) ... doet men dat nu bewust ? Ik denk het niet , want ook de systematici en taxonomen hebben er een handje van weg om verwarringen te veroorzaken door oude en nieuwe nomenclaturen door elkaar te gebruiken ....
Maar goed , het is artikeltje wel een goede(= een van de betere ) aanbrenger van een nieuwsfeitje en een goed startpunt voor een verdere gerichte zoektocht
De ontdekking van het nieuwe primaten fossiel uit Myanmar (vroeger Burma/ Birma ) suggereerd dat de gemeenschappelijke voorouder van mensen , apen (=monkeys ) en mensapen ( =apes ) evolueerden vanuit aziatische halfapen en niet uit afrikaanse zoals vele wetenchappers aannemen ... (Credit: Mark A. Klingler/Carnegie Museum of Natural History) http://www.sciencedaily.com/releases/2009/06/090630202125.htm
De onderzoekers van het Carnegie Museum of National History kwamen tot hun conclusies na het bestuderen van de overblijfselen van een primaat die vermoedelijk 38 miljoen jaar geleden in een tropisch regenwoud leefde.
Uit het fossiel met de naam Ganlea megacanina bleek dat het ging om een soort lemur ( = een bepaalde groep " halfaap" )met uitzonderlijk grote voortanden.
De vergrote hoektanden zetten dit dier apart in een groep van nauw verwante primaten Een particuliere soort zware tand -sleet wijst erop Ganlea megacanina de vergrote hoektanden best kon gebruiken om harde noten en schalen van tropisch fruit te kraken op zoek naar de voedzame zaden binnenin .... Credit: Dr. Laurent Marivaux
( lateraal ) rechtse onderkaak van Ganlea. Noteer de grote hoektand ( groen ) en de aanwezigheid van de eenwortelige tweede premolair (geel) (Beard et al. (2009).)
De aanpassing van Ganlea aan het voedselaanbod ter plekke is vergelijkbaar met dat van moderne saki-apen in het Amazonegebied in Zuid-Amerika,
stelt dr. Chris Beard, een van de onderzoekers en paleontoloog aan het Carnegie Natuurhistorisch Museum te Pittsburg. Ganlea laat daarnaast zien dat vroege Aziatische halfapen de ecologische rol van de moderne apen 38 miljoen jaar geleden al vervulde.
Volgens de onderzoekers voeden alleen de zogenaamde hogere ( =echte apen ? en mensapen ? ) primaten zich op de manier van de nieuw gevonden primaat . (uiteindelijk gaat het dus om " echte" primaten van de nieuwe wereld waarmee men het gebit van deze groep aziatische voorlopers heeft vergelekenen , ook het dieet van deze huidige amazone apen stond model ) Maar ook de rest van het skelet suggereert dat de Ganlea een voorouder is van de echte apen (monkeys) en de mensapen ( apes ) die veel later in Afrika leefden. De resultaten van het onderzoek zijn gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Proceedings of the Royal Society B..
"NIEUWE WERELD APEN " Wetenschappelijke naam: Callitrichidae + Cebidae (families binnen de Aapachtigen, Primates)
Apen van de nieuwe wereld zijn aapachtigen die alleen hun eerste teen tegenover de andere kunnen plaatsen (de duim niet). Ze hebben ver uit elkaar staande, rondachtige neusgaten, die opzij staan gericht. Hun armen zijn korter dan de achterpoten. Ze hebben grote ogen, die naar voren gericht in de schedel liggen. Wangzakken ontbreken. Apen van de nieuwe wereld danken hun naam aan hun verspreidingsgebied: ze komen voor in Midden-Amerika en Zuid-Amerika. Het zijn boombewonende planteneters (en zadeneters )of insecteneters.
-We kunnen natuurlijk niet zien aan de nu beschreven schedel van het gevonden fossiel of deze birmaanse halfapen een opponeerbare duim bezaten - Het fossiel "ida " is veel completer en bezit , volgens haar beschrijvers , wél een (vermoedelijk)opponeerbare duim ....
Abstract
The family Amphipithecidae is one of the two fossil primate taxa from Asia that appear to be early members of the anthropoid clade. Ganlea megacanina, gen. et sp. nov., is a new amphipithecid from the late middle Eocene Pondaung Formation of central Myanmar. The holotype of Ganlea is distinctive in having a relatively enormous lower canine showing heavy apical wear, indicating an important functional role of the lower canine in food preparation and ingestion.
A phylogenetic analysis of amphipithecid relationships suggests that Ganlea is the sister taxon of Myanmarpithecus, a relatively small-bodied taxon that has often, but not always, been included in Amphipithecidae. Pondaungia is the sister taxon of the Ganlea + Myanmarpithecus clade. All three Pondaung amphipithecid genera are monophyletic with respect to Siamopithecus, which is the most basal amphipithecid currently known. The inclusion of Myanmarpithecus in Amphipithecidae diminishes the likelihood that amphipithecids are specially related to adapiform primates. ( = ida en co ? ) Extremely heavy apical wear has been documented on the lower canines of all three genera of Burmese amphipithecids. This distinctive wear pattern suggests that Burmese amphipithecids were an endemic radiation of hard object feeders that may have been ecological analogues of living New World pitheciin monkeys.
A hypothesis as to the evolutionary place of Ganlea and other amphipithecids, marked in grey. Note their proximity to New World monkeys and the propliopithecids. From Beard et al. (2009).
De Ganlea heeft dezelfde anatomie als de echte apen ( en mensapen ) , aldus hoofdonderzoeker Christopher Beard op Discovery News. Maar het zijn dus toch vooral de aapachtige kaken en (voornamelijk zoals altijd ) de tanden die erop kunnen wijzen dat het dier nauw verwant kon zijn aan een gezamenlijke voorouder( -groep die aan de basis ligt )van de nu levende echte apen ( toch zeker die van de nieuwe wereld ...) en de (Grote afrikaanse mens-)apen en mensen. ?
Een paar miljoen jaar nadat de Ganlea leefde, zijn er waarschijnlijk een of meer van dit soort "primitieve "(basis) primaten(lemuren / halfapen ) vanuit Azië naar Afrika (3)getrokken, aldus Beard. Daar evolueerden ze(o.a.) verder tot (echte apen en mens) apen "
Belangrijke Opmerking Het is natuurlijk wel waar dat de mensapen en de echte apen ( = de smal- en breedneusapen ) vroeger werden samengevat onder de noemer :" anthropoidae "( wat nog steeds verkeerdelijk en ergerlijk als " mensapen " wordt vertaald door demedia ) een groep die nu (veel beter)ook wel eens simiformes ( echte apen of aapachtigen / aap-vormig ) wordt genoemd Dat is deze groep van de de haplorini die zijn afgescheiden van hun zustergroep de tarsiers ... ( dus van na deze zogenaamde Tarsiers-split )
.....Tarsius lijkt meer op de apen dan op de lemuren cs. Tarsius en ( wat men nog steeds af en toe ) de Anthropoidea vormen samen de suborde Haplorhini.
De lemuren, galagos, loris en de aye-aye vormen de suborde Strepsirrhini.
Deze moderne indeling staat geillustreerd in de volgende figuur:
Indeling van de primaten Kay 1997 fig 1b
De Strepsirrhini bestaan uit de huidige levende lemuurvormigen, de fossiele lemuurvormigen en de alleen fossiel bekende Adapiformes. De Haplorhini bestaan uit de Tarsiiformes, de alleen fossiel bekende Omomyidae en de levende en fossiele Tarsiers, en de Antrhopoidea, de fossiele Parapithecidae en de nog levende en fossiele Oude-wereld apen (Catarrhini) en Nieuwe-wereld apen (Platyrrhini).
*(1) SENSATIE
Telkens de vondst van een nieuw primaten fossiel wordt aangekondigd is de automatische vraag van de massa media steeds " is het misschien de "missing Link" ?
De mensen van science dailey ( misschien ook enkele media -geile wetenschappers ? ) suggereren dat deze birmaanse primaat een serieuze " concurent " (= als kandidaat voorouder van de mensapen en zelfs "de mens " ) is van dat andere , in mei bejubbelde , en over het paard getilde fossiel en "voorouder van de mensapen en __jawel alweer de"mens " = IDA " Darwinius masillae = Dat zal dus wél een nieuw " hot " nieuwsitem zijn in de hypes binnen de pop-wetenschap, de pr en marketingmachines en het infotainment ....... een in de kmkommertijd welkome bladvulling ,met lezers ( en kranten-kopers ) natuurlijk
ook het (bekende anti-evolutie )Reformatorisch Dagblad doet iets gelijkaardigs Maar daar zal waarschijnlijk nog iets anders achter zitten (bijvoorbeeld : de edvolutie-wetenschap zoveel als mogelijk als onbetrouwbaar afschilderen /" in zijn hemd zetten " ? )
http://www.refdag.nl/artikel/1419730/Afstammingslijn+mens+opnieuw+ter+discussie.html " .....Het fossiele halfaapje Ida Darwinius masillae dat anderhalve maand geleden voor een waar mediaspektakel zorgde in New York, heeft daarmee serieuze concurrentie gekregen.De Myanmarese halfaap staat volgens de onderzoekers dichter bij de mens, dan Ida. Want Ida is nauwer verwant met moderne lemuren, dan met de menselijke afstammingslijn.
Wat natuurlijk meteen de ( creationistisch triomfantelijke ?) stroman- titel van het stukje mogelijk maakt "Afstammingslijn mens opnieuw ter discussie"
Ja ... en ? ...ook de " menselijke afstammingslijn"( die begint in het afrika van 7 a 8 miljoen jaar geleden ) zal allicht nog vele malen "ter discussie" , ter aanvulling en ter verbetering komen te staan ... het gaat om het voortschreiden van de wetenschap niet om onverzettelijke absolute waarheden ...
* Bovendien is er ook helemaal geen sprake van concurentie De afstammingsgeschiedenis van de mensachtigen ( hominiden ) begint 7 a 8 miljoen jaar geleden in afrika ... punt
*Ten tweede : een fossiele soort ( en uberhaupt een pas gevonden ( uniek) holotype ) is NOOIT met zekerheid een directe voorouder van een bepaalde soort te noemen ...
*Missing link is trouwens een opgedrongen journalisten term /vondst die populair werd na het verdwijnen van de eerste chou -kou -tien fossielen tijdens de tweede wereldoorlog .....
Men kan dus niets met zekerheid zeggen over "directe " lijnen ... het gaat om losse struiken en verzamelingen takken waarbij de "hoofdlijnen- takken " die ze onderling verbinden , aan de directe "waarneming " zijn onttrokken ; indirect kunnen natuurlijk wel mogelijke stambomen worden geconstrueerd op basis van tastbaar morfologisch /anatomisch en hedendaags genetisch vergelijkingsmateriaal ....en erg veel voortdurend detective werk natuurlijk
(2) * De hoofdprijs voor sloddervos mis-informatie , ( en vooral /voorbarige ) conclusion jumping (en misschien zelfs desinformatie ?) is hier te vinden http://geknipt.nieuws.nl/892166
"...... De vondst van een fossiele halfaap in Birma zet de gangbare "Out of Africa"-theorie op losse schroeven. ... Dat heeft een internationaal onderzoeksteam vandaag gesteld in de Proceedings of the Royal Society naar aanleiding van de vondst van de fossiele halfaap Ganlea megacanina. Apen, mensapen en mensen (precies doen alsof dat GEEN mensapen zijn )zouden afstammen van een gemeenschappelijke Aziatische voorouder en niet van een Afrikaanse, zoals veel wetenschappers aannemen...." en ze besluiten met lees verder of RD
Dat is dus geknipt op de maat van ( of minstens bruikbaar door- ) creatos en dergelijke ? ... inderdaad
Ik vraag me trouwens af welke van de verschillende emigratiegolven ( op verschillende (geologische ) tijdstippen en telkens door andere hominimen ) en bijhorende " out of africa " theorieen , deze ignoramus bedoeld ... OOA . I ?( misschien australopithecinen ?) OOAII?( homo Habilis// erectus ) of OOA III?( homo sapiens )
Euh ???? verschillende OOA theorieen ?
Bovendien "vergeet " de nieuws-knipper van dienst te vermelden dat het ( mogelijk) gaat om aziatische primaten wiens afstammelingen zich in afrika vestigden en zich daar verder ontwikkelden tot hogere (oude wereld ) apen en mensapen ....zoals hoofdonderzoeker Beard zelf exliciet vermelde .... en vooral dat deze birmanen nauw verwant lijken met de "nieuwe wereld " apen ....
(3) De veronderstelde aziatische oorsprong van de " mensapen " ( waarbij men in de media graag wegmoffelt (onbelangrijk detail ?) dat het hier ook om een verwant van de vooroudergroep is van de echte apen ) , gaat ook in tegen de claims van onder meer spaanse onderzoekers die de ( weliswaar jongere ) voorouders van de mensapen ( en ook van veel echte fossiele "oude wereld " apen die bijvoorbeeld zijn gevonden in Italie en Griekenland ) ___ waarvan later ook takken naar afrika emigreerden ( of vice versa vanuit oost afrika en de Sahel wegtrokken naar de Middellansche zee -regio ) ___ in zuid europa situeren ....
Het is zelfs voorstelbaar dat afstammelingen en leden uit die "aziatische " stock ook naar europa emigreerden en niet alleen maar naar afrika , natuurlijk ..
Het fossiel van de diersoort met de naam Eritherium azzouzorum is ongeveer 60 miljoen jaar oud. Uit een analyse van de kaken en tanden blijkt dat het dier een verre verwant was van de voorouders van de moderne olifant. De resultaten van het onderzoek zijn gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Proceedings of the National Academy of Sciences.
De onderzoekers van het Museum National d'Histoire Naturelle in Parijs kunnen het uiterlijk van het dier niet exact in kaart brengen, omdat tot nu toe alleen fragmenten van een schedel zijn gevonden.
Wel is duidelijk dat de Eritherium weinig op een olifant leek. Het dier woog waarschijnlijk zo'n vijf kilo en had geen slurf of slagtanden. Maar het bezat wel twee vergrote snijtanden aan de voorkant van de kaak die een primitieve slagtandaanleg kunnen voorstellen , al waren ze veel kleiner dan die van de huidige olifanten. De slurf zelf is trouwnes later geëvolueerd binnen de groep die leide tot de moderne olifanten vanaf het Oligoon dat van 33,7 tot 23,8 miljoen jaar geleden liep.
Tot nu toe gingen wetenschappers er vanuit dat de oudste dergelijke verre verwanten van de olifant pas een paar miljoen jaar later op aarde rondliepen dan dit Eritherium. (1)
De nieuwe ontdekking wijst er echter op dat de dieren al vlak na (2)het uitsterven van de dinosauriërs ontstonden.
Sommige DNA-studies wijzen erop dat de Afrotheria al honderd miljoen jaar geleden zouden zijn afgesplitst van andere superordes binnen het zoogdierrijk. De studie van Gheerbrant, is een bevestiging / aanwijzing dat minstens de probisciae - vertakking in de zoogdierstamboom later plaatshad (= kort na het einde van het dino-tijdperk )
The Savanna Elephant Loxodonta africana (Blumenbach 1779) evolved with the other live-bearing mammals (Theria) from the Cynodonts (mammal-like reptiles) of the Triassic (225-195 million years ago). First to diverge from the stem were egg-laying mammals (Monotremes) during the Jurassic age. In the early Cretaceous era (about 130 million years ago), the Theria diverged into 3 major groups, one of which was the Marsupials. The other two became the placental mammals (Eutheria).
The earliest ungulates, the Condylarthra, appeared at the end of the Cretaceous period some 65 million years ago and the Subungulates evolved from an offshoot of this group early in the Paleocene. The modern ungulates are now placed in an entirely separate group (Laurasiatheria).
The group which included the ancestors of modern elephants(Afrotheria) diverged further during the Paleocene and separated into several distinct orders. The Aardvark (Orycteropus), regarded by some taxonomists as belonging to the Subungulata, diverged early in the Paleocene, preceded by the Tenrecs,Golden Moles and Xenarthrans.
By the early Eocene (54 million years ago), the Subungulates proper consisted of 3 distinct orders - the Dugongs and Manatees (Sirenia), the Hyraxes (Hyracoidea) and the elephant progenitors.
The first proboscideanwas (until this new fossil find ) Phosphatherium(1) (58 million years ago) from which Moeritherium evolved at the start of the Oligocene.
Amongst the numerous elephant 'models' which followed were Gomphotherium, Trilophodon, and Platybelodon and, in the Pleistocene, the Imperial Mammoth which became extinct in recent times.
Dat het om een klein dier gaat is minder vreemd dan het lijkt (3) Zeker als je het "bewezen "acht dat de moderne rotsklipdas ook zeer nauw verwant is aan de olifant. Het is zeker niet ongewoon : ook de evolutie van de paardachtigen is vertrokken vanuit een groep kleine dieren ....
Evolution Hyraxes are sometimes described as being the closest living relative to the elephant.[4] This is because they may share an ancestor in the distant past when hyraxes were larger and more diverse. However, the details of their taxonomic relationship remain to be fully verified.
All modern hyraxes are members of the family Procaviidae (the only living family within the Hyracoidea) and are found only in Africa and the Middle East. In the past, however, hyraxes were more diverse and widespread. The order first appears in the fossil record over 40 million years ago, and for many millions of years hyraxes were the primary terrestrial herbivore in Africa, just as odd-toed ungulates were in the Americas. There were many different species, the largest of them about the weight of a small horse, the smallest the size of a mouse. During the Miocene, however, competition from the newly-developed bovidsvery efficient grazers and browserspushed the hyraxes out of the prime territory and into marginal niches. Nevertheless, the order remained widespread, diverse and successful as late as the end of the Pliocene (about two million years ago) with representatives throughout most of Africa, Europe and Asia.
The descendants of the giant hyracoids evolved in different ways. Some became smaller, and gave rise to the modern hyrax family. Others appear to have taken to the water (perhaps like the modern capybara), and ultimately gave rise to the elephant family, and perhaps also the Sirenians (dugongs and manatees). DNA evidence supports this hypothesis, and the small modern hyraxes share numerous features with elephants, such as toenails, excellent hearing, sensitive pads on their feet, small tusks, good memory, high brain functions compared to other similar mammals, and the shape of some of their bones.[5]
Not all scientists support the proposal that hyraxes are the closest living relative of the elephant. Recent morphological and molecular based classifications reveal the Sirenians to be the closest living relatives of elephants, while hyraxes are closely related but form an outgroup to the assemblage of elephants, sirenians, and extinct orders like Embrithopoda and Desmostylia.[6].
(1) Die tweede oudste bekende verwant van de olififantsachtigen is de Phosphatherium escuilliei die is ongv 55 MY oud en werd in 1996 ontdekt door hetzelfde team en op de zelfde vindplaats; weliswaar in andere lagen De nieuwe vondst verlengd de fossiele geschiedenis van de familie Proboscidea meteen met minstens een paar miljoenen jaren
(2) Nu ja het steekt natuurlijk niet zo nauw(althans niet volgens de oppervlakkige algemene media ) : een paar miljoen jaren hé , .... De opgedoken verwant der olifanten is ruim zestig miljoen jaar oud, wat betekent dat hij zon vijf jaar na de ( volgens de consensus op-65MY gedateerde ) verdwijning van de dinosauriërs al zijn intrede deed. Paleontoloog Emmanuel Gheerbrant omschrijft het Afrika van zestig miljoen jaar geleden als een weelderige, groene oase en een dynamische evolutionaire proeftuin.
(3) zie mijn ( hier aangevulde) bijdragen aan een discussie over de lichaamsgrote van de "vroege" moderne zoogdieren op freethinkers http://www.freethinker.nl/forum/viewtopic.php?p=173740&highlight=#173740 " .....de " zekerheid" (Zoogdieren begonnen te "groeien" omdat de dino's vedwenen ) staat tegenwoordig ook al eens op losse schroeven ...
-Er waren bijvoorbeeld wel degelijk in de dino-tijden ook (hond-grote) zoogdieren die dino's opaten ( =natuurlijk aten ze geen reuzen dino's ) Bovendien zijn veel ( niet moderne ) maar vroege zoogdierengroepen en ( grote ? ) voorlopers ook al uitgestorven ...
-en vogels zijn als dino-afstammerlingen groep nog steeds aanwezig Enkelen uitgestorven reusachtige roof-loopvogels ( gastornis en schrikvogels ) gingen zich zelfs voeden met allerlei zoogdieren en waren in hun tijd toppredatoren ....die met gemak de voorouderlijke maniraptora levenstijl gebruikten in de door de verdwenen theropoda opengevallen niches.....
.........Wat ik vooral wil bestrijden is de nogal simplistische stelling dat de ontwikkeling van de lichaamsgrote van de zoogdieren voornamelijk ( of zelfs exclusief ?) zou afhankelijk geweest zijn van de overheersende predatoren .( =de grote vleesetende dinosauriers die ong 65 miljoen geleden "plots "van het toneel verdwenen samern met de door hen uitgeoefende (veronderstelde ) overheersende selectiedruk ) ... Dat is een causale correlatie die op niet veel steunt ...
Het kan natuurlijk wel een van de factoren geweest zijn , naast vele andere , in de totale selectiedruk die uiteindelijk grotere (zoog) dieren mogelijk maakte en ook voortbracht .... En het verdwijnen van de dino's zal wel de verspeiding en de vele niche-veroveringen van de zoogdieren hebben vergemakkelijkt .... Maar of dat iets heeft te maken met de lichaamsgrote ?
1.- Ook kleine dieren hebben hun specifieke predatoren ...
-Het is echter wél waar dat de afstammelingen van veel kleine dieren die op eilanden verzeild raken waar geen van hun specifieke predatoren aanwezig zijn , groter kunnen worden ( mits er voldoende voedsel aanwezig is )Althans dat is een algmeen aanvaarde hypothese -Andere "grote " dieren worden dan weer kleiner ....( wegens de kleine voedselvoorraden en het grotere gevaar op overbevolking op eilanden )
Bovendien : Natuurlijke Selectie is geen simpel eenrichtingsverkeer Zo van ; "selectiedrukfactor A --> dus resultaat B " Het is integendeel een voortdurend verschuiven van allerlei evenwichten en factoren waardoor een grillig evolutionair pad wordt gevolgd binnen een evolutionair landschap ( een beetje zoals een "drunkards walk " en/of zelfs een soort van processie van Echternach is voorstelbaar ) afgewisseld met purifying /stabilising -selection ( = stasis ?) en sprinten tijdens crisissen (punctated equilibrum en evolutie met verschillende snelheden )
2.- optimale grote wordt (bijvoorbeeld ) ook bepaald door de eisen gesteld voor het behoud van lichaamstemperatuur
3.- Allicht waren zoogdieren en vogels beter bestand tegen de temperatuur, klimaat en millieuveranderingen die de dinosauriers lieten sneuvelen ... "
Photograph (a) and line drawing (b) of IVPP V 15923. Arrows in a point to a nearly complete and fully articulated basal crocodyliform skeleton preserved next to IVPP V 15923 (scale bar, 5 cm). c, Histological section from the fibular shaft of Limusaurus inextricabilis (IVPP V 15924) under polarized light. Arrows denote growth lines used to age the specimen; HC refers to round haversian canals and EB to layers of endosteal bone. The specimen is inferred to represent a five-year-old individual and to be at a young adult ontogenetic stage, based on a combination of histological features including narrower outermost zones, dense haversian bone, extensive and multiple endosteal bone depositional events and absence of an external fundamental system. d, Close up of the gastroliths (scale bar, 2 cm). Abbreviations: cav, caudal vertebrae; cv, cervical vertebrae; dr, dorsal ribs; ga, gastroliths; lf, left femur; lfl, left forelimb; li, left ilium; lis, left ischium; lp, left pes; lpu, left pubis; lsc, left scapulocoracoid; lt, left tibiotarsus; md, mandible; rfl, right forelimb; ri, right ilium; rp, right pes; sk, skull.
Een reconstructie van Limusaurus inextricabilis doet wel veel aan vogels denken. Of hij echt veren had, is trouwens niet uit het fossiel op te maken. (Portia Sloan)
Een nieuw ontdekt fossiel uit China lost een oud paleontologisch raadseltje (1) op ( en ontneemt misschien meteen de creationisten één van hun parade-stukjes over de " dino- vogel"-evolutie ) . De resten werden gevonden in Jungar Bassin in het noordwesten van China. Paleontologen beschouwen de vondst als een belangrijke en verhelderende aanwijzing over de evolutie van de " hand " van de theropoden en hun verwanten de vogels
Het 159 miljoen jaar oude fossiel is afkomstig van een dinosaurus met de naam Limusaurus inextricabilis,( een ceratosaurier )___vrij vertaald de moerashagedis die niet kon ontsnappen. ____een soort die behoorde tot de theropoden. Het dier had een snavel , liep op zijn achterpoten, en net als bij de bekende Tyrannosaurus rex stelden zijn voorpoten weinig voor maar die waren wel voorzien van klauwen. Het bijzondere zit hem in de hand : twee vingers zijn vestigaal geworden bij deze soort met viervingerige hand Een voorouder van de huidige vogels is hij niet, maar hij is wel familie van ze.
De vondst wijst er op dat bij de aan de vogels collateraal verwante dinosaurussen , zich uit de dino hand in de loop van de evolutie (vogelachtige) vleugels en 3-vingerige "vogelhand " ,hebben ontwikkeld .
In een vogelskelet kun je drie vingers onderscheiden, terwijl het basisbouwplan van alle gewervelde dieren vijf vingers heeft. De nieuwe dino heeft vier vingers waarvan de middenvinger onderontwikkeld en de ringvinger vestigaal is zie Nature http://www.nature.com/news/2009/090617/full/news.2009.577.html
Het Limusaurus handfossiel laat een mogelijke ontwikkeling zien want zijn binnenste(midden-) vinger is weliswaar kleiner dan de forse wijsvinger maar de ringvinger is er ook nog en de pink is helemaal afwezig ( dat laatste was vroeger al geen punt van discussie meer ) .
Wat bij andere dinos altijd voor de eerste, tweede en derde vinger werden aangezien, waren in werkelijkheid waarschijnlijk de tweede, derde en vierde, ( equivalenten van de wijs- midden- en ringvinger ) schrijven Xu Xing en collegas in Nature.
Daarbij verdween later ook eventueel de "middenvinger"( suggereert de onderontwikkelde middenvinger bij deze nieuwe theropode ) zodat uiteindelijk misschien alleen ring en wijsvinger equivalenten overbleven in de theoretische afstammelingen van de limusaurus ( althans dat is de verwachting )... Bij vogels en de vogelachtige theropoden / Dromaeosauriers bleven wijs , midden en ringvinger behouden .....
02-06-2009
Alweer eentje ? .....
Olé Eviva LLUC
Anoiapithecus brevirostris.
Gedeelten van het aangezicht , de kaak en tanden van een -12MY hominide (1)Anoiapithecus brevirostris. De aanwezigheid van dit fossil in Spanje suggereert dat de mensapen emigreerden naar Afrika vanuit Europa , en voorafgaand aan de evolutionaire ontwikkeling van de mens in afrika (Image: National Academy of Sciences, PNAS)
Het is een steuntje in de rug voor de zogenaamde"into africa " hypothese ... De groep mensapen- voorouders zouden kunnen onstaan zijn in het mediteraan gebied ....
Het is meteen de derde vondst van een dergelijke "opa "mensaap op diezelfde vindsplaatsen in Spanje . .. (Restos de los tres homínidos recuperados hasta la fecha a partir de diversas localidades del Abocador de Can Mata:) 1.-Maxilaires en mandíbula fragmenten van de Anoiapithecus brevirostris; 2.- "gelaat " van de Pierolapithecus catalaunicus; 3.- maxilaire fragmenten van de de Dryopithecus fontani. http://en.wikipedia.org/wiki/Dryopithecus_fontani
Het fossiel van Pierolapithecus is - 13 MY oud en stamt uit de tijd dat de mensapen - orang-oetan, gorilla, bonobo, chimpansee en mens - evolueerden uit een groep waartoe ook de vroegste afgesplitste takken van de oudste mens-apen, zoals de gibbons, behoorden. Misschien was Pierolapithecus catalaunicus, genoemd naar de vindplaats bij Els Hostalets de Pierola in Catalonië( dezelfde vindsplaats levert nu de Anoiapithecus brevirostris. ), lid van die oorspronkelijke apengroep, maar de fossiele vondsten uit dit tijdperk zijn nog altijd erg schaars zodat de onderzoekers erg voorzichtig bleven met hun conclusies.
Qua anatomie leek hij - een man van rond 35 kilo - al op weg naar de grote mensapen . Zijn fysieke uitrusting moet van hem in elk geval tot een goede klimmer hebben gemaakt. De brede, platte ribbenkast, een kort, stijf ondergedeelte van de wervelkolom en een polsgewricht met voldoende beweging wijzen daarop.
Maar zijn schedel vertelt dat de Pierolapithecus zich nog geen "echte" mensachige mocht noemen: zijn gezicht liep( in profiel ) nog wat te schuin af.(= er een heelwat " rechter" profiel gevonden bij het nieuwe fossiel ) m.a.w. het prognathisme eigen aan mensapen, is erg uitgesproken en basaal Zijn korte vingers en tenen wijzen ook op de"primitievere" connectie Kortom het is alweer een mozaik van kenmerken die misschien toelaat hem als een goede " kandidaat transitionnal " voor te stellen .....
Profiel van Anoiapithecus brevirostris. Profiel van P.Catalaunicus *het manifest zwakke prognatisme bij deze nieuwe vondst( links ) is niet noodzakelijk een kenmerk waardoor dit fossiel dichter bij de mens kan worden geplaatst ..Hetkan evengoed een gevolg van convergentie zijn ....
Vijf jaar geleden haalde het team van Salvador Moyà-Solà het prestigieuze Science met de 13 miljoen jaar oude resten van Pierlolapithecus catalaunicus, een aap die de opa van alle mensapen zou kunnen zijn. Uit hetzelfde gebied , komt een deel van de gezichtsbotten en de kaken van Anoiapithecus brevirostris, die 11,9 miljoen jaar geleden leefde. De onderzoekers beschrijven ze deze week in PNAS.
Op basis van de vorm van de fossielen concluderen de onderzoekers dat deze oude apen uit spanje al met al betere kandidaat-stamvaders van de mensapen zijn dan de ongeveer tegelijk levende apen uit Afrika, omdat ze meer lijken op de huidige mensen en mensapen.(= volgens de spanjaarden behoort de nieuwe vondst tot het genus der kenyapithecinen en er is ook al (speculatief ) geopperd dat de anoipithecus brevisrostris voor de split met de orang outangs( sivapithecus ) staat ........
.....de Kenyapithecuszou de voorouder kunnen zijn geweest van de Hominidae en hun onderfamilies Ponginae, Dryopithecinae en Homininae. Het dier leefde ca. 15 mjg in Afrika rond de Evenaar. In Kenia zijn in 1961 door Louis Leakey fossiele resten gevonden van deze hominide, gevonden nabij Fort Ternan in Kenya. De bovenkaak en tanden zijn gedateerd op 14 mjg Andere Hominidae met bloemrijke namen als Equatorius, Morotopithecus en Afropithecus zouden ook aan de wieg van de Hominidae gestaan kunnen hebben. Morotopithecus leefde ca. 21,6 mjg. tijdens het Vroeg-Mioceen. Deze soorten waren meer aapachtig dan de Dryopithecinae
Kenyapithecus
De spaanse onderzoekers denken dus dat alle mensapen( inclusief de mens ) een Europees verleden hebben. Maar hun bewijs overtuigt nog lang niet iedereen, al is het maar omdat er in Europa ( tot nu toe ) nu eenmaal beter bewaarde fossielen uit die tijd gevonden zijn dan in Afrika
IPS43000, Holotype Anoiapithecus brevirostris, ( reconstrucción Institut Català de Paleontologia.) *Aragoniensis superior ( Laat Midden Mioceen )
Het dier staat binnen de stam ( tribu ) der Dryopithecini, en aan de basis van de de familie Hominidae, ( inclusief de orang outangs en zijn fossiele vormen ( subfamilie Ponginae), De grote afrikaanse mensapen (gorilas, chimpansees , bonobos) en de hominimen (subfamilia Homininae) , te beginnen met minstens de " kenya-pithecinen "
Dryopithicene skull (edited right profile) Resource Rights Holder: Hunterian Museum and Art Gallery, University of Glasgow
De resten vertonen een combinatie van paar eigenschappen die nog niet eerder zijn voorgekomen ____en ook nergens elders of later in de grote afrikaanse mensapen en hominimen lijnen , allemaal samen zijn teruggevonden Het zal daarom waarschijnlijk gaan om een oude aftakking ( net als de orang outangs ) .... een collaterale verwant/voorouder -->
Het fossiel bezit ook een paar moderne ( =het al met al merkwaardige rechte en vrij korte aangezichts (" morro corto " ) ____Het lijkt er daarom op dat dit fossiel (morfologisch ?) veel dichter bij de hominidae staat dan de Pierolapithecus / het fossiel verschilt boverndien in ouderdom van de miljoen jaar oudere P catalaunicus ,maar is wel gevonden op dezelfde vindplaats ____ en primitievere kenmerken( de zware kaak ) : Al met al een mozaïk zoals zoveel verwante common ancestor -kandidaten , altijd vertonen
(bron : http://forum.tribalwars.nl/showthread.php?p=906123 ) auteur : TestTGV De split tussen apen van de oude wereld en mensapen gebeurde ongeveer 30 miljoen jaar geleden. *Aegyptopithecus, gevonden in Egypte leefde voor deze laatste gemeenschappelijke voorouder zo'n 33 miljoen jaar geleden.
(Fossielen hiaat ) -hiertussen ken ik geen fossielen-
*Proconsul africanus is een mensaap uit Kenya dat de voorouder is/verwant is aan de voorouder van de moderne mensapen, 18 miljoen jaar oud en leefde dus net voor de split tussen de Gibbons (Lesser Apes) en de grotere mensapen (Great Apes) die zo'n 17 miljoen jaar geleden gebeurde. Proconsul is de meest waarschijnlijke voorouder van alle mensapen om even je vraag te beantwoorden.
Dendropithecus leefde ongeveer rond deze tijd (16-17 miljoen jaar geleden) en deelt karakteristieken van Proconsul, maar ook van moderne Gibbons. Dendropithecus macinnesi
Afropithecus turkanensis en Turkanapithecus kalakolensis (beide ongeveer 16 miljoen jaar oud) zijn mogelijke voorouders van de grote mensapen of zijlinies die uiteindelijk uitgestorven zijn (net als Paardenevolutie waarbij het moderne paar maar een enige overlevende tak is van een bos paarden).
Kenyapithecus wickeri leefde 14 miljoen jaar geleden, maar lijkt iets te primitief voor onze voorouder en lijkt een zijlinie.
ouranopithecus
http://www.nature.com/nature/journal/v427/n6973/full/nature02245.html Two main competing hypotheses have been proposed for orang-utan origins: dental similarities2, 3 support an origin from Lufengpithecus, a South Chinese4 and Thai Middle Miocene hominoid2; facial and palatal similarities5 support an origin from Sivapithecus, a Miocene hominoid from the Siwaliks of Indo-Pakistan4, 6.
Verschillende Sivapithecus (13-10 miljoen jaar geleden) is waarschijnlijk een vroege voorouder van de Orang-oetang (die een laatste gemeenschappelijke voorouder met de rest deelt zo'n 14 miljoen jaar geleden).
a, b, Occlusal view. c, Lateral view. d, Inferior view. Scale bar, 1 cm.
Mandible of Khoratpithecus piriyai gen. et sp. nov. holotype (RIN 765).
Yaowalak Chaimanee, Dominique Jolly, Mouloud Benammi, Paul Tafforeau, Danielle Duzer, Issam Moussa and Jean-Jacques Jaeger
Lufengpithecus chiangmuanensis n. sp.
a, TF 6168, right I1. b, TF 6169, right M2. c, TF 6171-4, right M2. d, TF 6171-1, right lower canine. e, TF 6171-2, distal part of left P3 (mirror image). f, TF 6171-3, right P4. g, TF 6170, left dP4. h, TF 6171-5, 6171-6, left M23. i, TF 6174, left upper canine. j, TF 6173, right I2. k, TF 6178, left I1. l, TF 6175, right P3. m, TF 6176, 6177, left M23 (mirror image). n, TF 6179, left P4 (mirror image). o, TF 6180, right M2. Scale bar, 1 cm.
sivapithecus Ramapithecus, 8MY Gigantopithecus (3 soorten) en Ankarapithecus zijn ook aftakkingen in het stukje van de boom des levens waarvan de Orang-oetang de enige overlevende is. Gigantopithecus, 1,5-0,3MY
Dryopithecus van 12-9 miljoen jaar geleden is ook een zijlinie, net als dat Orang-oetang, Gorilla en Chimp dat zijn, alleen deze lijn is uitgestorven.
Samburupithecus (9.5 miljoen jaar geleden) heeft kenmerken die gedeeld worden door Gorilla's, Mensen en Chimpansees en aangezien de split tussen Gorilla's en de rest zo'n 9 miljoen jaar geleden was kan het een verwante zijn geweest aan de voorouder van de laatste mensapen. Chororapithecus abyssinicus is een eenzelfde soort die leefde ongeveer 10 miljoen jaar geleden.
.....there was two-way movement of hominids between Africa and Eurasia during the middle Miocene and not everything came out of Africa.....Especially linking one of the ( turkish )Pasalar hominids with Kenyapithecus from Fort Ternan, particularly important since the Turkish species is at least 1.5 million years earlier than the one from Fort Ternan.....
Andrews, P. y Tobien, H. (1977) " ....Honderden fossiele primaten tanden werden gevonden in Pasalar, ( ten zuiden van Bursa ) Daaronder bevonden zich tanden van de Sivapithecus darwini [Abel, O. (1902)] en de Ramapithecus wickeri [Leakey, L. S. B. (1962)]. Deze tanden "bewijzen " een( minstens geografische ) miocene verbinding tussen de afrikaanse Proconsul en de euraziatische Sivapithecus en Ramapithecus ...."
The relationships between the African apes, the orang utan and humans is a critical issue for our understanding of the last common ancestor between apes and humans, and it again calls into question the relative merits of morphological and molecular data as a basis for phylogenetic reconstruction.
De gorilla zelf kent alleen Sahelanthropus in zijn voorgeslacht en de Chimpansees alleen een handjevol tanden en onderkaken tussen de 500.000 en 600.000 jaar en heel misschien Ardipithecus kadabba die zo'n 5.2-5.8 miljoen jaar geleden leefde. Maar zowel Sahelanthropus alsArdipithecus kadabbakunnen net zo goed op de Mensen tak zitten van de boom. sahelantropus
En naar de mens hebben we een beter beeld: + Orrorin tunegensis (6 miljoen jaar oud) + Ardipithecus ramidus (5.8-4.4 miljoen jaar oud) + Australopithecus anamensis (4.2-3.9 mj) + Australopithecus afarensis (4-3 mj) + Australopithecus africanus (3-2 mj) + Australopithecus garhi (2.6 mj)
Kenyanthropus platyops ?.... wordt ook wel eens ( door andere paleantropologische scholen en in andere fylogenetische stambomen ) verbonden met homo rudolfiensis , die dan op zijn beurt wordt beschouwd als een verwant van de habillis , de Homo ergaster en de latere erectus ....
+ Homo habilis (2.5-1.4 mj) - Homo rudolfensis (1.9 mj) - Homo georgicus (1.9 mj)( Dmanisi )
+ Homo ergaster (2-1.5 mj) + Homo erectus (1.5-0.2 mj) + Homo antecessor (1.1-0.8 mj) - Homo cepranensis (0.9 mj) + Homo heidelbergensis (0.8-0.3 mj) - Homo neanderthalensis (0.4-0.025 mj) - Homo floresiensis (0.08-0.012 mj) + Homo rhodesiensis (0.4-0.12 mj) + Homo sapiens (0.2 mj-nu)
De + geven aan welke de voorouders waren van ons, de rest zijn verdere aftakkingen die uiteindelijk uitstierven.
Er zijn voorlopig nog genoeg takken die nog niet zijn verbonden met de rest in het stamboom- plaatje *Vanwaar komen de australopithecinen ? *Wat is de verbinding met homo ergaster ? *Wat met homo habilis ? * wat met H. rudolfensis en K. Platyops ?
APPENDIX
Zoals gewoonlijk zullen het gebit en de onderkaak ___ook van de nieuwe vondst _____de meeste info kunnen bieden ?
Gelada
Baviaan (Gelada )
Is LLUC een Dryopithecine mensaap ?
Jonge orang
Jonge chimp
Figure 2.15. Four lower jaws show variations in the amount of rearward divergence of the tooth arcades in three fossil primates. For comparison, (a) is the mandible of a modern chimpanzee; its typically U-shaped dental arcade has parallel tooth rows; thus, the degree of divergence is zero. Next (b) is a reconstructed Dryopithecus mandible; the tooth rows show an angle of divergence (dotted lines) averaging some 10 degrees. Next (c) is a composite reconstruction of a Ramapithecus mandible. Its tooth rows, when preserved, show an angle of divergence averaging 20 degrees. Last (d) is a reconstructed Australopithecus mandible. Its typical angle of tooth-row divergence is 30 degrees. The tooth rows of later hominids show even greater angles of divergence. Arrows show differences in the two jaw-ridge buttresses known as the superior and the inferior torus. Modern apes possess a large, shelflike inferior torus; in Dryopithecus the superior torus was dominant. Both the ridges are developed in Ramapithecus and Australopithecus. Reprinted, with permission, from Simons, E. L. Ramapithecus. Sc. Am. 236 (May): 32-33; 1977.
mensenkaken
(1) Dankzij het toenemend aantal fossiele vondsten, krijgen we een steeds beter beeld van de menselijke evolutie en van de gemeenschappelijke voorouder van mens en mensapen (zijnde gorillas, chimpansees, bonobos, orang-oetans en gibbons).
Al onze voorouders, vanaf de laatste gemeenschappelijke voorouder met de mensapen tot en met de moderne mens, behoren tot de familie Hominini en worden homininen genoemd.
De oudste hominine vondsten dateren van 6-7 miljoen jaar geleden en werden gevonden in Tsjaad, Afrika.
Alhoewel er nog enige twijfel bestaat over de status van deze fossielen lijkt het aanvaardbaar om de start van de hominine lijn rond 8 miljoen jaar geleden te plaatsen.
Het fossiel is de meest complete primaten fossiel ooit gevonden. Behalve omtrekken van de huid, is ook maaginhoud geconserveerd--> bladeren en fruit Het is een primaat en niet zomaar een Lemur omdat het ook al een OPPONEERBARE DUIM bezit. Net als mensen. Het had smalle lange vingers en tenen voorzien van nagels . Het was een jong vrouwtje ( geen penisbeentje ) van 9-10 maanden oud.
Ida is obviously a primate because she has nails on her digits rather than claws and she has opposable thumbs and big toes She has no "grooming claw" on her second toe, a feature that all lemurs share. She also does not have a set of fused teeth in the middle of her bottom jaw called a "tooth comb". Finally, the tarsus bone in her ankle is shaped like our ancestors. So it is likely that she is a very early haplorhine primate.
Idas left wrist was broken, but had partly healed. The researchers believe this injury would have impaired her climbing ability and may have contributed to her death
Idas skull: large eye sockets suggest she was probably adapted for night vision and so was nocturnal. Her milk teeth are in place with adult teeth forming behind, indicating that she was still a juvenile - probably six to nine months old
Ida is so well-preserved that her tissues, hair and even her stomach contents are visible. She is also definitely female because she doesnt have a baculum (penis bone)
a reconstruction
Gave fossiele aap
Wetenschappers ( en media mensen ) hebben dinsdag in het American Museum of Natural History in New York de fossiele resten van een primaat ( behorende tot de Haplorhini)van 47 miljoen jaar oud , gepresenteerd .
*Naast de gebruikelijke slordige "conclusion jumping "en sensatiezoekerijen van de pers ( ....en heilaas duikt ook het gebruik van de sterk verouderde en misleidende term "missing link" weer overal op...http://arstechnica.com/science/news/2009/05/missing-links-and-media-circuses.ars)is er het mooie beeldmateriaal en is er ook een artikel verschenen op de website van het PloS http://www.plosone.org/article/info:doi/10.1371/journal.pone.0005723
*"Ida", Het koosnaampje van het fossiel , maakte aanvankelijk deel uit van een privécollectie, meldt de BBC. In 2006 werd het fossiel te koop aangeboden aan de Noorse wetenschapper Jorn Hurum en de Universiteit van Oslo. De vinder heeft Ida lange tijd in huis opgehangen als kunstwerk. Later heeft de eigenaar het fossiel uiteindelijk verkocht aan de Noorse Jorn Hurum, die het de 'missing link' noemt van de evolutie.
Misleidend *Niet alle wetenschappers zijn zo verheugd over de berichtgeving van de vondst in de pers en het taalgebruik van sommige "wetenschappelijke" presentatoren . *Dr. Henry Gee, senior redacteur bij het wetenschappelijke tijdschrift Nature, zegt de term 'missing link' misleidend te vinden.
Het fossiel - dat Ida wordt genoemd - is zo goed geconserveerd dat het mogelijk is te zien waar het bont van het dier zat en zelfs sporen van de laatste maaltijd van het dier dat nog het meest lijkt op een maki.
Het zou het eerste volledige skelet zijn van een onbekende soort van adapoïden. Een uitgestorven diersoort en verwant van de maki's.
Beter nog ; Volgens de presenterende wetenschappers is Ida een dier dat zowel kenmerken heeft van maki's als van de apensoorten (Het zou het eerste volledige skelet zijn van een onbekende soort van adapoïden. Een uitgestorven diersoort en voorouder van de maki's.
Volgens de wetenschappers is Ida een dier dat kenmerken heeft van maki's (halfapen ) als van de apensoorten waaruit echte apen( zowel plathyrini als catharini (= waarbij ook de "mensapen"(waaronder de mens ) zich hebben ontwikkeld ( een echte mozaïk dus ) Het gaat dus om een verwante afstammeling van de voorouder-groep waaruit zowel "echte "apen als halfapen, zich hebben ontwikkeld
Het dier is een goede kandidaat-transitionnal voor de halfapen - echte apen split ( = een haplorhini ) : en misschien wel eentje dat dichter bij de apen staat wegens o.a. het ontbreken van de typische lemuur-onderhoud-kam -klauw op de tweede teen .... Het dier bezit echter ook vingernagels ipv klauwen en een opponeerbare duim ...Dat ondersteund natuurlijk de mogelijkheid dat het tevens binnen de haplorhini , een collaterale verwant zou kunnen zijn die dicht aanleunt bij de groep der primitieve Hominoidea ( dat is deopinie van sommige wetenschappers die in die studie betrokken zijn ) Maar verder onderzoek zal dit laatste moeten uitwijzen
Het fossiel is twintig jaar geleden gevonden in de Messel-groeve in de buurt van het Duitse Darmstadt.
The earliest known Haplorhini primate was recently described by Franzen et al. (2009) from the Messel shale in Germany from the Eocene (47 million years ago).
Franzen, J. L., Gingerich, P. D., Habersetzer, J., Hurum, J. H., von Koenigswald, W. and Smith, B. H. 2009. Complete primate skeleton from the Middle Eocene of Messel in Germany: Morphology and paleobiology. PLoS One. 4(5):e5723.
Figure 1. Darwinius masillae, new genus and species, from Messel in Germany. The specimen is a juvenile, but erupting teeth indicate the developmental age and enable prediction of further growth of the body and limbs.
De vondst is zeer interessant, maar sommige kritiek (vooral op de fylogenetisch analyse) is terecht
APPENDIX
Wetenschappers delen al lang de primaten op in twee suborden strepsirrhini and haplorhini . Strepsirrhini bestaan uit de lemuren en de , galagos,(-->VLIEGENDE KATTEN ?) en een paar andere soorten : allemaal delen ze met elkaar met een set gelijkaardige (gemeenschappelijke ) eigenschappen , zoals een natte neus ( de grondbetekenis van de naam strespsinini ) Apen , mensapen en tarsiërs ,zijn typische haplorini .
Het " Darwinius team" argumenteerde dat het nieuwe fossiel ", Darwinius", dichtger bij de haplorini aanleunt dan bij de strepsirrhini Een stamboom met drie vertakkingen is wat mager ___vooral wanneer je er rekening mee houdt dat er een aantal andere vroege primatenfossielen bekend zijn ( --> EosimiasAegyptopithecus )...Prehistoric apesEocene primatesPrehistoric monkeysPrehistoric prosimians
.Er zijn antropoide fossielen bekend die sommige eigenschappen van de Darwinius missen .Dat moetnog allemaal uitgezocht worden dcoor de fylogenetici De auteurs van de studie verdienen echter alle lof omdat hun werk een weelde aan anatomische details en hoogwaardige scans heeft opgeleverd dat zonder twijfel , specialisten terzake in staat zal stellen hun eigen hypotheses over het plaatsen van " Darwinius " in the primaten stamboom ,te formuleren .
Spijtig dat het zulk een show bussiness gebueren moest worden : De vondst zelf is echter wel degelijk zeer belangrijk:Vanwege de uitzonderlijke kwaliteit en de ongemeen gedetailleerde anatomie en morfologie van het bewaarde fossiel ;gegevens die beslist zullen helpen bij de verdere kennisvergaring van de taxonomie en de evolutie van de vroege primaten
De Primaten, in de wandeling bekend als de apen, zijn bekend vanaf 55.5 miljoen jaar geleden, net voordat het Eoceen begint. De Strepsirrhini zijn de halfapen, met de Lemuriformes van Madagascar als enige nog levende groep. De Haplorhini zijn de echte apen samen met de spookdiertjes, Tarsius. De Catarrhini zijn de Oude Wereld of smalneusapen, en de Platyrrhini zijn de Nieuwe Wereld of breedneusapen. De andere groepen in de figuur van Kay zijn uitgestorven.
Aan de voet van de stamboom van de primaten staan twee groepen, de Scandentia en de Plesiadapoidea. Er zijn nu nog steeds beesten die tot de Scandentia behoren, namelijk de tupaias of boomspitsmuizen. De Plesiadapoidea zijn uit gestorven, en worden geacht dicht bij de oorsprong van de primaten te staan. Purgatorius uno van omstreeks 65 miljoen jaar geleden is het oudste bekende beest dat heel diep in de wortel van de primaten boom staat.
De oudst bekende echte primaat is Teilhardina asiatica, in 2004 beschreven door Ni Xijun, Wang Yuanqing, Hu Yaoming en Li Chuankui op grond van een deel van zijn schedel en de onderkaak. Teilhardina asiatica behoort tot de Omomyidae, en is 55.5 miljoen jaar oud. Er zijn nog meer soorten Teilhardina bekend dan alleen Teilhardina asiatica.
Beard 2008, fig 2
De Adapiformes horen bij de Strepsirrhini, zitten samen in een groep met de lemuren. Ida, Darwinius masillae, behoort net als de ook in Messel gevonden en even oude Europolemur tot de Adapiformes. Dat betekent dat ze niet in de groep Haplorhini zit, dus niet in de groep waar ergens ook de mens in zit. Zodat Ida op geen enkele manier bijdraagt tot enige kennis over de afstamming van de mens ---- het is ook minimaal 42 miljoen jaar later dat die tak begint. Voor die tijd zijn er nog heel veel apen.
De auteurs, Franzen et al in PloS ONE, beweren dat de Adapiformes meer bij de Haplorhini horen. Daar geven ze weinig onderbouwing voor. Dat moet je anders doen. Zo bijvoorbeeld. Dit is de onderbouwing van de plaats van Teilhardina binnen de primaten:
Ni et la 2004 figuur 3. Fylogenie gebaseerd op 303 morfologische kenmerken, (194 dental, 49 cranial, 56 postcranial and four soft tissue characters); Sterretje: levende sort; blauw: overdag actief; groen: nachtdier; oranje: onbekend; Schaalstreepje onderaan: 30 kenmerken. Teilhardia asiatica
Figure 1 The skull of Teilhardina asiatica sp. nov. (IVPP V12357). a, Dorsal view of the skull. b, Reconstruction of the skull based on IVPP V12357, with grey shadow indicating the missing parts. Scale bar, 5 mm. Ni et al, 2004. A euprimate skull from the early Eocene of China. Nature 427:65-68
DE OUDSTE PRIMAAT Teilhardina asiatica is de meest primitieve soort van het geslacht Teilhardina. De geschatte leeftijd is 54.97 miljoen jaar, op de grens van Paleoceen en Eoceen. De plaats van T. asiatica is aan de wortel van de radiatie van de euprimaten, de echte primaten, dat zijn de primaten zonder de Plesiadapoidea. T. asiatica is tegelijk de oudste soort die bij de Haplorhini hoort. Het meest primitieve geslacht van de tot de Strepsorrhini behorende Adapiformes, Donrussellia, is uit het vroege Eoceen (55 tot 49 miljoen jaar geleden), vermoedelijk later dan Teilhardina asiatica. (prof . Gerdien De Jong )
Darwinius masillae hoort bij de subfamilie Cercamoniinae van de Notharctidae; in de laatste figuur komt Ida dus bij Notharctus te staan. Ver van de mens.
Familie Cebidae (Kapucijnaapjes, doodshoofdaapjes en klauwaapjes) Familie Atelidae (Grijpstaartapen) Familie Pitheciidae (Saki's, oeakari's, springaapjes en nachtaapjes)
Het zou het eerste volledige skelet zijn van een onbekende soort van adapoïden. Een uitgestorven diersoort en voorouder van de maki's.
Volgens de wetenschappers is Ida een dier dat kenmerken heeft van maki's als van apensoorten waaruit apen en mensen zich hebben ontwikkeld.(Smalneusapen) "Oude wereld" apen
Credit: M. Schweitzer *Hadrosaur bone "cell" suspended in the white fibrous matrix that remains after bone demineralization (Image: Mary H. Schweitzer)
*Multiple hadrosaur red blood "cells" surrounded by white, fibrous matrix (Image: Mary H. Schweitzer)
*Hadrosaur bone "cells" extending into remnants of white fibrous matrix (Image: Mary H. Schweitzer)
Paleontologen uit North Carolina hebben fossiel collageen gevonden in de achterpootbot van een Brachylophosauruscanadensis ( - 80MY )
Het fossiel werd in 2006 ontdekt en in 2007 opgegraven in de Amerikaanse staat Montana.
Het " zachte weefsel" lijkt osteociet te bevatten (pijltje ) en werd gevonden na het demineraliseren van het bot
Schweitzer, M.H., et al. 2009. Biomolecular Characterization and Protein Sequences of the Campanian Hadrosaur B. canadensis. Science 324(May 1):626.
Abstract ; Molecular preservation in non-avian dinosaurs is controversial.(*) We present multiple lines of evidence that endogenous proteinaceousmaterial is preserved in bone fragments and soft tissues froman 80-million-year-old Campanian hadrosaur, Brachylophosauruscanadensis [Museum of the Rockies (MOR) 2598]. Microstructuraland immunological data are consistent with preservation of multiplebone matrix and vessel proteins, and phylogenetic analyses ofBrachylophosaurus collagen sequenced by mass spectrometry robustlysupport the bird-dinosaur clade, consistent with an endogenoussource for these collagen peptides. These data complement earlierresults from Tyrannosaurus rex (MOR 1125) and confirm that molecularpreservation in Cretaceous dinosaurs is not a unique event.
'Zacht weefsel' uit Tyrannosaurus-bot wellicht niet fossiel Auteur: prof. dr. A.J. (Tom) van Loon
In 2005 werd de paleontologische gemeenschap - en in feite ook de biologische gemeenschap vanwege de mogelijk verregaande consequenties ten aanzien van het werken met fossiel genetisch materiaal - opgeschrikt doordat onderzoekers claimden dat zij zacht weefsel hadden aangetroffen in het 68 miljoen jaar oude bot van een Tyrannosaurus rex (zie ook Geonieuws 571). Het ging daarbij om nog buigbare bloedvaten die binnen in het bot, afgeschermd van de buitenwereld, ontkomen zouden zijn aan de normale rottingsprocessen. Het ziet er nu echter naar uit dat men te vroeg heeft gejuicht: wellicht gaat het helemaal niet om fossiel materiaal, maar om een dun laagje slijmachtig materiaal dat recent door microorganismen is gevormd.
Goed bewaard gebleven bot uit de Lance-Formatie, gebruikt voor onderzoek met de scanning electron microscope. Schaalstreep 10 mm
Het in 2005 gepresenteerd materiaal was overigens overtuigend genoeg: nadat de onderzoekers delen van het Tyrannosaurus-bot in zuur hadden opgelost, vonden ze buisjes die op bloedvaten leken, donkerrode bolletjes met een grootte die overeenkomt met die van rode bloedlichaampjes, en lange, dunne structuren die lijken op osteocyten (de meest voorkomende cellen waaruit botmateriaal is opgebouwd). Met dezelfde werkmethode vonden de onderzoekers bovendien soortgelijke 'weefsels' in andere dinosaurusbotten. Later vonden dezelfde onderzoekers dat de botten ook kleine hoeveelheden collageen bevatten (een vezelvormend eiwit, en de grootste niet-minerale component van botten).
Framboosvormige clusters van ijzeroxide uit het dinosaurusbot. Hun grootte van ca. 10 micron is gelijk aan die van rode bloedcellen. Schaalstreep 3 micron
Een ander onderzoeksteam meent nu dat het niet gaat om fossiel materiaal, maar om een verontreiniging die bij de behandeling of via natuurlijke processen is ontstaan. Ze kwamen tot die conclusie door gebruik te maken van een nieuwe techniek. Waar de oorspronkelijk onderzoekers stukjes bot in zuur hadden opgelost en het residu analyseerden, daar kraakten de 'nieuwe' onderzoekers tientallen botten gewoon om te kijken of er zacht weefsel in te vinden was. Tot de botten die ze zo bekeken behoorden ook botten van Tyrannosaurus rex uit dezelfde 68 miljoen jaar oude formatie waaruit de oorspronkelijk onderzochte botten waren gekomen. Andere botten waren ca. 30 miljoen jaar oud, en weer andere 'slechts' zo'n 10.000 jaar of zelfs maar enkele tientallen jaren.
Zich vertakkende buisvormige structuren die vergelijkbaar zijn met de structuur in poreuze botten. De structuren blijven achter na demineralisatie in een zuurbad. Schaalstreep 100 micron
Inderdaad werden bij het nieuwe onderzoek weer de framboïdale (framboosvormige) structuren gevonden die de oorspronkelijke onderzoekers aanzagen voor clusters van rode bloedlichaampjes. Zulke structuren zijn mineralogisch vooral bekend van pyriet (FeS2). Bij analyse bleek het echter te gaan om ijzeroxiden. Dat is niet zo merkwaardig, want het is bekend dat framboïdaal pyriet onder oxiderende omstandigheden op den duur overgaat in ijzeroxide met nog steeds dezelfde framboosachtige vorm. Het is daarom aannemelijk volgens de onderzoekers dat het niet gaat om fossiele rode bloedlichaampjes, maar om een normaal mineraal.
SEM-foto van coatings van vaatwanden die op natuurlijke wijze loslaten van een gebroken bot. Schaalstreep 150 mm
Het nog plooibare zachte weefsel dat werd aangetroffen is volgens de onderzoekers evenmin fossiel organische materiaal: het zou gaan om recente dunne laagjes die door microorganismen worden gevormd. Ze baseren dat op het feit dat ze dergelijke laagjes in bijna alle fossiele botten aantroffen, ook in botten die ze uit een groeve opdiepten en waarvan C-14 dateringen aangeven dat het bot dateert van na 1950. Iets dergelijks geldt voor het eerder aangetroffen collageen: de onderzoekers verwijzen naar recente publicaties waaruit blijkt dat sommige bacteriën een laagje eiwit op hun oppervlak vormen dat wel op collageen lijkt, maar het niet is. Daardoor kunnen analyses collageen aangeven waar het niet aanwezig is.
De oorspronkelijke onderzoekers zijn nog niet overtuigd dat hun 'weefsels' niet fossiel zijn. Ze wijzen erop dat de laagjes die bacteriën vormen dikker zijn dan de laagjes die zij aantroffen, en dat 'hun' laagjes overal even dik zijn, wat bij bacterieel gevormde laagjes onwaarschijnlijk is. Uit geen enkel onderzoek is bovendien bekend dat dergelijk bacteriële laagjes ook buisvormig kunnen zijn. Verder wijzen ze erop dat hun collageen eigenschappen vertoont (o.a. de verhouding tussen glycine en alanine) die bekend zijn van het collageen van recente kippen (relatief nauwe verwanten van dinosauriërs). Het aangetroffen collageen zou volgens John Asara, een analytisch chemicus van Harvard, bovendien bot-specifiek zijn en geen veelvoorkomende eiwitachtige verontreiniging.
Het laatste woord over deze materie is zeker nog niet gesproken. Verwacht mag worden dat er in de komende tijd nog heel wat harde noten (en Tyrannosaurus-botten) zullen worden gekraakt.
Referenties:
Kaye, Th.G., Gaugler, G. & Sawlowicz, Z., 2008. Dinosaurian soft tissues interpreted as bacterial biofilms. PloS ONE 3(7):e2808. Doi:10.1371/journal.pone.0002808.
Zimmer, C., 2008. Is dinosaur 'soft tisue' really slime? Science 321, p. 623.
Foto's: Thomas Kaye, Department of Paleontology, Burke Museum of Natural History, Seattle, WA (Verenigde Staten van Amerika).
