 |
|
 |
A man is happiest when there is a balance between his needs and his possessions - Trevanian, Shibumi |
|
 |
03-04-2011 |
De Anale Driehoek |
Er kwamen enkele reacties via de mail op
mijn vraag of iemand nog een aardige aanvulling heeft op het rijtje
merkwaarige plaatsnamen: Abergavenny, Albuquerque, Tietjerksteradeel
en Sint Job in het Goor. De aardigste kwam uit Arnhem, niets mis met
die plaatsnaam. 'Wist je dat er in Belgenland
een driehoek van plaatsen bestaat die de anale driehoek wordt
genoemd? Bestaande uit de gemeenten Aartselaar, Reet en Kontich.
Echt waar. In de buurt van Antwerpen.' Dezelfde persoon wees me ook op de plaats Fonteinsnol in Noord-Holland, meer bepaald: op
Texel. Het doet mij meteen denken aan de film La Doce Vita (1960,
Federico Fellini), met Marcello Mastroianni en Anita Ekberg. Meer
bepaald deze foto, die wij filmkenners een still noemen. Is het de Trevi Fontein? Door een rooms katholiek trauma ben ik nooit in Rome geweest. Dan is vrouw
Ekberg de fonteinsnol. Ze leeft nog, ze wordt in september 80.
Talrijk zijn ook de binnengekomen
plaatsnamen met een sexuele component. Achtereind, Achterom, Blauwe
Hand (doordenkertje), Boerengat, Boerenhol, Doosje, Kruishaar,
Kuttingen, Laad en Zaad, Lull, Pikveld, Peest, Stampersgat, Wippert
en Zwingelspaan.
Als je regelmatig mijn regels over
wielrennen leest, krijg je misschien het idee dat eens het seizoen
begonnen we alleen maar hoogtepunten beleven. Weet je: zo voel ik het
ook. De koersen die door d'n Bels worden uitgezonden hebben allemaal
wel iets eigens, iets speciaals. Vandaag is helemaal speciaal:
Vlaanderens Mooiste oftewel de Ronde van Vlaanderen, de 95ste. Een
rit van Brugge naar Ninove onder Aalst, die de kaap van de 200 km
ruim overschreidt: 258 km. Het wordt in Vlaanderen gevierd als een
nationale feestdag, om negen uur reeds begon de uitzending. Even een
uurtje interviews, beelden van renners die de startlijst tekenen, de
start. Vlak na de start eindigde deze eerste uitzending, want er
moest een kerkdienst worden uitgezonden. Ieder zijn meug, dan heb ik
even tijd om een log te schrijven: om 12.00h gaat de uitzending weer
door. Het is feest in Vlaanderen, het is feest in huize Bontebal.
Zal ik ze eens allemaal op een rijtje
zetten? De Tiegemberg na 70 km. Dan: Nokerenberg (80), Rekelberg
(127), Kaperij (139), Kruisberg (154), Knokteberg (164), Oude
Kwaremont (171), Paterberg (175), Koppenberg (181), Steenbeekdries
(187), Taaienberg (190), Eikenberg (194), Molenberg (209), Leeberg
(216), Valkenberg (225), Tenbosse (232), Kapelmuur (242) en tenslotte
de Bosberg (246). Je weet er niets aan, maar je boft als je van
aardrijkskunde houdt. Je kan er van op aan dat ik vandaag geen
kattenkwaad zal uithalen: geen tijd.
Ook wel aardig. Dat als iemand je de hand
schudt, je even peinzend ins Blaue hinein blikt en dan grootmoedig
zegt: 'Nou... Goed... Na alles dat er gebeurd is... Zand erover.'
Afgelopen week kon je geen
kletsprogramma of actualiteitenrubriek aanzetten of er werd
geouwehoerd over Cruyff en Ajax. Regelmatig werd die soap als eerste item behandeld om te benadrukken hoe belangrijk het allemaal wel niet is. Hangt het lot van ons land nou echt af van de stand van zaken bij de Amsterdam Losers?
|
|
|
 |
01-04-2011 |
Foto's van lucifermannetjes |
Na Twee voor Twaalf Welke schrijver debuteerde met Een Slagerszoon met
een Brilletje? De vraag werd geïllustreerd met een stukje voordracht van
Tom Lanoye; de kandidaten wisten het antwoord niet, de kandidaten weten
vaak het antwoord niet op literaire vragen, ook als ze als hobby lezen
hebben gemeld, dan zeg ik het ze voor, maar niemand luistert ooit na Twee
voor Twaalf zapte ik nog even. Bij Twan Huijs' College Tour was Linda
van de Linda te gast. Ze vertelde graag te willen schrijven, maar het
enige dat uit haar vingers komt is een editorial voor de Linda. Echt
schrijven? Ze heeft er de tijd niet voor. Letterlijk zei ze: 'Om te
kunnen schrijven moet je je vervelen.' Het meiske heeft gestudeerd, dus
weet waarover ze praat. Om te voorkomen dat ik de hele dag uit mijn neus
loop te vreten - ik heb een grote neus, mijn reukvermogen is omgekeerd
evenredig met de grootte van het apparaat, maar na een kwartier is hij
wel leeg - hou ik een weblog bij. In tijden van volkomen inertie werk ik
aan verhalen. Het houdt me van de straat.
De lp van de dag. Meteen maar de titel? Picturesque matchstickable
messages from the Status Quo (1968). Van Status Quo. Psychdelische rock werd het
toentertijd genoemd. Vanaf het eerste hitje was ik fan: Pictures of
Matchstick Men, eind februari 1968 binnengekomen in de Top40, negen
weken genoteerd, hoogste plek 4.
When I look up to the skies
I see your eyes a funny kind of yellow
I rush home to bed I soak my head
I see your face underneath my pillow
I wake next morning tired still yawning
See your face come peaking through my window
Pictures of matchstick men and you
Mirages of matchstick men and you
All I ever see is them and you
Als je denkt dat je het nummer niet kent het is voor mijn tijd moet
je hier maar even op dit JouwBuisje klikken. Herken je het? Van de
Arbeidsvitaminen? Ook wil ik je even wijzen op de hoes, qua
originaliteit. Hier komen enkele klikken: The Beatles (1967), Mothers of
Invention (maart 1968) en Status Quo (september 1968). Of toch meer de Magical Mistery Tour? Het zijn weetjes
die je ooit van pas kunnen komen als je meedoet aan Twee voor Twaalf.
De lp bevat hun drie eerste hitjes: genoemde Pictures of Matchstick Men
en verder Black Veils of Melancholy en Ice in the Sun. De laatste song
is geschreven door Marty Wilde evenals Elizabeth Dreams en Paradise Flat. Daarnaast enkele wonderlijke covers: Spicks and Specks van
de Bee Gees, Sheila van Tommy Roe. Marty Wilde, ken je die nog?
Toevallig viel laatst zijn naam toen J. uit Brighton op bezoek was. Zij
vertelde over Abergavenny, een stad in Monmouthshire in South Wales.
Marty Wilde had een hitje in hetzelfde jaar 1968: Taking a trip up to
Abergavenny, hoping the wheater is fine. De plaatsnaam staat voor mij in
een rijtje met Albuquerque (New Mexico), Tietjerksteradeel (Friesland)
en Sint Job in het Goor (Vlaanderen). Heb jij nog een plaatsnaam voor me
die in dit rijtje past? Marty Wilde is ook de vader van Kim Wilde, de
natte droom uit mijn late jaren twintig.
De eerste drie singles van Status Quo heb ik ooit gehad. Daarna heb ik
me niet echt meer met de band bezig gehouden. Tot 1975. Mijn stamkroeg
op het oude dorp was Het Wapen van Veur. Met de stamgasten huurden we
bij tijd en wijle een touringcar om naar een concert te gaan. Naar de
Stones in Ahoy, naar Pinkpop, dat soort dingen. Eind '75 was ik op
weekendverlof van het revalidatiecentrum. Ik liep al op een prothese,
maar met behulp van krukken. De stamgasten hadden weer een bus gehuurd,
nu om naar Status Quo in de Amsterdamse Jaap Edenhal te gaan. Ga je mee? Wij betalen.
Welja joh. Man! Vrouw ook! Wat een bak pleuris herrie. Niks geen
psychedelica meer, maar recht toe recht aan drie akkoorden rock. Het
lukte me om tot vlak voor het podium te komen: ik stond daar in zeker
twee centimeter bier. Sindsdien ben ik weer fan, want je weet: voor een
bak pleuris herrie mag je me altijd wakker maken. De buurman van
verderop doet dat soms: me wakker maken met harde muziek. Dan weet ik:
M. heeft een kratje op. Als hij dronken is schalt André Hazes door het
hofje. Dat stel ik dan weer niet op prijs.
Wielerhoekje. Laat ik eerst beginnen met het heel slechte nieuws: Niki
Terpstra heeft in de afsluitende tijdrit van de Driedaagse De
Panne-Koksijde zijn sleutelbeen gebroken. Daar is hij even zoet mee.
Mooie koersen als de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix kan hij op
zijn buik schrijven. Hij reed tussen de huizen, zijn tijdrit zat er
bijna op, toen hij door een windvlaag werd gegrepen. En met zo'n
dicht achterwiel ben je ontzettend zijwind gevoelig. Wat is het dood en
doodzonde, die jongen was dit seizoen zo lekker bezig. It's all in the
game, maar leuk is anders. Ploegleider Wilfried Peeters: 'Verdoemme.'
C'est ça, Wilfried.
De tijdrit was sowieso al raar begonnen. Na de ochtendetappe waren 77
van de overgebleven 133 renners uit de koers genomen: overschrijding
van de tijdslimiet. Voor leken: in een meerdaagse koers mag je
maximaal een bepaald percentage van de tijd van de winnaar later
binnenkomen. Normaal is dat 7 of 8%, gisteren bij de Driedaagse was dat
zelfs 12%. Toch hebben 77 renners die limiet overschreden. Lekker
freewheelend naar de meet, krachten sparen voor de tijdrit.
Waarschijnlijk met het idee: we zijn met zo velen, die halen ze niet
allemaal uit koers. Wel dus en terecht.
Het is Lieuwe Westra (Vacansoleil) niet gelukt de Driedaagse op zijn
naam te schrijven. Let wel: hij heeft een meer dan uitstekende tijdrit
gereden, maar de Waal Sebastien Rosseler (Radio Shack), op wie hij 8
seconden voorsprong had, reed 14 seconden sneller. Einduitslag: 1.
Sebastien Rosseler, 2. Lieuwe Westra op 0:06, 3. Michal Kwiatkowski
(Radio Shack) op 0:14, 4. Sylvain Chavanel (Quickstep) op 0:18 en 5.
Bert Grabsch (HTC) op 0:22. Andere Nederlanders die ertoe deden: 8. Rick
Flens (Rabo) op 0:30, 21. Arnoud van Groen (Veranda's Willems) op 1:42
en 24. Robin Chaigneau (Skil) op 2:03.
In een van de keukenkastjes ontdekte ik laatst een fondueset, nog in de
doos. Hoe ik daaraan kom? Ik zou het bij god niet weten. Een
gedachtenflits: als je in zo'n pannetje olie heet kan maken, dan kan dat
ook met frituurvet. Sindsdien maak ik iedere keer als ik op de buis
fietsen kijk een broodje kroket klaar. Morgen maar weer eens een
voorraadje kroketten inslaan, voor Vlaanderens Mooiste op zondag.
|
|
|
 |
31-03-2011 |
Om de dames te plezieren |
Nicci French, de schizofrene thrillerschrijfster want twee personen
(Nicci Gerrard en Sean French) komt op een der laatste bladzijden van
haar Killing me softly (1999) met wijze woorden. 'If you behave as if
you are all right, then one day you will be. You have to go through the
motions of surviving in order to survive. Water finds its way into the
ditches you have dug for it.' Daar is, me dunkt, geen speld tussen te
krijgen. Ik stop deze wijsheid in mijn bagage, voor later, want momenteel
ben ik wel all right. Voor mijn doen in elk geval. Maar dat is
breekbaar. Laat ik het in een zijvakje stoppen, zodat ik er in geval van
nood direct bij kan.
Hij schrijft waarover ik soms mijmer, ken je die uitdrukking? In dit
geval heb ik het over Jaap van Heerden, hoogleraar psychologie aan de
Universiteit van Maastricht, en zijn essaybundel Proza waarmee je
meisjes vangt (1999). Toentertijd heb ik het boekje gekocht vanwege die
titel; het is tevens de titel van het eerste essay in de bundel. Hij
schrijft: 'Zou het bestaan, proza waarmee je meisjes vangt? We moeten
hopen van wel, want wat is anders nog de aardigheid van dit leven? Er
zijn natuurlijk wel veel schrijvers die meisjes vangen, maar dat heeft
voor zo ver ik kan overzien, meestal niets te maken met het proza dat
zij schrijven. Eerder met het feit dat meisjes het interessant vinden
een eindje op te lopen met een schrijver ongeacht het proza dat hij
schrijft. Die meisjes zijn er vooral op uit de jaloezie te prikkelen van
hun vriendinnen en dat is een andere kwestie. Er bestaat natuurlijk vrij
veel zekerheid over het proza dat fatsoenlijke meisjes afschrikt, maar
dat is het proza dat ook alle fatsoenlijke mannen afschrikt en dus niet
geschikt is als leidraad bij de beantwoording van onze vraag.'
Ik zou iets verder willen gaan en het omdraaien, vanuit het standpunt van de schrijver:
álle schrijven is baltsgedrag. Bij mannen dan toch, hoe dat bij
schrijfsters ligt weet ik niet. Ik schrijf vooral om de dames te
plezieren. Het succes daarvan is discutabel. Bij mij. Jaap van Heerden
schrijft over Remco Campert: 'Van Remco Campert zou ik willen opmerken
dat hij mogelijk het echte proza schrijft waarmee je meisjes vangt maar
zich merkwaardig genoeg gedraagt alsof hij zich dat niet realiseert. De
literaire kritiek zou hem daar eens op moeten attenderen, of een
letterkundige.' Bij deze dan, maar het is tegen dovemansoren weet ik,
want Campert begeeft zich niet op het internet en zal mutatis mutandis
deze woorden niet lezen.
Remco Campert heeft een verhalenbundel met de titel Een mooie jonge
vriendin (1998). 'Omdat ik voelde dat ik een jonge dichter was mijn
dichterschap bestond toen nog voornamelijk uit het voelen dat ik dichter
was voelde ik ook dat ik een jonge vriendin moest hebben en die moest
bij voorkeur mooi zijn. Ook dat ze mooi moest zijn voelde ik. Een jonge
dichter moest een mooie vriendin hebben. Dat gaf glans aan zijn poëzie.
En het maakte zijn liefdesgedichten een stuk aanvaardbaarder.'
Het wordt pathetisch als je op mijn leeftijd nog naar de waardering van
meisjes hengelt, nog steeds zoekt naar een mooie jonge vriendin. Dat kun
je beter stil houden. Of domweg ontkennen: ik schrijf ook wel fictie.
Maar bijvoorbeeld de dichter Adriaan Morriën (what's in a voornaam?) heeft zijn haken naar mooie jonge meiden nooit
onder stoelen of banken gestoken. Tot op zeer hoge leeftijd, hij is
negentig geworden, zat hij achter hen aan. Daar is toch ook wel
iets voor te zeggen. Je bent schrijver en wie neemt een schrijver, naast
wellicht zijn werk, nou serieus? Als je toch al met een korreltje zout
wordt genomen, kan je net zo goed een vol schrijversleven leven. Het
heeft iets van de man die aan iedere aantrekkelijke vrouw die hij
tegenkomt vraagt: 'Zullen we neuken?' Negen van de tien zegt nee, maar
elke tiende... De vergelijking gaat mank, omdat ik het niet echt en
direct over neuken heb. Maar bij ieder verhaal dat ik schrijf, ieder
verhaal dat ik voordraag...
Alle schrijven is baltsgedrag. Van de balts ben ik me vooral van bewust
tijdens een voordracht: als er zich niet één mooie meid onder mijn
gehoor bevindt heeft de voordracht geen zin. Heb ik er geen zin in. Zo
bezien is het vreemd dat ik nog nauwelijks voordrachten doe. Misschien
is het juist hoopvol. Eens komt er een eind aan het jachtseizoen. Dan
zakt de man onderuit op een bank in zijn huiskamer met een boek op
schoot en aait hier en daar een kat.
Nog even dit, ook in reactie op Jaap van Heerden. Ik heb er juist
behoefte aan fatsoenlijke meisjes wel af te schrikken. Wat moet ik met
fatsoenlijk? Dat ben ik zelf al. Je kent de aloude verzuchting: stuur
mij als de tijd daar is naar de hel, daar verzamelen zich alle slechte
vrouwen. Over tot de orde van de dag:
Wielerhoekje. Wat is dat lekker: tijdens het ontbijt live naar een koers
kijken. Traditioneel kent de laatste dag van de Driedaagse De
Panne-Koksijde een dubbelprogramma: 's morgens een rit in lijn, 's
middags de afsluitende tijdrit. D'n Bels was er vanmorgen al om half elf
bij en ik zat fris gedoucht, het haar nog nat, met een bak koffie en een
boterham voor de buis. Het was smerig weer, hier in de Randstad en daar
in de Westhoek. Door de wind, de waaiers, werd het peloton in stukken
gescheurd. Maar Lieuwe Westra heeft zich niet laten verschalken, hij zat
in de eerste groep en bleef in de eerste groep. Met die groep kwam het
tot een sprint, die werd gewonnen door de Italiaan Jacopo Guarnieri
(Cannondale), 2. Denis Galimzyanov (Katusha), 3. Jimmy Casper (Sojasun)
en dan toch nog op een vierde plaats: Kenny van Hummel (Skil). De weg
naar de eindstreep was breed, te breed voor een renner als Van Hummel:
Kamikaze Kenny moet het meer van het wringen hebben.
De top van het klassement vóór de tijdrit: 1. Bert De Backer (Skil), 2.
Lieuwe Westra (Vancansoleil) op 0:02 en 3. Arnoud van Groen (Veranda's
Willems) op 0:04. Lieuwe Westra is de betere tijdrijder: de voorsprong
moet voldoende zijn. We zullen het straks zien. Ik in elk geval.
|
|
|
 |
30-03-2011 |
The life I live |
Mijn weblog heeft er even uit gelegen. Dat ligt niet aan jou en dat ligt niet aan mij of aan de krengen waarop we werken. Het is een der mysteries van het internet.
De lp van de dag. In 1998 deed ik met de cabaretier Sjaak Bral (what's in a name?) twee halve seizoenen, voor de zomer en na de zomer, een toertje langs Nederlandse theaters. Redelijk succesvol, mag ik wel zeggen. Van de Kleine Komedie in Amsterdam tot de Bussel in Oosterhout hebben we ons programma Klappen uit de Haagse School gebracht, waarbij ik deed wat ik gewend was: verhalen voorlezen. Bral maakte grappen, waarmee hij later solo is doorgegaan. Ik vond het na een jaar wel weer genoeg. Tot tweemaal toe stonden we in een uitverkocht Dilligentia, hier, in de stad der steden. Dan heb je als bescheiden Hagenees het maximale wel bereikt. Toch leek het erop dat het avontuur een staartje zou krijgen. Dat Bral solo zou gaan was wel duidelijk, maar meneer de manager, de Dikke Deur, had ook met mij wilde plannen: Bontebal de theaters langs met wat er over was van Q65. Die restanten - Wim Bieler zang en mondharmonica, Frank Nuijens op akoestische, slide en electrische gitaar en Joop Roelofs op akoestische gitaar had ik ontmoet tijdens een rondvaart over de Kager Plassen en omgeving. We deden allen ons trucje in een live-programma van de regionale radio. Zij hadden net een nieuwe cd uit: Trinity (1997), vanwege het driemanschap.
Joop Roelofs kende ik al wat langer: we hebben bij elkaar in de klas op de sociale academie gezeten. Joop heeft met zijn diploma een tijdje in het Paard van Troje gewerkt, ik een jaartje in een buurthuis om vervolgens in de bijstand te belanden. Oud-bassist Peter Vink leerde ik kennen in het revalidatiecentrum waar ik probeerde te lopen met een prothese. Naast mij op de slaapzaal lag opa T., een gepensioneerd kapper en goede bekende van de muzikant. T. was door suikerziekte een onderbeen kwijtgeraakt, maar bleef een onverslaanbaar goed humeur houden. Peter Vink kwam twee, drie maal in de week bij hem op bezoek. Hij zal zich mij niet meer herinneren, ik heette toen trouwens ook heel anders.
Op het bed aan de andere kant van opa T., het was een zaaltje met zes bedden, lag een Scheveninger die ook een onderbeen was kwijtgeraakt. Hij was het tegenovergestelde van mijn buurman. De godsganse dag lag en zat die zeikerd te klagen. Tot ik het op een gegeven moment zat was: ik heb hem de huid vol gescholden. 'Als ik je nog één keer hoor klagen, krijg je klappen.' Hij wierp tegen dat ik makkelijk praten had, ik was nog jong. Jawel, 23. 'Dat betekent, lul, dat ik nog een heel leven moet met één been, jou geef ik niet lang meer.' Als snel mocht ik het revalidatiecentrum weer verlaten, opa T. moest ik noodgedwongen achterlaten. Regelmatig kwam ik terug voor fysiotherapie en steeds ging ik even bij die ouwe op bezoek. Langzaam zag ik hem versomberen. Voor mij stond vast dat die Scheveninger hem gek lulde, maar er was, naast klagen bij de verpleging (haal die vent daar weg, zet zijn bed in een gangkast!), weinig dat ik kon doen. Opa T. heeft het revalidatiecentrum tussen zes planken verlaten.
De lp? Revolution van Q65. Peter Vink schrijft op zijn website: 'In de zomer van 1966 wordt de langspeelplaat Revolution opgenomen. De leden van Q65 staan afgebeeld in een oorlogstafereel. De helft van het aantal nummers zijn eigen composities. Naast de ruige nummers Spoonful, I'm A Man en Mr. Pitiful staat er ook het prachtige Sour Wine op. Het nummer Bring It On Home duurt 14 minuten. De opnames van Bring It On Home zijn s'nachts gemaakt. De studio was in diverse kleuren verlicht, het rook er naar wierook en er werden joints gerookt.Het nummer Bring It On Home is ook te horen in de film Beat It. In deze film zijn opnames gemaakt van Q65. Het zijn unieke opnames want er zijn weinig opnames van Q65 bewaard gebleven. De VPRO heeft de film in december 1966 uitgezonden. Met Revolution maakt Q65 geschiedenis in de Nederlands popmuziek.'
Op de lp onder andere de song The life I live, dat in 1966 14 weken in de top-veertig heeft gestaan met als hoogste notering plaats 5: hun grootste hit. De Q was ruig en Haags, veel ruiger dan hun Amsterdamse tijdgenoten The Outsiders. Het idee van meneer de manager was dat we gezamenlijk de theaters in zouden gegaan, met op het podium een kleedkamer. In die kleedkamer zou ik vertellen over de roemruchte geschiedenis van de Q, afgewisseld met eigen verhalen. De drie overgebleven Q-leden zouden het geheel larderen met akoestische versies van het repertoire. Helaas overleed Wim Bieler voortijdig, in 2000, aan een hartstilstand. Zo ging er weer een kans voorbij om beroemd te worden.
Ter nagedachtenis aan Willem Bieler: klik hier voor zijn Born in the Schilderswijk, een Haagse cover van Born in the USA van The Boss.
Wielerhoekje. Gisteren is de driedaagse De Panne-Koksijde van start gegaan met een rit van Middelkerke naar Zottegem over 194 km. Het was een genot Lieuwe Westra van Vacansoleil weer aan het werk te zien. Wat reed die jongen sterk, na ook al geschitterd te hebben in Parijs-Nice. Daarna behaalde hij zijn eerste seizoensoverwinning: in de Classic Loire-Atlantique. Gisteren moest hij in de eindsprint de duimen leggen voor Andre Greipel van Omega Pharma Lotto, wat beslist geen schande is. Derde werd Dmitriy Muravyev van Radio Shack. Na verrekening van de bonificaties is Westra op de derde oplaats in het algemeen klassement gekomen, op slechts 5 sec van Greipel en slechts twee seconden op de nummer twee: Bert De Backer van Skill. Dat belooft voor de tijdrit van morgenmiddag; weet je nog, in Parijs-Nice werd hij zesde in de afsluitende tijdrit.
|
|
|
 |
28-03-2011 |
En sexie/En beksie met je beksie |
Ik ben even van slag. Dat geeft niet, dat ben ik vaker, daar ben ik aan gewend. De reden dit maal? Bezoek en wel helemaal uit Brighton. Een dame die ik al zeventien jaar niet had gezien en ze was er alleen maar mooier op geworden. Met langer haar dan ik, dat was dan weer minder. We hebben begin jaren tachtig een aantal jaren samengewoond. Met ruim veertig anderen, we hadden niets intiems. Als ik schrijver zou zijn, zou ik nu door kunnen gaan met een bouquetreeksachtig relaas. Maar daar schiet niemand iets mee op. Vooruit, een foto, niet van haar maar van de oude West Pier van Brighton. Die in de concurentiestrijd met de veel commerciëlere tweede pier in de badplaats toevallig (?) in vlammen is opgegaan. Zoals ooit ook het Paleis voor Schone Kunsten hier in De Haag, de stad der steden, door brand is verwoest. Ook toevallig: het was gekocht door projectontwikkelaar Zwolsman, die wilde plannen had voor het gebied. En ook de oorzaak van deze brand is nooit opgehelderd. Laat ik overgaan tot de orde van de dag.
Zaterdag aan het begin van de avond was ik verzeild geraakt in een Chinees op het oude dorp. Met drie dames aan mijn tafel. Dat had verder geen betekenis, het was een groot gezelschap en ik had mijn plek wat ongelukkig gekozen. Alledrie hadden ze zo'n ding waar ze druk mee waren. Een had iets dat sterk leek op een gewoon mobieltje, de twee anderen hadden ingewikkelder stuff. Kunnen jullie ook op internet met die speeltjes, vroeg ik. Dat konden ze, allemaal. Kun je dan zien wie vandaag de E3-prijs Harelbeke heeft gewonnen. Dat is wielrennen. Even later wist de een na de andere te melden: Fabian Cacellara. En ik: nee, nee, dat is vorig jaar. Wie heeft de editie 2011 gewonnen? Ze hielden voet bij stuk. Later heb ik thuis Sporza.be op de pc opgezocht. Het was inderdaad, voor het tweede jaar op rij, Fabian Cancallara. En hoe. Na enkele malen met pech te hebben gestaan, daarna het peloton weer ingehaald en voorbij gereden naar de kop, spong hij met veel vertoon van macht weg. Met ruim een minuut voorsprong ging hij over de meet. Oké, een aantal van de echt grote kanonnen reed niet mee, die kwamen de dag erna pas aan de bak in Gent-Wevelgem, maar dat neemt niet weg dat het zeer indrukwekkend was wat de Zwitser liet zien. Gent-Wevelgem werd gewonnen door Tom Boonen. Dat belooft, voor komend weekend, wanneer Vlaanderens mooiste, de Ronde van Vlaanderen, wordt verreden. U bof als u van wielrennen houdt.
Qua sport: ik werd genoemd in de Krant van zaterdag. In de flauwekul sportrubriek Het Nieuwste Schavot. Een rubriek die ik nooit lees, maar vriend Jimmy, hier links bij de links, wees mij erop. Redacteur Oekie schreef over de dichtbundel De sportspuit hing in de touwen van ene Saul van Bezemer. Verschenen in 1972. Hij citeert een gedicht over Lex Schoenmaker, de toemalige ADO-spits: 'Ga door Lexie/Ga door met relexxie/Wees sexie/En sexie/En beksie met je beksie/Tot je leksie/O Lexie/Linksbuiten sexie/Ga buitenom Lexie/Doe het voorom Lexie/En ook achterom sexie.' En zo schijnt Van Bezemer nog een tijdje door te gaan. Oekie vervolgt: 'Of Van Bezemer en de voetballer elkaar kenden, weet ik niet. Wel is bekend dat Schoenmaker een poëzieliefhebber was die graag debatteerde met Haagse literatoren als Adriaan Bontebal.' Soms word ik nog genoemd, ik ben nog niet helemaal vergeten. Maar wie Saul van Bezemer was? Ik zou het bij god niet weten, nooit van gehoord.
Nog een berichtje uit de Krant: 'In mei 2008 deed Matthijs van Nieuwkerk een belofte in Holland Sport: als ADO De Haag binnen vijf jaar in de topvijf van de Eredivisie zou eindigen, zou hij zijn hoofd kaal scheren. Met nog zes wedstrijden te gaan staat ADO op, jawel, plaats vijf. De Haagse wethouder Kartsen Klein heeft laten weten dat hij Van Nieuwkerk hoogstpersoonlijk' wil kaalscheren op de middenstop van het ADO-stadion.' Nog even, dan weten we hoeveel ruggengraat die Van Nieuwkerk heeft.
De lp van de dag komt morgen weer aan bod, gisteren weinig tijd gehad. Kan je je alvast voorbereiden: het wordt Revolution van Q65. Overigens tast ik nog steeds in het duister omtrent wie de gulle gever is geweest die vorige week een aantal oude lp's van The Kinks voor mijn deur heeft gezet. Ze zijn prachtig, ik heb inmiddels alle zestien kanten gedraaid.
|
|
|
 |
|
 |
E-mail mij |
Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.
|
|
|
 |