De
definitie van chronologie is de volgende: volgorde van tijdstippen waarop
gebeurtenissen hebben plaatsgevonden. Chronologie is dan ook de ruggengraat van
alle geschiedschrijving. Ook die van de evangelisten van de Bijbel die de
geschiedenis van de eerste komst van Jezus Christus beschreven hebben. De
evangelist Lucas bijvoorbeeld begint zijn evangelie met de volgende woorden: “1:1
Nademaal velen ter hand genomen hebben, om
in orde te stellen een verhaal van de dingen, die onder ons volkomen
zekerheid hebben; 2 Gelijk ons
overgeleverd hebben, die van den beginne zelven aanschouwers en dienaars
des Woords geweest zijn; 3 Zo heeft het ook mij goed gedacht, hebbende alles van voren aan naarstiglijk
onderzocht, vervolgens aan u te schrijven, voortreffelijke Theofilus! 4
Opdat gij moogt kennen de zekerheid der
dingen, waarvan gij onderwezen zijt.” (Statenvertaling)
De vier
evangelisten belichten ieder de persoon en bediening van de Heer Jezus Christus
op een verschillende wijze. De evangelist Matteüs legt het accent op het
Koningschap van Jezus, de evangelist Markus brengt Jezus als mens, de
evangelist Lucas belicht in het bijzonder het dienstknecht zijn van Jezus en
Johannes brengt hem als de Zoon van God. Voor een meer uitgebreide studie, zie
link: https://www.biblestudytools.com/commentaries/scofield-reference-notes/mark/mark-introduction.html
Alle
vier evangelisten in de Bijbel brengen de geschiedenis van de kruisiging van
Jezus Christus maar wijken soms van elkaar af in die zin dat zij niet elk
onderdeel van de gebeurtenissen rondom de kruisiging vermelden. We hebben alle
vier evangelisten nodig om een volledig historisch beeld te krijgen. Zoals
trouwens ook bij wat de persoon en bediening van Jezus betreft. Hierbij wil ik
nog opmerken dat de evangelisten de historische Jezus brengen. Voor de
opgestane Heer en Heiland Jezus Christus geeft Paulus de apostel der niet-Joden
een sluitend beeld:
Colossenzen
1:15 Dewelke het Beeld is des
onzienlijken Gods, de Eerstgeborene aller kreaturen. 16 Want door Hem zijn
alle dingen geschapen, die in de hemelen en die op de aarde zijn, die zienlijk
en die onzienlijk zijn, hetzij tronen, hetzij heerschappijen, hetzij overheden,
hetzij machten; alle dingen zijn door
Hem en tot Hem geschapen; 17 En Hij is voor alle dingen, en alle dingen
bestaan te zamen door Hem; 18 En Hij is het Hoofd des lichaams, namelijk der
Gemeente, Hij, Die het Begin is, de Eerstgeborene uit de doden, opdat Hij in
allen de Eerste zou zijn. 19 Want het is des Vaders welbehagen geweest, dat in
Hem al de volheid wonen zou; 20 En dat Hij, door Hem vrede gemaakt hebbende
door het bloed Zijns kruises, door Hem, zeg ik, alle dingen verzoenen zou tot
Zichzelven, hetzij de dingen, die op de aarde, hetzij de dingen die in de
hemelen zijn. (Statenvertaling)
Ik
begin mijn artikel met de volgorde van de evangelisten zoals ze in de canon van
de Bijbel zijn opgenomen: Matteüs, Markus, Lucas en Johannes.

© Metropolitan Museum of Art,
Number:41.1.31, Rembrandt van Rijn 1606/1669 AD
Genesis 3:15 En Ik zal vijandschap zetten tussen u en tussen deze vrouw, en tussen uw zaad en tussen haar zaad; datzelve zal u den kop vermorzelen, en gij zult het de verzenen vermorzelen.
Matteüs 27:33 En gekomen zijnde tot de plaats, genaamd Golgotha, welke is gezegd Hoofdschedelplaats (1), 34 Gaven zij Hem te drinken edik met gal gemengd; en
als Hij dien gesmaakt had, wilde Hij niet drinken (2). 35 Toen zij nu Hem gekruisigd hadden, verdeelden zij Zijn
klederen (5), het lot werpende;
opdat vervuld zou worden, hetgeen gezegd is door den profeet: Zij hebben Mijn
klederen onder zich verdeeld, en hebben het lot over Mijn kleding geworpen. 36
En zij, nederzittende, bewaarden Hem aldaar. 37 En zij stelden boven Zijn hoofd
Zijn beschuldiging geschreven: DEZE IS JEZUS, DE KONING DER JODEN. 38 Toen
werden met Hem twee moordenaars gekruisigd, een ter rechter-, en een ter linker
zijde (3). 39 En die voorbijgingen,
lasterden Hem, schuddende hun hoofden. 40 En zeggende: Gij, Die den tempel
afbreekt, en in drie dagen opbouwt, verlos Uzelven. Indien Gij de Zone Gods
zijt, zo kom af van het kruis. 41 En desgelijks ook de overpriesters met de
Schriftgeleerden, en ouderlingen, en Farizeën, Hem bespottende, zeiden: 42
Anderen heeft Hij verlost, Hij kan Zichzelven niet verlossen. Indien Hij de
Koning Israëls is, dat Hij nu afkome van het kruis, en wij zullen Hem geloven. 43
Hij heeft op God betrouwd; dat Hij Hem nu verlosse, indien Hij Hem wel wil;
want Hij heeft gezegd: Ik ben Gods Zoon. 44 En hetzelfde verweten Hem ook de moordenaars, die met Hem gekruisigd
waren (6-7). 45 En van de zesde ure
aan werd er duisternis over de gehele aarde, tot de negende ure toe (10).
46 En omtrent de negende ure riep Jezus met een grote stem zeggende: ELI, ELI,
LAMA SABACHTHANI! dat is: Mijn God! Mijn God! Waarom hebt Gij Mij verlaten! 47
En sommigen van die daar stonden, zulks horende, zeiden: Deze roept Elias (11). 48 En terstond een van hen toe
lopende, nam een spons, en die met edik gevuld hebbende, stak ze op een
rietstok, en gaf Hem te drinken. 49 Doch de anderen zeiden: Houd op, laat ons
zien, of Elias komt, om Hem te verlossen. 50 En Jezus, wederom met een grote
stem roepende, gaf den geest (15).
De
getallen tussen haakjes in de tekst heb ik toegevoegd om een en ander duidelijk
te maken. De getallen zijn van de Bijbelleraar C. I. Scofield (1843/1921) die
in zijn studiebijbel de volgorde der gebeurtenissen van de kruisiging voor ons
opgesomd heeft. Hierna volgt de opsomming zoals C.I. Scofield ze brengt:
Scofield: The Order of Events at the Crucifixion
(1) the
arrival at Golgotha Matthew 27:33; Mark 15:22; Luke 23:33; John 19:17
(2) the offer of the stupefying drink refused Matthew
27:34; Mark 15:23
(3)
Jesus is crucified between two thieves Matthew 27:35-38; Mark 15:24-28; Luke
23:33-38; John 19:18-24
(4) He utters the first cry from the cross,
"Father, forgive," etc. Luke 23:34.
(5) The
soldiers part His garments Matthew 27:35; Mark 15:24; Luke 23:34; John 19:23
(6) The Jews mock Jesus Matthew 27:39-44; Mark
15:29-32; Luke 23:35-38
(7) The thieves rail on Him, but one repents and
believes Matthew 27:44; Mark 15:32; Luke 23:39-43.
(8) The second cry from the cross, "To-day shalt
thou be with me," etc. Luke 23:43.
(9) The third cry, "Woman, behold thy son"
John 19:26,27.
(10) The darkness Matthew 27:45; Mark 15:33; Luke
23:44.
(11) The fourth cry, "My God," etc. Matthew
27:46,47; Mark 15:34-36
(12) The fifth cry, "I thirst" John 19:28.
(13) The sixth cry, "It is finished" John
19:30.
(14) The seventh cry, "Father, into thy
hands," etc. Luke 23:46.
(15)
Our Lord dismisses his spirit Matthew 27:50; Mark 15:37; Luke 23:46; John
19:30. (See
Scofield "Matthew 26:57")
De rangorde
der gebeurtenissen volgens C.S. Scofield die ik met een vette kleur heb
weergegeven zijn gebeurtenissen rond de kruisiging die alle vier evangelisten
brengen. In een opdeling van vijftien staties zijn het vier gebeurtenissen. Ten
eerste de plaats van de kruisiging: Golgotha. Ten tweede het gekruisigd worden
van de Heiland tussen twee moordenaars. Ten derde het verdelen van Jezus’
klederen onder de Romeinse soldaten. Ten vierde en als laatste van de rij van
vijftien staties: de Heer Jezus Christus die zijn leven aflegt. Alle andere
gebeurtenissen komen via de evangelisten aan bod maar niet door alle vier
vermeld. Een voorbeeld is de tweede statie van Scofield ’s lijst waar Jezus
weigert de hem aangeboden bedwelmende drank ‘edik met gal gemengd’ tot zich te
nemen. Alleen de evangelisten Matteüs en Markus brengen dit detail.
Hierna
volgen de Bijbelgedeelten van de evangelisten Markus, Lucas en Johannes. Voor
de lezer(es) van dit artikel die nu bij mij blijft heb ik een epiloog bereid
met specifiek aandacht voor de twee moordenaars die naast Jezus ook aan een
kruis werden genageld. Een van hen keerde zich in geloof tot Jezus en kreeg de
belofte van de Opstanding. Een feit dat me enorm boeit en dat ik wil delen.
Voor
wie interesse heeft hierna de link voor de C.S. Scofield studiebijbel:
https://www.biblestudytools.com/commentaries/scofield-reference-notes/matthew/matthew-27.html
Markus 15:22 En zij brachten Hem tot de plaats Golgotha (1), hetwelk is, overgezet zijnde, Hoofdschedelplaats. 23 En zij
gaven Hem gemirreden wijn te drinken (2);
maar Hij nam dien niet. 24 En als zij Hem gekruisigd hadden, verdeelden zij Zijn klederen, werpende het lot over
dezelve, wat een iegelijk wegnemen zou (5). 25 En het was de derde
ure, en zij kruisigden Hem. 26 En het opschrift Zijner beschuldiging was
boven Hem geschreven: DE KONING DER JODEN. 27 En zij kruisigden met Hem twee moordenaars, een aan Zijn rechter-, en
een aan Zijn linker zijde. 28 En de Schrift is
vervuld geworden, die daar zegt: En Hij is met de misdadigers gerekend (3). 29 En die voorbijgingen, lasterden Hem, schuddende hun hoofden, en
zeggende: Ha! Gij, die den tempel afbreekt, en in drie dagen opbouwt, 30 Behoud
Uzelven, en kom af van het kruis. 31 En insgelijks ook de overpriesters, met de
Schriftgeleerden, zeiden tot elkander, al spottende: Hij heeft anderen verlost;
Zichzelven kan Hij niet verlossen. 32 De Christus, de Koning Israëls, kome nu
af van het kruis, opdat wij het zien en geloven mogen. Ook die met Hem gekruist waren, smaadden Hem (6-7). 33 En als de zesde ure gekomen was, werd er
duisternis over de gehele aarde (10),
tot de negende ure toe. 34 En ter
negender ure, riep Jezus met een grote stem, zeggende: ELOI, ELOI, LAMMA
SABACHTANI, hetwelk is, overgezet zijnde: Mijn God, Mijn God! (11) Waarom hebt Gij Mij verlaten? 35
En sommigen van die daarbij stonden, dit horende, zeiden: Ziet, Hij roept
Elias. 36 En er liep een, en vulde een spons met edik, en stak ze op een
rietstok, en gaf Hem te drinken, zeggende: Houdt stil, laat ons zien, of Elias
komt, om Hem af te nemen. 37 En Jezus, een grote stem van Zich gegeven
hebbende, gaf den geest (15).

“En Pilatus schreef ook een opschrift, en
zette dat op het kruis; en er was geschreven: JEZUS, DE NAZARENER, DE KONING
DER JODEN”
© Our Living Bible, 1962, Dr. Michael
Avi-Yonah en Dr. Emil G. Kraeling, reconstructie van het opschrift boven het
kruis, bewerkt door de auteur.
Lucas 23:33 En toen zij kwamen op de plaats, genaamd Hoofdschedel (1) plaats, kruisigden zij Hem
aldaar, en de kwaaddoeners, den een ter rechter
zijde en den ander ter linker zijde (3).
34 En Jezus zeide: Vader, vergeef het hun; want zij weten niet, wat zij doen (4). En
verdelende Zijn klederen, wierpen zij het lot (5). 35 En het volk stond en zag het aan. En ook de oversten met
hen beschimpten Hem (6), zeggende: Anderen heeft Hij verlost, dat Hij nu Zichzelven verlosse,
zo Hij is de Christus, de Uitverkorene Gods. 36 En ook de krijgsknechten, tot
Hem komende, bespotten Hem, en brachten Hem edik; 37 En zeiden: Indien gij de
Koning der Joden zijt, zo verlos Uzelven. 38 En er was ook een opschrift boven
Hem geschreven, met Griekse, en Romeinse en Hebreeuwse letters: DEZE IS DE
KONING DER JODEN. 39 En een der
kwaaddoeners, die gehangen waren, lasterde Hem, zeggende: Indien Gij de
Christus zijt, verlos Uzelven en ons (7).
40 Maar de andere, antwoordende,
bestrafte hem, zeggende: Vreest gij ook God niet, daar gij in hetzelfde oordeel
zijt? 41 En wij toch rechtvaardiglijk; want wij ontvangen straf, waardig
hetgeen wij gedaan hebben; maar Deze heeft niets onbehoorlijks gedaan. 42 En
hij zeide tot Jezus: Heere, gedenk mijner, als Gij in Uw Koninkrijk zult
gekomen zijn. 43 En Jezus zeide tot hem: Voorwaar, zeg Ik u heden gij zult met
Mij in het Paradijs zijn (8). 44 En
het was omtrent de zesde ure, en er werd duisternis over de gehele aarde, tot
de negende ure toe (10). 45 En de
zon werd verduisterd, en het voorhangsel des tempels scheurde midden door. 46
En Jezus, roepende met grote stemme, zeide: Vader, in Uw handen beveel Ik Mijn
geest (14). En als Hij dat gezegd
had, gaf Hij den geest (15).
Johannes 19:17 En Hij, dragende
Zijn kruis, ging uit naar de plaats, genaamd Hoofdschedelplaats (1), welke in het Hebreeuws genaamd
wordt Golgotha; 18 Alwaar zij Hem kruisten, en met Hem twee anderen, aan elke zijde een, en Jezus in het midden
(3). 19 En Pilatus schreef ook een
opschrift, en zette dat op het kruis; en er was geschreven: JEZUS, DE
NAZARENER, DE KONING DER JODEN. 20 Dit opschrift dan lazen velen van de Joden;
want de plaats, waar Jezus gekruist werd, was nabij de stad; en het was
geschreven in het Hebreeuws, in het
Grieks, en in het Latijn. 21 De overpriesters dan der Joden zeiden tot
Pilatus: Schrijf niet: De Koning der Joden; maar, dat Hij gezegd heeft: Ik ben
de Koning der Joden. 22 Pilatus antwoordde: Wat ik geschreven heb, dat heb ik
geschreven. 23 De krijgsknechten dan, als zij Jezus gekruist hadden, namen Zijn
klederen, (en maakten vier delen, voor elken krijgsknecht een deel) en den rok.
De rok nu was zonder naad, van boven af geheel geweven (5). 24 Zij dan zeiden tot elkander: Laat ons dien niet scheuren,
maar laat ons daarover loten, wiens die zijn zal; opdat de Schrift vervuld
worde, die zegt: Zij hebben Mijn klederen onder zich verdeeld, en over Mijn
kleding hebben zij het lot geworpen. Dit hebben dan de krijgsknechten gedaan. 25
En bij het kruis van Jezus stonden Zijn moeder en Zijner moeders zuster, Maria,
de vrouw van Klopas, en Maria Magdalena. 26 Jezus nu, ziende Zijn moeder, en
den discipel, dien Hij liefhad, daarbij staande, zeide tot Zijn moeder: Vrouw,
zie, uw zoon. 27 Daarna zeide Hij tot den discipel: Zie, uw moeder (9). En van die ure aan nam haar de
discipel in zijn huis. 28 Hierna Jezus, wetende, dat nu alles volbracht was,
opdat de Schrift zou vervuld worden, zeide: Mij dorst (12). 29 Daar stond dan een vat vol ediks, en zij vulden een spons
met edik, en omlegden ze met hysop, en brachten ze aan Zijn mond. 30 Toen Jezus
dan den edik genomen had, zeide Hij: Het
is volbracht! (13) En het hoofd
buigende, gaf den geest (15). (Statenvertaling)
‘Het is
volbracht’ waren de laatste woorden van Jezus aan het kruis uitgesproken toen
Hij op vrijdag 7 april 30 AD Zijn leven aflegde. De vloek van de dood (Genesis
3:17-19) en de verbrijzeling van het lichaam daaraan vooraf gaande (Psalm 90:3)
die de mens en de schepping sinds Genesis teisterde zou drie dagen later
overwonnen zijn. De verlossing van de gevallen schepping was een feit. Op
zondag 9 april 30 AD stond de Heer Jezus uit de dood op en demonstreerde eeuwig
leven (Johannes 3:16), sindsdien ‘om niet’ aangeboden aan een ieder die Hem wil
aannemen als Heer en Heiland. Dit evangelie werd eerst aan Israël aangeboden en
vervolgens aan de volken voor wie Paulus de apostel in het bijzonder zou
worden.
1
Korintiërs 15:1 Voorts, broeders, ik
maak u bekend het Evangelie, dat ik u verkondigd heb, hetwelk gij ook
aangenomen hebt, in hetwelk gij ook staat; 2 Door hetwelk gij ook zalig wordt,
indien gij het behoudt op zodanige wijze, als ik het u verkondigd heb; tenzij
dan dat gij tevergeefs geloofd hebt. 3 Want ik heb ulieden ten eerste overgegeven, hetgeen ik ook ontvangen heb, dat Christus gestorven is voor onze zonden,
naar de Schriften; 4 En dat Hij is begraven,
en dat Hij is opgewekt ten derden dage,
naar de Schriften; 5 En dat Hij is van Cefas gezien, daarna van de twaalven. 6
Daarna is Hij gezien van meer dan vijfhonderd broeders op eenmaal, van welken
het meren deel nog over is, en sommigen ook zijn ontslapen. 7 Daarna is Hij
gezien van Jakobus, daarna van al de apostelen. 8 En ten laatste van allen is
Hij ook van mij, als van een ontijdig geborene, gezien. 9 Want ik ben de minste
van de apostelen, die niet waardig ben een apostel genaamd te worden, daarom
dat ik de Gemeente Gods vervolgd heb. 10 Doch door de genade Gods ben ik, dat ik ben; en Zijn genade, die aan mij bewezen is, is niet ijdel geweest, maar
ik heb overvloediger gearbeid dan zij allen; doch niet ik, maar de genade Gods,
Die met mij is. 11 Hetzij dan ik, hetzij zijlieden, alzo prediken wij, en alzo
hebt gij geloofd. (Statenvertaling)
De
boodschap van de genade Gods voor ieder die gelooft was nieuw en nooit eerder aan
de profeten van het Oude Testament geopenbaard (Efeze 3:1-8, Romeinen
15:25-27).
Efeziërs
2:8 Want uit genade zijt gij zalig geworden door het geloof; en dat niet uit u, het is Gods gave; 9 Niet uit de werken, opdat niemand
roeme. 10 Want wij zijn Zijn maaksel, geschapen in Christus Jezus tot goede
werken, welke God voorbereid heeft, opdat wij in dezelve zouden wandelen.
(Statenvertaling)
Het is
met dit Bijbelgedeelte dat ik de draad met de twee moordenaars links en rechts
van Jezus (Mat. 27:38, Jesaja 53:12) aan een kruis genageld en tot een langzame
folterdood gedoemd, wil opnemen. We weten niets over het leven van de twee
moordenaars. Hun leeftijd, hun namen en kortom hun C.V. zouden we vandaag
zeggen worden niet meegedeeld. Alleen hun smadelijk levenseinde aan een Romeins
kruis krijgt in de Bijbel aandacht. Volledig naakt van alle waardigheid ontdaan
werden zij door niets ontziende Romeinse soldaten die vrijdagmorgen aan een
kruis genageld met boven hun hoofd een plakkaat bevestigd met hun misdrijf er
op vermeld: moordenaar, homicida! En dan nog in drie talen: in het Latijn de
taal van de bezetter, in het Hebreeuws de taal van het Woord van God en in het
Grieks de internationale taal van toen die west en oost verbond. De ganse
wereld kon hun misdrijf van de aangebrachte plakkaat aflezen. Op genade konden
zij niet meer rekenen, niet van hun beulen en niet van de vele toeschouwers die
aanwezig waren. Zo leek het althans. Eén van hen keerde zich namelijk tot Jezus
met de woorden: Heere, gedenk mijner,
als Gij in Uw Koninkrijk zult gekomen zijn. De man had kort daarvoor nog samen
met zijn kompaan de Heer Jezus Christus bespot en belasterd (Mt. 27:44 en Mk.
15:32). Maar kort voor de middag (het zesde uur) kwam hij tot inkeer, beleed
zijn misdrijf (Luc. 23:41) en (h)erkende hij Jezus als de komende Koning, de
Zoon van God die het geprofeteerde Messiaans Vrederijk, zijnde het herstelde
paradijs op aarde, ging oprichten. Dat en dat alleen werd zijn redding. Pure
zuivere genade ervoer hij waar niets aan toe te voegen viel. Samen met Jezus
zou de behouden moordenaar de volledige duisternis (Luc. 23:44) tot 15.00 uur
(het negende uur) meemaken en getuige zijn van Jezus’ laatste woorden: het is
volbracht. De folterdood van de misdadigers, zowel de geredde als de on-geredde
zou nog enige tijd langer aanhouden. Van hen werden later die namiddag de benen
door Romeinse soldaten gebroken, waarna een genade(?)dood zich sneller voltrok.
De behouden
moordenaar behoorde nog tot de bedeling van Israël onder de wet en zal zijn
opstanding meemaken bij de tweede komst van de Messias. Ik ben zo vrij geweest
om de komma en dubbel punt uit de bekende Bijbeltekst te verwijderen: En Jezus
zeide tot hem: Voorwaar, zeg Ik u: Heden zult gij met Mij in het Paradijs zijn.
Komma ’s komen in de grondtekst niet voor en zijn later toegevoegd. Het traditionele
christendom leert dat de ziel van een mens bij zijn of haar dood onmiddellijk naar
de hemel gaat (als het goed is) of naar een vagevuur of de hel (indien het
slecht is). Dit is echter ontleend aan de Griekse mythologie. Ook in Israël was
dit geloof sinds de Griekse overheersing ingeburgerd geraakt. Alleen de Bijbel echter
is norm tot het verstaan wat er met een mens bij het sterven gebeurt. Verleden
jaar schreef ik op 27.07.2017 op dit
blog een artikel: want gij zijt stof en gij zult tot stof wederkeren, link: http://www.bloggen.be/robertdetelder/archief.php?startdatum=1500847200&stopdatum=1501452000
Het
accent wil ik leggen op de genade dat deze man te beurt viel en het voorbeeld dat
hij is voor ieder die vandaag op Jezus wil vertrouwen en Zijn geprofeteerde
wederkomst lief krijgt. Wie meent dat men zijn behoudenis via een plichtenleer moet
verdienen, zoals overigens alle religies leren, wordt hier weerlegd. De geredde
moordenaar kon namelijk geen enkele verdienste voorleggen. Zijn enige
verdienste was zijn geloof in Jezus als de komende Koning en Diens verwachte
opstanding. Dat beleed de moordenaar: “Heere, gedenk mijner, als Gij in Uw
Koninkrijk zult gekomen zijn”. Wat zijn leven betreft, weten we niets. Alleen
zijn smadelijk einde als moordenaar veroordeeld tot de folterdood op een
Romeins kruis. Hij is dan ook alleen maar een voorbeeld voor wat de genade Gods
betekent. Zijn leven had met de juiste keuzes anders kunnen zijn en is geen voorbeeld. Gedurende drie jaar was
de Heer Jezus in het gebied van Israël werkzaam geweest verkondigende het nabij
zijnde Rijk Gods op aarde en dit gepaard gaande met grote tekenen en wonderen.
Hij was voorafgegaan door Johannes de Doper die in de geest van de profeet Elia
als heraut de komst van de Messias en zijn Rijk aankondigde. Over de volgorde
der gebeurtenissen van Jezus’ openbaar optreden schreef ik eerder op dit blog
een aantal artikelen. Zie link: http://www.bloggen.be/robertdetelder/archief.php?startdatum=1523829600&stopdatum=1524434400
Matteüs
1:1 En in die dagen kwam Johannes de
Doper, predikende in de woestijn van Judea, 2 En zeggende: Bekeert u; want
het Koninkrijk der hemelen is nabij gekomen. 3 Want deze is het, van denwelken
gesproken is door Jesaja, den profeet, zeggende: De stem des roependen in de
woestijn: Bereidt den weg des Heeren,
maakt Zijn paden recht! 4 En dezelve Johannes had zijn kleding van kemelshaar,
en een lederen gordel om zijn lenden; en zijn voedsel was sprinkhanen en wilde
honig. 5 Toen is tot hem uitgegaan Jeruzalem en geheel Judea, en het gehele land rondom de Jordaan; 6 En werden van
hem gedoopt in de Jordaan, belijdende hun zonden.
Beide
moordenaars aan een kruis naast Jezus genageld moeten waarschijnlijk het pad
van Johannes de Doper en van Jezus en zijn discipelen gekruist hebben, maar
toen halsstarrig aan hun eigen dwaalweg (Jesaja 53:6) vastgehouden. Eén hield tot
het levenseinde halsstarrig aan zijn dwaalweg vast. De andere keerde zich tot
Jezus voor uitredding. Alle ballast van ongerechtigheden en overtredingen als
een gevolg van zijn doelloos leven opgehoopt, nam Jezus als het Lam van God (Efeze
2:7) op Zich en de man werd daar enkele uren voor het einde van zijn folterdood
door het Bloed van Jezus behouden.
Jesaja
53:5 Maar Hij is om onze overtredingen verwond, om onze ongerechtigheden is Hij
verbrijzeld; de straf, die ons den vrede aanbrengt, was op Hem, en door Zijn
striemen is ons genezing geworden.

(de hierboven getoonde afbeelding is niet
naar waarheid getekend maar is alleen maar een poging tot visuele uitbeelding
van de opstanding. De beeldspraak is wel zeer treffend. Het laat een kerkgebouw
met kerkhof in verval zien alsof het christendom in die toekomende tijd van weinig
tel meer is. Wat ook opvalt is de eerder beschreven opstanding in etappes. De
tijdens hun leven wedergeboren christenen krijgen op de afbeelding hun
opstanding terwijl de overige doden in hun graven (voorlopig) onberoerd
blijven.)
De
komende opstanding zal in fases gebeuren. Eerst de opstanding ten leven voor de
Ekklesia gevolgd door die van Israël (Daniël 12:1-3), waar de geredde
moordenaar deel van zal uitmaken. Na het afsluiten van het Messiaanse Vrederijk
volgt de opstanding met het oordeel en de tweede dood waar de verloren
moordenaar deel van zal uitmaken (Apocalyps 20:7-15).
Wat de
opstanding van de Gemeente of Ekklesia betreft, geeft Paulus de volgende
vertroostende woorden door:
1
Thessalonicenzen 4:13 Doch, broeders, ik wil niet, dat gij onwetende zijt van degenen, die ontslapen zijn, opdat gij
niet bedroefd zijt, gelijk als de
anderen, die geen hoop hebben. 14 Want indien wij geloven, dat Jezus gestorven is en
opgestaan, alzo zal ook God degenen, die ontslapen zijn in Jezus,
weder brengen met Hem. 15 Want dat zeggen wij u door het Woord des Heeren, dat
wij, die levend overblijven zullen tot de toekomst des Heeren, niet zullen
voorkomen degenen, die ontslapen zijn. 16 Want de Heere Zelf zal met een
geroep, met de stem des archangels, en met de bazuin Gods nederdalen van den
hemel; en die in Christus gestorven
zijn, zullen eerst opstaan; 17 Daarna wij, die levend overgebleven zijn,
zullen te zamen met hen opgenomen worden in de wolken, den Heere tegemoet, in
de lucht; en alzo zullen wij altijd met den Heere wezen. 18 Zo dan, vertroost elkander met deze woorden.
(Statenvertaling)
Wordt
vervolgd….
Met vriendelijke groet,
Robert De Telder
Recente publicaties:
Dertig
Jubeljaren, 2018, zie link: https://www.bol.com/nl/p/dertig-jubeljaren/9200000101929798/?suggestionType=searchhistory&bltgh=jLyCAgDUe71UKHV4eLlBLQ.1.7.ProductImage&fbclid=IwAR1FW-GC4SRsGCLFOa0BP_MG9IXEYx3Uo2Ugz3s6x74aPfO0kexdKcN4hqU
Kronieken van
de koningen van Israël, 2017, zie
link: https://www.bol.com/nl/p/kronieken-van-de-koningen-van-israel/9200000086650052/?suggestionType=searchhistory
EXODUS, 2016, zie link: http://www.bravenewbooks.nl/books/102331
Dit boek kan inmiddels volledig online gelezen worden op de volgende link: https://jezusleeft.weebly.com/exodus.html
De Zonaanbidder, 2016, zie link: http://www.bravenewbooks.nl/books/87999

TIJD en TIJDEN, 2015, Zie link: http://boekscout.nl/shop/ViewProduct.aspx?bookId=5579
De Assyriologie
herzien, 2012, zie link: http://www.bravenewbooks.nl/books/76234
De Tweede
Wereldoorlog door de ogen van een neutrale Belg, 2007, zie link: http://www.bravenewbooks.nl/books/69343
Genesis
versus Egyptologie, 2009, dit boek is uitverkocht maar
kan online gelezen worden op de hierna volgende link: http://jezusleeft.weebly.com/genesis-versus-egyptologie.html