Dit was het
dan. Op de tonen van highway to hell
heb ik mijn laatste kilometers
afgewerkt voor de halve van Axel. Hopelijk hoef ik dat niet letterlijk te
nemen!
Hoe raar het
ook is, het zal mijn allereerste keer zijn dat ik een halve marathon loop. Na
verschillende malen een 20 km wedstrijd (Brussel en Parijs) is dit een nieuwe
uitdaging. En ook al zegt iedereen dat die ene kilometer meer het niet zal
maken, voor mij blijft het een nieuw doel. Ja, het koppeke speelt ook een rol
Vorig jaar
waren we ook met team Roparunteam Magnetrol in Axel. Ik beleefde die dag dan
als fietser. Door een hardnekkige liesblessure stond ik geruime tijd aan de
kant. Lopen beperkte zich tot een paar 100 m. Ik heb toen genoten van de
overwinning van Sofie, de mooie prestaties van de Magnetrollers en het leuke
weekendje dat er bij hoorde, maar ik had me voorgenomen om er het volgende jaar
wel als loper bij te zijn.
In oktober kon
ik terug vlot 10 km lopen, en dat was voor mij het signaal dat de halve van
Axel misschien wel mogelijk was. In alle stilte stelde ik een schemaatje op en
begon ik op te bouwen. Het ging vrij vlot. Ik kon 3 tot 4 maal per week lopen,
zonder dat mijn knieen teveel opspeelden. Want bij mij weet je nooit
willen
is 1 ding, het kunnen uitvoeren is een ander ding ! Daar beslist mijn lichaam
over.
Ik hield de
opbouw heel rustig. Niet te vlug aan lange duurlopen beginnen. Geen intervallen.
Gewoon, 1 maal per week een langere duurloop, 1 of 2 korte trage recuptrainingen en 1 loopje van max 45 waarin een 3 tal
tempowissels zaten. Daar zou ik het mee doen en hoopte ik mijn knieen niet te
veel te gaan overbelasten. Tussendoor stonden ook nog enkele stabilisatie oefeningen op het programma.
Begin
januari deed ik de eerste langere duurlopen.
En dit bleef ik regelmatig inbouwen, max 1u45 of 17 km. Ik voelde immers dat die afstand heel wat
eiste van mijn knietjes. Na zon trip moest ik toch 2 dagen recupereren en
voelde ik mijn knieen. Het lopen zelf
ging vrij vlot. En elke zondagmorgen was het even denken welke route ik die
morgen zou nemen. Enige minpuntje
ik moest steeds alleen op pad. Eénmaal ging
ik samen met sofie
ik kon haar de volle 10 meter volgen J
Tot eind januari
ging de voorbereiding volgens het boekje. Tot in februari mijn goeie oude
vriend Murphy weer eens langs kwam. Ik wist het hé, als het te goed gaat, kan
het niet blijven duren. Begin februari kreeg ik last van mijn rug. Dank zij
medicatie, was dit onheil na een week terug opgelost. Nog geen man overboord.
Half
februari kwam dan het teambuildingsweekend met Runnerslab op me af. Superleuk
weekend met toffe collegas. Maar lopen met botinnen tijdens een Nordic Walking
tocht is niet zo evident. Mijn scheenbenen (en die van mij niet alleen) vonden
dat niet zo prettig. Resultaat
weer een paar dagen niet lopen.
Psychisch
had ik het echt nodig om nog eens meer dan 10 km te lopen. Donderdag werden het
er dus 11 en op aanraden van een collega op zondag nog eens 13. Dit stelde me
een beetje gerust, al kwam op het einde van die 13 km een spook om de hoek
gluren met een bordje in zijn hand
nog 8 km !!
En om het
compleet te maken, ben ik maandag opgestaan met een verkoudheid. Kan je geloven
dat de twijfel dan stillaan toeslaat? Al een hele week zit mijn neus toe en
voelt mijn keel als schuurpapier. Maar zoals ze zeggen
een atleet in forme
is snel vatbaar voor alles
(sic..) Met
echinasea, sinutab, honing, gemberthee met kurkuma, en nog een heel leger huis-tuin
en keukenmiddeltjes voel ik me vandaag toch terug beter. Deze week dus alleen
maar 2 x 5 km traag gelopen. Met benen die aanvoelden alsof ik die halve
marathon al gelopen had.
De maand
februari gaat de analen niet in als goeie voorbereiding. Het huidige
weerbericht stelt me ook niet echt gerust. Kouder en wat regen, tot daar aan
toe
maar de wind mag gerust heel wat minder! Tenzij hij mee het parkoers
volgt en constant in de rug blaast. Maar dat is een utopie vrees ik.
Wat het gaat
worden? Geen enkel idee. Mijn hoop en doel? Op een deftige manier finishen. Een
tijd stel ik me niet voorop. Het enige wat ik wil
is niet als allerlaatste
eindigen
Fietsmaatje
Ria, of ik er klaar voor ben? Geen enkel idee. De twijfel is de laatste weken
toegeslagen. Maar we gaan er voor! En ik weet dat als het moeilijk wordt, jij
me er door zal slepen.
Roparunmaatjes,
wacht op mij aan de finish
. En nadien gaan we genieten in Terneuzen! Zet de
gin-tonic maar al klaar! ;-)
Wordt
vervolgd
.
En of het
vervolgd werd. Ondertussen zit ik hier in mijn zeteltje, voldaan na te genieten
van mijn avontuur. De Highway to hell presenteerde zich in zeer harde
tegenwind gedurende de laatste 10 kilometers.
Maar we
deden het, en het ging relatief vlot, de laatste 2 km niet meegerekend.
Een uurtje
voor de start waren de magnetrollers al present. De wind werd uitvoerig
gekeurd, en de juiste kledij gekozen. Tegen 14u mochten we eindelijk van start
gaan. Een paar 100 meter daar voorbij stond mijn fietsmaatje me op te wachten.
En weg waren we. En of het vlot ging. De wind in de rug, en de positieve
invloed van een dosis gezonde stress. Ik moest zorgvuldig waken over mijn
tempo, want ik wist wat nog komen zou. Ik wou een gemiddelde lopen van 10km/u
en daar ging ik vlot onder. Ook Ria hield me in toom, en telkens het signaal
kwam ge verrapt! ging ik even aan de rem hangen. Maar het bleef heel vlot
gaan, tot en met km 12
. En toen begon de hel! Vanaf dat moment liepen we
terug in de richting van waaruit we kwamen en kwam de wind op de proppen. Eerst
dacht ik dat het nog wel mee zou vallen
maar dat gevoel was vlug weg. Door de
vlakte van de polder, zat de wind pal op de kop. En hoe Ria ook haar best deed
om me een beetje uit de wind te zetten, op de meeste momenten haalde dat niet
veel uit. Het tempo zakte tot 6.16 km/u tegen dat we aan kilometer 19 zaten. Op
zich viel dat nog wel mee.
Maar dan was
het vat leeg. Op geen enkel moment kon je even bekomen van die wind. Ik telde
de meters af. De aanmoedigingen van Ria
en Dirk (die na de finish van Sofie teruggereden was) haalden niet veel
meer uit. Alhoewel, zonder hen was het nog zwaarder geweest. En ja, ik weet ook
wel dat 1 km niet ver meer is, maar op dat moment was 100 m zelfs te ver! Mijn
voeten gingen bijna niet meer van de grond. Ik sleepte me vooruit, vooral op
wilskracht. Ik dacht aan Roparun, de mensen waarvoor we Roparun lopen
ook de
kinderen van het kinderziekenhuis op het einde van roparun passeerden de revue
en dat hielp me om vol te houden. Zij moeten ook volhouden
maar dan voor
veel ergere dingen.
En daar was
hij dan plots
de aankomstboog. En neen, dit keer was er geen eindspurt meer
bij. Moe, maar heel blij dat ik het haalde liep ik over de meet. De magnetrol
maatjes stonden er allemaal te wachten. De twijfel deze week was groot, de
voldoening nadien nog veel groter!
De warme
bouillon na de aankomst smaakte enorm lekker en langzaam maar zeker kwam ik
weer op mijn positieven.
In de
kantine van de plaatselijke club was het dan even wachten op de trofee van
Sofie. Met 1u21 werd ze voor het 2e jaar op rij 1e vrouw.
Hilariteit in de groep toen er ook nog een slagroomtaart gewonnen werd, en nog
1 van de 3 hoofdprijzen uit de tombola ook naar Magnetrol ging. We waren
duidelijk aanwezig.
Het vervolg
van de avond was heel relax. Een lekker etentje in een hotel in Terneuzen
zorgde voor het vervolg van de teambuilding. En natuurlijk als aperitief een
lekkere gin-tonic
Nadien
slapen als een roosje
toch niet. Mijn vermoeide benen en een paar heel
luidruchtige mede hotelgasten zorgen daarvoor.
Vanavond dan maar de schade inhalen.
Conclusie
van het avontuur
12 km vliegen, 7 km overleven en 2 km doodgaan. Maar de
benen voelen vandaag wonderwel heel goed. Ik voel wel dat ik gisteren diep
gegaan ben, en als ik een trap op moet protesteren mijn quadriceps, maar voor
de rest voelt alles goed aan. En dat stemt me het meeste blij. Mijn gammele
carrosserie heeft me niet in de steek gelaten. Dit smaakt naar meer
.
Dikke mercie
Ria voor de support, en dikke mercie Roparunmaatjes voor het leuke weekend!


|