 |
We zijn de 34de week van 2025
|
 |
|
 |
Rustig genieten van gedichten, liedjesteksten, muziek, vertellingen, prenten en foto's. |
Welkom in mijn thuishaven. Zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens. |
 |
31-05-2015 |
De engel spreekt. Blanka Gyselen |
Zij beitelen mij uit marmer
een lichaam, een gelaat,
ik ril, ik word niet warmer
binnen dit aards gewaad.
Zij hangen aan mijn schouder
een ingebeelde wiek,
ik zweef, ik ben veel ouder
dan het ruisen der muziek.
Zij lispelen met hun lippen
"seraf" en "cherubijn",
ik stijg tot waar begrippen
volmaakte graden zijn.
Maar eenmaal, aan het einde,
verdwijnen woord en vorm,
dan daal ik naar het zijnde,
een wind binnen Uw storm.
Als ik in liefdeshuiver
mij tot de mens beken,
zien zij mij eindelijk zuiver,
God, tussen U en hen?
1952
uit de bundel: De engel werft.
31-05-2015, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
30-05-2015 |
Boom in april. Blanka Gyselen |
Gij noemt hem: ruiker voor de bruid,
hij hoort het niet, hij droomt zich uit
in het boom-zijn gans verzonken
en aan zijn wortelen tot zijn kruin
staat heel de wereld als een tuin
onder de zon te pronken.
Gij denkt: hij bergt een nest weldra,
en bouwt, de vogel achterna,
een zekerheid voor morgen.
Maar breed gespreid van tederheid
verdroomt de boom gewoon zijn tijd
diep in het lied geborgen.
Gij zucht: hij raakt zijn bloesems kwijt,
en het sneeuwt alweer vergankelijkheid.
De boom, hij leent zijn lover
aan de oude wind, die jonger stoeit
terwijl hij tijdloos verbloeit
met zoveel dromen over.
O zo bereid en rijk en stil
eenmaal te staan, boom in april,
van zon en droom bedropen,
los van de wens, het nest, de vrucht
in die onmetelijke lucht
met al uw bloesems open.
30-05-2015, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
29-05-2015 |
Vogelverschrikkers. Blanka Gyselen |
Wij staan aan staken opgesteld
tussen uw luchten en het veld
om kraaien te verjagen
de aarde plaatst ons ver uiteen
onder uw heemden, heel alleen,
om het dwaze lot te dragen
van niets te zijn, noch man noch vrouw,
het kleed, dat geen meer dragen wou
hangt rondom ons, onooglijk...
wel, als een kind voorbij ons gaat
schept zijn verbeelding een gelaat
meer immers is niet mogelijk.
De winden waaien warm en koud
het kind groeit op, het wordt al oud
en zoekt zich tastbaarheden.
Het schemert op dit spel van schijn
zo lang, tot wij versleten zijn
en zelfs de vogelen het weten.
Wat baat dan nog aan veld en vrucht
ons ledig flapperen in de lucht
zo iemand niet vermoedde
hoe iets toch van Uw beeltenis
zonder gezicht aanwezig is
onder die oude hoeden.
29-05-2015, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
28-05-2015 |
De na-regen. Blanka Gyselen |
Tussen mijn raam en de openheid
wordt dit mijn uitzicht op uw tijd?
Het schouwen naar de oude den,
nu ik mij gans tot hem beken
maakt hij zich wonderbaarlijk los
van de andere bomen in het bos
en plots ontsteekt uw zon een vonk
in elke druppel die hij dronk.
Heel even lijkt het of hij hijgt
nu de wierook langs zijn stam opstijgt.
Dan springt als de gedachte vlug
een eekhoorn langs zijn ruige rug
van tak tot tak, tot in zijn top,
en aan die dartele harteklop
valt, wat uw hemelregen was,
als diamanten in het gras.
28-05-2015, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
27-05-2015 |
Voor de nacht. Blanka Gyselen |
I.
Sluit uw raam op de nacht
op de echo der schoten
op het dier, het gedode
dat verstijft in zijn vacht.
Sluit uw mond op de nacht
waar de lichtblinde uilen
in hun schaduwen schuilen
maak u vrij van hun klacht.
Sluit uw oor op de nacht
aan het huilen der honden
raakt de maan nooit verslonden,
sluit uw hart, dat nog wacht.
II.
En lig neer in de nacht
met uw ogen wijd open
op het wonder te hopen
dat misschien wordt volbracht.
Heel alleen in de nacht
binnen in uw contouren
u te voelen beroeren
door die andere kracht.
En zo wit in de nacht
tot een bron te ontspringen
en door het duister te dringen
tot wat gij verwacht.
III.
Door het zwart van de nacht
komt in rood-gele kringen
u de liefde omringen
al wat droom is en dracht
al wat kus in de nacht
al wat moord is in het duister
het baadt in uw luister
het teken van zijn geslacht.
En rijst dan door de nacht
tot gereinigd herleven.
Maar gij ligt leeggegeven
in het duister, .....en lacht.
27-05-2015, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
26-05-2015 |
En eeuwig treedt. Blanka Gyselen |
En eeuwig treedt van uit zijn eenzaamheid
een verre God om aan zijn beeld te kneden
in deze klei
die kleeft aan u en mij.
Een windbegin, bijna van innigheid,
geleidt zijn hand langsheen de oneffenheden
en stijgt tot storm
en die boetseert de vorm.
Dan zwijgt het al. De Schepper peilt zijn werk
dat eeuwig weer in het neerslaan van zijn ogen
tot steen gestold
beeft als zijn donder rolt.
Aan wolk en wolk van zijn geweldig zwerk
op steen en steen over zijn beeld gebogen
gij hier, ik daar,
slaat hij ze van elkaar.
En deze twee die uit hun duisternis
ontvonken tot zo bovenaardse klaarte
zien in dit licht
elkanders zielsgezicht.
Dan glimlacht hij in zijn geheimenis
en laat hen weer in heel hun stenen zwaarte
los in de tijd
beeld van Zijn eenzaamheid.
26-05-2015, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
25-05-2015 |
Het zeil. Blanka Gyselen |
Mijn aarde, o binnen uw boog
voor het volmaakte aanschouwen
aan wateren en luchten te bouwen,
die rust voor de vlucht van het oog.
En toch weer in het staren een stip
aan het trillen der wimpers ervaren:
uit de deining van duizenden jaren
verschijnt het onafscheidelijk schip.
Komt op het gevoelig getij
dan plots, in de wisseling der wolken,
Isolde de baren bevolken
en drijft zij aan Tristan voorbij?
En wiegt zij zijn lijk met haar zeil
en wiegt zij ook mij in die sluimer
van waaruit ik oneindig ruimer
het strand van het hart doorpeil?
O dan, haast lichaamloos-ijl
voor die heilige ontroering het ontwaken:
waar hemel en zee elkaar raken
verschijnt mij een ziel aan het zeil.
25-05-2015, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
|
Pinksteren in oude postkaarten 1 |
Ik wens jullie allemaal een vreugdevol Pinksteren.








25-05-2015, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
|
Pinksteren in oude postkaarten 2 |
Een vreugdevol Pinksterfeest voor iedereen.








25-05-2015, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
|
Pinksteren in oude postkaarten 3 |
Voor iedereen een vreugdevol Pinksterfeest.








25-05-2015, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
02-05-2015 |
Voor de spiegel. Blanka Gyselen |
I
Uw eerste worp, hij wordt geluid
gij steek er al een hand naar uit:
de spiegel kan ontspringen
daar, aan dat glas, waar gij begint
u-zelve aan dat ander kind
een liedje voor te zingen.
Gij noemt de aarde dan uw land
gij bouwt uw woning aan haar wand
en staat zo lang te staren
en smeert zo kwistig met uw kwik
de spiegel dicht van het eigen ik
om gans uzelf te ervaren.
Gij zuigt gezichten naar u toe
versmelt in hen en wordt niet moe
het wonder te aanschouwen
van hart aan hart, van mond op mond,
de spiegel groeit, om wereld-rond
u het leven te ontvouwen.
II
Dan maait er één, die naast u zweeg,
aan beeld na beeld uw spiegel leeg.
Aan borsten, blikken, handen
betast gij bang uw eenzaamheid
en aan die vloed, die uit u schreit,
bespat gij alle wanden.
En als gij dan weer in hem blikt
is heel uw spiegel zo doorstikt
dat gij om uzelf te wenken
alleen van uw geschonden schoon
de schaduw van een doornenkroon
ontdekt rondom uw denken.
En lang, hoe lang, in woest verweer
doorploegt gij met uw doornig zeer
uw beeld, het onaanvaarde,
tot eindelijk al zijn kwik gelost
de spiegel, van uzelf verlost,
ontbloot de grote klaarte.
III
En waar uw voet een meer ontmoet
dat niemand, niets verroeren doet
dat soms wat windgerimpel
doorschouwt gij,dat gij niets meer zijt
op water van bezonkenheid
dan het wuiven van een wimpel.
En waar een ruimte uw omringt
en telkens toch een kelk u dwingt
u buigend in te drinken
weerkaatst u iedere druppel dauw
iets uit de hemelzee van blauw
waarin gij zult verzinken.
En waar gij uw zielediepten ziet
en mogelijk een vogellied
gaat aan uw wimpers wiegelen,
wie weet is het de mensheid zelf,
ofwel een engel of een elf,
die zich aan u wilt spiegelen?
02-05-2015, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
01-05-2015 |
Punt voor Europa (Gibraltar). Blanka Gyselen |
Een leven lang op reis, naar wie, naar waar?
o landschap van het hart, gebergte van begeerte.
Een leven lang die droom, die spokig wederkeerde.
Ontmoeten reis en droom op deze plaats elkaar?
Gij ziet uzelf aan het eind van de oude wereld staan
om scherp tot op haar punt de laatste stap te wagen,
hoe nu elk droombeeld losraakt uit het vage:
aan de overzij staart de woestijn u aan.
Herken de boot, zij heeft uw rede in zicht,
herken aan ogen, aarde en beminde handen
al wie u wenkt en aan u wil belanden.
Herken u-zelf: gij wuift de ogen dicht.
En plots krijst ook die meeuw, tussen de boot en u
aan wat uw bloed hen naschreeuwt om een streling
krijst wat gij kreunt, krijst ver voorbij de reling
de zee, de tijd voorbij. Open de ogen nu.
Uw aardse blikken knipperen in het licht
maar klaarder dan in droom, in het zwijgen aller winden,
verrijst uit de woestijn die andere Beminde
en wenkt, maar zonder stem, en zonder aangezicht.
01-05-2015, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
|
Voor de koekoek. Blanka Gyselen |
Aan de grenzen, dewelke, herinnering,
begont gij zijn roep reeds te ruilen
voor een stem, die de vogel verving?
Ach al wat in klanken kan schuilen
verwierf u de wisselende wind
die ermee door de dagen dwaalde.
Er lokte een liefde, er kreet een kind,
Tot de zon aan de wolken daalde.
Toen, midden de oneindige stilte, viel
nog éénmaal, vooravondlijk zuiver
de roep als een zucht van de zusterziel
en gij luistert met heilige huiver.
Dan keert ge alleen naar de zwijgende nacht
en droomt, aan u-zelve verloren.
Voor wie bij dageraad niets meer verwacht
wie weet wordt de vogel herboren?
O lost dan de namen en zucht noch zoek
om glimlachend niets meer te willen
dan de oeroude klankroep: koe-koek...koe-koek...
door uw stilten te laten trillen.
01-05-2015, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
30-04-2015 |
Roos in de avond. Blanka Gyselen |
Na de laatste orkaan
o dit late verwerven:
voor de avond te staan
en de roos te zien sterven
en de doorn van haar duur
toch nog roekeloos rukken
om een kleine kwetsuur
aan uw lippen te drukken
en te proeven hoe rood
het verbloeden blijft smaken
maar zo koninklijk groot
haar uw woning te maken
dat op afstand het hart
om de geur laat gebeuren
hoe de aardroos al zwart
aan de nacht zal verkleuren.
Drijft het blad dat daar viel
in dit langzaam ontluisteren
op de wiekslag van de ziel
die gij leert te beluisteren?
O dan open en bloot
met de roos te begeven
en zinkend in haar dood
zinderen aan eeuwig leven.
30-04-2015, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
|
Herfst in duin. Blanka Gyselen |
Wie voortgejaagd in het najaar van de wind
verblind, verdoofd, tot aan uw boezem spoelden,
oermoeder duin, ontvangt gij als uw kind.
Uit elk geslacht, dat langs uw flanken woelde
en in u stierf terwijl de storm verging,
dooraderen u de naakte boomgeraamten
tot soms een tak, doorheen de wenteling
van elk geslacht, dat ooit uw schoot ontvaamde,
weer los geraakt uit het helmgras van uw haar,
op-kruipt tot kruin en het groot geruis laat horen.
Wat dan geschiedt is telkens wonderbaar:
voor elk geslacht wordt iets opnieuw geboren:
aan het oud orkaan ontsnapt een goudfazant,
en wordt de wiek van de Al-Ziel door de luchten
die in de sfeer van de hemelzee belandt.
Wie hem aanschouwt, die helpt gij u ontvluchten
want zie: hij spiedt, weerspiegeld in uw bed,
naar het vogelspoor, het nooit nog achterhaalde.
Hij volgt het al. En weer, naar de eeuwige wet,
verwacht uw schoot de volgende verdwaalde.
30-04-2015, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
29-04-2015 |
Lied voor de meidoorn. Blanka Gyselen |
Hij staat zo bleek te blozen
bladstil omringd met mei
die eens bloedrood gekozen
ontlook voor hem en mij.
En hoe zijn takken wegen
alsof hij zich bezon
op zoveel tranenregen
waarin zijn bloei begon.
Van drommen dromenkinderen
blijft voor zijn mijmerij
alleen dit witte vlinderen
rond het gebrom van een bij.
Aan zijn doorzonde trossen
ademt de avond luw.
Laat het verband niet lossen,
hart, tussen hem en u.
Wens hem de weg der sterren
en help hem aan de maan
zijn kelken opensperren
voor een volmaakt vergaan.
Wellicht in dit ontluisteren
zal aan wat stervensgeur
van uw bestemming fluisteren
een windzucht in mineur.
Een vogel zal hem horen,
en het lied, uw bloei voorbij,
wordt voor uw loof geboren
Meidoorn, o hart van mij.
29-04-2015, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
|
Beeld in de sneeuw. Blanka Gyselen |
Beleeft van eeuw tot eeuw
elk voor zichzelf het wonder?
wij dompelen samen onder
mijn zuster in de sneeuw
de ziel aan zoveel wit
verstild en uitgezuiverd
maar weet gij, hoe ik bid
en ik, waaraan gij huivert?
Hoe moet nu, los van ons,
uit elk een wens vertrekken.
Gij stort u in het dons
en tekent er uw trekken
en rijst in het grijze licht
en hoort de hinden huppelen.
Ik zie het zilver druppelen
van uw doortrild gezicht.
En reeds verleidt mij het spel
uit verre kinderjaren,
voor een gepuurd ervaren
werp ik mij in de wel.
Maar diep uit de aardeschoot
komt over mij gegleden
als een bevroren vrede
de adem van de dood.
En ik staar de maskers aan
zoals sinds alle tijden
Hij, die dit beeld bereidde,
ons in Zijn oog weet staan.
Vervloeien in elkaar
ergens, aan welke grenzen
zich rakend, alle wensen?
Gij wijst met weids gebaar
naar de ongerepte rug
van zachtomvachte heuvelen
en lokt mij met uw keuvelen
binnen de droom terug.
En ik volg, van eeuw tot eeuw,
wij stijgen weer naar het wonder,
Gods zon gaat langzaam onder
op maskers in de sneeuw.
29-04-2015, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
28-04-2015 |
Manewake. Blanka Gyselen |
Geen halm beweegt aan het gras
zo klaar is de avondwake
dat onze adems raken
een stilte als van glas.
Laat in die breeklijkheid
langsheen twee zilverberken
heel even niets beperken
het ontstijgen aan de tijd.
Voel in die roerloosheid
hoe buiten de gebaren
uit ons volmaakt bedaren
een kruin zich openspreidt
en op-klimt in dit licht
uit welk gebied ontvloden?
herinneringen, doden
bloeien tot aangezicht.
Doorpeilen wij het verband
van ster tot ster nu zuiver?
plots, in die heilige huiver
raakt mij uw aardse hand.
Een stilte als van glas
wiegt vogelen op mijn twijgen,
en waar wij ademend hijgen,
verroert een kelk in het gras.
28-04-2015, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
|
Weerzien. Blanka Gyselen |
Weest stil, hier ligt een strand,
zie, het jagen van de baren
elkander achterna, het komt nu tot bedaren,
een hand rust in een hand
en de geringste druk
wat wind rondom uw vingeren
wordt ritme om de ziel naar de andere ziel te slingeren
en dit nu heet: geluk.
De sterren en de maan
van werelden omgeven
hebben hun trage baan rond deze stad beschreven.
Staar thans elkander aan.
En dan, o hart, onthoud.
Blijf om het reine peilen
somtijds nog tijdloos langsheen het strand verwijlen
al stroomt gij, eeuwen oud.
Want keert straks het getij
en wordt gij voortgedreven,
gij zijt in het ogenblik, gelijk de dood het leven,
elkaar volmaakt nabij.
28-04-2015, 00:00
Geschreven door André 
|
|
 |
27-04-2015 |
Sneeuw. Blanka Gyselen |
Geduld, gesneeuwd geduld
waaraan de stem der stormen
tot stilte is gestold
en elke voor gevuld
en overal de vormen
rondom in dons gerold.
Het leeggegeven grijs
tot horizon gesponnen
houdt heel de hemel ver.
Wat waagt uw wens de reis
zo vaak vergeefs begonnen
naar uw mirakelster?
Schend met uw schreden niet
deze maagdelijke wade
over versleten slijk.
Maar ken uw grensgebied:
geduld, het sneeuwt genade
binnen uw klein bereik.
Als in een boom, vlakbij
een vink die overwintert
soms plots van honger piept
hoor: hoe de kinderschrei
door moeder aarde zindert,
mijn ziel, waarop gij riep.
O baar dan aan uzelf
en laat de tijd geleden
en laat de ster gedoofd.
Onder dit streng gewelf
zweeft een gesneeuwde vrede
de goede beloofd.
27-04-2015, 08:31
Geschreven door André 
|
|
 |
|
 |
|