thuishaven
We zijn de 24de week van 2024
Zoeken in blog

Inhoud blog
  • K3
  • Kathleen Aerts
  • Elke Taelman
  • Beatrice Egli
  • Elke Taelman
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Rustig genieten van gedichten, liedjesteksten, muziek, vertellingen, prenten en foto's.
    Welkom in mijn thuishaven. Zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens.
    31-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zangen der liefde 13
    De zwerfzieke wind, huppelend moe,
    slaat de gazen wieken toe,
    en verschuilt zich in het groen,
    van het frisse meiplantsoen.

    Luistergraag als maagden zijn,
    komt daar een lief maagdelijn,
    luisteren in het gewelfd prieel,
    naar het gezang van filomeel.

    Het nachtegaaltje moe gekust,
    zingt zijn gaaike in de rust,
    hij prijst de zaligheid der min,
    voor zijn tedere hartsvriendin.

    Het meisje ontvangt dat zoet akkoord,
    het minnelied voor het eerst gehoord,
    en het zoete mijmeren moe,
    slaat zij de zijden wimpers toe.

    De wind, de stoutert, die het verried,
    heeft de tedere maagd bespied,
    en zijn schuilhoek weer ontvlucht,
    bracht mij de boodschap met een zucht.



    31-05-2014, 09:22 Geschreven door André  


    30-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zangen der liefde 12
    De lente strooit haar rijkste schat,
    van geur en glans op bloem en blad,
    teer nachtegaaltje in het hout.

    Hoe houdt gij nog uw zangen in,
    waartoe nog steeds het lied der min,
    aan de echo toevertrouwd?

    Straks heft gij aan met voller toon,
    wanneer gij uw trouwer min ten loon,
    uw gaaiken liefde wint.

    Licht stemde ook ik een reiner lied,
    wanneer jou oog mij verried,
    dat je edele ziel mij mint.

    30-05-2014, 08:08 Geschreven door André  


    29-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zangen der liefde 11
    O bloempje van de gaarde,
    waarbij ik voor het eerst,
    de liefde ontwaarde,
    dat zinnen verovert,
    dat harten betovert,
    en zielen beheerst.

    Verspreidt hier uw geuren,
    ontvouwt hier uw kleuren,
    haast zult gij gestrengeld te gaar,
    de bruidskrans versieren van haar.

    O beekje, aan welke zomen
    ik innig verrukt, 
    van hemelse dromen,
    en lust bevangen,
    voor het eerst op haar wang,
    een kus heb gedrukt.

    O groet in het stromen,
    uw lachende zomen,
    haast murmelt gij in zoeter geluid,
    het vrolijk lied van de bruid.

    Gij blinkende sterren,
    die uit uw gebied,
    mij toelacht van verren,
    toen zij zo aanminnig,
    zo teer en zo innig,
    haar liefde mij verried.

    O laat uw stralen,
    hier het heerlijkste dalen,
    snel vindt gij er het huwelijksaltaar,
    en ziet er mij knielen met haar.



    29-05-2014, 08:23 Geschreven door André  


    28-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zangen der liefde 10
    Als het aardrijk ontspruit,
    als de knop zich ontsluit,
    en zich waagt aan de lucht te vertrouwen,
    Als het viooltje in fluweel,
    zich verheft op zijn steel,
    en zijn blaren huivert te ontvouwen,
    Dan is het gerucht,
    van de stad ontvlucht,
    wendt vrolijk en tevreden,
    de jongeling zijn  schreden,
    Het zonlicht groeit,
    het bloempje bloeit,
    de gaarde wenkt vrolijk en teder,
    hoe keert hij zo kwijnende weder?

    Als het levend kristal,
    in gestadige val,
    het zoet eentonig gemurmel doet horen,
    Als het schateren van de jeugd,
    spreekt van liefde en geneugd,
    bij de zang van gevederde koren,
    Dan is het gerucht,
    van de stad ontvlucht,
    wendt vrolijk en tevreden,
    de jongeling hier zijn schreden,
    de vink kweelt,
    de wind speelt,
    het juicht alles zo vrolijk en teder,
    hoe keert hij zo zwijgende weder?




    28-05-2014, 08:22 Geschreven door André  


    27-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zangen der liefde 9
    Mag de feestdag van uw leven,
    niet een dag van droeve lente zijn,
    nu eens buien, dan weer zonneschijn,
    maar een hemel waar geen wolken zweven.

    Schoon dan ook je jeugd verdwijnt,
    herfst noch stormen zullen de eik doen beven,
    schaduw en beschutting zal hij geven,
    schoon bloemengeur en kleur verkwijnt.

    Tooi dan het zuid in lentes rijke dreven,
    het hoofd van de bruid met mirte en jasmijn,
    het eikenloof zij er door geweven.

    Voor het noorden is de herfst festijn,
    en zijn poolster schitterend als robijn,
    moge hij als gids en leidster voor u zweven.

    27-05-2014, 08:40 Geschreven door André  


    26-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zangen der liefde 8
    Mag het zuiden op zijn lente bogen,
    schoner is de herfst van het krachtige noord,
    trouw en houw gelijk de mannen hun woord,
    rein en klaar gelijk de vrouwen hun ogen.

    Zweeft er geen lentegeur om 's beekjes boord,
    den- en pijnboom geuren in den hogen,
    zijn de bloesems voor de wind vervlogen,
    zie, de vrucht groeit rijk en duurzaam voort.

    En hoe ook de stormen woeden mogen,
    de eik stijgt op ten hemel, ongestoord,
    vaster wortelend, hoe te meer bewogen.

    Beeld van minnen, die ons hart gloort,
    daarom hecht de herfst, in het krachtige noord,
    het best de band, die zielen houdt omtogen.



    26-05-2014, 09:55 Geschreven door André  


    25-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zangen der liefde 7
    Waarom dan de bruine herfst gekozen,
    Waarom dan o jong en zalig paar,
    eik en loof geslingerd door het haar,
    voor een krans van witte en rode rozen?

    Het is de schoonste tijd van het jaar,
    om in de armen van mijn lief te verpozen,
    wanneer de satijnen waas van abrikozen,
    blinkt als het goud van de volle korenaar.

    Valt het wachten je te zwaar,
    je moet er niet om blozen,
    waarom niet tot de lente pozen?

    Zeg mij waarom, jong en zalig paar,
    Zeg het aan de speelgenoten blijde schaar,
    waarom toch de bruine herfst gekozen?



    25-05-2014, 00:00 Geschreven door André  


    24-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zangen der liefde 6
    Is mei niet de zoete tijd van paren?
    Als de lente bloesems vlecht en kruid,
    om het hoofd van bruidegom en bruid,
    en ze geestig slingert door hun haren.

    Als de nachtegaal in het lover fluit,
    en in het donzig groen van hazelaren,
    het duifje kirt, verscholen in de blaren,
    het vinkje kweelt met liefelijke geluid.

    Zie, de bij zweeft om de boekweitharen,
    Zie, de vlinder wringt de cel zich uit,
    om de roos zijn minne te verklaren,
    zelfs de stroom de liefdegloed niet stuit.

    Heel de natuur is bruidegom en bruid,
    is mei niet de zoete tijd van paren?






    24-05-2014, 07:27 Geschreven door André  


    23-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zangen der liefde 5
    Zeg niet: de glans van de hemel is kort,
    die in haar oog zich ten toon spreidt,
    Zeg niet: zo ras als de lelie verdort,
    vlucht ons de jeugd en de schoonheid,
    Zeg niet: dat morgen het einde genaakt,
    wie denkt aan tijd als hij zaligheid smaakt?

    Arm is hij, die zijn rijkdommen schat,
    en zijn genot kan berekenen,
    weinig heeft hij, die naar meer steeds haakt,
    wie denkt aan rijkdom als hij zaligheid smaakt?

    Wordt eens deze heilbron gesloten,
    wat ik genoot, is genoten,
    dwaas die een heil stoort zo rein en volmaakt,
    wie denkt aan een dwaas als hij zaligheid smaakt?


    23-05-2014, 08:18 Geschreven door André  


    22-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zangen der liefde 4
    Schoon is de morgen, en lachend het veld,
    waar gij, liefste, mijn schreden vergezelt,
    zacht is de lucht, waar gij uw adem door mag zwieren,
    geurig de bloem, die uw boezem mag sieren,
    maar komt de stond, dat de scheiding ons wacht,
    alles wordt nacht.

    Kil is het uur, als de duisternis troont,
    en zich geen ster aan mijn ogen vertoont,
    terwijl ik alleen door de velden moet dolen,
    heb ik mij nauw bij uw venster verscholen,
    en hoor ik uw stem, en uw hemelse lach,
    alles wordt dag.

    22-05-2014, 09:21 Geschreven door André  


    21-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zangen der liefde 3
    Kent gij die plek waar de lindeboom bloeit,
    en zich het klimoploof wart in zijn blaren,
    thym en sering op de zodenbank groeit,
    en zich de luchtige vlinders vergaren?
    Kent gij die plek? O mijn lief. Wend uw schreden
    daar met mij heen.

    Kent gij die plek waar de nachtegaal zingt,
    slechts door de maan en de stilte beluisterd,
    de koelte zich zacht door het bladerdak wringt,
    waar het van lust en van mingenot fluistert?
    Kent gij die plek? O mijn lief. Wend uw schreden
    daar met mij heen.

    Kent gij die plek mijn herinnering zo waard,
    waar wij eens samen elkaars blikken ontweken,
    zaligheid smaakten, gekend slechts op aard,
    waar men het eerst van zijn  liefde durft spreken?
    Kent gij die plek? O mijn  lief. Wend uw schreden
    daar met mij heen.

    Kent gij die plek, een gezegend oord,
    waar wij onze banden het eerst mochten knopen,
    een zucht door geen sterveling gehoord,
    door geen tijd en eeuwigheid zelfs te slopen?
    Kent gij die plek? O mijn lief. Wend uw schreden
    daar met mij heen.



    21-05-2014, 09:11 Geschreven door André  


    20-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zangen der liefde 2
    De lente keert weer en de hemel is blauw,
    de morgenzon spiegelt in parelend dauw,
    de rozenknop opent haar geurige schoot,
    en breekt uit de zwachtel haar minnelijk rood.

    De lente heerst buiten, de herfst in mijn hart,
    het zonlicht is duister, de hemel is zwart,
    de dauwdrop is ijs, de roos heeft geen kleur,
    zolang ik, liefste, je afzijn betreur.

    Keer weer. In uw ogen is hemelser blauw,
    dat het blauw van de hemel, en lieflijker dauw,
    dan blinkt op het veld, is de traan die, geteeld
    door lust en door liefde, om uw oogwimpers speelt.

    Keer weer. Op uw wangen is minlijker rood,
    dan immer de roos in haar zwachtel besloot,
    en, liefste, in uw hart vind ik zaliger schat,
    dan heel de natuur in de lente bevat.

    20-05-2014, 00:00 Geschreven door André  


    19-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zangen der liefde 1
    Zo ik het edelste van al de schatten,
    die bos en stroom ons biedt,
    die berg en zee bevatten,
    of in het vermetelste lied,
    dat ooit een dichter dorst verlangen,
    ten loon kreeg voor mijn zangen,
    ik zong voor u mijn lief, en anders niet.

    Zo ik alle zoete tonen,
    die murmelen in de vliet,
    die in populieren wonen,
    en in een vogellied,
    en ruisen in de baren,
    kon lokken uit mijn snaren,
    ik zong voor u mijn lief, en anders niet.

    Zo mijn luit kon toveren,
    als eertijds een elfenlied,
    en het godenrijk kon veroveren,
    en de opperste vorst bekoren,
    wat een bang verschiet,
    dat alleen ons geluk kan storen,
    ik zong voor u mijn lief, en anders niet.

    19 de eeuw. geen dichter vermeld





    19-05-2014, 07:03 Geschreven door André  


    18-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wallonië in oude prenten 2
    Prentkaarten uit grootmoeders tij. Zo schoon.

















    18-05-2014, 13:13 Geschreven door André  


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Poëzie.
    Een landschap biedt haar blik zich aan,
    de koelte stoeit door het hoge graan,
    daar rozen,
    blozen,
    uit die blaen.

    Een beek,
    die ginds het gebergte ontweek,
    vlecht in het dal een zilverbleek
    klaterend lint, door het groen van de streek.

    Neig dieper overeeuwd geboomt,
    naar het mosbed dat uw voet omzoomt,
    de schaduw voor wie daar dicht en droomt.

    Verrassend als het wolkenschuim,
    schitterend als dit zonnig ruim,
    zo tovert, tintelt, treft zijn luim.

    Zijn scherts als erts zo diep,
    toch blijkt dat alles wat hij schiep,
    gewoon iets dat hij te voorschijn riep.

    De poëzie gaat nooit voorbij,
    Houdt gij u vrij van bastaardij,
    en kunsten slavernij,
    wat nieuwe vorm de wereld beidt,
    u geldt nog hetzij gij juicht of schreit,
    oorspronkelijkheid maakt de onsterfelijkheid.

    1851 geen dichter vermeld













    18-05-2014, 00:00 Geschreven door André  


    17-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Deze wereld.
    Hoe boeit deze wereld in het klein,
    wat is die gezinswoning rein,
    geboomte en gras zijn fris van dauw,
    en heerlijk rijst dier bergen blauw.

    Zie hoe dat wolkje spelen gaat,
    waar het zich in de reine lucht baadt.

    Kwam Van de Velde of Ruisdael hier,
    zij kozen ijlings zich kwartier,
    en wat zij brachten op het paneel,
    gold eeuwenlang een kunstjuweel.

    Wat toverkracht schuilt in het verschiet,
    het is of door zilvergaas gij het ziet,
    doorschijnend is het, als stond een licht
    er achter, een liefelijk gezicht.

    En dank dier stralen stille krans,
    drijft alles in een heldere glans,
    wat anders blijkbaar slechts gemeen,
    iets walgelijks alledaags in scheen.

    Hebt gij noch geest noch kunst te baat,
    daarvoor weet de liefde raad.

    1859 geen dichter vermeld




    17-05-2014, 00:00 Geschreven door André  


    16-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Renswoude
    Wanneer de zomerzon daalt,
    geen streek in het ganse sticht, die het haalt
    bij het liefelijke Renswoude,
    ter weerzij van de brede weg,
    in het lage hof, op de hoge hek,
    langs gevels, nieuwe en oude,
    zo dichtbij als in het verschiet,
    hoe gij er een rozenbeemd geniet,
    een wiegelen, geuren, blozen,
    van rode en witte rozen.

    Wanneer de schemering bij het loofgesuis,
    ter ruste noodt op het hoge huis,
    van het liefelijke Renswoude,
    dan vliegt, de gulden akkers moe,
    het vogelenheir die lommer toe,
    waaraan het zijn nest vertrouwde,
    de wildzang smelt tot zoete bede,
    en weerhoudt gij uw schrede,
    om toch geen toon te missen,
    dier hartsgeheimenissen.

    O beemd, wat prijs ik uw geneugt,
    en laat geen blonde, dartele jeugd,
    op het open grasperk spelen,
    noch schetst waar gij schaduw bood,
    die zuigeling op de moederschoot,
    dat groepje om te stelen,
    o bos, wat stof ik op uw lied,
    en leent het oor aan het paartje niet,
    door het maanlicht schalk beschenen,
    het kerkje lang verdwenen.

    1863 geen dichter vermeld






    16-05-2014, 00:00 Geschreven door André  


    15-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Aan de dichter.
    Ik stond bewonderend als zovelen,
    voor de rijke boekenschat,
    die uw arbeid in zich vat.

    En ik hoorde uit al die delen,
    stemmen fluisteren, tonen kwelen,
    gans Europa's dichtenrij,
    toog mij als voorbij.

    Ongeëvenaard vertaler,
    hoorde ik fluisteren om mij heen,
    sterk geheugen als niet een.

    Stout en onnavolgbaar maler,
    met de woorden op het papier,
    maar altijd scholier.

    In zijn  hemels gefemel,
    In zijn aardse spotternij,
    wat ondeugends soms erbij.

    In zijn hel en in zijn hemel,
    In zijn klank- en kleurgewemel,
    In dat alles hoort ge mij,
    lispt de dichtenrij.

    Als hij zwaar met werk beladen,
    neerzit, bijna schrijvensmoe,
    komen wij allen naar hem toe.

    Brengen wij als kameraden,
    elk ons deel gedrukte bladen,
    schoon hij ons niet altijd noemt,
    en ons zelfs verbloemt.

    Dichter die met woorden tovert,
    als voor u maar zelden een,
    waarom werkt gij nooit alleen?

    Dichter die ons oor verovert,
    ons met paarlen overstrooit,
    waarom toont gij uw schatten nooit? 

    1867 geen dichter vermeld

    15-05-2014, 00:00 Geschreven door André  


    14-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Op het strand.
    Wat was het strand zonnig en zo breed,
    toen ik u zag, de golven weken staag
    verder terug, en op mijn vragen schreedt
    gij vriendelijk naast mij voort. Een frisse vlaag
    van levenslust doorstroomde ons, zo blij
    als kinderen waren wij. Zoals kinderen doen,
    begonnen wij elkander helpend, toen
    een berg van zand te bouwen, om daar vrij
    te kunnen op staan aan de verste rand,
    waar eb eindigt. En wij stonden daar,
    zo rustig hand in hand, en wonderbaar
    klonk ons het branding breken tegen het strand.

    Ver achter ons was nu het mensengewoel, 
    wij waren samen met ons kinderlijk gevoel, 
    jij had op mijn schouder je hoofd geleid,
    en peinzend staarden wij in de oneindigheid.

    Daar kwam de vloed, wij zagen het bruisen reeds
    van ver, het opsteken van der  golven kam,
    het opstuiven van de baren heir, dat steeds
    met breder scharen, dreigend nader kwam.

    Toen wilde ik mijn armen om je heen slaan,
    en zeggen: laat ons hier blijven staan,
    als wij elkander houden is het goed,
    al stort over ons de watervloed.

    Maar gij werd voor de hoge zee beducht,
    en nam de plooien van je kleed bijeen,
    en zijt naar veiliger strand teruggevlucht,
    en liet mij op de zandberg heel alleen.

    1893 geen dichter vermeld




    14-05-2014, 00:00 Geschreven door André  


    13-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ochtend en avond.
    Ochtend
    De hemel is zo troosteloos grijs,
    het wil niet dagen,
    de wind zingt in de bomen een wijs,
    van klagen.

    Ik hoor de druppels nedergaan,
    in het nevelig duister,
    blijf voor mijn open venster staan,
    en luister.

    Zo stil is het overal om mij heen,
    op donkere wegen,
    alleen het troosteloos geween,
    van de regen.


    Avond
    Zij zit bij het lampenlicht voor het open raam,
    ik loop onder donkere bomen,
    en noem haar naam.

    Zij weet niet van waar, zij weet niet hoe ,
    dan hoort zij dichtbij mij komen,
    en knikt mij toe.

    Zij geeft mij zwijgend haar koele hand,
    en blijft mij stil aanstaren,
    hoe koel is toch die hand.

    Om haar hoofd een stralend aureool,
    geel licht in blonde haren,
    o goddelijk idool.

    1893 geen dichter vermeld

    13-05-2014, 00:00 Geschreven door André  


    12-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Geluk.
    Nu hebt gij zo stil in mijn armen gerust,
    tot mij gelachen zo mild,
    ik heb u op mond en ogen gekust,
    zo innig, zo wild.

    Nu heeft uw hand met liefkozend gebaar,
    zacht mijn wangen gestreeld,
    nu hebben mijn bevende vingers gespeeld,
    en gewoeld in uw haar.

    Kom nu mijn liefste, voor mij staan,
    zie mij aan, zo stil, zo stil,
    dan nog één kus, en zwijgend wil
    ik henen gaan.
                     
                      *******

    De zee is één onmetelijk verlangen,
    waarboven wolken hangen,
    van grijze melancholie.

    Op de golven, die steeds maar schommelen,
    ligt willoos mijn ziel te dommelen,
    en te dromen dat ik je zie.

    1893 geen dichter vermeld





    12-05-2014, 00:00 Geschreven door André  


    11-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Apollo.
    Gelukkig hij die zo de zon zag,
    de god van het licht, uit de duistere nacht geboren,
    nog beeft in het oosten het schuchter ochtendgloren,
    als reeds hijzelf verschijnt, de jonge dag.

    Een glans, een gloed, daarna vonk op vonk, als rag
    scheurt wolk op wolk, en blijde vogelkoren
    begroeten luid, die stralend buigt naar voren,
    turend vooruit, zover het oog vermag.

    De lucht trilt, als hij tot sneller vaart
    zijn rossen aandrijft, zodat zij slaan en steigeren,
    hoog zich verheffend in het goud gareel.

    Dan schiet vooruit de zonnekar, en heel
    het oosten schitterschalt, of duizend krijgeren,
    slaan op de schilden met hun blinkend zwaard.

    1901 geen dichter vermeld.



    11-05-2014, 00:18 Geschreven door André  


    10-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vier kwatrijnen.
    Een stilte strak, maar klaar en kimzuiver,
    omgaf de morgen en zijn uren blank,
    nu wordt de wereld waaks, muziekgehuiver
    bevangt een boom, een merel stemt zijn zang.

    Wij die de vlam van de apostel dragen,
    en de aarde bergen in een woordenschrijn,
    die tomen vreugd en doet glimlachen pijn,
    wij zien de dag vanzelf naar het eeuwig dagen.

    De liefde die ik prees is langzaam aan verschaald,
    en offerloos is het altaar in de haag der goden,
    de wijn heb ik verspild op dorrend gele zoden,
    toen traag een matte zon in de nevels is gedaald.

    Ik die het lied zong van de bonte morgenstond,
    en mijn koeien drentelend langs de dijken weidde,
    ik ging naar de stad, maar zag alleen een nimf, die beidde (1)
    vlak aan de zee, hem, die bij de dorre brem haar schond.

    1.beidde: wachten op 
    1922 geen dichter vermeld





    10-05-2014, 09:43 Geschreven door André  


    09-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het viooltje.
    Al zwijgen
    de twijgen
    omlaag van de heg,
    Al school je
    viooltje
    daar gans onder weg.

    Bespeuren
    wij de kleuren
    ook niet uwer blaan,
    toch wekt ge
    toch trekt ge
    onze aandacht bij het gaan.

    Verbeuren
    uw geuren
    op de koelte zich rond,
    verraden 
    de paden
    daar waar gij ze ons zond.

    Dus plengt ge
    Dus brengt ge
    uw reukkoffer aan,
    waar vulde
    ooit hulde
    fluweliger blaan?

    Geprezen
    wier wezen
    aan gaven zo rijk,
    bescheiden
    zij spreiden
    viooltje u gelijk.

    Vriendin
    wier gemin
    mij jubelen doet,
    dus streef ik
    dus zweef ik
    uw gunst naar mij toe.

    1881 geen dichter vermeld








    09-05-2014, 08:47 Geschreven door André  


    08-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Lelietje van dalen.
    Het is een mei morgenstond,
    lelietjes van dalen,
    geurend heel mijn kamer rond,
    zie ik verrast er pralen.

    Boven het blad dat haast ze omsluit,
    gluren witte kelkjes uit,
    weg bestoven foliant,
    lelietjes van dalen,
    maken nu dat mijn verstand,
    telkens af gaat dwalen.

    Boeken, vandaag geef ik u rust,
    bloemengeur wekt zingenlust,
    het bos herschiep gij voor mijn oog,
    lelietjes van dalen.

    Wat mij toestroomt van omhoog,
    wildzang, zonnestralen,
    en gij met uw zusterenrei,
    geuren zendt uit mos en hei,
    maar wie bracht u hier toch wel,
    lelietjes van dalen?

    Wie lokt mij uit mijn studiecel,
    weer tot doelloos dwalen?
    Niemand is hier nog gezien,
    wacht, toch weet ik het misschien.

    Gisteren droeg een lieve maagd,
    lelietjes van dalen,
    schoon ik het haar vriendelijk heb gevraagd,
    wou zij mij niet verhalen,
    waar zij in het bos die bloemen vond,
    of zij mij ook deze ruiker zond.

    U verklappen wou zij niet,
    lelietjes van dalen,
    daar zij liever zelf er me biedt,
    dan mij er te doen halen.

    Moge zij die u heeft geplukt,
    lelietjes van dalen,
    vinden wat haar hartje verrukt,
    gebloemd zonder falen,
    Moge steeds haar levensbaan,
    door bebloemde dreven gaan.

    1881 geen dichter vermeld








    08-05-2014, 00:00 Geschreven door André  


    07-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De sleutelbloem.
    Schoon madeliefje,
    reeds bloeide de viool,
    en ook het klokje,
    in het sneeuwbed reeds school.

    Schoon zich de krokus, 
    alreeds heeft vertoond,
    zijt gij begunstigd,
    met eer gekroond.

    Primula Veris,
    van alle gebloemt,
    wordt gij eersteling
    van de lente genoemd.

    Ook prijst de volksmond,
    als sleutelbloem u,
    het heerlijke voorjaar,
    opent gij ons nu.

    Bloemen van de lente,
    en zangen van de jeugd,
    gezegend die u weelde,
    in het najaar nog heugt.

    Klink, o weerklink dan,
    gelijk in het verleen,
    nagalm van jonkheid,
    beziel mij als voorheen.

    Wees gij als eersteling
    van de lente, in het kruid,
    ook weer een sleutel,
    die de harten ontsluit.

    1881 geen dichter vermeld


    07-05-2014, 08:47 Geschreven door André  


    06-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wachten. Victor Hugo
    Klim eekhoorn naar de takken van de eiken,
    die tot de hemel schijnt te reiken,
    en buigt en siddert als een riet.

    Vlieg ooievaar, vlieg van de oude toren,
    die gij u als nest hebt uitverkoren,
    op de kerktoren is de hemel verloren,
    die het slot aan haar voeten ziet.

    Stijg uit uw rotskloof, vogelkoning,
    naar uw grijze, winterse, eeuwige woning,
    de bergen met hun wit besneeuwde top.

    En gij die nooit het ochtendblozen,
    op het mollig legerdons zag pozen,
    verlaat de streek die geurt van rozen,
    stijg leeuwerik, stijg ten hemel op.

    En ziet gij uit de eikentoppen,
    of van de torens gouden knoppen,
    of van het hooggebergte uit het luchtgebied,
    waar mist of schemering de aarde omhuiven,
    geen vederbos van verre wuiven,
    geen rokend ros dat het zand doet stuiven,
    keert nog mijn beminde niet?

    1837 vertaald gedicht

    06-05-2014, 09:18 Geschreven door André  


    05-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een straat in de stad.
    Ik hou van velden, wouden stromen,
    Ik heb een zonnig landschap lief,
    Ik voel zo graag de wind komen,
    alsof het schatting van de bloemen hief,
    en toch laat me ook de stad niet koel,
    menselijkheid eist mijn medegevoel.

    Hoe brengt zij binnen de enge muren,
    al de uitersten van het leven saam,
    hoe maakt zij hoog en lang, geburen
    in een zuilenrij en tralieraam,
    hoe paalt de haard van het braaf gezin,
    er aan het hol van de wulpse min.

    Ik zie de weelderige rijke,
    hoogmoedig langs de straten gaan,
    Ik zie de arme zijns gelijke,
    al hongerend aan de poorten staan,
    en mijmer over het eigen leed, 
    thuis op stromat en tapeet.

    Al melden toch die weidse zalen,
    ons niets van het jammeren dat zij zien,
    al kan ons geen gouden koets verhalen,
    hoe ook bij haar de sluimering vlien,
    de zomerlucht, schoon, blauw en klaar,
    gaat ook van rosse bliksems zwaar.

    Tot bij de vaderen van de gemeente,
    Tot bij de notabelen van de stad,
    verteert de dood ons gebeente,
    schiet hij te kort of faalt hij wat,
    slechts wee is ons aller erfenis.

    Maar is al het menselijke des mensen,
    hoe spreekt dan uit de bonte rij,
    een heir van klachten en van wensen,
    in gang en blik en zucht tot mij,
    hoe deel ik met een bewogen hart,
    in aller vreugd, in aller smart?

    1840 vertaald uit het Engels



    05-05-2014, 08:34 Geschreven door André  


    04-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het eiland Seeland.
    Gij kleine plek van golfgeklots omgeven,
    met schone bloemen op uw groene strand,
    en het vogelkoor in uw groene dreven,
    ik heb u lief, gij zijt mijn vaderland.

    Gij voortijds een reuzenterp met diepe voren,
    omploegd, lang nog voor er een stad bestond,
    door reuzen runderen met gulden horen,
    ik heb u lief, o mijn geboortegrond.

    Gij leliebloem van de zee, uw zoete geuren,
    hoe liefelijk trekken zij ons naar het zoute strand,
    het is een godenkelk, een bloem met onschuldkleuren,
    ik heb u lief, gij zijt mijn vaderland.

    O land, bestraald door morgenzon gloeien,
    van de verre kust tot aan uw groene strand,
    schoon waar soms wilde stormen loeien,
    toch heb ik u lief, gij zijt mijn vaderland.

    Gij bruid van de oceaan, wier eeuwig dralen,
    hem hopeloos minnend, drijft van het koude strand,
    ik wil zingen tot de laatste zon zal dalen,
    ik heb u lief, gij zijt mijn vaderland.

    1843 vertaald uit het Deens.
    Oorspronkelijk was Seeland verbonden met het vaste land. Maar reusachtige runderen beploegden het land. 
    zij waren zo sterk dat zij bij de eerste gang het gehele stuk land in zee trokken.



    04-05-2014, 08:24 Geschreven door André  


    03-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wonde. Heinrich Heine
    O wisten de bloemen, de kleenen,
    wat wonde me brandt in  het hart,
    zij zouden gewis met mij wenen,
    en helen mijn folterende smart.

    En wisten de vogels in het lommer,
    hoe treurig ik ben en hoe krank,
    de nachtegaal suste mijn kommer,
    met zoet en verkwikkend gezang.

    En waren aan de sterren, die dwalen
    daarboven, mijn lijden bekend,
    zij zouden tot mij willen dalen,
    mij troosten in al mijn ellend.

    Toch allen zij kunnen het niet weten,
    één enkele slechts kent mijn smart,
    en het is zij die haar heeft opengereten,
    de brandende wonde van mijn hart.

    1844 vrije vertaling




    03-05-2014, 09:24 Geschreven door André  


    02-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Sympathie. Franz Dingelstedt
    O mocht ik vol van vrees en zoet verlangen,
    mijn blik op uw omnevelde ogen slaan,
    O wapperde ik rondom uw blozende wangen,
    verkoelend als de wind af en aan.

    Wat zou ik gaarne aan uw sponde staan,
    die uw lichaam meedogenloos houdt omvangen,
    een engel op mijn ruwe levensbaan,
    daar over de adem van uw boezem hangen.

    Maar ik ben er niet, en zend alleen
    dit kleine lied, als bode tot u heen,
    tot u wier liefde ik nimmer zal vergeten.

    Ik breng u mijn groet vol trouw en tederheid,
    en slingert, daar ons de afstand scheidt,
    tussen ons de onverbreekbare liefdeketen.

    1837 vertaald gedicht


    02-05-2014, 00:00 Geschreven door André  


    01-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hongaarse poëzie 4. Koloman Toth
    Men riep naar huis haar weer terug,
    het was wreedheid ons te storen,
    maar o, haar fluisterend "goedenacht",
    hoe klonk het mij zoet in de oren.

    Wat klank ik ook vergeten mag,
    deze klank niet, toen vernomen,
    het hield mijn hart, dat dwaze kind,
    gewiegd in zoete dromen.

    Vele jaren gingen sedert heen,
    maar hoeveel ook vervlogen,
    die oude, schone, reine tijd,
    staat mij altoos nog voor ogen.

    Het kleine meisje  is dezelfde nog,
    en ook mijn droom is de oude,
    maar de gloed voor haar ontbrand,
    is niet verstijfd in 's levens koude.

    En komt er soms een enkele dag,
    die zich dag mag heten,
    een enkele drup op gans de zee,
    waarin ik in schijn haar zou vergeten.

    Nog nauwelijks gaat die dag ter rust,
    en ik zie het maanlicht blinken,
    en ik hoor dat zoete "goedenacht",
    weer door mijn ziele klinken.







    01-05-2014, 07:59 Geschreven door André  


    Videoweerbericht
    De plaatselijke tijd in Brussel:
    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek



    Blog als favoriet !

    Startpagina !

    Mijn favorieten
  • Venster op de wereld
  • Restaurantgids
  • boeken
  • Wikipedia
  • Nieuwe encyclopedie
  • Vertalingen
  • Synoniemen
  • Onze Taal
  • Wetenschappen

  • Zoeken met Google



    Archief per maand
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs