Job 40:
10
Zie nu Behemoth, welken Ik gemaakt
heb nevens u; hij eet hooi, gelijk een rund. 11 Zie toch, zijn kracht is in zijn lenden, en zijn macht in den navel zijns
buiks. 12 Als het hem lust, zijn staart
is als een ceder; de zenuwen zijner schaamte zijn doorvlochten. 13 Zijn
beenderen zijn als vast koper; zijn gebeenten zijn als ijzeren handbomen. 14 Hij is een hoofdstuk der wegen Gods; die
hem gemaakt heeft, heeft hem zijn zwaard aangehecht. 15 Omdat de bergen hem
voeder voortbrengen, daarom spelen al de dieren des velds aldaar. 16 Onder
schaduwachtige bomen ligt hij neder, in
een schuilplaats des riets en des slijks. 17 De schaduwachtige bomen
bedekken hem, elkeen met zijn schaduw; de beekwilgen omringen hem. 18 Zie, hij
doet de rivier geweld aan, en verhaast zich niet; hij vertrouwt, dat hij de
Jordaan in zijn mond zou kunnen intrekken. 19 Zou men hem voor zijn ogen kunnen
vangen? Zou men hem met strikken den neus doorboren kunnen? (Statenvertaling)
De NBG
Vertaling uit 1951 heeft gemeend het Hebreeuwse woord BEHEMOTH te mogen
vertalen met nijlpaard. De Statenvertaling echter heeft heel wijselijk de
Hebreeuwse naam Behemoth behouden. Behemoth is een Oud-Hebreeuwse naam van een
reusachtig dier dat beschreven wordt in het Bijbelboek Job. Volgens de beschrijving
is het de koning der dieren. Sinds de zeventiende eeuw al is getracht de
Behemoth te identificeren. Toen de Statenvertaling tot stand kwam bestond de
naam Dinosaurus nog niet, die naam kwam pas in de negentiende eeuw in gebruik
en betekent reuzenhagedis. De NBG-vertalers van de Bijbel in 1953 vertaalden
tegen beter weten in met: nijlpaard. De beschrijving van de Behemoth in het
Bijbelboek Job doet nochtans niet aan het nijlpaard denken. Het Nijlpaard heeft
bijvoorbeeld ook vandaag geen staart als een ceder maar eerder een staartje.
De Behemoth uit het Bijbelboek Job is een
historisch dier dat zijn woonplaats ten tijde van Job aan de rivier de Jordaan
had en was volgens de beschrijving in het Bijbelboek Job zondermeer een
reuzenhagedis. Het monster dat Job beschrijft was een vegetarisch dier dat hooi
at als een rund (Job 40:10). Zijn biotoop was (Job 40:16) de oever van de
Jordaan waar hij een schuilplaats had in het riet en in het slijk onder
schaduwachtige bomen.
In een
artikel op dit blog van 07.04.2016
gaf ik aandacht aan de chronologische plaatsing van Job op de tijdsbalk en
dateerde hem in de zeventiende eeuw v. Chr. zie link: http://www.bloggen.be/robertdetelder/archief.php?startdatum=1459720800&stopdatum=1460325600
De
beschreven reuzenhagedis in het Bijbelboek Job dateert uit dezelfde periode. In
de zeventiende eeuw voor Christus was de drastische klimaatwijziging die het
gebied in de achtste eeuw v. Chr. (Jesaja 5:6) trof nog ver weg en al het land
oostelijk en westelijk van de Jordaan was als de tuin van Eden.
De
dinosauriërs of reuzenhagedissen worden door de wetenschap vandaag op aarde
geplaatst miljoenen jaren vooraleer de mens volgens de theorie zijn intrede deed.
Volgens het Bijbelboek Job waren de behemoth (of reuzenhagedis) en de mens
gelijktijdig op aarde. De dino s waren gisteren opnieuw wetenschappelijk
nieuws met de opmerkelijke ontdekking van een dino in 2011 die uitzonderlijk in
goede staat als gemummificeerd met huid en al ontdekt werd. Men noemt het geen gewoon
fossiel maar een "dinosaurusmummie". Het monster werd door een
oliemijnwerker ontdekt en sinds dit jaar in het Royal Tyrrell Museum of
Paleontology in Alberta, Canada tentoongesteld. Zie de link:
http://www.demorgen.be/wetenschap/gemummificeerde-dino-ontdekt-huid-en-ingewanden-intact-bd751bc4/
De
beschreven dino in het artikel was een enorme planteneter op vier benen met
een beschermend stekelig pantser. De dinosaurus zou naar schatting ongeveer
1.360 kilogram wegen. Vandaag is de nieuwgenoemde nodosaurus nog zo intact
dat hij nog altijd 1.134 kilogram weegt.
De
vondst van een goed geconserveerde reuzenhagedis stelt ons in staat een beter
beeld van de Bijbelse behemoth te krijgen en de dateringsmethode van de evolutietheorie
in vraag te brengen.
In het
artikel van 07.04.2016 gaf ik niet alleen aandacht aan de chronologische
plaatsing van Job op de tijdsbalk maar dateerde ook de meganatuurcatastrofe van
kosmisch oorsprong die de aarde ten tijde van Job trof en in het Bijbelboek te
vinden is. De cyclus van meganatuurcatastrofes van kosmische oorsprong die
planeet aarde van de vierentwintigste eeuw tot in de achtste eeuw voor Christus
trof geeft een verklaring voor de ondergang van de reuzenhagedissen.
Met vriendelijke
groet,
Robert
De Telder