Dit blog is een onderdeel van EVODISKU WAT IS DE BEDOELING EN WAAR STAAT DIT BLOG VOOR
****Wie meent dat alles inmiddels wel over de evolutietheorie gezegd is en dat de discussie gesloten kan worden, ziet over het hoofd dat de wetenschap niet stil staat.
***Wie meent dat inmiddels het creationisme definitief het pleit heeft verloren en dat de discussie gesloten kan worden , ziet over het hoofd dat het "creationisme" is geevolueerd ( en zal evolueren ) in nieuwere mimicrytische vormen( meme-complexen ) zoals bijvoorbeeld het ID(C)
***Dit blog is speciaal opgezet om de aktualiteit binnen het evolutie-creationisme debat te volgen en van kommentaren te voorzien ... waartoe de lezers zijn uitgenodigd bij te dragen ...
Let echter wél op het volgende :
"Je bent een rund als je hier met religie stunt " ....
30-09-2008
Aerosteon riocoloradensis
Weer bevestiging voor het idee dat vogels afstammen van dino's
Bird-like respiratory systems in dinosaurs -- A recent analysis showing the presence of a very bird-like pulmonary, or lung, system in predatory dinosaurs provides more evidence of an evolutionary link between dinosaurs and birds. First proposed in the late 19th century, theories about the animals' relatedness enjoyed brief support but soon fell out of favor. Evidence gathered over the past 30 years has breathed new life into the hypothesis. O'Connor and Claessens (2005) make clear the unique pulmonary system of birds, which has fixed lungs and air sacs that penetrate the skeleton, has an older history than previously realized. It also dispels the theory that predatory dinosaurs had lungs similar to living reptiles, like crocodiles.
The avian pulmonary system uses "flow-through ventilation," relying on a set of nine flexible air sacs that act like bellows to move air through the almost completely rigid lungs. Air sacs do not take part in the actual oxygen exchange, but do greatly enhance its efficiency and allow for the high metabolic rates found in birds. This system also keeps the volume of air in the lung nearly constant. O'Connor says the presence of an extensive pulmonary air sac system with flow-through ventilation of the lung suggests this group of dinosaurs could have maintained a stable and high metabolism, putting them much closer to a warm-blooded existence. "More and more characteristics that once defined birds--feathers, for example--are now known to have been present in dinosaurs, so, many avian features may really be dinosaurian," said O'Connor. A portion of the air sac actually integrates with the skeleton, forming air pockets in otherwise dense bone. The exact function of this skeletal modification is not completely understood, but one explanation theorizes the skeletal air pockets evolved to lighten the bone structure, allowing dinosaurs to walk upright and birds to fly.
Paleontologen hebben in de Argentijnse provincie Mendoza de botten van een dinosaurus opgegraven die waarschijnlijk een vogel-achtig ademhalings-systeem bezat Het dier was zon 10 meter groot en had veren. Maar in plaats van longen die krimpen en uitzetten had de dino uitsparingen voor twee luchtzakjes. Die pompten zeer waarschijnlijk de lucht in de niet -uitzetbare longen, net als bij vogels.
Vogels hebben maar kleine longen, maar voor het vliegen hebben ze heel veel zuurstof nodig, en een zwaargebouwd systeem zoals het onze zou niet handig voor ze werken. Lichtgewicht (maar sterke ) bouw en een goede geconcentreerde en direct aanspreekbare energieleverancier ( =insekten , vlees, olierijke zaden ,suikerrijk nectar ...goede zuurstoftoevoer ) primeert immers bij het ontwikkelen van de betere vliegvermogen ( dat geld ook voor vliegtuigen ) Het is trouwens ook een van de redenen waarom een "pegasus " niet kan bestaan = een zware vliegmachine die wordt gestookt met stro , hooi en gras gebruikt een veel te lage energiebron ....
*Bij ons zetten alleen onze longen uit (gebruiken we ons middenrif voor). Daardoor wordt er vanzelf lucht naar binnen gezogen. En als we uitademen, dan krimpen ze weer terug.
*Vogels, echter, hebben rigide longen, maar ze hebben verschillende luchtzakken verspreid over hun lichaam (in de nek, in de buik, en in de borstkas) die wél uit kunnen zetten- d'r past meer lucht in die zakken dan in de longen zelf, maar terwijl ze inademen worden er ook luchtzakken gebruikt om weer zuurstofarme lucht kwijt te raken. Je zou bijna kunnen zeggen dat vogels tegelijkertijd in- en uit kunnen ademen.
Vogels hebben een soort 'turbolongen', die zelf nauwelijks van vorm veranderen. (2B) Dat doen wel de blindzakken, die werkelijk overal in de vogel zitten, tot in de holle botten toe (zie figuur 1). De vogellong maakt tweemaal gebruik van de lucht. De eerste maal bij het inademen, de tweede maal bij het uitademen. Tussendoor stroomt de lucht in de blindzakken, die als blaasbalgen door de spieren en het skelet van de vogel beurtelings onder druk worden gezet. De longen zelf hebben geen longblaasjes zoals bij ons, maar bestaan uit lange buisjes, parabronchiën (zie figuur 2), waar de haardunne bloedvaatjes omheen gespiraliseerd zijn. De lucht stormt letterlijk door de buisjes en staat snel z'n zuurstof af aan de zelfs daarop aangepaste rode bloedlichaampjes. Als men de twee verschillende typen bloed microscopisch bestudeert, dan vallen enig dingen op. Als vogels dezelfde platte dropvormige en kernloze bloedlichaampjes zouden hebben als wij, dan zouden ze hun haarvaten mijns inziens verstoppen. Onze bloedlichaampjes hebben deze vorm omdat ze het meest geschikt zijn voor ons systeem van ademhaling met de miljoenen longblaasjes. De vogels hebben daarentegen evengrote maar ellipsoïde, zeer gestroomlijnde bloedlichaampjes. Deze vorm wordt in stand gehouden door de compacte kern in het bloedlichaampje. Dit type bloedlichaampje moet dezelfde zuurstofopnamecapaciteit (verhouding van oppervlakte-haemoglobinevolume ) hebben als ons type bloedcel, maar is geschikt om zeer snel te kunnen stromen door de haarvaatjes rond de parabronchiën. Vogels hebben een enorm efficiënte manier van ademhaling, geheel geschikt voor hun actieve vliegende levenswijze. ..... fig 1 fig 2
Aerosteon riocoloradensis (" luchtbot van de Rio Colorado" )
Basale (allosauroide?) tetanura theropode
9 a 10 meter
Cañadon Amarillo, Rio colorado Patagonia /Argentina
Laat krijt -84MY
-Aerosteon riocoloradensis ademhalingssysteem (2)
Summary of pneumatic features of the theropod Aerosteon riocoloradensis. (A)-Silhouette reconstruction in left lateral view showing preserved bones of the holotype and referred specimens (MCNA-PV-3137-3139); body length approximately 9-10 m. (B)-Left quadrate in posterior view. (C)-Dorsal 14 in left lateral view with enlarged cross-sections of the neural spine and transverse process. (D)-Furcula in anterior view with sagittal cross-section. (E)-Cross-section of medial gastral element from the anterior end of the cuirass showing pneumatocoel. (F)-Left ilium in lateral view with enlarged cross-section of pubic peduncle. Scale bars equal 5 cm in B, 10 cm (3 cm for cross-sections) in C, 10 cm (same for cross-section) in D, 2 cm in E, and 20 cm (6 cm for cross-section) in F. Abbreviations: aqj, articular surface for the quadratojugal; asq, articular surface for the squamosal; bfo, brevis fossa; ca, canal; dipc, diapophyseal canal; ep, epicleideum; hpo, hyposphene; ilb, iliac blade; isped, ischial peduncle; ns, neural spine; pa, parapophysis; pc, pleurocoel; pnec, pneumatocoel; pned, pneumatic depression; pnep, pneumatopore; poap, postacetabular process; poz, postzygapophysis; pped, pubic peduncle; prap, preacetabular process; prz, prezygapophysis; ptfl, pterygoid flange; qc, quadrate condyles; qf, quadrate foramen; qh, quadrate head; se, septum; tp, transverse process.
Veel van de gefossiliseerde beenderen van Aerosteon zijn sterk uitgehold( = gepneumatiseerd ) m.a.w. voorzien van inwendige holle ruimtes :luchtholtes .In veel van dergelijke holtes ( bij de vogels ) zijn tegenwoordig luchtzakken aanwezig die meehelpen een gelijkmatige luchtstroom(met eenrichtingverkeer ?) te onderhouden in de niet uitrekbare longen van vogels (en dino's)
Zo zijn bijvoorbeeld o.a. de wervels van Aerosteon zijn zeer sterk doortrokken van luchtholten. Dit bracht Sereno ertoe in de beschrijving in detail zijn ideeën te uiten over pneumatisering bij de theropoden in het algemeen. Hij meent dat het een sterke aanwijzing is voor de aanwezigheid van luchtzakken, zoals bij vogels, maar dat bij meer basale theropoden die luchtzakken niet ook in de borstholte aanwezig waren maar slechts evenwijdig aan de ruggegraat ("Fase I"). Pas bij de Tetanurae zou dat veranderen. Dat bij Areosteon ook het vorkbeen, het darmbeen en de buikribben gepneumatiseerd zijn, ziet hij als het beste bewijs tot nog toe voor die overgang ("Fase II"). Bij de Maniraptoriformes zou de ademhaling dan ondersteund worden doordat het borstbeen als pomp gaat fungeren ("Fase III"), terwijl de Maniraptora een volledig vogelachtig systeem zouden ontwikkelen ("Fase IV"). Het systeem met luchtzakken leidde tot een superieure zuurstofvoorziening en maakte zo dat het dier bij de jacht minder snel buiten adem raakte.
Moderne vogels hebben een dergelijk type ademhaling geërfd van hun theropode -voorouders waarbij dit systeem is geevolueerd die een verbeterde ademhaling mogelijk maakten , of om het gewicht lichter te maken( en groter risico op botbreuk? ) om zodoende de balans beter te kunnen houden bij een snelle sprint op twee poten , of een ingebouwd afkoelsysteem dat oververhitiing moet voorkomen De extreme graad van pneumatisatie die in relatief primitieve theropoden zoals deze Aerosteon is aangetoond , helpt de wetenschappers om puzzel rond de specifieke eigenschappen en evolutie van het eerste vogels-ademhalingssysteem te ontrafelen.
reconstructie van de longen ( rood ) en de luchtzakken ( andere kleuren ) Aerosteon was 10 meter lang en bezat stijve vogelachtige achterpoten . Illustration by Todd Marshall
De vondst "Laat weinig twijfel over het bestaan van echte vogelachtige luchtzakken in het ademhalingsysteem van leden van de theropoden (1) zei P Sereno, paleontoloog van de University of Chicago. Zijn onderzoekers vonden holten in het darmbeen , maagribben en het vorkbeen ( Furcula ): dat zijn goede diagnostische aanwijzingen voor de aanwezigheid van luchtzakken in het levende dier
De pijlen wijzen kleine openingen in het dijbeenbot aan. Op deze plek hechten kleine luchtzakjes zich aan het bot. http://www.kennislink.nl/web/show?id=212713 <-- In het dijbeen van deze theropode dino werden kleine openingen met een sponsachtige structuur gevonden. Geen beschadiging (zoals je op het eerste gezicht misschien zou denken/ en wat reeds is geopperd door minsten een ID-creationist ) maar een plek waarbij kleine luchtzakjeszich aan het bot hechten en/of het bot binnendringen. Hoe de paleontologen dit zo zeker weten? Moderne vogels, die voor hun ademhaling gebruik maken van verschillende luchtzakjes, hebben vergelijkbare structuren in hun botten.
De Aerosteon dinosaurusschedel werd nauwgezet door Sereno' s team geprepaard uit een in 1996 ontgraven rotsblok met het volledige fossiel erin ; Daarbij is gebruik gemaakt van een binoculaire microscoop en kleine trillende(tandarts ) boren ; de onderzoekers maakten zorgvuldig de beenderen uit de rots los Toen de onderzoekers begonnen met de heup en het darmbeen vrij te maken , merkten ze een barst op . Toen ze voorzichtig binnenin gingen kijken , ontdekten ze de eerste pneumatiserende holte in de beenderen van deze theropode
De "Nieuwe " argentijnse vondst bevestigd dit brits onderzoek dat werd bekend gemaakt in November 2007 -De vogel-achtige longen die voorspeld waren bij dino's zijn in voormeld onderzoek voor het eerst gevonden aan ribben van fossielen.
( De vermoedelijk ) Snelle en wendbare roof- dinosauriers zoals de velociraptors bezaten een energieverslindende levensstijl waarschijnlijk te danken aan hun manier van ademen. Dat blijkt uit een Brits onderzoek waarover de BBC bericht. http://news.bbc.co.uk/2/hi/science/nature/7081166.stm
Deze dino's hadden één van de efficiëntste ademhalingssystemen van alle dieren, gelijkaardig aan dat van moderne zwemvogels als pinguïns.
Credit: Zina Deretsky, National Science Foundation
Blaasbalg Hun ribben en borstbeen werkten als een soort blaasbalg. Het systeem pompte hun enorme lijf heel snel vol zuurstof, waardoor ze bliksemsnel prooien konden achtervolgen, zeggen onderzoekers van de universiteit van Manchester. Het systeem deed de onderzoekers denken aan dat van vogels, de nakomelingen van de dino's.
"Het is een mechanisme dat 'vliegend ademen' toelaat bij dieren die niet kunnen vliegen, en bestond dus al lang voor vliegende dieren zich ontwikkelden",
zei professor Jonathan Codd, de leider van het onderzoek. (sam)
" .....De longen van vogels zijn interessant. Zij zwellen en krimpen niet zoals bij de longen van andere dieren.
Lucht wordt ingenomen en vloeit weg in één richting, en het bloed stroomt in de andere richting. Dit verhoogt de zuurstof opname vanuit de lucht naar het bloed.
Het is zeer goed bruikbaar voor vogels die zeer hoog vliegen.( want ook minder zuurstof aanwezig op grotere hoogte ) Vleermuizen doen het heel goed zonder dit mechanisme
Dit is natuurlijk volledig naast de kwestie Ook vogels die zeer laag vliegen bezitten hetzelfde systeem ....De vogels hebben geen keus , het zit gewoon in hun afstammingslijn Vleermuizen bezitten een ander ademhalingssysteem( dat van de zoogdieren ) dat eveneens erg efficient is Bovendien zijn hoogvliegende vogels eindpunten van een lange evolutionaire ontwikkeling binnen de vogels Hoogvliegerij is zeker geen aangetoonde basale of "primitieve " eigenschap (en per vooraf opgestelde definitie ) van vogelachtigen
De goede zuurstoftoevoer naar het bloed is zeer belangrijk niet alleen voor het vliegen op grote hoogte , maar voor alle snelvliegende ensnellopende dieren Het snelste zoogdier in de sprint devliegensvlugge jachtluipaard doet het met met zoogdierlongen net zo goed als de roofvogels in termen van fitness
Wat is dan het probleem? Evolutie zegt dat de bruikbare, overleving-verbeterende eigenschappen worden geselecteerd. * Adaptationisme is echter niet de enige verklarings mogelijkheid voor het overerfbaar behoud en de fixering van een eigenschap ( niet alle "bewaarde " eigenschappen zijn nuttig ) -Neutrale eigenschappen ( zie ook SJ Gould, Lewontin RC : "The Spandrels of San Marco and the Panglossian Paradigm: A Critique of the Adaptationist Programme" http://ethomas.web.wesleyan.edu/wescourses/2004s/ees227/01/spandrels.html ) kunnen evenzeer worden doorgegeven in het genetische erfgoed -Natuurlijke selectie is niet het enige evolutiemechanisme
Voor een glijdend reptiel dat in bomen leeft zou zon long geennoodzakelijk voordeel bieden. Dat zou zelfs nog meer het geval zijn voor een dinosaurus die op het land leeft.
Snellopende en bewegelijke rovers ( raptors / theropoden ) zouden daar echter heel veel baat bij kunnen hebben
Bij reptielen stroomt de lucht in en uit de longen in tegengestelde richtingen, maar bij een vogel stroomt de lucht, zoals gezegd, in één richting. reptielen zijn een zeer grote verzamel groep ... Naast hagedissen , slangen , schildpadden , krokodillen zijn er de uitgestorven groepen Daaronder zijn klassieke Dinosauriers een grote groep binnen de " reptielen " die minstens even gevarieerd lijkt als de zoogdieren en de oude voorlopers van de krokodilachtigen De jongste classificaties op basis van de cladistiek , rekenen de vogels trouwens tot de hedendaagse "overlevende" dinosauriers
Ook zoogdieren zijn van de basale oude reptielengroepen afkomstig // Zie cuffey ( hieronder )
Evolutie van reptielen tot vogels zou een tussenvorm vereisen. Een overgangsdier die overgangslongen heeft zou deze longen onbruikbaar vinden. ( je weet wel dat is de bekende drog-redenering : ---> "wat is het nut van een halve vleugel " of " een half oog " ? klik--> Slecht en half oog )
Dit kan geen overleving-verbeterende toestand zijn. Natuurlijk wel ...zie nut van halve vleugel hierboven Fossiele resten van dit "overgangsdier ", een blijkbaar succesvolle landbewoner met vogelachtige luchtzakken en holle beenderen , is dus nu gevonden ...het is wel degelijk een " overleving-verbeterende " toestand geweest bij deze ( snelle en wendbare? ) theropode landrovers ( zie hierboven de uitspraken van P Sereno ..... )
(2B) Het hier gedeeltelijk geciteerde stukje ( overigens een goede beschrijving van de vogelademhaling )is afkomstig van creationisten ...Zoals gewoonlijk is rest van het creationistisch stukje een partijdige mengeling van uitstekende wetenschappelijke data , maar ook regelrechte erbij geplakte rethorische truuks en apologetische bagger .... http://home.planet.nl/~hoek0153/pag19.html
Deze " andere" ( = modernere ) zogenaamde "ID"- creationisten vinden het vogelsysteem (en bijhorende samenstelling van het bloed )een prachtig voorbeeld van Design!( en misschien wel "onherleidbaar" ontwerp )
Alleen is het niet noodzakelijk en automatisch een design door een ID-ontwerper....het kan evengoed het kan evengoed het produkt van " blind watchmaker" geknutsel dat werkt door middel van afstamming , genetische overdracht en veranderingen (=mutaties dus ) en Natuurlijke selectie, zijn .....Het kan ook een "prachtig " voorbeeld zijn van de processen van de evolutie ...dat evenzeer de ver- en bewondering opwekt in een van zijn produkten
Tenslotte vraagt de auteur Is een reptielen ademhalingssysteem ook nog eens door toeval en selectie om te bouwen tot dat van de vogels? terwijl de vraag NU ( en zeker na de ontdekking van deze tussenstap ) moet zijn ; is een theropoda ademhalingsysteem door de werking van Natuurlijke selektie en mutaties ( of andere vormen van genetische info-toename--> HGT , ERVS , genduplicaties etc .... ) ooit om te knutselen tot dat van vogels ? Als uitsmijter een belachelijk stukje onvervalste bijbelarij van boven de Moerdijk (maar wel in een beter Nederlands dan het mijne )
Dino's in de overgang <---klik is een stukje YEC-creationisme van een 'ollander- bietekwiet -vertaler ( speciaal aan te bevelen voor vlamingen die enig leedvermaak niet schuwen ) .... Het is een dubbelzinnig stukje over de recente argentijnse vondst vermengd met desinformatie, en met enige morosofe zever ondermeer over dat onmogelijke zondvloedverhaal Het zoetwater aquarium van Noach...<--.
Vooral het toegvoegd kommentaar van die 'ollander -vertaler is een stukje infame zever van het allerhoogste niveau : wie dit nog echt gelooft is werkelijk een randdebiel, die niet meer kan worden gered uit de onwerkelijke fantasie en wenswereld van deze sekten ... . Ik moet trouwens altijd aan "Poe's Law" denken als ik dergelijke stukjes lees
Eoraptor Lunensis (dief van de dageraad uit de maanvallei ) wordt beschouwd als een van de twee gevonden argentijnse primitieve dino's / voornaamste argument daarbij is dat de overgang van de zijwaarts uitstekende poten bij de voorouders van de dinosauriërs naar de 'onderstandige' poten die zo typisch zijn voor de dinosauriërs , bij Eoraptor al is voltooid In dezelfde argentijnse Ischigualasto Formation,werd vroeger al de Herrerasaurusopgegraven Ofschoon de Eoraptor geologisch jonger is dan de Herrerasaurus; wordt hij toch beschouwd als de primitiefste van de twee en staat hij (misschien) dichter bij de groep oer-dino's ....Daaretegen bezit de herrerasaurus nog wel de primitieve vijfvingerige hand Ischigualasto Dinosauriers
Twee van de prachtige vondsten van Ischigualasto Links herrerasaurus ;oorspronkelijk slechts bekend van enkele fragmenten , werd tenslotte de schedel gevonden in 1988 Rechts de eoraptor lunensis ;de meest primiteve maarjongste van de twee
....Eoraptor kan een theropode geweest zijn uit het late trias van -225 my. De resten werden in 1991 ontdekt door Ricardo Martínez in het Ischigualasto Provincial Park,( beter bekend als ; Valle de la Luna ) San Juan Provincie, Argentina. http://www.welcomeargentina.com/paseos/valle_luna/index_i.html Het skelet was zo goed als volledig wat een zeldzaamheid is , zeker voor zulk een oud dier .... Eoraptor was rond de 1 meter Lang
Merk in het bijzonder de voor een theropoda "primitieve " voorpoten en hand op( drie vingers en twee rudimentaire merktekens van de overige vingers van een tetrapoda) , die zijn zeer verschillend van de verder door-geevolueeerde " rudimentair aandoende voorarmpjes-aanhangsels(?) _____maar die in werkelijkheid op zeer gespecialiseerde vleeshaken lijken ____en tweevingerige hand van de latere ( dicht bij het uitsterven van de dino's staande) T Rex ,
De Dinosauriers zijn ontstaan uit een groep binnen de Archeosauria ergens in het late Trias ( ongeveer -230 MY. ) Echter : Midden augustus dit jaar werd officieus aangekondigd dat nabij Bernburg (centraal Duitsland ) , botfragmenten zijn gevonden van " voouderlijke " dino's uit het vroegste trias (Induan faunal stage)van 250 miljoen jaar geleden .... Dat zou het fossiel verslag van de dino'geschiedenis fors ouder maken ( met15 MY ) en een herziening van de afstammingsgeschiedenis misschien noodzaken : Zouden deze nieuwe "voorouders" nog ergens inpasbaar kunnen blijven met de archosauriers ? Het echte officieele verslag van de aankondiging van de vondst ( en vooral de vindplaats en presentatie van de vondsen zelf ) wordt in september of oktober verwacht ...
Tot vandaag gaat men er vanuit dat de dinosauriers onstonden (geologisch) na de massale uitstervingsgolf bekend als de Perm-Trias overgang (PT ) waarbij bijna 95% van het toenmalige leven op aarde, verdween .
Enkele groepen overleefden die geologische gebeurtenissen , met inbegrip van de synapsida afstammelingen , dinosauriërs,pterosaurs, schildpadden, en de Crocodilia.(1)
De vroege dinosauriers danken hun grote verspreiding over het land waarschijnlijk aan de twee belangrijkste uitstervingspieken tijdens het trias (- 215MY en -200MY )
De omtrekken van de huidige continenten in een reconstructie van het supercontinent Pangea (200 180 miljoen jaar geleden).______
Overigens waren de Landmassas nog verenigd tot één enkel continent :Pangea . Het noordelijk gedeelte werd Laurasia genoemd en het zuidelijke deel heette Gondwana. Heel het oudste Trias door was er maar een continent. Ongeveer 200 miljoen jaar geleden viel dit Pangaea al iets uiteen. Nog iets later, zo'n 150 miljoen jaar geleden, begon je langzaam de vorm van onze hedendaagse continenten te herkennen. Hoe de continenten van elkaar zijn weggedreven, word nu nog altijd bestudeerd --->Platentektoniek /Plaattektoniek.
Lang heeft men de theorie aangehangen dat "...bij afwezigheid van noemenswaardige concurrenten kwamen o.a. de dinosauriers tot bloei " Dat word niet bevestigd door het fossielen bestand (1)
Het betekent ook niet dat dino's onmiddelijk uiteenvielen in verschillende specifieke en sterk afgescheiden stamlijnen en taxonomisch reeds duidelijk te onderscheiden groepen ;
In principe kan men de dinosauriers (naar bouw en methode van levensonderhoud )klasseren in twee stamgroepen ---> roofdieren (inclusief aas en alleseters )en herbivoren -(Vooral ook de latere )vleesetende dinosauriërs worden grotendeels beschouwd als zijnde afkomstig uit de coelophysidea familie. Dat waren waren slanke carnivoren die varieerde van een tot zes meter lang
-De andere groep zijn de herbivoren van de Prosauropoda familie. .Ze worden gekenmerkt door een lange nek met een kleine kop, een duim klauw, en voorpoten die korter zijn dan hun achterpoten. Een van de vroegste bekende fossiele vertegenwoordigers van de dinosauriërs is de Eoraptor. De Eoraptor was een klein roofdier (ongeveer 1meter lang en met een geschat gewicht van 5 kgr )dat op zijn achterpoten liep . ( sommigen menen dat hij op alle vier rondliep) De wetenschappers zijn van mening dat het een van de eerste en oudste vertegenwoordigers is van een stamlijn ( een collaterale voorouder ) die zeer dicht aanleunt bij ( of een vertegenwoordiger is van )de gemeenschappelijke voorouder -groep van alle dinosauriërs ---> Dinosauromorpha. Er zijn daarom paleontologen die de Eoraptor beschouwen als een gespecialiseerde soort die veel dichter bij de echte archeosauriers (of een van de Perm-trias uitstervingen overlevende nazaat -die nog steeds tot die groep behoort ) staat dan bij de dinosauriers ...
Verreweg de meeste vroege dinosaurussen zouden bipedale kleine roofdieren zijn geweest , zoals de Eoraptor. De zeer komplete fossielen die van dit dier zijn gedaan hebben onthuld dat in het roofdier-gebit ook planteneter tanden aanwezig zijn ; zodat men met de mogelijkheid moet rekening houden met een omnivoor te maken te hebben .
(Naturalis )
"Eoraptor was mogelijk een alleseter. Zijn gebit heeft platte, bladvormige tanden van een planteneter én de scherpe, gekromde tanden van een vleeseter. Niet alle paleontologen zijn het met elkaar eens, sommige rekenen Eoraptor tot de vleeseters, anderen noemen hem een planteneter. Feit is dat we Eoraptor in de lijn naar de vleesetende dinosauriërs, de Theropoden aantreffen. De voor veel vleesetende dinosauriërs zo belangrijke klauwen aan de voorpoten zijn bij Eoraptor echter nog niet ontwikkeld. Die ontstonden pas later, bij meer gespecialiseerde rovers...."
(KBIN) "Het zou kunnen dat Eoraptor een alleseter was: tussen zijn scherpe snijtanden zaten nog platte tanden, die bij planteneters voorkomen. Of misschien zijn dit enkel ( noot: rudimentaire ?) overblijfsels van een plantenetende voorouder "
Het is __volgens weer anderen ____ veeleer een teken dat de eoraptor een echte basale dino is .... Enkele plaatsen hem zelfs aan de basis van de theropoda groep ( en en het is alleszins populair -spectaculair en krantvriendelijk meteen ook een vroege tyrranosauride te herkennen :___wat dus ook wordt voorgesteld )
Het dier vertoont kortom een dusdanige mengeling van kenmerken( een mozaik ) dat het inpasbaar is in verschillende stamboom opstellingen ... En eigenlijk kan het dier dus dat alles tegelijk vertegenwoordigen : :immers net zoals alle soorten is het een tussenvorm ( en als fossiel) ergens een staaltje ( =een proefmonster) van tussen een grote groep vele( onbekende ) andere verwante soorten
Alternative phylogeny of main dinosaur groups after Carrano & Sampson, 1999. Family-level phylogeny of non-avian theropods after Holtz, 1998 and Sereno, 1999.
De Eoraptor behoort tot de oudst bekende Dinosauriërs. Tot dezelfde groep horen ook de Herrerasaurus, de Staurikosaurus en de Pisanosaurus, allemaal kleine, tweevoetige dieren, die worden ingedeeld bij de Dinosauromorpha. Hun voorpoten, die nu niet langer nodig waren voor de voortbeweging, hadden zich ontwikkeld tot grijpklauwen om prooidieren de grijpen en vast te houden en soms tot vleugels. De tweevoetige vormen waren dan ook hoofdzakelijk roofdieren, zoals de Lagosuchuidae.
De Eoraptor heeft al de typische Theropodenbouw, zoals de drie vingers aan de voorste ledematen, maar mist nog wel enkele van de kenmerken die Dinosauriërs later ontwikkelden, zoals een flexibele kaak.
Goed vergelijkingsmateriaal is opgedoken ? Een interessante vondst werd aangekondigd ;de onderkaak van de "dragon van Litowice " schijnt -200MY , te zijn ...het wordt echter voorlopig voorzichtig wachten op de eerste peer reviewed studies
(1) http://sandwalk.blogspot.com/2008/09/lucky-dinosaurs.html Dat de dinosauriers geen concurenten hadden die minstens evengoed waren uitgerust (indien al niet in het potentieele bezit van superiere beginmogelijkheden ) is alleszins niet af te leiden uit gevonden fossiel niet-dino materiaal aanwezig tijdens hun eerste succesperiode .... Het kritische interval is het boven trias , met name het Norien en het rhatien , een 28-m tijdsspanne tussen CNEE [Carnien-Norien uitsterving ] en de TJEE [Trias-Jura uitsterving ].--> http://www.geo.uu.nl/ngv/geonieuws/geonieuwsart.php?artikelnr=781
Dat werd nu nader bestudeerd en geinterpreteerd door wetenschappers uit Bristol De Crurotarsi, de uitgebreide "krokodil-lijn " binnen de archosauriers , bezaten minsten evenveel troeven ...
Indeling van het Trias volgens de ICS,[2] samen met de NW-Europese indeling.
.Belangrijkste "mededingers " van de vroege dinosauriers waren tevinden bij de Crurotarsi, vertegenwoordigers van de toen erg talrijke " -krokodil-lijnen "binnen de archosauriers ( Archosaurs) die een uitzonderlijk gevarieerde waaier van uitzonderlijke morfologieen en erg voordelige aanpassingen vertoonden :
Behendige en wendbare vis en vlees-etende : phytosauriers ,[+]Phytosaurs Gepantserde herbivore aetosauriers, [+]Aetosaurs en reusachtige rovers ; de [+]Rauisuchians
Crurotarsi gebruikten zelfs de eigen versies van vele dinosaurier-bouwplannen (= grote landroofdieren; kleine vlugge roofdieren; medio tot groot-gebouwde elke vegetatie-laag bezettende herbivoren; behendige tweevoetige herbivoren). Verscheidene nieuwe ontdekkingen tonen opvallende convergenties tussen de crurotarsans en de dinosauriers , terwijl ook voodien vele Crurotarsi uit het trias verkeerdelijk bij voorouderlijke dino's ( of zelfs bij de echte dino's ) werden ondergebracht
Dergelijke morfologische convergenties wijst erop dat de dinosauriers en Crurotarsi gelijkaardige lichaams-uitrustingen hadden ontwikkeld en bij de exploitatie van vergelijkbare niches tijdens het recente Trias In sommige fauna uit het Norien, bezaten de Crurotarsi de numerieke meerderheid( ook in soorten ) en schijnen ook een bredere soortenwaaier met verschillende lichaamsplannen te hebben bezeten . Nochtans, waren tegen het eind van Triassic alle Crurotarsi uitgestorven, met uitzondering van een paar geslachten van van de Crocodylomorpha. De belangrijkste vraag is derhalve waarom de meeste dinosaurusgeslachten TJEE overleefden,( het begin 135 miljoen-jaar geleden van "dinosaur-tijdperk " terwijl de meeste Crurotarsi groepen . het loodje legden "
" .....A montage of the skulls of several crurotarsan archosaurs, the "crocodile-line" archosaurs that were the main competitors of dinosaurs during the Late Triassic period (230-200 million years ago).
Dinosaurs and crurotarsans shared many of the same ecological niches, and some crurotarsans looked remarkably similar to dinosaurs. However, by the end of the Triassic period most crurotarsans were extinct, save for a few lineages of crocodiles, while dinosaurs weathered the storm and began a 135-million-year reign of dominance. ...."
Waarom stierven de succesvolle Crurotarsi uit , en waarom overleefden de dino's ? Men weet het niet
De dino's waren zeker niet beter "aangepast " maar hadden meer geluk ?
Superiority, Competition, and Opportunism in the Evolutionary Radiation of Dinosaurs by Stephen L. Brusatte, Michael J. Benton, Marcello Ruta, Graeme T. Lloyd Science
Kon het botbreukgevaar (door val, struikel en andere "blik"schade veroorzakende jacht technieken ),de ontwikkeling van de Trex-roofdiermethodes bepalen ?
Horner zegt dat roofdieren wendbaar en allround moeten zijn in het vechten , sprinten en springen ;ze kunnen dus vallen. Een vallende T-rex kan door zijn gewicht gemakkelijk kaak en ribben breken ...een dergelijk gevallen dino kan niet meer rechtkrabbelen ( ook al omdat hij niet over de nuttige sterke armen beschikt om dat vooralsnog te doen ) en daarom is een val altijd dodelijk Neem bijvoorbeeld een giraffe, ook voor die is een val regelmatig dodelijk ,alhoewel ze vaak nog kunnen tijdelijk rechtkrabbelen met behulp van hun voorpoten .
Het dagelijkse leven zit vol met potentiële body-traps en grenzen die niet ongestraft kunnen worden veronachtzaamd . Het fossielen-bestand getuigt van het ruwe en gevaarlijke leven van de grote theropoda .
Het beroemde en meest complete T rex skelet, Sue, heeft een gebroken kuitbeen en gebroken ribben en letsels in de staarten aan de schedel
Hieronder gebroken ribben van Sue met gezwollen been-aangroeisel ; de getuige van oplappende -genezingen van fracturen ;Sue overleefde breuken lang genoeg om deze sporen van genezing na te laten , maar ze zal wel veel pijn gehad hebben (?) ....
Schade bij plantenetende dinosauriërs is relatief zeldzaam,(1) maar bij een kwart van alle theropoda skeletten blijkt een breuk in een arm of been.
Een van de bekendste theropoda is de Allosaurus Allosaurus fossielen getuigen van dieren die het slachtoffer werden van de volgende verwondingen tijdens hun leven:
Gebroken linker onderbeen- bot Besmette rechtervoet teen Gebroken staart Gebroken abdominale ribben Gebroken rechter rib Beschadigde klauw -mantel aan de tweede vinger van de linkerhand Besmette en gebroken tweede en de derde vinger aan de rechterhand Verdraaide tweede vinger van de rechterhand gefragmenteerde tweede vinger aan de linkerhand Infectie in geschonden rechterschouder Geheelde fractuur -schade aan het linker bekkenbeen (2)
De auteur is verder geneigd te geloven dat vele verwondingen kunnen zijn opgelopen tijdens gevechten met rivalen, maar de schade aan bijvoorbeeld de rechtervoet ( en de "dodelijke(?)" onsteking daarna) van de allosaurus is zeer gelijkend op de verwringingen die onstaan bij uitglijdende loopvogels ,zoals bij struikelende struisvogels die zich vergeefs trachten recht te houden ....(3)
Het loont ook de moeite om wat dieper in te gaan op de PALEOPATHOLOGIE VAN DINOSAURIERS
Paleopathologie = de studie van de gefossileerde letsels en deformaties als gevolg van oude ziekten , onvallen en ongevallen ( = traumatische effecten ) , slechte of knutsel design / oplapwerk (= zwakke schakels :vooral biomechanische fracturen en overbelastingen ) en aanverwante onderwerpen ...( en in verband met ons onderwerp) bij dinosauriers : meer bepaald by grote therapoda en tyrannosauridae ...
Studiemateriaal van deze discipline : Simpel samengevat; we moeten materieele bewijzen( =letsels en sporen ) van ( veelal onbekende ziekten en ongevallen ) en zonder kennis van de ziekte-processen , kunnen afleiden uit de tanden, botten,huid fragmenten , coprolieten , voet en spoor afdrukken...etc We kunnen echter nooit iets daaromtrent met absolute zekerheid vertellen , het is en blijft tenslotte een benadering die dikwijls ;niet meer is dan eeneducated guess....
Veel ontsnapt ook aan de aandacht omdat het ziekten /ongemakken kunnen zijn die geen enkel van dergelijke sporen na kunnen laten -Dinosauriers kunnen bijvoorbeeld last van "verkoudheden" hebben gehad maar dat laat geen sporen na in botten en/of coprolieten ..... -Dinosauriers leden misschien aan leverkanker , maar we weten dat niet zo maar ( er is ondertussen wel botkanker/ osteosarcoma___ en/of uitzaaiingen in het bot ___vastgesteld in dino-fossielen (Benign bone tumors in an unspeciated dinosaur from the American Jurassic ; see: Rothschild, BM, Tanke, DH, Hershkovitz, I. and Schultz, M. 1998./http://www.sciencedaily.com/videos/2006/0607-jurassic_docs.htm) ( A ) Vele kankers zullen we niet kunnen diagnosticeren .... Ik weet ook dat meer dan 99% van de huidige ziekten geen sporen nalaten in het bot ... Paleopathology is sowieso al beperkt tot hoogstens 1% vaststelbare(vermoedelijke ) ziektegevallen Gezien de zeldzaamheid waarmee dieren bot-pathologieën ontwikkelen plus de zeldzaamheid van fossilisatie van beenderen in het algemeen (laat staan op tijd gevonden gevonden vooraleer de moderne erosie de sporen van die ziekten heeft vernieigd vernietigd) is het opmerkelijk dat we toch nog iets vinden.
1.- (de zeer weinige )Bewaarde huidfragmenten hebben tot nu toe geen pathologische gegevens opgeleverd, maar ik denk dat het gewoon een kwestie van tijd is voordat op huidrestanten littekens en littekenweefsel zullen kunnen worden geidentificeert Mogelijke externe schade door parasieten is al voorspellend geanticipeerd door enkele modellen van britse onderzoekers : dinosaurus- huid vertoont immers een korzelige en geaccidenteerde stuctuur met veel hoeken ,kloven , openingen, kanten, bulten en gaten die ideale niches bieden voor diverse ectoparasieten
2.- Parasieten verwanten van moderne teken, muggen en vleesetende vliegen (van de familie Ceratopogonidae ) en anderen , waren tijdens het Late Krijt al aanwezig en kunnen ook vele ziekten en pathogenen hebben verspreid bij de dino's Verschillende soorten van vleesetende diptera ( in amber gevangen ) tonen gespecialiseerde monddelen die de onderzoeker aangaven dat ze zijn aangepast aan het verwonden , eten van dinosauriërs-vlees (en het leggen van eieren )in het bijzonder( op/in )de zachtere open wonden en weefsels en weke delen , bijvoorbeeld rond de ogen van hadrosauriers of op de onderkant van de horens en franjeachtige kopkapsels van deze reptielen . Interne parasieten zijn onbekend, maar gelet op de situatie bij allerlei hedendaagse dieren , zullen ook de dino's wel gastheren zijn geweest van verschillende interne parasieten ...
3.- Voetafdrukken en sporen voetafdrukken kunnen ook verrassend veel pathologische gegevens bevatten . Ontbrekende of vervormde tenen zijn bekend van sommige sporen .
Bij de theropoda is , de getroffen teen meestal eentje aan de buitenkant (= Digit IV). Meest verrassend (voor sommigen) zijn de loop en strompelsporen - van kreupele dinosauriers- Deze zijn bekend van zowel theropoda als sauropoda. Deze sporen zijn de enige indirecte bewijzen dat dinosauriërs waarschijnlijk pijn konden ervaren l .( Lockley, MG, Hunt, AC, Moratalla, J. and Matsukawa, M. 1994 Limping Dinosaurs? Trackway Evidence for Abnormal Gaits.. Ichnos, 3:193-202. 5.)
4.- Tanden. Geïsoleerde tanden komen vaak voor als fossielen. Het meest opvallend ( aan door de auteur onderzocht materiaal uit Alberta ) is de afwezigheid van cariës of tandbederf. Dinosauriers vervangen hun tanden doorlopend en regelmatig en hierdoor gingen de tanden verloren vooraleer cariës te kunnen ontwikkelen. Tandfracturen , met name bij de grote theropoda (dwz --> tyrannosaurs) zijn vrij algemeen. Vaak is de top, de spits aan de zijkant, of top en beide zijden van de tandkroon kompleet afgebroken ( tijdens het bijten en vasthouden van prooi , het verscheurend eten of tijden gevechten ? ) Soms is de tand afgeknapt aan de basis. Veel van deze gebroken tanden bleven in de kaken zitten en vertonen post-traumatische slijtage -vlakken : alhoewel gebroken, werden dergelijke tandresten toch voor lange tijd bewaard (en gebruikt ?) in de muil Sommige tanden laten soort-afwijkende tandprofielen zien , of zijn zelfs identificeerbare afgebroken tanden van een soortvreemde agressor. (Een ongewone basale divergentie in de tandprofielen in 2 rijen (met de bijnaam "splitters") kan een genetische basis hebben Erickson, GM 1995. Split Carinae on Tyrannosaurid Teeth and Implications of Their Development. . Jour. Vert. Paleo., 15(2):268-274. Paleo., 15 (2) :268-274. A theropod tooth fracture paper: Farlow, JO, Brinkman, DL, Abler, WL and Currie, PJ 1991. Size, Shape and Serration Density of Theropod Lateral Teeth. Mod. Geol., 16:161-198. Geol., 16:161-198. 6. )
5.- Beenderen vertellen ons het de meest over ziekten en vooral de (biomechanische ) verwondingen en traumatische letsels te vinden bij dinosauriers . Bot is niet statisch en onveranderlijke, maar een levend plastisch weefsel dat continu wordt geresorbeerd, gerenoveerd en geherstructureerd. Het reageert op een aantal verschillende manieren op bepaalde ziekten en trauma's. Deze reacties zijn vaak grotendeels gelijkaardig :ook over grote geologische tijdvakken en bij taxonomisch diverse uitgestorven en nog bestaande gewervelde dieren. Deze eigenschappen van bot-weefsel stelt ons in staat vanuit de bot- fossielen en hedendaags materiaal , te extrapoleren en de gevolgen van ziekte- processen in allerlei extincte en extante gewervelde dieren , te vergelijken . Dergelijke interpretaties (vooral in oudere literatuur)zijn vaak onjuist. Ondanks de moderne medische technologische vooruitgang (CT scans, MRI, enzovoort), en onze grotere achtergrondskennis van de pathologie opgedaan sindsdien , blijft de diagnose van bot pathologieen als gevolg van ziekte (dwz niet-fracturen ) een uitdaging tot op de dag van vandaag Vaak zijn dergelijke diagnoses omstreden,:dat is ook de reden waarom de meeste paleontologen meer geïnteresseerd zijn in de gebeurtenissen en vragen rond fracturen- Waar zijn ze gesitueerd op het skelet? met welke frequentie komen zevoor ? welke leeftijdsgroepis eraan onderhevig ? etc ....allemaal deelvragen naar het waarom van fracturen ... zwakkeplek ? slecht ontwerp ? het aanschurken tegen de grenzen van het mogelijke ? Welk mogelijk gedrag of zich dagelijks herhalende handelingen , veroorzaakten deze verwondingen?
a) De meeste beenderen met pathologieën (die de auteur heeft vastgesteld in zijn onderzoekmateriaal) vertonen genezing / of zijn geheelde of gedeeltelijk geheelde fracturen of genezen(de) fracturen met daaropvolgende infectie (= osteomyelitis). De distributie en de relatieve frequentie van genezen fracturen vertelt een bijzonder verhaal Ik zal niet ingaan op alle gevolgstrekkingen die daaruit kunnen worden opgemaakt , maar ik wil me beperken tot een paar belangrijke ....
Hadrosauriers tonen veel bot-traumas Ik heb een paar zeer ernstige problemen vastgesteld, zoals (opgelapte )kaakbeen fracturen of massale bekken- fracturen. Het is inderdaad opmerkelijk dat deze dieren ( die waarschijnlijk jachtwild waren van de grote therapoda) dergelijke verwondingen overleefden Gewonde/uitgeschakelde dieren bleven waarschijnlijk in dekking liggen in ondoorzochte zware vegetaties ..... Zij zouden dan teren op lichaamsvet reserves en zodoende tijd winnen om enigzins te herstellen van ernstige skelet- trauma's . Bij kuddevormende soorten werden gewonde dieren (waarschijnlijk ) een zekere mate van bescherming geboden door de relatieve anonimiteit van het grote aantal . (Alhoewel we weten dat ook veel hedendaagse rovers er schijnbaar zwakke en kreupele dieren uitpikken , blijken ook veel sprintende rovers( jachtluipaarden ) vooraf een ( wars van geanticipeerde zwakte of sterkte )individuele prooi uit te kiezen en blijven ze daarop gefixeerd gedurende de aanval )
Hadrosauriers veronen ook veel schade aan hun staartwervels. De meeste zijn enorme multipele plet- fracturen aan het einde van de staart, waar alle afzonderlijke wervels zijn gebroken in maar liefst 5 stukken(meestal verwacht men er 2) , die zijn vervolgens weer in elkaar gegroeid , of ze werden geplet in maximaal 4 fragmenten (opnieuw gewoonlijk twee) en daarna weer geheeld/versmolten / tot scheefgegroeid oplapwerk dat de oorspronkelijke wervels functioneel moet vervangen . Veel van deze exemplaren vertonen duidelijke hoekige en scheefgegroeide herstellingen die een "knik" aan het einde van de staart moeten hebben gevormd.
( aanvullende nota ) Een Edmontosaurus van het " Museum of the Rockies of Bozeman, Montana. " http://www.museumoftherockies.org/ toont een grote "wonde " aan de staartwervels dat zowel het bijtpatroon van een T Rex ( er was ook geen andere grote rover aanwezig in die tijd en plaats __voor zover bekend ) aangeeft , als ook bewijzen voor herstel van dit letsel ; De edmontosurus overleefde dus de aanval en was zeker ook geen cadaver waaraan wat was gepeuzeld( of waarvan de bottten waren gekraakt door een aaseter ?) Er is trouwens ook een lopende discussie met jack horner zelf op die site : Blog - Bite Marks on Bones
b) Tyrannosaurus exemplaren leden ook aan tal van breuken. -Fibula fracturen worden vaak toegeschreven aan mokerslagen van de ankylosaurus staartknuppel , hoewel ook andere interpretaties, zoals verdraaing en verrekende en corrigerende evenwichtsoefeningen gevolgd door gestruikel en zwaar vallen , moeten worden beschouwd. Tyrannosauriers vertonen vaak genezen / helende fracturen van de ribben en gastralia- zonder twijfel het gevolg van zware vallen met hoge impact Vergeet niet dat tyrannosaurus niet over de nodige krachtige voorpoten beschikte om een zware val te breken . "Hoe zwaarder men weegt en hoe hoger men zit hoe harder en dieper men valt "( om eens een bekend gezegde te parafraseren )past goed bij de tyrannosaurs ....letterlijk ( Farlow, J., Smith, MB and Robinson, JM 1995. Body Mass, "Strength Indicator", and Cursorial Potential of Tyrannosaurus rex. Paleo., 15(4):713-725. ).
c) Diffuse idiopathische skelet hyperostose of "DISH " wordt vaak gezien in de staart wervels van sauropoden . Iemand noemde dit "artritis", maar dat is niet zo. . Echte artritis in dinosaurussen is uiterst zeldzaam. Dish is echter geen echte osteopathie,__alhoewel het er ernstig uitziet ___ het gaat om de gevolgen van aanhoudende druk en stress op bepâalde punten van de wervelkolom. DISH komt ook voor bij de mens . ( goede artikels over DISH : : Rothschild, BM 1985. Diffuse Idiopathic Skeletal Hyperostosis: Misconceptions and Reality. Clin. Rheum. Prac., 4:207-211. Rothschild, BM and Berman, D. 1991. Fusion of Caudal Vertebrae in Late Jurassic Sauropods.. Jour. Vert. Paleo., 11(1):29-36. Paleo., ) d) Echte Artritis is vaak genoemd als voorkomend bij de dinosauriërs, in het bijzonder bij moeilijkheden met opgelapte en versmolten rugwervels . Artritis heeft invloed op gewrichten (dwz vingers / tenen, pols / enkel, elleboog / knie, schouder / heup), maar NIET niet op de ruggegraat- articulaties. De term "artritis"wordt hier ten onrechte gebruikt Wervel- versmeltingen zijn of DISH of een andere pathologie , de "spondylitis deformans". Artritis is bekend bij 2 leden van de IGUANODON groep van Bernissart , waarbij de voetgewrichten zijn betrokken Jicht verwormingen zijn aangetoond bij de tyrannosaur "Sue" , maar het zijn allemaal zeldzame gevallen. (Voor de jicht studie : Rothschild, BM, Tanke, DH and Carpenter, K. 1997. Tyrannosaurs Suffered From Gout. .Nature, 387:357. voor echte "artritis" in dinosauriers : Rothschild, BM 1990. . Radiologic Assesment of Osteoarthritis in Dinosaurs. Ann. Carnegie Mus., 59:295-301. ) e) Osteomyelitis of algemene bot-infectie Het is vaak zo dat een botbreuk secundair besmet is geraakt Er is vaak massaal nieuw bot ontwikkeld, van een karakteristieke sponsachtige textuur, soms met grote gaten die de drainage van etter toestaan (een pyogenische infectie).
f) kop en gezicht -beten bij theropoda. Dr Philip Currie is co-auteur van een studie met uitstekend bewijsmateriaal voor intraspecifieke (=dezelfde soort betreffende) gevechten bij een aantal grote theropoda: met name tyrannosauridae en de Chinese theropoda SINRAPTOR. Schedels van een aantal grote theropoda vertonen dikwijls bijt-sporen . ! Deze laesies zijn vrijwel identiek aan bijtsporen op prooidieren (dwz hadrosauriers ) , maar met een groot verschil :ze tonen tekenen van genezing . We weten (bijna)zeker dat een aantal grote theropoda onderling gevechten leverden en elkaar in de kop beten .
Tyrannosaurus bijtsporen op het gebeente van een andere tyrannosaurus zijn niet alleen op de schedels te vinden :
Het uiteinde van een T.rex teen met bijtsporen van een andere tyrannosaurus
" ....T.rex bite marks on the bones of other dinosaurs. We know that T.rex ate Triceratops, and T.rex ate Anatosaurus (Edmontosaurus), and we know that T.rex even ate other T.rexes because we have T.rex bite marks on T.rex bones. ..." Blog - Bite Marks on Bones
Waarom deden de theropoda ? We hebben verschillende mogelijkheden onderzocht , en geconcludeerd dat territorium - , voedselconcurentie- en status- gevechten binnen een groep ( de plaatselijke populaties) de oorzaak zijn
Verreweg het interessantst is de vastelling van genezing van beetmerken op T. rex.schedels Ik denk dat als een T. rex de mogelijkheid had om een andere T. rex te bijten (en het gevaar van ongetwijfeld volgende vergeldingsmaatregelen bij het gevecht kon overleven ) er geen reden meer is tot afwijzing van de mogelijkheid dat T. rex ook een volledig aktieve en bewegelijke jager kon zijn / was ; die niet steeds moest vrezen om een dodelijke val te maken ....
STAN Het skelet van de tyrannosaurus Stan toont verschillende letsels, waaronder gebroken en herstelde ribben Gevechten met andere T rex schijnen de letsels van Stan te hebben veroorzaakt , maar we weten dat hij die overleefde en vervolgens weer kon gaan vechten ....Maar we weten niet wat uiteindelijk de dood van Stan veroorzaakte
De studie van paleopathology biedt een krachtig instrument bij de bestudering van sommige aspecten van dinosaurier gedrag STAN
EEN DOM REUZENKIEKEN ?
III (GAVIN RYMILL)
CAT-scans van de T-rex schedels tonen ons de hersenenpan en ongeveer de vorm die de hersenen hebben gehad . Jack Horner (B) verklaarde dat " -Tyrannosaurus rex had kleine ogen en kleine hersenlobben die het gezichtscentrum vormen dus was hij niet goed in staat om te jagen. Het gedeelte waar de reukzin zit was echter erg groot, een indicatie dat T.rex zeer goed kon ruiken. Die goede reuk had hij dan nodig om het rottend vlees van kadavers over grote afstanden te kunnen ruiken. Ook gieren hebben een zeer goede reukzin."
m.a.w. de Tyrannosaurus beschikte over een grote olfactorische kwab (de geur-cortex) en een kleine optische cortex.
Hij wijst erop dat dit zeer vergelijkbaar is(4) met de gevonden verhoudingen in de hersenen van een gier. ( bij jagende roof vogels is dat over het algemeen omgekeerd= dat zijn slecht-ruikende , visuele dieren ) Gieren gebruiken hun scherpe reukzin om de geur van rottend vlees over tientallen kilometers,op te sporen en, omdat T-rex hetzelfde type hersenen bezit ,moet het ook een aaseter zijn geweest -gieren bezitten zeer scherpe ogen ondanks de (verhoudingsgewijs met andere vogels) kleinere visuele cortex...ze vliegen trouwens bij de algemene zoektocht naar aas ....Spaanse vale gieren uit de pyreneeen en de Picos de Europa( aragon y leon ) ,kwamen in de zomer van 2007 /2008 misschien wel op "visuele" zoektocht naar kadavers in de zuidelijke Nederlanden ?
-Wolven en honden organiseren het opsporings-jagen op voornamelijk geursporen maar zijn daarom nog geen aaseters
Het is natuurlijk voor een aaseter goed als hij over grote afstanden dode dieren kan ruiken, maar welke jagers hebben nu een slecht ontwikkeld reukorgaan? Ook voor jagers is het van groot belang om prooidieren over grotere afstand te kunnen ruiken. Het is zelfs voor prooidieren van groot belang om goed te kunnen ruiken om eventuele roofdieren op tijd op te kunnen merken. De hersenen van T-rex lijken eveneens op die van andere hedendaagse dieren: De Alligators.
Vogels (met inbegrip van gieren) hebben een grote ruimte van de hersenen ( het cerebum) dat zich voornamelijk bezig houdt met het zinnig verwerken en coordineren van sensorische gegevens die tot acties leiden (= denken ) Echter alligators, zoals de grote theropoda dinosaurussen, hebben een kleiner denk -cerebum ontwikkeld maar ze compenseren dat door een groot hersendeel gewijd aan de zo perfect en precies mogelijk (cybernetische ) besturing van de ontvangst van de zintuiglijke prikkels zelf .
Dit vertelt dus niet noodzakelijk iets over verondersteld aaseter- gedrag , maar veeleer iets over een reflexmatige jachtspecialistie gebaseerd op zeer scherpe waarnemingsapparatuur
Met een veel info-verwerkend cerebellum zal een vogel moeiteloos voedselkruimels ( zoals bessen en zaden ) oppikken tussen de rommel die op de grond ligt Alligators zijn echter echte opportunisten : ze zitten achter alles aan wat op voedsel lijkt ( net zoals de meeste haaien ) ....
T-rex mag dan al de beschikking hebben gehad over een ongelooflijk goed afgestemd olfactorische zintuig zoals een gier - net zoals Horner stelt - maar zodra hij zijn prooi (op korte afstand)binnen bereik krijgt zal hij waarschijnlijk net als een alligator - met een krachtige, verwoestende beet een levend dier doden...Honden en wolven ( zoals reeds opgemerkt ) jagen trouwens ook op de reuk en volgen zodoende een spoor ...het zijn daarom nog geen aaseters ...integendeel ....
IV (PZ MEYERS ) T REX brein
CT scans van T. rex's brein (blauw ); Met de rode pijl is een grote reukkwab aangeduidt . Het binnenoor (rood) bezit lange delicate(slakkenhuis) kanalen die wijzen op een goed evenwichtsorgaan (statolieten ) terwijl de gehoorgang een scherp gehoor mogelijk maakt
CT-scans van een fossiele Tyrannosaurus Rex schedel doen vermoeden dat .het dier zeker geen briljant denker was : maar het dier bezat wel uitstekende en gesofisticeerd- uitgewerkte multimodale systemen voor de verwerking en sturing .van sensorieele dataverwerving In het bovenste deel van de foto, je kunt je zien waar de hersenen zijn gelegen in de schedel; relatief klein en diep begraven, is het niet? Het onderste deel toont de gereconstrueerde hersenen, de olfactorische kwabben vooraan zijn relatief groot, dus nezathet die een heel goed reukvermogen De middenoor structuren zijn ook groot, waarschijnlijk een uitstekend gehoor en een zeer goed evenwichtsgevoel, dat is een diagnostisch teken van een erg actief dier Andere analyses van het visuele systeem tonen aan dat een gesofistikeerd scherp zicht eveneens aanwezig moet zijn geweest maar ookgrote opportunistische aaseters hebben nood aan dergelijke zintuigelijke spitstechnologie De beschikking over een scherp gehoor en een groot evenwichtsgevoelnedigen er echter toe veeleer een actieve jager te veronderstellen ipv uitsluitend een aaseter Volgens mij___ was hij het allebei ....
2006 De structuur van het binnenoor verraadt dat de T. Rex over een meer dan uitstekend gehoor en evenwichtsgevoel beschikte. De vinding lijkt strijdig met eerder gevonden bewijs, dat aantoonde dat de lompe T. Rex slechts een beperkte bewegingsruimte en leefomgeving had. Uit de scans bleek dat het binnenoor de afmetingen had zoals dat bij veel kleinere dieren het geval is en dat de zintuigen waarschijnlijk zeer gevoelig waren. Omdat in het binnenoor ook het evenwicht wordt bepaald was hij mogelijk ook zeer behendig.
De al lang gaande discussie of de T. Rex nu een roofdier of een aaseter was, wordt met deze bevindingen weer nieuw leven ingeblazen. Docter Lawrence Witmer van de universiteit van Ohio ( tijdens een conferentie in S.t Louis, )concludeerde uit zijn onderzoeksgegevens ook dat het beest zijn ogen en hoofd erg snel heeft kunnen bewegen om prooi op te kunnen sporen. Witmer lijkt daarmee de roofdier-theorie aan te hangen.
Onbeholpen Op dezelfde conferentie waren echter ook paleontologen aanwezig die met nieuwe gegevens op de proppen kwamen die aantonen dat de dinosaurus waarschijnlijk erg grof en onbeholpen was en dus waarschijnlijk een aaseter was. Dit dier had zeer sterke gewrichtsbanden, waardoor zijn lijf erg stijf en star was. Daardoor was zijn bewegingsruimte vrij beperkt, zei de onvermijdelijke Dr. Horner tegen BBC News. " De T. Rex was stijf van zijn nek tot zijn staart, het was niet bepaald een danser.
Omvallen Volgens Horner gaat zijn theorie op voor de meeste vleesetende dinosaurussen. Volgens mij waren ze allemaal vrij lomp en stijf en niet zo soepel als we dachten. Ze hebben waarschijnlijk veel ruimte nodig gehad om te draaien zonder om te vallen.
(A) 2006Ct scans van de ruggegraat en bekkengordel van Camptosaurus ( Jura (-210 MY -140MY)
(B) De gehele en langdurige controverse en discussies rond de hypotheses van jack horner ( aangaande de T REX levensstijl) haal ik hier gedetailleerd aan om te illustreren datPaleontologie een kwestie is van zeer veel( langdurig volgehouden )geduld tijdens erg vervelend en ondankbaar routineus werk
Paleontologie is in de praktijk niet erg stimulerend :ook in de zin van het verkrijgen van belangrijke steun voor de reputatie en de carriere -uitbouw van betreffende wetenschapper ( of zelfs maar erkenning voor"nutteloos"onderzoek ) Bovendien is veel van dit onderzoek altijd erg low budget , en (net als bij archeologisch veld -onderzoek )kunnen serieuze vertragingen optreden door politieke druk en oorlogs- situaties in de regio's waar de vindplaatsen liggen ;
Bovendien is is er een lucratieve markt onstaan ( met vervalsingen en roof/diefstal incluis )voor rijke amateurs fossielen-verzamelaars ( een interessant , veel besproken, maar ingewikkeld geval is de komplete verdwijning van de eerste Chou- kou- tien fossielen van sinanthropus tijdens WO II http://en.wikipedia.org/wiki/Zhoukoudian) en het daarbij horende vandalisme van veelbelovend of onvervangbaar fossiel materiaal .... -Soms (mogelijks) gerichte / moedwillige vernielzucht/censuur omwille van ideologische motivaties ? ( bijvoorbeeld alweer :sommige beschuldigingen bij het verdwijnen van de chou -kou- tien fossielen ) -Soms vanuit een arrogante egoistische mentaliteit en taktloze onverschilligheid van zich alles permiterende recreatievelingen
Een recent voorbeeld van dit laatste soort ontmoedigend vandalisme :
Diplomaten vernielen walvisfossiel /augustus 2007 De Egyptische autoriteiten hebben Belgische diplomaten ervan beschuldigd dat ze de fossielen van een veertig miljoen jaar oude versteende walvis hebben vernield door er met terreinwagens heen en weer over te rijden .Ze hebben daarbij voor miljoenen dollars aan schade aangericht aan het patrimonium van Egypte
De overblijfselen van de walvis zijn onvervangbaar ( ook vanuit het zuiver wetenschappelijk oogpunt ) . De beheerders van de 'walvisvallei' hebben officieel een klacht ingediend bij de autoriteiten. Het zou gaan om twee voertuigen die over het beschermde terrein reden. Bewakers sommeerden de wagens om te stoppen maar deze reden gewoon door. Gelukkig konden zij nog wel de nummerplaten noteren waarmee ze tot de ontdekking kwamen dat het voertuigen waren van de belgische ambassade.
Wadi Al-Hitan, "Whale alley," bevindt zich in de Westelijke woestijn van Egypte. Het terrein bevat fossiele overblijfselen van oerwalvissen en is van onschatbare waarden. Het gebied staat sinds twee jaar op de werelderfgoedlijst van UNESCO.; maar ook dit blijkt dus uiteindelijk geen voldoende bescherming te bieden ....
Veel van dergelijke verdwijningen en vernielingen lieten al eens sommige creationisten toe het bestaan van belangrijke vondsten en sites in twijfel te trekken (= dat was ondermeer het geval met de choukoutien fossielen en die door de pers toen voor het eerst werden als " missing links "(= de verdwenen schakels " ) gedoopt ...een journalistiek-literaire " vondst" / bon mot , die later een eigen leven is gaan leiden )
Maar ook voor een nieuwsgierige leek - verzamelaar van bestaande kennis en nieuws (of een afficionado ) is een verdieping in de paleontologie een erg vervelende ( stoffige en belegen ) bezigheid ...Niet alleen moet men jaren wachten op de preparatie van gevonden fossiele puzzles , maar het uitziften van de hypotheses en vele interpretaties die erop steunen( en tot de normale procedures van de natuurwetenschap behoren ) duren hier wel erg lang en vergen nog meer hardnekkig koppigheid om door te gaan met het verzamelen( ook door de paleontologen zelf ) van in wezen , zeer minieme maar uiteindelijk (iet of wat ) houdbare ) detailkwesties ....
Kranten kunnen natuurlijk dit soort afwachten niet opbrengen , ze zijn tuk op primeurs en snelle succesjes ;ze vissen dus steeds weer naar populaire sensationele" infotainment"- beweringen ___zeker wanneer het gaat over over roof-dinosaurussen met hoog jurassic -park (en horror ) gehalte _____die ze menen te kunnen afleiden uit interviews met onvoorzichtige maar geestdriftige en media-geile ( al met al met iets van wereldvreemde overschatting van de algemene nieuwswaarde van hun arbeid ?) wetenschappers die enthoesist zeer minieme successen buitenproportioneel opblazen (= pyrrhus overwinningen in de eindeloze debatten )
Al met al is paleontologie een zeer langzaam verlopend en erg vervelend routineus nacheck ( mondiaal ) detective-werk met voornamelijk oog voor het gepriegel rond erg fragmentaire details ....
(1) .....dat gaat al alleszins niet op voor de hadrosauriers ,maar dat was waarschijnlijk het meest bejaagde wild van de Tyrannosaurus rex... ?
(2) dat laatste bewijst dat fracturen op korte termijn niet dodelijk hoefden te zijn / Het aantal gevonden kompleet geheelde breuken is frequent bij de tyrannosaurus -vondsten (tot nu toe) Het lijkt er op dat de fossielen getuigen zijn van ernstig lijkende breuken die echter goed genezen zijn
(3) De tyrannosaurus is beduidend groter en zwaarder dan de allosaurus .... Vallen zal wel een van de vele ernstige gevaren in de dinosaurus wereld geweest zijn ....vooral van grote en zware tweevoeters
(4) ander vergelijkingsmateriaal is tegenwoordig ook voorhanden : scans van de hersenen van archaeopteryx archaeopteryx brein <---( 11 artikels)
3D model based on X-ray CT. Scale bar, 2 mm. a, Lateral (external) view. b, Anterior view. c, Posterior view. Abbreviations: aa, anterior ampulla; ac, anterior canal; cc, common crus; cd, cochlear duct; fr, fenestra pseudorotunda; fv, fenestra vestibuli (fenestra ovalis); la, lateral ampulla; lc, tentative course of lateral canal; LO, left opisthotic; pc, tentative course of posterior canal; pc (u), posterior canal (upper part); PR, prootic; sa, sacculus; ut, utriculus; VIII?, acoustic nerve or endolymphatic duct. Original imagery available at http://www.DigiMorph.org
(5) Natuurlijk maken karkassen en krengen geen geluid Maar had een T-rex ( zelfs als aaseter) ook geen nood aan een constant auditief alarmsysteem tegen (mogelijk)cannibalistische ,.roofzuchtige , roofzuchtige , jong en broedseldodende vrijbuiters en rivalen , ook van eigen soort? Er zijn bovendien indicaties dat Therapode moeders minstens broed en jongen zorg kenden, en (misschien langdurig )bescherming boden aan hun kroost ....
Maar is er wel een tegenstelling Aaseter - Rover ? Is een roofdier niet een verder ontwikkelde en geoptimaliseerde aaseter ...? Waarom niet beiden ? Leeuwen , honden , arenden , hyenas, zijn allen moderne roofdieren die zowel aktief jagen als aas-eten....sommigen ( bijvoorbeeld kroko's )zijn zelfs cannibalen of vreten het broedsel van soortgenoten is er ook maar een reden om te veronderstellen dat uitgestorven carnivoren NIET hetzelfde deden ?
Ok, De "theorieeen " over gelijk wat in de Paleontologie gingen vroeger meestal over ;" het is zeker dit " of " het is zeker dat " Maar vandaag is men eerder geneigd een combinatie van dat soort tegenstellingen te huldigen ... predator/aaseter T-rex zal dus in die visie wel bestaan hebben ; Het was een jager die een dode maaltijd niet voorbij zou lopen! En Natuurlijk zal dergelijk dier zelfs niet alleen geleefd hebben van actieve jacht en aaseten Maar als echte opportunist zal het ook wel "gemakkelijke"buit hebben gegrepen waar het maar kon ;bijvoorbeeld het stelen van de geslagen prooien van jongere en kleinere T rex of andere kleinere therapoda ....
We mogen ook nooit of te nimmer vergeten dat er alleen maar fossielen (voornamelijk beenderen ) als onderzoekbare en refereerbare evidenties voorhanden zijn
Vergeet ook nooit ; .......De meeste mensen leren de resultaten en kleine succesjes van de paleontologische wetenschappen slechts kennen dmv. de interviews en het infotainment die de gevierde paleontologen geven aan de media en/of doorheen de brouwsels van hollywood figuren en show-bizz moghuls en die daardoor de "algemeen geweten en bekende "kennis over die dieren , hebben vorm gegeven voor de meeste mensen
Een voorbeeldje van dergelijke "fictie-pop-wetenschap" is " het idee dat de tyrannosaurus alleen maar reageerde op bewegende voorwerpen ...dat is afkomstig uit de science fiction film ; jurassic park (jack Horner was zelf counsultant-medewerker en inspirator van een van de personnages van die film ) Daarbij vergeet men altijd (bij het verder vertellen van die pop-"theorie " ) het flut verhaaltje in de "jurassic park" filmplot , waarbij de fantasie-stereotype wetenschapper( een soort opa) beweert dat ; "deze eigenschap van het visuele systeem van de in het park loslopende T Rex , afkomstig is van het "genetische (= tover?) materiaal" van een (eveneens fictieve) kikker die werd gebruikt bij het terug tot leven wekken van dit exemplaar van een uitgestorven diersoort " Meer moet dat niet zijn ..... Een soort variatie op de "The Fly" griezel dus ...dat eveneens het gevolg was van de werken van een mad-scientist / leerling -tovenaar , die onvoorzichtig prutste aan de Goddelijke Schepping of de Natuur
Tot diep in de twintigste eeuw dacht men nog dat dinosauriërs langzame, koudbloedige dieren waren. Tyrannosaurus kreeg een overeenkomstige rol toebedeeld; het zou een traag dier geweest zijn dat op zijn (al even slome) slachtoffers toeschuifelde om ze in een langdurig uitputtingsgevecht de baas te worden. In 1968 kwam de paleontoloogRobert Bakker echter met de toen revolutionaire hypothese van de warmbloedigheid van dinosauriërs, en hij stelde ook het beeld van Tyrannosaurus bij: die werd nu een felle rover die wel 70 km/u kon halen in een achtervolgingsjacht
Deze nieuwe denkbeelden riepen echter weer reacties op. Op de eerste plaats werd de maximumsnelheid gesteld door Bakker betwist op grond van het hoge absolute gewicht. Alexander beweerde in 1987 dat de botten van Tyrannosaurus te zwak waren voor een snelheid boven de elf kilometer per uur. Achteraf bleek dat hij de beendikte onjuist bepaald had door af te gaan op een ineengedrukt fossiel. In 1995 stelde Farlow dat Tyrannosaurus het zich simpelweg niet kon veroorloven te rennen: als hij dan zou struikelen, zou hij dodelijk gewond raken. Dit zou er op wijzen dat hij vanuit een hinderlaag sprintend joeg, zoals een tijger. Gregory S. Paul wees echter op het bekende feit dat bij grotere dieren de efficiëntie bij het bewegen toeneemt, samen met de versnellingsduur per pas, zodat de maximumsnelheid in beginsel bij toenemende grootte gelijk blijft, zij het dan dat die snelheid steeds langzamer gehaald kan worden, zodat Tyrannosaurus juist helemaal geen sprinter was.
In het begin van de twintigste eeuw maakte de sterk toegenomen computercapaciteit het mogelijk de biomechanica van Tyrannosaurus meer gedetailleerd te modelleren. Volgens een studie uit 2002 van John Hutchinson, extrapolerend vanuit een kip, was de relatieve spiermassa hoe dan ook onvoldoende voor een snelheid boven de 40 km/u en lag de maximumsnelheid waarschijnlijk niet hoger dan 23 km/u. In dat geval zou Tyrannosaurus alleen hebben kunnen stappen, niet rennen. Zijn kernargument was dat bij toenemende grootte de absolute verticale beweging van het lichaam toeneemt en bij een gewicht als dat van Tyrannosaurus het rennen onmogelijk maakt; het neerkomende been, dat het hele gewicht moet dragen, zou daaronder bezwijken.[6] Paul bracht daar tegenin dat wellicht een andere manier van rennen de verticale beweging vlakker gemaakt zou kunnen hebben en betwiste de correctheid van de extrapolatiemethode door erop te wijzen dat volgens Hutchinsons model een struisvogel en een neushoorn een derde langzamer zouden zijn dan in werkelijkheid.
De snelheid van een dinosaurus schatten is altijd al een controversiële aangelegenheid geweest. Er zijn schattingen van 40 km/u tot wel 72 km/u.
In 2002 heeft een groep geleerden een geheel andere aanpak opgestart en biomechanische principes in een computermodel verwerkt waarin wordt gekeken hoeveel spiermassa een dier nodig heeft om te rennen. Volgens dit eerste model kon een T-rex zo'n 16 tot 40 km/u hebben gerend. Om 72 km/u te kunnen rennen zou T-rex 43% van zijn gewicht in iedere poot als ondersteunende spieren nodig hebben gehad en misschien wel 86% van zijn gewicht als beenspieren! Dat is natuurlijk belachelijk want dan zou er geen ruimte meer overblijven voor het skelet of andere spieren. Het model laat zien dat snelheden van 72 km/u niet haalbaar waren voor Tyrannosaurus rex en zelfs de 40 km/u die volgens het model mogelijk is vinden de onderzoekers (Garcia en Hutchinson ) niet erg waarschijnlijk. Betekent dit dan dat T-rex geen goede jager is geweest? Nee, want de prooidieren waar hij op gejaagd heeft hebben natuurlijk hetzelfde probleem en zullen zeker niet sneller zijn geweest. En een snelle loop van zo'n 30 km/u is voor een 12 tot 13 meter lang dier natuurlijk niet echt langzaam. Kleinere dinosaurussen konden natuurlijk wel grotere snelheden bereiken, ook bijvoorbeeld een jonge T-rex. De conclusies van dit rapport uit 2002 zijn na bestudering , peer review en vervolgonderzoek door andere paleontologen ondertusen al weer verouderd (1)
Explanation of free-body diagram analysis of body segments.
....Hoe sneller, hoe langer de passen. /Het omgekeerde telt ook: hoe groter de afstand tussen de voetsporen, hoe sneller het dier liep. Uiteindelijk kan zo de loopsnelheid van dinosauriërs bepaald worden. O;a. Donald Henderson deed onderzoek naar de biomechanica' van Tyrannosaurus. Zijn computeranalyses geven een beeld van hoe T. rex liep en hoe hard hij kon rennen. ( klik op deze figuren voor animaties --->)
"....The information provided by the model is important for determining how T. rex stood and walked, and how the muscles of a 4000-7000 kg biped might have worked in comparison with extant bipeds such as birds and humans. Our model thus strengthens the conclusion that T. rex was not an exceptionally fast runner, and supports the inference that more upright (although not completely columnar) poses are more plausible for T. rex. These results confirm general principles about the relationship between size, limb orientation, and locomotor mechanics: exceptionally big animals have a more limited range of locomotor abilities and tend to adopt more upright poses that improve extensor muscle effective mechanical advantage. This model builds on previous phylogenetically based muscle reconstructions and so moves closer to a fully dynamic, three-dimensional model of stance, gait, and speed in T. rex....."
(1) In augustus 2007 hebben Phillip Lars Manning en Wiliam Irving Sellers van de Universiteit van Manchester met een evolutionair computermodel, voor een aantal dinosauriërs waaronder Tyrannosaurus, virtuele individuen wedstrijden tegen elkaar laten rennen. Hierbij werden per soort verschillende mogelijke loopmodellen ingevoerd en licht veranderd. De beste modellen werden dan weer uitgeselecteerd voor de volgende ronde in de evolutionaire loopwedstrijd. Uiteindelijk werd een model ontwikkeld dat gevalideerd werd door een overeenkomst tussen het model en de bekende mechanismen en snelheden van onder andere een mens en een struisvogel. Met deze methode bereikte Tyrannosaurus een topsnelheid van ongeveer 28 km/u bij een aandrijvende spiermassa van 15% (het minimum dat in dit model nodig was, wilde Tyrannosaurus überhaupt kunnen lopen); dit steeg naar 40 km/u bij een, nog steeds reële, massa van 22,5%, voor welke waarde Hutchinson berekend had dat Tyrannosaurusnog geen 25 km/u zou halen en dus niet in staat zou zijn geweest te rennen.
Het werk van paleontologen is een echt detectiveverhaal, een voortdurend speuren naar nieuwe aanwijzingen en evidenties (=materieele bewijsstukken ) die opduikende (ook theoretische ) raadsels uit de ge-reconstrueerde prehistorische wereld steeds opnieuw trachten op te lossen of te verbeteren
De tekortkomingen en de fragmentaire / provisionele /conditioneleantwoorden van het wetenschappelijk onderzoek( in het bijzonder bij evolutionaire en paleontologische studies ) zijn niets nieuws .
Natuurlijk weet dewetenschap (nog -) niet alle antwoorden op alle mogelijke vragen( en er zijn allicht ookvragen die ze nooit kan beantwoorden , nog afgezien van slecht geformuleerde en /of onbeantwoordbare onzin )__gelukkigmaar want anders zouden dewetenschappers allang werkloos zijn ..... wetenschap is evenmineenalwetende godheid in het bezit van prescientiae __ maar geef de wetenschappers wel eventjes de tijd ....Ja ?
Niet -(natuur)wetenschappers ,inzonderheid creationistenen andere zweefrekartiesten of nog anders sectarisch georganiseerde(bij)gelovigen ,hebbentrouwensal duizendenjaren hun zegje gehad ___en nog steedszero tastbare bewijzen voor hun absolute constructies van opeengestapelde waarheden voorgelegd
Ik bedoel maar enkele jaren geleden hadden we (bijvoorbeeld )nog geen flauw ideewaardetyrannosauriden vandaan kwamen Maar gedurende de laaste zes jaren werden steeds maar oudereen ouderekandidaat verwantenvan die voorouders van de tyrannosauriden groepgevonden
De oudste tot nu toe (-200 my) LIJKT onlangs ontdekt te zijnin Polen ___De vondstenwerden aangekondigdin augustus 2008 o.m. in de lokale bladen Ewolucja (http://www.paleo.pan.pl/ewolucja/Ewolucja3.pdf <-- in het pools, maar wel met vele duidelijke fotos van de vondsten ) &de Poolse uitgave van de National Geographics en formeel/officieel wereldkundig gemaaktaan het instituut voorpaleobiologievan de Academie der wetenschappenvan Warshau (Instytut Paleobiologii PAN, Warsawa )
De Poolse palaeontoloog Tomasz Sulejtoont de onderkaak van de roof-dinosaurier aan het Instytut Paleobiologii PAN, Warsawa , 1 Augustus, 2008.
De fossieledinosaurus( voorlopig de draak van litowice ( uit het dorp Lipie Slaskie ) genoemd____ waarvan wordt gezegd dat het zou kunnen gaan overeennog onbekende zeer oude( gedateerd ergens in het laat trias )voorloper/verwant van de voorouder(s) van de groep waartoe de tyranosauridabehoren ____werd gevonden in zuid-polen ( foto = Kacper Pempel/Reuters)
We moeten echter met zijn allen nog evenwachtenop de eerstepeer-reviewed rapporten en toegankelijker publicaties ( in het Engels allicht , want dat is zeker voor de evolutie-wetenschappen de internationale lingua franca geworden )
Zoals gewoonlijk heeft ook nu weer de internationalepers weer eenszijn uiterste best gedaanomeen voorbarigoverwerkt , uitgemolkenen sensationeel jurassic park- gehalte , (= ostentatiefen dominant de nadruk leggend op een terloops vermelde Tyrannosaurus REXlink ) aan deze vondsten te plakken : "wetenschap" als infotainment
Datis weliswaar in dit geval alweer helemaal gebaseerd op de zeeronvoorzichtige uitspraken van enkelemedia-geile en jeugdig-enthoesiaste (?) paleontologen, maarmisschienook welonderde niet uit te sluiten drukvan desponsor van het onderzoek : de poolse uitgave van National Geographics :- tuk opprimeurs en betere verkoopscyfersen prestaties( de amerikaanse rat- race motivaties) van hun blad ? )
Daarbijwerdhet feit verwaarloosd dat de classificatie diskussies/deliberaties___ over de mogelijke connectiesvan deze vroegefossieledinosaurus (notabene vondst met de Theropodagroep ____ nog niet eens begonnen zijn (in de vakgebieden van dino-paleontologen , osteologen , herpetologen en vertebraten-specialisten in de vergelijkende anatomie )
Conclusion jumping is nu eenmaal de favoriete onofficiële olympischediscipline onder journalisten enandere smaakmakers .
Je moet zekerniet alles ( letterlijk)gaangeloven wat kranten schrijven merkte een goede scienceblogs-auteur over paleontologische onderwerpenterecht op (--> Don't believe everything the papers tell you: Laelaps article and comments)
Maar dat het om vervalsingen ( en/of uitsluitend toeristischebelangen en vallen ) zou kunnen gaan , zoals al is gesuggereerd, is natuurlijk erover?
Omdat paleontologen moeten werkenmet restantjesdie miljoenenjaren oud zijn , is het niet verwonderlijk dat ze , wereldwijd , nogal eens echt grove en populair -amateuristisch overkomende speculaties (en zelfs creatieve fantasieen ) debiterenen /of meer dan enkelefouten maken ( zie bijvoorbeeld denogal ontluisterendeverhaaltjes-molens en de aanhoudende controversesover de degradatievan deberoemdeTyrannosaurus rex :vanmachtig zeer wendbaar top-roofdier en kundig jager op levende prooientoteen trage en oerdommeaaseter(1)
Maar ja , het is natuurlijkaltijdmakkelijkerom te zeggen god( of een bovennatuurlijke ID-er) -deed-het
Daarom zal ik deze maand hîer een kleine reeks dumpen met enige documentaire waarde ( naar ik hoop) en met eenvoorlopigebesprekingover vooral deaankondigingenoverde vondst van de draak van losowice en anderevondsten op die vindplaats plus een klein samenvattend / initierend overzichtje van wat al elders is gevonden( voornamelijk in china (2) natuurlijk ) ,voornamelijk gedurende de laatste zes jaren ,in verbandmet demogelijke afstammingsgeschiedenis van deTyrannosauridae
MOGELIJKE CLADOGRAMMEN
*Nota bene: Carr et al. beschouwen Gorgosaurus libratus als een soort behorend tot Albertosaurus en Tarbosaurus bataar als een soort behorend tot Tyrannosaurus
(wikipedia )
Er zijn ook pogingen gedaan afbreuk te doen aan het beeld dat Tyrannosaurus de toppredator was in zijn ecosysteem en dat zijn robuustheid een aanpassing was aan het jagen op een wel heel gevaarlijke prooi: de enorme ceratopiërTriceratops, de meest voorkomende planteneter in zijn leefgebied, die het leeuwendeel van de potentiële prooimassa vormde.
In 1994 kwam de bekende(toenmalige ) amateurpaleontoloog Jack Horner (paleontologist)(maar ondertussen tot hoogleraar benoemd) met een alternatieve theorie: Tyrannosaurus was een aaseter. Het vermogen om botten te breken, de grote reuklob in de hersenen en zijn goede ogen (die naar voren keken, zodat hij diepte kon zien) zouden allemaal (ook) kenmerken van een aaseter zijn geweest. Men ziet deze kenmerken immers ook bij de kalkoengier en de hyena. De relatief korte dijbenen van Tyrannosaurus zouden er op wijzen dat hij langzaam was en de korte voorpoten zouden een belemmering geweest zijn bij het vangen van de prooi.[8]
Deze hypothese van Horner (waarbij de status van T Rex als roofdier .op levende prooien ...( alhoewel aaseters meestal ook "carnivore " roofdieren zijn die zeker ook levende "zieke "of stervende prooi doden of levend verscheuren )op vermeend losse schroeven kwam te staan ) doet nog steeds opgeld Daarom toch nog eens op een rijtje enkele argumenten van de Jack Horner hypothese : het gaat daarbij voornamelijk om:
De kaken zijn niet geschikt om te doden maar veeleer erg nuttig bij het botten kraken. ( kijk maar naar --> hyena's die hebben ook de sterkste beet , met aangepaste kaak en gebit, van alle rovers van de extante placentale zoogdiergroep ) Botten-kraken is alleen nodig als je een karkas gaat aanvreten dat al grotendeels opgegeten is.
De poten Voor een korte en snelle sprint heeft (ook) de T-rex (theoretisch )een klein bovenbeen en een langer onderbeen nodig De T-rex echter heeft een ongeveer even lang onder- als bovenbeen , : wat aangeeft dat TR ver kan LOPEN ( actie-radius ) maarzeker niet kan hardlopen /rennen.of sprinten (Mening van Farlow 1995 ) Trouwens al zou hij hebben kunnen sprinten dan nog kon TR het zich niet veroorloven te vallen omdat dan het neerdenderend lichaamsgewicht ongetwijfeld ribben kaak laat breken en zo , onvermijdelijk de hongerdood zal veroorzken of andere opportunistiche aaseters/rovers zal aantrekken .
Uiterlijk De schedel duidt aan dat de T-rex oerlelijk is ( een aasgier is dat ook ) wat zijn nut heeft om andere roofdieren en aaseters te intimideren meteen afschrikwekkend uiterlijk ( T Rex is ook bepaald geen tandeloos doetje )en weg te jagen bij een geslagen prooi of karkas
-reukvermogen in verhouding tot hersenen. De( uit het fossiel-bestand afleidbare inrichting voor een goed ) reukvermogen van de T-rex is in verhouding veel groter dan dat die van zijn hersenen doet verwachten : de T-rex moest kilometers ver kunnen ruiken maar was wel oerdom als het maar kan terwijl de velociraptor (roofdier) juist ( allometrisch beschouwd ) hele grote hersenen heeft zodat het kon nadenken hoe hij de prooi ging opsporen en doden zonder al te veel risico's .
Tyrannosaurus brein: Cerebrum (groen) controleert het "denken" maar is (absoluut )kleiner dan bij de mens
-Klauwen De T-rex had ook geen klauwen die de meeste roofdieren wel hadden om mee te doden en/of zich vast te klampen. Die van de T-rex waren nauwelijks geschikt om een prooi vast te houden of te slaan Dus de T-rex was NIET op snelheid gebouwd, NIET intelligent, NIET om aan te zien en zijn kaken waren er om botten te breken.
Kortom :de T-rex was NIET op snelheid gebouwd, NIET intelligent, NIET om aan te zien en zijn kaken waren er om botten te breken.
Horner is zelf niet professioneel werkzaam op het gebied van de studie van tyrannosauriden; zijn hypothese heeft weinig navolging gekregen onder de experts maar veel kritiek opgeroepen.
Om te beginnenis er het probleem dat Tyrannosaurus het enige bekende grote roofdier is uit de formatie waarin hij werd gevonden vroegere literatuur vermeldt het voorkomen van Albertosaurus maar dat berust op foute identificaties. Hij kan dus niet geprofiteerd hebben van de prooien van andere predatoren want die waren er helemaal niet. Hoogstens kan het zo zijn dat volwassen exemplaren jongere dieren wegjoegen van hun vangst. Een gespecialiseerde warmbloedige aaseter van deze grootte kan niet voldoende voedsel verworven hebben door te wachten tot dat planteneters spontaan dood neervielen. Huidige aasgieren hebben het voordeel dat ze zwevend een enorm terrein kunnen verkennen; andere "aaseters", zoals hyena's en jakhalzen, halen in feite het meeste voedsel uit de jacht. Veel paleontologen, zoals Phil Currie, nemen aan dat Tyrannosaurus zoals de meeste grote roofdieren zowel joeg als aas at hij bejoeg (kudden) herbivoren, maar at ook van de karkassen die hij vond.
Geen enkele van de eigenschappen die Horner aandroeg, kan beschouwd worden als diagnostisch. Naar voren staande ogen waarmee diepte kan worden gezien komen juist vooral voor bij roofdieren en een goed reukvermogen is net zo nuttig voor de jacht. De dijbenen van Tyrannosaurus hoeven niet zo heel kort te zijn ten opzichte van de onderbenen een aanpassing die kleine dieren gebruiken om hun snelheid te verhogen omdat de absolute staplengte al zo groot is. Tyrannosaurus had geen krachtige armen nodig omdat de muil ruimschoots voldoende was om prooien uit te schakelen.
(2) In het heuvelachtige land van Liaoning, ten noordoosten van Peking, zijn boeren, burgers en onderzoekers al tien jaar aan het graven. Duizenden fossielen hebben ze opgedolven van de meest uiteenlopende planten- en diersoorten. Zo lag daar het eerste zoogdier met een placenta. Maar het bekendst werden Liaonings fossielen van vogelachtige dinosauriërs of dinoachtige vogels. Zij hebben de oude discussie over de evolutie van vogels nieuw leven ingeblazen. Stammen vogels echt van de dinosauriërs af? Enzo ja, hoe dan? Liaoning is van grote betekenis voor deze discussie, zegt dr. Lars van den Hoek Ostende, paleontoloog aan het Leidse museum Naturalis. De overeenkomsten tussen vogels en dinos blijken dusdanig groot dat het onderscheid tussen die twee vervaagt. Dat lijkt logisch als je naar de Chinese vondsten kijkt. Zon beetje de eerste was Sinosauropteryx,beschreven als een kleine dino met de tanden van een vleeseter. Hij had een donzige bedekking op de rug, waarover onderzoekers twistten: toonde dat dons het begin van de ontwikkeling naar veren of niet? Meer duidelijkheid kwam er met de ontdekking van Caudipteryx en Protarchaeopteryx,beesten met onmiskenbare veren op armen en staart. Vliegen konden ze waarschijnlijk niet: hun veren lijken nog het meest op die van loopvogels.
In 2005 werd de vondst bekend van Dilong, een kleine verwant met veren van de enorme, waarschijnlijk kale Tyrannosaurus rex. Voor dit soort fossielen heb je gesteente nodig dat fijn genoeg is om materiaal als veren weer te geven, zegt Van den Hoek Ostende. En het dode dier moet snel door afsluitend materiaal zijn bedekt. Liaoning voldoet aan die eisen. Ruim 120 miljoen jaar geleden bestond de huidige vindplaats uit ondiepe lagunes. Stervende dieren vielen in het water en werden snel bedekt met modder en vulkanische as, waaruit fijn gesteente ontstond. Zodoende bleef ook zacht materiaal in gefossiliseerde vorm bewaard. Maar zulke - omstandigheden zijn zeldzaam, dus veel gefossiliseerde veren worden er in de wereld niet gevonden. Alleen in het Duitse Solnhofen was het raak, in 1855 al --> Archeaopteryx , wie anders ?
augustus -september In 2005 werd de paleontologische gemeenschap - en in feite ook de biologische gemeenschap vanwege de mogelijk verregaande consequenties ten aanzien van het werken met fossiel genetisch materiaal - opgeschrikt doordat onderzoekers claimden dat zij zacht weefsel hadden aangetroffen in het 68 miljoen jaar oude bot van een Tyrannosaurus rex (zie ook Geonieuws 571). Het ging daarbij om nog buigbare bloedvaten die binnen in het bot, afgeschermd van de buitenwereld, ontkomen zouden zijn aan de normale rottingsprocessen. Het ziet er nu echter naar uit dat men te vroeg heeft gejuicht: wellicht gaat het helemaal niet om fossiel materiaal, maar om een dun laagje slijmachtig materiaal dat recent door microorganismen is gevormd. http://www.geo.uu.nl/ngv/geonieuws/geonieuwsart.php?artikelnr=961
22 08 2007 Niet alle slangen zijn giftig, en de gifslangen hebben giftanden op uiteenlopende plaatsen: voorin de bek, achterin de bek, of zowel voorin als achterin de bek. Dat hangt samen met de evolutionaire ontwikkeling, maar hoe die precies is verlopen is al van oudsher een omstreden onderwerp. Leidse onderzoekers onder leiding van Freek Vonk hebben daarin nu helderheid gebracht.
12-08-2007 De vondst van uit cellulose bestaande vezels in steenzout uit het Perm betekent niet alleen dat er nieuwe mogelijkheden zijn om sporen van leven op andere hemellichamen te traceren, maar ook dat het oudste, herkenbare organische materiaal op aarde in één klap met 200 miljoen jaar terug in de tijd wordt verschoven. http://www.geo.uu.nl/ngv/geonieuws/geonieuwsart.php?artikelnr=955
Vezels uit het steenzout
Verenpracht van fossiele vogels wordt duidelijkerßklik 10 juli2008Fossiele veren van een oervogel van honderd en van vijf miljoen jaar oud bevatten pigmentlichaampjes, de melanosomen.
In twee grotten op Micronesië dichtbij de Filippijnen zijn fossielen van kleine mensachtigen gevonden. Ze lijken op de kleine hobbitmens uit Flores, de Homo floresiensis
De vondst van een zeer klein menselijk skelet op het Zuidzee-eiland Palau vorig jaar, is geen aanwijzing voor hetbestaan van een dwergvolk op het eiland, duizenden jaren geleden.
Dat stellen archeologen van de North Carolina State University in het online tijdschrift PlosOne.
'De vroegste Palau-mensen hadden normale menselijke afmetingen en vielen binnen de normale vanriatie van moderne menselijke populaties, aldus de onderzoekers.
Vorig jaar leidde de vondst van de resten in een grot op Palau tot speculatie over een parallel met eerdere vondsten op Flores van de resten van een Homo erectus-achtige van nog geen meter groot en circa 18 duizend jaar oud.
Volgens archeoloog Scott Fitzpatrick en zijn team is de vondst op Palau van een volkomen andere orde. De skeletdelen vallen binnen de bekende variatie van lengte in moderne mensen. Er is geen sprake van een dwergachtige voorouder, aldus de onderzoekers.
Overigens is ook de vondst op Flores nog altijd niet onomstreden.
De vinders denken dat het om een aparte en uitgestorven vroege mensachtige gaat, die tot ontwikkeling kwam op het geïsoleerde eiland.
Spaanse paleontologen hebben de oudste menselijke onderkaak in Europa gevonden.
Het exemplaar dateert van 1,2 miljoen jaar geleden en was waarschijnlijk van een vrouw .
Oudste resten West-Europeanen ontdekt Spaanse paleontologen hebben een onderkaak en tanden opgegraven van de vroegste West-Europeaan. Het fossiel van de mensachtige is meer dan een miljoen jaar oud en ging vergezeld van stenen handwerktui ... Lees verder, klik hier.
'Zeil-dinosaurus' verstopte zich voor neef Tyrannosaurus rex
Uitgegeven: 14 februari 2008 13:46
Laatst gewijzigd: 14 februari 2008 19:49
AMSTERDAM - Aan de Mexicaans kust hebben onderzoekers het fossiel gevonden van een dinosaurus die 72 miljoen jaar geleden geleefd zou hebben, meldt persbureau Reuters.
Het prehistorische dier, dat leefde langs de kust, was een planteneter en moest zich constant verstoppen voor een neefje van de Tyrannosaurus rex om te overleven.
De dinosaurus, door de onderzoekers Velafrons coahuilensis genaamd, viel op door een grote zeil-vormige punt, die bovenop de kop van het uitgestorven dier stond.
De onderzoekers menen dat het om het meest complete dinosaurus-skelet gaat dat zij tot op heden hebben gevonden in Mexico.
Veel dansmugsoorten hebben specifieke eisen voor de temperatuur van de omgeving waarin ze leven. Fossiele overblijfselen van dansmuggen kunnen daarom gebruikt worden om...
Gesteente van 290 miljoen jaar oud herbergt drie verbebraten (gewervelden) uit een meer: een haai, een amfibie en een vis. De haai heeft de amfibie verorberd terwijl het...
In Zuid-Amerika is een reusachtige knaagdierschedel gevonden. De goedbewaarde schedel van het beest is 2-4 miljoen jaar oud en het grootste knaagdier ooit
MONTEVIDEO - Een ploeg paleontologen uit Montevideohebben in Uruguay een fossiel van een skelet ontdekt van een knaagdier zo groot als een stier,
berichtte The Guardian woensdag.
Het is voor zover bekend het grootste knaagdier dat op aarde heeft geleefd.
Het dier, een herbivoor, leefde twee tot vier miljoen jaar geleden in Zuid-Amerika, aldus wetenschappers in het tijdschrift Proceedings of the Royal Society B.
Volgens de deskundigen gaat het om een tot nu toe onbekende soort, de josephoartigasia monesi.
Het knaagdier, waarvan alleen de schedel met een afmeting van 53 cm werd teruggevonden, had centimeterslange snijtanden, maar kleine kiezen.
Dat doet vermoeden dat hij groenten, fruit of waterplanten at.
De wetenschappers berekenden dat het gewicht van het dier tussen 468 kilo en 2,5 ton bedroeg.
Ze schuiven 1 ton naar voren als het meest waarschijnlijke cijfer. Volgens hen zag het er meer uit als een nijlpaard dan als een rat zoals we die nu kennen. (DWM)
Het dier is verwant aan de pacarana, een 15 kilo wegend knaagdier.
Dit zeldzame dier in het Andesgebergte is de enige nog in leven zijnde soort uit de familie van de dinomyiadae.
Holen
De wetenschappers gaan ervan uit dat het reuzenknaagdier is uitgestorven omdat het te groot was om holen te graven en te traag om belagers te ontlopen.
Een amateuronderzoeker vond het fossiel al drie jaar geleden aan de kust van Rio de La Plata in het zuiden van het land.
Het werd naar het Museum van natuurgeschiedenis overgebracht in Montevideo. Pas na drie jaar werd het onderzocht.
Reconstructie
Enkele Engelse websites maakten reconstructieschetsen van de 'Josephoartigasia monesi': The Guardian, Times Online en de BBC.
U hebt er misschien nog nooit van gehoord, maar desondanks vormden de machaeridiërs 150 jaar lang een mysterie voor wetenschappers. Het betreft bizarre langwerpige dieren met een rugpantser die van bijna 500 miljoen tot 300 miljoen jaar geleden dominant moeten zijn geweest in het leven op aarde. Maar omdat er bijna geen bruikbare fossielen van gevonden worden, was het moeilijk hun exacte familiebanden te bepalen.
Paleontoloog Peter Van Roy van de UGent vond in Marokko echter een uitzonderlijk goed bewaard fossiel van de dieren. Hij beschrijft het met enkele collega's in Nature. Blijkt dat ze tot de gelede wormen behoorden, mogelijk zelfs tot de borstelwormen, die vandaag nog overleven, onder meer in de vorm van de zeepier die zulke mooie hoopjes op onze stranden maakt.
UGent-wetenschapper lost 150 jaar oud paleontologisch mysterie op (10-1-2008) De machaeridiërs, een uitgestorven groep van ongewervelde dieren, behoorden tot de stam van de gelede wormen, mogelijk zelfs tot de klasse van de borstelwormen, waartoe ook de zeepier behoort. Dat blijkt uit de vondst van een uitzonderlijk fossiel van een machaeridiër in Marokko. De ontdekking was het resultaat van intensief veldwerk door Peter Van Roy (Universiteit Gent/University College Dublin), Jakob Vinther en Derek Briggs (beiden Yale University).
Met de ontdekking van het unieke fossiel wordt een 150 jaar oud mysterie in de paleontologie opgelost. De machaeridiërs waren bizarre langwerpige dieren met een rugpantser opgebouwd uit rijen van gemineraliseerde plaatjes. Ze verschenen tijdens het Ordovicium (488 tot 443 miljoen jaar geleden) en stierven uit in het Carboon (359 tot 299 miljoen jaar geleden).
Vondst uitzonderlijk fossiel brengt nieuwe inzichten in evolutie De machaeridiërs waren een belangrijk onderdeel van de toen bestaande ecosystemen. Hun exacte plaats in de evolutie was evenwel jarenlang een bron van speculatie. Volledige fossielen van deze dieren zijn uiterst zeldzaam want de dieren vielen na hun dood zeer snel uit elkaar.
Met de recente vondst van Van Roy, Vinther en Briggs is het raadsel van de machaeridiërs eindelijk opgelost. Intensief veldwerk leidde de paleontologen naar een uitzonderlijk specimen met bewaarde weke weefsels in Ordovicische afzettingen ten noorden van Zagora, in Zuid-Oost Marokko.
Borstelwormen Het gevonden exemplaar van de machaeridiër toont aan dat de dieren onder hun rugpantser een langwerpig gesegmenteerd lichaam hadden met een paar weke, pootachtige uitsteeksels op ieder segment. Elk van deze zijdelingse uitsteeksels droeg twee bundels van lange, stijve borstelharen. Het gesegmenteerde lichaam, en bovenal de aanwezigheid van weke "poten" met borstels, tonen onbetwistbaar aan dat machaeridiërs tot de gelede wormen behoorden, een diverse groep waartoe ook de zeemuis, de aardworm en de bloedzuiger behoren. Hoewel de exacte positie van de machaeridiërs binnen de gelede wormen op dit ogenblik nog niet geheel duidelijk is, suggereert de aanwezigheid van platen dat ze mogelijk behoorden tot een groep van borstelwormen die vandaag nog voorkomt: de Phyllodocida.
Deze ontdekking en beschrijving van het fossiel van de machaeridiër verleent belangrijke nieuwe inzichten in de evolutie van de gelede wormen. Ze toont aan dat sommige van deze wormen, waarvan de oudste beschreven fossielen dateren uit het Cambrium (ongeveer 520 miljoen jaar geleden), een uiterst onderscheiden, gemineraliseerd pantser ontwikkelden vroeg in hun geschiedenis. Verder benadrukt dit werk nogmaals het belang van de studie van uitzonderlijke vindplaatsen en van de paleobiologie in het algemeen, voor een beter begrip van de evolutie van onze biosfeer.
Info dr. Peter Van Roy Universiteit Gent/University College Dublin gsm +353 86 835 81 97 Peter.VanRoy@UGent.be
Hoogleraar Van Kolfschoten van de Universiteit van Leiden onderzoekt al jaren fossiele zoogdieren. Deze blijken zich steeds aan te passen aan het dan heersende klimaat.....
Is ID de wetenschappelijke (sic) uitleg voor creationiisten 150jaar Darwinisme... De evolutietheorie gewikt en gewogen David sorensen en revolutietheorie lalala DE VERRIJZENIS VAN DE JONGE VERDRONKEN KOE » Reageer (21) ID TOVERDOOS OVER SLECHTE ID-EETJES ,RESISTENTIE & TOVERDOCTORS c) OEC d) YEC
Een oeroud spoor Denisova : ZUID SIBERIË DENISOVA - mens
DMANISI AAP OF MENS DE OUDSTE ? » Reageer (1)Nakalipithecus nakayamai (<) Alweer eentje ? ..... De tand des tijds / Heidelberg-mens DE HEUPEN VAN EVA CASABLANCA MAN /erectus Hobbit is aparte soort ? » Reageer (2) NOG EEN BENDE BIJTERS POLONAISE met neanderthaler TANDEN UIT DE QESEM GROT Neanderthaler genoom Mitochondriale Genenkaart van Neanderthaler Xuchang mens
b)Biologie 1.-(EVOLUTIE ) NAS / IM Document 2008 (2) NAS / IM Document 2008 ( 1)
Cambrium & precambrium AVALON GABONESE chips
Evolutie in actie Opmerkelijk snelle adaptaties bij kroatische ruine-hagedissen:
EEN PLUIM VOOR CHINA Geef eens een pootje Pluimgewicht KLEIN DUIMPJE & DE REUS &VEREN Opnieuw gevederde Maniraptor Similicaudipteryx. Aerosteon riocoloradensis
Krokodillen
PAKASUCHUS KAPILIMAI Prestosuchus chiniquensis Terug naar zee viseter
Eritherium azzouzorum LJOEBA Darwinius masillae VLIEGENDE KATTEN ? Vleermuizen ALWEER EEN BELANGRIJK STUK UIT DE LEGPUZZEL Zee-zoogdieren ; Van de wal in de visgronden Indohyus / walvisevolutie Zeehonden-evolutie
*Blauwe en groene ( =nederlandse)teksten zijn meestal aanklikbare links *Engelse Wikipedia teksten verwijzen in de linkerkolom naar verschillende niet-engelse versies van het wikiartikel *Blauwe teksten tusssen "" , zijn voornamelijk ( gedeeltelijke)citaten afkomstig van mensen met andere meningen
Evolutie / Charles Darwin aan de basis: SELECTIE NATUURLIJK DE LEVENSBOOM UITSTERVEN DEEP TIME Biogeografie SEKSUELE SELECTIE Al jaren lang samen CO-EVOLUTIE De economie van de natuur Geleidelijke veranderingen
Unintelligent design:
IP Theorie Ons gebit , De appendix, Geboorte, De weg van het zaad , Nervus Laryngeus Recurrens, DNA , 75 mistakes , Het boek
Unintelligent design (1): Rechtop lopen Tomaso over het oog , oogspieren , Unintelligent Design (5): ZWEETVOETEN Unintelligent design (6): Vitamine C Unintelligent design (8): Kuitspieren