Er is ook in de monsters uit de T. rex-botten hemoglobine van struisvogels aangetoond, een zuurstofbindende stof in het bloed.
Het lijkt onwaarschijnlijk maar toch kunnen de fossiele overblijfselen van een 80 miljoen-jaar-oude dinosaurus nog resten van zacht weefsel en fragmenten van proteïnen bevatten.
Mary H. Schweitzer, een paleontologe gespecialiseerd in de gewervelden , aan de De Univ van Noord-Carolina in Raleigh, en haar collega's melden op 1 mei 209 in Sciences dat ze flexibel weefsel in een 80 miljoen-jaar-oud fossiel dijbeen van een hadrosaur hebben gevonden Het weefsel lijkt op het collageen dat na de demineralisering van beenderen van moderne-vogels achterblijft ____Vogels zijn natuurlijk de groep die de paleontologen als nauw verwant aan de dino's beschouwen
In 2005, kondigden Schweitzer en verscheidene haarcollega's ( die nu weer van de partij zijn ) gelijkaardige resultaten aan met de toendertijd gloednieuwe vondst van een 68 miljoen-jaar-oude Tyrannosaurus rex Latere chemische analyses suggereerden sterk dat die TRex fossielen fragmenten van collageenproteïne moesten bevatten
Nu stellen de nieuwe vondsten en analyses van het hadrosaurusfossiel , dat ____naast deT rex proteines en collageen ____ook fragmenten van elastine en laminine aanwezig zijn :Net als het collageen, zijn dat extracellulaire proteïnen die in zachte weefsels worden gevonden .
Organisch materiaal van gestorven dieren blijft in fossielen meestal niet bewaard. De plaats ervan wordt ingenomen door minerale afzettingen die alleen de vorm van het oorspronkelijke weefsel laten zien. De studies van Schweitzer zijn verrassende uitzonderingen
Het nauwkeurige recept van de set milieuvoorwaarden die tot het behoud van dergelijk moleculaire fossielen leiden ,is nog een goed bewaard geheim van de natuur , zegt Schweitzer.
"We have some ideas about the chemistry that might allow such preservation, but we're still in the process of working it out. Stay tuned!"
Nochtans brengt het onderzoek van het team naar voren dat de plotselinge begrafenis van een dinosauruskarkas in een poreus, zandig materiaal één van de sleutels kan zijn bij een dergelijke uitzonderlijke fossilisatie ....
De monsters van de eendenbekdino heeft Schweitzer door twee onafhankelijke laboratoria laten testen. Ze heeft haar uiterste best gedaan te voorkomen dat botmonsters vervuild raakten. Ze gebruikte steriele gereedschappen en deed de monsters meteen in een verzegelde fles.
De voor bindweefsel kenmerkende weefselstructuur werd geanalyseerd met een elektronenmicroscoop. Acht stukjes van het kenmerkende eiwit collageen zijn geïdentificeerd door daaraan antilichamen te laten binden. Dat zijn moleculen die dieren aanmaken in reactie op lichaamsvreemde stoffen. In de massaspectrometer vertoonden de eiwitfragmenten een grote gelijkenis met stukjes collageen van vogels. Naast collageen, een veelvoorkomend eiwit in botten, vonden Schweitzer en haar collegas in het dijbeen ook laminine, een eiwit dat spieren met botten verbindt en elastine dat botten verstevigt.
De groep die de de vondst van de Xiongguanlong baimoensis (zie ---> Schrikaanjagende hagedissen )bekend maakte en beschreef in the proceedings of the royal society beschreef in datzelfde nummer eveneens de vondst van drie exemplaren van een nieuwe struisvogelachtige theropode Beishanlong grandis,--> Beishanlong - Wikipedia
De reusachtige (met veel basale " primitieve " trekken voor een ) ornithomimosaurus , werd ontdekt tijdens de vondst van de tyrannosauride Xiongguanlong baimoensis in dezelfde formatie .
Het is echter niet mogelijk met zekerheid te beweren dat het nieuw ontdekte beest tanden bezat in een snavelachtige muil ( zoals sommigen al vlug geneigd zijn te doen ) want de schedel v/h fossiel ontbreekt nu eenmaal Het dier bezat lange voorarmen en klauwen
Bewaarde gedeeltes van het post-craniale skelet leveren echter wel goedemorfologische aanwijzingen om het dier te plaatsen tussen de Shenzhousaurus en deGarudimimus
TWISTED NECK /Shenzhousaurus is a spectacularly preserved example of an ostrich dinosaurbipedal, long-legged, long-necked, usually toothless animals that resemble modern ostriches. This specimen has teeth, suggesting it is a very primitive form. It lies in a classic death pose, with the head pulled back over the body because of the contraction of the strong nuchal ligament in the neck. Identical poses occur among modern birds. A long neck accentuates the effect. http://discovermagazine.com/2005/jun/dragons-of-liaoning/article_view?b_start:int=1&-C=
Maar deze nieuwe fossielen bevestigen vooral dat de Ornithomimosauria, minstens drie maal , reusachtige dieren ontwikkelde (en wanneer Deinocheirus ook tot die groep behoort zijn het er minsten vier )
(Best gelukte) reconstructie( opbasis van o.a. CT scans ) van Struthiomimus sedens BHI 1266. Credit: University of Manchester
en nu dus ook Beishanlong Die laatste was de grootste( als men Deinocheirus niet tot de groep rekent ) en woog tot 626 kg ( 440 kg f=Gallimimus. )
Bovendien wordt voorgesteld dat de vondst een juveniel is Hoe groot een volwassen exemplaar dan wel moet kunnen worden , is nog niet geweten Er zijn al speculaties die veronderstellen dat de beishalong een zuster tak ( genus ) of een nieuwe soort, zou kunnen zijn van Deinocheirus
Midden april 2009 werden (alweer) nieuwe "overgangsfossielen " gepresenteerd ...
-Uit China kwam een aanvulling op de stamboom van de tyrannosauroidae Xiongguanlong -Uit Canada een " zeehond met echte poten "Pujilla Darwini
Het grote belang van deze "zeehond "- ontdekking is gelegen in het feit dat .... van de drie extante zeezoogdiergroepen , de zeekoeien ( verwant met klipdassen en olifanten ) , de walvisachtigen ( verwant met "roofzuchtig " geworden en allesetende hoefdieren ) , de groep der zeehondachtigen ( pinnipedae/ verwant met carnivoren als beren , otters en marters ) tot nu toe nog geen fossielen van een echte semi- aquatische voorouder van deze laatste , voorradig was ...
De ( bijna voorspellende ) intuitie van Darwin die ooit in de " On the Origin of Species," schreef ;
"A strictly terrestrial animal, by occasionally hunting for food in shallow water, then in streams or lakes, might at last be converted in an animal so thoroughly aquatic as to brave the open ocean,"
is daarbij uiteindelijk dichter bij een bevestiging gekomen en wel voor alle drie de mariene zoogdiergroepen ...
De ontdekking van Pujilla staat uitvoerig beschreven in het Nature-nummer van 23 april
Moderne vinpotigen hebben allemaal flippers - aanpassingen aan de ledematen voor het glijden door het water. Paleontologen hebben lang gedacht dat deze gespecialiseerde vinpoten door de tijd heen evolueerden toen landlevende dieren steeds meer het water gingen verkennen Maar tot aan de ontdekking van Puijila , hadden de vroegste bekende vinpotige (= Enaliarctos) fossiele getuigen reeds flippers.
De onderzoekers dachten aanvankelijk dat ze te maken hadden met een prehistorische otter, maar toen ze het fossiel beter bestudeerden kwamen ze erachter dat ze een veel spannender soort te pakken hadden, die licht zou kunnen werpen op een belangrijk onderdeel van de dierlijke evolutie.
De romp van het dier lijkt veel op dat van een otter , maar vertoont ook zeehonden kenmerken : het zijn de schedel en vooral de tanden die duidelijk tonen dat ereen de dichte verwantschap is met de zeehonden
a, Palatal view of skull; b, lateral view of skull and mandible, left side; c, occlusal view of left mandible. Stippling represents matrix, hatching represents broken bone surface. The images are of three-dimensional scans. The brain case was scanned using computed tomography, whereas all other elements were surface scanned. http://www.nature.com/nature/journal/v458/n7241/fig_tab/nature07985_F3.html#figure-title
Op deze site MUSEUM OF NATURE CANADA http://nature.ca/puijila/index_e.cfm wordt daar uitgebreid op in gegaan en kan je ook interactief de gebruikte 3D modellen bekijken
Het "three-dimensional-imaging" centre is daarbij een nieuwe reconstructie-techniek gebaseerd op o.a. scanning van de fossielen (en het digitaal vergelijken met andere fossielen ) http://nature.ca/puijila/fb_3d_e.cfm
(verklaring bij de nummering bovenaan rechts in de figuur )
1.- De meeste carnivoren hebben zes onderste snijtanden ( drie aan elke helf van de onderkaak )- Pujila heeft er vier , net als de extante zeehondachtigen
2.- De bovenste laatste molaren ( kiezen ) zijn erg klein en staan dichter bij de middellijn van de bovenkaak dan bij andere zoogdieren = wijst ook op zeehondachtigen ( pinnipedae)
3.- Groot infra-orbitaal foramen . het infra orbitaal foramen is een opening in de schedel onder de oogholte : de opening verschaft doorgang aan de bloedvaten en de zenuwen die lopen naar de voorkant van de snuit en de snorharen .Deze opening is groter al naargelang deze tastorganen gespecialiseerder en efficienter zijn Dat is het geval bij moderne zeehondachtigen : sommigen kunnen zelfs met hun snorharen de door de prooi gemaakte minieme waterbewegingen detecteren en gebruiken .... De aanwezigheid van een groot IOF bij Pujilla kan wijzen op een hoog gespecialiseerde snuit en snorharen , vergelijkbaar met die van huidige zeehonden en verwanten
De snorharen van een zeehond zijn bijzonder rijk voorzien van zenuwen. Snorharen (vibrissae) zijn dus heel gevoelig voor trillingen in het water. Daardoor kan een zeehond de waterbewegingen voelen die veroorzaakt worden door een zwemmende vis. Zo kunnen zeehonden ook in troebel of diep water met weinig licht jagen, ook al hebben de ogen in dergelijke omstandigheden grote beperkingen. Zelfs als een zeehond volledig blind is, kan hij zijn voedsel met behulp van zijn snorharen zonder problemen vangen. Blinde zeehonden worden daarom altijd door Zeehondencrèches terug uitgezet; en erzijn veel aanwijzingen dat deze dieren het prima doen. Naast het grote aantal zenuwen dat met de snorharen verbonden is, hebben ze ook een eigen bloedvoorziening, waarmee de temperatuur optimaal gehouden kan worden voor het registreren van trillingen. Niet allen in het water, maar ook op het land gebruiken zeehonden hun snorharen. Als ze naar elkaar toekomen, of iets van nabij willen bekijken, of nieuwsgierig zijn, worden de snorharen "uitgespreid" en kunnen ze van iets extra informatie krijgen door met hun snorharen te "voelen".
4.- Zeehonden hebben grote , gemakkelijk prooien detecterende ogen, met onderwaterzicht (blinde zeehonden kunnen zich waarschijnlijk ook goed redden door hun zeer gevoelige snorharen - als "voel" detectoren te gebruiken ) Pujilla deed waarschijnlijk geen diepe duik-manoevers , maar de grote ogen waren zeker nuttig tijdens de jacht in het water , en vooral dan tijdens de donkere nachten van de arctische winter
Alhoewel sommige van die karakteristieken ook afzonderlijk kunnen voorkomen bij allerlei andere roofdieren , zijn ze allen samenalleen maar aanwezig bij de pinnipedae (en de Pujilla uiteraard = maar dan in andere gradaties ? )
Paleontologen suggeerden dat deze proto-zeehonden leefden op het land en in het zoetwater De lengte van het dier werd geschat op circa 110 centimeter van kop tot staart
"De overgang van land naar zee in vinpotigen is altijd moeilijk te bestuderen geweest omdat het fossiele bewijs zwak was... ....Puijila is belangrijk omdat het zicht geeft op de vroegste stadia van deze belangrijke evolutionaire overgang.
.....De vondst suggereert dat de pinnepedae een ( vroege ) zoetwater-fase kenden in hun evolutie " ,zei Natalia Rybczynski Canadian Museum of Nature (CMN) in Ottawa, de leidster van het veldonderzoek . "Het laat ons ons tevens toe , een blik te werpen op het voorkomen van de pinnepedae vooraleer ze uitgerust waren met flippers "
Het skelet van Puijila darwini is prachtig bewaard gebleven .De fossielen zijn per toeval gevonden tijdens een expeditie in 2007 op Devon Island /Nunavut, Canada : en in 2008 tijdens een nieuwe expeditie naar de vindplaats, in zijn context geplaatst en completeerd .....
Het skelet was voor 65% compleet ; het geeft een goed idee over de evolutie van de ledematen van de Pinnipedae De ledemaatsbeenderen duiden erop dat het dier op het land rechtop kon rondlopen Maar de voet verwijst nogal expliciet naar zwemvliezen tussen de tenen ; Het fossiel werd gevonden in een voormalig meteorieten-krater meer dat eveneens fossiele vissen liet zien uit dezelfde periode ; dat is een bijkomend bewijs voor een semi-aquatisch verleden in zoet water ....De meerbodem waar het fossiel in werd gevonden verwijst er naar dat deze semi-aquatische zoogdieren ook de overgang van zoetwater naar zeewater doormaakten. Dergelijke zoetwatermeren zullen in de winter bevroren zijn geweest, waardoor deze dieren genoodzaakt waren over land richting zee te trekken om voedsel te zoeken ? ".... Puijila bezat zware ledematen , indicatief voor goed ontwikkelde spieren , en afgeplatte phalanges (= vinger en teen-beentjes )wat op zijn beurt eigen is aan een van zwemvliezen-voorzien voet "
zei Mary Dawson from the Carnegie Museum of Natural History in Pittsburgh, US, een andere van de teamleden betrokken bij de ontdekking en het opstellen van het eerste verslag
"Dit dier was goed aangepast aan zowel het lopen op het land als het zwemmen in zoet water Om te zwemmen peddelde het dier met zowel de voor- als achterpoten. .....Puijila is het evolutionaire bewijsstuk waarop we zolang hebben moeten op wachten "
Samen met zijn gewebde poten had Pujilla een langgerekt, gestroomlijnd lijf waardoor het goed en snel door het water kon glijden.
Zijn grote tanden, korte snuit en korte kaak wijst op een goede bijtkracht. Puijila jaagde waarschijnlijk zowel op het land als in het water; de mogelijk bewaarde resten van de maaginhoud wijzen erop dat het laatste maal van het dier bestonden uit een eend en een knaagdier.
Puijila zelf was geen voorouder van de moderne zeehonden, maar de onderzoekers denken dat beide groepen uit dezelfde gemeenschappelijke voorouder ontstonden.
Er wordt nog steeds onderzoek gedaan naar waar Puijila in de evolutionaire stamboom van de vinpotigen past.
Strict consensus cladogram of the eight most parsimonious trees. See Methods and Supplementary Information for additional details.
Natalia Rybczynski, Mary R. Dawson & Richard H. Tedford
Summary of the article: Modern pinnipeds (seals, sea lions and the walrus) are semi-aquatic, generally marine carnivores the limbs of which have been modified into flippers. Recent phylogenetic studies using morphological and molecular evidence support pinniped monophyly, and suggest a sister relationship with ursoids (for example bears) or musteloids (the clade that includes skunks, badgers, weasels and otters). Although the position of pinnipeds within modern carnivores appears moderately well resolved, fossil evidence of the morphological steps leading from a terrestrial ancestor to the modern marine forms has been weak or contentious. The earliest well-represented fossil pinniped is Enaliarctos, a marine form with flippers, which had appeared on the northwestern shores of North America by the early Miocene epoch. Here we report the discovery of a nearly complete skeleton of a new semi-aquatic carnivore from an early Miocene lake deposit in Nunavut, Canada, that represents a morphological link in early pinniped evolution. The new taxon retains a long tail and the proportions of its fore- and hindlimbs are more similar to those of modern terrestrial carnivores than to modern pinnipeds. Morphological traits indicative of semi-aquatic adaptation include a forelimb with a prominent deltopectoral ridge on the humerus, a posterodorsally expanded scapula, a pelvis with relatively short ilium, a shortened femur and flattened phalanges, suggestive of webbing. The new fossil shows evidence of pinniped affinities and similarities to the early Oligocene Amphicticeps from Asia and the late Oligocene and Miocene Potamotherium from Europe. The discovery suggests that the evolution of pinnipeds included a freshwater transitional phase, and may support the hypothesis that the Arctic was an early centre of pinniped evolution.
Robben of zeehonden ( Phocidae *) zijn evenals de katten en de honden : Carnivora.** Ze ontstonden in het Laat-Oligoceen, dertig miljoen jaar geleden, in het zoetwater van de noordatlantische arctische gebieden ( zoals NU wordt aangenomen ) en stammen waarschijnlijk af van otterachtige gemeenschappelijke voorouders met dicht verwante fossiele exemplaren als Potamotherium. ,de nu gevonden " transitionnal" Pujila en de Enaliarctos) * (zie stamboom hierboven )
De robben verspreidden zich al snel over de Arctische, Antarctische en Pacifische wateren en pasten zich aan een marien visetersbestaan aan. Voor de voortplanting moeten de huidige soorten echter nog steeds het land op.
De phociden worden veelal aangeduid als echte robben (of zeehonden) zonder oorschelp, om ze te onderscheiden van de otariiden, de oorrobben (zeeleeuwen en pelsrobben) met oorschelp. De phociden zijn tegenwoordig talrijker en vormenrijker dan de zeeleeuwen, pelsrobben en walrussen, *maar er zijn van deze dieren slechts weinig fossielen gevonden.
* zoals steeds is er weer een weelde van verschillende "systematica" -namen , voor dezelfde dieren . Houdtt in gedachten dat alle hier vernoemde groepen en fossielen (volgens deze ontdekkers/ paleontologen ) behoren tot een en dezelfde groep:de pinnipedia
** dat zijn ook de beren ...
Darwin had het over een " beer "die in het water met open muil rondzwom en insekten opat "
dat heeft voor de nodige hilariteit gezorgd , vooral onder de creationisten ... Dat idee is natuurlijk in het geval van walvissen( en dat had Darwin op het oog met zijn "zwemmende beer" als walvis- voorouder , onderstrepen de creato's telkens weer ) en zeekoeien onhoudbare en ongewilde " humor "gebleken ,voor de moderne paleontologen en post-darwin zoologen , maar in het geval van de robben is een verwantschap met andere carnivoren en een verre link met primitieve beer-achtige neven aangetoond : natuurlijk was het geen extante beer die rondzwom in het water : eeder een otterachtig dier : Neen , een " klein teddybeertje " was het ook niet )
Enaliarctos mealsi:
Reconstructie van de oudst bekende zeehond ( + -30MY) Enaliarctos mealsi:
A) Original fossil material; B) Reconstruction of Enaliarctos mealsi (USNM 374272); C) Life restoration of B; D) comparison with the closest living relative, the Southern Sea Lion, Otaria flavescenes (redrawn from Blainville). Illustrations by Mary Parrish under the direction of Annalisa Berta and Clayton Ray. Published in the Journal of Vertebrate Paleontology. The stipple technique (A, B) and graphite pencil technique (C) were used to render the illustration.
Tot nu toe was het meest "primitieve "/oudste bekende pinnipeda -fossiel de Enaliarctos Die is gedateerd binnen ( ongeveer ) dezelfde tijdsperiode als Pujilla (die minstens -20MY oud is ) Maar Enaliarctos leefde aan de noordwestelijke kusten van Noord amerika in het zoute water van de arctische zeeen
Enaliarctos bezat al flippers, maar moest waarschijnlijk aan wal zijn opgeviste prooien opeten , waar moderne zeehonden en aanverwanten dat opeten van de (zee)prooien ook lukken in volle zee ...
Het is intrigerend dat de verschillende extante soorten van de zeehonden er verschillende zwemstijlen op na houden - ofwel roeien en draaien ze met hun arm-vinnen , ofwel wrikkelen ze van links naar rechts met hun achtereinde waarbij hun "achterpoten " de krachtige voorstuwing verzorgen en ook dienen als roer . Enaliarctos lijkt in staat te zijn geweest beide moderne zwemstijlen te gebruiken ..- een vierbenig dier met vier zwemvlies-voeten , zoals Pujilla, is de logische te verwachten voorloper van een dergelijk verder geavanceerd vierbenig zeedier
Het team is van plan om dit jaar nog terug te gaan naar Devon Island om naar meer fossielen te zoeken.
*** View details De Enaliarctos. Deze leefde in het Oligoceen, zo'n 30 miljoen jaar geleden. Hij had voor een zeehond wel erg lange achterflippers. *** In het Mioceen leefde in Europa Phocanella, een minizeehondje, zo groot als een flink konijn. Er waren nog meer soorten zeehonden die nu uitgestorven zijn. http://vertebresfossiles.free.fr/touraine/phocides.htm *** In het Plioceen bestonden ook grote walrussen, die slagtanden in de bovenkaak en onderkaak hadden, Alachtherium. http://www.geologievannederland.nl/fossielen/zoogdieren/walrus-alachtherium Alachterium cretsi Norwich Crag / Easton Bavents.
Alachterium "africanus " /Pliocène terminal de Ahl al Oughlam (Casablanca, Maroc). Two distal humeri, a distal tibia and a piece of mandible http://www.evolhum.cnrs.fr/geraads/aao/wwalrus.htm Aivukus, Miocene walrus View details *** In de ijstijden kwamen in de buurt van de Noordzee zeehonden voor die nu in de poolstreken leven, zoals de baardrob en de zadelrob. Walrussen kwamen hier toen ook voor.
Walrus evolutie ( D. Prothero illustreert hier de (mogelijke ) transitie tussen rob-achtige zoogdieren en walrus-achtigen )
De nieuwe ontdekking van Pujilla wijst er ook op dat robben , zeeleeuwen , walrussen(=de vinpotigen ) en dergelijke , waarschijnlijk allen onstonden in de Noorpool gebieden .... Puijila is het eerste fossiele bewijs dat vroege vinpotigen in het Arctische gebied leefden, zegt Rybczynski. Deze ontdekking steunt de hypothese dat het Arctische gebied een geografisch middelpunt in de evolutie van de vinpotigen was.
De blijkbaar op ( grote ) mensenmaat ontwikkelde Xiongguanlong baimoensis (grijs ) is de eerste gevonden fossiele vertegenwoordiger , (in de omgeving van de chinese stad Jiayuguan/AptianAlbian Xinminpu Groep west China) die zich vermoedelijk fylogenetisch ergens bevindt ( in een groep ) tussen de kleinste en oude bekende barremieniaanse( zie onderaan appendix ; tijdsindeling krijt ) tyrannosaurus-achtigen ( bijvoorbeeld Dilong paradoxus, __links in het afmetingen -diagram en Eotyrannus ) en de meest recente reuzensoorten uit het laat krijt als de Tyrannosaurus rex.
Deze basale tyrannosauroida is hier afgebeeld met verenpak
Nieuwe stamboom ? (OPGELET : ik heb de Xiongguanlong toegevoegd aan een bestaand diagram uit Nature / Dit is een voorlopig schema___bij gebrek aan iets beters ___ dat geen autoriteitswaarde heeft )
Xiongguanlong is, in deze eerste phylogenetische analyse ,voorgesteld als een zuster taxon van de Tyrannosauridae en de Appalachiosaurus,
Eotyrannus
Dilong Paradoxus ( artistieke reconstructie-interpretatie ) ook de Dilong wordt beschouwd als een "gevederde " dino
Vergelijking van de afmetingen van Mens /Dilong /Xiongguanlong /T.rex Xiongguanlong baimoensis past in skeletbouw en in de datering van de aardlagen waarin zijn fossiele resten gevonden zijn, precies in tussen beide groepen tyrannaosaurus-achtigen
Het argument dat ook de lichaamsgrote hem precies in "een middengroep " situeert is een krachteloze en niet- relevante uitspraak wanneer je alleen maar naar de afmetingen kijkt ( t'is wél een argument dat zowat in alle kranten opduikt ;samen met het eeuwige gezeur over het " gat " ...tsja dat heeft enige entertainent waarde natuurlijk ....) Er zijn wel degelijk zowél "grotere als kleinere " tyrannosauroidae in de geologisch oudere vondsten aanwezig ( zie boven ) Hij past dus op zijn best in die(grote ) groep ( wanneer je alleen maar de afmetingen bekijkt )
Het afmetingen - argument is slechts een ondersteuning , een bijzaak ....
De botresten van de Xiongguanlong baimoensisvertonen veel overeenkomsten met de lichaamsbouw van de Tyrannosaurus rex. Maar er zijn natuurlijk ook verschillen
Xiongguanlong is ongewoon binnen de tyrannosaurus- soorten doordat het dier een lange en smalle snuit bezat i.p.v.de brede , massieve muil die de laat krijt T Rex de grote optimale bijtkracht verschafte
Makovicky, "de proporties van de Xiongguanlong schedel , zijn echter identiek aan die van juveniele exemplaren van de grote tyrannosurussen ...Dat bevestigd dat de sterk gebouwde (1)schedels van T Rex en verwanten , ontstonden uit de schedels met lange smalle en spitse snuiten zoals die van Xiongguanlong."
Tot nu toe zijn er fossielen gevonden van twee groepen ( met elkaar verwante )tyrannosaurus-groepen De kleine ( en oudste ) tyranaosaurus-achtigen en de bekende /populaire Tyrannosaurus rex aan het einde van het Krijt
Er is ( was? ) een gat van 40 tot 50 miljoen jaar waarvan we maar weinig fossiele gegevens hebben, zo verklaart de Amerikaanse onderzoeksleider Peter Makovicky op BBC News. Dat( specifieke) gat (in het fossielen-bestand over de tyrannosauriers evolutie ) , kunnen we nu mogelijk (gedeeltelijk) opvullen. De X Baimoensis vormt een mooie link tussen de twee groepen.
Marc Norell , teamlid en paleontoloog aan het " American Museum of Natural History / New York" "Xiongguanlong bevestigd dat de tyrannosurus-soorten begonnen als kleine tot middelgrote predatoren , maar een aantal eigenschappen , verbonden aan de enorme bijtkracht van de latere T. rex , waren reeds in volle ontwikkeling /aanwezig in deze relatief vroege tijden van de tyrannosaurier - ontwikkeling
Het uitsterven van de dino's was niet de (hoofdoorzaak) van de diversifikatie van de moderne placentale zoogdieren I Het werk van Olaf R.P. Bininda-Emonds
Eén theorie , verbond (tot dan toe )de verdere opkomst van de zoogdieren rechtstreeks met het verdwijnen van de dinosaurussen. Deze theorie werd door de nieuwe studie ondermijnt en wel op grond van de meest complete zoogdierenstamboom die toen werd opgesteld en gepubliceert . (1)
Gebruik de " zoom"functie op de rand van de cirkel (vergroting tot x 3200) om de details te zien van de afstammingslijnen van diverse zoogdieren.... De meeste geprogrammeerde computers kunnen dit document automatisch openen Maar u hebt wel "Adobe Reader" nodig /Heb je die(nog) niet ? Download hier -->Adobe reader http://get.adobe.com/nl/reader/
Op het stamboomdocument staan de huidige zoogdierfamilies aan de buitenrand van de schijf. Hoe meer naar het midden, hoe langer geleden.
De de eerste afsplitsing in de zoogdierstamboom onstond -166 million (My) : de monotremen zoals het vogelbekdier en de echidna ( zwart ) takten afvan de rest van de zoogdieren . Buideldieren zoals opposums, kangaroes en koala's (oranje) scheiden zich af van de placentale zoogdieren ongeveer -148 My . Binnen de placentale zoogdieren ( de andere kleuren ) , waren ALLE extante orden al aanwezig -75 MY.
( Een komplete lijst van de ingekalkuleerde soorten vindt je ---> NCBI Taxonomy website [Eutheria].<klik)
De stippellijn geeft de komeetinslag aan waardoor 65 miljoen jaar geleden de dinosauriërs uitstierven. De oorsprong van veel zoogdiersoorten zou daarvoor al hebben gelegen. Deze middencirkel geeft aan dat veel orden al minstens -10 MY voor de KT lijn bestonden Het is een van de hoofdconclusies van deze meta-analyse ; De belangrijkste diversificaties in orden greep bij de zoogdieren plaats voor het uitsterven der non-aviale dino's Dat zet de theorie dat de dino's plaatsmaakten voor "zoogdieren " op losse schroeven.
De volledige stamboom der zoogdieren van Olaf R.P. Bininda-Emonds Deze stamboom toont hoe de verschillende groepen, zoals primaten en knaagdieren, met elkaar verband staan dmv gemeenschappelijke afstamming en documenteerd ook het moment van hun uiteengaan (aftakking ) Een internationaal team stelde de zoogdier "superstamboom " samen , op grond van bestaande fossiele gegevens en van vergelijkende genetische analyses.
Gedurende het Krijt beheersten de dinosauriers de Aarde, de zoogdieren waren toen relatief gering in aantal, en werden( volgens die oudere opvattingen ) verhinderd te diversifiëren en te evolueren in ecosystemen die gedomineerd werden door de oude heersende reptielen.
Explosieve ontwikkeling Volgens de tot vrij recent gehuldigde meningen , veroorzaakte het uitsterven van de dinosauriërs het verwijderen van deze rem (2) op de zoogdierdiversificatie en kon deze diergroep gaan opbloeien in al zijn biodiverse mogelijkheden,wat meteen de modernere zoogdieren voorlopers op weg zette naar hun huidige machtspositie als nieuwe meesters /heersers van de Aardse biosfeer .
Volgens dit model , waarbij vrijgekomen niches onstonden en werden opgevuld , onstonden(3) en splitsten zich bijvoorbeeld de placentale zoogdieren in grote sub-groeperingen,die snel gediversifieerd raakten na de massa-extinctie der oude reptielen - waarvan altijd is gedacht dat deze primair was veroorzaakt door een vallende asteroïde of komeet 65 miljoen jaar geleden (een scharnierpunt in de aardse geschiedenis dat duidelijk is geregistreerd in de gesteenten en bij geologen bekend als KT grens( 1).
Co-auteur van de paper Kate Jones, van de Zoological Society of London, "Het ' meteoor effect ' is van oudsher ingeschat als de oorzaak van de uiteindelijke dood der dinosauriers en tilde de opkomende zoogdieren over de drempel van het grote succes "
Maar sommige zoogdierentakken profitereerden natuurlijk wél van de teloorgang van de dinosauriërs
Nadere details ; Uit de " superstamboom" blijkt echter dat de placentale zoogdieren, 93 miljoen jaar geleden , reeds opgesplitst waren in diverse orden en lang voor de benodigde "niche" ruimten beschikbaar waren op een moment dat de dinosaurussen nog regeerden op de planeet. Na dit opsplitsen in orden - of bundels verschillende afzonderlijke stamlijnen - bleef de vertakkende zoogdieren- evolutie erg laag om tijdens het Eoceen, 55 miljoen jaar geleden , opnieuw op te starten .
Het begin van het Eoceen werd gekenmerkt door een snelle opwarming van de aarde en een ware explosie van de diversiteit van de zoogdier geslachten.(genera)
"De [superstamboom] is een nieuwe manier om alle zoogdiersoorten van deze planeet te rangschikken en te beginnen met gemeenschappelijke voorouders. De (collaterale ) verwantschappen relaties kunnen worden afgeleid uit morfologische kenmerken en uit(geselecteerde ) genetische sequenties," verklaarde Dr Jones. "Indien we waren vertrokken van nul, dan hadden we de moleculaire en morfologische gegevens van de bekende +4000 verschillende soorten zoogdieren (4)moeten herinterpreteren en ontcijferen .... ....Wat we deden was de reeds gepubliceerde informatie uit honderden onderzoeken en de kennis van onderzoekers over de hele wereld, uitkammen We gebruikten een nieuwe techniek genaamd "supertree construction " die ons in staat stelt om alle informatie die er is , te hercoderen en te heranalyseren , zodat het allemaal deel kon gaan uitmaken van de dataset. "
'Stroman theorie ' De samenstelling van gesteenten en mariene sedimenten onstaan en bewaard op de grens tussen het Palaeoceen en het Eoceen , toont aan dat de wereldwijde temperatuur steeg met ongeveer zes graden Celsius in minder dan 1000 jaar - een gebeurtenis die bekend staat als het " thermisch maximum. "
Dr. Rob Asher, een deskundige in de zoogdieren fylogenie aan de Universiteit van Cambridge, zei: "paleontologen weten al meer dan honderd jaar dat niet alle moderne placentale zoogdier- groepen verschijnen direct na de KT grens. De meeste placentale zoogdieren - en wat ik daarmee bedoel zijn (bijvoorbeeld) katten , vleermuizen , walvissen en mensen - verschijnen in het Eoceen.
Ook lang niet alle dinosaurussen verdwenen aan het eind van het Krijt.... Er was een periode van een paar miljoen jaar aan het einde van het krijt , die getuigen van verschillende extincties van niet-aviaire dinosauriërs(De vogels zijn de nog steeds levende succesvolle afstammelingen van de dino's ). Het oude" leerboek"- idee dat op de KT grens de dinosaurussen verdwenen en de (placentale )zoogdieren opbloeiden leek in paleontologische middens , vroeger al een beetje op een 'stro-man theorie ' "
Maar het idee dat "zoogdier fossielen uit het Krijt ( van voor de kt lijn ) wel eens de ( reeds gediversifieerde ) voorouderlijke vormen vertegenwoordigden van de huidige zoogdieren was een controversiële kwestie..." zei dr. Asher, nog
II Maar natuurlijk stopte het andere onderzoek , de nieuwe theorie ontwikkeling en de ontdekking van nieuwe vondsten niet in 2007
Zoals reeds vermeld profiteerden sommige zoogdieren-stamlijnen waarschijnlijk wél van de teloorgang van de dinosauriërs
Paleontologen willen vooral weten wanneer de voorouder leefde, van wie de mens de placenta heeft geërfd. John Wible van het Carnegie Museum of Natural History en zijn collega's schetsen in Nature ,slechts een paar maanden na Olaf Bininda-Emonds , een nieuw beeld daarover. Het eerste placentale zoogdier zou 65 miljoen jaar terug hebben geleefd. In dat geval had hij weinig last van dinosaurussen. Zo hadden placentadieren de vrijheid om snel te diversieren in nieuwe soorten . (en uiteindelijk is het een heropleving van de traditionele" oude leerboeken-"hypothese , zoals hierboven reeds beschreven )
Deze conclusie is opmerkelijk, omdat in maart Olaf Bininda-Emonds van de Duitse Jena universiteit in hetzelfde blad iets heel anders schreef: Onze moederkoek-voorouders evolueerden geleidelijk en zouden al ruim honderd miljoen jaar oud zijn. In dat geval leefden ze lang samen met de dinosaurussen (OPMERKING dat is dus 35 miljoen jaar voor de uitsterving van de dinosauriers : de claim die in de populaire pers ( alweer veel te tendentieus en volkomen ongenuanceerd )wordt gemaakt dat nu is bewezen dat de "placentale zoogdieren "kort na het verdwijnen der dinosauriers moeten zijn onstaan , is sensatiezoekerij van die pers die het debat tussen creatie en evolutie allicht weer onnodig opstookt ... Merk op dat de "berekeningen van Wible" ook niet steunen op een daadwerkelijk gevonden fossiel )
Wible "berekende" het tijdstip van onstaan van de placentale zoogdieren met uiterlijke(morfologische ) kenmerken (5) , Bininda-Emonds rekende met genen( onder meer: biologische klokken ? ) .
Gerekend moest er worden, want er is nog geen fossiel opgegraven dat uitsluitsel geeft. : dwz Een dateerbaar fossiel waaruit onderzoekers duidelijk kunnen opmaken of het de eerste placentasoort is
INCOMPLEET FOSSIEL-VERSLAG Zowel het moleculaire als het fossiele bewijsmateriaal hebben hun tekortkomingen, zo schrijven Richard Cifelli van het Oklahoma Museum of Natural History en Cynthia Gordon van de universiteit van Oklahoma in een commentaar in Nature. * De moleculair biologen baseren zich op de veronderstelling dat DNA verandert in een meetbaar tempo, ( moleculaire klokken) wat betekent dat de mate van genetisch verschil in moderne dieren een maat is voor de ouderdom van hun gemeenschappelijke voorloper in de evolutie. Echter de ijking van moleculaire klokken dient te geschieden aan de hand van fossiel materiaal van de afzonderlijk bestudeerde groepen * Het fossiele bewijsmateriaal is echter incompleet en dat geldt natuurlijk überhaupt voor de vergelijkende morfologen en vergelijkende anatomen zie verder ook nog http://www.bertsgeschiedenissite.nl/geschiedenis%20aarde/eutheria.htm
De zoogdieren waren ooit grijze muisjes die pas na het uitsterven van de dinosauriërs tot bloei kwamen ? Welnee! Zoogdieren waaierenden al veel eerder uit tot een grote diversiteit aan soorten.Deze welles-nietes kwestie is uitgegroeid tot een controverse onder paleontologen en evolutiebiologen. In een overzichtsartikel heeft Zhe-Xi Luo van het Carnegie Museum of Natural History nu een elegante oplossing voor het probleem gepresenteerd (Nature, 13 december). Het is allebei waar.
Ja, zegt dus Zhe-Xi Luo: de zoogdieren waaierden na het uitsterven van de dinosauriërs, 65 miljoen jaar geleden, uit tot de indrukwekkende verscheidenheid die we nu kennen: van de eengrams hommelvleermuis tot honderdtonners als de blauwe vinvis. En ja, zegt Zhe-Xi Luo, de zoogdieren zijn ver voor het uitsterven van de dinosauriërs óók al eens in een soortenzwerm uitgewaaierd. Meerdere keren zelfs, maar deze oer-zoogdieren stierven daarna weer bijna allemaal uit. De zoogdieren waren in het eerste tweederde deel van hun bestaan helemaal niet uitsluitend onooglijke nachtdiertjes die overdag in het struikgewas zaten te beven van angst voor de dinosauriërs. Evolutie in golven,noemt Zhe-Xi Luo zijn visie .
Hij ruimt de controverse niet helemaal uit de weg. Na het uitsterven van bijna alle oer-zoogdieren bloeiden de moderne zoogdieren vanaf 65 miljoen jaar geleden wel degelijk in zeer korte tijd op. En dat valt nog steeds niet te rijmen met de bevindingen van moleculair biologen. Uit het erfelijk materiaal van bestaande moderne dieren maken zij op dat de voorouders van de huidige 4.500 zoogdiersoorten al honderd miljoen jaar geleden verdeeld waren over verschillende superorden.
Zhe-Xi Luo onderbouwt zijn combinatie-hypothese met een gedetailleerd overzicht van zoogdieren uit het Krijt (145,5 tot 65 miljoen jaar geleden) en het Jura (200 tot 145,5 miljoen jaar geleden).
In dat laatste tijdvak, een slordige honderd miljoen jaar voor het uitsterven van de dinosauriërs, bestonden er bijvoorbeeld al een soort bevers, zoogdieren die zich door het water voortbewogen met een platte staart vol schubben (Castorocauda). Er leefden ook dieren die lijken op de moderne watermol (Haldanodon), roofdierzoogdieren die jaagden op kleine gewervelde prooidieren (Sinoconodon), een zoogdier met de graafpoten en de typische glazuurloze tanden van een insecteneter (Fruitafossor) en een zwevende eekhoorn (Volaticotherium). Moderne namen voor deze uitgestorven zoogdieren zijn niet helemaal op zijn plaats. Het gaat in werkelijkheid om zeer verre verwanten van de dieren die we nu kunnen zien in dierentuinen of daarbuiten. Ze hadden haren en zoogden hun jongen. En als zwever, graver of waterdier exploiteerden ze niches in ecosystemen die vandaag de dag door hun moderne collegas worden ingenomen.
Ook in het Krijt, het geologische tijdvak dat aan het uitsterven van de dinosauriërs direct voorafging werden belangrijke ecologische niches door zoogdieren opgevuld. Zhe-Xi Luo noemt als voorbeeld onder andere Repenomamus, een roofdier dat is opgegraven met een kleine dinosauriër in zijn maag. Hij vergelijkt het dier met een wasbeer.
Hij erkent dat zoogdieren in het zogeheten Tijdperk van de Dinosauriërs (het Mesozoïcum, 251 tot 65 miljoen jaar geleden) waarschijnlijk minder voorkwamen dan dinosauriërs, maar legt de nadruk op hun diversiteit. Van de dinosauriërs zijn 547 verschillende geslachten bekend. Daar staan 310 geslachten van Mesozoïsche zoogdieren en zoogdierachtigen tegenover.
Verhelderend, noemt paleontoloog Lars van den Hoek Ostende van het natuurhistorisch museum Naturalis de analyse van Zhe-Xi Luo. "Je houdt er de indruk aan over dat evolutie niet iets eenmaligs is, maar dat vergelijkbare typen dieren keer op keer kunnen ontstaan.
In zijn boek Het verhaal van onze voorouders (Nieuw Amsterdam, 2007) zet de Britse bioloog Richard Dawkins de verschillende scenarios voor het uitwaaieren van de zoogdieren op een rij.
1.- Er is het bigbangmodel dat in zijn meest extreme vorm stelt dat één enkele zoogdiersoort het uitsterven van de dinosauriërs overleefde. Dit muisje was de voorouder van alle levende zoogdiersoorten met een placenta.
2.- Er is het vertraagde-explosiemodel dat erkent dat de zoogdieren na het uitsterven van de dinosauriërs tot bloei kwamen, maar er ook vanuit gaat dat er ten tijde van het uitsterven van de dinosauriërs al allerlei afstammingslijnen waren van spitsmuisachtige soorten die misschien uiterlijk sterk op elkaar leken, maar elk een andere afstamming hadden.
3.- En dan is er( volgens de indeling van van Dawkins) nog het niet-explosieve model dat het uitsterven van de dinosauriërs helemaal niet ziet als een scherpe breuk in de evolutie van de zoogdieren. De zoogdieren waren al redelijk divers voor het uitsterven van de dinosauriërs en zijn de voorouders van de zoogdieren die wij vandaag de dag kennen.
4.- In het overzichtsartikel in Nature legt Zhe-Xi Luo naast deze mogelijkheden duseen vierde scenario waarin de zoogdieren en de zoogdierachtigen die eraan vooraf gingen keer op keer evolueerden en uitstierven. In principe zou dat model kunnen aansluiten op Dawkins tweede scenario waarin slechts één muisachtig zoogdiertje het uitsterven van de dinosauriërs overleefde.( een bottle neck event dus ) In een toelichting bevestigt Zhe-Xi Luo dat hij inderdaad een aanhanger is van dit model: De diversificatie aan het begin van het Tertiair [vanaf 65 miljoen jaar geleden] is een geheel nieuwe cyclus in de evolutie van de zoogdieren.
Het probleem is dat dit scenario niet strookt met de bevindingen van moleculair biologen. Een groot team van paleontologen en biologen onder leiding van Olaf Bininda-Edmonds van de Technische Universiteit van München publiceerde de bovenvermelde evolutionaire stamboom op basis van vergelijkingen van het erfelijk materiaal van levende zoogdieren. Uitgangspunt is dat het tempo waarin het dna verandert zo constant is dat het gebruikt kan worden als een moleculaire klok. Het moment waarop twee soorten uit elkaar moeten zijn gegaan is te bepalen door het aantal mutaties in het erfelijk materiaal te tellen. De moleculair biologen concluderen dat grote categorieën in het Rijk van de zoogdieren, de zogeheten superorden, zeer ver terug gaan in de tijd. Zo zouden al circa 100 miljoen jaar geleden de Afrotheria (van olifanten tot klipdassen) zijn afgesplitst van de Euarchontoglires (primaten en knaagdieren),Laurasiatheria (hoefdieren, walvissen, carnivoren, egels en vleermuizen) en Xenartha (gordeldieren, miereneters, luiaards). Deze datering is des te interessanter, omdat zij aardig lijkt samen te vallen valt met het uiteenvallen van continenten.
De Xenartha zijn allemaal afkomstig van Zuid-Amerika en de Afrotheria ontstonden in Afrika. Een afsplitsing tussen deze twee takken op zon honderd miljoen jaar geleden valt grofweg samen met het moment waarop Zuid-Amerika en Afrika zijn losgekomen uit het moedercontinent Gondwana. Voor Laurazië, het continent waar de Laurasiathera naar zijn vernoemd, vallen de continentale verschuivingen minder mooi op zijn plaats.
De cruciale zwakte van het model van Bininda-Edmonds is dat er geen fossielen bestaan van de oer-ouders van moderne zoogdieren. Het is absoluut waar, erkent hij desgevraagd, dat er geen fossiel bewijs is voor de grote ouderdom van de vertakkingen in de zoogdierstamboom die worden gevonden in moleculaire studies.
Dat zou te verklaren zijn kunnen zijn als de muisachtige verre voorlopers van de zoogdieren genetisch van elkaar gingen verschillen, zonder dat ze uiterlijk veranderden of zich specialiseerden in een nieuwe leefomgeving. Is dat niet een onwaarschijnlijk scenario? Ten dele wel, erkent Bininda-Edmonds. Maar het moderne dierenrijk laat zien dat ogenschijnlijk niet gespecialiseerde diersoorten wel degelijk lange tijd kunnen blijven bestaan. Insectivoren zijn op grond van uiterlijke eigenschappen ook vaak moeilijk te onderscheiden. Voor knaagdieren geldt dat ook.
Bininda-Edmonds gelooft dat genetische veranderingen niet automatisch hoeven te leiden tot grote veranderingen in het uiterlijk of de leefomgeving van soorten. De vinken op de Galapagos Eilanden die zo belangrijk zijn in de evolutietheorie van Darwin lijken ook sterk op elkaar afgezien van de vorm van de bek. Maar deze betrekkelijk kleine verschillen betekenen toch dat deze soorten verschillende voedselbronnen kunnen gebruiken zoals insecten of zaden. Dergelijke verschillen zouden we in fossielen waarschijnlijk niet terugvinden.
Toch plaatst Bininda-Edmonds zelf ook een kanttekening bij zijn eigen instrument: de moleculaire klok. Om die klok te kalibreren hebben we fossielen nodig. Uit de tijd na het uitsterven van de dinosauriërs zijn die ruim voorhanden, maar ze ontbreken nu juist in het Krijt. Dat betekent dat onze moleculaire data extrapolaties zijn waarbij we ervan uitgaan dat de moleculaire klok in grofweg het zelfde tempo doortikt. We kunnen niet uitsluiten dat de moleculaire klok na het Krijt plotseling explosief sneller is gaan tikken.
De zoogdierstamboom die Zhe-Xi Luo heeft opgesteld is er een waarin veel takken vroegtijdig zijn afgeknot. Het zijn korte perioden, waarin soorten zich in hun eigen tijd met succes aanpasten aan hun tijd en omstandigheden. Daarna stierven ze uit. Voor Zhe-Xi Luo staat het buiten kijf dat de oer-bever, oer-watermol, oer-vliegende vleermuis en de oer-miereneter geen directe verwanten hebben nagelaten.
Bininda-Edmonds wijst erop dat niet alle paleontologen het daar over eens zijn. Het fossiele bewijsmateriaal is uiterst fragmentarisch. Neem nu Ambondro mahabo.
Dat fossiel is ontdekt op Madagaskar en wordt beschouwd als de stamvader van alle zoogdieren, maar die analyse is gebaseerd op drie tanden in een onderkaak!
Maar in feite gaat de controverse toch voornamelijk over de stamvader van de PLACENTALE zoogdieren : De komst van de placentale zoogdieren
This fossil of Eomaia scansoria, preserved in shale, is about 125 million to 128 million years old. The fossil's skull is crushed, but its teeth, tiny foot bones, cartilage and fur are visible. The dark area around the skeleton is carbonized fur. Scientists are excited about the size and detail of the fossil; prior to Eomaia, the earliest record of a placental mammal was represented by a few teeth about 115 million years old.
Photo: Ji et al. Ms. for Nature
Oudste placentale zoogdier (Volkskrant ) 27 april 2002
Het dier - ongeveer zo groot als een kleine rat - is zo goed bewaard dat nog duidelijk te zien is dat het een dikke vacht had. Gezien de lange vingers en tenen, aldus de onderzoekers van het Carnegie Museum of Natural History, kon het zoogdier waarschijnlijk in bomen klimmen.
De vondst, die Eomaia scansoria werd gedoopt (wat zoveel betekent als klauterende dageraadmoeder), wordt door de vinders beschreven in het tijdschrift Nature van 25 april 2002. De vondst is in elk geval de gaafste van deze ( tot dan toe ) oudst bekende vertegenwoordiger van de diergroep waartoe ook de mens behoort: zoogdieren met een placenta
Voor paleontoloog en tandenspecialist Lars van den Hoek Ostende van Naturalis is de analyse van Zhe-Xi Luo wèl geheel overtuigend. Uit de kaken en tanden van de grote oer-zoogdieren uit het Krijt en Jura is volgens hem volstrekt duidelijk dat het hier gaat om zoogdieren die niet nauw verwant zijn aan moderne zoogdieren.
Moderne zoogdieren, van de mens tot het vogelbekdier, hebben zogeheten tribosphene kiezen. Het is het perfecte gebit, zegt Van den Hoek Ostende. Deze kiezen hebben elk drie knobbels die vanuit de boven- en onderkaak perfect op elkaar aansluiten. Het bijzondere aan deze kiezen is dat je er zowel mee kunt malen als snijden. Het is dé manier om bijvoorbeeld het chitinepantser van een kever kapot te krijgen.
Bininda-Edmonds merkt op dat parallelle evolutie paleontologen in de war kan sturen. Dit houdt in dat uiterlijke gelijkenissen tussen zoogdieren kunnen ontstaan, zonder dat ze verwant zijn.( De visvorm van de dolfijn is een bekend voorbeeld. ) Zhe-Xi Luo geeft in zijn review twee pregnante voorbeelden van parallelle evolutie.
Een daarvan is de verandering van delen van de onderkaak (bij reptielen) in botjes van het middenoor (bij zoogdieren). De onderkaak van reptielen bestaat uit meerdere stukken, die van het zoogdier uit een stuk. Twee beenderen die bij het reptiel tot de kaak behoren hebben bij zoogdieren een heel nieuwe functie gekregen: ze brengen in het middenoor geluid over van de gehoorgang naar het binnenoor. Zoogdieren danken hun scherpe gehoor mede aan deze innovatie.
Deze verandering is een schoolvoorbeeld van evolutie, omdat zij in zoogdierachtige reptielen in allerlei tussenvormen herkenbaar is.
Maar Zhe-Xi Luo concludeert dat de verandering van stukjes kaak naar stukjes middenoor bij reptielachtige zoogdieren niet een keer, maar meermalen in gang gezet. Dan heb je het wel over hét basale kenmerk van zoogdieren, zegt Van den Hoek Ostende. Dat zet je wel aan het denken.
Ook de uitzonderlijke tribosphene kiezen zijn in de loop van de evolutie twee en misschien wel drie keer ontstaan. De meeste paleontologen gaan ervan uit dat verwanten van het tandeloze vogelbekdier deze kiezen die kunnen knippen en snijden onafhankelijk van de andere zoogdieren ontwikkelden. Als dit soort fundamentele kenmerken meermalen kunnen ontstaan, dan neemt daarmee ook de zekerheid over de classificatie van de oer-zoogdieren af. De dwarsverbanden kunnen stambomen aardig in de war sturen.
Zo kampen moleculair biologen en paleontologen elk met hun eigen onzekerheden. Feit blijft dat allebei de kampen komen tot redelijke en consistente hypotheses die totaal met elkaar in tegenspraak zijn. Is er enige kans dat ze het binnen afzienbare tijd eens zullen worden? "Uiteindelijk komt de bewijslast terecht bij de paleontologen, denkt Bininda-Edmonds. Niet omdat ze ongelijk hebben, maar omdat zij de beste kans hebben om hun hypothese te onderbouwen of te verwerpen aan de hand van nieuw bewijsmateriaal.
De ontdekking van een giraffe of een tijger uit het Krijt zou het pleit in een klap beslechten in het voordeel van de moleculair biologen. Een onmiskenbare stamouder van één van de superorden natuurlijk ook.
Bininda-Edmonds heeft hoop. Antarctica is nog steeds een witte vlek als het gaat om fossielen uit het Krijt, meldt hij hoopvol. Als we in het Krijt ook maar een vroege voorouder ontdekken van de moderne zoogdieren, dan wordt het explosiemodel van de paleontologen zelf een fossiel. Als we zon fossiel daarentegen niet ontdekken binnen een jaar of tien, dan ontstaat een andere situatie. Dan moeten we onze moleculaire analyses misschien herzien.
(2) De zoogdieren waren dan ook ( volgens die oudere opvattingen ) min of meer "geterroriseerde " onderkruipsels die eigenlijk klein van formaat moesten blijven en in het verborgene moesten verder leven ...een soort moeilijk uit te roeien "ongedierte "( = zoiets als de huidige ratten voor de heersende mens ) , dat niet te sterk de aandacht trok ( of aan de aandacht ontsnapte ) van de grote vleesetende dino's
Het feit dat men (kleine)zoogdier fossielen ( eierdieven en nestrovers ? ) heeft gevonden die daadwerkelijk jonge (en misschien kleine dino's )bejaagden/verorberden is een van de eerste vondsten die deze opvattingen enigermate deden betwijfelen
Een hapje dinosaurus/2005
Ten tijde van de dinos waren de zoogdieren miezerige wezentjes, nauwelijks groter dan een muis of een rat. Ze scharrelden wat rond in de schaduw van de heersers over de aarde: de machtige dinosauriërs, en aten vooral planten en insekten.Waarschijnlijk niet dus want Bij opgravingen in een van de rijkste fossiele vindplaatsen van dinosauriërs, in de Yixian-afzetting in Chinese provincie Liaoning, werd een zoogdier opgegraven met de, eveneens fossiele, restanten van een(jonge ?) dinosaurus in zijn maag. Het zoogdier in kwestie is de Repenomamusrobustus.
Repenomamus robustus, voede zich o.a. met een psittacosaurus. ( artist) beeld : Xu Xiaping
Mesozoische zoogdieren werfden geacht te leven in de schaduw van de dino's .Dat beeld dient aangepast te worden
(Meng Jin, American Museum of Natural History )
Echt groot was de Reponamamus niet hij had de afmetingen van een buidelrat(oppossum). De dino die op zijn menu stond, was dan ook van bescheiden afmetingen. De jonge Psittacosaurus ( P. ordosensis ? )die is aangetroffen op de plaats waar naar alle waarschijnlijkheid de maag van de Reponamamus zat, was iets groter dan tien centimeter.
De vondst gooit het idee overhoop dat de zoogdieren zon 130 miljoen jaar geleden genoegen namen met de bescheiden rol van planten- en insekteneters. En ook een andere vondst, door de onderzoekers in hetzelfde artikel in het tijdschrift Nature beschreven, werpt nieuw licht op de rol van de zoogdieren in het tijdperk van de dinosauriërs. In dezelfde Chinese afzetting troffen de onderzoekers namelijk ook een fossiel skelet aan van een tot nog toe onbekend zoogdier, door de onderzoekers Reponamamus giganticus genaamd. Het dier heeft de afmetingen van een hedendaagse hond. En dat is fors groter dan de muiskleine zoogdierskeletten die tot nog toe in het vroege Krijt zijn opgegraven.
Links Repenomamus skelet met de resten van de dino ....Rechts : Skelet van of Repenomamus giganticus, het grootste toen bekende zoogdier mammal.
(3) volgens sommige speculatieve ( toen nog sinds 2005 algemeen bekend geworden ) opvattingen : onstonden de placentale zoogdieren grotendeels door cruciale invasies ( en" inbouw "in de genomen van "overlevende " verschillende placentale zoogdiervoorouders ) van retrovirussen ....(Meer lezen? ) ---> MENSEN LEGGEN GEEN EIEREN (Tsjok45)
(4) Er waren in 2007 ongeveer 4.554soorten zoogdieren-soorten bekend ( er worden er nog steeds ontdekt ) Daarvan zij er 4.510 opgenomen in de "superstamboom "
(5) Wible vond kort geleden een nieuw zoogdierfossiel dat een placenta had.
Links :De schedel die Wible en zijn collega's gebruikten in hun berekeningen. Rechts schedel van een hedendaagse mol de papierclip is van de kleinere soort 2,5 cm
Een schets van de schedel. in zij-aanzicht
Hij besloot ermee een grote berekening te maken, waarin hij andere fossielen en levende dieren meenam. (Het diertje zelf werd echter NIET tot de placentaria gerekend /het stamt van 10 miljoen jaar voor de kt lijn )
De methode van Wible gaat als volgt. Hij deelde alle uiterlijke kenmerken, zoals hoektanden, in heel erg gedetailleerde categorieën in. De uiterlijke verschillen tussen dieren van nu zijn groter dan tussen de fossielen. Wible rekende terug naar het punt waar het verschil ophield. En voilà, het eerste placentale zoogdier. Deze anonieme voorouder zou 65 miljoen jaar geleden hebben rondgestruind. Dat rijmt aardig met de oudst gevonden verwant: het fossiel van een konijnachtig dier dat 63 miljoen jaar terug met moederkoek rondhuppelde Maar of er geen oudere zijn ?
Keuppia levante sp. nov. from the Upper Cenomanian (Metoicoceras geslinianum Zone) of Hâdjoula (Lebanon). Middle Cretaceous in Lebanon, A, holotype, MSNM i26320a. B, sketch of the holotype.
Keuppia levante is een van de drie (1) zopas in libanon ontdekte -95a-100 MY oude , fossiele octopus soorten (Octopoda (=Incirrata)http://nl.wikipedia.org/wiki/Achtarm )uit het krijt
Octopus fossielen zijn zeldzaam en ongebruikelijk : Ze bezitten geen inwendig skelet (2) en daardoor zullen na hun dood de weke delen binnen enkele weken compleet verschrompeld zijn. Dit exemplaar is echter uitzonderlijk compleet : zelfs de inktzak en zuignappen zijn nog te onderscheiden
Bovendien ging vroeger niemand gericht op zoek naar een fossiele octopussen , om die bovenvermelde redenen Toch waren en zijn er reeds fossiele octopussen bekend
O.m. uit diezelfde site Middle Cretaceous in Lebanon ____ een zogenaamde Lagerstaete wat staat voor een bepaalde type formatie die exceptionele bewaring van (ook zachte )weefsels mogelijk maakt _____,werd al 100 jaar geleden een andere fossiele octopus , de Palaeoctopus gerecupereerd
Woodward's 1896 specimen / Old Covent, Sahel-el-Alma, Mount Lebanon( British Museum of Natural History in London) Order Cirroctopoda(?) familie , Paleoctopodidae Palaeoctopus is preserved as a film, or tissue impression, in sandstone. It is a short squat eight-armed octopus with an indistinct head. Much as with Pohlsepia and Proteroctopus, Palaeoctopus has a pair of triangular fins on either side of its head though these are smaller than Proteroctopus.( zie appendix ) A faint trace of a web uniting the arms is visible and the presence of suckers on the arms has been identified.
Er zijn daar bovenop genoeg andere fossiele COLEOIDEA (--> inktvisachtigen mét inwendige schelp )gevonden
-Tegenwoordig worden fossielen zeer gericht gezocht. De kennis van de tijdschaal van de evolutie en van de geologische vorming van de aardlagen is zo ver dat paleontologen gericht op locaties kunnen zoeken naar tussenvormen om hun hypotheses te testen. In hoeverre dit fossiel (mogelijks) gericht is gezocht , weet ik (nog ) niet Maar de keuze van de siteis zeker niet toevallig (zie hierboven )
De ontdekker van de huidige fossielen , Dirk Fuchs van de Universiteit van Berlijn., zei "Deze dingen zijn 95 miljoen jaar oud, maar één van de fossielen is nauwelijks van levende soorten te onderscheiden," Dat is een "onvoorzichtige" uitspraak die natuurlijk door allerlei creationisten zal worden ge-quoted ( Nu door bijvoorbeeld ..de( Belgische YEC-er ) Oneof ,naprater van de (Nederlandse fundamentalisten van ) Schepper en zoon (3) Creationisten zijn er natuurlijk ook zonder die quote, al als de kippen bij__ zoals een korte lezing van lezersbrieven en reacties op blogs laat zien ____ om te verklaren dat ; " Vreemd ,dat octopussen er na al die miljoenen jaren nog hetzelfde uitzien. "(3**) en ook Harun Yayah volgelingen zullen het gegeven beslist gaan gebruiken
Maar creationisten vergeten een bepaald gedeelte van de anatomie dat kompleet anders is : Er is zelfs geen enkele andere huidige koppotige( cephalopoda ) die een zelfde GLADIUS bezit als dit fossiel . Deze fossiele en de huidige octopussen gelijken alleen oppervlakkig op elkaar . Het kompleetste fossiel bezit een herkenbaar vestigale schelp de gladius http://scienceblogs.com/pharyngula/2009/03/octopods_from_the_cretaceous.php
De gedetailleerde schets (rechts ) met de vestigale gladius van het holotype, MSNM i26320a
holotype, MSNM i26320a
PZ MEYERS " ....there is a shell gland a chitinous chunk of vestigial shell called the gladius..."
(PZ MEYERS ) "Octopods also have something similar, but in modern forms it is reduced to a delicate little rod-like bar, nothing more.Note that in Keuppia above, the gladius is relatively robust it looks like a pair of clamshells imbedded in the head. Next, here's another of the specimens found in this locality, Styletoctopus annae. Look at the gladius here. "
Styletoctopus annae sp. nov. from the Upper Cenomanian (Metoicoceras geslinianum Zone) of Hâqel (Lebanon). A, specimen MSNM i26323. B, close-up of A showing the imprints of the stylets situated in the lateral mantle sac.
Deze ontdekking is eveneens biezonder omdat het hier gaat om de zoveelste (zogenaamde )" transitionnal "(4) *het fossiel bevat een mix van kenmerken (= een mozaïk ) *K.Levante bezit een tweedelige robustere versie van een vestigale gladius , ( in elk geval robuuster dan de rudimentaire gladius-resten van de huidige leden van de moderne Familie Octopodidae
Er wordt soms een andere classering gebruikt waarbij de hier in dit artikel en figuur gebruikte (Engelse )Octopoda ---> ( ned ) Onderorde Incirrina (octopoda) , (Engelse ) Ciroctopoda ----> (ned) OnderordeCirrina )
" ....If you put these data together with other observations of even older cephalopods, including more squid-like forms, you get a picture of an evolving morphology from an ancestral unpaired shell to a divided form to spread-apart lateralized stylets to the modern, even more reduced form....."
(1) Keuppia levante gen. nov., sp. nov., Keuppia hyperbolaris gen. nov,. sp. nov. Styletoctopus annae gen.
(2) De COLEOIDEA bezitten echter wel een inwendige ( meestal brose ) schelp =de meeste fossielecephalopoden werden voornamelijk (en worden nog ) door paleontologen gedetermineerd aan de hand van de (uitwendige ) " schelp"(bv.ammonieten ) en de inwendige schelp ( bv.Belemnieten ) Bij octopussen ( die tot de Coleoidea behoren ) is dat een klein beetje anders
http://www.geologie.ac.at/filestore/download/BR0046_045_A.pdf (waaruit ) ".....Their (= the octopoda) evolution can be demonstrated by allometric growth and reduction of themiddle field of the gladius. " Toch zijn fossielen van weke delen van organismen ___en van erg vluchtige voorvallen ____ bewaard gebleven .... er zijn bijvoorbeeld "fossiele" regendruppel-inslagen en voetafdrukken in vulkanische as bewaard gebleven ; om nog maar te zwijgen van allerlei sporen van dino's Er zijn ook kwallen en" weke "skeletloze overblijfselen van andere precambrische organismen bekend --> bijvoorbeeld Dicksonia
(3) Bijvoorbeeld de Nederlandse YEC creationist ; Schepper & zoon heeft het ook over "Van 'primitieve' octopussen werd verondersteld dat ze vlezige vinnen aan hun lijf hadden, maar daarvan werd niets gezien bij deze fossielen, hoewel ze uitzonderlijk goed bewaard zijn gebleven." maar dat is mogelijk een afleidings-manoeuvre (of een niet terzake doende opmerking , die alleen maar een of andere veronderstelde (hypotghetische) "primitieve "octopus-voorouder verder weg doet plaatsen in de tijd ...) Waar het om gaat is de vestigale GLADIUS ( in vergelijking met de rudimentaire gladius-resten van tegenwoordige octopus-soorten ) ,maar daarover zwijgt men .....
( vertaalde samenvatting uit bovenstaande blogposts ) a- ".......Creationisten beweren dat deze nieuwe vondsten een "voorbeeld zijn van stasis " ( bijvoorbeeld hier --> false conclusion that this is an example of stasis ).... Maar dat is niet zo : deze fossielen zijn duidelijk verschillend van moderne vormen
( amerikaanse )Creationisten beweren verder , op grond van die valse conclusie , dat ; Deoctopus (vulgaris? ) "helemaal niet evolueerde "
Noteer echter dat het bezit van acht tentakels , een zeer algemeen kenmerk is van de octopodiformes .... De evolutionaire veranderingen die worden beschreven kan je niet zomaar verwerpen omdat je meent dat " alles met acht "armen "bezaaid met herkenbare zuignappen , wel hetzelfde soort schepsel moet zijn " Er zijn meer dan 200 verschillende species opgenomen in de familie Octopodidae, en er staan meer dan 100 specima te wachten op verdere beschrijvingen en classificatie in die familie ___er zijn ongetwijfeld nog meer octopodidae die op ontdekking wachten . De octopodidae zijn van een ongelofelijk diversiteit ( en dat alleen al wijst op een zeer hoge ouderdom van hun gemeenschappelijke voorouder met andere octopusachtigen ( waarvan velen ook acht "armen "bezitten )
Deze blinde beunharen en morosofe kwaks ( of misschien wel regelrechte leugenaars ?) doen eigenlijk steeds hetzelfde . Zo zouden ze ___ eenzelfde redeneertrant volgend ____ook gemakkelijk de paleontologen erop kunnen wijzen dat ; Er GEEN evolutie heeft plaatsgevonden , omdat 365 miljoen oude tetrapoda ...... net als alle hedendaagse zoogdieren nog steeds vier ledematen bezitten ....."
(Mijn commentaar ) In feite is het hier aangevoerde creationistische " bezwaar " de aloude mantra : " Hoe gegeven organismen ( zoals hier , de octopussen ) ook mogen varieeren ze blijven octopussen ( = een bijbelse "geschapen "soort of "baramin ( baranoom )" waarbij micro-evolutie wordt aanvaard en macroevolutie ontkent (micro en macro evolutie uiteraard in de creationistische terminologie / betekenissen )
(anderen ) * Veel volwassenen kennen nauwelijks het verschil tussen een spin, een insect en zelfs kleine schaaldiertjes (= pissebedden ) ; Ze vatten dat alles gemakshalve samen als het te verdelgen "klein kruipend (on)gedierte " : de "beestjes " Deze creationistische artikels tonen nogmaals aan dat hun doelgroep diegenen zijn met het grootst mogelijk onbegrip over de natuur ___ en die er het meest over willen vertellen . Ze vinden dat zij serieus moeten worden genomen als plaatselijke "autoriteiten" ter zake ... zelfs als ze worden herkend als ignoramus Iets waarop creato's inspelen opdat ze hun meningen ( met een grote portie populair appeal ) als "wetenschappelijk valabele en verantwoorde kritiek " verder kunnen slijten
*" ....De 95 miljoen-jaar-oude octopus evolueerde uiteindelijk niet als puntje bij paaltje komt " ( Denise O'Leary ) Echter deze gevonden octopus is een basale vorm uit de orde der octopoda ____net zoiets als de afstand maki-Mens . Iemand moet een classificatie-cursus volgen
.*...de morfologische verschillen tussen de voorbeelden uit het krijt en de moderne octopodae zijn op zijn minst even divers als die tussen chimpansees en mensen. Indien er slechts micro evolutie en variatie is opgetreden in het inkvis -baramin ....wat is dan de reden om de mens NIET te zien als een variatie van de chimp ? (of omgekeerd )
*Zelfs als de fossiele octopus morfologisch identiek moest zijn ( wat hij niet IS ) aan eigentijdse , zou dat nog niets zeggen over de genetische drift , welke zich niet noodzakelijk dient te manifesteren in de restanten van de fysieke verschijning
b.-
(creato ) 1 "Wetenschappers zijn in verwarring gebracht door de vondst van het recentste fossiel " 2" Het is een octopus die zij op 95 miljoen jaar oud hebben geschat " 3 "en,weet je wat? Het ziet eruit als een moderne hedendaagse modern octopus - kompleet met acht armen , met rijen zuignappen en zelfs sporen van inkt. " 4 "Het lijkt erop dat in al die tijd de octopus niet is geëvolueerd - niet eens één uiterst klein beetje. "
(PZ) 1.- Wetenschappers zijn helemaal niet door deze ontdekking in de war gebracht. 2.- Oppervlakkig gezien is dit juist Alhoewel - ze " schatten" het niet (zonder onderbouwing ) op - 95 miljoen jaar . De creationist probeert de indruk te wekken dat het hier omeen blote gissing (= slechts een "'claim")gaat ... Het is een conclusie die door het geologische bewijsmateriaal wordt gesteund. De vondst is gedaan in een geologische formatie die minstens al honderd jaar bekend is en telkens weer is gedateerd en gekontroleerd 3 .-Er zijn honderden octopus-soorten De hierboven vermelde beschrijving van de "octopus " is van kleuter niveau ,een vierjarige die met een kleurpotlood iets krabbelt De fossielen (er waren verscheidene geïdentificeerden species) lijken NIET op moderne octopods, maar hebben verscheidene veelbetekenende verschillen. 4 .-Compleet vals. De creationist heeft het wetenschappelijke paper ( en uiteraard de argumenten ) niet gelezen dat deze fossielen in de lange geschiedenis van evolutieve veranderingen en vertakkingen binnen het geslacht (plausibel ) inpast.
Ik kom toch nog eventjes terug op die Schepper&zoon -figuur die schrijft o.a. in het kader van een soort persoonlijk kommentaar op een creationistisch bewerkt artikel over deze vondsten ; "Een evolutionaire voorloper van deze beesten kan niet worden getoond en in 95 miljoen jaar zou er niets aan ze veranderd zijn, terwijl in diezelfde tijd dino's in vogels veranderden. Hier is iets niet in de haak als je het mij vraagt."
1.- de evolutionaire voorloper van "deze beesten" is nog niet met zekerheid bekend .....heilaas zal ook deze voorloper niet worden herkend daar geen enkele van al "deze beesten " een identiteitskaart op zak heeft of een trouwboek bezit ..Een beschrijving , robotfoto's van een mogelijke kandidaat binnen een bekende fossiele groep waaruit " deze ( nu gevonden fossiele)beesten " kunnen zijn voort gekomen , is echter wél voorhanden 2.-" er zou niets veranderd zijn "= is een tendentieuze sxuggestie die een ordinaire , verdraaiende leugen tracht te verbergen - De huidige verwanten / collaterale afstammelingen van die beesten zijn dus wél veranderd ... de gevonden fossielen en de hedendaagse octopussen zijn morfologisch /anatomisch wel degelijk andere beesten , terzelfdertijd vertonen ze ook veel gelijkenissen ....nogal duidelijk toch ? Lees trouwens de" paper " , zodat je er iets meer van afweet dan de schijver van die creato- kwakkels en suggestieve truuks ... 3.- Vogels ZIJN de huidige nog levende dino's....Niemand weet op welk moment of tijdstip (een ) afstammingslijn( en ) uit een bepaalde dino -groep is afgetakt die dieren heeft opgeleverd die men "vogels" kan noemen ....Die creato weet dat blijkbaar wél ? alhoewel hij niet in evolutie "gelooft "( evolutiekunde is trouwnes geen geloof maar een interdiciplinaire wetenschap !!! ) Er is echter wel degelijk genoeg fossiel ( en ander vergelijkend ) materiaal om de link theropoda -moderne vogels , te kunnen maken en te ondersteunen ... 4.- Wat hier " niet in de haak"is ? De moedwillige onkunde en de mogelijke leugenachtigheid van deze creationist ....is voor iedereen duidelijk
(4) Eigenlijk is elk fossiel (en extant organisme )een " transitionnal " ... * De term ( in het biezonder het creationistische weggevertje " missing link " ) heeft bar weinig te maken met de wetenschap zelf maar alles met opherklopte en sensationele persberichten erover
APPENDIX (OPGEPAST !!! de volgende artikels zijn wel iets verouderd sinds deze nieuwe vondsten )
De oudste Cephalopoda zijn vermoedelijk ontstaan uit de monoplacophora, de oermollusken.
Het lichaam verlengde zich in dorsoventrale richting en de voet verplaatste zich naar de kopstreek.
afbeelding 2
de mogelijke evolutie van de oermollusk
naar de Cephalopoda. (Naar Dorit et al., 1991).
De voet ontwikkelde zich tot een nieuw bewegingsysteem, er vormden zich tentakels en 2 over elkaar liggende lappen, die samen een trechter vormen. Het dier bezit tentakels welke aan zijn kop bevestigd zijn, vandaar koppotigen. Uit deze traag voortbewegende vorm van Cephalopoda hebben zich weer actievere soortgenoten ontwikkeld. Een aantal tentakels reduceerde naar stevige armen en de trechterlappen vergroeiden met elkaar. De ingewandenzak werd nog langer, de mantel overgroeide de schelp die geleidelijk kleiner werd. Er zijn ook Cephalopoda met een inwendige schelp, zoals o.a. bij de belemnieten.
De uitwendige schelp, een ronde- of ellipsvormige conische rechte of opgerolde buis, is verdeeld in kamers. Een goed voorbeeld van
recente Cephalopoda met een uitwendige schelp is de nautilus en met een inwendige schelp de sepia.
De uitwendige schelp van de Ammonoidea en Nautiloidea, werd omgevormd tot een hydrostatisch orgaan. Bij Cephalopoda met een inwendige schelp verloor de schelp de drijffunctie. De schelp werd achteraan verzwaard door materiaalafzetting, hierdoor krijgt men een betere gewichtsverdeling. Het dier werd duidelijk mobieler en kon zich ook sneller horizontaal bewegen.
De evolutie ging nog verder, nog meer actieve Cephalopoda reduceerden de schelp tot een dunne hoornpen zoals bij de pijlinktvissen. Snel zwemmende Cephalopoda verloren hun schelp volledig, zoals bijvoorbeeld bij de Octopoda
Indeling van de Cephalopoda
De klasse Cephalopoda wordt onderverdeeld in 3 ordes: Ammonoidea, Nautiloidea en Coleoidea.
Ammonoidea hebben een uitwendige schaal, meestal planispiraal. De sutuurlijn is meestal complex en er is een eenvoudig siphokanaal aan de buitenrand van de venter.
Nautiloidea bezitten ook een uitwendige schaal, de sutuurlijn is eenvoudig en er zijn complexe siphonale trechters. Het siphokanaal ligt in het midden van de septa.
Coleoidea hebben een inwendige schaal, ( het zogenaamde "zeeschuim" ) zoals bij sepia. de sepia is trouwens ook een achtarmige inktvis
Als fossiele Coleoidea denken wij aan de belemnieten.
Nautiloidea en Coleoidea zijn recent nog vertegenwoordigd.
DE CLASSIFICATIE VAN DE CEPHALOPODA IS NOG STEEDS NIET AFGEWERKT BOVENDIEN WORDEN OUDE EN NIEUWE CLASSIFICATIE- SCHEMA'S ( EN VOLGENS DE VERSCHILLENDE TAALGEBIEDEN ) NOG STEEDS DOOR ELKAAR GEBRUIKT ( ook in de wetenschappelijke publicaties !!! ).....
Een dinosauriër half zo groot als een kat is onlangs ontdekt in de Canadese staat Alberta. Het gaat om de kleinste soort tot nu gevonden in Noord-Amerika. De Hesperonychus elizabethae geeft ook een beter idee van het ecosysteem 75 miljoen jaar geleden. "Deze soort stond onderaan in de voedselpiramide. Ze staat in die pyramide tussen de insecten en de grote dino's", verduidelijkt paleontoloog Anne Schulp van het Natuurhistorisch Museum in Maastricht.
Het ongeveer 2 kilo wegende beest liep op twee poten en is verwant aan de Velociraptor. Waarschijnlijk leefde het dier van insecten, amfibieën en kleine zoogdieren.
Tot nu was de kleinst bekende dinoachtige in Noord-Amerika ongeveer half zo groot als een wolf. Deze is met zijn circa 50 centimeter nog kleiner. "Deze ontdekking wijst ons er nog eens op hoe weinig we weten van kleinere dinosaurusachtigen", zegt Nick Longrich van de University of Calgary. "Het zou best kunnen dat er nog kleinere soorten waren dan deze." (TS)
University of Calgary paleontologist Nick Longrich explains
This undated handout black-and-white artist rendering provided by the Proceedings of the National Academy of Sciences shows a life reconstruction of Hesperonychus elizabethae chasing a cicada through a forest in Alberta, Canada 75 million years ago. (CANADIAN PRESS / PROCEEDINGS OF THE NATIONAL ACADEMY OF SCIENCES)
*De onderzoekers van de Universiteit van Calgary (Canada) zijn erg blij met de ontdekking, schrijven zij in het blad PNAS. In de Dinosaur Park Formation in Alberta zijn eerder al veel grote dinos gevonden. Hoewel onderzoekers bijna zeker wisten dat er 75 miljoen jaar geleden ook kleine vleeseters rondliepen, hadden ze daarvoor geen bewijs. Hesperonychus vult dit gat in de Amerikaanse prehistorie. *Het beestje, dat zo groot moet zijn geweest als een kip, heeft de welluidende naam Hesperonychus (=westerse klauw) elizabethae gekregen. De dino lijkt op een mini-editie van de Velociraptor
*De botten werden aan het begin van de jaren tachtig al gevonden, maar onderzoekers dachten dat het om een jong dier ging. Naar nu blijkt was de zogeheten hesperonychus met vijftig centimeter volgroeid.De botjes van het prehistorische bijtertje lagen al ruim 25 jaar in de kast van de universiteit, maar zijn nu pas beter en grondiger onderzocht. Het fossiel van de dinosaurus niet meer dan wat bekkenbotjes dateert uit het late Krijt en is 75 miljoen jaar oud. Wie weet wat voor bijzondere beesten er nog meer uit de archieven en reservekasten komen 'kruipen'.
Dat het om een kleine carnivoor gaat, maken de auteurs op uit klauwtjes en gewrichtjes die in de buurt van de bekkenbotjes zijn aangetroffen. Het is een zogeheten maniraptor, een vleesetende dinosaurus met lange handen.
Het dier liep op twee poten en at insecten, vogels en vogelachtigen , kleine zoogdieren en waarschijnlijk ook dinosaurusbaby's.
De nieuwe dinosaurus (Hesperonychus elizabethae) is lid van de groep van de gevederde dromaeosauriërs en nauw verwant met kleine Aziatische vleeseters als Sinorthinosaurus, waarvan vooral in China veel fossielen zijn gevonden. De Amerikaanse dino, die zon kleine twee kilo moet hebben gewogen, is wel circa 45 miljoen jaar jonger dan de Aziatische 'microraptors'.
In het Noord-Amerikaanse Krijt zijn veel fossielen van grote vleesetende dinosauriërs gevonden, zoals Tyrannosaurus rex. Kleine dinos zijn zeldzaam en kleine vleesetende dinos ontbraken tot nu toe geheel. Paleontologen hebben zich altijd afgevraagd welke dieren de niche van de kleine vleeseters bezetten( en of dat wellicht vroege zoogdieren waren. )
Volgens de auteurs moeten er in elk geval ook kleine vleesetende dinosauriërs zijn geweest. Zij denken dat deze in grote aantallen voorkwamen en een belangrijk onderdeel waren van de carnivore fauna van het late Krijt.
Het fossiel laat zien dat de dromaeosauriërs zowel geografisch als in de tijd veel ruimer verspreid waren dan gedacht. Ook vormt het een aanwijzing dat de dinosaurusfauna van Azië en Noord-Amerika veel verwantschappen tonen .
Het grootste gedeelte van de torso is niet aanwezig in het unieke fossiel . Daarom werden door de auteur enkel sleutelelementen van het skelet ingevoegd , zodat we een idee kunnen krijgen over de proporties Deze gereconstrueerde delen zijn grijs gekleurd en zijn gebaseerd op het skelet van de Heterodontosaurus.
In China is een fossiel gevonden van een kleine dino, die veren lijkt te hebben gehad.
Het gaat om Tianyulong confuciusi, genoemd naar het museum waar de Chinese ontdekkers werken - Tianyu - en de beroemde Chinese wijsgeer -Kung Fu-Tsé Het fossiel is gevonden in de provincie Liaoning, die bekend staat om zijn prachtig bewaarde dinosaurusfossielen uit het vroege Krijt, zo´n 125 miljoen jaar geleden.
De onderzoekers schrijven in Nature dat het zeventig centimeter lange beest het eerste van haar soort is , in China . Eerder gevonden verwanten kwamen tot nu toe vooral uit Afrika. Daarnaast is het beest bijzonder door een huid met ´draderige structuren ´ over het hele lichaam Dat zijn lange holle filamenten die goed lijken op de reeds bekende primitieve "proto-feathers" (= dino-dons ) gevonden bij sommmige andere gevederde dinosauriërs Daaruit leiden de onderzoekers af dat het beest misschien veren heeft gehad.
Some scientists have argued that other dinosaur proto-feathers are actually fibres of collagen that have come loose from the animals' skins. That would certainly make them less interesting, but collagen fibres are solid structures; based on the long, hollow nature of Tianyulong's filaments, Zheng rejects this explanation. To him, they clearly stuck out from the animal's skin. The big question is whether Tianyulong's filaments were actually related to the proto-feathers of the theropods. Zheng can't be sure based on a single specimen, but he notes that there are definitely similarities. Among the theropods, the proto-feathers of Sinosauropteryx were most similar to those of Tianyulong - they were shorter and more slender, but they also didn't branch. They also have similarities to the feathers recently found on Beipaiosaurus, which were hailed as the simplest yet discovered. BEIPIAOSAURUS
De Tianyulong behoort volgens de stambomen van de dinos niet tot de voorouders van de moderne vogels.
Daarmee roept de vondst een hoop vragen op over de evolutie van dinosaurussen. Vragen die de onderzoekers nog niet kunnen beantwoorden. Ze zijn vooral blij iets nieuws gevonden te hebben, ook al hebben ze het totaalplaatje ingewikkelder gemaakt.
* Meer dinosauriërs hadden mogelijk veren dan tot nu toe werd aangenomen. Primitieve veren blijken namelijk ouder dan gedacht: geen 150 maar 200 miljoen jaar.
*Moderne vogels feitelijk gevederde dinosauriërs stammen af van theropoden, tweepotige vleesetende dinos die op zeker moment veren hebben ontwikkeld. Veren zijn nu echter ook ontdekt bij een andere dinosaurusgroep.
Dat suggereert dat de innovatie eerder is opgetreden, bij de vroegste dinosauriërs, zon 200 miljoen jaar geleden, schrijven Chinese paleontologen in Nature van 19 maart. (1)
Ze trekken die conclusie op basis drie plukjes veren te zien op het fossiel . De draadachtige protoveren zijn onvertakt en van gelijke grootte. Alleen die op de staart zijn langer, een centimeter of zes. Volgens de onderzoekers waren die staartveren sierveren.
De dino in kwestie, Tianyulong confuciusi, is een tweepotige heterodontosaur, een kleine planteneter die 140 tot 100 miljoen jaar geleden leefde.
Opmerkelijk genoeg is Tianyulong geen theropode. Hij behoort zelfs niet tot de groep van de Saurischia. (zoals de theropoden), maar tot de Ornithischia,, een familie waartoe ook vierpotige reuzen als Stegosaurus en Triceratops behoorden.
De twee takken splitsten circa 220 miljoen jaar geleden.
Dat gevederde dinos behalve bij de theropoden ook bij de Ornithischia voorkwamen, betekent volgens de Nature-auteurs dat de oorsprong van veren bij de voorouders van beide groepen dinosauriërs moet worden gezocht.
Mogelijk waren veren tamelijk gewoon. Volgens sommige paleontologen hadden pterosauriërs, nog oudere verwanten van de dinosauriërs, ook veren.
Dat eerste maal dat werd ontdekt dat dinosauriërs soms veren hadden, werd in 1996 gedaan ; toen, ook in China, een 150 miljoen jaar oud fossiel opdook van Sinosauropteryx, een gevederde theropode van de stamlijn waaruit later de oervogels zouden ontstaan.
Reference: Zheng, X., You, H., Xu, X., & Dong, Z. (2009). An Early Cretaceous heterodontosaurid dinosaur with filamentous integumentary structures Nature, 458 (7236), 333-336 DOI: 10.1038/nature07856
zie ook Archaeopteryx en co EEN PLUIM WAARD velociraptor mongoliensis » Reageer (2) KIP ZONDER KOP ? Gigantoraptor erlianensis / Pluimgewicht » Reageer (2) Opnieuw gevederde Maniraptor
*Vorig jaar werden de overblijfselen van een Pliosaurus opgegraven op het eiland Spitsbergen. *Noorse onderzoekers hebben nu berekend dat het zeemonster een bijtkracht had van zes ton per vierkante centimeter. *De schedel van de Pliosaurus werd in juni 2008 blootgelegd door een team van onderzoekers waaronder dr. Patrick Druckenmiller . *Pliosaurussen leefden ongeveer 147 miljoen jaar geleden en aten onder meer zeereptielen en inktvissen. *Behalve sterke kaken hadden deze zeemonsters ook een indrukwekkend gebit. De Pliosaurus gevonden op Spitsbergen had tanden van dertig centimeter. *Volgens onderzoeksleider Jorn Harald Hurum had de gevonden Pliosaurus met gemak een Hummer kunnen verbrijzelen.
Noren vinden bij toeval dinoachtige 'Predator X' door Thea Swierstra
Zeemonster met T-Rexallures ontdekt Een team van de Noorse Universiteteit iOslo heeft in het Noordpoolgebied het grootste dinosaurusachtige zeemonster ooit ontdekt. De nieuwe soort pliosaurus was bovendien nog veel sterker dan de Tyrannosaurus rex.
Het beest, dat door de onderzoekers Predator X genoemd wordt, is afgelopen zomer opgegraven in de permanent bevroren ondergrond van Spitsbergen. Hij werd bij toeval ontdekt dankzij een vorig onderzoek. In augustus 2007 vonden de wetenschappers botten van een gewone pliosaurus. Toen stootten ze eveneens op grotere resten. (Zie ook --->HET SVALBARD MONSTER ) Vorig jaar zijn ze teruggekeerd om ook die uit te graven : ze dateren van 147 miljoen jaar geleden. Het dier was naar schatting 15 meter lang en woog 45 ton. Alleen al zijn kop was twee keer zo groot als die van de T-rex. Verder had de kolos een korte nek en vier zwemvliezen, waarmee hij zich krachtig en snel door het water kon bewegen.
Predator X stond aan de top van de voedselketen en voedde zich met vissen en zeereptielen. Met zijn 30,5 centimeter lange en puntige tanden had hij een bijtkracht van 15.000 kilo. Bij de T-rex was dat 'maar' 1.360 kilo. Van de dieren die nu op aarde leven, hebben alligators de sterkste beet: 1.134 kilo.
Het heeft maanden geduurd om een allesomvattend beeld te krijgen van het dier. Daarbij werd een beroep gedaan op tal van wetenschappers. In het University of Alaska Museum kon met een CT-scan de omvang van de hersenen worden vastgesteld. Het blijkt dat de vorm en de grootte ervan veel gelijkenissen vertonen met die van de grote witte haai.
Om te weten hoe het dier zijn zwemvliezen benutte, werd een windtunnel gebruikt. Daaruit kwam naar voren dat het beest met twee exemplaren al genoeg kracht had om zich voort te bewegen. Bijkomend robotonderzoek wees uit dat de dinoachtige er vier had om het tempo nog op te voeren. Waarschijnlijk was dat vooral om sneller op prooien te kunnen jagen.
Volgens paleontoloog Anne Schulp van het Natuurhistorisch Museum in Maastricht maakt deze vondst de puzzel van het dinotijdperk weer een stukje completer. "Je komt weleens vrij grote wervels tegen, dus dat je dan ook enorme beesten vindt, verbaast me niet. Maar dit dier is reusachtig. De dinosaurusachtigen waren nog groter dan we al dachten."
Later dit jaar zendt BBC Worldwide een documentaire uit over Predator X.
Herken de creationist/ID-er in zijn schrijfsels ....aan zijn eigenzinnige woordenschat vol met vlaggetjes , begrips-verdraaiingen en code-woordjes
De"New Scientist"-verantwoordelijken ,hebben vlug (en eigenlijk wél schandelijk voor een populair wetenschappelijk magazine / website dat " Scientist" in zijn naam durft te voeren ) één van zijn op het internet geplaatste artikels , teruggetrokken ....omdat en NADAT iemand er (erg uitgebreid ?) over had "geklaagd "... (1) ___ Waarschijnlijk werden iets teveel van de gebruikelijke ( en vermeende "slimme" ) vermommingen en eigenaardigheden van mensen met een geheime religieuze agenda ,door de journaliste ( ook voor de meest onnadenkenden ) , iets te duidelijk en onverwacht in de openbaarheid gebracht ? (2)
In het geval dat ...kan je dus ook hier altijd terecht Lees zelf het artikel om je een oordeel te kunnen vormen over het "gevaarlijke" of "het aanstootgevende " in dit stukje van
De journaliste Amanda Gefter
Het artikel is alhoewel nogal triviaal , gelukkig niet verloren gegaan _____Het gaat in dat artikel zelfs niet persé om het signaleren van een soort van orwelliaanse " newspeech", maar (eigenlijk het erg low-key) aanstippen van de soorten talige geuren en kleuren ( en bargoens/slang ) dat bijvoorbeeld het creationisten en ID-er discour verraad :het creationisten dialect /en de sleutelwoorden daaruit , die de intellectuele geboortestreek van dit soort mensen onmiddelijk verraden ____
Maar goed / laten we het over iets interessanters hebben ;het inhoudelijke van dit journalistiek werkje Hier zijn enkele van de codewoorden ( en vooral ingeburgerde en gepapegaaide ( stroman) definities,volgens het rethorische trukenhandboek --> Define words in your own special way ) die volgens Gefter , de als wetenschap vermomde creationistische pennevruchten en redevoeringen verraden
1.-Wetenschappelijk materialisme :---> ook (filosofisch )naturalisme 2.- Het aanhalen van het Cartesiaans dualisme 3.- De mythologisering van de quantum mechanica en fysica (ook een weggevertje van intenties van de "New Age" adept ) --> kwantum kwak http://www.skepp.be/artikels/kwantumkwak/kwantummechanica-een-poort-naar-het-paranormale-of-een-alibi-voor-onzin http://www.skepp.be/artikels/kwantumkwak/kwantumkwak 4.-de termen "Darwinisme" en "Darwinist" (wetenschappers spreken in toenemende mate van "evolutie " en "biologen ") 5.- Natuurlijke Selectie voortdurend kenschetsen als "blind", "random" of "doelloos proces" ---> en als synoniem van evolutie ipv ( één van de) mechanisme(n ) 6.- Uiteraard ook het schaamteloze beroep op de " common sense " Moest de "common sense " een echt betrouwbaar kennisverwervend instrument zijn , dan had men de empirische feedback en de voortdurend controlerende wetenschappen niet nodig ) en 7.- Het leggen van verbindingen tussen de wetenschappelijkheid van de evolutietheorie ( haar onderzoekbaar waarheidsgehalte ) en de Culturele impakt ervan ( waaronder ook het politiek en ideologisch misbruik ervan ) ... het "
( niet vergeten ook hier tussen de regeltjes telezen ) ... en waar ik aan toevoeg lees vooral de keywords en weggevertjes : de "sporen" en " de geur en kleur vlaggetjes " die creationisten en ID-ers in hun stukjes huisvlijt achterlaten ....
Een ander geval van "sleutel"woordjes die de creationist in het discour verraden ; http://sandwalk.blogspot.com/2009/03/gary-goodyear-clarifies-his-stance-on.html ...... We are evolving every year, every decade. That's a fact, whether it is to the intensity of the sun, whether it is to, as a chiropractor, walking on cement versus anything else, whether it is running shoes or high heels, of course we are evolving to our environment. . ..... Larry Moran says : Those of us who have been dealing with creationists for several decades will recognize those words. That's a creationist speaking. They're willing to admit to microevolution within kinds but unwilling to admit to common descent.
(1) NS schreef : " ....New Scientist has received a complaint about the contents of this story. At the advice of our lawyer (update ) It has temporarily been removed while we investigate. Apologies for any inconvenience..."
* De "update " betekent dat new scientist vreest voor juridische acties....van de "complainers " ? * De "complaints " kwamen van Denise O'Leary en Uncomon Descent ( Dembski's blog ) ? ____zo gaat het gerucht Dat zou niet verwonderlijk zijn ... Want deze ( amerikaanse ) IDcreationisten , hebben jarenlang getracht de reli-theologische ID een "wetenschappelijk" status te geven .... De hints die in het artikel door A. Gefter worden gegeven , doen die " imago-building " te niet op een eenvoudige en elegante manier die ook wetenschapfilosofie- leken kunnen gebruiken .
(2) Nieuwe "UPDATE " enRECHTZETTING New Scientist has received a legal complaint about the contents of this story. At the advice of our lawyer it has temporarily been removed while we investigate. Apologies for any inconvenience.
ER is dus daadwerkelijk een legale klacht ingediend Volgens deze bron http://blog.newhumanist.org.uk/2009/03/so-why-did-new-scientist-pull-that.html zou de indiener van de legale klacht James Le Fanu, zijn "... a British GP and writer who, while he is not a creationist, has criticised the theory of evolution and scientific "materialism"... The article suggests he has "religious motives" for criticising science in his latest book Why Us?: How Science Rediscovered the Mystery of Ourselves, a book which has received uncomplimentary reviews by none other than Amanda Gefter in the New Scientist, and New Scientist editor Roger Highfield in the Daily Telegraph....."
Blijft natuurlijk ook nog een andere mogelijkheid : ( want ook engeland , merk een comment op ) A published article can fall under legal attack over copyright issues.
tenslotte Whether the cause was an external legal one, or internal to the publication - censorship has been attempted. It deserves an outcry, if only to act as a warning to other idiots attempting the same. * Ik wil er nog aan toevoegen dat verkoopstruuks zoals het "sensationalisme" dat spreekt uit de beruchte New Scientist cover , "Darwin was Wrong" ___en de huidige hier afgebeeldepromotie-material___
zeker niet van aard zijn om het vertrouwen te herstellen dat sterk is geschaad omdat het o.a. (ongewild? ) ammunitie verschaft(e) aan creationisten en ID-ers
*Ook censuur __om gelijk voor wat redenen dan ook ___is daarvoor NIET bevorderlijk
* Ik geloof echter NIET meteen dat New Scientist erg bewust de creationistische toer wil opgaan omwille van (mogelijk)financieel gewin .....maar het is wel erg klungelig wat ze nu allemaal doen en het stoot zeker in wetenschap geinteresseerde maar verwittigde leken af , die ___ meen ik ____ hun basispubliek vormen ...Tenzij ze natuurlijk grotere winsten zien door te veranderen van doelgroep ....kàn natuurlijk ook
Darwinjaar aan de K.U.Leuven: lezingenreeks De wetenschap van evolutie
Op dinsdag 17 maart begint aan de K.U.Leuven een lezingenreeks over evolutie, naar aanleiding van het Darwinjaar. Een heel jaar lang zullen verschillende wetenschappers spreken over evolutie binnen hun vakgebied.
Historicus Raf De Bont bijt de spits af met Rien nest aussi vague que ce terme dEvolution. De avonturen van het darwinisme in België.
Charles Darwin werd tweehonderd jaar geleden geboren en 150 jaar geleden publiceerde hij On the Origin of Species by Means of Natural Selection. Met dit boek lanceerde Darwin de evolutietheorie, die het wereldbeeld van de Westerse maatschappij op zijn kop zette.
De K.U.Leuven organiseert dit jaar verschillende activiteiten om die mijlpaal uit de geschiedenis te herdenken. Het ruime publiek kan vanaf 30 maart tot 10 april naar de tentoonstelling Darwins erfenis in het vernieuwde Museum voor Dierkunde en op 27 april naar Darwin, evolutie , een Science Café.
Iedereen is ook welkom op De wetenschap van evolutie, een reeks van acht lezingen. Zowel humane als exacte wetenschappers en biomedici zullen op een begrijpelijke manier uitleggen wat evolutie betekent binnen hun vakgebied. We graven in gesteentelagen om meer te weten te komen over biodiversiteit, zien dat de mens door evolutie nogal wat kwaliteiten maar zeker ook gebreken heeft ontwikkeld, en denken na over de breuk met de oude wereld die Darwin heeft veroorzaakt.
De lezingen vinden plaats elke derde dinsdag van de maand, behalve in juli en augustus, telkens van 20 tot 21.30 uur, in auditorium Zeger Van Hee, Tiensestraat 41 in Leuven.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met professor Filip Volckaert van het Departement Biologie van de K.U.Leuven.
...Charles Darwin was in 1832 in Brazilië. Omdat de jonge Charles het niet zo op slavernij had, voelde hij zich hier niet écht op zijn gemak. Nadat de Beagle na een paar maanden onderzoek is afgemeerd, luidt de vernietigende conclusie in Darwin's dagboek:
A land also of slavery, and therefore of moral debasement...On the 19th of August we finally left the shores of Brazil, I thank God, I shall never again visit a slave-country.
Maar Charles was ook verrukt over de soortenrijkdom in de Braziliaanse bossen. 68 soorten kevers in het regenwoud in Rio! Hij woonde een tijdje aan de baai van Botafogo.
During the remainder of my stay at Rio, I resided in a cottage at Botofogo Bay. It was impossible to wish for anything more delightful than thus to spend some weeks in so magnificent a country. In England any person fond of natural history enjoys in his walks a great advantage, by always having something to attract his attention; but in these fertile climates, teeming with life, the attractions are so numerous, that he is scarcely able to walk at all.
Charles schroomde ook niet de stoffige laarzen van een Braziliaanse bureaucraat te kussen om toestemming te krijgen voor tochten in Rio's achterland. Daar beleeft de Brit - toen nog zonder de koloniale witte baard - een schokkende ontmoeting.
I was crossing a ferry with a negro, who was uncommonly stupid. In endeavouring to make him understand, I talked loud, and made signs, in doing which I passed my hand near his face. He, I suppose, thought I was in a passion, and was going to strike him; for instantly, with a frightened look and half-shut eyes, he dropped his hands. I shall never forget my feelings of surprise, disgust, and shame, at seeing a great powerful man afraid even to ward off a blow, directed, as he thought, at his face. This man had been trained to a degradation lower than the slavery of the most helpless animal.
Darwin's humanistische blik op Brazilië is een aanrader.
(Charles Darwin, Voyage of the Beagle (1839), Chapter II)
Is ID de wetenschappelijke (sic) uitleg voor creationiisten 150jaar Darwinisme... De evolutietheorie gewikt en gewogen David sorensen en revolutietheorie lalala DE VERRIJZENIS VAN DE JONGE VERDRONKEN KOE » Reageer (21) ID TOVERDOOS OVER SLECHTE ID-EETJES ,RESISTENTIE & TOVERDOCTORS c) OEC d) YEC
Een oeroud spoor Denisova : ZUID SIBERIË DENISOVA - mens
DMANISI AAP OF MENS DE OUDSTE ? » Reageer (1)Nakalipithecus nakayamai (<) Alweer eentje ? ..... De tand des tijds / Heidelberg-mens DE HEUPEN VAN EVA CASABLANCA MAN /erectus Hobbit is aparte soort ? » Reageer (2) NOG EEN BENDE BIJTERS POLONAISE met neanderthaler TANDEN UIT DE QESEM GROT Neanderthaler genoom Mitochondriale Genenkaart van Neanderthaler Xuchang mens
b)Biologie 1.-(EVOLUTIE ) NAS / IM Document 2008 (2) NAS / IM Document 2008 ( 1)
Cambrium & precambrium AVALON GABONESE chips
Evolutie in actie Opmerkelijk snelle adaptaties bij kroatische ruine-hagedissen:
EEN PLUIM VOOR CHINA Geef eens een pootje Pluimgewicht KLEIN DUIMPJE & DE REUS &VEREN Opnieuw gevederde Maniraptor Similicaudipteryx. Aerosteon riocoloradensis
Krokodillen
PAKASUCHUS KAPILIMAI Prestosuchus chiniquensis Terug naar zee viseter
Eritherium azzouzorum LJOEBA Darwinius masillae VLIEGENDE KATTEN ? Vleermuizen ALWEER EEN BELANGRIJK STUK UIT DE LEGPUZZEL Zee-zoogdieren ; Van de wal in de visgronden Indohyus / walvisevolutie Zeehonden-evolutie
*Blauwe en groene ( =nederlandse)teksten zijn meestal aanklikbare links *Engelse Wikipedia teksten verwijzen in de linkerkolom naar verschillende niet-engelse versies van het wikiartikel *Blauwe teksten tusssen "" , zijn voornamelijk ( gedeeltelijke)citaten afkomstig van mensen met andere meningen
Evolutie / Charles Darwin aan de basis: SELECTIE NATUURLIJK DE LEVENSBOOM UITSTERVEN DEEP TIME Biogeografie SEKSUELE SELECTIE Al jaren lang samen CO-EVOLUTIE De economie van de natuur Geleidelijke veranderingen
Unintelligent design:
IP Theorie Ons gebit , De appendix, Geboorte, De weg van het zaad , Nervus Laryngeus Recurrens, DNA , 75 mistakes , Het boek
Unintelligent design (1): Rechtop lopen Tomaso over het oog , oogspieren , Unintelligent Design (5): ZWEETVOETEN Unintelligent design (6): Vitamine C Unintelligent design (8): Kuitspieren