Definitie
van het woord Advent: (Latijn: Adventus, komst) aanduiding van de komst van de
Zoon van God in het vlees, de incarnatie; voorts van Zijn wederkomst ten
oordeel in de volheid der tijden.

Niet
alleen de voorbereidingstijd tot het kerstfeest is volgens de definitie van
advent bedoeld, maar ook een leven in de verwachting van de wederkomst van
Christus.
Dit
laatste is een verwachting die het traditionele christendom, ook wat er van
overblijft in de derde generatie sinds de kerkverlating, niet meer kent. De
verwachting van het traditionele christendom is er een van als mens geboren
worden, ouder worden, moeten sterven en daarna de hemel (als het goed is), de niet-gelovigen
wacht de traditionele hel.
Dit
christendom heeft weinig of geen kennis van de Bijbel. De Bijbel leert nochtans
duidelijk en niet mis te verstaan, een wederkomst van Christus. Deze komst
heeft Jezus tijdens zijn leven en bediening voorzegt, en werd door de
evangelisten zo genoteerd. Onmiddellijk na Zijn hemelvaart wordt dezelfde
boodschap herhaald.
Handelingen
1:6 Zij dan, die daar bijeengekomen waren, vroegen
Hem en zeiden: Here, herstelt Gij in
deze tijd het koningschap voor Israël? 7 Hij zeide tot hen: Het is niet uw
zaak de tijden of gelegenheden te weten, waarover de Vader de beschikking aan
Zich gehouden heeft, 8 maar gij zult kracht ontvangen, wanneer de heilige Geest
over u komt, en gij zult mijn getuigen zijn te Jeruzalem en in geheel Judea en
Samaria en tot het uiterste der aarde. 9 En nadat Hij dit gesproken had, werd
Hij opgenomen, terwijl zij het zagen, en een wolk onttrok Hem aan hun ogen. 10
En toen zij naar de hemel staarden, terwijl Hij henenvoer, zie, twee mannen in witte
klederen stonden bij hen, 11 die ook zeiden: Galileese mannen, wat staat gij
daar en ziet op naar de hemel? Deze
Jezus, die van u opgenomen is naar de hemel, zal op dezelfde wijze wederkomen,
als gij Hem ten hemel hebt zien varen. (NBG
Vertaling 1951)
In het
hiervoor geciteerde Schriftgedeelte worden enkele eenvoudige waarheden
weergegeven. De verwachting namelijk van het koninkrijk Gods door middel van
het derde herstel van Israël, en de wederkomst van Jezus op dezelfde wijze
zoals Zijn hemelvaart. Boven Jeruzalem is er voor mensenogen, een onzichtbare
deur naar die andere dimensie van waar Jezus op Zijn tijd zal terugkomen. Naar
de komst van dit Rijk Gods hebben honderden en honderden miljoenen christenen
bijna tweeduizend jaar al sinds 30 AD (dikwijls onwetend) gebeden. Het Onze
Vader namelijk, zoals het in het evangelie opgetekend staat.

Matteüs
6:5 En wanneer gij bidt, zult gij niet zijn als de
huichelaars, want zij staan gaarne in de synagogen en op de hoeken der pleinen
te bidden, om zich aan de mensen te vertonen. Voorwaar, Ik zeg u, zij hebben
hun loon reeds. 6 Maar gij, wanneer
gij bidt, ga in uw binnenkamer, sluit uw deur en bid tot uw Vader in het
verborgene; en uw Vader, die in het verborgene ziet, zal het u vergelden. 7 En gebruikt
bij uw bidden geen omhaal van woorden, zoals de heidenen; want zij menen door
hun veelheid van woorden verhoord te zullen worden. 8 Wordt hun dan niet
gelijk, want [God] uw Vader weet, wat gij van node hebt, eer gij Hem bidt. 9
Bidt gij dan aldus: Onze Vader die
in de hemelen zijt, uw naam worde geheiligd; 10 uw Koninkrijk kome; uw wil geschiede, gelijk in de hemel alzo ook
op de aarde. 11 Geef ons heden ons dagelijks brood; 12 en vergeef ons onze
schulden, gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren; 13 en leid ons niet in
verzoeking, maar verlos ons van de boze. [Want Uwer is het Koninkrijk en de
kracht en de heerlijkheid in der eeuwigheid. Amen.] 14 Want indien gij de
mensen hun overtredingen vergeeft, zal uw hemelse Vader ook u vergeven; 15 maar
indien gij de mensen niet vergeeft, zal ook uw Vader uw overtredingen niet
vergeven. (NBG Vertaling 1951)
Dit
beloofde Koninkrijk is komende. Het zal niet tot stand komen door menselijke
inzet, maar net zoals bij de wedergeboorte van een mens, zoals beschreven in
het evangelie naar Johannes, door God Zelf.
De
verwachting van het komende Godsrijk werd als een gevolg van het uitblijven van
de wederkomst van de Messias, door het christendom al vroeg opgegeven. Toen de
Romeinse keizer Constantijn zich in de vierde eeuw tot het christendom bekeerde
en de kerk van Rome tot staatsgodsdienst verhief, leerde en verwachte men daarna
dat het Godsrijk door mensenhanden gebouwd kon worden. De profetische gedeelten
van de Bijbel werden als een allegorie uitgelegd en ontdaan van hun letterlijke
boodschap. Alle heilsbeloften in de Bijbel die betrekking op het volk Israël hebben,
werden op de kerk van nu van toepassing gebracht. De duizend jaar dat satan volgens
het Bijbelboek Openbaring, in de toekomst gebonden zou worden, werd niet meer
letterlijk genomen maar gezien als een zinnebeeld van de nieuwe tijd die sinds
Constantijn baan brak. Dat het sterven, de dood, bleef heersen nam men erbij. In
de plaats van de verwachting van de wederkomst van Christus en de daarmee
gepaard gaande beloofde opstanding uit de doden, een boodschap waar de apostel
Paulus de gelovigen mee troost (2 Thessalonicenzen 4:14-17), kwam de leer van
een naar de hemel gaan bij het sterven.
Het christendom
is sindsdien ook een pure mannenzaak met rangen en standen, geworden. De
gelijkheid van man en vrouw zoals de Bijbel die leert, werd opgegeven en de
vrouw gediscrimineerd. Een toestand waar generatie op generatie religieuze
vrouwen zichzelf aan onderwierpen, menende, het is Gods wil.

De
afbeelding komt van een Egyptisch reliëf daterend van de twaalfde dynastie. Het
kwam te voorschijn in een graf te Beni Hassan. Het plaatje geeft een Semitische
karavaan weer die met handelswaren Egypte binnenkomt. Het is een afbeelding die
men in vele Bijbelatlassen, encyclopedieën en dergelijke, tegenkomt. Men heeft
hier ten slotte een afbeelding van hoe de aartsvaders er uitgezien hebben.
Hun uiterlijk, klederdracht, wapens enzoverder, wat echter moet opvallen, maar
nooit met zoveel woorden vermeld wordt, zijn de vrouwen op deze afbeelding.
Geen sluier is te bemerken, zelfs geen hoofddoek.
Het
Bijbelse koninkrijk van de Bergrede van Jezus zoals in het Mattheüsevangelie
geciteerd, is hetzelfde Koninkrijk waar ook gelovige Joden naar uit zien. Want
het is hun door de profeten beloofde Messiaanse Vrederijk, dat met de
wederkomst van Christus werkelijkheid zal worden. Zij gaan als lo-ammi
momenteel nog hun eigen weg, maar in de toekomst zal er naar het Profetische
Woord, een derde herstel volgen. Dit herstel begint tijdens de komende
oordeelstijd met een nieuwe exodus, ditmaal vanuit het land, naar de woestijn.
Een woestijn waar de HERE God tot hun hart zal kunnen spreken (Hosea 2:13-14).
De
exodus uit Egypte gaat terug tot Pesach 1483 v. Chr. Met Sjavoeot van hetzelfde
jaar kregen zij de grondwet van de HERE God, en gingen ze op weg naar het
Beloofde Land. Het was het begin van een nieuwe bedeling die eindigde in falen.
In mijn studie TIJD en TIJDEN, 2015,
heb ik het exodusjaartal van 1483 v. Chr. berekend op basis van de sabbat- en
jubeljaartelling. De constructie van Thiele met als resultaat 1447 v. Chr. werd
opgegeven. Zie link: http://boekscout.nl/shop/ViewProduct.aspx?bookId=5579
We zijn
met anno 2015 al 3497 jaar sinds de exodus op de tijdsbalk gevorderd, en de
vraag is wanneer de laatste mensengeneratie gaat aantreden die getuige zal zijn
van de wederkomst van Christus? Deze komst zal weer gepaard gaan met veel
natuurgeweld zoals we dat in de geschiedenis van het oude Israël gezien hebben.
Wie van mijn generatie de boeken van wijlen Dr. I. Velikovsky (Werelden in
botsing, 1971, en Eeuwen in Chaos, 1977) gelezen heeft, weet dat de Exodus uit
Egypte en de daarmee gepaard gaande rampen, van kosmische oorsprong waren. Ook
de (weder)komst van de Messias of Christus zal met soortgelijke rampen gepaard
gaan.
Lucas
21:25 En er zullen tekenen zijn aan zon en maan en
sterren, en op de aarde radeloze angst onder de volken vanwege het bulderen van
zee en branding, 26 terwijl de mensen bezwijmen van vrees en angst voor de
dingen, die over de wereld komen. Want de machten der hemelen zullen wankelen.
27 En dan zullen zij de Zoon des mensen zien komen op een wolk, met grote macht
en heerlijkheid. 28 Wanneer deze dingen beginnen te geschieden, richt u op en
heft uw hoofden omhoog, want uw verlossing genaakt. (NBG Vertaling 1951)
Wordt
vervolgd
Met vriendelijke
groet,
Robert
De Telder