![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
We zijn de 24de week van 2024
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
Rustig genieten van gedichten, liedjesteksten, muziek, vertellingen, prenten en foto's. |
Welkom in mijn thuishaven. Zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens. |
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
31-01-2016 |
Na de regen. Willem Gijssels |
Het zal uit zijn met de regenvlaag,
haar wrok is uitgeworsteld,
gebroken ligt de wolkenlaag,
met rode schijn doorborsteld.
De zon drijft de laag uiteen,
alvorens neer te duiken,
om nog een weinig het wolkgeween
te domen doen en smuiken.
Het mocht uit zijn: het lang bedropen land
ligt walgens zat gezopen;
de muggen moeten het weten, want
ze zwermen nu met hopen.
De spinnekop verlengt de draen,
van haar spinnewebben;
ze toont genoeg dat wij voortaan
schoon weder zullen hebben.
31-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
30-01-2016 |
Avond. Willem Gijssels |
Het avondt. Op de stove
het eten en er rond
wat drogend lijnwaad walmend,
de kinderen en de hond.
Een roker, die de dampen
met blauwe wolk beleidt,
een vrouw, nooit verlettend,
dat nu een poosje breit.
Stil in een hoek gekropen
het goedig spinnewiel,
als vierpoot die verouderd
in ongenade viel.
De roker schijnt te zoeken
wat hij vertellen zou,
en zwijgt, en schuifelt olijk
een dampring in de schouw.
Steeds grauwer wordt de schaduw,
wijl het stoveken laaielicht,
dan komt de vrede binnen
en doet het deurtje dicht.
30-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
29-01-2016 |
Regenvlaag. Willem Gijssels |
De regenvlaag, een schouwspel van
mij ongekende vreemdte,
draagt mijn gedacht, drijft uit mijn hoofd
een ongezonde leemte.
Hoor het ruisen van een groot geweld,
gesleerd tot uit de hallen
der wolken waar een dolle wind
de dans zich laat gevallen.
Wat moeten hemel aarde lucht,
een tal gedrochten dragen,
die de oudste vaderen dichten deden,
het wonderboek der sagen.
Walkuren stormen op de vloer,
der grauwe wolkenrotsen,
en reuzen steigeren naar omhoog
om het Walhalla neer te botsen.
Hoor het ruisen en het zwaar getik
der droppels op de ruiten,
het is binnen beter zeg ik, mens,
een hondenweer is het buiten.
29-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
28-01-2016 |
Verloren tijd. Willem Gijssels |
De klokken slagen langzaam uit
het hoeveelste levensuur,
ze komen om mijn zielsbesluit
en sterven op den duur.
Al mijn wensen gaan er ook
in onverschilligheid,
verloren lijk de regensmook
zich in de wind verspreidt.
Nu is het ijdel in mijn hart,
geen wanhoop geen vreugd;
slechts ouderdom die u benart
o moedeloze jeugd.
Of gij het nimmer u belijdt
en weet dat gij vergeet,
blijf daar nu in verloren tijd
vergeten wat ge weet.
28-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
27-01-2016 |
De regen. Willem Gijssels |
De regen drevelt evenwijdig
schuin-rechts lijnen door de lucht
tot op de bodem: spettert nijdig
en roffelt met gelijk gerucht.
Wat moet de vensterruit verduren,
waardoor mijn ogen moedeloos zien
verzuipen al de zonnige uren
van heel de zomernoen, misschien.
De schermen gaan, als vleermuis-wieken
gespannen, langs de dode straat;
terwijl de regen het snerpend lieken
van weemoed om de mensen slaat.
Wat heb ik nu te doen, te denken?
Wat moet ge gramme regenvrouw
met uw tranen de aarde drenken;
kom, kijk ereis uit het wolkgevouw.
Hoe gaarne zou ik u vertellen,
hoe zonderling uw lieken doet,
om droomkastelen neer te vellen,
gebouwd bij jongen zonnegloed.
27-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
26-01-2016 |
Rust. Willem Gijssels |
Laat nu de kalme rust
uw harte dragen,
na het stormen van daar straks
der wilde vlagen.
Zo het landschap, ligt de lucht
zacht onbewogen,
een tinteling voor half-
geloken ogen.
Begraven moet ge uw wil
in zoet verpozen,
de laatste wens van al
de vreugdelozen.
En als de nacht de rust
en u zal dekken,
hoor dan in u de stem
der wanhoop wekken.
26-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
25-01-2016 |
Winterstilte. Willem Gijssels |
Beneden onder eenen spree,
een witte wollen wolk,
de winterwereld wel gedekt
zorgt dat er niets zijn sluimer wekt
noch vogels noch vee noch volk.
En boven in die ene zee
van sterren ongeteld,
in blauwe diepten uitgespreid,
verwijdend nog de oneindigheid
van hemel en van veld.
Daartussen is de stille vree
een derde oneindigheid,
waarin mijn hart nu onbewust
gedragen, zich de stille rust
der eeuwen voorbereidt.
25-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
24-01-2016 |
Sneeuwvlokjes. Willem Gijssels |
De sneeuwvlokjes vallen,
waar is mijn genucht?
Een handje vol aarde,
een huifje vol lucht,
een heldere hemel,
en ik ware gerust.
De sneeuwvlokjes vallen,
thans ware het mij lust,
door hoop mijnen zinnen,
met daden bevrucht.
Mijn hart in gezangen
gewiegd en gekust.
De sneeuwvlokjes vallen.
24-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
23-01-2016 |
De sneeuwstorm 2. Willem Gijssels |
Het is leutig, maar de tijd
brengt het stormen tot bedaren;
een pluimpje hier en daar
komt aarzelend neergevaren
en het is gedaan.
Het zuiver wit verblindt
van de ongschonden lagen,
gepleisterd hoog en laag;
het is of wij alles zagen
met wol belaan.
Is het rustig overal,
het zal morgen herbeginnen
zo stellen keer op keer
zich mijn kalme zinnen
aan stormen bloot.
Gedoefeld en gedoekt
is het leven nu. Het leven,
het is eerder storm en strijd;
waarom naar stilte streven?
alles is nu dood.
23-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
22-01-2016 |
De sneeuwstorm 1. Willem Gijssels |
De lucht is zwart bevolkt
van vlokken; bij myriaden,
myriaden vallen zij
al stuivende lijk zaden
met kracht gestort.
De stenen van de straat,
de tichels van de daken,
zijn eerst gedekt met een
gewafeld ammelaken,
dat witter wordt.
De vlokken vallen zeer,
zij buitelen neer bij benden,
zodanig dat men nooit
zou denken: kan het enden
zulk een geweld?
En alles doezelt weg
in een verward gewemel
van stoeiend pluimenspel,
dat stuivend aarde en hemel
ineen versmelt.
(myriade betekent ontelbaar)
22-01-2016, 17:02
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
21-01-2016 |
De oude wilgetronk 2. Willem Gijssels |
Het water dat
in het goed seizoen
hem gaarne zag
en streelde.
De spiegel van
zijn zomerbeeld
in overvloed
van weelde.
Ligt toegevloerd:
zijn guitig spel
in zonneschijn
is henen.
De wintervorst
kwam taal en tong
met eenen wrong
verstenen.
Het water werd
opeens verrast
toen takken het nog
getaakten.
Het was vruchteloos
het gevang ontvlucht,
waarin ze vast
geraakten.
Daar staat de tronk,
aan het water
toch immer
trouw gebleven.
Standvastig bij
een laatste zoen
in het water
versteven.
21-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
20-01-2016 |
De oude wilgetronk 1. Willem Gijssels |
Het veld is kaal
en platgeterd,
door koude ineen
gekropen.
De luizen staan
als onbewoond
noch deur noch raam
gaan open.
De wilgentronk,
verstorven, schijnt
me nu wel tien-
maal ouder.
Hij maakt me door
zijn schamelheid
het winterzicht
nog kouder.
Het deert hem,
geen leven meer
rondom te zien
ontwekken.
Een laken ligt
er heen gespreid
om doden mee
te dekken.
De takken heel
onttakeld, en
gesteven net
als stangen.
Laat hij gedwee
in roerloosheid
ter zijden gaan
en hangen.
20-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
19-01-2016 |
Winter 2. Willem Gijssels |
Het leven ligt
al in de grond
gevrozen, vastgevezen;
gelaten wacht
het op de stond
wanneer het zal genezen.
Indien er dra
geen hulpe komt,
en geeft geen hoop verloren;
een redder zal
zich wel een weg
door 's winters leger boren.
Ontkerkerd en
de boeien af,
gekoesterd aan de boezem
der bruid, die u
een bedde brengt
van botten en van bloesem.
Zo raakt ge weer
allengerhand,
jong leven, op uw effen
om met uw bruid,
die lente heet
des vijands macht te treffen.
De winter met
zijn boos bedrijf
en blijft u niet bedroeven;
hé, boden van
de beterschap
hoelang nog zult ge toeven?
19-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
18-01-2016 |
Winter 1. Willem Gijssels |
De winter wist
met vaardigheid
zijn legermacht te drillen;
zijn overmoed
en valt er nu
geen doen meer aan noch stillen.
De voorpost, die
van het oorlogsplein
de wegen kwam verkennen,
is lang voorbij;
zodat men zich
de dwingeland moest gewennen.
Het is ten allenkant
in zijne macht,
wat kon er hem ontschampen?
de zonne zelf
komt rijzekens
maar schouwen naar de rampen.
Door angst beklemd
tot in de ziel,
gebrekkig en gebroken,
staan kaalgeroofd
de bomen uit
de puinen op als spoken.
Geen hulp komt,
al houden zij
niet op, in vieze krampen,
hun armen in
de koude lucht
te steken en te stampen.
En zou er nog
een vogelken
somwijlen komt gevlogen,
het is ijdel, wekt
zijn klein geweld
niet eerder mededogen.
18-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
17-01-2016 |
De abeel 2. Willem Gijssels |
Zolang mag ook de tijd de tanden wetten
op zijn schors, het deert hem niet met al,
de lente komt met lovers hem bezetten,
de winter rooft ze weg, hij staat er pal.
Mijn groet abeel, waart gij in staal gegoten,
de tanden teerden uw lenden af,
waart gij van steen, ze wreven onverdroten
uw lijf tot stof in een ellendig graf.
Mijn groet abeel, om uw gewillig leven,
de zonne blinkt er uw blankheid morgen vroeg,
ik ga voorbij, als stof uiteengedreven,
een mens nochtans, die leed en liefde droeg.
17-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
16-01-2016 |
De abeel 1. Willem Gijssels |
Daar staat er nog een van die oude abelen
de nacht te aanschouwen met een driest geweld,
te peinzen over het lot van zijn's gespelen
in hun oude dag te neer geveld.
Zijn stevige armen heffen naar de hemel
het zilver vlechtwerk zijner hoge kroon
met hier en daar het blikkerend stergeschemel,
dat minnend fluistert: het leven is nog schoon.
Hoeveel jaren hem te lijf gingen,
binst uit een steel hij een stoere reus werd?
dat weet nieuwsgierigheid die al de kringen
eens tellen zal van zijn doorbeten hert.
Niet eerder zal de tijd hem kunnen schaden;
zolang hij ongeschaakt door mensenhand,
blijft rechtstaan en in de voedernaden
van moeder aarde zijn voeten spant.
16-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
15-01-2016 |
De cello. Willem Gijssels |
Hoor der snaren traag geluid
van de cello vedel
wenen in mijn harte luid,
zingen droef gebedel.
Tranen van een arme wees
zonder hoop gelaten,
wie geen mens een uitkomst wees
langs des Heren straten.
Windgeschuifel over het riet,
nachtegaal gekwedel,
zuchten van zoveel verdriet,
menselijk eng of edel.
Stemmen uit mijn eigen hart
stervend opgekomen,
wroegingsklachten dubbel hard
van vergane dromen.
Weemoed die te sluimeren lag,
door de tijd gesponnen,
weemoed in geween en lach
ook door hem verwonnen.
Het sneeuwt nu zachtjes, laag op laag,
eerlijk werk der tijden,
die een sluier hier omlaag
15-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
14-01-2016 |
De bronne. Willem Gijssels |
O spiegelende wiegelende bronne,
waar drijft gij uw water naartoe?
uw streven geeft leven en wonne,
aan het hart van minnen zo moe.
Mijn waterken drijf ik ter weiden,
hé volg niet te ver zijn baan,
het zal verder zo meer zich verspreiden,
dan is het met mijn spelen gedaan.
O zeg me die keien daaronder,
die pinken en blinken zo zoet,
wat hebt gij daaraan zo bijzonder?
gij draagt ze zo diep in het gemoed.
Mijn harte vol jeugd kent de wonne,
terwijl het geen smarten geheugt,
het zijn stralen der lievende zonne,
het zijn dagen van zalige vreugd.
(Wonne betekent warmte, weelde, zaligheid, genot)
14-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
13-01-2016 |
Lied. Willem Gijssels |
Wat reuzelt in het lover
die kleine vogel zo?
Hij snapt en snatert over
Victorie vrij en vro.
Victorie op en neer en
en al over welke kant,
waar hij zijn vlugge vleren
al vliegend openspant.
Hij kwinkelt dat hij klettert,
zijn werk hem willekom,
en klinkt terwijl hij kwettert
zijn levenswijsheid om.
Hoor toe: mij is de vrijheid
aan u de dienstbaarheid,
mij groet en groeit de blijheid
uit bomen groen gemeid.
13-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
12-01-2016 |
Het gedacht. Willem Gijssels |
Volg mij immer
ik zal u leiden,
in het rondom u
doods en nacht.
Ik zal u troosten
als een broeder
zonder scheiden,
ik: gedacht.
Uit het verleden
u vertellen,
in de toekomst
u doen zien.
Naar de dood u
vergezellen,
met u opstaan
ook, misschien.
Ik ben de bron
Juventitus, (jeugd)
die geen ouder-
dom een kent.
Die verjongt en
immer jong is
en geen sterven
is gewend.
12-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
11-01-2016 |
De steenhouwer. Willem Gijssels |
Ritmisch op de marmerblok
rinkelen zonder lome maten,
als uit verre galmgaten
het kloppend luiden eener klok,
hamerslag en beitelbeten,
die geleid de grootte weten
elke afgekapte brok.
Klanken weer teruggekomen
in het met lang versteende dromen
opgestapeld vroom gedacht.
Lang, reeds lang zijn zij verdwenen
beitelaar en marmerstenen,
lauweren die de kunst hem bracht
in het zwijgen van de nacht.
Zijn wieg, zijn werk, zijn graf,
wie, wat kwam ervan gewagen
buiten het bonzen van de slagen,
die weleer zijn hamer gaf?
Het is voorbij, maar als een logen
ligt die hamer voor mijn ogen
en hij dwingt mijn eerbied af.
11-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
10-01-2016 |
Avondwind. Willem Gijssels |
Vanwaar komt gij gedreven
met uw wonderstaf,
waarvoor de blaren beven
en zweven op en af?
Gij jaagt in boom en hagen
de sluimerzangen uit,
die trippelen of vertragen
in klagend trilgeluid.
Vanwaar komt gij gedreven
vanwaar die meesterschap?
gij durft mij na te streven
op even welke stap.
Onnodig werk, geen dwingen
geef ik mij over, maar
ge grijpt met klamme vingeren,
die slingeren in mijn haar.
Ge weet me zo te kluisteren
en streelt me zacht er bij,
en dwingt me naar uw fluisteren
te luisteren, ondanks mij.
10-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
09-01-2016 |
's Avonds. Willem Gijssels |
's Avonds als ik huiswaarts ga
volgen mij gedachten na,
die zich in mijn hoofd verdringen,
uit de schaduw mij bespringen
in gezwinde varia.
Breekt een blaadje van een boom,
het draait omlaag met eenen droom,
welk geweld en driftig toveren,
om een zetel te veroveren
in mijn zinnen zonder toom.
Immer op dezelfde kant
staan, twee bomen daar geplant,
twee geliefden langs de wegel,
en de maan drukt haren zegel,
op het ingesluimerd land.
Wonderlijk het doet me pijn,
daar zij altijd sprekend zijn,
niet te weten, trots mijn pogen,
wat zij zoal zeggen mogen,
elke nacht bij maneschijn.
09-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
08-01-2016 |
Het moerveen. Willem Gijssels |
Mijn goede ziel gaat een bange strijd
te slaan, in een wieling van tornooien
geslingerd, jaagt zo in onbegrensde tijd,
gedachten-beelden uit de minste plooien.
Zwaarmoedig in de rosse heidegrond,
gelijk een wroeging ligt het veen verslagen,
de avond zendt zijn zwarte raven rond,
en lager steeds in in donkervaste vlagen.
O roerloosheid die mij gebonden leidt,
te midden u moet mijn ziel breken,
ik ken geen weg, ik voel een eeuwigheid
van angst en wee langs mijn zinnen leken.
Steeds wijder groeit de kring van spoken, die
het een achter het ander, mij het zicht versperren,
mijn ogen zijn gedoken en ik zie
hun witte schijn en grijns van dicht en van verre.
Ik wordt duidelijk hun beenderig hand gewaar,
met klamme vingers tegen mij gestoten,
en in de oneindigheid der heide daar,
mij door een nauwe ringmuur vastgesloten.
08-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
07-01-2016 |
De woestenij. Willem Gijssels. |
Nu zijn wij aan de woestenij gekomen,
het oneindig vlak, waarover enkel dromen
in wild visioen de wijdte kunnen dweersen.
En alles staat de zon te overheersen
en vaag bebloed de zandwolk, opgestoven,
door lome wind een eind ver geschoven.
Geen ander leven worstelt tot ontwaken,
alleen de zon troont als eeuwige baken
nog op zee, waaruit geen zang meer borrelt,
wier wijde baren zijn tot steen gekorreld.
En ook wat deden die gewekte zangen,
geen zielen zijn hier om hen op te vangen,
alleen de oneindigheid in zonneschichten,
een beeld van Hem, een God, die wij dichten.
Wie onze beden om vertroosting noden
wij, mensen bukkend onder geboden,
die denkend meester zijn en doende zwichten
voor Hem het zonder schaduw licht der lichten.
07-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
06-01-2016 |
Zomernoen. Willem Gijssels |
Het zijn meersen eindeloos ver
doorstriemd van blauwe strepen,
de waterleitjes her
en der in het lis vernepen.
Het zijn korenvelden ho,
door eigen wil bewogen,
hoe wiegbaar anders, zo
gelaten neergebogen.
Het zijn bomen afgemat,
alsof bij het minste teken
van roerbaarheid, een blad
hun sluimer zouden breken.
Een zandweg wit geschroeid,
doorpriemd van zomerregen,
ligt eenzaam en vermoeid.
Eén man slechts kom ik tegen,
een boer die knikkebeent,
al hutselend het hoofd voorover,
noch rechts, noch links af, neen't,
en vreemd aan het zongetover.
Ik voel en ben verblijd
omwille mijns gevoelen,
en laat mijn ziele wijd
de zomernoen doorwoelen.
Maar wie ik danken moet
om al die wonderheden,
ik weet niet, toch ik doe 't
in kerstelijke beden.
Tot hem als wierookdamp
ten hemel opgetrokken,
blij zwervend traag getamp
van ongeziene klokken.
Ik doorgrond, terwijl ik bid,
de diepten en de wijdten
der zonne, die daar zit
haar leven neer te smijten.
06-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
05-01-2016 |
De leeuwerik. Willem Gijssels |
Snijdt gij stijgend uit het koren
het zichtbereik der mensen af,
leeuwerik, hier omlaag verloren
vindt uw schaduw weer een graf.
Madelieven, sleutelbloemen,
halmen van de groene wei
zouden licht het plaatsje noemen
waarin haar de zonne lei.
Heel het halmenleger vlaggelt,
donkerend het kleursel keer op keer,
wijl de wind zijn schaduw waggelt,
op de bloemen weg en weer.
En de bomen, die de boorden
van de wei te wachten staan,
voeren ook hun schaduwspoor den
halm- en bloemenleger aan.
En zo geeft hier alles lommer
groot en klein. Op ons gezicht
drijft de sluier van de kommer
na het vurigst vreugdelicht.
En zo werpen onze zinnen
hun somberheden af,
laat ons leven, laat ons minnen
boven het wisselend schaduwgraf.
05-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
04-01-2016 |
Zonsopgang. Willem Gijssels |
Er broeit ter oosterkim
daar entwat in de smisse
't en hamert noch 't en bonst,
maar door de duisternisse
slaan gensters vloeiend vier
met gulpen damp omhoog,
die ankeren in de lucht
in halve cirkelboog.
De leeuwerik kweelt en klimt
om achter het doek te lonken,
dat uitgespannen hangt
voor het spatten van de vonken,
want beter zorg een geeft
geen enkele beeltenaar
zijn scheppingswerk dan hij
de grote smeder, daar.
Alsof hij goud verwerkt,
dat nergens is te vinden
en het fijnste meesterstuk
door zijn wil verblinden,
hij vordert, maar zie toch
hoe reeds het gewelf der smis
de weerschijn draagt van het werk,
dat nog onzichtbaar is.
Goed heil, het is volbracht,
de gordel schuift gekloven,
de zon vol lichtgeweld
stijgt gloeiend uit de oven,
geen wekkend wezen kan
haar stralenstroom weerstaan,
uit ieder oog welt
een diamanten traan.
O heerlijk beeld, waarvoor
het heidens mensdom knielde,
de bloemen opengaan
en geuren als bezielde
gewrochten, u en lof,
geef aan de zwakke moed,
die voor uw zalvend licht
de bezem opendoet.
Uit de bundel Wandelingen 1903
Willem Gijssels werd geboren in 1875 te Dendermonde en stierf te Antwerpen in 1945.
Hij was redacteur van het weekblad "Vlaams leven". Hij werkte als klerk in de Antwerpse
stadsbibliotheek en later in het Museum van de Vlaamse Letterkunde.
De literaire kritiek was zeker niet mals voor hem. En toch was hij bij de bevolking een
geliefd dichter en liedjesschrijver.
04-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
03-01-2016 |
Wondere lentenacht. Hélène Swarth |
Wondere lentenacht
suizelend stil
wind als een engelklacht
zong in de berken zacht
het was april.
Zilveren wazenacht
zie mij alleen
geurende oase nacht
liefde en extase nacht
zie hoe ik ween.
Roerde een toverroe
zoetjes mij aan
vielen mijn ogen toe
loom van mijn pogen moe
God te verstaan.
Sprong daar een toverbloem
stralend en blij
bloem die ik van God noem
schoner da roze roem
open in mij.
God na dien wondernacht
weet ik uw wil
voel ik uw wondermacht
ween ik van wonderen zacht
wacht ik maar stil.
03-01-2016, 10:12
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
02-01-2016 |
Zeven populieren 2. Hélène Swarth |
Bij de zeven populieren,
waar de mezen tierelieren,
zie ik de voorhang openkieren,
die de hemel van mij sloot.
Hoor ik zoet de blaren zoeven,
laat door leven u niet bedroeven,
vinden we al wat wij behoeven,
niet in leven, dan in dood.
Bij de zeven populieren,
wanneer geen blad meer blij wil tieren,
wanneer novemberstormen gieren,
wil ik staan bij avondrood.
Wil ik zeven wilde nachten,
op de bleke veerman wachten,
die mij roeien zal met zachten
riemslag, naar het land van de dood.
02-01-2016, 00:00
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
01-01-2016 |
Zeven populieren 1. Hélène Swarth |
Waar de landweg splitst in vieren,
bij de blauwste der rivieren,
zingen zeven populieren,
melodieën met de wind.
Als ik vroom aandachtig luister,
hoor ik weer in het boomgefluister,
de oude zang van hoop, die ruist er
in mijn ziel van dromenkind.
Bij de zeven populieren,
waar de zwaluwen over zwieren,
wil ik stil mijn zomer vieren,
met de vrede van mijn hart.
Lijdelijk luisterend naar het geklater
van de zeven populieren aan het water,
werp ik droefenis in de golven en laat er
zinken weg mijn stille smart.
01-01-2016, 11:21
Geschreven door André ![](https://www.bloggen.be/Images/email_vriend.gif)
|
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
|
![](../Images/Skin/2/pixel.gif) |
|