De
Kerstdatum had al eerder op dit blog onze aandacht. Het is duidelijk dat door middel van de priesterbeurtrol in de tempel te
Jeruzalem, men aan de hand van de beurtrol van Zacharias, de vader van Johannes
de Doper, de verwekking van Jezus kan berekenen. De geboorte van de Heiland
negen maanden later, situeert zich aldus in de vijfde maand Ab van de
Hebreeuwse kalender of juli/augustus van de westerse maandtelling. Zeven dagen
later op de achtste dag werd baby Jezus volgens de Wet besneden en drieëndertig
dagen daaropvolgend werd Hij door zijn ouders in Jeruzalem in de Tempel opgedragen.
Deze beschreven verordening vindt men in het Bijbelboek Leviticus 12:1-4.
Leviticus
12:1 De HERE sprak tot Mozes: 2 Spreek tot de Israëlieten: Wanneer een vrouw
moeder wordt en een kind van het mannelijk geslacht baart, dan zal zij zeven dagen onrein zijn; als in de tijd
van haar maandelijkse afzondering zal zij onrein zijn. 3 En op de achtste dag zal het vlees van zijn
voorhuid besneden worden. 4 Drieëndertig
dagen zal zij blijven in het reinigingsbloed; niets heiligs zal zij
aanraken, naar het heiligdom zal zij niet komen, totdat de dagen van haar
reiniging vervuld zijn.
De
evangelist Lucas heeft deze geschiedenis uitvoerig in zijn evangelie gebracht. Hierna
het Bijbelgedeelte:
Lucas
2:21 En toen acht dagen vervuld
waren, zodat zij Hem moesten besnijden, ontving Hij ook de naam Jezus, die door
de engel genoemd was, eer Hij in de moederschoot was ontvangen. 22 En toen de dagen hunner reiniging naar de wet van
Mozes vervuld waren, brachten zij Hem naar Jeruzalem om Hem de Here voor te
stellen, 23 gelijk geschreven staat in de wet des Heren: Al het eerstgeborene
van het mannelijke geslacht zal heilig heten voor de Here, 24 en om een offer
te brengen overeenkomstig hetgeen in de wet des Heren gezegd is, een paar tortelduiven
of twee jonge duiven.
25 En
zie, er was een man te Jeruzalem, wiens naam was Simeon, en deze man was rechtvaardig en vroom, en hij verwachtte de vertroosting van Israël, en de
heilige Geest was op hem. 26 En hem was door de heilige Geest een godsspraak
gegeven, dat hij de dood niet zou zien, eer hij de Christus des Heren gezien
had. 27 En hij kwam door de Geest in de tempel. En toen de ouders het kind
Jezus binnenbrachten om met Hem te doen overeenkomstig de gewoonte der wet, 28
nam ook hij het in zijn armen en hij loofde God en zeide:
29 Nu laat Gij, Here, uw dienstknecht gaan in
vrede, naar uw woord, 30 want mijn ogen hebben uw heil gezien, 31 dat Gij
bereid hebt voor het aangezicht van alle volken: 32 licht tot openbaring voor
de heidenen en heerlijkheid voor uw volk Israël. 33 En zijn vader en zijn
moeder stonden verwonderd over hetgeen van Hem gezegd werd. 34 En Simeon
zegende hen en zeide tot Maria, zijn moeder:
Zie, deze is gesteld tot een val en opstanding van velen in Israël en tot een
teken, dat weersproken wordt 35 en door uw eigen ziel zal een zwaard gaan ,
opdat de overleggingen uit vele harten openbaar worden.

36 Ook
was daar Hanna, een profetes, een dochter van Fanuël, uit de stam Aser. Zij was op hoge leeftijd gekomen, nadat zij met
haar man na haar huwelijksdag zeven jaren had geleefd, 37 en nu was zij weduwe,
ongeveer vierentachtig jaar oud, en zij diende God onafgebroken in de tempel,
met vasten en bidden, nacht en dag. 38 En zij kwam op datzelfde ogenblik daarbij
staan, en zij loofde mede God en sprak
over Hem tot allen, die voor Jeruzalem verlossing verwachtten. 39 En
toen zij alles volbracht hadden, wat volgens de wet des Heren te doen was,
keerden zij terug naar Galilea, naar hun stad Nazareth. (NBG Vertaling
1951)
Wanneer
we vanaf de vijfde maand Ab veertig dagen op de kalender rekenen, arriveren we ongeveer
naar het einde toe van de zesde Hebreeuwse maand Eloel of aan het begin van de
zevende maand Tisjri, naar gelang het vertrekpunt van ons rekenen. Met de
woorden van Simeon in gedachten stel
ik me echter voor dat baby Jezus met Rosj Hasjanah, in de Tempel te Jeruzalem aan
God opgedragen werd.

Rosj
Hasjanah betekent: Hoofd van het Jaar en is van oudsher het Joodse Nieuwjaar
dat ingaat op 1 en 2 Tisjri. In de Joodse overlevering is het een tijd van
oordeel. Gedurende dertig dagen tijdens de voorafgaande Hebreeuwse maand
bereidden de Joden zich voor op deze heilige dagen. Het was/is een tijd om in
gebed na te denken over al het kwaad dat men zijn vrienden of kennissen
mogelijk had aangedaan. Het was een tijd om vergeving te vragen en te krijgen.
Iedere morgen tijdens deze periode werd op de Sjofar of ramshoorn geblazen ter
voorbereiding van Rosj Hasjanah met tien dagen later de Grote Verzoendag of Jom
Kippoer. Het is aldus niet onlogisch om het opdragen van de Christus des HEREN,
de Heiland, verondersteld met Rosj Hasjanah in de Tempel te laten plaatsvinden.
Wanneer
we vanaf deze datum: 1 Tisjri, veertig dagen op de kalender terugrekenen
arriveren we op de twintigste dag van de maand Ab als de geboortedag van de
Heiland Jezus Christus. Via het
internet vindt men site s die de astronomische omrekening naar de Romeinse
kalender terug de tijd in naar o.a. het jaar vijf voor Christus, maken. Zie
link: http://www.cgsf.org/dbeattie/calendar/?roman=5
Op deze
manier berekenen we de geboortedag van Jezus Christus voor 23 augustus van het
jaar vijf voor Christus. Dit alles klopt uiteraard pas, indien
de Christus inderdaad met Rosj Hasjanah opgedragen werd. Dat de
Christus in het jaar vijf v. Chr. geboren werd heb ik in mijn boek TIJD en TIJDEN, 2005, behandelt in de
hoofdstukken: Herodes de Grote, blz. 437 en 27/28 AD, een navigatiepunt in de
tijd, blz. 443. Zie link: http://boekscout.nl/shop/ViewProduct.aspx?bookId=5579

Wordt
vervolgd
Met
vriendelijke groet,
Robert
De Telder
|