thuishaven
We zijn de 24de week van 2024
Zoeken in blog

Inhoud blog
  • K3
  • Kathleen Aerts
  • Elke Taelman
  • Beatrice Egli
  • Elke Taelman
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Rustig genieten van gedichten, liedjesteksten, muziek, vertellingen, prenten en foto's.
    Welkom in mijn thuishaven. Zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens.
    31-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.In de kerk. Omer Karel De Laey
    Het lof was haast gezongen, en de
    kaarsklaarte viel versmacht,
    hoog langs de zijbeuken,
    in de heldonkere nacht.

    Bij het koor, een misdienaar
    met gezwollen kaken, zat
    op een blokstoel, hard te blazen
    in een laaiend wierookvat.

    Uit de pijpen van het orgel,
    kroop een schravelig gepiep,
    dat lijk traag trompetgebibber, 
    langs de koude muren liep.

    Het orgel zweeg. De mensen hoorden,
    dat de stilte in hun ziel, 
    lijk een marmerwitte beeltenis, 
    van Gods grootheid nederviel.

    Binst de laatste Benedictie,
    stegen, langs de krullekop 
    van de misdienaar, sparren 
    bittere wolken wierook op.

    Warme wierook, die bij vlokken
    door de duisternis klom, 
    en lijk rode mist omhoog,
    rond de witte kaarsen zwom.




    31-07-2014, 00:00 Geschreven door André  


    30-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Middaglicht. Omer Karel De Laey
    Uit de meers, die langs de beek,
    droog lag en vers gemaaid,
    kwam van ver een zoete reuk,
    van verwelkend gras gewaaid.

    Op een strooien nest dat wiegelde,
    in het water onder het groen,
    van een truizel dikke biezen,
    broeide een schuchter waterhoen.

    In de kruin van een wilg,
    door de kreveling van het hout,
    vloog een blauwe naald, lijk een
    pijl met vlerken aan van goud.

    Boven het warme water, langs een
    witte lelie, stak een puid,
    het topje van zijn natte muil,
    en zijn gezwollen ogen uit.

    Op de groene oever stapte,
    bij zijn kudde in het zachte gras,
    door het middaglicht een schaper,
    en hij zweette lijk een das.

    Onder het water lag een snoek, 
    die met zijn grauwe rug bloot,
    en met zijn vinnen sterk lijk lepels,
    door de biezen henenschoot.

    1903

    30-07-2014, 09:02 Geschreven door André  


    29-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Macht. Omer Karel De Laey
    Uit de vuilberookte smidse,
    lijk een duivel keek de smid,
    en zijn ogen, onder hun zwarte
    wimpers, blekten wit.

    Opgezwollen gelijk een pad,
    wrocht de blaasbalg en hij spoog,
    dat de vlam in blauwe bekken,
    door de wijde kave vloog.

    Langs de straten half bedeesd, in
    het zomerzand, op hun knieën, 
    zaten de jongens, naar de krinkels
    van het dansend vuur te zien.

    Met zijn armen taai lijk vlegels,
    wonk de smid op hen, en stond
    vast voor zijn stalen aambeeld,
    lijk genageld aan de grond.

    In zijn vuisten zat een tang,
    die in gloeiend ijzer greep,
    en het lijk een rode kreeft,
    tussen haar benen neep.

    En hij kleunde met een moker,
    op de hoepel van een wiel,
    dat het grijnsel door de daver,
    van de zolderribben viel.



    29-07-2014, 09:13 Geschreven door André  


    28-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vernis. Omer Karel De Laey
    Toen ik rustig deze morgen,
    nog in mijn bed lag en sliep,
    hoorde ik een venditieroeper,
    die gedurig hetzelfde riep.

    Zijn stem dreunde, lijk
    wonderbaar trompet geschal,
    dat de doden eens, beteuterd
    uit het graf wekken zal.

    Ik zag in mijn gebuurte, dat er
    met een massa mensen rond,
    een versleten meubel Louis XV,
    te kopen stond.

    Op de stoelen en de tafels,
    was er voor de omstandigheid,
    boven het afgegaan verguld,
    een nieuwe laag vernis geleid.

    En omtrent het zuiden, zat de
    winterzon koud en bleek,
    die verduldig uit de verre verte,
    dit bedrog bekeek.

    Nu versta ik, hoe het gebruik van
    zonneschijn en van vernis,
    in de letterkunde zelve,
    hier en daar te prijzen is.

    1902



    28-07-2014, 07:50 Geschreven door André  


    27-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Onweer. Omer Karel De Laey
    Het is donker nacht. De zoelte rijst
    lijk uit een warme oven,
    van de aarde, die te zweten ligt,
    bij bressen op naar boven.

    Er loopt en krinkelt links en rechts,
    een schromelijk gewemel
    van vlugge bliksemsprietels, langs
    de kap van de hemel.

    De wolken zijn met vlammenketens,
    aan mekaar gebonden, 
    en in het gebuurte huilen er,
    benauwdgeworden honden.

    Ge ziet bezijds een elzenhaag,
    in blauwverlichte vlekken,
    van tijd tot tijd de naalden,
    van de kerktorens blekken.

    Het begint te regenen. De wilde wind
    verschudt de strooien daken,
    en doet geweldig al de spillen,
    van de bomen kraken.

    De donderslagen rollen diep,
    en geven dompe schokken,
    lijk zwaarbevrachte wagens,
    over een kalsij getrokken.

    In het moeras, op een troon van riet
    gezeten, kwaken kikkers,
    en al meteen, schiet er een hoeve
    in brand, ver in het zuiden.


    27-07-2014, 08:23 Geschreven door André  


    26-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Phoebus. Omer Karel De Laey
    Phoebus: God van de zon
    Morpheus: God van de droom

    Ik had, ik weet het is vermetel,
    over tijd het vast gedacht,
    Phoebus te beschrijven, Phoebus
    en zijn gouden morgenpracht.

    Doch ik moet bekennen, dat ik
    de eerste klaarte van de dag,
    elders nooit, ik vraag excuses,
    dan in mijn bed rijzen zag.

    Ik wilde dus met eigen ogen weten,
    hoe dat Phoebus stralenmacht,
    's ochtends in gevecht komt, met de
    zwarte kinderen van de nacht.

    Het was op een lentemorgen,
    talrijk zijn de morgens niet,
    dat mij Morpheus, hoogst gelukkig,
    vroeg genoeg ontwaken liet.

    Ik ontwaakte, en duizelachtig,
    bijna zonder kleren aan,
    klaar van haaste liep ik buiten,
    om buiten in de kou te staan.

    Achter tien minuten wachten,
    lag er langs de oosterkant,
    door de purpere duisternissen,
    een gestriemde rode band.

    Dan de zon stak langzaam
    haar dikke waterkop,
    lijk een gloeiende ijzeren schijf,
    tussen het groen van de bomen op.

    Dat was alles, ik stond te bibberen,
    en beklaagde deerlijk dat,
    tegen Phoebus koude, ik mijn
    warme slaap verwisseld had.

    Hieruit trek ik geen besluiten,
    maar ik raad eenieder aan,
    de idealen van de dichters,
    nooit met eigen ogen na te gaan.


     




    26-07-2014, 09:47 Geschreven door André  


    25-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hetzelfde willen. Omer Karel De Laey
    Bruin met zijn rosse stoppels,
    is de meest volmaakte hond,
    ja de meest volmaakte, die ik
    van mijn leven ergens vond.

    Bij het rijzen van de zon,
    komt hij voor mijn bedde staan,
    blaffend om te vragen of ik,
    met hem wil op wandel gaan.

    Wandelen bij mij, is mogen,
    buiten kommer en gerucht,
    lijk bedronken zijn van dromen,
    levenslucht en morgenlucht.

    Bruin, het ideaal der beesten,
    zoekt en vindt van zijn kant,
    meer verzet in rond te lopen,
    achter mussen over het land.

    Dit bewijst, de vader van de 
    goden heeft het zo gewild,
    dat het doel bij ons in het wandelen,
    en de strekking ook verschilt.

    Bijgevolg beminde lezer,
    als gij ons te velden ziet,
    mag ik zeggen, hetzelfde willen,
    past op mens en beesten niet.

    Maar als wij lijk echte blokken,
    groefgekapt en zwaar arduin,
    in het gras te slapen liggen,
    bij elkander, ik en Bruin,

    dan zo dunkt het mij tenminste,
    voelen de ooggetuigen best,
    dat samen hetzelfde willen,
    een teken van vriendschap is.





    25-07-2014, 07:22 Geschreven door André  


    24-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Lessing. Omer Karel De Laey
    Kent gij de vermaarde dichter,
    de oude Lessing niet,
    die in alle dingen: liefde en wijn,
    of wijn en liefde, ziet?

    Drinken van het begin tot het einde,
    kijk en lees op ieder blad,
    is hij minstens zonder liegen,
    zes of zeven keren zat.

    Ik hoor u verontwaardigd roepen,
    zulke dorst is al te groot,
    vader Lessing ongetwijfeld,
    dronk vader Lessing zichzelve dood.

    Neen, pardon, geachte lezer,
    Neen, de Duitse dichter heeft,
    boven alle middenmate,
    vele jaren lang geleefd.

    De uitleg hiervan is dat Lessing,
    in de bekers die hij dronk,
    hij was voorzichtig, veel meer
    fantasie dan Moezel schonk.

    Ik ken er velen hier te lande,
    die al spreken over wijn,
    of andere zaken, zelf
    nog veel ergere Lessings zijn.









    24-07-2014, 10:03 Geschreven door André  


    23-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het boek des levens. Omer Karel De Laey
    Op het agenda waar de cijfers,
    van onze levensdagen staan,
    tekent Sint-Pieter, nevens
    vele dagen zero aan.

    Slechts de schijn van waarheid vragen
    in de dingen, of te wel
    als men zelf de weg kan vinden,
    zoeken naar een reisgezel.

    Dorsen met gespannen spieren,
    op de tarweschoven slaan,
    en dan weerom het kaf oprapen,
    in de plaats van het graan.

    Gaven krijgen, en verachten
    hetgeen er ons geschonken wordt,
    dat is alles aan te tekenen,
    langs de kant van het te kort.

    Zo de mens, die op de akker 
    van zijn ziel al zwetend zwoegt,
    vindt er als het gedaan is, 
    enkel een brokke omgeploegd.

    1900
    geboren te Hooglede in 1876 en te Hooglede gestorven in 1909


    23-07-2014, 00:00 Geschreven door André  


    22-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De eik. Delfien Vanhaute
    De hoge heuvel troont de reuzeneik,
    en werpt zijn schaduwmantel langs de helling,
    hij overheerst de wouden wijd bereik,
    en het krielend leven van de groene delling.

    Gij reuzeneik waarin het verleden huist,
    Gij spreekt een stem van ver vervlogen dagen,
    voorbij uw voet het onrustig heden ruist,
    in onbestendig op- en nederjagen.

    De herder stuwt met herderstaf en hond,
    zijn lammeren heen in wollewitte baren,
    de wagen stijgt bij zomeravondstond,
    en steelt uw reuzelenden dom van blaren.

    De wandelaar rust op de omgeworpen paal,
    en schouwt in het dal met innig welbehagen,
    op bos en hoeve en stille zomerpraal,
    en het dorpje met zijn tuinen en zijn hagen.

    Doch duister brouwt op verre wereldzoom,
    waar honderd hoge kaven samenscholen,
    de stad is een plek van zwarte doom,
    de toekomst zit in duisternis verholen.


    22-07-2014, 06:27 Geschreven door André  


    21-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vlucht. Delfien Vanhaute
    Het avondt weer al te vroeg,
    de dagen zijn nooit lang genoeg,
    de meeste vreugden komen aan,
    als het tijd is om naar bed te gaan.

    Wat is het stovend heet in huis,
    met al die strijd, dat gedruis
    van wilde jongens. Buiten gloeit
    het avondrood, en overvloeit
    de groene wijngaard, en het prieel
    en het pannendak, het is al te veel.

    Op lijze tenen, gauw en vlug,
    ontsprongen achter moeders rug,
    en worstelend door de nauwe poort,
    daar is de wilde bende voort,
    en bonzend dansend van genucht,
    ijlt fladderend in de rode lucht.

    De jongens jagen woest en wild,
    door angst en wellust opgetild,
    langs donkere hagen, zwart geboomt,
    tot waar de diepe heide droomt.

    In schemering licht en nauwelijks zien,
    de hoppers hooi en immer vlien,
    voor moeders noodgeroep in het veld,
    totdat het einde en verre schelt,
    van loopgedreun en schettervlucht.

    Dan eindelijk haperen zij, beducht
    voor vaders stem die nader komt,
    en keren met de rug gekromd,
    schoorvoetend langs de boord der gracht.

    Het is een wonder, vaders stem verzacht,
    genadig schouwt hij voor een stond,
    in het blozen van de avond rond,
    en drijft dan traag hen huiswaarts toe.

    Zijn bende, nu lam en moe,
    bij krekelzang en loofgeruis,
    en het waggelen van de vledermuis,
    al slenterend voortrolt langs de baan.

    En wijl het geschemer van de maan,
    reeds op de witte gevel blekt,
    stilzwijgend het poortje binnentrekt.

    1901




    21-07-2014, 08:30 Geschreven door André  


    20-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Provincie Luxemburg in oude prentkaarten 1
    Postkaarten uit grootmoeders tijd. Zo schoon.

















    20-07-2014, 14:57 Geschreven door André  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Provincie Luxemburg in oude prentkaarten 2
    Postkaarten uit grootmoeders tijd. Zo schoon.













    20-07-2014, 14:32 Geschreven door André  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.En ik ging. Prosper Van Langendonck
    En ik ging:
    daar brak aan de kimmen,
    als uit reuzige vlammenbron,
    een stroom van gouden wateren,
    uit de gloeiende mond van de zon.

    Daarboven ontvouwde de hemel,
    als een tent van de rijzende dag,
    in grijsgeschaduwde plooien,
    de azuren lentevlag.

    En de aarde deinde en deinde,
    in groene en groene pracht,
    haar zwangere boezem zwoegde,
    van zwellende barenskracht.

    Een eindeloze levende tinteling,
    Een trillen van liefde en lust,
    de vreugde klapte op als een vlinder,
    die al de bloemen kust.

    Al de ochtendliederen zongen,
    van leven en zalig zijn,
    ogen en harten dronken,
    de blonde morgenwijn.

    Bedwelmend steeg hij naar het hoofd,
    en vloeide in de aderen rond,
    het was de eerste dag van de wereld,
    het was de eerste morgenstond.

    1902

    20-07-2014, 00:00 Geschreven door André  


    19-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De zee 2. Prosper Van Langendonck
    Ongestadig in uw minnen,
    wankelt gij tussen maan en aarde,
    zilveren zon in het plechtig duister,
    beeft haar glimmering op uw wateren.

    Opgetogen tot haar luister,
    stuwt gij uw hijgend golvenklateren.

    Onbewogen blikt de koele,
    roerloos neer op het zwoegend smachten,
    en daar ruist uw zware en zwoele,
    de eeuwige weeklacht door de nachten.

    Trots ten hemel opgevaren,
    van de hemel weergedreven,
    komt gij in mate en glans bedaren,
    van uw heerlijk golvend leven.

    En zo naakt gij, in minnesmart,
    vleiend naar het strand gegleden,
    en verrukkelijk speelt de verte,
    langs uw fijne oneindigheden.

    Vruchteloos breidt gij om duin en rotsen,
    het zoet gefleem van liefdeszangen,
    en weer deint gij in stormend klotsen,
    en in nooit voldaan verlangen.

    1901









    19-07-2014, 07:10 Geschreven door André  


    18-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De zee 1. Prosper Van Langendonck
    Breder zwaarder stijgt, van onder
    het huppelend spel van lichte noten,
    als een stage en verre donder,
    donkere diepte en nacht ontsproten.

    Ei, wat naakt er? Sprankelend springt het,
    naakt en deinst in vleiend nokken,
    ziltig smaakt het, ziedend zingt het,
    ruw doorwaait het mijne lokken.

    Het is de zee, de tere en trotse,
    met haar liefde- en weemoedszangen,
    met haar rusteloos golvenklotsen,
    en haar nooit voldaan verlangen.

    Rol, o zee, uw brede baren,
    rusteloos heen en weergedreven,
    beurtelings op- en afgevaren,
    op de maatslag van het leven.

    Op de maatslag van het leven,
    het leven, op- en afgevaren,
    eeuwig heen- en weergedreven,
    als rusteloze baren.

    Eeuwig wentelend herbeginnen,
    hoe het ook pijn en stormen baarde.





    18-07-2014, 09:55 Geschreven door André  


    17-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De organist 2. Prosper Van Langendonck
    De bomen staan van bloesems vol,
    van blaren vol, en ronden
    hun kruin, in het wordend licht van de zon,
    van morgendoom ongedwongen.

    De bomen staan van klanken vol,
    die sprankelen ongedwongen,
    in het feestelijk licht van de grote zon,
    van ratelende tongen.

    Slaat niet uw hart van liederen vol,
    die vaak ter tongen u sprongen?
    Mijn hart heeft het schoonste lied verkropt,
    en toch is het leeggezongen.


    17-07-2014, 08:02 Geschreven door André  


    16-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De organist 1. Prosper Van Langendonck
    Wat is het me een zoet genoegen, dat
    de ervaren hand de toetsen duwt,
    en over het jubelend elpen blad,
    de volle jacht van klanken stuwt,
    wanneer ik elke noot ontmoet,
    met wissen slag op vaste maat,
    op iedere klop van het drijvend bloed,
    een toon van het klankbord wederslaat.

    Doch voller is het genoegen, dat
    mijn ziel met het speeltuig samenzingt,
    haar leven, schuw geborgen schat, 
    in klanken naar mijn lippen dringt,
    dat fors en lenig en gedwee,
    klinkt hoog en laag mijn stemgeluid,
    met zware en lichte noten mee,
    en boven het dreunend orgel uit.

    Hij spelen, wie niet elk akkoord
    van het orgel in de gorgel springt,
    die niet tot ieder menselijk woord,
    de brede stem van het orgel dwingt,
    Hij zingen, wie de stem beeft en
    die zwak, of stram, of moegestreefd,
    geen orgel in de keel heeft, en
    geen ziel, die in dat orgel leeft.

    Vertrouwend laat ik het speeltuig gaan,
    in hopen bij, in angsten bang, 
    triomfen dreunen, vreugde slaan,
    en liefde smelten in mijn zang, 
    mijn voet is vast, mijn vingers snel,
    en ik weef om het ruisend koorgewelf,
    de luister van mijn orgelspel,
    mijn zielespel, mijn ziel zelf.

    1901



    16-07-2014, 09:35 Geschreven door André  


    15-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Jezus in Brabant 2. Prosper Van Langendonck
    Daar dwaalt een boze in stommer razernij,
    de velden rond met ongewisse schreden,
    Hij ziet hem aan met innige medelij,
    heeft Hij voor hem niet aan het kruis geleden?

    Vermildering verweekt het zondig hart,
    zijn strakke blik verzacht, het gelaat bloeit open,
    berouw welt als een bron van zoete smart,
    en zal zijn ziel in vrede en deugd herdopen.

    Een minnend paar komt Jezus te gemoet,
    zie, levenslust licht tintelend uit hun ogen,
    zij groeten de edele man met schuchtere groet,
    van diepe eerbied en ontzag bewogen.

    De God van liefde staart hen vriendelijk aan,
    en legt met stille wijding, hand in handen,
    hun boezem zwelt, zo innig aangedaan,
    wanneer zij elkander minne en trouw verpanden.

    Hij zegent ze in hun zelf, en in hun kroost
    en nakroost, dat ontelbaar op zal groeien
    in kracht en schoonheid, en hun aangezicht bloost
    van zalige ontroering, nu zij in het gulden gloeien

    van de avond, het Goddelijk wezen wonderfijn
    vervloeien zien, en glimmende over de aarde
    in verre herinnering, nog de bleke schijn
    volgen van Jezus, die deze heil hier baarde.

    Die wonderdoende ging door het groene dal,
    waar lang zijn adem vreugde en vrede doet leven,
    en waar de ganse nacht nog, liefgetal,
    om elke sponde zoete dromen zweven.

    1900









    15-07-2014, 09:37 Geschreven door André  


    14-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Jezus in Brabant 1. Prosper Van Langendonck
    Nu alles vaag vergaat in halve droom,
    en lange schaduwen langs de velden gleden,
    komt in de traag opwasemende avonddoom,
    de zoete Jezus door het land getreden.

    Van over gindse heuvelen daalt hij neer,
    ik zie hem met kalme gang zijn stappen richten,
    langs het kronkelend pad naar het groene dal,  en teer
    goudblonde lokken het zacht gelaat omlichten.

    Slechts hortend kargeschok in het mulle zand,
    en ver geblaf houdt nog de velden wakker,
    en grote rust gaat langs het lage land,
    in milde laving over hoeve en akker.

    Een boer verlaat zijn veld; hij stapt hem na,
    en over de arbeid breidt hij zijn zegen,
    en overvloedig druipt eens Gods gena,
    op het rijpend koren neer in gouden regen.

    Voor het lemen huis wiegt moeder het zachte wicht,
    Hij strekt zijn handen, het kind te benedijen,
    fris speelt weer een lachje om het lief gezicht,
    eens zal het in schoonheid en in deugd gedijen.

    Hij treedt voorbij de Lieve Vrouwe kapel,
    en blijft een wijl zijn Moeder lief aanstaren,
    zijn tedere blik is een genadewel,
    en zal in alle tijden wonderen baren.

    Want zie, een bronne sijpelt aan de voet
    van het beeld, een beek komt borrelend opgerezen,
    wie krank, met waar geloof, die beeltenis groet,
    en van dit water drinkt, is dra genezen.


     

     

    14-07-2014, 08:51 Geschreven door André  


    13-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Westerlo. Prosper Van Langendonck
    Hoe lief dat huisje met zijn strooien daken,
    omringd van houtmijt, schadde en korentas,
    rondom beschut voor wind en zonneblaken,
    door struik en boomgewas.

    Om groene luiken rankt de frisse wingerd,
    waar tros op tros zich loswindt uit het loof,
    dat in festoenen langs de gevels slingert, 
    en hangt uit spleet en kloof.

    De speelsgezinde zon richt door de blaren,
    haar stralen langs muur en ruit en mullig pad,
    zacht komt bij pozen een geruis gevaren,
    dat gaat van blad tot blad.

    En op dit ruisen komt de geur gevaren,
    van hars en heikruid en lupineblom,
    die de koelte voert op struik en wingerdblaren,
    de stille woning om.

    Hoog uit de lucht daalt in een tonenregen,
    klaar parelend lerkgezang, en t'ener stond,
    schiet hel een meisjesstem de vogel tegen,
    en klinkt de velden rond.


    13-07-2014, 09:01 Geschreven door André  


    12-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wezembeek. Prosper Van Langendonck
    Zachtlijnig glooit het veld van gouden graan,
    naar het luchtblauw, diep in zomergloed verloren,
    met ruisende aren die geleidelijk gaan,
    in kollen opwentelend. Heldere koren
    vol klank- en kleurenspel, o eeuwig lied
    van moeder aarde, die haar schatten giet
    in de overvloed van het wiegewagend koren.

    Door het koren gaan wij, en ons omlispelt stil
    het listig geritsel van de ruisende aren,
    de schelle krekel die niet zwijgen wil,
    sjirpt fijn, uit elke voor, op schrille snaren.
    Nauwelijks luid en hoorbaar, daalt uit de eindeloosheid,
    een ver gehelm van vogels, en heel wijd
    komt een dunne wolk in de lucht gevaren.

    O rijke en rijpe rust, O korenveld,
    gij groeide uit werk en liefde, in heil en weelde,
    de aar buigt de halm teneer met zacht geweld.
    Fluks pikt een leeuwerik, die door het koren speelt,
    een korrel, en wipt op en zingt, en zie:
    het gaat alles mede, in stijgende harmonie
    met het lied, zo zoet als nooit nog een vogel kweelde.









    12-07-2014, 09:31 Geschreven door André  


    11-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Woluwe-dal. Prosper Van Langendonck
    Van alle gulden heuvelkammen kentelen
    lijnen, die lenig naar elkander wentelen,
    te samen vloeiend in het dal
    als fijne ideeën, die hun draden mengelen
    uit elke geesteshoogte, en samenstrengelen
    tot één harmonische gedachtenval.

    Van alle verre kruinen wellen wateren,
    die speels in spiegelklare beken klateren,
    samenborrelend in de lage kom
    als krachten, die het zwellend hart doorstromen,
    uit diepte en uiteinde aderend aangekomen,
    en alle kracht opslurpend van rondom.

    De vormen lijnen af de kalme krachten,
    De planten groeien, vredige gedachten,
    hun stille wording onbewust,
    en over de eerstigheid van alle dingen,
    die, het één naast het andere, elkander niet doordringen,
    daalt, in geleidelijkheid, gedegen rust.

    1900



    11-07-2014, 08:35 Geschreven door André  


    10-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het dal. Prosper Van Langendonck
    Zie het wijde dal in zachte sluimering verzonken,
    omsluierd van het dikkend duister, eindeloos ver,
    geruisloos, lichtloos, als van de avondwijn nog dronken,
    ginds pinkt, verdooft, pinkt weer, één fonkelende ster,
    een blinkende avondster betekent een verre boodschap,
    zo zingt ons zwellend hart de grote zanger na.

    Is het mogelijk dat uw oog van reine ontroering weent?
    Daar ik u bevend smeekte om liefde en gena,
    hier voor het ruisloos dal waar al onze dromen treden,
    alwaar met licht gelaai de zomerzoelte speelt,
    en wondere dingen wekt uit die verborgenheden.

    Als ongewisse glans uit duisternis geteeld,
    Als een verloren glimp van het laatste zonnegloren,
    die nog in volle nacht en klaarte en wijsheid meldt,
    als iets dat eens verging, als ware het nooit geboren,
    en voor één enkele stond nog halvelings bovenwelt.

    O grievend zoet gevoel, en wee en wellust tevens,
    genot van het vol gemoed in mateloze pijn,
    O ongenoegzaamheid in het eindeloos zalig-zijn,
    van wie zich mens voelt in de hoogste graad van leven,
    en in geen menselijk hart vindt liefde of wederschijn.

    O laat mij knielen, laat mijn eeuwige ziel geloven
    in de eeuwige goedheid, die uit gans uw wezen straalt,
    stort hoop mij in het hart, om nimmer te verdoven,
    en kracht en wijsheid door geen schemering bepaald.

    Dan klaart de duisternis waarin ik machteloos strijd,
    ik schud van mij voet het stof van de vreemde wegen af,
    en wat mij verder lokt, en wat ik verder lijd,
    rein is dat lijden, en rust daalt over het graf.

    1900



     





    10-07-2014, 00:00 Geschreven door André  


    09-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Lethe. Prosper Van Langendonck
    Log stuwt de Lethe haar lome baren,
    als onbewuste dromen, naast het veld
    van louter licht en vree, waar alles meldt:
    hier komt gij in het Rijk van eeuwige rust gevaren.

    De schimmen, die onlijdelijk ommevaren,
    schenkt zij vergetelheid, en zalig welt
    de bron van het ware leven, en nu smelt
    de ziel in kalmte, nooit op aarde ervaren.

    Toch als bij één, wie nog in klare dag,
    een droom kwelt, die hij tracht en niet vermag
    te wekken, komt een wolk soms het oog omzweven.

    Vergeten doet de Lethe het aardse leven,
    zij poogt en toch niet gans, verdooft zij
    de angst der zielen en haar noodgeschrei.

    1900
    In de Griekse mythologie is de Lethe één van de vijf rivieren van de onderwereld. 
    De doden drinken van het water en vergeten zo het aardse leven.

    09-07-2014, 08:56 Geschreven door André  


    08-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Stijgend langsheen de Sint-Goedelekerk. Prosper Van Langendonck
    O zwart gevaarte boven mijn hoofd,
    zwaar hangend in de donkere lucht,
    wat heb ik in uw diepten al
    gesmacht, gebeden en verzucht.

    O levend stenen wezen, hier
    door angst gejaagd, door hoop gestaald,
    ben ik naar 's harten wondergang,
    wild opgedraafd of kalm gedaald.

    Geen enkele boezemtrilling die,
    Geen wenteling van mijn ziel die,
    niet weerluidde in uw torenklank,
    vol zoete of sombere poëzie.

    En van mijn eerste grote smart,
    tot aan mijn laatste zielsgeween,
    het is alles in uw bouw vergroeid,
    en het spreekt mij toe uit elke steen.

    Krank is nu het lichaam, krank het hart,
    dat in onpeilbare smart verviel,
    maar,worstelend tegen God en Lot,
    jaagt stormend op de ontembare ziel.

    1897
    De Sint-Goedelekerk is de hoofdkerk van Brussel


    08-07-2014, 08:57 Geschreven door André  


    07-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zomerwandeling. Prosper Van Langendonck
    Zomergoud smelt in de kroes der korenzee,
    strelensziek ritselt ze om ons met listig spel,
    daar wij nu het kronkelend pad bestijgen,
    achtereen, naar de kruin.

    Daarbeneden, rust in zijn tent van donkergroen,
    het koele dal, even ontvlucht, en doet de blik
    weifelen in wisselend verlangen, tussen
    stil genot en steiler vlucht.

    Hoger streeft, nimmer voldaan, het gloeiend hart,
    Hoger zwoegt, rood van de tocht, de drieste bent.
    Hijgend betreden wij de rand, en drukken
    's heuvelvlak en zachte zonk.

    Langs de kom in een mollige bocht, verlokt en leidt
    ginds de baan waar, in een wrong van wingerdloof,
    loom van de gloeiende zon, de hoeve
    sluimert haar zwoele slaap.

    Dromenzwaar slentert de weg, van els en vlier
    fris omgeurd, heen om de woon, en schielijk stom
    zien wij, als het land van belofte oneindig,
    het vergezicht blauw ontrold.

    Veld en wei, heuvel en dal, vlakte en woud,
    immervoort, vloeien ineen met grootse zwier,
    golvend tot de uiterste rand van de aarde,
    verder door dringt de geest.

    Ginds gewis, binnengereist in het blauw verschiet,
    achter het warm wemelend gestoei van aarde en lucht,
    plukt men van een geurige twijg,
    de bloemen van zoete rust en zielsvrede.

    1891


    07-07-2014, 09:37 Geschreven door André  


    06-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Beatrice 2. Prosper Van Langendonck
    En uit mijn tranen welig opgegroeid,
    en op mijn zuchten hoger opgevoerd,
    dooraderd door de golfslag van mijn bloed,
    hebt gij steeds vuriger in mijn geest gegloeid,
    hebt gij steeds dieper mij het hart geroerd,
    gij, de Enige, eeuwig waar, en schoon en goed.

    Gij blijft zolang, zolang, wie schat de tijd
    van het lijden, dat uit eindeloos wachten sproot?
    Nog is mijn liefde fris als de eerste dag,
    mijn hart, zo vaak bezweken in de strijd,
    herleeft in forser jeugd uit elke dood,
    en het klopt nog met dezelfde aderslag.

    En zie, gij kwaamt, die ik in vervoering zag,
    helder klonk uw stem door de milde dag,
    gij droeg de ganse wereld in uw oog,
    heel het schone en vrije leven in uw lach,
    en het scheen mij of alles wentelde of bewoog,
    en één heerlijkheid het heelal omtoog.

    Kom weer tot mij, voel hoe mij het afscheid griefde.
    Maar wendde ooit het lot door menselijk geween?
    Op uitverkoren hoofden daalt alleen,
    de grote kalmte van voldane liefde,
    U heb ik slechts op aarde en anders geen,
    U die te ver zijt voor mijn zwakke schreden.

    En toch in u slechts vind ik vrede en kracht,
    en stalen wil, onwrikbare heldenmoed, 
    in u wordt heel mijn streven groot en zacht,
    de geest gelouterd, het hart oneindig goed,
    mijn smachtend lied, een luid triomfgeschal,
    o eeuwige liefde, o polsslag van het heelal.

    Het duistert langzaam, zie de sterrennacht
    trilt als van diep gevoel en vreemde smart,
    een adem van mysterie, lavend zacht,
    giet zware weemoed door die donkere pracht, 
    en enkel klopt, hoe mat en moegesard,
    het onstuimig bonzen van mijn gloeiend hart.

    1892



     



    06-07-2014, 09:13 Geschreven door André  


    05-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Beatrice 1. Prosper Van Langendonck
    In gele tinten smelt het avondrood,
    en het daggeluid versterft in stilte en vree,
    daar trilt een zang en tilt mijn hart mee,
    naar het land van de dromen, boven smart en dood,
    onlesbaar brandt weer de oude liefdesdorst,
    het verlangen woelt onstuimig door mijn borst.

    O mocht ik eenmaal u in de armen drukken,
    gij vlekkeloze maagd, gij beeld der vrouwen,
    gij uit mijn rib en Gods adem geboren,
    geen andere sterveling zal uw zoen verrukken,
    geen zult gij, o bloem, uw geurenkelk ontvouwen,
    de mijne zijt gij alleen, mijn uitverkoren.

    Ik voel dat gij aan mij, aan mij toebehoort,
    dat gij mij wacht, en ik u eenmaal vind,
    en niets ons scheiden zal in eeuwigheid,
    dat mij geen laffe rust, geen vrede bekoort,
    voor ik in u verzinkend, gans verzwind,
    in hoger vreugde, die van wellust schreit.

    O voorwerp van mijn zwoegen en mijn smachten,
    waar is mijn stap niet rusteloos rondgeschreden,
    hoe meer ik zocht, hoe dieper ik verlangde,
    ontembaar ging de stroom van mijn gedachten,
    naar u, ontembaar, ik heb gedwaald, geleden,
    voor u, die ik nooit aan mijn jagende hart prangde.

    Door stad en veld ben ik u nagelopen,
    in het wisselend spel van diepe maagdenblikken,
    in morgenglans en avondschemeringen,
    vorste ik u na, door het hopen reeds bewogen,
    en toen ik waande uw goddelijk beeld te omstrikken,
    vond ik dat mijn armen slechts een droom ontvingen.

    Eens voelde ik louter goedheid om mij waaien,
    en voelde ik u zo nabij, volzalige vrede,
    of reeds uw palmen op mijn voorhoofd rustten,
    om slanke leden zag ik plooien zwaaien,
    mijn armen strekten zich, mijn lippen kusten,
    traag zwichtte het beeld der zinnen voor de rede.

    En weder ging de tocht, de bange tocht,
    o, enkel nog waarin ik vrede vond,
    en schoner reest gij in mijn mijmerend gedacht,
    dat dieper leven in uw ogen zocht,
    en malser lokken om uw slapen wond,
    en steeds u tooide in een nieuw ervaren pracht.





    05-07-2014, 09:58 Geschreven door André  


    04-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ik had u niet gevraagd. Prosper Van Langendonck
    Ik had u niet gevraagd, gij zijt gekomen,
    veel bloemen bloeiden in mijn stille tuin,
    de zoele meiwind wiegde kruin tot kruin,
    vol tere bloesems, fris als lentedromen.

    Ik had u niet gevraagd, gij zijt gekomen,
    muze van smarten, in mijn stille tuin,
    daar bogen levenloos nu twijg en kruin,
    en bloem en blad verschroeide op blad en bomen.

    O geef mij weer mijn slanke en edele jeugd,
    mijn argeloze liefde en heldere vreugd,
    nauw door een waas van weemoed overtogen.

    Ik voel niets meer dan die eeuwige wanhoopsdrang,
    maar door uw felste woede en haat bewogen,
    zal ik u vervloeken tot mijn laatste zang.


    04-07-2014, 07:37 Geschreven door André  


    03-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De orgeldraaier. Prosper Van Langendonck
    Ik draag langs 's Heeren straten,
    mijn klagend orgel om,
    en draai op droeve maten,
    mijn eigen wellekom.

    Ik draai afgezaagde zangen,
    van een gebroken hart,
    van onvoldaan verlangen,
    en onbegrepen smart.

    Het volk luistert onverschillig,
    naar het lied van ouds bekend,
    soms reikt me een vrouw goedwillig,
    een kruimel of een cent.

    Soms waant men te vermoeden,
    het leed van de arme man,
    kan de ene mens ooit bevroeden,
    wat de andere voelen kan?

    En ik draag door straat en stegen,
    mijn klagend orgel heen,
    en voel mij in het druk bewegen,
    zo moedermens alleen.

    03-07-2014, 00:00 Geschreven door André  


    02-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Grote kunstenaars. Prosper Van Langendonck
    Zwaar dreunend door de maatgang van tijden, schrijdt
    de reuzenstoet door stralend goud omgeven,
    van grote kunstenaars, wier onsterfelijk streven
    nog in hun eeuw een laaien glorie breidt.

    Het zijn hoofden, heet van de innerlijke strijd,
    Het zijn harten, al te groot voor het aardse leven,
    wij zien hun lippen van almaar smart nog beven,
    en bloed afgudsen van hun goddelijkheid.

    Gij die zo lustig treedt door het ochtendblozen,
    wie jeugd en gratie voeren naar de troon,
    die kunst in het leven tot gids heeft gekozen.

    O ja, de kunst in het leven is zo schoon,
    maar grijp niet diep in beide: pluk de rozen,
    en laat aan anderen de doornenkroon.








    02-07-2014, 08:41 Geschreven door André  


    01-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Weke kinderen. Prosper Van Langendonck
    Nu ik u voorbij zie gaan in bleke reien,
    gij weke kinderen van mijn droef gemoed,
    die nooit met anderen ging uit spelemeien,
    bloze knapen in een hoekje, die schuw mijden
    het wilde spel van makkers, dat hen sidderen doet.

    Nu ik u thans zie in rouwstoet voortgetogen,
    voel ik zo diep ontroerd mijn jeugd daar treden,
    onuitgesproken, ja hoe fel bewogen,
    maar duidelijk in uw tred, en in uw ogen
    heengaan, voor immer heengaan, immer heen.

    Zo arm aan leven, en toch zo rijk aan leven,
    rijk in zichzelf, maar zo arm voortaan,
    als wie zijn schatten kwistig heeft gegeven,
    maar niets voor later spaarde om voor te streven,
    door bange dagen en langs ruwe baan.

    Zo rijk aan lijdensvreugde en vreugdelijden,
    die bleek van trilling greep naar algenot,
    roodgloeiend stormde in alle mensenstrijden,
    maar haar innigste zelf liet ontwijden,
    door dwang van buiten of dwaze spot.

    Ik voel mijn dierbare jeugd met u verzwinden,
    voor immer heengaan, voor immer heen,
    o mijn zielskinderen, o mijn diep beminden,
    geen troost meer zal ik in uw aanschijn vinden,
    en ik blijf nu eeuwig met mijzelve heel alleen.


    01-07-2014, 10:30 Geschreven door André  


    Videoweerbericht
    De plaatselijke tijd in Brussel:
    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek



    Blog als favoriet !

    Startpagina !

    Mijn favorieten
  • Venster op de wereld
  • Restaurantgids
  • boeken
  • Wikipedia
  • Nieuwe encyclopedie
  • Vertalingen
  • Synoniemen
  • Onze Taal
  • Wetenschappen

  • Zoeken met Google



    Archief per maand
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs