thuishaven
We zijn de 24de week van 2024
Zoeken in blog

Inhoud blog
  • K3
  • Kathleen Aerts
  • Elke Taelman
  • Beatrice Egli
  • Elke Taelman
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Rustig genieten van gedichten, liedjesteksten, muziek, vertellingen, prenten en foto's.
    Welkom in mijn thuishaven. Zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens.
    31-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Filosofie. Percy Shelley 1792-1822 Groot-Brittannië

    Fonteinen mengen zich met stromen,
    en de stromen met de zeeën koel,
    de winden mengen alle dromen,
    met een zoet gevoel.

    Niets in de wereld is gescheiden gezet,
    alles mengt zich maar goedschiks,
    en bij deze goddelijke wet,
    waarom niet jij en ik?

    Kijk, de hemel zoent de bergen,
    de golven omhelzen graag mekaar,
    de bloemen vinden het heel lief,
    te houden van de bloem naast haar.

    De zon omhelst de aarde,
    de maan omarmt het woud,
    alles heeft hier zijn waarde,
    alleen als jij van mij houdt.

    31-07-2012, 08:39 Geschreven door André  


    30-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De storm. Johannes Wilhelm Jensen. 1873-1950 Denemarken

    Wie ben je, meisje wild,
    zo zoet langs de wegen wandelend,
    en vechtend tegen de harde wind,
    onder de schuine zonnestralen?

    Loop je zo laat nog te hopen,
    op een afspraakje met de storm?
    Hij is een vlieger, je vindt hem niet,
    voor hij gevallen is.

    Teder wappert de wind,
    je dunne jurkje tegen je knieën,
    zachtjes tekent de wind,
    je jonge lichaam dat wankelt.

    Waarom toch je hoofdje buigen,
    voor de wind? Hij wil je dragen,
    stribbel niet zo onstuimig tegen,
    want de storm, die ben ik toch. 

    30-07-2012, 00:00 Geschreven door André  


    29-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Schilderkunst. Johannes Vermeer 3. 1632-1675

    5. meisjeshoofd
    6. het meisje met de parel




    29-07-2012, 12:45 Geschreven door André  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Notelaars. Omer Watez
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Men zegt dat in ons land geen notelaars meer staan,
    die stonden daar als wachters bij de woningen te waken,
    die goede bomen zijn door slechte mensen uitgedaan,
    om met hun hout kolven voor geweren te maken.

    Veel bomen zijn ook weg langsheen de grote baan,
    die naar de blauwe hemel hun ronde kruinen staken,
    beschenen door de zon, een lange bomenlaan,
    die wandelaars schaduw bood bij het zomers zonneblaken.

    Er wordt gezegd dat zelfs heilige bomen en vrijheidsbomen,
    te midden van de pleinen onzer Vlaamse dorpen,
    door de geweldige hakkers bijl zijn neergeworpen.

    Ach, is dat alles waar? Of zijn het maar mijn dromen?
    Gewoon om in een droeve tijd door akeligheid te varen?
    Of wilt zelfs de hemel België niet sparen?

    29-07-2012, 00:00 Geschreven door André  


    28-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het woud. Omer Wattez

    Op de heuvels groeien wouden,
    waar dauw en regen ze besproeien,
    waar bron en vlieten dalwaarts vloeien,
    waar boeren het veld bebouwen.

    Het leven heeft er opgehouden,
    weg de bomen die daar groeiden,
    wat al vogels 's zomers stoeiden,
    zongen en broedden in die wouden.

    Daar kwamen oorlogsbenden,
    Vlaanderens schoonste landstreek schenden,
    bomen werden neergeveld.

    Het woud verdween, het werk van eeuwen,
    is het niet om wraak te schreeuwen,
    bij dat goddeloos geweld.

    28-07-2012, 08:20 Geschreven door André  


    27-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Bomen. Omer Wattez 1920

    Ik draag in mijn ziel een diep gevoel voor bomen,
    ik lijd wanneer een boom door een bijl wordt geveld,
    de boom in woud en wei, langs lanen, straten, stromen,
    is als een vane gods ter levensvreugd gesteld.

    De mens heeft aan de natuur veel van haar schoonheid ontnomen,
    wanneer hij zich laat leiden door zijn zucht naar geld,
    maar wat al bomen zijn er thans niet omgekomen,
    gepletterd door het kanon, het domme krijgsgeweld.

    Ik haat u oorlogsheld, die lager nog gezonken,
    dan wie uit winstbejag het doet, vernielings dronken,
    uit krijgsnoodwendigheid de wonden nederslaat.

    Wie zal ons van krijgs- en krachtcultuur genezen?
    Hoe wilt men dat de mensen langer waardig leven?
    Dat God in zijn wereld bomen groeien laat.

    27-07-2012, 10:07 Geschreven door André  


    26-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Heilig woud. Omer Wattez

    Heilig woud, zo plechtig stil en toch vol leven,
    tempel vol gezangen, trillende vogelkoren,
    woud, waaruit de vogels in het blauw gaan zweven,
    en dichter bij het licht hun liederen laten horen.

    Groen gewelf van eiken en van beukendreven,
    wijd en hoog als in oneindigheid verloren,
    bont tapijt uit twijgen, mos en kruid geweven,
    waar de bloemen stralen gelijk de sterren gloren.

    Heilig woud, waarin het zo zalig is te dwalen,
    klimmend op uw heuvels, blikkend naar uw dalen,
    ver verwijderd van gedrang en volks gewemel.

    Waar men niets meer hoort van 's werelds wee en zuchten,
    levenskracht inademt in gezonde luchten,
    uit de diepten stijgend, nadert tot de hemel.


    26-07-2012, 12:31 Geschreven door André  


    25-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het oude lied. Omer Wattez

    Gij klinkt ons toe, gemoedelijk zacht,
    oh liederen uit de oude tijd,
    uw rein gevoel ons steeds toelacht,
    uw frisheid die het hart verblijdt.

    Uw toon zo diep, de zieleklacht
    der Vlaamse mensen, die verzucht maar strijdt,
    getuigt van hoop in de hoogste macht,
    die troost hem biedt wanneer hij lijdt.

    Wie het middeleeuws kerstlied hoort,
    of het daghet in den oosten, Heer Halewijn,
    waarin de helden vrouwen zijn,

    Gevoelt hoe sterk het lied behoort,
    bemindt steeds voort het oude lied,
    vergeet de taal der vaderen niet.



    25-07-2012, 08:18 Geschreven door André  


    24-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gothieke kathedralen. Omer Wattez.

    Wat zijn gij schoon, gothieke kathedralen,
    de christen ziel ademt in arduin,
    de stenen bloeien in een wondertuin
    van bloemen, die rondom de kruisbloem pralen.

    Ik nader ingetogen  uw portalen,
    mij treft uw bogenspel dat zwierig schuin,
    het bouwwerk schoort van grond tot torenkruin,
    waarop Gods zegen daalt in zonnestralen.

    Het Zuiden heeft de tempels van het Noorden
    gehoond, als zijnde maar Barbarentrant,
    hoe meer gehoord, hoe schoner zij ons gloorden.

    De torenspitsen in hun drang naar boven,
    de stedenluister van der Franken land,
    de vrucht van vroeger christelijk geloven.

    24-07-2012, 09:26 Geschreven door André  


    23-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Land van Oudenaarde. Omer Wattez 1857-1935

    Mijn land van Oudenaarde, heuvels en valleien,
    en welig woudland aan de scheldeboord,
    daar waar mijn wieg stond en ik mij mocht vermeien,
    als kind en jongeling genieten ongestoord.

    Op verre heuvelruggen lange bomenrijen,
    langs 's Herenswegen in dit schilderachtig oord,
    waar als het zondag is, de boeren zich verblijen,
    en mijn luisterend oor zo gretig de oude volkstaal hoort.

    Ik zie dat tafereel van kleine, stille steden,
    bekend reeds en beroemd in Vlaanderens vroegst verleden,
    ginds Geraardsbergen en daar Ronse in zijn dal.

    En gij oh liefste stad, oh vriendelijk Oudenaarde,
    gelegen aan de Schelde als in een bloemengaarde,
    met uw stadhuis, dat steeds mijn ziel verrukken zal.

    23-07-2012, 13:48 Geschreven door André  


    22-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Schilderkunst. Johannes Vermeer 2. Delft 1632-1675

    3. De gitaarspeelster.
    4. De muziekles.



    22-07-2012, 16:04 Geschreven door André  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het liedje van de zee. Marva.

    Het liedje van de zee,
    dat eeuwig deint langs duin en strand,
    houdt mij gebonden aan mijn rustig, vlakke land,
    het liedje van de zee,
    zweeft op de vleugelen van de wind,
    recht naar mijn hart, waar het altijd een toevlucht vindt.

    Waar ik ook mag komen,
    zal ik blijven dromen,
    van mijn heerlijk, gouden noordzeestrand,
    niets kan dat vervangen,
    steeds zal ik verlangen,
    naar mijn heerlijk noordzeestand.

    Het liedje van de zee,
    klinkt als een hymne in mijn oor,
    als ik de golven ruisend, zingend hoor in koor,
    het liedje van de zee,
    troost me als ik heimwee ken,
    naar het stille polderland  waar ik geboren ben.

    Waar ik ook mag komen,
    zal ik blijven dromen,
    van mijn heerlijk, gouden noordzeestrand,
    niets kan dat vervangen,
    steeds zal ik verlangen,
    naar mijn heerlijk noordzeestrand.

    Het liedje van de zee,
    is het wiegeliedje voor elk kind,
    dat net als ik bij het strand zijn prille jeugd begint,
    het liedje van de zee,
    blijft als een lokroep om je heen,
    en brengt op tijd en stond zijn kinderen weer bijeen.

    Want waar zij ook komen,
    blijven zij steeds dromen,
    van hun heerlijk gouden noordzeestrand,
    niets kan dat vervangen,
    steeds gaan zij verlangen,
    naar hun heerlijk noordzeestrand.


    22-07-2012, 09:10 Geschreven door André  


    21-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Aan de stroom. Erik Van Neygen.

    Aan de rand waar land en water in elkaar overgaan,
    waar notelaars op de dijken staan,
    waar de wiekslag van een reiger de avondrust verstoort,
    de stilte is er alles wat je hoort.

    Waar een stoet van witte wolken,
    zo blank als room in de blauwe hemel staat,
    waar de grauwe golven kolken,
    en de veerman trouw, met regelmaat,
    naar de andere oever gaat.

    Aan de stroom waar ik geboren ben,
    waar het water klatert langs mijn huis,
    waar ik droom en elke toren ken,
    Daar voel ik mij thuis.

    Waar wel duizend populieren,
    in groene kruin, wuivend langs de wegen staan,
    met het glanzen van rivieren,
    als 's nachts laat in het schijnsel van de maan,
    nog de tractoren gaan.

    Aan de stroom waar ik geboren ben,
    waar het water klatert langs mijn huis,
    waar ik droom en elke toren ken,
    daar voel ik mij thuis.







     

    21-07-2012, 09:32 Geschreven door André  


    20-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Café De Zwaan. Yves Segers.

    Het is er elke dag feest, zo is het altijd geweest,
    in café De Zwaan,
    ja, daar staat nog een jukebox met deuntjes van toen,
    in de kroeg langs de oude baan.

    Hier kan je nog echt eens genieten van het leven,
    vergeet je de dagelijkse sleur,
    bij Marie en bij Jan daar is iedereen welkom,
    dat staat op de inkomdeur.

    Kom en ga nu met me mee,
    naar café De Zwaan,
    iedereen is daar oké,
    in café De Zwaan,
    en het leven lacht je  toe,
    in café De Zwaan,
    nee, dit word je nooit meer moe,
    kom en laat je gaan.

    En zaterdagavond gaat iedereen walsen,
    speelt Jan op zijn accordeon,
    en als FC Het Zwaantje op zondag weer wint,
    dan gaan ze allemaal uit de bol.

    Elke woensdag kijkt iedereen naar de TV,
    dan is er de Vlaamse Top Tien,
    neen, je vindt nergens meer zo een volkscafé,
    waar het gezellig is bovendien.

    Kom en ga nu met me mee,
    naar de café De Zwaan,
    iedereen is daar oké,
    in café De Zwaan,
    en het leven lacht je toe,
    in café De Zwaan,
    nee, dit word je nooit meer moe,
    kom en laat je gaan. 




    20-07-2012, 08:55 Geschreven door André  


    19-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ik ben een Vlaamse jongen. Willy Sommers.

    Ik ben een Vlaamse jongen
    van het Vlaamse platteland,
    het was een Vlaamse moeder ,
    die aan mijn wiegje stond.

    Zij leerde mij de taal,
    die ik steeds de mooiste vond,
    hier ben ik thuis,
    hier blijf ik thuis.

    Waar de storm de hoge bomen,
    doet buigen in de wind,
    en de regen in hun bladeren,
    een droevig lied verzint.

    Maar waarna een zonnestraal,
    de hemel openscheurt,
    en met goudgele tinten,
    het wijdse land zacht kleurt.

    Ik ben een Vlaamse jongen,
    van het Vlaamse platteland,
    het was een Vlaamse moeder,
    die aan mijn wiegje stond.

    Zij leerde mij de taal,
    die ik steeds de mooiste vond,
    hier ben ik thuis,
    hier blijf ik thuis.

    Waar nog kleine, grijze dorpen,
    aan de einder staan,
    waar de goede, lieve mensen,
    de taal van het hart verstaan.

    Waar nog grote, fiere steden,
    getuigen van een tijd,
    toen dit land nog machtig en sterk was,
    door de wereld fel benijd.

    Ik ben een Vlaamse jongen,
    van het Vlaamse platteland,
    het was een Vlaamse moeder,
    die aan mijn wiegje stond.

    Zij leerde mij de taal,
    die ik steeds de mooiste vond,
    hier ben ik thuis,
    hier blijf ik thuis.



    19-07-2012, 10:25 Geschreven door André  


    18-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het huis dat tussen rozen stond. Sanne.

    Als ik nu omkijk naar mijn kindertijd,
    denk ik met heimwee aan die mooie tijd,
    weg zijn mijn dromen,
    want tussen bomen,
    een tuin vol rozen,
    stond toen ons huis,
    waar ik voorheen die mooie treurwilg vond,
    is nu een straat,
    zodat het huis dat tussen rozen stond,
    niet meer bestaat.

    Ik nam toen afscheid, maar met een traan,
    ik kon niet geloven voor altijd te gaan,
    die dag verdwenen zij voorgoed uit mijn leven,
    ik hield mij kranig,
    maar was liever gebleven,
    ze lachten en zeiden:
    moet je daar nu om treuren,
    want daar in de stad,
    kan je toch niets gebeuren,
    je vindt daar alles,
    wat je hier bij ons nooit ziet,
    al wat de stad je straks te bieden heeft,
    vind je hier niet.

    Toen ik die dag hier mijn leven begon,
    liep ik verloren tussen steen en beton,
    geen van mijn vrienden die dit ooit zou begrijpen,
    ze hadden geen reden om mij te benijden,
    geen van mijn vrienden die ik ooit uit kon leggen,
    wat ik ze al die tijd had willen zeggen,
    er komt een dag dat ik terug zal zijn,
    wie weet wanneer,
    en op die dag neem ik de eerste trein,
    sta ik er weer.

    De jaren verstreken,
    en nu sta ik hier weer,
    Vergeefs nu op zoek naar mijn huis van weleer,
    waar is nu alles,
    waar zijn mijn bomen,
    waar zijn mijn rozen,
    en waar zijn mijn dromen,
    ik vind geen spoor van mijn vroegere vrienden,
    ik zoek naar hun huis,
    maar ik kan het niet vinden,
    waar ik voorheen die mooie treurwilg vond,
    is nu een straat,
    zodat het huis dat tussen rozen stond,
    niet meer bestaat.

    Wie zegt het mij,
    waar is het nu,
    wie weet,
    waar is het nu,
    wie weet,
    waar is mijn huis,
    toe zeg het mij.



    18-07-2012, 08:44 Geschreven door André  


    17-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het dorp. Wim Sonneveld.

    Thuis heb ik nog een ansichtkaart,
    waarop een kerk, een kar met paard,
    een slagerij J. Van der Ven,
    een kroeg, een juffrouw op de fiets,
    het zegt U hoogstwaarschijnlijk niets,
    maar het is waar ik geboren ben,
    dit dorp, ik weet nog hoe het was,
    de boerenkinderen in de klas,
    een kar die ratelt op de keien,
    het raadhuis met een pomp ervoor,
    een zandweg tussen koren door,
    het vee, de boerderijen.

    En langs het tuinpad van mijn vader,
    zag ik de hoge bomen staan,
    ik was een kind en wist niet beter,
    dan dat het nooit voorbij zou gaan.

    Wat leefden ze eenvoudig toen,
    in simpele huizen tussen groen,
    met boerenbloemen en een heg,
    maar blijkbaar leefden ze verkeerd,
    de wijk is gemoderniseerd,
    en nu zijn ze op de goede weg,
    want zie hoe rijk het leven is,
    ze zien de televisiekwis,
    en wonen in betonnen dozen,
    met flink veel glas, dan kan je zien,
    wat op het bankstel staat bij Mien,
    en haar dressoir met plastiek rozen.

    En langs het tuinpad van mijn vader,
    zag ik de hoge bomen staan,
    ik was een kind en wist niet beter,
    dan dat het nooit voorbij zou gaan.

    De dorpsjeugd klit wat bij elkaar,
    in minirok en beatelhaar,
    en joelt was mee met beatmuziek,
    ik weet wel het is hun goed recht,
    de nieuwe tijd, net wat U zegt,
    maar het maakt me wat melancholiek,
    ik heb hun vaders nog gekend,
    ze kochten zoethout voor een cent,
    ik zag hun moeders touwtje springen,
    dat dorp van toen, het is voorbij,
    dit is al wat er bleef voor mij,
    een ansicht en herinneringen.

    Toen ik langs het tuinpad van mijn vader,
    de hoge bomen nog zag staan,
    ik was een kind, hoe kon ik weten,
    dat het voorgoed voorbij zou gaan.




    17-07-2012, 10:59 Geschreven door André  


    16-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Lied van mijn land. Anton Van Wilderode.

    Lied van mijn land, ik zal U altijd horen,
    uit alle dalen der herinnering,
    over de heuvelen van ruisend koren,
    en de rivier in haar steigering.

    Lied van mijn land, ik zal U altijd horen,
    uit alle dorpen in de deemstering,
    en uit de warmte der huizen rond de toren,
    onder de huif van de zomerwind.

    Lied van mijn land, ik zal U altijd horen,
    lied van verlangen en vertedering,
    dat met de kinderen altijd herboren,
    zacht met de doden tot zaad verzinkt.

    Liefelijk land, in de bruisende hoorn,
    hoor ik U Vlaanderen en zing en zing,
    Liefelijk land, in de bruisende hoorn,
    hoor ik U Vlaanderen en zing en zing.


    16-07-2012, 09:32 Geschreven door André  


    15-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Schilderkunst. Theo Van Rysselberghe 1862-1926

    De schilder Theo Van Rysselberghe schilderde meermaals zijn vriend Emile Verhaeren. Hier zie je twee schilderijen met Emile Verhaeren in zijn bureau.





    15-07-2012, 15:18 Geschreven door André  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De vissers. Emile Verhaeren.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Het land is overvlokt met nevels,
    die dampen over de oeverpaden,
    en zich als weke kussens laden,
    rondom de kartelige gevels.

    De stroom die traag de kanten schaaft,
    draagt krengen, in hun gif gezoden,
    en gindse maan is als een dode,
    die men in een hemelhoek begraaft.

    Alleen een licht glimt hier en daar,
    op het water en doet ruggen groten,
    van vissers sedert de avond hier,
    die in hardnekkige verlangst,
    naar God weet welke donkere vangst,
    gebogen blijven in hun boten,
    en werpen zwarte netten naar,
    de kwade en zwijgende rivier.

    Want diep waar hen geen sterveling ziet,
    is elk kwaad lot, dat hem bespiedt,
    gelijke een prooi, hij zal het vissen,
    met zware moeite, om niet te missen.

    Wanend verdienstelijk, om iets goeds te kampen,
    bij nacht, onder de tegenstrijdige dampen,
    de harde midnacht slaat van ver,
    met zware hamers, van her, van der.

    Van vele torens slaan de slagen,
    die moede klagen,
    te vissers dragen op hun rompen,
    niets dan wat onbeschrijfelijke lompen.

    Hun oude hoed laat in hun nekken,
    de hele nevel lekken,
    de dorpen zijn geheel verwist,
    niet één die er zijn hut nog gist.

    De wilgen en de ledige iepen,
    die westenwinden deden zwiepen,
    en uit de bossen blaft geen hond,
    en klinkt geen kreet, de donkere mist
    is geel of vochtig as hem bond.

    Zonder een roep, zonder elkander
    te helpen, doen zij de één als de ander,
    enkel voor zichzelve doet,
    iedere visser wat hij moet

    En de eerste trekt van end tot ende,
    zijn net vol uitschot van ellende,
    en de ander vist onbesuisd,
    de modder, waar de ziekte in huist.

    En ginds is één die vangt en krijgt,
    het giftige aas dat hem bedreigt,
    of aan de rand waar het water daalt,
    het wrakhout van zijn vroeging haalt.

    De stroom, de hoeken omgeslagen,
    of kolkend, waar de boom geboeid leit,
    gaat naar de vert, sinds hoeveel dagen,
    ten horizon van de vermoeidheid.

    De oever, zwaar van moddervracht,
    ademt gif uit, iedere nacht,
    de misten zijn als vliezen,
    die zich om de daken verliezen.

    In hun boten, die niet varen,
    trilt zelfs niet de rode lantaarn,
    die met brede krans van gloed,
    het witte nevelvilt bebloedt.

    Loden dood houdt stil omsloten,
    de waanzin vissers in de boten,
    allen, de eenzamen in dampen,
    naast elkaar, of ze het niet bevroeden.

    En elks armen worden moede,
    en elks arbeid werkt hem rampe,
    oh, zo ze in de nacht elkaar eens riepen,
    en zich troost uit woorden schiepen.

    Maar zij blijven stom verdoofd,
    rug gebukt en zwaar het hoofd,
    enkel het kleine lichtje staat er,
    onbewegelijk op het water.

    Blokken schaduw blijven zij,
    zonder dat hun blik voorbij,
    het slorpen van de donkere mist,
    als een kracht onafgewend,
    trekkende naar het firmament,
    de geweldige sterren gist.

    De zwarte vissers van het zwart verdriet,
    zijn de verlorenen, zonder verschiet,
    weg in de verten, weg in de uren,
    achter de ongeziene muren,
    in hun harten valt het geween,
    der najaarsnachten, altijd eender.

        (vertaling Albert Verwey)
        De afbeelding is een schilderij van Theo Van Ryselberghe: Emile Verhaeren houdt een lezing.













    15-07-2012, 10:19 Geschreven door André  


    14-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Mijn Vlaanderen. Emile Verhaeren.

    In Vlaanderen, waar ik geboren ben, waar de nevelen dromen,
    in een klein dorp, waarachter de beteerde muren,
    onder stormende luchten, geladen met as van rokende vuren,
    nog arme, maar koppige varenslui wonen.

    Mijn jeugd heeft ze gekend, helaas maar al te goed,
    de donkere moerassen, de sombere bossen en de naakte velden,
    grijze november, die slierten van regen komt melden,
    zwart ebben dageraden en avonden van roet.

    Aldoor woelde in mijn geest de geweldige Schelde,
    hoe gelukkig was ik en blij, en toch was er een vrees die mij kwelde,
    bij winter, wanneer de sterren glinsterden in de schollen (1),
    krakende bergen die naar onheilszeeën rollen.

    De masten die des zomers van de verre einders naderden,
    en aan wier toppen kleurige wimpers waaiden,
    zij trilden minder als het kloppen in mijn aderen,
    een brand, die voor de strijd of voor mijn lot, weer op wil laaien.

    De zwervende nevels en het wolkengeweld,
    hielden mij sterk in hun grepen gekneld,
    en mijn ganse wezen is zich zo gaan ontvouwen,
    dat ik vurig mocht leven bij hun drukte en hun grauwen.

    Oh gouden landen met uw stralende luister,
    moge uw bossen, uw dalen, uw vlakten en stranden,
    nog mijn dromen bekoren, mijn zinnen ontbranden,
    naar mijn liefde voor Vlaanderen heeft mijn hart steeds Geluisterd.

       (vertaling R. Buckinck)
       Emile Verhaeren kreeg een Franstalige opvoeding. Hij sprak Frans en het plaatselijke dialect. Door zijn opvoeding begon hij in het Frans te
       dichten. Maar zijn liefde voor Vlaanderen bleef bestaan.
       (1)schollen: ijsschots











    14-07-2012, 12:32 Geschreven door André  


    13-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Mijn dorp. Emile Verhaeren.

    Een armoedig plein en enkele straten,
    met aan de kruising een Christusbeeld,
    de grijze ruwe Schelde aan de rand,
    en de kerk, weerspiegeld in het water.

    De wijk Den Dam, melaats en pover,
    op goed geluk in de velden neergegooid,
    en bij het kerkhof, in het dichte lover,
    de kapel aan de Heilige Maagd gewijd.

    Door een matroos geschonken,
    die na een gevaarvolle reis, behouden,
    weer naar zijn Scheldedorp kwam varen.

    Ik weet het nog na die lange tijd,
    Sint-Amands waar ik geboren ben,
    en mijn jeugd drukkend heb ervaren.

    Tussen mensen die ploeterden en beulden,
    touwslager, smid, knecht en timmerman,
    met de machtige stroom diep in mijn gedachten.

    13-07-2012, 17:35 Geschreven door André  


    12-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Schelde deel 1. Emile Verhaeren. St Amands ad Schelde 1855-1916

    Bleek en licht, bewust en breed van borst,
    in haar lenige greep doorschudt zij zon en vorst,
    zij heeft uitgestald tussen haar sombere zomen,
    een tuin, waarin de maan kan stralen of dromen.

    Ginds spoedt zich één door de eenzame contree,
    alsof zij hunkert naar de koele mond der zee,
    waar zij met haar schijn de nevelen die bleken,
    plots komt doorbreken.

    Een Walhalla beeld van louter gloed en goud,
    een wolk van geesten heeft dit trezoor omstouwd,
    bemanteld met roem komen zij langs gevaren,
    hetzij Oeral, Rijn of Nijl, de Oder of de Loire.

    Goden en koningen of helden, door de tijd,
    met stem, gebaar en dadenstroom, hebt gij hen gewijd,
    hun oevers zijn nog trots door U, en hun paleizen,
    komen in U weerkaatst naar de wolken wijzen.

    Rivieren! Krijgers zijn het! Nog uit de spiegeling wellen (1),
    de wrede kronen op van burchten en citadellen,
    wier brede muzen schijnen als een doodsgewaad,
    maar die geen der wateren gaat.

    En heeft zo in haar vloed verworsteld en verdroomd,
    het grootse en gruwelijke, samen destijds, en zo verheven,
    zich aan het volk dat streefde en stormt weer zich gegeven,
    dan die door Vlaanderen stroomt.

    Gij zijt zo zacht en ruig, al naar ge het wilt of weigert,
    Noordwaarts nog stromende, aan vale of groene randen,
    gij, weg van wind en licht of tussen wilde zanden,
    de plaats waar zwart de hengst van de orkaan opsteigert.

    Of waar de winter rust op de verstomde rotsen,
    of het licht des zomers danst op het duizendkoppig klotsen,
    der tintelende vloed die zich alzijds beijvert.

    Oh, in die jonge tijd, hoe heb ik U aanbeden,
    te meer naar ik het verbod trotserend, U begleden
    heb, korte wijl,
    gelijk een goed matroos met riem en zeil.

    En zwierf langs uw slecht bewaakte jonken,
    ideeën dronken,
    en der gedachten stroom,
    gij hebt ze mij geschonken.

    De ruimten eindeloos, de kimmen diepe droom,
    het vergeten van de tijd, zijn welgtelde uren,
    bij eb en dure,
    gij gaaft het mij.

    Ik heb benomen met mijn ogen,
    de bloemen die bewogen,
    in het fonkelen van uw mijmerij.

    Uw nevelen, ros en woest waren het ijl gebied,
    waar het hijgende verdriet,
    zich een schuilplaats zocht, een glorierijke fase.

    Uw golven zweepten op de ritmen van mijn lied,
    mijn bloed bracht gij tot kracht, mijn ziel tot haar extase.

    Uw storm en windgeweld, uw stroming deed verbazen,
    mijn zacht, ontvankelijk hart, gij ging door mij,
    gij hebt mij hard gemaakt, als staal gesmeed, gestoerd.

    Mijn wezen is het uwe, en mijn mond,
    zingt U. De ontroering welt (1) en wondt,
    en heeft mijn keel omvingerd en als dichtgesnoerd.


    einde deel 1, morgen deel 2 en overmorgen deel 3 
    (1) wellen: opborrelen, opkomen









    12-07-2012, 08:39 Geschreven door André  


    11-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Schelde deel 2. Emile Verhaeren.

    Oh Schelde,
    wilde en schone Schelde,
    het in mij verzonken,
    zacht smeulend vuur der jeugd, fel of geslonken,
    deedt gij ontvonken.

    Geschonken
    aan mij, breidt de dood zijn poort,
    dat in uw grond, dat aan uw boord,
    ik sluimeren mag en zelfs gesmoord,
    mijn hart uw bonzend woord nog hoort.

    Ik ken uw glorie, Oh Schelde, fel en klaar,
    toen de wolvin eens de Romeinse schaar,
    in  het hart der wereld zich zo wreed,
    met felle kaak vastbeet.

    en in de vlakte die uw stroom beschermde,
    slechts slijk en regen, wind en sneeuw, die zwermde,
    te brijzelen kreeg uit verre streken.

    Vrije soldaten zwierden aan om U te wreken,
    die met hun boten, met de spies, het teken,
    van mannenmoed neerplantten in uw flanken.

    Een dichte nevel woog op uw historie,
    Gent Brugge Ieper straalden in uw glorie,
    Maar toen de kracht van Antwerpen rees en zwelde,
    rees ook de roem, zong ook de naam der Schelde.

    Gij zijt de stroom aan wiens voorname kaden,
    bankier en koopman trots en weelderig woont,
    de sier van het Noorden breed gekoepeld troont,
    wier goudblazoen in het gele water baadde.

    Men schiep uw toren, wiens brommende klokken,
    hun klanken op de luchten lieten kabbelen en lokken,
    hij rijst, hij zingt, uit alle leven  daagt hij op,
    kaarsrecht, pal als een kreet, rein als een maagd haar levenslot.

    Uw schepen, rijk van rogge en van tarwe zwaar,
    drijvende zolders van vergulde weelde,
    die varen, schaduwbleek of zonneklaar,
    voeden de aarde met het brood van deze beemden.

    Het linnen en de hennep, die men braakt en spint,
    zwingelt en hekelt, in uw huizen en steden,
    werden het zeil waarop de schepen gleden,
    naar Oost en West, hol bollend op de wind.

    Een opvoedster zijt gij, Schelde, onderwijzend,
    uw zonen hier, als zeeman of als boer,
    onbeholpen maar geweldig, ruig maar sterk, loom maar oprijzend,
    in het avontuur met een gestaald bravour.

    En grootser werd uw stad, een Hansa's gaarden,
    in reuzenketels, het goud en gistend graan,
    en won het in haar roem van Venetië, en zij voortaan,
    woog in haar holle schaal de schatten dezer aarde.

    Uw trots was hoog, hoger dan de aarde,
    uw toren zong over de daken en de drempels heen,
    boven het zeehavengeklots tot in de velden,
    waar Filips van Spanjes schaduw stond opgesteld.

          (morgen volgt het derde deel)
     









    11-07-2012, 00:00 Geschreven door André  


    10-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Schelde deel 3. Emile Verhaeren.

    Oh Schelde,
    van welk breed opgaan,
    ten oceaan,
    zijn uw golven weergekomen.

    Toen op uw kalme wateren,
    licht van dromen,
    een storm zich wierp,
    woest en verwoed, van bloed.

    De zegenrijke tijd verliet uw oever,
    en uw verwachtingen, zij dreven stom,
    als brede boten, zonder roer alom,
    de één na de ander doellozer en droever.

    Een dodelijke nacht heeft uw stroom bezocht,
    En langs de havens, heersend op uw landen,
    kettingen spanden,
    onteerd heeft men U en verkocht.

    Oh woestenij, oh bitter golvend wee,
    geen groter zeil,
    tot onzer heil,
    zwenkte af naar zee,
    kloek uitgegaan,
    langs de goud beglansde mondingsbaan.

    Helaas, moest gij lang uw slavernij verduren,
    eer dat een kreet van het volk van Vlaanderen aan zou vuren,
    zo ongenaakbaar eens,
    om te worstelen voor zijn leven.

    Schelde, gij waart niet meer dan een gevangen bende,
    van wateren,
    roepende aan de oevers der ellende,
    waarop koningen handel dreven.

    Tot na het signaal der opstand, als bezeten,
    de haat zich weer verwierf en zwaarder klonk de keten,
    die gij al zuchtend droeg,
    nog jaren lang.

    De jaren gingen langs en toen opnieuw een man,
    Napoleon,
    zijn leven het uwe in roem en droefenis vermengde,
    en voort deed stuwen.

    En uw hovaardig gaan naar het zijne, tot,
    één grote samenhang op het kronkelen van het lot,
    toen werd gij, zoals vroeger, de onverstoorde,
    uw steile stenen bekkens schoorden,
    tussen de boorden,
    en prangden,
    weer gans de winst, behaalde en de verlangde,
    van wat de verre zee en de aarde toebehoorde.

    En weer op uw fluwelen,
    mantel van water fonkelden de juwelen,
    vanaf het boegbeeld van uw welbestuurde boten,
    blies met haar schubbige borst weer de godin,
    fier uw fameuze faam de kinkhoorn in,
    der waarlijke groten.

    Oh Schelde, Oh Schelde,
    gij zijt het klaar gebaar,
    van gans dit land, tot waar,
    straalt de oneindigheid, gij zijt er grijpend naar.

    Vlaanderens rivieren en kanalen en al, ontwaar,
    zij einden als de aderen eens verward,
    in uw groot hart.

    Gij zijt de helper die gemeenzaan deelde,
    dit nors hartstochtelijk volk van uwe kracht,
    naar het zijn aandeel wil aan werelds glans en weelde.

    Uw welig oeverbed, uw diepgang fel en zacht,
    zijn spiegel van dit volk, zijn kinderen, zijn ras,
    hardnekkig, taai en fier als het door de tijden was,
    en heel zijn droefenis, zijn wilskracht en verlangen,
    zijn in uw aangezicht van zwijgzaamheid gevangen.

    Tragische en verrukte en eendere hemelen,
    Schelde bij winter, zomer en herfst, uw wemelen,
    Het is alles weerglans van ons wisselend wezen,
    Verwinnend komt gij ons moed, verslagen, vrijheid geven,

    En altijd na dezen,
    verrezen,
    weer de vertrapten, zuchtend, maar genezen,
    om in uw kracht te leven, wéér te leven.
        
        (In dit gedicht toont Emile Verhaeren zijn liefde voor de Schelde en voor Vlaanderen)
























     

    10-07-2012, 00:00 Geschreven door André  


    09-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Mijn liefste. Dante Alighieri. 1265-1321 Italië

    Mijn liefste draagt de liefde in haar ogen,
    waardoor zij alles adelt en verrijkt,
    en het hart van elke man die naar haar kijkt,
    wordt, als zij groet, door siddering bewogen.

    Zodat hij diep door schaamte neergebogen,
    onder de last van zijn tekort bezwijkt,
    terwijl voor haar juist trots en boosheid wijkt,
    oh vrouwen, wil met mij haar lof verhogen.

    Alles wat zuiver is en zacht en zoet,
    komt op in het hart van wie haar hoort,
    geprezen is hij die haar als eerste ontmoet.

    Wat in haar lieve glimlach staat te lezen,
    blijft diep en onuitspreekbaar in het gemoed,
    zo wonderschoon en minzaam is haar wezen.

    09-07-2012, 09:47 Geschreven door André  


    08-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Drie Kortgedichten.

    1.Je was zo witjes in je jurk van zijde,
      maar ik wilde je als koningin,
      ik liep naar buiten, naar de wilde weide,
      en riep naar je: ik ben de najaarswind.
      Terstond reikte je me je twijgen aan,
      en iedereen mijn koningin zag staan.
        (Rainer Maria Rilke 1875-1926 Duitsland)

    2.Bron van de liefde,
       Oud gesteente tussen hoge rotsen,
       een eeuwigdurend rendez-vous,
       in de rode namiddag,
       kom ik naar je toe.

       Mijn geliefde is slechts het water,
       dat altijd stroomt en nooit bedriegt,
       dat altijd stroomt en nooit verandert,
       dat altijd stroomt en nooit ophoudt.
         (Juan Ramon Jimenez 1881-1958 Spanje)

    3.Al voordat wij geschapen waren,
       was mij ziel gehecht aan jou,
       toen wij nog ongeboren waren,
       toen wij nog in de wieg lagen.

       Het groeide met het groeien van onszelf,
       het nam steeds toe,
       het zal ook nooit meer stoppen,
       ook al sterven wij.
         (Djamiel Mamar. Arabisch gedicht 7de eeuw.)
       
       

      

    08-07-2012, 10:56 Geschreven door André  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Schilderkunst. Johannes Vermeer 1. Delft 1632-1675

    1. het melkmeisje
    2. de kantwerkster



    08-07-2012, 00:00 Geschreven door André  


    07-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het blonde meisje uit het bos. Edith Södergran. 1892-1923 Finland

    Het was gisteren,
    dat het blonde meisje uit het bos haar bruiloft vierde,
    en iedereen vrolijk was.

    Zij is de lichte vogel en de heldere bron,
    zij is de geheime weg en de lachende struik,
    zij is de klare en onverschrokken zomernacht,
    zij is vrijmoedig en lacht uitgelaten.

    Want zij is het blonde meisje uit het bos,
    van de koekoek leent zij haar instrument,
    en gaat spelend en zwervend van meer tot meer.

    Het was gisteren,
    dat het blonde meisje uit het bos haar bruiloft vierde,
    en iedereen gelukkig was.

    Zij is mooi en zonder verlangen,
    zij is blond en stilt alle dromen,
    zij is bleek en wekt ieders begeerte.

    Toen het blonde meisje uit het bos haar bruiloft vierde,
    stonden,
    de dennen zo zoet op de zandige heuvel,
    de sparren zo trots op de  steile helling,
    de struiken zo blij op de zonnige glooiing,
    en de bloemen zo fier met hun wit kraagje.

    De bossen strooiden hun zaad in het hart van de mensen,
    glinsterende meren dreven in hun ogen,
    en witte vlinders fladderden onophoudelijk voorbij.


    07-07-2012, 00:00 Geschreven door André  


    06-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Rosalinde door Erik Axel Karlfeldt 1864-1931 Zweden

    Ofschoon de wind blijft stromen,
    door essen en door linden,
    toch houd ik niet op met dromen,
    van die lieve Rosalinde.

    In het bloemenbos daar is het goed,
    zij volgt mij op de voet,
    en vraagt verleidelijk en blij,
    je blijft de hele dag toch, niet?
    Kom, leg je neer naast mij,
    en slaap in op mijn liefdeslied.

    Ofschoon zwaardere tonen klinken,
    als regen in herfstige winden,
    toch houd ik niet op met zingen,
    van die lieve Rosalinde.

    Mijn jaren vliegen snel voorbij,
    en nooit wordt zij eens van mij,
    zij is immers een sprookje maar,
    een lichaam of een ziel bezit zij niet,
    en kon een ander zijn als haar,
    dan zong ik nu een ander lied.





    06-07-2012, 00:00 Geschreven door André  


    05-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Avondlied. Zein El Abedin Fouad. Egypte 1942

    Je wordt mooier elke avond,
    open je venster en ga slapen,
    telkens als ik bij je kom,
    geef ik je een roos in je dromen.

    Je bed is een tuin van koren,
    de dromen komen op hun raspaarden naar binnen,
    elke droom is een stad,
    en je loopt door de steden.

    De appelboom werpt schatten op je bed,
    elke akker is zijn tijd voorbij,
    je opent je venster en je gaat slapen,
    je wordt mooier elke nacht.











    05-07-2012, 00:00 Geschreven door André  


    Videoweerbericht
    De plaatselijke tijd in Brussel:
    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek



    Blog als favoriet !

    Startpagina !

    Mijn favorieten
  • Venster op de wereld
  • Restaurantgids
  • boeken
  • Wikipedia
  • Nieuwe encyclopedie
  • Vertalingen
  • Synoniemen
  • Onze Taal
  • Wetenschappen

  • Zoeken met Google



    Archief per maand
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs