Adriaan Bontebal
Foto

Zoeken in blog


links
  • Bontebals foto's
  • alfred birney
  • casper beaumont - muziek
  • de haag in foto's
  • Elin Neumann
  • ellen van toor
  • erik vlaksteeter
  • hagazine, niek 't hart
  • jimmy tigges

  • herman rijs - foto's
  • architectuurplaatjes
  • john dear mowing club
  • julius pasgeld
  • kleintje muurkrant
  • konfrontatie digitaal
  • lester - supermarination
  • marijn de vries - fietsen
  • papieren man

  • raarlems dagklad
  • stad der steden - hofstijl
  • stad der steden - de haag direct
  • ralf vanuit japan
  • speld, satire
  • stichting skepsis
  • theo van rijn (nieuw!)
  • vogeldagboek van Adri

    A man is happiest when there is a balance between his needs and his possessions - Trevanian, Shibumi
    16-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ware tolerantie is intollerantie tegenover intollerantie

    Een Rotterdamse politieman heeft voorgesteld het dna-profiel van àlle Nederlanders in een grote datebank op te slaan. Bij een baby wordt bloed afgenomen en het is eenvoudig meteen een druppel naar het registratiekantoor door te sturen. Is die man wel goed bij zijn hoofd? Is het verstandig dat een man met zo’n idee deze taak vervuld? Je kent de holle kreet: Als je niets te verbergen hebt, waarom niet? Juist dan, juist dan. Ik gedraag me netjes opdat ik ongestoord mijn gang kan gaan. Ik haal geen rottigheid uit, hoewel er genoeg rottigheid is die ik uit zou willen halen. Rottigheid tegen rottigheid.

    De kip en het ei. Al eerder heb ik een Einszeiler, een one-liner, van een Duits filosoof op deze blog aangehaald. Ik herhaal mezelf. Ben ik langzaam aan het Alzheimeren?  ‘Ware tolerantie houdt in intollerantie tegenover intollerantie.’ Daar is geen speld tussen te krijgen. Dus rottigheid tegenover rottigheid. Maar ik doe het niet, ik wil mijn rust. Het is verspilde tijd om mij in de gaten te houden. Er is niets euvel te duiden. Jullie weten al zo veel van mij. Wat is het volgende? Dat een worp in de kraamkliniek een chip krijgt ingebracht?

    Een Kamerlid stelde vragen aan de minister, de lome Opstelten, hoe hij daar tegenover stond, het opslaan van alle dna-profielen. Opstelten zag het niet zitten. Dat viel me dan weer van hem mee, meestal valt hij tegen. Het Kamerlid zei: ‘Big Brother is watching you. Gelukkig is het hier nog niet zo ver. We moeten voorkomen dat het zo ver komt.’ Heeft het geachte Kamerlid de laatste jaren zitten pitten? Als je een kwartiertje over hebt, moet je eens op een rijtje proberen te zetten wat ‘ze’ allemaal van je weten. Komt die databank er desondanks en mocht ik ooit iemand willen vermoorden, waarom niet, try before you die, zoals de kleuters van BNN het noemen, mocht ik ooit iemand willen vermoorden, laat ik wat haren achter van iemand die ik ook niet mag. The Perfect Crime komt binnen handbereik.

    De voormalig snaartheoreticus en begenadigd quiz-kandidaat Richard de Mos heeft de minister gevraagd dan in elk geval het dna-profiel van niet-Westerse allochtonen in een databank op te nemen. De minister houdt het in beraad.

    Soms werpt een schrijfsel nog dezelfde dag vruchten af. Naar aanleiding van mijn stukje over het verzamelen van paardenvijgen, zonder het woord vijg te gebruiken, kreeg ik een mail van de gemeente Bladel. Die ligt ten zuidwesten van Eindhoven en omvat de kernen Casteren, Bladel, Dalem, Hapert, Hoogeloon en Netersel, maar dat wist je natuurlijk, de doorsnee lezer van deze blog is bereisd. De gemeentesecretaris mailde me een berichtje dat had gestaan in het officiële orgaan van de gemeente:

    ‘Een steeds groter aantal ruiters recreëert in het buitengebied en rijdt daarbij over fiets- en wandelpaden en trimbanen. Het resultaat is dat er vaker paardenpoep achterblijft. We krijgen daarover klachten. Eerder hebben we een beroep gedaan op ruiters om binnen de bebouwde kom de paardenvijgen op te ruimen. Daar is begripvol op gereageerd en de overlast door paardenpoep is ook minder geworden. Niet iedereen is zich ervan bewust dat ook in het buitengebied paardenvijgen overlast kunnen veroorzaken voor voetgangers, fietsers en berijders van scootmobielen. Vandaar deze oproep aan ruiters om ook in het buitengebied rekening te houden met andere gebruikers van de paden en de paardenvijgen op te ruimen.’

    ‘Het loopt de spuigaten uit,’ vervolgde de secretaris. ‘Misschien kunt u daar iets grappigs mee: spuigaten in verband met paardenpoep, maar dit terzijde. Hoewel er door de maneges in de buurt begripvol is gereageerd op onze oproep, is de berg paardenvijgen in het buitengebied eerder toe- dan afgenomen. Op dinsdag schreef u op uw weblog, dat u soms op de fiets door het Haagse Bos en Meijendel gaat en onderweg de paardenstront, zoals u het noemt, opschept. En of dat verboden zou zijn. Hier in elk geval niet, wij van de gemeente Bladel juichen dit soort initiatieven juist toe. Daarom nodigen wij u van harte uit in onze gemeente en wel komend weekend. Reis- en verblijfkosten, van vrijdagavond tot maandagmorgen, worden door ons vergoed. U wordt een fiets met fietstassen ter beschikking gesteld. De vraag is of u zowel op zaterdag als op zondag enkele uren door het buitengebied wilt fietsen en daar de paardenvijgen schept. We nodigen dan de pers en Omroep Brabant uit om verslag te doen, in de hoop dat de paardrijders dit voorbeeld zullen volgen. Voor uw inspanningen zult u €200,- ontvangen. Indien u dat makkelijker vindt: het bedrag kan ook in boeken- of slijtersbonnen worden uitgekeerd.’

    Gratis een weekend naar een mooi stukje Nederland, met ook nog eens €200,- toe: wie kan daar nee tegen zeggen? Ik. Ik heb er nee tegen gezegd. Zaterdag wordt Milaan-Sanremo verreden, La Primavera. Need I say more? Op mijn mail: ‘kan het niet een weekje later?’ kwam als antwoord: ‘Op vrijdagavond houden wij de jaarlijkse stille omgang, opgedragen aan de Heilige Sjoske van Netersel. Op zaterdag en zondag is er kermis. Juist vanwege de publiciteit die dit allemaal genereert, hadden we u voor dit weekend uitgenodigd. Het spijt ons dat u verhinderd bent en sterkte met uw oma. Tot slot een brutale vraag. Mijn neef Toon uit Eindhoven heeft net als u lang haar. Vindt u het bezwaarlijk dat hij dan dit weekend als Adriaan Bontebal door de buitengebieden gaat?’

    Inderdaad een behoorlijk brutale vraag. De vlerk. Wie weet wat die geflipte neef van hem allemaal zal uithalen onder mijn naam. ‘Dat lijkt me niet verstandig,’ heb ik terug gemaild, dat wil zeggen, kort samengevat. Mochten er elders in het land soortgelijke activiteiten worden ontplooid, zal ik graag tegen een vergoeding komen scheppen. Houd echter wel rekening met de wielerkalender!

    Wielerhoekje. De Tirreno-Adriatico zit er op. De renners kunnen nu enkele dagen rusten om zaterdag te kunnen schitteren in Milaan-Sanremo, of de Joop Zoetemelk Classic, die anderen dan weer prefereren. Rusten betekent voor een renner vijf à zes uur fietsen per dag. Daar kunnen die voetbalwatjes nog een punt aan zuigen. Ook het Italiaanse wielerblad Maglia Azzurra heeft een poëziewedstrijd uitgeschreven. De onderwerpen zijn beperkt: de Tirreno-Adriatico of Milaan-Samremo. Helaas is mijn Italiaans te beperkt. Veel verder dan è pericoloso sporgesi komt ik niet; hoe verwerk je zo’n zin in een gedicht over wielrennen?

    Het was spannend tot de laatste minuut. Robert Gesink heeft de tijdrit nu echt onder de knie, zijn winst in de tijdrit tijdens de Ronde van Oman was geen toeval. Met zijn 9de plaats, op 0:27 van Fabian Cancellara, ging hij Michele Scarponi en Ivan Basso in het algemeen klassement voorbij. Wout Poels viel enigszins tegen, maar wat heeft die man sterk gereden afgelopen week. Het belooft.

    De uitslagen. De Tijdrit:1. Fabian Cancellara (Leopard) 9,3 km in 10:33, 2. Lars Boom (Rabo) op 0:09, 3. Adriano Malori (Lampre) op 0:19, 4. Rick Flens (Rabo) op 0:20, 9. Robert Gesink (Rabo) op 0:27, 12. Cadel Evans (BMC) op 0:31 en 48. Wout Poels (VCM) op 0:54
    Algemeen klassement: 1. Cadel Evans, 2. Robert Gesink op 0:11, 3. Michele Scarponi (Lampre) op 0:15, 4. Ivan Basso (Liq) op 0:24, 5. Vincenzo Nibali (Liq) op 0:30 en 18. Wout Poels op 2:03
    De enige Japanner in koers, Fumiyuki Beppu van Radio Shack, eindigde op de 91ste plaats op 47:33


    15-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De postbode komt in elke straat

    Natuurlijk is allemaal het heel lullig voor de mensen in de wijde omgeving van de kerncentrale van Fukushima en dan druk ik me eufemistisch uit. Maar denk ook eens aan ons eigen land. Speciaal aan de mensen die werkzaam zijn in de kernenergielobby. Ze waren in a winning mood, met Rutte1 was hun kostje eigenlijk al gekocht. Na deze ramp in Japan kunnen ze weer van voren af aan beginnen. Kernenergie is reuze veilig, wat er met de reactoren in Fukushima gebeurt is een uitzondering? Dan hebben we de laatste decennia wel met erg veel uitzonderingen te maken gehad. Met het afvalprobleem zijn we in de loop der jaren geen steek opgeschoten. De lobbyisten zullen zich de komende tijd weer de blaren op de tong moeten lullen. Alle hens aan dek. Meer werk dus, zou je zeggen. Maar wie gaat dat betalen? Nee, het valt te vrezen dat er flink wat arbeidsplaatsen zullen verdwijnen in deze sector. En dan gaat het UWV ook al bezuinigen.

    Mensen die mij weleens door de stad zien fietsen - De Haag, de stad der steden - weten het: ik val hoegenaamd niet op, ik ben een grijze muis. De enigen die mij opmerken zijn vrienden en bekenden, maar dan nog valt vaak het muntje pas als ik al tien meter verder ben. Begint iemand een gesprek met de woorden: ik zag je laatst nog fietsen, ben ik meteen op mijn hoede. Hier gaat iemand mij iets op de mouw spelden. Die onzichtbaarheid heb ik altijd gekoesterd. Vaak wil ik ook ongezien over straat. Er zijn dagen dat ik liever niet met de buitenwereld word geconfronteerd, maar je moet er doorheen als je boodschappen nodig hebt. De laatste tijd begon ik me dan toch steeds meer te ergeren aan mijn muizengang. Daar heb ik het volgende op gevonden: sinds kort prijkt er een vuurrode fietstas aan mijn bagagedrager. Een mens heeft nu eenmaal een fietstas nodig, waarom dan niet meteen in een schreeuwende kleur. Toen die er net op zat, had ik meteen, om de hoek langs de gracht aanspraak. Van een dame, ze leek me al lang van Drees te trekken. Ik verstond haar niet, ik begreep haar niet, dus ik keerde op mijn schreden terug, of hoe noem je dat op de fiets. ‘Heppu niks voor mij?’ ‘...’ ‘U moet een brief van me dochter hebben, ze heeft al drie weken niks van haar laten horen.’ De postbode! De tas maakt de man, dus ik was ineens de postbode. ‘Ik zal het navragen op het kantoor, mevrouw.’ Gerustgesteld ging ze naar binnen.

    Op de blog van een vriendin las ik, dat ieder mens een paar rode schoenen behoort te hebben. Vrouwen èn mannen. Ja, duh, ik ben Bassie niet. Bovendien draag ik al jaren dezelfde schoenen: zwarte legerkistjes. Niet aldoor hetzelfde paar, eens in de zo veel tijd koop ik nieuwe bij de legerdump. Dit strak geregelde schoengebruik heeft voor mij twee voordelen: die dingen zijn ijzersterk en geven daardoor goede steun en ik hoef geen rolmaat bij me te hebben als ik een nieuw paar koop; om de hoogte van de hak te meten. Dat schreef ik toch: als de stand van de voet van een nieuwe prothese slechts een, twee millimeter scheelt met de oude, moet ik een paar dagen oefenen om te wennen. Altijd dezelfde schoenen voorkomt dat probleem. Ik wil geen rode schoenen, maar er zijn ook geen legerkistjes in die kleur in de handel. Lieve Boskater, mag een rode fietstas ook?

    Een mens heeft nu eenmaal een fietstas nodig... ik schrijf er zo maar over heen, misschien moet ik de opmerking verduidelijken. Het merendeel rijdt rond zonder tas, dus zij zullen het niet zo nodig vinden. Aan hen de vraag: en de boodschappen dan? Vind je het niet levensgevaarlijk om met tasjes aan je stuur te rijden? Wat? O, je gaat eens per week met de auto naar de gigamarkt. Dan heb ik niets gezegd. Ik gebruik ze dus wel voor de boodschappen, maar ze zullen me ook straks weer van pas komen. Als ik mijn tochten hervat door het Haagse Bos en de duinen. Op die tochten neem ik altijd wat plastic tasjes en een schepje mee. Onderweg schep ik de paardenstront van de paden. Niet om de paden schoon te houden, dat zal mij aan mijn reet roesten, daar hebben we personeel voor, maar om er thuis de compostbak en mijn tuintje mee op te fleuren. Zeg nou zelf: je gaat toch niet met tassen stront aan je stuur rijden. Nou dan. Een mens heeft nu eenmaal een fietstas nodig.

    Wat dat laatste betreft, die stront, heb ik een vraagje. Ervaring leert mij dat het zinloos is vragen te stellen op mijn blog, want er komt zelden of nooit een antwoord. Tegen beter weten in stel ik hem toch. Luister. In de herfst tassen vol dode bladeren uit de bossen meenemen is bij wet verboden. Zoek maar op: dat heet strooiselroof. Het mag alleen als je het stiekem doet. Dan vraag ik me af: is het wèl toegestaan paardenstront van de paden te scheppen? Graag een antwoord.

    Die fiets van mij loopt na al mijn sleutelen nog steeds niet lekker. Gisteren een blikje kettingvet bij de fietsenmaker gehaald. En er doe een tube solutie bij, voor je weet maar nooit. Er waren voorraadproblemen - geinig woord om te tikken, voorraad, probeer maar. Hij had nog maar één merk kettingvet en dat was wit. Het vet, niet het merk. Ik: ‘Dat zal dan toch wel snel bruin worden.’ Dat dacht-ie ook. ‘Er zit lithium in,’ sprak hij wervend. ‘Dat is heel goed.’ Volgens mij lul je uit je nek, maar dat zei ik niet. In het zonnetje voor de deur de ketting en de draaiende delen in het vet gezet. De fiets stond op zijn kop. Nadat ik alles had ingevet, ben ik ernaast gaan zitten op een vuilnisbak en heb, met telkens even een pauze, voor het radarwerk, niet voor mij, een trapper rondgedraaid. Als invetten de oplossing zou zijn, moest het nu, na verloop van tijd, gaan blijken. Ik moet zeggen: het achterwiel draait als een tierelier. Maar als ik heeeeel langzaam de trapper ronddraai, voel ik soms een weerstand. Als ik erachter kom waar die weerstand precies optreedt en ik kan het verhelpen, dan gaat die fiets echt als een trein. Fine tunen, ik hou ervan. Misschien moet ik er mijn beroep van maken. Begin ik eerst met mijn eigen leven.

    Wielerhoekje. In beide rittenkoersen heeft Vancansoleil een konijn uit de hoge hoed getoverd. In Parijs-Nice was het Thomas De Gendt, in de Tirreno-Adriatico is het Wout Poels. Hij is nieuw voor me. Ieder nieuw seizoen moet ik niet alleen wennen aan de veranderde shirtjes, maar aan het complete peloton. Dit jaar pak ik mijn inwerkperiode grondiger aan dan voorgaande jaren. Ik concentreer me op de koppen van de mannen, de gezichten. Dat ik ze ga herkennen. En wel hierom. Sebastian Langeveld is zo vroeg in het seizoen sterk bezig en ik heb hem al een paar keer aan de gang gezien. Terwijl hij bezig was Omloop Het Nieuwsblad, voorheen Het Volk, te winnen, realiseerde ik me: het is toch te gek dat ik niet weet hoe die jongen eruit ziet. Hem heb ik na de koers meteen op internet gezocht, maar de anderen wil ik door de uitzendingen gaan herkennen.

    Wat is Wout Poels sterk. Bergop rijdt hij met de grote mannen mee. Net als zondag liet hij maandag Robert Gesink achter zich. Neemt niet weg dat Gesink hoger staat in het klassement. Het is toevallig dat hij in deze koers meerijdt: hij vervangt de zieke Johnny Hoogerland. Niet alleen kan hij uitstekende uit de voeten in de bergen, hij heeft ook een goede tijdrit in de benen, heb ik me laten vertellen. We zullen het vanmiddag zien in de afsluitende tijdrit over 9,3 km in San Benedetto del Tronto. Grote verschuivingen zullen er niet meer optreden, daarvoor is die tijdrit te kort.

    De cijfers. Uitslag van de zesde etappe: 1. Cadel Evans (BMC), 2. Giovanni Visconti (Farnese), 3. Michele Scarponi (Lampre), 4. Vincenzo Nibali (Liquigas), 5. Ivan Basso (Liquigas), 6. Wout Poels (VCM), 7. Stefano Garzelli (Acqua E Sapone) en 8. Robert Gesink (Rabo), allen in dezelfde tijd.
    Algemeen klassement:1. Cadel Evans, 2. Michele Scarponi op 0:09, 3. Ivan Basso op 0:12, 4. Robert Gesink op 0:15 en 16. Wout Poels op 1:40.


    14-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Baiser les poubelles

    Tex Tucker, de stoere cowboy die zo melancholiek over Four Feather Falls (JouwBuis), de Vier Veren Waterval kon zingen, had twee pistolen die zich bij gevaar autonoom met de holsters oprichtten om eventuele onverlaten neer te schieten. Richard de Mos, emeritus hoogleraar Anti Social Studies aan de University of Abergavenny, heeft de Minister van Binnenlandse Zaken gevraagd een onderzoek in te stellen naar de haalbaarheid van deze wapens voor onze politiemensen - zo formuleerde hij het in Uitgesproken WNL. Ze zouden getest kunnen worden in Kunduz, hetgeen op onvoorwaardelijke steun kan rekenen van Jolanda Sap.

    De vrijheid om te beledigen, af te zeiken, kleineren, op één hoop gooien, verschut zetten, over één kam scheren, in de hoek zetten, uitschelden, belachelijk maken, voor paal zetten, sollen, kortom, de vrijheid van meningsuiting: er is veel om voor te vechten.

    Terug naar het bureau. In figuurlijke zin, want ik zit er natuurlijk al. Dit mooie, zware, houten bureau komt uit de inventaris van het voormalige belastingkantoor. Toen we het in december 1980 kraakten, vonden we in een ruimte achtergelaten meubilair. Dat bureau is mijn, zei ik meteen; mijn eerste houten bureau kwam ook uit overheidsbezit. Op de bewonersvergadering spraken we af dat niets van wat we in het pand hadden aangetroffen het pand zou verlaten. Grootmoedig heb ik daarmee ingestemd. Maar nood breekt wetten. Wat die nood precies was? Alles dat ik daarover zou schrijven komt uit mijn grote duim; ik had domweg een bureau nodig toen ik verhuisde en heb het mee gejat.

    De tweede flat die we met het gezin betrokken, op het oude dorp, telde op de eerste verdieping twee kamers en een woonkeuken en op de begane grond twee kamers en een badkamer. Dat is wat weinig voor twee volwassenen en negen kinderen. Op de begane grond naast ons huis was een kantoorruimte: een heel grote en een kleine kamer plus badkamer met toilet. Die kregen wij erbij. Een vriend van Pa hakte met een kango een doorgang. Daar deed hij twee dagen over en het was door het hele flatgebouw te horen. Ja, wij wisten ons wel geliefd te maken. Dat waren we bij onze vorige buren ook niet, dus we waren eraan gewend. Wat wil je. Een gezin met negen kinderen, waarvan de oudste op dat moment dertien was en de jongste zes, en geen cent te makken. Voor het gemak werden we ingedeeld in de categorie a-socialen.

    Pa maakte van de grote kamer twee kamers en een daarvan was voor mijn twee broers, een tweeling, en ik. Aangezien ik naar de Mulo ging vond opa dat ik een bureau moest hebben, voor het huiswerk. Hij werkte bij de Gemeentewerken De Haag, de stad der steden, waar hij ooit als stratenmaker was binnengekomen, maar hij was inmiddels iets vaags op kantoor gaan doen. Dat kantoor lag aan het Zieken. Op die plaats staat nu een groot wooncomplex dat is ontworpen door Charles Vandenhove, die voor veel nieuwbouw in de Stationsbuurt heeft getekend. De naam Zieken heeft me altijd geïntrigeerd. Welke zieke geest verzint zo’n naam? Aan de overkant ligt een hoerenbuurt, met als bekendste straat de Geleenstraat, je kent hem wel. Wellicht dat het daar vandaan komt, want vroeger werkte de vleesverwennende industrie nog onbeschermd.

    Het was een prachtig bureau dat opa afleverde, misschien wel eiken. Er is echter nooit één regel huiswerk aan gedaan, dat deed ik in de woonkeuken. Er kwam een aquarium op te staan; ik ben vele jaren aquariaan geweest. Door het gehannes met water is in de loop van de zes jaar dat we in dat huis woonden het bovenblad gaan golven en barsten. De bovenkant van het bureau had ik dus helemaal in beslag genomen, de laatjes waren verdeeld: de linker vier voor mij, de rechter vier voor de tweeling. In mijn onderste la had ik een dubbele bodem gemaakt. Daarin bewaarde ik de weinige vieze plaatjes die ik had. Achteraf is dat natuurlijk niet aardig van me. Waarom zouden de broers de plaatjes niet mogen gebruiken? Als ze er maar geen vlekken op maakten en als ik er maar niet bij hoefde te zijn.

    Soms denk ik: zal ik weer een aquarium beginnen? Maar ik heb te weinig ruimte. Als je nooit een aquarium hebt gehad, zie je er misschien de lol niet van in, maar ik was er uren zoet mee. Guppy’s, black mollies, sumatranen, kersenbuiken, algenvreters, Chinese kempvissen, zwaardragers, kortom, een zoetwateraquarium. Opa had een zee-aquarium in de huiskamer. Dat wilde ik ook, liever, maar het is niet te betalen voor een schoolgaande jongen. Overigens woonde opa in Spoorwijk, in de Schoolmeesterstraat. Dat is niet in de beroepenbuurt, maar in de schrijversbuurt. Schuin aan de overkant woonde moeder Mansveld met haar kinderen. Ja, ik heb Aadje nog op straat zien voetballen. Opa had gefietst met Piet Moeskops; zo heb je altijd baas boven baas.

    Op die slaapkamer heb ik mijn eerste radio gebouwd. En wat voor een. Op een plankje bevestigde ik een spoel, een draaibare condensator, een diode oa (het nummer ben ik even kwijt) en een oortelefoontje. Door de hele kamer liep een draad als antenne. Het maakte geluid, ik zweer het je. Diverse stations kwam binnen. Later heb ik ergens een grote buizenradio opgescharreld. Die had geen ingang voor een koptelefoon, dus stiekem ‘s nachts luisteren was er niet bij. Daar zijn toen die handige, kleine Veronica-radiootjes voor op de markt gekomen.

    Aan een van mijn veroveringen, ik heb er vele behaald, vroeg ik bij tijd en wijle: kan ik binnenkomen met mijn knecht. Die vonden we allebei heel grappig, maar ook weer niet zo grappig, dat de knecht de slappe lach kreeg.

    Wielerhoekje. Parijs-Nice is afgesloten met twee dagen regen. Het traject liep van vlak onder Parijs langzaam naar het zuiden. Met de dag zag je de omgeving groener worden. Maar de zon scheen alleen de eerste dagen van de koers. De ploeg van Vacansoleil heeft een aantal malen flink aan de boom geschud. Björn Leukemans, vooraanstaand Belg binnen de ploeg, had de leiding opmerkzaam gemaakt op Thomas De Gendt: die moet je halen. Dat is gebeurd en het heeft zich uitbetaald: één ritoverwinning, twee dagen in het geel. De renner is, wat wij op het oude dorp noemen, een revelatie. Ook Lieuwe Westra heeft zich uitzonderlijk goed getoond. In het algemeen ploegenklassement is Vancansoleil op de 8ste plaats geëindigd op 19' 53" van winnaar Radio Shack. De Boerenleenbank moet het doen met een 10de plek, op 35' 12". Merk het verschil. Bij de laatste ploeg heeft vooral Bauke Mollema zich laten zien. De cijfers:

    Laatste etappe: 1. Thomas Voeckler (Europcar). Na enkele malen tweede te zijn geworden in een etappe van Parijs-Nice, heeft hij dit jaar twee ritten gewonnen. De Elzasser schijnt niet goed te liggen binnen het peloton, maar mij amuseert hij altijd wel. 2. Diego Ulissi (Lampre) op 0:23 en 3. Julien El Fares (Cofidis) op 1:06. Het eindeklassement: 1. Tony Martin (HTC); wat heeft die jonge Duitser toch een bratwurstenkop! 2. Andréas Klöden (Radio Shack) op 0:36, 3. Bradley Wiggins (Sky) op 0:41, 4. Rein Taaramäe (Cofidis) op 1:10, 5. Samuel Sanchez Gonzalez (Euskaltel) op 1:13. Dan verder: 9. Bauke Mollema (Rabo) op 2:04. De plaatsen van de andere renners zijn niet zo belangrijk: zij hebben gereden voor een ritoverwinning en tot steun van hun kopman.

    In de Tirreno-Adriatico voerde de etappe over veel kleine weggetjes met een beroerd wegdek. De toestand van de wegen is ook Berlusconi. Robert Gesink had een zware dag. Er moest dan ook 244 km gekoerst worden. Toch wist hij de schade te beperken, maar de leiderstrui is hij kwijt. In de slotfase sprong de Limburger Wout Poels van Vacansoleil weg uit de kopgroep. Hij redde het net niet. Uitslag 5de etappe:1. Philippe Gilbert (Lotto), 2. Wout Poels (VCM) en 3. Damiano Cunego (Lampre), allen in dezelfde tijd. Robert Gesink werd 15de op 0:17.

    Algemeen klassement: 1. Cadel Evans (BMC), 2. Ivan Basso (Liquigas) op 0:02, 3. Damiano Cunego (Lampre) op 0:03, 4. Michele Scarponi (Lampre) op 0:05, 5. Robert Gesink in dezelfde tijd. Vandaag van Uscita naar Maccerata over178 km. Op en af.

    Hoe een koe een haas vangt, daar zijn al veel grappig bedoelde oplossingen voor verzonnen, maar we weten het domweg niet. De verschillen in de top-vijf zijn belachelijk klein. Gesink heeft nog alle kans, maar onder ons gezegd en gezwegen: van mij mag hij zich nog een tijdje rustig door ontwikkelen.

    Parijs-Nice zit er op voor dit jaar, de Tirreno-Adiatico gaat nog twee dagen door. Het papieren Franse tijdschrift Le Derailleur heeft, zoals elk jaar, een poëziewedstrijd uitgeschreven: wie schrijft het mooiste gedicht over een der voorjaarsklassiekers. Wat denk je? Zou ik een poging wagen met mijn Adieu Paris-Nice?

              Adieu Paris-Nice

              Les routes du midi
              Tripote demoiselles
              Et les hirondelles
              Chacun à son prix

              Roulez mon ami
              Oublier bagatalles
              Baiser les poubelles
              N’importe l’abri

              Choquez le mépris
              Gagnez esterelles
              Comme les éfentelles
              Encore vis à vis

    En als mijn literaire carrière stokt, voor zo ver die al begonnen is, kan ik nog altijd op het ouderen ballet. Dan zal ik me eerst in ballet moeten gaan verdiepen, want ik weet er niets van. Ik ben zo’n smalle, magere, stoere man die desgevraagd verklaart niets met ballet te hebben. Dan weet je nu hoe dat komt: het is terra incognita voor mij. Ja maar, zul je zeggen: je hebt maar één been. Nou en? Oké, ik gebruik het op feestjes als argument om niet te dansen, als ik al naar een feestje ga. Maar ik kan het wel. En ballet? Bekijk dit JouwBuisje.


    13-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een week voor de Primavera

    Als door een blikseminslag kreeg ik de lente in mijn kop. Ik lag nota bene nog in bed. Vandaag neem ik het bureau onder handen! Langs mijn vijf tenen zag ik het staan, aan het voeteneind van het bed. Eén blik erop was genoeg; ik draaide me weg, naar Balzac, die op geflikflooi lag te wachten. Raar beest. Zodra ik mijn bed uitkom en op mijn kont naar de badkamer schuif, ik slaap en douche zonder prothese, gaat ze uit mijn buurt. Als ik eenmaal sta neemt ze nog meer afstand. Geef het beest eens ongelijk: het is een basketbalspeler tegenover Wesley Snijder, of een andere dwerg.

    Toen ik in de huiskamer kwam, was het hele spul verzameld. Voor wie later heeft ingeschakeld: in volgorde van leeftijd Wausje, Skitty & Kim, Kat, Hanks & Balzac. Het was voor de katten een leerzaam ontwaken. Na mijn ‘Môgge,’ volgde het eens in de zoveel tijdse: ‘Voici le petit soleil de la maison.’ Ze glommen. Na gisteren te lang naar de tsunami-ramp in Japan te hebben gekeken, liet ik de buis even voor wat die was. Katten voeren, koffiezetten, dubbele bruine boterhammen met ouwe kaas en de Krant. Bij het oprapen was het Magazine eruit gevallen. Een mode-special. Daar zit toch geen Krantlezer op te wachten? Of ben ik nou gek? Weg met dat ding. Bijtijds dacht ik eraan om te zien of er toch wel een column van Sylvia Witteman in stond, mijn favoriete columniste. Alleen door haar doorsta ik de veelvuldige dieptepunten van die kutkrant. Ze stond er in.

    Dat bureau... Buiten mij zou ieder ander flink moeten zoeken waar het stond. Het lag bezaaid met woordenboeken, naslagwerken, kladblokken, veel los papier. Het geheel werd samen gehouden door gemorste koffie en as. Even kwam de gedachte in me op toch maar van de lentedag te gaan genieten, morgen regent het weer. Maar ik ken mezelf. Van uitstel komt afstel? Ik heb het zelf uitgevonden, pas later kwam ik erachter dat het al bestond. Ach. Je zal je jonge jaren maar vergooien met het uitvinden van een draadloze verbinding, dan sta je pas voor lul.

    Dus ik heb doorgezet. Eerst heb ik de planken boven het bureau afgestoft en gehergroepeerd. Op de twee planken recht voor mijn neus staan nu de woordenboeken en de naslagwerken. De bijbel. Het Juiste Woord, onmisbaar voor elke schrijver! De Zangbundel van Joh. de Heer & Zn. Een exemplaar uit de 401e-450e duizend serie. Nieuw Muzikaal Woordenboek, een derde druk uit 1891. Culemborg, Blom & Olivierse. Guitarre, een uit de citer voortgesproten instrument met zes snaren, die van onder op e, a, d, g, b en e gestemd, met de vingers der linkerhand gegrepen en met de rechter getokkeld worden.

    De klus is geklaard. Tijdens het wielrennen heb ik het toetsenbord schoongemaakt. Ik voelde, hangend op een stoel, dat ik op mijn oude dag beter toch wat rustiger aan kan doen. Eerlijk gezegd: het zal niet aan de leeftijd liggen, maar aan het gebrek aan beweging. Het heeft geen zin me voor te nemen meer te gaan bewegen; leer mij mij kennen. Laat ik mezelf er zo nu en dan aan herinneren. Misschien helpt het. Al poetsend zat ik te puffen. Het wielrennen op d’n Bels zou reeds om tien over drie beginnen met een live-verslag van vierde etappe van de Tirreno-Adriatico. Het werd kwart over drie en toen de beelden kwamen waren er nog slechts dertien kilometer te gaan. Een kat in de zak, zou je zeggen, maar daar doe je me juist een groot plezier mee. Maar goed, er kwam nog een nijdige beklimming naar Chieti. Wat ligt dat stadje mooi! Zie hier de San Giovanni Lipioni, hangplek voor ouderen.

    De renners waren ‘s ochtends rond de tijd dat ik opstond vertrokken voor een rit van 240 kilometer. Da’s geen kattepis. Nee, met kattepis doe je me geen lol. Voor de start hebben renners en publiek een minuut stilte gehouden, om de ramp in Japan te gedenken. Toen de troepen zich in beweging zetten, reed Fumiyuki Beppu (RadioShack) op de eerste rij. Hij is de enige Japanner in koers.  Neemt je dat niet in voor de sport?

    Michele Scarponi (Lampre) won de rit, met ploeggenoot Damiano Cunego op de tweede plaats en derde werd Cadel Evans (BMC) in dezelfde tijd. Lars Boom kwam binnen op een 95ste plek, met een achterstand van 17:35. Wat er is gebeurd? Renner én liefhebber weten dat de tweehonderd kilometer een kaap is. Misschien heeft Lars er nog moeite mee. We zullen het vandaag zien, met de rit van Chieti naar Castelraimondo weer over 240 kilometer. Robert Gesink slaagde wel en finishte op de 6e plaats op slechts 12 sec. Daarmee kwam hij op de eerste plaats in het algemeen klassement. Wat is die jongen goed geworden. Cadel Evans staat nu tweede op 0:10, derde is Ivan Basso (Liq) op 0:12.

    Heus, ik heb niets tegen voetbal. André Rieu, iets uit Volendam, een praatshow met Jensen: ik vind het allemaal best. Ieder zijn meug, maar ik zap er zo snel mogelijk langs. Voor mijn part zenden ze íédere avond een voetbalwedstrijd uit. Met een uur gelul ervoor, reclame-gelul-reclame in de rust, en een uur gelul als boter na de vis. Daar heb zelfs ik plezier aan, want ik heb ontdekt dat Pauwnieuws niet op de buis is als Koning Voetbal heerst. Niet dat ik de cowboys ooit zie, maar ik gun ze hun plek niet. Maar is het te veel gevraagd om daarnaast ook eens de zendtijd aan wielrennen uit te besteden die recht doet aan de prestaties van de mannen en vrouwen? In het veld, op de baan, op de weg draaien ontzettend veel rensters en renners in de hoogste regionen mee. Winnen vaak. Het Nederlandse peloton rijdt momenteel beter dan het Belse, maar de aandacht voor wielrennen op Sporza is meer dan omgekeerd evenredig aan het Nederlands geneuzel. Gaat Jantje Smit weer op vakantie? Smullen. Daar maken we een real live avond van voor het hele gezin. Ze doen maar. Het lezen staat me nader.

    Dan dreigde het toch nog mis te gaan. Parijs-Nice is in het zuiden van Frankrijk beland. Het is daar al een aantal dagen Pelleboerenhondenweer. Het regent bijna onophoudelijk. Het tourisme verkeert in zwaar weer. Weer ging Lieuwe Westra op pad, ondanks de inspanningen die hij de afgelopen dagen heeft gedaan. Wat een kracht heeft die jongen, wat een Fries is die jongen. Karsten Kroon is daarna nog lange tijd alleen op pad geweest. Maar in de laatste van de twee plaatselijke ronden werd hij ingelopen.

    Dan een ultieme poging van de Fransman Rémy di Gregorio (Astana). Het zag er naar uit dat hij het peloton nog net zou voor blijven. Hij laveerde tussen voortmaken en voorzichtig zijn. Vlak voor een rotonde gleed zijn achterwiel weg op een spiegelgladde witte zebrastreep. Mijn hart stopte even om mee te kijken, toen hij overeind bleef, door even een voet uit het klikpedaal te halen, sloeg het door op een geheel eigen ritme. Even later ging een ander wel onderuit en gleed onder de voorbumper van een geparkeerd bestelwagen. Le Père Abram & Fils, apk gekeurd. In mijn borstkas galmden wat tempowisselingen. De Gregorio heeft gelukkig wel gewonnen.

    Laat ik in mineur eindigen, zodat je zelf wat van de dag moet maken. Martijn Maaskant (Cervélo) heeft in Parijs-Nice gisteren na een val zeven ribben gebroken. Hij kwam in de linke natte omstandigheden ten val de afdaling van de Côte de Gourdon, waar onder andere ook Lieuwe Westra (VCM) onderuit ging. De laatste gelukkig zonder erg. Maaskant is nu in het ziekenhuis en maakt het redelijk goed, echter zal hij zijn geliefde voorjaarskoersen zoals Parijs-Roubaix niet kunnen rijden dit jaar.

    Er is schade geleden. Maar dat zinkt in het verre niet bij wat er in Japan is gebeurd. Ik heb weer te lang naar de beelden gekeken. Nog steeds kon ik mijn ogen niet geloven. Wat ik zag was echt, dat wist ik maar al te goed. Maar als B-regisseur het ons zou voorschotelen, hoonden we hem weg: hou je Big Macs maar in Amerika. Misschien vreten ze het daar. Het was geen film. Hele volksstammen geloven dat er een Almachtige Regisseur is die dit al bestierd. Aan hen zou ik willen zeggen: wat een rare, zieke joker is dat. En aan de Almachtige zelf: hou je Big Macs maar in de hemel. Of hoe de verschillende stammen die plek, dat verblijf noemen.


    12-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Je weet niet wat die rare Boom doet

    Iedere ochtend begroet ik mijn katten met: môgge. Op sommige dagen, zoals vandaag, voeg ik daaraan toe: voici le petit soleil de la maison - 1.92m. Dat ze toch een beetje het gevoel hebben vrouwen en man van de wereld te zijn.

    Mijn timing is soms ongelooflijk. Het is een gave. Laat ik een voorbeeld geven, waarbij ik moet toegeven dat ik een flinke wind in de rug had: onwetendheid. Vrijdagochtend om negen uur kwam de thuishulp. Voor die tijd had ik ontbeten en de Krant gelezen en eens een keertje geen NOS, CNN of Al Jazeera gekeken: Kadhafi kan de boom in. Toen zij arriveerde maakten we even een praatje en daarna verdween ik naar mijn kantoor boven, waar ook mijn bed staat. Toen mijn blog op orde was, heb ik weer eens op de blog van Ralf gekeken (zie hiernaast, met inmiddels een nieuwe log, maar op dat moment:). Nog steeds geen nieuwe log, luiwammes, de laatste stamt alweer uit januari. Dit maal heb ik een reactie op die laatste log geschreven, een beetje flauwe grap. Om twaalf uur verdween de thuishulp. Toen ben ik toch maar even nylonsnaren gaan kopen, de goedkoopste, voor acht euri. Thuisgekomen zette ik de tv aan voor het laatste nieuws. The rest is history. Overigens, zo mailde Ralf, is de afstand tussen zijn woonplaats en Sendia gelijk aan die tussen De Haag, de stad der steden, en Berlijn. Toch daverde het bij hen vijf minuten behoorlijk en is er wat serviesgoed gesneuveld.

    Mijn thuishulp komt uit Ghana, maar woont al twintig jaar in Nederland. Haar zoon is veertien en hier geboren. Eén keer is hij met haar meegegaan naar Ghana, maar hij had het daar niet naar zijn zin: hij verdroeg de hitte niet. Nu moet je weten: Ghanezen zijn niet echt wit, of roomblank als het een dame betreft. Zoonlief ondervindt daar regelmatig de gevolgen van. Terwijl het joch gotverdegotver geboren en getogen Nederlander is! Van die dingen, ja.

    Dat gitaarspel van mij? Ik doe het beter dan iemand die het niet kan, waarmee alles is gezegd. Wie echt heel goed kan spelen is Alfred Birney, hier links bij de links. Maar schrijven kan hij ook. En hoe. Het is de moeite waard zo nu en dan eens op de link te klikken.

    Mijn eerste gitaar kreeg ik van oom A., de jongste broer van mijn moeder. Het was een vrolijke, maar vooral ook spannende man. Hij voer op de wilde vaart en schilderde blote vrouwen. Wilde vaart: een schip vaart bv. met een lading van Rotterdam naar Singapore. Daar neemt het een lading in voor Hongkong. Daar neemt het een lading in voor, enzovoorts. Soms was hij een jaar, anderhalf jaar van huis. Blote vrouwen? De figuur hier in het midden is een voorbeeld. Ik heb haar live gezien, maar aanraken? Ho maar. Vrouwen?!?

    Die gitaar was een jazzgitaar. Zoals deze, maar dan zonder knoppen, want akoestisch. Het ding was een ramp, maar dat wist ik toen nog niet. De hals was enigszins krom, waardoor de stalen snaren te hoog boven de hals lagen. De eerste tijd had ik sterk het idee dat het gitaarspel niet voor mij was weggelegd. Maar ik zette door; als zelfs Roy Rogers het kon... Na lang en verbeten oefenen wist ik met moeite bij de derde fret een barré te pakken, verderop niet. Met open akkoorden speelde ik na verloop van tijd dat my Bonny over the ocean is en dat soort evergreens. Op de havo veranderde dat radicaal.

    In de vierde waren er vrijblijvende keuzevakken. Vrijblijvend alleen in de zin dat je er geen examen in deed, maar je moest er wél wat voor doen. Gitaar was een van de vakken. Nou, dat wilde ik wel. Bij de eerste les sleepte ik die jazzgitaar mee. Zelden heb ik iemand zo verschrikt zien kijken: de leraar. Wat is dat in godsnaam? De bedoeling van de lessen was, bleek al meteen de eerste les, dat we echt gitaar leerden spelen: noten lezen, tokkelen, klassieke muziek. De leraar gaf dan ook les aan het Haags Conservatorium en hij kwam slechts één uur per week langs. Alfred heeft les gehad van een geniale leerling van de man; soms overtreft de leerling de meester.

    We hadden ons met zijn achten aangemeld en we wilden allemaal beter The Beatles en zo leren spelen. Ik ook. Maar wat hij te bieden had interesseerde me. De andere zeven haakten af. Wil je het echt, vroeg hij. Ja meneer. Dan zul je toch een andere gitaar moeten hebben, ik heb er wel een voor je. De week daarop kocht ik voor vijfendertig piek een oude klassieke gitaar van hem.

    Anekdote. Jaren later, ik zat inmiddels beter in mijn gitaren, dacht ik terug aan oom A. en hoe hij mij op weg had geholpen. Om hetzelfde te doen heb ik de gitaar die ik op de havo kocht aan mijn neefjes, de zoontjes van mijn oudste zus gegeven. Ze hebben er nooit iets mee gedaan. De familie is voornamelijk muzikaal met een cd-speler.

    Anekdote. Tegen het eind van het eerste jaar dat ik les had, was het instrumentale nummer Bourrée van Jethro Tull een bescheiden hitje. Alles dat ik over het muziekstuk wist, was dat het van Bach was. Aan de leraar vroeg ik: er is iets dat ik graag zou leren spelen, mag ik volgende week een bandje meebrengen? Dat mocht. Toen ik het bandje voor hem afspeelde, wist hij het meteen: ah, dat komt uit de Suite in Emin (voor de leek: BWV 996 (BC L166)). Het is voor luit geschreven, maar hij had de gitaarmuziek voor me. Het voornemen is om, als mijn vingers wat soepeler zijn, dat als eerste weer eens onder handen te nemen. De versie van Tull kon hij overigens niet waarderen. Luistert en geniet: een JouwBuisje van de Jethro Tull versie.

    Terwijl ik het bovenstaande schreef, moest ik denken aan het citaat van de filosoof Emil Cioran, dat Joost Zwagerman heeft opgetekend op de laatste bladzijde van het Boekenweekgeschenk 2010, Duel: ‘God heeft heel veel te danken aan Johann Sebastian Bach.’

    Wielerhoekje. Het was een tijdrit over 27 km in Parijs-Nice. Lieuwe Westra (VCD) heeft lange tijd met ruime voorsprong op de nummer drie aan de leiding gestaan. We weten dat de Fries een goed tijdrijder is. Hoe ver zou hij zijn gekomen zonder de zware inspanningen die hij de voorgaande dagen voor de ploeg heeft verricht? Ook Bauke Mollema (Rab) reed een uitstekende rit. Maar uiteindelijk zijn de puntjes op de i gezet - dat is qua beeld zo raar om te tikken, want daar staat al een punt op de i. Het jonge Duitse supertalent Tony Martin werd met overmacht eerste, met 20 sec voorsprong op Bradley Wiggins (Sky) en 29 sec Richie Porte (Sax). De crack Andréas Klöden (RSH) moest al 46 sec toegeven. Lieuwe werd 6de op 0:57 en Bauke 13de op 1:38. Algemeen klassement 1. Tony Martin, 2. Andréas Klöden op 0:36 en 3. Bradley Wiggins. Beste Nederlander is Bauke Mollema met een 10de plaats op 1:57. Vandaag een zware bergetappe van Brignoles naar Biot - Sophia Antipolis over 215.5 km.

    De derde rit in de Tirreno-Adriatico was nog voor de sprinters, en hoe. Als een locomotief loodste wereldkampioen Thor Hushovd (Cervélo) zijn sprinter Tyler Farrar in de laatste 200 meter naar voren. Wat een kracht! Maar toen: als een pijl uit een boog schoot de Argentijn Juan Jose Haedo (Sax) naar voren. Het deed terug verlangen naar Theo Koomen voor het live-verslag. Verpletterend. Uitslag: 2. Tyler Farrar en 3. Daniel Oss (Liq). Algemeen klassement:1. Tyler Farrar, 2. Juan Jose Haedo op 0:05 en dan een rijtje Boerenleenbank: 3. Lars Boom op 0:06, 4. Oscar Gomez Freire op 0:08 en in dezelfde tijd: Tom Leezer, Robert Gesink, Sebastian Langeveld en Bram Tankink. De naam van de nr 9. wil ik je niet onthouden: Ramunas Navardauskas (Cervélo) op 0:15. Hij is van Litouwen. Vandaag moet er redelijk geklommen worden, de sprinters zullen er niet aan te pas komen, denk ik. De rit gaat van Narni naar Chieti over 240 (!) km. Schreef ik dat Robert Gesink deze Tirreno gaat winnen? Ja hè? Maar, maar, je weet niet wat die rare Boom doet.


    11-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Baby, it’s the guitar man

    Aan het loket, station Utrecht. Stel een: ‘Two to the Loo.’ Stel twee: ‘Two to the Loo too.’

    Wat de boer niet kent, eet hij niet, ken je die uitdrukking? Je kan het letterlijk nemen, maar je het ook veralgemeniseren: wat een mens niet kent, moet-ie niet. Om uit te komen bij grofheden als: vreemdelingen oprotten! Er lijkt mij iets dubbelzinnigs in de uitdrukking. En wel dit. Ik denk namelijk dat deze is bedacht door een snobistische stedeling, die de boeren niet echt kende: boeren vormen een ietwat dommige beroepsgroep die zich verre houdt van al wat vreemd is. Een slang die in zijn eigen staart bijt? Zoiets. Want die zogenaamde wereldwijze stedelingen...

    Iets hedendaags, sterker nog: van deze week, in die verziekte sfeer. Het gaat over de Vlaamse partij N-VA, de Nieuw-Vlaamse Alliantie. ‘Mensen doen in hun privésfeer wat ze willen, maar in het parlement moeten we de neutraliteit verzekeren,’ heeft Kamerlid Zuhal Demir, een dame van Turkse afkomst, de excuus-Turk, de spreekbuis van de partij gezegd. ‘Ik ga er immers van uit dat er in ons land een strikte scheiding tussen kerk en staat bestaat. Een hoofddoek in het parlement kan dus niet, maar dat geldt eveneens voor andere hoofddeksels of elke andere religieuze uiting. Ook een keppeltje, een tulband of een kruisteken horen niet thuis in het halfrond.’ Het halfrond is de vergaderzaal.

    Lieve Zuhal. Je gaat niet tot de bodem, hè? Je neukt de komma op uiterlijkheden. In jullie parlement is immers ook de CD&V vertegenwoordigd met 31 zetels, op een totaal van 124. Voor niet-Vlamingen: de afkorting staat voor Christen-Democratisch & Vlaams. Of CD&Vers nu wel of niet een kruisje dragen, ze zullen altijd hun gristelijke overtuiging in het parlement uitdragen. Daar gaat het pas echt mis met de scheiding tussen kerk en staat!

    Ik word er onderhand zo... nee, dat is niet waar. Ik ben er al lange tijd zo moe van, dat niet vreten wat je niet kent. Het gaat maar door en het wordt steeds erger. Nog even en ik ben niet meer moe, maar beleef een totale burn-out. Dan sta ik niet meer voor mezelf in. Laat ik het hebben over Nederland, anders lijkt het alsof ik precies hetzelfde doe: hakken op vreemdelingen, in dit geval Vlamingen. Met het idee dat helaas bij sommige landgenoten leeft, namelijk dat Vlamingen een soort mislukte Hollanders zijn. Niets is minder waar en ik werp dat idee dan ook verre van mij.

    Het kabinet hier te lande, hier ter stede godbetert, wil illegaal verblijf van migranten strafbaar stellen. Ook wil het kabinet het onmogelijk maken dat mensen die zonder verblijfspapieren in dit land worden aangetroffen ooit nog legaal verblijf kunnen verkrijgen, zelfs als er nieuwe relevante feiten zijn die dat wel zouden rechtvaardigen. Lust jij hier brood van? Het gevolg zou kunnen zijn dat zieke en gewonde illegalen geen medische hulp meer zoeken. Dat illegalen hun pasgeborene niet meer zullen aangeven bij de burgerlijke stand. Ach, zul je zeggen, die burgerlijke stand. Let wel: dan besta je helemaal niet, met nog vervelender gevolgen.

    Gerd Leers, de Limburgse lieverd, heeft al eerder mijn blog ontsierd, namelijk 17 januari. De oud-burgemeester van Maastricht, nu Minister van Vreemdelingenzaken. Of, zoals anderen zeggen: van Immigratie en Asiel. Wat een engerd. Hij diende alvorens ingewijd te worden als minister op audiëntie te komen bij de gedoogführer. Dat hij nu minister is, zegt genoeg. Bij alles wat, nota bene uit menselijk oogpunt, ook maar enigszins ten goede aan de vreemdeling zou kunnen komen, zet hij de hakken in het zand. Desnoods tekent hij beroep aan bij de rechter, bij de Raad van State, bij het Europees Hof, bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Waarom? Waarom doet een man, die ooit warm menselijk overkwam, dit soort dingen? Heeft hij een lijk in de kast en weet Wilders daarvan?

    Affijn. Klik hier als je de petitie tegen de snode plannen wilt ondertekenen. Ben je stiekem vóór de strafbaarstelling? Wil je dan nooit, maar dan ook nooit meer op mijn weblog komen! Ik schrijf niet voor creeps.

    Een driedubbele nationaliteit? Het komt voor. Schrijver dezes bijvoorbeeld. Ik ben én van het Oude Dorp én van De Haag, de stad der steden, én virtueel Belg. Drei Seelen wohnen, ach! in meiner Brust!

    Een mens kan toch niet dag in dag uit naast de dagelijkse beslommeringen alleen maar lezen en schrijven. Toch? Het was wel mijn leven. Maar ik heb het gebeterd: ik heb mijn gitaren uit het vet gehaald. Letterlijk, met een sopje en was. Ooit had ik zes, zeven gitaren, waaronder een twaalfsnarige (voor de kenners: een Eko), een elektrische (een Fender Jaguar, ik noemde hem laatst) en een elektrische bas (een imitatie van een imitatie). Daar zijn er slechts twee van over, beiden akoestisch. Een folkgitaar, zoiets, en een klassieke gitaar, zoiets. Belangrijkste verschil is dat de eerste stalen snaren heeft en de tweede nylon. Er is natuurlijk een groot verschil in geluid. Het ligt er ook aan wat je wilt spelen en hoe: met een plectrum of tokkelen. Over een jaar zal ik vertellen wat ik op de een speel en wat op de ander. Help me eraan herinneren.

    Voor beiden moet ik straks, als de vakantiefooi binnen is, een set nieuwe snaren kopen, maar op de folkgitaar kon ik na de schoonmaak meteen gaan oefenen. De klassieke gitaar was een ander paar mouwen. Anekdote. Enkele maanden geleden hoorde ik, terwijl ik in de huiskamer zat te lezen, een vreemde knal. Balzac! riep ik, Kim! Maar er was geen kat in de kamer. Een rondgang leerde me, dat de kam van de klassieke gitaar, daar waar de snaren vastzitten op de klankkast, zich spontaan had losgescheurd. Gisteren: schuurpapiertje, gewone houtlijm, twee forse lijmtangen, mijn handigheid en het ding is weer gerepareerd. Straks zet ik de snaren terug.

    Oefenen op de gitaar doe ik zachtjes, terwijl ik naar de buis zit te staren. Om eelt op de vingers van mijn linkerhand te krijgen en de vingers weer soepel te maken. Daartoe is mijn keuze gevallen op de song Proud Mary, van Creedence en Tante Tina, omdat daar enkele barré-akkoorden in zitten. Met de melodie in mijn hoofd heb ik de akkoorden terug gezocht. Dat lukte, bijna. Ik miste er één. Maar de Heer sprak: er zij Google. Je kan echt alles op het net vinden. En ik vond en onderging een ach, ja, verrek, natuurlijk beleving: de Bm, een barré.

    Zachtjes oefenen terwijl ik naar de buis staar is een gouden vondst, al zeg ik het zelf. Iedere dag kijk ik wel naar het Journaal, Eenvandaag en zulks. En deze tijd van het jaar het wielrennen. Waardoor het dagelijks oefenen een automatisme wordt. Als de handen niet willen, heb ik een vrije dag. Het verslag van de vorderingen zal ik je besparen. Iemand hóren oefenen is al stront vervelend, er over moeten lezen is helemaal een ramp. Maar over een jaar vertel ik dus wat ik inmiddels allemaal speel en op welke gitaar. Als je me eraan helpt herinneren.

    Met de katten spelen? Dagelijkse beslommeringen.

    Wielernieuws? Weinig onder de zon. In Parijs-Nice bracht de koninginnenrit niet het spektakel dat mocht worden verwacht. Klöden sloeg een dubbelslag: ritwinst en meteen leider in het algemeen klassement. Ook in de Tirreno een dubbelslag: Tyler Farrar. Maar met zes bankbedienden op plaats 2 tot en met 7 met slechts één seconde achterstand ziet het er goed uit voor die ploeg. Robert Gesink gaat de ronde dit jaar winnen, leuk hè. Vancansoleil doet het op alle fronten goed.


    10-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Heb ik het eeuwige leven?

    Mis nooit een kans om je waffel te houden.

    Alweer geen lp gedraaid. Wat moet er van mij worden? Mijn excuus: geworstel met de nieuwe prothese en er was volop wielrennen. Die prothese is niet helemaal in orde. Niets bijzonders, kan gebeuren. Hoe en wat voert te ver om op deze plek uit de doeken te doen, maar ik zal je op minimale hoogte houden. Met dit dus als mededeling van vandaag.

    Zo’n weblog, het is leuk hoor, maar het is natuurlijk niet mijn beste schrijfwerk. Want. Ik verzin ‘s ochtends iets, vaak ook wel de avond ervoor, tik het in, ga er een paar keer overheen, haal er wat af, zet er iets bij en dan komt het moment waarop ik denk: het kan wel, dat is best aardig en ik zet het op mijn blog. Oftewel op het world wide web, alwaar het blijft staan tot in de eeuwen der eeuwen. Amen. Vooral omdat ik bijna dagelijks een log schrijf en vastleg, kom ik er niet meer toe een paar weken later het stuk nogmaals door te lezen en de broodnodige verbeteringen aan te brengen. Want dat het nog enige redactie vermag is altijd buiten kijf.

    Jaren later start iemand Google of welke dotcom op dat moment een semi-monopoliepositie in zoekmachines heeft. De persoon, de man of vrouw of het kind dat een werkstuk moet schrijven over vergeten Haagse dichters, tikt in ‘natuurlijk niet mijn beste schrijfwerk’ of nog directer ‘Adriaan Bontebal 2011'. Die persoon komt op deze pagina en moet ongetwijfeld constateren: dat gefröbel van Bontebal rammelt aan alle kanten. Hoe is het in godsnaam ooit in zijn botte hersens opgekomen dat geklungel te publiceren. Val ik alsnog door de mand.

    Eigenlijk, bedenk ik me al schrijvend, is het heel moedig wat ik doe. A Dutch comfort noemen ze dat, daar, ten westen van Scheveningen. Ik kan altijd nog, over een jaar, over twintig jaar, al die schrijfsels van het web halen, mijn hele weblog leeghalen. Ach, ik zie wel. Wie dan leeft, dan zorgt.

    Een terzijde. Blijft zo’n weblog eigenlijk in principe altijd bestaan? Ik blog bij bloggen.be: wat als zij failliet gaan en de boedel niet door een andere verstrekker wordt overgenomen? Of het theoretische geval dat op een gegeven moment cyberspace zo overvoerd raakt, dat nabestaanden een soort grafrechten moeten betalen om je werk in de lucht te houden?

    Op donderdags in deze tijd van het jaar staat de boekenmarkt op het plein dat Plein heet. Mocht je de markt bezoeken, hou je portemonnee in de gaten, want pal voor de ingang van de Tweede Kamer. Gristen-democraten, PVV-ers, Rutger van Castricum, alles loopt er los. Bij het periodieke doorvogelen van de weblog De Haag in foto’s, hier links bij de links, trof ik deze foto. Zie je wel, dacht ik, C. Buddingh’ (Wiki en foto) is niet dood. Overigens wordt De Haag in foto's dagelijks ververst. Voor jullie van elders: mocht je plannen hebben naar de Hofstad te komen, oriënteer je alvast hier.

    Het mag bekend zijn dat ik nogal gecharmeerd ben van Remco Campert, zowel van zijn werk als van de man zelf. Soms citeer ik hem op mijn blog om met jullie te delen. Zie het als een cadeautje, want vergis je niet: ik hou van al mijn lezers. Behalve de sporadische nitwit waarvan ik niet van hou. Aan mijn katten lees ik ook wel voor à la Campert voor en gisteren, onthand door het nieuwe been, bedacht ik me: zou dat niet een tweesnijdend mes kunnen zijn? De uitdrukking is eigenlijk: een tweesnijdend zwaard, maar dat vind ik te grof voor die kleine beesten. ‘Beesten, kom bij de blikopener, of baasje zoals anderen zeggen, en luistert. Ook jij Kim.’ Tussen ons gezegd en geschreven: Kim is niet het grootste licht, maar hij weet dat op aandoenlijke wijze te verbergen. ‘Luistert, beste jongen, meiden ook:

    ‘Laat ik alvast de boodschappen doen, dan hoeft het baasje straks niet meer, sprak de poes, tot niemand in het bijzonder. Ja, laat ik alvast de boodschappen doen, sprak zij nogmaals, want het baasje zei ook altijd alles tweemaal tegen haar. Het kattenluik door en dan rechtsaf, wist ze, zo ging hij ook altijd. Even later liep zij vrolijk fluitend over straat. Niet echt natuurlijk, want een poezenmond is niet op fluiten gebouwd, maar zij liep wel degelijk over straat.

    ‘Op de hoek gekomen bleef zij angstig staan. Wat een auto’s! En Isis-nog-an-toe: daar komt die rare buurman met zijn grote hond. Met een snelheid een jaguar waardig sprintte ze terug naar huis. Hup het kattenluik door en over het fornuis. Oeps, de soep. Met een onstuimig kloppend hart bleef ze even op de keukenvloer zitten en waste zich waardig. Boodschappen? Geen tijd, ik was me.’

    Ach, een publiek van katten. De aandachtsspanne is kort, tenminste, bij die van mij. Hanks en Balzac liepen inmiddels alweer over de schutting, Kim inspecteerde de bakken op brokjes en Kat was in slaap gepletterd. Alleen Wausje en Skitty toonden nog enige interesse. ‘Oké, dames, wat hebben we hier uit geleerd?’ Het bleef stil. ‘Dat als je de boodschappen voor het baasje wil doen, je eerst vraagt wat hij nodig heeft. En het is wel zo handig dat je je de weg naar de winkel laat wijzen, want daar ben je nooit geweest.’ Een klein kwartier later is Skitty met een lijstje richting buurtsuper gegaan. Nu, bijna een etmaal later, maak ik me een beetje zorgen: ze is nog steeds niet terug. En mijn shag is bijna op.

    Wielerhoekje. Wat een dag, de woensdag. Met bijvoorbeeld Thomas De Gendt, die in Parijs-Nice de gele trui heroverde, in een etappe die met glans werd gewonnen door Thomas Voeckler. Veuklèr, zo spreek je zijn naam uit, want hij komt uit de Elzas en Voeckler is een van oorsprong Duitse naam en in het Duits staat de oe gelijk aan de ö. Michel Wuyts, op d’n Bels, spreekt de naam goed uit, maar zijn medecommentator José De Cauwer blijft stug Voeckler met de oe van woef zeggen. Gisteren hoorde ik hem zelfs zeggen: Voeckler maakt er een sjauw van.

    Uitslag van de etappe:1. Thomas Voeckler (Europcar), 2. Rémi Pauriol (Française Des Jeux), 3. Thomas De Gendt (Vacansoleil-DCM) en 4. Rémy di Gregorio (Team Astana), de kopgroep die het peloton nog net 13 sec wist voor te blijven. Algemeen klassement: 1. Thomas De Gendt, 2. Thomas Voeckler op 0:10 en 3. Rémi Pauriol op 0:16. De vier Nederlandse bankemployees én Marc de Maar (Quickstep Cycling Team) staan nu op 0:37. Morgen gaat het peloton van Saint-Symphorien-sur-Coise naar Vernoux-en-Vivarais over 194 km, met vier hellingen van de 3de categorie, één van de 2de en twee van de 1ste. Van de laatste van de 1ste ligt de top op 9 km van de meet. Na een afdaling moet er nog licht geklommen worden.

    En dan de Tirreno-Adriatico. Lars Boom heeft inderdaad Fabian Cancellara verslagen, maar wel met de hele ploeg: het was een ploegentijdrit. Boom vertrekt vandaag in de blauwwitte leiderstrui, met een voorsprong van 0:09 op de mannen van Team Garmin-Cervélo en 0:10 op de mannen van HTC-High Road. De ploeg van Cancellara, Team Leopard-Trek, moest 0:28 toegeven. Vandaag voert de rit van Carrara naar Indicatore over 202 km. Een licht geaccidenteerd terrein, landinwaarts, langs Lucca en Florence.

    Om naar uit te kijken. Nog anderhalve week slapen en we beleven de 102de Milaan-Sanremo. La Primavera. Dat is ook een liedje van Antonio Vivaldi, ik weet het, maar tevens de troetelnaam van deze tocht.


    09-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.In het donker zijn alle spiegels zwart

    En, vrouwen? Hoe was jullie dag?

    Een nieuwe prothese is geen onverdeeld genoegen, dat weet ik uit ervaring. Mijn nieuwe past prima, dat is geen probleem, maar toch. Een millimeter verschil in stand van de voet met de oude prothese scheelt al een slok op een borrel. Het eerste half uur van ons intieme samenzijn gaf me al een keer of drie een tik in de rug. Eigen bult, slordig, gebrek aan concentratie: het been net niet recht genoeg neergezet, waardoor de knie onverwacht, dus onbedoeld, knikte. Tikken die door knalde tot in mijn nek, zodat ik een uur later al aan de paracetamol zat. Het is wat, hè? Tjonge, nou. Wat zo’n man moet meemaken.

    Via de mail: ‘Als ik me niet vergis ging je vandaag je been inlopen, het was er mooi weer voor, dat wel.’ En: ‘Krijg je dan ook onder je kousje opnieuw blaren? Eelt? Pijn?’ En: ‘Wie biedt ondersteuning bij deze nieuwe ondersteuning?’

    Mooi weer was het zeker, maar ik ben nog op mijn oude vertrouwde prothese boodschappen gaan doen. Nadat ik mijn nieuwe onderdaan had aangeschroefd heb ik voornamelijk in huis heen en weer gelopen. Slechts even buiten geweest om de wisteria en de budlea te snoeien: dat soort klusjes bedenk ik altijd als het niet echt uitkomt. Vooralsnog gaat alles zonder ondersteuning: voor noodgevallen heb ik een wandelstok. Kousje, blaren, eelt? Niets van dit alles. De stomp gaat rechtstreeks in de kale koker. Mijn ding heet full contact prothese, wat me meer een naam lijkt voor een Thaise massagesalon. Geen kousje dus. En over blaren en eelt kan ik kort zijn: steken die hun lelijke kop op, moet ik terug naar de werkplaats. Zulks hoort niet voor te komen.

    Het lijkt in tegenspraak, maar ondanks dat de prothese enkele malen onbedoeld knikte, heb ik het gevoel dat de knie wat strak staat afgesteld. Als ik wat meer aan het ding gewend ben, zal ik eens met enige regelmaat in het hofje heen en weer gaan stappen om het knie buigen onder de knie te krijgen. Mocht-ie dan echt te strak blijken afgesteld, is het voor de instrumentmaker vijf minuten werk om het te verhelpen.

    Voorlopig ben ik vanochtend met een behoorlijke spierpijn opgestaan. En ik heb al stevig gevloekt. Laat ik het summier proberen uit te leggen. Het aantrekken. Ik draai een zwachtel rond de stomp, haal het uiteinde van die zwachtel door een gat in de wand van de koker, en trek zo, terwijl de zwachtel wordt afgedraaid, de stomp in de koker. In het gat gaat een ventiel. De prothese blijft vervolgens vastzitten door onderdruk. De reden van mijn godslasteringen: het ventiel trekt valse lucht. Deed-ie gisteren niet. Ik zal het straks proberen met een oud ventiel. Weet je, buurvrouw: het is zo’n gedoe.

    Inmiddels is het weer hier omgeslagen. Het regent en het waait. Da’s jammer. Gisteren stonden mijn krokussen, enkele tientallen, uitbundig geopend van de zon te genieten. Nu zijn ze zo gesloten als ik in de vroege ochtend. In wezen is het weer als Jan Nagel: zoals de wind waait, waait zijn jasje.

    Hoe werkt een spiegel? Een spiegel werkt niet. Volkomen passief weerkaatst-ie de lichtstralen die erop vallen. Hoe ziet een mens ‘s nachts, in het donker? Infrarood wil nog weleens helpen. Het nut van een nachtspiegel ontgaat me echter volkomen. Je kan er wel in staren met een nachtkijker, maar er is geen licht, het ding weerkaatst niets.

    Op het oude dorp zat op de Damlaan een kaasboer met de naam Keukenmeester - weet je nog, Theo, Abilard? Soms zei ik schraalhans tegen hem. Die snapte hij niet.

    Lp van de dag? Het is er gisteren niet van gekomen. Een mens moet ook geen gewoontedier worden, in elk geval zo min mogelijk.

    Wielerhoekje. Soms moet ik hartgrondig instemmen met de woorden van Jaap Fischer/Joop Visser, die ooit zong: de Volkskrant is een kutkrant. Zo ook hedenmorgen. Want. Wel een berichtje over de schorsing van Pellizotti, maar Parijs-Nice? In kleine letters weggedrukt in een klein hoekje met uitslagen en ook alleen de uitslagen. Maar ja, ik wil ‘s ochtends een krant. En in andere berichtgeving zijn ze over het algemeen wel goed.

    Parijs-Nice dus. De etappe voerde van Cosne Cours sur Loire naar Nuits Saint Georges in Bourgondië. Wat een prachtige naam: Nachten van Sint Joris. Jammer genoeg kan ik nergens vinden hoe de vlek aan zijn naam is gekomen. Wel: Nuits Saint Georges is uiteraard bekend vanwege zijn wijnen, wie is dat niet in Bourgondië, maar vooral ook door zijn marmer. Zo zie je: ik volg niet sec het wielrennen, ik probeer ook iets op te steken van de streken waardoor de karavaan trekt.

    Liefhebbers van autosport mogen graag een fijne crash zien, of is dat mijn vooroordeel? Liefhebbers van wielrennen haten het. Ik krulde dan ook mijn tenen, alle vijf, toen Peter Sagan (Liquigas) in tweede positie, achter zijn gangmaker, door de laatste bocht kwam en kolossaal onderuit ging: de tube van zijn achterwiel was losgeraakt. Zelf kwam hij met de schrik en sacherijn vrij, maar het liep minder goed af voor de Belgen Nikolas Maes (Quickstep) en Jurgen Roelandts (Omega Pharma-Lotto). Zij vlogen er in volle vaart overheen. Beiden zijn afgevoerd naar het ziekenhuis van Dijon. Gelukkig bleken zij er vanaf zijn gekomen zonder breuken, maar Maes heeft flinke kneuzingen aan de heup en Roelandts diverse schaafwonden en zijn schouder moest worden gehecht. Hopelijk zijn zij vandaag weer kunnen opstappen.

    Het was dus een massasprint, die werd gewonnen door de Australiër Matthew Goss (HTC-High Road), tweede werd zijn landgenoot (en ex-Duitser) Heinrich Haussler (Team Garmin-Cervélo) en derde de Rus Denis Galimzyanov (Katusha). Allen in dezelfde tijd, wat voor de eerste 120 renners gold. Door de bonificaties aan de meet is Thomas van Gendt zijn gele trui kwijt. Algemeen klassement nu: 1. Matthew Goss, 2. Thomas De Gendt op 0:02 en 3. Heinrich Haussler op 0:06.

    De vier eerste Nederlanders is het algemeen klassement zijn werknemer van de Boerenleenbank en staan allen nu op 0:16: 71. Bauke Mollema, 73. Maarten Tjallingii, 99. Laurens Ten Dam en 108. Pieter Weening. De strijd is nog volkomen open (open deur). Vandaag gaan de renners van Crêches-sur-Saône naar Belleville over 191 km.

    En, niet te vergeten: vandaag start ook de Tirreno-Adriatico, een etappekoers die, zoals de naam al zegt, voert van de Tirreense naar de Adriatische Zee. Om 17.15h bij d'n Bels. Het begint allemaal met een tijdrit over 16.4 km in Marina di Carrara, ook al bekend om zijn marmer: Michelangelo heeft zijn David uit het marmer van Marina di Carrara gehouwen - wat een klein pikkie heeft-ie, hè? Met renners als Lars Boom, Rick Flens, Robert Gesink, Sebastian Langeveld, Tom Leezer en Bram Tankink moet de Boerenleenbank wel wat mooie dingen kunnen laten zien. De grote vraag is: zal Lars Boom vandaag Fabian Cancellara verslaan, net als in de proloog van de Ronde van Qatar? Goh, als ik dat zou mogen meemaken.


    08-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De dollemeiden

    In het stukje Toch niet weer over sport, hè? in de bundel Tot Zoens (1986) schrijft Remco Campert: ‘Geheide onderwerpen voor stukjes schrijvers die even niet weten waar ze het over moeten hebben terwijl de deadline dreigend bliksemend aan de hemel staat zijn “de poes” en “stoppen met roken”. Een ander thema, altijd wel goed voor een bespiegeling is “de taal” - het signaleren van nieuwe clichés of het lanceren van betweterigheden over het gebruik van grammatica’s voorschriften.’

    Niet dat ik nu zonder ideeën achter de machine, het kreng, zit, maar laat ik het weer eens hebben over mijn katten. De meteorologische lente is begonnen en ziet, voorwaar een wonder: het weer werkt mee. Toegegeven, het is nog wat frisjes, buurvrouw, maar uit de wind in de zon is het aangenaam toeven. Van mijn zes katten is Skitty veruit het meest dame. Of je het van een kat kan zeggen, betwijfel ik, maar toch: ze is gedistingeerd. Een prachtige cyper met een waas van lapjes over haar dikke vacht. Maar ze krijgt af en toe de kolder in haar kop. Al twee maal ik heb de afgelopen dagen meegemaakt dat ze als een dollevrouw door het hofje snelt. Soms even stoppend om zich op haar rug te draaien en met de benen te zwaaien. Of ze klimt met records brekende snelheid de draaiwilg in.

    Dan een paar nachten terug. De geluiden zijn ‘s nachts niet tot me doorgedrongen, maar toen ik 's morgens in de huiskamer kwam lag de hele vloer bezaaid. Alle papieren die de avond daarvoor nog op tafel lagen, zwierven rond. Van twee veilingkisten (Veiling Veur) heb ik een alleraardigst boekenkastje gemaakt met vier planken. Daarop de verzameling van drie Engelstalige thrillerschrijfsters: Patricia Cornwell, Mary Higgins Clark en Elizabeth George. De kisten lagen om, de boeken waren tot drie meter weggesprongen. Wat er precies is gebeurd, weet ik niet, maar vaststaat dat er een, twee of drie als dollemeiden door de kamer zijn gegaan. Laat het maar snel warmer worden. Dat ze te loom zijn om tot dit soort baldadigheid te komen.

    De Nederlandse Energie Maatschappij laat dagelijks veel tv-spotjes uitzenden. Dat kost klauwen met geld. Dat willen ze wel terug verdienen!

    De lp van de dag zal nog in veel huiskamers staan. Hoewel? Er zijn echt veel mensen die al hun lp’s hebben ingeruild voor cd’s. Zonde hè? Maar hier op mijn schoot ligt de originele persing van Led Zeppelin IV (1971), van, hoe bestaat het: Led Zeppelin. Gitarist van de band is Jimmy Page, die zijn carrière begon bij de Yardbirds en die tevens dit album heeft geproduceerd. Het bekendste nummer van de lp is Stairway to Heaven. Wonderlijk: hoewel het nooit op single is uitgebracht eindigt het ieder jaar hoog op de Top2000. Meestal vierde of vijfde, één maal derde (2000). Het is ook een prachtig lied, maar bijna alle songs op het album zijn de moeite waard. Wat te denken van Battle of Evermore, waarop Robert Plant een duet zingt met Sandy Denny, ooit zangeres van Fairport Convention. Black Dog, Rock and Roll, When the Levee breaks: het is gewoon in het totaal een wereld-lp.

    Laat ik dan ook eens een stommiteit bekennen. De song Stairway to Heaven had me meteen te pakken. Het lukte vrij vlot de gitaarakkoorden erbij te vinden. Tja, en toen de tekst, het is nogal een lap. Wat ik heb gedaan is steeds een stukje draaien om vervolgens de tekst op te schrijven. Daar ging aardig wat tijd in zitten, maar op een gegeven moment had ik hem. Toen ik de lp weer terug in de hoes deed ontdekte ik pas dat de gehele tekst op de binnenhoes staat; ik had de lp eruit gehaald met de andere kant boven.

    Heartbeat. Praktisch nooit kijk ik in de Gids naar het programma-aanbod van de commerciëlen: die hebben mij toch niets te bieden. Als ze al eens een echt goede film uitzenden, de krenten in de pap, de naalden in de hooiberg, mijd ik die vanwege de grote advertentieblokken die je om de twintig minuten door de strot geduwd krijgt. Stomtoevallig viel mijn oog dan gisteren toch op het programma van SBS en wie schetst mijn verbazing: ook zij zenden ‘s middags Heartbeat uit. Ruim voor het wielrennen; uit nieuwsgierigheid heb ik gisteren gekeken. Ook in de middag krijg je forse reclameblokken, dus het is twijfelachtig of ik het doorzet.

    Heartbeat heeft 18(!) seizoenen gedraaid op de Britse tv, van 1992 tot en met 2010. In het eerste jaar trok de serie 14,5 miljoen kijkers! Daar kunnen boeren op de versiertoer nog een punt aan zuigen. Wat SBS uitzendt, dat wil zeggen: wat ik gisteren heb gezien, is een van de eerste seizoenen. Daarin is een hoofdrol weggelegd voor onder andere Nick Berry, die ook de titelsong voor zijn rekening nam. Wat ik zo aardig vind van de meer recente reeks die d’n Bels uitzendt, zijn de flarden sixties muziek die steeds opklinken. Daar is bij SBS nog geen sprake van.

    Wielerhoekje. Gisteren werd bekend dat 23 ploegen de Giro d’Italia zullen rijden, waaronder Vancansoleil. Dat zijn 207 renners en vele, vele volgwagens. En dat op de soms zeer smalle Italiaanse wegen. Dan gisteren in Parijs-Nice. De renners reden over vrij brede wegen naar Amilly, in de buurt van Auxerre. Op een gegeven moment klapte er zonder duidelijk reden wat renners tegen grond. Ruimte zat, daar lag het niet aan. Vervolgens zijn er in de tien kilometer die volgden nog zo’n vijf, zes, zeven keer een aantal renners onderuit gegaan. Gelukkig zonder erg, zoals d’n Belsen zeggen. Maar dat is niet helemaal waar: op 30 kilometer voor de meet is Kevin de Weert van Quickstep nijdig onderuit gegaan: ‘Het was een vreselijke val. We reden heel snel toen een renner voor me plots viel en ik hem niet meer kon ontwijken. Ik schoof zowat 50 meter over de grond op mijn rechterzijde, maar ik wilde de rit absoluut uitrijden.’ Het is nog maar de vraag of hij vandaag van start is gegaan. Romain Sicard van Euskaltel-Euskadi in elk geval niet, ook na een val.

    Het dagklassement, de snelle mannen, allen in dezelfde tijd:
    1. Gregory Henderson van Team Sky
    2. Matthew Goss van HTC-High Road
    3. Denis Galimzyanov van Katusha
    4. Heinrich Haussler van Team Garmin-Cervélo
    5. Peter Sagan van Liquigas-Cannondale
    6. Romain Feillu van Vacansoleil-DCM
    7. Jurgen Roelandts van Omega Pharma-Lotto

    Romain Feillu viel na het passeren van de finish om, tegen de afrastering. Het was niet duidelijk waarom dat gebeurde, het was in elk geval een vreemd gezicht.

    Het algemeen klassement:
    1. Thomas De Gendt van Vacansoleil-DCM
    2. Gregory Henderson van Team Sky op 0:04
    3. Jérémy Roy van Française Des Jeux op 0:07
    Acht van de tien Nederlanders staan momenteel op 14 seconden.


    07-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Op één been kan men niet lopen

    Hij staat in een hoek. Wie? Mijn nieuwe been. Wat is-ie mooi. Wanneer ik er mee ga lopen? Morgen denk ik. Een nieuwe prothese inlopen is een vervelende klus. Ineens voel ik me dan gehandicapt. Joh, gek, dat ben je toch, zul je zeggen. Wist je dat dan niet? Ja, maar over het algemeen voel ik het niet zo. Als eenbenige door het leven gaan is mijn leven. Na vijfendertig jaar ben ik daar wel aan gewend. Affijn, maak zelf het plaatje af.

    En dan wijs ik je op de serie Heartbeat en dan kan je het voorlopig vergeten: we zijn aan het wielrennen. Maar, zo tussen neus en lippen: een Heartbeat-aardigheidje voor het handvol lezers dat hier in de directe omgeving woont. Zij die het kleine zaakje met de grote prijzen op de Brouwersgracht kennen, je weet wel, waar ooit de oude Vreeswijk achter de toonbank stond. Al sinds enige tijd is de zaak in handen van een Turkse jongen. Of is hij Marokkaan? We spreken altijd Nederlands met elkaar en ik heb hem nooit naar zijn thuisland gevraagd, ik weet het dus niet. In de afleveringen van Heartbeat die momenteel worden uitgezonden, als er niet wordt gefietst, is een van de figuren PC Joe Mason. Gespeeld door Joseph McFadden. Kijk; is het niet de spitting image van die winkelier?

    Hoe erg het hier is, buurvrouw? Laat ik er eens de cijfers van 2008 bij pakken. Waar ik het over heb? Sorry, vergeet ik helemaal te zeggen: de samenstelling van de bevolking van de Schilderswijk, verdeeld naar achtergrond. Hou je vast. De grootste groep vormen de Turken: 26,2% van de bevolking, 8.600 in het totaal. Dan de Marokkanen: 22,5%, 7.380. Vervolgens komen de Surinamers: 20,4%, 6.690 en dan pas komen wij: Nederlanders, 9,4%, 3.083. De Antilliaanse gemeenschap in de Schilderswijk is niet zo groot: 3,7%, 1.213. Ter vergelijking: in de hele gemeente Den Haag was in 2008 53,8% van de bevolking autochtoon en 46,2% allochtoon.

    Zelf behoor ik tot de groep autochtonen. Maar dat is, zoals met zo vele Nederlanders, tamelijk discutabel. Een aantal jaren heb ik genealogische naspeuringen gedaan. Tussen wat ik aan voorouders heb gevonden zitten Belgen, Fransen, Duitsers en Polen. Vooral de kant van mijn moeder (achternaam: Litzouw) is dubieus. Aan de kant van mijn vader komen de meeste voorouders uit het Westland en de Bollenstreek. Maar ook daar zitten Duitsers en Belgen tussen.

    Los van die voorouders: wat is nou ‘ons’ land? Ik heb geen land. Er is geen vierkante meter die ik kadastraal de mijne kan noemen. Maar er is meer in mijn beleving. De hele aarde is van ons. Grenzen zijn verzonnen lijnen. Dan was er weer zo’n hertog, of erger, en die ronselde een zooitje huurlingen om een naburige hertog, of erger, te bevechten. Winnen of verliezen: na zo’n confrontatie werden de grenzen, de lijnen verlegd. Wat we nu Nederland noemen is het resultaat van gerommel van vorsten in het verleden. Het is niet zo dat we allemaal hetzelfde zijn. Er is qua taal en cultuur nogal een verschil tussen Hollanders (bewoners van Noord- en Zuid-Holland) en Friezen en Limbo’s, om maar eens wat te noemen.

    Dus kom bij mij alsjeblieft niet aan met: hullie moeten oprotten. Dit schrijf ik allemaal om te komen tot

    De lp van de dag. Disturbing Domestic Peace (1980) van The Ex. Klik hier voor een JouwBuis van het eerste nummer van die lp: The Sky is Blue Again. Opgenomen in Paradiso. Punk? Wat jij wilt. Voor mij is het meer. Dada, jazz, gooi maar op. Wat heeft dat nou met de Schilderswijk te maken? Dit is de hoes van die debuut-lp. Wat mij bijstaat is, dat deze foto is gemaakt bij de ontruiming van een pand in de Jacob Catstraat, hier net om de hoek. Enkele maanden voordat we de Blauwe Aanslag kraakten. Als altijd: corrigeer me als ik ernaast zit. Klik hier voor een Wiki, die redelijk recht doet aan de band.

    Disturbing Domestic Peace had ik al een tijd niet gedraaid en ik tuinde er weer in: mijn draaitafel stond op 33 toeren. Terwijl er toch duidelijk op de hoes staat: don’t play more than 45 revs per minute. En ook: betaal niet meer dan fl 10,- En ook: recorded october 10, 11, 12 1980 at ‘Joke’s koeienverhuurbedrijf’. Dat is de opnamestudio van Dolf Planteijdt. Je kent misschien zijn broer Wouter Planteijdt van Sjako! Het Fort van Sjako was dan weer een boekhandel in de buurt van het Waterlooplein.

    Gisteren The Yardbirds, vandaag The Ex. Je denkt misschien: er zit geen lijn in en dan heb je gelijk. De enige overeenkomst zal zijn, dat ik het beide heel goed vind. Zoals ik van katten hou en koolmeesjes, van de boeken van Elias Canetti en die van Levi Weemoedt, van Joan Miró en Rembrandt, van draaiwilgen en een elzenbroek, van spaghetti en zuurkoolstamp, van treinreizen en een stuk fietsen, van koeienkont en kipfilet.

    Wielerhoekje. Ligt het aan het ontbreken van de oortjes? In elk geval wist Thomas De Gendt van Vacansoleil-DCM in de eerste etappe van Parijs-Nice het jagende peloton nipt voor te blijven, evenals Jérémy Roy van Française Des Jeux, die tweede werd. Heinrich Haussler van Team Garmin-Cervélo was de snelste van de snelle mannen en werd derde. In de Gids zag ik dat Eurosport vanmiddag drie kwartier eerder begint dan d’n Bels.


    04-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vogels in de tuin

    Domme fouten, je kan ze aan mij overlaten. Dat er volgende maand een nieuwe bundel van broer Theo uit zou komen, is niet waar. Het is deze maand, eind deze maand, ik zat nog met mijn hoofd in februari, vandaar. Ik zal je op de hoogte houden. En Theo staat nog altijd hier links bij de links.

    Voor wie later heeft ingeschakeld op deze blog: mijn katten. Vandaag met name over de jongste drie van de zes: mijn kat die Kat heet en haar dochters Hanks en Balzac. Kat heeft één nest gekregen en dat waren maar twee kittens. Kat was nog heel jong, misschien dat het er daarom maar twee waren. Kat wilde en wil zich niet laten aanhalen. Als ik een hand uitsteek, neemt zij het rit. Haar dochters hebben dat met de tiet ingegoten gekregen. Dat is heel jammer, maar ze blijven wel belangstellend zitten als ik een verhaal tegen ze afsteek: daar doe ik het dan maar mee.

    Heus, dat is niet omdat ik Kat ooit een hoek heb gegeven. Ik sla geen dieren, lees maar door.

    Balzac is een geval apart. Ze kon haar eerste weken niet lopen. Het was tearjerking om te zien: als een zwemster ging zij door de kamer. Plat op haar buik roeide ze wat met haar poten om vooruit te komen. Als ik sterker (?) was geweest, had ik haar de nek omgedraaid, maar ik kon het niet. Watje? Ik heb het uitgevonden. Maar ziet, de hemel zij geprezen: langzaam heeft ze zich opgericht. Ze heeft nog steeds de naweeën. Springt zus Hanks op het aanrecht om bij het keukenraam, het kattenluik, te komen, Balzac klimt omhoog langs het fornuis. Niettemin klimt ze ook met het grootste gemak in de draaiwilg om op de schutting te komen.

    Soms, als ik onderuit gezakt op de bank lig te lezen, komt Balzac naast en op me liggen. Als ik geen bruuske bewegingen maak, mag ik haar aaien. Dan de laatste tijd. Lig ik op mijn bed of zit ik achter de pc, die net als mijn bed op de slaapkamer staat, waar moest ik dat bed anders laten, als ik op mijn slaapkamer ben en ik hoor een kat naar boven komen, weet ik: dat is Wausje; voor niet-ingewijden: de oermoeder van de andere vijf. Komt er een trippeltrappel achteraan, weet ik de laatste tijd: dat is Balzac. En het is steeds Balzac.

    Aaien, krabbelen, kroelen? Wausje lust er wel pap van. Dat doe ik dan ook, ik ken mijn plaats en functie. Sinds kort vertoont Balzac jaloerse neigingen. Ben ik Wausje aan het bewerken, gaat ze dringen. Ze duwt Wausje weg en dringt zich naar mijn hand. Dan aai, krabbel en kroel ik Balzac een half uur. Wat een leven hè. Schatten zijn het, alle zes. Een kanttekening. Nu leef ik al jaren met katten samen en ik ben 24/7 met die beesten bezig. Tenzij ik slaap of boodschappen doe. Enkele kattenkantjes ken ik onderhand wel. Maar ik zal ze nooit echt begrijpen. Is dat het wezenlijke verschil tussen hond en kat? Denk het wel.

    Er was een mail van mijn goede vriend de Jonkheer, Lester voor in- en extimi. Ook hij hoort tot de gelukkigen die mijn onderstrepingen, de plekken waar je iets kan aanklikken, wel door krijgen. Hij was blij verrast toen hij in de log van woensdag 2/3 op Griselda van Ommen klikte. Benieuwd naar met wie Bontebal het nou weer had gedaan. Tot zijn verbazing verscheen daar Ena Sharples, een personage uit de oer-soap Coronation Street. Hij vroeg zich af hoe ik daar op kwam. Nou, dat zit zo.

    Veel van de grapjes of grappig bedoelde opmerkingen op mijn logs heb ik niet tevoren verzonnen. Ze floepen er al schrijvende uit. Dat ik zelf ook denk: waar haal je dat nou weer vandaan? Ena Sharples als Griselda van Ommen floepte er ook zo maar uit, maar in dit geval weet ik waar het vandaan komt. Lees. Met enige regelmaat kijk ik ‘s middags op d’n Bels naar de soap Heartbeat. Niet dat ik niets anders te doen heb: aan dit soort series heb ik mijn hart verpand. Dit is tv waarvan ik hou. Vergelijk, bijvoorbeeld, Ballykissangel. Heartbeat speelt in de jaren zestig.

    De naam van de serie is mooi gevonden. Het is, fictief, gesitueerd ergens in het hart van Engeland en een beat is een gebied waarbinnen een politieman werkt (appointed courses of a sentenial or policeman): de plot draait steeds rond de plaatselijke koddebeiers. De dorp heet Ashfordly: klinkt dat authentiek of niet? Gelegen in een prachtig, glooiend landschap. Twee regelmatig terugkerende figuren zijn een tante en haar neef: Peggy Armstrong en David Stockwell. De typering sjacheraars dekt de lading, ze rommelen maar wat aan. Vooral zijn zij stropers. In een aflevering die ik onlangs zag was aunt Peggy in de weer met een net. Daarmee zouden nog betere resultaten bij het stropen worden behaald. Neef David: 'Dat is zoiets als Ena Sharples altijd op haar hoofd heeft.' Vandaar. Het is vaak zo simpel.

    Vraagje tussendoor: ken je Heartbeat? En? Vind je ervan?

    Wat ik ook mooi vind aan de serie is de muziek, de score. Steevast fragmenten uit de jaren zestig - zeg nooit zestiger jaren, dat is een germanisme. Vaak veer ik op. Hé, The Yardbirds! Of: wauw, The Cream. Jethro Tull. Shadows. De titelsong, Heartbeat, is oorspronkelijk van Buddy Holly, maar voor de serie wordt de versie van Nick Berry gebruikt. Laat ik meteen doorgaan met:

    De lp van de dag. Geknipt en geplakt van Wikipedia: The Yardbirds was een Britse rockband uit de jaren zestig. De band is vooral bekend omdat drie van de beroemdste gitaristen, Eric Clapton, Jeff Beck en Jimmy Page, hun carrière bij the Yardbirds begonnen. De band had gedurende de jaren zestig vele hits, waaronder I'm a Man en For Your Love.

    Goed. Nu verder. Het probleem met dit soort bands is, dat er in de loop der tijd veel verzamel-lp’s zijn uitgebracht. Van de Yardbirds heb ik er drie. Een uit de serie: Face and Place getiteld Jeff Beck and the Yardbirds. De tweede: Remember... The Yardbirds. Dit zijn overduidelijk verzamelingen. Maar dan zit ik in mijn maag met Our Own Sound, de derde die ik heb. Hier, kijk maar (op de hoesfoto: tweede van links is Jeff Beck). Ziet dat er origineel uit of niet? Als jaar van uitgave wordt vermeld 1983. Ja ja. Dat kan wel zo zijn, maar het is een re-release. De uitgave die ik heb is een eerste druk uit 1966. Precies dezelfde hoes! Maar dan nog. Het is een compilatie. Wel met de mooiste songs die ze op de plaat hebben gezet. Overigens uitgebracht op het Franse label Riviera. Distribution: Compagnie Européenne du Disque. Voor de goede Beobachter: Er staat Les Yardbirds op de hoes.

    Een aantal van hun bekendste songs is geschreven door Graham Gouldman. Ik noem: Heart Full of Soul, Evil Hearted You en For Your Love. Gouldman zijn we later weer tegengekomen in 10CC.

    Voor de freaks. Op Our Own Sound staat ook I’m a Man. Niet te verwarren met het nummer van de Spencer Davis Group, later gecoverd door Chicago. Nee, dit is een cover van een song uit 1955. Op de Yardbirds-lp staat bij de credits: D. Pomus en M. Shuman. Dat is niet waar! Denk nou niet: Bontebal is weer eens eigenwijs. Van sommige dingen weet je gewoon dat je ze weet, en met enig googelen haalde ik mijn gelijk. Het is van Bo Diddley. Mij verkoop je geen knollen voor citroenen, tenminste, niet altijd.

    Ergens in de huiskamer staat zelfs een lp van U2. Oe Zwei zeggen we thuis. Ik was vergeten dat ik hem had. Maar ja, dat lange termijngeheugen van me. Dat is als een, een eh, shit, de vorige keer kon ik ook niet op het woord komen. Zo’n ding met gaatjes, waarin je groenten laat uitlekken. Voor Benedenmoerdijkers: zoiets dat je deze dagen op je hoofd zet als je de deur uitgaat.


    03-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Twee mobiele ogen die keken de kraker aan

    High tech Nederland heeft gestemd: met het potlood en de onderbuik. Oké, pluspuntje: de afbraak van het CDA zet zich voort. De coalitie, inclusief de gedeugstoners, krijgt geen meerderheid in de Eerste Kamer. Maar over het algemeen rest mij slechts triestheid. Volk, jullie doen maar, ik trek mij terug in mijn hoek. Met volk bedoel ik natuurlijk niet jullie, mijn lezers. Jullie hebben niet of verantwoord gestemd, leer mij mijn lezers kennen. Mijn terugtrekhoek is onder andere deze blog: blijf van harte welkom, blijf je reacties sturen en vertel me welke lp je gisteren hebt gedraaid.

    Vooruit, om de gristelijke medemens die per ongeluk op deze blog verdwaald raakt ter wille te zijn:

        1. In the beginning God created the Heaven and the Earth.
        2. And darkness was upon the face of the deep; this was
            due to a malfunction at Lots Road Power Station.
        3. And God said, Let there be light; and there was light,
            but Eastern Electricity Board said He would have to
            wait until Thursday to be connected.
        4. And God saw the light and it was good; He saw the
            quarterly bill and is was not good.

    Kortom: The Bible, the Old Testament, according to Spike Milligan (1993). Bij de bespreking van Bonzo Dog Band in het kader van de lp van de dag (26 feb) liet ik zijn naam vallen. En ziet: iemand pakt het op en bestelt dit boekje voor me. Een hilarisch boekje, dat kon je wel aan Spike overlaten. Ongetwijfeld later meer.

    De stembus bleek dan toch nog verder dan ik dacht: verpleegtehuis De Schildershoek. Echt op een hoek van de Schilderswijk, tegen het spoor. Nee, daar wil ik straks niet wonen, te ver uit mijn huidige buurt. De oudjes waren bezig met de bingo. Mijn god, dacht ik, is dit mijn voorland? Zit ik over tien, vijftien, twintig jaar ook kwijlend tussen andere oude zemelaars, gebogen over een blaadje met getallen? De kleine zuster: 'Meneer Bontebal, het is zeventien, die heeft u, dan moet u het wel aankruisen, meneer Bontebal.' Hoor je haar stem? En dat ik geen zondige gedachten meer heb bij het zien van de kleine zuster. Over mijn lijk en pas dan. Ach, ik heb één geruststelling: old poets never die, they just fade away.
     
    Ik had snel willen leven en jong sterven. Maar ja, dat been. Met een prothese gaat het allemaal niet zo snel. En jong? Daar ben ik veertig jaar te laat voor. Laat mij dan maar negentig worden. Dat ik de teloorgang van de PVV nog mag meemaken.

    Maar ik ben dus gaan stemmen, vertel het alsjeblieft niet verder. Samen met mijn tuinvrouw, maar ik heb haar niet verteld waarop ik heb gestemd. Dat weet alleen broer Theo, die overigens, klik hier links bij de links, weer heel actief is op zijn weblog. Heeft hij dan al die tijd niets geschreven? Jawel, maar voornamelijk op zijn Hyves en daar moet je lid van zijn. Volgende maand komt zijn nieuwe bundel uit.

    Later. In de buurtsuper. Frituurvet, halal kattenbrokken, zware shag. De caissière, Turkse achtergrond, hoofddoek. Ik: ‘Heb je al gestemd?’ Zij: ‘Nog niet, ik ga straks na mijn werk.’ Ik: ’Denk erom. Je stemt géén PVV! Anders kom ik hier nooit meer.’ Soms kan ik heel intimiderend zijn. Ze zou er rekening mee houden.

    De lp van de dag zijn er twee, dan hebben we dat maar gehad. Rubberen Robbie. Leidse ongein met een bak bier erbij. Dan wil ik het eerst even over taal hebben. Hier in de buurt, de verzamelnaam is Haaglanden, wordt op een betrekkelijk klein gebied totaal verschillend Nederlands gesproken. Met nog geen half uur fietsen sta ik middenin Scheveningen. Als een oude ras-Scheveninger plat gaat praten, versta ik er geen reet van. Verder in de buurt: het polderplat (Zoeterwou, Hazerswou) , het platte Haags, Delfts, dat heel sterk lijkt op Rotterdams (moet je Jimmy horen) en dan het Leids. Op het oude dorp spraken we van Leidse glibberaars: Leienaars hebben een typische r. Die klinkt alsof de Amerikanen na het Ontzet iets te lang zijn blijven plakken. Ik kan het redelijk nadoen. Als je me tegenkomt, moet je me maar eens vragen of ik ‘Joh, krijg de roodkoperen pleuris, kejje poetse’ wil zeggen.

    Mijn ome Karel was een pure Leienaar. Jaren terug, op een verjaardag van Pa, vertelde hij over zijn zoon Hans: ‘Als-ie zestien wordt, krijgt-ie van mij een snelbrommer.’ We lagen in een deuk.

    Twee lp’s heb ik van dat stel gestoorden. De eerste lp heet Rubberen Robbie, de tweede Rubberen Robbie 2. Landelijk zijn ze, dacht ik, alleen bekend geworden met hun versie van Stars on 45: De Nederlandse Sterre die strale overal. Klik hier voor een JouwBuisje.

    Wat zij vooral deden was een eigen tekst op bekende nummers maken. Om mij moverende redenen is Aatje mijn favoriet: op de muziek van Angie van de Stones. ‘Met geen stuiver in je zak, maakte jij toch alles plat’. Andere voorbeelden. De Ambulance, op melodie van De Postkoets (De Diligence) van de Selvera’s. Als je het origineel kent, moet je net zo oud of ouder zijn dan ik. Steuntrekker: Daytripper van The Beatles. Parlando: ‘Hé, heb jij nog iets van die Beatles gehoord? Die zitten natuurlijk ook allemaal in de steun.’ Met een stuk in me reet (Met de vlam in de pijp, Henk Wijngaard). Onder me klomp (Under my thumb, de Stones). Twee mobiele ogen die keken de kraker aan (Twee reebruine ogen, ook Selvera’s). Wat ik zei: ongein met een bak bier erbij. We draaiden het regelmatig in onze kraakkroeg, het Brullend Breekijzer, met een beugel Grolsch in de hand - de roepnaam was BB.

    Wielerhoekje. Het wielrennen is op de Nederlandse tv geen ondergeschoven kindje, het is erger. We moeten telkens uitwijken naar d’n Bels, maar ook daar valt iets te klagen. Ook zij besteden nauwelijks aandacht aan het vrouwenwielrennen. Maar vooral de Nederlandse tv neem ik het kwalijk: ‘onze’ vrouwen doen het zo goed! Als het meezit, worden ze vermeld in een bijzin in het Sportjournaal. Er is er een, een renster, die leuk en goed kan schrijven en dat ook doet: Marijn de Vries. Ze is naast wielrenster journalist. Een geval apart: ze is pas later, op ‘hoge’ leeftijd, gaan wedstrijdfietsen; ze rijdt ruim twee jaar en is nu 32. Wil je iets van haar lezen? Klik hier voor haar verslag van Omloop Het Nieuwsblad, voorheen Het Volk.


    02-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.When I’m six feet four

    Wat een weertje hè. Dat wil zeggen: hier aan de kust, ik heb geen idee hoe het elders in het land is. Een tikkie fris, maar volop zon. Weet je dat er al bladeren komen aan de draaiwilg voor de deur. In mijn tuintje bloeien nog steeds de sneeuwklokjes en veel krokussen: voornamelijk paars, maar ook paarsgeel en zelfs wit. Het is een dag om op pad te gaan. Naar de stembus; de bus het dichtst bij mijn huis staat in een verpleegtehuis. Eens kijken hoe de sfeer daar is. Natuurlijk wil ik tot mijn laatste adem in mijn huisje blijven wonen, maar als het echt niet meer gaat, wil ik wel graag in de buurt blijven.

    Direct om de hoek zit er ook een tehuis. De bewoners zijn oud-muzikanten en dat soort lui. Lieden die in het verleden te vaak en te diep in het glaasje hebben gekeken, om van andere middelen maar te zwijgen. De meesten zijn wandelende wrakken. Regelmatig tref ik een van de bewoners bij de buurtsuper, alwaar blikken bier worden ingeslagen. Die zijn extra, die komen op het rantsoen. Want elke bewoner kan dagelijks zijn bier in het tehuis verkrijgen, ik dacht tien blikken per dag. Een goede regeling, als je het mij vraagt. Enige tijd geleden was er sprake van dat het tehuis zou worden opgedoekt. Dan zouden veel van hen op straat komen te staan. Weer: velen waren hiervoor dakloos. Een voortvarende buurvrouw is toen een handtekeningenactie begonnen. Er gebeurde waar ik op had gehoopt: bijna massaal hebben de buurtbewoners vóór het behoud van het tehuis getekend. Kijk, zo ga je met je medemens om. Niet zeiken van: dat heb je jezelf aangedaan. Het is gebeurd, daar valt niets meer aan te veranderen.

    Op deze verkiezingsdag nog even iets over de PVV en wel het zootje in Zuid-Holland, mijn thuisland. Niet over hoofddoekjes, maar over het Groene Hart. Ooit is het Groene Hart beschermd verklaard. Dat stond de aanleg van de hoge snelheidslijn er dwars doorheen niet in de weg. De PVV wil doorpakken: zij vinden dat er een snelweg moet komen tussen Rotterdam en Amsterdam - geen rotter dam dan Amsterdam, geintje (maar wel gemeend.) Er loopt al een snelweg, de A4.

    Ben ik meteen beland bij een van mijn bezwaren tegen ons politiek systeem, de parlementaire democratie. Een grote makke daarvan is dat politici, nadat zij verkozen zijn, gewoon kunnen doen waar ze zin in hebben. Wij, het volk, hebben niet de mogelijkheid zo’n figuur terug te fluiten: ja zeg, je hebt zus en zo beleefd en nou... De enige mogelijkheid die we hebben is vier jaar later niet meer op de persoon te stemmen. Maar in de tussentijd is het leed al geschied. Toch ga ik vandaag. Een stem uitbrengen tegen het kabinet in het algemeen en de PVV in het bijzonder. Doe dat ook, je hebt tot negen uur de tijd.

    Dat het beroerd is gesteld met het onderwijs in ons land mag bekend zijn. Maar hoe beroerd het is? Bij de scholierenverkiezingen heeft ruim een op de vijf op de PVV gestemd. Schorsen en strafregels laten schrijven. Zij ze nou helemaal van de pot gerukt.

    Dat je pad wordt gekruist door een zwarte kat, zeg maar, dat je hier door het hofje loopt en Balzac gaat vlak voor je voeten van het kattenluik naar de tuin om een grote bah te doen en dat je dit ongeluk zou brengen? Kom nou toch!

    De lp van de dag. Even, voor de goede orde. Het is voor mezelf een lolletje waar ik zelf veel plezier aan beleef: de lp van de dag. Weet je, je bent op een feestje wel een figuur tegengekomen die verzuchtte: wat ik heb meegemaakt, daar zou ik een boek over kunnen schrijven. Neen! Ik misschien wel, ik heb het schrijven enigszins in mijn reumatische vingers. Edoch. Wat jij hebt meegemaakt, dat kan ik zelf verzinnen op een achternamiddag. Waar wil ik naar toe? Al die lp’s van de dag kan ik verzinnen, maar voor mezelf hecht ik eraan om over lp’s te schrijven die ook werkelijk in mijn huiskamer staan en die ik ook echt gedraaid heb voordat ik ga schrijven. Verder verzin ik alles bij elkaar. Let wel: dat van mijn fiets was ook echt waar. Dat ik het gedaan zou hebben met Griselda van Ommen komt helemaal uit mijn duim.

    Gisteren schreef ik over mijn broer Niek en zijn lp’s, Cuby en Creedence. Ik had zelf ook een verzameling: The Kinks. Alle singles en enkele lp's had ik. Die ben ik helaas bij een inbraak kwijtgeraakt. Mijn hele singles collectie en een deel van mijn lp's, dood en dood zonde. Vooral omdat ik ook over die singles hele verhalen zou kunnen vertellen. The Kinks dus. Ze hadden een geheel eigen sound. Denk bijvoorbeeld terug aan Dedicated follower of fashion (1966), Sunny Afternoon (ook 1966), Waterloo Sunset (1967) en natuurlijk Lola (1970): ‘Well I’m not dumb, but I cannot understand why she walked like a woman and talked like a man.’ Een gladde meezinger over een travestiet en dat anno 1970! Hun beste nummer, naar mijn smaak? All of the day and all of the night.

    Begin jaren tachtig volgde ik een hbo-opleiding: cultureel werk. Parttime. Ik schreef dan wel dat ik na de hogere landbouwschool de brui aan het onderwijs had gegeven, maar dat is dus niet helemaal waar. De vier jaar cultureel werk heb ik netjes afgemaakt en ergens onder in een la ligt het papiertje, het diploma. Beroepsmatig heb ik er verder niets mee gedaan. Een klasgenoot bleek ook grote fan van The Kinks. Ze speelden in de Doelen in Rotterdam en we zijn er samen naar toe gegaan. That was different cook. De band was uitgegroeid tot een metalband. Dave Davies speelde een snijdende gitaar, ik ging uit mijn dak. Een dag later heb ik de dubbele live-lp gekocht: One for the Road (1980). Hardway, Low Budget (luistert en huivert op JouwBuis), Till the End of the Day, You really got me. Je mag me ervoor wakker maken.

    Wielerhoekje. Zojuist viel de Gids van volgende week in de bus. Leve d’n Bels! Vanaf zondag zenden zij dagelijks live de etappe van Parijs-Nice uit, vanaf woensdag komt daar de Tirreno-Adriatico bij. Het seizoen gaat waarlijk beginnen.


    01-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hé, lange lijs op je herenfiets

    Die handjes van mij. Nou ja, handjes? Ze zijn redelijk in overeenstemming met mijn lengte: 1.92. Misschien is het inmiddels 1.91, ik word wat ouder. Die handjes dus. Die willen niet meer alles dat ik wil. Reuma. Niets bijzonders, dat hebben veel mensen. Met alle makke die ik heb, kan dat er nog wel bij. Laat ik een voorbeeld geven van wat ze niet meer willen. Een of ander licht, in zijn jeugd het slimste jongetje van de klas, heeft een tijd geleden bedacht een tuitje met een draaidop op melkpakken te zetten. Het nut ontgaat me volkomen. Die kan ik niet open draaien. De eerste draai, daarna gaat het wel. Dat is geen kwestie van pijn, die heb ik na alles wat ik achter de rug heb wel leren verbijten, mijn pijngrens ligt hoog, maar ik heb de kracht er domweg niet voor. Ik draai een pak melk open met mijn tanden.

    Die handjes willen niet meer wat ik wil, maar ik heb wel mijn fiets gemaakt! Met hulp van de Imal, Ik maak alles los, van mijn tuinvrouw en wat olie en een staalborstel van buurman F. Daarmee heb ik iets geleerd: een mens is nooit te oud om te leren. Dat je een race- of sportfiets onderhoudt lijkt me logisch. Dat doet iedereen. Maar je fietsfiets, de fiets die je gebruikt voor het dagelijks gebruik, moet je ook onderhouden. Ik zal het vanaf nu braaf doen. En zoals buurman J. zei toen hij langsliep terwijl ik bezig was: we (wij uitkeringsrukkers) hebben verder toch niets te doen. J. brengt halve dagen door in het kroegje aan de gracht. Ik beaamde het: we hebben verder toch niets te doen. En dat tik ik, terwijl de handen momenteel echt niet willen. Zoals mijn oude moeder in haar preAlzheimer dagen zei: je moet iets hebben dat je pest.

    Even een seksueel getinte alinea tussendoor. Sla het maar over als het jouw kop koffie niet is. Die handen. Hoe oud was ik eigenlijk toen ik voor het eerst met mijn rechterhand mijn deel tot een eindschot beroerde? Ik weet het niet, het staat me niet meer bij. Twaalf? Dertien? Weet jij het nog van jezelf? Indien niet in het bezit van een deel: dat wat jullie doen?

    Inmiddels heb ik begrepen, zie de reacties, dat sommigen wel de onderstrepingen zien op doorklik plekken, anderen niet. Daarom ga ik terug naar de oude manier.

    Tegen mijn kat die Kat heet zeg ik soms: Hé, hallo (de h niet uitspreken) cher chat. Ça va? Dat ze zich toch een beetje vrouw van de wereld voelt.

    Benedenmoerdijkers, met name Vlamingen, zeggen Adriaan met de a van ach tegen me. Da’s logisch: twee medeklinkers na de A geven de a van ach. Maar het blijft telkenmale vreemd om te horen.

    Stemmen? Ik heb even het verkiezingsdebat gezien. Heel even, ik trok het verder niet. Emiel Roemer werd aangekondigd als man met de goede oneliners. Hij gaf er meteen een ten beste. Pak nu het woordenboek en zoek op het woord demagoog. Daarmee is Emiel beter getypeerd.

    De lp van de dag. Laatst was vriend B. hier. Hij komt zo eens per week langs en dat stel ik zeer op prijs. We kwamen te praten over lp’s. Joh, ik weet de laatste tijd nergens anders over te lullen. De eerste pick-up bij hullie thuis in Leiden, zo’n ding waarvan de speaker in de deksel zat, ik kan zo gauw geen plaatje vinden, leeftijdgenoten hebben meteen een beeld, hun eerste pick-up stond in de huiskamer. Zijn eerste lp was er een van Cuby and the Blizzards. Dat kon zijn moeder wel waarderen, alleen die zang... Zijn tweede was er een van Zappa. Leiden moest nogmaals ontzet worden.

    Wij, het gezin Van Rijn (Wat? Wist je niet dat ik niet echt Bontebal heet? En? Teleurstelling?), kwamen begin jaren zeventig in de Raphaëlstraat op het oude dorp te wonen. In de Rode Pannenbuurt. Google Earth even: St. Raphaelstraat, Leidschendam. Het buurtje dat begrensd wordt door de Willibrordus-, Paulus-, Jozef- en dus de Raphaëlstraat. Een huisje net tweemaal zo groot als het huisje dat ik nu heb en we kwamen er met zijn elven te wonen.

    Het was een soort van thuiskomen, wat een beetje raar klinkt in verband met je woonhuis. In de Paulusstraat woonde oma, Pa’s moeder, in de Willibrordus tante Rie, Pa’s oudste zus, wat achterneven en -nicht in de Jozefstraat, op het Willibrordusplein mijn boezemvriend die mijn zwager is geworden. Vlak daarnaast een vent, goede goser, die ook mijn zwager is geworden, zij het bij een andere zus. In de ogen van de andere dorpelingen was het een soort achterbuurt, maar man, vrouw ook, wat was het warm.

    Ik deelde een slaapkamer met mijn broers Niek en Gerard. Een tweeling, tienenhalve maand jonger dan ik. We hadden een in elkaar geflanste installatie op de kamer en draaiden elkaars platen. Zodoende heb ik nooit iets van Cuby gekocht, die kocht Niek. En de lp van de dag?

    Een dubbel verzamel van Creedence Clearwater Revival. Pas later tweedehands gekocht, want in het verleden was het ook Niek die ze had. Momenteel staan ze beneden weer op. Een goede loopoefening: een kant duurt hooguit twintig minuten. John Foggerty was in zijn eentje Creedence. Hij schreef alle nummers, speelde solo-gitaar en vooral: hij zong ze. Buurvrouw, meid, je hoort het nu weer: lekker hè? Meer info? JouwBuis? Doe het zelf maar even.

    En zo is er niets aan te klikken binnen deze log. Terwijl ik zo’n goede modus vivendi heb gevonden.

    Wielerhoekje. In de nabije toekomst: van 6 tot en met 13 maart Parijs-Nice, van 9 tot en met 15 maart de Tirreno en 19 maart, mijn jaarlijks hoogtepunt: Milaan-San Remo.


    28-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.One and one and one is three

    Niemand vertelt me ook iets. Kijk, het is een doordachte overweging geweest om geen plaatjes op mijn blog te zetten, louter tekst. Maar ik zoek steeds allerhande weetjes en plaatjes voor de lezer. Die zet ik niet in de tekst, maar maak ze aanklikbaar: ik onderstreep de plekken waar je kunt doorklikken. Nu pas heeft iemand mij verteld dat dit niet werkt. Jullie zien de strepen niet. Je merkt het pas als je met de cursor over de tekst schuift. Als ík naar mijn weblog ga verschijnen de strepen wel. Verdikkeme nogantoe. Waarom heeft niemand iets gezegd? Van je lezers moet je het hebben. Met ingang van deze log zal ik steeds een (muisklik) plaatsen. Nee, de (muisklik) in de vorige zin levert niets op: het was een voorbeeld.

    Ook een mogelijkheid: ik ga qua klikken op dezelfde voet door. Dat is misschien wel zo spannend. Wat vind jij?

    Wat is Remco Campert vaak toch heerlijk herkenbaar: hij durft te zeggen wat ik denk. In het stukje Cultuur van de bundel Eetlezen (1987) lees ik: ‘Laatst heb ik weer een heerlijk avondje televisie zitten kijken. Het is en blijft een prachtige uitvinding. Ik trof het wel bijzonder, want, welk kanaal ik ook aanfloepte, nergens werd iets vertoond dat ook maar enige kwaliteit had. En daar knap een mens van op.’

    Toch heb ik gisteren toevallig enkele aardige programma’s gezien. Ten eerste was daar ‘s middags het live-verslag van Kuurne-Brussel-Kuurne. Aan het eind van deze log daarover meer. Nou ja, meer? ‘s Avonds een aflevering uit de serie over de reis naar het Avondland van Jan Leyens. De hele serie heb ik al op d’n Bels gezien, maar ik krijg er geen genoeg van. Beduidend beter gemaakt en gemonteerd dan de serie van Jaap Scholten over Oost-Europa. Direct daarna de laatste aflevering van het genealogie-programma. De voorfamilie van Maarten van Rossum werd uitgeplozen.

    Aan het begin van de avond een prettig gesprek in Kunststof TV onder leiding van Joost Karhof. Gasten: de violiste Liza Ferschtman, beeldend kunstenaar Jeroen Henneman en dichteres Hagar Peeters. Ferschtman vertelde over en speelde van haar laatste cd, waarop Beethovens vioolconcert en zijn twee vioolromances. Hagar Peeters had voor het programma de vuistdikke biografie van Vasalis gelezen. Eén minpuntje: het is dat Hagar in een bijzin de naam van Maaike Meijer liet vallen, anders hadden we niet geweten wie deze mooie biografie heeft geschreven. Jeroen Henneman vertelde over de tentoonstelling Picasso in Parijs (muisklik) die momenteel in het Van Gogh museum is te zien.

    Hagar Peeters droeg het gedicht Tijd van Vasalis voor. Lees het! Ik heb gezocht, dan hoef jij dat niet meer te doen. (Muisklik) voor een aantal gedichten van Vasalis. Tijd komt uit Parken en Woestijnen (1940, haar debuut). Te vinden op de aangeklikte pagina: halverwege de rechterkolom.

    Het programma begon met een filmpje van JouwBuis. Jeroen Henneman had aan de redactie te kennen gegeven dit zo graag nogmaals te willen zien. Waanzinnig! Je moet (muisklik) even klikken. Zet het geluid op 11. Voor wie niet kijken en/of luisteren kan: een meneer, een naam wordt niet vermeld, jongleert met drie ballen op de muziek, het ritme van de Beatles. Merk op: hij komt aarzelend op gang, maar als de gang er eenmaal in zit... Waanzinnig! De muziek is een medley van de lp Abbey Road.

    De lp van de dag. Dus gelijk maar door met Abbey Road. De oude Bontebal worstelt al jaren met een probleem: ik kan Ringo Star als drummer niet serieus nemen. Dat komt door de Beatles-cartoons die ik in het grijze verleden op tv zag. Hier is een voorbeeld (muisklik). Ringo werd steeds geportretteerd als het lulletje en dat is blijven hangen. Maar als je bijvoorbeeld naar Abbey Road luistert, hoor je dat die man het meer dan prima kan. Het enigszins omfloerste geluid van zijn toms! Als je hem hoort drummen in die medley die de jongleur gebruikt, zijn de twijfels meteen weg. Dit is echt Ringo en geen studio-muzikant.

    Op het wereldwijde web vond ik: ‘Per aflevering werden 2 verhalen van ca. 10 minuten uitgezonden en elk van die verhalen had de titel van een Beatles-song. Zo werden er 3 x 26 liedjes vertaald in een korte tekenfilm. De stemmen werden door Paul Frees (John en George) en Lance Percival (Paul en Ringo) gemaakt. Uitgezonden door de AVRO van 21 mei 1966 tot 1967.’ Ik moet ze allemaal hebben gezien.

    Nee, ik zal me niet vermoeien met te bedenken wat ik de beste Beatles lp vind, maar Abbey Road is wel een van de besten. Mooie songs, songs die in elkaar overlopen, een song, You never give me your money, dat eigenlijk uit drie verschillende songs bestaat, enzovoorts, enzoverder.

    Tot mijn schaamte moet ik erkennen dat ik ook ooit over het beroemde zebrapad ben gelopen, ergens ten noordwesten van Regent’s Park in Camden Town. Wat dan weer voor me spreekt is dat ik in mijn eentje was, niet met z’n vieren. Aan deze kant (muisklik), zeg maar waar jij zit, was de halte van de bus waar ik ben uitgestapt. Als bijkomend excuus kan ik aanvoeren dat ik toch in de buurt moest zijn: bij de Saatchi Gallery in Boundery Road. Waar een kunstenaar in een geweldige hal een hoop zooi op de grond had uitgespreid; ik kon er geen chocola van maken.

    Nog even Jaap Scholten. Hij schreef eind januari een stuk in het NRC, waarin hij ervoor pleitte dat de aristocratie hier te lande weer het goede voorbeeld gaat geven. Boris de Munnick reageerde: ‘Wat wil Jaap Scholten nu precies? Dat we teruggaan naar de tijd van vóór de Eerste Wereldoorlog? Toen dames in sleephoed en wagenwieljurk zich in hun koetsjes van landhuis naar landhuis lieten vervoeren terwijl hun heren (ten minste jonkheer) de lakens uitdeelden? Dat deze oud-geld-elite voor een ethisch reveil zou moeten en kunnen zorgen? Terwijl zij tegelijk de nieuw-geld-elite kan afhouden van handelen met voorkennis, belastingontduiking, oplichterij en zaken doen met verkeerde mensen? Want daar bezondigden mensen uit het rode (adel) en blauwe (patriciaat) boekje zich uiteraard nóóit aan. En de 98 procent van de mensheid die niet 'rood' of 'blauw' was, kon natuurlijk alleen maar eeuwenlang profiteren van alles wat de upper class aan goedheid te bieden had ...’ Daar heb ik niets aan toe te voegen.

    Het wordt hier in huis een stratenmakersdecolleté genoemd (muisklik). Lekker hè.

    Ze zijn zo link als een looien deur, politici. De lui van Groen Slinks vormen geen uitzondering. Jolanda Sap (Socialistische Arbeiders Partij) en de haren hebben het behoorlijk verknald bij de pacifistische aanhang door vóór een missie naar Verweggistan te stemmen. Om de meubelen te redden gooit Ineke van Gent ineens, zo vlak voor de stembus, het koningshuis in de strijd. Te laat. In verband met Wilders overweeg ik dit keer maar weer eens te gaan stemmen. Maar ik heb geen idee op wat. Geen Groen Slinks in elk geval. Dan maar de populisten van de SP? De zwabberaars van de PvdA? Jan 'zoals de wind waait, waait mijn jasje' Nagel, want ik ben tenslotte 50plus? Geen idee. Als ik ga stemmen, zal ik achteraf niet vertellen waarop ik heb gestemd: ik zal mijn keus niet kunnen verdedigen.

    Wielerhoekje. Kuurne-Brussel-Kuurne was enerverender dan Omloop Het Nieuwblad. Het verslag staat in de krant. Omdat er te weinig aandacht aan de vrouwen wordt gegeven, hier de eerste elf van hun Omloop Het Nieuwsblad. Merk op: zeven Nederlandsen bij die eerste elf! Zo veel goede Nederlandse vrouwen, zo weinig aandacht. VVV-Exelsior, voetbal, is blijkbaar interessanter.

      1. Emma Johansson, Team Hitec Products Uck
      2. Andrea Bosman, W.V. Eemland, zt.
      3. Chantal Blaak, AA Drink-Leontien.nl, zt.
      4. Loes Gunnewijk, Nederland Bloeit, zt.
      5. Elisa Longo Borghini, Top Girls Fassa Bortolo Ghezzi, op 0:04
      6. Annemiek Van Vleuten, Nederland Bloeit, op1:39
      7. Janneke Kanis, Nederland Bloeit, zt.
      8. Tiffany Cromwell, Lotto Honda Team, zt.
      9. Grace Verbeke, Topsport Vlaanderen-Ridley 2012, zt.
      10. Martine Bras, Dolmans Landscaping Team, zt.
      11. Lucinda Brand, AA Drink-Leontien.nl, op 2:13


    27-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Arcadia non olet

    Vandaag deed ik het nog: na het beesten voederen en koffiezetten eerst even langs Al Jazeera en Teletekst om nieuws te slurpen: ik ben nieuwsjunk. Voornaamste vraag: hoe is de toestand in Lybië? Is die bokkenlul al aan de hoogste palm gehangen? Nee. Hij zit nog steeds op zijn pauwentroon, of was dat meubelstuk van een andere dictator? De internationale druk neemt toe, het zal een kwestie van uren, hooguit dagen zijn. Dat ik hier weinig tot niks over schrijf heeft als reden dat ik niets toe te voegen heb.

    De lp van de dag. Gisteren twijfelde ik even, want ik wilde enkele komische lp’s na elkaar behandelen en wist niet goed waar te beginnen. Maar nu? Weer even serieus. Gisteravond heb ik al en voorschotje genomen op een regenachtige zondag. Arcadische muziek. Ik zal enkele regels van een song van de lp overtikken. Dan moet je de rest van de pagina even afdekken en proberen te raden over wie en wat ik het heb.

        Greenbaum’s Dairy, that’s our name
        Norman, Vicki, Jethro and Sarah Jane
        Oh me, oh my
        Such al long way from Spirit in the Sky

    Herkend? Geraden? Precies: een lp van Norman Greenbaum, die in 1969/70 een wereldwijde hit scoorde met het nummer Spirit in the Sky. Een One Hit Wonder, zoals dat genoemd wordt.

        I’m taking my royalties
        And puttin them into this goat dairy
        I am what I am, a singing milkman am I

    Onder ons: het is een ontzettend lekker nummer, Spirit in the Sky, met dat fuzzy gitaarrifje. Greenbaum daarover: ‘I played a Fender Telecaster (deze is van Andy Summers - A.B.) through a Fender tube amp. A friend custom built the fuzz box, just a small something or other, into the body of the guitar with a switch. I didn't slit the speakers. I fingerpicked and used lots of reverb. There really wasn't much else done in the mix.’ Maar de titel dekt de lading. Greenbaum, orthodox Joods opgevoed, zingt over zijn relatie met de heer. Niet echt mijn kop koffie.

    Anyway. Van de sloten geld die zijn hit hebben opgeleverd, kocht Greenbaum een boerderijtje in Petaluma, in Californië boven San Fransisco. Het is meteen de titel van deze lp (1972) van de dag. Kabbelende, akoestische songs over het buitenleven. Heerlijk om te horen. Met bij een aantal songs Ry Cooder op de slide guitar en mandoline. Geen ‘loof de heer’, gelukkig niet. Zie hier een plaatje van de hoes van Petaluma. En zo ziet Greenbaum er tegenwoordig uit. Zal ik ook weer eens een snor laten staan? Nee nee, ik ga niet op een boerderij wonen. Ten eerste heb ik het geld niet, mijn wereldwijde bestseller moet ik nog schrijven, ten tweede kan je met een beenprothese nauwelijks door de polder struinen en ten derde heb ik het uitstekend naar mijn zin in mijn huisje met de katten in het centrum van De Haag, de stad der steden.

    Zoals sommigen weten wilde ik ooit de landbouw in. Daartoe bezocht ik na de Havo de Hogere Landbouwschool in Dordrecht. Een eend in een stinkende vijver. Ik had in die tijd, begin jaren zeventig, al behoorlijk lang haar en dat zagen de mede-leerlingen en het lerarencorps totaal niet zitten. En dat lieten ze me dagelijks weten. Nog een wonder dat ik het eerste jaar heb afgemaakt. Toen ben ik pleite gegaan: een carrière kon ik gevoeglijk op mijn buik schrijven. Je had toch iets anders kunnen gaan doen, zul je zeggen. Joh, ik had er geen zin meer in.

    De landbouwschool kende een studentenvereniging. Ik weet de naam nog: Persephone. Met een bestuur met dezelfde titulatuur als die rare Delftse studenten van gisteren (Abbeyroad): praeses, abactis, fiscus-assessor en vice-abactis. Ook niet mijn kop koffie. Vóór mij korte tijd op die school waren alle leerlingen steeds lid van die vereniging geweest. Daar kwam in mijn jaar de klad in. Gedrieën verdomden we het. Drie Hagenaars, zoals de mede-leerlingen zeiden. Hagenaars? De naam is Hagenezen. Bovendien: er kwam er één uit de stad, één uit Scheveningen en ik woonde nog op het oude dorp. Generalisaties zijn van alle tijden.

    Er is een overstelpend aanbod aan klusprogramma’s, allemaal op de commerciëlen. Klussen in huis en tuin en ook op het ziekbed. Is Nederland er handiger van geworden, zo vraag ik u af, buurvrouw. Het maakt mij verder niet uit. Men zendt maar uit, ik kijk toch niet. Toch schrok ik toen ik in de Gids zag dat kleine kinderen al worden klaargestoomd voor die Praxis praktijken: Bob de Bouwer. Is hier sprake van indoctrinatie?

    Wielerhoekje. Tot onze schrik (Michel Wuyts, José Decauwer en ik) bleek Laurens ten Dam een baard te hebben gekweekt. Decauwer: ‘Ze hebben nochtans een regering in dat land.’ Die moest ik even laten zakken. Toen viel het muntje: enkele BB’s, Bekende Belgen, laten hun baard staan tot er eindelijk een nieuwe regering is. De VTM bereidt momenteel in samenwerking met Talpa een tv-show voor: So you think you’re ZZ Top.

    Hier en daar, De Haag en Vlaanderen, was het hondenweer. Waar de uitdrukking vandaan komt, weet ik niet. Als ik een hond zou hebben, schopte ik hem met dit weer de straat op: schijten, kreng! Voor de wielerkijker gaf het een extra cachet aan de Omloop. In de tweede helft van de koers lagen de meeste hellingen. Dit jaar moesten we node de Muur van Geeraardsbergen missen. Pourquoi waarom dan wel? Jaarlijks wordt aldaar in de maand februari het einde van de winter gevierd met Krakelingen en Tonnekensbrand, een eeuwenoud dubbelfeest. Kunnen ze dat niet in hun eigen tijd doen?

    Langzaam verbrokkelde het peloton. De Bankmedewerkers reden een uitstekende koers en dat betaalde: op 53 km voor de meet, bij de beklimming van de Eikenberg, reed Sebastiaan Langeveld weg. Hij demarreerde niet, hij ging gewoon iets harder fietsen. Na verloop van tijd wist alleen Juan Antonio Flecha Langeveld in te halen. Vanaf dat moment leunde ik ontspannen achterover: Langeveld heeft een beter eindschot. Uiteindelijk won hij de koers met ruim tien centimeter voorsprong.

    Het is dit jaar al de tiende overwinning voor de Boerenleenbank. Te weten: Michael Matthews won de derde rit in de Tour Down Under, Oscar Freire op 23 en 24 feb een etappe in de Ruta del Sol, Lars Boom de proloog van de Ronde van Qatar, in de Ronde van Oman won Theo Bos tweemaal de sprint, Robert Gesink won de koninginnerit én de tijdrit én het eindklassement en dan nu Sebastiaan Langeveld. Straks Kuurne - Brussel - Kuurne. Theo Bos die Cavendish in de sprint verslaat, Robert Gesink die nu ook een goede tijdrit in de benen heeft: wat mooi! Dat belooft. Of had ik dat al geschreven?


    26-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dúirt mé leat go raibh mé breoite

    Gezien bij de Keuringsdienst van Waarde, Nederland3. Boter. Waarvan er zoveel verschillende pakjes in het schap liggen. Onder de meest fancy namen: roomboter, grasboter. Boter in gouden verpakking, zilveren, papieren. Variërend in prijs van onder een euro tot meer dan drie. Het maakt allemaal geen ene reet uit. Boter is boter. Dus wil je boter in plaats van margarine: koop de goedkoopste, dat is dezelfde als de duurste. Vaak komen beiden uit dezelfde fabriek en wordt het onderscheid pas gemaakt bij het verpakken.

    In de Krant las ik dat er een groeiend verzet is in de Flevopolder om aldaar akkergrond terug te geven aan de natuur. Dat moest ik nogmaals lezen: Flevopolderland terug geven aan de natuur. Ik krabde me op het hoofd. Hoe zat het ook alweer? De Zuiderzee, een grote binnenzee, werd afgedamd met de Afsluitdijk en werd IJsselmeer. Van dat meer werden grote stukken ingepolderd, eerste de Noordoostpolder, daarna de Flevopolders. Het nieuw gewonnen land werd landbouwgrond. Terug aan de natuur geven betekent terug naar de toestand vóór de landbouw, dus de dijken openzetten. Maar het is de bedoeling van de landbouwgrond ‘natuur’ te maken, wat dat ook wezen mag. Dat ‘terug’ slaat dus nergens op.

    Het ‘dijk’ in Afsluitdijk slaat ook nergens op. Een dijk beschermt het land tegen het water. Het is de Afsluitdam.

    De lp van de dag was even een probleem: met welke van de lp’s die ik de komende dagen wil behandelen zal ik beginnen? De keus is gevallen op I’m the Urban Spaceman (1969) van de Bonzo Dog Band. Hoort en ziet hier het titelnummer. De bio- en discografie van de Bonzo Dog Band is nogal rommelig. Zoals. Oorspronkelijk heetten ze de Bonzo Dog Doo Dah Band. En ook: de originele titel van genoemde lp is Tadpoles, wat kikkervisjes in het Nederlands is. Het genre is, om er een etiket op te plakken: comedy rock, ook wel psychedelic pop, ook wel avant-garde.

    Ze vallen in de traditie van wat wij noemen de typisch Britse humor. Voor mij begint die bij Spike Milligan. Komiek tot in de dood. Op zijn graf prijken de woorden: ‘Dúirt mé leat go raibh mé breoite’ (dat is Iers voor: ik zei toch dat ik ziek was). Het enige dat ik helaas van Millegan heb is een klein bundeltje met dienstverhalen: Gunner Milligan, 954024, voor het eerst gepubliceerd in 1995.

    Van de Bonzo Dog Band loopt er een directe lijn naar Monty Python. Niet alleen qua humor. Bonzo-lid Neil Innes heeft samen met Eric Idle van Monty Python een Beatles-parodie op poten gezet. De bandnaam was The Ruttles. Er werd een lp uitgebracht onder de titel The Ruttles (1978) en een namaakdocu met de titel All You Need Is Cash (ook 1978 ). Wat nou zo jammer is: ik had de lp. Pleite. Alles van waarde raakt weg.

    Het bandje van de dag. Tussen mijn cassettebandjes ontdekte ik er een met het opschrift: Ritmic Dirt. Dat is mijn oude band, waarin ik zong en gitaar speelde: een Fender Jaguar (weet je nog, vriend Abilard?) Laat ik die eens stiekem afluisteren. Helaas: het was overschreven met een vpro-programma, zeg je dat zo? Zojuist heb ik het bandje aan vriend B. laten horen, nadat ik hem het doosje had laten zien. Eén nummer: Spoonful van Willy Dixon. Dit is de uitvoering die ik op lp heb. Goh, zei hij, speel jij hier op? Neen, ik zing. En hij: zo hé, dat zou ik nooit geraden hebben. Om je eerlijk de waarheid te zeggen: het klinkt ook erg goed. Zal ik me inschrijven voor So you think you can sing?

    Een probleem van likmevestje: een lekke achterband. No sweat: ik heb in de jaren dat ik nog jong was en mooi kranten bezorgd, dus minimaal één keer per maand had ik een lekke band. Het verband? Veel fietsen met veel druk op de wielen. Enfin. Voor- of achterband, het maakt niet uit, ik repareer zo’n ding binnen tien minuten. Edoch. Zowel binnen- als buitenband zijn behoorlijk versleten. Onbehoorlijk, eigenlijk. Fiets van mij tuinvrouw geleend en nieuwe banden gekocht. En toen begonnen de problemen: het totale sluitwerk zit vastgeroest. Voorlopig ingespoten met Imal: ik maak alles los, zo heet het echt. Vooralsnog helpt het weinig. Maar leg mij eens uit: een fiets is toch voor buiten, door regen en wind? Waarom is die dan gemaakt van metaal dat roest? Daar begrijp ik niets van.

    In Delft, die gist en spiritusvlek tussen De Haag en Rotterdam, hebben de studenten Abbeyroad ontdekt. Met dan aan Jimmy.

    Wielerhoekje. De heer zij geprezen: de renners hebben zich neergelegd bij de eisen van de UCI en rijden de Omloop Het Nieuwsblad zonder oortjes. It giet oan, zoals ze in de onherbergzame delen van ons land zeggen.


    25-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.God is an overwhelming responsibility

        We will be geared toward the average rather than the exceptional.

    Voorbeeld van een gotspe. Vandaag komt de mensenrechtenraad van de VN bijeen, vanwege de Noord-Afrikaanse toestanden. De raad telt 47 leden. Eén daarvan is Libië.

    De lp van de dag is een zogenaamd concept-album: zeg maar een symfonie, een verhaal dat op twee lp-kanten doorloopt. Het is: Thick as a Brick (1972) van Jethro Tull. De band is vernoemd naar een 17de-eeuwse landbouwwetenschapper. Enkele klikken: een Wiki over het album, 9:55 min live op JouwBuis, een plaatje van (een deel van) de hoes, en de complete tekst (meer dan 1400 woorden en ik zing ze allemaal mee - ik zal het je besparen). De citaten in deze log, inclusief de titel, komen uit die tekst.

    Een plaatje dus van een deel van de hoes, want de hoes is een krant van 12 pagina’s. Het is misschien wel de mooiste hoes die ik in huis heb. Klik nog even op het plaatje. Het is de voorpagina van The St. Cleve Chronicle & Linwell Advertiser van vrijdag 7 januari 1972. Het jochie op de foto is de 8-jarige Gerald (Little Milton) Bostock, die met zijn gedicht Thick as a Brick een schrijfwedstrijd had gewonnen. Echter. Nadat hij het voor de Britse tv had voorgelezen regende het protesten. Hij werd onder die druk gediskwalificeerd en de prijs ging vervolgens naar de 12-jarige Mary Whiteyard voor haar essay over gristelijke ethiek genaamd He died to save the little children. Zou je zo’n kind niet?

    Om een lang verhaal kort te houden. Ian Anderson, voorman van de band Jethro Tull, heeft zich over het gedicht ontfermd en het op muziek gezet. Prachtige muziek, meeslepend. Gisteren heb ik de lp voor het eerst sinds tijden weer gedraaid. Tweeënhalf maal.

    Naar aanleiding van de regels over Supersister kreeg ik een mail van vriend Jimmy. Hij heeft voor zijn rubriek Op Delftse Toeren een interview gedaan met Robert Jan Stips. Op Delftse Toeren: interviews over singles van Delftse artiesten. Daar is een boekje van gemaakt. Klik maar als je belangstelling hebt.

    In de beschaafde wereld, de landen om ons heen, Frankrijk, België en Duitsland, trekt het volk op zondag naar de stembus. Daar moet je in ons land niet mee aankomen. Laatst speelde dat nog. Het ging niet over de komende verkiezingen, maar over de verkiezingen daarna. Ook niet over de zondag, maar nota beide benen over een woensdag. Geen idee waar we een volgende keer voor moeten stemmen, maar er werd meteen bezwaar gemaakt vanuit gristelijke hoek, met name katholieke. Die verkiezingen zouden namelijk precies op de woensdag ná carnaval vallen. Aswoensdag, de dag waarop Benedenmoerdijkers met een kater ter kerke gaan om een kruisje van as op het voorhoofd te halen. Het hoe en waarom van dat ritueel ben ik vergeten; ik heb er in mijn jeugd onder dwang aan meegedaan. Maar het schijnt een stembusgang in de weg te staan en daar dienen we allen voor te buigen.

    Ook zwengelde laatst weer iemand (wie?) aan om voortaan net als in andere beschaafde landen op zondag te gaan stemmen. Minister Donner pleurde bijna van zijn fiets. Dat kan niet! Dat verstoort de zondagsrust! En ziet: er zullen geen verkiezingen op zondag komen. Hoe het verder loopt met die woensdagverkiezingen, weet ik niet. Dat te zijner tijd in ons land de sharia zal worden ingevoerd geef ik cero punto cero cero cero cero cero cero cero cero cero cinco percent kans. Dan zit ik waarschijnlijk nog te hoog. Maar de gristelijke wetgeving is een feit, ook voor ons atheïsten, we zuchten er al eeuwen onder.

    Hoe groot is het percentage Nederlanders dat nog beleidend gristen is? Dat weet ik niet, maar wel dat het ruim onder de 50% ligt. Neemt niet weg dat we ons via wetgeving allemaal aan de gristelijke normen en waarden dienen te houden. Zwangerschapsonderbreking en euthanasie zijn twee aansprekende voorbeelden. Maar op sommige terreinen dus ook het eren van de zondagsrust. Op sommige terreinen. Naar het voetballen gaan of het genieten van cultuur in verschillende vormen durft niemand die enigszins bij zijn hoofd is te verbieden. Want: er wordt wel op zondag carnaval gezopen. Het zijn dan wel gristenen, enig opportunisme is hen niet vreemd.

    Dus: geen gelul. We gaan in de toekomst gewoon op zondag ter stembus. En tot die tijd? Als je met je brakke hoofd op woensdag naar de kerk kunt gaan, kan je ook naar het stemlokaal. Bij dat laatste ben je ook sneller weer thuis en krijg je geen gezanik aan je kop. Beschouw het als een soort kerkgang: naar de stembus en, hup, de kroeg in. Want zuipen op zon- en feestdagen mag wel.

        I’ll judge you all and make damned sure that no-one judges me!

    Kamelen op het behang: Wim Kan schetste de nachtmerrie tijdens de oliecrisis van 1973. Toen waren ‘we’ bang voor de Arabieren, pas later is hun geloof erbij gekomen. Of ideologie, zoals de lage voorhoofden zeggen. Bang voor de islam en de moslims. Wilders’ niche. Leg mij nog één keer uit, beste PVV-stemmer, waarvoor je nou precies bang bent. Om met Little Milton te spreken: Mark the precise nature of your fear. Ik weet uit eigen ervaring dat angsten vaak moeilijk onder woorden te brengen zijn en bovendien in de meeste gevallen volkomen uit de lucht gegrepen. Daar zijn pillen en therapieën voor. De stembus heeft weer een heel ander bestaansrecht.

    Wilders opperde niet lang geleden dat mensen die niet als vers gemaaide gazonnetjes met olijke tuinkabouters in de maatschappij staan (hij zei het ietwat anders) bijeen moesten worden gezet in zogenaamde tuig dorpen - of heeft-ie kampen gezegd. Een cartoonist, ik weet geen naam, heeft naar aanleiding daarvan een cartoon gemaakt en deze is gepubliceerd op de weblog van de Vara, Joop.nl. Na heftige dreigementen van Wilders’ idioten heeft men na enig morren de cartoon van de site gehaald. Daarom, nu, aanklikbaar op deze weblog. Opdat wij niet zullen vergeten.

    Wielerhoekje. Het heerlijk middagje is bijna gekomen. Morgen dus. De eerste klassieker van het seizoen: Omloop Het Nieuwsblad, voorheen Het Volk. Zondag meteen de tweede: Kuurne -Brussel - Kuurne. Beide wedstrijden worden door d’n Bels live uitgezonden. Eén slag om de arm: er is nog geharrewar rond de ‘oortjes’, de  directe communicatie tussen renners en ploegleiding. De UCI wil dat de renners zonder starten, de renners willen met en anders geen koers. Ons rest slechts te duimen.


    24-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De schone slaper

    Liever lui zijn dan moe, ken je die instelling? Ik heb hem al jaren geleden de mijne gemaakt. Noodgedwongen. Door de handicap heb ik een enorm gebrek aan lichaamsbeweging. Ik zou eens per uur tien maal de trap op en af kunnen gaan, maar dat is zo’n zinloze invulling. Iedere dag een stuk fietsen is ook een idee. Maar wind en regen en soms ijzige kou weerhouden me. Ja, straks, als het weer echt lente is en later in de zomer, op tijden dat mooiweerfietsers, de duivel hale ze, op kantoor zitten, ja dan trek ik erop uit. Maar na twee, drie tochtjes word ik van een eind fietsen niet echt meer moe.

    Aangezien moeheid het beste slaapmiddel is, heb ik van de dokter een pilletje gekregen. Mirtazapine heet het spul. De eerste avond dat ik het in kon nemen, ben ik zonder in slaap gevallen. Ik ben bewuste slikker, daardoor veelal niet-slikker, en voor ik iets tot me neem, wil ik het naadje van de kous weten. Op de verpakking staat: Lees vóór gebruik de ingesloten bijsluiter, een overbodige aansporing. Ik was pas op driekwart toen Morpheus me in zijn armen nam. Op de tweede avond, gisteravond, heb ik een minimale dosis tot me genomen. Het resultaat is verbluffend. Voor mijn doen vrij snel in slaap gevallen: reeds na drie kwartier. En ik ben maar een paar keer wakker geschoten vannacht. Om daarna meteen weer onder zeil te gaan. De laatste keer dat ik tussendoor ontwaakte was om half negen. Zal ik opstaan? Nee, nog één keer draaien. Waarna ik om half twaalf weer wakker werd. Heerlijk.

    Volgens de arts is het middel niet verslavend. Dat was een voorwaarde. In mijn jeugd heb ik in mijn omgeving heftige toestanden meegemaakt rond een verslaving aan slaapmiddelen. Had de persoon om wie het ging het middel ingenomen was er niets aan de hand, je had er geen kind aan. Maar o wee als er niets in huis was. De huisraad vloog soms door de kamers, de normale reactie van een junk die zonder middelen zit.

    Op internet vond ik dat Mirtazapine op de eerste plaats een antidepressivum is. Dat vind ik niet bezwaarlijk. ‘s Nachts in diepe rust en overdag wat vrolijker, daar lijkt me niets mis mee.

    De lp van de dag is dit maal een Nederlandse. Uiteraard een Haagse band, er zullen nog wat Haagse bands volgen: Supersister. De enige lp die ik nog van hen heb is de debuut-lp: Present from Nancy (1970).

    Toen ik gisteren de lp na lange tijd weer eens op had gezet, was de eerste gedachte die ik me opkwam: hoeveel uitvoeringen van het nummer Eight Miles High zal ik nog op lp hebben? In elk geval van The Byrds. Bandleden Gene Clark, Jim McGuinn en David Crosby hebben het nummer in 1966 geschreven. Ook heb ik nog een lange uitvoering van de Golden Earrings, zoals ze toen heetten. Op Present From Nancy staat een super korte uitvoering, 20 seconden, als derde deel van het stuk Metamorphosis.

    Supersister had al een hitje gehad voordat de eerste lp uitkwam: She was naked. Dat baarde nog opzien in die tijd, dat ze naakt was. Het is ook wel een lekker nummer. De lp heb ik, net als Ummagumma van Pink Floyd, gekocht van mijn eerste salaris. De muziek laat zich het best omschrijven als iets tussen jazz en rock in. Ontspannend om naar te luisteren in elk geval. De personele bezetting: Ron van Eck: (bas)gitaar en fuzzbass, Sacha van Geest: fluiten en vocals, Robert Jan Stips: toetsen en leadvocals, Marco Vrolijk: drums. De laatste was de zoon van Maarten Vrolijk, in de tweede helft van de jaren zestig minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk. Later werd hij Commissaris van de Koningin in Zuid-Holland. Robert Jan Stips komt later nog een keer terug bij een andere band. Nee, niet de Nits, die heb ik niet, maar in welke Nederlandse band heeft die Stips niet gespeeld?

    Overigens had ik zelf in die tijd verkering met de dochter van een ex-minister: Bakker, hij is afgelopen vrijdag overleden. Hij begon zijn politieke loopbaan als wethouder in Bolsward en werd later burgemeester van Andijk en Hoogeveen. Van 1963 tot 1966 was hij staatssecretaris van Economische Zaken in de kabinetten-Marijnen en -Cals. Van 1966 tot 1967 was Bakker in het kabinet-Zijlstra minister van Economische Zaken voor de ARP (één van de drie partijen die op zijn gegaan in het CDA). Bakker was een studievriend van Zijlstra. Hierna was hij minister van Verkeer en Waterstaat en vice-premier in het kabinet-De Jong. Het was zo grappig: mijn toenmalige vriendinnetje had het over oom Jelle als zij over Zijlstra sprak. O ja, voor de goed orde: het is uit. Al bijna veertig jaar.

    Vreemd. In de advertentieblokken op tv zag ik laats een annonce van Van Gils. Suiker in een schenkpak. Een melkpak maar dan met suiker. Is daar behoefte aan, buurvrouw, zo vraag ik u af. Ik weet niet hoe het met jou is, maar ik meet mijn suiker altijd globaal precies af. In de thee wil ik bijvoorbeeld wel suiker, zonder vind ik het minder lekker, maar toch niet meer dan zo’n twintig korrels. Voor de koffie een half theelepeltje. Voor dat soort subtiliteiten kun je echt geen schenkpak, gooi op!, gebruiken.


    23-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Happiness is a Warm Gun

    Weer een uur of twee doorgebracht in de orthopedische werkplaats. Het was voornamelijk wachten, zo lopen die dingen, ik ken het. Maar het was het wachten waard. De basis is klaar: koker met bijpassend frame: knie, voet en skelet. Tussen de brug met gelijke leggers heb ik enkele malen heen en weer gelopen. De lengte is aangepast, hij was iets te lang, en de voet is iets naar binnen gedraaid. Die voet moet zo’n 5̊ naar buiten staan, maar hij stond wel erg in de Chaplinstand. Nu moet alleen nog de bekleding worden gemaakt. De maat van de buitenkant wordt nog erg primitief genomen: een stuk pakpapier onder mijn gewone been, het linker, waarna met een viltstift de contouren worden nagetekend. Van voren en van opzij. Over anderhalve week kan ik hem afhalen. Dan begint het oefenen, weer van voren af aan.

    De lp van de dag is weer een dubbel-lp. Een witte klaphoes, met aan de buitenkant slechts de naam van de band in reliëf: The Beatles. Klap je hem open zie je rechts de pasfoto’s van de bandleden, links een opsomming van de songs. Het is eigenlijke een titelloze lp, hij is de boeken in gegaan als: The Beatles. In de volksmond: The White Album. Ik heb het album compleet, dat wil zeggen met het inlegvel ter grootte van zes hoezen. Op de ene kant staan alle teksten, op de andere een stel foto’s van de heren.

    We schrijven 1968 en ik zit in de vierde havo. Dat wil zeggen: ik ben na de Mulo naar de pedagogische academie gegaan, waarvan de eerste twee jaar ‘havokop’ zijn, vierde en vijfde havo. Ik heb het rampzalige plan opgevat in het onderwijs te gaan. Aan het eind van het tweede jaar neem ik mijn havo-diploma in ontvangst en smeer hem met een noodgang. Het onderwijs? Dag in dag uit voor groepen puberende pubers staan? Ik ben niet van lotje getikt.

    Er moet in het kader van de Engelse les toneel genoten gaan worden, in een theater op Scheveningen. Als ik het goed onthouden heb, was dat The School for Scandal van Richard Sheridan. Uit school vandaan is het rechtsaf naar Scheveningen. Maar mijn toenmalige boezemvriend en ik slaan linksaf, terug naar het oude dorp. T. heeft de nieuwe lp van de Beatles gekocht! We gaan hem beluisteren. T. is na de havo nog goed terecht gekomen. Hij is accountant geworden en is met een van mijn zussen getrouwd.

    De dubbel-lp blijkt een muzikale reis te zijn, een avontuur. Ook hier een prachtige songtitel: Everybody’s got something to hide exept for me and my monkey. Mooie teksten, dat kon je wel aan Lennon en MacCartney overlaten:

        When I hold you in my arms
        And I feel my finger on your trigger
        I know no one can do me no harm
        Because happiness is a warm gun
             - Yes it is

    Happiness is a warm gun. Maar er staan ook vier prachtige songs van George Harrison op, waaronder het prachtige While my guitar gently weeps! Eén nummer van Richard Starkey: Don’t pass me by. De volgende regels zijn van George Harrison:

        In their eyes there’s something lacking
        What they need’s a damned good wacking

    Ze moeten eens flink worden geneukt. Nee, buurvrouw, dit gaat niet over vrouwen. De titel van de song is Piggies, dat zegt genoeg.

    Ja ja, ik heb de tijd nog bewust meegemaakt dat er nieuwe Beatles lp’s uitkwamen. Na the White Album zijn er nog maar drie verschenen: Yellow Submarine (1969), Abbey Road (1969) en Let It Be (1970). Er zijn uiteindelijk maar twaalf echte Beatles lp’s uitgebracht. Ik zal de stapels eens nalopen, ik dacht dat ik ze allemaal heb.


    Inhoud blog
  • Recensie 'Tot hier en niet verder' Volkskrant 10 november 2012
  • Beelden van memorial en laatste bundel
  • Memorial Adriaan Bontebal - 23 september 2012 De Regentes
  • Laatste bundel en Memorial
  • 'Tot hier en niet verder' ~ 'een leven in woorden'
  • Herplaatsing poëzietegel in Den Haag
  • Herinnering aan Adriaan - door Boskater
  • Bergman & Bontebal - Henny Kok
  • De koning van het kleine verhaal - Alexander Franken
  • Second best - Theo van Rijn
  • Laatste bundel Adriaan
  • Bontebal - Jimmy Tigges
  • Aad's lach - Jan Dobbe
  • Adriaan Bontebal 28 mei 1952 - 11 februari 2012
  • Weer een vrijdags kliekje

    Laatste commentaren
  • Tot hier en niet verder (Rikje Maria Ruiter)
        op 'Tot hier en niet verder' ~ 'een leven in woorden'
  • Reactie op Theo (Theo)
        op Laatste bundel Adriaan
  • Bontebal (theo kemmeren)
        op Laatste bundel Adriaan
  • Aads lach (Jan Dobbe)
        op Weer een vrijdags kliekje
  • Lijkt me leuker als (Ab)
        op Adriaan Bontebal 28 mei 1952 - 11 februari 2012
  • Link (Theo)
        op Adriaan Bontebal 28 mei 1952 - 11 februari 2012
  • Lezen (Ab van der Burg)
        op Adriaan Bontebal 28 mei 1952 - 11 februari 2012
  • Afscheid (ev)
        op Weer een vrijdags kliekje
  • Boskater (Boskater)
        op Weer een vrijdags kliekje
  • Boskater (Boskater)
        op Weer een vrijdags kliekje

  • Archief per week
  • 05/11-11/11 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 06/02-12/02 2012
  • 30/01-05/02 2012
  • 23/01-29/01 2012
  • 16/01-22/01 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 24/12-30/12 2012
  • 19/12-25/12 2011
  • 12/12-18/12 2011
  • 05/12-11/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 05/09-11/09 2011
  • 22/08-28/08 2011
  • 15/08-21/08 2011
  • 08/08-14/08 2011
  • 01/08-07/08 2011
  • 25/07-31/07 2011
  • 18/07-24/07 2011
  • 11/07-17/07 2011
  • 04/07-10/07 2011
  • 27/06-03/07 2011
  • 20/06-26/06 2011
  • 13/06-19/06 2011
  • 06/06-12/06 2011
  • 30/05-05/06 2011
  • 23/05-29/05 2011
  • 16/05-22/05 2011
  • 09/05-15/05 2011
  • 02/05-08/05 2011
  • 25/04-01/05 2011
  • 18/04-24/04 2011
  • 11/04-17/04 2011
  • 04/04-10/04 2011
  • 28/03-03/04 2011
  • 21/03-27/03 2011
  • 14/03-20/03 2011
  • 07/03-13/03 2011
  • 28/02-06/03 2011
  • 21/02-27/02 2011
  • 14/02-20/02 2011
  • 07/02-13/02 2011
  • 31/01-06/02 2011
  • 24/01-30/01 2011
  • 17/01-23/01 2011
  • 10/01-16/01 2011
  • 03/01-09/01 2011
  • 26/12-01/01 2012
  • 20/12-26/12 2010
  • 13/12-19/12 2010
  • 06/12-12/12 2010
  • 29/11-05/12 2010
  • 22/11-28/11 2010
  • 15/11-21/11 2010
  • 08/11-14/11 2010
  • 01/11-07/11 2010
  • 25/10-31/10 2010
  • 18/10-24/10 2010
  • 11/10-17/10 2010
  • 04/10-10/10 2010
  • 27/09-03/10 2010
  • 20/09-26/09 2010
  • 13/09-19/09 2010
  • 06/09-12/09 2010
  • 30/08-05/09 2010
  • 23/08-29/08 2010
  • 16/08-22/08 2010
  • 09/08-15/08 2010
  • 02/08-08/08 2010
  • 26/07-01/08 2010

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs