 |
|
 |
A man is happiest when there is a balance between his needs and his possessions - Trevanian, Shibumi |
|
 |
26-06-2011 |
Mars der Beschaving |
Het is al een tijdje duidelijk, klip en klaar: dit kabinet houdt niet van cultuur, natuur en mensen die zorg behoeven. Onder andere. Het is een barbaars en a-sociaal zooitje. De economie moet tegen de verdrukking in blijven groeien, al het andere is bijzaak. Vandaag en morgen is een een groot protest tegen de bezuinigingen op cultuur:
'Op zondag 26 en maandag 27 juni organiseren kunstenaars en kunstliefhebbers de Mars der Beschaving. Een massale nachtelijke tocht van Rotterdam naar Den Haag. Met de Mars der Beschaving willen zij hun ongenoegen tonen over het ondoordachte kabinetsbeleid. Een beleid dat met keiharde bezuinigen niet alleen de kunsten maar ook zorg, onderwijs en milieu disproportioneel treft.' Zie de website. Op de site rechts de lijst van mensen die in elk geval meelopen: het wordt massaal. Op maandag is er om 13.00 uur een grote manifestatie op het Malieveld.
Nee, ik loop niet mee in de tocht: de dokter heeft mij dat ontraden. Maar ik heb de petitie online ondertekent, dat kan hier. En morgen stap ik even op de fiets naar het Malieveld. Het wordt prachtig weer.
Het fragment van donderdag was inderdaad uit De drie misdaden van mijn vrienden (Les trois crimes de mes amis, 1948) van Georges Simenon. Je hebt gelijk Piet: Maigret en het lijk aan de kerkdeur (Le pendu du Saint-Pholien, 1931) is, zij het lichtjes, op het eerste boek gebaseerd. Liever gezegd: op het eerste verhaal, want het boek is 17 jaar ná het verhaal over de gehangene verschenen. Hij kon in 1931 ook nog niet het hele verhaal rond zijn 'vrienden' vertellen, want op de eerste bladzijde van De drie misdaden schrijft hij immers: 'Hyacinthe Danse heeft op 10 mei 1933 zijn vriendin en zijn moeder vermoord.' Twee jaar later dus. Ik heb beide boeken net weer even herlezen: Simenon is altijd een genot.
En ja, de dag ervoor citeerde ik Brave new world (1932) van Aldous Huxley. Vandaag voor de verandering en bij uitzondering een Nederlandse schrijver.
'Jaren geleden woonde ik in een verwaarloosd huis in het hart van een dennenbos, omringd door stilte die grensde aan absoluutheid, de stilte die klinkt nadat het revolverschot is afgegaan. Soms kwam de wind in het bos, en veroorzaakte tussen de stammen het geluid dat hoorbaar is als men in een lege fles blaast, maar de rest van de tijd bewogen alleen de hoogste toppen van de bomen, zonder geluid. Behalve door stilte werd mijn bestaan er beheerst door vocht. Het altijd groene bos was altijddurend vochtig, want geen zonnestraal drong tot de mosgrond door, en het huis viel met geen mogelijkheid droog te stoken, nog niet met de grootste kachel die ik had kunnen vinden en die ik brandende hield met kolen, met hout, met de verzamelde werken van tal van schrijvers en voorts met alles dat vlam wilde vatten: binnenmuren, vloeren en plafonds van het huis bleven met waterdruppels overdekt alsof zij, ontroostbaar, niet konden ophouden met huilen, en waar de warmte niet tot de andere vertrekken kon doordringen raakte alles behangen en belegd met tapijten van schimmels en zwammen in vele tinten grijs. Dagelijks begon ik omstreeks elf uur in de ochtend jenever te drinken, om tegen het eind van de middag, bij het grauwer worden van het toch al altijd grauwe schemerlicht dat er hing, een tot de bodem geledigde fles uit het raam van mijn zogenaamde werkvertrek het bos in te gooien.'
Wielerhoekje. Wat moet je als wielrenster moe worden van Marianne Vos. Dat mens wint praktisch iedere wedstrijd waaraan zij meedoet. En dus werd zij gisteren weer Nederlands kampioen op de weg. Wat denk je: zullen de voetbalfans van de NOS vanmiddag nog live iets laten zien van de wegwedstrijd van de mannen? Wie wordt de opvolger van Nikki Terpstra? Ik heb nog niet op Teletekst gekeken, maar ik heb er een hard hoofd in.
|
|
|
 |
24-06-2011 |
Wie rijk wil zijn |
Als je mijn blog aanklikt, lees je dan nog weleens het motto helemaal bovenaan? Van Trevanian, uit zijn mooiste boek. Het komt van Plato, wie leest hem nog: Wie rijk wil zijn moet niet zijn vermogen vermeerderen maar zijn hebzucht verminderen Want aan hebzucht gaat de wereld ten onder. Voorbeelden. Verlepte dames die met diamanten pronken. Daar worden bij de winning mensen voor vermoord, dames. Of de coke snuivende hippy few: lees je geen kranten, zie je geen Journaal? Er wordt op grote schaal gemoord in Zuid-Amerika om jou je coke te bezorgen. Maar na een eerste snuif glijdt het van je af.
Nou, Piet, deze moet je kunnen vinden. Blader maar en stop steeds bij de eerste bladzijde. Het is uitgekomen in 1948. Een groot schrijver, ik heb zo ongeveer zijn complete werk, 200 boeken. Dit is het begin van het mooiste dat hij heeft geschreven. Ooit een mooie biografie van hem cadeau gekregen van A.F.Th. van der Heijden, ook fan:
'Het is verwarrend! Zoëven, wat zeg ik, zojuist nog toen ik de titel schreef, was ik overtuigd dat ik mijn verhaal zou beginnen zoals je een roman begint en dat het enige verschil daarin zou liggen dat het waar gebeurd was. Maar nu ontdek ik plotseling wat het onechte van een roman is, waardoor hij nooit een beeld van het leven kan zijn: een roman heeft een begin en een einde! Hyacinthe Danse heeft op 10 mei 1933 zijn vriendin en zijn moeder vermoord. Maar wanneer is de misdaad werkelijk begonnen? Was dat toen hij in Luik het dagblad Nanesse uitgaf, waarvan een onwaarschijnlijk toeval me op zeventienjarige leeftijd tot een van de oprichters maakte? Was het toen we in gezelschap van Deblauwe in de straten van de stad slenterden? Was het al vroeger, gedurende de oorlog, toen de meisjes tegen ons fluisterden dat achter de gesloten luiken van een zekere boekhandel...? En Deblauwe? Wanneer is hij begonnen moordenaar te worden? En de Fakir? Waarom moest ik gisteren juist horen dat hij gestoren is in een ziekenhuis in Parijs, gestorven van ellende, door alcoholisme, aan alle smerige ziekten, aan alle ondeugden, aan een verkeerde levenswandel, een van die sterfgevallen die zich dagen en dagen van tevoren aankondigen door hun geur... Waarom? Hoe? Waarmee, te beginnen, want er is immers geen begin en evenmin is er tussen de drie moorden, de vijf of zes doden, tussen een handjevol levenden door de jaren en de ruimte heen geen andere band dan ikzelf!'
Na deze regels wil je het hele boek toch lezen. Of niet. Zitten we op een verschillende spoor?
Het avontuur is weg. Dan ben je verdwaald op een grote, onherbergzame vlakte, eten voor hooguit twee dagen, en drinken, ach, misschien vind je een beekje, nooit meer slapen, de muggen prikken je lek, zal je ooit nog de bewoonde wereld bereiken? Maar je hebt je mobieltje bij je en twee uur later...
Polsbandjes. Als je wilt laten zien waar je staat, draag je een polsbandje. Geel voor als je tegen kanker bent. Ik draag geen polsbandjes. Zou ik dan vóór kanker zijn?
|
|
|
 |
23-06-2011 |
Dit is de bevruchtingskamer |
Zo is daar Herman Rijs, hier links bij de links, de linkshandige kunstenaar. Ga zo nu en dan eens kijken, hij schiet mooie plaatjes. Om via die omweg te komen bij het citaat van twee dagen geleden: 'Ze was dertig jaar en woonde in een terrasvormig aangelegde bungalowwijk op de zuidelijke helling van een middelgebergte, net boven de vervuilde lucht van een grote stad.' Dat zijn de eerste regels van De Linkshandige Vrouw (Die Linkshändige Frau, 1976) van het Oostenrijkse fenomeen Peter Handke. Twee jaar later, in 1978, heeft hij het boek zelf verfilmd. Proza, toneel, film, de man is onvermoeibaar. Een volgend boek. Een tip: het is niet van George Orwell.
'Een plomp, grijs gebouw van niet meer dan vierendertig verdiepingen. Boven de hoofdingang de woorden: Londense Broed- en Kweekcentrale, en op het schild het devies van de Wereldstaat: Gemeenschappelijkheid, Gelijkvormigheid, Gelijkmatigheid. De reusachtige zaal lag gelijkvloers op het noorden. Ondanks de zomer achter de vensters en de tropische hitte in de ruimte zelf viel er door de ramen een kil, schraal licht, dat hongerig zocht naar de een of andere geklede ledepop, een bleke gedaante van kunstmatig kippevel, maar niets anders vond dan het glas, nikkel en flauwtjes blinkende porselein van het laboratorium. Het was een zeer winters geheel. De overalls van de laboranten waren wit, hun handen gestoken in handschoenen van bleek, lijkkleurig gummi. Het licht was ijzig, dood, spookachtig. Alleen aan de gele oculairs der microscopen ontleende het een zekere rijkdom en een zeker leven; het lag als boter op de gladde buizen, die als een lange rij glanzende strepen op de werktafels stonden. En dit, zei de directeur, terwijl hij de deur opende, is de Bevruchtingskamer.'
|
|
|
 |
22-06-2011 |
A train of thoughts |
Het zou mijn soort humor zijn: tussendoor komen met het begin van een volkomen obscuur werkje. Iets van Havank of zo. Maar nee, beloofd is beloofd, ik kom alleen met grote werken uit de wereldliteratuur. Verwacht niet dat ik je in de maling neem. Het volgende is het begin van een zeer dikke pil, zo'n boek dat weinig mensen ook echt hebben uitgelezen. Zoals de Ulysses (1922) van James Joyce. Aan de eerste bladzijde ben je toch wel toegekomen?
'In het hartje van de zomer reisde een eenvoudig jongmens van zijn vaderstad Hamburg naar Davos-Platz in het Graubündense land. Hij was van plan er drie weken te blijven. Maar van Hamburg helemaal daarheen, dat is een lange reis te lang eigenlijk in verhouding tot een bezoek van zo korte duur. Zij voert door verscheidene van 's heren landen, bergop en bergaf, vanaf de Zuidduitse hoogvlakte omlaag naar de oever van het Schwabenmeer en per boot over de springerige golven, steeds verder over afgronden, die vroeger onpeilbaar geacht werden. Van daar af versnippert de reis, die zo lang royaal, in rechte lijnen verlopen is. Er is herhaaldelijk sprake van oponthoud en andere beslommeringen. Bij het plaatsje Rorschach, op Zwitsers grondgebied, worden lijf en leven weer aan de spoorweg toevertrouwd, zonder dat men echter voorlopig verder komt dan tot Landquart, een Alpenstationnetje waar men zich gedwongen ziet in een andere trein over te stappen. Het is een smalspoor, waarmee men na enige tijd in een tochtige en weinig aantrekkelijke omgeving rondgehangen te hebben zijn weg vervolgt, en op het moment dat de kleine, doch blijkbaar over meer dan normale trekkracht beschikkende machine zich in beweging zet begint het deel van de tocht dat met recht avontuurlijk mag heten, een steile, hardnekkige klim waar maar geen eind aan schijnt te komen. Station Landquart ligt namelijk naar verhouding nog op geringe hoogte; van nu af aan echter is het menens en dringt men langs ongebaande wegen te midden van beklemmende rotspartijen door in het hooggebergte.'
Voor de liefhebber: het spoor tussen Landquart en Davos heet de Rhätische Bahn. Zie hier een foto onderweg. Maar wat klets ik, je kent het natuurlijk. Van Rail Away van de EO. Wat een prachtig programma, helaas veel te kort. Waarom geen vierde net. Ja, meneer Wilders, een vierde net. Voor de mensen die jij zo verafschuwt, de mensen die van mooie dingen houden. Waarop Zwagerman iedere week een half uurtje over een schilderij komt praten. Waarop filosofen met elkaar filosoferen. Waarop de hoogtepunten van de Nouvelle Vague worden vertoond. Waarop gewandeld wordt door landschappen. Waarop Berlage, Le Corbusier en Gaudí de revue passeren. Waarop je Miles Davis en John Coltrane hoort en ziet samenspelen.
Ik schreef er laatst over, maar als je gisteravond tv hebt gezien weet je dat ik het niet uit mijn duim zuig. Het gebeurde weer. Er is een Euro-crisis. Verstandige mensen als ik zeggen: het gaat me boven de pet, ik ben niet ingevoerd in die wereld, ik heb geen idee hoe precair de toestand is en ik heb al helemaal geen idee hoe het op te lossen. Nee, dan Henk en Ingrid op de Albert Cuyp. Ze waren er weer. Ze werden weer in een actualiteitenprogramma aan de tand gevoeld: wat moet er gebeuren? En ze weten het, alle Henken en Ingrids, ze weten hoe we uit deze crisis moeten komen. Waarom gaan we überhaupt nog naar school?
|
|
|
 |
21-06-2011 |
Wat een mooie zondag! |
Het citaat van gisteren is snel achterhaald door lezer Ralf: het is inderdaad het begin van Portnoy's Complaint (1969) van Philip Roth. Het boek deed destijds vooral in Amerika veel stof op waaien, want: sex. Vooral veel masturbatie, onder andere met behulp van een stuk rauwe lever (zelf nooit geprobeerd.) Dat valt niet goed in God's own country waar alles hush hush in achterkamertjes gebeurt. Geweld is daar dan weer minder erg. Hoe verwrongen kan je zijn? Sinds Portnoy's Complaint ben ik fan van Roth. Inmdiddels heb ik zo'n dertig werken van hem op de plank staan, die ik om het jaar allemaal herlees. Het citaat van afgelopen zondag is niet door iemand gevonden. 'De titel van het boek sluit op ironische wijze aan bij vandaag' schreef ik. Een beetje flauw. Het was zondag pokkeweer en de titel luidt: Wat 'n mooie zondag! (Quel beau dimanche!, 1980). Een mooie zondag in een concentratiekamp. Het is van Jorge Semprún.
Op 3 juni 1936 schrijft Theodor Eicke, inspecteur-generaal van de concentratiekampen: 'Reichsführer SS Himmler stemt in met de verplaatsing van het concentratiekamp Lichtenburg (Pruisen) naar Thüringen. Het is dus zaak in die laatste staat een terrein te vinden dat zich leent voor de bouw van een voor drieduizend gedetineerden bestemd kamp, waar omheen kazernes van de Tweede SS Totenkopf-eenheid zullen worden opgetrokken.' Men vindt een terrein net ten noorden van Weimar, op de Ettersberg. In het beukenbos op de heuvel wordt een grote open plek gehakt. Aanvankelijk heette het kamp: K.L. Ettersberg. Maar dat stuitte enkele cultuurminnende nazi-bonzen tegen de borst. De Ettersberg, dat is immers Goethe!
Weimar: dat is Lucas Cranach de Oude, Johann Sebastian Bach, Christoph Martin Wieland, Gottfried Herder, Friedrich von Schiller, Johann Wolfgang von Goethe en Franz Liszt. Onder andere. Goethe heeft vaak gewandeld over de Ettersberg en heeft daar ook over geschreven. Goethe heeft de Ettersberg beroemd gemaakt, de namen zijn met elkaar verbonden. De beroemde boom aan het eind van het citaat is de beuk van Goethe! Uit zijn Faust: 'De mensen gebruiken hun ogen niet. Ze zien nooit een vogel, ze zien een mus. Ze zien nooit een boom, ze zien een beuk. Ze zien begrippen.' Een nieuwe naam was snel gevonden, hij lag zo voor de hand. Het werd: Beukenbos, in het plaatselijk spraakgebrek: Buchenwald.
In 1941 deelt het hoofd van de Gestapo en de SD, Reinhard Heydrich, de concentratiekampen in in drie categoriën. De tweede categorie is bestemd voor zwaardere maar toch nog voor heropvoeding en verbetering vatbare gevallen (jedoch noch erziehungs- und besserungsfähige Schutzhäftlinge). Politieke gevangenen. Binnen die categorie vallen de kampen Buchenwald, Flossenbürg, Neuengamme en Auschwitz 2. Anton Constandse heeft in Buchenwald gezeten. In 1943 belandt de communist Jorge Semprún daar. Wat een mooie zondag! gaat deels over zijn tijd in het kamp, maar meer nog neemt hij de verschillende fasen in zijn leven onder de loep en rekent hij af met zijn communistische verleden. Bij uitgeverij De Geus is een goedkope pocketeditie verschenen.
De volgende eerste regels zijn van een boek dat door de schrijver zelf ook is verfilmd, onder dezelfde titel:
'Ze was dertig jaar en woonde in een terrasvormig aangelegde bungalowwijk op de zuidelijke helling van een middelgebergte, net boven de vervuilde lucht van een grote stad. Ze had bruin haar en grijze ogen die soms, ook als ze niemand aankeek, opeens begonnen te stralen zonder dat voor de rest haar gezicht veranderde. Laat op een wintermiddag zat ze in het gele licht dat van buiten kwam bij het raam van de zeer ruime woonkamer achter de electrische naaimachine, daarnaast haar achtjarige zoon die een opstel zat te schrijven. De kamer had één glazen wand voor een met gras begroeid terras met een weggegooide kerstboom en de blinde muur van het aangrenzende huis. Het kind zat aan een bruin gebeitste tafel over zijn schoolschrift gebogen en schreef met een krassende vulpen, waarbij het het puntje van zijn tong tussen zijn lippen klemde. Soms stopte hij met schrijven, keek door het grote raam naar buiten en schreef daarna nog ijveriger verder; of hij keek naar zijn moeder die, hoewel ze van hem afgewend zat, het merkte en terugkeek. De vrouw was getrouwd met de verkoopleider van het filiaal van een in heel Europa bekende porseleinfirma, die op die avond na een zakenreis van een aantal weken uit Scandinavië terug moest komen. Het gezin was niet welgesteld, maar leefde heel comfortabel, zonder aan geld te hoeven denken; de bungalow was gehuurd omdat de man ieder moment kon worden overgeplaatst.'
Politici omkopen gebeurt op grote schaal, ook in ons land. Zoals ons land ook qua oorlogsmisdaden (Indonesië!) niet onder doet voor andere, staat het ook zijn mannetje in het gesjoemel. Het is dom anno 2000-nu met grote bedragen te smijten. Dat wordt te snel ontdekt. Nee, het gaat subtieler. Voorbeeldje? Kamiel Eurlings is als minister heel lief voor Schiphol geweest. Er is geen geld over tafel gegaan, maar Kamiel heeft tegenwoordig een nietszeggende en vetbetaalde baan bij de luchthaven. Het is al eerder geconstateerd: het is vreemd dat in deze tijd van bezuinigingen, vooral ook op het leger, er toch een tweede JSF wordt aangeschaft. Dit stinkt, alarmfase één, naar corruptie. Hou de heren politici na hun politieke carrière in de gaten: de tijd zal ons leren wie uiteindelijk de vruchten plukt van zijn vreemde gedrag nu.
|
|
|
 |
20-06-2011 |
Als je niets te verbergen hebt... |
Zondagochtend van twaalf tot een, primer kan de time niet zijn, de eerste aflevering, van zes, van een nieuw programma: Het filosofisch kwintet. Naar analogie van het Duitse programma Das philosophische Quartet, dat daar onder leiding staat van de filosoof Peter Sloterdijk, die toevallig (?) voor twaalven te gast was in het programma Boeken van Wim Brands. Het filosofisch kwintet: vijf mensen, waaronder gespreksleidster Clairy Polak, die een uurlang filosoferen, hun gedachten laten gaan, over één onderwerp; gisteren was het thema veiligheid versus de rechtsstaat. Geen Henks en Ingrids, geen naar oneliners happende politici, maar mensen die ter zake kundig zijn en niet hoeven te scoren. Een verademing. We hebben deze eerste keer met 328.000 mensen gekeken. Veel groter zal dat aantal niet worden.
Een tip bij het ciaat van vandaag? Het is geplukt in het angelsaksisch taalgebied: 'Ze was zó diep ingebed in mijn bewustzijn dat ik tijdens mijn eerste schooljaar geloofd schijn te hebben dat al mijn onderwijzeressen vermommingen van mijn moeder waren. Zodra de bel gegaan was repte ik me naar huis en vroeg me onder het hollen af of ik erin zou slagen onze flat te bereiken voordat ze zich opnieuw had kunnen transformeren. Maar als ik thuiskwam was ze altijd in de keuken bezig melk en koekjes voor me klaar te zetten. Dit kunststuk maakte echter niet dat ik mijn waandenkbeelden opgaf, maar vergrootte slechts mijn respect voor haar kunnen. Het was trouwens eigenlijk altijd weer een opluchting dat ik haar niet net tussen twee incarnaties in betrapt had ook al bleef ik daar mijn best voor doen; ik wist dat mijn vader en mijn zuster onkundig waren van mijn moeders ware aard en de verraderslast die naar ik me voorstelde op mijn schouders zou komen te rusten als ik haar betrapte, was méér dan ik op vijfjarige leeftijd wenste te torsen. Ik geloof zelfs dat ik bang was dat ze me uit de weg zouden moeten ruimen als ik haar na schooltijd ooit door het slaapkamerraam naar binnen zou zien vliegen of haar vanuit een onzichtbare toestand ledemaat voor ledemaat in haar schort zag opdoemen.'
Wielerhoekje. Tijdens de laatste rit in lijn van de Ronde van Zwitserland kreeg Bauke Mollema, op dat moment tweede in het algemeen klassement, een lekke band. Onder andere de gebroertjes Schleck zijn als een gek aan de kopgroep gaan sleuren om Mollema op achterstand te rijden. Zoiets wordt niet vergeten: het kan de gebroeders nog lelijk opbreken in de komende Tour de France. Waarvoor de Boerenleenbank eindelijk de samenstelling van de ploeg heeft prijsgegeven. Robert Gesink zal uiteraard de kopman zijn. Daarbij gesteund door: Bauke Mollema, Laurens ten Dam, Luis Léon Sanchez, Juan Garate, Carlos Barredo, Lars Boom, Maarten Tjallingii en Grischa Niermann. Het zou weleens een heel mooie Tour voor de ploeg kunnen worden. Mocht Robert Gesink tegen pech aanlopen, zijn daar altijd nog Bauke Mollema en Laurens ten Dam.
|
|
|
 |
|
 |
E-mail mij |
Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.
|
|
|
 |