thuishaven
We zijn de 24de week van 2024
Zoeken in blog

Inhoud blog
  • K3
  • Kathleen Aerts
  • Elke Taelman
  • Beatrice Egli
  • Elke Taelman
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Rustig genieten van gedichten, liedjesteksten, muziek, vertellingen, prenten en foto's.
    Welkom in mijn thuishaven. Zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens.
    31-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hoor, het is de wind. Guido Gezelle
    Hoor, het is de wind, de wind, de wind,
    en zoekende zucht hij, om rust te vinden,
    overal rond, en hij vindt er geen, nooit,
    of hij de daken van de huizen verstrooit,
    of hij de vliegende bladeren doet ruisen,
    of hij de bomen daarboven doet buisen,(1)
    of hij de torens hun toppen afwaait,
    of hij de malende molens draait,
    of hij de zee in de wolken doet botsen,
    of hij haar slaat op de zuchtende rotsen,
    of hij de schepen daarbinnen begraaft,
    of hij door het schuimbekkend zeewater draaft,
    nimmer vindt hij rust, de wind, de wind, en
    nimmer zal hij nog rust vinden,
    maar één keer rustte hij,
    toen Jezus sprak: Ik wil.
    En hij rustte.

    1859  Gedichten, Gezangen, Gebeden
    (1)buisen: met veel lawaai te keer gaan





    31-08-2011, 12:59 Geschreven door André  


    30-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De mijnwerkers. Arnold Sauwen

    Zwart stofrand om de ogen,
    met hun wezen stoer en stug,
    komen zij van het werk gereden,
    grauwe schoftzak op de rug.

    Hunkerend naar lucht en zon,
    in der mijnen donkere schacht,
    stegen ze op naar het blijde daglicht,
    als uit een sombere kerkernacht.

    Als kabouters onder het welfsel,
    van hun duistere rotsspelonk,
    stonden zij daar, schatten delvend,
    zwarte kolen, bonk bij bonk.

    Zij weten het, helse nachten,
    huizen in der aarde schoot,
    het grauwvuur sluimert in de lagen,
    in de gangen loert de dood.

    Thans heeft het uur der rust geslagen,
    langs de landweg, in de kroeg,
    jankt het orgel, vrolijk lokkend,
    en het werk gaf dorst genoeg.

    Het bier schuimt, de glazen klinken,
    blijdschap uit zich in gezang,
    moeheid, angsten zijn vergeten,
    bij de frisse, koele drank.

    Stoere wroeters om den brode,
    duur hebt ge uw vreugde gekocht,
    gij, die in de nacht der mijnen,
    voor de mensen welzijn wrocht.


     

    30-08-2011, 10:41 Geschreven door André  


    29-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De herberg.Arnold Sauwen
    Herbergzaam huis, dat wel een eeuw daar ligt,
    de landweg langs die leidt naar verre steden,
    hoe velen hebt ge, als tot een gastvrij sticht,
    uw uitgesleten dorpel op zien treden?

    Wie moede zijn stap de avond tegenricht,
    en loomheid zwaar voelt wegen in zijn schreden,
    groet blijderhart van wijdt uw lampelicht,
    waar zoete nachtrust wacht zijn matte leden.

    Wel hem, die eens langs zijn levensbaan,
    het huis van zijn verlangen in mag gaan,
    waar tedere zorgen zijn komst verbeiden.(1)

    Waar op de drempel Liefde wacht, en de waardin,
    het welkom spreekt bij dis en haard en zacht,
    haar blanke handen het warme bed spreiden.

    (1)verbeiden: afwachten
    1857-1938. geboren te stokkem.

    29-08-2011, 11:43 Geschreven door André  


    28-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kleingedichten 2.Guido Gezelle

    4.Jezus wijs en wondermachtig,
       wees mij, arme man, indachtig,
       leer mij spreken Uw naam,
       maak mij, ofschoon onwaardig,
       voor Uw lof mijn tong vaardig,
       en
       voor Uw eer mijn lied bekwaam.

    5.Was ik een bij en de bijenkorf mijn woning,
       dan zou ik mijn leven lang zingen en werken blij,      
       maar ik ben een dichter en Gij de koning,
       van heel de schepping en van mij.

    6.Maria zoet,
       aan het hoofd van de maagdenstoet,
       de sterkste vrouw van al,
       en het eerbaar vrouwental.    

    1859 Deze kleingedichten zijn echte gebeden, maar ook een brokje poëzie.
      


    28-08-2011, 14:27 Geschreven door André  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het spookhuis.Vertelling
    In mijn stad hebben we een echt spookhuis. Het is leeg. Niemand wilt erin wonen.Want regelmatig wordt het spook nog gezien. Het is een droeve geschiedenis.
    Eeuwen geleden was het een koopmanshuis. Op een dag was de koopmansdochter alleen thuis. De koningszoon was het huis binnengedrongen en had het meisje vermoord. Sindsdien doolt het meisje als spook rond op zoek naar haar moordenaar. De moordenaar werd nooit gevonden en is nu reeds lang dood. Daarom zal het meisje moeten blijven spoken tot het einde der tijden.
    Ik vond dat een interessant verhaal en zo een jong spookje zou ik wel eens willen ontmoeten. Ik kocht het huis en richtte het in. Ik had een bordje geplaatst met "welkom spook" en ik had de tafel reeds klaargezet. Een zachte zetel en wat drankjes, een haardvuur en mooie spookmuziek. Het spook mocht gerust afkomen.
    Maar ineens was het spook daar. Ik schrok geweldig. Gelukkig had ik mij super geheim anti spookwapen bij. En dat is...een waterslang. Ik opende de kraan en spoot het spook kletsnat. Toen hoorde ik een lief stemmetje:"wat doe je nu?" en het natte hoofdje van mijn buurmeisje kwam van onder het laken te voorschijn. Was dat nu de oplossing van een eeuwenoud spookverhaal? Mijn buurmeisje met een wit laken rond haar lichaam? Dan begon mijn buurmeisje nog te wenen. En iets waar ik niet tegen kan is een lief meisje dat weent. Ik voelde met slecht en schuldig. Ik gaf haar mijn mooiste handdoeken om haar tranen te stelpen en ook om haar nat spookkleedje wat te drogen. En zij vertelde mij het verhaal.
    De moordenaar van het koopmansmeisje had wroeging gekregen en was gaan biechten bij de abt van het klooster buiten de stadspoorten. En de abt had hem een penitentie gegeven. Hij moest het spook om vergiffenis gaan vragen. Hij is vergiffenis gaan vragen en het spook heeft hem streng gestraft. Zo was het spook bevrijd en kon naar de hemel gaan. Maar nu hadden wij geen spookhuis meer. De buurvrouw die toen leefde verzon een plan. Je moet weten, onze twee huizen zijn met mekaar verbonden door een onderaardse gang.Vroeger gebeurde dat veel. Zo kan je bij mekaar komen zonder buiten te gaan. Gemakkelijk he. Die buurvrouw had een spookkleed gemaakt en ging regelmatig spoken. Zo bleef het spook bestaan. Zij gaf het door aan haar dochter en zo ging dat van moeder op dochter voort. Ik leerde het van mijn moeder en ik zou...en weer een huilbui. Ik was radeloos en zocht iets om het meisje te helpen. En ik vond het. Weet je, zei ik tegen het meisje, je gaat je zondagse spookkleed aantrekken, je komt spoken en ik maak enkele prachtige foto's. Zo hebben we een bewijs dat het spook bestaat. Mijn buurmeisje huilde niet meer en ze glimlachtte. Ze vond het een goed idee. Even later verscheen mijn zondagse spook en ik maakte verschillende zeer goede foto's. Ik ging de foto's ontwikkelen en bekeek het resultaat.
    Toen kreeg ik de schok van mijn leven. Mijn haren zijn grijs geworden. Ik ben veel ernstiger geworden en ik hou me nu bezig met de vraagstukken van het leven. Op de foto's zag je ons zondagse spookje. Maar daar in de hoek... zag ik het echte spook dat even naar haar collega was komen kijken.
    Vele jaren geleden heeft een oude man mij het verhaal verteld.Ik heb alles netjes opgeschreven.

    28-08-2011, 10:56 Geschreven door André  


    27-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een doosje. Free Souffriau. Lied
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Ik wou dat ik een doosje had
    Waarin ik af en toe eens wat
    Momenten kon verzamelen voor later.

    En in dat mooi en magisch ding
    De schatkist der herinnering
    Bewaarde ik de uren dat we praatten.

    Ik sluit mijn ogen, zie dat beeld
    De dromen die ik heb gedeeld
    De warme haard werd geen seconde kouder.

    Ik herinner me nog elke geur
    Een bord met "Welkom" op de deur
    De warme glimlach van mijn lieve ouders.

    Ik wou dat het weer bedtijd was
    De boeken die je me toen las
    De stemmetjes bij al die mooie plaatjes.

    Die vader uitvond keer op keer
    En moeder hield het plots niet meer
    We lachten samen, veegden onze traantjes.

    Want ik herken mijn eigen lach
    Nu ik mijn kinderen elke dag
    De liefde die ik van jullie kreeg, kan geven.

    En ik herken mij eigen lach
    Nu ik mijn kinderen elke dag
    De liefde die ik van jullie kreeg, kan geven.



    27-08-2011, 09:24 Geschreven door André  


    26-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zij.Free Souffriau.Lied
    De wekker gaat ik kruip uit bed
    Gisteren veel te laat gewerkt
    Eerst een diner nadien een concert
    Dan hoor ik haar stem en ze zegt "mama"
    En ik herleef

    Zij is het allermooiste dat me in
    Mijn leven overkomen is
    Zij is mijn reden voor bestaan
    Zij geeft aan elke dag betekenis
    Een vlinder fladdert voor het eerst
    Niets is er altijd al geweest
    Een bloem gaat open voor de eerste keer
    En haar verbazing raakt mij telkens weer
    Mijn kind, alles begint

    Zij is het mooiste op aarde,
    Niemand is ooit zo mooi geweest
    Zij is het mooiste op aarde
    Ik zie de wereld voor het eerst
    Zij laat me plots het leven zien
    Zoals ik het nooit zag voordien
    Voor haar is elke nieuwe dag een feest
    Zij is het mooiste op aarde
    Niemand is ooit zo mooi geweest

    Zij is mijn nu, zij is mijn straks
    Zij is mijn wat-er-ooit-nog-komen-mag
    De wereld ademt met haar mee
    Zij is de ochtend van een nieuwe dag
    Alles is mooi, alles is jong
    Alsof het gisteren pas begon
    Zij kijkt me met die grote ogen aan
    Alleen mijn hart dat even stil blijft staan
    Mijn kind, alles begint, alles begint

    Zij is het allerliefste op aarde
    Niemand is ooit zo lief geweest
    Zij is het allerliefste op aarde
    Ik zie de wereld voor het eerst
    Zij laat me nu het leven zien
    Zoals ik het nooit zag voordien
    Voor haar is elke nieuwe dag een feest
    Zij is het allerliefste op aarde
    Niemand is ooit zo lief geweest

    Zij laat mij nu mijn leven zien
    Zoals ik het nooit zag voordien
    Van haar hou ik het allermeest
    Zij is mij grootste schat op aarde
    Niemand is ooit zo mooi geweest
    Niemand is ooit zo lief geweest




    26-08-2011, 10:36 Geschreven door André  


    25-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Mijn stad.Hélène Swarth
    Uit vale velden rijst omhoog mijn grijze stad,
    Eerwaarde stad van kerken en prelaten,
    Vervallen stad van lang verlaten straten,
    Met een bruinverweerde huizenschat.

    Kazerne en klooster, priester en soldaten,
    De vesten langs, die houden het stadje omvat,
    Stroomloze vaart en landschap boomloos plat,
    Met zwart omhuifde vrouwen, dof gelaten.

    Stugge stad waar ik zo lang leefde en leed,
    Hoe kunt gij nog zo zoet mijn weemoed lokken,
    Als ik uw reuzenpoort weer binnentreed.

    Wanhoopsstad, ik zal om je verleden niet wrokken,
    Zij het voor de harten die ik daar kloppen weet,
    Dode stad, vol met klank van sombere doodsklokken.

    1895

    25-08-2011, 11:18 Geschreven door André  


    24-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Tot de maan.Guido Gezelle
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Hoe schoon vaart gij daar,
    helderblauwe maan zo klaar,
    hoog boven veld en wee,
    zwemmend in een wolkenzee.

    Ik denk dat gij weet en ziet,
    al wat hier beneden geschiedt,
    en wilde ik of wenste ik  kwaad,
    ik werd al benauwd van uw gelaat.

    Leidt al wie goedwillig is,
    door deze wereldwildernis,
    en verlicht hem langs de baan,
    waar ik u schoon beeld zie staan.

    Schoon, wel zeker duizendmaal,
    is al dat nachtelijke gestraal,
    van de sterren en van de maan,
    die hier diep in het donker staan.

    1873 Gedichten, Gezangen, Gebeden

    24-08-2011, 10:39 Geschreven door André  


    23-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wals van kwart voor middernacht. Paul Van Ostayen
        Alsof zij iets zingen ging trilt de luit
                  en de lieve luit achterna
    hinkepinkt de piano hinkepoot linkepoot
     ik denk niet dat de luit iets zeggen zal
                kwart voor middernacht
     al trilt, zij trilt toch?, de luit nu weer
         Eer de luit daarover heeft nagedacht
    of zij zingen zal kwart voor middernacht
     is het reeds lang kwart na middernacht
              Waarom trilt de luit dan zo 
          klokje kwart voor middernacht
                  Wist maar iemand dat
                                 dat
                     trillen van de luit
                           Lieveke
                           dieveke
                         doderideine
                        do en deinen
          de luit heeft zich bedacht
                       en zwijgt

     Heb ik dat van dat trillen wel verwacht

    23-08-2011, 12:25 Geschreven door André  


    22-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Iris.Jacques perk
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Ik ben geboren uit zonnegloren,
    en een zucht van de ziedende zee,
    die omhoog is gestegen, op wieken van regen,
    gezwollen van wanhoop en wee.
    Mijn gewaad is doorweven met parels, die beven,
    als dauw aan de roos, die ontlook,
    wanneer de dagbruid zich baadt en voor het schuchter gelaat,
    een waaier van vlammen ontplook.(2)

    Met tranen in het oog, uit de diepten omhoog,
    buig ik ten kus naar beneden,
    mijn lichtende haren befloersen de baren,(3)
    en mijn tranen lachen tevreden.
    Want diep in de zee, splijt de bedding in twee,
    als mijn kus de golven doet gloren,(4)
    en de aarde is gekloofd en het lokkig hoofd,
    van Zefir komt lachend naar voren.(5)

    Hij lacht, en zijn zucht jaagt mij, arme, in de lucht,
    en een boog van tintelende kleuren,
    is mijn spoor als ik wijk naar het dromerige rijk,
    waar ik eenzaam om Zefir kan treuren.
    Hij mint me als ik hem, maar zijn lach, zijn stem,
    zijn kus is een zucht, wij zwerven
    omhoog, omlaag, wij willen gestaag,(6)
    maar wij kunnen noch kussen, noch sterven.

    De sterveling ziet mijn aanschijn niet,
    als ik uitschrei hoog boven de wolken,
    en de regenvlagen met ritselend klagen,
    mijn onsterfelijke weedom vertolken.
    Dan drenkt mijn smart het dorstende hart,
    van de bloem, die smacht naar mijn leed,(7)
    en met dankbare blik naar mij opziet,
    als ik van weedom het wenen vergeet.

    En dan verschijn ik door het nevelgordijn,
    dat mijn Zefir verscheurt, als hij vliegt,
    somber gekromd, tot de zonneschijn komt,
    en op het rag mijner wieken zich wiegt.(8)
    Dan zegt op aarde, wie mij ontwaarde,
    de gouden Iris lacht,
    en stil oversprei ik de vale vallei,
    met een gloed van zonnig smaragd.

    Mijn handen rusten op de uiterste kusten,
    der aarde, als in roerloos peinzen,
    één bonte gedachte, ik mijn liefde verwachtte,
    die mij achter de zon zal doen deinzen.
    Ik zie 's nachts door mijn armen de sterren zwermen,
    en het donzige wolkengewemel,
    en de maan die mij haat, en zich koestert en baadt,
    in de zilveren lach van de hemel.

    Mijn pauwenpronk is de dos, die mij schonk,
    de zon, om de sterveling te sparen,
    wanneer mijn lichtloze blik zou bleken van schrik,
    en mijn droeve gestalte vervaren.
    Nu omspan ik de trans met mijn armen van glans,
    tot mij lokt Zefirs wapperend gewaad,
    de lokkende zon mij verlaat.

    Ik ben geboren uit zonnegloren,
    en een vochtige zucht van de zee,
    die omhoog is gestegen  op wieken van regen,
    gezwollen van de wereldse wee.
    Mij is gemeenzaam, wie even eenzaam,
    het leven verlangende slijt,
    en die in tranen zijn vreugde zag tanen,
    doch liefelijk lacht als hij lijdt.

    1859-1881

    (1) Iris: regenboog(als godin)
    (2) ontplook: ontplooide
    (3) floers: bedekken als een sluier
    (4) gloren: stralen
    (5) Zefir: zachte, aangename, zuidwestelijke zeewind
    (6) gestaag: onafgebroken
    (7) de regen
    (8) rag: weefsel
    Het gedicht beschrijft de onmogelijke liefde tussen de regenboog en de zeewind.

















    22-08-2011, 21:52 Geschreven door André  


    21-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kleingedichten 1.Guido Gezelle
    1.
    Met het kruis in de top,
    zo varen wij,
    door het wereldtij,
    de hoge Hemel op.

    2.
    Hoger als mijn ogen dragen,
    verder als de winden jagen,
    dieper als de diepste zee,
    over alles heerst God alleen.

    3.
    Blank papier, wat schrijft men 
    op uw glad geglimde banen al niet,
    dat gij, schuldloos ding moet harden,
    wilt ge of wilt ge niet?

    Schande, die ooit de pen durfde roeren,
    en op uw blank papier,
    de stroom uitgieten van zijn hart,
    al kende hij u niet.

    (kleingedichten zijn korte gebeden en korte bezinningsmomenten.Deze kleingedichten zijn geschreven rond 1858.)



      

    21-08-2011, 16:17 Geschreven door André  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De schatkist.Vertelling
    Mijn stad is beroemd om zijn oninneembare vesting. Zijn de stadspoorten  gesloten, dan geraakt niemand nog binnen. Eenmaal heeft een leger uit een ver land het geprobeerd. Nu nog versieren de buitgemaakte gulden sporen onze kerken. 
    En het belfort op het marktplein is ook oninneembaar. Als een stoere waker bewaakt hij de stad. Het is dan ook de beste plaats om onze schatkist te bewaren. Je moet binnengaan langs een onzichtbare poort beschermd met drie sloten. Langs een wenteltap ga je tot de tweede verdieping en je gaat binnen langs een onzichtbare deur beschermd met zes sloten. In de schatkamer staat een onzichtbare  kast beschermd met twaalf sloten. Daarin bevindt zich de schatkist. Volledig veilig. De roem van onze stad strekt zich uit tot ver buiten de stadsgrenzen.
    In een nabijgelegen stad zocht men naar een veilige plek om hun schatkist te bewaren. En er was niets dan in aanmerking kwam. Daarom besliste het stadsbestuur om hun schatkist veilig te laten bewaren in onze stad. De schatkist werd geplaatst in de schatkamer op de eerste verdieping. Zo kon er geen verwarring onstaan met onze schatkist op de tweede verdieping.
    En de schatkist zat ook in een onzichtbare kast beschermd met twaalf sloten, in een zaal die je betreedt langs een onzichtbare deur beschermd met zes sloten.
    Maar na enkele jaren kwam de nabijgelegen stad in de greep van het Kwaad. De nabijgelegen stad sloot een verbond met het Hoogste Kwaad. En daartegen kan je niets doen.
    Daardoor geraakten de ridders van de nabijgelegen stad door onze stadspoorten. De koningin en de kroonprinses vluchtten in de kerk gelegen bij de stadspoorten en baden om bescherming. Maar de ridders van het Hoogste Kwaad reden met hun paarden naar het belfort. Langs de onzichtbare poort beschermd met drie sloten geraakten ze binnen. Even later kwamen zij buiten met de schatkist en reden de stad uit. Wat een ramp voor onze stad.
    Maar Onze Lieve Vrouw van de kerk gelegen aan de stadspoorten had het gebed van de koningin en de kroonprinses verhoord. Even later geraakte het bekend. De ridders van het Kwaad waren tot de eerste verdieping gegaan. En daar hadden ze een schatkist gezien. En die schatkist hadden ze meegenomen. Maar de schatkist op de eerste verdieping was de schatkist van de nabijgelegen stad. Zo hadden de ridders van het Kwaad hun eigen schatkist gestolen. De schatkist van onze stad stond nog veilig en wel op de tweede verdieping. In processie ging iedereen naar de kerk gelegen aan de stadspoorten om God te danken. Het stadsbestuur, de koningin en de kroonprinses offerden een grote kaars ter ere van Onze Lieve Vrouw.
    En nu nog gaan de inwoners van onze stad jaarlijks in processie naar de kerk gelegen aan de stadspoorten om drie grote kaarsen te offeren.   

     
       

    21-08-2011, 10:21 Geschreven door André  


    20-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hemelhuis.Emiel Hullebroeck en René De Clercq.Lied
    Door mijn woning,
    speelt een zonnig licht.
    Ik voel me een kleine koning,
    in mijn gouden plicht.
    Vrouw en kind te schragen,
    op mijn sterke jeugd.
    En ze hoog te dragen,
    in mijn vreugd.
    En ze hoog te dragen,
    in mijn vreugd.

    Daar op het schouwtje,
    prijkt mijn enig kruis.
    Wees mijn engel,vrouwtje,
    wees mijn hemelhuis.
    Wees mijn stoutste roemen,
    wees mijn zoetste troost.
    Frisse levensbloemen,
    krachtige kroost.
    Frisse levensbloemen,
    krachtige kroost.

    O mijn kinderen,
    graag gebroken brood.
    Zal het geluk verminderen,
    als de last vergroot?
    Gaat men armoe lijden,
    om een mondje meer?
    Waar twee mensen strijden,
    helpt de Heer.
    Waar twee mensen strijden,
    helpt de heer,

    20-08-2011, 12:01 Geschreven door André  


    19-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Egidius.Oud lied.
    Egidius, waer bestu bleven?
    Mi lanct na di, gheselle myn,
    Du coors die doot, du liets me tleven,
    Die gheselscap was goet ende fyn.

    Het sceen si moeste ghestorven syn,
    Nu bestu in den troon verheven,
    Claerrer dan die sonnescijn,
    Alle vrucht es die gegheven.

    Nun bidt for myn, ic moet nog leven,
    En inde weirelt lyden pyn,
    Bewaer myn stede hier bineden,
    Ic moet nog singhen een liedekyn.

    Nogtans mut elck  ghestoven syn.





    19-08-2011, 10:01 Geschreven door André  


    18-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verlaten straat.Hélène Swarth
    Klik op de afbeelding om de link te volgen In de oude straat, waar vreemd de voetstap klinkt,
    En welig gras voortwoekerend ongestoord,
    In een groene lijst de grauwe keien vat,
    Staat, droef vervallen, het lang verlaten huis.

    De ruiten blinken blauw, in het licht der maan,
    En staren, stil en strak, met glazen blik,
    De blik van ogen, die geen licht meer zien,
    De blik van iemand, die zich heeft blindgeweend.

    Droef zingt de klok van de middeleeuwse kerk,
    Hoog boven het stadje, een oude melodie,
    En wanneer alles zwijgt alom,
    Weeklaagt een vedel, smeltend zacht,
    In de sombere nacht.

    1886
    (1859-1941)

    18-08-2011, 00:00 Geschreven door André  


    17-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.O ruisen van het ranke riet.Guido Gezelle
    Klik op de afbeelding om de link te volgen O ruisen van het ranke riet,
    wist ik toch uw droevig lied,
    wanneer de wind voorbij u voert,
    en buigend uw halmen roert.
    Gij buigt ootmoedig nijgend neer,
    staat op en buigt ootmoedig, weer,
    en zingt al buigend het droevig lied,
    dat ik bemin, o ranke riet.

    O ruisen van het ranke riet,
    hoe dikwijls zat ik niet,
    nabij de stille waterboord,
    alleen en van geen mens gestoord.
    Ik lonkte het rimpelend water na,
    en sloeg uw zwakke stengels ga,
    en luisterde naar het lieve lied,
    dat jij mij zong, o ruisend riet.

    O ruisen van het ranke riet,
    hoe menig mens aanschouwt u niet,
    en hoort uw zingende harmonij,
    doch luistert niet en gaat voorbij.
    Voorbij alwaar het hart hem jaagt,
    voorbij alwaar het klinkend goud hem plaagt,
    maar uw geluid verstaat hij niet,
    o mijn beminde ruisend riet.

    Nochtans, o ruisend ranke riet,
    uw stem is zo verachtelijk niet,
    God schiep de stroom, God schiep uw stam,
    God zei: "Waait", en de wind hij kwam,
    en de wind woei, en wabberde om (1)
    uw stam die op en neder klom,
    God luisterde, en uw droevig lied,
    behaagde God, o ruisend riet.

    O neen, mijn ranke ruisend riet,
    mijn ziel misacht uw eigen taal niet,
    mijn ziel die van dezelfde God,
    het gevoel ontving, op zijn gebod.
    Het gevoel dat uw geruis verstaat,
    wanneer gij op en neder gaat,
    o neen, o neen, mijn ranke riet,
    mijn ziel misacht uw eigen taal niet.

    O ruisen van het ranke riet,
    weergalmt in mijn droevig lied,
    en klagend kom ik u te voet,
    gij die ons beiden leven doet.
    Gij die zelf de taal bemint,
    van het ruisende, ranke riet,
    verwerp dan ook mijn eigen taal niet,
    ik, arme, kranke, klagende, riet.

    1857 dichtoefeningen.
    Guido Gezelle is te Brugge geboren op 1 mei 1830 (gestorven 1899)
    (1) wabberen:lichtjes waaien










    17-08-2011, 21:25 Geschreven door André  


    16-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Singer.Paul Van Ostaijen
    Singer
         Singer
              naaimasjien
      Hoort
        Hoort
          Floris Jespers heeft een Singernaaimasjien gekocht
    Wat
      Wat
    jawel
      Jespers Singer naaimasjien
    hoe zo
      jawel
        ik zeg het u
        Floris Jespers heeft een Singernaaimasjien gekocht
    Waarom
        waardoor
            wat wil hij
    Jawel
      hij zal
        hoe zo
          circulez
                want

    SINGERS NAAIMASJIEN IS DE BESTE

    de beste
      waarom
        hoe kan dat
          wie weet
            alles is schijn
    Singer en Sint-Augustinus
    Genoveva van Brabant
                          bezit ook een Singer
                                     die Jungfrau van Orleans
    Een Singer?
    jawel
    jawel jawel jawel ik zeg het u een Singer
    versta je geen Nederlands mijnheer
    Circulez
          Bitte auf Garderobe selbst zu achten
          ik wil een naaimasjien
    iedereen heeft recht op een naaimasjien
    ik wil een Singer
    iedereen een Singer
    Singer
          zanger
                meesterzanger
                              Hans Sachs
    heeft Hans Sachs geen Singermasjien
    waarom heeft Hans Sachs geen Singer
    Hans Sachs heeft recht op een Singer
    Hans sachs moet een Singer hebben
    jawel
            dat is zijn recht
                 Recht door zee
                     Leve Hans Sachs
                          Hans Sachs heeft gelijk
    hij heeft recht op

        SINGERS NAAIMASJIEN IS DE BESTE 

    alle mensen zijn gelijk voor Singer
    Circulez
    een Singer
    Panem et Singerem

    Panem et Singerem      Panem et Singerem      Panem et Singerem
                         et Singerem       et Singerem

    Ik wil een Singer
    wij willen een Singer
    wij eisen een Singer
    wat wij willen is ons recht
                            ein Fester Burg is unser Gott

    Panem et Singerem      Panem et Singerem      Panem et Singerem
                          et Singerem      et Singerem

    Waarom
          hoe zo
               wat wil hij
                      wat zal hij
    Salvation Army
    Bananas atque Panama
            de man heeft groot gelijk
            hij heeft gelijk
    gelijk heeft hij jawel
                         jawel
                             jawel
                                 waarom
                                 wie zegt dat
                                 waar is het bewijs
               jawel hij heeft gelijk

    Panem et Singerem      Panem et Singerem      Panem et Singerem
                          Singerem  Singerem

    SINGERS NAAIMASJIEN IS DE BESTE 

    1896-1928
    (Paul Van Ostaijen spot met de reklame die gemaakt werd voor Singer door zelf een reklamespot te maken. Heb je nu geen zin in een Singer?)


              




    16-08-2011, 18:33 Geschreven door André  


    15-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zoals ik éénmaal beminde. Piet Paaltjens
    Zoals ik eenmaal beminde,
    zo minde er op aarde nooit één.
    Maar ik vond, tot wie ik mij wendde,
    slechts harten van ijs en steen.

    Toen stierf mijn geloof in vriendschap,
    mijn hoop en mijn liefde verdween.
    En zoals mijn hart doen haatte,
    zo haatte er op aarde nooit één.

    En sombere, bittere liederen,
    zijn aan mijn lippen ontgleden.
    Zo somber en bitter als ik zong,
    zo zong er op aarde nooit één.

    Verveeld heeft mij eindelijk dat haten,
    dat eeuwige  gezang en geween.
    Ik zweeg, en zoals ik nu zwijg,
    zo zweeg er op aarde nooit één.

    1835-1894

    15-08-2011, 10:52 Geschreven door André  


    14-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Oude prenten van Brugge 5
    1.Augustijnenbrug
    2. Jeruzalemkerk



    14-08-2011, 14:53 Geschreven door André  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het verdwenen koningskind. Vertelling
    In mijn stad hebben wij sterke koningen gehad. Maar we hebben ook zwakke koningen gehad. Ik herinner mij zo een zwakke koning. Hij had alles om een groot vorst te worden. Hij was sterk, moedig, knap en edel. Hij trouwde met een prinses uit een stad waar de kinderen gouden lokken dragen en de meisjes ook nog een gouden hart bezitten. Het werd een prachtig huwelijksfeest. Heel de stad vierde mee en dankte God. De abt uit het klooster buiten de stadspoorten zegende het huwelijk in en voorspelde een gouden toekomst. Maar helaas het liep anders uit.
    Na een jaar werd de kroonprins geboren met edele tekenen. De eerste minister die zelf hoopte om koning te worden stal het kind en legde het buiten de stadspoorten op een plek vol met wilde dieren. Door een goddelijke ingeving kwam de abt van het klooster buiten de stadspoorten even later voorbij. Hij zag de edele tekenen van het kind en nam het kind mee naar zijn klooster. En hij vroeg aan zijn zuster om het kind op te voeden als een prins.
    Na een jaar werd een prinses geboren met edele tekenen. Zij zou haar vader opvolgen. De koningin week geen millimeter van het kind en zo kon de eerste minister de prinses niet stelen. 
    Toen de prinses zeventien jaar was dacht de eerste minister zijn slag te slaan. Hij beschuldigde de koningin en de prinses van verschrikkelijke dingen. En de koning, volledig onder invloed van de eerste minister, geloofde hem. Hij eiste een godsoordeel. Een tweegevecht met het zwaard tussen de eerste minister en een ridder die de koningin en de prinses diende. Maar niemand durfde het opnemen tegen de eerste minister. De prinses wou dan zelf vechten, God was toch met haar. Maar ze had geen zwaard en niemand durfde haar een zwaard te geven. De eerste minister voelde zich reeds gewonnen.
    Maar plots kwam er een ridder aangereden. Hij zat op een sneeuwwit paard. Hij had de gouden lokken van de koningin en hij had de edele blik van de koning. Hij stapte van zijn paard. In de ene hand een zwaard, in de andere hand het wapenschild van de kroonprins. De koning schrok. "Hoe durft die man". De ridder stapte naar de koningin, knielde, boog het hoofd en zei: "moeder, geef mij je zegen, ik kom voor je vechten". De koningin omhelste haar zoon en zegende hem.Toen ging de ridder naar de prinses en knielde ook voor haar en zei:"lieve zus, geef me je groet, ik zal voor je vechten". De prinses groette haar broer. Toen riep de ridder naar de koning:"Vader, jij krijgt mijn groet niet want je hebt mijn moeder en zuster verdriet aangedaan". De koning werd bleek. De ridder sprong op zijn paard, reed naar de eerste minister en met één slag van zijn zwaard wierp hij de eerste minister uit het zadel. Hij sprong van zijn paard en onthoofdde de eerste minister die nog op grond lag. God had duidelijk de kant van de koningin gekozen.
    De koning begreep nu hoe dom hij was geweest en trok zich terug. De kroonprins werd koning, maar niet alleen. Hij wilde dat zijn moeder en zijn zus zouden mee regeren.
    Zij hebben met wijsheid geregeerd en mijn stad kreeg terug haar faam van weleer.
    Vele jaren geleden vertelde een oude man mij het verhaal. Ik heb alles netjes opgeschreven.   



    14-08-2011, 11:37 Geschreven door André  


    13-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van twee coningskinderen.Oud lied
    Er waren twee coningskinderen,
    si hadden milkander so lief,
    si conden bijeen niet comen,
    het waeter was veel te diep.

    Wat stak si op, drie keersen,
    drie keersen van twaelf int pont,
    om daer mee te behouden,
    conings soone van jaeren so jonck.

    Maer daer quam eene queene,
    een oud en vilainig vel,
    en si blies uut die keersen,
    Daer verdronck dien jongen helt.

    Ach, moeder, seyde si, ach, moeder,
    myn hoofdje doet mynder so wee,
    maeg ic een cort half uurtje,
    spanceeren al langhs de see?

    Ach,dochter, seyde si, ach dochter,
    alleene een meugt gy ni gaen,
    weckt u jongste suster,
    en laet sy met uu gaen.

    Myn alder jongste suster,
    sy is nog eenen cleenen kint,
    sy plukt maer alde roosjes,
    die sy in haeren wegen vint.

    Sy plukt alleene de roosjes,
    en die blaeren laet sy staen,
    dan seggen maer die lieden,
    dat hebben conings kinderen weer gedaen.

    Die moeder ginck naer de kercke,
    die dochter ginck haeren ganck,
    sy ginck maer also verre,
    daer sy haer vaders visscher vaant.

    Ach, visscher, seyde si, ach, visscher,
    myn vaders visserkyn,
    wildet gy een weynigh visschen,
    sal u wel geloonet syn.

    Hy smeet syn net int waeter,
    de lootjes ginghen ten gront,
    hoe haest was daer gevisset,
    conings soone van jaeren so jonck.

    Wat trock sy van haeren handen?
    Een vingerlinck, root van gout.
    Hout daer, myn vaders visscher,
    das isser ihne loone vir jou.

    Sy naem him in den armen,
    sy custe him voor den mont,
    ach, mondelinck, cost ghy spreken,
    ach, hertje, waerde ghy tog gesont.

    Sy naem him in haeren armen,
    sy spranck meede in see,
    adieu myn vader en myn moeder,
    van sy leven siet ghy my niet weer.

    Adieu myn vader en myn moeder,
    myn vriendekens allen geleyck,
    adieu myn suster en broeder,
    ick vaere naer themelryck.










     










     

    13-08-2011, 14:52 Geschreven door André  


    12-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Annabellee.Oud lied, Liane Bruylants

    Het was voor wel honderd maal honderd jaar
    in een koninkrijk bij de zee.
    Daar woonde een meisje, ook gij kent haar,
    want haar naam was Annabellee.
    Zij zwoer slechts bij mij, en ik zwoer bij haar,
    en geen liefde ooit was groter, weleer,
    ik was een kind,
    en ook zij was een kind,
    in dat koninkrijk bij de zee.

    En de wereld was heen,
    en er bleef nog alleen,
    ik en mijn Annabellee.
    En wij minden zo zeer,
    dat de hemelse heer,
    afgunstig keek op ons neer.
    En dat was de reden,
    dat, ach, lang geleden,
    in dat koninkrijk bij de zee,
    een spel werd bedreven,
    dat nam het leven,
    van de lieflijke Annabellee.

    Toen zwoeren te samen,
    de edelen van name,
    en mijn liefste, ze namen haar mee.
    En borgen haar op 
    in één van de graven,
    in dat koninkrijk bij de zee.
    Nooit was het geluk der goden in Lethe (1)
    zo groot, en zij haatten ons zeer.
    En dat was de reden,
    dat, ach, lang geleden,
    in dat koninkrijk bij de zee,
    een spel werd bedreven,
    dat nam het leven,
    van de lieflijke Annabellee. 

    Maar ons beider beminnen,
    met hart en met zinnen,
    kan geen dezer verderven,
    die heerst over leven en sterven.
    Noch zij, de stralenden, hoog boven de wolken.
    Noch zij die de donkerste diepten bevolken.
    Nooit zullen zij scheiden de harten dier twee,
    Van mij en mijn Annabellee.

    En geen nacht nog kan komen,
    of hij brengt mij dromen,
    van mijn lieflijke Annabellee.
    En geen ster nog kan dalen,
    of zij zal mij verhalen,
    van mijn lieflijke Annabellee.
    Zo zijn al mijn nachten,
    een steeds durend wachten,
    bij mijn lieve, mijn lieve,
    mijn tederlijk zachte,
    in haar graftombe daar bij de zee,
    in haar graf bij de deinende zee.

    (1) Lethe: rivier in de onderwereld.

    12-08-2011, 14:36 Geschreven door André  


    11-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Op het kerkplein.Hélène Swarth
    Hoog boven het kerkplein zwermen zilveren duiven.
    In het lindenlommer speelt en joelt de schooljeugd.
    Een blonde troep met blozende appelwangen.
    Op al die hoofdjes valt de zware schaduw
    van de reuzetorens, hoog in het blauw zich verheffend,
    de armzalige aard van de kinderen verzachtend voor de hemel.

    Ginds, bij de zijpoort, strooit een vriendelijk meisje,
    een handvol korrels voor de lieve duifjes.
    In het bleek gezichtje blinken zachtblauwe ogen,
    en het zwarte kapje ontglijdt een gulden haarlok.
    Ze blikt omhoog en lokt met zoete woordjes,
    de witgewiekte, vlugge vogelbende.

    Reeds, trippelen, hier en daar, de rozebekjes.
    En, schuchter blij, één vinger op de lippen,
    aanschouwt de kleine het lief tafereeltje en ze glimlacht.

    Een enkele duif versmaadt de blonde korrels,
    of ... zij ziet ze niet. Zij zweeft heel ver van de aarde,
    hoog aan de hemel, hoger nog dan de reuzetorens.

    De duif bekijkt de aarde van op afstand.
    Ze heeft een ander beeld.
    En ziet dingen die de andere duiven niet zien.

    1886





     

    11-08-2011, 21:03 Geschreven door André  


    10-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Aanroeping. Guido Gezelle

    Bloempjes, lieve bloempjes zoet,
    die uw harten opendoet,
    bij de eerste morgengroet,
    schittert in mijn gezangen.

    Beekje, klappend beekje klaar,
    dat uw blanke waterbaar,
    over het zand laat varen, daar,
    vaart ook in mijn gezangen.

    Helmende nachtegaal,(1)
    gij die spreekt de dichtertaal,
    laat uw bossen en komt eenmaal,
    helmen in mijn gezangen.

    Windje, dat op het water sliert,
    of al door de bossen tiert,
    als God de teugel viert,
    wappert in mijn gezangen.

    Donder, die al donderend komt,
    die in de uitgeholde wolken bromt,
    die mens en dier verstomt,
    dondert in mijn gezangen.

    Bloempje, beekje, nachtegaal,
    windenstem, dondertaal,
    blanke, bleke manestraal,
    looft God in mijn gezangen.

    1852 Dichtoefeningen
    (1). Helmem: galmen, weergalmen


    10-08-2011, 18:09 Geschreven door André  


    09-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Polonaise. Paul Van Ostayen
    Ik zag Cecilia komen
    op een zomernacht
    twee oren om te horen
    twee ogen om te zien
    en verre vingers tien
         Ik zag Cecilia komen
         op een zomernacht
              aan haar rechterhand is Hansje
              aan haar linkerhand   is Grietje
                   Hansje heeft een rozenkransje
                   Grietje een vergeet-mij-nietje
                        de menseneter heeft ze niet gezien
                        ik heb ze niet vergeten
                             ei ei ik en gij
                             de ezel speelt schalmei
    voor Hansje en voor Grietje
    Hansje met zijn rozenkransje
    Grietje met haar vergeet-mij-nietje
    zijn langs de sterren gegaan
                   Venus is van koper
                   de andere zijn goedkoper
                   de andere zijn van blik
                   en van saffraan
                   is Janneke maan
                        twee oren om te horen
                        twee ogen om te zien
    Twee handen in het lege
    en verre vingers tien
                       

    09-08-2011, 11:57 Geschreven door André  


    08-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Aan Rika. Piet Paaltjens
    Slechts éénmaal heb ik je gezien. Gij waart
    gezeten in een sneltrein, die de trein,
    waarmee ik reed, passeerde in volle vaart.
    De kennismaking kon niet korter zijn.

    En toch, zij duurde lang genoeg, om mij
    het eindeloos levenspad met fletse lach
    te doen vervolgen. Ach, geen enkel blij
    glimlachje liet ik meer, sinds ik je zag.

    Waarom heb je ook van dat blonde haar,
    waar de engelen aan te kennen zijn? En dan,
    Waarom blauwe ogen, wonderdiep en klaar?
    Je wist toch dat ik daar niet tegen kan.

    En waarom mij dan zo voorbijgesneld?
    En niet, als het weerlicht, het rijtuig opgerukt,
    en om mijn hals je armen vastgekneld?
    En op mijn mond je lippen vastgedrukt?

    Je vreesde mogelijk een spoorwegramp?
    Maar, Rika, wat kon er zaliger voor mij zijn,
    dan onder hels geratel en gestamp,
    met jou verplet te worden door een trein?

    1838-1894

    08-08-2011, 12:16 Geschreven door André  


    07-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Oude prenten van Brugge 4
    1. het oude station
    2. de spinolarei




    07-08-2011, 18:24 Geschreven door André  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De trouwe dienaar. Vertelling
    In mijn stad leven er goede mensen. Maar er wonen ook slechte mensen. Ik denk nu vooral aan de slechte koopman. Hij behandelde zijn dienaren als slaven en hij bedroog zijn klanten. Door laster, omkoperij en vernietigen van andermans goed was hij reeds de tweede koopman van de stad geworden. Nu wilde hij kost wat kost de eerste koopman worden. Hij bedacht een hels plan. Hij bezocht de eerste koopman en sprak van de strijdbijl te begraven. Hij nodigde de eerste koopman uit om in zijn atelier de vredespijp te komen roken. De trouwe dienaar van de eerste koopman waarschuwde zijn meester nog: "pas op, het is een valstrik". Maar de eerste koopman was op verzoening uit en hij ging.
    Twee dagen later werd het dode lichaam van de eerste koopman gevonden. Iedereen wist wie de dader was, maar uit angst werd er gezwegen. De slechte koopman was nu eerste koopman geworden.
    De dienaren van de dode koopman gingen werken bij andere kooplieden.
    Alleen de trouwe dienaar, daarmee ging het bergaf. Hij werkte niet meer en hij begon te drinken. Hij werd gezien in verdachte kroegen en liep dronken over straat. Hij begon te dobbelen en ging om met slechte vrouwen. Vreselijk. De troubadoer zong er droeve en kwade liederen over. De abt van het klooster buiten de stadspoorten trachtte de trouwe dienaar te overhalen. Tevergeefs. Zelfs naar vader abt luisterde hij niet meer.
    Op een dag was de trouwe dienaar in een kroeg,gelegen tegenover de zaak van de slechte
    koopman. De dienaren van de slechte koopman waren ook in de kroeg. Zij zagen hoe de trouwe dienaar dronken op grond lag te lallen en om een de jonge dienster zat te roepen. Een totale afgang. De dienaren van de slechte koopman hadden plezier en gingen hun meester halen. De slechte koopman kwam mee om zo de vermoorde koopman nog meer te kunnen vernederen. Hij kwam blijgezind de kroeg binnen...
    Maar wat was dat? Daar lag geen dronken, lallende goede dienaar op grond. Daar stond een koene, fiere krijger met het zwaard in de hand en hij siste:" Je hebt mijn meester laffelijk vermoord. Neem je zwaard. Dit is een gevecht op leven en dood". Maar de slechte koopman viel op zijn knieën en smeekte om genade. De goede dienaar was woedend. Was zijn meester door zo een worm vermoord? Wat een vernedering. En hij sloeg met zijn zwaard het hoofd van de slechte koopman af.
    De trouwe dienaar had iemand gedood en ging zich aangeven bij de koning. Op weg naar de koning zong de troubadoer een loflied, de dichter uitte zijn geluk met mooie verzen en jonge maagden strooiden bloemen op straat. Er werd gedanst en de trouwe dienaar kreeg een krans van rozen om de hals.
    Maar hij had een koopman gedood en zou moeten sterven. "Ik ben niet bang voor de dood", zei de trouwe dienaar. Toen zei de koning tot de troubadoer:"Zing mij een lied voor ik uitspraak doe". En de troubadoer zong van een parasiet die de mensen uitzoog, van een virus die de mensen doodde en van een worm die wegkruipt als hij betrapt wordt."Majesteit", vroeg de troubadoer, "wat doe je me zo een worm"? "Doodtrappen", zei de koning."Majesteit", antwoordde de troubadoer,"dat heeft de trouwe dienaar ook gedaan".
    De koning zei daarop:"De trouwe dienaar heeft een goede daad gedaan. Hij mag de zaak van zijn meester overnemen en zorgen dat onze stad weer een edele stad wordt".
    Vele jaren geleden vertelde een oude man mij het verhaal. Ik heb alles netjes opgeschreven.

    07-08-2011, 15:43 Geschreven door André  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zomeravond. Een herinnering.
    Ik zit voor het open raam en geniet. Het is donker. Maar niet volledig. De maan laat zich zien en schenkt ons haar licht. Engeltjes hebben duizenden sterretjes aangestoken. Zij zijn onze gids en wegwijzer in de nacht.
    Op mijn tafel ligt een blad papier en een pen. Ik wil alles opschrijven. Maar het blad blijft leeg. Geen engeltje dat mij een vers komt toefluisteren. Er zijn alleen muggen die naar mijn lamp vliegen. Ik begrijp het. Ik moet buiten zijn.
    De lichtjes aan de hemel, de zachte warmte, de geur van tuinbloemen. Daar hoort muziek bij.
    En er is muziek. Een buurmeisje speelt de maanlichtsonate op haar piano. En ik luister mee. Kinderen spelen verstoppertje in de tuin. Zij zijn de tijd vergeten. Krekels dansen in de nacht. En ze laten het je horen. In de verte hoor ik de stem van een meisje dat een lied zingt over liefde en trouw. Alles leeft. Zo mag het blijven.
    Er komt meer licht. Felle lichtflitsen verschijnen aan de hemel. Ik voel enkele druppels. het kan mij niet deren. Een kleine verfrissing. Ik blijf dromen. Maar een donderslag maakt mij wakker. Dan gaat het vlug. Alle water uit de hemel vliegt naar beneden. Iedereen loopt naar binnen. Geen pianomuziek meer, geen spelende kinderen meer. En het meisje heeft opgehouden te zingen. De droom is voorbij.

    07-08-2011, 12:56 Geschreven door André  


    06-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het daghet in den oosten. Oud lied
    Het daghet in den oosten,
    het lichtet overal,
    hoe luttel weet mijn liefken,
    al waer ick henen sal?

    Och warent al mijn vrienden,
    dat mijn vianden zijn.
    Ick voerde u uuten lande,
    mijn lief, mijn minnekijn.

    Waer soud gy mi voeren,
    stout ridder welgemeyt?
    Ick ligge in mijn liefs armkens,
    mit groter waerdicheyt.

    Lig gy in uu liefs armen?
    bilo, gy en segt niet waer.
    Gaet henen ter linde groene,
    versleghen so leyt hi daer.

    Tmeysken nam haren mantel,
    ende ghinc enen ganck,
    al totter linde groene,
    daer sy den dooden vant.

    Ach lig gy hier versleghen,
    versmoort in al u bloet?
    Dat heeft gedaen uw roemen,
    ende uwen hoogen moet.

    Die my ten troosten plach,
    Wat heb gy my gelaten?
    So menighen droeven dach,
    so menighen droeven dach.

    Tmeysken nam haren mantel,
    ende sy ginck eenen ganck,
    al voor haer vaders poorte,
    die sy ontsloten vant.

    Ach is hier  eenig heere,
    oft eenig edelman,
    Die my mynen dooden,
    begraven helpen can?

    Die heeren sweghen stille,
    Sy een maakten geen gheluyt.
    Dat meysken keerde sich omme,
    Sy ghinck al weenende uut.

    Sy nam hem in haren armen,
    en custe hem voor den mont,
    in eener corter wijlen,
    tot also menigher stont.

    Mit sinen blancken swaerde,
    dat sy die aerde opgroef.
    Mit haer sneewitten armen,
    Ten graeve dat sy hem droech.

    Nu wil ic my gaen begheven
    in een cleyn kloosterkijn.
    Ende draghen swarte wijlen,
    ende worden een nonnekijn.

    Met haer stemme claere,
    die misse dat sy sanck.
    Met haere sneewitten handen,
    Dat sy dat belleken clanck.





     













    06-08-2011, 10:15 Geschreven door André  


    05-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het vlakke land.Will Ferdy.Lied
    Met enkel nog de Noordzee als ongerept gebied,
    met enkel nog het duin dat stormen weerstand biedt,
    met enkel brakke rotsen, zo hopeloos verspreid,
    ontvoerd door de getijden na opgeheven strijd.
    Bevrijdt zich uit de sluier van eindeloos trieste mist,
    en tart de westenwind, die zich in kracht vergist.
    Het vlakke land dat het mijne is.

    Met stoere kathedralen als wakers uit het verleden,
    met forse klokkenklanken soms zingend zonder reden.
    Met torens en kantelen die haast de hemel raken,
    en die door het weer geveld soms bange zuchten slaken.
    Met grauwe regenvlagen bij dagen koud en kil,
    getuigt de oostenwind van zijn steeds vaste wil.
    Het vlakke land dat het mijne is.

    Met een zo lage lucht die vaak op droefheid wijst,
    met een zo lage lucht die vaak als schaduw grijst,
    met een zo grijze lucht die het hart soms droefheid geeft,
    met een zo grijze lucht dat men het hem vergeeft.
    Bij felle noorderwind die gierend stuurloos raakt,
    bij barre noorderwind wordt het weer oud en kraakt.
    Het vlakke land dat het mijne is.

    Maar met een straaltje zon dat langs de schelde draalt,
    en uit het ontwakend landschap de felste kleuren haalt.
    Met nieuw herboren dromen, beloften van de mei,
    met rillend warme velden, zinderend in zomertij.
    Met gouden korenzeeën gewiegd door zuidenwind,
    herleeft en zingt en juicht als een uitgelaten kind:
    Het vlakke land dat het mijne is.

     

    05-08-2011, 00:00 Geschreven door André  


    04-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Liefdedroom.Hélène Swarth
    O jeugdig beeld, verheerlijkt beeld der doden,
    zo vaak aanschouwd in zalige weemoedsdromen,
    u blijf ik trouw, hoewel de jaren vlogen,
    de vluggewiekten, die niet wederkomen.

    Nog voel ik een tranenvloed mijn ziel doorstromen,
    wanneer ik aan je denk en hoe de goden,
    je zo vroeg, een koele wijkplaats boden,
    melodisch door de wiegenzang der bomen.

    Ik hoor je stem in het lied van de nachtegalen,
    ik zie, van milde zilverglans omgeven,
    je blonde haren in blonde manestralen.

    Ik zie aan het hemeleind je ogen blauwen,
    en ik voel je adem liefdevol omzweven,
    mijn handenpaar, aanbiddend samengevouwen.

    1884

    04-08-2011, 00:00 Geschreven door André  


    03-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Tot de zon.Guido Gezelle
    Zon, als mijn groene bladeren
    vol waterparels staan,
    en gij komt uitgevaren,
    schouwt mijn bloeiend hart u na.

    Tronend op de troon gezeten
    van de rode dageraad,
    wilt het bloempje niet vergeten,
    dat naar u te wachten staat.

    Langs de hoge hemelpaden,
    zijt ge nimmer klimmens moe,
    ik volg u, van zodra ik mijn bladeren
    het 's morgens opendoe.

    Kom en zoek mijn hart en vindt het,
    u behoort het, voor altijd,
    u verwacht het, u bemint het,
    gij, die mijn hemelminnaar zijt.

    's Avonds als het begint te donkeren,
    als ge in het gloeiend westen daalt,
    schouw ik naar uw laatste vonkelen,
    zinkend met u nederwaards.

    Hangende op mijn stengel, gebogen,
    ween ik de nacht rondom,(1)
    van u niet te aanschouwen mogen,
    kom toch weer, o zon, kom.

    1859 Gedichten, Gezangen, Gebeden
    (1): dauwdruppels

    03-08-2011, 17:58 Geschreven door André  


    02-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Alpenjagerslied. Paul Van Ostayen
    Een heer die de straat afdaalt
    een heer die de straat opklimt
    twee heren die dalen en klimmen
    dat is de ene heer daalt
    en de andere heer klimt
    vlak voor de winkel van Hinderickx en Winderickx
    vlak voor de winkel van Hinderickx en Winderickx
    van de beroemde hoedenmakers
    treffen zij elkaar
    de ene heer neemt zijn hoge hoed in de rechterhand
    de andere heer neemt zijn hoge hoed in de linkerhand
    dan gaan de ene en de andere heer
    de rechtse en de linkse de klimmende en de dalende
    de rechtse die daalt
    de linkse die klimt
    dan gaan beide heren
    elk met zijn hoge hoed zijn eigen hoge hoed zijn bloedeigen hoge hoed
    elkaar voorbij
    vlak voor de deur
    van de winkel
    van Hinderickx en Winderickx
    van de beroemde hoedenmakers
    dan zetten beide heren
    de rechtse en de linkse de klimmende en de dalende
    eenmaal elkaar voorbij
    hun hoge hoeden weer op het hoofd
    men versta mij wel
    elk zet zijn eigen hoed op  het eigen hoofd
    dat is hun recht
    dat is het recht van deze beide heren

    02-08-2011, 18:44 Geschreven door André  


    01-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Avondliedje. Alice Nahon
    Het is goed in eigen hart te kijken,
    Nog even voor het slapen gaan,
    Of ik van dageraad tot avond,
    geen enkel hart heb zeer gedaan.

    Of ik geen ogen heb doen schreien,
    Geen weemoed op een wezen lei,
    Of ik aan liefdeloze mensen,
    een woordje van liefde zei.

    En vind ik in het huis mijns harten,
    Dat ik één droefenis genas,
    Dat ik mijn armen heb gewonden,
    rondom een hoofd dat eenzaam was.

    Dan voel ik op mijn jonge lippen,
    Die goedheid lijk een avondzoen,
    Het is goed in eigen hart te kijken,
    en zo zijn ogen toe te doen.

    1896-1933




    01-08-2011, 08:48 Geschreven door André  


    Videoweerbericht
    De plaatselijke tijd in Brussel:
    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek



    Blog als favoriet !

    Startpagina !

    Mijn favorieten
  • Venster op de wereld
  • Restaurantgids
  • boeken
  • Wikipedia
  • Nieuwe encyclopedie
  • Vertalingen
  • Synoniemen
  • Onze Taal
  • Wetenschappen

  • Zoeken met Google



    Archief per maand
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs