Priester Joseph Iannuzzi over het leven in de goddelijke wil - deel 3
Priester Joseph Iannuzzi over het leven in de
goddelijke wil – deel 3
Maar ook Maria gaf instructies in de maand mei in het boek
: De Maagd Maria en het Koninkrijk van de Goddelijke Wil. Er zijn 36 lessen.
Jezus geeft de mannelijke versie om in de goddelijke wil te leven. In het
andere boek geeft Maria de vrouwelijke versie om in de goddelijke wil te leven.
Jezus gaf de instructies als leraar en Maria gaf overwegingen. Het begint met
de schepping, de verlossing en dan de heiliging. Luisa ontving ook 33 genaden.
Op het einde van haar leven vroeg Luisa Jezus hoe te
sterven. Ze wilde alleen sterven. In 1994 ontving ze de titel Dienares van God.
Er is een boek uitgegeven : De gave van te leven in de goddelijke wil in de
geschriften van Luisa Piccarreta en deze heeft de goedkeuring gekregen van het
Vaticaan.
De schepping
Wat deden Adam en Eva in Eden. Voor de zonde lag de nadruk
niet op ‘doen’ maar op ‘zijn’. Ze waren met God verenigd in extase. Er was toen
geen tijd. Er was toen een groei in zijn heiligheid. Net zoals in de Hemel een
voortdurende groei in heiligheid is. Het is niet statisch. Het is een
voortdurende groei in God, in de H. Drie-eenheid. De engelen en heiligen doordrongen
worden van Gods leven. En hoe meer ze doordrongen zijn van dat goddelijke
leven, hoe meer ze groeien in zijn kennis en in zijn wezen. Natuurlijk hebben
ze dingen te doen: ze bemiddelen, ze hebben missies, ze beschermen, ze
verdedigen, ze verlichten. Ze zijn verbonden tussen de materiële en spirituele
toestand. In de schepping was Adam voornamelijk God aan het verheerlijken
namens de hele schepping. In de schepping en door de schepping. In het boek
Daniel 3 vinden we een gebed van Daniel die door de kosmos gaat en God
verheerlijkt namens elk geschapen ding.
Geloofd zijt Gij, Heer, God van onze voorvaderen, geprezen en
hooggeroemd in eeuwigheid. Geloofd zij uw glorievolle en heilige Naam, hooggeprezen
en hooggeroemd in eeuwigheid.
Geloofd zijt Gij in uw heilige en glorievolle tempel, hooggeprezen
en hooggeroemd in eeuwigheid.
Geloofd zijt Gij die op de cherubs troont en de afgronden
doorschouwt, hooggeprezen en hooggeroemd in eeuwigheid.
Geloofd zijt Gij op uw koninklijke troon, hooggeprezen en
hooggeroemd in eeuwigheid.
Geloofd zijt Gij in het firmament van de hemel, geprezen en
hooggeroemd in eeuwigheid.
Loof de Heer, al zijn werken prijs en roem Hem zeer in eeuwigheid.
Hemelen, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in eeuwigheid.
Engelen van de Heer, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Al het water boven de hemel, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer
in eeuwigheid.
Heel het hemelse heer, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Zon en maan, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in eeuwigheid.
Sterren aan de hemel, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Regen en dauw, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Alle winden, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Vuur en hitte, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Koude en vorst, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Dauw en sneeuwjacht, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
IJs en koude, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Grijp en sneeuw, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Nachten en dagen, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Licht en duisternis, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Bliksems en wolken, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Aarde, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in eeuwigheid.
Bergen en heuvelen, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Al wat op aarde groeit, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer
in eeuwigheid.
Bronnen, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in eeuwigheid.
Zeeën en stromen, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Zeemonsters en al wat in het water leeft, loof de Heer, prijs
en roem Hem zeer in eeuwigheid.
Alle vogels in de lucht, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer
in eeuwigheid.
Alle wilde en tamme dieren, loof de Heer, prijs en roem Hem
zeer in eeuwigheid.
Mensen, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in eeuwigheid.
Israël, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in eeuwigheid.
Priesters, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in eeuwigheid.
Tempeldienaren, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Rechtvaardigen, loof de Heer met hart en ziel, prijs en roem
Hem zeer in eeuwigheid.
Vromen en nederigen van hart, loof de Heer, prijs en roem Hem
zeer in eeuwigheid.
Chananja, Azarja, Misaël, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer
in eeuwigheid,
want Hij heet ons ontrukt aan de onderwereld en ons gered uit de greep van de
dood; Hij heeft ons bevrijd uit de laaiende oven en verlost van het vuur.
Dank de Heer, want Hij is goed, en zijn barmhartigheid duurt
eeuwig.
Allen die de Heer vreest, loof de God der goden, prijs en dankt
Hem, want zijn barmhartigheid duurt eeuwig.
Ook het lied van David, psalm 148 doet hetzelfde.
Alle lof aan God! Loof de Heer vanuit het hemelgewelf, loof Hem, jullie
in den hoge; loof Hem, koor van zijn engelen, loof Hem, koor van zijn
hemelse scharen. Loof Hem, zon en maan, loof Hem, heir van lichtende
sterren; loof Hem, hemel der hemelen, en jij water die de hemelen omgeeft. Alles
looft de naam van de Heer: Hij gebood en het al was geschapen, dat Hij vestigde
voor altijd en eeuwig, met een maatgang, niet te verbreken. Loof de Heer, jullie
hier op de aarde: zeegedrochten in uw baaierd van water, vuur en hagel,
wolken en sneeuw, stormwind die zijn bevelen opvolgt; jullie bergen en heuvelen
tezamen, vruchtbomen en cederenwoud; jullie dieren in het wild, in het
veld, kruipende dieren en gevederde vogels. Jullie aardse koningen, jullie
volkeren, vorsten, machthebbers van de wereld; jonge mannen en jullie,
jonge meisjes, jong en oud samen: laat hen de naam van de Heer loven. Want zijn
naam alleen is hoogverheven, zijn luister tooit de aarde en de hemel. Hij
doet de hoorn van zijn volk rijzen, tot een lofzang voor al zijn getrouwen: de
kinderen Israëls, het volk van zijn nabijheid. Alle lof aan God!
Luisa gebruikte deze
benadering, niet omdat ze de H. Schrift kende zoals wij of theologen, maar omdat
Jezus het haar leerde. Waarover gaat de goddelijke wil? Daniel ging door de
kosmos in geestelijke zin. Ook David ging door de kosmos in geestelijke zin. De
H. Franciscus van Assisi deed hetzelfde in zijn zonnelied:
Allerhoogste, almachtige, goede Heer,
van U zijn de lof, de roem, de eer en alle zegening
U alleen, Allerhoogste, komen zij toe
en geen mens is waardig U te noemen.
Geloofd zijt Gij, mijn Heer, met al uw schepselen,
vooral heer broeder zon,
die de dag is, en door wie Gij ons verlicht.
En hij is mooi en stralend met grote luister.
Van U, Allerhoogste, draagt hij het zinnebeeld.
Geloofd zijt Gij, mijn Heer, door zuster maan en de sterren.
Aan de hemel hebt Gij ze gemaakt, schitterend, kostbaar en mooi.
Geloofd zijt Gij, mijn Heer, door broeder wind
en door de lucht en de wolken, het helder weer en ieder
jaargetijde, waardoor Gij uw schepselen in leven houdt.
Geloofd zijt Gij, mijn Heer, door zuster water,
die heel nuttig is, nederig, kostbaar en kuis.
Geloofd zijt Gij, mijn Heer, door broeder vuur,
door wie Gij voor ons de nacht verlicht.
En hij is mooi en vrolijk, stoer en sterk.
Geloofd zijt Gij, mijn Heer, door zuster aarde,
onze moeder die ons in leven houdt en leidt
en allerlei gewassen met kleurige bloemen en kruiden voortbrengt.
Geloofd zijt Gij, mijn Heer,
door hen die vergiffenis schenken door uw liefde,
en ziekte en verdrukking dragen.
Gelukkig zij die dat dragen in vrede,
want door U, Allerhoogste, zullen zij worden gekroond.
Geloofd zijt Gij, mijn Heer,
door onze zuster de lichamelijke dood,
waaraan geen levend mens ontsnappen kan.
Wee hen die sterven in doodzonde.
Gelukkig wie zij aantreft in uw allerheiligste wil,
want de tweede dood zal hun geen kwaad doen.
Loof en zegen mijn Heer
en dank en dien Hem met grote nederigheid.
Hoe waren de cycli van Luisa van de schepping anders dan
deze van Daniel, David en Franciscus? Luisa ging door de schepping gelijkaardig
aan het patroon in de H. Schrift. God verheerlijken, aanbidden, prijzen en
danken in en door de schepping. Theologisch is dit het verschil betreffende
tijd en ruimte. Ik geef jullie 3 adjectieven: eindig, oneindig en eeuwig. Wat
is het verschil? Eindig heeft een begin en een einde. Eindig zijn schepselen
zoals planten. Oneindig heeft een begin maar geen einde. Zoals wij oneindige
schepselen. We gaan op het einde naar de Hemel of de Hel en we leven voort.
Eeuwig heeft geen begin en geen einde. Enkel God is eeuwig. Alle engelen,
Maria, wij zijn oneindig. God is dus eeuwig, wij zijn oneindig. Redeloze wezens
zijn eindig.
Wanneer Daniel, David en Franciscus baden waren hun gebeden
samengedrukt in het eindige. Schepselen, wezens en andere elementen waren God
aan het aanbidden enkel gedurende hun levensduur. Wanneer we bidden in de
goddelijke wil doet God dit in ons door Jezus, die eeuwig is. Hij smolt twee
naturen, het menselijke en het goddelijke tezamen. Het wordt een hypostatische
vereniging genoemd in theologie.
Uit www.gotquestions.org
: De hypostatische vereniging is de term die gebruikt wordt om te
beschrijven hoe God de Zoon, Jezus Christus, een menselijke gedaante aannam,
maar toch tegelijkertijd volledig God bleef. Jezus was altijd al God geweest (Joh
8:58; 10:30), maar tijdens de incarnatie nam Jezus een menselijke vorm aan –
Hij werd een menselijk wezen (Joh 1:14). De toevoeging van de menselijke aard
aan de Goddelijke aard is Jezus, de Godmens. Dit is de hypostatische
vereniging, Jezus Christus, één Persoon, volledig God en volledig mens.
Deze twee aspecten van Jezus, menselijk en Goddelijk, zijn onafscheidelijk.
Jezus zal voor altijd de Godmens zijn, volledig God en volledig mens, twee
verschillende naturen in één Persoon. De menselijkheid en de Goddelijkheid van
Jezus zijn niet gemengd, maar verenigd zonder de afzonderlijke identiteiten te
verliezen. Jezus had twee naturen, maar was slechts één persoon of
persoonlijkheid.
De leer van de hypostatische vereniging is een poging om uit te
leggen hoe Jezus tegelijkertijd zowel God als mens kon zijn. Maar uiteindelijk
is het een doctrine die wij nooit volledig zullen kunnen begrijpen. Het is voor
ons onmogelijk om volledig te bevatten hoe God te werk gaat. Wij zijn beperkte
menselijke wezens en kunnen niet verwachten dat wij een oneindige God kunnen
begrijpen. Jezus is Gods Zoon omdat Hij door de Heilige Geest werd verwekt (Lucas
1:35). Maar dat betekent niet dat Jezus niet bestond voordat Hij verwekt werd.
Jezus heeft altijd al bestaan (Joh 8:58; 10:30). Toen Jezus verwekt werd, werd
Hij een menselijk wezen, naast het feit dat Hij al God was (Joh 1:1,14).
Jezus is zowel God als mens. Jezus is altijd God geweest, maar Hij werd pas een
menselijk wezen toen Hij in Maria werd verwekt. Jezus werd een menselijk wezen
zodat Hij zich met onze beproevingen kon identificeren (Hebr 2:18), maar nog
belangrijker zodat Hij aan het kruis kon sterven om de straf voor onze zonden
te betalen (Filip 2:5-11). Samengevat leert de hypostatische vereniging ons dat
Jezus volledig menselijk én volledig Goddelijk is, dat er geen vermenging of
verzwakking van één van deze naturen bestaat, en dat Hij voor eeuwig één
verenigd Persoon is.
Een eindige handeling, dat een begin en een einde heeft,
zoals het oppakken van een boek en het neerleggen is een handeling. Dat is een
eindige handeling. Wanneer Jezus onze menselijke natuur aannam werd elke
handeling die Hij deed eeuwig. Het was gefusioneerd met zijn goddelijke natuur
en maakte Hij het eeuwig. Hij verleende de eindige handeling een oneindige
kwaliteit. Dat werd gedaan met de verlossing. Daarom verloste hij degenen in
het verleden, het heden en de toekomst. Want Hij alleen is eeuwig. Hij kan in
het verleden en de toekomst gaan. Laten we dat toepassen op de gebeden van
Luisa. Wanneer zij de gebeden deed in de goddelijke wil volgden ze hetzelfde
patroon als Daniel en David. Maar eens de goddelijke wil in haar komt, doet de
Drie-eenheid het. Daarom hebben haar gebeden niet alleen een impact op de
schepselen van haar tijd, maar in het verleden, het heden en de toekomst. Dat
is het verschil om te leven in de goddelijke wil volgens Luisa en de heiligen
in het verleden die baden in conformiteit met Gods wil. Ze waren enkel in staat
om impact te hebben op mensen en schepselen van hun tijd. Jezus zegt tot Luisa:
als mijn goddelijke wil niet het drijvende kracht was achter mijn menselijke
handelingen, zou mijn verlossing beperkt zijn geweest tot een paar generaties.
Waarom een paar generaties en niet 1? Omdat zijn levensduur ging van
grootouders, ouders en kinderen, dat zijn drie generaties. En Christus’ licht
had tot daar beperkt geweest als de goddelijke wil er niet had ingezeten.
God gebruikt de vrouw om zijn vijand, de duivel te
verslaan. Nadat Adam en Eva waren gevallen, gaf God het eerste proto-evangelie
of de eerste aankondiging van redding. Hij zei dat Hij uiteindelijk een
verlosser zou zenden:
Genesis 3:15 (Jahwe God tot de slang) Vijandschap sticht ik tussen
u en de vrouw, tussen uw kroost en het hare. Het zal uw kop bedreigen, en gij
zijn hiel!
Het was de toekomstvoorspelling dat de toekomstige
Verlosser geboren zou worden uit Maria en de zonde en satan zou verslaan door
zijn verrijzenis. In het boek Openbaring 12 vinden we haar terug. Het begint in
het eerste boek Genesis en in het laatste boek Openbaring.
Openbaring 12:1 en volgende En er verscheen een groot teken aan de
hemel: een vrouw, bekleed met de zon, de maan onder haar voeten en op haar
hoofd een kroon van twaalf sterren. Zij was zwanger en kreet in haar weeën
en barensnood. Toen verscheen aan de hemel een ander teken: een grote,
vuurrode draak. Hij had zeven koppen en tien horens, en op elke kop een
diadeem. En zijn staart vaagde een derde deel van de sterren des hemels weg en
wierp ze op de aarde. En de draak stond voor de vrouw die zou baren, om zodra?
zij gebaard had, haar kind te verslinden. En zij baarde een kind, een
zoon, die alle volken zal weiden met een ijzeren staf.
Priester Joseph Iannuzzi over het leven in de goddelijke wil - deel 2
Priester Joseph Iannuzzi over het leven in de
goddelijke wil – deel 2
De eerste natuurramp in onze menselijke geschiedenis was de
erfzonde. Daarom is het geen wonder dat woekerende zonden zorgen dat
natuurrampen vermeerderen. Hoe meer zonde toeneemt, hoe meer de natuur ons
terugroept naar God. Dat komt omdat de natuur werd geschapen naar ons beeld.
God schiep Adam en Eva na de 5 dagen van schepping. Toen Adam tot leven kwam
met de adem van de H. Geest, voerde de H. Geest zijn herinnering terug naar de
zon, de maan, de sterren, de bomen, de dieren, alles wat aan hem onderworpen
was. Wanneer Adam en Eva zondigden, keerde de natuur zich tegen hen. Omdat zij
zich tegen de natuur hadden gekeerd. De dieren werden wild. Er groeiden
doornen. Mensen werden oud. De dood. Al de gevolgen van zonde. Ze verloren dus
ingeprente kennis. Ze verloren onsterfelijkheid. En ze verloren hun reinheid.
Het Concilie van Trente zegt dat : Nadat we gedoopt zijn
blijft er in ons nog begeerte over, de neiging tot zonde. Het doopsel lost niet
alles op. Het begint het werk van heiliging. Zeker, het neemt de erfzonde definitief
weg, het herstelt ons in de christelijke familie van Christus waarbij we een nieuw
schepsel worden, maar de strijd is pas begonnen. Bij het doopsel gebeurt het
volgende: de Vader zendt de H. Geest, personifieert in ons door geloof, hoop en
liefde. En de toegang van Gods goddelijke aanwezigheid verdrijft de erfzonde.
De erfzonde kan niet uit zichzelf weggaan. Het wordt verdreven door de toegang
van de drie Goddelijke Personen. Op het moment van het doopsel vertoeft de H.
Geest in ons en de H. Geest is onafscheidelijk van de Vader en de Zoon. En dat
maakt dat we een nieuw schepsel zijn van God. En dan begint de tocht. Na de
erfzonde kon Adam niet navertellen aan Abel hoe het was. Hij verloor de
ingeprente kennis om de woorden te formuleren om de ervaring uit te drukken.
Hij kon het niet onder woorden brengen omdat zijn intellect
verduisterd was. De herinnering dat hij zo’n wonderbare gave was verloren
bewoog hem tot tranen. Jezus vertelde dat aan Luisa. Daarom weten we zo weinig
van hetgeen God aan Adam en Eva gaf voor de erfzonde. Maar nu is het aan ons
geopenbaard in de openbaringen van Luisa Piccarreta. De eerste 19 volumes
hebben van de Kerk de nihil obstat ontvangen. Luisa schreef meer dan 5000
bladzijden. Zeer weinig mensen zijn in staat alles te lezen wat ze schreef. Het
was voornamelijk bedoeld voor de hiërarchie, om een systematische en
theologische herziening te bieden voor de traditie en de leerstellingen van het
Magisterium van de Kerk. En er kleine boekjes van te maken voor de leken. Dat
is nu momenteel aan de gang. Al de geschriften van Luisa zijn vertaald in het
Engels.
Kleine Dochter van de Goddelijke Wil : Luisa Piccarreta
Door Pater B. Bucci o.f.m. - promotor van de Congregatie voor
heiligverklaringen.
De dienares Gods Luisa Piccarreta werd op 23 april 1865 geboren in
Corato in de provincie Bari en stierf daar in geur van heiligheid op 4 maart
1947.
Luisa had het geluk geboren te worden in één van die patriarchale
families die nog steeds leven in de streek Puglia en graag diep in het
binnenland leven in boerenwoningen.
Haar ouders Vito Nicola en Rosa Tarantino hadden vijf kinderen:
Maria, Rachele, Filomena, Luisa en Angela. Maria, Rachele en Filomena trouwden.
Angela, gewoonlijk Angelina genoemd, bleef alleen en zorgde voor haar zus tot
ze stierf.
Luisa werd geboren op de zondag na Pasen en werd dezelfde dag
gedoopt. Haar vader wikkelde haar een paar uur na haar geboorte in een deken en
droeg haar naar de parochiekerk waar het heilig doopsel werd toegediend.
Nicola Piccarreta was in dienst op een boerderij van de familie
Mastrorilli, halverwege de Via delle Murge in de Forre Disperata, 27 kilometer
van Corato. Degenen die deze streek kennen, met de zonnige, kale en rotsachtige
heuvels waarderen de plechtige stilte die er hangt. Luisa bracht vele jaren van
haar jeugd en jonge-meisjes-jaren door op deze boerderij. Voor het oude huis
staat nog steeds de indrukwekkende eeuwenoude moerbeiboom met de grote holte in
de stam, waar Luisa zich, toen ze klein was, gewoonlijk verstopte om buiten het
bereik van glurende ogen te kunnen bidden.
Op deze eenzame zonnige plek begon Luisa’s goddelijk avontuur, wat
haar moest leiden langs de paden van lijden en heiligheid. Het was inderdaad op
deze plaats, dat ze onuitsprekelijk begon te lijden van aanvallen van de
duivel, die haar bij tijden zelfs lichamelijk kwelde. Om bevrijd te worden van
dit lijden, nam ze onophoudelijk haar toevlucht tot ’t gebed, speciaal tot de
Allerheiligste Maagd, die haar troostte met Haar aanwezigheid.
De goddelijke aanwezigheid leidde het meisje langs zo’n
geheimenisvolle paden dat ze geen andere vreugden kende dan God en Zijn genade.
Op een dag zei de Heer haar inderdaad: Ik ben telkens weer over de wereld
getrokken, en Ik heb al Mijn schepselen één voor één bekeken om de
allerkleinste te vinden. Tussen zo velen vond Ik jou. Je kleinheid behaagde Me
en Ik koos jou uit. Ik vertrouwde je toe aan Mijn engelen dat ze voor je zouden
zorgen, niet om je groot te maken, maar om je kleinheid te bewaken en nu wil Ik
beginnen met het grote werk van de vervulling van Mijn Wil. Hierdoor zul je je
zeker niet groter voelen, integendeel, het is juist Mijn Wil om je zelfs
kleiner te maken en je zult de dochter van de Goddelijke Wil blijven.
(deel 12 – 23 maart – 1921 )
Toen ze negen was, deed Luisa haar eerste communie en werd ze
gevormd en van toen af leerde ze uren voor het H. Sacrament te blijven bidden.
Toen ze elf was, wilde ze lid worden van de toen bloeiende vereniging van de
dochters van Maria in de kerk van San Giuseppe. Met achttien jaar werd ze lid
van de derde orde der dominicanen als zuster Maddalena. Ze was één van de
eerste leden van de derde orde, door haar parochiepriester gestimuleerd.
Luisa’s toewijding aan de Moeder Gods zou zich ontwikkelen tot een diepe
mariale spiritualiteit, een inleiding op wat ze ooit zou schrijven over O L.
Vrouw.
Jezus’ stem leidde Luisa tot onthechting van zichzelf en van
iedereen. Toen ze ongeveer achttien was had ze vanaf het balkon van haar huis
aan de Via Nazario Sauro een visioen van Jezus lijdend onder het gewicht van
het kruis, die naar haar opkijkt en zegt “O ziel, help Me!” Vanaf dat moment
ontstond in Luisa een onstilbaar vurig verlangen naar lijden voor Jezus en de
redding van de zielen. Zo begon dat lichamelijk lijden, dat leidde tot ware
heldhaftigheid.
De familie beschouwde dit alles als ziekteverschijnselen en zocht
medische hulp. Maar al de geraadpleegde dokters stonden verbaasd over zulk
een ongewoon klinisch geval. Luisa was onderhevig aan stijfheid als van een
dode, ofschoon ze tekenen van leven vertoonde, en geen enkele behandeling kon
haar bevrijden van deze onbeschrijfelijke kwelling.
Toen alle wetenschappelijke middelen waren uitgeput, wendde de
familie zich tot de priesters, hun laatste hoop. Pater Cosma Loiodice, een
augustijn, werd aan haar bed geroepen: tot verbazing van alle aanwezigen was
het kruisteken, dat deze priester over het arme lichaam maakte, voldoende om
bij ’t zieke meisje onmiddellijk haar normale vermogens te herstellen. Na het
vertrek van Pater Loiodice naar zijn klooster, werden wereldheren gevraagd te
komen, die met het kruisteken Luisa weer in haar normale toestand brachten. Zij
was overtuigd dat alle priesters heilig waren, maar op een dag zei de Heer
haar: Niet omdat zij allen heilig zijn – waren ze dat maar! – maar eenvoudig
omdat zij de voortzetting zijn van Mijn priesterschap in de wereld, moet jij je
altijd onderwerpen aan hun priesterlijk gezag; verzet je nooit tegen hen, of ze
nu goed of slecht zijn.
Gedurende haarhele
leven moest Luisa zich onderwerpen aan priesterlijk gezag. Dit moest één van de
belangrijkste bronnen van haar lijden zijn. Haar dagelijkse behoefte aan de
autoriteit van een priester om haar gewone taken weer te volbrengen, was haar
diepste versterving. In het begin had ze te lijden onder zeer vernederend
onbegrip van de kant van de priesters zelf, die haar beschouwden als een
krankzinnige vol verheven ideeën. Op een keer lieten ze haar meer dan twintig
dagen in die toestand. Nadat Luisa de slachtofferrol had aanvaard, had ze zeer
speciale ervaringen: iedere morgen lag ze stijf, onbeweeglijk, in elkaar
gedoken op bed, en niemand kon haar languit laten liggen, haar armen opheffen,
of haar hoofd of benen in beweging brengen.
Zoals bekend, was een priester nodig, die met een kruisteken die
stijfheid als van een dode kon opheffen en haar in staat stelde haar gewone
taken weer op te nemen. (borduren) Dat haar biechtvader nooit tevens spiritueel
begeleider was, was zeer uitzonderlijk. Ons Heer reserveerde die taak voor
Zichzelf. Jezus liet haar Zijn stem rechtstreeks horen, trainde haar,
corrigeerde haar, berispte haar zonodig en bracht haar geleidelijk naar de
hoogste toppen van volmaaktheid. Luisa werd onderricht in wijsheid en werd vele
jaren voorbereid om de gave van de Goddelijke Wil te ontvangen.
Luisa werd een offerziel. De offerziel vereenzelvigt zich
met het lijden van de Heer om zielen te redden, te verlossen en te heiligen.
OLVrouw te Fatima toonde aan de 3 herdertjes - Lucia, Francisco en Jacinta- het
visioen van de hel. En ze weenden. OLVrouw zei: Er zijn vele zielen die naar de
hel gaan omdat er niet genoeg mensen zijn die voor hen bidden. We kunnen dus
zielen redden door onze gebeden en offers. Dat was het doel van Luisa’s offer.
Ze werd gekozen door God om offers te brengen. Om op haar Jezus’ lijden te
aanvaarden om zielen te redden.
Op 16 oktober 1888 ervaart ze haar eerste geestelijke
bruiloft met de Heer op aarde. Toen was ze 23 jaar. Op 7 september 1889 ervaart
Luisa haar tweede geestelijke bruiloft met de Heer in de Hemel. Jezus neemt
bezit van haar hart. Verschillende dagen later bevestigt de H. Drie-eenheid dit
en legt in haar hart de Goddelijke verblijfplaats. Dit is wanneer God haar de
gave geeft om te leven in de goddelijke wil. Geen heilig heeft ooit een
geestelijke bruiloft ervaren in de Hemel. Luisa ervaart nog een derde geestelijke
bruiloft van het Kruis, waar ze bijna voortdurend begint te lijden met Jezus
voor de redding van de zielen, om de kastijding te vermijden dat ze voorzag in
een mystiek visioen, voor het einde van de Wereldoorlogen, voor de
cholera-epidemie te verzachten.
De toenmalige aartsbisschop G.B. Dottula kwam te weten wat er zich
afspeelde in Corato. Na de mening van verschillende priesters gehoord te
hebben, wilde hij zijn gezag laten gelden en nam de verantwoordelijkheid op
zich voor deze kwestie. Na rijp beraad achtte hij het juist, Luisa een
bijzondere biechtvader toe te wijzen, Pater Michele de Benedictis, een
prachtige priester, voor wie zij iedere hoek en spleet van haar ziel opende.
Pater Michele, een verstandige priester met een heilige manier van doen, stelde
grenzen aan haar lijden en beval haar niets te doen zonder zijn toestemming.
Het was dan ook Pater Michele, die haar oplegde minstens één maal per dag te
eten, zelfs als ze direct alles overgaf. Luisa moest alleen leven van de
Goddelijke Wil. Onder leiding van deze priester kreeg ze toestemming om
voortdurend in bed te blijven als boeteslachtoffer. Dit was in 1888. Luisa
bleef aan haar bed van pijnen gekluisterd voor nog eens 59 jaar tot aan haar
dood. Merk op dat ze tot dan toe, hoewel ze haar rol als slachtoffer had
aanvaard, slechts nu en dan in bed bleef, omdat de gehoorzaamheid haar nooit
had toegestaan om voortdurend in bed te blijven. Vanaf Nieuwjaar 1889 echter
bleef ze voortdurend in bed.
In 1898 wees de nieuwe prelaat, aartsbisschop T. de Stefano haar
een nieuwe biechtvader toe. Pater Gennaro Di Gennaro, die deze taak 24
jaar vervulde. De nieuwe biechtvader, die flitsen zag van de wonderen van
de Heer in deze ziel, droeg Luisa nadrukkelijk op, alles te noteren wat God’s
genade in haar bewerkte. Geen enkele uitvlucht van de dienares Gods om haar
biechtvader niet te gehoorzamen haalde iets uit, zelfs niet haar geringe
literaire vorming. Pater Gennaro Di Gennaro bleef koud en onbewogen, hoewel hij
wist, dat de arme vrouw alleen maar lagere school had. Aldus begon ze 28
februari 1899 haar dagboek, bestaande uit 36 dikke delen. Het laatste
hoofdstuk werd geschreven op 28 december 1939, de dag waarop ze opdracht
kreeg te stoppen met schrijven.
In 16 november 1900, toen ze 35 jaar was ervaarde ze haar
vierde en laatste geestelijke huwelijk. Daarin bezat ze Jezus’ hart, ontving ze
3 goddelijke adems, en raakt ze middenin de goddelijke wil, en bezit ze de
volledige goddelijke wil. Luisa heeft 4 bruiloften ervaren. Jezus zei dat je in
het doopsel de tempel van de H. Geest wordt. Wanneer je je middenin Jezus
bevindt, dan wordt God je tempel. De drie-eenheid wordt je tempel.
Haar biechtvader die stierf op 10 september 1922, werd opgevolgd
door kanunnik F De Benedictis die haar maar vier jaar bijstond, omdat hij
stierf op 30 januari 1926. Aartsbisschop G. Leo benoemde een jonge priester
Pater B. Calvi tot haar biechtvader. Hij stond Luisa bij tot ze stierf, deelde
al haar lijden en het wanbegrip dat de dienares Gods ten deel viel in de
laatste jaren van haar leven.
Aan het begin van de eeuw waren de mensen hier gelukkig met de
aanwezigheid van St. Annibale Maria Di Francia in Puglia. Hij wilde in Trani
mannelijke en vrouwelijke takken van zijn pas gestichte congregatie. Toen hij
hoorde over Luisa Piccarreta, bracht hij haar een bezoek en vanaf die tijd
waren deze twee zielen onverbrekelijk verbonden door hun gezamenlijke
doelstellingen.
Andere beroemde priesters bezochten Luisa eveneens zoals bv. Pater
G. Braccali s.j., Pater E. Montemurro die stierf in een geur van heiligheid en
Pater F. Cento, apostolisch nuntius en kardinaal. St. Annibale werd haarbuitengewone
biechtvader en gaf haar geschriften uit, die stuk voor stuk zorgvuldig werden
bestudeerd en goedgekeurd door het kerkelijk gezag. In ± 1926 gaf St. Annibale
Luisa opdracht de memoires van haar jeugd en jonge-meisjes-jaren te schrijven.
Hij gaf verschillende geschriften van Luisa uit, waaronder “De Uren van de
Passie”, die wereldberoemd werden en vier keer werden herdrukt. Toen het huis
van de zusters van de congregatie van het Goddelijk Vuur in Corato klaar was,
werd Luisa op 7 oktober 1928 opgenomen in het klooster, zoals St. Annibale dat
had gewenst. St. Annibale was toen al in een geur van heiligheid gestorven in
Messina.
In 1938 stak er een verschrikkelijke storm op rond Luisa
Piccarreta: zij werd in het openbaar verworpen door Rome en haar boeken werden
op de index geplaatst. Na de publicatie van de veroordeling door het H.
Officie, onderwierp ze zich direct aan het gezag van de Kerk. Vanuit Rome werd
door de kerkelijke autoriteiten een priester gestuurd die al haar handschriften
opvroeg, die Luisa onmiddellijk en zonder ophef overhandigde. Zo werden al haar
geschriften weggesloten op het secretariaat van het H. Officie.
Vanwege opdracht van hogerhand werd Luisa op 7 oktober 1938
verplicht het klooster te verlaten en een nieuwe woonplaats te zoeken. De
laatste negen jaar van haar leven bracht ze door in een huis aan de Via
Maddalena, een plaats die de ouderen in Corato goed kennen en waar zij op 8
maart 1947 zagen, hoe haar lichaam naar buiten werd gedragen.
Luisa’s leven was zeer eenvoudig; zij bezat weinig of niets. Zij
leefde in een huurhuis, liefdevolonderhouden
door haar zus Angela en een paar toegewijde vrouwen. Het weinige wat ze had,
was zelfs niet genoeg om de huur te betalen. Om in haar onderhoud te voorzien
borduurde ze ijverig en verdiende hiermee een beetje voor haar zus; zij zelf
had immers kleding, noch schoenen nodig. Haar voeding, een paar gram, werd voor
haar klaargemaakt door haar hulp Rosaria Bucci. Luisa bestelde niets, verlangde
niets en gaf direct over wat ze at. Ze zag er niet uit als iemand vlak voor de
dood, maar ze zag er ook niet echt gezond uit. Toch deed ze altijd iets, haar
energie was nodig voor haar dagelijks lijden of haar werk en voor degenen die
haar goed kenden was haar leven een voortdurend wonder.
Zij was absoluut niet gehecht aan geld dat betaald werd buiten haar
dagelijks werk om. Zij weigerde resoluut geld en allerlei cadeautjes, haar
aangeboden onder welk voorwendsel dan ook. Zij nam nooit geld aan voor de
publicatie van haar boeken. Zo zei ze op een dag tot St. Annibale, dat ze hem
het geld wilde geven van haar auteursrechten: “Ik heb er geen recht op, want
wat ik daar opgeschreven heb, is niet van mij.” (voorwoord van “De uren van de
Passie”. Messina 1926) Ze weigerde ’t minachtend, gaf het geld terug dat vrome
mensen haar soms stuurden.
Luisa’s huis was als een klooster, niet toegankelijk voor nieuwsgierigen.
Er waren altijd een paar vrouwen rondom haar, die leefden vanuit haar eigen
spiritualiteit en wat meisjes die bij haar thuis leerden borduren. Veel
roepingen ontstonden in deze “bovenzaal”. Haar vormingswerk was niet alleen
beperkt tot meisjes; ook heel wat jonge mannen werden door haar naar
verschillende religieuze instituten en seminaries gestuurd. Haar dag begon
om 5 uur, als de priester kwam om het huis te zegenen en de H. Mis op te
dragen. Ofwel haar biechtvader deed dat of een plaatsvervanger: een voorrecht
mogelijk gemaakt door Leo XIII en in 1907 bevestigd door St. Pius X. Na de H.
Mis bleef Luisa gewoonlijk twee uur lang in gebed en dankzegging. Om ± 8 uur
begon ze aan haar werk tot aan de middag. Na haar sobere lunch bleef ze alleen
in haar kamerom te mediteren. ’s Middags, na wat uren werk, bad ze de
rozenkrans. ’s Avonds tegen 20 uur schreef ze haar dagboek. Rond middernacht
ging ze slapen. ’s Morgens trof men haar onbeweeglijk aan, stijf, ineengedoken
op haar bed, haar hoofd naar rechts en de tussenkomst van priesterlijk gezag
was nodig om haar weer op te roepen voor haar dagtaak en haar in staat te
stellen om rechtop te zitten in bed.
Luisa stierf op de leeftijd van 81 jaar, tien maanden en negen
dagen, op 4 maart 1947, na een ziekte van twee weken, de enige in haar leven
met een diagnose, een serieuze longontsteking. Ze stierf aan het eind van de
nacht, op het zelfde uur waarop de priesterlijke zegen haar iedere dag had
bevrijd uit haar onbeweeglijkheid.
Luisa bleef rechtop in bed zitten. Het was onmogelijk om haar neer
te leggen, een buitengewoon verschijnsel. Haar lichaam was nooit onderhevig aan
“rigor mortis” en bleef in de houding die het altijd had gehad.
Nauwelijks had het nieuws van Luisa’s dood zich verspreid, of al
het volk stroomde als een sterk gezwollen rivier haar huis binnen en de
tussenkomst van de politie was nodig om de menigte in bedwang te houden, die
dag en nacht binnenstroomde om Luisa, zo dierbaar voor hen, te groeten. Eén
stem weerklonk: “Luisa, de heilige is gestorven” Met toestemming van ’t
burgerlijk gezag en gezondheidsautoriteiten werd haar lichaam 4 dagen opgebaard
zonder enig teken van lichamelijk verval. Luisa leek niet dood, zij zat in bed,
in ’t wit gekleed, het leek of ze sliep, omdat ze, zoals reeds gezegd, niet
leed aan “rigor mortis”; Zonder enige moeite kon men haar hoofd in alle
richtingen bewegen, haar armen opheffen, haar handen en al haar vingers buigen.
Het was zelfs mogelijk haar oogleden op te tillen en haar stralende ogen te
zien die niet mat waren geworden. Iedereen geloofde dat ze nog leefde,
ondergedompeld in een diepe slaap. Een team van dokters, voor dit doel
bijeengeroepen, verklaarde, na degelijk onderzoek van het lichaam, dat Luisa
werkelijk dood was en dat haar dood moest beschouwd worden als reëel en niet
schijndood, zoals iedereen had gedacht. Luisa had gezegd dat zij “achterste
voren” was geboren en dat het daarom logisch was, dat haar dood ook ongewoon
zou zijn vergeleken met andere schepselen. Ze bleef in zittende houding zoals
ze altijd geleefd had en moest in deze houding naar het kerkhof worden gedragen
in een kist speciaal voor haar gemaakt met voor en zijkanten van glas, zodat ze
door iedereen gezien kon worden, als een koningin op haar troon, in ’t wit
gekleed met het Fiat op haar borst. Meer dan veertig priesters, het kapittel en
de plaatselijke geestelijkheid namen deel aan de uitvaart. De zusters droegen
haar om beurten op hun schouders en een onmetelijke menigte omgaf haar: de
straten waren ongelooflijk vol; zelfs de balkons en de daken van de huizen
wemelden van de mensen, zodat de processie met de grootste moeite langzaam
voort trok.
De uitvaartplechtigheid van de kleine dochter van de Goddelijke Wil
werd gehouden in de hoofdkerk in aanwezigheid van het hele kapittel. De hele
bevolking van Corato volgde het lichaam naar het kerkhof. Iedereen probeerde
een aandenken of een bloem mee naar huis te nemen, na daarmee haar lichaam te
hebben aangeraakt. Een paar jaar later werd het stoffelijk
overschot overgebracht naar de parochie St. Maria Greca. Toen Luisa op 4 maart
1947 naar het Vaderhuis ging, werd Corato drie dagen overspoeld door duizenden
bedevaarders. Er was nog geen jaar voorbij en Aartsbisschop Mgr. Reginaldo
M.Addazi riep haar uit tot “Dienares Gods”. Haar stoffelijk overschot werd op 3
juli 1963, door toedoen van de laatste officieel aangestelde biechtvader, Don
Benedetto Calvi, overgebracht naar het heiligdom van de Parochie S. Maria
Greca. Pas op 20 november 1994, heeft het Aartsbisdom Trani-Barletta-Bisceglie,
onder leiding van Zijne Exc. Mgr. Carmelo Cassati, ingevolge het “non obstare”
van de Heilige Stoel en op verzoek van de Vrome Vereniging “Luisa Piccarreta
P.F.D.V.” in Corato, de procedure voor de zalig- en heiligverklaring geopend.
Op 29 oktober 2005, heeft Zijne Exc. Mgr. Giovan Battist Pichierri, die met de
verzamelde getuigenissen en documenten het diocesane onderzoek naar de roep van
heiligheid van de Dienares Gods in handen gegeven van de Heilige Vader. (24/2/2008
door House of Healing Den Bosch)
Karol Wojtila heeft de verboden boeken van Zr Faustina en
Antonio Rosmini-Serbati in ere hersteld en Joseph Ratzinger heeft de boeken van
Luisa Piccarreta in ere hersteld. Ze waren toen nog kardinaal, maar ze werden
allebei later Paus.
Luisa werd de kleine dochter van de goddelijke wil genoemd.
En Maria is de Moeder van de Goddelijke Wil. Luisa vroeg aan Jezus: Wanneer ga
ik de grote dochter worden? Maar Hij zei: Je zult altijd de kleine dochter
zijn, omdat Maria de grote dochter is en ook de Moeder van de Kerk. We kunnen
zeggen dat Paus Johannes Paulus II de Paus van de goddelijke barmhartigheid
was. En Paus Benedictus XVI de Paus van de goddelijke wil. En de goddelijke
barmhartigheid en de goddelijke wil gaan hand in hand.
Luisa heeft 36 volumes geschreven en daarnaast nog 4
werken: de uren van het lijden, de Maagd Maria en het Koninkrijk van de
goddelijke wil, de vrome pelgrimstocht van de ziel en de goddelijke wil en de
kerstmisnoveen. Ze schreef ook veel brieven. Haar volumes zijn gegroepeerd
volgens het heilig nummer 12. De 12 stammen van Israël, de 12 apostelen, de 12
sterren van Maria. De eerste 12 delen spreken over de fiat van verlossing. De
volgende 12 gaan over de fiat van schepping. De laatste 12 gaan over de fiat
van heiliging. Deze volumes werden gegeven door Jezus.
Het maandloon van een pastoor: 1.736 euro netto
(www.jobat.be)
We vroegen pastoor Adrien Dhooghe (60) uit
Merelbeke hoeveel hij verdient ...
Adrien Dhooghe (60), Merelbeke
Beroep:
priester-pastoor
Privé:
ongehuwd, geen kinderen (celibatair)
Brutoloon:
2.540,52 euro
Nettoloon:
1.736,79 euro
Extra's:
gratis woonst
Wat doe je voor job?
Ik ben priester-pastoor in Merelbeke. Mijn job is
voortgekomen uit een roeping, en ik ervaar het dus niet echt als werk
(behalve soms bij laatavondvergaderingen ). Het is een opdracht die ik mag
vervullen met daarbij een ruime persoonlijke vrijheid om ze te volbrengen en
eigen accenten te leggen.
Doe je je job graag?
Heel graag! Al kan het soms zwaar zijn, bijvoorbeeld als er
verschillende begrafenisdiensten kort na elkaar zijn. Je wil dan meeleven met
de verschillende families in rouw en een passende kerkdienst verzorgen, niet
eenvoudig.
Wat vind je van je inkomen?
Ik zou durven zeggen: het is zelfs iets van het goede te
veel. Naast de gratis woonst krijgen we er bijna een halve wedde bij als we
verantwoordelijk zijn voor meer dan één parochie. Al doe ik zelf sinds kort wel
nog slechts één parochie. Aan de andere kant is ons pensioen niet zo denderend.
Zou je van werk veranderen voor een hoger loon?
Neen, het is een roeping.
Spaar je?
Ik spaar wat, vooral in het vooruitzicht van de aankoop van
een nieuwe wagen. Pastoors hebben geen bedrijfswagen of kilometervergoeding.
Wat is je grootste kost?
Mijn levensonderhoud, de wagen en de energiekosten.
Let je meer op je centen door de crisis?
Neen, behalve wat betreft de energiekosten.
Waar kan je echt geen geld aan geven?
Aan gastronomische weekends.
Waar geef je met plezier geld aan uit?
Aan liturgische gewaden (al worden die meer door de
parochie dan door mezelf betaald), boeken en goede doelen waar mensen zich
vrijwillig voor inzetten.
Waar droom je van?
Van een wereld waar meer mensen gelukkig zijn en minder te
lijden hebben onder geweld, egoïsme en onverschilligheid van anderen.
DE HAMVRAAG :
Kunnen de priesters zich eigenlijk een leven
inbeelden van mensen die het met veel minder moeten doen omdat ze chronisch ziek,
gehandicapt, gepensioneerd of werkloos zijn? Kosten van medicatie hebben,
ziekenhuisfacturen enz. en bovendien hun huishuur nog moeten kunnen betalen? En
dan hebben we nog niet over bisschoppen waar hun netto maandinkomen tussen de
3500 en 4000 Euro ligt en waar ze nog extra voordelen bovenop krijgen.
Uur van Genade op 8
december van 12 tot 13.00 u. (Arnold Moors)
Dit werd gevraagd door
Onze Gezegende Moeder aan Zuster Pierina Gilli in een kleine kerk in
Montichiari, aan wie zij elf maal verschenen is: In één van de boodschappen
vroeg Onze Lieve Vrouw voor Boete en zei Ze: "Boete is niets anders dan het aanvaarden van onze dagelijkse
kruisjes. Hoe klein ze ook zijn, aanvaard ze met liefde." Toen vroeg Zij
aan Zuster Pierina om op 8 december op de middag terug te komen. "Dit zal
mijn Uur van Genade zijn." De Zuster vroeg hoe zij zich moest voorbereiden
voor dit Uur van Genade, waarop Zij zei, "met gebeden en boete. Bid Psalm
51 driemaal met uitgestrekte armen. Gedurende dit Uur van Genade, worden zeer
veel geestelijke genaden gegeven. De meest verharde zondaars zullen geraakt
worden door de genade van God. De Gezegende Maagd beloofde dat wat men ook
vroeg gedurende dit Uur van Genade, het hen zou verleend worden, indien het in
overeenstemming was met de Wil van de Eeuwige Vader."
8 December : Genade-uur
Maria, Rosa Mystica
O.L.Vrouw verscheen 7 keer in
Montechiari in Italië (van het voorjaar 1947 tot 8 december 1947) en 4 keer in
Fontanelle, ook in Italië, (van 17 april tot augustus 1966) aan een
verpleegster, Pierina Gilli.
Tijdens een van de
verschijningen aan Pierina drukte O.L.Vrouw de wens uit dat Zij Mystieke Roos
of Rosa Mystica genoemd wilde worden en dat Zij elk jaar op 8 december op het
middaguur een Genade-uur wilde instellen d.w.z. een uur van gebed, van offer en
boete met de bedoeling om de mensheid te redden.
Boete doen is niets anders
dan zijn dagelijks kruis aanvaarden, ongeacht of het groot of klein is en
vooral het met liefde aanvaarden. O.L.Vrouw beloofde dat in dit Genade-uur alle
smeekbeden worden verhoord, die in overeenstemming zijn met de Wil van God,
zelfs als ze menselijkerwijs onmogelijk lijken. De volgende verschijningen
bevestigen de boodschappen, die Pierina Gilli in Montechiari kreeg.
-- Voorjaar 1947 -- In de kapel van het plaatselijke ziekenhuis verscheen
O.L.Vrouw, in paars gekleed, heel bedroefd met tranen in haar ogen. Haar Hart
was doorboord met 3 zwaarden.
Het eerste zwaard
betekent: het onwaardig vieren van de H.Mis en het onwaardig ontvangen van de
H. Communie.
Het tweede zwaard
betekent: ontrouw zijn, en de roeping als priester of religieus opgeven.
Het derde zwaard betekent:
het Geloof de rug toekeren. O.L.Vrouw vroeg om gebed, offer en boete. Boete
doen betekent de dagelijkse kruisjes en ook de dagelijkse plichten met liefde
aanvaarden in de geest van boete.
-- 13 juli 1947 -- Deze keer verscheen O.L.Vrouw in een wit kleed, versierd
met drie rozen: een witte, een rode en een gele.
De witte roos staat voor
de geest van gebed. De rode roos staat voor de geest van offerbereidheid. De
gele roos staat voor de geest van boete en bekering. Haar verzoek: Ik verlang
dat de 13e juli elk jaar gevierd wordt ter ere van de Rosa Mystica (de Mystieke
Roos).
-- 22 oktober 1947 -- O.L.Vrouw verscheen in de kapel van het ziekenhuis en
gaf deze boodschap: Leef vanuit de Liefde.
-- 16 november 1947 -- O.L.Vrouw verscheen in de basiliek van Montechiari. Haar
boodschap luidde: God kan de zware zonden tegen de zuiverheid niet langer
aanzien. Hij wil een vloedgolf van straffen zenden. Ik ben tussenbeide gekomen
en heb Hem gevraagd nog één keer barmhartig te zijn!
Daarom vraag ik jullie om
te bidden en boete te doen om deze zonden goed te maken.
-- 22 november 1947 -- Opnieuw verscheen O.L.Vrouw in de basiliek van
Montechiari. Zij vroeg zuster Pierina om als daad van nederigheid vier keer een
kruisteken met haar tong te maken op de tegels midden in de kerk. O.L.Vrouw
zei: Ik kom op deze plaats, want hier zullen veel grote bekeringen plaats
hebben. Zij beloofde plechtig: Op 8 december op het middaguur zal ik opnieuw
hier in de basiliek verschijnen. Dat zal het uur van Genade zijn. Door dit
Genade-uur zullen er talrijke en grote bekeringen plaats hebben. Verharde en
koude harten, zoals dit marmer, zullen door de goddelijke genade geraakt
worden. Zij zullen geloven in God met trouwe liefde.
-- 7 december 1947 -- O.L.Vrouw verscheen in een witte mantel, die aan de
rechterkant door een jongen en aan de linkerkant door een meisje werd
vastgehouden.
O.L.Vrouw zei: Jacinta en
Francesco, zij zullen je helpen in je beproevingen en lijden. Zij hebben ook
geleden. Ik verlang van jou de eenvoud en goedheid van deze twee kinderen.
-- 8 december
-- Zuster Pierina bad met een grote groep mensen de rozenkrans midden in de
kerk toen er plotseling een schitterend wit licht verscheen aan het plafond.
Uit het licht kwamen trappen naar beneden tot op de vloer van de kerk, ongeveer
5 meter lang. O.L.Vrouw verscheen stralend, met gevouwen handen en in het wit
gekleed op de trap, die prachtig versierd was met witte , rode en gele rozen.
Terwijl Ze boven aan de trap op een schitterend tapijt stond, zei Ze met een
glimlach:
Ik ben de Onbevlekte Ontvangenis, en een
paar treden verder afdalend vervolgde Zij: Ik ben Maria, vol van genade,
Moeder van mijn goddelijke Zoon, Jezus Christus. Nog verder afdalend zei Ze:
Ik verlang gekend te worden als de Rosa Mystica. Het is mijn wens dat elk jaar
op 8 december op het middaguur over de hele wereld het Genade-uur wordt
gehouden.
Veel geestelijke en lichamelijke
genaden zullen worden verkregen door deze devotie.
Onze Heer, mijn goddelijke Zoon Jezus, zal zijn overvloedige barmhartigheid
tonen als goede mensen onafgebroken zullen bidden voor hun zondige broeders. De
H.Vader van de Kerk moet in kennis worden gesteld dat het mijn wens is dat het
Genade-uur voor de wereld bekend wordt en over de hele wereld gepractiseerd
wordt. Als iemand niet in staat is om de kerk te bezoeken, laat hij dat uur dan
thuis bidden en hij zal door mijn bemiddeling genaden ontvangen. Allen, die op
deze tegels bidden en tranen van berouw hebben, zullen een veilige hemelse
ladder vinden en genade en bescherming verkrijgen door mijn moederlijk Hart.
O.L.Vrouw toonde Pierina
haar Hart en zei:
Zie dit Hart, dat de
mensen zo zeer bemint, maar de meeste mensen overstelpen het met beledigingen.
Als de goeden en de slechten zich in gebed verenigen, zullen zij door dit Hart
barmhartigheid en vrede verkrijgen.
God beschermt steeds de
goeden en houdt een grote straf tegen door mijn tussenkomst. O.L.Vrouw
glimlachte weer en zei toen: Spoedig zal men de rijkdom van dit Genade-uur
inzien.
Van de beelden van de Rosa
Mystica, die nu in veel delen van de wereld vereerd worden, is bekend dat ze
echte tranen en bloedtranen geweend hebben.
Voorbereiding op het Genade-uur
n
8
december, feest van Maria Onbevlekt Ontvangen, te beginnen om 12.00 uur tot
13.00 uur. Een heel uur van gebed.
n
Gedurende
dit speciale uur van Genade, in de kerk, ofwel thuis je moet vrij zijn van alle
afleidingen en onderbrekingen. Beantwoord geen telefoon of deurbel, maar
concentreer je helemaal alleen op God.
n
Begin het
Genade-uur met drie keer Psalm 51 te bidden met uitgestrekte armen.
n
De rest
van het uur kun je in stilte met God doorbrengen, de rozenkrans bidden, het
lijden van Jezus overwegen, God loven, prijzen en danken op je eigen manier Voor
je eigen land of je geliefde gebeden, psalmen overwegen of het zingen van
hymnen, enz.
Psalm 51
God ontferm U over mij in
uw barmhartigheid, delg mijn zondigheid in uw erbarmen.
Was mijn schuld volkomen
van mij af, reinig mij van al mijn zonden.
Ik erken dat ik misdreven
heb, altijd heb ik mijn vergrijp voor ogen.
Jegens U alleen heb ik
gezondigd, wat U tegenstaat heb ik gedaan.
Dus zijt Gij rechtvaardig
in uw oordeel, is het vonnis dat Gij velt gegrond.
Ach, met schuld belast
werd ik geboren, schuldig was ik toen mijn moeder mij ontving.
Maar Gij hebt behagen in
oprechtheid, Gij hebt mij geleerd in eigen hart te zien.
Sprenkel mij met hysop dat
ik rein word, was mij dat ik witter word dan sneeuw.
Maak mij weer ontvankelijk
voor blijde klanken, geef mijn gekastijde lichaam nieuwe levensmoed.
Wend uw ogen af van mijn
gebreken, scheld mij al mijn schulden kwijt.
Schep in mij een zuiver
hart, mijn God, geef mij weer een vastberaden geest.
Wil mij niet verstoten van
uw aanschijn, neem uw heilige Geest niet van mij weg.
Geef mij weer de weelde
van uw zegen, maak mij sterk in edelmoedigheid.
Dan zal ik de dwalenden uw
wegen leren, alle schuldigen terugvoeren tot U.
Houd mij ver van
bloedschuld, God mijn Redder, dan bezingt mijn tong uw wijs beleid.
Heer, maak Gij mijn lippen
los, dat mijn mond uw lof kan zingen.
In geschenken hebt Gij
geen behagen, wat ik U ook bied, Gij wilt het niet.
Wat ik offer, God, is mijn
boetvaardigheid, een vermorzeld en vernederd hart wijst Gij niet af.
Wees ook Sion in uw
goedheid weer genadig, bouw de muren van Jeruzalem weer op.
Dan ontvangt Gij alle
offers die Gij hebt bevolen, dan komt men weer offeren op uw altaar.
Eer aan de Vader en de
Zoon en de Heilige Geest. Zoals het was in het begin en nu en altijd, en in de
eeuwen der eeuwen. Amen.
Noveengebed ter voorbereiding op het Hoogfeest van Maria
Onbevlekte Ontvangenis op 8 december.
Gebed tot de Heilige Geest.
Heilige Geest, U bent in
mij aanwezig,
U leeft in mij.
U bidt in mij zonder
ophouden, ook s nachts als ik slaap.
U bent de bron van mijn
liefde.
U vult mijn hart met Uw
vreugde.
U sterkt mij, U troost
mij, U geneest mij.
U toont mij de wil van de
Vader.
U leidt mij op de rechte
weg. Amen.
Gebed tot O.L. Vrouw.
Sta ons toe, Maria, U te
loven en samen met U God te danken voor de rijke volheid van hemelse gaven,
waarmee de Allerhoogste U heeft getooid om de waardige Moeder van zijn enige
Zoon te kunnen worden. Dit goddelijk Moederschap, dat voor eeuwig uw grootste
glorie en uw diepste geluk zal zijn, ging op aarde gepaard met een overmaat aan
droefheid en smarten, omdat U op de
aller-innigste wijze hebt deelgenomen aan het lijden, dat uw goddelijke Zoon
voor onze Verlossing heeft doorstaan.
Zo hebt U ons op Calvarië
gebaard tot kinderen van God en bent U in waarheid onze Moeder geworden. Te
weinig denken wij eraan, o Moeder, U hiervoor te danken, en dikwijls moet ons
onwaardig gedrag U en uw goddelijke Zoon beledigen en diep bedroeven. Wij
betreuren dit nu en willen U eerherstel geven door eindelijk te doen, wat U met
zoveel aandrang hebt gevraagd: God niet meer te beledigen en ons leven te beteren.
Ootmoedig smeken wij U, Maria, aanvaard met dit goede voornemen ook onze
dringende bede voor de grote noden van deze tijd. Wend af elk gevaar van oorlog
en behoed ons voor de dreiging van ongeloof en een te grote gehechtheid aan
tijdelijke goederen.
Verkrijg ons een
werkelijke en duurzame vrede, vrijheid voor de vervolgde Kerk, eenheid en
broederliefde onder alle volkeren. Bescherm de Heilige Vader, zegen de
bisschoppen en priesters, de kloosterlingen en alle gelovigen; sta hen bij om
heilig te leven en vruchtbaar te werken voor de uitbreiding van Gods Rijk.
Wil alstublieft ons
nederig en vertrouwvol gebed ondersteunen met de vurige smekingen van uw
Onbevlekt Hart, dat wij met liefde vereren. Moge door uw voorspraak Gods
barmhartigheid overvloedig neerdalen over onszelf, over allen die ons dierbaar
zijn en over de velen die in geestelijk of in stoffelijke nood verkeren.
Gebed gedurende de hele Adventstijd te bidden ter
voorbereiding op het Kerstfeest.
Heer Jezus, wij zien U als
Kind en geloven dat U de zoon van God bent, die mens geworden is in de schoot
van de maagd Maria door de werking van de Heilige Geest.
Zoals in Betlehem
aanbidden ook wij U met Maria, met de Heilige Jozef, de engelen en de herders
en herkennen in U onze enige Verlosser. U bent arm geworden om ons met uw
armoede rijk te maken. Help ons om nooit de armen en de mensen die lijden te vergeten.
Bescherm onze gezinnen en zegen alle kinderen. Geef, dat in ons steeds de
liefde mag heersen, die U ons gebracht hebt, de liefde die het leven gelukkiger
maakt.
Jezus, geef dat allen de
Waarheid van uw geboorte inzien, op dat iedereen zal weten dat U gekomen bent
om de gehele mensenfamilie het Licht, de Vreugde en de Vrede te brengen. U bent
God en U leeft en heerst met God de Vader in de eenheid met de Heilige Geest nu
en in eeuwigheid. Amen.
Luisa Piccarreta, Kleine Dochter van de
Goddelijke Wil
Deze noveen is gepubliceerd in het eerste
deel van Het Boek van de Hemel dat
geschreven werd in 1899.
Luisa bereidt zich altijd goed voor op het
Hoogfeest van Kerstmis. Als 17- jarige schrijft zij 9 meditatieve teksten i.v.m.
het Mysterie van de Menswording van Jezus, het Woord van de Vader. Zo eert zij elke
maand van Jezus verblijf in de schoot van de Maagd Maria.
EERSTE DAG : en het Woord is Vlees geworden.
De Menswording van Jezus
Louisa: Ik beschouwde het Mysterie van de H.
Drievuldigheid:
de
Vader zendt de Zoon naar de aarde,
de
Zoon gehoorzaamt onmiddellijk aan de Wil van de Vader,
de H.
Geest stemt hiermee volledig in.
Er was een zo verheven Liefde, onderling en
naar de mensen toe.
De ondankbaarheid van de mensen daartegenover
en vooral van mezelf waren verpletterend.
TWEEDE DAG
Luisa aanschouwt Jezus in de maagdelijke schoot van Maria:
Het aanschouwen van een God, zo groot in de
Hemel, en nu herleid tot niets, nagelden me aan de grond. De bewegingen van Jezus waren zo beperkt en ook
zijn ademhaling was belemmerd.
De inwendige stem zei me: Zie je nu hoezeer
Ik je bemind heb! Geef me a.u.b. een
klein plaatsje in je hart. Verwijder alles eruit wat niet van Mij is. Zo
zal je me meer ruimte geven om te bewegen en te ademen.
DERDE DAG
Ik bemin jullie allen zozeer
De inwendige stem zei me: Kind, plaats je hoofd
op de schoot van Mijn Moeder en kijk er diep in naar Mijn klein menselijk wezentje.
De liefde verteerde Mij. Het vuur, de oceanen, de immense zeeën van liefde overspoelden
Me en verpulverden Mij tot as. De vlammen laaiden zo hoog op en bereikten alles,
alle generaties, van de eerste tot de laatste mens.
Mijn kleine mensheid werd door deze vlammen
verteerd
Weet je wat het doelwit is van Mijn eeuwige
liefde? Ja, zielen!
Daar Ik God ben handelde Ik als God. Ik nam hen allen op in Mezelf. Mijn
Liefde gaf Me geen rust als Ik iemand uitsloot.
Lieve dochter, kijk aandachtig in de schoot
van Mijn Mama. Aanschouw mijn geïncarneerde Mensheid. Je zal er je eigen ziel
vinden, verwekt samen met Mij, en ook de liefdesvlammen die je verteerden.
Ik beminde en bemin je en jullie allen zozeer!
Dochter, druk jezelf dichter tegen Me aan en
geef je handen aan Mijn lieve Mama. Zo kan Zij je dicht tegen Haar moederlijke schoot
houden. Kijk nog eens met andere ogen naar Mijn klein menselijk wezentje en zie
het vierde wonder van Mijn Liefde.
VIERDE DAG
Samen met Mij is ook de Passie geïncarneerd
Samen met Mij is ook de Passie geϊncarneerd. Bekijk
Me goed in de schoot van Mijn Hemelse Mama. Zie hoe Ik als kleine mens
gefolterd werd.
Bemerk mijn klein hoofdje, omringd door een
doornenkroon. Deze drukte sterk op mijn slapen en veroorzaakte stromen van
tranen. Het was me onmogelijk te bewegen en ze te drogen.
A.u.b., heb medelijden met Mij en droog Mijn
ogen en gelaat, nat van het vele wenen. Jullie hebben de armen vrij om deze
tranen te drogen.
Deze doornen zijn de kroon van de zovele
slechte gedachten die in het menselijk brein opkomen. Zij prikken me zeer, meer
dan de aardse doornen.
Kijk opnieuw, en bemerk de kruisiging gedurende
negen maanden lang. Ik kon geen vinger, hand noch voet bewegen. Er was geen
plaats om ook maar een beetje te bewegen. Wat een lange en moeilijke
kruisiging.
Alle slechte werken namen de vorm van nagels aan en doorboorden
voortdurend Mijn handen en voeten.
En Hij vertelde me al de pijnen, al de martelaarschappen
van Zijn kleine Mensheid, teveel om alle neer te schrijven.
Ik weende en een innerlijke stem zei me:
Mijn dochter, Ik wil je omhelzen maar Ik kan
niet - er is geen plaats en Ik kan niet bewegen. Ik wil bij jou komen maar Ik
kan niet.
Kom jij nu bij Mij en omhels Me. Zodra Ik de
moederlijke schoot verlaat, zal Ik bij jou komen en bij jou blijven.
VIJFDE DAG
Ik ben vanuit de Hemel naar de aarde gekomen om hen gelukkig te maken.
Mijn dochter ga niet van Mij weg, laat Me
niet alleen. Mijn Liefde wenst je gezelschap.
Dit is een ander Wonder van Mijn Liefde: Zij wil niet alleen zijn. Zij
wil het gezelschap van de mens.
In de schoot van Mijn Mama zijn alle
schepselen samen met Mij ontvangen. Ik ben midden onder hen en er is enkel Liefde.
Ik wil hen vertellen hoe zeer Ik hen bemin.
Ik wil hen spreken over mijn vreugden en mijn verdriet.
Ik ben vanuit de Hemel naar de aarde gekomen om hen gelukkig te maken. Ik wil hen blij maken en troosten.
Ik blijf bij hen als een klein broertje en Ik
geef elk van hen al wat Ik bezit, Mijn koninkrijk, en dit ten koste van Mijn Leven.
Ik geef hen kusjes en knuffeltjes en Ik wil
met hen spelen.
Ze bezorgen Me evenwel veel verdriet.
Sommigen lopen weg van Mij. Anderen spelen
doof en leggen Me het zwijgen op.
Er zijn er die Mijn geschenken minachten en
die helemaal geen belangstelling tonen voor Mijn Koninkrijk.
Als antwoord op Mijn liefkozingen en kussen
krijg Ik onverschilligheid en minachting. Zo verandert Mijn vreugde in bittere
tranen.
In het gezelschap van zovelen ben Ik zo alleen.
Deze eenzaamheid weegt zwaar op Mij.
Ik heb niemand waar Ik kan tegen spreken,
waarbij Ik mezelf kan zijn of die Ik lief mag hebben.
Ik heb verdriet en zwijg want als Ik spreek is er toch niemand die naar
Mij luistert.
Mijn dochter, Ik smeek je, laat me niet
alleen in deze grote eenzaamheid.
Laat Me spreken door te luisteren naar Mijn
woorden. Open je oren voor Mijn lessen.
Ik ben de Meester van alle meesters.
Ik wil je zoveel leren.
Als je naar Me luistert zal Mijn verdriet
ophouden en zal Ik met je spelen.
Wil je met Mij spelen?
Ik gaf Hem alle vertrouwen en trachtte Zijn
eenzaamheid te verzachten.
ZESDE DAG
Ik ben het eeuwig Licht en Ik verblijf in een dichte duisternis.
Mijn dochter, kom en
vraag Mijn geliefde Moeder dat Zij je een plaatsje geeft in Haar schoot. Zo zal
je zelf de pijnlijke toestand kunnen zien waarin Ik Mij bevind.
Het leek me dat mijn
Koningin Moeder me in Haar schoot een plaatsje naast Jezus gaf, om Hem blij te
maken. Het was zo donker dat ik Hem niet kon zien. Ik kon enkel zijn ademhaling
horen.
Hij sprak in mijn
binnenste:
Mijn kind, Ik ben het eeuwig Licht . De zon is slechts een schaduw van Mijn Licht.
Zie je tot welke
toestand Mijn Liefde me heeft herleid, in welke donkere gevangenis Ik ben?
Er is geen straaltje
licht. Het is hier altijd nacht voor Mij.
En in deze nacht zijn
geen sterren en kan Ik niet rusten.
Ik ben altijd wakker.
Hoe pijnlijk! Er is de benauwdheid van de gevangenis zonder te kunnen bewegen, de
dichte duisternis Ook het ademen via de ademhaling van Mijn Mama, is zeer
moeilijk. Hierbij komt nog de duisternis door de zonden van de mensen. Elke zonde was een nacht voor Mij.
Alles samen vormde
een dichte grenzeloze duisternis. Hoe pijnlijk!
Welk Wonder van Mijn
liefde:
vanuit onmetelijk Licht
en onbegrensde ruimte, ben Ik
neergedaald in een dichte duisternis, verzwaard door het duister van elke
zonde.
Ik kon moeilijk ademen en had geen enkele vrijheid meer. Ik
liet dit alles gebeuren uit liefde voor
elke mens.
ZEVENDE DAG
De ondankbaarheid was de scherpste doorn in Mijn Hart.
Lieve Dochter, laat Mij niet alleen in deze
eenzaamheid en duisternis.
Ik laat je nu een zevende Wonder van Mijn
Liefde zien.
In de schoot van Mijn Hemelse Vader was Ik
volledig gelukkig. Alles was er voor Mijn vreugde en geluk. Er ontbrak niets.
De engelen aanbaden Me eerbiedig en vervulden
elke wens.
Het grote Wonder van Mijn Liefde heeft als
het ware Mijn lot doen veranderen. Hierdoor liet Ik Me in deze donkere
gevangenis van alle vrijheid beroven.
De liefde ontnam Mij al de hemelse vreugden
en rijkdommen.
Ik bekleedde Mij met de droefheden en de lasten
van alle schepselen. Ik wou ruilen en
hen Mijn vreugden en eeuwig geluk in de plaats geven.
Dat was prima voor Mij. Ik vond echter een
enorme ondankbaarheid en een koppige slechte wil. Mijn eeuwige liefde was zeer
verbaasd zoveel ondankbaarheid aan te treffen. Ik weende over die koppigheid en
die slechtheid van de mens.
De ondankbaarheid was de scherpste doorn.
Zij doorboorde Mijn Hart vanaf Mijn conceptie tot het laatste moment van
Mijn Leven.
Kijk naar Mijn klein hartje. Het is gewond en
er vloeit bloed uit. Wat een pijn! Wat een foltering! Dochter, wees Mij niet
ondankbaar. Ondankbaarheid is de ergste
pijn voor je Jezus. Dit betekent de deur in mijn gezicht dichtslaan en me
in de kou laten bevriezen.
Bij al die ondankbaarheden stopte mijn Liefde
niet. Ze veranderde haar houding en zij
gedroeg zich smekend, kreunend , wenend en als
een bedelaarster voor liefde.
ACHTSTE DAG
Ik vraag als aalmoes hun ziel, hun vriendschap en hun hart.
Dochter, laat me niet alleen. Leg je hand op
de schoot van Mijn lieve Mama. Je hoort Mijn kreunen en Mijn smekingen al van
buitenaf...
De mens vertoont geen enkel medelijden. Daarom
neemt de Schepper nu de gedaante aan van een klein hulpbehoevend kindje. Als het armste bedelaartje steek Ik nu Mijn klein handje uit en vraag als aalmoes
hun ziel, hun genegenheid en hun hart.
Hij bleef weigeren en speelde de dove. Hij
liet me links liggen en wilde niets met Me te maken hebben. Mijn Liefde ging
nog verder en vanuit de schoot van Mijn Mama, raakte ze elk mensenhart.
Ik vroeg aan elk van hen: kind, geef Me je hart. Ik zal al je wensen
vervullen in ruil voor je hart. Ik heb
de Hemel verlaten om je hart te vinden. Ik wil er alle slechte invloeden
uit verwijderen om de vriendschap met jullie Vader en Schepper te herstellen. A.u.b. geef me je hart en vervul mijn grootste
hartenwens.
Velen weigerden en keerden me de rug toe. De
mens lijkt zijn verstand kwijt. Hij aanvaardt Mijn gratis gegeven Vrede,
Vreugde en Liefde niet. Hij gaat op zoek naar aardse tijdelijke genietingen en
komt liever in een troosteloze chaos terecht en een helse eeuwigheid.
Jezus vroeg me: En jij kind, wil jij Me je Hart geven? Ik voelde de oneindige
tederheid van Zijn onbeantwoorde Liefde.
Ik antwoordde Hem: Ja Heer, niet alleen mijn
hart en liefde, maar mijn ganse wezen. Maak mij a.u.b. gelijk aan U. Zo zal Uw
liefde steeds in mij kunnen wonen.
NEGENDE DAG
Als je de Goddelijke Wil doet en in Hem leeft,
zal Jezus komen en toevlucht in jou zoeken.
Mijn dochter, mijn toestand wordt steeds moeilijker.
Kijk veel naar Mij. Geef Me af en toe
een kleine blijk van liefde: een lief woordje, een zachte streling. Je liefde
doet Mijn Hart zon deugd en verlicht Mijn pijn.
Mijn Liefde voor elke schepsel is oneindig.
Zie hoe Mijn Hartje brandt van liefde. Ik
wil elk schepsel Mijn eeuwige Waarheid, Schoonheid en Goedheid schenken, alle
hemelse schatten.
De mens weigert koppig ook maar een beetje
liefde en goedheid aan te nemen. De meeste harten zijn ijskoud en gevoelloos. Dit
geeft Mij steeds doodsangsten. Telkens Mijn menselijk Hartje op het punt staat hieronder
te begeven, sterkt de Goddelijke Liefde Mij en Ik kom opnieuw tot leven.
Ik beleef gedurende deze 9 maanden een
onafgebroken doodsstrijd!
En dit alles omwille van de oneindige Liefde van de Schepper voor de mens.
In de moederschoot wordt Hij mens en verbergt hierin Zijn Goddelijkheid. Ik neem
de slechte daden van alle mensen op Mij en ook het herstel ervoor om aan de
eisen van de Gerechtigheid te voldoen.
Er was een diepe stilte. Luisa voelde zich
sterven. En in coma hoorde ze zich zeggen: Je wil Liefde, Ik zal je beminnen en zal je nooit meer verlaten. Met Uw Liefde,
zal ik U liefhebben en mij in Uw
liefdesvlammen versmelten met U.
Jezus werd dan geboren als een sterfelijke wezentje,
even kwetsbaar als wij. Hij wil ons aanleren hoe onze wil te laten sterven. Zo
kan Hij ons het eeuwig leven geven.
Hij haalde me uit mijn coma en zei zeer lief:
Dochter, herborene voor mijn liefde, sta op.
Jij hebt Me gezelschap gehouden in de
beschouwingen van Mijn Liefde in de noveen van Mijn geboorte. Deze overwegingen
verlichten de zware pijnen van de ondankbaarheid van de schepselen. Overweeg nu
ook a.u.b. de vierentwintig meditaties over Mijn Passie en Dood aan het Kruis en
verdeel ze over de vierentwintig uren van de dag.
Repost : Kamers van het H. Hart van Jezus 7/4/2016
De boodschappen van Jezus, hieronder vermeld heeft Jezus gegeven aan de zienster Maureen Sweeney-Kyle MDHL van de Missionaire Dienaren van Heilige Liefde. Deze openbaringen van de vijf Kamers van het Heilig Hart zijn begonnen op 16/10/1999 (Feestdag van Heilige Margaretha Maria Alacoque) 1647-1690 aan wie Jezus Zijn Heilig Hart openbaarde.
KAMERS VAN HET HEILIG HART VAN JEZUS
De deur naar Elke Kamer is een Diepere Overgave aan de Liefde.
Inleiding
Nu werden de Kamers van Mijn Allerheiligste Hart aan de gehele mensheid geopenbaard. Jezus, 9/2000
Op het ogenblik van je oordeel, wat samenvalt met uw laatste ademhaling, zie Ik in uw hart de Heilige Liefde of het ontbreken ervan, en daarop zal u geoordeeld worden. Jezus, 12/1999
Met welk vurig verlangen draag ik deze oproep op aan de wereld. Een oproep zoals het nog nooit eerder werd gehoord! Ik verlang dat dit weerklinkt van pool tot pool. Ik verlang dat elk continent geevangeliseerd wordt met de kennis van de Kamers van Mijn Hart. De gehele wereld is nu een nieuw missiegebied. Maak dit veld vruchtbaar met de Heilige en Goddelijke Liefde. Jezus, 1/2001
Voorwoord
Verschijningen zijn immer en nog steeds een belangrijke factor van de manier waarop God Zijn Liefde, Barmhartigheid en bezorgdheid om Zijn volk toont. Het zijn kreten vanuit de Hemel, oproepen en soms waarschuwingen. Ze zijn bedoeld om ons geloof op te wekken en ons naar heiligheid te leiden. Vooral verschijningen van Maria zorgen voor een buitengewoon aantal bekeringen op grote schaal. Er zijn honderden Maria heiligdommen en religieuze ordes in de wereld die hun oorsprong te danken hebben aan Haar verschijningen. Bij de meeste van deze heiligdommen zijn de getuigenissen van vele bekeringen, genezingen en ontvangen genaden. Tegenwoordig bezoeken ieder jaar zon 10 miljoen mensen Guadeloupe, 5 miljoen bezoeken Fatima en Lourdes. Medjugorje trekt, niettegenstaande er nog geen kerkelijke goedkeuring is, ieder jaar miljoenen mensen aan. Doordat er meer dan 300 Maria verschijningen zijn voorgelegd ter beoordeling aan de Congregatie van de Geloofsleer, noemt Kardinaal Ratzinger hoofd van de Congregatie deze tijd: Het tijdperk van de verschijningen van Maria.
Terwijl Maria haar regelmatige bezoeken aan veel van deze plaatsen heeft stopgezet, bezoeken Zij en Jezus nog bijna dagelijks Maureen Sweeney-Kyle. Deze openbaringen aan Maureen vallen onder de categorie prive-openbaringen en zijn te onderscheiden van publieke openbaringen. Prive-openbaringen voegen niets essentieels toe aan de onderrichtingen van het Geloof. We zijn vrij te geloven in prive-openbaringen, maar wij zijn niet verplicht het te doen. Toch zou het onverstandig zijn om openbaringen, die goedgekeurd en aangemoedigd worden door de Kerk, te negeren.
Sinds de afschaffing door Paus Paul VI, van de canones (regels) 1399 en 2318 van het oude canonieke wetboek (CIC 1917), mogen publicaties over verschijningen, openbaringen, mirakels, enz zonder uitdrukkelijke toestemming van de Kerk door de gelovigen verspreid en gelezen worden, op voorwaarde dat ze niets tegen de geloofsleer en de moraal inhouden. Dit betekent dat er geen Imprimatur nodig is voor de verspreiding van informatie over nieuw gerapporteerde verschijningen die nog niet door de Kerk werden beoordeeld. Tenzij de Kerk tussenbeide komt, is het de gelovigen toegelaten naar de verschijningsplaatsen te gaan. Indien het hen niet toegestaan was, zou er ook niets zijn om over te schrijven.
Het spreekt vanzelf dat de gelovigen niet enkel toelating hebben, maar aangemoedigd worden om in deze boodschappen te geloven die gepaard gaan met tekenen en wonderen, zoals bekeringen, spirituele, fysieke en mentale genezingen, zonnetekenen, miraculeuze fotos en kettingen van rozenkransen die goudkleurig worden en waar duizenden mensen regelmatig samenkomen om de rozenkrans bidden. Het Bijbels voorschrift vraagt de BOOM te oordelen naar zijn VRUCHTEN. Het zou jammer zijn de mensen deze wonderbare en geweldige genaden te onthouden die aan deze plaatsen verbonden zijn. Naar aanleiding van de verschijningen van Jezus en Maria aan Maureen in Lorain County, Ohio (VS), zijn er miraculeuze bekeringen, genezingen, tekenen en wonderen gebeurd en blijven deze zich nog voordoen.
Maureen ontvangt sinds 1985 bijna dagelijks deze Hemelse bezoeken. Sedert 16 oktober 1999 begon Jezus haar elke dag te bezoeken en geeft haar wat Hij noemt : De Volledige Boodschap van Onze Verenigde Harten (welke de openbaring inhoudt van de vijf Kamers van het Heilig Hart). De volgende tekst is de boodschap die Hij noemt: de weg naar REDDING, HEILIGHEID, VOLMAAKTHEID, GELIJKVORMIGHEID en EENHEID. Wees verzekerd dat je vrij bent om deze boodschappen te aanvaarden door Jezus zelf doorgegeven.
Fr. Frank Kenney, S.M., S.T.D. Spiritual Director for Maureen Sweeney-Kyle
De Openbaring van Onze Verenigde Harten
De Geopenbaarde Geheimen
Ik ben je Jezus, geboren Mensgeworden. Hoe is deze uitspraak geboren Mensgeworden te verstaan?
-cf. Credo van Nicea-Constantinopel: { } voor alle tijden geboren uit de Vader, God uit God, licht uit licht, ware God uit de ware God. Geboren, niet geschapen, EEn in wezen met de Vader, en door wie alles geschapen is. Hij is voor ons, mensen, en omwille van ons heil uit de hemel neergedaald. Hij heeft het vlees aangenomen door de Heilige Geest uit de Maagd Maria en is mens geworden. { }.
-cf. Katechismus van de Katholieke Kerk, # 461-463: { } De Kerk noemt het feit dat de Zoon van God een menselijke natuur heeft aangenomen om daarin ons heil te bewerkstelligen, menswording { }.
In het begin schiep Mijn Vader hemel en aarde. Hij schiep de mens en vormde daarmee de eerste vrouw uit zijn rib opdat ze Hem zouden liefhebben, eren, beminnen en gehoorzamen.
-cf. Katechismus van de Katholieke Kerk, # 369: Man en vrouw zijn geschapen, d.w.z. zij zijn gewild door God: in een volmaakte gelijkheid als menselijke personen enerzijds en in hun respectieve man- en vrouw-zijn anderzijds. Man-zijn, -vrouw-zijn is een goede en door God gewilde werkelijkheid: man en vrouw hebben een waardigheid die zij niet kunnen verliezen en die zij direct van God, hun Schepper, krijgen. Man en vrouw zijn met een zelfde waardigheid: als een beeld van God. In hun man-zijn en hun vrouw-zijn weerspiegelen zij de wijsheid en de goedheid van de Schepper.
Omwille van hun zondeval, werd Ik als Verlosser gezonden.
Maar vandaag volhardt de mens nog steeds in zijn zonde. Velen falen in het vinden van het pad voor hun redding en vallen ten prooi aan de misleidingen van Satan. Daarom heb Ik Mijn Moeder voor Mij uitgezonden met de boodschap van Heilige Liefde. Ik ben na Haar gekomen, om de boodschap van Goddelijke Liefde en de volledige boodschap van Onze Verenigde Harten te openbaren.
Dit is de weg van de Redding, Heiligheid, Volmaaktheid, Gelijkvormigheid en Eenheid. Jezus 24/01/2001
EERSTE KAMER
Ik ben uw Jezus, geboren Mensgeworden, Ik ben gekomen om je verder te dicteren over de geheimen van Onze Verenigde Harten Redding, Heiligheid, Volmaaktheid, Gelijkvormigheid en Eenheid.
In de wereld van vandaag blijft de grootste meerderheid van de wereldbevolking onbekeerd; d.w.z. dat zij hun eigen redding niet nastreven. Bekering komt door de genade van Mijn Moeders Hart. Dus, het Onbevlekte Hart van Maria is de eerste Kamer van Onze Verenigde Harten. Het is de wachtkamer naar heiligheid, volmaaktheid, gelijkvormigheid en eenheid.
Het Hart van Mijn Moeder is Heilige Liefde, de twee grootste geboden, God boven alles lief te hebben en je naaste als jezelf. Niemand zal redding verkrijgen die niet trouw blijft aan deze geboden. Daarom, met of zonder deze kennis, zal de ziel die naar zijn eigen redding zoekt de toegang moeten verkrijgen naar de eerste Kamer van Onze Verenigde Harten Heilige Liefde Mijn Moeders Hart.
Eens de ziel toegang krijgt naar Mijn Moeders Onbevlekt Hart, dan worden haar meest zware fouten aan het licht gebracht door de Vlam van Heilige Liefde De Vlam van Haar Hart. Als zij volhardt in genade, zullen deze fouten worden weggebrand en zal de ziel toegelaten worden naar de tweede Kamer van Onze Harten dewelke persoonlijke heiligheid is. Nu komt zij in de Goddelijke Liefde van Mijn Goddelijk Hart. Jezus 25/01/2001
TWEEDE KAMER
Ik ben naar je gekomen uw Jezus, geboren Mensgeworden. Ik nodig u uit om te begrijpen dat iedere Kamer van Mijn Heilig Hart enkel bereikbaar is door een grotere overgave van de vrije wil. Dus, wanneer de ziel de tweede Kamer bereikt van Mijn Hart, begint zijn martelaarschap van liefde; d.i. zij sterft aan haar eigen wil als een offer van liefde.
In de tweede Kamer van Mijn Verheven Hart, de Vlam van Mijn Hart, bereikt de ziel heiligheid. De Vlam van de Goddelijke Liefde zal kleine barstjes in het karakter onthullen die de ziel van Mij verwijderd houdt. In deze kamer van Mijn Hart is de ziel zich meer bewust van het huidige moment. Zij zal begrijpen dat het verleden moet worden toevertrouwd aan Mijn Barmhartigheid en haar toekomst aan Mijn Voorzienigheid. Zij stelt zich op ieder moment open voor de genade.
De zielen in de tweede Kamer van Mijn Hart worden zich meer bewust van de Wil die de Eeuwige Vader voor hen heeft, en aanvaarden eerder de Wil van Mijn Vader. Wanneer zij zich dan op ieder moment meer en meer overgeven aan de Goddelijke Wil, bereiden zij zichzelf voor naar de toegang van de derde Kamer van Mijn Heilig Hart. Jezus, 26/01/2001
DERDE KAMER
Ik ben uw Jezus, geboren Mensgeworden. Wanneer de ziel beslist om naar heiligheid te streven, wordt zij zich meer bewust van de diepte of het gebrek van diepte van de deugden in haar hart. Elke deugd komt voort uit liefde en nederigheid. Het is daarom dat de diepte aan liefde en nederigheid in het hart, de diepte van elke deugd bepaalt.
Elke deugd ontspringt uit de kracht van de Heilige Geest. De persoon mag dan weten hoe zich liefdevol en nederig te gedragen, maar het is slechts uiterlijk vertoon wanneer deze deugden niet leven en bloeien in het hart. Geen enkele deugd ontspringt in het intellect. Diegene die wenst erkend te worden als nederig, heilig en deugdzaam, beoefent valse deugd. De beoefening van de deugd moet tussen de ziel en haar Schepper gebeuren.
Als de ziel tracht de deugden in haar hart te verfijnen en ze in de ogen van God te veredelen, treedt zij de derde Kamer van Mijn Hart binnen. In deze Kamer wordt de ziel steeds opnieuw voor elke deugd getest, want het is de test die de deugd zal versterken of verzwakken naargelang het antwoord van de ziel.
Dit is de Kamer die de heiligheid verfijnd afstemt door de deugden te testen als goud in de Vlam van de Goddelijke Liefde. Als het goud gezuiverd is dan is de ziel voorbereid voor de volgende Kamer van Mijn Hart. Jezus, 27/01/2001
VIERDE KAMER
Ik ben je Jezus, geboren Mensgeworden. Ik ben gekomen om u de vierde Kamer van Onze Verenigde Harten te beschrijven. Dit is de Kamer van heiligheid. De ziel die overeenstemming nastreeft met de Wil van God, komt in deze vierde Kamer terecht nadat zij succesvol haar eigen wil heeft overgegeven en om in het huidige moment een deugdzaam leven van Heilige Liefde te leiden.
In deze vierde Kamer van Onze Verenigde Harten, zijn er nog twee soorten wil de menselijke wil en de Goddelijke Wil. De menselijke wil kan vergeleken worden met gelatine in een vorm. In deze vierde Kamer wordt een begin gemaakt om elke schijn van zonde te overwinnen, ook kleine zondige gewoontes, teneinde de menselijke wil om te vormen tot de gelijkheid aan de Goddelijke Wil. De ziel is in staat om alle dingen te aanvaarden als uit de Hand van God. Jezus, 29/01/2001
VIJFDE KAMER
Ziedaar! Ik ben uw Jezus, geboren Mensgeworden. Ik ben gekomen om u de vijfde en meest intieme Kamer van Mijn Goddelijk Hart te beschrijven. In deze Kamer wordt de ziel verteerd met de wens om Mij lief te hebben, om Mij te behagen. In deze liefde neemt de ziel een reuzenstap naar gelijkvormigheid met de Goddelijke Wil. In het zich schikken naar de Wil van God zijn er nog twee soorten wil Gods Wil en de wil van de mens. De ziel spant zich in om alle dingen te aanvaarden als uit de Hand van God.
Maar in deze meest elitaire en intieme vijfde Kamer van Mijn Hart, aanvaardt de ziel niet enkel alles, maar bemint Gods Wil voor haar. Het is in deze liefde die vervolmaakt werd tot op het hoogst mogelijke niveau, dat de ziel in eenheid komt met de Goddelijke Wil. Slechts weinigen bereiken deze vijfde Kamer van Mijn Hart.
Begrijp dus dat het de liefde is die u uitnodigt naar de eerste Kamer het Onbevlekte Hart van Mijn Moeder. Het is de liefde die u uitnodigt naar de tweede Kamer, zoekend naar grotere zuivering en heiligheid. Het is de liefde die de volmaaktheid wenst van de deugden de derde Kamer. Het is de liefde die de ziel naar de vierde Kamer voert om de menselijke wil in overeenstemming te brengen met de Goddelijke Wil. Het is de liefde die de ziel naar eenheid brengt met God in de vijfde Kamer. Het is de diepte van de overgave van de ziel tot de liefde die haar eeuwigheid bepaalt. Jezus, 31/01/2001
Ik ben je Jezus, geboren Mensgeworden. Wanneer liefde de ingang is tot elke Kamer van Mijn Hart, begrijp dan a.u.b. dat het enkel door diepere overgave aan de liefde is, dat de ziel kan overgebracht worden van de ene Kamer naar de andere.
In de eerste Kamer moet de ziel beslissen om God meer lief te hebben dan de zonde. Dat is haar redding, het Hart van Mijn Moeder. In de tweede Kamer bemint de ziel God en zijn naaste nog meer en zoekt heiligheid. In de derde Kamer zoekt de ziel door een nog zuiverder liefde, naar volmaaktheid in elke deugd. In de vierde Kamer verlangt de gezuiverde ziel nu nog volmaakter in deugd haar wil in overeenstemming te brengen met de Wil van God. En deze kostbare zielen die de vijfde Kamer bereiken van Mijn Hart, leven in eenheid met Gods Wil. God leeft in hen en zij in Hem. Mijn Vader richt Zijn Koninkrijk op in de harten van hen die de vijfde Kamer van Onze Verenigde Harten weten binnen te komen.
Bid dit gebed:
Dierbare Verenigde Harten van Jezus en Maria, ik wens mij over te geven aan Heilige en Goddelijke Liefde in alle dingen, in alle wegen en op ieder moment. Zend mij de genade opdat ik dit kan volbrengen. Help mij als ik tracht aan deze genade te beantwoorden. Bouw Uw Rijk op in mijn hart. Amen Jezus, 1/02/2001
Voor verdere informatie betreffende de Kamers van het Heilig Hart, en Heilige en Goddelijke Liefde, raadpleeg de volgende website : http://www.holylove.org
Priester J. Iannuzzi over leven in de goddelijke wil - deel 1
Priester Joseph Iannuzzi over het leven in de
goddelijke wil volgens de private openbaringen van Luisa Piccaretta
Het is een rijke ervaring in een Katholieke omgeving te
zijn. Ik wil jullie geloof verdiepen. Ik wil het voeden, wortelen binnen de
leer die Jezus zelf aan zijn Kerk geeft door Luisa. Hij zorgt voor de
leerstelling: leven in de goddelijke wil. Hij geeft zijn boodschap door aan een
ongeletterd Italiaans boerenmeisje. Dikwijls gebruikt de Heer eenvoudige
instrumenten zoals vissers om zijn evangelie te verkondigen. Onze Heer is
aangetrokken door onze ellende. Niet zozeer door onze zondigheid maar door ons
onvermogen, onze dwaasheid om iets goeds te doen. Alles wat we verkrijgen door
onze eigen inspanningen is uiteindelijk Gods gave, want Hij zorgt voor de
juiste mensen die we ontmoeten, de juiste plaatsen, de gelegenheden die zich
voordoen. Wanneer we werden gedoopt kregen we twee gaven: de gave van de H.
Geest, dat God zelf is, onafscheidbaar van de Vader en de Zoon en de gaven van
de H. Geest. Die gekend zijn als charisma.
De term charisma is afkomstig van het Griekse woord charis dat
'genade' betekent. Er wordt gesproken over 'genadegaven' of charisma
(meerv. charismata) omdat ze worden beschouwd als gegeven door en het werk van
de Heilige Geest van God en geen menselijke inspanningen of
verdiensten betreffen. (wikipedia)
We krijgen vanaf onze conceptie gaven en we hebben niets
gedaan om ze te verdienen. Wat we in het leven doen is ze ontwikkelen. Met dat
in gedachten, laten we kijken naar de aanvulling van de publieke en private
openbaringen. Christus koos vissers om ons het fundament van ons geloof te
geven die gekend zijn als de evangeliën van het Nieuwe Testament. Het begon nadat
Christus was verrezen op Pinksterzondag. Na deze verrijzenis en nadat deze pinksterboodschap
was gepredikt, waren nog bijbelse openbaringen. We noemen ze private
openbaringen. Zoals de devotie tot het H. Hart dat van de Franse mystica H.
Margareta Alacoque komt. De Kerk keurde ze goed en nam ze op in de martyrologie.
De plechtigheid van het H. Hart wordt nog steeds gevierd afkomstig van de
private openbaring van Margareta Alacoque. De H. Faustina Kowalska ontving
private openbaringen van de goddelijke barmhartigheid. De dag na Pasen werd de
barmhartigheidszondag. Karol Wojtila, aartsbisschop van Krakaw verwijderde het
dagboek van de H. Faustina uit de lijst van verboden boeken en herwaardeerde
het dagboek en keurde het goed.
Toen hij paus was maakte hij er een feestdag van in de
Kerk. Onze Heer vertelde in deze geschriften dat op deze dag, de eerste zondag
na Pasen, eenieder die naar de biecht gaat en naar de H. communie een volle
aflaat verdient. Het is een kwijtschelding van alle zonden en straffen. Wanneer
je gedoopt bent als kind of als volwassene dan worden al je zonden en straffen
van je zonden die overblijven en moeten uitgeboet worden in het vagevuur, weggenomen. Als je sterft onmiddellijk na het
doopsel dan ga je rechtstreeks naar de Hemel zonder enige tijd in het Vagevuur.
Als je echter naar de biecht gaat is de straf niet weggenomen, enkel de zonden.
De zonde wordt weggenomen zodat je naar de Hemel kunt gaan, maar het kan dat je
naar het Vagevuur moet gaan door de straffen van die zonden. De eerste zondag
na Pasen, barmhartigheidszondag, wordt alle zonde en straffen weggenomen. Dat
gebeurt maar 1 keer per jaar. En die gave komt door een private openbaring.
Dan hebben we de private openbaringen van Luisa Piccaretta.
En ook zij ontving private openbaringen en dat brengt ons tot de kennis van
leven in de goddelijke wil. Het is de grootste gave dat God ooit kon geven aan
het menselijk ras. Het vervolledigt het werk van verlossing omdat Christus in
zichzelf alles voltooide en publieke openbaring, van Christus tot zijn
apostelen, alles bevat wat we nodig hebben voor redding. Het is volledig.
Hoewel het vervolledigt is in Christus en in de H. Schrift blijft het eeuwen duren
om ten volle de betekenis van daarvan te begrijpen. Laat ik verwijzen naar
artikel 66 van de katholieke katechismus van de Kerk: Geen nieuwe publieke
openbaring moet verwacht worden voor de glorierijke komst van Onze Heer Jezus
Christus. Zelfs als de openbaring reeds volledig is, was het niet volledig expliciet.
Het Christelijk geloof kan maar geleidelijk aan zijn volle betekenis begrijpen
over de loop van de eeuw. Publieke openbaring dat Christus aan zijn apostelen
geeft is volledig op zichzelf, maar we begrijpen het niet ten volle.
Door theologische bijdragen, door private profetische
openbaringen van mystici wordt op een expliciete manier hetgeen uitgebracht wat
enkel gezien werd in rudimentaire vorm. Nu wordt het uitgelegd. Private
openbaringen zijn als een vergrootglas. Het voegt niets toe aan publieke
openbaringen maar het brengt de rijkste schatten, spirituele of leerstellige,
naar voor waar we zelfs geen benul van hadden. Dat is het geval met Luisas
openbaringen. De gave van leven in de goddelijke wil was in Jezus Christus. Hij
bezat het. Het was ook in Maria. Ook zij bezat die gave. Het was in Adam en Eva
voor de zondeval. Fiat, het Latijnse woord voor moge het zo geschieden is
essentieel. Toen God het universum schiep, stond in de Latijnse tekst van het
Oude Testament geschreven door Jeroom in de 4de eeuw: Fiat lux.
Ofwel Er moet licht zijn. Wanneer Maria de engel Gabriel op bezoek kreeg, kreeg
ze de boodschap dat ze de moeder van God zou worden. Ze zei: Fiat mihi secundum
verbum tuum. Mij geschiede naar Uw woord. Toen God de wereld schiep zij Hij fiat.
In elk van de vijf dagen van de schepping. En op de zesde dag schiep hij de man
en vrouw naar zijn beeld en gelijkenis. Toen de Zoon naar de aarde kwam zei Hij
tot Zijn Hemelse Vader dat Hij het menselijk ras wilde redden.
Hij zei fiat of laat het zo gebeuren. En ook de H. Geest in
recente jaren met de gave van te leven in de goddelijke wil zegt tot ons fiat.
Moge de gave van Adam en Eva die ze bezaten voor de erfzonde, dat Jezus en
Maria bezaten en die geen zonde hadden, gerealiseerd worden in het menselijke
ras. De tijd is gekomen. Ik zal u vertellen wat dit inhoudt, wat het betekent
om in de goddelijke wil te leven. Hoe deze gave eruitzag toen Adam en Eva ze
bezaten, wanneer Jezus en Maria ze bezaten en wat het is als wij het bezitten,
als we het niet reeds bezitten. Adam en Eva werden geschapen door God als
perfecte wezens. Man en vrouw, de menselijke natuur is het grootste werk dat
God heeft geschapen. Van alle eeuwigheid koos God ervoor om een van ons te worden.
Wanneer God Lucifer voortbracht liet Hij toe dat Lucifer een visioen kreeg van
de toekomstige incarnatie van Christus, Gods Zoon. Lucifer zei uit afgunst dat
Hij nooit zou toelaten dat een God die Hij aanbad, een zo arme, lage menselijke
natuur zou aannemen.
Hij zei dat het inferieur aan het intellect van de engelen.
Hij zou nooit zon plan dienen. Lucifer nam een derde van de engelen met zich
mee en ze vochten om God van de troon te werpen en Zijn plan teniet te doen.
Hij wilde dat God een van hen werd en geen menselijk wezen. Daarom vernederde
God Lucifer omwille van zijn gebrek aan gehoorzaamheid en vertrouwen in Gods
plan, dat Michael een inferieure engel dan Lucifer, hem zou verslaan. Daarom
zegt Jezus in het Evangelie: Ik zag de satan vallen als een bliksemschicht uit
de hemel. Lucifer werd satan en hij werd naar de hel gezonden samen met de
gevallen engelen naar donkere regionen waar ze ons kunnen bekoren. En in het
boek van Job in het OT vinden we satan die de aarde afdwaalt, en God zegt: Wat
ben je aan het doen? O, ik kijk of er op aarde iemand is om te bekoren. God:
Heb je mijn dienaar Job gezien, hoe trouw hij Mij is? En de duivel begon Job
te bekoren, God liet het toe om Job te testen, net zoals Hij toeliet dat Zijn
Zoon drie keer werd getest in de woestijn.
Dit was het begin van het einde van plan A. Het plan was de
engelen, ook lucifer en alle schepselen die achter hem kwamen, ook mannen en
vrouwen, in perfecte harmonie bij elkaar te laten leven. Dan komen we bij de
Tuin van Eden. Lucifer vindt ook daar zijn weg. Wie benaderde Lucifer? Eva,
niet Adam. Waarom? Als je Genesis 2:16 leest: God zegt aan Adam, niet Eva, geen
vrucht te eten van de boom van de kennis van goed en kwaad. Hij zegt dit niet
aan Eva. Satan weet dat God het rechtstreeks aan Adam gezegd heeft en daarom
benadert hij Eva. Hij zegt: Heeft God je dit gezegd? En zij zegt: Weet je
wat, je hebt gelijk, Hij heeft het niet gezegd. Lucifer zaait twijfel in haar
gedachten. Hij kon dat niet doen zonder dat Adam dat door God werd verteld. Hij
keerde tot zonde. Lucifer zorgde ervoor dat zij zondigde en zij leidt Adam tot
zonde. Mensen vragen zich soms af wat de erfzonde was. Was het een daad van het
lichaam, van de ziel Maar Jezus vertelt aan Luisa dat het niets te maken had
met een daad van het lichaam. Het was een wilsdaad. De vrucht was gewoon een
symbool om te gehoorzamen aan de wil van God. Het kon alles geweest zijn. Het
was een vrucht. Een van de vruchten van de vele bomen in de tuin. En ze faalden
in deze ene test.
Hoe waren Adam en Eva toen zij uit de Hand van God voortkwamen ?
Toen Adam en Eva uit de Hand van God voortkwamen, waren zij
onschuldig en heilig.
Onschuldig en heilig betekent hier, dat zij het goddelijk leven bezaten,
geneigd waren tot het goede, en niet geneigd waren tot het kwade.
In welke staat bevonden Adam en Eva zich nà de Schepping ?
God heeft Adam en Eva geschapen in een staat van onschuld en
genade; spoedig verloren zij die echter door de zonde.
Zij bezaten de boven-natuurlijke gave van de (heiligmakende) genade, naast de
buiten-natuurlijke en de natuurlijke gaven.
Welke buiten-natuurlijke gaven hadden Adam en Eva van God ontvangen ?
Adam en Eva hadden van God ontvangen de buiten-natuurlijke gaven
van: ingestorte kennis, een goed verstand, een sterke vrije wil, de geneigdheid
tot het goede, het vrij zijn van zwaar en vermoeiend werk, evenals van ziekte,
lijden en dood.
Natuurlijke gaven zijn onder andere: het kunnen zien, het horen, enz.
In welke staat zijn Adam en Eva door God geschapen ?
Adam en Eva zijn door God geschapen in de staat van de
heiligmakende genade, waardoor zij gelukkig waren naar ziel en lichaam, en waardoor
zij deel hadden aan het goddelijk leven en recht hadden op de hemel.
Dit is een volstrekt-bovennatuurlijk voorrecht, dat wil zeggen een voorrecht,
dat uitgaat boven de vermogens en de eisen van elk schepsel (ook van de
engelen).
Welke voorrechten genoten Adam en Eva tegelijkertijd met het bezit van de
heiligmakende genade ?
Adam en Eva genoten tegelijkertijd met het bezit van de
heiligmakende genade de volgende voorrechten:
Zij bezaten een helder verstand en een helder inzicht, dat wil zeggen zij waren
gevrijwaard tegen onwetendheid.
Zij waren geneigd tot het goede, dat wil zeggen, zij waren gevrijwaard van de
kwade of boze begeerlijkheid; dat wil ook zeggen, dat hun zinnen volkomen waren
onderworpen aan hun verstand, hetwelk omwille van het heldere inzicht niet kon
dwalen.
Zij waren vrij van lijden en dood.
Zij bezaten de onsterfelijkheid.
Zij hoefden niet te werken in het zweet huns aanschijns.
Dit zijn betrekkelijk-bovennatuurlijke of buitennatuurlijke voorrechten, dat
wil zeggen, dat zij boven de vermogens en de eisen van de menselijke natuur
uitgaan.
Welke is de voornaamste gave, die God aan Adam en Eva heeft geschonken ?
De voornaamste gave, die God aan Adam en Eva heeft geschonken, is
de heiligmakende genade.
Wat waren Adam en Eva door de heiligmakende genade?
Door de heiligmakende genade waren Adam en Eva kinderen van God en
erfgenamen van de hemel, bestemd om Hem daar eeuwig te aanschouwen.
Was het Gods bedoeling, dat Adam en Eva met tweeën zouden blijven in het Aards
Paradijs ?
Nee, het was Gods bedoeling, dat zij nakomelingen zouden verwerven.
Voor wie waren de heiligmakende genade en de voorrechten van Adam en Eva
bestemd ?
De heiligmakende genade en de voorrechten van Adam en Eva waren -
volgens Gods bedoeling - bestemd voor al hun nakomelingen, dat zijn alle mensen
van alle tijden, maar de zondeval heeft dit verhinderd.
Als Adam en Eva niet hadden gezondigd, dan zouden hun kinderen zijn geboren: A.
in de staat van heiligmakende genade; B. geneigd tot het goede; C. vrij van
lijden en dood; D. met een helder verstand; zij zouden wel hebben moet leren,
maar door hun helder verstand zou dit gemakkelijk zijn gegaan. Maar óók dàn zou
iedere mens door één persoonlijke doodzonde deze vier voorrechten voor zichzelf
hebben verloren.
Zijn Adam en Eva gehoorzaam gebleven aan God, dat is: zijn zij God
onderdanig gebleven ?
Neen, Adam en Eva zijn niet aan God onderdanig gebleven, zij zijn
ongehoorzaam geworden en hebben daardoor zwaar gezondigd. (uit: www.holyhome.nl)
Adam en Eva verloren de
heiligmakende genade en de buiten-natuurlijke gaven zoals ingeprente kennis,
onsterfelijkheid, reinheid (geen lust). Ingeprente kennis betekent dat Adam al
de kennis had van kunst en wetenschap, muziek. Hij kende alle kruiden en
planten. Hij had de kennis van de hele kosmos. En met 1 daad van opstandigheid
en zonde verloor hij het allemaal. Ik zeg Adam, omdat het de zonde van Adam was
die het menselijk ras infecteerde, niet Eva. Het verbod werd gegeven aan Adam
en niet aan Eva. Hij was het hoofd van het menselijk ras. Adam werd ook eerst
geschapen. Hij vroeg om een partner, maar God wist dat Eva een deel was van het
plan. Van in het begin was het de bedoeling dat ze met twee waren. Zelfs voor
de schepping van Adam, omdat God in gemeenschap is met personen. Hij zou nooit
een persoon scheppen om alleen te zijn. We zijn gemaakt in solidariteit en we zijn
gered in solidariteit. Het was de bedoeling dat Adam een echtgenote had en een
kind om de drie-eenheid te weerspiegelen, een huiskerk.
Adam en Eva verloren dit
voorrecht van ingeprente kennis zodat we in de loop van de eeuwen zouden moeten
zwoegen, beetje bij beetje leren, een deeltje van wat Adam reeds wist. En we
zijn er nog steeds niet. Het is reeds 6000 jaar volgens de geschriften van
Luisa sinds de mens de rede had. Het duurde duizenden jaren om tot hier te geraken.
En we zijn er nog niet omwille van 1 zonde. Adam had 1 kans omdat hij een
perfect helder verstand en inzicht had. Hij voorzag het gevolg en einde van al
zijn daden. Net zoals Lucifer. Daarom hadden ook de engelen 1 kans. Ondanks hun
perfect helder inzicht, zondigde ze toch. Wat het nog erger maakt is dat ze
geen bekoring hadden zoals wij. Ze deden het uit eigen wil, Adam had geen lust
in Eden. En wat ook erg was is dat de persoon dat Adam bekoorde niets anders
was dan een verachtelijke slang die niets in ruil gaf. God werd verraden terwijl
Hij alles wat Adam rond zich had, had gegeven. De hele kosmos. Wat gaf satan?
En toch geloofde Adam in lucifers praatjes. Adams ingeprente kennis ging
verloren.
Daarom kan niet
gedetailleerd worden beschreven hoe het was voor de erfzonde en daarom weten we
zo weinig hoe het was voor de erfzonde. Daarom hebben we de biecht. De Heer
wist dat we steeds opnieuw zouden vallen, dagelijkse zonden of doodzonden,
afhangend van de staat van de ziel. En daarom gaf Hij voordat Hij de aarde
verliet, het sacrament van de biecht. We zijn allemaal verwekt met de erfzonde
en ons intellect is verduisterd, en God ziet dat. Daarom is Hij zo genadig. De
reden van zijn genade is dat we tot Hem zouden terugkeren, berouw zouden tonen
en groeien in de weg naar Hem. Adam en Eva zondigden en verstoorden de hele
kosmos. Niet alleen de aarde, maar de hele kosmos. Genesis zegt, van zodra Adam
zondigde, werden de dieren wild. Hier hebben we een gevolg van zonde in
natuurlijke rampen.
Wat ben je aan het doen om de hemelse schat te
vergroten?
Luke 19:26 :Ik zeg u: Aan
ieder die heeft, zal gegeven worden; maar aan wie niet heeft, zal nog ontnomen
worden, zelfs wat hij heeft.
Mijn kind, lijkt dit streng voor jou? Zie je niet dat Ik spreek over de oogst van zielen? Wat Ik al niet wil
doen om hen terug te brengen? Ik vertrouw aan elk van jullie, mijn trouwe
gelovigen, een territorium van zielen. Wat ben je aan het doen om de hemelse
schat te vergroten? Als je niets doet, en mij maar 1 ziel terugbrengt-je eigen
ziel- kan Ik mij hierom verheugen? Wat over de andere zielen die Ik wenste te
redden door jullie? Moet Ik hen in de steek laten omwille van jullie? Nee! Ik
zal hen aan een ziel geven die Ik ken en vertrouw om ze te vermeerderen. Die
verloren zielen zijn de Mijne en Ik ben niet van plan hen op te geven. Vergroot jullie
territorium, lieve zielen! In de
Goddelijke Wil wordt die ongelooflijk vruchtbaar. Plaats geen limieten aan
jullie territorium maar maak het zo groot als mijn Wil. Plaats geen grenzen
voor Mij, want Ik heb geen grenzen. Maar wordt nederiger en meer gewillig om
alles te doen wat je kunt om de hemelse schat te vergroten. Wees dapper in de
Goddelijke Wil, Mijn kinderen. Wees dapper in deze ongelooflijke genade.
O God van macht en
goedheid! Hoe ver gaan Uw plannen ons te boven! Open onze harten voor
Uw schatten van genade, dat we onvermoeibare werkers in de Goddelijke Wil voor
de oogst van zielen. In Uw genade, neem het kleine wat we offeren en
vermenigvuldig het in de oneindigheid van de Goddelijke Wil. Vergroot ons
territorium. Verleen ons een toename door de Liefdevlam van de Onbevlekte
Maria. Help ons dapper te zijn in de Goddelijke Wil. Moge Uw koninkrijk komen
en vlug. Amen.
De Liefdevlam
van Elizabeth Kindelmann
De methode om satan te
verblinden is zeer eenvoudig. Elke keer we de Rozenkrans bidden moeten
we een bijzondere toevoeging doen aan elk Weesgegroet.
Wees gegroet, Mara, vol van
genade, de Heer is met U, gezegend zijt gij boven alle vrouwen en gezegend is
de vrucht van Uw lichaam, Jezus. Heilige Maria, Moeder gods, bid voor ons, arme
zondaars, verspreid het effect van de
genade van Uw Liefdevlam over de hele mensheid, nu en in het uur van onze
dood. Amen.
Met dit gebed, zul je satan verblinden.
In het dagboek van Elizabeth Kindelmann wordt ook het
belang van de H. Mis, vasten en het offeren van ons dagelijks werk aanbevolen
in deze missie van de Liefdevlam.
Daniel OConnors toespraak : zie blog hierna
Weet en geloof dat wat Ik voor jullie gedaan
heb en wat Ik heb gegeven aan jullie ontelbaar is in menselijke termen
Mogen wij een groter verlangen hebben om enkel en altijd in
de Goddelijke Wil te leven. Ik nodig jullie uit om altijd enkel en alleen in de
Goddelijke Wil te leven.
Galaten 2:19-20 Want door de wet ben ik
gestorven voor de wet, om te leven voor God. Met Christus ben ik gekruisigd. Ikzelf
leef niet meer, Christus is het die leeft in mij. Voor zover ik nu leef in het
vlees, leef ik in het geloof in de Zoon van God, die mij heeft liefgehad en
zichzelf heeft overgeleverd voor mij.
O mijn lieve kinderen, mijn geliefden! Wat heb Ik niet gedaan voor
jullie? Wat heb Ik weerhouden dat voor jullie goed zou zijn? Weet en geloof dat wat Ik voor jullie gedaan heb en
wat Ik jullie heb gegeven ontelbaar is in menselijke termen. Zwakke,
meelijwekkende schepselen die jullie zijn, jullie Schepper houdt van jullie.
Arme en hulpeloze kinderen die jullie zijn, jullie Verlosser gaf Zijn leven
voor jullie. Verloren en wispelturige kinderen die jullie zijn, jullie
Zaligmaker vult jullie met alle gaven van de Goddelijke schatkist. Wat kan Ik
van jullie vragen dat teveel zou zijn? Leef in Mijn Wil. Overweeg dit
Laat jullie vrijmoedigheid van geest anderen
leiden tot het prijzen van God vanwaar alle zegeningen komen
2 Korintiërs 9:11-12 Zo wordt gij in ieder
opzicht verrijkt en kunt gij alle soort vrijgevigheid beoefenen. En deze is op
haar beurt, door onze bemiddeling, oorzaak van dankbetuiging aan God. 12Zulk
een spontane dienst voorziet niet alleen in de noden van de heiligen, hij wordt
ook een overvloedige bron van dankzegging aan God.
Geliefden, hebben jullie iets
tekort? Heb Ik ooit jullie mijn zegen geweigerd?
Nee Heer, U bent goed en perfect in al Uw handelingen, of we
ze nu versta of niet.
Hou dan op met jullie zorgen te
maken. Ik heb jullie in de palm van mijn hand. Doe zoals Ik doe. Als Ik mijn
zegeningen van jullie niet heb tegengehouden, hou dan niet jullie Liefde tegen
voor degenen rond jullie. Verbaas zelfs jullie vijanden met een zegening. Laat
jullie vrijmoedigheid van geest anderen ertoe leiden dat ze God prijzen, waar
alle zegeningen van komen. De zegeningen die jullie geven zijn de overvloedige
zegeningen die jullie krijgen. Aarzel niet, maar wees vrijgevig, zoals Ik vrijgevig
ben. Als jullie denken dat jullie niets te geven hebben, hou jullie handen dan
naar omhoog, en Ik zal ze vullen. Dan kunnen jullie je dankzegging en
lofprijzing voegen bij degenen die Ik zegen door jullie. De wereld heeft
zegeningen broodnodig. Wees Mijn gewillige instrumenten, lieve kinderen en
jullie zullen ware vrede kennen. De hele hemel zal zich verheugen met jullie.
Shalom.
O mijn geliefde Abba, wat een eenvoudige zaak is het om te
zegenen, en hoe gemakkelijk is het om deze heilige praktijk te vergeten. Moge
onze Moeder en onze Engelbewaarders ons dagelijks eraan herinneren om allen te
zegenen die jullie ons zenden, vooral degenen die het meest in nood zijn. Kom
H. Geest met Uw veelvoudige zegeningen, en vernieuw de aarde. Alleluia! Amen.
Na deze boodschap te hebben opgeschreven, las ik dit op een
andere blog: Het zal het Grote
Mirakel van Licht zijn dat satan verblindt. De stortvloed van zegeningen die de
wereld zal wakker schudden moet beginnen bij een klein aantal van heel nederige
zielen.OLVrouw aan Elizabeth Kindelmann
Wat moet Ik denken wanneer mijn kinderen zo druk bezig zijn met hun eigen zaken dat ze stoppen om leven te geven aan de Kerk?
Haggai 1:9 Omdat mijn huis een ruïne is,
terwijl ieder van u zich voor zijn eigen huis uitslooft.
Lief kind, wat moet Ik denken
wanneer mijn kinderen het zo druk hebben met hun eigen zaken dat ze stoppen met
leven te geven aan de Kerk? Moet Ik hen geluk wensen met hun succes? Ik zeg het
jullie Ik kan het niet! Mijn hart is verscheurd en mijn huis is in ruϊne. Wie zal er wenen met Mij? Mijn Zoon wordt
opnieuw gekruisigd. Wie is droevig met Mij? Kleintjes,
wees niet bij degenen die vluchten van de heuvel Calvarie. Steun mijn Zoon als
hij zijn doodsstrijd doorstaat. Loop niet weg, maar blijf standvastig. Houd je
vast aan mijn Moeders kleed en je zult versterkt worden. Toon je liefde voor
Christus en zijn Bruid. Wees niet beschaamd, maar wees bereid om alles te
lijden in plaats van je Heer te verlaten in zijn uur van grote nood."
Nu is de tijd voor uiterste waakzaamheid
Marcus 7:14-15, 21-23 Daarop riep Hij het volk
weer bij zich en sprak tot hen: Luistert allen naar Mij en wilt verstaan: niets
kan de mens bezoedelen wat van buitenaf in hem komt. Maar wat uit de mens komt,
dat bezoedelt de mens. Want uit het binnenste, uit het hart van de mensen,
komen boze gedachten, ontucht, diefstal, moord, echtbreuk, hebzucht,
kwaadaardigheid, bedrog, losbandigheid, afgunst, godslastering, trots,
lichtzinnigheid. Al die slechte dingen komen uit het binnenste en
bezoedelen de mens.
Mijn geliefden, jullie worden
dagelijks aangevallen door de zondige wegen van dit goddeloos tijdperk. Waar
kunnen jullie gaan waar jullie ogen niet getroffen worden door wat beledigend
is? Mijn kind, doe al wat je kunt om deze dingen te vermijden, en zorg ervoor
dat deze dingen geen wortel schieten in je hart. Wat passief bekeken wordt is
niet zondig-waar actief op ingegaan wordt is een groot gevaar. Als het wortel
schiet in je hart, zal het een grote strijd zijn voor je om het uit te trekken.
Nu is de tijd voor uiterste waakzaamheid. Vraag je heilige engel om je te
beschermen. Plaats het Kruis van Christus voor en achter je-laat het je
omringen. Ga dikwijls te biecht. Kinderen, dit is een tijdperk dat vervuld is
met ernstig geestelijk gevaar. Offer al wat je kunt in de Goddelijke Wil voor
degenen die hun bescherming hebben laten vallen. Er zijn er velen, en zelfs
binnen de Kerk! Ik ben erg beledigd. Bid!
O mijn lieve Vader, het
spijt me erg voor mijn deel in Uw belediging. In de Goddelijke Wil,
door de Liefdevlam, heb ik berouw over mijn gebrek aan waakzaamheid. Zend Uw
heilige engelen in Uw oneindige barmhartigheid om mij tegen te houden in het
begaan van doodzonde-van alle zonde! Ik vraag dit alles in de Goddelijke Wil,
door de Liefdevlam, voor iedereen van Adam tot de laatste mens. Heer Jezus, heb
medelijden met ons allen! Door het smartelijk lijden, Heer God, heb medelijden
met ons en met de hele wereld. Amen.
Noveen van Fatima
Zegen, lieve vrienden. We moeten ons terugtrekken tot het
tabernakel van onze harten en bidden voor de komst van het Koninkrijk, voor de
triomf van het Onbevlekte Hart, voor de bekering van zondaars en voor het
eerherstel voor het gewonde hart van de Heer. Kies hier om een voorbereiding te
doen voor de 100ste verjaardag van de 13 oktober 1917 van het
zonnewonder te Fatima. OLVrouw van Fatima, bid voor ons!
Kroontje van Fatima (gewone rozenkrans)
Op de grote kralen: Mijn Jezus, ik geloof, ik aanbid, ik hoop en bemin
U. Ik vraag U vergiffenis voor hen, die niet geloven, niet aanbidden, niet
hopen en die U niet beminnen.
Allerheiligste Drie-eenheid, Vader, Zoon en H. Geest, ik
aanbid U. Ik offer U het lichaam, bloed, ziel en goddelijkheid van Jezus
Christus, aanwezig in alle tabernakels van de wereld, in herstel voor de wandaden,
heiligschennissen en onverschilligheid, door hetwelk Hij wordt beledigd. Door
de oneindige verdiensten van het Allerheiligste Hart van Jezus en het Onbevlekte
Hart van Maria, smeek ik U voor de bekering van de arme zondaars.
Op de kleine kralen: Jezus,
Maria, Jozef, Ik houd van jullie, red de zielen!
Eindig met 3 Glorie zij.
Noveen 1:
OLVrouw van de Rozenkrans, vraag Uw Zoon Jezus om
medelijden te hebben met ons, en ons Zijn Vrede te geven.
Help ons Uw waarschuwing te Fatima na te volgen, dat we ons leven veranderen en
stoppen met het beledigen van God, die reeds beledigd is door onze zonden. OLVrouw van Fatima, Koningin van de Heilige
Rozenkrans, bid voor ons. Amen.
Noveen 2:
Allerheiligste Maagd, die zich gewaardigd heeft om naar
Fatima te komen om aan de drie kleine herdertjes de schatten van genaden te
onthullen die verborgen zijn in het gebed van de Rozenkrans, inspireer ons hart
met een oprechte liefde voor deze devotie, zodat we door het overwegen van de
geheimen van onze verlossing, de vruchten mogen verzamelen en de bekering van
de zondaars mogen verkrijgen, de bekering van Rusland en deze gunst waar ik om
verzoek (noem verzoek) evenals de promotie van de boodschap van Fatima in mijn
land en over de hele wereld, voor de meerdere glorie van God, voor Uw eer, en
voor het goed van alle mensen. Amen.
Onze Vader, Weesgegroet, Glorie zij
Litanie van OLVrouw van Fatima:
OLV van Fatima, bid voor ons dierbaar land.
OLV van Fatima, heilig onze geestelijkheid.
OLV van Fatima, maak onze Katholieken vuriger.
OLV van Fatima, leid en inspireer degenen die regeren.
OLV van Fatima, genees de zieken die op U vertrouwen.
OLV van Fatima, troost de ellendigen die op U vertrouwen.
OLV van Fatima, help degenen die Uw hulp inroepen.
OLV van Fatima, bevrijd ons van alle gevaren.
OLV van Fatima, help ons bekoringen te weerstaan.
OLV van Fatima, verkrijg voor ons alles wat we U liefdevol
vragen.
OLV van Fatima, help degenen die ons genegen zijn.
OLV van Fatima, breng onze dwalende broeders en zusters op
het rechte pad.
OLV van Fatima, geef ons vurigheid en ijver in het geloof.
OLV van Fatima, verkrijg voor ons vergeving voor de vele
zonden en beledigingen.
OLV van Fatima, breng alle mensen aan de voeten van Uw
Goddelijk Kind.
OLV van Fatima, verkrijg vrede voor de wereld.
O Maria, zonder zonde ontvangen, bid voor ons die onze
toevlucht tot U nemen.
Onbevlekt Hart van Maria, bid voor ons nu en in het uur van
onze dood. Amen.
Laat ons bidden: O God van
Oneindige goedheid en barmhartigheid, vul ons hart met een groot vertrouwen in
Uw lieve Moeder, die we aanroepen onder de titel van Onze Lieve Vrouw van de
Rozenkrans en Onze Lieve Vrouw van Fatima, en verleen ons door haar machtige
voorspraak al de genaden, zowel geestelijke als tijdelijke, die we nodig
hebben. Door Christus onze
Heer. Amen.
Laat niet door je gebrek aan aandacht de wereld
je beroven van de nodige heiliging
Jesaja 55:6-9 Zoekt Jahwe, nu Hij te vinden is,
roept Hem aan: Hij is nabij, De zondaar moet zijn weg verlaten en de
boosdoener zijn gedachten; en terugkeren naar Jahwe, die zich over hem erbarmen
zal, naar onze God, die immers rijkelijk vergeeft. Want mijn gedachten
zijn niet uw gedachten, en uw wegen niet mijn wegen, zo luidt de godsspraak van
Jahwe, want zoals de hemel hoger is dan de aarde, zo gaan ook mijn wegen
uw wegen te boven, en mijn gedachten uw gedachten.
O mijn geliefden! Wat een smart
voel Ik in mijn hart voor al degenen die mijn gave van barmhartigheid weigeren!
Vermeerder jullie gebeden en offers in de Goddelijke Wil voor degenen die in
ernstig geestelijk gevaar verkeren. Daar bedoel Ik niet noodzakelijk mee dat je
meer moet doen-alhoewel je zou kunnen-maar Ik bedoel dat je meer kunt doen IN DE GODDELIJKE WIL. Dat is bewuster
elke moment beleven in de Goddelijke Wil. Jullie hebben geen idee wat dit
bewerkstelligd in het geestelijk rijk. Houd dan deze gedachte voor jou en doe
alles tezamen met Mij zoals mijn Moeder deed. Laat me in jullie de zoete echo vinden
van haar leven dat geleefd werd in mijn heilige Wil. Ze week nooit, geen
seconde, ervan af, zodat elke adem geheiligd, gezuiverd en verheerlijkt werd. Doe dit mijn kinderen. Ik ben bij jullie. Laat je gebrek aan aandacht niet
de oorzaak zijn dat de wereld je berooft van je nodige heiliging.
O mijn Jezus! Verleen me in de Goddelijke Wil de genade om
elke klein moment te leven in Uw wil. Laat Uw Moeders zoet gezang in mij en
door mij weerklinken. Moge de Goddelijke Wil in alles binnendringen en door
alles vloeien wat ik doe, elke hartslag, adem en beweging, elke gedachte, woord
en werk. Hier ben ik, Heer, ik kom om te leven in Uw Allerheiligste en
Goddelijke Wil. Fiat! Amen.
Droom
Droom: We hadden een klein stukje van de
Eucharistische Hostie dat vlees werd. Het was opgedroogd, maar begon plotseling opnieuw te leven. Het werd
vlees en begon hevig te bloeden, een echt mirakel! Ik probeerde het te tonen
aan iemand die tot een niet Katholieke maar Christelijke sekte behoorde. Ze
wilde er niets van weten. Ik zocht om een kelk voor het Kostbare Bloed dat nu
begon te druppelen. Einde van de droom.
Ik beschouw dromen eerst en vooral als een oproep tot gebed.
Deze is misschien een oproep om te bidden voor degenen die weigeren te geloven
in Gods glorierijke en miraculeuze aanwezigheid in de Heilige Eucharistie. Mirakel van mirakels!
Heer Jezus, heb medelijden met degenen die Uw miraculeuze aanwezigheid
in de Eucharistie. In Uw barmhartigheid, leid alle zielen zodat ze U leren
kennen, U liefhebben en verlangen naar Uw intieme nabijheid in de Heilige
Communie. Ik plaats elk in de Liefdevlam van de Onbevlekte Maria. OLVrouw van
Fatima, bid voor ons! Amen.
Paus
voorspelde in 1992 dat islam als dodelijke gesel Europa zou binnenvallen 23/11
De
hordes zullen komen, uit Marokko, Libië, Egypte en andere landen in het Midden
Oosten Kerk zal getroffen worden door ergste lijden in 1000 jaar
Dit Europa zal naar de bodem gaan en wordt een oude herinnering
Terwijl paus Franciscus de islamisering van
Europa toejuicht, noemde een recente voorganger dit juist het grootste gevaar
in 1000 jaar, dat ons werelddeel ten onder zal doen gaan.
In schril contrast met de huidige paus, die de komst van
miljoenen moslimmigranten juist verwelkomt en aanmoedigt, voorspelde paus
Johannes Paulus II in 1992 dat de islam in deze eeuw als een dodelijke gesel
Europa zou binnenvallen. De radicale koerswijziging in het Vaticaan bevestigt
andermaal dat de Jezuïtische paus Franciscus een van de belangrijkste en tevens
gevaarlijkste linksradicale globalisten is, die een grote bedreiging vormt voor
de toekomst van het vrije en welvarende Europa, alsmede ook voor het
christendom.
Ik zie dat de kerk in het 3e millennium
geplaagd zal worden door een dodelijke gesel, en die heet islam. Die zal Europa
binnenvallen. Ik heb de hordes zien komen, van west tot oost: uit Marokko en
Libië, uit Egypte, en uit andere landen in het Midden Oosten, aldus Johannes
Paulus, die dit in een visioen zou hebben gezien.
Het visioen werd nu pas bekend gemaakt, vermoedelijk omdat
deze een zeer onwelgevallige boodschap voor de Westerse elite bevat. Getuige
van deze profetie was msr. Mauro Longhi, een priester van Opus Dei, die
tussen 1985 en 1995 de vaste begeleider van de paus was bij diens korte
vakanties in het Abruzzen gebergte, niet ver van Rome.
De vijanden in de kerk zijn degenen die
slapen
In het Kluizenaarsverblijf van de heilige Petrus en
Paulus bij Bienno sprak Longhi op 22 oktober over zijn ontmoetingen met de in
2005 overleden, en in 2014 heilig verklaarde Johannes Paulus. Volgens Longhi
knielde de paus in een berghut s nachts urenlang neer om hartstochtelijk met
de Heer en zijn geliefde moeder Maria te spreken.
Na de val van de Berlijnse Muur zou Johannes Paulus tegen
Longhi hebben gezegd dat voor wie bidt, alles kan veranderen. De vijanden van
de kerk staan niet buiten, maar in de kerk. Het zijn degenen die slapen.
Longhi is ervan overtuigd dat Johannes Paulus de gave van
profetie had, en in het bijzonder visioenen kreeg. Volgens kardinaal Andrzej
Deskur, destijds de beste vriend van de paus, zou hij zelfs met de
vleesgeworden Jezus spreken, en zijn aangezicht en dat van zijn moeder zien.
Het pijnlijkste lijden in 1000 jaar heet islam
Tijdens een bergwandeling openbaarde Johannes Paulus zijn
visioen aan Longhi. Herinner de kerk in het 3e millennium
hieraan: ik zie de kerk overvallen door een dodelijk lijden, dat dieper en
pijnlijker zal zijn dan ooit eerder in dit millennium. Het draagt de naam
islam. Ze zullen Europa binnenvallen, de hordes uit Marokko, Libië, Egypte en
andere landen in de Orient. Europa zal naar de bodem gaan, wordt een oude
herinnering, half in de schaduw, een spinnenweb, familieherinneringen. Jullie,
de kerk van het 3e millennium, moeten die invasie tegenhouden
maar niet met wapens, maar met jullie volkomen geloof.
Die opdracht van Johannes Paulus heeft de huidige leiding
in het Vaticaan terzijde gelegd en zelfs omgekeerd, want paus Franciscus pleit
juist voor het nog verder openen van de grenzen, het binnenlaten van miljoenen
moslims in Europa, en zelfs letterlijk voor het einde van de bestaande Europese
cultuur en samenleving.
Zachtmoedigheid is niet dat je je als een watje gedraagt,
maar dat je gemoed niet protesteert tegen Gods wil.
God is zachtmoedig
Jezus liet zichzelf kennen als een zachtmoedig persoon en
we kunnen heel wat van Hem leren in dat opzicht:
Matt 11:29 Neemt mijn juk op uw
schouders en leert van Mij: Ik ben zachtmoedig en nederig van hart; en gij zult
rust vinden voor uw zielen.
Kort voor zijn lijden reed Jezus Jeruzalem binnen en reed
daarbij niet op een paard, maar op een eenvoudige ezel. In die geschiedenis
haalde de evangelist Matteüs een profetie van Jesaja aan:
Matt 21:5 Zegt aan de dochter
van Sion: Zie, uw Koning komt tot u, zachtmoedig en gezeten op een ezel, op een
veulen, het jong van een lastdier.
Eenmaal zal Jezus terugkomen als Koning van de wereld, maar
toen Jezus ongeveer 2000 jaar geleden op de aarde woonde nam Hij een dienende
positie in tegenover de mensheid. En daarin behoren gelovigen Hem na te volgen.
Daarvoor is dus nederigheid, bescheidenheid en zachtmoedigheid nodig. Het is de
houding van een discipel, een volgeling, die niet voor zijn Heer uit loopt maar
zich volledig door Hem laat leiden, zonder protest.
Kol 3:12 Doet dat aan, als Gods
heilige en geliefde uitverkorenen, tedere ontferming, goedheid, deemoed,
zachtheid en geduld.
Zachtmoedigheid als vrucht van de Geest
De Heilige Geest die als een geschenk van God in elke
gelovige woont, heeft alles in zich om je te helpen groeien tot een
zachtmoedige volgeling van Jezus. Het is een eigenschap die blijk geeft van een
zekere mate van geestelijke rijpheid. Dat leer je van het steeds overgeven van
je wil aan die van God, zonder te sputteren en zonder je eigen weg te willen
gaan en God op jouw manier willen dienen. Het is afstand doen van eigen rechten
en trots, bereidheid om op Gods tijd te wachten, je leven laten leiden door
God.
Een levenshouding van zachtmoedigheid behoren we niet
alleen naar God toe te hebben, maar op een andere manier ook tegenover andere
mensen. Niet uit zijn op macht, niet veeleisend zijn, niet steeds gelijk willen
hebben of je wil doorzetten.
Jac 3:13 Als iemand onder u voor
wijs en verstandig wil doorgaan, moet hij zulk een pretentie waar maken door
een voortreffelijke levenswandel, door daden van wijsheid en zachtmoedigheid.
De apostel Petrus noemt zachtmoedigheid een sieraad voor
gelovigen. Hij schrijft het volgende aan vrouwen:
1 Petr 3:3-4 Zoekt uw schoonheid
niet in uiterlijke dingen, zoals kunstige kapsels, gouden sieraden en mooie
kleren, maar veeleer in de innerlijke hoedanigheden van het hart, in het
onvergankelijke sieraad van een zacht en gelijkmatig gemoed, dat kostbaar is in
het oog van God. Uit : www.herschepping.nl
Nederigheid wordt door de heiligen het fundament genoemd en
de bewaarder van alle deugden. In het geestelijk leven moet nederigheid alles
voorafgaan om hoogmoed te verbannen, waartegen God fel gekant is. De Zoon van
God daalde neer uit de Hemel om de mens de waarde van nederigheid te leren, en
met dit doel voor ogen ging Hij zover om zichzelf te ledigen, dienaar te zijn,
gemaakt volgens de gelijkenis van een mens, en in gewoonte als een mens. Hij
vernederde Zich, zelfs tot de dood op het kruis. (Fil 2:7) Jezus zegt tot ieder
van ons: Ik heb u een voorbeeld gegeven, opdat gij zoudt doen zoals Ik u
gedaan heb. (Joh 13:15).
Hoogmoed
is een gruwel voor de Heer
Spreuken 16:5 Alle hoogmoedigen zijn Jahwe een gruwel. De
hand erop: zij blijven niet ongestraft.
De hoogmoedige mens is een dief omdat hij zich toe-eigent
wat aan God behoort van wie hij alles gekregen heeft. De H. Augustinus zegt:
Verneder jezelf en God zal neerdalen om zich met jou te verenigen; maar als je
hoogmoedig bent zal Hij van je weggaan. Wanneer de opstandige engelen
hoogmoedig werden, jaagde God hen uit Zijn zicht en wiep hem in de afgrond, want
Gods Woord moet vervuld worden: Matt 23:12 Alwie zichzelf verheft, zal
vernederd en wie zichzelf vernedert zal verheven worden. De Heer heeft beloofd
om allen te verhoren die een beroep doen op Hem: Want al wie vraagt,
verkrijgt; wie zoekt, vindt en voor wie klopt, doet men open. Matt 7:8. Maar
tot de hoogmoedige mens zal God niet luisteren. Des te rijker is dan ook de
genade die Hij ons geeft, volgens het woord van de Schrift: God weerstaat de
hovaardigen, maar aan de nederigen geeft Hij genade. Jac 4:6. Ja, God haast
zich om Zijn hand te openen en uit te storten over de nederigen wat ze
verlangen. Wanneer het hart van een mens vol van zichzelf is, is er geen plaats
voor de gaven van God. De mens moet daarom leeg zijn van zichzelf door de
kennis van zijn eigen nietigheid.
De H. Maagd zegt: Mijn hart prijst hoog de Heer, van
vreugde juicht mijn geest om God mijn redder: daar Hij welwillend neerzag
op de kleinheid zijner dienstmaagd. Lucas 1:47-48
Een
bron van zegeningen
Jezus Sirach 35:21 Het gebed van de nederige dringt door de
wolken heen. Zolang het God niet bereikt heft, is hij ontroostbaar en hij houdt
aan, tot de Allerhoogste naar hem omziet. De H. Jozef Calasanctius zei
gewoonlijk: Als je wenst om heilig te zijn, wees nederig; als je verlangt zeer
heilig te zijn, wees zeer nederig. We moeten als kinderen worden in
nederigheid, anders kunnen we niet in het Koninkrijk van de Hemel binnengaan.
Jezus zei: Neemt mijn juk op uw schouders en leert van Mij: Ik ben zachtmoedig
en nederig van hart; en gij zult rust vinden voor uw zielen. (Matt 11:29).
Nederigheid
van het intellect
De deugd van nederigheid bestaat uit twee delen: de
nederigheid van het intellect en de nederigheid van de wil. Volgens de H.
Bernardus is nederigheid van het intellect een nederig oordeel hebben over
zichzelf. De H. Teresa zegt: Wij betekenen niets; we zijn onwetend, blind en
zijn niet in staat iets goeds te verwezenlijken. Aan de ene kant, hebben we
niets van ons eigen behalve zonde. En aan de andere kant, kunnen we niets doen,
behalve zonden begaan. Al het goede dat we kunnen doen komt van God en behoort
bij God. De nederige mens houdt dit altijd voor ogen. De H. Augustinus zei: O
Heer, verleen dat ik mag weten wie ik ben en wie U bent. U bent de bron van al
het goede en ik ben niets dan ellende. Als je God wilt eren, erken dan nederig
je eigen ellende en aanvaard elke behandeling die Gods voorzienigheid voor je
in petto heeft. Beroem je nooit op de goede werken die je gedaan hebt en dank
God ervoor.
We moeten ons ook realiseren dat zonder Gods hulp we niets
kunnen doen, absoluut niets. Dat zorgt ervoor dat we meer op God gaan
vertrouwen en niet op onszelf.
Nederigheid
van de wil
Nederigheid van het intellect, bestaat dus in de erkenning
dat we nietig zijn. De nederigheid van de wil bestaat in het verlangen om door
anderen geminacht te worden. Velen zijn nederig met hun lippen, maar niet in
hun hart. Ze erkennen dat ze zonden begaan en er zouden moeten voor gestraft
worden, maar wanneer ze worden terecht gewezen ontkennen ze hun fouten. Onthoud
de belofte van Jezus: Zalig zijt gij, wanneer men u beschimpt, vervolgt en
lasterlijk van allerlei kwaad beticht om Mijnentwil: Verheugt u en juicht,
want groot is uw loon in de hemel. (Matt 5:10-11)
Zachtmoedigheid
Nederigheid en zachtmoedigheid waren de favoriete deugden
van Jezus Christus en Hij beval ze bijzonder aan wanneer Hij zei: Leert van
Mij: Ik ben zachtmoedig en nederig van hart; en gij zult rust vinden voor uw
zielen. (Matt 11:29). Wanneer Jezus op het kruis hing en Zijn vijanden
overlaadden Hem met beledigingen, keerde Hij Zich tot Zijn hemelse Vader en
zei: Vader, vergeef hun, want ze weten niet wat ze doen. (Lucas 23:34). De
zachtmoedige zielen zijn heel kostbaar voor God. Ze ondergaan alle soorten van
beledigingen zonder kwaad te worden! Hun gebed is aangenaam voor God (Judit
9:16). Dat betekent dat het altijd zal gehoord worden. De bezittingen van het
Koninkrijk van de Hemel worden aan hen beloofd. Ze zullen niet alleen geluk in
het volgende leven ontvangen, maar zelfs in dit leven. Zachtmoedigheid kan
nooit bereikt worden zonder diepe nederigheid, een nederige instelling, een
lage dunk van zichzelf. Zachtmoedigheid moet overal en te allen tijde worden in
praktijk gebracht, vooral tot de armen en de zieken. Tot de armen omdat ze
dikwijls ongevoelig worden behandeld. Tot de zieken omdat ze zoveel lijden en
dikwijls zonder hulp worden achter gelaten. Werkgevers zouden moeten met
zachtmoedigheid handelen tegenover hun werknemers, en wanneer ze een opdracht
geven, zouden ze het eerder moeten vragen dan bevelen. Zo winnen ze de affectie
en gehoorzaamheid van hun werknemers.
De
zachtmoedigheid van Onze Heer
Met welke zachtmoedigheid en beminnelijkheid sprak Onze
Heer niet tegen de vrouw die in zonde verkeerde!
Joh 8:3-11 Toen brachten schriftgeleerden en Farizeeën Hem
een vrouw die op overspel was betrapt. Zij plaatsten haar in het midden en zeiden
tot Hem: Meester, deze vrouw is op heterdaad betrapt, terwijl ze overspel
bedreef. Nu heeft Mozes ons in de Wet bevolen zulke vrouwen te stenigen.
Maar Gij, wat zegt Gij ervan? Dit bedoelden ze als een strikvraag in de
hoop Hem ergens van de te kunnen beschuldigen. Jezus echter boog zich voorover
en schreef met zijn vinger op de grond. Toen ze bij Hem aanhielden met vragen,
richtte Hij zich op en zei tot hen: Laat degene onder u die zonder zonden is,
het eerst een steen op haar werpen. Weer boog Hij zich voorover en
schreef op de grond. Toen zij dit hoorden, dropen zij een voor een af, de
oudsten het eerst, totdat Jezus alleen achterbleef met de vrouw, die nog midden
in de kring stond. Nu richtte Jezus zich op en sprak tot haar: Vrouw,
waar zijn ze? Heeft niemand u veroordeeld? Zij antwoordde: Niemand,
Heer. Toen zei Jezus tot haar: Ook Ik veroordeel u niet; ga heen en zondig
van nu af niet meer.
Met gelijkaardige zachtmoedigheid sprak Hij tot de
Samaritaanse vrouw en bekeerde haar.
Joh 4:4-26 Hij moest door Samaria en kwam zo aan een
stad van Samaria, Sichar genaamd, dichtbij het stuk grond dat Jakob aan zijn
zoon Jozef had gegeven. Daar bevond zich de bron van Jakob en vermoeid van
de tocht ging Jezus zomaar bij deze bron zitten. Het was ongeveer het zesde
uur. Toen een vrouw uit Samaria water kwam putten zei Jezus tot haar:
Geef Mij te drinken. De leerlingen waren namelijk naar de stad gegaan om
levensmiddelen te kopen. De Samaritaanse zei tot Hem: Hoe kunt Gij als
Jood nu te drinken vragen aan mij, een Samaritaanse? Joden onderhouden
namelijk geen betrekkingen met de Samaritanen. Jezus gaf haar ten
antwoord: Als ge enig begrip had van de gave Gods en wist wie het is, die u
zegt: Geef Mij te drinken, zoudt ge het aan Hem hebben gevraagd en Hij zou u
levend water hebben gegeven. Daarop zei de vrouw tot Hem: Heer, Ge hebt
niet eens een emmer en de put is diep; waar haalt Ge dan dat levende water
vandaan? Zijt ge soms groter dan onze vader Jakob die ons de put gaf en er
met zijn zonen en zijn vee uit dronk? Jezus antwoordde haar: Iedereen
die van dit water drinkt, krijgt weer dorst, maar wie van het water drinkt
dat Ik hem zal geven, krijgt in eeuwigheid geen dorst meer; integendeel, het
water dat Ik hem zal geven, zal in hem een waterbron worden, opborrelend tot
eeuwig leven.
Hierop zei de vrouw tot Hem: Heer geef mij van dat water,
zodat ik geen dorst meer krijg en niet meer hier behoef te komen om te
putten. Jezus zei haar: Ga uw man roepen en kom dan hier terug. Ik
heb geen man, antwoordde de vrouw. Jezus zei haar: Dat zegt ge terecht: ik
heb geen man; want vijf mannen hebt ge gehad, en die ge nu hebt is uw man niet.
Wat dit betreft hebt ge de waarheid gesproken. Heer, zei de vrouw, ik zie
dat Gij een profeet zijt. Onze vaderen aanbaden op die berg daar, en gij,
Joden, zegt dat in Jeruzalem de plaats is waar men aanbidden moet. Geloof
Mij, vrouw, zei Jezus haar, er komt een uur dat gij noch op die berg noch in
Jeruzalem de Vader zult aanbidden. Gij aanbidt wat gij niet kent; wij
aanbidden wat wij kennen, omdat het heil uit de Joden komt. Maar er zal
een uur komen, ja het is er al, dat de ware aanbidders de Vader zullen
aanbidden in geest en waarheid. De Vader toch zoekt mensen die Hem zo aanbidden. God
is geest, en wie Hem aanbidden, moeten Hem in geest en waarheid aanbidden. De
vrouw zei Hem: Ik weet dat de Messias (dat wil zeggen: de Gezalfde) komt, en
wanneer Die komt zal Hij ons alles verkondigen. Jezus zei haar: Dat ben
Ik, die met u spreek.
Wat een treffende tederheid heeft Jezus betoond tot Judas.
Hij stond toe dat hij at uit dezelfde schotel als Hijzelf. Hij knielde en waste
zijn voeten. Op het moment wanneer hij zijn misdaad zou begaan waarschuwde
Jezus hem met deze aangrijpende woorden: 'Judas, verraadt ge de Mensenzoon met
een kus?' (Lucas 22:48). Hoe behandelde Hij Petrus nadat hij Hem ontkend
had? Hij gaf hem geen verwijt. Wanneer hij uit het huis van de hogepriester
kwam, keerde Hij zich om en keek Petrus liefdevol aan, en dat zorgde voor een
zodanige bekering in Petrus hart dat hij zijn leven lang intriest was over de
belediging dat Hij Zijn goddelijke Meester had gegeven.
Als je iemand een berisping moet geven wordt het acceptabel
en brengt het goede vruchten voort als het gedaan wordt met zachtmoedigheid en
liefde. De H. Vincent a Paulo wenste dat de karakteristieken van zijn
leerlingen: beminnelijkheid, liefde en nederigheid waren. Je moet proberen te
allen tijde beminnelijk te zijn voor iedereen, onder alle omstandigheden. De H.
Bernardus zegt: Er zijn er velen die vol beminnelijkheid zijn zolang als de
dingen gaan volgens hun wil; maar wanneer ze tegenkanting krijgen barsten ze
uit en zijn ze zoals een Vesuvius. Ze zijn zoals kolen die gloeien onder de as.
Als we boos zijn over iets, is het beter om te zwijgen. Zodat we met
zachtmoedigheid iets kunnen zeggen nadat de boosheid over is.
Zachtmoedigheid
tegenover zichzelf
Wanneer we een fout begaan hebben, moeten we ons tot de
Heer richten in nederigheid en vertrouwen en Hem smeken om vergeving en zeggen
met de H. Catherina van Genua: Heer, kijk, hier is de vrucht van mijn tuin!
Maar vergeef me, ik smeek U. Ik heb spijt om U te hebben beledigd. Ik zal dit
niet meer doen. Geef me de hulp van Uw heilige genade. De H. Franciscus van
Sales zegt: Laat nooit boosheid toe om de ziel binnen te dringen, want eens
deze in het hart zit, is het niet in onze macht om ze te verdrijven. Om dit te
verdrijven heeft de H. Franciscus zich onthecht van zaken en personen om woede
te verdrijven.
De boodschappen van OLVrouw aan Pedro Regis : deel 3
DE
BOODSCHAPPEN VAN OLVROUW AAN PEDRO REGIS : deel 3
De mannen van terreur zullen daden stellen uit grote woede.
Een tempel zal vernietigd worden (Vaticaan, St Pieters) (2878 -18/8/2007)
Het Westen zal beven voor een rampzalig gebeurtenis die
veroorzaakt wordt door de onzichtbare vijand (2923 27/11/2007 (Pokken? Verwezen
in boodschap 2531 6/5/2005? Of over een virus dat in het ijs van Antarctica
sluimerde? Zie volgende boodschap) God zal het toelaten en wetenschappers
zullen het in het nieuws zeggen. Het bestond, het bestaat niet en het zal
bestaan. Het antwoord zal komen. Weet dat de mysteries van de Heer groot zijn.
Kniel in gebed. (2809 3/10/2007)
Een revolte zal vernietiging veroorzaken en dood in
verschillende landen van Europa. (3265 12/1/2010)
Europa zal arm worden, en er zal grote wanhoop zijn overal.
(3271 26/1/2010)
Een schrikbarende gebeurtenis zal gebeuren in Spanje en zal
zich verspreiden in verschillende landen van Europa. Frankrijk zal de bittere
kelk van lijden moeten drinken. (3282 20/2/2010)
Een vernietigende macht zal Europa doorkruisen en
vernietiging en dood veroorzaken. (3303 7/4/2010)
De dood zal door Europa waren en zal een groot spoor van
vernietiging achterlaten. Gelijkaardig lijden zal ervaren worden door de
inwoners van het Land van het Heilig Kruis (Brazilië of Israël) (3339
2/7/2010)
Europa zal een zwaar kruis te dragen hebben. Dood en
vernietiging zal mijn arme kinderen treffen. Geneve zal om hulp vragen. (3405
-27/11/2010)
De dood zal door verschillende Europese landen waren en de
vernietiging zal groot zijn. China zal de bittere kelk van leed drinken. Jullie
zullen een grote verwoesting zien. Napels zal om hulp vragen. (3450
12/3/2011)
Europa zal beven. Drie landen zullen vragen om hulp. (3513
19/7/2011)
Een pijnlijk gebeurtenis zal gebeuren in Europa. De dood
zal door verschillende landen waren en Mijn arme kinderen zullen weeklagen.
(3644 24/4/2012)
Een groot revolte zal opkomen in Europa en in vele landen
zal er bloed vergoten. (3663 -5/6/2012)
De dood zal door Europa waren, het zal verschillende landen
aandoen en de pijn zal groot zijn voor mijn arme kinderen. (3741 24/11/2012)
De bevolking Europa zal alarmerend dalen. Menigten zullen
verlichting zoeken in vele regios op aarde. Rijk en arm zullen dezelfde
richting uitgaan en hetzelfde brood eten. Geloof zal maar in weinig harten aanwezig
zijn. (3804 13/4/2013)
Ernstige conflicten zullen zich verspreiden in Brazilië en
een gevaarlijke en pijnlijke aanval zal de aandacht van de wereld trekken.
(3886 12/10/2013)
Aanval
in Rome
Proloog
Het paleis zal bij verrassing ingenomen worden door de
woedende, bloedige inval van de mannen met de grote baarden. (2529 31/5/2005)
De mannen van terreur zullen het Vaticaan bereiken. Het St
Pietersplein zal vol dode lichamen liggen. De mensheid zal de boosaardige actie
zien van de mannen met de grote baarden. Het Colosseum zal ineenstorten. (2553
24/7/2005)
Een grote explosie zal in een tempel gebeuren. De mannen
van terreur zullen handelen met grote woede. (2597 1/11/2005)
De stad van de 7 heuvels zal vernietigd worden. (2592 22/10/2005)
Het land van St Pieter zal in puin liggen. (2574 12/09/2005)
De gebeurtenissen
De stad van de 7 heuvels zal de bittere kelk van ellende te
drinken krijgen. Het zal baden in bloed en terreur zal zich overal verspreiden.
(2775 21/12/2006)
Een grote menigte zal in de richting van het paleis lopen.
In hun harten zal haat en een verlangen naar geweld liggen. De koning zal in de
steek gelaten worden door velen van zijn onderdanen. (2862 12/07/2007)
Een aanval tegen het Huis van de Heer zal de aandacht van
de wereld trekken. De ene die tegen Christus is zal handelen uit grote woede. (2889
14/9/2007)
Degene die tegen Christus is zal met zijn leger de grote
stad bereiken. De troon van Petrus zal beven. (2937 1/1/2008)
Het Vaticaan
Stenen zullen vallen en de zetel zal dwongen worden te
veranderen van zetel. De tempel zal verscheurd worden in twee delen. De ene zal
voor het Oosten zijn en de andere zal voor het Westen zijn. Zelfs Rome zal
beloond worden voor de ontheiliging van het Huis van de heer. (23/1/2008)
De mannen met de grote baarden zullen handelen tegen de
Christenen. De muren van het paleis zullen besmeurd zijn met bloed. (2968 11/3/2008)
De mannen die volgelingen zijn van de valse profeet zullen
met grote woede naar de Heilige Tempel gaan. Er zal een grote vernietiging
zijn. De Kerk zal weeklagen. Op deze dag zal een maansverduistering te zien
zijn. (2975 23/3/2008)
De vijanden van de Kerk zullen handelen met grote woede. Ze
zullen het Heiligdom platbranden. (2995 5/10/2008)
De grote reliek zal opkomen en er zal een oorlog zijn
tussen religieuzen. (2997 13/5/2008) Er zal een grote invasie zijn en in het
paleis zullen jullie grote verwoesting zien. (Matt 24:15)
De vijanden zullen handelen met grote woede tegen de Kerk
van Mijn Jezus. De tempels zullen binnengedrongen worden en er zal een grote
verwoesting zijn. (3011 17/6/2008)
Een grote menigte zal opkomen en met grote woede zullen ze
grote vernietiging aanrichten. Ze zullen de stad van de 7 heuvels vernietigen
en ze zullen de troon van Petrus bezetten. (3018 1/7/2008)
Rusland zal een steen zijn voor vele naties en Rome zal
vernietigd worden door vuur. (3207 20/1/2010)
De mannen van terreur zullen handelen tegen de Kerk. Ze
zullen proberen een tempel te vernietigen. Italië zal geschokt zijn door deze
pijnlijke gebeurtenis. (3319 15/5/2010)
Opstanden in Italië en Frankrijk
De rijkste mensen in de wereld zullen in moeilijkheden
zijn, ze zullen hun hand uitsteken naar de armen en vragen om vergeving. Europa
zal de bodem raken. (2517 5/1/2005)
Er zal een grote chaos zijn in de wereldeconomie en enkel
de zachtmoedigen en de nederigen van hart zullen in staat zijn te overleven.
(2518 5/3/2005)
Een grote opstand zal gebeuren in Italië. Mensen zullen
naar het Vaticaan stappen en pijn en vernietiging veroorzaken. (2868 27/7/2007)
Het lot van Parijs zal lijken op Sodom en Rome zal het lot
van Gomorra ondergaan. (16/5/2008)
Europa zal tegen de Kerk opkomen. (3051 9/8/2008)
Europa zal geestelijke en materieel arm worden. Naties
zullen verdwijnen en mijn arme kinderen zullen een zwaar kruis te dragen
hebben. Het ergste moet nog komen. (3144 7/4/2009)
Een smartelijke gebeurtenis zal gebeuren in Frankrijk en
zal een groot lijden brengen aan de Kerk. De opstand is het resultaat van
ongehoorzaamheid. (3036 5/8/2008)
Een grote opstand zal opkomen in Europa en er zal bloed
vergoten worden in vele landen. (3663 5/6/2012)
Frankrijk: de Grote Beer zal tegen je opkomen. (8/9/2007)
Derde Wereldoorlog
Het gevecht tussen de twee reuzen zal de dood van vele
onschuldigen veroorzaken. De woede van het beest zal duizenden lichamen
achterlaten en de mensheid zal door lijden gaan. (2474 25/1/2005)
Een trotse man beval zijn bouw en zijn locatie maakte het
mogelijk om de aanwezigheid van de vijand zichtbaar te maken (satellieten). Hij
werd geboren uit ongerechtigheid, maar zijn einde zal komen door gerechtigheid.
God is altijd dezelfde. Hij is Barmhartigheid en Gerechtigheid. (2484 17/2/2005)
De draak (China) zal de arend (VS) confronteren en zal vuur
werpen op zijn kinderen, een groot deel van zijn nest zal vernietigd worden.
(2492 8/3/2005)
Rusland zal over vele naties stappen en de mensheid zal
momenten van grote pijn beleven. Een grote tragedie zal gebeuren in Korea.
Mensen zullen zichzelf vernietigen door hun eigen schuld. (2536 14/6/2005)
De leider van een grote natie zal een aanval moeten lijden.
Het gevaar van een derde wereldoorlog wordt werkelijkheid. (2540 25/6/2005)
Er zal oorlog zijn. De goddeloze daden van mensen zullen
dood en vernietiging zaaien in verschillende naties. Een perverse man zal een
grote invasie leiden. De stad van 7 heuvels zal vernietigd worden. (2592 22/10/2005)
De woeste beer (Rusland) zal op zoek gaan naar zijn plaats.
Wat de mensen hoog hebben geplaatst, zal God op de grond doen vallen
(satellieten?). (2788 20/1/2007)
Rusland zal struikelen en de trotse man zal handelen met de
kracht die hem gegeven wordt door de duivel. (2780 1/1/2007)
Het land van de koningin (Groot-Brittannië) zal momenten
beleven van grote beproeving. Een vernietigend vuur zal op haar neerkomen.
(2795 2/6/2007)
Een snel vuur zal de vernietiging van het land van het
Heilig Kruis (Brazilië, Israël of Italië). Terreur zal zich verspreiden en Mijn
arme kinderen zullen een zwaar kruis te dragen hebben. (2859 3/7/2007)
In het land van de Koningin zal plotseling vuur vallen en
het land van koningen zal getroffen worden. (2890 15/9/2007)
Het gebrek aan begrip tussen drie koningen zal groot lijden
brengen voor Mijn arme kinderen. Drie tenten zullen ineenvallen. (2891 18/9/2007)
Drie reuzen zullen zich verenigen om oorlog te voeren, maar
de man van vrede zal komen om bij te dragen voor de vreedzame co-existentie
tussen hen. (2893 22/9/2007)
Het zaad van het kwade bestaat nog altijd en de vurige beer
teert erop. (3065 11/10/2008)
Een angstaanjagende gebeurtenis zal in Europa gebeuren en
zal drie landen tegelijk bereiken. (3246 28/11/2009)
De alliantie het begin van de oorlog
De draak (China) zal de arend (VS) ontmoeten en zal vuur
werpen op haar kinderen, en zal de vernietiging van een groot deel van zijn
nest als gevolg hebben. (2492 8/3/2005)
Een snel vuur zal het paleis bereiken, maar de steen zal
niet gebroken zijn. De mensheid zal een groot mysterie zien: de nacht zal dag
worden. (2537 18/6/2005)
Rusland zal struikelen en zal een zwaar kruis te dragen
hebben. (2717 8/8/2006)
Een doorn zal uit St Petersburg komen dat mijn arme
kinderen zal treffen. De boosaardige boom (atheïstisch communisme) was daar
geboren en zijn takken hebben zich verspreid over de hele wereld. Zijn vergif
is dodelijk, maar de Heer zal de Zijne verdedigen. (2778 26/12/2006)
Stenen zullen vallen op de woeste beer. (2753 31/10/2006)
Een plotseling snel vuur zal op de grote stad vallen. De
mensheid zal in angst zijn. Een ernstig conflict zal leiden tot een grote
catastrofe. (2785 13/1/2007)
Een vreselijk feit zal zich voordoen. De woeste beer zal
uit jagen gaan. (2881 25/8/2007)
Het gebrek aan een overeenkomst tussen de drie koningen zal
groot lijden teweeg brengen aan Mijn arme kinderen. Drie tenten zullen ineen
vallen. (2891 18/9/2007) (Rusland China Iran?)
De vereniging van de mannen met de grote baarden met
degenen met het rode kleur zal grote pijn veroorzaken aan de mensheid. (2908
27/10/2007) (Iran en China?)
Een vreselijke gebeurtenis zal zich voordoen in Parijs, en
zal herhaald worden in Cuba. (2911 11/3/2007)
Rusland zal struikelen en de trotse man zal reageren met de
kracht die hem gegeven werd door de duivel. De vogel (VS) zal getroffen worden
aan de kust en vele nesten zullen vernietigd worden. Een berg zal vallen en er
zal grote vernietiging zijn in vele regios. (2780 1/1/2007)
Het grote brein van de mensheid (VS) zal vallen en de
mensen zullen de kracht van het zwaard voelen van de grote bevelhebber van het
Oosten. De rat loopt onder de grond in de richting van het witte paleis nadat
de twee rivieren zijn overgestoken. De rivieren dragen namen van wilde beesten.
(16/4/2008) (Washington DC)
De grote stad dat aan de kant van de Potomac ligt zal momenten
van grote kwelling beleven. (3428 20/1/2011)
De geesten van sommigen zullen zich verenigen en zullen een
grote aanval plannen. De woeste leeuw zal de kerk aanvallen en groot lijden
veroorzaken aan Mijn arme kinderen. (3030 22/7/2008)
Drie naties zullen zich verenigen en de Kerk vervolgen. In
deze naties zullen de gewijden verhinderd worden om hun taken te vervullen,
maar de machtige hand van God zal handelen ten voordele van zijn Kerk. (3038
8/9/2008)
Een vlug vuur zal de lucht doorkruisen van verschillende
landen in Europa. Het zal op een beroemde tempel vallen. (3189 18/7/2009)
De dag zal komen waarop de woeste beer de verscheurende
leeuw zal vergezellen. De woestheid van de dieren zal op de Kerk vallen en mijn
arme gewijde dienaren zullen een zwaar kruis te dragen hebben. (3135 17/3/2009)
Russische aanval
Drie grote stenen (asteroïden?) zullen uit het oosten
vallen op verschillende landen en vernietiging en dood veroorzaken. (2498 20/3/2005)
De woeste beer zal verschillende naties doorkruisen en zal
in Rome aankomen. Daar zal het zijn spoor nalaten, en bloed zal vloeien. (2498
20/3/2005)
De stad van de 7 heuvels zal vallen. (2502 29/3/2005)
Nucleaire en biologische wapens zullen gebruikt worden door
de mannen met de grote baarden en terreur zal zich verspreiden naar
verschillende landen. Er zal ook een grote chaos in de wereldeconomie zijn en
enkel de zachtmoedigen en nederigen van hart zullen in staat zijn om te
overleven. (2518 5/3/2005)
Berlijn zal in puin liggen. (2521 5/12/2005)
Het land van St Pieter zal in puin liggen. (2574 9/12/2005)
Rome zal zijn glorie verliezen en ook zijn faam en het
lijden zal groot zijn voor mijn arme kinderen. (2622 31/12/2005)
Een leger zal door Europa oprukken en een spoor van
vernietiging en dood nalaten. (2708 18/7/2006)
Vernietiging zal Noord-Italië en Denia (Spanje) treffen, en
het zal een zwaar kruis brengen. (2710 22/7/2006)
Nederland zal de bittere lijdenskelk moeten drinken. De
dood zal er passeren. (2720 - 15//2006)
Marseille zal vernietigd worden. (2732 9/12/2006)
Degenen die zich aan de oevers van de Rijn bevinden zullen
vragen om hulp. (2737 23/9/2006)
Hongarije zal moeilijke momenten kennen. Terreur zal komen
en Mijn arme kinderen zullen weeklagen. (2740 30/9/2006)
Frankrijk: de Grote Beer zal opkomen tegen jullie.
(2/9/2007)
De dag zal komen wanneer de woeste draak vuur zal lanceren
op het nest van de beer. (2930 15/12/2007) China zal Moskou aanvallen.
De inwoners van Duitsland en Zwitserland zullen groot
lijden kennen. (2931 18/12/2007)
De oorlog zal losbarsten in Rome en er zullen weinig
overlevenden zijn. De ene die tegen Christus opkomt zal lijden en pijn
veroorzaken in heel Europa. De troon van St Pieter zal leeg zijn. (2939 5/1/2008)
Een groot mysterie zal vele vragen meebrengen aan de mens.
Het licht zal schijnen op de Berg Sinaï en de engel zal zijn trompet blazen
naar het oosten, en hij zal bevingen meebrengen in Israël. De stad gekend als de
ingang van de zon zal zijn leider verliezen. Het lot van Parijs zal lijken op
Sodom en Rome deelt het lot van Gomorra. (16/5/2008)
De dood zal door verschillende landen van Europa waren.
(3115 27/1/2009)
Rusland zal een steen zijn voor vele naties en Rome zal
vernietigd worden door vuur. (3207 29/8/2009)
De dag zal komen wanneer Europa zijn hand zal uitsteken
naar de wereld als een bedelaar die hulp nodig heeft. (3207 29/8/2009)
Europa zal arm zijn, en er zal overal grote wanhoop zijn.
(3271 26/1/2010)
De dood zal door Europa waren en zal een spoor van
vernietiging achterlaten. (3339 2/7/2010)
Europa zal een zwaar kruis te dragen hebben. Dood en
vernietiging zullen Mijn arme kinderen treffen. (3405 27/11/2010)
Europa zal beven. Drie landen zullen om hulp vragen. (3513
29/7/2011)
De dag zal komen waarin er een grote oorlog zal woeden.
(4047 14/10/2014)
Vanaf het begin van Gods omgang met mensen is
gehoorzaamheid de voorwaarde om in de relatie met Hem te blijven en het
koninkrijk gestalte te geven op aarde.
En Jahwe God gaf de mens dit
gebod: `Van al de bomen in de tuin moogt ge vrij eten, maar van de boom van de
kennis van goed en kwaad moogt ge niet eten, want op de dag dat gij daarvan
eet, moet ge sterven.' Gen 2:16,17
Alleen door gehoorzaamheid kan het schepsel de Schepper de
heerlijkheid toebrengen die Hem toekomt of de heerlijkheid ontvangen
waarin zijn Schepper hem wil laten delen. Alleen door gehoorzaamheid is de
discipel waardevol voor zijn Meester of het kind geliefd door de Vader. God
woont met zijn Geest te midden van een gehoorzaam volk en Hij laat ze delen in
zijn zegeningen. Dit principe zien we door de hele Bijbel heen:
Zo stel ik u heden zegen voor en
vloek: zegen als gij gehoorzaamt aan de geboden van Jahwe, die ik u heden
geef; vloek als gij aan zijn geboden niet gehoorzaamt en afwijkt van de
weg die ik u heden voorschrijf, door achter andere goden aan te lopen, die gij
niet kent. Deut 11:26-28
Dit alleen heb Ik hen bevolen:
Luister naar Mij, dan zal Ik uw God zijn en gij zult mijn volk zijn. Volg de
weg die Ik u wijs, dan zal het u goed gaan. Jeremia 7:23
Gehoorzaamheid is de voorwaarde voor de zegen. In het OT
was deze zegen fysieke voorspoed, in het NT is dit de gemeenschap met de Vader
en de Zoon. Gehoorzaamheid maakt het mogelijk voor God om alles van zijn
heilige Geest te geven, alles van zijn liefde, alles van Christus in en door
ons. Nu is er een groot geheim wat betreft deze gehoorzaamheid die wij goed
moeten onthouden: gehoorzaamheid is alleen mogelijk voor een liefhebbend
hart. Het geheim van ware gehoorzaamheid is de zuivere en innige relatie
met God. Is er geen oprechte, brandende liefde in ons hart voor God, dan is
gehoorzaamheid slechts een uiterlijke zaak, een volgen van regels, een wettisch
systeem. Al onze pogingen om in alles gehoorzaam te zijn aan God, zullen
mislukken als wij niet in Gods heilige tegenwoordigheid blijven. Daarom faalde
Israël, omdat ze bang waren voor rechtstreekse omgang met God. Ze kenden de
tegenwoordigheid van God niet. Deze tegenwoordigheid van God is zijn heilige
liefde. Deze liefde kennen is de kracht om gehoorzaam te zijn.
Zo hebben wij de liefde leren
kennen die God voor ons heeft, en wij geloven in haar. God is liefde: wie in de
liefde woont, woont in God en God is met hem. 1 Joh 4:16
God beminnen wil zeggen zijn
geboden onderhouden, en zijn geboden zijn niet moeilijk te onderhouden, 1 Joh 5:3
Nu komen we tot een tweede belangrijk punt: Wij kunnen deze
gehoorzaamheid niet bewerken door allerlei uiterlijke regels, gevoelens,
argumenten en motieven. Ons eigen vlees is vijandschap tegen God. Pas als we de
noodzaak voelen om het te verwachten van een ander leven, dan pas gaan we ons
ernaar uitstrekken. Het geheim van ware gehoorzaamheid is de terugkeer tot
innige en ononderbroken omgang met God.
Hoewel Hij Gods Zoon was, heeft
Hij in de school van het lijden gehoorzaamheid geleerd; en toen Hij het
einde had bereikt, is Hij voor allen die Hem gehoorzamen oorzaak geworden van
eeuwige heil, Hebr 5:8,9
Christus heeft deze gehoorzaamheid moeten leren. Het was
een gehoorzaamheid tot de dood. Elke gehoorzaamheid aan God is een
gehoorzaamheid tot de dood! Hij leerde dit door te lijden. Zijn hele leven
moest worden gevuld met een geest van gehoorzaamheid. Dit was een enorme strijd
voor Hem.
Daarop zei Jezus hun: Mijn
spijs is, de wil te doen van Hem die Mij gezonden heeft en zijn werk te
volbrengen. Joh 4:34
Jezus was in zijn werk verzadigd, omdat Hij Gods wil
deed. Hij was volkomen gehoorzaam. Het doen van Gods wil is leven, en het leven
verzadigt. Ons voedsel is niet steeds weer een Bijbelstudie of een samenkomst.
Ons voedsel is Christus. We worden gevoed als wij de Heer vragen in ons te doen
wat Hij verlangt en als wij echte omgang met Hem hebben.
Christus is ook het licht des levens. Wij kunnen
leerstellingen begrijpen en kennis vergaren, maar Christus Zelf is het licht
dat ons zicht geeft! Als wij werkelijk het licht zien, zullen we, net als
Saulus in Handelingen 9, ter aarde vallen. We kunnen proberen nederig te zijn
(gewilde nederigheid uit Kol 2:18), maar als we Christus als het licht des
levens zien, vallen we op ons aangezicht. Wanneer leerstellingen en woorden
dingen worden, brengen ze dood. Alleen het licht brengt leven, alleen leven
brengt verandering. Het is moeilijk om nederig te zijn. Het is zwaar om je te
verootmoedigen, maar als het licht schijnt en wij ontmoeten de Heer, dan worden
deze dingen spontaan in ons bewerkt vanuit het leven. Een mens die de Heer
aanschouwt, Hem echt ontmoet, wordt voorgoed verzwakt en gebroken.
Jezus vraagt niet minder aan zijn discipelen dan een
gehoorzaamheid tot het uiterste. Net zoals Hij deze gehoorzaamheid kon
opbrengen doordat Hij een intense liefdesrelatie met zijn Vader had, zo kunnen
ook wij deze gehoorzaamheid alleen opbrengen vanuit onze intense relatie met
Jezus, door de kracht van de heilige Geest! Het Woord van God zonder de levende
stem van Jezus baat ons niets. Veel christenen ontvangen liever onderwijs van
anderen dan vanuit de omgang met Jezus Zelf. Ze lezen boekjes, luisteren preken
en het verandert hen niet. Hun geloof is gebaseerd op wijsheid van mensen, op
wijsheid van denksystemen en niet op de kracht van God. De oppervlakkigheid en
zwakheid van onze religie en ons religieus werk is het gevolg van te weinig
echt contact met God.
Wat moeten we doen om deze gehoorzaamheid te ontvangen? Hoe
kunnen wij gehoorzaam worden tot de dood?
1. Vraag de heilige Geest uw hart
te onderzoeken en je te laten zien waar ongehoorzaamheid zit.
2. Belijd iedere ongehoorzaamheid.
3. Geloof dat gehoorzaamheid
mogelijk is. Een leven vol van de Geest verheugt zich in Gods geboden. Wij
twijfelen of dit mogelijk is omdat het niet onze ervaring is.
4. Geef alles over aan
Christus.
Het grote probleem in het leven van veel christenen is dat
er geen echt verlangen is naar absolute gehoorzaamheid. Er is een tweeslachtig
leven; dit is krachteloos. Dit komt enerzijds denk ik, door verkeerde prediking
die alle nadruk legt op de liefde van God voor ons. In de praktijk blijkt dat
deze liefdesprediking maar weinig wederliefde opwekt. We reageren als babys
die tevreden zijn met troost en steun in moeilijke tijden, maar zijn niet toe
aan een leven van volkomen gehoorzaamheid. Echte wederliefde tot God uit zich
namelijk in volkomen gehoorzaamheid. Wanneer wij werkelijk Gods liefde zouden
kennen, zouden we hongeren en dorsten naar de gerechtigheid. Dan zouden we
zeggen: Ik sterf nog liever dan dat ik één van Gods geboden zou moeten
overtreden. Ten tweede verwachten we veel te weinig van God. Hij heeft ons
gegeven de Geest, de kracht die in ons werkt. Uit: www.dirkjanjansen.nl
Perfectie bestaat in de gelijkvormigheid van onze wil aan
de Wil van God. En het zekerste middel van kennis van Gods Wil is
gehoorzaamheid aan onze oversten. De H. Thomas zegt hierover: niets is ons
meer genegen dan de vrijheid van onze wil, we kunnen dus deze vrijheid aan God
als offer aanbieden. Gehoorzaamheid is beter dan offers, zegt de H. Geest (1
Koningen 15:22). Hij die God zijn wil aanbiedt, door het te onderwerpen aan
gehoorzaamheid, geeft Hem al wat hij heeft, en hij werkelijk zeggen: Mijn
Heer, nadat ik U mijn wil gegeven heb, heb ik niets meer te geven. Het is
gemakkelijk zegt de H. Gregorius voor degenen die gehoorzamen, om al de
aanvallen van de Hel te weerstaan, want door gehoorzaamheid onderwerpen ze hun
wil aan mensen, ze stijgen zo boven de demonen die vielen omwille van hun
ongehoorzaamheid. De H. Augustinus zegt dat terwijl Adam door ongehoorzaamheid
vernietiging over zich bracht en al zijn nakomelingen, de Zoon van God mens
werd om ons te verlossen en ons de ware wijsheid te leren door Zijn leven van
gehoorzaamheid.
Een
bron van verdienste
Van een ziel die besloten heeft om God te dienen wenst God
maar één ding, en dat is gehoorzaamheid.
Kwaliteiten
van gehoorzaamheid
Om een hoge waarde te hebben moet gehoorzaamheid
bovennatuurlijk zijn. Als we onze geestelijke en tijdelijke oversten op een
verdienstelijke manier gehoorzamen, moeten we ervan overtuigd zijn dat gehoorzaamheid
tegenover onze oversten gehoorzaamheid is aan God. Als je een opdracht krijgt
door je ouders of je oversten, moet je het uitvoeren niet om hen te behagen,
maar om God te behagen, wiens wil kenbaar gemaakt wordt aan jou door je ouders
of oversten.
Gehoorzaamheid
aan ouders
De H. Paulus zegt: Kinderen, gehoorzaamt uw ouders; zo
hoort het. (Ef 6:1) Maar er moet bij gezegd worden, dat ze moeten gehoorzamen
in de dingen die God behagen, niet in dingen die Hem mishagen. Kinderen moeten
niet gehoorzamen al ze zonden daardoor begaan. Bv. Ouders die hun kinderen
aanzetten om te stelen. We kunnen leren uit het voorbeeld van Jezus tegenover
Zijn ouders. Hij gehoorzaamde nederig Zijn Heilige Moeder en de H. Jozef, die
heilige schepselen waren, maar oneindig lager dan Hem in waardigheid: Hij was
aan hen onderdanig. (Lucas 2:51)
De H. Bernardus zei: Als we in plaats van blindelings te
gehoorzamen, we wensen te weten waarom de ouders dit of dat hebben gevraagd,
tonen we dat onze gehoorzaamheid verre van perfect is.
WARE LIEFDE WACHT : Seksuele
betrekkingen zijn prachtig tussen echtgenoten in een huwelijksrelatie. God
heeft immers beloofd dat Hijzelf de relatie zegent. Het zal nooit hetzelfde zijn
wanneer je jezelf al hebt weggegeven voor je huwelijksnacht. Het gevaar bestaat
dat je emotionele wonden meedraagt in je huwelijk." (Brett Butler, baseballspeler bij de LA
Dodgers)
Net als alle andere soorten seksuele immoraliteit, wordt
seks voor het huwelijk herhaaldelijk in de Schriftteksten veroordeeld (Handelingen 15:20; Romeinen 1:29; 1 Korintiers 5:1; 6:13,18; 7:2; 10:8; 2 Korintiers 12:21; Galaten 5:19; Efeziers 5:3; Kolossenzen 3:5; 1 Tessalonicenzen 4:3; Judas 1:7).
De Bijbel is een voorstander van onthouding voor het huwelijk. Seks voor het
huwelijk is net zo verkeerd als overspel of andere vormen van seksuele
immoraliteit, want in al deze gevallen gaat het om seks met iemand waarmee je
niet getrouwd bent. Seks tussen een echtgenoot en echtgenote is de enige
seksuele relatie die God goedkeurt (Hebreeen 14:13).
Uit: www.gotquestions.org
Niemand kent de waarde van kuisheid beter dan God zelf. De
H. Basilius vertelt ons dat kuisheid een mens heel gelijkaardig maakt aan God
zelf, die een zuivere geest is. Daarom koos Onze Heer een maagd als Zijn
Moeder, een maagd als Zijn voedstervader, de H. Jozef en een maagd als zijn
voorganger nl. de H. Johannes de Doper. De H. Jeroom zegt dat Onze Heer de H.
Johannes meer liefhad dan de rest omwille van deze deugd. Aan de maagdelijke
leerling vertrouwde Hij Zijn Onbevlekte Moeder toe, net zoals Hij nu Zijn
Heilige Kerk en Zijn Heilige Aanwezigheid in de Heilige Eucharistie overlaat
aan de zorg van de celibataire priester. O heilige zuiverheid, zegt de H.
Athanasius, U bent de verblijfplaats van de Heilige Geest, het leven van de
engelen en de kroon van de heiligen. Ons lichaam is het meest krachtige wapen
die de duivel bezit om ons zijn slaven te maken. Daarom is het zelden dat een
mens overwint uit dit conflict.
De slechtheid van doodzonde bestaat in de
perverse wil die moedwillig zich overgeeft aan zonde met een volledige kennis
van zijn slechtheid en met volle toestemming. Daarom leert de H.
Augustinus dat wanneer er geen toestemming is van de wil, er geen zonde is. Hoe
we ook gekweld mogen worden door bekoringen, rebellie van de zintuigen, of
ongeordende gevoelens van het innerlijk, zolang er geen toestemming is, is er
geen zonde. Wanneer we er echter naar verlangen, zelfs al is het niet gevolgd
door zondige daden, is het een zonde omdat we het willen. Zondige daden
verwijderen ons van God, daarom beroven perverse gedachten ons van Zijn genade.
Met betrekking tot zondige gedachten moeten er drie zaken
in overweging genomen worden: verleiding, plezier en toestemming. Met
verleiding wordt de eerste gedachte bedoeld dat ons beweegt om de zonde te
plegen die aan onze zintuigen wordt voorgesteld. De verleiding is geen zonde.
Bovendien als het onmiddellijk door de wil wordt verworpen is het zelfs een
bron van verdienste.
Na de verleiding komt het plezier. Als de verleiding niet
onmiddellijk wordt verworpen, dan wordt een bepaald plezier ervaren, en dat
drijft iemand ermee in te stemmen. Zolang de wil hiermee niet instemt is het
geen doodzonde; hoogstens een dagelijkse zonde. Maar hier moet men God te hulp
roepen en elke inspanning doen om de verleiding te weerstaan. De wil staat
klaar om zijn volle toestemming te geven en in zware zonde te vallen.
Middelen
om verleiding te overwinnen
Het eerste middel is zich voortdurend vernederen voor God
en niet teveel op zichzelf vertrouwen. We moeten al ons vertrouwen op God
stellen.
Het tweede middel is onmiddellijk zijn toevlucht nemen tot
God en de verleiding niet minimaliseren. Denk aan de namen van Jezus en Maria,
of zeg ze luidop.
Het derde middel bestaat in het dikwijls ontvangen van de
Sacramenten van de Biecht en de Heilige Eucharistie.
Een vierde middel is de devotie tot de Onbevlekte Moeder
van God, de Maagd van maagden.
Er zijn nog middelen zoals: het vermijden van
nietsdoenerij, zedigheid van de ogen, het vermijden van gelegenheden die ertoe
leiden. De H. Augustinus zei: Van het zicht komt de gedachte voort en van de
gedachte het verlangen.
De opname (volgens de boodschappen van de
zieneres Veronica Lueken van Bayside)
Mattheus 24:37-42 Zoals het ging in de dagen van Noah, zo
zal het gaan bij de komst van de Mensenzoon. Zoals toch de mensen in de
dagen voor de zondvloed doorgingen met eten en drinken, met huwen en ten
huwelijk geven, tot op de dag, waarop Noah
de ark binnenging, en zij niets vermoedden, totdat de zondvloed
kwam en allen wegrukte: zo zal het ook gaan bij de komst van de
Mensenzoon. Dan zullen er twee op de akker zijn: de een wordt meegenomen,
de ander achtergelaten; twee vrouwen zullen met de molen aan het malen
zijn: de een wordt meegenomen, de andere achtergelaten. Weest dus
waakzaam, want gij weet niet op welke dag uw Heer komt.
HET MYSTERIE ONTRAFELT ZICH "Zoals
in de tijd van Noah, zoals in de dagen van Sodom en Gomorra, werden talloze
waarschuwingen gegeven door degenen die uitverkoren waren door de Hemel om te
handelen als middelaars voor God om een profetie naar de mensheid te brengenspotters
lachen met de profeten, en de mens heeft sindsdien niets geleerd. Ik beloof je, jullie wereld zal niet vernietigd worden
in het universum, maar de mensheid zal van jullie planeet weggenomen worden. Velen
zullen sterven in de grote vlam van de Bol van Verlossing.
" Mannen zullen werken in het veld. De ene zal
opgenomen worden, de andere niet. De man zal zeggen: Waar is hij heen? Hij is
verdwenen zonder waarschuwing. Twee vrouwen zullen werken aan een spinnewiel.
De ene zal opgenomen worden, en waar is ze heen? Het mysterie zal zich
ontrafelen. Het is volgens het plan van de Eeuwige Vader dat velen zullen
weggenomen worden onder jullie. Het mysterie zal de mens bezig houden.
"Ik beloof dat in die dagen dat degenen die blijven Mij
zullen ontmoeten om Mijn Koninkrijk van vrede en vreugde op de aarde op te
richten. - Jezus, 31 januari
1976
DE OPNAME "Ik
geef je een grote genade van het hart, Mijn kinderen, om te weten dat velen
zullen weggenomen worden van jullie aarde voor de Grote Kastijding. Het zal van
grote vreugde zijn, Mijn kind, om je te openbaren dat er veel opschudding en
tegenstrijdige meningen zullen zijn wanneer deze geliefde kinderen verdwijnen
van de aarde. Vele van jullie nieuwsmedia zullen beweren dat ze werden
opgenomen door UFOs. O nee, Mijn kinderen! Ze werden opgenomen in een
bovennatuurlijk rijk van de Eeuwige Vader om de terugkeer van Mijn Zoon af te
wachten op aarde. OLVrouw, 7
december 1976
VELEN WORDEN OPGENOMEN IN DE OPNAME "Mijn
kinderen, er zijn vele goede mensen die moeten gered worden; er zijn vele
kinderen van God die nog in deze streken zijn in jullie land. Ik kan jullie geen leven zonder doornen beloven op
aarde. Vele goede mensen zullen lijden samen met de slechten. Er zal een
geleidelijke opname zijn van jullie wereld van de goede mensen. Velen
zullen sterven in hun aardse lichamen, en velen zullen opgenomen worden in de
opname.
"Mijn kinderen, als jullie verder leven, gaan jullie in
een tijd komen van grote ellende. Zonder voldoende gebeden en daden van
verzoening aan de Eeuwige Vader, zullen naties zich tegen naties keren en er
zal veel bloedvergieten zijn en geweeklaag onder de mensheid. Het verlies van
naastenliefde heeft velen in zijn greep." - Jezus, 15 juli 1977
"DE OPNAME KOMT NADERBIJ"
"We zenden onder jullie vele eindtijdprofeten om
jullie de Boodschap van de Hemel te brengen. We zeggen tot jullie, bereid
jullie gezin voor, want het zwaard komt over de mensheid! Zoals jullie gezaaid
hebben, zo zullen jullie oogsten.
"Jullie hebben in de harten van jullie kinderen corruptie,
hebzucht, gierigheid, ijdelheid, materialisme, humanisme, modernisme, verlies
van normen ingeprent, en wat jullie nu krijgen is zonde in het gezin! Zonde is een levensstijl geworden. Leven zal geen
waarde hebben. Naastenliefde is bekoeld in de meeste harten. Mijn
kinderen, Ik zeg het jullie opnieuw: Enkel weinigen zullen gered worden in de
laatste telling. De opname komt naderbij.
"Mijn kinderen, wees niet bang van het oordeel van de
wereld op jullie; want zoals ze Mijn Zoon geoordeeld hebben, en Hij liep tussen
de doornen, zo zullen jullie geoordeeld worden. Het kruis zal zwaar zijn. Jullie
zullen verworpen worden door de wereld, want jullie die in het licht zijn
hebben niets gemeen met de duisternis. Jullie zullen verworpen worden door de
wereld; maar jullie zullen glorierijk aanvaard worden door de Hemel."
- OLVrouw, 1 oktober 1977
VELEN ZULLEN WEGGENOMEN "Mijn
kinderen, de Eeuwige Vader heeft ook lang geleden onder jullie minachting van
Hem. Hij heeft jullie toegelaten zo te handelen, en deze koers leidt jullie
naar jullie eigen vernietiging. Zullen jullie allen verslaan worden door de Bol
van Verlossing? Is dit wat jullie vragen, dood door vuur, een doopsel van vuur
op de mensheid?
"Zonde is dwaasheid, en 1 zondige mens zal de wereld in
vuur zetten. Een wereld in vuur en de naties zullen verdwijnen van de aarde!
"Velen zullen weggenomen worden in de opname. Mijn
kinderen, de Eeuwige Vader heeft een plan voor elk leven dat Hij op aarde geplaatst
heeft.
"De weg, een eenvoudige weg, werd aan de mensheid
gegeven. Ik gaf de sleutels aan de priesters van Mijn Kerk, Mijn Huis op aarde,
en de sleutels zijn hun glans verloren door hebzucht en gierigheid en de
machtswellust. Mijn Huis brengt nu slechte vruchten voort, en spoedig zal Ik de
boom dooreen schudden. Al wat rot is zal vallen! Onthoud, Mijn kinderen, de
wereld en Mijn Kerk zullen niet één zijn. Volg de wereld en jullie zullen aan
de wijnstok sterven! - Jezus, 27
mei 1978
EEN ACHTER GELATEN, EEN OPGENOMEN "Als
Ik kijk naar jullie wereld, beleef Ik opnieuw Mijn lijden. Ik kijk naar jullie
wereld en Ik moet zeggen: Is Mijn Offer tevergeefs geweest?
"In het verleden heeft de Vader altijd een
rechtvaardige straf gezonden op jullie wereld. De Vader heeft geschapen en de Vader zal wegnemen. Van
jullie wereld zullen vele zielen weggenomen worden.
"Mannen zullen ploegen in het veld, samen als broeders:
de ene zal achtergelaten worden en de andere zal opgenomen worden. Moeder en
dochter die aan het spinnewiel zitten: de ene zal opgenomen worden en de andere
zal achterblijven.
"Velen zullen weggenomen worden voor de grote vlam van
de Bol van Verlossing jullie wereld treft. De zonden van de mensheid hebben
deze beproeving versneld. Allen die in het licht blijven zullen niets te vrezen
hebben. Geloof en je zult de weg krijgen.
"Mijn Moeder is naar jullie gekomen als Middelares. Haar stem weerklinkt in de wereld. Velen
hebben Haar woorden verworpen, en degenen die ze aanvaarden zullen gered
worden. Jullie moeten blijven bidden." - Jezus, 29 maart 1975
"NIETS IS ONMOGELIJK BIJ DE VADER" "In
de grote beproeving, Mijn kinderen, zullen vele jonge mensen weggenomen worden
van de wereld. In de grote Kastijding zullen vele van Mijn kinderen weggenomen
worden, sommigen zonder in een diepe slaap te gaan. Ja, Mijn kind, niets is
onmogelijk bij de Vader. Velen zullen opgenomen worden zonder over de drempel
te gaan.
Veronica OLVrouw bedoelt sterven. Velen zullen opgenomen
worden zonder de dood van het lichaam te kennen.
OLVrouw - "Ja, Mijn kind, de woorden in jullie Boek van
Leven zijn waar. Er zijn er twee die in het veld staan: de ene zal
achtergelaten worden, de andere zal opgenomen worden. Ja, Mijn kind, er is
niets om bang voor te zijn. Alles wat gebeurt zal goed zijn voor degenen van
goede geest. Vrees is werkelijk een middel van satan. Vertrouwen, Mijn kind,
heb altijd vertrouwen in de macht van de Vader." 23 november 1974
EEN VERSCHRIKKELIJKE OORLOG "De
vernietiging nadert snel voor de mensheid. Er is niets dat satan niet zal doen
om de naties te misleiden. Word wakker uit jullie slaap, jullie liefde voor
rijkdom; open jullie ogen voor de waarheid."
Veronica - Oh, nu zie ik mensen die vechten. OLVrouw toont het. Er is een verschrikkelijke oorlog! En er
is zoveel bloed! Nu zie ik een stroom van bloed, en het gaat over het water en
het lijkt op Italië en Frankrijk.
OLVrouw komt naar voor en ze plaatst op haar hoofd een
zwarte sjaal.
OLVrouw - "Ja, Mijn kind, veel bloed zal er vloeien op
aarde. Velen zullen gemarteld worden omwille van Mijn Zoon voor deze oorlog
over is.
"Ik heb goede hoop, Mijn kind, en een groot vertrouwen
dat de legers van het licht die opstaan in jullie wereld in staat zullen zijn
om de wereld te bereiken met de waarheid, zodat jullie generatie het grootste
deel van de straf die voorzien is kan vermijden. Het ligt in de handen van de
mensheid, als jullie wereld zich niet afkeert van het kwaad en de beledigingen
die gepleegd worden-beledigingen die niet toegelaten worden door de Vader-
zullen jullie gestraft worden. Want jullie hebben jezelf overgegeven, als een perverse
generatie aan satan.
"Bewaak de zielen van jullie kinderen goed, ouders,
want er zullen tranen vloeien en er zal tandengeknars zijn in die dagen wanneer
velen zullen opgenomen worden. Want de ene zal in het veld staan, en de andere
zal opgenomen worden. De wereld zal geleidelijk gereinigd worden, en met een
doopsel van vuur. 5 juni 1974
"DE ENE ZAL OPGENOMEN WORDEN, DE ANDERE
ZAL ACHTER BLIJVEN" "Jullie
land, de VS, Canada en de meeste naties van de wereld worden door Rusland in
een rij gezet voor grote aanvallen.
"Ik zeg het jullie, ik ween met tranen van medelijden
voor jullie allen. Hoeveel jaar, Mijn kinderen, ben ik naar jullie gekomen als
jullie Moeder en heb ik jullie de plannen van de vijand geopenbaard? En wat
hebben jullie gedaan om jullie broeders en zusters te helpen? Jullie zitten
zelfvoldaan en zeggen dat dit jullie niet zal overkomen, dat het voor iemand
anders is. Ik verzeker jullie, Mijn kinderen, dit zal gebeuren met jullie, en
het zal niet iemand anders zijn. Want als twee mannen de grond bebouwen zal de
ene opgenomen worden en de andere zal achtergelaten worden. Als twee vrouwen op
het veld werken, zal de ene opgenomen worden, en de andere achterblijven."
- OLVrouw, 7 september 1985
OPNAME "Mijn
kind, de balans helt zwaar over naar de linkerkant. Jullie weten nu dat de
waarschuwingen die in het verleden gegeven werden om je voor te bereiden zullen
gebeuren als een laatste waarschuwing door de Koningin van de Hemel en aarde
door de Eeuwige Vader gegeven. De Koningin van de Hemel is naar jullie gekomen
als Middelares van de Eeuwige Vader.
"Ik, Michael, bewaarder van het Geloof, bewaarder van
het Huis van God, vermaan alle priesters om zich voor te bereiden en zich klaar
te maken voor de test!
"De wereld zal een zware proef van lijden moeten
doorstaan, een periode van zuivering. Al wat rot is zal vallen. De verdwaalde
schapen zullen verzameld worden. De ene zal opgenomen worden, de andere
achterblijven.
"Alle priesters zullen voor de Eeuwige Vader komen te
staan voor hun oordeel. Hebben jullie de verdwaalde schapen verzameld?" H.
Aartsengel Michael, 24 december 1975
VISIOENEN VAN DE H. JOHANNES "Je
hebt, Mijn kind, het volledig verhaal van de komst van de Antichrist naar de
Eeuwige Stad Rome gehoord. Het is een triestig feit dat de apocalyptische dagen
zijn gekomen, en dat de visioenen van Johannes zich zullen ontrafelen. Er is
veel dat niet is geopenbaard, maar dit zijn de dagen van de Openbaring. Jullie
zullen de visioenen van Johannes, het boek Openbaring lezen, en jullie zullen
vervuld zijn door de geest van kennis en wijsheid. Het verhaal van de eindtijd
zal zich ontrafelen zoals jullie lezen. Jullie zullen niet zonder kennis zijn
als jullie het Boek van Liefde en Leven nemen, jullie Bijbel en het lezen.- OLVrouw, 2 oktober 1975
LEES DE WAARSCHUWINGEN "Jullie
zullen de waarschuwingen en de boodschap lezen in het Boek van Leven, bekend
als de laatste dagen van de Apocalyps. Lees het, en leer eruit. De koers van de
mensheid stevent vlug af op het einde van het boek van de Apocalyps."
- OLVrouw, 20 november 1974
DE APOCALYPS UITGELEGD "Jullie
hebben Mijn instructies goed opgevolgd door het lezen van de geschriften van de
goede Johannes, de H. Johannes, zoals Ik wenste dat het zou bekend worden. De
Vader gebruikte hem als een instrument om jullie de kennis van de einddagen te
geven. Ik zal het deel uitleggen, Mijn kind, dat je het meest in verwarring
bracht.
"Alles is in symbolische vorm, maar als jullie bidden
tot de Geest voor verlichting van het verstand, dan zal het geopend worden voor
de waarheid. Weet dat er twee fases zullen zijn bij het sluiten van het Boek
van de Apocalypse.
"Er zal een grote beproeving zijn en straf, beproeving
in het Huis van God, de huizen van God in de hele wereld, en in het levens van
de mensen. Het gevecht zal een oorlog van de geesten zijn. De blaren van de
apocalyptische tijden moeten omgedraaid worden. Allen die overblijven na deze
tijd van grote beproeving zullen Mijn Zoon vervoegen in het oprichten van het
Koninkrijk dat ik jullie beloofd heb nl. de tijd van vrede. Degenen die
overblijven zullen deze grote vrede zien, bij de terugkeer, de Tweede Komst van
Mijn Zoon, Jezus.
"Na de grote beproeving, zal het aantal geredden weinig
talrijk zijn. Ze zullen Mijn Zoon vervoegen en een leven van grote vreugde en
glorie aan de Vader beleven, zoals gepland in het begin. Satan zal nooit iemand
meer verleiden tot de toegestane tijd dat hij krijgt voor het grote en laatste
Oordeel.
"Satan zal geketend worden, Mijn kind voor een aantal
aardse jaren. Hij zal niet langer dwalen om de mensheid te verleiden. Mijn Zoon
zal de Heerser zijn op aarde; en dan, na deze tijd zal satan opnieuw losgelaten
worden om de mensheid te verleiden, omdat de mens terug zal evolueren naar zijn
menselijke natuur en de Vader zal beledigen en opnieuw zal zondigen.
"Daarna zal het algemene, laatste Oordeel komen over de
mensheid, het einde van de tijden. Het zal in deze tijd zijn dat er een nieuwe
Hemel en een nieuwe aarde komthet nieuwe Jeruzalem dat beloofd is van het
begin der tijden door de Vader.
"Jullie geest zal terugkeren naar jullie lichaam. Het
lichaam en de ziel zullen verenigd zijn. En zo zullen jullie het Oordeel
ondergaan.
"Dat, Mijn kind, zal je kennis geven van wat op de
paginas staat dat ik vroeg om te lezen.
"Je moet, Mijn kind, je broeders en zusters op de
hoogte brengen van het feit dat de komende tijd allemaal volgens het plan van
de Vader gebeurt, want Hij kent het verleden, het heden en de toekomst.
"Lees het Boek van Leven en Liefde, jullie Bijbel. Lees
de apocalyptische dagen, Mijn kinderen. Probeer deze symbolen en geheimen te
ontrafelen. Ze zijn niet moeilijk. Verborgen in de blaren zullen jullie het
hele verhaal van de komende tijd vinden. De blaren zullen echter vlugger, of trager
gaan. Op dit moment, Mijn kind is het als een wind die het Boek heeft en het
wegblaast, en de blaren worden vlugger omgeslagen, en brengen de mens sneller
naar het einde van zijn tijd.
"Wees niet bang, Mijn kind om alles te herhalen wat ik
je kenbaar gemaakt heb. Ze zullen je een onheilsprofeet noemen. Maar Mijn kind,
hoe triestig is het wanneer ze zullen erkennen dat alles wat hen gegeven werd,
gebeurt. Ze verwerpen de kennis en geven meer om de dingen van hun wereld dan
om de vreugden en schatten van de Hemel die nooit kunnen aangetast worden of
weggenomen. Een eeuwig leven met geluk en glorie opzij geschoven voor de
pleziertjes van de wereld van satan! O mijn kinderen, is het dan verwonderlijk
dat Mijn tranen vallen? Ze
vallen als druppels uit de Hemel. Ik ben werkelijk een Moeder
van smarten!" - OLVrouw, 13
september 1974
U heeft tot de Bisschoppen van Afrika gezegd,
dat wij ons in een ideologische strijd bevinden. Wat wil u daarmee zeggen?
Anatrella: De Paus benadrukt
het sterk: Wij beleven vandaag een beklemmende tegenstrijdigheid. Terwijl men
van de ene kant aanspraak maakt op vermeende rechten, die willekeurig en
genotzuchtig van aard zijn, onder het voorwendsel dat ze door
overheidsstructuren worden erkend en bevorderd, worden van de andere kant de
elementaire grondrechten van een groot deel van de mensheid ontkend en
geschonden. Geëmigreerde families worden niet altijd in hun waardigheid
gerespecteerd. Het verplaatsen van industrieën verarmen de enen en buiten de
handenarbeid van de anderen uit. En op een ander vlak, heeft een kind het recht
alleen opgevoed te worden door een man en een vrouw, zijn vader en moeder, om
aan zijn behoeften te voldoen en zijn psychologische, sociale, morele en
spirituele belangen te respecteren.
Vandaag, zegt de Paus, zou het ware en het maakbare
willen doen samenvallen. Maar als efficiëntie en nuttigheid de enige
criteria van de waarheid zijn, wordt de ontwikkeling vanzelf uitgesloten.
Huwelijk en voortplanting kunnen niet onder de nuttigheid vallen om tegemoet te
komen aan de onvoldaanheid van de mens.
Reeds Paulus VI had de wereldwijde dimensie van het
sociale vraagstuk erkend en erop gewezen ... omdat het de mogelijkheid zelf
inhoudt het leven niet alleen te begrijpen, maar ook te manipuleren. Wij
hebben dikwijls gezegd en herhaald dat de hedendaagse ketterijen niet meer
zozeer religieus zijn, maar antropologisch; daar is de genderideologie er één
van in het intellectuele landschap dat het bijna als een internationale regel
beschouwt. Geloof en rede dienen samen gedacht te worden, zegt de Paus ons in
zijn encycliek. God openbaart de mens aan de mens; de rede en het geloof
werken samen om hem het goede te tonen, als hij maar bereid is het te zien. De
natuurwet waarin de rede van de Schepper oplicht, toont de grootheid van de
mens, maar ook zijn ellende, als hij de oproep tot morele waarheid afwijst.
Het hoeft niet verborgen te worden, we zitten volop in een
ideeënstrijd waarvan de burgers dikwijls niet beseffen wat op het spel staat en
waarin alles gedaan wordt om de Kerk in de hoek te duwen. Maar de Kerk vervult
echter gewoon haar zending wanneer zij de gevolgen benadrukt van dit soort van
ideologie voor de toekomst van de mensheid. De in vraagstelling van het
huwelijk is één van de eerste aspecten van deze genderstrategie die de
seksualiteit van de mens probeert te herdefiniëren en die in tegenspraak is met
de realiteit van de incarnatie van de mens in een specifiek lichaam. De
aanhangers van de genderideologie houden vast aan de idee dat wij allemaal mens
zijn voordat we man of vrouw zijn. Deze drogreden is een illusie want de mens
op zich bestaat niet. Wij zijn geen geslachtloze wezens. Wij ontmoeten
alleen mensen die ofwel man ofwel vrouw zijn. Trouwens, buiten die twee zijn er
geen andere identiteiten. Talrijke onrealistische situaties doen zich in die
ideologie voor; ze zijn gekenmerkt door de ontkenning van het geslachtelijke
lichaam en sluiten aan bij een angst die de mensheid altijd doorkruist heeft,
de angst namelijk om het verschil in seksualiteit te erkennen, aanvaarden en
verinnerlijken. Dat is de ware zin van het anders zijn van de mens en deze zin
wordt in de christelijke openbaring voltooid. De betekenis van het huwelijk kan
slechts begrepen worden vanuit het geslachtelijk lichaam dat eenwording en
gemeenschap mogelijk maakt tussen een man en een vrouw.
Waarvan moet de Kerk en alle Christenen zich
bewust zijn? Wat staat op het spel?
Anatrella: Zij moeten ervoor
zorgen dat de verschillende nationale parlementen burgerwetten invoeren die
niet in tegenspraak zijn met de principes van de menselijkheid. De ideologie
van het gender is tegengesteld aan de belangen van de mens en zet ze op het
spel. Een samenleving die de zin niet meer begrijpt van het verschil tussen de
seksen, verliest geleidelijk de zin voor de waarheid. Deze ideologie tast
het dragende kader van de samenleving aan. Door het verschil van de seksen
opnieuw in vraag te stellen, aangezien men laat verstaan dat de seksuele
identiteit onafhankelijk is van het biologische feit, ontbindt de
genderideologie de biologische en psychologische seksualiteit, met de bedoeling
er een sociale constructie van te maken en een machtsspel tussen man en vrouw.
De strijd tussen de seksen heeft de klassenstrijd vervangen. Hoofdzaak is het
onderscheid tussen man en vrouw te laten wegvallen. Met andere woorden, niets
mag de vrouw verhinderen in alles de gelijke te zijn van de man en dit gaat
gepaard met het aanklagen van de overheersing en macht van de man. Het
moederschap wordt als een handicap en onrechtvaardigheid gezien omdat alleen
vrouwen kinderen dragen. Men dient dus de vrouw van het moederschap te
bevrijden; dit verklaart de toename van campagnes voor contraceptie en abortus.
Een ware campagne van internationale verminking geleid door de hoogste
instanties die de ware rijkdom van een volk aantasten, namelijk zijn kinderen.
Benedictus XVI schrijft terecht: Sommige
niet-gouvernementele organisaties (NGOs) werken actief mee aan de verbreiding
van abortus en bevorderen soms in arme landen de keuze voor sterilisatie, ook
bij vrouwen die zich niet bewust zijn van de betekenis van de ingreep.
Bovendien is er het vermoeden dat af en toe ontwikkelingshulp zelf gekoppeld
wordt aan bepaalde vormen van gezondheidsbeleid, die de facto strenge
maatregelen van geboortebeperking opleggen. ... Als een samenleving de weg
inslaat van het weigeren of onderdrukken van het leven, zal zij uiteindelijk
niet meer de nodige motivatie en energie vinden om zich in te zetten voor het
ware welzijn van de mens.. De mens ziet zichzelf als meester van het
universum. Maar dat is hij niet en hij staat niet aan de oorsprong van zijn
bestaan, hij is niet zijn eigen schepper en nog minder iemand die zich uit het
niets opbouwt. Hij komt voort uit een natuur en hij wordt door de cultuur.
Er is geen tegenstelling tussen beide, wel een subtiele interactie. Eerder dan
zich te maken, ontwikkelt de mens zich volgens fenomenen die hem eigen zijn.
Hij ontvangt zichzelf als een gegeven, zegt de Paus, en gaat op weg langs vele
vormen van onderlinge afhankelijkheid. Daarom is het nodig dat hij zich ontdoet
van de narcistische en zelfgenoegzame visie van deze ideologie en van het
droombeeld van almacht om van zichzelf de architect te maken van zijn
persoonlijke geschiedenis die hij op heel de lijn volkomen in de hand heeft.
Levensverhalen zijn momenteel sterk in de mode; in het
Westen spreken mensen over zichzelf op radio en televisie; het getuigt van de
behoefte zichzelf te verantwoorden, zich voor te stellen als de held van zijn
leven of als het slachtoffer van de opvoeding en van de anderen. Het is een
symptoom van de moeilijkheid om zijn leven in bezit te nemen, er betekenis aan
te geven en te aanvaarden. De Heilige Vader benadrukt dat de mens niet alleen
aan zichzelf gegeven wordt, maar ook als gave gemaakt is. Liefde in
waarheid confronteert de mens met de wonderlijke ervaring van de gave. De gave
om niet is in zijn leven aanwezig op velerlei wijzen. De mens bestaat voor de
gave. Ze brengt zijn goddelijke dimensie tot uitdrukking en verwerkelijkt ze.
De gave kan zich slechts realiseren door erkenning, aanvaarding en verinnerlijking
van het anders zijn en het seksueel anders zijn. Zelfgave drukt zich uit door
het lichaam naar het voorbeeld van Christus die is mens geworden en zich
lichamelijk heeft opgeofferd opdat de mens Gods mensheid zou bereiken in liefde
voor de waarheid.
Hoe priesters opleiden en Christenen
intellectueel voor deze ideologie sensibiliseren?
Anatrella: De bisschoppen van
Afrika zijn vastbesloten op te treden in de vorming aan de seminaries,
katholieke universiteiten, parochies en bewegingen voor gezinswerking, zowel om
ze voor de genderideologie te sensibiliseren als hun een kritisch intellectueel
apparaat aan te bieden en de realistische kijk op de complementariteit van man
en vrouw te geven. Man en vrouw zijn geroepen zich te verenigen en niet elkaar
de oorlog aan te doen. Zoals Johannes Paulus II sterk benadrukte, roept de Kerk
op tot een beschaving die op liefde gebaseerd is, namelijk op het koppel van
een man en een vrouw, de enigen die de zin van de liefde in het huwelijk en de
voortplanting binnen het gezin kunnen symboliseren. Men dient dit belangrijke
onderscheid tenminste verinnerlijkt te hebben, vooraleer aan liefde te kunnen
beginnen.
Alhoewel deze theorie in het Westen reeds vele jaren aan
het werk is, is de reflectie daarover op seminaries en aan katholieke
universiteiten bijna onbestaande. Men stelt vast dat onderwijzers, studenten en
de geestelijkheid in hun geheel, dikwijls de taal die aan deze ideologie
inherent is, onbewust overnemen. Dat is het schadelijkste aspect van deze
theorie: woorden in de gewone omgangstaal brengen om zo de ideeën
aanvaardbaarder te maken. Zoals het begrip santé reproductive (gezonde
voortplanting) dat niets te maken heeft met begeleiding van moeders en gezin,
maar propaganda voor contraceptiva en abortus betekent. Het zou beter vervangen
worden door santé familiale (gezondheid van het gezin) wat vader,
moeder en de kinderen omvat: kortom de gezinskern. Men dient dus de oorsprong
en draagwijdte van de begrippen te kennen en weigeren deze nieuwe taal te
gebruiken.
Men moet de katholieke verenigingen voor het gezin danken
voor al hun werk op Europees en internationaal vlak. Mensen die in de vorming
en het onderwijs staan dienen op brede schaal gesensibiliseerd te worden, en
ook de Christenen als geheel, om te reageren op deze nieuwe uitdaging op het
vlak van de gezinspolitiek. Christenen moeten zich mobiliseren wanneer de
waardigheid van het leven en het menselijk evenwicht bedreigd worden, daar waar
Benedictus XVI ons oproept tot belangeloosheid die meer openstaat voor het
leven.
Mgr. Anatrella, Genderideologie en oorsprong
van homoseksualiteit
Mgr. Tony Anatrella, psychoanalyticus en specialist in
sociale psychiatrie, geeft onderwijs in Parijs en is onder meer adviseur van
de Pauselijke Raad voor het Gezin en van de Pauselijke Raad voor
het Pastoraat in de Gezondheidszorg. Hij heeft zijn laatste boek La teoria
del gender e lorigine dellomosessualità (De gendertheorie en de
oorsprong van homoseksualiteit), uitg. San Paolo, voorgesteld in het
Cultureel Centrum van Milaan op 28 april 2012, vooravond van de 7e Wereldbijeenkomst
van Gezinnen, voor een publiek dat bestond uit universiteitsdocenten,
psychiaters en specialisten in menswetenschappen.
Hier volgt een citaat uit het interview van Zenit met Mgr.
Anatrella:
Zenit: U wijdt in uw boek een
lang hoofdstuk aan de oorsprong van homoseksualiteit. Kan u hierop nader
ingaan?
Mgr. Anatrella: Homoseksualiteit
is één van de effecten van de genderideologie. Deze bepaalt seksualiteit niet
vanuit de twee enige seksuele identiteiten die bestaan (man en vrouw) maar in
functie van de seksuele gerichtheid, die meer in aantal zijn en gevarieerd en
een conflict aan het licht brengen dat in mindere of meerdere mate gewijzigd
werd door partiële impulsen en primaire identificaties.
Wanneer men spreekt over homoseksualiteit, dient het
individuele aspect onderscheiden te worden van het sociale, meer bepaald voor
wat het huwelijk betreft tussen personen van hetzelfde geslacht en de adoptie
van kinderen.
Op individueel vlak, heeft homoseksualiteit altijd bestaan
en zal zij ongetwijfeld altijd min of meer blijven bestaan. De meerderheid
van de serieuze onderzoeken wijzen uit dat er geen genetische of
neurofysiologische oorsprong van deze bijzondere neiging is. Het is eerder
verwonderlijk dat de menselijke natuur op basis van de karakteristieken die
eigen zijn aan man en vrouw, ontkend wordt en dat men tegelijk een homoseksuele
natuur genetisch of biologisch zou willen funderen om de normale aard van deze
neiging aan te tonen. Als menselijke seksualiteit betrekkelijk
geconditioneerd wordt door biologische bepaaldheden, hangt zij ook en vooral af
de voorstelling die ieder van zijn verlangens maakt. Het driftleven ontplooit
zich in een systeem van voorstellingen die verbonden zijn met verschillende
ervaringen die het kind en de adolescent van hun lichaam hebben. De eerste
identificaties zijn velerlei en dikwijls op personen van hetzelfde geslacht
gericht om de identiteit van jongen of meisje te versterken. En het is wanneer
interne conflicten zich voordoen en niet opgelost worden dat bijzondere
gerichtheden kunnen verschijnen in tegenstelling met de identiteit die het
subject heeft. Wat betekent dat homoseksualiteit geen alternatief is voor de
seksuele anders geaardheid die zich alleen voordoet tussen man en vrouw. Homoseksualiteit
is veeleer de uitdrukking van een onontwikkelde fixatie van wat gelijkaardig is
en van wat op zichzelf gelijkt en brengt de moeilijkheid aan het licht om het
ander geslacht te verinnerlijken.
Er zijn verschillende vormen van homoseksualiteit: sommige
kunnen evolueren en zich op een natuurlijke manier naar het andere geslacht
richten, terwijl andere vormen minder veranderlijk zijn. Het drama is dat de
huidige context niet bevorderlijk is om zichzelf over dit onderwerp in vraag te
stellen, om te weten waarmee deze neiging overeenstemt. Nochtans komen velen op
consultatie in de hoop deze neiging te veranderen en sommigen komen er toe. Maar
er is een soort van taboe en verbod om te denken dat men een homoseksuele
gerichtheid zou kunnen veranderen terwijl sommigen er nochtans in slagen. Men
aanvaardt gemakkelijk dat iemand die heteroseksueel is, homoseksueel kan
worden, terwijl het omgekeerde onmogelijk zou zijn.
Het gaat wel te verstaan niet om het toepassen van
autosuggestie maar om de persoon vrij over dit onderwerp te laten spreken zodat
hij zich bewust wordt van wat hem ertoe gebracht heeft zich psychologisch op
deze manier te organiseren en om te beslissen hoe zich te gedragen.
De sociale invloed van een narcistische samenleving heeft
inderdaad de neiging op seksueel vlak onduidelijk te denken. Adolescenten en
jongeren komen op consultatie omdat zij zich na enkele amoureuze tegenslagen,
inbeelden misschien homoseksueel te zijn en gaan zelfs ervaringen opdoen om te
weten of ze het zijn. Wat aantoont hoezeer de mens van vandaag het moeilijk
heeft om zich met zijn innerlijk bezig te houden en zijn verlangens te
identificeren; alles zou zich in het doen moet afspelen. Homoseksualiteit is
nog onvoldoende bestudeerd om te begrijpen uit welke psychische werking zij
voortkomt. Er is tevens een soort van intellectuele luiheid die erin bestaat
aan de relatie tussen twee personen van hetzelfde geslacht, dezelfde
eigenschappen toe te kennen die eigen zijn - en wel op exclusieve manier - aan
het koppel van man en vrouw.
De genderideologie, die stelt dat het verschil
tussen man en vrouw niet wezenlijk is, ondergraaft Gods scheppingsordeningen.
God heeft in Zijn wijsheid de
mens geschapen als man en vrouw. In de wederkerigheid en liefde tussen deze
beide geslachten weerspiegelt zich iets van de gemeenschap van liefde die ook
in de drie-enige God Zelf bestaat, als Vader en Zoon en verbonden door de
Geest. Daarom erkent de Bijbel het huwelijk tussen man en vrouw en het daaruit
voortkomende gezin als een scheppingsordening. Ook Jezus Christus heeft het
huwelijk als een unieke en onverbreekbare gemeenschap bevestigd en geheiligd.
De kerk van alle tijden en
plaatsen heeft tot op heden aan deze scheppingsordening vastgehouden en die
verdedigd. Maar tegenwoordig eindigen huwelijken steeds vaker in echtscheiding,
waardoor gezinnen uiteenvallen. Deze tragedie wordt ten dele veroorzaakt door
moderne ideologieën, die het huwelijk en de wederzijdse rol van de geslachten
radicaal ter discussie stellen. Homoseksuele, transseksuele en interseksuele
samenlevingsvormen worden als gelijkwaardig aan het huwelijk naar voren
geschoven. Alle seksuele oriënteringen zijn gelijkwaardig, en ieder mens heeft
de vrijheid om zijn eigen geslacht uit te kiezen en dienovereenkomstig
geaccepteerd te worden. Dat strijdt met het natuurlijke schaamtegevoel (dat
deze ideologie probeert kapot te maken), met het gezond verstand en met het
natuurrecht.
Gender mainstreaming
In deze ideologie wordt het woord
geslacht, dat altijd ofwel mannelijk ofwel vrouwelijk is, stelselmatig
vervangen door het woord gender. Dat woord staat voor een sociale rol,
onafhankelijk van het biologische geslacht. Het begrip gaat terug op de
Nieuw-Zeelandse psycholoog John Money (1921-2008), die op basis van een uiterst
risicovol experiment stelde dat niet de biologische aanleg, maar de opvoeding
maatgevend is voor de vorming van de geslachtelijke rol.
Doel van de ideologie is het
zogeheten gender mainstreaming (GM): het kweken van een volledige acceptatie
van de opheffing van het verschil tussen de beide geslachten en hun rol als
ouder in het gezin (hun schepselmatige polariteit). Deze doelstelling is een
uitloper van die van de vrouwenrechtenbeweging van de negentiende eeuw. Eerst
ging het enkel om gelijke rechten voor man en vrouw, later wilde men
gelijkstelling op alle terreinen van het leven, en nu gaat het opnieuw verder
en stelt men dat alle mensen fundamenteel gelijk zijn. Tegenwoordig worden op
last van de Europese Unie op veel universiteiten zogeheten genderstudies
ingevoerd, waar studenten moeten leren om de geslachtelijke identiteit van man
en vrouw ter discussie te stellen.
Tegelijkertijd worden traditionele
waarden als deugd, moraal en kuisheid in een negatief daglicht gesteld en de
centrale begrippen uit de Europese cultuur met een nieuwe inhoud gevuld. Zo
wordt bijvoorbeeld vrijheid losgemaakt van waarheid en verantwoordelijkheid
en geherdefinieerd als doe wat je wilt. Tegenstanders worden beschuldigd van
discriminatie en homofobie.
Revolutie
GM is een gevolg van de
biologische revolutie. Na de twee eerdere grote revoluties (de Franse in 1789
en de bolsjewistische van 1917) is dit de derde wereldhistorische omwenteling.
De eerste twee waren gericht tegen door mensen geschapen instituties en
ordeningen, namelijk de standensamenleving en de economische
klassenmaatschappij. Maar deze derde richt zich tegen de scheppingsordening van
God en daarmee tegen God zelf. Het genderisme is dus atheïstisch en
antitheïstisch. Ofwel zoals paus Franciscus zegt: van duivelse afkomst.
Waar God geloochend wordt,
verdwijnt ook de menselijke waardigheid. GM vervult de Bijbelse
eindtijdprofetieën over een komende wetteloosheid. Zo zegt Jezus in Mattheüs
24:12: Omdat de wetteloosheid vermenigvuldigd zal worden, zal de liefde van
velen verkouden. En Paulus spreekt in 2 Thessalonicensen 2:1-12 over mensen
der wetteloosheid, die zich boven God verheffen.
Zo bezien is GM een beweging die
de komst van de antichrist voorbereidt. Dat is des te beangstigender, omdat het
ook in kerk en theologie voorkomt, bijvoorbeeld in de omstreden gezinsnota van
de Evangelische Kerk in Duitsland (EKD). Ook hier werd een veelheid aan
andersoortige levensgemeenschappen als gelijkwaardig naast het traditionele
gezin en huwelijk gesteld. Alle ertegen gerichte protesten heeft de EKD-leiding
tot nu toe naast zich neergelegd.
De grondslagen van onze westerse
en vanouds christelijke cultuur worden ondergraven, om ze door de utopie van GM
te vervangen. Als dat zou lukken, zal onze tot nu toe geordende samenleving
door de opheffing van alle wezenlijke verschillen en ordeningen in chaos
verzinken.
Alle mensen, maar vooral
christenen, zijn geroepen om zich hier met volle kracht tegen te verzetten. De
achtergronden en doelen van de beweging moeten publiekelijk worden ontmaskerd.
De politieke en culturele beïnvloeding (maar vooral op de scholen!) moet worden
tegengewerkt. Gelukkig is er in Europese landen als Hongarije, Noorwegen en
Rusland reeds sprake van een toenemende weerstand tegen de genderrevolutie.
Joden, moslims en humanisten staan hierbij schouder aan schouder. Alleen zo
kunnen we verhinderen dat GM de zielen van onze kinderen seksualistisch
bederft voor de toekomst.
Genderideologie: welke rol voor de Kerk? Uit :
www.rkdocumenten.nl herwerkte versie
Mgr. Tony Anatrella is psychoanalyticus en vakdeskundige in
sociale psychiatrie, adviseur bij de Pauselijke Raad voor het Gezin en de
Pauselijke Raad voor Gezondheid, lid van de Internationale Onderzoekscommissie
rond Medjugorje bij de Congregatie voor de Geloofsleer, adviseur en leraar aan
het IPC en het College van de Bernardijnen in Parijs. Dit is hier een gesprek
in een conferentie op het Symposium van de Bisschoppenconferenties van Afrika
en Madagascar in juli/augustus 2010.
Handelt de encycliek Caritas in veritate
werkelijk over problemen die de genderideologie stelt?
Anatrella: Meer dan wat
economisch op het spel staat door de huidige crisis, is de morele en spirituele
orde, namelijk de betekenis van de mens. Caritas in veritate wil het begrip
mens bekijken zoals dat zich de laatste vijftig jaar heeft ontwikkeld vanuit
de menswetenschappen. Onder een wetenschappelijke dekmantel doet hun benadering
zich voor als een ideologie die de indruk geeft dat de mens slechts het resultaat
is van de cultuur en zich ontwikkelt onafhankelijk van de menselijke natuur en
de universele wetten. De genderideologie is het meest problematische teken van
de huidige ideeën over de mens.
De genderideologie ontwricht de samenleving. Men wil in de
eerste plaats ons doen geloven dat normen het gevolg zijn van een algemene consensus.
Maar het is niet omdat een wet gestemd is door een meerderheid dat die wet morele
waarde heeft. En het is de plicht van de Kerk om dit te zeggen.
Tegenwoordig wil iedereen zijn eigen wetten uitvinden met
de bedoeling ze aan andere op te leggen. We zijn niet meer op zoek naar een
normenbesef, maar principes van menselijkheid, maar naar normen die anders
kunnen geïnterpreteerd worden. Dat zorgt ervoor dat de jongsten de objectieve
dimensies van een relatie met anderen en de samenleving moeilijk leren
kennen.Maar de menselijke ontwikkeling beoogt
het algemeen welzijn en is zich bewust van de politieke en de religieuze
dimensie van het leven.
Zal men de Kerk niet verwijten dat zij zich met
politiek inlaat? Blijft zij hier werkelijk binnen haar rol?
Anatrella: De Kerk blijft in
haar rol en moet zich mengen telkens de waardigheid van de mens in het gedrang
is. Heel de geschiedenis door hebben regeringsleiders het soms moeilijk gehad
haar taal te aanvaarden en er rekening mee te houden. Vele bisschoppen en
priesters hebben het met hun leven betaald. Over de rol van de Kerk heerst
onbegrip bij de publieke opinie en soms ook bij politieke verantwoordelijken;
de Kerk mag van het politiek debat niet uitgesloten worden wanneer zij wijst
naar wat op het spel staat met de bedoeling, de gewetens wakker te schudden.
Christus deed niet anders in het Evangelie wanneer Hij Gods waarheid uitdroeg
en de waarheid over de mens kenbaar maakte.
Het is niet de roeping van de Kerk om de samenleving
politiek te besturen, maar het komt haar wel toe te spreken in naam van haar
sociale leer, die de westerse cultuur sterk beïnvloed heeft, en wel aangaande
alle maatschappelijke onderwerpen die met het menselijk leven te maken hebben.
De scheiding van Kerk en Staat heeft betrekking op de scheiding van de
religieuze macht en de politieke macht (in de zin van regeren) maar is er niet
om te doen geloven dat er twee tegengestelde gedachtesystemen zijn die met
elkaar in tegenspraak zijn wanneer zij het hebben over het algemeen welzijn.
De burgerlijke wetgeving staat niet boven de
morele referenties. Gaat de taal van de Kerk niet in tegen de rede?
Anatrella: Zeker niet. Vele
ideologieën en politieke discours proberen aan de evidenties van de menselijke
rede te ontsnappen. Wanneer het christendom zijn eigen rationaliteit
voortbrengt, voortvloeiend uit het Evangelie, is het in haar reflectie niet in
tegenspraak met de reden der dingen. De relatie met God is, zoals Christus ons
leert, een kwestie van liefde, liefde voor de waarheid. Houdt men van de
waarheid?
Het christelijk geloof steunt op de rede om de betekenis
van het Woord Gods te onderscheiden en er alle consequenties uit te trekken.
Het gaat niet alleen om een godsdienstige kwestie maar te weten vanuit welke
werkelijkheden de mens zich in waarheid en gerechtigheid ontwikkelt. De Kerk
kan dus zowel door gelovigen als ongelovigen beluisterd worden. Caritas in
veritate spreekt vanuit die hoek wanneer zij het heeft over integrale
ontwikkeling die de mens niet herleidt tot een economisch object (heeft de
handeldrijvende samenleving niet het vervreemdende begrip, menselijk
materiaal uitgevonden?), over eerbied voor de waardigheid van de mens, over
gelijkheid tussen de mensen, over de zin van huwelijk en gezin die alleen
gebaseerd zijn op de relatie tussen een man en een vrouw, over Aidspreventie
die zich niet beperkt tot gezondheidsmaatregelen die niet oproepen tot
verantwoordelijk gedrag in het kader van de zin van de liefde maar doen
veronderstellen dat alle praktijken mogelijk zijn in de mate dat men zich
beschermt, of nog dat contraceptie en abortus sociale vooruitgang zijn terwijl
zij het menselijk leven schaden en ernstige en zware problemen meebrengen van
psychologische, sociale, ecologische, demografische en morele aard, en
tenslotte over euthanasie die nooit een gebaar van liefde is - liefde
inspireert de dood niet.
Wij zouden ook andere situaties kunnen aanhalen, waarover
de Kerk probeert zich te laten horen, daar waar men de neiging heeft te
minimaliseren of waar men haar taal wil verzwijgen wanneer ze niet past voor
het loodzware conformisme van sociale clichés en voor de media. De taal van de
Kerk wordt echter wel geloofwaardig wanneer zij bijzondere situaties
rechtvaardigt en in de lijn loopt van bepaalde opiniebewegingen. Zo niet, wordt
zij ongeoorloofd verklaard door de eerste de beste redacteur of professionele
criticus die zich tot leergezag verheft tegenover de Kerk, en paus en
bisschoppen de les spelt. Kortom, op een of andere manier probeert men haar
taal eerder als instrument te gebruiken dan er authentiek rekenschap van te
geven.
De media en opiniepeilingen dringen zich aan iedereen op
met de macht van beeld en taal, in de onmiddellijkheid van het internet ten
koste van de zin voor geschiedenis en van de termijn waarbinnen politieke
keuzes rijpen. Het feit dat geschiedenis op school steeds minder onderwezen
wordt, geeft jongeren het gevoel dat de tijd niet telt, alleen het ogenblik
domineert en het exotische van wat elders gebeurt. Hoe zijn ernstige reflectie
en regeren mogelijk in een klimaat dat beheerst wordt door het opbod van de
media en door opwinding, de blik alleen gevestigd op wat nu gebeurt, zonder het
op afstand te bekijken? zoals kardinaal Vingt-Trois onlangs zei. De Kerk roept
op tot rede, tot de waardigheid van de mens en van de werkelijkheid, en om zich
aan te sluiten bij de geschiedenis. Voor sommigen zou de Kerk mild zijn voor
vreemdelingen en misdeelden, en streng op het vlak van de zeden (vooral als men
spreekt over voorbehoedsmiddelen, homoseksualiteit, echtscheiding, abortus en
eugenetiek met onder meer trisomie 21 en zeker euthanasie). Zij is niet
streng, in tegendeel, zij is vrij, scherpzinnig en staat open voor het leven,
zoals Christus vraagt, omdat zij steeds spreekt in naam van hetzelfde principe
en haar relatie met de wereld daarnaar structureert: eerbied namelijk voor de
menselijke waardigheid, eerbied voor seksuele omgang als een manier om de
liefdevolle relatie tussen een man en een vrouw tot uiting te brengen, en
eerbied voor het leven vanaf het begin tot zijn einde. Allemaal dingen die door
de genderideologie trouwens bestreden worden aangezien ieder zijn eigen
schepper is en waarom niet, zijn eigen vernietiger en uitroeier van levens die
nutteloos zijn! Een nieuwe technocratische en idealistische ideologie, al even
moordend als de vorige!
Men zegt dat in de ideologie van de
genderideologie iedereen zijn eigen normen bedenkt.
Anatrella: We bevinden ons
volop in de narcistische illusie dat de mens zichzelf creëert door zijn eigen
referentie te zijn. Het is de zonde van de geest bij uitstek, de erfzonde die
nog steeds actief is.
De paus in zijn encycliek waarschuwt tegen de utopie van
een mensheid die teruggekeerd naar de oorspronkelijke natuurlijke toestand;
deze utopie is een manier om de vooruitgang te scheiden van de morele
beoordeling, en daarmee van onze verantwoordelijkheid. Achter de gedachte van
een mensheid die is teruggekeerd naar de oorspronkelijke natuurlijke toestand,
wordt de wil zichtbaar om het begrip man en vrouw, echtpaar, huwelijk, gezin en
opvoeding van de kinderen af te bouwen. De waarheid over de mens zou dus in de gelijkheid
liggen; zo is zij bevrijd van alle modellen en voorstellingen die in het
beschavingsproces uitgewerkt werden en opgevat worden als een bovenbouw die de
oorspronkelijke verlangens en de vereisten van het ogenblik tegenwerken.
In die zin wordt de mens, volgens de paus, niet meer
benaderd als een gegeven dat aan zichzelf geschonken wordt met eigenschappen
die hem eigen zijn, maar als een wezen dat zichzelf creëert en vorm geeft. De
menselijke ontwikkeling is geen roeping meer die voortkomt uit het goddelijke
en die dus reeds een betekenis heeft, maar wordt dikwijls zo voorgesteld dat de
mens betekenis moet geven aan zichzelf. Maar, de mens is niet in staat
zichzelf uiteindelijke zin te geven, bemerkt Benedictus XVI. Hij zegt: Er
bestaat dus geen echt humanisme dan dat wat op God gericht is en wat de
verantwoordelijkheid erkent waartoe wij zijn geroepen en waardoor het menselijk
leven eerst werkelijk zin krijgt. Welnu, de mens gaat zichzelf bedenken door
naar zichzelf te kijken, in zijn eigen narcisme en zelfgenoegzaamheid, een
visie die de heidense geest van de westerse samenlevingen kenmerkt die
doordrongen zijn van zelfvergoding. Heilsverwachtingen die rijk zijn aan mooie
maar misleidende beloften van een droomwereld, volgens de uitspraak van
Johannes Paulus II, baseren hun eigen voorstellen altijd op de ontkenning van
de goddelijke dimensie van de ontwikkeling, in de zekerheid dat deze hun geheel
ter beschikking staat. Deze valse zekerheid in een droomwereld leidt tot de onderdrukking van de mens, terwijl
de nederigheid van degene die ingaat op een roeping, wordt omgevormd tot ware vrijheid.
De mens wordt vrij wanneer hij de oorsprong van zijn wezen kent. In dit
perspectief is het christelijk geloof een bevrijding omdat Christus, alfa en
omega, hem Zijn waarheid openbaart. Een waarheid die vrij maakt en deze
vrijheid stelt in staat zich aan te sluiten bij een constante ontwikkeling,
zegt Benedictus XVI.
Maar deze waarheid wordt helemaal niet aanvaard als een
gegeven feit. De mens wil alleen op eigen kracht en in naam van de
democratische wetten die hij maakt, tegen het kwaad vechten. Hij probeert de
zin van de zonde en het kwaad die de mens kwetsten, te negeren en beeldt zich
in dat hij die zin met burgerlijke wetten kan uitroeien, die soms niet anders
doen dan de zonde versterken. De moderne mens wil materieel en sociaal welzijn
laten samenvallen met heil, ja zelfs met geluk. Door zichzelf te willen redden,
verliest hij zichzelf niet alleen, maar hij wordt depressief omdat hij niet in
staat is zichzelf een plaats te geven tegenover de oorsprong van zijn wezen.
Heeft de genderideologie de plaats ingenomen
van de uitgedoofde ideologieën?
Anatrella: Men dient onder ogen
te zien dat de Internationale Organisaties, de UNO, de Europese Commissie en
het Parlement van Straatsburg deze nieuwe ideologie opleggen zonder dat de
burgers het beseffen. Ik geef talrijke conferenties over dit onderwerp en het
publiek is dikwijls verbaasd hoe deze ideeën geniepig doorgesijpeld zijn in de
burgerlijke wetten, de media, televisiereeksen, in het voortgezet onderwijs en
aan de universiteiten. De media hebben de invoering toegejuicht van een
Leerstoel in Gender aan de faculteit van Politieke Wetenschappen in Parijs, in
de lente van 2010, nu deze ideologie het onderwijs en de sociale instellingen
reeds jaren beïnvloedt. Zoals gewoonlijk, verdraagt een ideologie die in de
mode is, geen kritiek.
De ideologie van het gender zit nu in wetten die tot doel
hebben de sociale realiteit te scheppen. Zij is als het paard van Troje en het
is te laat wanneer men het ontdekt. De Afrikanen willen op dit punt waakzaam
zijn en hun scherpzinnigheid maakte tijdens mijn verblijf in Afrika indruk op
mij. Zij kunnen ons realiteitszin en ideeën bijbrengen.
Het Westen zou nederiger en bescheidener moeten zijn ten
overstaan van de Afrikanen, zo niet lopen we het gevaar ons ongeloofwaardig te
maken en zoeken zij samenwerking met andere landen en andere culturele
horizonten. De democratieën, voor zover zij nog democratisch zijn, en dossiers
die ideologisch zijn, scheppen in vele internationale en Europese instanties, wetten
in naam van simpele technische aanpassingen, terwijl die wetten eerder een
levensopvatting opleggen en de zin van de werkelijkheid veranderen. De
betekenis van de instelling van het huwelijk lijdt eronder. Het marxisme wou
een nieuwe mens uitvinden, het nazisme een pure mens en de genderideologie een
mens die los staat van zijn seksuele verscheidenheid: man en vrouw zijn
onderling uitwisselbaar in naam van een valse gelijkheid en de seksuele
gerichtheden zouden aan de oorsprong kunnen liggen van het echtpaar en het
gezin. Hoe kan men blind zijn voor het feit dat nihilisme hier niet aan het werk
is?
Hoe verspreidt de genderideologie zich in
Afrika?
Anatrella: De ideeën die het
Westen hierover fabriceert, probeert ze naar Afrika te exporteren, wat de
Afrikanen niet willen ondanks de financieringen die men hun op het vlak van
gezondheid, onderwijs, echtpaar en gezin voorstelt in ruil voor de verspreiding
van de genderideologie op hun continent. Christelijke verenigingen laten zich
meeslepen door subsidies die verleend worden in de mate dat zij deze ideologie
propageren in vormingscursussen georganiseerd door Caritas onder leiding van
priesters, mannelijke en vrouwelijke religieuzen. Bisschoppen hebben mij gezegd
dat zij deze vorming weigeren en de financiering van hun scholen en
gezondheidscentra afwijzen omdat zij niet gemanipuleerd wilden worden door
agentschappen van de UNO en van niet-gouvernementele organisaties (NGOs).
Van hun kant, verdragen politieke verantwoordelijken van de
verschillende Afrikaanse landen hoe langer hoe minder dat de verschillende
Europese ambassades op een tergende manier de erkenning van relaties tussen
personen van hetzelfde geslacht bijna als een huwelijk in de hand te werken.
Voor Afrikanen, spreken westerlingen onzin wanneer zij hun een levenswijze
willen opleggen die tegengesteld is aan de realiteit van een man en een vrouw
die een koppel vormen, huwen, kinderen ontvangen, adopteren en opvoeden. Een
seksuele gerichtheid is een bepalend element van de persoonlijkheid, die het
subject al of niet aanvaardt, dat is zijn zaak. Maar zij is voor de samenleving
geen referentie om zich op het vlak van huwelijk en gezin te organiseren. Er is
geen sprake van discriminatie wanneer het belang van het kind erin bestaat zich
te kunnen ontwikkelen in een gezin van een man en een vrouw. Het zou echter
discriminerend zijn het te beroven van het huwelijksleven van zijn ouders, die
zichzelf geven en het ontstaan geven aan hun gezin. Het belang van het kind
ligt niet in de affectieve zorg van mensen die zich met hem bezighouden, maar
dat het kan opgroeien als kind van een man en een vrouw die daartoe de
voorwaarden scheppen. Al het overige is slechts een vervalsing van wat een
echtpaar is en wat afstamming is en heeft schadelijke gevolgen voor de
persoonlijkheid en de samenleving.
In de genderideologie zou men ons willen terugsturen naar
een onbepaalde en kneedbare natuur naar ieders believen. De psychoanalyse heeft
ons geleerd, wat de ouden reeds wisten, dat een waanvoorstelling niet de
roeping heeft realiteit te worden.
Men heeft het gevoel dat de genderideologie het
onderscheid tussen de seksen weigert te erkennen, hetgeen nochtans één van de
fundamenten is van alle samenlevingen?
Anatrella: Inderdaad, zij
ontkent het seksueel verschil en deze overtreding van de realiteit is
ondraaglijk voor Afrikanen die in het beste geval, de zin vatten van man en
vrouw zijn en van het gezin en die niet onderworpen zijn aan opvattingen van
ongelijkheid tussen beiden en van overheersing van de man op de vrouw. Deze
ontkenning houdt verband met de omstandigheden waarin deze ideologie ontstaan
is: zij ging uit van transseksuele persoonlijkheden die hun geslachtelijk
lichaam niet aanvaardden en een ingebeeld lichaam wilden dat aan het andere
geslacht toebehoort; de eerste bedenkers van deze theorie hebben hieruit
besloten dat de ware seksuele identiteit niet op het lichaam geschreven staat
maar in de psyche. Met andere woorden, de ware sekse is de waanvoorstelling. We
bevinden ons in volle psychische bloeding. Een apart en extreem geval is algemeen
geworden. Zo is een psychologiserende ideologie ontstaan in naam waarvan de
politiek gemaand wordt wetten te maken die uitgaan van ieders subjectieve
belangen, en die de samenleving versnipperen. Feministische bewegingen, daarna
de lesbische en homoseksuele bewegingen hebben er zich meester van gemaakt om
aan hun levenswijze en eisen wetenschappelijke legitimiteit te geven.
Seksuele gerichtheid vervangt seksuele identiteit. In plaats van eenheid te
zoeken, complementariteit in een relatie tussen de seksuele verscheidenheid van
man en vrouw, wil deze ideologie (en de wetten die in haar naam gemaakt worden)
meer en meer scheiden en tegenover elkaar stellen om zich in de verwarring van
ideeën te kunnen handhaven.
De genderideologie houdt niet op man en vrouw tegenover
elkaar te stellen en tenslotte de macht van de vrouw op te eisen via de onafhankelijkheid
van de vrouw, die de man uitsluit van de voortplanting en het gezinsleven. Het
doel van menselijke rijpheid is echter de onderlinge afhankelijkheid van man en
vrouw. Dit vergemakkelijkt hun relatie van samenwerking, complementariteit en
rollen die men vervult volgens de hoedanigheden, competenties en symboliek van
iedere sekse. Het is trouwens niet zeker dat alle functies zonder onderscheid
door mannen en vrouwen kunnen uitgeoefend worden en dat dit zonder gevolgen is
voor de mens en de sociale band. Het volstaat dit te observeren bij kinderen en
adolescenten in het schoolmilieu.
Gemengdheid die gedeeld wordt door man en vrouw is niet te
verwarren met gelijkenis; in die zin heeft de gemengdheid op school gefaald. In
plaats van een betere relatie te bevorderen tussen mannen en vrouwen, heeft zij
een vrouwelijke identificatie met de mannelijke psychologie tot gevolg. Er is
nochtans een mannelijke psychologie die verschilt van de vrouwelijke
psychologie en er zijn belangen en behoeften die verschillen bij mannen en
vrouwen. Als men de zin voor dit belangrijke verschil der seksen verliest,
verliest men ook de zin voor andere verschillen van zodra men ze wil opeisen.
En dit is bedrog, want hetgeen men nastreeft, is gelijkenis.
Eén van de aspecten van de genderideologie die
u in uw boeken breedvoerig ontleed hebt, is man en vrouw voortdurend tegenover
elkaar te stellen.
Anatrella: Het risico, het
gevaar van de genderideologie is, in naam van intellectuele kunstgrepen,
menselijke realiteiten die geroepen zijn zich te verenigen, van elkaar te
scheiden en te verdelen. Wettelijke maatregelen passen bijvoorbeeld het
taalgebruik aan om de tegenstelling tussen man en vrouw beter aanvaardbaar te
maken, om het huwelijk en adoptie van kinderen door mensen van hetzelfde
geslacht te begunstigen.
De Heilige Vader benadrukt, en is heel juist in zijn
redenering, dat de mens niet kan herleid worden tot een louter cultureel
gegeven, wat de genderideologie echter beweert. Hij benadrukt meer precies het
risico om cultuur en menselijke natuur te scheiden. Mensen ontmoeten en beleven
elkaar door het anders zijn: openheid voor het leven vormt de kern van de ware
ontwikkeling die integraal is. Een anders zijn dat zijn oorsprong vindt in het
anders zijn van de drie-ene God, zoals Benedictus XVI onderlijnt: Alleen de
ontmoeting met God stelt ons in staat in de ander niet alleen de ander te
zien, doch in hem het goddelijk beeld te herkennen en zo ertoe te komen de
ander werkelijk te ontdekken en een liefde te laten rijpen die zorg om en voor
de ander wordt.
In de genderideologie staat men aan de tegenpool van het
anders zijn, om zich te nestelen in de gelijkenis, gelijkenis tussen man en
vrouw op heel de lijn. Niet de gelijkheid van man en vrouw wordt in vraag
gesteld. De Kerk is naar het beeld van Christus, de eerste instelling geweest
die de gelijkwaardigheid van man en vrouw heeft staande gehouden, tegen alle
sociale modellen in die deze waardigheid bestreden. Zij heeft bijna twintig
eeuwen moeten strijden om het huwelijk als een vrije keuze van de echtgenoten
aanvaardbaar te maken - dus tegen gedwongen huwelijken en huwelijken door
families geregeld voor gedeelde verantwoordelijkheid tussen echtgenoten en
ouders en voor het plaatsen van de seksuele beleving binnen het leven als
koppel. Er zouden nog veel voorbeelden kunnen gegeven worden, die in de
geschiedenis der ideeën vergeten zijn, om recht te doen aan wat de Kerk gedaan
heeft voor de promotie van de vrouw.
Wat nu aan de orde is, heeft echter niets te zien met de
gelijkheid van man en vrouw. Gelijkenis is slechts een voorwendsel om de macht
van de vrouw in te voeren die de man probeert uit te sluiten, vooral op het
vlak van huwelijk en voortplanting. Een houding die erin bestaat het huwelijk
te minimaliseren ten voordele van samenwonen, burgerlijk huwelijk,
éénoudergezin, die allemaal op gelijke voet staan. Dit zorgt voor extra
verwarring die de sociale band en samenhang versnipperen. Daarna zal men zich
verbazen over de stijging van het aantal celibatairen en de moeilijkheid voor
velen om een koppel te kunnen vormen en een echtelijke relatie uit te werken
volgens de leeftijd van het koppel.
Daarom herinnert de Heilige Vader eraan dat het in een
huwelijk alleen gaat om een verbintenis tussen een man en een vrouw en dat het
onredelijk en onrechtvaardig is om de eigenschappen ervan toe te kennen aan
relaties van een andere aard. De Paus benadrukt terecht: staten worden
opgeroepen politieke maatregelen te treffen die de centrale positie en de
integriteit van het op het huwelijk van een man en een vrouw gebaseerde gezin,
de eerste, levenskrachtige cel van de maatschappij, bevorderen door ook
verantwoordelijkheid op te nemen voor de economische en financiële problemen,
met respect voor hun relationele aard. Met andere woorden, de staten vergissen
zich wanneer zij de rechten die eigen zijn aan het huwelijk uitbreiden naar
situaties zoals samenwonen, burgerlijk huwelijk en homoseksuele duos die niet
dezelfde eigenschappen en vermogens als die van het huwelijk hebben.
Behoort het huwelijk niet tot de rechten van
het individu?
Anatrella: Met
reden benadrukt Benedictus XVI het feit dat het huwelijk een structurerende
instelling blijft voor man en vrouw, voor de kinderen en de samenleving. Het is
geen realiteit waarover de wetgever vrij kan beschikken, het huwelijk maakt
deel uit van het natuurrecht omdat het eraan voorafgaat. Het is geen contract,
het vereist voorwaarden die er eigen aan zijn, om te beginnen het verschil
tussen de seksen. De Paus preciseert het als volgt: Het wordt een sociale en
zelfs economische noodzaak, de jonge generaties opnieuw de schoonheid van het
gezin en het huwelijk te doen inzien, evenals het feit dat deze instellingen
overeenkomen met de diepste behoeften van het hart en van de waardigheid van de
mens. De instelling van het huwelijk wordt in de westerse samenlevingen
dikwijls benadeeld in naam van de rechten van het individu, die men verwart met
onstandvastige particularismen en die ten koste gaan van het algemeen welzijn.
De Paus schrijft: Veel mensen matigen zich tegenwoordig
aan dat ze niemand iets verschuldigd zijn behalve zichzelf. Ze denken dat ze
alleen rechten hebben en hebben het er dikwijls erg moeilijk mee een verantwoordelijkheid
voor hun eigen integrale ontwikkeling en die van anderen te laten rijpen.
Anderzijds, als de rechten van de mens alleen gebaseerd zijn op de
beslissingen van een vergadering van burgers, kunnen die op ieder moment
veranderd worden, en daarom verzwakt in het algemeen bewustzijn de plicht om ze
te eerbiedigen en te onderhouden. Dan is de echte ontwikkeling van de volkeren
in gevaar. De gelegenheidswetten om aan bijzondere vragen tegemoet te komen,
kan de zin van de burgerlijke wet alleen maar in waarde doen dalen en deze
miskenning zet ertoe aan ze niet te respecteren aangezien zij het algemeen
belang niet dient.
De menswetenschappen hebben een belangrijke rol gespeeld in
het ontstaan van nieuwe ideologieën gebaseerd op de rechten van het individu en
hebben de mensheid kunstmatig verdeeld in plaats van de fundamentele
verschillen te respecteren. Sociologen die houdingen en gedragingen
observeren, verklaren dat wanneer een fenomeen bestaat, men het niet alleen
moet aanvaarden, maar ook legaliseren en tot norm verheffen. Vandaar de
wildgroei in wetten die de zeden legitimeren terwijl de wetgever wetten dient
te maken in naam van het algemeen welzijn. Wij maken een langzame perversie van
het recht mee in naam van de rechten van het individu die aan de samenleving
opgedrongen worden en waarbij de plichten uitgeschakeld worden. Met andere
woorden, niet de rechten van het individu worden in vraag gesteld doch de
verkeerde manier waarop zij voorgesteld worden. De Paus schrijft terecht dat
de overdrijving van rechten uitmondt in het verzuim van plichten. De plichten
versterken de rechten en bieden de verdediging en de bevordering daarvan aan
als opgave in dienst van het goede.
ROZENKRANS VAN JEZUS' HEILIGE WONDEN
Gebruik hierbij de gewone Rozenkrans.
Geloofsbelijdenis Ik
geloof in God, de Almachtige Vader ...
Begin met de volgende aanroepingen
Eeuwige Vader, wees ons genadig door het Bloed van Uw enige Zoon Jezus
Christus; wij smeken U: wees ons genadig! Heilige God, almachtige God, eeuwige
God, heb medelijden met ons en met de hele wereld! O Jezus, Goddelijke
Zaligmaker, wees ons en de hele wereld genadig! Schenk ons genade en
barmhartigheid in de hedendaagse gevaren, en bescherm ons door Uw Kostbaar
Bloed!
Bid op de grote kralen
Eeuwige Vader, ik offer U op de Wonden van Onze Heer Jezus Christus om de
wonden van onze zielen te genezen.
Bid op de kralen van elk tientje
Mijn Jezus, schenk ons vergeving en barmhartigheid door de verdiensten van
Uw Heilige Wonden.
Bid op het einde 3x
V. Eer aan de Vader en de Zoon en de Heilige Geest;
A. zoals het was in het begin en nu, en altijd en in de eeuwen der
eeuwen. Amen.
MIJN
KINDEREN, ONDERDRUK DE GEEST VAN VERDEELDHEID EN BRENG HEM NAAR MIJN
ALLERHEILIGSTE WONDEN. DE MACHT VAN MIJN WONDEN ZAL DEZE GEEST VERNIETIGEN EN
JULLIE GEZINNEN EN FAMILIES VERSTERKEN!
21 NOVEMBER 2017 1:30 PM
DRINGENDE OPROEP VAN JEZUS, TOEGEWIJD AAN DE MENSHEID
Mijn kinderen, mijn vrede zij met jullie.
Kindertjes, de gender ideologie vernietigd de kinderen en
jeugd in vele landen. Deze leerstelling van de boze is binnengedrongen in de kleutertuinen,
scholen en colleges; het gif van homoseksualiteit, lesbianisme en andere
onzuiverheden worden ingeprent. Kinderen en jongeren worden geleerd dat er geen
geslacht is, dat ze geboren worden met de twee geslachten, dat het tegelijk mannelijk
en vrouwelijk kan zijn en omgekeerd. Al dit bedrog van gender ideologie leidt
de kinderen en jongeren tot een androgyn gedrag en personaliteit, het schept
twijfel en verwarring in hun seksualiteit.
Onthoud wat mijn Woord zegt: En God schiep de mens als
zijn beeld; als het beeld van God schiep Hij hem; man en vrouw schiep Hij hen.
(Genesis 1:27) Man en vrouw schiep Hij. Hij schiep hen fysiek, psychologisch en
seksueel, verschillend. Ik zorgde dat er morfologische, psychologische en
seksuele verschillen zijn tussen hen. De man noemde Ik Adam en de vrouw Eva;
daarmee gaf Ik de oorsprong van het mannelijke en vrouwelijke geslacht.
Ik schiep hen mannelijk en vrouwelijk, Ik zegende hen en
zei tot hen: Wees vruchtbaar en word talrijk; bevolk de aarde en onderwerp
haar; heers over de vissen van de zee, over de vogels van de lucht, en over al
het gedierte dat over de grond kruipt. (Genesis 1:28) Ik geloof niet in
homoseksuelen, lesbische vrouwen, homoseksualiteit en lesbianisme, het is het
werk van de boze; het zijn onzuivere geesten die de generaties binnendringen
voor de zonde van sodomie waarin jullie voorouders zijn vervallen. Deze geesten
gaan over van generatie op generatie, tot de generatie is bevrijd, door gebed
en exorcisme.
Alle seksuele onzuiverheid in de generaties is het werk van
de duivel. Mijn tegenstander kent jullie en weet dat de grootste zwakheid van
de mens het vlees is en het is door het vlees dat de geesten van onzuiverheid
binnendringen. Op het eind van de tijden wil mijn tegenstander door zijn
agenten in de kinderen en de jeugd alle praktijken van seksuele onzuiverheid
inprenten met de oproep: gender ideologie. Hij zoekt om in de toekomstige
maatschappij geen huwelijk meer te laten bestaan tussen man en vrouw, die
verenigd zijn door de heilige band van het huwelijk. Mijn tegenstander wil het
gezin vernietigen dat bestaat uit een man, een vrouw en kinderen.
Met de genderideologie dat de heersers en illuminati-elite
hebben uitgevonden, hebben ze de bedoeling om de band van het huwelijk, dat
mijn zegen heeft, te beëindigen. Omdat ze weten dat het huwelijk de eerste
gemeenschap is dat door God werd gecreëerd, en vanwaar elke geestelijke kracht
komt die morgen met gebed de plannen en de heerschappij van mijn tegenstander
zal vernietigen. De kracht van gebed, van gezinnen die mijn zegen hebben,
zullen een trompetgeschal geven dat op het einde van de tijd, de muren en
versterkingen van de boze zal doen instorten.
Mijn kinderen, blijf verenigd in gebed, help elkaar en heb
elkaar lief. Maak van je huis een geestelijke burcht, omdat de dagen van grote
geestelijke strijd nabij zijn. Welke tegenslag of lijden jullie ook hebben,
aanvaard het met liefde en offer het voor jullie bekering en dat van jullie
gezin. Ik zeg jullie dat, omdat mijn tegenstander is begonnen met het aanvallen
van de huizen van gehuwden die verenigd zijn met mijn zegen. Hij is
verdeeldheid en verwarring aan het creëren in de gezinnen om hen te scheiden.
Zo is mijn Woord vervuld: Want van nu af zullen er vijf in een huis verdeeld
zijn; drie zullen er staan tegenover twee en twee tegenover drie; de vader
tegenover de zoon en de zoon tegenover de vader; de moeder tegenover de dochter
en de dochter tegenover de moeder, de schoonmoeder tegenover haar schoondochter
en de schoondochter tegenover de schoonmoeder. (Lucas 12:52-53)
Bid daarom voor jullie huwelijk en gezin. Vasten, gebed en
boetedoening zullen het tegengif zijn dat jullie gezin zal versterken. Mijn
kinderen, onderdruk de geest van verdeeldheid en neem hem naar mijn
Allerheiligste Wonden. De kracht van mijn Wonden zal deze geest vernietigen en
jullie gezinnen en families versterken. Houd deze instructies in gedachten, die
Ik jullie geef, zodat niets jullie verrast. Mijn vrede laat Ik jullie, mijn
vrede geef Ik jullie.
Toon berouw en bekeer jullie, want het Koninkrijk van God
is nabij.
Jullie Leraar, de Heilige Jezus
Maak mijn boodschappen kenbaar aan mijn kinderen, aan de
hele mensheid
KINDERTJES, BLIJF VERENIGD IN HET GEBED, OMDAT
DE DAGEN NADERBIJ KOMEN WAAR JULLIE MET JULLIE ZUIVERING DE HEILIGE NAAM VAN
GOD ZULLEN VERHEERLIJKEN!
13 November 2017 2:10 PM OPROEP VAN MARIA, MYSTIEKE ROOS AAN HET VOLK VAN GOD
Kindertjes van mijn Hart, de vrede van mijn Heer zij met jullie allen.
Kleintjes, het Volk van God gaat sombere dagen tegemoet, maar vrees niets,
verlies nooit het geloof en nooit het vertrouwen in de Heer. Alles wat
geschreven staat zal gebeuren maar wees niet bezorgd of niet bang; als God met
jullie is, wie is dan tegen jullie? Kindertjes, mijn tegenstander staat klaar
om zijn universele verklaring af te leggen, herinner jullie dat jullie nooit
naar hem mogen kijken of naar hem luisteren, want het is de zoon van de
verdoemenis en hij heeft de macht om jullie te verleiden en te maken dat jullie
hem liefhebben. Ik zeg jullie opnieuw, vrees niets, want Mijn Vader zal jullie
niet uitleveren als schapen naar het offer. Vooraleer mijn tegenstander zijn
laatste heerschappij begint, zullen jullie naar de eeuwigheid gaan.
In de eeuwigheid zal men jullie voorbereiden en jullie onderwijzen, zodat
jullie de dagen van de grote geestelijke strijd kunnen trotseren. Heel het Volk
van God zal na de Waarschuwing (of Verlichting van het Geweten) als voornaamste
doel hebben de redding van zijn ziel te bekomen. Ik, jullie Moeder, zal door
onze boodschappers jullie leiden en in alles onderwijzen, in het bijzonder wat
betreft de geestelijke strijd. Daarom, kindertjes, moeten jullie zeer waakzaam
zijn om de instructies van de Hemel te volgen, zodat jullie de dagen van de
zuivering kunnen doorstaan.
Al degenen die uit de kudde komen van mijn Zoon, zullen van
een zegel voorzien worden in de eeuwigheid op het voorhoofd, met het kruis van
het Bloed van het Goddelijk Lam. Zo zullen jullie na de Waarschuwing weten, wie
God dient en wie het kwade dient. In de eeuwigheid zullen jullie geestelijke
gaven ontvangen die jullie nodig hebben en samen met de geestelijke
wapenrusting, de machten zullen zijn die de Hemel jullie zal geven om de
machten van het kwaad te trotseren in deze wereld. In deze dagen zal de Heilige
Geest onder jullie zijn en jullie zullen geen angst of vrees meer voelen.
Kindertjes, na de Waarschuwing zullen velen onder jullie me zien, ik zal in
deze wereld zijn in gezelschap van talrijke heilige zielen en omringd door
myriaden engelen en aartsengelen; wij zullen bij jullie zijn om jullie te
helpen en jullie te beschermen. Vrees dus niets mijn kleintjes, omdat jullie
niet alleen zullen zijn, de Hemel zal jullie helpen om te strijden, zodat
jullie zullen zegevieren in de geestelijke strijd van elke dag.
Herinner jullie, kindertjes, dat het de dagen van zuivering zijn en men kan het
niet veranderen; wij zullen jullie bijstaan in de geestelijke strijd, maar
jullie zuivering moet zich voltrekken, omdat het noodzakelijk is voor jullie
geestelijke reiniging. Er zullen moeilijke dagen zijn waar jullie zullen op de
proef gesteld worden zoals goud gezuiverd wordt door het vuur. De goede afloop
van de beproeving zal afhangen van jullie geloof en vertrouwen op God. Ik herinner jullie: om binnen te treden in de
Nieuwe Schepping, moeten jullie schitteren zoals de smeltkroes. In het Hemelse
Jeruzalem komt niets onzuivers of zondigs binnen. Alle schepselen van de Nieuwe
Schepping moeten schitteren van het licht van de Geest.
Kindertjes, blijf verenigd in het gebed, omdat de dagen naderbij komen waar
jullie met jullie zuivering, de Heilige Naam van God zullen verheerlijken. Verheug
jullie, omdat de tijd van jullie verlossing eraan komt. De Glorie van God wacht
op jullie in de Nieuwe Hemelen en de Nieuwe Aarde; hou de moed erin, mijn
kleintjes, we zijn er bijna, degenen die de beproeving doorstaan, zullen morgen
het Volk van God zijn; het Israël dat Hij uitverkoren heeft als erfenis! Blijf
in de Liefde van God, verenigd in het gebed, zodat jullie de dagen die eraan
komen kunnen doorstaan en dat jullie zo komen tot de vreugde van de zaligheid.
Ik houd van jullie, jullie Moeder, Maria, Mystieke Roos
Breng mijn boodschappen naar de hele mensheid, kindertjes van mijn Hart.
Word je nu echt gelukkiger wanneer je de nieuwste spullen
hebt? Een grotere TV of de nieuwste gadgets? Uit onderzoek blijkt dat je geluk
slechts van korte duur is na een nieuwe aankoop. Vlak na de aankoop gaat je
geluksgevoel weer terug naar het basisniveau. En dat terwijl je er
waarschijnlijk wel heel hard voor gewerkt hebt, tijd die je wellicht veel beter
in andere zaken had kunnen steken, zoals bijvoorbeeld het helpen van anderen.
Dat is een activiteit waar je daadwerkelijk gelukkiger van wordt. Ook brengen
extra spullen zorgen met zich mee, je moet ze wellicht extra verzekeren,
misschien moet je ook wel harder werken om de spullen ergens te kunnen stallen.
Gehechtheid aan mensen
Naast je te hechten aan materiële dingen, kun je je ook
hechten aan mensen. Natuurlijk is het goed om van andere mensen te houden en
hun aanwezigheid in je leven te waarderen. Wanneer er sprake is van
onvoorwaardelijke liefde, wat is er mooier dan dat? Met je hechten aan mensen,
bedoel ik dat je iemand echt nodig hebt in je leven om je gelukkig te kunnen
voelen. Dat je die persoon niet vrij laat zijn of haar eigen keuzes te maken.
Dat je je gekwetst voelt wanneer zij niet op de manier zoals jij dat zou willen
in je leven zijn. Jij geeft daarmee andere mensen macht over jouw geluk. Laat
de mensen in je leven gewoon zijn zoals ze zijn en houd van hen. Daarmee laat
je de liefde stromen.
Tips om gehechtheid los te laten
Wanneer je minder gehecht bent, zowel aan dingen als aan
mensen, voel je je gelukkiger. Daarom hier enkele tips om dat te bereiken.
1.Laat de behoefte om te bezitten los. Onthechting
betekent: je los maken van de behoefte om ergens aan gehecht te zijn. Het
betekent niet dat je niets mag bezitten of ervan mag genieten. Het betekent dat
je je realiseert dat je je niet gelukkiger voelt door meer bezit, of door
anderen controle over jouw geluk te geven. Doordat je dit realiseert, ga je
andere doelen nastreven in je leven.
2.Vertrouw op Gods kracht.
Wanneer je er vertrouwen in hebt, dat God met je bezig is in je leven, heb je
minder behoefte om je te hechten. Je voelt minder de noodzaak om dingen vast te
houden en te bezitten.
3.Onderzoek je overtuigingen. Kijk
eens goed naar je overtuigingen over bezit en geluk. Wat zorgt ervoor dat jij
je gelukkig voelt? Zit jouw geluk in het hebben van meer spullen? In de status
van een succesvolle carrière? Ga voor jezelf na welke overtuigingen jij hebt en
laat ze los. Ga voor je innerlijke geluk.
4.Onvoorwaardelijke liefde.
Onthechting van mensen doe je door onvoorwaardelijk te houden van de mensen in
je leven. Laat hen hun eigen keuzes maken en houd toch van ze, ook al zou het
niet jouw keuze zijn geweest. Laat hen zijn, wie ze zijn.
5.Leef. Laat je mee stromen op
de golven van het leven. Vecht niet tegen de dingen die je overkomen. Wanneer
je je laat meevoeren op de ervaringen van het leven, voel je je blijer. Wanneer
je probeert vast te houden aan wat er ooit was, creëer je je eigen lijden. Dus
beweeg lekker mee met wat het leven jou te bieden heeft. Uit:
innerlijkefocus.nl
Wanneer de meesters van het
geestelijk leven spreken van armoede van geest, begrijpen ze het op twee
manieren. In de enge zin betekent het een onthechting van het hart van aardse
bezittingen. In de brede zin bedoelen ze alle aardse dingen, ongeacht wat het
is. In deze zin is armoede van geest noodzakelijk voor allen die streven naar
perfectie. Wanneer iemand naar de Woestijnvaders kwam vroegen ze degene: Breng
je een leeg hart dat gevuld kan worden door de Heilige Geest? En ze hadden
gelijk, want een hart dat gevuld is door de aardse dingen, heeft geen ruimte
voor Gods liefde. Waarom zijn er zovelen die bidden en regelmatig naar de
Heilige Communie gaan zo weinig vooruitgang boeken in de liefde tot God? De
reden is zonder twijfel omdat het hart vol van hoogmoed, ijdelheid, eigenwil en
gehechtheid aan het materiële en schepselen.
De armen van geest
De armen van deze wereld bezitten
niet de armoede van geest omdat ze de goederen van dit leven willen. Armoede
van geest bestaat in het verlangen niets te bezitten dan God alleen. Velen zijn
arm in werkelijkheid, maar weinigen in geest en verlangen. Degenen die
werkelijk niets verlangen dan God, zijn daarom enorm rijk. Als de wereldse
goederen het hart van de mens kon tevreden kon stellen, zouden de rijken en de
machtigen perfect gelukkig zijn; maar ervaring bewijst het tegendeel. Ze zijn
eigenlijk de meest ongelukkige mensen omdat ze gekweld worden door angsten,
jaloersheid en ongelukkig. Bovendien zijn degenen die altijd hun aardse
bezittingen willen vermeerderen in groot gevaar om eeuwig verloren te gaan,
want ze vallen in de valstrikken van de duivel door hun verlangens. Het
verlangen naar geld is de bron van alle kwaad. De H. Filip Neri zegt hierover: Degene
die streeft voor aardse bezittingen, zal nooit een heilige worden.
De H. Prosper zegt dat we geen tijdelijke goederen moeten
vergaren maar deugden, nederigheid, zachtmoedigheid, kuisheid, vroomheid, want
deze zullen onze grootheid en glorie in de Hemel uitmaken. Degenen die niets
tekort komen moeten giften doen en goede werken.
Ware
onthechting
Onze gehechtheid aan de dingen van deze wereld wordt
bewezen door onze overgave aan de Wil van God in tegenslagen. Geloof leert ons dat
niets gebeurt zonder toestemming van God.
Job 1:13-22 Welnu, op de dag dat de zonen en dochters van
Job weer hun feestmaal hadden in het huis van hun oudste broer, komt daar een
bode bij Job met de tijding: 'De runderen waren aan het ploegen, vlakbij
graasden de ezelinnen, en daar komen de Sabeeën ons overvallen: ze roven
het vee en slaan de knechten neer met het zwaard. Ik kom het u vertellen, ik
ben de enige die over is.' Hij was nog niet uitgesproken, of een volgende
kwam met de tijding: 'Een geweldig vuur is uit de hemel neergeregend, heeft
vreselijk huisgehouden onder schapen, geiten, herders en ze vernietigd. Ik kom
het u vertellen, ik ben de enige die over is.' Hij was nog niet uitgesproken,
of weer kwam iemand met de tijding: 'De Chaldeeën hebben in drie groepen onze
kamelen overvallen: ze hebben de dieren geroofd en de knechten neergeslagen met
het zwaard. Ik kom het u vertellen, ik ben de enige die over is.' Hij was
nog niet uitgesproken, of een vierde kwam met de tijding: 'Uw zonen en dochters
hielden hun feestmaal in het huis van hun oudste broer; daar komt een
machtige windhoos uit de woestijn en valt op alle vier de hoeken van het huis:
het stort in en uw kinderen vinden de dood. Ik kom het u vertellen, ik ben de
enige die over is.'
Toen scheurde Job zijn kleed, schoor zijn hoofd kaal, wierp zich plat op de
grond en zei: 'Naakt kom ik uit de schoot van moeder aarde, naakt keer ik
daar terug. Jahwe geeft, Jahwe neemt, gezegend de naam van Jahwe.' Ondanks deze
gebeurtenissen zondigde Job niet; hij deed God geen enkel verwijt.
Als God ons lijden toelaat, doet Hij dat voor ons goed.
Toen een boodschapper naar de vrome Job kwam en zei dat de Sabeeën zijn
bezittingen hadden gestolen en de kinderen van Job zijn gestorven zei Job niet
dat de Heer geeft en de Sabeeën nemen, maar dat de Heer geeft en neemt, zoals
de Heer goeddunkt, zo is het gebeurd: gezegend is de naam van de Heer. (Job 1:13-22)
Uiteindelijk bewijzen we dat we ons onthecht hebben wanneer we eerder bereid
zijn om alles wat we hebben op te offeren, dan God te beledigen.
Hoe de
onthechting te bekomen
Laten we nu kijken welke middelen nodig zijn om deze
onthechting te verwerven van de dingen van de wereld:
Eerst moeten we alle ongeregelde gehechtheden van het hart
wegnemen, omdat we moeten nadenken over de dood. De H. Ambrosius zegt dat we de
wereldse bezittingen niet de onze moeten noemen, omdat we ze niet kunnen
meenemen naar de volgende wereld, waar enkel deugden ons kunnen vergezellen.
Ten tweede moeten we dikwijls mediteren over de armoede van
Jezus Christus en de waarde dat Hij eraan hechtte. De H. Bernardus zegt: Armoede
kan niet gevonden worden in de Hemel, maar ze heerste op aarde. De mensheid
erkende zijn waarde niet en daarom kwam Gods Zoon naar ons om armoede te kiezen
als Zijn onafscheidelijke metgezel om ons de waarde ervan te leren. Jezus
wenste om ons armoede te leren zoals Hij, omdat door ons te onthechten van
aardse rijkdom, we in staat zouden zijn te delen in de rijkdom van de Hemel.
Ten derde moeten we dikwijls de leer van Onze Heer
overwegen dat de armen van geest een grote beloning zullen krijgen. De armen
van geest zullen zelfs volgens de bergrede- geluk kennen in dit leven! Hier op
aarde ontvangen ze bijzondere genaden.
Ten vierde moeten we God liefhebben zonder voorbehoud. Een
ziel dat diep doordrongen is van goddelijke liefde onthecht zich, met behulp
van genade, van alle wereldse zaken. Hij die God liefheeft zoekt niet om
gewaardeerd en geliefd te worden door mensen. Zijn inspanningen dienen om God
tevreden te stellen, het enige doel van zijn liefde. De H. Franciscus zegt: Ik
ben enkel hetgene wat ik ben voor God.
Een
verborgen leven
Een gewoon leven zonder in de spotlights te staan biedt een
grote veiligheid voor degenen die werkelijk verlangen God lief te hebben. Jezus
heeft het voorgedaan door Zijn eigen voorbeeld, want hij bracht 30 jaren door
in het gewone leven te Nazareth en de werkplaats van een nederige timmerman.
Hij had geen ambitie om door de mensen toegejuicht te worden. Wanneer de H.
Vincent Carafa een zieke vriend bezocht die net tevoren was aangesteld op een
zeer belangrijke functie, smeekte de zieke man hem te bidden voor zijn herstel.
Maar de H. Vincent antwoordde: Nee, mijn vriend, ik wil mijn liefde voor je
niet ontrouw zijn. Nu je in staat van genade verkeert, roept God je naar de
volgende wereld omdat Hij je redding wenst. Als Hij je liet leven, weet ik niet
of je je ziel zou redden in je nieuwe functie. De zieke man accepteerde zijn
dood uit Gods hand en stierf met perfecte overgave.
Ware
onthechting
Onthechting van mensen betekent niet dat we niemand graag
mogen zien, maar het betekent dat we in overeenstemming moeten zijn met Gods
Wil en Hem moeten tevreden stellen. Onze liefde voor iemand mag er niet toe
leiden dat we God beledigen, en dat het ons deugdzaam leven in de weg staat.
Onze Heer zegt ons dat hij die teveel hangt aan zijn familie, niet zijn
leerling kan zijn. Matt 10:37 Wie vader of moeder meer bemint dan Mij, is Mij
niet waardig; wie zoon of dochter meer bemint dan Mij, is Mij niet waardig.
Er zijn er velen die ontroostbaar zijn bij de dood van een
familielid of vriend. Ik vraag me af wie ze denken tevreden te stellen met zon
ongeregelde droefheid en tranen! Is het God? Zeker niet, want God verlang dat
we ons overgeven aan Zijn heilige Wil. Is het de ziel van de overledene? Nee,
want als die ziel in de Hel zit, veracht het die tranen en degene die weent.
Wanneer ze gered is en in de Hemel zit, dan wenst die ziel dat de mensen zich
verenigen met de ziel om God te danken. Als de ziel in het Vagevuur zit,
verlangt ze vurig om gebeden van zijn vrienden en familieleden, en een perfecte
overgave aan Gods Wil zodat allen verenigd zullen zijn op een dag in de Hemel.
Overgave
aan Gods wil
Boven alles moeten we onthecht zijn van onszelf, van onze
eigen wil. Degene die weet hoe zichzelf te overwinnen zal gemakkelijk alle
andere moeilijkheden overwinnen. Matt 16:24 Wie mijn volgeling wil zijn, moet
Mij volgen door zichzelf te verloochenen. De kern van heiligheid wordt gevonden
in 1 woord: zelfverloochening. We moeten daarom God liefhebben zoals God het
wenst en niet zoals wij wensen. Maar God verlangt dat onze ziel leeg is, van
alle aardse zaken bevrijd, om het te kunnen verenigen met Hemzelf en het te
vullen met Zijn liefde. De H. Catharina van Siena zegt: De weg tot vereniging
met God, leidt doorheen kwellingen en zorgen. Dit zijn de middelen die God
gebruikt om ons te zuiveren van alle duivelse neigingen. Ziekte, armoede,
minachting, bekoring en tegenslagen worden door God toegelaten om ons de kans
te geven te strijden tegen onze neigingen en de overwinning te bezorgen over
onze hartstochten.
Wat moet een ziel doen om zich volledig over te geven aan
God? Eerst moet ze vermijden wat God mishaagt en doen wat Hem tevreden stelt.
Ten tweede moet ze aanvaarden wat er haar overkomt door de hand van God. En als
laatste moet ze de Wil van God verkiezen boven haar eigen wil.
Kom Heilige Drie-eenheid, Heilige Familie, en
de H. Michael als Beschermer van Gods woorden
26 oktober 2017, Feest van Onze Lieve Vrouw van
de overwinning [Senlis, Frankrijk]
Mijn geliefde zoon, dit is Jezus van Liefde en
Barmhartigheid. De tijd is gekomen en nu zullen jullie veel rampen zien
gebeuren buiten hetgeen de laatste paar weken is gebeurd. Jullie, volk van
Amerika, zijn zeer koppig en jullie hebben stenen harten. Zeer weinig mensen
veranderen en bekeren zich en jullie God moet zelfs nog hardere kastijdingen op
hen doen komen.
Dit zal een zeer harde winter zijn voor jullie land. Jij en
je gebedsgroep hebben reeds verschillende maanden gebeden voor goed weer maar
de tijd is gekomen dat heel je land zal rampen zien die jullie land tot op de
grond zullen doen beven. Bid veel want
Gods gerechtigheid komt over jullie en een groot deel van de wereld. Sorry,
mijn zoon, maar het moet zo.
Jullie Jezus van Liefde en Barmhartigheid
26 oktober: OLV
van Senlis (1225)
De Abt Orsini schreef: Inzegening van OLVrouw van de
Overwinning, bij Senlis, in het jaar 1225, door Guarin, Bisschop van Senlis, en
Kanselier van Frankrijk. Deze abdij werd gebouwd door Filip Augustus (Filips II
van Frankrijk), als dank voor de overwinning die hij behaalde over Keizer Otto
IV te Bouvines, in het jaar 1214.
Slag bij Bouvines, koning Filips II plaatst zijn kroon op het altaar
Slag bij Bouvines
(wikipedia): De Slag bij
Bouvines werd op 27 juli 1214 geleverd ten oosten van de rivier
de Marke, tussen Bouvines en Cysoing in het zuidelijk deel van
het graafschap Henegouwen, tussen enerzijds koning Filips II van Frankrijk en
anderzijds Ferrand van Portugal, de graaf van Vlaanderen, geallieerd met
koning Jan I van Engeland (Jan zonder Land), keizer Otto IV van
het Heilig Roomse Rijk, Hendrik I, hertog van Brabant en hun
bondgenoten. De Vlaamse alliantie werd, hoewel numeriek in de meerderheid,
verpletterend verslagen.
Voorbeschouwing : Ferrand
van Portugal, echtgenoot van Johanna van Constantinopel, de gravin van
Vlaanderen, wilde Ariën en Sint-Omaars, die hij pas aan de Franse koning had
verloren in 1212, terugwinnen. Hij brak daarom met zijn Franse leenheer en ging
een coalitie aan met de Duitse keizer Otto IV. Hij verplichtte ook hertog Hendrik
I van Brabant mee in de coalitie te stappen. Jan zonder Land, die zich
eveneens aansloot, zou landen in het zuiden van Frankrijk in een poging
om Aquitanië en Anjou te veroveren en dan naar Parijs op te
marcheren. Otto zou vanuit het noorden oprukken. Filips II versloeg de Engelsen
echter in 1214 waardoor hij grotere bewegingsvrijheid kreeg.
OLVrouw van Overwinning te Senlis: De Franse Koning Filips
ging naar de Mis met zijn troepen net voor de strijd. Zijn leger was kleiner
dan deze van de geallieerden. De Koning deed zijn kroon af en plaatste ze op
het altaar, en hij zei: Als iemand hier denkt dat hij deze kroon waardiger kan
dragen dan ik, laat hem dan naar voor treden en de kroon nemen.
De slag : De Franse koning
verzamelde 2400 ridders en 5000 man infanterie. Otto kon beschikken over
evenveel ridders en 7500 man infanterie. Filips August, die als eerste op het
slagveld aankwam, had alle tijd om zijn leger op te stellen in een 3 km lang
front van noord naar zuid, dwars over de Romeinse Weg tussen Doornik en
Bouvines. De rechtervleugel van de Fransen, opgesteld tegenover de troepen van
Ferrand, viel aan terwijl het centrum en de linkervleugel de reactie van de
vijand afwachtten. Na drie uur strijd werd Ferrands leger uiteengeslagen.
Daarna viel Otto aan in het centrum, en Vlamingen in zijn strijdmacht slaagden
erin de Franse koning uit het zadel te lichten, maar ze wisten hem niet
gevangen te nemen. Het was door de interventie van de H. Maagd Maria dat zijn
leven gespaard bleef.
De keizer vluchtte toen de
Fransen zijn aanval tot staan brachten. De rechtervleugel van de
coalitietroepen, onder leiding van Reinout van Dammartin, graaf van
Boulogne, hield stand maar geraakte geïsoleerd door de ineenstorting van het
centrum. Ferrand, en met hem Reinout van Dammartin, William Longespee (halfbroer
van Jan zonder Land), alsook Arnulf IV van Oudenaarde, de aanvoerder van
de Vlamingen, werden gevangengenomen.
Nabeschouwing :
In 1220 werd Otto IV opgevolgd door keizer
Frederik II.
William Longespee, graaf van Salisbury, werd al snel
omgewisseld voor een Frans edelman in Engelse gevangenschap.
Ferrand werd, naar oud Romeins gebruik, vastgeketend
aan handen en voeten in een open draagstoel door Parijs gevoerd. Het
gepeupel van Parijs kom hem ongestoord bespuwen en uitjouwen. De Franse koning
reed te paard voorop. Ferrand bleef tot januari 1227, twaalf jaar later en
zes jaar voor zijn dood, in Frankrijk opgesloten. Hij kwam, als een
gebroken man, vrij door het sluiten van de Vrede van Melun.
Reinoud van Dammartin pleegde zelfmoord in een
Franse kerker.
Frankrijk werd voor het eerst machtiger dan
Vlaanderen dat meer en meer betrokken geraakte bij de Frans-Engelse
tegenstellingen en afhankelijker werd van de Franse kroon. Vlaanderen kwam
na de nederlaag onder bestuur van de jonge gravin Johanna van Constantinopel.
Zij moest een verdrag tekenen dat bepaalde dat de muren en vestingen van
de voornaamste Vlaamse steden zouden worden gesloopt. De gravin regeerde
voorlopig onder toezicht van het hoofd van de Franse partij, Jan van
Nesles. Op 11 april 1226 werd de ongunstige Vrede van Melun getekend
tussen Frankrijk en Vlaanderen. De Vlaamse adel en steden moesten
leenhulde brengen aan de Franse koning, in ruil waarvoor de
graaf-gemaal Ferrand van Portugal na twaalf jaar
krijgsgevangenschap vrijkwam.
Koning Jan I van Engeland (Jan zonder Land), die
zijn bezittingen in Normandië, Maine, Anjou de la Touraine
en Bretagne kwijt was sedert 1206, beëindigde de
vijandelijkheden tegen Frankrijk en keerde terug naar Engeland. Om zijn
kroon te redden werd hij verplicht om in 1215 de Magna Carta ten
voordele van de barons te ondertekenen.
Het lot van Arnulf IV van Oudenaarde is
onbekend.
Als dank voor zijn
overwinning stichtte Koning Filips II de abdij van Overwinning bij Senlis om de
Moeder van God te danken voor zijn overwinning.
De grote duisternis omringt de aarde - Hille Kok 13/11/2017
De grote duisternis omringt de aarde Hille Kok
13/11/2017
Mijn volk,
Zij die de Weg van het Licht verlaten zullen in de
duisternis geraken en het Licht van God verlaten. Luister wat Ik, de Vader, U
zeg. Bekeer U, de tijd is NU. Het kwaad is om U heen. Wees op Uw hoede, wees
waakzaam. Mijn kleine Restkerk, blijf dicht bij elkaar. De Moeder Gods en de
Vader zullen over U waken. De valse profeet is huichelachtig en slim. Zijn
woorden zijn niet de Mijne. De Duivel regeert over de wereld.
O Gij Mens, velen luisteren nog steeds naar die valse paus.
Hij zal Gods woorden en gebeden doen veranderen. Systematisch zal het kwaad het
Heilig Misoffer veranderen en niet meer geldig meer zijn. Dit is zijn
kwaadaardig plan, Gods Sacramenten te vernietigen. Let op, dat de priesters nog
wel de geconsecreerde woorden uitspreken. Zoniet dan ben Ik niet meer
aanwezig!!! Dan is de Hostie ongeldig.
Gij, Mijn priesters, spreken over Mijn gebed in valse
veranderde woorden. Dat het Mijn woorden zijn? Neen, het zijn mensenwoorden
geworden. Hoe durft gij Mijn woorden te veranderen. Gij bedriegt Mij Jezus
en de gelovigen die Uw volgelingen zijn in de valse waarheid. Gods gramschap
zal U treffen.
Mijn volk, ziet gij dan niet wat er gebeurt? Blinde
gelovigen zijt gij geworden. Open Uw ogen!! Het Rooms Katholieke geloof is de
Weg, de Waarheid en het Leven. Gij mocht Gods woorden nooit veranderen. Zij die
niet geloven zijn al veroordeeld. Zij behoren God niet toe, hoe triest!!! De
wereld is in grote duisternis. De valse profeet zal alles belachelijk maken wat
heilig is om God te kwetsen.
Hij is boosaardig, het kwaad zelf die zich zal openbaren
door hoogmoed en valsheid. Hij is de duivel zelf in eigen persoon tussen de
mensen. Velen aanbidden hem. Hun vreugde zullen tranen worden als hij zichtbaar
wordt als het kwaad door het vernietigen van het Rooms Katholieke Geloof. Hun
verdriet en verwarring zullen groot zijn door het bedrog dat hen is overkomen.
Velen luisteren niet naar God de Vader. De Vader waarschuwt
de priesters en de gelovigen dat de Satan alles zal vernietigen. Bescherm de
Heilige Sacramenten en de Tien Geboden die de Waarheid bevatten. Weinig
gelovigen zullen nog overblijven die de Vader in de Waarheid blijven volgen.
Weinig goede zuivere priesters zullen er nog zijn die het Heilig Sacrament van
de Biecht nog waardig uit mogen voeren.
Alleen een gezalfde priester van God kan van uit zijn naam
Uw zonden vergeven. Geen ander heeft die macht en kracht ontvangen. Laat U niet
misleiden door bedriegers die de Sacramenten misbruiken. Gij wordt misleid en
laat U vertellen dat de Hel niet bestaat. Luister niet naar hen. De Hel bestaat
echt. Vele zielen zullen daardoor verloren gaan.
Wat een vreselijke misleiding. Het is een duivels plan van
de zielenrover van God. Gij zult dan van het eeuwig leven beroofd zijn. Bidt
tot God voor kracht en liefde om te strijden tegen het kwaad. Roep God om hulp.
Draag Zijn goddelijk geschenk, het heilig blauwwitte Liefdeskruisje, dat Uw
bescherming zal zijn!!! Draag het om Uw hals. Het goddelijk Licht zal U
omringen.
Het kwaad zal van U wijken. De wereld is overweldigd door
seksueel geweld. De Satan verwijst U naar de afgrond door de valse liefde
waardoor Uw ziel verloren gaat. Misbruik van elkaars lichaam, uitbuiting. De
tempel van de Heilige Geest wordt geschonden. Misbruik van Zijn schepping.
Mannen met mannen, vrouwen met vrouwen. Een gruwel in Gods ogen!!! Gij zondig
mens, vermaan U. Losbandig volk, gij pijnigt Uw God.
Richt Uw blik naar de Hemel. Bidt de Rozenkrans!! Vraag om
vergeving!! God is Liefde. Amen.
Volgens de H. Jozefmaria Escriva kun je op elke positie in
de maatschappij heilig worden. Blijf op de plaats waar je bent. Je moet niet
alles in de steek laten en in Afrika gaan prediken, je moet niet alle
bedevaartsoorden van Europa te voet gaan bezoeken, je moet niet aan een kruis
hangen om heilig te worden. Allemaal niet nodig. Blijf op de plaats waar bent.
Je kunt daar ook heilig worden. Het is de bedoeling dat je de mensen rond je
vanop die positie in vuur en vlam zet met liefde tot God en de naaste. Doe dit
gewoon in je gezin, op je werk, in je vrije tijd. Wees jezelf, maar met een
voortdurende blik op God gericht. Doe zoals een Christen doet, woon de
sacramenten bij, bid, lees de Bijbel. Neem het leven zoals het komt, draag alle
zorgen en tegenslagen als een kruis op de rug en zet je kleine kruis bij dat
van de Heer. Dank de Heer voor alle kansen, genaden, gelukkige momenten,
personen waarop je kan steunen. Onthoud dat het leven op aarde maar een verblijfplaats
is op doortocht naar het eeuwige leven bij God in de Hemel.
Er is geen slechter gevoel dan een gevoel van
machteloosheid. En onmacht is de wortel van een reeks gevoelens die eruit kunnen
volgen. Gevoelens zoals teleurstelling, verdriet, wanhoop, jaloersheid,
boosheid Als je voelt dat je vastzit in onmacht dan moet je dit gevoel zo vlug
mogelijk onderkennen en zorgen dat de andere gevoelens geen kans hebben.
Voorbeelden van onmacht zijn:
Een man verliest zijn vrouw die sterft aan kanker. Deze man
zit in een situatie van machteloosheid en daaruit kan een gevoel van verdriet
en wanhoop volgen.
Een collega krijgt de kans op promotie. Degene die deze
kans niet gekregen heeft kan zich machteloos voelen en misschien boos worden
omdat hij zelf hard gewerkt had om die promotie te verdienen.
Je wordt getroffen door een chronische ziekte die je in de
onmogelijkheid stelt om nog een job te kunnen uitoefenen. Uit het gevoel van
onmacht kan wanhoop volgen.
De buurman heeft een nieuwe wagen gekocht. Maar je hebt
zelf geen geld genoeg om een nieuwe wagen te kopen. Uit het gevoel van onmacht
kan jaloersheid volgen.
Onmacht is op zichzelf niet verkeerd maar het mag geen
gevoel van onmacht blijven. God houdt zich aan het beste plan dat voor jouw
bestemd is. Je moet terug het vertrouwen in God stellen, dat Hij het beste met
je voor heeft. Het is een test om te zien of je door onmacht je van God gaat
afkeren, of dat je dichter tot Hem gaat naderen. Je mag niet denken dat het
uitzichtloos is, want God schept altijd nieuwe kansen. En zelfs als de situatie
een einde van het leven betekent is dit enkel dit leven dat eindigt, maar het
biedt de kans om eeuwig bij God te leven.
Mijn moeder had darmkanker dat was uitgezaaid en bij het
nieuws heeft ze zich kranig gehouden. Ze heeft het leven tot haar einde van dag
tot dag geleefd, haar vriend en ons gezegd dat ze van ons hield. Niet geklaagd,
maar met de palliatieve zorg gepraat en een priester. Ze heeft met een
positieve kijk in haar einde berust. Ze heeft in haar onmacht geen kans gegeven
aan wanhoop, verdriet of boosheid.
Heer, ik kom tot U. Hier ben ik met al mijn zonden en gebreken, met
mijn klein geloof en met mijn gebrekkige liefde. Ik stel mijn vertrouwen op U
Heer. Ik verlang naar Uw Liefde, en vernieuwde gedachten. Maak mij bereid Heer
en verlos mij van mijn onmacht.
Naastenliefde is een Latijns woord dat christelijke liefde,
naastenliefde en het betonen daarvan, liefdadigheid betekent. In het
Grieks wordt dit agapè genoemd en wordt vertaald in "gevende
liefde". Agapè of naastenliefde is de laatste in de rij van de liefdebegrippen:
genegenheid, vriendschap, eros en agapè. Ze zit in de lijn van de
voorgaande, maar is er toch wezenlijk van onderscheiden. We zouden kunnen
zeggen dat ze uitgezuiverd wordt, tot haar essentie en wezen wordt
teruggebracht. Er is niets meer boven de naastenliefde of de agapè.
Het gaat over de liefde
Het uitgangspunt is het liefdesgebod van Jezus: Gij zult de Heer uw God
beminnen met geheel uw hart, geheel uw ziel en geheel uw verstand. Dit is het
voornaamste en eerste gebod. Het tweede, daarmee gelijkwaardig: Gij zult uw
naaste beminnen als uzelf. Aan deze twee geboden hangt heel de Wet en de
Profeten (Mt. 22, 37-40). Doe dit, en ge zult ten volle leven! Naastenliefde
bij Jezus is terug te brengen in het liefdesgebod. Dus alles wat Jezus zegt en
doet met betrekking tot de naastenliefde moeten we lezen in het licht van Mt.
22, 37-40. Het wordt door Jezus zelf geconcretiseerd in de werken van
barmhartigheid (Mt. 15,30-31). Ook bij de zending van de apostelen horen
we Jezus zeggen: Genees zieken, wek doden op, reinig melaatsen en drijf
demonen uit. Voor niets hebben jullie gekregen, voor niets moet je geven
(Mt. 10, 8)
Wat wordt eigenlijk in dit liefdesgebod gezegd?
1. Dat we God boven alles moeten liefhebben, maar dat de Godsliefde toch
gelijkwaardig is aan de naastenliefde en de liefde tot zichzelf. Het
onderscheid zit niet in de wijze van liefhebben, wel in het subject dat we
moeten liefhebben. De liefde van en tot God komt op de eerste plaats omdat de
liefde van God tot de mens het eerst is. God heeft ons het eerst liefgehad (1
Joh. 4, 10).
2. De Godsliefde, de naastenliefde en de liefde tot zichzelf worden op dezelfde
lijn geschreven, waardoor een quasi-gelijkwaardigheid ontstaat. De
naastenliefde zit dus vervat tussen de Godsliefde en de liefde tot zichzelf.
3. Johannes zegt dat de liefde tot God ook liefde tot de naaste tot gevolg
heeft, zoniet is de liefde tot God geveinsd. Als iemand zegt dat hij God
liefheeft, terwijl hij zijn broeder haat, hij is een leugenaar. Want als
hij zijn broeder die hij ziet niet liefheeft, kan hij God niet liefhebben die
hij nooit heeft gezien. Dit gebod hebben we dan ook van Hem gekregen: wie
God liefheeft moet ook zijn broeder liefhebben (1 Joh. 20-21).
Is de naaste de ondergeschikte van God, toch wordt deze in dit gebod de unieke
plaatsvervanger van God. De naaste kunnen we zien en God niet, dus kan onze
liefde tot God slechts zichtbaar en tastbaar worden doorheen onze liefde tot de
naaste.
De naaste beminnen is niet hetzelfde als God beminnen, maar wie zijn naaste
bemint, gehoorzaamt reeds aan het eerste gebod. Jezus zegt in Mt. 25:40: Al
wat je aan één van deze geringsten hebt gedaan, heb je aan Mij gedaan.
Wat is er zo bijzonder aan dit liefdesgebod?
1. Dat het een gebod is: Als we de menselijke liefde nemen, dan is deze niet te
vatten door een gebod. Liefde is een emotie, dat spontaan ontstaat en dat niet
kan worden opgelegd. Door de liefde hier te vatten in een gebod, wordt
uitdrukking gegeven aan het feit dat het hier fundamenteel over iets anders
gaat dan een emotie. We zitten met het Goddelijk liefdesgebod dan op een ander
niveau dan deze uit spontane emotie gegroeid graag zien.
2. Dit totaal anders zijn dan de emotionele liefde wordt nog versterkt door wat
verder vermeld wordt als Bemin uw vijanden. Emotioneel kunnen we dat
niet! Maar we horen Christus in alle duidelijkheid de vraag
stellen: Wat voor buitengewoons doe je dan als je alleen maar liefhebt die jou
liefhebben (= wederkerige, emotionele liefde). Doen de heidenen dat ook
niet? (Mt. 5, 46). Het typisch christelijke van de naastenliefde wordt juist
bepaald door haar grenzeloosheid: iedereen, overal, in alle omstandigheden
(altijd) liefhebben.
Bemin ook in omstandigheden waar geen enkele aanleiding is om te
beminnen! Hierbij kunnen we verwijzen naar de parabel van de
barmhartige Samaritaan. De naastenliefde die hier via een daad van
barmhartigheid wordt voorgesteld, gaat verder dan de vriendschap
(wederkerigheid), de verwantschap, de emotionele liefde, gaat de redelijkheid
voorbij. De christelijke naastenliefde kenmerkt zich juist door haar totale
onbaatzuchtigheid en het totaal ontbreken van wederkerigheid.
Onbaatzuchtig: gewoon omdat de andere er is, zelfs als er geen nood is en zelfs
als geen hulp meer kan baten (de zogenaamde doden begraven is daar een
voorbeeld van). Ontbreken van wederkerigheid: ik verwacht letterlijk niets
terug, zelfs geen dank.
3. Het is ook een gebod dat niets verbiedt. We kunnen alleen niet ver genoeg
gaan. We kunnen dus nooit zeggen: we hebben genoeg liefgehad. Dit geeft
natuurlijk een gevoel van onverzadigbaarheid. De maat van de liefde is
inderdaad liefde zonder maat.
Hoe kunnen we met het liefdesgebod omgaan?
a. We kennen de vraag van de apostelen: Wie kan er dan nog gered worden? Het
is steeds een liefde zonder maat en dat kunnen we niet wegwerken, maar het
hoeft daarom geen frustratie te worden. Het antwoord zit in het liefdesgebod
zelf: Bemin God bovenal, laat u beschijnen door Gods liefde en bid om Gods
liefde en Gods liefde zal u liefdebekwaam maken. Wij hebben lief, we
kunnen liefhebben omdat Hij ons het eerst heeft liefgehad (1 Joh. 4, 19).
b. Bemin je naaste als jezelf bevat ook geen enkele richtingwijzer naar de te
volgen weg. En het bemin je vijand geeft een mateloosheid aan. Christus zelf
heeft dit begrepen door zelf de naastenliefde te vertalen, te kaderen in de
werken van barmhartigheid. (zie Mt. 25) En ook de christelijke traditie heeft dat
begrepen en is aan die moeilijkheid tegemoetgekomen door een de werken van
barmhartigheid op te stellen. Daardoor wordt het gebod niet minder radicaal,
maar het wordt handelbaar. We moeten er onmiddellijk aan toevoegen dat het
verrichten van de werken van barmhartigheid op zich nog geen naastenliefde is.
Nemen we het voorbeeld van het voedsel geven aan de hongerigen. Je kunt dit
doen uit medelijden, emotioneel voel je je betrokken op de andere. Dat is
barmhartigheid tonen. Barmhartigheid wordt naastenliefde wanneer je die
andere voedsel blijft geven, ondanks het feit dat die andere niet positief
reageert op je barmhartigheid. De naastenliefde wordt geboren als de daad
stopt een spontane reactie van helpen te zijn.
We kennen de 7 lichamelijke en 7 geestelijke werken
van barmhartigheid:
De 7 geestelijke werken van barmhartigheid: onwetenden onderrichten, twijfelaars
raad geven, bedroefden troosten, zondaren vermanen, lastigen verdragen,
beledigingen vergeven en voor allen (levenden en doden) bidden
Het laatste werk geeft ons de mogelijkheid onze eigen beperking aan te vullen,
te vervolledigen met het bidden. Als alles gedaan is voor het welzijn van de
naaste, kunnen we nog altijd iets doen: voor hen bidden, zelfs voor de doden.
We kunnen ons ook nog afvragen hoe we
die naastenliefde, met dat steeds maar geven, kunnen uithouden?
Zij die nooit emotioneel liefde hebben ontvangen, zullen
het wellicht moeilijk hebben om de naaste lief te hebben met een liefde die het
emotionele overstijgt. Christus had twee soorten vrienden: enerzijds de armen,
zieken, behoeftigen en zondaars aan wie Hij bewust het beste van zijn tijd
besteedde, anderzijds hartsvrienden, de mensen bij wie Hij graag vertoefde en
bij wie Hij zich ging herbronnen. Het is onmogelijk om zich met hart en ziel te
blijven inzetten voor de hulpbehoevenden, indien men tezelfdertijd niet kan
bogen op een vriendschap die beantwoordt aan een spontaan verlangen en die geen
enkele wilskrachtige inspanning vergt. Zonder de ruggengraat van de
onverplichte vriendschap blijft de volgehouden naastenliefde onleefbaar.
Hoe als individu het ideaal van de naastenliefde beoefenen?
De naastenliefde vraagt steeds meer en steeds verder. Maar dit moeten we
koppelen aan een bescheidenheid die ons behoedt voor fanatisme. Jezus reageert
op het kwaad dat mensen overkomt of aangedaan wordt nooit met een totalitaire
strijd waarmee Hij het probleem van het kwaad definitief wil oplossen.
Zijn goed doen, waarmee Hij opkomt tegen allerlei vormen van lijden en
aangedaan kwaad, blijft heel bescheiden, beperkt en partieel, volstrekt
voorlopig. Hij gaat al weldoende rond, geneest hier en daar een
zieke. Hij heeft geen totaal-plan om het kwade te breken en het goede
definitief te vestigen. Hij had dit kunnen doen, dit lag in zijn macht, maar
Hij heeft het niet gedaan. Zijn optreden had niets weg van een
obsessionele gedrevenheid. Hij ging alleen maar in op hetgeen aan Hem
voorbij kwam, en in deze situaties gaf Hij een radicaal antwoord.
Dat was de methode van Jezus: op de plaats waar men staat en komt en bij de
mensen met wie men in contact komt het goede doen en verkondigen, radicaal voor
zichzelf, maar zonder dwang naar de andere toe. Ruimte geven aan Gods
genade betekent juist dat men de weg opent voor het goede doorheen de liefde. Het
fanatisme ontstaat wanneer we het goede dwangmatig willen opleggen aan de
andere, het goede dat wij denken goed te zijn. Onze strijd tegen het kwade en
voor het goede mag geen strijd worden tegen de mens die het kwade bedrijft. De blijvende liefde voor deze medemens zal
juist ruimte scheppen opdat Gods genade het kwade kan omvormen tot het goede.
Alleen met de liefde kan het kwade worden overwonnen.
God beminnen, onze naaste beminnen doen we niet omdat het ons tot nut kan zijn,
maar gewoon omdat God en de naaste er zijn. Dat is en dat mag onze enige
motivatie zijn. Als we tenslotte opnieuw de vraag stellen hoe we als individu
erin slagen om de naastenliefde te blijven beoefenen, dan is één zaak nog het
meest essentieel, nl. ons gericht zijn op God. We kunnen de naaste maar
echt liefhebben als we ons laten beschijnen door de liefde van God. Regelmatige
herbronning is dan ook levensnoodzakelijk. Zonder regelmatig gebed, bezinning
en geestelijke lectuur is het gevaar groot dat de invulling nog enkel gericht
is op resultaat, op wederkerigheid en op nuttigheid.
Omgaan met verschil
Bij het Laatste Avondmaal zegt Jezus tot zijn leerlingen: Een nieuw gebod geef
Ik u: gij moet elkaar liefhebben, zoals Ik u heb liefgehad, zo moet ook gij
elkaar liefhebben. Hieruit zullen allen opmaken dat gij mijn leerlingen zijn:
als gij de liefde onder elkaar bewaart (Joh 13, 34-35).
Jezus zegt hier niet: Voel u goed bij elkaar, maar bewaar de liefde onder
elkaar. Hij nodigt ons uit om goed om te gaan met de verschillen die er zijn
tussen mensen en ons met die verschillen juist verbonden te voelen door die
diepere grond die ons draagt. Want allen hebben wij dezelfde Vader, die elk van
ons bemint. Jezus nodigt ons uit om met die waarheid, met die blik van God naar
mensen te kijken, misschien in de eerste plaats naar diegene die we spontaan
voorbij zouden lopen.
God heeft aandacht voor elke mens en nodigt ook jou en mij daartoe uit. Wie
zich door God bemind weet, weet dat God dat niet doet uit nieuwsgierigheid, uit
een drang naar kritiek of om op zoek te gaan naar zelfbevestiging. Ook wij
zouden zon aandacht voor mensen moeten proberen opbrengen: echt luisteren, met
eerbied en respect, zonder vooroordelen of kritiek, zonder verwachtingen van de
ander aan jezelf, hen als mens ernstig nemen. Wellicht weet je uit eigen
ervaring wat een mens met die houding voor een andere mens kan betekenen! Uit: www.holyhome.nl
Het is onmogelijk om de Heer onze God lief te hebben zonder
tegelijk onze naaste lief te hebben. De H. Jeroom vertelt ons dat wanneer de
leerlingen van de H. Johannes hem vragen waarom hij zo dikwijls spreekt over
broederlijke liefde, hij antwoordde: Omdat het het gebod van de Heer is, en de
vervulling van dit alleen is voldoende voor eeuwige redding. We moeten onze
naaste liefhebben, omdat hij geliefd is door God. Onze Heer beloofde: Voorwaar,
Ik zeg u: al wat gij gedaan hebt voor een dezer geringsten van mijn broeders
hebt gij voor Mij gedaan. (Matt 25:40). Daaruit besluit de H. Catharina
van Genua: Als je wilt weten hoeveel een persoon zijn God liefheeft, zie
hoeveel hij van zijn naaste houdt.
Christelijke naastenliefde is een van de belangrijkste
vruchten van de Verlossing. De H. Lucas zegt over de eerste Christenen: De
menigte gelovigen had 1 hart en 1 ziel. (Handelingen 4:32) Broederlijke liefde
zorgt voor wederzijdse verdraagzaamheid tussen verschillende naties en zou in
praktijk moeten omgezet worden. Dit is waarvoor onze Verlosser bad tot Zijn
hemelse Vader op de avond van Zijn Heilig Lijden: Ik blijf niet langer in de
wereld, zij echter blijven in de wereld, terwijl Ik naar U toe kom. Heilige
Vader, bewaar in uw Naam hen die Gij Mij gegeven hebt, opdat zij één mogen zijn
zoals Wij. (Johannes 17:11)
Vooroordelen
Als je naastenliefde wilt beoefenen moet je in de eerste
plaats vooroordelen en wantrouwen in je naaste verdrijven. Hij die oordeelt zal
zichzelf veroordelen. Jezus zegt: Oordeelt niet, opdat gij niet geoordeeld
wordt. Want met het oordeel dat gij velt, zult gij geoordeeld worden en de
maat die gij gebruikt, zal men ook voor u gebruiken.Waarom kijkt gij
naar de splinter in het oog van uw broeder en merkt gij de balk niet op in uw
eigen oog? Of hoe kunt ge tot uw broeder zeggen: laat mij de splinter uit
uw oog halen, en zie, in uw eigen oog zit de balk nog! Huichelaar, haal
eerst die balk uit uw eigen oog, en dan zult ge scherp genoeg zien om de
splinter te kunnen verwijderen uit het oog van uw broeder. (Matt 7:1-2)
Bovendien moet je niet letten op wat anderen over je zeggen.
Doe het goede en laat de anderen maar praten. Hoe graag heeft God die het goede
over iedereen spreekt! Als gedurende zijn leven, een mens nooit kwaad sprak
over zijn naaste, zou ik hem aanzien aan een heilige, zeg de H. Maria
Magdalena de Pazzi. Zie erop toe er geen gewoonte van te maken onvriendelijk
over anderen te praten, en vooral over superieuren. Het is een veel voorkomende
fout dat sommige mensen over hun naaste praten en beginnen met lof en eindigen
met afkeuring. Bijvoorbeeld: Deze is zeer bekwaam, maar is het niet erg dat
hij zo hoogmoedig is?. En als je weet dat je naaste een fout begaan heeft,
zwijg er dan over.
Wanneer je te kwaad bent is het beter om niets te zeggen,
want anders zal je spijt hebben over hetgeen je hebt gezegd. En wanneer iemand
die je heeft beledigd om vergeving vraagt, wees dan vrijmoedig genoeg om hem
vergeving te geven. Als je een ander hebt beledigd, wees dan vlug om de schade
die je hebt aangericht te herstellen. En dat doe je het best door nederig te
zijn. Jezus zegt: Als gij uw gave komt brengen naar het altaar en daar schiet
u te binnen dat uw broeder iets tegen u heeft, laat dan uw gave voor het
altaar achter, ga u eerst met uw broeder verzoenen en kom dan terug om uw gave
aan te bieden. (Matt 5:23-24)
Het
geven van aalmoezen
Een zeer belangrijke taak van naastenliefde bestaat in het
geven van aalmoezen wanneer hij arm en behoeftig is en jezelf in de positie
bevindt om er te geven. Geeft wat overblijft als aalmoes; dan is voor u alles
rein. (Lucas 11:41) Als je niets anders kunt doen, beveel hem dan aan bij God,
want gebed is ook een aalmoes.
Heb je
vijanden lief
Boven alles zou ik je aanbevelen om naastenliefde te
betonen aan je vijanden. Maar
ik zeg u: Bemint uw vijanden en bidt voor wie u vervolgen, opdat gij
kinderen moogt worden van uw Vader in de hemel, die immers de zon laat opgaan
over slechten en goeden en het laat regenen over rechtvaardigen en
onrechtvaardigen. Want als gij bemint die u beminnen, wat voor recht op loon
hebt gij dan? Doen de tollenaars niet hetzelfde? En als gij alleen uw
broeders groet, wat voor buitengewoons doet gij dan? Doen de heidenen dat ook
niet? Weest dus volmaakt, zoals uw Vader in de hemel volmaakt is. (Matt
5:44-48)
Hoe triestig is het om Christenen te zien die naar de Kerk
gaan en zelf naar de Heilige Communie en toch vijandschap in hun hart hebben!
Als je weerwraak wilt plegen moet je het volgende doen. De H. Paulinus zegt dat
je vijand liefhebben een hemelse weerwraak is. Misschien zal iemand zeggen: ik
heb zo geen sterkte en genade. Maar de H. Ambrosius antwoordt: Als er kracht
nodig is, bid tot God en Hij zal het je geven. Als we anderen vergeven, zijn
we zeker dat we onszelf vergeven: spreekt vrij en ge zult vrijgesproken
worden. (Lucas 6:37). Als je niets kunt doen, bid dan voor degenen die je
beledigt hebben of je verwondt hebben. De liefde die gericht is op het
geestelijke welzijn van je naaste is ongetwijfeld het beste. In Gods ogen is
een ziel meer waard dan de hele wereld. Zou er dan niets meer subliem kunnen
zijn dan te werken samen met Jezus Christus voor de redding van de zielen?,
zegt de H. Bernardus.
De zielen die we helpen redden zullen smeken in onze naam
voor de troon van God. En God zal hun smeking beantwoorden:Laat hen uitrusten van hun
moeiten, want hun daden vergezellen hen. (Openb 14:13) De H. Gregorius zegt
dat we vele kronen zullen verdienen als we zielen winnen voor God. Zo moet ook
uw licht stralen voor het oog van de mensen, opdat zij uw goede werken zien en
uw Vader verheerlijken die in de hemel is. (Matt 5:16) Onze Heer zei op een
dag aan de H. Maria Magdalena de Pazzi: Zie hoevele Christenen er in de handen
van de duivel zitten; als Mijn uitverkorenen hen niet bevrijden door gebed,
zijn deze ongelukkigen eeuwig verloren. Als je een kans hebt om de stervenden
bij te staan, onthoud dan dat je een daad van naastenliefde stelt die zeer
aangenaam is voor God. De H. Filip Neri zag dikwijls de engelen woorden van
troost op de tongen leggen van degenen die de stervenden bijstonden. Zie dat de
priester op tijd wordt opgeroepen om de laatste Sacramenten toe te dienen
terwijl de patiënt nog bij bewustzijn is. Uit: 12 steps to holiness and
salvation Rev. Warren
Opdracht van mijn apostolaat aan Maria (overgave van de
eigen wil aan God)
Lieve Moeder Maria,
Onbevlekte Koningin van het Paradijs, in Uw ziel, geest, Hart en lichaam werd
het zuiverste Licht van God de Vader gestort.
Allerheiligste Maagd en Moeder van de Messias, door U is het Licht van Christus
in de wereld gekomen.
Onoverwinnelijke Schrik der duivelen, op Uw Voorspraak komt weldra het Licht
van de Heilige Geest onze wereld van duisternis herscheppen, opdat Gods Rijk
kome.
Bekroning van Gods Schepping, vanop het Kruis heeft Jezus mij aan U gegeven als
Uw kind. Vandaag werp ik mij voor Uw voeten neer om mijzelf uit vrije wil aan U
te geven als Uw dienares voor de verwezenlijking van Gods Plan van Heil in een
nieuwe wereld van Liefde en Vrede.
Ik erken U als mijn Hemelse Meesteres, en smeek U, mij te aanvaarden als Uw
eigendom, mij te beschermen en te leiden, opdat ik van heden af dienstbaar moge
zijn als Uw instrument in de strijd voor de spoedige vestiging van het Rijk van
Christus op aarde.
O Maria, vlekkeloze Parel van Hemel en aarde, U is de macht gegeven om de kop
van de duivelse slang te verpletteren en de Wederkomst van Christus, het Licht
der wereld, over ons af te roepen.
O heilige Dageraad van het nieuw Rijk van het Licht, opdat U onbeperkt over mij
zou kunnen beschikken, bied ik U mijn geloften van een totale gave van mijzelf
aan Uw Onbevlekt Hart, waaraan God de leiding heeft toevertrouwd van de strijd
tegen alle krachten die Zijn Schepping vernietigen, zielen in het verderf
storten, de mensheid gevangen houden in wereldse belangen en haar wegleiden van
de Weg, de Waarheid en het Eeuwig Leven.
Ik schenk U mijn gelofte van een volkomen overgave aan Gods Wil in een
betrachting van alle christelijke deugden en een leven in overeenstemming met
de Geboden en het Evangelie.
Ik schenk U mijn gelofte van een onvoorwaardelijke Liefde tot de Heilige Drievuldigheid
en Uw Smartvol en Onbevlekt Hart.
Ik schenk U mijn gelofte van zuiverheid naar geest, hart en lichaam, opdat ik
een waardige tempel van de Heilige Geest en Uzelf moge zijn.
Ik schenk U mijn gelofte van eeuwige trouw aan Uw leiding op de Weg van
Christus.
Ik schenk U mijn gelofte van onvoorwaardelijke gehoorzaamheid aan Uw
ingevingen, en volgzaamheid tegenover de paus die zich met U verenigt.
Ik schenk U mijn gelofte van gebed tot zuivering van de wereld en redding van
zielen.
Ik schenk U mijn gelofte van een leven in navolging van Uw heilige deugden en
overgave aan Gods belangen boven alle wereldse genoegens.
Ik schenk U mijn gelofte van bereidheid tot offers naar lichaam en geest voor
het afsmeken van genaden voor dwalende zielen en tot eerherstel voor
heiligschennissen en beledigingen jegens alle Hemelse machten.
Ik schenk U mijn gelofte van totaal vertrouwen in Uw leiding over mijn ziel,
geest, hart en lichaam, en van geloof in de macht die U daartoe door God is
gegeven.
O Koningin van de Apostelen, U bent aan mij gegeven, ik wil van U zijn. Geef
mij de kracht, deze heilige geloften volkomen na te leven, opdat God en Uzelf
in mij verheerlijkt worden.
Je bent niet de eerste die het denkt: bij het dienen van
God móet er zoveel. Je moet naar de Mis gaan, je moet in de Bijbel lezen, je
moet op je woorden letten, je mag niet
De Farizeeën willen het wel eens weten. Ze gaan naar Jezus
toe met de vraag: Meester! Wat is nu het grote gebod in de wet? Jezus
herhaalt dan de woorden van God uit Deut.6:5 Gij moet Jahwe uw God beminnen
met heel uw hart, met heel uw ziel en met al uw krachten. Het woord beminnen
staat centraal. Liefde is de kern van het leven met de Heer.
Als de vonken overspringen tussen een jongen en een meisje,
hebben we het over verliefdheid. De liefde tussen twee mensen hier op aarde kun
je als voorbeeld nemen als je nadenkt over het dienen van de Heer. Want ook
daarin staat de liefde centraal.
- Aan liefde gaat kennis vooraf. Want hoe kun je iemand
liefhebben die je niet kent? Tegelijk is het ook waar dat je in de
liefdesrelatie elkaar steeds beter leert kennen. In de Bijbel maakt God
Zichzelf bekend, dáar leren we Hem kennen. De Heilige Geest verlicht het
verstand en laat ons de deugden van God ontdekken, zoals Zijn heiligheid,
wijsheid, geduld en genade.
- Als je elkaar liefhebt, wil je elkaar zo vaak mogelijk zien en spreken. Als
je God liefhebt, zoek je Zijn aanwezigheid. Je wilt Hem zoveel mogelijk
ontmoeten; daarom ga je naar de Kerk en de sacramenten, zoek je Hem steeds in
Zijn Woord en wil je met Hem spreken in je gebed.
- Als je verliefd bent, kun je er niet mee leven als je vriend(in) ook nog van
een ander houdt. Je wilt hem/haar helemaal. Ook God vraagt van ons om Hem lief
te hebben met ons hele hart. Hij wil niet dat wij onze liefde delen tussen Hem
en de wereld/zonde.
Ongelooflijk hoe je leven verandert door de genade van God.
Door Zijn liefde wil je Zijn Woord bewaren en doen. Je wilt wandelen zoals
Jezus Christus gewandeld heeft, je gaat haten wat tussen jou en God in staat,
je vraagt je bij een keuze af wat Jezus gedaan zou hebben. Het Volg Mij!
krijgt gestalte in je leven.
Hoe is dat mogelijk? Onze liefde tot God komt niet vanuit
onszelf, maar het is een wederliefde van dat wat Christus in ons hart heeft
gelegd. 1 Joh.4:19: Wij hebben Hem lief, omdat Hij ons eerst liefgehad heeft.
Het dienen van de Heer is geen last, maar een lust. Geen moeten, maar een mogen.
Dan zing je mee met David in Psalm 119:49 Hoe lief heb ik Uw wet! Het is mijn
doel om de ganse dag haar ijverig te betrachten! Uit: www.hhjo.nl
De liefde tot God is een goddelijk ingeprente deugd die ons
leidt om de Heer Onze God lief te hebben als het soevereine goede, en puur om
Zijnentwil. Het motief waardoor we God liefhebben is Zijn onbegrensde
perfectie, waardoor Hij verdient geliefd te worden. Degene die God liefheeft
omdat Hij verdient geliefd te worden, heeft de ware en echte liefde van
vriendschap. Het is geen zelfzuchtige liefde om Hem lief te hebben alleen om de
eeuwige beloning in de Hemel. Dat wil niet zeggen dat we niet mogen verlangen
naar de Hemel. We moeten verlangen naar de Hemel zodat we God kunnen bezitten
en Hem op een meer perfecte manier kunnen liefhebben.
Alle perfectie bestaat in de liefde tot God, want liefde is
de deugd die ons het meest innig verenigd met God. Al de andere deugden zijn
nutteloos als ze niet vergezeld zijn van liefde. Hij die God liefheeft boven
alles, verafschuwt een belediging tegen Hem meer dan de dood zelf, en streeft
ernaar alles te doen om God te behagen. God heeft ons liefgehad met een
oneindige liefde, Hij verlangt dan ook dat we Hem oprecht liefhebben, en Hij
verlangt ons hele hart te bezitten. En God geeft Zichzelf aan degenen die Hem
liefheeft. Bovendien wie is er liefdevoller, mooier, rijker, machtiger,
barmhartiger, dankbaarder dan God? Hij is alle liefde waardig. En Hij ziet ons
graag. De H. Johannes Chrysotomus zegt dat God ons meer liefheeft dan wij
onszelf kunnen liefhebben. Degenen die ons eerst op aarde liefhadden waren onze
ouders; maar ze begonnen ons pas lief te hebben wanneer ze ons kenden. God
integendeel, had ons lief voor we een bestaan hadden. Zelfs voor onze ouders
leefden, had God ons lief. Hij heeft ons liefgehad zolang Hij God is, en dat is
in alle eeuwigheid.
De
natuur draagt ons op God lief te hebben
De H. Augustinus zegt: De Hemel en de aarde schreeuwen het
uit, alles wat ik zie spreekt tot mij en dringt aan om U lief te hebben, mijn
Heer; alle schepselen zeggen me dat U ze geschapen hebt uit liefde voor mij.
Het
lijden van Christus is een bewijs van liefde
Voor de Incarnatie van het Eeuwig Woord kon de mens nog
twijfelen of God hem teder liefhad of niet; maar nu dat Jezus Christus mens is
geworden en voor ons stierf, is zon twijfel onmogelijk. Hoe kon onze Heer Zijn
liefde voor ons beter bewezen hebben dan door zoveel pijn en zoveel minachting
te lijden voor ons? En Hij heeft Zijn leven beëindigd in een bittere
doodsstrijd op de Calvarie. Omdat zovelen de liefde vergeten die Hij ons
betoond heeft, leven ze zonder Hem lief te hebben. Een ziel dat rekening houdt
met de liefde die Jezus heeft voor de mensheid wordt gedwongen om op zijn beurt
Jezus lief te hebben. De H. Maria Magdalena de Pazzi zei hierover: O Jezus, U
bent gek geworden van liefde. Ik zeg het en blijf het zeggen: liefde heeft U
gek gemaakt, mijn Jezus. Als geloof ons niet verzekerd had van de waarheid van
het grote mysterie van onze Verlossing, wie zou het dan voor mogelijk houden
dat de Schepper van het universum wilde lijden en sterven voor Zijn schepselen?
De H. Paulus vertelde dat het prediken van de Gekruisigde
Christus aan de Joden een hindernis was, en voor de Heidenen dwaasheid. Hoe
kunnen we geloven, zeiden ze, dat een God die van niemand afhankelijk is en die
perfect gelukkig is op Zichzelf, naar de aarde zou komen, de menselijke natuur
aannemen en sterven voor Zijn ellendige schepselen? De H. Augustinus zegt dat
Jezus dit gedaan heeft opdat de mens de onuitsprekelijke liefde die God heeft
voor hem zou erkennen. Het is de liefde die God tot zon daden heeft aangezet.
Wat een geluk voor ons als we gloeien met het vuur dat onze Heer en God
verteerde! Hoeveel pijlen van liefde komen voort uit de heilige wonden en
doorboren de versteende harten! De H. Thomas zegt dat de liefde die het hart
van God verteert het doet lijken alsof in de mens Hij Zijn God zag, en Hij niet
gelukkig zou kunnen zijn tenzij de mens ook gelukkig is.
Maar O God, waar is onze dankbaarheid? We zouden moeten
overstromen van liefde wanneer we de dood van Jezus Christus overwegen. Maar
wat we hebben nagelaten te doen in het verleden kunnen we tenminste doen in de
toekomst, als God ons nog wat tijd geeft. Jezus stierf voor ons, zegt de H.
Paulus, opdat Zijn liefde perfect meester zou worden over onze harten. Daarom
stierf Christus en verrees Hij, opdat hij de Heer van zowel de doden als de
levenden zou zijn. (Rom. 14:9). En jij, Christelijke ziel, wat heb jij gedaan
voor je Goddelijke Verlosser! Wat bewijs van liefde heb je Hem gegeven? Jezus
stierf voor jou, evenals voor een H. Agatha, een H. Agnes, een H. Barbara Denk
aan de bijzondere genaden die Hij je gegeven heeft en die anderen niet gekregen
hebben. Je bent in een land geboren waar er geloof is. Je hebt de genade
gekregen om geboren te worden in de boezem van Gods Kerk! Denk aan de grote
genade die God je betoond heeft, door de vele beledigingen te vergeven die je
hebt gepleegd. En als je berouw toont, doet Hij dat opnieuw met dezelfde grote
liefde!
Vooruitgang
boeken in Gods liefde
De H. Teresa zegt dat het een buitengewone genade is voor
een ziel om geroepen te worden tot de perfecte liefde van God. Jij behoort tot
deze gelukkige zielen. Om je echter volledig over te geven aan de liefde van Je
Goddelijke Redder, moet je gebruik maken van de volgende middelen:
Het eerste middel is een vurig verlangen naar deze
perfecte liefde. God geeft enkel Zijn genaden in overvloed aan degenen die
hongeren en dorsten naar deze genaden. Maar dit verlangen is absoluut
noodzakelijk omdat we anders nooit zouden standhouden in onze inspanningen om
de schat van liefde voor God te verkrijgen. Dan worden alle moeilijkheden licht
en zoet wanneer onze inspanningen gedragen worden door dit vurig verlangen.
Het tweede middel om de perfecte liefde van God te
verkrijgen is alle liefde opgeven die niet tot God behoort. God verlangt
alleen onze harten te bezitten, Hij tolereert geen rivalen omdat Hij de ene
ware God is. We moeten uit ons hart alle gehechtheden (aan mensen, aan materiële
bezittingen) verdrijven die niet God als doel hebben. Zolang het hart niet vrij
is van aardse neigingen, kan de liefde van God geen ingang vinden. De H.
Bonaventuur zegt: God is oneindig liefdevol en het hoogste goed, en Hij
verdient onze onverdeelde liefde; Hij heeft gelijk wanneer Hij wenst dat een
hart dat Hij geschapen heeft, alleen aan Hem behoort, en sinds Hij Zich als
offer gegeven heeft voor ons, heeft Hij nog een groter recht op onze
onverdeelde liefde.
Het derde middel is zelfverloochening. Om de
perfecte liefde van God te verkrijgen is het noodzakelijk om alles te
aanvaarden wat tegen de eigenliefde ingaat, en weigeren wat de eigenliefde
verlangt. We moeten bijvoorbeeld ons een plezier ontzeggen omdat we het juist
willen, voor een ondankbare persoon iets doen omdat hij juist ondankbaar is
Het vierde middel om de perfecte liefde van God te
verkrijgen bestaat in een veelvuldige overweging van het lijden van Jezus
Christus. Het lijkt alsof doordat onze Verlosser zovele verschillende
kwellingen, martelingen en beledigingen heeft ondergaan, zoals Zijn verraad,
Zijn doodsstrijd, Zijn geseling, Zijn doornenkroning, Zijn lijdensweg en Zijn
Kruisiging om te zorgen dat we over vele zaken kunnen mediteren. En we moeten
niet alleen het lijden van Jezus overwegen om troost te brengen, maar enkel om in
onze harten de liefde te ontsteken voor onze lijdende Redder en te weten wat
Hij verlangt van ons. Tegelijkertijd moeten we klaar staan om alles geduldig te
verdragen uit liefde voor Hem die zoveel geleden heeft uit liefde voor ons.
Het vijfde middel om de schat van Gods liefde te verkrijgen
is gebed. Het voortdurend gebed van een Christen ziel moet zijn: Jezus, geef me Uw heilige liefde; Maria, mijn Moeder,
verkrijg voor mij de liefde van God; mijn Engelbewaarder en al mijn
patroonsheiligen, bemiddel voor mij zodat ik mijn God moge liefhebben met mijn
hele hart en ziel. De Heer is vrijgevig in het uitstorten van Zijn
gaven; maar Hij is in het bijzonder vrijgevig om Zijn liefde te geven aan
degenen die ze zoeken. Uit: 12 steps to holiness and salvation Rev. Warren
Ik heb werk voor jullie. Jullie moeten je hart voorbereiden
met smetteloze gewaden: reine harten, smetteloze gewaden. Deze gewaden kunnen
enkel gevonden worden in het Heilige der Heiligen. Ze kunnen niet gekocht
worden. Ze kunnen niet verdiend worden door goede werken die in het vlees
worden uitgevoerd, buiten Mijn Wil en de volheid van Mijn Geest. Ze kunnen
enkel verkregen worden door het werk van Mijn kruis dat Ik heb voltooid wanneer
Ik de vijand heb verslaan en Mijn Liefde heb uitgestort.
Het werk die je moet doen als Mijn leerling is werken aan
je redding met vrees en erkennen dat je een REDDER nodig hebt, beven bij de
gedachte dat je zou kunnen wegvallen op de brede we gen dat niemand de sleutel
vastheeft behalve IK. Je moet je leven, je wil, je wegen, overgeven aan Mij en
beslissen dat je niet langer zelf de controle wilt hebben. Je moet Mij zoeken
gedurende de dag en Mij je voortdurende metgezel maken die waakt tegen de boze
die komt om te doden, stelen en vernietigen.
Alles wat je doet in je eigen wil zal zonder een volle
olielamp zijn, zonder een relatie met je God, in het vlees buiten de Geest is
nutteloos, hoewel de wereld het anders denkt. Jullie God kent het hart. Ik onderzoek en ken de
harten. Ik ken de harten die kloppen voor MIJ. Ik herken wie MIJN
schapen zijn en wie MIJN stem kent.
Kom naar buiten en wees vervuld van MIJN GEEST, loop naar
MIJN redding. Bid om in MIJN WIL te zijn. Laat MIJ jullie uit de woestijn
leiden om afgescheiden te zijn van de wereld. De wereld begint te zien wat er
voor haar ligt. Mijn trouwe gelovigen die sterven aan hun eigenwil zullen
waardig bevonden worden om te ontsnappen aan wat over de wereld komt.
Werk aan je redding met vrees en beven. Ik alleen kan je
naar het smalle pad leiden dat weinigen vinden.
Dit is je Hemelse Redder, de Leider van de
kleine kudde
Bijbehorende
verzen:
Openb 7:14: Ik antwoordde hem:
Heer, dat weet gij. Toen zei hij: Dat zijn degenen die komen uit de grote
verdrukking, die hun gewaden hebben wit gewassen in het bloed van het Lam.
Fillip 2:12: Dierbare vrienden, gij hebt altijd naar mij geluisterd; maakt dus nu, in
mijn afwezigheid, met niet minder ernst werk van uw heil dan toen ik bij u was.
Joh 10:27: Mijn schapen luisteren
naar mijn stem en Ik ken ze en zij volgen Mij.
Matt 7:13: Gaat binnen door de
nauwe poort; want de weg die naar de ondergang voert is wijd en breed, en velen
zijn er die hem inslaan.
Woorden van de Heer:
"Verspil geen tijd want tijd staat niet
aan jullie kant."
(Susan, 19 oktober
2017)
Mijn kinderen:
Dit is jullie Heer en
Redder. Ik
keer terug om Mijn getrouwe gelovigen uit te plukken: degenen die Mij zoeken op
de knieën en met open harten. Ik heb een bijzondere plaats in Mijn hart voor
Mijn bruid, de kerk die alles laat liggen om Mijn wegen, Mijn nederige wegen te
volgen.
Deze kerk, Mijn eigen ware volgelingen, zullen Mij in het
binnenste van hun hart houden voor eeuwig. Ik zal altijd lijken op deze schapen
met grote liefde, liefde als naaste metgezellen. We zullen dichter bijeen zijn
dan een broer. Ik heb eeuwige schoonheid in mijn gedachten voor Mijn ware kerk,
voor degenen die voor niets wijken om Mij te zoeken, degenen die hun gewaden in
heiligheid bewaren.
Deze wereld is ellendig, het heeft een verwoestende
invloed. Ik zal het spoedig aan zichzelf overlaten en het laten lijden aan zijn
eigen walgelijke wegen. De wereld maakt zijn bed en spoedig zal het erin slapen
en Mijn Glorie zal buiten zijn bereik zijn, vervangen door de hand van het
kwade. Mijn rol als liefhebbende Vader voor degenen die achtergelaten worden
nadat Ik Mijn kerk weghaal zal niet langer zijn. Ik zal de Rechtvaardige
Rechter worden en Mijn straffen uitvoeren over de hele aarde. Ik zal Mij niet
inhouden voor degenen die Mij en Mijn nederige offer dat Ik gegeven heb uit
pure liefde, verwerpen.
Deze dag is op handen. Mijn kinderen moeten hun gewaden
voorbereiden en Mijn bescherming zoeken want niemand zal gespaard blijven die
Mij, de Gever van Leven, verwerpt.
Verspeel geen tijd in het maken van beslissingen. Nu is het
uur om naar Mij te komen voor je redding en om in de Wil van God te blijven.
Laat alle vormen van kwaad voor wat ze zijn, was jullie handen in Mijn Woord.
Jullie moeten naar de kristalheldere wateren van waarheid komen en Mij jullie
zonden laten wegnemen. Kom naar Mijn vuur en laat Mij jullie afval wegbranden
en je heel maken.
Verspeel geen tijd want de tijd staat niet aan jullie kant.
Dit is de God van alle waarheid, Christus de
Messias
Bijbehorende
verzen:
Hooglied 7:5-6: Je
hals is als de ivoren toren, je ogen zijn als de vijvers van Bat-rabbim, de
poort van Chesbon. Je neus is als de Libanontoren, die uitziet op Damascus. Je
hoofd is als de Karmel, je haarlokken zijn omwonden met een band van
koningspurper.
Handelingen 16:14: Ook
een zekere Lydia uit de stad Tyatíra, die purperen stoffen verkocht - zij was
een godvrezende -, hoorde toe en de Heer maakte haar hart ontvankelijk voor wat
door Paulus gezegd werd.
Spreuken 25:4: Haal
het schuim weg van het zilver en de edelsmid maakt het tot een stralend schoon
stuk.
De Vaders en bedoelde schrijvers hebben ook verklaard;
dat waar over zonde gehandeld
wordt, de H. Maagd Maria aan welke ter algehele overwinning van de zonde
overvloedige genade geschonken is, niet aan zonde was onderworpen
dat deze roemrijke Maagd de
herstelster was van de eerste ouders, de levendmaakster van hun
nakomelingen, de uitverkorene van eeuwigheid, door de Allerhoogste zelf bereid,
door God voorzegd als Hij tot de slang sprak: "Ik zal
vijandschap stellen tussen u en de vrouw"
dat zij zonder twijfel de
giftige kop van het serpent heeft verpletterd
dat de allerzaligste Maagd door
de genade van alle smet van de zonde ongedeerd was en naar lichaam, ziel en
verstand van alle aanraking met de zonde vrij is geweest
dat zij altijd met God heeft
verkeerd en in een eeuwig verbond met Hem verenigd is geweest, altijd in
het licht
dat zij een waardige woonplaats
was voor Christus niet om het lichaam dat zij gedragen heeft, maar om de
oorspronkelijke genade waarin zij altijd is geweest
ARTIKEL 15 - De
natuur voegde zich bij de Onbevlekte door de genade: het vlees werd uit Adam
genomen, maar nam de smet niet op
Als zij spreken over de Onbevlekte Ontvangenis van de H. Maagd
verklaren zij dat de natuur zich bij de genade gevoegd heeft. De H. Maagd werd
niet eerder door Anna ontvangen voordat de genade haar vrucht baarde. Zij
verklaren dat het vlees van de Maagd uit Adam genomen is, maar de smet van Adam
niet heeft opgenomen, en dat de H. Maagd op die manier een tent is die door God
is geschapen en door de H. Geest gevormd. Het is een tent van onvervalst
purperdoek, hetwelk een andere Bezaleël met goud en verscheidenheid van kleuren
gestikt en gespannen heeft.
Bezaleël (wikipedia) : wordt in het Bijbelboek Exodus 31:1-6 genoemd als de
man die wordt uitverkoren door God om het tabernakel te bouwen, de
draagbare tempel die Mozes in opdracht van God liet bouwen volgens de
instructies die hij ontvangen had op de berg Sinaï. Bezaleël was ook
verantwoordelijk voor de priesterkleding die moest gemaakt worden en de olies
en reukwerken die moesten gemengd worden. Zijn opdracht omvatte ook het bouwen
van de Ark van het Verbond.
De naam "Bezaleël" betekent: "in de schaduw
(bescherming) van God". In het boek 1 Kronieken 2:19-20 wordt
hij genoemd als de zoon van Uri en de kleinzoon van Hur en in Exodus
wordt zijn afstamming op dezelfde wijze beschreven. Vervolgens wordt het
vakmanschap van Bezaleël beschreven en geprezen en zijn assistent Aholiab wordt
vernoemd. Het Bijbelboek gaat dan verder met een omstandige beschrijving
van het maken van de verschillende onderdelen van het tabernakel en de
priesterkleding. Zelfs de kostprijs wordt toegelicht.
Zij wordt gevierd als een die het eerste eigen werk van God is, die
voor de vurige pijlen van de boze beveiligd was, en die in een schone natuur en
zonder enige smet als de dageraad in de wereld is ingetreden bij haar
Onbevlekte Ontvangenis. Dit uitverkoren vat mocht niet de schennissen lijden
die alle anderen overkomen, omdat zij van alle anderen zeer verschillend is. Ze
deelt wel in de menselijke natuur maar niet in de schuld. De Eniggeborene moest
zoals Hij in de hemel een Vader had die de serafijnen als driemaal Heilig
loven, ook op aarde een Moeder hebben, die de glans van heiligheid had.
En deze leer had de geest van de oude Vaders zo zeer doordrongen,
dat zij van de Moeder Gods zeiden, dat zij is onbevlekt is en alleszins
onbevlekt, onschuldig en de onschuldigste, onbezoedeld en van alles
onbezoedeld, heilig en aan alle onreinheid van de zonde vreemd, geheel zuiver,
geheel ongeschonden, zo goed als de zuiverheid en de onschuld in eigen gestalte,
schoner nog dan de schoonheid, behagelijker dan de behagelijkheid, heiliger dan
de heiligheid, en de enig heilige, de reinste van ziel en van lichaam die alle
ongeschondenheid en maagdelijkheid overtreft, en die helemaal, enig en alleen een
verblijf voor al de genaden van de Heilige Geest geworden is, en die boven
alles, God alleen uitgezonderd, verheven is en van nature schoner, waardiger en
heiliger is dan de cherubijnen en serafijnen en heel het engelenlegioen.
De aardbewoners en hemelbewoners zijn niet in staat haar verdienste
te loven. Deze wijze van spreken is in de heilige liturgie als vanzelf overgegaan,
en komt overal daarin voor, omdat de Moeder Gods daar aanroepen en geprezen
wordt als enige ongeschonden duif van schoonheid, als roos die altijd in volle
bloei staat, de zuiverste, de altijd onbevlekte en gelukzalige, en gevierd
wordt als de onschuld die nooit werd geschonden. Zij is de tweede Eva die de Emmanuel
heeft gebaard.
ARTIKEL 16 - De Onbevlekte Ontvangenis werd altijd geprezen
De herders van de Kerk en gelovige volkeren hebben de leer van de
Onbevlekte Ontvangenis van de H. Maagd en Moeder Gods altijd overgedragen. Zij
dienden met het meest warme hart de zonder erfsmet ontvangen Moedermaagd. Ze eerden
en loofden haar. Van oudsher hebben kerkoversten, geestelijken, reguliere
orden, en zelfs ook keizers en koningen bij onze apostolische Stoel erop
aangedrongen, dat de Onbevlekte Ontvangenis van de allerheiligste Moeder Gods
als leerstuk van het katholieke geloof zou worden vastgesteld. Ook in onze tijd
werden deze beden herhaald en werden ze gericht aan onze voorganger Gregorius
XVI, evenals aan ons door bisschoppen, wereldgeestelijken, religieuze
verenigingen, vorsten met oppergebied bekleed en gelovige volkeren.
ARTIKEL 17 - Een nauwkeurig onderzoek werd door de godgeleerden
ingesteld, en er werd om schriftelijke steunbetuigingen van de Christelijke
wereld gevraagd ( )
ARTIKEL 18 - De Christenheid riep om een dogmaverklaring zodat er
uiteindelijk een consistorie werd belegd
Toen de antwoorden van de eerwaardige broeders bij ons zijn binnengekomen
hebben zij de bevestiging gegeven van het Onbevlekt-Ontvangen-zijn van de
allerzaligste Maagd, en hebben zij de wens geuit dat door ons opperste gezag en
hoogste uitspraak het Onbevlekt-Ontvangen-zijn van de H. Maagd zou worden
vastgesteld. Onze eerbiedwaardige broeders kardinalen van de heilige Roomse
kerk en de voormelde godgeleerden die wij als raadslieden aan hen hadden
toegevoegd, hebben na onderzoek evenzo op de uitspraak van de Onbevlekte
Ontvangenis van de Moeder Gods bij ons aandrongen. Hierna hebben wij een
consistorie aangekondigd en belegd, waarin wij tot onze eerwaardige broeders de
kardinalen van de heilige Roomse Kerk het woord hebben gericht; en wij mochten
een dogmatische bepaling over de Onbevlekte Ontvangenis van de H. Maagd en
Moeder Gods afkondigen.
ARTIKEL 19 - Na deze voorbereiding volgde de dogma-afkondiging
Toen we op de Heer vertrouwden dat het geschikte ogenblik was gekomen
om de Onbevlekte Ontvangenis van de allerheiligste Moeder Gods en Maagd Maria
vast te stellen, zijn wij van oordeel geweest niet langer, te moeten wachten om
de Onbevlekte Ontvangenis van de H. Maagd door onze hoogste oordeelvelling te
bekrachtigen en vast te stellen, en zodoende voldoening te geven aan het
verlangen van de Katholieke wereld en aan onze eigen tedere liefde voor de H.
Maagd, en in haar meer en meer haar eniggeboren Zoon, onze Heer Jezus Christus
te eren, vermits toch aan de Zoon alle eer en lof toekomt, welke aan de Moeder
gegeven wordt.
Na zonder ophouden in vernedering en
vasten onze bijzondere gebeden en openbare gebeden van de Kerk aan God de Vader
door Zijn Zoon te hebben opgedragen, opdat Hij door de kracht van de Heilige
Geest ons zou besturen en versterken; - wij de hulp ingeroepen hebben van heel
het hemels hof, en met verzuchtingen de H. Geest onze Parakleet om bijstand
gesmeekt hebben, en deze het ons ingeeft, zo is het dat wij, ter ere van de
heilige en ondeelbare Drievuldigheid, tot luister van de H. Maagd en Moeder
Gods, ter verheffing van het Katholiek geloof, en ter uitbreiding van de
christelijke godsdienst, op gezag van onze Heer Jezus Christus, van de apostelen
Petrus en Paulus en het onze, verklaren, uitspreken en bepalen, dat de leer,
welke inhoudt dat de allerzaligste Maagd Maria als eerste van haar Ontvangenis
door een enige bijzondere genade en voorrecht van de almachtige God, omwille
van de verdiensten van Christus Jezus de Behouder van de mensheid, van alle
smet van de erfzonde is bewaard, door God is geopenbaard, en zo door alle
gelovigen vast en bestendig moet geloofd worden.
ARTIKEL 20 - Moge Maria bij God verkrijgen dat de mensen tot de ene
kudde, de Rooms Katholieke Kerk, zullen komen
Wij zeggen nederig, maar grote dank en zullen die altijd blijven
zeggen aan onze Heer Jezus Christus, dat Hij door bijzondere gunst het voor ons
onwaardigen heeft weggelegd deze eer, lof en glorie aan Zijn allerheiligste
Moeder toe te wijzen en op te dragen. De H. Maagd Maria is geheel schoon en
onbevlekt. Zij verpletterde de giftige kop van het wrede serpent en heeft het
heil aan de wereld gebracht. Zij is het voorwerp van lof van profeten en
apostelen, de eer van de martelaren en de vreugde en de kroon van alle
heiligen: die voor allen die in gevaar verkeren een veilige toevlucht en trouwe
helpster is. Zij is de middelares en verzoenster van de wereld die bij haar
eniggeboren Zoon het meest bekomt. Zij is het hoogste sieraad, het erepand en
de onwankelbare beschermster van de Kerk. Zij heeft altijd alle ketterijen vernietigd
en de gelovige volkeren en naties uit allerlei zware rampen gered. Zij heeft
ons van zovele dreigende gevaren bevrijd.
Maar wij koesteren ook de zekere hoop en het vaste vertrouwen, dat
van haar kant de gelukzalige Maagd er ook haar welbehagen in zal vinden om door
haar vermogende begunstiging onze heilige Moeder de Katholieke Kerk alle
belemmeringen zal uit de weg ruimen en alle dwalingen teniet zal doen. Dat ze
alle volkeren dagelijks zal doen toenemen in kracht en in bloei. Dat ze zich
zal doen regeren van de zee tot de zee en van de vloed tot aan het uiteinde van
de aarde, en dat ze alle vrede, rust en vrijheid zal schenken, opdat de
schuldigen vergiffenis krijgen, de zieken genezing, de kleinmoedigen sterkte,
de neerslachtigen vertroosting, de beproefden hulp krijgen, en alle dwalenden
van verduistering van de geest verlost worden en tot het pad van de waarheid en
van de gerechtigheid terugkeren, en het één schaapskooi en één herder wordt.
ARTIKEL 21 - Mogen de Christenen hun toevlucht tot Maria nemen
Mogen alle kinderen van de Katholieke Kerk die onze woorden horen
voortaan met vroomheid, godsdienstigheid en liefde de allerzaligste Maagd en
Moeder Gods Maria die zonder erfsmet ontvangen werd, eren, aanroepen en smeken,
en in alle gevaren, angsten, behoeften en noden, met alle vertrouwen tot deze
zoete Moeder van barmhartigheid en genade hun toevlucht nemen! Niets is te
vrezen, niets is te wanhopen, onder haar leiding, aanvoering, gunst en
bescherming van haar, die ons een moederhart toedraagt, en onze heilsbelangen
bepleit. Zij werd door de Heer aangesteld tot koningin van hemel en aarde, en zij
werd verheven boven alle engelenkoren en heiligen. Zij staat aan de rechterhand
van haar eniggeboren Zoon onze Heer Jezus Christus. In haar moederlijk gebed
kan ze het meest verkrijgen, en het is niet mogelijk dat haar iets geweigerd
wordt.
ARTIKEL 22 - Slot
Opdat onze bepaling betreffende de Onbevlekte Ontvangenis van de
allerzaligste Maagd Maria in heel de universele Kerk wordt verspreid, hebben
wij ter eeuwigdurend aandenken dit apostolisch schrijven opgesteld. ( )
Gegeven te, Rome bij St. Pieter, van onze pauselijke regering het
negende jaar.
Paus Pius IX
Maria verplettert de slang maar doet dit niet onafhankelijk
van de macht van Christus. Paus Pius IX maakt het duidelijk dat het omwille van
haar onverbrekelijk en innig verbond met Christus is dat ze de vijand van onze
redding kan verpletteren. Maar
er is meer. Als zijn dienaren in zijn heilswerk betrokken zijn is dit
eenvoudigweg de manier van werken die de Heer verkiest. Hij
blijft altijd de Bron van elke macht die uitgevoerd wordt tegen de duivel of
voor het opbouwen van de Kerk. Maar als Hij alles zou zelf doen, zouden er geen
profeten, priesters, apostelen, leraars en bedienaren van de Kerk meer nodig
zijn. Daarom stelt de Heer zijn dienaren aan om zijn wil uit te voeren, door de
kracht van zijn Geest en zijn genade. Zoals de H. Schrift het vermeldt, heeft
de Heer zijn Moeder aangesteld om de kop van de slang te verpletteren, door het
gebruik van zijn eigen kracht en verlossende genade. Hij heeft haar naar de
frontlinie van de strijd gestuurd, door vijandschap te stichten tussen haar en
de satanische slang.
Als de Vrouwe die met de zon bekleed is, de Koningin van de
Kerk, een immense macht heeft van God gekregen om ons bij te staan in de geestelijke
oorlogsvoering, zullen we er veel voordeel uithalen als we kiezen ze te
gebruiken. Veilig in de Hemel, is Maria ver buiten het bereik van enige
aanvallen van de duivel om haar te treffen, maar de strijd gaat nu verder
tussen de slang en de nakomelingen van de Vrouw. Dat zijn degenen die de
geboden van God naleven en getuigenis dragen van Jezus (Openb. 12:17). Hoewel
ze vredig in de Hemel verblijft, is de Moeder voortdurend waakzaam voor het
welzijn van haar kinderen, aan wie ze de genade van God brengt in al hun noden.
Exorcisten hebben getuigd dat in hun ervaring de duivel
verschrikkelijk bang is voor de Moeder van God en vlucht wanneer ze wordt
aanroepen. Vele exorcisten roepen Maria aan, en wanneer ze dit doen, zegt de
auteur Matt Baglio,is de demon zo bang van haar dat hij nooit haar naam zal
uitspreken. Hij zal zeggen die vrouw of ze vernietigd me. En opnieuw: in
zijn besluit van het boek [Een Exorxist vertelt door Fr Gabriele Amorth]
beschrijft hij Marias rol als een instrument van het goddelijk plan, in de
strijd tegen het kwaad. Ook in een hoofdstuk waar hij het gedrag van de demonen
beschrijft, vertelt hij hoe de demonen reageren op bepaalde heilige namen. Natuurlijk
haten de demonen de Heilige Naam van Jezus. Maar de meesten onder hen kunnen
ook de naam van Maria niet zeggen, en zeggen zij of de Vrouwe om Maria aan
te duiden. Als de demon die een persoon bezet een hoge rang heeft, kan hij deze
namen zeggen, maar ze worden altijd gevolgd door verschrikkelijke godslasteringen.
Hier is er een uittreksel van The Rite, door Matt Baglio,
betreffende de rol van OLVrouw in het bevrijden van een bezeten vrouw van de
duivel. Dit gebeurde in Rome in
2006. De
vrouw werd jarenlang gekweld door de duivel zonder verlichting te krijgen. De
exorcist had de duivel bevolen om te vertrekken in naam van Jezus Christus en
van de Onbevlekte Maagd Maria: Opeens, voelde de bezeten vrouw een
ongelofelijk gevoel van liefde als Maria voor haar verscheen. Maria was gehuld
in een wit met goud bekleedde sluier die half haar gezicht bedekte. Ze was
verbaasd toen ze verscheen, en ze was nog meer verrast te zien dat Maria onder
tranen naar haar keek.
Als de exorcist keek,
had de demon opnieuw een bui. Nee, nee, nee, niet huilen! schreeuwde
hij, en het lichaam van de vrouw ging in schokken. Voor een ogenblik kwam de
vrouw uit de trance en zei Een traan van Maria is alles wat er nodig was. De
macht van de duivel was gebroken en hij werd door de exorcist in een paar
minuten uitgedreven.
De demonen zijn vol van angst en haat voor de Heilige
Maagd, niet alleen omwille van haar enorme macht van haar heiligheid, maar ook omwille
van hun eigen monsterlijke hoogmoed. Ze kunnen het feit niet verdragen dat zij,
de grote geestelijke wezens van een hogere natuur dan de onze, gedwongen worden
te vluchten wanneer de kleine Dienstmaagd van Nazareth naderbij komt!
Een andere vrouw die bevrijd was van de duivel getuigt dat
wanneer de naam van Maria werd aanroepen, ze voelde alsof een grote golf van
een zeer hel wit licht haar trof. Het was alomvattend, een licht dat ik kon
zien en zelfs voelen, en het gaf mij een gevoel van zeer zoete vrede, terwijl
voor de demon het een verschrikkelijke pijn veroorzaakte. Ik wist dat het licht
dat mij omhelsde een geestelijk licht was. Toen ik mijn ogen opnieuw sloot, kon ik zien dat het
zelfde licht de ogen van het monster doorstak zoals een duizend zwaarden. Intussen
was het monster aan het schreeuwen, bewoog in het wilde weg, en zei dat de
sluier van Maria (hij verwees naar haar als die daar) hem verstikte en hem
enorm veel pijn veroorzaakte. Het was zo erg dat hij verschrikkelijke,
onbeschrijflijke spasmen kreeg. Tegen
het einde schreeuwde hij als nooit tevoren. Dan was er plotseling een
kalmte en een stilte. De vrouw was spoedig volledig bevrijd, en ze ontving als
een teken uit het Evangelie van de H. Lucas over Jezus die gezonden werd om te
verkondigen dat de gevangenen en de verdrukten zouden vrijgelaten worden.
Lucas 4:16-21 Zo kwam Jezus ook in Nazaret, waar Hij was
grootgebracht, ging volgens zijn gewoonte op de sabbatdag naar de synagoge en
stond op om voor te lezen. Ze reikten Hem de boekrol van de profeet Jesaja
aan. Hij opende de rol en vond de plaats waar geschreven stond: De geest
des Heren is over mij gekomen, omdat Hij mij gezalfd heeft. Hij heeft mij
gezonden om aan armen de Blijde Boodschap te brengen, aan gevangenen hun
vrijlating bekend te maken, en aan blinden, dat zij zullen zien; om verdrukten
te laten gaan in vrijheid, om een genadejaar af te kondigen van de
Heer. Daarop rolde Hij het boek dicht, gaf het terug aan de dienaar en
ging zitten. In de synagoge waren aller ogen gespannen op Hem gevestigd. Toen
begon Hij hen toe te spreken: 'Het Schriftwoord dat gij zojuist gehoord hebt,
is thans in vervulling gegaan.'
De vrouw besloot: Terwijl ik tranen huilde van vreugde,
begon ik de Heer en de Onbevlekte Maagd te danken, en dat zal ik blijven doen
zolang ik leef.
We kunnen rekenen op de machtige voorspraak van de Moeder
van God in onze geestelijke strijd. De duivel kan haar niet overwinnen, want ze
heeft de macht gekregen om hem te verpletteren, en ze zal deze macht uitoefenen
tot de Dag des Oordeels. Nu is de tijd om haar te aanroepen. De beste manier om
dit te doen is door het bidden van de Heilige Rozenkrans, het is een zeer
krachtig wapen in de strijd tegen Satan, legde een exorcist, Pr Francesco
Bamonte uit. Dat is waarom Maria erop staat dat we de rozenkrans zouden
bidden; de rozenkrans is een gebed dat werkelijk de demon neerslaat. Op
talrijke gelegenheden, heeft Pr Bamonte Maria gesmeekt om hulp, en de persoon
waarvoor hij bad zei: Ze is daar! of de duivel zei: Je kunt niet indenken
wat ik zou doen als ze mij niet zou stoppen!.
Het is iets om over na te denken wanneer je tegen de
machten van het kwade vecht
"Wanneer de kracht van de demon is uitgeput door
razernij, wordt hij een lafaard. Moed is een deugd en de demon heeft geen zon
deugd. Vandaar is hij niet moedig maar wild, juist zolang hij energie heeft.
Van zodra zijn kracht hem verlaat, wordt hij een zwakkeling. "Genade, genade! Oh, wat moet ik lijden!
Genoeg! Genoeg! Ik kan het niet langer uitstaan! Ik ben verloren! Ik ben miserabel!
Heb medelijden met mij en laat me niet langer zo
verschrikkelijk lijden!" Zo is het geschreeuw van de
demon, zelfs de sterkste, van zodra hij overweldigd is.
"De demonen ervaren andere vernederingen die hen furieus doen worden met
razernij. Wanneer ze hun slachtoffers martelen maken ze hen heilig. Ik heb
altijd bemerkt dat deze nobele zielen vlugge schreden maken op de weg van
perfectie. Om de demon te vernederen vermelde ik de vooruitgang dat deze zielen
maakten die hij had gekweld: Kijk naar die ziel, hoe mooi ze is! Je hebt haar
zo mooi gemaakt. Wanneer je naar haar kijkt op het laatste oordeel in haar
luister, kun je glorie halen in het feit en zeggen: Dat is mijn werk! Dit sarcasme zorgde dat hij tierde. Maar
hij bleef verder strijden zolang hij de kracht had. Zijn trots liet hem niet
toe te geloven dat hij zou overwonnen worden, noch dat hij zou falen in het
beschadigen van haar ziel. "Ik
laat mijzelf nooit toe om ontmoedigd te raken," zei hij me. "Zolang als ik kracht heb, zal ik mijn
aanvallen verder zetten. Ik zal mij niet
terugtrekken." "De
demon is bijzonder beschaamd wanneer een van zijn kostbare slachtoffers [die
eerst ver van God was verwijderd] zich bekeert, heilig wordt, en uiteindelijk
vecht om hem van meer zielen te beroven Het is een ondraaglijke marteling voor
de demon om gevangen te zitten in een offerziel en aan haar gebonden te zijn. Het
zicht van dat alles is deugdzaam en veroorzaakt een intense pijn bij hem, want
ik heb dikwijls gehoord dat hij het uitschreeuwde: "Ik zou liever in de hel zijn dat in deze vuile persoon!"
Opnieuw zei hij: "Denk je dat
het plezant is om in dat moeras te zijn en getuige te zijn van al deze daden
van liefde?"
"De demonen smeekten dikwijls: "Laat
me vrij! Laat me vertrekken! Je hebt de macht om het te doen! Dit is werkelijk
een gloeiende oven. Laat me vertrekken!" Ik vroeg hen: "Wie heeft je bij deze persoon opgesloten
"De Maagd," antwoordde hij. "OK," zei ik, "als
zij degene is die je heeft opgesloten, dan is het haar zaak om je te bevrijden
als ze de toelating geeft."
"De gedwongen vereniging van de demon met een offerziel deed hem
uitschreeuwen: "Als ze me maar
zou laten gaan!".Wat
betekent al dit geweeklaag? "Dit is
een gloeiende oven! Ik zou liever in de hel zijn dan in dat huis van
smerigheid," en andere gelijkaardige uitdrukkingen. Dit smeken van de demon met de
exorcist:"Laat me
vertrekken! Laat haar (het slachtoffer) mij vrijlaten!" is een
bewijs van het feit dat de demon een gevangene is van degene die hij eerst
controleerde. Hij drong oorspronkelijk het slachtoffer binnen als een heerser,
in de hoop haar te doen ineen storten. Het heroïsche geduld en oprechte liefde
van de offerziel voor haar missie deed de kracht van de demon breken.
Nadat de strijd verloren is wilde hij ontsnappen uit deze vernederende strijd. Maar
God beval hem: "Blijf daar!"
En hij werd gedwongen om te blijven verder doen. Hij moet het gevecht verder
voeren en mag niet vertrekken uit de ziel tot hij helemaal is overwonnen. Opgesloten
in zijn slachtoffer, kan hij niet langer rondzwerven of mensen kwaad doen zoals
hij zou willen.
"De gevangen demon laat zijn furie los op de levende persoon zoals een
wild dier dat in een kooi zit en probeert er wanhopig uit te geraken. Toch kan
hij niet ontsnappen. Natuurlijk, lijdt de offerziel als de demon niet bevrijd
is. Maar door geduldig de razende demon te verdragen, maakt de offerziel hem
geleidelijk aan machteloos. Hoe
meer de demon voelt dat zijn invloed wegglipt hoe kwader hij wordt. Demonen
geven het toe: "Hoe zwakker ze
zijn, hoe wilder ze worden."
"Naast de mensen die ze hebben gewonnen voor hun kant, gebruiken de
demonen ook geheime organisaties als troepenmacht. Met hun hulp verbreiden de
demonen het kwaad steeds verder zoals een bosbrand. Ondanks deze hulp, weten de
demonen de nutteloosheid van de strijd op voorhand. Ze geven ook hun eigen
nederlaag toe en de ultieme nederlaag van de geheime organisaties in hun
huidige strijd. Ze geven het toe: "We zullen terug in de hel geworpen worden maar we weten niet juist
wanneer. Het uur wordt bepaald door jullie Meester, die ook onze Meester is. Lucifer
is niet onze meester; hij is onze leider." Met Meester
bedoelen ze God.
"God heeft bekrachtigd dat er altijd demonen op de aarde zullen zijn om de
mensheid op de proef te stellen en te testen. Maar de hoofdleiders zullen naar
de hel moeten terugkeren en degenen die overblijven zullen verzwakt worden. Ze
zullen niet langer in staat zijn om de mensen te verleiden. De demonen zeiden
het zelf. Ze zeiden me ook dat eens ze zijn verslagen, de tijd ook zal komen
wanneer de leden van de geheime organisaties zullen vernederd worden.
"De Maagd zal de geheime
organisaties vernietigen. Ze heeft zich reeds tegen hen gekeerd. Jullie zullen
gered worden door de Toren van Babel. Ik neem aan dat met de Toren
van Babel de demon bedoelt dat al de goddelozen een arrogante poging zullen
doen dat zal eindigen in een algemene verwarring tot hun schaamte, net als de
goddeloze mensen van het Oude Testament die probeerden de Toren van Babel op te
richten om hun intrede te doen in de hemel. "De gekruisigde zielen zijn degenen," zei de demon,
"die zullen een oorlog voeren
tegen ons Een gelovige ziel is machtiger dan de hel, maar een gekruisigde ziel
is machtiger dan een duizend hellen." Dan zullen de offerzielen
de vrede terugbrengen in de Kerk wanneer ze hun lijden hebben voltooid.
"Wanneer de demon zijn toekomstige nederlaag opbiechtte dwong ik hem om
meer informatie te lossen In die tijd, zullen we deel hebben in de
barmhartigheid van God, in de plaats van zijn straf? Hij antwoordde Het is echt waar!...en als het niet was
door Haar (H. Maagd) machtige arm ! Is het Haar arm die de arm van God tegenhoudt?Ja, en dat is de reden waarom Ze
offerzielen wenst.
"Van deze ontboezemingen van de demon mogen we besluiten dat de H. Maagd
Maria nobele offerzielen selecteert die willen lijden uit liefde tot God. De H.
Maagd laat hen toe te strijden met de demonen die rondzwerven op aarde en de
Kerk onderdrukken en zielen doen ineen storten.
"De H. Maagd voorziet een oplossing voor al ons groot kwaad op deze
manier: Ze bevrijdt de Kerk en de zielen van de macht van deze duivels; ze
troost en kalmeert het Hart van haar Geliefde Zoon; ze maakt eerherstel voor
Gods Gerechtigheid in plaats van de zondaars en smeekt om Gods genade in hun
naam. Uiteindelijk, verwijdert ze de straffende gerechtigheid van God van ons
of verzacht ze de straffen. Ze vergeet niet de nobele zielen die haar
vergezellen om haar plan uit te voeren. Ze worden geheiligd door het kruis die
ze vrijwillig hebben aanvaard, en door de H. Maagd, wordt voor hen een beloning
voorbereid voor God in evenredigheid met de onderwerping en grootte van hun
liefde.
"Het doel dat gepland is door de H. Maagd Maria zijn van het grootste
belang. Dat maakt het begrijpelijk dat God toelaat dat deze uitverkoren zielen
zich onderwerpen aan de invloed en [soms] de echte bezetenheid van Satan. De
praktische resultaten gewogen in de schaal van een almachtige God zullen het godsoordeel
rechtvaardigen van deze verschrikkelijke beproevingen om Zijn ultieme doel te
bereiken. Het is waar dat er onschuldige zielen worden overgegeven aan de wreedheid
van de demonen. Maar liet God ook Zijn eniggeboren Zoon, die onschuldig was en
heilig, niet toe te lijden en sterven op het kruis om de wereld te bevrijden
van de macht van Satan en de redding van zielen te brengen? Het was niet door
Zijn leer en gebed, maar door Zijn bitter lijden en dood dat Hij ons verloste. En
heeft de H. Maagd Maria niet toegestemd in het offer van Haar Goddelijke Zoon,
toen ze onder het Kruis stond? Heeft Ze haar smarten niet opgeofferd om de
machten van de hel te verpletteren en de redding van zielen te brengen? Ze heeft
haar Geliefde Zoon zo heroïsch voor ons geofferd, en dat doet Ze nu nog altijd
voor ons. Ondanks de sympathie van haar moederlijk hart offert Ze haar
liefdevolle kinderen, de offerzielen, door hen toe te laten te lijden ten
gunste van de Kerk en voor de redding van zielen, met het oog op de glorierijke
overwinning dat Ze bereikt over de machten van de hel.
"Dat is het programma van de
H. Maagd. Wat ik erover heb gezegd is de echte waarheid; het is geen
theorie dat ik heb verzonnen, maar het is een realiteit dat
ik wens kenbaar te maken en de echtheid ervan kan ik definitief bewijzen. De
ontboezemingen van de demonen bewijzen het; de bovennatuurlijke openbaringen
zijn er getuige van.
"Wanneer ik begon met mijn carrière van exorcist schreef ik de details van
de openbaringen op na elk exorcisme. Ik maakte een dagelijkse notitie van de bovennatuurlijke
manifestaties die plaatsvonden gedurende de exorcismen of tussen een serie van
exorcismen. Ik beschouw mezelf als gekwalificeerd om een exacte weergave van de
feiten te geven zoals ze zich ontwikkelden in de tijd zonder mijn notities te
moeten raadplegen. Ik kan exact zeggen wat ze zeiden. Ik heb alles wat ik heb
gezegd gezien en gehoord en ik heb het trouw opgeschreven gedurende de 25 jaar
van mijn dienst als exorcist.
" Het is door het vrijmoedig lijden van de offerzielen dat de H. Maagd
zoekt genoegdoening te bieden voor de beledigingen die gepleegd worden tegen
het H. Hart van Haar Goddelijke Zoon. Ze wenst daarbij Zijn toorn te
verminderen; genoegdoening te brengen voor de Goddelijke Gerechtigheid, en op
die manier genade en barmhartigheid voor de zondaars te verkrijgen. Het is haar
plan om voortdurend strijd te voeren tegen de demonen; om een groot aantal
zielen van hen te beroven, en de hulpeloze demonen terug in de hel te werpen. Het
werk van de offerzielen is een werk van barmhartigheid tegenover de zondaars
evenals een werk van verzoening en genoegdoening voor hun schuld.
~Heilig Hart van Jezus, ontferm U
over ons; Onbevlekt Hart van Maria, bid voor ons!
Maria
verplettert de slanguit:icxcmary.wordpress.com
In Genesis 3:15 vinden we wat soms het proto-evangelie
wordt genoemd. Het is de eerste indicatie van de verlossing van de mensheid van
zonde. Het volgt onmiddellijk op de erfzonde die Adam en Eva veroorzaakt
hebben. Iets belangrijk over God wordt hier geopenbaard: van zodra zijn
kostbaarste schepselen (degenen die hij schiep naar zijn eigen beeld en
gelijkenis) ernstig hun relatie verbraken met Hem door ongehoorzaam te zijn aan
zijn gebod, en zodoende een ernstige straf over zich riepen. De Heer God
bedacht een verlossing uit deze straf voor hun toekomstige nakomelingen. Het
deed Hem pijn hen te moeten straffen (omdat de gerechtigheid dit meebracht),
daarom was zijn hart barmhartig
De tekst van Genesis 3:15 waarin God zich tegen de slang
richt, wordt sinds eeuwenlang vermeld: Vijandschap sticht ik tussen u en de
vrouw, tussen uw kroost en het hare. Het
zal uw kop bedreigen, en gij zijn hiel! De Hemel heeft het bevestigd
wanneer de Moeder van God verscheen aan de H. Catharina Labouré in 1830. Er
waren verschillende elementen in dit visioen, en onder hen was een beeld van
een slang onder Marias voeten. De heilige werd verteld om een medaille te
laten maken volgens het visioen. Deze verschijning van OLVrouw is een van de
weinige die formeel goedgekeurd is door de Kerk na diepgaand onderzoek over
zijn authenticiteit. De realiteit van haar macht over de duivel is ook
belangrijk voor ons begrip van Marias rol in het helpen van onze eigen geestelijke
strijd.
OLV van de Wonderdadige Medaille in Rue du Bac
Wanneer [de H. Paus Pius IX] het dogma van de Onbevlekte
Ontvangenis instelde in 1854 in zijn apostolische constitutie Ineffabilis Deus had
hij het over de H. Maagd Maria die de slang heeft verpletterd.
INEFFABILIS DEUS 8
december 1854 Z. Paus Pius IX
ARTIKEL 1 - Maria, de uitverkoren Maagd
God is onuitsprekelijk, zijn wegen zijn barmhartig en waarheid,
zijn wil is almacht en zijn wijsheid bereikt van grens tot grens alles en
ordent alles in liefde. God heeft van alle eeuwigheid het treurig bederf
voorzien die door Adams overtreding over heel de mensheid zou komen en in de
verborgenheid van eeuwen heeft Hij besloten het eerste werk van Zijn goedheid
in de vleeswording van het Woord te vervolmaken, opdat de mens die door het
bedrog van de duivel tot schuld gevoerd werd, niet tegen Gods barmhartige
bedoeling mocht vergaan. Hetgeen in de eerste Adam verloren ging, werd in de
tweede Adam (Jezus) tot hoger geluk opgericht. God heeft van in het begin en vóór
de aanvang der eeuwen, voor Zijn Eniggeboren Zoon een moeder gekozen en
toebereid. Uit Haar zou Hij het vlees aannemen en in de volheid van de tijden
geboren worden. Hij heeft haar boven alle schepselen aan Zijn liefde deelachtig
gemaakt in zon mate, dat Hij in haar een enig welbehagen gevonden heeft.
Hij heeft Haar boven alle engelen en heiligen uit de schat van Zijn
goddelijke voorraad met alle hemelse genadegunsten wonderbaar begiftigd.
Zodanig dat zij vrij van alle zondesmet is, in heel haar wezen schoon en
volmaakt, een volledige onschuld en heiligheid droeg zoals er buiten God geen is.
Zij schitterde voor altijd met de glans van de volkomenste heiligheid. Ze was
vrij van alle zondesmet, waaronder de erfzonde en zij behaalde de hoogste zege
over het oude serpent. God heeft besloten Zijn enige Zoon uit haar, de hoogwaardige
Moeder, te laten geboren worden. God die Zijn Zoon uit zijn eigen schoot aan
Hemzelf gelijk heeft geboren doen worden en die Hij daarom als Zichzelf bemint,
gaf door Haar Zijn Zoon dat Hij zowel de natuur van de Zoon van de Maagd zou
hebben, als de Zoon van de goddelijke Vader zou zijn. De Zoon heeft zelf haar
uitgekozen om waarachtig Zijn Moeder te zijn. De Heilige Geest heeft dan zo
gemaakt dat de Zoon door haar ontvangen en geboren werd.
ARTIKEL 2 - De heiligheid en verheven waardigheid van Gods Moeder
in de leer van de Kerk
Deze oorspronkelijke schuldeloosheid van de Maagd, waarmee haar
heiligheid en hoog verheven waardigheid van Moeder Gods samenhangen, heeft de
Kerk als een leer die zij van God in bezit heeft verkregen, onophoudelijk
kenbaar gemaakt en voorgedragen. De Kerk is omdat zij altijd door de Heilige
Geest onderwezen wordt, een zuil en grondslag van de waarheid. Deze openbaring
komt van de hemel en is door de Kerk met veel liefde aanvaard. Deze leer
bestond reeds in de oudste tijden en was in het bewustzijn van de gelovige diep
gevestigd door het toedoen van de kerkoversten over de hele katholieke wereld.
Daarom heeft de Kerk dit op het oog gehad, toen zij besloten heeft de
Onbevlekte Ontvangenis van de H. Maagd aan de openbare dienst en verering van
de gelovigen voor te stellen. De Onbevlekte Ontvangenis is van alle andere
mensen helemaal onderscheiden, en moet als heilige feestdag gevierd worden. De
Onbevlekte Ontvangenis van de Heilige Maagd, die met de menswording van de
goddelijke Wijsheid bij eenzelfde Godsbesluit werd vastgesteld, moet zo in het
kerkelijk officie als in de gewijde liturgie van die feestdag gebruikt worden.
ARTIKEL 3 - De Onbevlekte Ontvangenis
De Romeinse Kerk is het middelpunt van de katholieke waarheid en
eenheid, en alleen in deze is de godsdienst ongeschonden bewaard en moeten alle
andere kerken de geloofsoverlevering ontlenen. Daarom moet dit nog eens
benadrukt worden bij de leer van de Onbevlekte Ontvangenis van de H. Maagd.
Daarom bevestigt de Romeinse Kerk de Onbevlekte Ontvangenis van de H. Maagd, haar
verering en leer. De Kerk verdedigt haar, bevordert haar en handhaaft haar.
Hiervan geven een menigte akten van Roomse pausen onze voorgangers getuigenis, die
in de persoon van de prins van de apostelen door de Heer Christus zelf bij
goddelijke beschikking de opperste zorg en macht is toevertrouwd tot het weiden
van de schapen, en het bevestigen van broeders en het regeren en besturen van
de Kerk.
ARTIKEL 4 - De feestviering van de Onbevlekte Ontvangenis
Onze voorgangers hebben het feest van de Ontvangenis krachtens hun
apostolische macht in de Romeinse Kerk ingesteld, en het met een eigen officie
en een eigen Mis, waarin het ontbreken van de erfzonde duidelijk is uitgedrukt,
te eren en op te luisteren; en toen die dienst eenmaal was ingesteld, haar met
alle kracht te bevorderen en uit te breiden, door het verlenen van aflaten, door
steden of provinciën te machtigen om de Moeder Gods bepaald als Onbevlekt
Ontvangen tot patrones te nemen of door kerkelijke goedkeuring te geven aan
broederschappen, congregaties en religieuze orden ter ere van de Onbevlekte
Ontvangenis, of door lof te brengen aan de vrome zin, welke kloosters,
gasthuizen, altaren of kerken onder de titel van de Onbevlekte Ontvangenis
stichtten, of met een eed zich verbonden om de leer van de Onbevlekte
Ontvangenis te verdedigen.
Met grote vreugde hebben zij vastgesteld, dat het feest van de Onbevlekte
Ontvangenis (8 december) voor de hele Kerk van gelijke hoogte als de feestdag
van Marias Geboorte (8 september) zou zijn, en dat het de hele Kerk door als
feest van verplichting en met octaaf zou gevierd worden, en dat jaarlijks op de
feestdag van Maria Onbevlekt Ontvangen de pauselijke kapel in onze patriarchale
basiliek Maria de Meerdere zou gehouden worden. En door dezelfde wens gedreven,
om de leer van de Onbevlekte Ontvangenis in de gelovigen meer en meer zich te
doen hechten, en aan de zin van de verering van de Onbevlekt Ontvangen
Moedermaagd een nieuwe opwekking te geven, verleenden zij steeds graag en met
vreugde, dat men bij de litanie van Loreto en in de prefatie van de Mis, de vlekkeloosheid
van Maria's Ontvangenis zou verkondigden. Wij hebben niet enkel goedgekeurd
hetgeen door hen was verordend, maar wij hebben ook, met het oog op de
verordening van Sixtus IV, aan een eigen officie van de Onbevlekte Ontvangenis
onze bekrachtiging gegeven, en het gebruik aan de hele Kerk toegestaan.
ARTIKEL 5 - Het voorwerp van de viering en de leer werden steeds
voor ogen gehouden
Met duidelijke woorden hebben de pausen geleerd, dat het feest van
de Onbevlekte Ontvangenis van de H. Maagd, de Onbevlekte Ontvangenis moet
gevierd worden en niet de heiliging. Ook een verzwakking van de leer van de
Onbevlektheid van de Ontvangenis is verworpen voor zij die een onderscheid
maakten tussen het eerste moment van de Ontvangenis en een later ogenblik. Ook
werd verworpen degenen die beweerden dat wel de Ontvangenis moest gevierd
worden maar niet die van het allereerste ogenblik. Het is het feest voor de
Onbevlekte Ontvangenis van de H. Maagd, maar ook van die Ontvangenis vanaf haar
eerste moment. Vandaar deze afdoende woorden, waarmee onze voorganger Alexander
VII de ware bedoeling van de Kerk heeft verklaard, "Het is een oude
piëteit van de gelovigen tegenover de Allerzaligste Moedermaagd Maria, dat haar
ziel vanaf het eerste ogenblik van haar schepping en haar instorting in het
lichaam, door een bijzondere genade en voorrecht Gods, om de verdiensten van
Jezus Christus, haar Zoon de Verlosser van de mensheid, van de smet van de
erfzonde vrij bewaard is, en dat zij het feest van haar Onbevlekte Ontvangenis
plechtig houden en vieren". ( )
ARTIKEL 8 - De leer van de Onbevlekte Ontvangenis is altijd door de
godgeleerden onderwezen en door de kerkvergadering van Trente bevestigd
Vervolgens is het aan allen bekend met welke geestdrift de leer van
de Onbevlekte Ontvangenis van de H. Maagd door de aanzienlijkste religieuze
orden, door de meest beroemde godgeleerde academies en de in de goddelijke
wetenschap uitmuntendste leraren is onderwezen, verdedigd en voorgestaan. Ook
weet een ieder hoezeer de kerkoversten er een voorwerp van zorg van gemaakt
hebben om zelfs in kerkelijke vergaderingen openlijk belijdenis af te leggen,
dat de allerheiligste Moeder Gods en Maagd Maria omwille van de voorziene
verdiensten van Christus, de Heer en Verlosser, nooit aan de erfzonde onderworpen
is geweest, maar van de oorspronkelijke smet helemaal bewaard is gebleven en zo
op verhevener wijze verlost is geworden. Hierbij komt nog dat de
kerkvergadering van Trente, toen zij haar dogmatisch decreet over de erfzonde
uitvaardigde, op het gezag van de getuigenissen van de H. Schrift, van de
heilige Vaders en van de meest gezaghebbende Concilies, bepaalde dat alle
mensen geboren worden met de erfschuld, behalve de H. Maagd. De Trentse vaders hebben
toen ook genoegzaam betekend, dat de allerzaligste Maagd van de erfsmet vrij
is, en zo te kennen gegeven dat er niets uit de H. Schrift, noch uit de
Overlevering en de lering van de kerkvaders, iets geldigs kan worden ingebracht
tegen het grote voorrecht van de H. Maagd.
ARTIKEL 9 - Zowel het Oosten als het Westen heeft dit leerstuk
onveranderd bewaard ( )
ARTIKEL 10 - De heiligheid, waardigheid en reinheid van Maria
werden in de loop van de eeuwen in hogere eer gesteld
Aan de Vaders nu en aan de kerkelijke schrijvers die door de
orakelen van de hemel onderricht waren, was niets liever dan in de werken die
zij schreven, hetzij ter verklaring van de H. Schriftuur, hetzij ter handhaving
van de leerstukken van de Kerk of tot onderrichting van de gelovigen, Maria's
hoge heiligheid, haar verheven waardigheid, alsmede haar reinheid van alle
zondesmet en haar roemrijke zege over de afschuwelijke vijand van de mensheid
hoger in ere te stellen. Zij legden de woorden uit toen God bij de aanvang van
de wereld de middelen aankondigde die Zijn liefde ter vernieuwing van de mensen
bereid had. Hij zei: Ik zal vijandschap stellen tussen u en de vrouw, tussen uw
zaak en haar zaad. Op dat moment dwarsboomde God de stoutheid van de
verleidende slang en verlevendigde Hij de hoop in het hart van de mensheid. In
deze Godspraak werd duidelijk aangekondigd dat de barmhartige Verlosser, Jezus
Christus de eniggeboren Zoon Gods zou komen, en bovendien ook zijn Moeder, de
H. Maagd Maria, en dat ook hun beider vijandschap tegen de duivel met kracht
was uitgedrukt. Christus, de Middelaar tussen God en mensen, heeft dan de
menselijke natuur aangenomen en het handschrift van het besluit dat tegen ons
was teniet gedaan op het Kruis. En ook de H. Maagd heeft met Jezus door de
nauwste en onlosmakelijke band verenigd, tegelijk met Hem en door Hem, het
giftige serpent met onbezoedelde voet zijn kop verplet en zo de zegepraal
behaald.
ARTIKEL 11 - De deugden van Maria zag men vele keren in de Schrift
Dezelfde grote zegepraal van de H. Maagd, haar onschuld,
zuiverheid, heiligheid en reinheid van elke zondevlek, evenals de onuitsprekelijke
veelheid en grootheid van alle genaden van de hemel en van deugden en
voorrechten haar geschonken zagen de Vaders ook
in de ark van Noah die op Gods bevel vervaardigd werd en van de
ondergang van de hele wereld werd behouden;
in de ladder die Jacob van de aarde tot de hemel zag reiken, en
waar Gods engelen op en afklommen en waar de Heer op rustte;
in het braambos dat Mozes aan alle kanten branden zag zonder dat
het door de knetterende vuurvlammen verbrand of beschadigd werd, maar voor zijn
oog groeide en bloeide;
in die onoverwinnelijke toren die voor de vijand staat en waarvan duizend
schilden afhangen en de hele wapenrusting van de sterken;
in die gesloten tuin die niet geschonden mag worden, noch door enig
listig overleg bedorven worden;
in de glanzende stad Gods wier grondvesten in de heilige bergen
zijn;
in de eerwaardige tempel Gods die schitterend van goddelijke glans
is van de heerlijkheid van de Heer;
in vele andere beelden, waarin de Vaders geleerd hebben, dat de
verheven waardigheid van de Moeder Gods, haar ongeschonden onschuld en haar onbevlekte
heiligheid is voorzegd.
ARTIKEL 12 - Hierbij werd ook geput uit de profeten, uit de groet
van de Engel en van Elisabeth
Zo ook hebben zij zich van de woorden van de profeten bediend om
het geheel van goddelijke gaven en de oorspronkelijke zondeloosheid van de
Maagd, uit welke Jezus geboren is, te kennen te geven, en haar, als een reine
duif, als het heilig Jeruzalem, de verheven troon van God, de ark van de
heiligmaking, de woonstede welke de eeuwige Wijsheid Zichzelf gebouwd heeft, de
koningin die overvloeiende van geneugten en steunende op haar Geliefde gekomen
is uit de mond van de Allerhoogste geheel volmaakt, schoon en door God geliefd
en door geen vlek van enige besmetting ooit bezoedeld. De Vaders en kerkelijke
schrijvers vestigden hun aandacht er ook op, dat de allerzaligste Maagd door de
engel Gabriël, wanneer deze haar de verheven waardigheid van Moeder Gods
boodschapte, uit naam en op bevel Gods vol van genade genoemd werd, dat de
Moeder Gods geweest is als de zetel van alle goddelijke genaden; een rijk
versierde met al de genadegaven van de goddelijke Geest. Ze was als een
onuitputtelijke schatkamer en een bodemloze afgrond van diezelfde genadegaven;
zodat Zij nooit aan de vloek van de zonde onderworpen was maar zoals haar Zoon
deelgenote was van een eeuwige zegen. Elisabeth zei woorden tot de H. Maagd die
door de Heilige Geest waren ingegeven: Gezegend zijt gij onder de vrouwen, en gezegend is de vrucht van uw
schoot.
ARTIKEL 13 - Maria is boven de lof van Engelen en mensen verheven
De roemrijke Maagd aan welke de Allermachtigste grote dingen gedaan
heeft, door een rijkdom van alle hemelgaven en een volheid van genade te geven,
is zij uitgeblonken door een ongekrenkte onschuld. Zij is als een
onuitsprekelijk Godswonder, het hoogste wonder, en zij was het waardig om Gods
Moeder te zijn. En zij is voor zover dit van enig schepsel gelden kan, van de
Godheid het dichtst bijzijnde, boven het lof van mensen en engelen verheven.
Bij de verdediging van haar oorspronkelijke onschuld en gerechtigheid
vergelijken zij haar niet alleen vaak met Eva die nog maagd, nog schuldeloos,
nog onbedorven is en nog niet door de dodelijke list van de sluwe slang verleid
werd, maar verheffen haar boven Eva. Eva is, door toegevendheid aan de slang, uit
de oorspronkelijke onschuld vervallen én slavin van de verleider geworden,
terwijl de gelukzalige Maagd de oorspronkelijke gaven altijd heeft vermeerderd.
Bovendien heeft Zij de sterkte en macht van het serpent met de door God
geschonken kracht neergeslagen.
ARTIKEL 14 - Zij bleef naar lichaam en ziel vrij van alle zondesmet
Onophoudelijk wordt de Moeder Gods door hen genoemd
een lelie onder de doornen;
een ongerepte, maagdelijke,
onbesmette, onbevlekte aarde altijd gezegend en van alle aanraking van de
zonde vrij, waaruit de nieuwe Adam gevormd is;
een niets missend, hel verlicht
en schoon paradijs van onschuld en onsterfelijkheid en genieting dat door
God zelf is geplant en tegen alle listen van het giftige serpent
beveiligd;
een nooit verwelkende boom die
van de worm van de zonde niet is beschadigd;
een bron zonder slijk en door
de kracht van de Heilige Geest bezegeld;
een goddelijke tempel;
een schatkamer van
onsterfelijkheid;
de ene en enige dochter, niet
van de dood, maar van het leven;
de spruit, niet van de toorn
maar van de genade, die altijd groeit uit de bedorven en aangestoken
wortel, door de voorzienigheid Gods, buiten de vaste en algemene wetten
om, geschoten is.
Citaten uit het Oude en Nieuwe Testament over
demonen
Deut 32:16-17 Zij tartten Hem met
vreemde goden en tergden Hem met gruwelijke beelden; aan geesten
offerden zij niet-goden, godheden die zij nooit hadden gekend, nieuwelingen,
pas opgekomen, die hun vaders nooit hadden geëerd.
Ps 106:37-38 zij brachten ten offer hun
zonen, hun dochters aan de demonen, vergoten schuldeloos bloed, -
het bloed van hun zonen, hun dochters die zij Kanaäns afgoden offerden! -, door
bloedschuld werd de aarde ontwijd.
Lev 17:7 Zij mogen niet langer
slachtoffers opdragen aan de saters, die zij ontuchtig achterna lopen. Dit
is een blijvend voorschrift voor hen, al hun geslachten door.
Jes 13:21 De dieren van de woestijn
hebben er hun rustplaats, de huizen zitten vol uilen, struisvogels wonen er en saters
dansen er in het rond.
Jes 34:14 Woestijndieren en hyena's
komen er samen, saters
ontmoeten elkaar. Ook Lilith vindt er rust, zij woont er ongestoord.
Matt 8:31 De duivels nu smeekten Hem: Als
Gij ons uitdrijft, stuur ons dan in die kudde zwijnen.
Boze en onreine geesten
Openb 16:13 Toen zag ik uit de muil van
de draak en uit de muil van het beest en uit de muil van de valse profeet drie onreine geesten te voorschijn komen in de gedaante van kikvorsen.
Openb 16:14 Duivelsgeesten zijn het, die
wonderen doen en uitgaan naar de koningen van de gehele wereld, om hen te
verzamelen voor de strijd op de grote dag van God, de Albeheerser.
De boze geesten die zoveel mensen bezet
hadden toen de Heer op aarde was, waren demonen, en uit de vermelde gevallen
leren we veel aangaande hen. In de synagoge te Kafarnaüm, waar Jezus leerde,
openbaarde zich een onreine geest in een bezoeker.
Marc 1:23-28 Er bevond zich in hun
synagoge juist een man die in de macht was van een onreine geest en luid begon
te schreeuwen. 'Jezus van Nazaret, wat hebt Gij met ons te maken? Ge zijt
gekomen om ons in het verderf te storten. Ik weet, wie Gij zijt: de heilige
Gods.' Jezus voegde hem dreigend toe: 'Zwijg stil en ga uit hem weg.' De
onreine
geest schudde hem heen en weer, gaf nog een luide schreeuw en ging
uit hem weg. Allen stonden zó verbaasd, dat ze onder elkaar vroegen: 'Wat
betekent dat toch? Een nieuwe leer met gezag! Hij geeft bevel aan de onreine
geesten en ze gehoorzamen Hem.' Snel verspreidde zijn faam zich naar alle
kanten over heel de streek van Galilea.
Deze geest sprak door de mond van de
bezetene. Hij wist wie Jezus was en erkende zijn macht. Hij wist van de straf
die hem in de toekomst wacht. Hij beheerste niet alleen de tong, maar ook het
lichaam van de bezetene: hij liet hem stuiptrekken. Bezetenheid gaat verder dan
beϊnvloeding. De satan en zijn demonen kunnen mensen beϊnvloeden zonder hen te
bezetten. De Farizeeën zeiden dat de Heer demonen uitdreef door Beëlzebul, de
overste van de demonen. De Heer legde dit als Satan uitwerpen door satan uit,
waardoor wij leren dat de demonen dienaren van Satan zijn, en dat Satan als een
sterke man moet worden geboden voor zijn koninkrijk kan worden binnengevallen.
Matt 12:24-29 Maar de Farizeeën die dat
hoorden, antwoordden: Hij drijft de duivels alleen maar uit door Beëlzebul, de
vorst der duivels. Omdat Hij hun gedachten kende, zei Hij tot hen: Elk rijk
dat innerlijk verdeeld is, vervalt tot een woestenij; en geen stad of huis, in
zichzelf verdeeld, houdt stand. Als nu de satan de satan uitdrijft, is hij
met zichzelf in strijd: hoe kan zijn rijk dan standhouden? Bovendien als
Ik door Beëlzebul de duivels uitdrijf, door wie drijven uw zonen ze dan uit?
Daarom zullen zij uw rechters zijn. Maar als Ik door de geest Gods de
duivels uitdrijf, dan is inderdaad het Rijk Gods tot u gekomen. Of hoe kan
iemand binnendringen in het huis van een sterke en zijn huisraad roven, als hij
niet eerst die sterke heeft geboeid? Dan pas kan hij zijn huis leeghalen.
De demonen waren ook sterken, wat
gebleken is door hun behandeling van bezetenen en door de kracht die ze bewezen
door zeven mannen te verwonden en te doen vluchten.
Hand 19:11-16 God deed door Paulus ook
buitengewone wonderen en men nam zelfs de hoofddoeken en het lijfgoed dat hij
gedragen had mee naar de zieken, waardoor de kwalen van hen werden weggenomen
en de boze geesten hen verlieten. Ook een paar rondtrekkende joodse
duivelbezweerders probeerden over hen die door boze geesten bezeten waren, de
naam van de Heer Jezus uit te spreken door te zeggen: Ik bezweer u bij de
Jezus, die Paulus predikt. Het waren de zeven zonen van een zekere
Skevas, een joodse hogepriester, die dit deden. Maar de boze geest gaf hun
ten antwoord: Jezus ken ik, wie Paulus is weet ik ook; maar gij, wie zijt
gij? Toen sprong de man waarin de boze geest huisde,
op hen toe, overweldigde hen allen en zijn kracht was zo groot, dat ze naakt en
overdekt met wonden uit dat huis moesten wegvluchten.
Met rede begiftigd
We weten ook dat ze met verstand en
redeneervermogen begiftigde wezens zijn, want ze kennen de Heer Jezus en bogen
onmiddellijk voor Zijn gezag. Ze weten ook dat hun straf te wachten staat:
sommigen vroegen de Heer tot Hij tot hen was gekomen om hen vóór de tijd te
pijnigen.
Matt 8:28-32 Toen Hij aan de overkant
gekomen was in het land der Gadarenen, liepen Hem twee bezetenen tegemoet; zij
kwamen uit de grafspelonken te voorschijn en waren zeer gevaarlijk, zodat
niemand daarlangs kon gaan. Plotseling begonnen ze te schreeuwen: Wat
hebt Gij met ons te maken, Zoon van God? Zijt Gij hier gekomen om ons voor de
tijd te kwellen? Een eind van hen vandaan was men een grote kudde zwijnen
aan het hoeden. De duivels nu smeekten Hem: Als Gij ons uitdrijft,
stuur ons dan in die kudde zwijnen. Hij zei hun: Gaat heen. En zij
verlieten hen. Nauwelijks hadden zij bezit genomen van de zwijnen, of de hele
kudde stortte zich van de steile oever in het meer en kwam in het water om.
Marc 1:34 Velen die aan allerhande
ziekten leden, genas Hij en Hij dreef tal van geesten uit, maar Hij liet niet
toe dat de boze
geesten spraken, omdat zij Hem
kenden.
Hun kennis over Jezus
In de confrontatie met de Heer Jezus
geven zij er blijk van Hem te kennen: zij noemen Hem de Heilige Gods, Luc
4:34, de Zoon van God, Luc 4:41. Ze weten dat Hij de Christus is, Luc 4:41,
en dat hij hen eens zal in de hel werpen, Luc 4:34.
Luc 4:33-35 Eens bevond zich in de
synagoge een man die bezeten was door een onreine geest en luid begon te
schreeuwen: 'Jezus van Nazaret, wat hebben wij met elkaar te maken? Zijt
Ge gekomen om ons in het verderf te storten? Ik weet wie Gij zijt: de Heilige Gods.' Jezus voegde hem toe: 'Zwijg stil en ga van
hem weg.' De boze geest slingerde hem tussen de mensen en ging van hem weg
zonder hem enig letsel te hebben toegebracht.
Luc 4:41 Uit velen gingen ook duivels
weg, die schreeuwden: 'Gij zijt de Zoon van God.' Hij gaf een streng
bevel en liet niet toe dat zij spraken, want zij wisten dat Hij de Messias was.
Verleidende geesten
We worden aangemaand geesten, valse
profeten, die tot ons komen te beproeven:
1 Joh 4:1-3 Vrienden, vertrouwt niet
elke geest. Onderzoekt de geesten, of ze wel van God komen, want onder hen die
tot de wereld zijn uitgegaan zijn veel valse profeten. Hieraan onderkent
gij de Geest van God: iedere geest die belijdt dat Jezus Christus werkelijk
mens is geworden, is van God; maar iedere geest, die Jezus neerhaalt, is
niet van God, en dat is de eigenlijke antichrist'. Men heeft u gezegd dat hij
komen zou, maar hij is reeds in de wereld, nu al.
Met deze aanmaning stemt de mededeling
in 1 Tim 4:1-2 overeen:
De Geest zegt nadrukkelijk, dat in de
laatste tijden sommigen zullen afvallen van het geloof, omdat zij gehoor geven
aan dwaalgeesten en demonische leringen, verleid door huichelachtige
leugensprekers, wier geweten met een brandijzer is toegeschroeid.
Spiritisten en theosofen hebben contact
met verleidende geesten en worden door hen geleerd.
Demonen en natuurverschijnselen
God draagt, onderhoudt en bestuurt de
waarneembare schepping. En onder Gods toelating speelt zijn tegenstander,
satan, ook een rol van veroorzaker van natuurfenomenen. Dat de geest op stof
kan inwerken bewijzen wijzelf. Onze onstoffelijke geest staat in wisselwerking
met ons stoffelijk lichaam.
Boze geesten kunnen aardse fysische
gebeurtenissen beϊnvloeden.
Job 2:7-8 En Satan verliet de
vergadering. Hij sloeg Job met kwaadaardige zweren van voetzool tot
kruin. Job krabde ze af met een scherf, gezeten in as en vuil.
Ook de eerdere rampen die Jobs
veestapel en kinderen overkwamen, lijken door satan veroorzaakt te zijn. God
gaf hem tijdelijk zulk een vrijheid van handelen ten opzichte van Job. De
occulte tovenaars van Egypte konden staven in slangen veranderen, water in
bloed veranderen en een kikkerplaag veroorzaken. Het Beest uit de aarde zal
vuur uit de hemel laten neerdalen op aarde. Openb 13:13
Afgoderij en demonen
De H. Schrift openbaart dat afgoderij
in wezen aanbidding van demonen is, de afgod zelf is niets.
Deut 32:17; 1 Kor 10:19-20 Ze offerden
aan demonen, niet aan God.
Lev 17:7; Openb 9:20 Zij zullen niet
meer hun offers aan demonen brengen.
2 Kron 11:15 Jerobeam was zo diep
gezonken omdat hij priesters had aangesteld voor de demonen en voor de kalveren
die hij gemaakt had.
Ps 106:37 Sommige Israëlieten offerden
hun zonen en hun dochters aan de demonen.
1 Kor 10:19-21 Achter de aanbidding van
afgoeden en afgodsbeelden zitten boze, onreine geesten, zodat het zedelijk
onmogelijk is om gemeenschap te hebben met de Heer Jezus en met deze demonen.
Deut 32:16-17 Zij tartten Hem met
vreemde goden en tergden Hem met gruwelijke beelden; aan geesten
offerden zij niet-goden, godheden die zij nooit hadden gekend, nieuwelingen,
pas opgekomen, die hun vaders nooit hadden geëerd.
Toekomst
In een toekomstige tijd, wanneer God
Zijn oordelen over de aarde zal brengen, zullen de mensen zich niet bekeren,
maar demonen en allerlei afgoden blijven aanbidden, Openb 9:20. De geesten van
demonen zullen door tekenen de koningen van de aarde verzamelen tot de oorlog
op de grote dag van de almachtige God, Openb 16:14. En Babylon, het valse
godsdienstige stelsel van de eindtijd, zal zijn de woonplaats van demonen, en
een bewaarplaats van alle onreine geesten, en een schuilplaats van alle onrein
en verfoeilijk gevogelte. Openb 18:2
Wanneer Jezus zijn vrederijk vestigt op
aarde, zullen de demonen worden opgepakt en in de hel, die voor hen en de satan
is bereid, worden geworpen. Ze zullen in het verderf worden gestort. Ze weten
dat hen deze straf te wachten staat.
Marc 1:24 'Jezus van Nazaret, wat hebt
Gij met ons te maken? Ge zijt gekomen om ons in het verderf te storten. Ik
weet, wie Gij zijt: de heilige Gods.'
De Maagd Maria, de offerzielen en de demonen 30
jaar van ervaringen als een exorcist vertelt in zijn eigen woorden door Rev.
Theodore Geiger.
In Maria verplettert de Slang lezen we:
De H. Maagd Maria heeft een klein leger van nobele zielen geselecteerd die
bereid zijn alles te lijden en zich vrijwillig aan God te offeren als een
holocaust in de verzoening van zielen. Ze heeft hen geselecteerd om rechtstreeks
te vechten tegen de demonen. Ze zullen de macht van Lucifers legioenen breken
op aarde en zullen hen beroven van een heel deel slachtoffers die hij reeds als
de zijne aanzag.
"Deze geselecteerde zielen zullen moedig de aanvallen van de demonen
dragen. Ze zullen bezetenheid lijden om de zielen van de medemens te bevrijden
van het juk van de boze. Ze nemen de plaats in van de schuldigen om hen te
bevrijden van de macht van de demon die hun begrip heeft verduisterd en die
probeert hun misleide wil te verharden. Het is een wereldwijde strijd tussen de
wreedheid van de demon en de liefde van de offerziel voor het kruis.
"De offerzielen verduren lichamelijke lijden evenals directe aanvallen
tegen de fijngevoelige machten van de ziel. Ze zullen echter overwinnen met hun
geestelijke helpers. Hun lagere natuur zal verpletterd worden door demonische
martelingen, maar hun hogere geestelijke natuur zal triomferen over de
boosaardige geesten door hun vrijmoedige onderwerping aan het lijden. Hun
geestelijke machten zullen toenemen naarmate hun lijden toeneemt die ze
verdragen, want in elk liefdevol lijden zullen ze een toename van liefde
ontvangen.
"De macht van de demonen zal geleidelijk verminderen, tenminste uiterlijk.
Al hun energie zal uitgeput raken
in hun hevige aanvallen tegen deze offerzielen. Zou de offerziel
standhouden in haar offer, dan zal haar invloed toenemen, en dat van de demon
zal geleidelijk verminderen. Daaruit volgt dat de offerziel zal overwinnen en
de vijand volledig verpletterd zal zijn. De strijd tussen zon offerziel en de
demon is een echt duel tot de dood. Ze zijn als twee gladiatoren die gedwongen
zijn te vechten tot een slachtoffer valt in de strijd. De demon is vol haat
tegen al wat goed is.
"Bij jullie is alles liefde, maar bij ons is alles haat. Hij houdt van de slechten enkel uit haat voor
het goede. Een demon vertelde me dat hij mensen verleidt tot verschillende
ondeugden niet omdat hij van deze ondeugden houdt, maar omdat hij hun deugden
verafschuwt. Wanneer hij een deugdzame of welwillende ziel ziet die God kan
gebruiken om iets kostbaars te voltooien, wordt zijn haat aangestoken en
probeert hij alles te doen om die ziel van haar deugden te beroven en probeert
hij het haar onmogelijk te maken iets goeds te doen. Hij kan niet voorspellen
wat de resultaten van zijn aanvallen zullen zijn. Hij zei me: "We weten
niet waar we zullen uitkomen." Hij gebruikt elke kans om kwaad te
doen en jaagt blindelings zijn haat tegen het goede na zonder te weten waar hij
met zijn woede en zijn streven naar het kwaad zal uitkomen.
"Geleid door
trots hoopt hij altijd op succes en overwinning. "Ik ben te
hoogmoedig," zei hij, "om te geloven dat ik zal falen
in mijn poging." Daarom doet hij blindelings voort en tot zijn
eigen schaamte is hij een instrument in het brengen van veel goeds. De demon
zelf vertelde me dat er vele dingen zijn die gij niet zou doen als hij op
voorhand zou weten wat het resultaat is. Al deze verklaringen werden opgenomen
in een echte strijd van demonen met hun slachtoffers.
"De demon is zich bewust van deze deugdzame zielen die offerzielen zijn en
hij weet dat ze veel goeds kunnen doen. Gedreven door haat valt hij hen aan
zonder te weten wat de gevolgen zullen zijn, maar hij twijfelt niet aan zijn
eigen succes. Hij heeft ze onder zijn controle om hen te doen vallen en om God
hun eer te ontnemen. God laat dit toe, maar eens de demonen vrijmoedig heeft
ondernomen deze zielen aan te vallen, dwingt God Zijn afgezanten de strijd
voort te zetten tot het einde. De demon zal ofwel overwinnen of neergeslagen
worden. Hij zei mij:"Het
lijkt alsof God ons zegt: Ga ervoor! Ik moet verder
doen. Ondanks zijn trots
om een strijd aan te gaan voor een mogelijke overwinning, weet hij en geeft hij
toe dat liefde zal winnen. "Omdat," zegt hij,
"liefde machtiger is dan haat."
"De strijd van deze offerzielen tegen de demonen brengt de heiliging van
deze zielen met zich mee. De demon verklaart dat een bepaald aantal van zielen
onder de heerschappij is van elke demon die ronddwaalt op aarde. Het doel is
niet de demonische bezetenheid zelf, maar eerder de controle over de ziel door
zonde en een gewillige aanhang aan het kwaad. Hij aanziet deze zielen als zijn
oorlogsbuit, omdat hij hun hart verduistert en daarbij maakt hij hun terugkeer
naar het goede bijna moreel onmogelijk.
"Over deze zielen wiens wil onderworpen is aan zijn controle zegt de
demon: "Wanneer ik de wil van een individu heb, dan bespot ik jullie
God." Toch geeft hij toe dat de bekering van die ziel niet
onmogelijk is. Ze kunnen berouw tonen, maar het is zeer moeilijk.
"Gelukkig zijn
er offerzielen die zich meester maken van deze gekwelde zielen vanonder de
greep van de demon. Als ze niet allen op deze manier worden bevrijd, zijn er
toch een groot deel zo bevrijd:
Volgens de bekentenissen van de demonen, verliezen ze hun macht in de strijd
met deze offerzielen. Niet alleen verliezen ze het slachtoffer, maar ze worden
ook hulpeloos gemaakt. Ze verliezen ook controle over de zielen die hun slaven
geworden zijn door zonde. Nadat ze bevrijd werden kunnen deze zielen voor wie
de offerzielen hebben geleden en verzoening hebben gebracht voor de Goddelijke
Gerechtigheid, opnieuw genieten van Gods barmhartigheid en kunnen ze zich
gemakkelijk bekeren. De duivel heeft dan niet langer macht om hen tegen te
houden.
"Ik vroeg aan een overwonnen demon die gedwongen was om alle zielen te
bevrijden die hij in slavernij van zonde hield: "Zijn al deze zielen
bekeerd?" Waarop hij antwoordde : "Sommigen zijn inderdaad
bekeerd; de anderen kunnen zich bekeren als ze willen." De hulpeloze demonen blijven in hun slachtoffers achter als in een
gevangenis, zonder de mogelijkheid te hebben ergens anders te gaan, of extern
actief te zijn. Ze wachten op de nederlaag van hun hele groep, wat gebeurt als
hun leider volledig overwonnen is. Van zodra hun leider alles verloren heeft
dat hij en zijn metgezellen hebben bezeten op aarde, moet hij terugkeren naar
de hel, en moet hij al zijn volgelingen meenemen. Want de demonen zeiden mij: We
kunnen niet op aarde blijven als we hier niet langer de controle uitoefenen."
"Een demon deed de volgende bemerking nadat ik hem had gedwongen om een
non te verlaten over wie ik een exorcisme had uitgevoerd: "Laat me
hebben wat ik bezit op aarde en ik zal haar onmiddellijk verlaten. Maar als ik uit
haar moet vertrekken, dan moeten we alles opgeven en terugkeren naar de hel. Omwille
van deze reden laat God ons toe om ons tot het allerlaatste te verdedigen."
"De demonen beweren dat de zonden van de mens hen macht over hen geven. Ze
zeggen dat God demonen toelaat om te houden wat ze hebben overwonnen door de
misleide wil van de mens, en enkel de vrije wil van de mens kan van hen
wegnemen wat de vrije wil van de mens hen heeft gegeven. Door het vrijwillig
lijden van de offerzielen worden de demonen beroofd van wat de mensen hen
gegeven hebben door zonde.
"Gedurende het exorcisme van een offerziel vroeg ik de demon wanneer het
lijden van dit slachtoffer zou ophouden. Hij antwoordde dat het volledig afhing
van de offerziel zelf. Ze moest enkel het verlangen hebben haar lijden te beëindigen
en de demonen gerust laten in plaats van tegen hen te strijden om ze te beroven
van gevangen zielen. "Ze zou bij haar geliefde (Jezus) moeten
blijven, zei de demon van
het slachtoffer, "en we zullen haar in vrede laten Waarombemoeit ze zich in onze familie? Omdat ze het
niet anders wilt. Ze is er tevreden
mee."
"De demon geeft
toe dat de offerziel wilde lijden en dat door dit lijden ze in het rijk van de
demon binnendrong en zielen roofde van hem. Volgens de demonen is het de
Heilige Maagd die de lijdende zielen tegen de demonen leidt en hen dwingt te
strijden tegen de offerzielen tot ze overwonnen zijn. De H. Maagd verbindt een
leider aan een offerziel. Wanneer een groep hulpeloos is gemaakt, volgt een
andere om hetzelfde lot te ondergaan
"Dat een zwak menselijk schepsel, een offerziel, hen overweldigt vernedert
de trots van de demonen. "Zij (de H. Maagd) zou zelf moeten komen om
ons te verpletteren," schreeuwde de overwonnen en vernederde demon,
"maar te denken dat twee zwakkelingen zoals jij en zij (de exorcist
en het slachtoffer) mij op zon manier vernederen !"
Hoop is een noodzakelijk onderdeel voor een volledig,
vervuld leven als christen. Er is het gezegde Waar hoop is, is leven, of
Hoop doet leven. Daar zit volgens mij veel waarheid in. Maar laat ik zeggen
dat het omgekeerde ook waar is: Waar geen hoop is, daar is geen leven. Naar mijn mening is hopeloosheid één van de
meest trieste dingen die een mens kan meemaken. Ik kan me moeilijk iets
droevigers en uitzichtlozers voorstellen dan wanhoop en toch, ontelbare
miljoenen mensen in onze wereld vandaag zijn hopeloos. Maar gelukkig, je hoeft
niet hopeloos te zijn en je kan zelfs anderen helpen om uit die beproeving te
komen!
Samenwerken
Om ons begrip van hoop te vergroten, kijken we naar 1 Tess
1:2-6. In deze passage laat Paulus een beeld zien van Gods volk, de christenen
van Thessalonica, die genieten van hun hele erfenis. Ze hebben geloof, ze
hebben hoop en ze hebben liefde. Let erop dat hij alle drie deze deugden
vermeldt en dat hij God voor hen dankt. Dit is wat Paulus zegt:
Wij zeggen God dank voor u
allen, telkens wanneer wij uw naam noemen in onze gebeden. Onophoudelijk
gedenken wij voor het aanschijn van God, onze Vader, uw werkdadig geloof, uw
onvermoeibare liefde en uw standvastige hoop op onze Heer Jezus
Christus. Wij weten, broeders, dat God u liefheeft en dat gij door Hem
zijt uitverkoren, want wij hebben u het evangelie verkondigd niet alleen
met woorden maar met kracht en heilige Geest en volle overtuiging. Gij weet
trouwens zelf wel hoe ons optreden bij u is geweest: het was gericht op uw
heil. En gij van uw kant zijt navolgers geworden van ons en van de Heer,
toen gij het woord hebt aangenomen onder allerlei beproevingen en toch met
vreugde van de heilige Geest.
Het is duidelijk dat de geestelijke gesteldheid van deze
christenen in Thessaloniki Paulus ervan overtuigde dat zij echt mensen waren
die in God waren. Wat hij in hen zag waren deze drie voortdurend aanwezige
realiteiten: geloof, liefde en hoop. In het woord van goedkeuring dat hij over
hen uitspreekt, gebruikt hij een aantal karakteristieke woorden om te
beschrijven wat er aan elk van deze waarheden zo bijzonder is. Hij heeft het
over het werkdadig
geloof, de onvermoeibare liefde en de standvastige hoop. Tegen
christenen in Thessalonica zegt hij: de standvastigheid van (jullie) hoop. We
zien dus dat hoop volharding, vasthoudendheid, standvastigheid,
uithoudingsvermogen voortbrengt. Zonder deze kwaliteiten van
uithoudingsvermogen, standvastigheid en volharding die hoop produceert, zouden
we gemakkelijk de eerste twee deugden namelijk geloof en liefde kunnen
verliezen.
De bron van hoop
Hoe kunnen we deze hoop verkrijgen? Het antwoord is dat
hoop het directe resultaat is van de wedergeboorte. Ze is het directe gevolg
van het door de Heilige Geest wederom geboren worden door geloof in Jezus
Christus. Hoop komt niet door gewoon algemeen geloof in Jezus Christus, maar
eerder een specifiek geloof in Zijn dood, begrafenis en opstanding. Deze
waarheid bevestigt de apostel Petrus in zijn eerste brief:
Gezegend is God, de Vader van
onze Heer Jezus Christus, die ons in zijn grote barmhartigheid deed herboren
worden tot een leven van hoop door de opstanding van Jezus Christus uit de dood.
(1
Petrus 1:3)
Let op die erg belangrijke zin: herboren worden tot een
leven van hoop door de opstanding van Jezus Christus uit de dood Dit leert ons
dat als wij geloven in de dood van Jezus Christus en Zijn opstanding we geboren
worden in een levende hoop. Hoop komt in ons door de verrijzenis van Jezus
Christus uit de dood. We moeten deze ultieme, historische basis voor alle hoop
goed begrijpen. De basis voor
werkelijke, blijvende hoop is de opstanding van Jezus. Zonder de
opstanding van Jezus, zou het leven hopeloos zijn. Het is de opstanding van
Jezus die ons in een levende hoop brengt.
Hoop gaat door
Het is belangrijk om ons te realiseren dat deze hoop moet
blijven doorgaan tot de voltooiing van onze redding. We zien een andere
essentiële waarheid in dezelfde brief van Petrus, vers 13:
Weest daarom wakker en actief,
weest nuchter, vestigt heel uw hoop op de genade die uw deel wordt, wanneer
Jezus Christus zich zal openbaren.
Wat Petrus hier zegt, is dat het proces van redding nog
niet compleet is. Het zal uiteindelijk pas volledig voltrokken worden bij de
Tweede Wederkomst van Jezus Christus. Intussen moeten wij onze hoop volledig
stellen op die toekomstige gebeurtenis. Terwijl wij onze weg gaan door dit
leven, moeten wij aan dit bevel van Petrus gehoorzamen. Wij moeten onze hoop
volledig stellen op de genade en zegen die ons ten deel zal vallen door de
terugkomst van Jezus in heerlijkheid.
Tot het einde
Zoals dit belangrijke principe, brengt de schrijver van
Hebreeën een ander belangrijk facet van hoop naar voren in Hebreeën 3:6:
Christus echter is getrouw als zoon, aangesteld over het
huis van God. En dat huis zijn wijzelf, als wij tenminste ons vertrouwen en de
hoop die onze trots is ongeschokt bewaren tot het einde.
Let er opnieuw op dat deze hoop moet worden vastgehouden
tot het einde toe. We mogen ons hopen niet opgeven, totdat die vervuld is door
de gebeurtenis. Dat is waarom de schrijver van Hebreeën de aansporing hierboven
geeft. Om deel te zijn van het volk van God, moeten we ons vertrouwen en de
vrijmoedigheid van onze hoop vastberaden vasthouden tot het eind.
De soort hoop die we moeten vasthouden is geen passieve,
innerlijke verwachting. Nee, het is eerder heel sterk, heel zelfverzekerd, vol
vertrouwen. Het is een hoop die het uitroept, die vrijmoedig de Heer roemt.
Deze opdracht om uitdrukking te geven aan onze hoop en zo die hoop in stand te
houden, is deel van wat God voor ons heeft voorzien. De voortdurende verklaring
van onze zekere verwachting van de komst van de Heer Jezus en de opstanding uit
de dood - tot het einde van ons leven of de komst van Jezus Christus. Uit:
www.derekprince.nl
Hoop is een bovennatuurlijke deugd waarbij we
vertrouwensvol Gods belofte verwachten, het eindeloze geluk van de Hemel en de
noodzakelijke middelen om het te bereiken. Om overtuigd te zijn van de
onschatbare waarde van deze deugd, en het voortdurend in praktijk brengen
ervan, is het goed om de doelstelling van onze hoop te overwegen. Het eerste
doel van onze hoop is het bezit van God in de Hemel. De hoop om God eeuwig in
de Hemel te bezitten is verenigd met liefde, want enkel in de Hemel zal de
voltooiing en perfectie van liefde gevonden worden. Volgens de leer van de H.
Thomas sluit liefde de hoop op een beloning die God heeft voorbereid voor ons
in de Hemel niet uit. Want God alleen is het doel van het eeuwig geluk voor de
uitverkorenen.
Het goede waar ik op hoop, zegt de H. Franciscus van
Assisi is zo groot dat alle lijden voor mij een plezier wordt. Dit verlangen
is een daad van perfecte liefde. De H. Thomas leert ons dat de hoogste graad
van liefde wat een ziel op aarde kan bereiken is een vurig verlangen naar de
Hemel, om daar verenigd te zijn met God en Hem voor eeuwig te bezitten.
Kardinaal Bellarmine denkt dat in het Vagevuur er een plaats is waar zielen
geen pijn door de zintuigen ervaren, maar gemarteld worden enkel omdat ze de
aanwezigheid van God missen. De H. Gregorius, de H. Vincent Ferrer, de H.
Brigitta en de H. Bede noemen een aantal omstandigheden op waar de zielen
worden gemarteld niet op basis van hun zonden, maar omdat ze geen verlangen
hadden naar de Hemel. Er zijn zielen die streven naar perfectie, maar zonder
enig speciaal verlangen om de aarde te verlaten en verenigd te zijn met God.
Maar sinds het eeuwig leven een kostbare schat is dat Jezus Christus voor ons
heeft gekocht door Zijn dood, moeten de zielen die maar een zwak verlangen
hadden later lijden hiervoor. Er zijn drie dingen noodzakelijk voor het
bereiken van het eeuwig leven: de vergeving van onze zonden, de overwinning
over bekoringen en de kroon van alle genaden: een heilige dood. Deze drie zaken
zijn de voorwerpen van onze hoop.
De
vergeving van onze zonden
Aan elke zondaar die berouw toont, belooft God vergeving.
God zal een berouwvol en nederig hart niet weigeren. Het is Jezus Christus,
onze Verlosser die het oordeel zal vellen, maar het zal ook onze liefdevolle
Verlosser zijn die om ons te redden van de eeuwige dood, zichzelf heeft
overgeleverd aan de dood, en dit nu handelt als onze voorspreker bij de Vader
in de Hemel. We moeten dus niets vrezen, zegt de H. Thomas van Villanova,
zolang we onze zonden haten. In de openbaringen van de H. Maria Magdalena de
Pazzi lezen we dat op een dag God tot haar sprak: Door de wraak die Ik
uitwerkte op het lichaam van Mijn Zoon, veranderde Mijn gerechtigheid in
genade. Zijn Bloed schreeuwt niet om wraak, zoals het bloed van Abel; het
vraagt om barmhartigheid, en Mijn gerechtigheid kan zijn smeking niet
weerstaan. Het bloed van Jezus bindt de handen van Gerechtigheid zodat ze niet
kunnen opgeheven worden om te straffen.
Overwinning
over bekoring
Om ons overeind te houden in de genade van God is het
noodzakelijk om onze hoop te plaatsen op de verdiensten van Jezus Christus, en
niet te bouwen op onze eigen kracht. We moeten ons vertrouwen niet stellen op
onze goede voornemens. Met Zijn hulp zullen we volhouden. Er zullen keren zijn
wanneer bekoringen zo hevig zijn dat de zonde onvermijdelijk lijkt, maar dan
mogen we onze moed niet verliezen en ons haasten naar de gekruisigde Jezus.
Alleen Hij kan ons helpen. De Heer laat soms zon stormen van bekoringen toe,
zodat we onze eigen zwakheid ondervinden en dat we onze miserie erkennen en
niet vertrouwen op onszelf maar in God, die de doden verrijst (2 Kor 1:9). We
moeten dan nederig om Zijn hulp vragen zodat we ons niet overgeven. Dan geeft
Hij in Zijn genade ons de kracht om onze vijanden te weerstaan.
Een goede
dood
We hopen op de genade van een goede dood. Het uur van de
dood is voor ons de tijd van de grootste benauwdheid. Jezus alleen kan ons de
kracht geven om te lijden, met geduld en verdiensten, en de beproevingen op dit
laatste beslissende moment te verduren. Bij het naderbij komen van de dood
hebben we meer dan ooit te vrezen voor de aanvallen van de Hel. Hoe dichter we
bij ons doel komen, hoe meer de Hel er naar zal streven om te voorkomen dat we
in de Hemel geraken. De Heer wenste de menselijke natuur en zijn miserie te
ervaren, zodat hij beter medelijden met ons kon hebben. Op deze manier kon Onze
Heer ons beter bijstaan om ons te helpen in alle bekoringen van het leven, en
vooral in het uur van de dood.
Beweegredenen
voor onze hoop
De eerste vinden we in de beloften die door God gedaan
zijn. Op bijna elke bladzijde in de H. Schrift vinden we redenen om te hopen op
de Heer. We lezen er dat God eeuwige redding belooft en de middelen om het te
bereiken als je in Hem gelooft en bidt: Amen, amen, Ik zeg jullie: als je de
Vader iets in mijn naam vraagt, zal Hij het je geven. (Joh 16:23). De beloften
worden aan alle mensen gegeven zonder uitzondering. De Hemel en de aarde zullen
voorbijgaan, maar de woorden en beloften van God zullen niet voorbijgaan. Laten wij onwrikbaar
vasthouden aan de belijdenis van onze hoop, want Hij die de beloften deed is
betrouwbaar. (Hebr 10:23)
De tweede beweegreden van onze hoop is het oprechte
verlangen van onze Heer om ons gelukkig te maken. God houdt van alle mensen,
Hij moet dus ook verlangen dat alle mensen het eeuwige geluk bereiken, want dit
is het hoogste en enige goed van de mens sinds het het doel is waarom de mens
is geschapen. Maar
nu, bevrijd van de zonde en dienstknechten geworden van God, oogst gij
heiligheid en tenslotte eeuwig leven. (Rom 6:22) De Heer wil niet dat iemand
verloren gaat, maar dat ze boete doen en gered worden. We moeten onszelf niet
veroordelen tot eeuwige verdoemenis.
De derde beweegreden is dat we de verdiensten van Jezus
Christus hebben gekregen. Door onze zonden hebben we een goede reden om de
eeuwige dood te vrezen, maar we hebben nog meer reden om te hopen op het eeuwig
leven door de verdiensten van Jezus Christus. En ze zijn krachtiger om ons te
redden dan dat onze zonden zijn om ons te vernietigen. Hij heeft de straf van
God op het Kruis genageld en het uitgeveegd met Zijn Kostbaar Bloed. We kunnen
dus hopen op vergeving en op eeuwige redding. Het enige dat we moeten doen is
naar Jezus gaan en vragen dat Hij ons helpt. Hij is het die genade kan
schenken. De verdiensten van Jezus hebben voor ons de schat van God geopend
voor ons doordat Hij voor ons het recht heeft verdiend op alle mogelijke genaden
die we maar kunnen wensen.
Een vierde beweegreden is de machtige voorspraak van Maria
onze Moeder. De H. Bernardus zegt dat we toegang hebben door de Eeuwige Vader
door Zijn Goddelijke Zoon, die de bemiddelaar is in gerechtigheid. Maar we
hebben toegang tot de Zoon door Zijn heilige Moeder, die de middelares is van
genade en die, door haar voorspraak voor ons verkregen heeft wat Jezus heeft
verdient door Zijn dood. Alle deugden en genaden die we ontvangen van God komen
tot ons door de voorspraak van Maria. Dit heeft God zo gewild. De H. Bernardus
roept ons op om voortdurend ons tot Maria te wenden, omdat haar verzoeken zeker
worden beantwoord. Zij is de ladder van veiligheid voor de arme zondaars. De
heilige noemt Maria zijn grootste zekerheid en de enige grond van zijn hoop.
Hij die deze goede Moeder liefheeft en zich onder haar bescherming plaatst kan
zeggen met de H. Bonaventuur: Ik ben verheugd want mijn vonnis op het laatst
Oordeel hangt af van Jezus, mijn Broeder en op Maria, mijn Moeder.
Eigenschappen
van onze hoop
Eerst en vooral moet onze hoop vast zijn en onwankelbaar.
Er is een verschil tussen menselijke hoop en Christelijke hoop. Menselijke hoop
is altijd verbonden met de vrees dat degene die een belofte gedaan heeft zijn
gedacht zal veranderen. Christelijke hoop, daarentegen, die kijkt naar de
eeuwige redding, heeft geen twijfel of vrees dat God Zijn belofte houdt. De
Heer verleent ons met plezier het eeuwig geluk, en Hij heeft het belooft aan
alle die Zijn geboden onderhouden.
Ten tweede moet onze hoop enkel en alleen op God gebaseerd
zijn. Dat wil echter niet zeggen dat Maria hierbuiten staat. Jezus verlangt om
ons te verrijken met Zijn genaden; maar als een groot vertrouwen van onze kant
nodig is om ze te verkrijgen, heeft Hij om ons vertrouwen te vergroten, ons
Zijn eigen Moeder gegeven als onze Moeder en Middelares om ons te helpen.
Daarom wenst Hij dat onze hoop op redding en van alle deugden en genaden in
haar gesteld wordt. Door Maria te aanroepen met vertrouwen, is het niet dat we
de barmhartigheid van God niet vertrouwen, maar gewoonweg dat we onze
onwaardigheid vrezen.
Ten derde moet onze hoop een actieve hoop zijn. We moeten
handelen alsof het verkrijgen van onze redding volledig van onszelf afhangt, en
toch al ons vertrouwen in God stellen en ervan overtuigd zijn dat we niet in
staat zijn ons verlangen te bereiken. God voltooid alles door middel van Zijn
genade, maar Hij verlangt toch onze medewerking. We moeten dus bidden en de
Geboden van Christus navolgen.
Boodschappen aan Mario te Brindisi : tot en met 5/11
Ik
nodig jullie uit om al Mijn boodschappen te beleven want zij zullen jullie
vervullen van zuivere Liefde, Mijn moederlijke liefde.
5 oktober 2017 : De Moeder van Verzoening aan
Mario dIgnazio in de Gezegende Tuin van de wijk Santa Teresa, Brindisi
Vandaag wenste het heilige Hemelse Hof om ons met eindeloze
liefde te overstromen en liet ons allen deze buitengewone gebeurtenissen intens
beleven: de verschijning van de Madonna, het afscheiden van de heilige olie, de
verschijning van Jezus die mij de Heilige Eucharistie gaf.
Mario: Vlak voor het begin van de heilige Rozenkrans stond
ik bij het beeld van de Heilige Michael en ik begroette enkele pelgrims uit
Duitsland die gekomen waren om de Maagd van de Verzoening te eren en daarna
verscheen Onze Heer Jezus. Hij was helemaal gekleed in het wit en werd omgeven
door een immens licht, een licht dat niet kan beschreven worden met een
bestaande kleur. Nadat Hij mij met het kruisteken zegende en mij de Heilige
Eucharistie gaf zei Hij:
Ik zegen je in Mijn
Heilige Naam. Ik ben Jezus, de Goede Herder.
Mijn zoon, ontvang
Mijn Heilig Lichaam en aanbid Mij.
Ik wens dat de
kleine kudde trouw blijft aan Mijn Heilig Evangelie van Leven en dat ze zich
voeden met Mij, het Hemels Brood. Zij die zich met Mijn Heilig Lichaam voeden,
zullen eeuwig leven.
De Maagd Maria verscheen helemaal gekleed in het wit,
gekroond door twaalf schitterende sterren en met een lange rozenkrans aan Haar
rechterarm. De Madonna was buitengewoon stralend. Zij heeft de mensen allemaal
gezegend en naar hen gekeken met ogen van oneindige moederliefde. De Heilige
Moeder heeft gezegd:
Geloofd zij Jezus
Christus.
Lieve kinderen, Ik
wil nog lang bij jullie blijven en jullie opvoeden om intens te beminnen, te
vergeven en te heiligen met het gebed. Ik nodig jullie uit om al Mijn boodschappen
te beleven want zij zullen jullie vervullen van zuivere Liefde, Mijn
moederlijke liefde.
Blijf standvastig in
de Leer van Jezus door je broeders te vermanen tot bekering van het hart. De
weg van de bekering geldt voor iedereen want God maakt geen onderscheid tussen
personen. God bemint iedereen en verlangt dat iedereen herrijst door Zijn Geest
van Leven. In deze maand zul je veel dank ontvangen wegens Mijn tussenkomsten
van universele Moeder. Ik verenig jullie allen met Mijn heilige geparfumeerde olie
om jullie te zegenen in de naam van de Allerheiligste Drie-eenheid die Mij naar
de aarde zendt."
Mario: Toen Zij de laatste woorden sprak begon uit de
sokkel van het beeld van O.L.Vrouw van Fatima, waar het beeld op staat, de
geparfumeerde olie van de Heilige Maagd te vloeien. De olie kwam er zo
overvloedig uit dat er meer vaatjes nodig waren om alles te verzamelen.
Berichten ontvangen door mario, tijdens de meetings in het
buitenland op 28 oktober 30, 29 oktober 2017, terwijl ze bidden voor de
rozenkrans voor zijn getuigenis.
Net als andere keren werd mario in het buitenland uitgenodigd voor zijn
publieke evangelisatie, over de authentieke verschijning van contrada s. Teresa
-. honderden en honderden gelovigen, priesters en religieuze, bezochten zijn
vergaderingen. In elke vergadering werd de heilige rozenkrans gebeden, er was
een buitengewone verschijning van de goddelijke moeder. Men waardeerde de
aansporingen van de kleine eik, ook de moeder van god, door het kleine
teken van kruis op het voorhoofd - en de uitstorting van de heilige geest - door
de handen van mario ware leerling en apostel van de heer. Vele mooie
emoties hebben de harten van de mensen gevuld, die voortaan het beeld van maria
maagd van verzoening zullen eren, met grote toewijding en waardering voor de
hemel. Denk aan de berichten in deze dagen van genade door mario, ware krijger
van de heilige harten, verenigd naar het voorbeeld van de heilige Jeanne d'Arc zijn gids en beschermer, evenals voorbeeld om te volgen in de vernietiging van de ketterij nl. de vrijmetselarij. Die bestaat uit valse
christenen en valse bedienaren van de Kerk, vervolgers van de verschijningen.
28 oktober
De madonna verschijnt in het wit. Nadat hij ons gezegend had met het teken van
het kruis, zei hij:
"wees gezegend, geprezen H. Drie-eenheid. Mijn kinderen, open je hart en aanroep
mij elke dag. Ik heb veel tekenen gegeven met mijn jezus, maar veel harten zijn
hard, ze geloven niet in het goddelijke en zijn klaar om te oordelen, en
veroordelen elk teken dat van boven komt. Kinderen, geloof in ons in de hemel
en veracht onze hulp en onze wonderbaarlijke wonderen niet. De man van vandaag
is erg sceptisch en geen teken kan hen bekeren tot hun Vader (behalve door een
speciale gratie). Laat me je vertrouwen in mijn hart, wijd het toe, om te leven
als echte christenen. De ware christen houdt van iedereen en bidt voor
iedereen. Wees barmhartig en luister naar mijn instrument die zo vervolgd wordt
en verkeerd begrepen door de meesten. Zegen met een klein teken van kruis op het
hoofd van mijn kinderen en leg hen hun handen voor de uitstorting van de geest
van de liefde".
29 oktober
De maagd maria verscheen in het wit. Hij zei:
"Loof jezus christus.
Ik ben de levende moeder. In deze heilige vergadering van het gebed en
eerherstel en ik ben hier door het bevel van de vader. Ik dring er bij u op aan
om in de vrede van de heer te blijven en niet te vrezen voor de vervolging van
de agenten van het beest. Mijn verschijningen zullen steeds meer worden bestreden
en als onnodig worden beschouwd, maar zal de naties en de kerk van zo ' n
verwarring redden. Bevrijd jezelf van elke angst en laat mij jou naar de Heer
jezus leiden. Bid dat de harten de oproepen verstaan en navolgen, anders zullen
zij in de hel vallen en met hen allen die in hen geloven. Het is tijd om mij te
volgen en mij zonder twijfel te eren.
30 oktober
De maagd maria is in het wit en dicht bij haar is de H. aartsengel Michael.
"Loof jezus christus.
Lieve kinderen, vandaag ben ik hier onder jullie, omdat ik jullie wil zegenen
met mijn moederlijke liefde. Ik verzamel jullie allemaal onder mijn mantel en
jullie zullen veilig zijn: beschermd. Geloof is als een vlam die altijd gevoed
moet worden: bidden. Je moet volledig van christus zijn, ver van de wereld en
alleen in god. Ik laat je niet achter. Wees op je hoede voor iedereen die bij
je in de buurt komt, om hulp vragen, stuur ze naar mij. Vandaag is de H.
Michael hier om je te bevrijden van satan die je kwelt met zijn verleidingen en
vleierij. Bid elke dag mijn rozenkrans ".
Heilige Aartsengel Michael,
machtige hemelse strijder,
help ons met uw zegen,
bevrijd ons door uw macht,
verdedig ons met uw hemelse legermacht.
aan u vertrouwen wij ons toe,
bescherm ons en neem ons mee naar het Hoogste Goed.
H. Michael, onze hemelse bewaker,
kom ons te hulp en vertroost ons,
o bewaker van degenen die geloof hebben,
vervul ons met de liefde van de Vader,
de vrede van de Zoon,
de genade van de Heilige Geest. Amen.
5
november 2017 : Boodschap van de Maagd van de Verzoening aan Mario dIgnazio in de Gezegende Tuin van
de wijk Santa Teresa, Brindisi
De H. Maagd Maria verscheen helemaal wit gekleed met Haar
Hart zichtbaar en omringd door drie gele rozen.
De Maagd Maria: "Geloofd zij Jezus Christus."
Mario: "In alle eeuwigheid.
De Gezegende Moeder: "Ik zegen jullie Mijn kleintjes
in de Naam van de Allerheiligste Drievuldigheid die Mij naar de aarde zendt om
jullie aan te sporen tot gebed en tot vrede.
Ik heb jullie vele tekens en boodschappen gegeven in deze jaren.
Prijs God voor dit alles; wees dankbaar jegens de Heer voor elke ontvangen
genade op deze heilige plaats veracht door atheïsten en valse Christenen die
niet tot de ware Christus behoren. Velen geloven dat ze Mij toebehoren, maar in
waarheid behoren ze niet bij Mij omdat ze leven gebonden aan de dingen van deze
wereld.
Blijf verenigd in de beproeving en verwijder jullie niet van Mij. De Boze zal
vernietigd worden met heel zijn leger. Bid, bid en wees alleen maar van Mij.
Mario na de verschijning: De Madonna was bijzonder
schitterend, stralend. Dit licht omhult me elke keer volledig en breidt zich
uit naar allen: het is het Licht van God, want de Allerheiligste Maagd Maria
brengt Gods Licht om ons te bevrijden van duisternis.
Onze ziel, om beter gelijkvormig te worden met Jezus Christus en om steeds meer
en meer op Hem te gaan gelijken, moet vele beproevingen, vele tegenslagen, vele
obstakels overwinnen. Zij moet de strenge winter ervaren van misverstand,
veroordeling, vonnis. Maar eenmaal overwonnen worden we één in Jezus Christus
en het mooie komt bij ons tot uiting omdat er het goede is. Dat goede kan
alleen ontstaan door onze overgave aan de Goddelijke Wil, vast in Jezus te
geloven en Jezus zal het goede voortbrengen dat Hijzelf is: Jezus is het
Hoogste Goed!
Dank aan de Maagd Maria die ons ook op deze 5de november is komen zegenen.
Laten we het gebed van de heilige Rozenkrans blijven bidden bijzonder voor de
zielen van onze overledenen, voor allen die we tijdens ons leven hebben gekend
en die van ons hielden, ons hebben geholpen, aangemoedigd, ondersteund en
getroost.
Laten we deze zielen niet vergeten, dierbaar aan God, zodat ze in het Paradijs
kunnen komen en niet meer moeten lijden zodat ze vrede, licht en vreugde in God
kunnen vinden, deel uitmaken van het Hemelse Hof en het Licht van Christus
kunnen ervaren, het Licht van Zijn Wederopstanding en eens in de Hemel voor ons
allemaal kunnen bemiddelen.
MIJN
VOLK, ALS EEUWIGE EN SOEVEREINE PRIESTER, VRAAG IK JULLIE OM VELE GEBEDEN EN
EERHERSTEL VOOR DE PRIESTERS. MIJN KERK IS IN EEN CRISIS, HET SCHISMA KOMT
NADERBIJ, LAAT ZE NIET IN DE STEEK!
6 november 20171:55
PM
DRINGENDE OPROEP VAN JEZUS, DE EEUWIGE EN SOEVEREINE
PRIESTER AAN ZIJN TROUWE VOLK
Mijn vrede zij met jullie, mijn Volk.
Mijn kinderen, elke dag wordt de geestelijke strijd
heviger; de krachten van het kwaad vallen mijn kudde aan, de zwaarste aanvallen
zijn voor mijn Uitverkoren Zonen en mijn Instrumenten, door de missie die ze
moeten voltooien. Bid veel, mijn kleintjes, voor mijn Priesters en hoogwaardigheidsbekleders
van mijn Kerk, omdat mijn tegenstander hen hevig aanvalt. Houd met hen rekening
in jullie gebeden, laat ze niet alleen, omdat mijn tegenstander hen wil doen
vallen in het priesterlijk ambt dat ik hen heb toevertrouwd.
De rozenkrans van mijn Moeder met de Droevige mysteries,
het kroontje van mijn wonden en het kroontje van mijn Allerkostbaarste Bloed,
zijn krachtige wapens die de plannen van het rijk der duisternis vernietigen.
Dompel, mijn kinderen, mijn priesters in mijn wonden, zodat het kwaad ze niet
doet afkeren van hun priesterlijk ambt; bid en doe eerherstel voor mijn
uitverkoren Zonen en in het bijzonder van degenen die verloren gaan door het
modernisme, het vlees, New Age, de zorgen en de pleziertjes van deze wereld.
Mijn volk, vele van mijn uitverkoren Zonen geloven niet
meer in de transsubstantiatie, van mijn Lichaam en mijn Bloed; bepaalde
priesters dragen de mis op in snel tempo en anderen enkel om zich aan de orders
te houden. Wat een grote smart voel ik in mijn Liefdevolle Hart, als ik deze
priesters zie van mijn Kerk, die het Heilige Priesterambt bezoedelen! Hun
onverschilligheid en hun nalatigheid, doen mijn Hart bloeden. Hoeveel lijd ik
en ween ik als ik zoveel van mijn Priesters zie die zich laten verleiden door
de New Age! In vele van mijn Huizen zijn er Priesters, die yoga, reiki en
andere occulte technieken praktiseren. En het droevigste, is dat ze mijn kudde
besmetten en het laten doorgaan alsof het goddelijk is.
Vele van mijn huizen zijn wereldse huizen geworden, men
organiseert er feesten en markten en activiteiten die niets met het religieuze
leven te maken hebben. In vele van mijn huizen, zijn er priesters die onzuivere
daden plegen; de geest van Asmodeus is er binnengedrongen. Welke droefheid voel
ik als ik al deze degradatie binnen mijn Kerk zie! Iedereen zwijgt, niemand
staat recht, deze schuldige stilte is een belediging voor mijn Goddelijkheid
die mij diep verdrietig maakt en de Hemel doet wenen.
Vele van mijn uitverkoren Zonen, zijn tegenwoordig als
Judas die me verraadde, ze laten zich verleiden door de wereld en het vlees en
ze hebben de deuren van mijn huizen geopend voor mijn tegenstander. In vele
huizen woont mijn Heilige Geest niet meer. O ontrouwe priesters, als jullie geen
berouw tonen en geen eerherstel bieden voor jullie grove beledigingen, verzeker
ik jullie dat de eeuwige dood jullie beloning zal zijn! Wanneer jullie aankomen
in de eeuwigheid, laat ik het gewicht van mijn Gerechtigheid los op jullie,
ontrouwe priesters en jullie zullen sterven zoals de vetgemeste schapen! Ik doe
een dringende oproep aan jullie, ontrouwe priesters van mijn Kerk, zodat jullie
terug op de goede weg komen, voor de komst van mijn Waarschuwing; omdat als
jullie het niet doen, en jullie komen in de eeuwigheid aan, de plaats die
jullie zal wachten zal het rijk der duisternis zijn.
Mijn volk, als eeuwige en soevereine priester, vraag ik
jullie veel gebeden en eerherstel voor mijn priesters. Mijn Kerk is in een
crisis, het schisma komt naderbij, laat de Kerk niet in de steek. Bid
rozenkransen, vast en doe boete, voor heel mijn clerus; zodat de Wijsheid en
het Licht van mijn Heilige Geest mijn Kerk en mijn priesters kan leiden op de
weg van de zaligheid.
Jullie Meester, Jezus, eeuwige en soevereine Priester
Breng mijn boodschappen naar al mijn uitverkoren Zonen
In deze context zal het Mariale
jaar een nieuwe en diepgaande lezing moeten bevorderen ook van wat het Concilie
gezegd heeft over de heilige Maagd Maria en Moeder van God in het mysterie van
Christus en de Kerk, van datgene dus waarop de overwegingen van deze encycliek
zich beroepen. Het gaat hier niet alleen over de geloofsleer maar ook
over het geloofsleven en dus over de authentieke Mariale
spiritualiteit, gezien in het licht van de Traditie en in het bijzonder van de
spiritualiteit waartoe het Concilie ons opwekt.
De Mariale spiritualiteit vindt
evenals de overeenkomstige devotie bovendien een uitermate rijke bron
in de historische ervaring van de personen en de verschillende christelijke
gemeenschappen die overal op aarde leven onder de diverse volken en naties. In
dit opzicht wil ik graag onder de vele getuigen en meesters van deze
spiritualiteit herinneren aan de heilige Louis Maria Grignion de Montfort die
aan de christenen de toewijding aan Christus door Maria voorhield als
doeltreffend middel om te leven in trouw aan de verplichtingen van het doopsel.
Met voldoening merk ik op dat ook in onze dagen nieuwe uitingen van deze
spiritualiteit en devotie niet ontbreken.
Wij hebben dus veilige
oriënteringspunten waarop wij ons kunnen richten en waarmee wij ons kunnen verbinden
in de context van dit Mariale jaar.
Het zal beginnen op het
hoogfeest van Pinksteren, 7 juni a.s. Het gaat er niet alleen om te herdenken
dat Maria is voorafgegaan aan de intrede van Christus de Heer in de
geschiedenis van de mensheid, maar tevens om in het licht van Maria te
onderstrepen dat de geschiedenis van de mensheid vanaf de verwerkelijking van
het mysterie van de menswording binnengetreden is in de volheid van de tijd
en dat de Kerk het teken van deze volheid is. De Kerk maakt als volk
Gods haar pelgrimstocht naar de eeuwigheid in geloof temidden van alle volken
en naties vanaf de dag van Pinksteren. De Moeder van Christus die
aanwezig was aan het begin van de tijd van de Kerk toen zij de Heilige Geest
afwachtte en ijverig in het gebed volhardde temidden van de apostelen en
leerlingen van haar Zoon, blijft de Kerk voorgaan op deze tocht door
de geschiedenis van de mensheid heen. Zij is ook degene die precies als
dienstmaagd des Heren onophoudelijk meewerkt aan het heilswerk dat Christus,
haar Zoon, verricht.
Zo wordt door middel van dit
Mariale jaar de Kerk opgeroepen, niet alleen om alles te herdenken wat in
haar verleden getuigt van de speciale moederlijke medewerking van de Moeder
Gods aan het heilswerk in Christus de Heer, maar ook om van haar kant voor de
toekomst de wegen voor te bereiden van deze medewerking: want het
einde van het tweede christelijk millennium opent als het ware een nieuw
perspectief.
Er is reeds aan herinnerd dat
ook onder de gescheiden broeders velen aan de Moeder van de Heer de
verschuldigde eer bewijzen, vooral onder de oosterse christenen. Het is een
mariaal licht dat op het oecumenisme valt. Ik wil er speciaal nog aan
herinneren dat gedurende het Mariajaar de duizendste verjaardag gevierd
zal worden van het doopsel van de heilige Wladimir, Grootvorst van
Kiev (in het jaar 988), dat het begin was van het christendom in de gebieden
van het Rus van die tijd en vervolgens in andere gebieden van Oost-Europa.
Langs deze weg is door het werk van de evangelisatie het christendom ook buiten
Europa verspreid tot in de noordelijke streken van het Aziatische continent.
Wij zouden ons dus vooral gedurende dit jaar in gebed willen verenigen met
allen die deze duizendste verjaardag van dit doopsel vieren, orthodoxen en katholieken,
en wij hernieuwen en bevestigen met het Concilie de gevoelens van vreugde en
troost omdat de oosterse Christenen . . . met vurige geestdrift en vrome
zin wedijveren om de Moeder van God, altijd Maagd, te vereren.
Ook al ondervinden wij nog steeds
de smartelijke gevolgen van de scheiding die enige tientallen jaren later (in
het jaar 1054) heeft plaatsgevonden, toch kunnen wij zeggen dat wij ons
tegenover de Moeder van Christus waarlijk broeders en zusters voelen binnen het
messiaanse volk dat geroepen is om op aarde een enkele familie van God te
vormen, zoals ik reeds verklaard heb aan het begin van het nieuwe jaar: Wij
willen opnieuw deze universele erfenis van alle zonen en dochters van deze
aarde bevestigen.
Toen ik het Mariajaar
aankondigde heb ik tevens gezegd dat dit volgend jaar besloten zal worden op
het hoogfeest van de Tenhemelopneming van de allerheiligste Maagd,
om het grote teken aan de hemel te doen uitkomen waarover de Apokalyps spreekt.
Op deze wijze willen wij ook gevolg geven aan de aansporing van het Concilie
dat naar Maria opziet als teken van vaste hoop en vertroosting voor het
pelgrimerende volk van God. Het Concilie spreekt deze aansporing uit met de
volgende woorden:
Laten alle gelovigen de Moeder
van God en de Moeder van de mensen dringend erom smeken, dat zij, die de
beginnende Kerk met haar gebed heeft bijgestaan, ook nu zij in de hemel boven
alle gelukzaligen en engelen verheven is, in de gemeenschap van alle heiligen
bij haar Zoon ten beste zal spreken, totdat alle volkerenfamilies, zowel zij
die de erenaam van christenen dragen als zij die hun Verlosser nog niet kennen,
in vrede en eensgezindheid tot een enkel volk van God gelukkig verenigd worden,
tot glorie van de allerheiligste en onverdeelde Drievuldigheid
DEEL 4 - Besluit
Aan het einde van de dagelijkse
getijden stijgt onder andere de volgende aanroeping van de Kerk tot Maria op:
Verheven Moeder van de
Verlosser,
die de open deur des hemel blijft en de sterre der zee
snel het volk te hulp, dat valt en poogt op te staan.
Gij die tot verbazing der natuur uw heilige Schepper hebt gebaard.
Tot verbazing der natuur. Deze
woorden van de antifoon drukken de verbazing van het geloof uit die
het mysterie van het goddelijke moederschap van Maria vergezelt. Zij vergezelt
het in zekere zin in het hart van de natuur en direct in het hart van het
gehele volk Gods, in het hart van de Kerk. Hoe wonderlijk ver is God, Schepper
en Heer van het heelal, gegaan in de openbaring van zichzelf aan de
mens. Hoe duidelijk heeft Hij alle ruimten overwonnen van de oneindige afstand die
de Schepper scheidt van het schepsel! Hij blijft onuitsprekelijk en
onnaspeurlijk in zichzelf, maar nog meer in de werkelijkheid van de
incarnatie van het Woord dat mens is geworden door de Maagd van Nazareth.
Als Hij de mens van eeuwigheid
af heeft willen roepen om deel te krijgen aan het goddelijke wezen, dan kan men
zeggen dat Hij de vergoddelijking van de mens beschikt heeft
overeenkomstig diens historische condities, zodat Hij ook na de zondeval bereid
is om het eeuwige plan van zijn liefde uit te voeren tegen een hoge prijs, door
middel van de vermenselijking van de Zoon die één in wezen met Hem
is. De natuur en meer direct de mens kan niet ontkomen aan de verbazing
tegenover deze gave waaraan hij deelachtig is geworden in de Heilige
Geest: Zozeer immers heeft God de wereld liefgehad, dat Hij zijn
eniggeboren Zoon heeft gegeven (Joh. 3, 16).
In het middelpunt van dit
mysterie, in het hart van de verbazing van het geloof staat Maria. Als verheven
Moeder van de Verlosser heeft zij deze het eerst ervaren: Gij die tot
verbazing der natuur uw heilige Schepper hebt gebaard!
In de woorden van de liturgische
antifoon ligt ook de waarheid uitgedrukt van de grote wending die
het mysterie van de menswording bewerkt heeft voor de mens. Deze wending hoort
tot heel zijn geschiedenis, van het begin af dat ons geopenbaard is in de
eerste hoofdstukken van genesis, tot aan het laatst toe, in het
perspectief van het einde van de wereld waarvan Jezus ons de dag noch het
uur heeft geopenbaard (Mt. 25, 13). Het is onophoudelijk en voortdurende
omkeer van het vallen naar het opstaan, tussen de mens van de zonde en de mens
van de genade en de gerechtigheid. De liturgie plaatst ons vooral in de Advent
in het zenuwpunt van deze wending en raakt het onophoudelijke heden en
nu ervan aan, terwijl zij uitroept: Snel het volk te hulp dat valt
en poogt te op te staan!
Deze woorden betreffen iedere
mens, alle gemeenschappen, alle naties en volkeren, alle geslachten en
tijdvakken van de mensengeschiedenis, ons tijdvak, deze jaren van het
millennium dat ten einde loopt: Snel te hulp, ja snel het volk te hulp
dat valt!
Dit is de aanroeping die gericht
is tot Maria, de verheven Moeder van de Verlosser; het is de aanroeping
die gericht is tot Christus die door Maria de geschiedenis van de mensheid is
binnengetreden. Van jaar tot jaar verheft de antifoon zich tot Maria en roept
zij het moment op waarop deze wezenlijke historische wending zich voltrokken
heeft, die onomkeerbaar voortduurt: de omkeer van het vallen naar
het opstaan.
De mensheid heeft
bewonderenswaardige ontdekkingen gedaan en wonderbaarlijke resultaten bereikt
op het gebied van de wetenschap en de techniek; zij heeft grote werken verricht
op de weg van de vooruitgang en de beschaving en men zou zeggen dat zij in de
jongste tijden erin geslaagd is de loop van de geschiedenis te versnellen; maar
de fundamentele wending, de wending die oorspronkelijk genoemd kan
worden, begeleidt altijd de tocht van de mens en vergezelt door de
verschillende historische gebeurtenissen heen allen en iedereen. Het is de
omkeer van het vallen naar het opstaan, van de dood naar het
leven. Het is ook een onophoudelijke uitdaging aan het menselijke
bewustzijn, een uitdaging aan heel het historische bewustzijn van de mens: de
uitdaging om de weg van het niet vallen te volgen op de altijd oude
en nieuwe wijzen en van het opstaan als hij gevallen is.
Terwijl de Kerk met de gehele
mensheid de grens tussen de twee millennia nadert, neemt zij van haar kant met
de gehele gemeenschap der gelovigen en samen met iedere mens van goede wil de
grote uitdaging aan de vervat ligt in de woorden van de antifoon over het
volk dat valt en poogt op te staan. Zij richt zich zowel tot de Verlosser als
tot zijn Moeder met de aanroeping: Kom te hulp. Zij ziet de heilige
Moeder van God immers en dit gebed ziet haar diep betrokken bij de
geschiedenis van de mensheid, bij de eeuwige roeping van de mens, volgens het
providentiële plan dat God van eeuwigheid voor hem beschikt heeft; zij ziet
haar moederlijke aanwezigheid en betrokkenheid bij de veelvuldige en
ingewikkelde problemen waarmee heden ten dage het leven van de
enkelingen, van de gezinnen en van de volkeren vergezeld gaat; zij ziet haar
het christenvolk te hulp snellen in de onophoudelijke strijd tussen goed en
kwaad, opdat het niet zal vallen en, als het gevallen is zal
opstaan.
Ik hoop van harte dat ook de
overwegingen die in deze encycliek vervat zijn, mogen dienen tot de vernieuwing
van deze visie in het hart van alle gelovigen! Als bisschop van Rome zend ik
aan allen voor wie deze beschouwingen bestemd zijn de vredeskus en groeten en
zegen in onze Heer Jezus Christus.
Amen.
Gegeven te Rome bij Sint Petrus,
op 25 maart, het hoogfeest van de Aankondiging van de Heer, van het jaar
1987,
het negende van mijn pontificaat.
Paus Johannes Paulus II
Kroontje van dank aan Maria
INLEIDEND GEBED:
Allerheiligste Maagd Maria, machtige Schatbewaarster en
Uitdeelster van Gods Genaden. Ik breng U mijn dank voor al Uw weldaden die ik
niet waardig ben, voor al Uw Liefde die ik nog niet voel, en voor Uw gebeden
die mij de Eeuwige Gelukzaligheid verdienen.
3 x "Wees gegroet Maria "
daarna (op een gewone rozenkrans) 5 tientjes
als volgt:
* Op de GROTE KRALEN (kralen van het "Onze
Vader"):
Mijn liefhebbende Moeder Maria, Middelares van alle
Genaden, ik dank U voor de gunsten die ik uit Uw handen heb bekomen, voor de
kussen van Liefde die U op mijn hart hebt gedrukt, en voor de onzichtbare
bloemen van Eeuwig Leven die U in mijn ziel hebt gezaaid.
* Op de KLEINE KRALEN (kralen van het
"Weesgegroet"):
Dank U, Hemelse Moeder, voor Uw bescherming, hulp,
bemiddeling en Voorspraak.
Na de 5 tientjes:
Het volgend SLOTGEBED:
Geprezen zij Maria, Middelares voor de hele mensheid.
Geprezen zij Maria, Voorspreekster voor de hele mensheid.
Geprezen zij Maria, Medeverlosseres van de hele mensheid.
Aanvaard de toewijding van mijn hele wezen als dank, want zonder U ben ik
verloren.
De oecumenische beweging heeft
op grond van een meer helder en verspreid bewustzijn van de noodzaak om tot de
eenheid van alle christenen te komen van de kant van de katholieke Kerk haar
hoogste uitdrukking gevonden in het werk van het Tweede Vaticaans Concilie: het
is nodig dat de Christenen in zichzelf en in ieder van hun gemeenschappen de
gehoorzaamheid van het geloof verdiepen waarvan Maria het eerste en meest
lichtende voorbeeld is. En aangezien zij het lichtend teken is van de vaste
hoop en de vertroosting van het pelgrimerende volk van God, is het voor de
heilige kerkvergadering een reden tot grote vreugde en vertroosting dat er
onder de gescheiden broeders niet weinigen zijn die aan de Moeder van de Heer
en Verlosser de verschuldigde eer bewijzen, vooral Oosterse Christenen.
De Christenen weten dat zij hun
eenheid alleen werkelijk zullen terugvinden als deze gebaseerd zal zijn op de
eenheid van geloof. Zij moeten niet-geringe verschillen oplossen in de leer
over het mysterie en het dienstwerk van de Kerk en soms ook over de taak van
Maria in het heilswerk.
De dialogen die de katholieke
Kerk begonnen is met de kerken en kerkgemeenschappen van het Westen, komen
steeds meer samen op twee onscheidbare aspecten van heilsmysterie.
Als het mysterie van het mensgeworden Woord ons het mysterie van het goddelijke
moederschap doet onderscheiden en als de beschouwing van de Moeder Gods ons op
haar beurt voert tot een dieper begrip van het mysterie van de incarnatie, dan
moet men hetzelfde zeggen van het mysterie van de Kerk en van het mysterie van
de taak van Maria in het heilswerk. Door dieper door te dringen in de twee
mysteries en het ene te verhelderen door het andere zullen de Christenen die
verlangen te doen wat Jezus hun zal zeggen - zoals hun Moeder hun aanbeveelt
samen voort kunnen gaan op de pelgrimstocht van het geloof, waarvan
Maria nog steeds het voorbeeld is en welke hen moet voeren tot de eenheid die
gewild is door hun ene Heer en zozeer verlangd wordt door hen die oplettend
luisteren naar wat de Geest tegen de kerken zegt (Openb. 2, 7.11.17)
in deze tijd.
Het is een gelukkig teken dat
deze kerken en kerkgemeenschappen met de katholieke Kerk overeenkomen op
fundamentele punten van het geloof, ook wat de Maagd Maria betreft. Zij
erkennen haar immers als Moeder van de Heer en nemen aan dat dit deel uitmaakt
van ons geloof in Christus, waarlijk God en waarlijk mens. Zij zien op naar
haar die aan de voet van het kruis de geliefde leerling als haar zoon ontvangt,
die op zijn beurt als moeder ontvangt.
Waarom zouden wij dus niet allen
samen opzien naar haar als onze gemeenschappelijke Moeder die bidt
voor de eenheid van de familie van God en die allen voorgaat aan
het hoofd van de lange stoet van de getuigen van het geloof in de ene Heer, de
Zoon van God, die zij door de Heilige Geest in haar maagdelijke schoot
ontvangen heeft?
Anderzijds wil ik benadrukken
hoe diep de katholieke Kerk, de orthodoxe Kerk en de oude Oosterse Kerken zich
één voelen door de liefde en de lof voor de Theotókos. Niet alleen zijn
de fundamentele dogmas van het christelijk geloof over de Drie-eenheid en de
menswording van het Woord van God uit de Maagd Maria vastgesteld op
oecumenische Concilies die in het Oosten zijn gehouden, maar ook verheerlijken
de oosterse Christenen . . . met plechtige hymnen ... Maria altijd Maagd ... en
de heilige Moeder van God in hun liturgie.
De broeders van die kerken
hebben ingewikkelde lotgevallen gekend, maar door hun geschiedenis heeft steeds
een vurig verlangen gelopen naar christelijke inzet en apostolische
uitstraling, welke vaak getekend is door vervolgingen die ook bloedig zijn
geweest. Het is een geschiedenis van trouw aan de Heer, een authentieke pelgrimstocht
van het geloof door de plaatsen en tijden heen, waarbij de oosterse
christenen steeds met onbeperkt vertrouwen opgezien hebben naar de Moeder van
de Heer, haar met lofzangen geprezen en voortdurend met gebed aangeroepen
hebben. In de moeilijke ogenblikken van het gekwelde christelijke bestaan hebben
zij tot haar hun toevlucht genomen, omdat zij er zich van bewust waren in haar
een krachtige hulp te hebben. De kerken die de leer van Efese belijden
verklaren dat de Maagd waarlijk Moeder van God is, daar onze
Heer Jezus Christus . . . die voor alle eeuwen naar de godheid uit de Vader
geboren is, in de laatste dagen voor ons en voor ons heil naar de mensheid
geboren werd uit de Maagd Maria, de Moeder van God. De Griekse vaders en de
byzantijnse traditie hebben getracht door de Maagd te beschouwen in het licht
van het mensgeworden Woord door te dringen tot de diepte van de band die Maria
als Moeder van God verbindt met Christus en de Kerk: de Maagd is blijvend
aanwezig in heel de omvang van het heilsmysterie.
De koptische en Ethiopische
tradities zijn tot deze beschouwing van het mysterie van Maria gebracht door de
heilige Cyrillus van Alexandrië en op hun beurt hebben zij haar geprezen met
een overvloed van bloemrijke dichtwerken. Het poëtische genie van sint Efrem de
Syriër, die de citer van de heilige Geest wordt genoemd, heeft
onvermoeibaar de lof van Maria gezongen en in de gehele traditie van de
syrische Kerk een spoor achtergelaten dat nog steeds levend is. De heilige
Gregorius van Narek, één van degenen die op de meest stralende wijze de roem
van Armenië uitmaken, diept in zijn lofrede op de Theotókos met
sterke dichterlijke inspiratie de verschillende aspecten uit van het mysterie
van de incarnatie en ieder daarvan is voor hem een gelegenheid om de
buitengewone waardigheid en de schitterende schoonheid te bezingen en te
prijzen van de Maagd Maria, de Moeder van het mensgeworden Woord.
Het verbaast daarom niet dat
Maria een bevoorrechte plaats inneemt in de eredienst van de oude Oosterse
Kerken, met een onvergelijkelijke overvloed van feesten en hymnen.
In de byzantijnse liturgie gaat
de lof aan de Moeder in alle uren van het goddelijke officie samen met de lof
aan de Zoon en met de lof die door de Zoon opstijgt tot de Vader in de heilige
Geest. In de anafoor of het eucharistische gebed van de heilige Johannes
Chrysostomus bezingt de verzamelde gemeente onmiddellijk na de epiclese als
volgt de Moeder van God:
Het is waarlijk goed u zalig te
prijzen. Theotókos, die allerheiligst bent, geheel zuiver en de Moeder van onze
God. Wij verheerlijken u die meer eer waardig bent dan de cherubijnen en
onvergelijkelijk meer glorie dan de serafijnen. U die zonder uw maagdelijkheid
te verliezen het Woord van God ter wereld hebt gebracht. U die waarlijk de
Moeder van God bent.
Deze lofprijzingen die in iedere
viering van de eucharistische liturgie opstijgen naar Maria hebben vorm gegeven
aan het geloof, de vroomheid en het gebed der gelovigen. Zij hebben in de loop
der eeuwen heel hun geestelijke houding doordrongen en in hen een diepe devotie
opgewekt voor de geheel heilige Moeder van God.
Dit jaar is het twaalf eeuwen
geleden dat het tweede Oecumenisch Concilie van Nicea plaats vond (in
het jaar 787), waarop een einde werd gemaakt aan de bekende controverse over de
verering van de gewijde afbeeldingen en bepaald werd dat, volgens de leer van
de heilige vaders en de universele traditie van de Kerk, samen met het kruis de
beeltenissen van de Moeder van God, van de engelen en van de heiligen
voorgehouden mochten worden aan de verering van de gelovigen, zowel in de
kerken als in de huizen en langs de wegen. Dit gebruik is bewaar gebleven in
heel het oosten en ook in het westen: de beeltenissen van de Maagd hebben een
ereplaats in de kerken en de huizen. Maria wordt er afgebeeld als de troon van
God die de Heer draagt en aan de mensen geeft (Theotókos) of als de
weg die naar Christus leidt en Hem toont (Odigitria) of als orante
die ten beste spreekt en als teken van de goddelijke tegenwoordigheid op de weg
van de gelovigen tot aan de dag van de Heer (Deisis) of als
beschermster die haar mantel uitspreidt over de volkeren (Pokrov) of
als barmhartige Maagd van de tederheid (Eleousa) . Gewoonlijk wordt
zij afgebeeld met haar Zoon. Het kind Jezus, dat zij op haar arm draagt: het is
de band met de Zoon die de Moeder verheerlijkt. Nu eens omarmt zij Hem met
tederheid (Glykofilousa); dan weer lijkt zij hieratisch verzonken in de
contemplatie van Hem die de Heer van de geschiedenis is.
Het is passend ook te herinneren
aan de icoon van de heilige Maagd van Wladimir, die voortdurend de geloofstocht
begeleid heeft van de volkeren van het oude Rusland op de weg van het geloof.
Het eerste millennium va de bekering tot het christendom van die edele landen nadert:
landen van nederigen, van denkers en van heiligen. Nog steeds worden de iconen
onder verschillende titels vereerd in de Oekraïne, in Wit-Rusland en in
Rusland: het zijn beeltenissen die getuigen van het geloof en van de geest van
gebed van het vrome volk, dat de aanwezigheid en de bescherming van de Moeder
Gods ondervindt. Op die iconen schittert de Maagd als beeld van de goddelijke
schoonheid, verblijf van de eeuwige Wijsheid, figuur van de orante, oerbeeld
van de contemplatie, beeld van de heerlijkheid: zij die vanaf haar aardse leven
de geestelijke wetenschap bezit die ontoegankelijk is voor de menselijke rede
en door het geloof de meest verheven kennis heeft bereikt. Ik herinner ook nog
aan de icoon van de Maagd van het cenakel die samen met de apostelen bidt,
wachtend op de heilige Geest: zou zij niet als het ware het teken van hoop
kunnen worden voor allen die in de broederlijke dialoog hun
geloofsgehoorzaamheid willen verdiepen?
Deze rijkdom aan lofprijzing die
opgestapeld is door de verschillende vormen van de grote traditie van de Kerk,
zou ons kunnen helpen om de Kerk weer ten volle te laten ademen met haat twee
longen, het oosten en het westen. Dit is nu meer dan ooit nodig, zoals ik
meermalen heb bevestigd. Het zou een krachtig hulpmiddel zijn om de bestaande
dialoog tussen de katholieke Kerk en de kerken en kerkgemeenschappen van het
westen de bevorderen. Het zou ook voor de Kerk onderweg het middel zijn om op
meet volmaakte wijze haar Magnificat te zingen en te beleven.
HOOFDSTUK 3 - Het Magnificat van
de pelgrimerende Kerk
In de huidige fase van haar
tocht zoekt de Kerk dus de eenheid terug te vinden van hen die hun geloof in
Christus belijden, om de gehoorzaamheid aan haar Heer te tonen die vóór zijn
lijden gebeden heeft voor deze eenheid. Zij zet haar pelgrimstocht voort ...
en verkondigt het kruis en de dood van de Heer, totdat Hij komt.
Dwars door de beproevingen en
de wederwaardigheden heen schrijdt de Kerk voort, gesterkt door de kracht van
Gods genade, die haar door de Heer werd beloofd. Zo is zij bij machte om in de
zwakheid van het vlees van de oprechte trouw niet af te wijken, maar de
waardige bruid van haar Heer te blijven. Dank zij de werking van de heilige
Geest houdt zij niet op zichzelf te vernieuwen, tot zij door het kruis het
licht bereikt dat geen ondergang meer kent.
De moedermaagd is steeds
aanwezig op deze geloofstocht van het volk Gods naar het licht. Dit toont op
speciale wijze de lofzang van het Magnificat, dat opgeweld is uit de
diepte van het geloof van Maria bij het bezoek en niet ophoudt te
weerklinken in het hart van de Kerk door de eeuwen heen. Dit wordt bewezen
doordat het dagelijks gebeden wordt in de liturgie van de vespers en op zovele
andere ogenblikken van persoonlijke en gemeenschappelijke vroomheid.
Mijn hart prijst hoog de Heer,
van vreugde juicht mijn geest om God mijn redder:
daar Hij welwillend neerzag op de kleinheid zijner dienstmaagd.
En zie, van heden af prijst elk geslacht mij zalig
omdat aan mij zijn wonderwerken deed die machtig is,
en heilig is zijn Naam.
Barmhartig is Hij van geslacht tot geslacht
voor hen die Hem vrezen.
Hij toont de kracht van zijn arm;
slaat trotsen van hart uiteen.
Heersers ontneemt Hij hun troon,
maar verheft de geringen.
Die hongeren overlaadt Hij met gaven,
en rijken zendt Hij heen met lege handen.
Zijn dienaar Israël heeft Hij zich aangetrokken, gedachtig zijn barmhartigheid
voor eeuwig
jegens Abraham en zijn geslacht,
gelijk Hij had gezegd tot onze vaderen (Lc. 1, 46-55)
Toen Elisabet haar jonge
bloedverwante die uit Nazareth gekomen was, begroet had, antwoordde Maria
met het Magnificat. In haar groet had Elisabet Maria eerst vanwege de vrucht
van haar schoot gezegend genoemd en vervolgens zalig vanwege
haar geloof . Deze tweevoudige zegen had direct betrekking op het moment
van de boodschap. Nu de groet van Elisabet bij het bezoek getuigt van dat
hoogtepunt, wordt het geloof van Maria nog bewuster en drukt het zich opnieuw
uit. Wat op het ogenblik van de boodschap verborgen was gebleven in de diepte van
de gehoorzaamheid van het geloof bevrijdt zich nu om zo te zeggen
als een heldere, levenwekkende vlam van de geest. De woorden die Maria gebruikt
heeft op de drempel van het huis van Elisabet vormen een geïnspireerde
belijdenis van haar geloof, waarin het antwoord op het woord van de
openbaring zich uitdrukt door de religieuze en dichterlijke verheffing van
heel haar wezen tot God. In die verheven woorden, die tegelijk zo eenvoudig
zijn en geheel ingegeven door de gewijde teksten van het volk van Israël,
schijnt de persoonlijke ervaring van Maria door, de extase van haar hart. Er
schittert een straal in van het mysterie van God, de heerlijkheid van zijn
onuitsprekelijke heiligheid, de eeuwige liefde die in de mensgeschiedenis
binnentreedt als een definitieve gave.
Maria heeft als eerste deel aan
deze nieuwe openbaring van God en hierin aan deze nieuwe zelfgave van God.
Daarom roept zij uit: Hij deed aan mij zijn wonderwerken . . . heilig is zijn
Naam. Haar woorden weerspiegelen de vreugde van de geest welke zich moeilijk
laat uitdrukken: Van vreugde juicht mijn geest om God mijn redder. Want de
meest innerlijke waarheid, zowel over God als over het heil van de mens, . . .
verschijnt ons in Christus die tegelijk de Middelaar en de volheid van de gehele
openbaring is. In haar geestdrift belijdt Maria dat zij zich in het hart zelf
van deze volheid van Christus bevindt. Zij is er zich van bewust dat de belofte
die aan de vaders en vooral aan Abraham en zijn geslacht voor eeuwig is
gedaan, in haar vervuld wordt: dat dus in haar als Moeder van Christus de
gehele heilseconomie uitmondt, waarin zich van geslacht tot geslacht diegene
openbaart die als God van het Verbond zijn barmhartigheid gedachtig is.
De Kerk die van het begin af
haar aardse tocht gelijkvormig maakt aan die van de Moeder Gods, zegt haar
voortdurend de woorden van het Magnificat na. Zij put uit het diepst van het
geloof van de Maagd bij de boodschap en het bezoek de waarheid over de God van
het Verbond, over God die almachtig is en wonderwerken doet aan de
mens: heilig is zijn Naam. In het Magnificat ziet zij de zonde
die aan het begin staat van de aardse geschiedenis van de man en de vrouw, tot
in de wortel overwonnen, de zonde van het ongeloof en van de kleingelovigheid jegens
God. Tegen de verdenking in die de vader van de leugen heeft
opgewekt in het hart van Eva, de eerste vrouw, verkondigt Maria die de traditie
de traditie de nieuwe Eva pleegt te noemen en de ware moeder
van de levenden, met kracht de onverminderde waarheid over God: de
heilige en almachtige God die vanaf het begin de bron van iedere schenking
is, die wonderwerken heeft gedaan. Scheppend schenkt God het bestaan aan
heel de werkelijkheid. De mens scheppend geeft hij in vergelijking met alle
andere aardse schepselen op speciale wijze de waardigheid van zijn beeld en
gelijkenis. En ondanks de zonde van de mens laat Hij zich niet weerhouden in
zijn wil om te schenken en geeft Hij zich in zijn Zoon: Zozeer heeft
Hij de wereld liefgehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven (Joh.
3, 16). Maria is de eerste getuige van deze bewonderenswaardige waarheid die
zich ten volle zal verwerkelijken door wat haar Zoon doet en leert en
definitief door middel van zijn kruis en verrijzenis.
De Kerk die ook dwars door
de beproevingen en wederwaardigheden heen niet ophoudt Maria de woorden
van het Magnificat na te zeggen, vat moed ui de kracht
van de waarheid over God die toen met zulke buitengewone eenvoud is verkondigd.
Tegelijk wil zij met deze waarheid over God de moeilijke en soms
onontwarbare wegen van het aardse bestaan van de mensen verlichten. De
tocht van de Kerk die nu aan het einde van het tweede christelijke millennium
is gekomen, houdt een nieuwe inzet in haar zending in De Kerk die Hem volgt die
van zichzelf zei: (God) heeft mij gezonden om aan armen de Blijde
Boodschap te brengen, heeft er van geslacht tot geslacht naar gestreefd en
streeft er nog naar die zending te vervullen.
Haar voorliefde voor de armen staat
op wonderbare wijze in het Magnificat van Maria geschreven. De God
van het Verbond die de Maagd van Nazaret bezongen heeft in de verrukking van
haar geest, is tevens degene die de heersers hun troon ontneemt en de
geringen verheft ..., de hongerigen overlaadt met gaven en de rijken met lege
handen heenzendt ..., de trotsen van hart uiteenslaat ... en barmhartig is voor
hen die Hen vrezen. Maria is diep doordrongen van de geest van de armen
van Jahwe die in het psalmgebed hun verwachten en al hun vertrouwen op
Hem stelden.
Zij verkondigt waarlijk de komst
van het mysterie van het heil, de komst van de Messias van de armen.
De Kerk die put uit het hart van
Maria, uit het diepst van haar geloof dat uitgedrukt is in de woorden van
het Magnificat, wordt zich steeds beter bewust dat de waarheid over
God die redt, over God die de bron van iedere schenking is, niet
gescheiden kan worden van het betonen van zijn voorliefde voor de armen en
geringen, welke bezongen is in het Magnificat en vervolgens
uitdrukking gevonden heeft in de woorden en daden van Jezus.
De Kerk is zich daarom bewust
en in onze tijd wordt dit bewustzijn op geheel bijzondere wijze sterker -, niet
alleen dat deze twee elementen van de boodschap welke vervat is in het Magnificat,
niet gescheiden kunnen worden, maar ook dat zij de betekenis die de
armen en de voorkeur voor de armen hebben in het woord van de
levende God, zorgvuldig moet beschermen. Het gaat om themas en problemen die
organiek samenhangen met de christelijke zin voor vrijheid en bevrijding. Totaal
afhankelijk van God en geheel op Hem gericht door de geestdrift van haar geloof
is Maria naast haar Zoon het meest volmaakte beeld van de vrijheid en
bevrijding van de mensheid en van de kosmos. Naar haar moet de Kerk waarvan zij
de moeder en het voorbeeld is, opzien om de betekenis van haar zending in haar
volheid te begrijpen.
DEEL 3 : MIDDELARES ALS MOEDER
HOOFDSTUK 1 - Maria,
dienstmaagd des Heren
De Kerk weet en leert met sint
Paulus dat wij één middelaar hebben: Want God is één, één is ook de
middelaar tussen God en de mensen, de mens Christus Jezus, die zich als
losprijs voor allen gegeven heeft (1 Tim. 2, 5-6). Welnu, de
moederlijke taak van Maria tegenover de mensen verduistert of vermindert op
geen enkele wijze dat enig middelaarschap van Christus maar toont aan, hoe
krachtig het is. Het is bemiddeling in Christus.
De Kerk weet en leert dat elke
heilsinvloed van de heilige Maagd op de mensen ontstaat ... uit welbehagen
van God, voortvloeit uit de overvloed van de verdiensten van Christus, op
zijn middelaarschap is gevestigd, daarvan volkomen afhankelijk is en daaruit
haar gehele kracht put; de onmiddellijke vereniging van de gelovigen met
Christus geenszins belemmert maar juist bevordert. Deze heilsinvloed wordt
gesteund door de Heilige Geest die, zoals Hij de Maagd Maria overschaduwde en
haar goddelijk moederschap deed aanvangen, zo ook voortdurend haar zorg voor de
broeders van haar Zoon bijstaat.
Het middelaarschap van
Maria is inderdaad nauw verbonden met haar moederschap en
heeft een specifiek moederlijk karakter waardoor het te onderscheiden is van
het middelaarschap van de andere schepselen die op verschillende maar altijd
ondergeschikte wijzen deelnemen aan het enig middelaarschap van Christus, ook
al blijft het hare eveneens deelname. Want al kan geen enkel schepsel op
één lijn worden gesteld met het mens geworden Woord en de Verlosser,
toch verhindert het enig middelaarschap van de Verlosser niet de
menigvuldige medewerking van de schepselen, maar wekt het deze op door ze aan
de enige ervan deelachtig te maken; en zo wordt de ene goedheid van God
op verscheidene wijzen werkelijk uitgespreid in de schepselen.
De leer van het Tweede Vaticaans
Concilie houdt deze waarheid over het middelaarschap van Maria voor als deelname
aan deze enige bron die het middelaarschap van Christus zelf is. Wij lezen
namelijk: De Kerk belijdt zonder aarzelen deze ondergeschikte taak van
Maria; voortdurend ervaart zij deze en zij drukt de gelovigen op het hart,
opdat zij, daar deze moederlijke bescherming geholpen, zich inniger aan de
Middelaar en Verlosser zouden hechten. Deze taak is tegelijk speciaal en
uitzonderlijk. Zij vloeit voort uit haar goddelijk moederschap en kan
slechts op grond van de volledige waarheid over dit moederschap in geloof
begrepen en beleefd worden. Omdat Maria door goddelijke uitverkiezing de Moeder
is van de Zoon die één in wezen is met de Vader, en edelmoedige gezellin Deze
taak vormt een reëel aspect van haar tegenwoordigheid in het heilmysterie van
Christus en de Kerk.
Het is nodig vanuit dit
gezichtspunt nogmaals de fundamentele gebeurtenis in het heilsbestel te
beschouwen, d.w.z. de menswording van het Woord op het ogenblik van de
boodschap. Het is veelbetekenend dat Maria die in het woord van de goddelijke
bode de wil van de Allerhoogste onderkent en zich aan zijn macht onderwerpt,
zegt: Zie de dienstmaagd des Heren; mij geschiede naar uw woord
(Lc. 1, 38). Het eerste moment van de onderwerping aan het enig
middelaarschap tussen God en de mensen - het middelaarschap van Jezus
Christus is de aanvaarding van het moederschap door de Maagd van Nazareth.
Maria stemt in met de keuze van God om door de Heilige Geest de Moeder van Gods
Zoon te worden. Men kan zeggen dat haar instemming met het moederschap vooral
een vrucht is van haar volledige overgave aan God in de
maagdelijkheid. Geleid door de bruidsliefde, welke de liefde is die een
menselijke persoon geheel aan God wijdt, heeft Maria de uitverkiezing
tot Moeder van Gods Zoon aanvaard. Krachtens deze liefde wilde Maria altijd en
in alles aan God toegewijd zijn door in maagdelijkheid te leven. De
woorden Zie de dienstmaagd des Heren drukken het feit uit dat zij
van het begin af haar eigen moederschap heeft aanvaard en begrepen als de
totale gave van zichzelf, van haar persoon, ten dienste van het heilsplan
van de Allerhoogste. En heel haar moederlijke deelname aan het leven van Jezus
Christus, haar Zoon, heeft zij tot het einde toe vervuld op een wijze die
overeenkomt met haar roeping tot de maagdelijkheid.
Het moederschap van Maria, tot
in het diepst waarvan de bruidshouding van dienstmaagd des Heren is
doorgedrongen, vormt de eerste en fundamentele dimensie van het middelaarschap
dat de Kerk met betrekking tot haar belijdt en verkondigt en dat zij
voortdurend aanbeveelt aan de liefde van de gelovigen, daar zij er veel
vertrouwen in stelt. Men moet immers erkennen dat God zelf, de eeuwige
Vader zich als eerste heeft toevertrouwd aan de Maagd van
Nazareth, toen Hij haar zijn eigen Zoon gaf in het mysterie van de menswording.
Haar uitverkiezing tot de hoogste taak en waardigheid van Moeder van Gods Zoon
heeft op ontologisch vlak betrekking op de werkelijkheid zelf van de vereniging
van de twee naturen in de persoon van het Woord (hypostatische vereniging). Het
fundamentele feit van Moeder van Gods Zoon te zijn is vanaf het begin een
volledige openheid voor de persoon van Christus, voor hee; zijn werk, voor heel
zijn zending. De woorden Zie de dienstmaagd des heren getuigen van
deze openheid van de geest van Maria, die in zichzelf op volmaakte wijze de
liefde verwezenlijkt welke eigen is aan de maagdelijkheid, verenigd en als het
ware versmolten met de liefde welke karakteristiek is voor het moederschap.
Daarom is Maria niet alleen
de moeder en voedster van de Mensenzoon geworden, maar ook op
heel bijzondere wijze de edelmoedige gezellin van de Messias en
Verlosser. Zoals reeds gezegd, is zij voortgegaan op de pelgrimstocht van het
geloof en op deze pelgrimstocht tot aan de voet van het kruis heeft
zij tegelijk door wat zij gedaan en geleden heeft haar moederlijke medewerking aan
heel de zending van de Heiland gerealiseerd. Langs de weg van die samenwerking
met het werk van de Zoon en Verlosser heeft het moederschap van Maria een
bijzonder verandering gekend en zich steeds meer gevuld met vurige liefde voor
allen tot wie de zending van Christus zich richtte. Door die vurige
liefde die erop gericht is om in vereniging met Christus het
herstel van het bovennatuurlijke leven van de zielen te
bewerken, begon zij op geheel persoonlijke wijze deel te nemen
aan het enige middelaarschap tussen God en de mensen, dat het
middelaarschap van de mens Christus Jezus is. Als eerste heeft zij de
bovennatuurlijke uitwerking van dat enige middelaarschap op zichzelf ervaren
reeds bij de boodschap was zij begroet als vol van genade - en
daarom moet men zeggen dat zij door de volheid van genade en van
bovennatuurlijk leven bijzonder voorbereid was op de medewerking met Christus,
de enige Middelaar van het menselijke heil. En deze medewerking is juist
het middelaarschap dat ondergeschikt is aan het middelaarschap van
Christus.
In het geval van Maria gaat het
om een speciaal en uitzonderlijk middelaarschap dat berust op haar volheid
van genade die tot uitdrukking kwam in de volledige beschikbaarheid van
de dienstmaagd des Heren. In antwoord op deze innerlijke beschikbaarheid
van zijn Moeder bereidde Jezus Christus haar er steeds meer op voor om
voor de mensen moeder in de orde van de genade te worden. Daarom
wijzen minstens indirect bepaalde bijzondere aantekeningen van de
synoptici en nog meer van het evangelie van Johannes die ik
reeds toegelicht heb. In dit opzicht zijn de woorden die Jezus aan het kruis uitgesproken
heeft met betrekking tot Maria en Johannes bijzonder welsprekend.
Na de gebeurtenissen van de
verrijzenis en de hemelvaart ging Maria samen met de apostelen in afwachting
van Pinksteren het cenakel binnen, waar zij aanwezig was als Moeder van de
verheerlijkte Heer. Zij was niet alleen degene die voortging op de
pelgrimstocht van het geloof en de vereniging met haar Zoon standvastig
volhield tot onder het kruis, maar ook de dienstmaagd des Heren die door haar
Zoon achtergelaten was als moeder midden in de beginnende Kerk: Zie daar uw
moeder. Zo begon zich een speciale band te vormen tussen deze Moeder en de
Kerk. De beginnende Kerk was immers een vrucht van het kruis en de verrijzenis
van haar Zoon. Het was niet mogelijk dat Maria, die zich van het begin af
zonder voorbehoud aan de persoon en het werk van de Zoon had gegeven, niet van
het begin af haar moederlijke gaven over de Kerk zou uitstorten. Haar
moederschap is na het heengaan van de Zoon in de Kerk blijven voortbestaan als
moederlijk middelaarschap: door ten beste te spreken voor al haar kinderen werkt
de Moeder mee aan het heilswerk van de Zoon, de Verlosser van de wereld. Het
Concilie leert inderdaad: het moederschap van Maria in het genadebestel gaat
zonder ophouden voort ... tot aan de eeuwige voleinding van alle uitverkorenen.
Bij de verlossingsdood van haar Zoon heeft het moederlijke middelaarschap van
de dienstmaagd des Heren een universele omvang gekregen omdat het
verlossingswerk alle mensen omvat. Zo openbaart zich op bijzondere wijze de
doeltreffendheid van het enige en universele middelaarschap van Christus
tussen God en de mensen. De medewerking van Maria is in haar ondergeschikt
karakter deelname aan de universaliteit van het middelaarschap van de
Verlosser, de enige Middelaar. Het Concilie geeft dit duidelijk aan met de
bovengeciteerde woorden.
Wij lezen verder: Want, ten
hemel opgenomen, heeft zij deze heilbrengende taak niet neergelegd, maar door
haar menigvuldige voorspraak gaat zij voort ons de gaven van het eeuwige heil
te bezorgen. Het middelaarschap van Maria zet zich voort in de geschiedenis
van de Kerk en de wereld met dit karakter van voorspraak dat zich voor het
eerst gemanifesteerd heeft te Kana in Galilea. Wij lezen dat Maria met
moederlijke liefde zorg draagt voor de broeders van haar Zoon die nog op
pelgrimstocht zijn en in gevaren en angsten verkeren, totdat zij het gezegende
vaderland bereiken. Op deze wijze gaat het moederschap van Maria steeds voort
in de Kerk als middelaarschap dat voorspraak is, en de Kerk drukt haar geloof
in deze waarheid uit door Maria aan te roepen onder de titels van
voorspreekster, helpster, bijstand, middelares.
Door haar middelaarschap, dat
ondergeschikt is aan het middelaarschap van de Verlosser, draagt Maria op
speciale wijze bij tot de vereniging van de op aarde pelgrimerende Kerk met de
eschatologische en hemelse realiteit van de gemeenschap van de heiligen, omdat
zij reeds ten hemel opgenomen is.
De waarheid van de
tenhemelopneming die door Pius XII is gedefinieerd, is opnieuw bevestigd door
het Tweede Vaticaans Concilie dat het geloof van de Kerk als volgt uitdrukt:
Tenslotte werd de onbevlekte Maagd, die voor elke smet van de erfzonde behoed
was gebleven, bij het einde van haar aardse loopbaan met lichaam en ziel in de
hemelse glorie opgenomen en tot koningin van allen door de Heer verheven, om
aldus vollediger gelijkvormig te worden aan haar Zoon, de Heer der
heren en de Overwinnaar van zonde en dood.
Met deze leer sloot Pius XII
zich aan bij de Traditie die op vele wijzen uitdrukking gevonden heeft in de
geschiedenis van de Kerk, zowel in het oosten als in het westen.
Met het mysterie van de
tenhemelopneming is in Maria heel de uitwerking van het enige Middelaarschap
van Christus, de Verlosser van de wereld en de verrezen Heer, werkelijkheid
geworden: Allen zullen in Christus herleven. Maar ieder in zijn eigen
rangorde: als eerste en voornaamste Christus, vervolgens, bij zijn komst, zij
die Christus toebehoren (1 Kor. 15, 22-23). In het mysterie van de
tenhemelopneming drukt zich het geloof van de Kerk uit volgens hetwelk Maria
door een innige en onverbreekbare band verenigd is met Christus, omdat zij
die als Moedermaagd op speciale wijze met Hem verenigd was bij zijn eerste
komst, dit door haar voortdurende samenwerking met Hem ook zal zijn in
afwachting van zijn tweede komst; op een meer verheven wijze verlost met het
oog op de verdiensten van haar Zoon heeft zij ook de taak van middelares
van goedertierenheid die eigen is aan de Moeder, bij de definitieve komst, als
allen die Christus toebehoren zullen herleven en de laatste vijand, de dood,
vernietigd zal worden (1 Kor. 15, 26).
Met deze verheffing van de
dochter van Sion bij uitnemendheid door de tenhemelopneming is het
mysterie van haar eeuwige heerlijkheid verbonden. Want de Moeder van Christus
is verheerlijkt als koningin van allen. Zij die bij de boodschap zichzelf
dienstmaagd des Heren heeft genoemd, is heel haar aardse leven trouw gebleven
aan wat deze naam uitdrukt en daarmee heeft zij bevestigd een echte leerlinge
van Christus te zijn die sterk benadrukt heeft dat zijn eigen zending dienst
is: de Mensenzoon is niet gekomen om gediend te worden, maar om te dienen en
zijn leven te geven als losprijs voor velen (Mt. 20,28). Zo is Maria de eerste
geworden onder hen die Christus ook in de anderen dienen en aldus, door
nederigheid en geduld, hun broeders terugbrengen naar de koning: Hem dienen is
pas waarlijk heersen; zij heeft ten volle de staat van koninklijke vrijheid
verworven die eigen is aan de leerlingen van Christus: dienen betekent heersen!
Christus, gehoorzaam geworden
tot de dood toe en daarom door de Vader verhoogd, is in de glorie van zijn rijk
binnengegaan. Alles is Hem onderwerpen, totdat Hij zichzelf en heel de
schepping aan de Vader onderwerpt, opdat God alles in allen zou zijn. Maria,
de dienstmaagd des Heren, heeft deel aan dit Rijk van de Zoon. De glorie van
het dienen houdt niet op haar koninklijke verheffing te zijn: ten hemel
opgenomen staakt zij haar heilbrengende dienst niet, waarin het moederlijke
middelaarschap zich uitdrukt tot aan de eeuwige voleinding van alle
uitverkorenen. Zo blijft zij die hier op aarde de vereniging met haar Zoon
standvastig heeft volgehouden tot onder het kruis, steeds met Hem verenigd, nu
alles Hem onderwerpen is, totdat Hij zichzelf en heel de schepping aan de
Vader onderwerpt. Zo is Maria door haar tenhemelopneming als het ware omgeven
door heel de werkelijkheid van de gemeenschap der heiligen en haar vereniging
met de Zoon in de heerlijkheid staat geheel gericht op de definitieve volheid
van het Rijk, als God alles in allen zal zijn. Ook in deze fase blijft het
moederlijke middelaarschap van Maria ondergeschikt aan Hem die de enige
Middelaar is, tot aan de definitieve verwezenlijking van de volheid der tijden,
totdat het heelal in Christus onder één hoofd wordt gebracht.
HOOFDSTUK 2 - Maria
in het leven van de Kerk en van iedere Christen
Het Tweede Vaticaans Concilie
heeft in aansluiting op de Traditie nieuw licht geworpen op de taak van de
Moeder van Christus in het leven van de Kerk. Door de gave ... van het
goddelijk moederschap dat haar met haar Zoon, de Verlosser, verenigt, en door
haar heel bijzondere genaden en opdrachten is de heilige Maagd ook met de Kerk
innig verbonden: de Moeder van God is het model van de Kerk, ... namelijk in de
orde van het geloof, de liefde en de volmaakte eenheid met Christus. Wij
hebben reeds eerder gezien hoe Maria vanaf het begin bij de apostelen bleef in
afwachting van Pinksteren en hoe zij, de zalige die geloofd heeft, van
geslacht tot geslacht aanwezig is midden in de Kerk die in geloof onderweg is,
ook als model van de hoop die niet teleurgesteld wordt.
Maria heeft geloofd dat tot
vervulling zou komen wat haar vanwege de Heer gezegd is. Als maagd heeft zij
geloofd dat zij zwanger zou worden en een zoon ter wereld zou brengen: de
Heilige, aan wie de naam toekomt van Zoon van God, de naam van Jezus (=God
redt). Als dienstmaagd des Heren bleef zij volmaakt trouw aan de persoon en de
zending van deze Zoon. Als bleef zij volmaakt trouw aan de persoon en de zending
van deze Zoon. Als moeder heeft zij in geloof en gehoorzaamheid . . . de eigen
Zoon van de Vader hier op aarde gebaard, en wel zonder een man te bekennen,
overschaduwd door de Heilige Geest.
Om deze redenen wordt Maria
terecht door de Kerk met een bijzonder verering omringd. Inderdaad, vanaf de
oudste tijden wordt (zij) met de titel van Godsmoeder vereerd en tot haar
bescherming nemen de gelovigen in al hun gevaren en noden hun toevlucht. Deze
eredienst is van heel bijzonder aard: hij houdt de diepe band in die bestaat
tussen de Moeder van Christus en de Kerk en drukt deze uit. Maria blijft als
maagd en moeder voor de Kerk het model. Men kan dus zeggen dat Maria die
aanwezig is in het mysterie van Christus vooral volgens dit aspect, dus als
model of beter als beeld ook steeds aanwezig blijft in het mysterie van de
Kerk. Inderdaad wordt ook de Kerk Moeder en maagd genoemd en deze namen zijn
bijbels en theologisch zeer verantwoord.
De Kerk wordt . . . moeder
door het woord van God met getrouwheid op te nemen. Zoals Maria, die als
eerste geloofd heeft oen zij het woord van God aannam dat haar geopenbaard werd
bij de boodschap, en daaraan trouw bleef in al haar beproevingen tot onder het
kruis, zo wordt de Kerk moeder als zij het woord van God met getrouwheid
aanneemt en door de prediking en het doopsel zonen ter wereld brengt, van
de Heilige Geest ontvangen en uit God geboren, voor een nieuw en onsterfelijk
leven. Dit moederlijke kenmerk van de Kerk is op bijzondere
levendige wijze uitgedrukt door de apostel van de heidenen toen hij
schreef: Ach kinderen, ik moet opnieuw weeën om u doorstaan, totdat ge de
gestalte van Christus hebt aangenomen (Gal. 4, 19). Deze woorden van sint
Paulus bevatten een interessant spoor van het moederlijke bewustzijn van de
oerkerk, dat verband houdt met haar apostolische dienstwerk onder de mensen.
Dit bewustzijn maakte het de Kerk mogelijk en maakt het haar steeds mogelijk
het mysterie van haar leven en zending te zien naar het voorbeeld van de
Moeder van de Zoon die de eerstgeborene onder vele broeders is
(Rom. 8, 29).
Men kan zeggen dat de Kerk ook
van Maria haar eigen moederschap leert. Zij herkent het moederlijke aspect van
haar roeping dat wezenlijk verbonden is met haar sacramentele natuur, terwijl
zij de verborgen heiligheid van Maria beschouwt, haar liefde navolgt en de wil
van de Vader getrouw volbrengt.
Als de Kerk teken en instrument
van de innige vereniging met God is, dan is zij dit vanwege haar moederschap:
omdat zij door de levenwekkende Geest zonen en dochters van de mensenfamilie
voortbrengt voor een nieuw leven in Christus; omdat de Kerk zo ten dienste
blijft staan van het mysterie van de aanneming tot de kinderen door de genade,
zoals Maria ten dienste staat van het mysterie van de menswording.
Naar het voorbeeld van Maria
blijft de Kerk tevens de maagd die trouw is aan haar bruidegom: Ook zij is
maagd: zij behoudt haar trouw aan de bruidegom gaaf en zuiver. De Kerk is
inderdaad de bruid van Christus, zoals blijkt uit de paulijnse brieven en
uit de naam die Johannes haar geeft: de bruid van het Lam (Openb. 21, 9).
Wanneer de Kerk als bruid de aan Christus gegeven trouw behoudt, dan heeft
deze trouw die in de leer van de apostel beeld van het huwelijk is geworden,
tegelijk de waarde van beeld van de volledige overgave aan God in het celibaat
omwille van het Rijk der hemelen ofwel van de aan God gewijde
maagdelijkheid.
Juist deze maagdelijkheid naar
het voorbeeld van de Maagd van Nazareth is bron van een bijzonder geestelijke
vruchtbaarheid: zij is bron van het moederschap in de Heilige Geest.
De Kerk behoudt ook het geloof
dat zij van Christus ontvangen heeft: naar het voorbeeld van Maria die alles
wat haar goddelijke Zoon betrof in haar hart bewaarde en bij zichzelf overwoog,
legt zij zich erop toe het Woord van God te bewaren en de rijkdommen ervan
oordeelkundig en omzichtig na te vorsen, om er in ieder tijdvak voor alle
mensen trouw van te getuigen.
Aangezien Maria haar voorbeeld
is gaat de Kerk naar Maria toe en tracht zij aan haar gelijk te worden: in
navolging van de Moeder van haar Heer bewaart zij op maagdelijke wijze, door de
kracht van de Heilige Geest, het ongerept geloof, de standvastige hoop en de
oprechte liefde. Maria is dus aanwezig in het mysterie van de Kerk als model.
Maar het mysterie van de Kerk bestaat er ook in de mensen voort te brengen voor
een nieuw en onsterfelijk leven: dit is haar moederschap in de Heilige Geest.
En hier is Maria niet alleen model en beeld van de Kerk maar veel meer.
Want met moederlijke liefde draagt zij bij tot de geboorte en de
opvoeding van de zonen en de dochters van de moederkerk. Het moederschap
van de Kerk verwerkelijkt zich niet alleen volgens het model en het beeld van
de Moeder Gods maar ook met haar medewerking. De Kerk putovervloedig
uit deze medewerking, uit het moederlijke middelaarschap dus, dat
karakteristiek is voor Maria, omdat zij reeds op aarde bijdroeg tot de geboorte
en de opvoeding van zonen en dochters van de Kerk, als Moeder van de Zoon die
God gesteld heeft tot Eerstgeborene onder vele broeders.
Zij droeg ertoe bij zoals het
Tweede Vaticaans Concilie leert met moederlijke liefde. Hier ziet men de
werkelijke waarde van de woorden die Jezus op het uur van het kruis tot zijn
moeder gesproken heeft: Vrouw, zie daar uw zoon, en tot de
leerling: Zie daar uw moeder (Joh. 19, 26-27). Het zijn woorden
die de plaats van Maria in het leven van de leerlingen van Christus bepalen
en, zoals reeds gezegd, het nieuwe moederschap van de Moeder van de Verlosser
uitdrukken: het geestelijke moederschap dat voortgekomen is uit het diepst van
het Paasmysterie van de Verlosser der wereld. Het is een moederschap in de orde
van de genade, want het smeekt de gave af van de Heilige Geest die de nieuwe
kinderen van God verwekt die verlost zijn door het offer van Christus: de Geest
die ook Maria, samen met de Kerk, ontvangen heeft op de dag van Pinksteren.
Het christenvolk ervaart en
beleeft dit moederschap speciaal in het heilig Gastmaal, de liturgische
viering van het mysterie van de verlossing waarin Christus tegenwoordig komt
zijn waarachtige lichaam geboren uit de Maagd Maria.
Terecht heeft de vroomheid van
het christenvolk steeds een nauw verband gezien tussen de verering
van de heilige Maagd en de eucharistische eredienst: dit is een feit dat men
kan opmerken zowel in de westerse als in de oosterse liturgie, in de tradities
van de kloosterfamilies, in de spiritualiteit van de hedendaagse bewegingen,
ook in die van de jongeren, in de pastoraal van de Mariaheiligdommen. Maria
voert de gelovigen tot de Eucharistie.
Het is wezenlijk voor het
moederschap dat het betrekking heeft op personen. Het vormt steeds een
unieke en onherhaalbare relatie van twee personen: van de moeder met
het kind en van het kind met de moeder. Ook als eenzelfde vrouw
moeder is van vele kinderen, dan kenmerkt toch haar persoonlijke relatie met
ieder van hen wezenlijk het moederschap. Want ieder kind is op unieke en
onherhaalbare wijze ter wereld gebracht en dit geldt zowel voor de moeder als
voor het kind. Ieder kind wordt op diezelfde wijze omringd met de moederlijke
liefde waarop zijn opvoeding en rijping in menselijkheid gebaseerd zijn.
Men kan zeggen dat het
moederschap in de orde van de genade de gelijkenis behoudt met
wat in de orde van de natuur de band van de moeder met het kind
kenmerkt. In dit licht wordt het begrijpelijker dat in het testament van
Christus op Golgota het nieuwe moederschap van zijn Moeder uitgedrukt is in het
enkelvoud tegenover één mens: Zie daar uw zoon.
Men kan bovendien zeggen dat in
die woorden ook volledig het motief aangegeven wordt voor de mariale
dimensie van het leven van de leerlingen van Christus: niet allen van
Johannes die op dat uur samen met de Moeder van zijn Meester onder het kruis
stond, maar van iedere leerling van Christus, van iedere christen. De Verlosser
vertrouwt zijn Moeder aan de leerling toe en geeft haar tegelijk als moeder aan
hem. Het moederschap van Maria dat een erfenis wordt voor de mens is een gave:
een geschenk dat Christus persoonlijk aan ieder mens geeft. Zoals de
Verlosser Maria toevertrouwt aan Johannes, zo vertrouwt Hij tegelijk Johannes
toe aan Maria. Aan de voet van het kruis begint de speciale toewijding van
de mens aan de Moeder van Christus die vervolgens in de geschiedenis van
de Kerk op verschillende wijzen in praktijk gebracht en uitgedrukt is. Als de
apostel en evangelist na de woorden weergegeven te hebben die Jezus aan het
kruis tot de moeder en tot hemzelf richtte, eraan toevoegt: En van dat
ogenblik af nam de leerling haar bij zich (Joh. 19, 27), dan wil dit
ongetwijfeld zeggen dat aan de leerling de taak van zoon werd gegeven en dat
hij de zorg voor de moeder van zijn geliefde Meester op zich nam. Daar Maria
aan hem persoonlijk als moeder gegeven werd, duidt het, zij het indirect,
datgene aan wat de intieme band van een kind met zijn moeder uitdrukt. En dit
alles kan begrepen worden in het woord overgave. De overgave is het
antwoord op de liefde van een persoon en in het bijzonder op de
liefde van de moeder.
De mariale dimensie van het
leven van een leerling van Christus drukt zich op speciale wijze uit juist door
zon kinderlijke overgave aan de Moeder van God, welke zijn oorsprong heeft in
het testament van de Verlosser op Golgota. Als de christen zich kinderlijk aan
Maria toevertrouwt, neemt hij de Moeder van Christus op in
het zijne, zoals de apostel Johannes gedaan heeft, en leidt hij haar binnen in
heel de ruimte van zijn eigen innerlijke leven, d.w.z. in zijn menselijke en
christelijke ik: Hij nam haar bij zich. Zo streeft hij ernaar binnen
te treden in de straal van werking van de moederlijke liefde waarmee
de Moeder van de Verlosser zorg draagt voor de broeders van haar Zoon tot
wier geboorte en opvoeding zij bijdraagt, overeenkomstig de maat van de gave
die aan ieder eigen is door de kracht van de Geest van Christus. Zo ontplooit
zich ook het moederschap naar de geest dat de taak van Maria is geworden onder
het kruis en in het cenakel.
Deze kinderlijke band, dit zich
toevertrouwen van een zoon aan de Moeder heeft niet slechts zijn oorsprong
in Christus, maar men kan zeggen dat het tenslotte op Hem gericht is.
Men kan zeggen dat Maria tot allen dezelfde woorden blijft zeggen die zij te
Kana in Galilea gezegd heeft: Doet maar wat Hij u zeggen zal. Hij, Christus,
is immers de enige Middelaar tussen God en de mensen; Hij is de weg, de
waarheid en het leven (Joh. 14, 6); Hij is degene die door de Vader aan
de wereld is gegeven, opdat de mens niet verloren zal gaan, maar eeuwig
leven zal hebben (Joh. 3, 16). De Maagd van Nazareth is de eerste getuige geworden
van deze heilsliefde van de Vader en zij verlangt ook altijd en overal
zijn nederige dienstmaagd te blijven. Maria is ten opzichte van iedere
Christen, van iedere mens degene die als eerste geloofd heeft en
zij wil juist met dit geloof van een bruid en moeder haar invloed uitoefenen op
allen die zich als kinderen aan haar toevertrouwen. En het is bekend dat, hoe
meer deze kinderen in die houding volharden en daarin vooruitgaan, Maria hen
des te dichter bij de ondoorgrondelijke rijkdom van Christus (Lc.
3, 8) brengt. En zij herkennen eveneens steeds beter heel de waardigheid van de
mens en de uiteindelijke zin van zij roeping, want Christus maakt . . .
de mens voor zichzelf duidelijk.
Deze mariale dimensie van het
christelijk leven krijgt een bijzonder accent waar het om de vrouw en haar
conditie gaat. De vrouwelijkheid staat immers op speciale wijze in relatie met
de Moeder van de Verlosser; een thema dat elders nader uitgewerkt zal kunnen
worden. Hier wil ik alleen opmerken dat de persoon van Maria van Nazareth licht
werpt op de vrouw als zodanig door het feit zelf dat God zich in de
sublieme gebeurtenis van de incarnatie van de Zoon heeft toevertrouwd aan de
vrije en actieve dienst van een vrouw. Daarom kan men zeggen dat de vrouw die
naar Maria kijkt in haar het geheim vindt om op waardige wijze haar vrouw-zijn
te beleven en haar echte promotie te realiseren. In het licht van Maria ziet de
Kerk op het gelaat van iedere vrouw een schoonheid die de spiegel is van de
meest verheven gevoelens waartoe het menselijke hart in staat is: de totale
offervaardigheid van de liefde; de kracht die weet te weerstaan aan de grootste
smart; de onbeperkte trouw en de onvermoeibare zorg; het vermogen om de doordringende
intuïtie te verenigen met het woord van ondersteuning en bemoediging.
Paulus VI heeft tijdens het
Concilie plechtig verklaard dat Maria Moeder van de Kerk is, dat wil
zeggen Moeder van hel het christenvolk, zowel van de gelovigen als van de
herders. Later, in 1968, bevestigde hij deze verklaring in de
geloofsbelijdenis die bekend is onder naam Credo van het Volk van
God in een nog meer bindende vorm met de woorden: Wij geloven dat de
allerheiligste Moeder van God, de nieuwe Eva, de Moeder van de Kerk, in de
hemel haar moederlijke taak ten opzichte van de ledematen van Christus
voortzet, door mee te werken aan de geboorte en de ontwikkeling van het
goddelijke leven in de zielen van de verlosten.
De leer van het Concilie heeft
onderstreept dat de waarheid over de allerheiligste Maagd en Moeder van
Christus een doeltreffend hulpmiddel vormt voor de verdieping van de waarheid
over de Kerk. Sprekend in verband met de constitutie Lumen
Gentium die juist door het Concilie goedgekeurd was, heeft Paulus VI
gezegd: De kennis van de ware katholieke leer over de heilige Maagd Maria
zal altijd een sleutel vormen voor het nauwkeurige begrip van het mysterie van
Christus en van de Kerk.
Maria is in de Kerk aanwezig als
Moeder van Christus en tevens als de Moeder die Christus in het mysterie van de
verlossing aan de mens gegeven heeft in de persoon van de apostel Johannes.
Daarom omringt Maria met haar nieuwe moederschap in de Geest allen en
ieder in de Kerk en door de Kerk. In deze zin is Maria, de
Moeder van de Kerk, ook moeder van de Kerk. Want deze moet, zoals Paulus
VI wenst en vraagt, de Maagd en Moeder van God tot het meest authentieke
voorbeeld van de volmaakte navolging van Christus nemen.
Dank zij deze speciale band die
de Moeder van Christus met de Kerk verbindt, wordt het mysterie
duidelijker van de vrouw die vanaf de eerste hoofdstukken van het boek
Genesis tot aan de Apokalyps de openbaring van Gods heilsplan ten
opzichte van de mensheid vergezelt. Maria die als Moeder van de Verlosser aanwezig
is in de Kerk, neemt inderdaad op moederlijke wijze deel aan de lastige
worsteling tegen de machten van de duisternis, die zich ontwikkelt gedurende
heel de geschiedenis van de mensheid. En daar de Kerk haar identificeert met
de vrouw, bekleed met de zon (Openb. 12, 1), kan men zeggen
dat de Kerk in de zalige Maagd de volmaaktheid reeds bereikt heeft,
waardoor zij vlek noch rimpel vertoont. Daarom heffen de christenen op hun
aardse pelgrimstocht in geloof hun ogen op naar Maria en spannen zij zich
nog steeds in om in heiligheid te groeien.
Maria, de dochter van Sion bij
uitnemendheid, helpt al haar kinderen, waar en in welke situatie zij ook
leven om in Christus de weg naar het huis van de Vader te vinden.
Daarom, onderhoudt de Kerk in
heel haar leven met de Moeder van God een band die in het heilsmysterie het
verleden, het heden en de toekomst omvat en vereert zij haar als geestelijke
moeder van de mensheid en pleitbezorgster van genade.
HOOFDSTUK 3 - De
betekenis van het Mariale jaar
Juist de speciale band van de
mensheid met deze Moeder heeft mij er toe gebracht om in de Kerk een Mariajaar
uit te roepen in de periode die voorafgaat aan het einde van het tweede
millennium na de geboorte van Christus. Een soortgelijk initiatief is er reeds in
het verleden geweest toen Pius XII het jaar 1954 tot Mariajaar uitriep teneinde
de uitzonderlijke heiligheid van de Moeder van Christus in het licht te stellen
die tot uitdrukking komt in de mysteries van haar onbevlekte ontvangenis (welke
precies een eeuw eerder tot dogma was verklaard) en van haar tenhemelopneming.
Nu wil ik in de lijn van het
Tweede Vaticaans Concilie de speciale tegenwoordigheid van de Moeder Gods
in het mysterie van Christus en zijn Kerk doen uitkomen. Dit is namelijk een
fundamentele dimensie die opkomt uit de mariologie van het Concilie dat nu
reeds meer dan twintig jaar geleden is afgesloten. De buitengewone
bisschoppensynode die in 1985 heeft plaatsgevonden heeft allen aangespoord
de leer en de aanwijzingen van het Concilie trouw te volgen. Men kan zeggen dat
het Concilie en de synode datgene bevatten wat de Heilige Geest wil zeggen
tot de Kerk in de huidige fase van de geschiedenis.
Het woord van de levende God dat
door de engel aan Maria verkondigd werd betrof haarzelf Zie, gij zult
zwanger worden en een zoon ter wereld brengen (Lc. 1, 31). Maria die deze
boodschap aannam moest de Moeder van de Heer worden en in haar
moest het goddelijke mysterie van de menswording in vervulling gaan: De
Vader van barmhartigheid heeft gewild dat aan de menswording de aanvaarding zou
voorafgaan door haar die voorbestemd was de moeder van Jezus te worden. En
Maria geeft deze instemming, na alle woorden van de bode aanhoord te hebben.
Zij zegt: Zie de dienstmaagd des Heren; mij geschiede naar uw woord(Lc.
1, 38). Dit fiat van Maria - mij geschiede - heeft van de
menselijke kant beslist over de vervulling van het goddelijke mysterie. Er is
volledige overeenkomst met de woorden van de Zoon, die volgens de brief
een de Hebreeën bij zijn komst in de wereld tot de Vader zegt: Slachtoffers
en gaven hebt Gij niet gewild, maar Gij hebt voor Mij een lichaam bereid . . .
Hier ben Ik . . . gekomen . . . om uw wil te doen (Heb. 10, 5-7). Het
mysterie van de menswording is vervuld toen Maria haar fiat heeft
uitgesproken: Mij geschiede naar uw woord en de verhoring van de
wens van haar Zoon heeft mogelijk gemaakt, voorzover dit van haar afhing in het
goddelijk plan.
Maria heeft dit fiat uitgesproken door
het geloof. Zij heeft zich door het geloof zonder voorbehoud aan God
toevertrouwd en zich als dienstmaagd des Heren geheel en al gewijd aan de
persoon en het werk van haar Zoon. En zij heeft deze Zoon, zoals de kerkvaders
leren, alvorens Hem in haar schoot te ontvangen in haar geest ontvangen: juist
door het geloof! Elisabet prijst dus Maria terecht: Zalig zij die geloofd
heeft dat tot vervulling zal komen wat haar vanwege de Heer gezegd is. Deze
woorden zijn reeds in vervulling gegaan: Maria van Nazaret verschijnt op de
drempel van het huis van Elisabet en Zacharias als Moeder van Gods Zoon. Fat is
de blijde ontdekking van Elisabet: De moeder van mijn Heer komt naar mij
toe!
Daarom kan ook het geloof van
Maria vergeleken worden met dat van Abraham, die door de
apostel onze vader in het geloof is genoemd. Het geloof van Abraham
vormt in de heilsgeschiedenis van de goddelijke openbaring het begin van het
Oude Verbond. Door het geloof van Maria bij de boodschap begint het Nieuwe
Verbond. Zoals Abraham geloofd heeft, hopend tegen alle hoop in, dat hij
vader zou worden van vele volken, zo heeft Maria op het ogenblik van
de boodschap, na erop gewezen te hebben dat zij maagd was (Hoe zal dit
geschieden, daar ik geen gemeenschap heb met een man?), geloofd dat
zij door de kracht van de Allerhoogste, door de werking van de heilige Geest,
de Moeder van Gods Zoon zou worden, overeenkomstig de openbaring van de
engel: wat ter wereld wordt gebracht zal heilig genoemd worden, Zoon van
God (Lc. 1, 35).
Maar de woorden van
Elisabet: Zalig zij die geloofd heeft zijn niet alleen van
toepassing op dat speciale ogenblik van de boodschap. Dit is zeker het
hoogtepunt van het geloof van Maria die Christus verwacht, maar ook het
vertrekpunt van waaruit heel haar opgang naar God, heel haar
geloofstocht begint. En op deze weg zal zich op voortreffelijke en waarlijk
heldhaftige wijze ja, met een steeds groter en heldhaftiger geloof de gehoorzaamheid aan
het woord van de goddelijke openbaring welke zij beloofd heeft, verwezenlijken.
En deze gehoorzaamheid van het geloof van de kant van Maria
gedurende haar gehele tocht zal op verassende wijze lijken op het geloof van
Abraham. Zoals de aartsvader van het volk van God zo heeft ook Maria langs de
weg van haar kinderlijk en moederlijk fiat geloofd, hopend tegen
alle hoop in. De zegen die geschonken is aan haar die geloofd heeft zal
zich bijzonder duidelijk openbaren speciaal langs sommige etappes van deze weg.
Geloven wil zeggen vertrouwen op de waarheid van het woord van de
levende God, ook al weet en erkent men nederig hoe ondoorgrondelijk zijn
beslissingen zijn, hoe onnaspeurlijk zijn wegen (Rom. 11, 33). Maria, kan
men zeggen, bevindt zich door de eeuwige wil van de Allerhoogste in het centrum
van die onnaspeurlijke wegen en ondoorgrondelijke
beslissingen van God; zij geeft zich daaraan over in de schemering van
het geloof en aanvaardt volledig en met open hart alles wat beschikt is in het
goddelijk plan.
Als Maria bij de boodschap hoort
spreken over de Zoon van wie zij de moeder zal worden en aan wie zij de
naam Jezus (=Redder) moet geven, komt zij ook te weten dat de Heer de
troon van zijn vader David zal schenken aan Hem en dat Hij in
eeuwigheid koning zal zijn over het huis van Jakob en aan zijn koningschap geen
eind zal komen (Lc. 1, 32-33). De verwachting van heel Israël ging in
deze richting. De beloofde Messias zou groot zijn en ook de hemelse
bode kondigt aan dat hij groot zal zijn - groot zowel vanwege de
naam van Zoon van de Allerhoogste als vanwege het ontvangen van
de erfenis van David. Hij zal dus koning zijn, hij zal regeren over
het huis van Jakob. Maria is opgegroeid temidden van deze verwachtingen van
haar volk: kon zij op het ogenblik van de boodschap vermoeden welke wezenlijke
betekenis deze woorden van de engel hadden? En hoe dient dat koningschap waaraan nooit
een einde zal komen verstaan te worden?
Hoewel zij door het geloof op
dat ogenblik begrepen heeft moeder van de Messias-koning te zijn,
heeft zij toch geantwoord: Zie de dienstmaagd des Heren; mij
geschiede naar uw woord (Lc. 1, 38). Vanaf het eerste ogenblik heeft Maria
vooral de gehoorzaamheid van het geloof getoond en zich verlaten op
de betekenis die Hij van wie de woorden van de boodschap kwamen eraan gaf: God
zelf.
Een weinig later hoort Maria
steeds op deze weg van de gehoorzaamheid van het geloof andere
woorden, de woorden die Simeon uitsprak in de tempel van Jeruzalem.
Het was reeds de veertigste dag na de geboorte van Jezus toen Maria en Jozef volgens
het voorschrift van de Wet van Mozes het kind naar Jeruzalem brachten om
het aan de Heer op te dragen (Lc. 2, 22). De geboorte had plaats gevonden
in omstandigheden van uiterste armoede. Wij weten door Lucas dat Maria zich met
Jozef naar Betlehem had begeven bij gelegenheid van de volkstelling die door de
Romeinse autoriteiten uitgeschreven was, en dat zij, daar zij geen plaats
in de herberg gevonden had, haar kind in een stal ter wereld bracht en Hem
neerlegde in een kribbe .
Een zekere Simeon, een
wetsgetrouw en vroom man, verschijnt aan het begin van de geloofstocht van
Maria. Zijn door de heilige Geest ingegeven woorden bevestigen de waarheid
van de boodschap. Wij lezen namelijk dat hij het kind in zijn armen nam,
dat volgens het bevel van de engel de naam Jezus ontving . Wat
Simeon zegt stemt overeen met de betekenis van deze naam die Redder is: God
redt. Hij keerde zich tot de Heer en zei: Mijn ogen hebben uw heil
aanschouwd dat Gij voor alle volken hebt bereid; een licht dat voor de heidenen
straalt, een glorie voor uw volk Israël (Lc. 2, 30-32). Maar Simeon richt
zich tevens tot Maria met de volgende woorden: Mijn ogen hebben uw heil
aanschouwd dat Gij voor alle volken hebt bereid; een licht dat voor de heidenen
straalt, een glorie voor uw volk Israël (Lc. 2, 30-32). Maar Simeon richt
zich tevens tot Maria met de volgende woorden: Zie, dit kind is bestemd
tot val of opstanding van velen in Israël, tot een teken dat weersproken wordt,
opdat de gezindheid van velen openbaar zal worden. En met betrekking tot Maria
zelf voegt hij eraan toe: en uw eigen ziel zal door een zwaard worden
doorboord (Lc. 2, 34-35). De woorden van Simeon werpen een nieuw licht op de
boodschap die Maria gehoord heeft van de engel: Jezus is de Redder. Hij is licht
om te stralen voor de mensen. Is dit niet wat in zekere zin gebleken is
in de kerstnacht, toen de herders naar de stal waren gekomen? Is dit
niet wat nog duidelijker zou blijken bij de komst van de Wijzen uit het
oosten? Maar tegelijk ervaart de Zoon van Maria reeds aan het begin van zijn
leven en met Hem zijn moeder aan zichzelf de waarheid van de andere woorden
van Simeon: teken van tegenspraak (Lc. 2, 34). Wat Simeon zegt
blijkt een tweede boodschap aan Maria te zijn, want het toont haar de
concrete historische omstandigheden waarin de Zoon zijn zending zal vervullen,
namelijk in onbegrip en leed. Deze boodschap is enerzijds een bevestiging van
haar geloof in de vervulling van de goddelijke heilsbeloften, maar openbaart
van de andere kant ook dat zij haar geloofsgehoorzaamheid moet beleven in
lijden aan de zijde van de lijdende Heiland en dat haar moederschap duister en
smartelijk zal zijn. Zie, na het bezoek van de Wijzen, na hun eerbetuiging (neervallend
betuigen zij hun hulde), na het aanbieden van de geschenken, moet Maria
inderdaad samen met het kind onder de zorgzame hoede van Jozef naar Egypte
vluchten, omdat Herodes het kind komt zoeken om het te doden. En tot aan
de dood van Herodes zullen zij in Egypte moeten blijven.
Na de dood van Herodes keert de
heilige familie terug naar Nazaret en begint de lange periode van het
verborgen leven. Zij die geloofd heeft dat tot vervulling zal komen
wat haar vanwege de Heer is gezegd (Lc. 1, 45) beleefd iedere dag de
inhoud van deze woorden. De Zoon aan wie zij de naam Jezus heeft gegeven is
dagelijks aan haar zijde; zij gebruikt dus zeker in haar contacten met Hem deze
naam, die overigens bij niemand verwondering kon opwekken daar hij sinds lang
gebruikelijk was in Israël. Maria weet echter dat Hij die de naam Jezus draagt door
de engel Zoon van de Allerhoogste genoemd is. Maria weet dat zij Hem geeft
ontvangen en ter wereld gebracht zonder gemeenschap te hebben met een
man, door de werking van de heilige Geest, uit de kracht van de Allerhoogste
die daar overschaduwd heeft, zoals de wolk de tegenwoordigheid van God omhulde
in de tijd van Mozes en de vaders. Maria weet dus dat de Zoon die zij als maagd
ter wereld heeft gebracht werkelijk de Heilige is de Zoon van
God over wie de engel haar gesproken heeft.
Gedurende de jaren van het
verborgen leven van Jezus in het huis van Nazaret is ook het leven van
Maria met Christus verborgen in God door het geloof. Want het geloof is
een contact met het mysterie van God. Maria is voortdurend, dagelijks in
contact met het onuitsprekelijk mysterie van God die mens is geworden, een
mysterie dat alles overtreft wat in het Oude Verbond geopenbaard is. Vanaf het
ogenblik van de boodschap is de geest van de Moedermaagd binnengeleid in de
radicale nieuwheid van Gods zelfopenbaring en ingewijd in het
mysterie. Zij is de eerste van die kleinen van wie Jezus eens zal
zeggen: Vader, . . . Gij hebt deze dingen verborgen gehouden voor wijzen
en verstandigen, maar ze geopenbaard aan kleinen (Mt. 11, 25). Niemand
kent de Zoon tenzij de Vader (Mt. 11, 27). Hoe kan Maria dan de
Zoon kennen? Zij kent Hem zeker niet zoals de Vader Hem kent; maar toch is
zij de eerste onder hen aan wie de Vader Hem heeft willen openbaren. Ook
al is aan Maria van het ogenblik van de boodschap af de Zoon geopenbaard die
alleen de Vader ten bolle kent omdat Hij Hem voortbrengt in het eeuwige heden,
toch is zij, de Moeder, alleen in en door het geloof in contact met de
werkelijkheid van haar Zoon! Zij is dus zalig omdat zij geloofd heeft en iedere
dag gelooft temidden van alle beproevingen en tegenspoed van de periode
van Jezus kindsheid en vervolgens gedurende de jaren van het verborgen leven
te Nazaret, waar Hij aan hen onderdanig was (Lc. 2, 51): onderdanig
aan Maria en ook aan Jozef, want deze nam voor de ogen van de mensen de plaats
van de vader in; daarom werd de Zoon van Maria door de mensen voor de
zoon van de timmerman (Mt. 13, 55) gehouden.
De moeder van die Zoon, die
alles wat haar bij de boodschap en de daarop volgende gebeurtenissen gezegd was
in haar hart bewaart, draagt dus de radicale nieuwheid van het
geloof in zich: het begin van het Nieuwe Verbond. Dit is het begin van het
evangelie ofwel van de goede, blijde boodschap. Maar het is niet moeilijk in dat
begin een bijzondere moeite van het hart op te merken, samen met een
soort nacht van het geloof (om de woorden van de heilige Johannes
van het Kruis te gebruiken), als het ware een sluier waardoorheen
men moet naderen tot de Onzichtbare en leven in innige verbondenheid met het
mysterie. Het is inderdaad op deze wijze dat Maria vele jaren innig
verbonden bleef met het mysterie van haar Zoon en voortging op haar
geloofstocht, terwijl Jezus toenam in wijsheid en welgevalligheid bij God
en de mensen (Lc. 2, 25). Steeds meer openbaarde zich voor de ogen van de
mensen de voorliefde die God voor Hem had. De eerste van de menselijke
schepselen aan wie het gegeven was Christus te ontdekken, was Maria die met
Jozef in het huis te Nazaret leefde.
Toe Maria en Jozef Jezus teruggevonden
hadden in de tempel en de twaalfjarige op de vraag van zijn
Moeder: Waarom hebt Ge ons dit aangedaan? antwoordde Wist ge
dan niet dat Ik in het huis van mijn Vader moest zijn?, voegt de evangelist
toe: Zij begrepen echter niet wat Hij daarmee bedoelde (Lc. 2,
48-50). Jezus was er zich dus van bewust dat alleen de Vader de Zoon kent,
zozeer dat zelfs zij aan wie het mysterie van zijn goddelijk Zoon-zijn dieper
geopenbaard was, de Moeder, alleen door het geloof in innige verbondenheid met
dit mysterie leefde! Aan de zijde van haar Zoon onder hetzelfde dak heeft zij
de vereniging met haar Zoon standvastig volgehouden en is zij voortgegaan op
de pelgrimstocht van het geloof, zoals het Concilie onderstreept. En zo was
het ook tijden het openbare leven van Christus, waardoor van dag tot dag in
haar de zegen vervuld werd welke Elisabet bij haar bezoek had uitgesproken: Zalig
zij de geloofd heeft.
Deze zegen bereikt het
hoogtepunt van zijn betekenis als Maria onder het kruis van haar
Zoon staat . Het Concilie verzekert dat dit niet is geschied zonder
Gods beschikking: daar heeft zij smartelijk met haar Eniggeborene
meegeleden en zich met haar moederhart bij zijn offer aangesloten, liefdevol
toestemmend in de slachting van het offerlam dat uit haar was geboren.
Zo, heeft zij de vereniging met haar Zoon standvastig volgehouden tot
onder het kruis de vereniging door het geloof, hetzelfde geloof waarmee
zij de openbaring van de engel op het ogenblik van de boodschap had ontvangen.
Toen had zij ook tot zich horen zeggen: Hij zal groot zijn . . . God de
Heer zal Hem de troon van zijn vader David schenken en Hij zal in eeuwigheid
koning zijn over het huis van Jakob en aan zijn koningschap zal nooit een einde
komen (Lc. 1, 32-33).
En zie, aan de voet van het
kruis is Maria menselijkerwijs gesproken getuige van de volstrekte logenstraffing
van deze woorden. Haar Zoon sterft als een veroordeelde op dat hout. Geminacht
en gemeden werd hij door de mensen, man van smarten . . . geminacht en als niet
de moeite waard beschouwd: als het ware vernietigd. Hoe groot en heldhaftig is
dan de gehoorzaamheid van het geloof die Maria toont tegenover de ondoorgrondelijke
beslissingen van God! Hoe vertrouwt zij zich zonder
voorbehoud toe aan God, door de volledige onderdanigheid van verstand en
wil jegens Hem wiens wegen onnaspeurlijk zijn ! En hoe
machtig is tevens de werking van de genade in haar ziel, hoe doordringend is de
invloed van de heilige Geest, van zij licht en kracht?
Door dit geloof is Maria
volmaakt verenigd met Christus in zijn ontlediging. Want Jezus Christus . . .
die bestond in goddelijke majesteit, heeft zich niet willen vastklampen aan de
gelijkheid met God. Hij heeft zich van zichzelf ontdaan en het bestaan van een
slaaf aangenomen: juist op Golgota heeft Hij zich vernederd en werd Hij
gehoorzaam tot de dood, tot de dood aan het kruis. Aan de voet van het kruis
neemt Maria door het geloof deel aan het ontstellende mysterie van deze
ontlediging. Misschien is dit de meest diepe ontlediging van het geloof in de
mensengeschiedenis. Door het geloof neemt de Moeder deel aan de dood van de
Zoon, aan zijn verlossingsdood. Het was een geloof dat veel meer verlicht was
dan het geloof van de leerlingen die op de vlucht sloegen. Op Golgota heeft
Jezus door het kruis definitief bevestigd het teken van tegenspraak te zijn
dat Simeon voorzegd had. Tegelijkertijd zijn daar de woorden in vervulling
gegaan die tot Maria gericht had: En uw eigen ziel zal door een zwaard worden
doorboord.
Ja, waarlijk zalig zij die
geloofd heeft! Deze woorden welke Elisabet uitgesproken heeft na de boodschap,
lijken hier aan de voet van het kruis te weerklinken met uiterste
welsprekendheid en de kracht die erin opgesloten ligt wordt doordringend. Vanaf
het kruis, als het ware uit het hart zelf van het mysterie van de verlossing,
verbreidt zich de straal en verwijdt zich het perspectief van die geloofszegen.
Hij gaat terug, tot aan het begin en wordt, als deelname aan het
offer van Christus, de nieuwe Adam, in zekere zin het tegenwicht van de
ongehoorzaamheid en het ongeloof die gelegen zijn in de zonde van de
stamouders. Zo leren de kerkvaders en in het bijzonder de heilige Ireneüs die
geciteerd wordt door de constitutie Lumen Gentium: De knoop van Evas
ongehoorzaamheid werd door de gehoorzaamheid van Maria ontward: hetgeen de
maagd Eva door het ongeloof gebonden had, dat heeft de Maagd Maria door haar
geloof ontbonden. In het licht van deze vergelijking met Eva noemen de vaders
Maria "moeder van de levenden", zoals het Concilie ook in herinnering
brengt, en zij verklaren vaak: De dood door Eva, het leven door Maria.
Wij kunnen dus terecht in de
uitdrukking Zalig zij de geloofd heeft als het ware een sleutel vinden die
ons de innerlijke werkelijkheid van Maria ontsluit: van haar die de engel
gegroet heeft als vol van genade. Als vol van genade is zij van eeuwigheid
aanwezig in het mysterie van Christus, terwijl zij door het geloof daaraan
deelneemt op heel haar aardse levensweg: zij is voortgegaan op de
pelgrimstocht van het geloof. Tegelijk heeft zij op discrete maar directe en
doeltreffende wijze dit mysterie van Christus voor de mensen tegenwoordig
gesteld. En zij doet dit nog steeds. En door het mysterie van Christus is zij
ook aanwezig onder de mensen. Zo wordt door het mysterie van de Zoon ook het
mysterie van de Moeder verhelderd.
HOOFDSTUK 3 - Zie
daar uw moeder
In het Evangelie van Lucas staat
het moment opgetekend waarom een vrouw uit de menigte haar stem verhief en
Jezus toeriep: Gelukkig de schoot die u gedragen heeft en de borsten die
u hebben gevoed (Lc. 11, 27). Deze woorden vormden een hulde aan Maria
als moeder van Jezus naar het vlees. Die vrouw kende de Moeder van Jezus
misschien niet persoonlijk. Toen Jezus zijn messiaanse activiteit begon,
vergezelde Maria Hem immers niet en bleef zij in Nazareth. Men zou kunnen
zeggen dat de woorden van die onbekende vrouw haar op zeker wijze haar
verborgenheid hebben doen verlaten.
Door die woorden heen heeft
minstens voor een ogenblik onder de menigte het Evangelie van Jezus kindsheid
gestraald. Het is het Evangelie waarin Maria aanwezig is als de moeder die
Jezus in haar schoot ontvangt en ter wereld brengt en Hem als pasgeborene de
moederborst geeft: de moeder en voedster op wie de vrouw uit het volk
zinspeelt. Dank zij dit moederschap is Jezus Zoon van de
Allerhoogste een echt mensenkind. Hij is vlees ,zoals iedere
mens: Hij is het Woord (dat) vlees is geworden.
Hij is vlees en bloed van
Maria. Maar Jezus antwoordt op veelzeggende wijze op de zegen welke werd
uitgesproken door die vrouw tegenover zijn moeder naar het vlees: Veeleer
gelukkig die naar het woord van God luisteren en het onderhouden (Lc. 11, 28).
Hij wil de aandacht afleiden van het moederschap enkel in de zin van een band
van het vlees om haar te richten op de mysterievolle banden van de geest die
gevormd worden door het beluisteren en onderhouden van het woord Gods.
Eenzelfde overdracht naar de
sfeer van de geestelijke waarden tekent zich nog duidelijker af in een ander
antwoord van Jezus, dat alle synoptici weergeven. Als men aan Jezus laat weten
dat zijn moeder en broeders zijn zij die het woord van God horen en er naar
handelen (Lc. 8, 20-21). Dit zei Hij terwijl Hij zijn blik liet gaan
over de mensen die in een kring om hen heen zaten, zoals wij bij Marcus lezen"
(Mc. 3, 34) of, volgens Matteüs, met een gebaar naar zijn leerlingen (Mt. 12,
49).
Deze uitdrukkingen lijken een
vervolg op wat Jezus als twaalfjarige antwoordde aan Maria en Jozef toen zij
Hem na drie dagen terugvonden in de tempel van Jeruzalem.
Toen Jezus uit Nazareth wegtrok
en zijn openbare leven begon in heel Palestina, wijdde Hij zich volledig en
uitsluitend aan de dingen van de Vader.
Hij verkondigde het Rijk: Rijk
van God en dingen van de Vader, die ook een nieuwe dimensie en een nieuwe
zin geven aan al wat menselijk is en dus aan iedere menselijke relatie, in
verband met de doeleinden en de taken die aan iedere mens zijn toevertrouwd.
Ook een band als die van het broeder-zijn betekent in deze nieuwe dimensie
iets anders dan het broeder-zijn naar het vlees, dat voortkomt uit de
gemeenschappelijke afkomst van dezelfde ouders. En zelfs het moederschap
krijgt een andere zin in de dimensie van het Rijk Gods, in de straal van het
vaderschap van God zelf. Met de woorden die Lucas heeft opgeschreven leert
Jezus juist deze nieuwe zin van het moederschap.
Verwijdert Hij zich daarmee van
haar die Hem naar het vlees heeft voortgebracht? Wil Hij haar misschien in de
schaduw van de verborgenheid laten die zij zelf gekozen heeft? Als dit zo kan
lijken omdat de woorden zo klinken, dan moet men evenwel vaststellen dat het
nieuwe en andere moederschap waarover Jezus tot zijn leerlingen spreekt, juist
op zeer speciale wijze Maria treft. Is Maria soms niet de eerste onder hen die
het woord van God horen en er naar handelen? En betreft de zegen die Jezus
uitgesproken heeft in antwoord op de woorden van de anonieme vrouw dus niet
vooral haar? Maria is zonder twijfel zegen waardig door het feit dat zij naar
het vlees Moeder van Jezus is geworden (Gelukkig de schoot die u gedragen
heeft en de borsten die u hebben gevoed), maar ook en vooral omdat zij reeds
op het ogenblik van de boodschap het woord van God aangenomen heeft, omdat zij
daarin geloofd heeft, omdat zij gehoorzaam was aan God, omdat zij het woord in
haar hart bewaarde en overwoog en met heel haar leven er naar handelde.
Wij mogen dus zeggen dat de zaligspreking die Jezus uitgesproken heeft, niet
staat tegenover die welke verwoord is door de onbekende vrouw, ook al heeft het
er de schijn van, maar daarmee samenvalt in de persoon van deze Moedermaagd die
zich alleen maar "dienstmaagd des Heren heeft genoemd (Lc. 1, 38). Het is
waar dat elk geslacht haar zalig prijst (Lc. 1, 48) maar men kan zeggen dat
die naamloze vrouw de eerste geweest is die onbewust dat profetische vers van
het Magnificat van Maria heeft bevestigd en het Magnificat van de
eeuwen heeft ingezet.
Door het geloof is Maria de
moeder geworden van de Zoon die de Vader haar gegeven heeft uit kracht van de
Heilige Geest, terwijl zij haar maagdelijkheid ongeschonden heeft bewaard. In
hetzelfde geloof heeft zij de andere dimensie van het moederschap ontdekt en
aanvaard, welke Jezus geopenbaard heeft gedurende zijn messiaanse zending. Men
kan zeggen dat het moederschap van Maria vanaf het begin deze dimensie had,
d.w.z. vanaf het ogenblik van de ontvangenis en de geboorte van de Zoon. Van
toen af aan was zij degene die geloofd heeft. Terwijl de messiaanse zending
van deze Zoon duidelijk werd voor haar ogen en in haar geest, stelde zij
zichzelf als Moeder steeds meer open voor de nieuwheid van het moederschap
die haar deel zou zijn aan de zijde van de Zoon. Had zij niet van het begin
af verklaard: Zie de dienstmaagd des Heren; mij geschiede naar uw woord (Lc.
1, 28)? Door het geloof bleef Maria luisteren naar en nadenken over dat woord,
waarin op een wijze die alle kennis te boven gaat (Lc. 3, 19) de
zelfopenbaring van de levende God zich steeds doorzichtiger maakte. Moeder
Maria werd zo in zekere zin de eerste leerlinge van haar Zoon, de eerste tot
wie Hij scheen te zeggen: Volg Mij, nog voor Hij deze oproep richtte tot de
apostelen of tot wie anders ook.
Bijzonder welsprekend is vanuit
dit gezichtspunt de tekst van het evangelie van Johannes die ons
Maria toont op de bruiloft van Kana. Maria verschijnt er als de Moeder van
Jezus aan het begin van zijn openbare leven: Er was een bruiloft te Kana
in Galilea, waarbij de moeder van Jezus aanwezig was. Jezus en zijn leerlingen
waren eveneens op die bruiloft uitgenodigd (Joh. 2, 1-2). Uit de tekst
lijkt te blijken dat Jezus en zijn leerlingen uitgenodigd waren samen met
Maria, als het ware vanwege haar aanwezigheid op dat feest: de Zoon lijkt
uitgenodigd vanwege de moeder. Het vervolg van de gebeurtenissen die verbonden
zijn met die uitnodiging is bekend, dat begin van de tekenen die
Jezus deed het water veranderde in wijn dat de evangelist doet zeggen:
Jezus openbaarde zijn heerlijkheid en zijn leerlingen geloofden in hem (Joh.
2, 11).
Maria is te Kana in Galilea
aanwezig als Moeder van Jezus en draagt op veelbetekenende
wijze bij tot dat begin van de tekenen die de messiaanse
macht van haar Zoon openbaren. Zie: Toen de wijn opraakte zei de Moeder
van Jezus tot Hem: Ze hebben geen wijn meer. Jezus zei tot haar: Vrouw, is
dat soms uw zaak? Nog is mijn uur niet gekomen (Joh. 2, 3-4). In het
evangelie van Johannes betekent dat uur het moment dat door de
Vader is vastgesteld en waarop de Zoon zijn werk vervult en verheerlijkt moet
worden. Ook al lijkt het antwoord van Jezus aan zijn moeder te klink weigering
(vooral als men meer van Jezus aan zijn moeder te klinken als een weigering
(vooral als men meer dan naar de vraag kijkt naar die besliste verklaring: Nog
is mijn uur niet gekomen), toch wendt Maria zich tot de bedienden en zegt
hun: Doet maar wat Hij u zal zeggen (Joh. 2, 5) Dan beveelt Jezus
de bedienden om de kruiken met water te vullen en het water wordt wijn, betere
dan de wijn die eerst aangeboden was aan de gasten van het bruiloftsmaal.
Welke diepe verstandhouding is
er geweest tussen Jezus en zijn moeder? Hoe het mysterie van hun intieme
geestelijke eenheid te peilen? Maar het feit is welsprekend. Het is zeker dat
zich reeds in die gebeurtenis vrij duidelijk de nieuwe dimensie, de nieuwe
zin van het moederschap van Maria aftekent. Dit heeft een betekenis
die niet uitsluitend besloten ligt in de woorden van Jezus en in de
verschillende episoden die door de synoptici weergegeven (Lc. 11, 27-28)(Lc. 8,
19-21)(Mt. 12, 46-50)(Mc. 3, 31-35). In deze teksten wil Jezus vooral het
moederschap dat voortvloeit uit het feit zelf van de geboorte stellen tegenover
wat dit moederschap (zoals het broeder-zijn) moet zijn in de
dimensie van het Rijk Gods, in de heilbrengende uitstraling van het vaderschap
van God. In de johanneïsche tekst tekent zich daarentegen in de beschrijving
van de gebeurtenissen van Kana af wat zich concreet manifesteert als dit nieuwe
moederschap naar de geest en niet alleen maar naar vlees, ofwel de zorg
van Maria voor de mensen, naar wie zij toekomt in heel het wijde gamma van hun
noden en behoeften. Te Kana in Galilea toont zich slechts een concreet,
schijnbaar klein en onbeduidend aspect van de menselijke behoeftigheid (Zij
hebben geen wijn meer). Maar het heeft symbolische waarde. Dat tegemoetkomen
aan de noden van de mensen betekent tegelijk dat zij hen binnenleidt in de
straal van de messiaanse zending en van de heilbrengende macht van Christus. Er
is dus een bemiddeling: Maria plaatst zich tussen haar Zoon en de mensen in de
werkelijkheid van hun ontberingen, armoede en lijden.
Zij plaatst zich midden
tussen, d.w.z. zij wordt middelares, niet als een vreemdelinge maar in haar positie
van moeder, zich ervan bewust dat zij als zodanig in staat is zelfs het
recht heeft - om de noden van de mensen aan de Zoon voor te leggen. Haar
middelaarschap heeft dus het karakter van tussenkomst: Maria komt
tussenbeide voor de mensen. En niet alleen dit als moeder verlangt
zij ook dat de messiaanse macht van de Zoon zich openbaart ofwel zijn
heilsmacht die erop gericht is de mens te hulp te komen in zijn ongeluk, hem te
bevrijden van het kwaad dat in verschillende vormen en graden zijn leven
bezwaart. Juist zoals de profeet Jesaja voorspeld had van de Messias in de
befaamde tekst waarop Jezus zich beroepen heeft ten overstaan van zijn
stadgenoten van Nazareth: Om aan armen de Blijde Boodschap te brengen,
aan gevangenen hun vrijlating bekend te maken en aan blinden dat zij zullen
zien . . . .
Een ander wezenlijk element van
deze moederlijke taak van Maria vindt men in de woorden die zij tot de
bedienden gericht heeft: Doet maar wat Hij u zeggen zal. De Moeder van
Christus treedt op voor de mensen als woordvoerster van de wil van de Zoon,
als degene die de vereisten aangeeft waaraan voldaan moet worden, opdat de
heilsmacht van de Messias zich kan openbaren. Dank zij de tussenkomst van Maria
en de gehoorzaamheid van de bedienden begint Jezus te Kana zijn uur. Te
Kana blijkt dat Maria in Jezus gelooft: haar geloof geeft aanleiding tot
zijn eerste teken en draagt bij tot het opwekken van het geloof van
de leerlingen.
Daarom kunnen wij zeggen dat wij
op deze bladzijde van het evangelie van Johannes als het ware een eerste blijk
vinden van de waarheid over de moederlijke zorg van Maria. Deze waarheid heeft
ook uitdrukking gevonden in de leer van het laatste Concilie. Het is
belangrijk op te merken hoe de moederlijke taak van Maria daardoor belicht
wordt in verband met het middelaarschap van Christus. Wij lezen er
namelijk: De moederlijke taak van Maria tegenover de mensen verduistert
of vermindert op geen enkele wijze het enige middelaarschap van Christus, maar
toont aan, hoe krachtig het is. Want . . . ,één is de Middelaar tussen God en
de mensen, de mens Christus Jezus . . . (1 Tim. 2, 5). Deze taak vloeit
volgens het welbehagen van God voort uit de overvloed van de verdiensten
van Christus, is gevestigd op zijn middelaarschap, is daarvan volkomen
afhankelijk en put daaruit haar gehele kracht.
Juist in deze zin biedt de
gebeurtenis te Kana in Galilea ons als het ware een vooraankondiging van
het middelaarschap van Maria, dat geheel op Christus is georiënteerd en gericht
op de openbaring van zijn heilsmacht.
Uit de johanneïsche tekst blijkt
dat het om een moederlijk middelaarschap gaat. Zoals het Concilie verklaart:
Maria is onze moeder in de orde van de genade. Dit moederschap in de
orde van de genade is voortgekomen uit haar goddelijke moederschap, want omdat
zij door beschikking van de goddelijke voorzienigheid moeder en voedster van de
Verlosser was, is zij op heel bijzonder wijze, vóór alle anderen, zijn
edelmoedige gezellin en de nederige dienstmaagd des Heren geworden en geeft
zij . . . aan het werk van de Heiland meegewerkt door haar gehoorzaamheid, haar
geloof, haar hoop, haar vurige liefde, om het bovennatuurlijke leven van de
zielen te herstellen.
En dit moederschap van
Maria in het genadebestel gaat zonder ophouden voort . . . tot aan de eeuwige
voleinding van alle uitverkorenen.
De passage van het evangelie van
Johannes over de gebeurtenis van Kana laat het zorgzame moederschap van Maria
zien aan het begin van de messiaanse activiteit van Christus. Een andere
passage van hetzelfde evangelie bevestigt dit moederschap in het heilsbestel
van de genade op zijn hoogtepunt, namelijk als het kruisoffer van Christus,
zijn Paasmysterie, voltrokken wordt. De beschrijving van Johannes is
bondig: Bij Jezus kruis stonden zijn moeder, de zuster van zijn moeder,
Maria de vrouw van Klopas en Maria Magdalena. Toen Jezus zijn moeder zag en
naast haar de leerling die Hij liefhad, zei Hij tot zijn moeder: Vrouw, zie
daar uw zoon. Vervolgens zei Hij tot de leerling: Zie daar uw moeder En van
dat ogenblik af nam de leerling haar bij zich op (Joh. 19, 25-27).
Ongetwijfeld is dit een
uitdrukking van de bijzondere zorg van de Zoon voor de Moeder die Hij in zulk
een grote smart achterliet. Maar Christus testament van het kruis zegt
meer over de zin van deze zorg. Jezus doet een nieuwe band uitkomen tussen
Moeder en Zoon, waarvan Hij plechtig heel de waarheid en werkelijkheid
bevestigt. Men kan zeggen dat het moederschap van Maria ten opzichte van de
mensen, dat zich reeds eerder afgetekend had nu duidelijk omschreven en
vastgesteld wordt: het vloeit voort uit de definitieve
vervulling van het Paasmysterie van de Verlosser. De Moeder van Christus
die zich in de directe sfeer van dit mysterie bevindt welke de mens iedereen
en allen omvat, wordt als moeder aan de mens gegeven aan ieder en aan
allen. Deze mens is aan de voet van het kruis Johannes, de leerling die
Hij liefhad.
Dit nieuwe moederschap van
Maria dat voorgebracht is door het geloof, is dus vrucht van de
nieuwe liefde die definitief in haar rijpte aan de voet van het kruis
door middel van haar deelname aan de verlossende liefde van de Zoon.
Zo bevinden wij ons in het
middelpunt van de vervulling van de belofte die vervat is in het
proto-evangelie: het kroost van de vrouw zal de kop van de slang
verpletteren. Inderdaad overwint Jezus Christus door zijn verlossingsdood het
kwaad van de zonde en de dood in de wortels zelf ervan. Het is veelzeggend dat
Hij, als Hij zich vanaf het kruis tot de moeder richt, haar vrouw noemt
en zegt: Vrouw, zie daar uw zoon. Met dezelfde term heeft Hij zich
overigens ook te Kana in Galilea tot haar gericht. Hoe zou men kunnen
betwijfelen dat speciaal nu, op Golgotta, deze uitdrukking tot op de bodem van
het mysterie van Maria gaat er doordringt tot haar bijzondere plaats
in heel de heilseconomie? Zoals het Concilie leert, werden met
Maria, de dochter van Sion bij uitnemendheid na de lange verwachting van
de belofte, de tijden vervuld en de nieuwe heilsorde ingeluid, toen de Zoon van
God in haar de menselijke natuur aannam, om door de mysteries van zijn
mens-zijn de mensen van de zonden te bevrijden.
De woorden die Jezus uitspreekt
vanaf het kruis betekenen dat het moederschap van haar die Hem gebaard
heeft een nieuwe voortzetting vindt in en door de Kerk, die
gesymboliseerd en vertegenwoordigd wordt door Johannes. Op deze wijze blijft
zij die vol van genade is binnengeleid in het mysterie van Christus
om zijn Moeder te zijn, de heilige moeder van God dus, door middel
van de Kerk in dat mysterie als de vrouw die aan het begin van de
heilsgeschiedenis door het boek Genesis wordt aangeduid (Gen. 3, 15) en aan het
eind ervan door de Apokalyps (Openb. 12, 1). Volgens het eeuwige plan van de
Voorzienigheid moet het goddelijk moederschap van Maria zich uitstrekken over
de Kerk, zoals aangegeven wordt door uitspraken van de Traditie volgens welke
het moederschap van Maria ten opzichte van de Kerk de weerspiegeling en de
verlenging is van haar moederschap ten opzichte van Gods Zoon.
Reeds het ogenblik zelf van de
geboorte van de Kerk en van haar volle openbaring aan de wereld laat volgens
het Concilie de continuïteit van Marias moederschap doorschemeren.
Daar het God had behaagd het
mysterie van het heil van de mensen niet plechtig openbaar te maken, vooraleer
Hij de Geest die door de Zoon was beloofd, had uitgestort, zien wij de
apostelen vóór Pinksteren, ,eensgezind volharden in het gebed samen met de
vrouwen, met Maria de Moeder van Jezus en met zijn broeders (Hand. 1, 14). Ook
Maria smeekte door haar gebeden om de gave van de Geest, die haar reeds bij de
boodschap had overschaduwd.
Er is dus in het genadebestel
dat verwezenlijkt wordt onder de werking van de menswording van het Woord en
dat van de geboorte van de Kerk. De persoon die deze twee momenten verbindt, is
Maria: Maria te Nazaret en Maria in het cenakel te Jeruzalem. In beide gevallen
wijst haar discrete maar wezenlijke aanwezigheid de weg aan van de geboorte
van de heilige Geest. Zo komt zij die als moeder aanwezig is in het mysterie van
Christus, krachtens de wil van de Zoon en door de werking van de heilige Geest
tegenwoordig in het mysterie van de Kerk. Ook in de Kerk blijft het een
moederlijke aanwezigheid, zoals de op het kruis uitgesproken woorden
aangeven: Vrouw, zie daar uw zoon; Zie daar uw moeder.
DEEL 2 : DE MOEDER VAN GOD MIDDEN IN DE
PELGRIMERENDE KERK
HOOFDSTUK 1 - De
Kerk, het Volk van God, in alle delen van de wereld geworteld
Dwars door de vervolgingen
van de kant van de wereld en de vertroostingen van de kant van God heen zet de
Kerk haar pelgrimstocht voort en verkondigt zij het kruis en de dood van
de Heer, totdat Hij komt
Zoals nu Israël naar het vlees,
bij zijn tocht door de woestijn, reeds de Kerk van God genoemd wordt, zo wordt
het nieuwe Israël . . . ook de Kerk van Christus genoemd. Want Hij heeft haar
door zijn bloed verworven, met zijn Geest vervuld en met geschikte middelen
voor een zichtbare en maatschappelijke eenheid uitgerust. God heeft de
vergadering van hen die gelovend naar Jezus opzien als naar de bewerker van het
heil en het beginsel voor eenheid en vrede samengeroepen en tot de Kerk
gemaakt, om voor allen en ieder afzonderlijk het zichtbare sacrament te zijn
van deze heil brengende eenheid.
Het Tweede Vaticaans Concilie
spreekt over de pelgrimerende Kerk en maakt een vergelijking met het Israël van
het Oude Verbond onderweg door de woestijn. De tocht heeft ook een uiterlijk
karakter, dat zichtbaar is in de tijd en de ruimte waarin hij historisch
verloopt. De Kerk spreidt zich uit tot alle streken, treedt binnen in de
geschiedenis van de mensen en blijft toch tevens boven de tijden en grenzen van
de volkeren verheven.
Maar het wezenlijke karakter van
de pelgrimstocht van de Kerk is innerlijk. Het gaat om een pelgrimstocht
door middel van het geloof, door de kracht van de verrezen Heer, om een
pelgrimstocht in de heilige Geest die als onzichtbare Helper (parákletos) aan
de Kerk is gegeven: Dwars door de beproevingen en de wederwaardigheden heen
schrijdt zij voort, gesterkt door de kracht van Gods genade, die haar door de
Heer werd beloofd . . . Dank zij de werking van de heilige Geest houdt zij niet
op zichzelf te vernieuwen, tot zij door het kruis het licht bereikt dat geen
ondergang meer kent.
Juist op deze pelgrimstocht van
de Kerk door de ruimte en de tijd en nog meer door de geschiedenis van de
zielen is Maria aanwezig als degene die zalig is omdat zij geloofd heeft, als
degene die voortging op de pelgrimstocht van het geloof, terwijl zij als geen
ander schepsel deelnam aan het mysterie van Christus. Het Concilie zegt nog
dat, Maria is binnengetreden in het hart van de heilsgeschiedenis en als het
ware de hoogste geloofsgeheimen verenigt en weerspiegelt.
Zij is onder alle gelovigen als
het ware een spiegel waarin Gods grote daden (Hand. 2, 11) zich op de meest
diepe en klare wijze weerspiegelen.
De Kerk die door Christus op de
apostelen is gebouwd, is zich geheel bewust geworden van die grote daden van
God op Pinksteren toen zij die bijeengekomen waren in het cenakel, terwijl
zij door haar gebeden om de gave van de Geest smeekte.
Haar geloofstocht is in zekere
zin langer. De heilige Geest is reeds over haar neergedaald en zij is zijn
trouwe bruid geworden bij de boodschap, toen zij het Woord van de ware God
ontving en de volledige onderdanigheid van verstand en wil jegens de
openbarende God bewees, ja zich geheel aan God toevertrouwde door de
gehoorzaamheid van het geloof, waarmee zij aan de engel antwoordde: Zie de
dienstmaagd des Heren; mij geschiede naar uw woord. De geloofstocht van Maria,
die wij zien bidden in het cenakel, is dus langer dan de tocht van de anderen
die daar bijeen waren. Maria gaat hen voor, gaat voor hen uit.
Het ogenblik van Pinksteren te
Jeruzalem is, behalve door het ogenblik van het kruis, ook voorbereid door het
ogenblik van de boodschap te Nazareth. In het cenakel komt de weg van Maria
samen met de geloofstocht van de Kerk. Op welke wijze?
Sommigen van degenen die ijverig
waren in het gebed in het cenakel en zich voorbereidden om uit te gaan in heel
de wereld na het ontvangen van de heilige Geest, waren successievelijk door
Jezus geroepen vanaf het begin van zijn zending in Israël Elf van hen waren
aangesteld tot apostelen en aan dezen had Jezus de zending overgedragen die Hij
zelf ontvangen had van de Vader. Na de verrijzenis had Hij tot de apostelen
gezegd Zoals de Vader Mij gezonden, geeft, zo zend Ik u (Joh. 20, 21). En
veertig dagen later zei Hij nog alvorens terug te keren naar de Vader: Gij
zult kracht ontvangen van de heilige Geest, die over u komt, om mijn getuigen
te zijn . . . tot het uiteinde der aarde. Deze zending van de apostelen begint
op het ogenblik dat zij het cenakel te Jeruzalem verlaten. Dan wordt de Kerk
geboren en groeit zij door het getuigenis dat Petrus en de andere apostelen
afleggen over de gestorven en verrezen Christus.
Maria heeft niet direct deze
apostolische zending ontvangen. Zij was niet onder hen die Jezus uitzond in
heel de wereld om alle volkeren tot zijn leerlingen te maken, toen Hij hun
deze zending toevertrouwde. Zij was daarentegen wel in het cenakel waar de
apostelen zich voorbereidden om hun zending te beginnen met de komst van de
Geest der Waarheid: zij was met hen. Temidden van hen was zij ijverig in het
gebed als moeder van Jezus, van de gestorven en verrezen Christus. En deze
eerste kern van hen die in geloof opzagen naar Jezus, de bewerker van het
heil, was er zich van bewust dat Jezus de Zoon van Maria was en dat zijn
moeder was en als zodanig vanaf de ontvangenis en de geboorte een bijzondere
getuige van het mysterie van Jezus, van het mysterie dat voor hun ogen
uitgedrukt en bevestigd was door het kruis en de verrijzenis. Van het eerste
ogenblik af zag de kerk dus op naar Maria door Jezus, zoals zij opzag naar
Jezus door Maria. Zij was voor de Kerk van die tijd en van alle tijden een
bijzondere getuige van de jaren van de kindsheid van Jezus en van zijn
verborgen leven te Nazareth, toen zij alles wat er gebeurd was in haar hart
bewaarde en bij zichzelf overwoog (Lc. 2, 19).
Maar in de Kerk van die tijd en
van alle tijden was en is zij vooral degene die zalig is omdat zij geloofd
heeft: als eerste geloofd heeft. Vanaf het ogenblik van de boodschap en de
ontvangenis, vanaf het moment van de geboorte in de grot van Bethlehem, volgde
Maria op haar moederlijke pelgrimstocht van het geloof stap voor stap Jezus.
Zij volgde Hem gedurende de jaren van zijn verborgen leven te Nazareth; zij
volgde Hem ook in de periode van de uiterlijke scheiding, toen Hij begon op te
treden en te leren in Israël; zij volgde Hem vooral in de tragische
ervaring van Golgota. Toen Maria zich met de apostelen aan de dageraad van de
Kerk in het cenakel te Jeruzalem bevond, vond haar geloof dat gewekt was door
de woorden van de boodschap bevestiging. De engel had haar bij de boodschap
gezegd: Gij zult zwanger worden en een zoon ter wereld brengen die gij de naam
Jezus moet geven. Hij zal groot zijn . . . en Hij zal in eeuwigheid koning zijn
over het huis van Jakob en aan zijn koningschap zal nooit een einde komen. De
recente gebeurtenissen van Calvarië hadden deze belofte in duisternis gehuld;
maar zelfs onder het kruis was het geloof van Maria niet verflauwd. Zij was
degene gebleven die, zoals Abraham, geloofde hopend tegen alle hoop in (Rom. 4,
18). En zie, na de verrijzenis had de hoop haar ware gelaat getoond en de
belofte was begonnen werkelijkheid te worden. Jezus had inderdaad voor zijn
terugkeer naar de Vader tot de apostelen gezegd: Gaat dus en maakt alle
volkeren tot mijn leerlingen . . . Ziet, Ik ben met u alle dagen tot aan de
voleinding der wereld. Zo had het gezegd Hij die door de verrijzenis had laten
zien dat Hij de overwinnaar van de dood was en het koningschap bekleedde
waaraan nooit een einde zal komen, overeenkomstig de aankondiging van de
engel.
Nu aan de dageraad van de Kerk,
aan het begin van de lange geloofstocht die met Pinksteren te Jeruzalem
aanving, was Maria samen met allen die de kiem van het nieuwe Israël vormden.
Zij was in hun midden als een uitzonderlijke getuige van het mysterie van
Christus. En de Kerk was ijverig in het gebed samen met haar en beschouwde
haar tegelijk in het licht van het mensgeworden Woord. Zo zou het steeds zijn.
Inderdaad, wanneer de Kerk verder doordringt in het diepste mysterie van
de incarnatie, denkt zij met grote verering en eerbied aan de Moeder van
Christus. Maria hoort onverbrekelijk bij het mysterie van Christus en ook, van
het begin af, bij het mysterie van de Kerk, vanaf de dag van haar geboorte. Aan
de basis van wat de Kerk vanaf het begin is, van wat zij voortdurend moet
worden, van geslacht tot geslacht, temidden van alle volkeren der aarde, staat
zij die geloofd heeft dat tot vervulling zal komen wat haar vanwege de
Heer is gezegd (Lc. 1, 45). Juist dit geloof van Maria dat het begin
betekent van het nieuwe altijddurende Verbond van God met de mensheid in Jezus
Christus, dit heldhaftige geloof gaat het apostolische getuigenis van
de Kerk voor en blijft in het hart van de Kerk, verborgen als een
speciale erfenis van Gods openbaring. Allen die van geslacht tot geslacht het
apostolische getuigenis van de Kerk aanvaarden en deelhebben aan die
mysterievolle erfenis nemen in zekere zin deel aan het geloof van Maria.
De woorden van Elisabet zalig
zij die geloofd heeft blijven de Maagd ook op Pinksteren vergezellen; zij
volgen haar van eeuw tot eeuw daar waar door het apostolische getuigenis en het
dienstwerk van de Kerk de kennis van het heilsmysterie van Christus zich
verbreidt. Zo wordt de voorspelling van het Magnificat vervuld: Elk
geslacht prijst mij zalig omdat aan mij zijn wonderwerken deed die machtig is,
en heilig is zijn Naam (Lc. 1, 48-49). Waarlijk op de kennis van het
mysterie van Christus volgt de zaligprijzing van zijn Moeder in de vorm van
speciale verering voor de Theotókos. Maar in deze verering is steeds de
zaligprijzing van haar geloof begrepen, want de Maagd van Nazareth is zalig
geworden vooral door dit geloof, overeenkomstig de woorden van Elisabet. Zij
die in elk geslacht onder de verschillende volken en naties van de aarde het
mysterie van Christus, het mensgeworden Woord en de Verlosser van de wereld, in
geloof aannemen richten zich niet alleen met verering tot Maria en nemen niet
alleen met vertrouwen hun toevlucht tot haar als tot zijn Moeder, maar zoeken
in haar geloof steun voor hun eigen geloof. En precies deze levende
deelname aan het geloof van Maria is beslissend voor haar speciale aanwezigheid
op de pelgrimstocht van de Kerk als het nieuwe volk van God op de gehele aarde.
Zoals het Concilie zegt: Maria
is in het hart van de heilsgeschiedenis binnengetreden . . . Wanneer zij dus
het voorwerp is van verkondiging en verering, roept zij de gelovigen op naar
haar Zoon en zijn offer en naar de liefde tot de Vader. Daarom wordt het
geloof van Maria op grond van het apostolische getuigenis van de Kerk op zekere
wijze onophoudelijk het geloof van het volk Gods onderweg: van de personen en
gemeenschappen, van de standen en verenigingen, van de verschillende groepen
die samen de Kerk vormen. Het is een geloof dat door kennis en tegelijk door
het hart wordt overgedragen. Het wordt voortdurend verworven of herwonnen door
het gebed. Daarom ook ziet de Kerk bij haar apostolisch werk terecht op naar
haar die Christus ter wereld bracht; die juist van de heilige Geest werd
ontvangen en uit de Maagd geboren om door de Kerk ook in de harten van de
gelovigen te worden geboren en te groeien.
Nu wij op deze pelgrimstocht van
het geloof thans het einde van het tweede christelijke millennium naderen,
richt de Kerk door middel van de leer van het Tweede Vaticaans Concilie de
aandacht op wat zij in zichzelf ziet, als het ene volk van God . . . dat
bij alle volkeren van de aarde is gevestigd, en op de waarheid volgens welke
alle gelovigen, ook al zijn zij over de gehele aardbol verspreid, door de
heilige Geest in gemeenschap blijven met elkaar, zodat men kan zeggen dat in
deze gemeenschap het mysterie van Pinksteren zich voortdurend voltrekt.
Tegelijkertijd blijven de apostelen en de leerlingen van de Heer in alle naties
van de aarde volharden in het gebed samen met Maria de Moeder van Jezus.
Zij vormen van geslacht tot geslacht het teken van het Koninkrijk dat
niet van deze wereld is en zij zijn zich ook bewust dat zij midden in deze
wereld moeten verenigen met de Koning aan wie de volkeren tot erfdeel
zijn gegeven, aan wie de Vader de troon van zijn vader David heeft
geschonken, zodat Hij in eeuwigheid Koning is over het huis van Jakob en
aan zijn koningschap nooit een einde zal komen.
In deze vigilietijd is Maria
door hetzelfde geloof dat haar vooral vanaf het ogenblik van de boodschap zalig
maakte, aanwezig in de zending van de Kerk, aanwezig in het werk van de Kerk
waardoor het rijk van haar Zoon een aanvang neemt in de wereld. Deze aanwezigheid
van Maria vindt heden ten dage veelvuldige uitdrukkingsmiddelen, zoals in heel
de geschiedenis van de Kerk. Zij is ook in vele vormen verspreid: door middel
van het geloof en de vroomheid van de afzonderlijke gelovigen, door middel van
de tradities van de christelijke gezinnen of huiskerken, van de parochie- en
missiegemeenschappen, van de kloosterinstellingen, van de bisdommen, door
middel van de aantrekkings- en uitstralingskracht van de grote heiligdommen
waar niet alleen individuen of plaatselijke groepen maar soms gehele naties en
continenten de Moeder van de Heer zoeken te ontmoeten, haar die zalig is omdat
zij geloofd heeft, die de eerste onder de gelovigen is en daarom Moeder van de
Immanuël is geworden. Dat is de roep van het land Palestina, het geestelijke
vaderland van alle christenen omdat het het vaderland is van de redder van de
wereld en van zijn Moeder. Dat is de roep van de vele heiligdommen die het
christelijk geloof in de loop der eeuwen heeft opgericht te Rome en overal in de
wereld. Dat is de roep van plaatsen zoals Guadaloupe, Lourdes, Fatima en van de
andere die verspreid zijn in de diverse landen, waaronder hoe zou ik het niet
kunnen vermelden Jasna Gora in mijn geboorteland. Men zou wellicht kunnen
spreken van een specifieke geografie van het geloof en de mariale vroomheid
die al deze bijzondere bedevaartplaatsen van het volk Gods bevat, dat de Moeder
van God zoekt te ontmoeten om in de uitstraling van de moederlijke aanwezigheid
van haar die geloofd heeft de versterking van het eigen geloof te vinden.
Want door het geloof van Maria reeds bij de boodschap en definitief aan de voet
van het kruis is van de kant van de mens de innerlijke ruimte heropend waarin
de eeuwige Vader ons kan overladen met elke geestelijke zegen: de ruimte van
het nieuwe altijddurende Verbond. Deze ruimte bestaat in de Kerk die in
Christus een sacrament van de innige vereniging met God en van de eenheid van
het menselijk geslacht is.
In het geloof dat Maria als
dienstmaagd des Heren bij de boodschap beleed en waarin zij voortdurend het
volk Gods onderweg op aarde voorgaat, streeft de katholieke Kerk er . . .
zonder ophouden naar heel de mensheid . . . weer samen te brengen onder
Christus als hoofd, in de eenheid van zijn Geest.
HOOFDSTUK 2 - De weg
van de Kerk en de eenheid van alle Christenen
De Geest wekt bij alle
leerlingen van Christus het verlangen en de inspanning om allen, naar de wijze
die Christus heeft bepaald in één kudde onder één Herder vreedzaam te
verenigen. De weg van de Kerk is speciaal in ons tijdperk gemarkeerd door het
teken van het oecumenisme: de christenen zoeken wegen om de eenheid te
herstellen, waarom Christus daags voor zijn lijden de Vader smeekte voor zijn
leerlingen: opdat zij allen één mogen zijn, zoals Gij, Vader, in Mij en Ik in
U: dat ook zij in Ons mogen zijn opdat de wereld gelove dat Gij Mij gezonden
hebt (Joh. 17, 21). De eenheid van de Christenen is een groot teken dat
gegeven is om het geloof van de wereld op te wekken, terwijl hun verdeeldheid
een ergernis is.
Twee dogmas uit de oudheid worden in de Katholieke Kerk en
de Oosterse Orthodoxie beleden:
Door
de Maagdelijke geboorte schonk Maria het leven aan Christus. Maria is
maagd, voor, tijdens en na de geboorte van Christus.
Maria,
Moeder van God (Theotokos). In wezen is dit een christologische uitspraak:
Maria is moeder van Jezus, die zowel volledig mens als volledig God is.
In de moderne tijd werden in de Rooms-Katholieke Kerk twee
dogma's, die reeds eeuwen bestanddeel van de katholieke geloofspraktijk waren,
formeel bevestigd:
Paus
Pius IX kondigde in 1854 het dogma van de Onbevlekte Ontvangenis af.
Hiermee wordt bedoeld dat Maria verwekt werd en ter wereld kwam zonder met
de erfzonde te zijn bevlekt;
Paus
Pius XII voegde in 1950 het dogma toe dat Maria met ziel en lichaam in de
hemel is opgenomen (Maria-Tenhemelopneming).
Sommige gelovigen vragen ook de afkondiging door de Kerk
van het "vijfde en laatste mariale dogma", dat van Medeverlosseres,
Middelares en Voorspreekster.
Lumen
Gentium : De Heilige Maagd en Moeder Gods Maria in het geheim van Christus en
de Kerk 21/11/1964 Tweede Vaticaans Concilie
In dit document wordt al gewag gemaakt dat Maria,
Medeverlosseres, Middelares en Voorspreekster is.
1
Inleiding
PARAGRAAF 1 - Maria het verhevenste lid van de
Kerk
Toen de algoede en alwijze God zijn plan tot verlossing van
de wereld ten uitvoer wilde brengen, "zond Hij, toen de volheid van de tijd gekomen was, zijn Zoon, geboren
uit een vrouw, ... opdat wij het zoonschap zouden verkrijgen". (Gal.
4, 4-5) Deze is voor ons, mensen en omwille van ons heil uit de hemel
neergedaald. En Hij heeft het vlees aangenomen door de Heilige Geest uit de
maagd Maria.
Dit goddelijke heilsgeheim wordt ons opgebaard in de Kerk
en duurt voort in de Kerk, die de Heer tot zijn lichaam heeft gemaakt, en
waarin de gelovigen, één met het Hoofd Christus en in gemeenschap verbonden met
al zijn heiligen, ook de gedachtenis moeten eren "op de eerste plaats van
de glorierijke Maria, altijd maagd, de moeder van onze God en Heer Jezus
Christus".
De Maagd Maria, die, op de boodschap van de engel, het
Woord Gods ontving in haar hart en in haar schoot en die aan de wereld het
Leven bracht, wordt erkend en geëerd als de waarachtige Moeder van God, onze
Verlosser. Met het oog op de verdiensten van haar Zoon op een meer verheven wijze
verlost en door een intieme en onverbreekbare band met Hem verenigd, bezit zij
de hoogste taak en waardigheid van Moeder Gods en hierdoor van meestgeliefde
dochter van de Vader en tempel van de Heilige Geest; en door deze sublieme
genadegave overtreft zij verre alle andere schepselen in de hemel en op aarde.
Tevens echter is zij in het geslacht van Adam verbonden met alle te verlossen
mensen, ja, "zij is ten volle de moeder van de ledematen (van Christus),
... omdat zij in liefde heeft meegewerkt aan de geboorte van de gelovigen in de
Kerk, die de ledematen zijn van dat Hoofd". Dientengevolge wordt zij ook
geëerd als het voortreffelijkste en het uitzonderlijk verheven lid van de Kerk
en als haar beeld en uitstekendste model in het geloof en in de liefde; en de
katholieke Kerk, onderricht door de Heilige Geest, omgeeft haar, als een zeer
beminde moeder, met kinderlijke liefde. ( )
2 De functie van de Heilige Maagd in de
heilsorde
PARAGRAAF 1 - De Moeder van de Verlosser in het
Oude Testament
De Heilige Schrift van Oud en Nieuw Testament en de
eerbiedwaardige Traditie tonen ons met steeds grotere duidelijkheid de functie
van de Moeder van de Verlosser in de heilsorde en tekenen ons als het ware het
beeld ervan. De boeken van het Oude Testament beschrijven de heilsgeschiedenis,
waardoor de komst van Christus in de wereld geleidelijk wordt voorbereid.
Deze eerste documenten, zoals die in de Kerk worden gelezen
en zoals ze worden verstaan in het licht van de verdere en volle openbaring,
laten stap voor stap scherper uitkomen het beeld van een vrouw: de Moeder van
de Verlosser. In dit licht wordt zij reeds profetisch aangeduid in de belofte
van de overwinning op de slang, de belofte, die aan onze eerste ouders werd
gegeven na de zondeval.
Zij is ook de Maagd, die zal ontvangen en een zoon baren,
wiens naam Emmanuël zal zijn.
Zij neemt de eerste plaats in onder de nederigen en armen
van de Heer, die vol vertrouwen van Hem het heil verwachten en het verkrijgen.
Zij is tenslotte de verheven dochter van Sion, met wie, na een lang wachten op
de vervulling van de belofte, de volheid der tijden kwam en een nieuwe
heilsorde gevestigd werd, toen nl. de Zoon Gods uit haar de menselijke natuur
aannam om de mens door de mysteries van zijn aardse bestaan te bevrijden van de
zonde.
PARAGRAAF 2 - Maria bij de boodschap van de
engel
Het was de wil van de Vader van barmhartigheid, dat de
toestemming van de gepredestineerde Moeder vooraf zou gaan aan de menswording,
opdat zó, gelijk een vrouw had meegewerkt tot de dood, ook een vrouw zou
meewerken tot het leven. Dit geldt op volmaakte wijze van Jezus' Moeder, die
aan de wereld het Leven zelf schonk, dat alles vernieuwt, en die door God is
begiftigd met de gaven, passend bij deze sublieme taak. Geen wonder dus, dat
het bij de heilige vaders gebruikelijk werd, de Moeder Gods te noemen: de
geheel-heilige, vrij van iedere zondesmet, gevormd als het ware door de Heilige
Geest en gemaakt tot een nieuw schepsel.
Vanaf het eerste ogenblik van haar ontvangenis gesierd met
de luister van een uitzonderlijke heiligheid, wordt de Maagd van Nazareth op
Gods bevel bij de boodschap van de engel door deze gegroet als "vol van genade" (Lc. 1, 28),
waarbij zij van haar kant aan de hemelse afgezant antwoordt: "Zie de dienstmaagd des Heren, mij geschiede
naar uw woord" (Lc. 1, 38).
Zo werd Maria, de dochter van Adam, door haar
"Ja" op het goddelijk woord, de Moeder van Jezus; en, van ganser
harte en door geen zonde belemmerd, aanvaardde zij de heilswil Gods en wijdde
zij zich als de dienstmaagd van de Heer geheel toe aan de persoon en het werk
van haar Zoon, en zó stelde zij zich onder Hem en met Hem in dienst van het
verlossingsgeheim door de genade van de almachtige God. Daarom zijn de heilige
vaders terecht van mening, dat Maria geen louter passief werktuig is geweest in
de hand van God, maar dat zij door een vrije daad van geloof en gehoorzaamheid
heeft meegewerkt aan het heil van de mensen. Zij is, gelijk de heilige Irenaeus
zegt, "door haar gehoorzaamheid een oorzaak van heil geworden zowel voor
zichzelf als voor de gehele mensheid".
Vandaar, dat meerdere oude vaders in hun preken graag de
woorden van Irenaeus overnemen: "De knoop van Eva's ongehoorzaamheid werd
ontward door de gehoorzaamheid van Maria. Wat de maagd Eva had gebonden door
haar ongeloof heeft de Maagd Maria ontbonden door haar geloof".
En een parallel trekkend tussen Maria en Eva, noemen zij
Maria "de Moeder van de levenden", en verklaren zij herhaaldelijk:
"de dood kwam door Eva, het leven door Maria".
PARAGRAAF 3 - Maria in het verborgen leven van
Jezus
Deze verbondenheid van de Moeder met de Zoon in het
heilswerk zien wij vanaf het ogenblik van de maagdelijke ontvangenis van
Christus tot aan zijn dood. Vooreerst, als Maria met spoed op reis gaat om
Elisabeth te bezoeken, als zij door haar zalig wordt geprezen om haar geloof in
het beloofde heil, en als de voorloper Johannes van vreugde opspringt in de
schoot van zijn moeder.
Verder bij de geboorte, wanneer de Moeder Gods haar
eerstgeboren Zoon, die haar maagdelijkheid niet verminderde, maar heiligde, met
blijdschap toont aan de herders en de magiërs. Toen zij Hem in de tempel, met
de offergave van de armen, opdroeg aan de Heer, vernam zij tegelijkertijd van
Simeon de voorspelling, dat haar Zoon een teken van tegenspraak zou zijn en dat
een zwaard de ziel van de Moeder zou doorboren, opdat de gezindheid van vele
harten openbaar zou worden.
En toen de ouders het Kind Jezus hadden verloren en met
droefheid hadden gezocht, vonden zij het in de tempel, bezig met de dingen van
zijn Vader; maar zij begrepen de woorden van hun Zoon niet. Zijn Moeder
bewaarde dit alles in haar hart en overwoog het bij zichzelf.
PARAGRAAF 4 - Maria in het openbaar leven van
Jezus en onder het kruis
In het openbaar leven van Jezus komt zijn Moeder duidelijk
naar voren, reeds in het begin, wanneer zij uit medelijden op de bruiloft van
Kana in Galilea Jezus de Messias door haar tussenkomst er toe brengt, een begin
te maken met de tekenen.
Tijdens zijn prediking nam zij de woorden in zich op,
waarmee haar Zoon het Koninkrijk stelde boven de betrekkingen en de banden van
vlees en bloed, en waarmee Hij degenen gelukkig prees, die naar het woord Gods
luisteren en het onderhouden, iets wat zij zelf zo trouw in vervulling
bracht.
Zo ging ook de heilige Maagd vooruit op haar pelgrimstocht
van het geloof en volhardde zij trouw in de vereniging met haar Zoon tot aan
het kruis, waar zij stond, niet zonder een bepaald plan van God, diep meeleed
met haar Eniggeborene en zich met moederlijke gevoelens verenigde met zijn
offer, door liefdevol toe te stemmen in de offerdood van het Slachtoffer, dat
uit haar was geboren; en tenslotte werd zij door dezelfde Christus Jezus,
stervend aan het kruis, als moeder gegeven aan de leerling met deze woorden:
Vrouw, ziedaar uw zoon.
PARAGRAAF 5 - Maria in haar verheerlijking
Omdat God het mysterie van het menselijk heil niet plechtig
wilde openbaren, voordat Hij die door Christus beloofde Geest had uitgestort,
zijn wij de apostelen vóór de Pinksterdag, "eensgezind volharden in het gebed samen met de vrouwen, met Maria de
Moeder van Jezus en met zijn broeders" (Hand. 1, 14), en zien wij
ook Maria met haar gebed de gave afsmeken van de Geest, die haar bij de
boodschap reeds had overschaduwd. Tenslotte is de onbevlekte Maagd, die van
alle smet der erfzonde is gevrijwaard na het voltooien van haar
aardse levensloop met lichaam en ziel in de hemelse glorie opgenomen en
door de Heer verheven tot Koningin van het heelal, opdat zij vollediger
gelijkvormig zou worden aan haar zoon, de Heer der heren (Openb. 19, 16), de
overwinnaar van zonde en dood.
3 De
Heilige Maagd en de Kerk
PARAGRAAF 1 - Maria's moederlijke functie en
het middelaarschap van Christus
Wij hebben slechts één Middelaar, zoals de apostel zegt:
"Want God is één, één is ook de
middelaar tussen God en de mensen, de mens Christus Jezus, die zich gegeven
heeft als losprijs voor allen". (1 Tim. 2, 5-6). Door de
moederlijke functie van Maria jegens de mensen wordt dit éne middelaarschap van
Christus volstrekt niet die schaduw gesteld of verkleind, integendeel de kracht
ervan komt daardoor nog beter uit. Want heel de heilbrengende invloed van de
heilige Maagd op de mensen vindt zijn oorsprong niet in een of andere
noodzakelijkheid, maar in Gods welbehagen: hij vloeit voort uit de overvloed
van Christus' verdiensten, steunt op zijn middelaarschap, is daarvan totaal
afhankelijk en ontleent daaraan heel zijn werkdadigheid; en het onmiddellijk
contact van de gelovigen met Christus wordt daar door volstrekt niet belemmerd,
maar veeleer bevorderd.
PARAGRAAF 2 - Maria's deelname aan het
verlossingswerk
De heilige Maagd, die tegelijk met de menswording van het
goddelijk Woord van eeuwigheid voorbestemd was tot Moeder Gods, werd door het
raadsbesluit van de goddelijke Voorzienigheid hier op aarde de verheven Moeder
van de goddelijke Verlosser, de gezellin bij uitstek, en de nederige
dienstmaagd van de Heer. Door Christus te ontvangen, ter wereld te brengen, te
voeden, in de tempel aan de Vader op te dragen en door te lijden met haar zoon,
stervend aan het kruis, heeft zij op heel bijzondere wijze deelgenomen aan het
werk van de Verlosser, in gehoorzaamheid, geloof, hoop en vurige liefde, om het
bovennatuurlijk leven van de zielen te herstellen. Hierdoor is zij voor ons de
Moeder geworden in de orde van de genade.
PARAGRAAF 3 - De aard van Maria's moederlijke
functie
Dit moederschap van Maria in de orde der genade duurt
ononderbroken voort, vanaf haar jawoord, dat zij vol geloof bij de Boodschap
gaf en waarin zij onder het kruis zonder aarzelen volhardde, tot aan de eeuwige
bekroning van alle uitverkorenen. Want na haar tenhemelopneming heeft zij niet
opgehouden deze heilbrengende taak uit te oefenen, maar zij blijft door haar
voorspraak op allerlei wijzen de gaven van het eeuwig heil voor ons
verwerven.
Met haar moederlijke liefde draagt zij zorg voor de
broeders van haar Zoon, die nog op aardse pelgrimstocht zijn temidden van
gevaren en lijden, totdat zij binnentreden in het gelukkige vaderland. Daarom
wordt de heilige Maagd in de Kerk aangeroepen onder de titels van
voorspreekster, helpster, bijstand, middelares, Geen enkel schepsel immers
kan ooit in vergelijking komen bij het mensgeworden Woord, onze Verlosser. Maar
gelijk de gewijde bedienaars zowel als het gelovige volk op verschillende
wijzen deel hebben aan het priesterschap van Christus, en God op verschillende
wijzen zijn éne goedheid werkelijk uitstort in de schepselen, zo wordt ook door
het enige middelaarschap van de Verlosser een verscheidenheid van medewerking
van de schepselen, als aandeel uit de enige bron, niet uitgesloten, maar
veeleer gewekt.
Deze ondergeschikte functie van Maria wordt openlijk en
zonder aarzelen door de Kerk erkend, voortdurend ervaren, en aan de liefde van
de gelovigen aanbevolen, opdat zij, gesteund door deze moederlijke hulp, zich
inniger verenigen met de Middelaar en Verlosser.
PARAGRAAF 4 - Maria het beeld van de Kerk
De heilige Maagd is door de gave en de functie van het
goddelijk moederschap, waardoor zij met haar Zoon, de Verlosser, is verenigd,
en door haar buitengewone genaden en functies ook ten nauwste verbonden met de
Kerk. Zoals reeds de heilige Ambrosius leerde, is de Moeder Gods het beeld van
de Kerk, nl. in de orde van het geloof, de liefde en de volmaakte vereniging
met Christus.
Want in het mysterie van de Kerk, die eveneens met recht
moeder en maagd wordt genoemd, is de heilige Maagd Maria voorgegaan, doordat
zij op eminente en bijzondere wijze het model is van een maagd en van een
moeder. In geloof en gehoorzaamheid immers heeft zij op aarde de Zoon zelf van
de Vader voortgebracht, en wel zonder aanraking met een man, maar overschaduwd
door de Heilige Geest, als de nieuwe Eva, die geloof schonk nier aan de oude
slang, maar aan de afgezant van God, en dit zonder enige aarzeling. Zij baarde
de Zoon, die God gesteld heeft tot de eerstgeborene onder vele broeders (Rom.
8, 29), nl. de gelovigen, aan wier geboorte en vorming zij met moederlijke
liefde meewerkt.
Welnu, de Kerk, die Maria's geheimnisvolle heiligheid
beschouwt, haar liefde navolgt en getrouw de wil van de Vader volbrengt, wordt
door het woord Gods, dat zij in geloof aanvaardt, eveneens moeder, want door de
prediking en het doopsel brengt zij de kinderen, die van Heilige Geest zijn
ontvangen en uit God zijn geboren, voort tot een nieuw en onsterfelijk leven.
Ook zij is maagd; zij bewaart de aan haar bruidegom beloofde trouw gaaf en
zuiver, en op het voorbeeld van de Moeder van haar Heer bewaart zij maagdelijk,
door de kracht van de Heilige Geest, het geloof ongerept, de hoop ongeschokt,
de liefde onvervalst.
PARAGRAAF 5 - Maria's deugden, het voorbeeld
van de Kerk
Terwijl de Kerk in de allerheiligste Maagd reeds de
volmaaktheid heeft bereikt, waardoor zij zonder vlek of rimpel is, streven de
gelovigen nog ernaar de zonde te overwinnen en te groeien in heiligheid. Daarom
zien zij op naar Maria, die als een toonbeeld van deugden schittert voor heel
de gemeenschap van de uitverkorenen. Door met liefde aan haar te denken en haar
te beschouwen in het licht van het mensgeworden Woord, dringt de Kerk vol
eerbied dieper door in het allerhoogste geheim van de menswording en maakt zij
zich steeds meer gelijkvormig aan haar Bruidegom. Want wanneer Maria, die zo
diepgaand heeft deelgenomen aan de geschiedenis van het heil en daardoor de
grootste leerstukken van het geloof als het ware in zich verenigd en
weerspiegelt, wordt gepredikt en vereerd, dan brengt zij de gelovigen tot haar
Zoon en diens offer en tot de liefde van de Vader. De Kerk van haar kant, die
de glorie van Christus nastreeft, wordt meer gelijk aan haar verheven Beeld
door voortdurend toe te nemen in geloof, hoop en liefde en door in alles de
goddelijke wil te zoeken en te vervullen. Daarom houdt de Kerk ook bij haar
apostolaat terecht de blik gericht op haar, die Christus ter wereld bracht,
Christus, die daarom juist werd ontvangen van de Heilige Geest en geboren uit
de Maagd om door middel van de Kerk ook in harten van de gelovigen geboren te
worden en te groeien. Maagd is in haar leven een voorbeeld geworden van die
broederlijke liefde, waarmee allen bezield moeten zijn, die in de apostolische
zending van de Kerk meewerken aan de wedergeboorte van de mensen.
4 De
verering van de Heilige Maagd in de Kerk
PARAGRAAF 1 - De ontwikkeling en de vruchten
van de Mariaverering
Maria, door Gods genade, na haar Zoon, verheven boven alle
engelen en mensen, geniet als de allerheiligste Moeder van God, die heeft deelgenomen
aan de geheimen van Christus, terecht een bijzondere verering van de kant van
de Kerk. En inderdaad, reeds vanaf de oudste tijden wordt de heilige Maagd
vereerd onder de titel van "Moeder Gods", tot wier bescherming de
gelovigen in al hun gevaren en noden smekend hun toevlucht nemen. Vooral sinds
het concilie van Efese heeft de verering van Maria door het volk Gods een
wonderbare groei gekend in eerbied en liefde, in gebed en navolging,
overeenkomstig haar eigen profetische woorden: "Elk geslacht zal mij zalig prijzen, omdat aan mij zijn wonderwerken
deed die machtig is" (Lc. 1, 48). Deze verering, zoals die altijd
in de Kerk heeft bestaan, draagt zeker een heel bijzonder karakter, maar
verschilt wezenlijk van de aanbidding, die gegeven wordt aan het mensgeworden
Woord en ook aan de Vader en de Heilige Geest, en bevordert deze aanbidding in
hoge mate. Want de verschillende vormen van godsvrucht jegens de Moeder Gods,
die de Kerk heeft goedgekeurd, binnen de grenzen van de gezonde en orthodoxe leer,
overeenkomstig de omstandigheden van plaats en tijd en naar gelang van de
mentaliteit en de geest van de gelovigen, hebben tot gevolg, dat, door de
verering van de Moeder, de Zoon, voor wie alles is geschapen, en in wie de
eeuwige Vader "de gehele volheid
heeft willen doen wonen" (Kol. 1, 19), op de juiste wijze wordt
gekend, bemind, verheerlijkt, en dat zijn geboden worden onderhouden.
PARAGRAAF 2 - Pastorale wenken voor de
theologie, de prediking en de Mariaverering
Het heilig Concilie houdt uitdrukkelijk deze katholieke
leer voor en wekt tevens alle kinderen van de Kerk op om edelmoedig de verering
van de heilige Maagd, vooral de liturgische verering, te bevorderen, een hoge
waardering te hebben voor de praktijken en oefeningen van godsvrucht jegens
haar, die in de loop van de eeuwen door het leerambt zijn aanbevolen, en de
bepalingen uit het verleden omtrent de verering van de afbeeldingen van
Christus, de heilige Maagd en de heiligen nauwgezet te onderhouden.
Verder spoort het Concilie de theologen en de
predikanten dringend aan om zich bij de behandeling van de bijzondere
waardigheid van de Moeder Gods met zorg te onthouden zowel van alle
overdrijvingen als van een te bekrompen opvatting. Bij de studie van de heilige
Schrift, van de Kerk, onder leiding van het leerambt, moeten zij zuiver de
verschillende functies en voorrechten van de heilige Maagd belichten, die
altijd op Christus gericht zijn, de oorsprong van alle waarheid, heiligheid en
godsvrucht. Zij moeten zorgvuldig alles vermijden, wat in woorden of daden de
gescheiden broeders of wie dan ook een verkeerd idee zou kunnen geven omtrent
de ware leer van de Kerk. De gelovigen moeten er aan denken, dat de ware
godsvrucht niet bestaat in een onvruchtbaar en voorbijgaand sentiment of in een
ijdele lichtgelovigheid, maar dat ze voortkomt uit het echte geloof, dat ons
brengt tot de erkenning van de hoge waardigheid van de Moeder Gods en dat ons
opwekt tot een kinderlijke liefde jegens onze Moeder en tot de navolging van
haar deugden.
5 Maria, een teken van vaste hoop en van troost
voor het volk Gods op pelgrimstocht
Gelijk de Moeder van Jezus, in de hemel thans verheerlijkt
naar lichaam en ziel, een beeld en begin is van de Kerk, die haar voltooiing
zal vinden in het toekomstig leven, zo licht zij hier op aarde het volk Gods op
pelgrimstocht voor als een teken van vaste hoop en van troost, totdat eens de
dag des Heren komt.
Het is voor dit heilig Concilie een reden tot grote vreugde
en troost, dat ook onder de gescheiden broeders velen aan de Moeder van de Heer
en Verlosser de verschuldigde eer bewijzen, vooral bij de oosterlingen, die
eensgezind, met vurig elan en diepe godsvrucht de Moeder Gods, altijd Maagd,
vereren.
Laten alle gelovigen zich in een dringend gebed richten tot
de Moeder Gods en de Moeder der mensen en haar smeken, dat zij, die met haar
gebed de eerstellingen van de Kerk bijstond, nu ook in de hemel verheven boven
alle heiligen en engelen, in de gemeenschap van alle heiligen een voorspraak
mag zijn bij haar Zoon, opdat eindelijk alle volkenfamilies, hetzij zij
christenen zijn hetzij zij hun Verlosser nog niet kennen, in vrede en eendracht
het geluk mogen hebben in één volk Gods te worden verenigd, tot glorie van de
allerheiligste en onverdeelde Drieëenheid.
Dit alles, tot in alle
onderdelen, wat in deze dogmatische Constitutie is vastgelegd, heeft de
instemming van de Vaders. En wij, krachtens het apostolisch gezag, door
Christus aan ons verleend, geven samen met de Concilievaders, in de Heilige
Geest daaraan onze goedkeuring, bepalen het en stellen het vast, en wij bevelen
datgene, wat aldus door de Synode is vastgesteld, tot Gods glorie te
promulgeren.
Redemptoris Mater
Johannes Paulus II 25/3/1987
Inleiding
De MOEDER van de VERLOSSER heeft
een zeer bepaalde plaats in het heilsplan, want toen de volheid van de
tijd gekomen was, heeft God zijn Zoon gezonden, geboren uit een vrouw, geboren
onder de wet, opdat Hij hen die onder de wet stonden zou bevrijden, opdat wij
de rang van zonen zouden verkrijgen. En het bewijs dat ge zonen zijt: Hij heeft
de Geest van zijn Zoon in ons hart gezonden, die roept: Abba, Vader! (Gal.
4, 4-6).
Met deze woorden van de apostel
Paulus wil ik mijn overwegingen beginnen over de betekenis die Maria heeft in
het mysterie van Christus, en over haar werkdadige en voorbeeldige
tegenwoordigheid in het leven van de Kerk. Het zijn woorden die zowel de Vader
gedenken als de Zoon, de gave van de Geest, de vrouw uit wie de Verlosser
geboren werd, en ons goddelijk kindschap, in het mysterie van de volheid
van de tijd.
Deze volheid duidt het ogenblik
aan dat van alle eeuwigheid is vastgesteld en waarop de Vader zijn Zoon
gezonden heeft, opdat al wie in Hem gelooft niet verloren zal gaan, maar
eeuwig leven zal hebben (Joh. 1, 1.14) en onze broeder is geworden. Zij duidt
het ogenblik aan waarop de heilige Geest, die reeds de volheid van de genade
had uitgestort in Maria van Nazaret, in haar maagdelijke schoot de menselijke
natuur van Christus vormde. Zij geeft het ogenblik aan waarop door de intrede
van het eeuwige in het tijdelijke de tijd verlost wordt, vervuld wordt met het
mysterie van Christus en definitief heilstijd wordt. Zij geeft tenslotte het
mysterievolle begin aan van de weg van de Kerk. Inderdaad begroet de Kerk in de
liturgie Maria van Nazaret haar begin, omdat zij ziet dat in de gebeurtenis van
de onbevlekte ontvangenis de heilsgenade van Pasen zich reeds van te voren aftekent
in haar edelste lid. En vooral omdat zij in het gebeuren van de menswording
Christus en Maria onverbrekelijk tezamen ontmoet, Hem die haar Heer en Hoofd
is, en haar die door het uitspreken van het eerste fiat van het
Nieuwe Verbond voorafbeelding is van de Kerk als bruid en moeder.
Gesterkt door de aanwezigheid
van Christus is de Kerk in de tijd onderweg naar de voleinding der tijden
en gaat zij haar Heer die komt tegemoet. Maar op deze weg gaat de Kerk
voort in de voetsporen van de Maagd Maria die is voortgegaan op
de pelgrimstocht van het geloof en de vereniging met haar Zoon standvastig
heeft volgehouden tot onder het kruis.
Het tweeduizendjarig jubileum
van de geboorte van Jezus Christus is nabij en richt onze blik tegelijk op zijn
Moeder. In de laatste jaren zijn verschillende stemmen opgegaan die
wenselijkheid geopperd hebben om deze herdenking te laten voorafgaan door een
soortgelijk jubileum dat gewijd is aan de viering van de geboorte van Maria.
Ook al is het niet mogelijk om de geboortedatum van Maria nauwkeurig chronologisch vast
te stellen, toch is de Kerk zich er steeds van bewust dat Maria eerder dan
Christus verschenen is aan de horizon van de heilsgeschiedenis (het
Oude Testament heeft op vele wijzen het mysterie van Maria aangekondigd). Het
is een feit dat bij de definitieve nadering van de volheid van de tijd,
d.w.z. van de heilskomst van de Immanuël, zij die van eeuwigheid af bestemd was
om zijn Moeder te zijn reeds op aarde leefde. Dit feit dat zij er was vóór de
komst van Christus, vindt ieder jaar een weerspiegeling in de liturgie van
de Advent. Als dus de jaren die ons nader brengen tot het einde van het
tweede millennium na Christus en tot het begin van het derde, vergeleken worden
met de historische verwachting van de Verlosser in de oudheid, dan wordt het
geheel begrijpelijk dat wij ons in deze periode op speciale wijze willen
richten tot haar die in de nacht van de Adventsverwachting begon te
schitteren als een ware morgenster (Stella matutina). Zoals deze ster samen
met de dageraad voorafgaat aan de opkomst van de zon, zo is Maria vanaf haar
onbevlekte ontvangenis voorafgegaan aan de komst van de Redder, aan de opkomst
van de zon der gerechtigheid in de geschiedenis van het mensengeslacht.
Haar aanwezigheid in Israël zo
onopvallend dat zij bijna onopgemerkt bleef voor de ogen van de tijdgenoten
straalde wel duidelijk voor de Eeuwige die deze verborgen dochter van
Sion deelgenoot gemaakt had van het heilsplan dat de gehele geschiedenis
van de mensheid omvat. Wij christenen, die weten hoe het providentiële plan van
de Allerheiligste Drieëenheid de centrale werkelijkheid is van de
openbaring en het geloof, voelen dus terecht de behoefte om aan het einde van
het tweede millennium de uitzonderlijke tegenwoordigheid van de Moeder van
Christus in de geschiedenis in het licht te stellen in het bijzonder gedurende
deze laatste jaren die voorafgaan aan het jaar tweeduizend.
Het Tweede Vaticaans Concilie,
dat ons in zijn leer de Moeder van God voorhoudt in het mysterie
van Christus en de Kerk, bereidt ons hierop voor. Want als het waar is
dat het mysterie van de mens alleen oplicht in het mysterie van het mens
geworden Woord, zoals het Concilie verklaart, dan moet men dit beginsel op
zeer bijzondere wijze toepassen op die uitzonderlijke dochter van het
mensengeslacht, op die buitengewone vrouw die Moeder van Christus werd.
Alleen in het mysterie van Christus wordt haar mysterie geheel en
al duidelijk. Vanaf het begin heeft de Kerk overigens getracht het zo te
verstaan: het mysterie van de menswording heeft het haar mogelijk gemaakt
steeds dieper door te dringen in het mysterie van de Moeder van het
vleesgeworden Woord en dit steeds beter te verduidelijken. Beslissende
betekenis voor deze verdieping heeft het Concilie van Efese gehad (in het jaar
431), waarop de waarheid over het goddelijke moederschap van Maria tot grote
vreugde van de christenen plechtig bevestigd werd als geloofswaarheid van de
Kerk. Maria is de Moeder van God (= Theotókos), omdat zij door de
heilige Geest Jezus Christus, de Zoon van God die één in wezen is met de Vader,
in haar maagdelijke schoot ontvangen en aan de wereld geschonken heeft. De
Zoon van God, . . . geboren uit de Maagd Maria, is . . . werkelijk één van de
onzen geworden. Hij is mens geworden. Zo schittert aan de horizon van het
geloof van de Kerk door middel van het mysterie van Christus ten volle het
mysterie van zijn Moeder. Op zijn beurt was het dogma van het goddelijke
moederschap van Maria voor het Concilie van Efese, en is het voor de Kerk, als
het ware een bezegeling van het dogma van de menswording, waarin het Woord
waarlijk de menselijke natuur aanneemt in de eenheid van zijn persoon zonder
haar te niet te doen.
Het Tweede Vaticaans Concilie,
dat Maria voorhoudt in het mysterie van Christus, vindt op deze manier ook de
weg om de kennis van het mysterie van de Kerk te verdiepen. Want Maria is als
Moeder van Christus op bijzondere wijze verenigd met de Kerk, die de
Heer als zijn lichaam heeft ingesteld. De Concilietekst brengt op veelzeggende
wijze deze waarheid over de Kerk als het lichaam van Christus (volgens de leer
van de brieven van Paulus) in verband met de waarheid dat de Zoon van God door
de heilige Geest uit de Maagd Maria is geboren. De werkelijkheid van de
menswording vindt als het ware een verlengstuk in het mysterie van de
Kerk, lichaam van Christus. En men kan niet aan die werkelijkheid van de
menswording denken zonder te verwijzen naar Maria, de Moeder van het
mensgeworden Woord.
In deze overwegingen wil ik
echter vooral verwijzen naar de pelgrimstocht van het geloof waarop de
heilige Maagd is voortgegaan en de vereniging met Christus standvastig volgehouden
heeft. Zo krijgt die tweevoudige band die de Moeder van God verenigt met
Christus en met de Kerk een historische betekenis. Het gaat hier niet
slechts om de geschiedenis van de Moeder-maagd, om haar persoonlijke geloofsweg
en het beste deel dat zij heeft in het heilsmysterie, maar ook om
de geschiedenis van heel het volk Gods, van allen die deelnemen aan
dezelfde pelgrimstocht van het geloof.
Het Concilie drukt dit uit waar
het in een andere passage vaststelt dat Maria is voorgegaan en model
van de Kerk is geworden in de order van het geloof, de liefde en de
volmaakte eenheid met Christus. Dit voorgaan als beeld of model verwijst
naar het diepe mysterie zelf van de Kerk, die in de vervulling van haar eigen
heilszending in zich de eigenschappen van moeder en maagd verenigt,
zoals Maria. Zij is een maagd die haar trouw aan de Bruidegom gaaf en
zuiver behoudt en die ook zelf moeder wordt . . . want zij brengt
zonen ter wereld, van de heilige Geest ontvangen en uit God geboren, voor een
nieuw en onsterfelijk leven.
Dit alles geschiedt in een groot
historisch proces en om zo te zeggen op een tocht. De pelgrimstocht
van het geloof duidt de innerlijke geschiedenis aan, men zou kunnen zeggen de
geschiedenis van de zielen. Maar deze is ook de geschiedenis van de mensen die
op deze aarde onderworpen zijn aan de vergankelijkheid, opgenomen zijn in de
dimensie van de geschiedenis. In de volgende overwegingen willen wij ons vooral
concentreren op de huidige fase, die uiteraard nog niet geschiedenis is en haar
toch voortdurend vormt, ook in de zin van heilsgeschiedenis. Hier gaat een
wijde ruimte open waarin de heilige Maagd Maria het volk Gods blijft
voorgaan. Haar uitzonderlijke pelgrimstocht van het geloof vormt een vast
referentiepunt voor de Kerk, voor de enkelingen en de gemeenschappen, voor de
volkeren en de naties, en in zekere zin voor de gehele mensheid. Het is
werkelijk moeilijk om de straal ervan te omvatten en te meten.
Het Concilie onderstreept
dat de Moeder van God nu reeds de eschatologische vervulling van de Kerk
is: De Kerk heeft in de zalige Maagd reeds de volmaaktheid bereikt,
waardoor ze vlek noch rimpel vertoont; en tegelijk benadrukt het dat de
gelovigen zich nog steeds moeten inspannen om door de overwinning op de zonde
in heiligheid te groeien; daarom verheffen zij hun blikken naar Maria, die
voor heel de gemeenschap van de uitverkorenen als een toonbeeld van deugden
uitmunt. De Moeder van Gods Zoon neemt niet meer deel aan de pelgrimstocht van
het geloof. Maria die verheerlijkt in de hemel is naast haar Zoon, heeft reeds
de drempel tussen geloof en zien van aangezicht tot aangezicht (1 Kor. 13,
12) overschreden. Maar tegelijk houdt Maria niet op in deze eschatologische
vervulling de sterre der zee (Maris Stella) te zijn voor allen die nog
de weg van het geloof gaan. Als zij hun blikken naar haar opheffen op de
verschillende plaatsen van het aardse bestaan, dan doen zij dit omdat zij de
Zoon ter wereld heeft gebracht die God gesteld heeft tot Eerstgeborene onder
vele broeders, en ook omdat zij met moederlijke liefde bijdraagt tot
de geboorte en opvoeding van deze broeders en zusters.
DEEL 1 : MARIA IN HET MYSTERIE VAN CHRISTUS
HOOFDSTUK 1 - Vol
genade
Gezegend is God, de Vader van onze Heer Jezus
Christus, die ons in de hemelen in Christus heeft gezegend met elke geestelijke
zegen (Ef. 1, 3). Deze woorden van de brief aan de christenen van Efese openvaren
het eeuwige plan van God de Vader, zijn plan om de mens in Christus te redden.
Het is een universeel plan dat alle mensen die geschapen zijn naar het beeld en
de gelijkenis van God , betreft. Zoals allen in het begin begrepen
zijn in Gods scheppingswerk, zo zijn zij ook van eeuwigheid begrepen in het
goddelijke heilsplan, dat volledig geopenbaard zou worden in de volheid
van de tijd met de komst van Christus. De God die de Vader van onze
heer Jezus Christus in Hem, zo gaat dezelfde brief verder, ons
uitverkoren vóór de grondlegging der wereld, om heilig en vlekkeloos te zijn
voor zijn aangezicht. In liefde heeft Hij ons voorbestemd zijn kinderen te
worden door Jezus Christus, naar het welbehagen van zijn wil, tot lof van de
heerlijkheid van zijn genade. Hiermee heeft Hij ons begiftigd in de Geliefde,
in wie wij de verlossing hebben door zijn bloed, de vergeving van de zonden,
dank zij de rijkdom van zijn genade (Ef. 1, 4-7).
Het goddelijke heilsplan, dat
ons volledige geopenbaard is met de komst van Christus, is eeuwig. Het is ook,
volgens de leer van die brief en van andere paulijnse brieven, van
eeuwigheid af verbonden met Christus. Het omvat alle mensen, maar behoudt
een bijzondere plaats voor aan de vrouw die de Moeder is van Hem
aan wie de Vader het heilswerk toevertrouwd heeft. Zoals het Tweede Vaticaans
Concilie schrijft: Zij is het die . . . reeds profetisch doorzichtig
wordt in de belofte die aan de in zonde gevallen stamouders werd geschonken -volgens
het boek Genesis; evenzo is zij de maagd die een zoon zal ontvangen
en varen aan wie men de naam Immanuel zal geven -volgens de woorden
van Jesaja. Op deze wijze bereidt het Oude Testament die volheid van
de tijd voor waarin God zijn Zoon gezonden heeft, geboren uit een
vrouw . . . opdat wij de rang van zonen zouden verkrijgen. De komst van Gods
Zoon in de wereld is de gebeurtenis die opgetekend staat in de eerste
hoofdstukken van de evangelies volgens Lucas en volgens Matteüs.
Maria wordt
definitief binnengeleid in het mysterie van Christus door deze
gebeurtenis: de boodschap van de engel. Zij vindt plaats te Nazaret,
in zeer bepaalde omstandigheden van de geschiedenis van Israël het volk zegt
tot de Maagd: Wees gegroet, vol van genade, de Heer is met u (Lc.
1, 28). Maria schrok van dat woord en vroeg zich af wat die groet toch
wel kon betekenen (Lc. 1, 29): wat konden al die buitengewone woorden wel
betekenen en in het bijzonder de uitdrukking vol van genade (kecharitoméne)?
Als wij samen met Maria willen
mediteren over deze woorden en speciaal over de uitdrukking vol van
genade, dan kunnen wij een veelbetekenend vergelijkingspunt vinden juist in de
bovengenoemde tekst uit de brief aan de christenen van Efese. Als de Maagd
van Nazaret na de boodschap van de hemelse bode ook de gezegende onder de
vrouwen genoemd wordt, dan ligt de verklaring hiervoor in de zegen
waarmee God de Vader ons overladen heeft in de hemelen in
Christus. Het is een geestelijke zegen, die alle mensen betreft en in
zich de volheid en de universaliteit draagt (elke zegen), en die voortkomt
uit de liefde die de Vader en de Zoon, die één in wezen met Hem is, verenigt in
de heilige Geest. Het is tegelijk een zegen die door Jezus Christus is
uitgestort in de mensgeschiedenis tot aan het einde toe: over alle mensen. Deze
zegen betreft echter in een speciale en uitzonderlijke maat Maria: Elisabet
heeft haar immers begroet als de gezegende onder de vrouwen.
De reden voor de tweevoudige
groet is dus dat zich in de ziel van deze dochter van Sion in
zekere zin heel de heerlijkheid van de genade heeft geopenbaard,
van die genade waarmee de Vader . . . ons heeft begiftigd in de Geliefde.
De bode groet Maria immers als de Begenadigde; hij noemt haar zo, alsof
dit haar echte naam is. Hij noemt zijn gesprekspartner niet bij de naam die zij
onder de mensen heeft: Miryam (=Maria), maar bij deze nieuwe naam:
Begenadigde. Wat betekent deze naam? Waarom noemt de aartsengel de Maagd
van Nazaret zo?
In de bijbelse taal betekent
genade een speciale gave, die volgens het Nieuwe Testament haar bron heeft in
het leven van de drieëne God, van God die liefde is. De uitverkiezing waarover
de brief aan de christenen van Efese spreekt is vrucht van deze
liefde. Van Gods kant is deze uitverkiezing de eeuwige wil om de mens te redden
door deelname aan zijn eigen leven in Christus: het is het heil in de
deelname aan het bovennatuurlijke leven. De uitwerking van deze eeuwige gave,
van deze genade van de uitverkiezing van de mens door God, is als een kiem van
heiligheid of als een bron die opspringt in de ziel als gave van God zelf, die
de uitverkorenen levend en heilig maakt door middel van de genade. Op deze
wijze wordt vervuld, d.w.z. wordt werkelijkheid, die zegening van de mens met
elke geestelijke zegen, die aanneming tot zijn kinderen in Christus ofwel in
Hem die eeuwig de geliefde Zoon van de Vader is.
Wanneer wij lezen dat de bode
tot Maria zegt: vol van genade, dan laat de context van het evangelie, waarin
oude openbaringen en beloften samenvloeien, ons begrijpen dat het hier gaat om
een speciale zegen onder alle geestelijke zegeningen in Christus. Zij is
reeds aanwezig in het mysterie van Christus voor de schepping der
wereld als degene die de Vader uitgekozen heeft als Moeder van zijn
Zoon in de menswording en de Zoon heeft haar samen met de Vader uitgekozen en
haar eeuwig toevertrouwd aan de Geest van heiligheid. Maria is op geheel
bijzondere en uitzonderlijke wijze verenigd met Christus. Zij wordt eveneens op
geheel bijzonder en uitzonderlijke wijze bemind in deze eeuwige geliefde
Zoon, in deze Zoon die één wezen is met de Vader en in wie heel de
heerlijkheid van de genade samenkomt. Tegelijk is en blijft zij geheel open
voor deze gave van boven. Zoals het Concilie leert, munt Maria uit tussen
de nederigen en armen van de Heer, die het heil met vertrouwen van Hem
verwachten en ontvangen.
Al Betekenen de groet en de naam
Begenadigde dit alles, in de context van de boodschap van de engel hebben zij
vooral betrekking op de uitverkiezing van Maria als Moeder van Gods Zoon. Maar
tegelijk wijst de volheid der genade heel de bovennatuurlijke gave aan waarmee
Maria begiftigd is in verband met het feit dat zij uitgekozen en bestemd is om
de Moeder van Christus te zijn. Ook al is deze uitverkiezing fundamenteel voor
de vervulling van het heilsplan van God met betrekking tot de mensheid; ook al
betreffen de eeuwige keuze in Christus en de bestemming tot de waardigheid van
aangenomen kinderen alle mensen, toch is de uitverkiezing van Maria geheel
uitzonderlijk en uniek. Vandaar ook de uitzonderlijkheid en de enigheid van
haar plaats in het mysterie van Christus.
De hemelse bode zegt tot
haar: Vrees niet, Maria, want gij hebt genade gevonden bij God. Zie, gij
zult zwanger worden en een zoon ter wereld brengen, die gij de naam Jezus moet
geven. Hij zal groot zijn en zijn Zoon van de Allerhoogste genoemd worden (Lc.
1, 30-32). En als de Maagd, verschrikt door deze buitengewone groet,
vraagt: Hoe zal dit geschieden, daar ik geen gemeenschap heb met een
man?, ontvangt zij van de engel bevestiging en uitleg van de voorafgaande
woorden. Gabriël zegt tot haar: De heilige Geest zal over u komen en de
kracht van de Allerhoogste zal u overschaduwen; daarom ook zal wat ter wereld
wordt gebracht heilig genoemd worden, Zoon van God (Lc. 1, 35).
De boodschap is daarom de
openbaring van het mysterie van menswording aan het begin zelf van de
vervulling ervan op aarde. De heilsgave die God maakt van zichzelf en van zijn
leven, op zekere wijze aan de gehele schepping en direct aan de mens,
bereikt in het mysterie van de menswording één van zijn hoogtepunten. Dit
is inderdaad een hoogtepunt onder alle genadegaven in de geschiedenis van de
mens en van het heelal. Maria is vol van genade omdat de menswording
van het Woord, de vereniging van Gods Zoon met de menselijke natuur, juist in
haar verwerkelijkt en vervuld wordt. Maria is, zoals het Concilie leert, de
Moeder van de Zoon van God . . . en daarom de geliefde dochter van de Vader en
het heiligdom van de heilige Geest. Door deze uitmuntende gave gaat zij alle
andere schepselen in de hemel en op aarde ver te boven.
Sprekend over de heerlijkheid
van de genade waarmee God de Vader . . . ons begiftigd heeft in de
Geliefde, voegt de brief aan de christenen van Efese hieraan toe: in
Hem hebben wij de verlossing door zijn bloed (Ef. 1, 7). Volgens de leer die
geformuleerd is in plechtige documenten van de Kerk heeft deze heerlijkheid
van de genade zich in de Moeder Gods geopenbaard door het feit dat
zij op een meer verheven wijze is verlost. Krachtens de rijkdom der
genade van de geliefde Zoon, vanwege de verlossende verdiensten van Hem die
haar Zoon zou worden, is Maria gevrijwaard voor de overdracht van de
erfzonde. Zo hoort zij vanaf het eerste ogenblik van haar ontvangenis, dus van
haar bestaan, toe aan Christus en deelt zij in de verlossende en heiligmakende
genade en in die liefde die zijn oorsprong heeft in de Geliefde in
de Zoon van de eeuwige Vader, die door de menswording haar eigen Zoon is
geworden. Daarom ontvangt Mariadoor de heilige Geest in de orde van de
genade, d.w.z. van de deelname aan Gods eigen wezen, het leven van Hem aan
wie zij zelf in de orde van de aardse voortbrenging als moeder het
leven schonk. De liturgie aarzelt niet haar moeder van haar
Schepper te noemen en haar te groeten met de woorden die Dante
Alighieri de heilige Bernardus in de mond legt: dochter van uw Zoon. En
omdat Maria die nieuwe leven ontvangt in een volheid die
beantwoordt aan de liefde van de Zoon voor de Moeder en dus aan de waardigheid
van het goddelijke moederschap, noemt de engel haar bij de boodschap Begenadigde.
In het heilsplan van de
Allerheiligste Drieëenheid vormt het mysterie van de menswording de
overvloedige vervulling van de belofte die God aan de mensen gedaan heeft na
de erfzonde, na die eerste zonde waarvan de uitwerking op heel de
geschiedenis van de mens op aarde drukt. Zie, een Zoon komt ter wereld,
het kroost van de vrouw dat het kwaad van de zonde in de wortel zal
verslaan: Hij zal de kop van de slang verpletteren. Zoals uit de woorden
van het proto evangelie blijkt, zal de overwinning van de Zoon van de vrouw
niet behaald worden zonder een zware strijd die heel de geschiedenis van de
mens op aarde zal vullen. De vijandschap die in het begin is aangekondigd
wordt bevestigd in de Apokalyps, het boek van de laatste gebeurtenissen van de
Kerk en de wereld, waarin opnieuw het teken verschijnt van de vrouw
ditmaal bekleed met de zon (Apok. 12, 1).
Maria, de Moeder van het Woord,
wordt geplaatst in het centrum van die vijandschap, van die strijd waarmee
de mensengeschiedenis op aarde en de heilsgeschiedenis zelf vergezeld gaan. Op
die plaats draagt zij die bij de nederigen en armen van de Heer hoort,
als geen andere mens de heerlijkheid van de genade in zich waarmee
de Vader ons begiftigd heeft in de Geliefde, en deze genade bepaalt
de buitengewone grootheid en schoonheid van heel haar wezen. Zo blijft
Maria voor God en ook voor de gehele mensheid als het onveranderlijke en
onschendbare teken van de uitverkiezing door God waarover de paulijnse brief
spreekt: In Christus . . . heeft Hij ons uitverkoren vóór de grondlegging
van de wereld . . . en ons voorbestemd zijn kinderen te worden (Lc. 1,
4.5). Deze uitverkiezing is machtiger dan iedere ervaring van het kwaad en van
de zonde, dan heel die vijandschap waardoor de geschiedenis van de
mens getekend wordt. In deze geschiedenis blijft Maria een teken van vaste
hoop.
HOOFDSTUK 2 - Zalig
zij die geloofd heeft
Onmiddellijk na het verhaal van
de boodschap voert de evangelist Lucas ons achter de schreden van de Maagd van
Nazaret aan naar een stad in Judea (Lc. 1, 39). Volgens de
geleerden zou deze stad het huidige Ain-Karim zijn, dat niet ver van Jeruzalem
in de bergen ligt. Maria gaat daar met spoed naar toe om
Elisabet, haar bloedverwante, te bezoeken. De reden voor het bezoek moet
ook gezocht worden in het feit dat Gabriël bij de boodschap op veelzeggende
wijze Elisabet genoemd had die op gevorderde leeftijd van haar man Zacharias
een zoon ontvangen had, door Gods kracht: Elisabet, uw bloedverwante,
heeft in haar ouderdom een zoon ontvangen en, ofschoon zij ontvruchtbaar hette,
is zij nu in haar zesde maand; want voor God is niets onmogelijk (Lc. 1,
36-37). De goddelijke bode had zich beroepen op wat met Elisabet gebeurd was om
te antwoorden op de vraag van Maria: Hoe zal dit geschieden, daar ik geen
gemeenschap heb met een man? (Lc. 1, 34). Zie, het zal kunnen geschieden
juist door de kracht van de Allerhoogste, zoals en nog meer dan in het
geval van Elisabet.
Door liefde gedreven begeeft
Maria zich dus naar het huis van haar bloedverwante. Als zij er binnentreedt,
beantwoordt Elisabet haar groet en voelt zij het kind in haar schoot
opspringen. Vervuld met de heilige Geest groet zij op haar beurt Maria
met luider stemme: Gij zijt gezegend onder de vrouwen en gezegend is de vrucht
van uw schoot. Deze uitroep of toejuiching van Elisabet zou later opgenomen
worden in het Weesgegroet, als vervolg op de groet van de engel, en zo één
van de meest voorkomende gebeden van de Kerk worden. Maar nog meer betekenis
hebben de woorden van Elisabet in de vraag die volgt: Waaraan heb ik het
te danken dat de moeder van mijn Heer naar mij toekomt? (Lc. 1, 43).
Elisabet legt getuigenis af over Maria: zij erkent en verklaart dat voor haar
Moeder van de Heer staat, de Moeder van de Messias. Ook de zoon die Elisabet in
haar schoot draagt neemt deel aan dit getuigenis: Het kind sprong van vreugde
in mijn schoot (Lc. 1, 44). Het kind is de toekomstige Johannes de Doper die
bij de Jordaan Jezus als de Messias zal aanwijzen.
Ieder woord in de groet van
Elisabet is vol betekenis, maar wat zij op het eind zegt lijkt van fundamentele
betekenis: Zalig zij die geloofd heeft dat tot vervulling zal komen wat
haar vanwege de Heer gezegd is (Lc. 1, 45). Deze woorden kunnen geplaatst
worden naast de benaming Begenadigde van de groet van de engel. In
beide teksten wordt de waarheid over Maria die werkelijk binnengetreden is in
het mysterie van Christus, juist omdat zij geloofd heeft, werkelijkheid.
De volheid de genade die de engel aangekondigd heeft betekent de gave
van God zelf; het geloof van Maria, dat Elisabet geprezen heeft bij
het bezoek, geeft aan hoe de Maagd van Nazaret geantwoord heeft
op deze gave.
Aan de openbare God moet de
mens de gehoorzaamheid van het geloof (Rom. 16, 26) betonen,
waardoor hij zich vrijelijk geheel aan God toevertrouwt, leert het Concilie.
Het geloof zoals het hier beschreven wordt, heeft in Maria een volmaakte
verwezenlijking gevonden. Het beslissende ogenblik was de
boodschap, en de woorden van Elisabet: Zalig zij die geloofd heeft hebben
op de eerste plaats juist op dit moment betrekking.
Want bij de boodschap heeft Maria zich volledig aan
God toevertrouwd en de gehoorzaamheid van het geloof betoond
aan Hem die door zijn bode tot haar sprak, en de volledige onderdanigheid
van verstand en wil bewezen. Zij heeft dus met heel haar menselijke,
vrouwelijke ik geantwoord. Dit geloofsantwoord bevatte een volmaakte
medewerking met de voorkomende en helpende genade van God en een
volmaakte beschikbaarheid voor de werking van de heilige Geest die voortdurend
het geloof vervolmaakt door zijn gave.
Jesaja
12:1-6 Op die dag zult gij zeggen: Ik loof u, Jahwe; Gij waart
toornig op mij, maar uw toorn is bedaard en Gij hebt mij getroost. Ja, God is
mijn redding, ik vrees niet, ik ben vol vertrouwen: Jahwe is mijn sterkte en
kracht, Hij is mijn redding geworden. En gij zult vol vreugde water
putten uit de bronnen der redding. Op die dag zult gij zeggen: Looft
jahwe, roept zijn naam uit, maakt onder de volken zijn daden bekend, verkondigt
zijn hoog verheven naam. Zingt Jahwe lof, want Hij deed grootse dingen,
laat het bekend zijn over heel de aarde! Juicht en jubelt, bewoners van Sion:
Israëls Heilige is groot in uw midden!
Jesaja
55:1-11Komt allen die dorst hebt, hier is water; en gij,
die geen geld hebt, komt, koopt koren en eet zonder geld, en drinkt zonder
betaling wijn en melk. Waarom besteedt gij geld aan wat geen brood is, en
uw loon aan iets wat niet verzadigt? Luistert aandachtig naar Mij, en gij zult
eten wat goed is, en uw honger stillen met uitgelezen spijs. Neigt uw oor
en komt naar Mij, luistert en gij zult leven; een eeuwig verbond zal Ik met u
sluiten, een blijk van mijn blijvende trouw aan David gezworen. Zie, hem
had Ik tot getuige voor de volkeren aangesteld, tot vorst en gebieder over de
naties. Zie, zo komt nu een volk, dat gij niet kent, naar u toe, en een volk
dat u niet kent, snelt op u af, omwille van Jahwe, uw God, en wegens de Heilige
van Israël, omdat Hij u luister heeft verleend. Zoekt Jahwe, nu Hij te
vinden is, roept Hem aan: Hij is nabij, De zondaar moet zijn weg verlaten
en de boosdoener zijn gedachten; en terugkeren naar Jahwe, die zich over hem
erbarmen zal, naar onze God, die immers rijkelijk vergeeft. Want mijn
gedachten zijn niet uw gedachten, en uw wegen niet mijn wegen, zo luidt de
godsspraak van Jahwe, want zoals de hemel hoger is dan de aarde, zo gaan
ook mijn wegen uw wegen te boven, en mijn gedachten uw gedachten. Want
zoals de regen en de sneeuw uit de hemel neerdalen en daarheen pas terugkeren,
wanneer zij de aarde hebben gedrenkt, haar hebben bevrucht en met planten
bedekt, wanneer zij zaad hebben gegeven aan de zaaier, en brood aan de
eter; zo zal het ook gaan met mijn woord, dat voortkomt uit mijn mond; het
keert niet vruchteloos naar Mij terug, maar pas wanneer het heeft gedaan wat
Mij behaagt, en alles heeft volvoerd, waartoe Ik het heb gezonden.
Sirach
15:1-6Zo doet degene die
de Heer vreest; wie zich houdt aan de wet zal de wijsheid verwerven. Als
een moeder komt zij hem tegemoet en zij begroet hem als de vrouw van zijn
jeugd. Zij geeft hem het brood van het inzicht te eten en laat hem het
water van de wijsheid drinken. Hij steunt op haar en hij wankelt niet,
hij hecht zich aan haar en hij wordt niet beschaamd. Zij zal hem verheffen
boven zijn naasten en in het midden van de vergadering ontsluit ze zijn mond. Blijdschap
en een vreugdekrans en een onvergankelijke naam zal zij hem schenken.
1
Johannes 5:1-6 Iedereen die gelooft dat Jezus de verlosser
is, is een kind van God. Welnu, wie de vader liefheeft bemint ook het kind. Willen
wij God liefhebben en zijn geboden onderhouden, dan moeten wij ook Gods
kinderen liefhebben. Dat is onze maatstaf. God beminnen wil zeggen zijn
geboden onderhouden, en zijn geboden zijn niet moeilijk te onderhouden, want
ieder die uit God geboren is overwint de wereld. En het wapen waarmee wij de
wereld overwinnen is geen ander dan ons geloof. Niemand kan de wereld
overwinnen dan hij die gelooft dat Jezus de Zoon van God is. Hij is het die
gekomen is met water en bloed, Jezus Christus. Hij is gekomen niet door water
alleen, maar door water en door bloed. De Geest betuigt het, omdat de Geest de
waarheid is.
Openbaring
7:13-17 Toen richtte zich een van de oudsten tot mij en zei: Wie
zijn dat in die witte gewaden en waar komen zij vandaan? Ik antwoordde hem:
Heer, dat weet gij. Toen zei hij: Dat zijn degenen die komen uit de grote
verdrukking, die hun gewaden hebben wit gewassen in het bloed van het Lam. Daarom
staan zij voor de troon van God, en dienen Hem dag en nacht in zijn tempel, en
Hij die op de troon is gezeten zal zijn tent over hen uitspreiden. Zij
zullen nooit meer honger of dorst lijden, geen zonnesteek of woestijngloed zal
hen treffen, want het Lam in het midden van de troon zal hen weiden en voeren
naar de waterbronnen van het leven, en God zal alle tranen van hun ogen
afwissen.
Openbaring
22:1-5 Toen toonde mij de engel de rivier met het water des
levens, helder als kristal, die ontwelde aan de troon van God en van het Lam. Zij
liep midden door de straat van de stad, en op haar oevers, aan weerszijden,
stond het geboomte des levens, dat twaalfmaal vrucht draagt, elke maand eens;
en zijn loof brengt de volken genezing. En er zal geen banvloek meer zijn.
En de troon van God en van het Lam zal daar staan en zijn dienstknechten zullen
Hem vereren. Zij zullen zijn gelaat aanschouwen en zijn naam zal op hun
voorhoofd zijn. Er zal geen nacht meer zijn en zij behoeven geen licht
meer van lamp of zon, want God de Heer zal over hen lichten, en zij zullen
heersen in de eeuwen der eeuwen.
Johannes
13:3-15 In het bewustzijn dat de Vader Hem alles in handen had
gegeven en dat Hij van God was uitgegaan en naar God terugkeerde, stond
Hij van tafel op, legde zijn bovenkleren af, nam een linnen doek en omgordde
zich daarmee. Daarop goot Hij water in het wasbekken en begon de voeten van de
leerlingen te wassen en ze met de doek waarmee Hij omgord was af te
drogen. Zo kwam Hij bij Simon Petrus, die echter tot Hem zei: Heer wilt
Gij mij de voeten wassen? Jezus gaf hem ten antwoord: Wat Ik doe
begrijpt ge nu nog niet, maar later zult gij het inzien. Toen zei Petrus
tot Hem: Nooit in der eeuwigheid zult Gij mij de voeten wassen! Jezus
antwoordde hem: Als gij u niet door Mij laat wassen, kunt gij mijn deelgenoot
niet zijn. Daarop zei Simon Petrus tot Hem: Heer, dan niet alleen mijn
voeten, maar ook mijn handen en hoofd. Maar Jezus antwoordde: Wie een
bad heeft genomen, behoeft zich niet meer te wassen (tenzij de voeten), hij is
immers helemaal rein. Ook gij zijt rein, ofschoon niet allen. Hij
wist immers wie Hem zou overleveren. Daarom zei Hij: Niet allen zijt gij
rein. Toen Hij dan hun voeten had gewassen, zijn bovenkleren had aangetrokken
en weer aan tafel was gegaan, sprak Hij tot hen: Begrijpt gij wat Ik u gedaan
heb? Gij spreekt Mij aan als Leraar en Heer, en dat doet gij terecht, want
dat ben Ik. Maar als Ik, de Heer en Leraar, uw voeten heb gewassen, dan
behoort ook gij elkaar de voeten te wassen. Ik heb u een voorbeeld
gegeven, opdat gij zoudt doen zoals Ik u gedaan heb.
Gebed van zegen
Na de lezing, zegt de celebrant: Laat ons bidden.
Allen bidden in stilte; dan zegt de celebrant met uitgestrekte
handen, het gebed van zegen:
Gezegend bent U, Heer, Almachtige God,
die in Christus, het levende water van redding,
ons gezegend heeft en omgevormd.
Verleen dat wanneer we besprenkeld worden met dit water
of wanneer we er gebruik van maken,
we innerlijk worden verfrist door de kracht
van de Heilige Geest
en blijven leven in het nieuwe leven
dat we ontvingen bij het Doopsel.
We vragen dit door Christus onze Heer. R. Amen.
Het kruisteken over het water.
God zij dank dat we het Roomse Rituale hebben om ons te
helpen. Je moet niet elke keer het zout exorciseren. Ik exorciseer het zout en
houd het zo wanneer ik de traditionele zegening doe, het neemt niet zoveel tijd
in beslag. Geëxorciseerd zout is zeer krachtig tegen de duivel. Je kunt het
rond je huis, tuin, werk, en buurt strooien. Je kunt het ook gebruiken als je kookt.
Sommige eenvoudige zaken om te gebruiken als
bescherming tegen de duivel zijn: Wijwater, de geëxorciseerde H. Benedictusmedaille,
het bruine scapulier, de wonderdadige medaille en het dragen van de rozenkrans.
Blijf altijd in staat van genade, het helpt zoveel om de
aanvallen van de duivel te vermijden. We zouden meer moeten bevreesd zijn voor
het beledigen van God, dan voor de duivel. Vergeet ook nooit dat Maria een
grote beschermster is tegen de boze en ook de H. Michael. De H. Jozef wordt verschrikking van de duivel
genoemd.
Driekoningenwater
Het driekoningenwijwater is het water
dat tijdens de hoogmis op die dag gewijd wordt. Het is wijwater,
en als zodanig een van de vele sacramentaliën in de katholieke
kerken. Er wordt ongeveer 45 minuten over gebeden en is daarom het sterkste
wijwater. De sacramentaliën ontvangen de kracht die de gebeden uitdrukken bij
de zegening ervan.
In het Romeins
Rituaal wordt het wijdingsritueel beschreven dat alleen op de vigilie
van Driekoningen (5 januari) door een priester uitgevoerd kan worden.
De wijding geeft vier groepen van genaden:
verjaagt de duivel en zijn invloeden
roept de hulp van de hemel, de heiligen en engelen
af
geeft genezing naar ziel en lichaam
biedt genezing voor mensen en dieren.
Driekoningen was vroeger
net zoals Pasen traditioneel een doopdag. Ter herinnering aan de doop
vond met Driekoningen de wijding van het water plaats.
De liturgie van de wijding
van het driekoningenwijwater is als volgt opgebouwd:
litanie van alle heiligen, dat is de aanroeping van
degenen die definitief de overwinning over alle kwaad hebben behaald; de
'zegevierende Kerk'
twee overwinningshymnen uit de H Schrift, het Benedictus over
de komst van de voorloper van de Messias en verlosser en het Magnificat over
de komst van de Messias en verlosser zelf
drie psalmen over de overwinning van Israël tegen
de vijanden in het Oude Testament, voorteken van overwinning over
geestelijke vijanden in het nieuwe testament
gewone wijwatergebed met exorcismen over zout en
water
het kleine exorcisme van paus Leo XIII of
van de Aartsengel Michael tegen de omzetenheid (sterke merkbare
invloed van de duivel), waarin beroep wordt gedaan op alle sterke geloofsgeheimen
gezongen Te Deum, loflied van de overwinnende
kerk van de heiligen in de hemel.
Het
verdrijven van de duivel
De duivel haat wijwater omwille van zijn macht over hem. Hij
kan niet lang blijven op een plaats of bij een persoon die dikwijls wordt
besprenkeld met wijwater.
Lees wat de H. Teresa van Avila hierover had te zeggen:
"Uit lange ervaring heb ik
geleerd dat er niets zoals wijwater is om duivels op de vlucht te jagen en te
voorkomen dat ze terugkomen. Ze vluchten ook voor het kruis, maar keren terug;
daarom moet wijwater een grote waarde hebben. Voor mij, als ik het neem, is
mijn ziel getroost. In feite is het een
bewuste verfrissing die ik niet kan omschrijven, het lijkt op een innerlijke
vreugde die mijn hele ziel troost.
"Op een nacht, ongeveer
deze tijd, dacht ik dat de duivels mij aan het verstikken waren; en wanneer de
zusters heel wat wijwater hadden gesprenkeld zag ik een grote groep duivels
wegrennen zo vlug ze konden."
"Op een nacht was ik
devotionele gebeden aan het bidden, wanneer de duivel zelf kwam en me wilde
doen stoppen met bidden. Ik sloeg een kruisteken en hij ging weg. Ik begon verder te bidden en hij kwam terug. Ik
begon drie keer opnieuw en het was tot ik wat wijwater sprenkelde dat ik verder
kon bidden. Op hetzelfde moment zag ik verschillende zielen uit het Vagevuur
komen: hun tijd was bijna op en ik denk dat de duivel hun bevrijding wilde
voorkomen."
Wijwater
gebed voor de zielen van het Vagevuur
Sprenkel een paar druppels van Heilig Water en bid vurig:
"O God, in Uw
barmhartigheid vermenigvuldig deze druppels in zoveel Wijwaterdruppels als er
zielen zijn in het Vagevuur, en laat hen toe de pijnen van het Vagevuur niet te
vrezen, zoals als het vocht van het Wijwater aanwezig is.
Hoe
van wijwater dat muf is afgeraken:
Wijwater blijft gewoonlijk voor
een lange tijd bewaard. Maar als je toch muf water hebt, giet het dan buiten in
de grond aan planten of bomen. De reden omdat we het in de grond gieten is
omdat de grond heilig is en we het teruggeven aan de natuur. Andere religieuze
zaken zoals gebroken rozenkransen, versleten scapulieren, gebroken beelden,
enz. mogen ook in de grond begraven worden.
Asperges me (wikipedia): Het Asperges me is de katholieke liturgische plechtigheid
die op zondagen aan de viering van een plechtige H. Mis voorafgaat.
De kerkgangers worden gezegend met wijwater, terwijl het koor de Gregoriaanse antifoon 'Asperges
Me' zingt.
De gewone vorm van de
Romeinse ritus voorziet in een verkorte versie van het Asperges me.
In de buitengewone vorm is de plechtigheid volledig bewaard.
Ritueel
De priester of
bisschop gaat hierbij, gekleed in koorkap en eventueel geholpen
door diakens, door de kerk en besprenkelt de gelovigen door middel van
een aspergil met wijwater. Dit gebeurt ter herinnering aan
het doopsel en om barmhartigheid en reiniging van God af
te smeken, voordat men de heilige geheimen van de eucharistie viert.
Na de besprenkeling spreekt de celebrant staande voor het tabernakel een
gebed uit, waarin bescherming van het kerkgebouw en het gelovige volk
afgesmeekt wordt. Hierna wordt de koorkap afgelegd en bekleedt de priester zich
met kazuifel, manipel en bonnet.
Antifoon
De naam Asperges
me komt van de Latijnse antifoon die tijdens deze
besprenkeling met wijwater Gregoriaans gezongen wordt, namelijk Psalm 51:9
Raak
met hysop mij aan: ik zal rein zijn, maak mij smetteloos: witter dan sneeuw.
In de Paastijd zingt
men in plaats van Psalm 51, Psalm 118:1; deze antifoon heet Vidi aquam bij
de besprenkeling, waarin op mystieke wijze Christus aan het kruis bezongen
wordt, uit wiens Zijde water en bloed vloeit.
Tweede Vaticaans Concilie
De plechtigheid is bijna
overal verdwenen, hoewel de Novus Ordo Missae wel in een verkorte
versie van het Asperges me voorziet. In de Mis volgens
de Tridentijnse ritus is de plechtigheid bewaard. De priester kan
ervoor kiezen om het asperges en de processie met koorkap te doen en zich te
verkleden bij het altaar, maar kan er ook voor kiezen om meteen het kazuifel te
dragen bij het vertrekken uit de sacristie. De priester bekleedt zich in de
nieuwe misorde (Ordo Missae Cum Populo) enkel nog met het kazuifel (en stole);
het manipel en de bonnet worden niet meer gedragen. (In de nieuwe misorde is
het asperges een deel van de eucharistie.)
Tekst der plechtigheid
Asperges me, Domine,
hyssopo, et mundabor:
Gij zult mij besprenkelen, Heer, met hysop,
en ik zal rein worden:
Lavabis me, et super
nivem dealbabor.
Gij zult mij wassen, en ik zal witter worden
dan sneeuw.
Miserere mei, Deus,
Ontferm u mijner, o God,
secundum magnam misericordiam tuam.
volgens uw grote barmhartigheid.
Gloria Patri, et
Filio, et Spiritui Sancto.
Eer aan de Vader en de Zoon en de Heilige
Geest.
Sicut erat in principio,
et nunc, et semper,
Zoals het was in het begin, en nu, en altijd,
et in saecula saeculorum. Amen.
en in de eeuwen der eeuwen. Amen.
Asperges me (...) dealbabor.
Was mij (...) dan sneeuw.
S. Ostende nobis,
Domine, misericordiam tuam.
Pr. Toon ons, Heer, uw barmhartigheid.
M. Et salutare tuum
da nobis.
V. En schenk ons uw heil.
S. Domine exaudi orationem meam.
Pr. Heer verhoor mijn gebed.
M. Et clamor meus ad te veniat.
V. En mijn noodkreet kome tot U.
S. Dominus vobiscum.
Pr. De Heer zij met u.
M. Et cum spiritu
tuo.
V. En met uw geest.
S. Oremus. Exaudi nos Domine sancte Pater omnipotens
aeterne Deus et mittere digneris sanctum angelum tuum de caelis, qui
custodiat, foveat, protegat, visitet atque defendat omnes habitantes in hoc
habitaculo. Per Christum Dominum nostrum. Amen.
Pr. Laat ons bidden. Verhoor ons Heer, heilige
Vader, almachtige, eeuwige God en zend genadig uw heilige engel uit de hemel,
die allen die in dit heiligdom wonen moge bewaren, begunstigen, beschermen,
bezoeken en verdedigen. Door Christus onze Heer. Amen.
Wijwater
Definitie : Wijwater dat door een priester gewijd is.
Dit water wordt in de katholieke kerk gebruikt bij verschillende
religieuze handelingen. Wijwater wordt gerekend tot de sacramentalia.
Water is een heel belangrijk christelijk symbool. Het is de
bron van het leven. De hele aarde is een planeet vol water. Het geeft ons
leven, vernieuwt en hernieuwt.
Het christelijk leven begint met water bij de doop. Al in
het joodse leven werd water gebruikt bij reinigingsriten tegen de zonden. Het
is met de doop dat de gedoopte een nieuw leven begint als christen. We worden
gereinigd van onze zonden, begraven (ondergedompeld) met Christus om met Hem
uit het water te verrijzen in het nieuwe leven, herboren als kind van God.
Het doopwater is wijwater: water, waarover Gods zegen is
afgeroepen. Tijdens de viering in de Paasnacht wordt water in doopbekken
gegoten en gewijd door het uitspreken van een bede en het maken van een kruisteken
over het water. Tijdens de Paasviering worden de aanwezigen gezegend met dit
water, ter herinnering aan de eigen doop.
Wijwater is belangrijk: het wordt gebruikt om mensen en
zaken te zegenen. Bij binnenkomst (of het verlaten) van een kerk slaan katholieken
een kruisje nadat een paar vingers even in het wijwatervaten zijn
gedompeld. Ze staan dan onder het teken van het kruis met herinnering
aan de eigen doop. In kleinere vorm kunnen katholieken thuis ook wijwaterbakjes
hebben, gevuld met het gezegende wijwater uit de kerk.
Aan het einde van ons leven wordt bij de uitvaart de
lijkbaar besprenkeld met wijwater om Gods zegen over de dood af te smeken. Dit
is de absoute: het besprenkelen met wijwater en het bewieroken van de kist
onder het uitspreken van gebeden.
Een andere rol van water is bij plaatsen van Mariavereringen
en -verschijningen. Op veel plaatsen waar Maria is verschenen, is wel
een kraan te vinden dat heilig water schenkt. Bijvoorbeeld in bekende bedevaartplaatsen
als Banneux, Lourdes en Fatima. Ook hier reinigt, zegent en heiligt het water
de gelovige. (www.katholiek.nl)
Enkele
manieren om wijwater te gebruiken Gretchen Filz 12/8/2014 www.catholiccompany.com
Van lange ervaring heb ik geleerd dat er
niets zo goed is zoals wijwater om duivels op de vlucht te jagen en te
verhinderen dat ze terugkomen. Ze vluchten ook voor het Kruis, maar keren terug;
wijwater moet dus een grote heilzame werking hebben. Als ik er gebruik van maak
ondervindt mijn ziel een bijzondere troost. H. Teresa van Avila
Wanneer we deze uitspraak lezen zouden we moeten herinnerd
worden aan het belang van wijwater. Als we denken aan ons doopsel en onze
doopbeloften, als Katholieke hun vinger dopen in het wijwater en het kruisteken
maken als ze de kerk binnengaan.
Onze doopbeloften bevatten beloften om Satan te verwerpen
en zonde te vermijden. Maar meestal denken we er niet meer aan en is wijwater
maar gewoon omdat we het zo dikwijls gebruiken.
We moeten onthouden dat dit water, door de priester,
gezegend is door God krachtens Christus doopsel. De Katholieke Kerk bezit een
enorme kracht van sacramentele genade en het wijwater als sacramentalie
ontvangt zijn kracht door het gebed en de autoriteit van de Kerk.
De zegening dat over het water gezegd wordt door de
priester om het te wijden bevat gebeden van exorcisme. Het kan demonen
verdrijven, de zieken genezen, en ons genade geven, en toch wanneer we een
kruisteken maken met het wijwater denken we er zelfs niet aan hoe heilig het
eigenlijk is.
Wijwater is een krachtige sacramentalie en we zouden het
dagelijks moeten gebruiken. Wijwater kan gebruikt worden om mensen te zegenen,
plaatsen, en dingen die gebruikt worden om God te verheerlijken in hun leven.
Hier enkele
manieren om wijwater te gebruiken in je dagelijks leven:
1. Zegen jezelf
Deze suggestie is duidelijk, maar als we onszelf enkel zegenen met wijwater op
zondag, wat dan met de rest van de week? Je kunt nooit teveel genade of
zegening in je leven hebben. Gebruik dagelijks wijwater. Houd een wijwatervatje
in huis zodat jij en je gezin, en ook gasten zich kunnen zegenen in het komen
en gaan uit je huis. Houd het wijwatervatje in de buurt van de voordeur om er
zeker van te zijn dat je nooit de deur uitgaat zonder je te zegenen.
2. Zegen je huis Als
je niet de tijd genomen hebt om je huis te zegenen met wijwater, dan begin je
er best nu mee. Je huis is de huiskerk en heeft geestelijke bescherming nodig.
Je kunt zelf wijwater sprenkelen in je huis, of een priester je huis laten
wijden. Hij maakt gebruik van wijwater als een deel van de inzegening van je
huis. Wijwater in een kleine verstuiver doen, is gemakkelijk. Zo kun je het
thuis en elders gebruiken.
3. Zegen je gezin Gebruik
wijwater om te bidden en maak het Kruisteken over je partner en je kinderen
voor ze gaan slapen. Het dichterbij brengen van je gezin met God is op deze
manier een familietraditie om verder te zetten. Houd een wijwaterflesje bij je bed voor dit doel.
4. Zegen je
werkplaats Als je
buitenshuis werkt is het sprenkelen van je werkplaats een goed idee, niet enkel
voor geestelijke bescherming op de job, maar ook om je dagelijks werk te
heiligen voor de glorie van God.
5. Zegen je wagen De
wagen is waarschijnlijk de meest gevaarlijke plaats waar je elke dag tijd in
doorbrengt. Onderschat nooit de kracht van wijwater als het gebruikt wordt op
en in je wagen om veilig te rijden, wanneer het gebruikt wordt met geloof en
vertrouwen op God. Je kunt ook een priester je wagen laten zegenen met wijwater.
6. Zegen je moestuin Het
was een gewone praktijk in de Middeleeuwen dat mensen hun groentetuin
besprenkelden met wijwater. In tijden wanneer mensen zeer afhankelijk waren van
hun oogst om te overleven, konden een gebrek aan regen of vroege vorst roet in
het eten gooien. Het gebruik van wijwater om de plantjes te zegenen die gebruikt
worden voor voedsel toont het vertrouwen op Gods genade.
7. Zegen de zieken Als
je zieke familie hebt, zegen hen dan met wijwater, dan doe je een lichamelijk
en geestelijk werk van barmhartigheid. Als je zieken bezoekt in het ziekenhuis
of bejaardentehuis, zegen dan hun leefruimte met wijwater en laat een flesje
wijwater achter als een troost in hun noden.
8.
Zegen de zielen van het vagevuur Als we willen een kring van
voorsprekers hebben voor onszelf, laat ons dan enige van hun verlangens in
praktijk brengen en hen niet vergeten bij het wijwatervat. De heilige zielen
die het dichtst bij de Hemel zijn kunnen misschien maar 1 druppel wijwater
nodig hebben om hun hunkerende ziel te verlichten. Enkel in het Vagevuur kan
men begrijpen hoe hevig een arme ziel verlangt naar wijwater.
9. Zegen je huisdieren
Huisdieren zijn geliefde metgezellen voor alleenstaanden en gezinnen en ze bewijzen
hen dikwijls een grote dienst, en zelfs deze huisdieren kunnen gezegend worden met
wijwater omdat alle schepselen glorie geven aan God. Dit is ook van toepassing op het vee en de veestapel
op een boerderij.
Hier is een eenvoudig gebedje om te bidden
wanneer wijwater gebruikt wordt:
Omdat wijwater één van de sacramentaliën
is van de Kerk, worden dagelijkse zonden vergeven. Houd je ziel mooi zuiver in
Gods zicht door het Kruisteken te maken en te zeggen:
Door dit wijwater en door
Uw Kostbaar Bloed, was al mijn zonden weg, O Heer. Amen.
Er is geen specifiek gebed om te gebruiken wanneer wijwater
gebruikt wordt, buiten het kruisteken. Je kunt een Onze Vader bidden of zelf
het St Michaelsgebed wanneer je wijwater gebruikt. Houd er rekening mee dat het wijwater reeds gezegend
is door de gebeden van de priester.
Heilige Aartsengel Michaël,
Verdedig ons in de strijd en wees onze beschermer tegen de aanvallen en de
listen van de duivel.
Wij smeken U, dat God zijn heerschappij uitoefent over hem. En gij, Prins
van de Hemelse Legermachten, drijf Satan en de andere boze geesten, die
over de wereld ronddwalen voor het verderf van de zielen, terug in de hel door
de Goddelijke macht die U is toevertrouwd. Amen.
Traditioneel wijwater Pr. Carota 25/4/2013
Vandaag werd ik gevraagd om water te zegenen. Het duurt
langer en is meer werk, maar ik doe nog alleen de traditionele zegening van
water. Volgens het Roomse Rituale wordt er exorcisme gebed en wordt er geëxorciseerd
zout aan het wijwater toegevoegd. Hier is de ritus:
V. Onze hulp is in de naam van de Heer.
R. Die Hemel en aarde geschapen heeft.
Exorcisme van zout
O zout, schepping van God, ik exorciseer u door de levende
God, door de ware God, door de heilige God, door de God die u beval om gegoten
te worden in het water door Elisa de Profeet zodat zijn levengevende krachten
mogen hersteld worden. Ik exorciseer u zodat u een middel van redding moge
worden voor gelovigen, dat u gezondheid van ziel en lichaam moge brengen aan
allen die gebruik van u maken. Dat onvruchtbaarheid
moge vluchten. Dat van de plaatsen waar u gesprenkeld wordt
alle verschijningen, boosdoeners, duivels bedrog en elke onreine geest
verdreven wordt, bezworen door Hem die zal komen om de levenden en de doden en
de wereld te oordelen door vuur. Amen.
Elisa (wikipedia) : (Hebreeuws voor
"Mijn God is redding") is een profeet over wie
geschreven staat in de Hebreeuwse Bijbel. Hij is de leerling van de
profeet Elia en zijn opvolger na diens hemelvaart. De levensloop van
Elisa is met name terug te vinden aan het einde van het Bijbelboek 1
Koningen en voor de rest in het Bijbelboek 2 Koningen. In de Rooms-Katholiek
Kerk wordt zijn naamdag gevierd op 14 juni.
Elisa was de zoon van Safat uit Abel-meholah; hij werd de dienaar
en volgeling van Elia (1 Kon. 19:16-19). Zijn naam komt het
eerst voor in de opdracht aan Elia om hem tot opvolger te zalven.
Op zijn weg van Sinaï naar Damascus treft de
profeet Elia hem aan terwijl hij met de runderen het land ploegt. Hij roept
Elisa door zijn mantel over diens schouders te gooien. Hij neemt hem aan als
zoon en roept hem tot het profetenambt.
Tot het overlijden van Elia is verder weinig vermeld over Elisa.
Hierna wordt gezegd dat hij 'een dubbel deel' van de geest van Elia heeft
gekregen, en wel omdat hij de wonderbaarlijke hemelvaart van Elia heeft mogen
aanschouwen. Hij heeft de leiding van de profetenschool in Jericho,
redt Samaria en Dothan van een Syrische belegering, en
geneest de Syrische generaal Naäman van melaatsheid. Hij zalft
Hazael tot koning over Syrië en Jehu tot koning over Israël.
Jaren later, op zijn sterfbed, komt koning Joas, de kleinzoon
van Jehu van Israël, om te rouwen over zijn naderende einde. Hij spreekt
tot Elisa dezelfde woorden als Elisa bij Elia's dood: "Mijn vader, mijn
vader! Wagens en ruiters van Israël!"
Volgens 2 Koningen 13:20-21 werd een overleden man, door
omstandigheden in de gauwigheid in het graf van Elisa gegooid, weer levend toen
zijn lichaam in aanraking kwam met het gebeente van Elisa.
Laat ons bidden.
Almachtige en eeuwige God, we smeken U nederig, in Uw oneindige
goedheid en liefde, dit zout te zegenen + en te heiligen + die U heeft
geschapen en aan het gebruik door de mensheid heeft overgelaten, zodat het een
bron van gezondheid wordt voor de geest en het lichaam van allen die er gebruik
van maken, en het alle onreinheid moge wegnemen van hetgeen aangeraakt of
besprenkeld wordt en hetgeen beschermen van elke aanval van boze geesten. Door
onze Heer, Jezus Christus, Uw Zoon, die leeft en heerst met U in de eenheid van
de Heilige Geest, God, voor eeuwig en altijd. R. Amen.
Exorcisme van water
O water, schepping van God, ik exorciseer u in de naam van
God de Almachtige Vader, en in de naam van Jezus Christus, Zijn Zoon, onze
Heer, en met de kracht van de Heilige Geest. Ik exorciseer u zodat je al de
kracht van de Vijand moge doen vluchten, en in staat zijn om die Vijand met
zijn gevallen engelen uit te roeien: door de kracht van onze Heer Jezus
Christus, die zal komen om de levenden en de doden en de wereld te oordelen
door vuur. Amen.
Laat ons bidden.
O God, die voor de redding van de mensheid Uw grootste
mysteries op deze substantie, water, hebt gebouwd, aanhoor in Uw goedheid onze
gebeden en stort de kracht van Uw zegening + uit in dit element, klaargemaakt
voor vele soorten van zuiveringen. Moge dit, Uw schepping, een vertegenwoordiger worden van
goddelijke genade in dienst van Uw mysteries, om boze geesten te verjagen en
ziekte te verdrijven, zodat alles in de huizen en andere gebouwen van de
gelovigen die besprenkeld worden met dit water bevrijd moge worden van alle
onreinheid en bevrijd van alle kwaad. Laat geen adem van besmetting, geen
ziektedragende lucht, in deze plaatsen blijven. Mogen de sluwe streken van de
op de loer liggende Vijand vruchteloos zijn. Laat alles wat de veiligheid en
vrede van degenen die hier leven bedreigd vluchten door het sprenkelen van dit
water, zodat het heilzame dat verkregen wordt door Uw heilige naam te
aanroepen, verzekerd wordt tegen alle aanvallen. Door onze Heer Jezus Christus,
Uw Zoon, die leeft en heerst met U in de eenheid van de Heilige Geest, God,
voor eeuwig en altijd.
R. Amen.
Er is ook een zegening in het novus ordo boek van
zegeningen. Hier zijn de woorden om
water te zegenen:
Gezegend bent U, Heer, Almachtige God, U die
zich verwaardigde om ons te zegenen in Christus, het levende water van onze
redding, en ons innerlijk te hervormen. Verleen dat wij die versterkt worden door
het besprenkelen of gebruik van dit water, vernieuwd mogen worden door de Heilige
geest, door Zijn kracht, en altijd moge in de nieuwheid van leven zijn.
En dan maak je een kruisteken over het water.
Dit is de zegening in de viering van de mis:
WIJDING
Aanvangsritus
De celebrant begint met deze woorden: In de naam van de Vader, en de Zoon, en de Heilige Geest.
Allen maken het kruisteken en antwoorden: Amen.
De celebrant groet degenen die aanwezig zijn, en hij
gebruikt de volgende worden, hoofdzakelijk genomen uit de H. Schrift: Moge God, die door water en de Heilige Geest ons een nieuwe geboorte gegeven
heeft in Christus, met U allen zijn.
Allen antwoorden: En met Uw geest.
De celebrant bereidt deze die aanwezig zijn voor op de
zegening: De zegening van dit water herinnert ons aan Christus, het levende water, en aan
het sacrament van het Doopsel, waarin we werden geboren uit water en de Heilige
Geest. Wanneer we daarom besprenkeld worden met dit heilig water of het
gebruiken om ons te zegenen als we de kerk of ons huis binnenkomen, danken we
God voor zijn onschatbare gave aan ons en vragen we om zijn hulp zodat we trouw
blijven aan het sacrament die we hebben ontvangen in geloof.
Lezing van het Woord van God
Een lezer, of de celebrant leest een korte tekst uit de H.
Schrift, zoals de volgende:
Luister naar de woorden uit het H. Evangelie volgens
Johannes 7:37-39
Als iemand dorst heeft, Hij kome tot Mij.
Op de laatste en grootste dag van het feest
stond Jezus daar en riep met luider stem: Als iemand dorst heeft, hij kome tot
Mij; wie in Mij gelooft, hij drinke! Zoals de Schrift zegt: Stromen van
levend water zullen uit zijn binnenste vloeien. Hiermee doelde Hij op de
Geest, die zij, die in Hem geloofden, zouden ontvangen, want de Geest was er
nog niet, omdat Jezus nog niet verheerlijkt was.
Heilig zijn betekent in alle
opzichten op Christus lijken: in gedachten en gevoelens, in woord en daad. Het
meest kenmerkende van heiligheid is de liefde (God boven alles beminnen en de
naaste als zichzelf). De liefde doordrenkt alle deugden: de nederigheid,
rechtvaardigheid, werkinzet, kuisheid, gehoorzaamheid, vreugde, etc. De
heiligheid is een doel waartoe alle gedoopten geroepen zijn. Ze wordt alleen,
met de hulp van God, in de hemel bereikt na een levenslange strijd. Opus Dei
Vertegenwoordigers van heiligheid (www.derekprince.nl) De Heilige Geest, de Gever van
heiligheid
Zonder de Heilige Geest (of: de Geest van heiligheid) is er geen hoop dat wij
heilig kunnen worden. Zowel in heiliging als in het proces van verlossing,
ligt het initiatief bij God. Vervolgens vindt het volgende proces plaats:
De Heilige Geest begint invloed op ons uit te
oefenen
Hij keert ons af van de weg die naar verwoesting leidt (Matt. 7:13)
Hij brengt ons oog in oog met de waarheid (en met Jezus, die zelf de Waarheid
is)
Hij geeft ons geloof om die waarheid te geloven
Door deze waarheid te geloven, worden we gered
In Efeze 2:8 vertelt Paulus ons dat we moeten geloven. En
vervolgens herinnert hij ons aan het feit dat dit geloof niet uit onszelf is
gekomen, maar in ons is gelegd als gave van God.
Heiliging is het proces waardoor de Heilige Geest ons
afzondert tot een confrontatie met de waarheid die Christus brengt. De Heilige
Geest geeft ons de genade om het evangelie te gehoorzamen, en als we dat doen
wordt het bloed van Jezus over ons gesprenkeld.
Het initiatief van heiliging bij God, niet bij de mens, en
de eerste vertegenwoordiger in dit proces is de Heilige Geest. Daarom moeten we
vragen om de 7 Gaven van de Heilige Geest om het proces van heiliging bij ons
kracht bij te zetten.De Gaven van de Heilige Geest zijn voor de ziel
wat voedsel is voor het lichaam: levensnoodzakelijk. Wij mogen stellen dat de
ingesteldheid, de levensvisie, de houding en de deugdzaamheid van een mens
grotendeels wordt bepaald door de mate waarin hij door de Heilige Geest bezield
wordt. Het is diezelfde bezieling die in verregaande mate de graad van Liefde
en zuiverheid van de mens bepaalt. Liefde tot God, Maria en de medemens, en
zuiverheid in daden, woorden, gedachten, gevoelens en verlangens zijn de
grootste graadmeters voor heiligheid. Dit alles laat begrijpen waarom de
Heilige Geest de Heiligmaker wordt genoemd. Wat zijn nu de 7 Gaven van de
Heilige Geest: (catechese door Paus Franciscus 11/6/2014)
1 Wijsheid
Dit is een geschenk van de Heilige Geest. Daarom moeten we
aan de Heer vragen dat Hij ons de gave van wijsheid schenkt, van de wijsheid van God die ons leert met de ogen van God te zien,
met het hart van God te voelen, met de woorden van God te spreken. En zo, met
deze wijsheid, gaan we vooruit, bouwen we het gezin op, bouwen we de Kerk op en
heiligen we onszelf. Vragen we vandaag de genade van de wijsheid. En vragen we
dat aan Onze Lieve Vrouw, die de zetel van wijsheid is, van deze gave: dat zij
ons deze genade schenkt.
2 Inzicht
Dat is wat de Heilige Geest met ons doet: Hij opent onze
geest, om beter te verstaan, om beter het heilsplan van God te verstaan, de
situaties in het mensenleven en de werkelijkheid te doorgronden, enz. De gave
van inzicht is belangrijk voor ons christelijk leven. Vragen we aan de Heer dat
Hij ze ons schenkt, dat Hij ons allen de gave schenkt om de dingen die gebeuren
te verstaan, te verstaan zoals Hij en om vooral het Woord van God in het
Evangelie te verstaan.
3 Raad
Zoals alle andere gaven van de Geest, is ook de raad een
schat voor all christenen. De Heer spreekt niet slechts in de intimiteit van
ons hart, Hij spreekt daar zeker, maar niet alleen daar, Hij spreekt ook
doorheen de stem en het getuigenis van de broeders. Het is waarlijk een groot
geschenk mannen en vrouwen van geloof te mogen ontmoeten die ons , vooral bij
ingewikkelde en belangrijke overgangen in het leven, helpen klaarheid te
scheppen in ons hart om de wil van de Heer te leren kennen! Psalm 16 nodigt ons
uit met deze woorden te bidden: Ik prijs de Heer die mij raad heeft gegeven,
zelfs bij nacht spreekt mijn geweten. Ik houd de Heer voor ogen, de Heer
altijd, Hij staat mij terzijde en ik wankel niet. Dat de Geest altijd ons
hart vervult met deze zekerheid en ons overlaadt met zijn troost en vrede!
Vraag altijd om de gave van raad.
4 Sterkte
We moeten niet denken dat de gave van sterkte slechts bij bijzondere
situaties nodig is. Deze gave moet het basiskenmerk zijn van ons christelijk
bestaan, in het gewone van ons
alledaagse leven. Alle dagen van ons dagelijks leven moeten we sterk
zijn, we hebben deze sterkte nodig om met ons leven, ons gezin, ons geloof
verder te gaan. De apostel Paulus zegt hierover: Alles vermag ik in Hem, die
mij kracht geeft (Fil. 4, 13). Als we het gewone leven trotseren, als er
moeilijkheden komen, laat ons dan dit herinneren: Alles vermag ik in Hem, die
mij kracht geeft. De Heer geeft sterkte, Hij laat ze ons niet ontbreken; de Heer
beproeft ons niet boven onze krachten. Hij is ons altijd nabij. Alles vermag
ik in Hem, die mij kracht geeft. Soms kennen we de bekoring om ons, met de
lasten en beproevingen van het leven voor ogen, te laten verleiden tot ontmoediging.
Laten we in dergelijke gevallen de moed niet opgeven, maar laten we de Heilige
Geest aanroepen dat Hij ons hart door de gave van sterkte verlicht en aan ons
leven en onze navolging van Jezus nieuwe kracht en enthousiasme meedeelt.
5 Kennis
Wanneer over kennis gesproken wordt, denkt men onmiddellijk
aan het vermogen van de mens om altijd beter de werkelijkheid die hem omgeeft
te kennen en de wetten te ontdekken die de natuur en het heelal ordenen. De
kennis die van de Heilige Geest komt, beperkt zich echter niet tot de
menselijke kennis: het is een bijzondere gave, die ons ertoe brengt, via de
schepping, de grootheid en de liefde van God en zijn diepe verbondenheid met
elk schepsel, te vatten.Dit
moet ons tot nadenken stemmen en ons aan de Heilige Geest de gave van kennis
doen vragen om goed te verstaan dat de schepping het mooiste geschenk van God
is. Hij heeft zoveel goede dingen gemaakt voor het beste dat er is en dat is de
menselijke persoon.
6 Vroomheid
Deze gave van de Heilige Geest wordt dikwijls hetzij misverstaan
hetzij oppervlakkig benaderd, terwijl ze het hart van onze christelijke
identiteit raakt: het gaat over de gave van vroomheid.
Het moet van meet af aan duidelijk zijn dat deze gave niet
hetzelfde is als medelijden met iemand hebben. Deze gave verwijst naar ons
toebehoren aan God en onze diepe band met Hem, een band die zin geeft aan heel
ons leven en die ons, in gemeenschap met Hem, rechtop houdt ook op de moeilijke
en uitdagende momenten.
Deze band met de Heer mag niet verstaan worden als een
plicht of een last. Het is een band die van binnenuit komt. Het gaat om een met het hart beleefde relatie:
het is onze vriendschap met God, door Jezus geschonken, een vriendschap die ons
leven verandert en ons vervult van enthousiasme en vreugde. Vandaar dat de gave
van vroomheid in op de eerste plaats tot dankbaarheid en lofprijzing voert. Dat
is inderdaad het motief en de
meest waarachtige zin van onze aanbidding. Wanneer de Heilige Geest ons
de aanwezigheid van de Heer en heel zijn liefde voor ons doet waarnemen,
verwarmt Hij ons hart en zet ons als het ware natuurlijker wijze aan tot bidden
en vieren. Vroomheid is dus synoniem van waarachtige godsdienstzin, van
kinderlijk vertrouwen in God, van dat vermogen om tot Hem met liefde en
eenvoud, eigen aan personen met een nederig hart, te bidden.
Omdat de gave van vroomheid ons doet groeien in de relatie
en in de gemeenschap met God en ons ertoe brengt als zijn kinderen te leven,
helpt ze ons tegelijkertijd die
liefde op de anderen te oriënteren en hen als broeders te erkennen.
Wanneer dat gebeurt, worden we bewogen door gevoelens van vroomheid tegenover
onze naasten en tegenover hen die we elke dag ontmoeten. Sommigen denken dat
vroom zijn, betekent de ogen sluiten, een gezicht van een heiligenprentje
opzetten, doen alsof men een heilige is. Dat is niet de gave van vroomheid. De
gave van vroomheid betekent echt bekwaam zijn, blij te zijn met wie vreugde
beleeft, te wenen met wie weent, nabij te zijn bij wie alleen of angstig is, te
verbeteren wie dwaalt, te troosten wie rouwt, op te vangen en hulp te bieden
aan wie in nood is. Er bestaat een sterke band tussen de gave van vroomheid en
zachtmoedigheid. De gave van vroomheid die de Heilige Geest ons schenkt, maakt
ons zachtmoedig, rustig, geduldig, in vrede met God, zachtmoedig ten dienste
van de anderen.
7 Ontzag voor God
Ontzag voor God is de gave van de Geest die ons eraan
herinnert hoe klein we tegenover God en zijn liefde zijn en dat ons welzijn
erin bestaat ons nederig, met eerbied en vertrouwen aan zijn handen toe te
vertrouwen. Dat is het ontzag voor God: overgave aan de goedheid van onze Vader
die ons bijzonder liefheeft.
Wanneer de Heilige Geest in ons komt wonen, stort Hij
troost en vrede in ons en brengt ons ertoe ons te voelen zoals we zijn, dat wil
zeggen: klein, met die houding van iemand die al zijn zorgen en verwachtingen
aan God toevertrouwt en zich geborgen weet en gesteund door zijn warmte en
bescherming, precies zoals een kindje met zijn papa! Dat bewerkt de Heilige
Geest in onze harten: Hij geeft ons het gevoel van kindjes in de armen van onze
papa. Zo begrijpen we dat ontzag voor God in ons de vorm aanneemt van
volgzaamheid, van erkentelijkheid en van lofprijzing en zo ons hart vervult van
hoop. Vaak slagen we er niet in de bedoeling van God te verstaan en stellen we
vast dat we er op eigen kracht niet in slagen het geluk en het eeuwig leven te
bereiken. Het is precies bij de ervaring van onze grenzen en onze armoede dat
de Geest ons moed inspreekt en ons doet zien dat het enig belangrijke erin
bestaat ons door Jezus in de armen van zijn Vader te laten voeren.
Daarom hebben we grote nood aan deze gave van de Heilige
Geest. Ontzag voor God doet ons verstaan dat alles genade is en dat onze ware
sterkte alleen in de navolging van Jezus bestaat en in het aanvoelen dat de
Vader zijn goedheid en barmhartigheid over ons kan uitstorten. Het hart openen
zodat de goedheid en barmhartigheid van God tot ons komen. Dat bewerkt de
Heilige Geest bij middel van de gave van ontzag voor God: Hij opent de harten
zodat de vergiffenis, de barmhartigheid, de goedheid en de liefkozingen van de
Vader ons bereiken, want we zijn kinderen die oneindig bemind worden.
Wanneer we doordrongen zijn van ontzag voor God, zijn we
geneigd de Heer met nederigheid, volgzaamheid en gehoorzaamheid te volgen. Niet
met een houding van onderwerping, passief, zelfs klagend, maar met de verbazing
en de vreugde van een kind dat zich door de Vader geholpen en bemind weet.
Ontzag voor God maakt van ons geen angstige Christenen die het opgeven, maar
het wekt moed en kracht in ons! Het is en gave die ons tot overtuigde en
enthousiaste Christenen maakt, niet door angst aan de Heer onderworpen, maar
ontroerd en gewonnen door zijn liefde! Door Gods liefde veroverd! Dat is iets
zeer mooi. Ons laten veroveren door de liefde van papa die ons intens, met heel
zijn hart, bemint.
Maar, laten we oppassen, want de gave van God, de gave van
ontzag voor God, is ook een alarmsignaal ten aanzien van de hardnekkigheid van
de zonde. Wanneer iemand slecht leeft, wanneer men God vervloekt, wanneer men
anderen uitbuit, wanneer men anderen tiranniseert, wanneer men alleen voor het
geld leeft, alleen voor eigenwaan, macht, trots leeft, dan luidt het heilige
ontzag voor God de alarmklok: Pas op! Met al die macht, met al dat geld, met al
je trots, met al je eigenwaan, zal je niet gelukkig worden. Niemand zal het
geld, de macht, de eigenwaan of de trots naar de overkant meenemen. Niets!
Alleen de liefde van God Vader, de liefkozingen van God, aanvaard en ontvangen
met liefde, kunnen we meenemen. En ook wat we voor anderen gedaan hebben, kunnen
we meenemen. Hoed je er dus voor je hoop te stellen op geld, op trots, op
macht, op eigenwaan want dat alles kan ons niets goeds beloven!
Gebed tot Maria om de gaven van de
Heilige Geest
Lieve Moeder Maria,
In Uw liefdevol Moederhart leg ik mijn verlangen dat de Heilige Geest voorgoed
bezit van mij zou mogen nemen.
Moge Hij mijn geest verlichten, opdat ik doorheen de nevelen waarmee de satan
mijn ogen versluiert, de Eeuwige Waarheid zou zien. Moge ik zo leren herkennen
wat echt van belang is, en mijn wereldse zorgen en tegenslagen als dermate
onbelangrijk leren beschouwen dat zij mijn geest niet langer geketend houden.
Moge Hij mijn hart steeds meer laten ontbranden in Liefde tot U, opdat ik elk
moment van de dag zodanig naar U en Jezus moge verlangen dat tijdens mijn
gebedsvereniging met U niets anders meer een plaats in mijn hart en mijn geest
krijgt.
Moge diezelfde verheven Liefde tot U mij onderdompelen in een volkomen zin voor
versterving, opdat ik alle beperkingen en tekortkomingen in mijn dagelijks
leven blijmoedig aan U zou kunnen opdragen, in plaats van deze als constante
bron van afleiding mijn geest te laten domineren.
Moge mijn geloof in de Eeuwige Dingen als enig doel van mijn leven mij oprecht
gelukkig maken, ongeacht wat in mijn leven gebeurt.
En moge mijn Liefde tot U de enige zin van mijn leven zijn en blijven, want als
Uw toegewijde heb ik mijn hele wezen, al mijn zijn, hebben en doen voor eeuwig
in Uw handen gegeven, en leef ik bijgevolg alleen nog voor U, de Deur naar mijn
God.
Het bloed van Jezus,
de Kracht tot heiligheid
In Hebreeën 13:12 staat: Daarom
heeft ook Jezus, om door zijn eigen bloed het volk te heiligen, buiten de poort
geleden. Jezus vergoot zijn bloed om vele redenen. Een van die
redenen was om ons vrij te kopen. Een andere was om ons te heiligen of ons
apart te zetten voor God en ons heilig te maken.
Het is mogelijk om op de plaats te komen waar satan en de
zonde ons niet langer kunnen raken omdat we beschermd en geheiligd zijn door
het bloed van Jezus: Maar als wij
in het licht wandelen, zoals Hij in het licht is, hebben wij gemeenschap met
elkaar, een het bloed van Jezus Christus, zijn Zoon, reinigt ons van alle zonde (1
Johannes 1:7). Als we voortdurend in het licht wandelen, hebben we voortdurend
gemeenschap, en reinigt het bloed van Jezus ons voortdurend van alle zonde. We
worden rein en onbesmet bewaard, omdat we in een andere werkelijkheid leven. We
leven niet in de besmetting en vuilheid van deze slechte wereld. We worden
afgezonderd voor God door het bloed van Jezus.
Dit leidt ons naar een andere belangrijke
bijbeltekst: Wij weten dat ieder
die uit God geboren is, niet zondigt; maar wie uit God geboren is, bewaart
zichzelf en de boze heeft geen vat op hem (1 Johannes 5:18). Dit is
uitdagend bijna beangstigend. Om deze tekst goed te begrijpen, moeten we zien
dat Johannes hier niet spreekt over een individuele gelovige, maar over een
gesteldheid. Het is de nieuwe natuur die iedere gelovige bij de wedergeboorte
in het doopsel ontvangt die niet kan zondigen.
1 Petrus 1:23 zegt ons dat deze natuur is geboren, niet uit vergankelijk, maar uit
onvergankelijk zaad, door het levende en eeuwig blijvende Woord van God. Het
onverderfelijke zaad van Gods Woord bewerkt een natuur, onverderfelijk is. Deze
natuur is de nieuwe mens. Deze nieuwe mens is onverderfelijk. Hij zondigt
niet. Dat geldt niet voor de individuele gelovige op zich, maar wel voor de
nieuwe mens in iedere gelovige.
Dit is in overeenstemming met 1 Johannes 3:9: Ieder die uit God geboren is, doet de zonde
niet, want zijn zaad blijft in hem; en hij kan niet zondigen, omdat hij uit God
geboren is. Johannes spreekt hier duidelijke taal. Hij zegt niet
dat zo iemand niet zondigt, maar dat hij niet kán zondigen. Waarom niet? Omdat
het onverderfelijke zaad van Gods Woord dat in hem is een natuur heeft
bewerkt die net als het zaad onverderfelijk is. De nieuwe mens kan niet
bedorven worden door de zonde.
Nadat ik wedergeboren ben is de koers van mijn leven
afhankelijk van door welke natuur ik me laat leiden de nieuwe of de oude
mens. Als ik een nederlaag leid, dan komt dat doordat ik het probleem niet
aanpak met mijn nieuwe natuur. De nieuwe natuur is onoverwinnelijk. Een oude
vrouw die opzienbaarlijke overwinningen had geboekt, werd eens gevraagd hoe ze
verleiding weerstond. Ze antwoordde: Als de duivel aan mijn deur klopt, laat
ik Jezus opendoen. Dat is de nieuwe mens; Christus in ons.
Terug naar 1 Johannes 5:18, waar we worden opgeroepen
onszelf te bewaren. Hoe? Onder het bloed. Dit doen we door in het licht te
wandelen volgens 1 Johannes 1:7: Maar
als wij in het licht wandelen, zoals Hij in het licht is, hebben wij
gemeenschap met elkaar, en het bloed van Jezus Christus, zijn Zoon, reinigt ons
van alle zonde. Als we in het licht wandelen en onszelf bedekken
onder het bloed van Jezus, dan plaatsen we ons in een ruimte waar satan ons
niet kan raken.
Smeekgebed om het Allerheiligste Bloed
van Jezus
O Jezus, levende Schatkamer der eeuwen en der eeuwigheid,
Elk uur van mijn leven tracht duisternis mij van het erfdeel te beroven, dat U
mij op Golgotha hebt nagelaten.
Zie, ik verschijn voor U in mijn armoede, gedreven door het verlangen, vanaf
heden mijn hart vervuld te mogen weten van de schat der Ware Liefde, die mij de
oogst der eeuwige rijkdom zal opleveren.
Daarom smeek ik U, wil Uw Bloed in mij uitstorten, opdat het mijn hele wezen
tot nieuw Leven moge wekken, want hoe zou ik anders voor altijd in mijn God
verder leven?
O Maria, Schatbewaarster van alle genaden, U smeek ik om versmelting van mijn
hart met Uw Hart, opdat het Bloed van Jezus in mij moge stromen op Uw hartslag,
en mijn hele wezen moge leven op de golven uit de Bron van alle Gelukzaligheid.
Hoe bereik je nu heiligheid
1 Door de Heilige Geest die ze geeft en de 7 gaven van de
Heilige Geest die nodig zijn om heiligheid te bereiken
2 Door Jezus Bloed die de Kracht geeft om te blijven volhouden
in heiligheid
3 Door de sacramenten van de RK Kerk wordt heiligheid bereikt en ondersteund
4 Door de 12 stappen tot Heiligheid te beoefenen die de H.
Alfonsus van Liguori beschrijft : geloof, hoop, liefde tot God, liefde voor de
naaste, soberheid, kuisheid, gehoorzaamheid, nederigheid en zachtmoedigheid,
versterving, meditatie van Gods woord, gebed, zelfverloochening of liefde voor
het Kruis. (er zijn natuurlijk nog deugden die moeten nagevolgd worden, de H.
Maagd Maria had er 64 die ze perfect heeft nagevolgd)
Nu
volgt een gedetailleerde beschrijving van de 12 stappen
1 Geloof
De Bijbel geeft een duidelijke definitie wat geloof is,
namelijk:
Het geloof is de zekerheid van de dingen, die men hoopt en de overtuiging van
de dingen die men niet ziet. (Hebr. 11:1)
Het geloof heeft dan ook te maken met dingen, die niet concreet en tastbaar
zijn. Veel mensen kunnen alleen maar dingen geloven, die toch indirect te
bewijzen zijn. Er is één mens op aarde geweest, die van God kwam, namelijk
Jezus. Hij getuigde van alles wat Hij bij God gehoord, geleerd en gezien heeft
(Joh 8 :26, 28 en 38). De mensen die Hem hoorden en zagen wat Hij deed, kwamen
tot de erkenning dat Hij van God moest komen (Luk. 1:1-5) en geloofden door Hem
niet alleen in God, maar gingen ook begrijpen wie God werkelijk is en dat Hij
van hen hield.
Door het lezen in de Bijbel en wat andere mensen vertellen over God, kan je
geloven dat God bestaat en ook gaan ontdekken wie Hij is en voor jou wil zijn.
Ook krijg je een beeld van de geestelijke wereld, die je niet ziet, maar die
wel bestaat.
God kan je echter niet zien. Je zult moeten vertrouwen op
Jezus en de Bijbel. Jezus zegt zelf dat je moet geloven in Hem (Jezus), die God
gezonden heeft (Joh. 6: 29). Toch kan je door het geloof gaan ervaren dat God
bestaat; zoals in Lukas 1:1 staat dat de mensen volkomen zekerheid hadden. Dat
kan bijv. door gebed waarbij je met God kan spreken. Daarbij moet je er wel van
uitgaan dat Hij bestaat. De Bijbel zegt het in Hebr. 11: 6 zo: Want wie tot God
komt, moet geloven, dat Hij bestaat en een beloner is voor wie Hem ernstig
zoeken.
Wel of niet geloven in God en de Bijbel is dus een
persoonlijke keus, maar heeft verstrekkende gevolgen. In je huidige leven mag
je door het geloof gaan ervaren dat God van je houdt en een echte liefdevolle
Vader voor je wil zijn. Daardoor ben je nooit alleen en dat geeft rust en ook
vertrouwen in de toekomst, want je geloof heeft ook grote gevolgen voor je
leven na dit leven op aarde. God wil je daarna graag bij Hem in de hemel
hebben, maar dat kan alleen als je nu de keuze doet voor God en gelooft wat
Jezus voor je heeft gedaan. Wat dat is kan je lezen in de Bijbel vooral in de
boeken Mattheus, Markus, Lukas en Johannes. Kies daarom en laat je overtuigen
omtrent de dingen, die je niet ziet! Uit: www.bijbelindebus.nu
Geloof is een goddelijke ingegoten deugd waarbij de mens
gelooft, op Gods autoriteit, wat God heeft geopenbaard en ons leert door Zijn
Heilige Kerk. De H. Paulus noemt geloof de substantie van dingen die niet te
zien zijn. (Hebr. 11:1). Geloof is inderdaad de substantie van dingen die men
hoopt,. Het is de basis van onze hoop, want zonder geloof kan de hoop niet
bestaan. Geloof is een bewijs van het ongeziene, het bewijs van dingen die
niet te zien zijn. Het bewijs voor de waarheid van ons heilig geloof zijn zo
duidelijk dat, zoals Pico van Mirandola zegt, dat een mens volledig moet
beroofd zijn van zijn rede om te weigeren ze te aanvaarden. Uw getuigenissen,
O Heer, zijn buitengewoon aanneembaar, zegt de Psalmist. (Ps. 92:5). Daarom
hebben ongelovigen geen excuus om te weigeren hun verstand te onderwerpen aan
de leer van het heilig geloof. Hij die niet gelooft, is reeds veroordeeld,
zegt Jezus. God heeft gewild dat het voorwerp van ons geloof zou duister
blijven, omdat door geloof, we verdiensten zouden verkrijgen. Van wat er gezegd
is, volgt dat geloof ons kennis geeft die in waardigheid alle wetenschappelijke
waarheden overstijgt. Zie, zegt Job, hoe groot is onze God; Hij overstijgt
al onze kennis. (Job 36:26)
Ons
schild en bescherming
Geloof is een schild tegen de vijanden van onze redding. De
H. Johannes zegt: Dit is de overwinning op de wereld, ons geloof. (1 Joh
5:4). God heeft ons geschapen om te werken aan de redding van onze ziel en
heilig te worden. Dit is de wil van God, je heiliging, zegt de H.Paulus (1 Tess. 4:3).
Geloof zorgt voor de vrede in ons hart temidden van
beproevingen, want in al de kruisen van het leven, geeft geloof ons de
verzekering dat geduld en overgave eeuwige vreugde zullen geven. De H. Petrus
zei: Als je gelooft, zal je je verheugen met een onuitsprekelijke vreugde en
glorie, en zal je het doel van je geloof ontvangen nl. de redding van je ziel.
(1 Petrus 1:8-9)
Een
levend geloof
Om te behagen en acceptabel te zijn in Gods ogen is het
niet genoeg om enkel te geloven al wat ons heilig geloof ons leert; we moeten
ook ons leven aanpassen in overeenstemming met ons geloof. Pico van Mirandola
zegt: Het is een grote dwaasheid niet wensen te geloven in het Evangelie van
Christus; maar het is nog een grotere dwaasheid om het te geloven en te leven
alsof je er niet in geloofde. De H. Jacobus roept het uit: Wat voor nut heeft
het als een man zegt dat hij gelooft, maar geen werken doet? Zal dat geloof hem
kunnen redden? (Jacobus 2:14)
Vele Christenen geloven zonder twijfel dat er een
rechtvaardige God is die hen zal oordelen; dat eindeloos geluk of eeuwige
miserie hen wacht; en toch leven zij alsof er geen God was, geen oordeel, geen
Hemel en geen Hel. Er zijn er velen die geloven dat onze Goddelijke Verlosser
in een stal geboren is in Bethlehem, 30 jaar nederig geleefd heeft in Nazareth,
overal gepredikt heeft, en op het einde onder lijden en leed Zijn leven op het
Kruis beëindigd heeft; en toch houden ze niet van Hem. Ze beledigen Hem door
ontelbare zonden. De H. Bernardus zegt hierover: Toon door je daden dat je
gelooft; door een deugdzaam leven moet een Christen bewijzen dat hij geloof
heeft. Geloof zonder werken is dood, zegt de H. Jacobus (Jac 2:17).
Als we geloven in de leer van de H. Drie-eenheid en in de
Incarnatie van het Goddelijk Woord, moeten we ook de principes accepteren die
Christus neergelegd heeft voor onze houding te reguleren. De H. Paulus zei
hierover: Beproef jullie als jullie in het geloof zijn. (2 Kor. 13:5) De mens
die echt gelooft moet zijn rijkdom en zijn geluk zoeken in de genade van God en
het eeuwig leven, en niet in de vergankelijke goederen van de wereld.
De wet van Jezus Christus beveelt ons te strijden tegen
onze begeerten, om onze vijanden lief te hebben, om te versterven aan ons
lichaam, om geduld te hebben in tegenslagen en al onze hoop te stellen in het
volgend leven. Maar dit alles maakt het leven van de ware gelovige niet
triestig. De godsdienst van Jezus zegt ons: Kom en verenig je met Mij. Ik zal
je leiden op een weg die voor de menselijke ogen ruw en hard eruitziet om te
beklimmen, maar voor degenen van goede wil is het gemakkelijk en aangenaam.
Jullie zoeken vrede en plezier? Goed. Welke vrede verkies je? Degene die je
nauwelijks hebt geproefd, die verdwijnt en het hart achterlaat in bitterheid,
of degene die je zal verblijden en bevredigen voor alle eeuwigheid? Jullie
streven naar eer? Goed. Welke verkies je? Nietszeggende eer dat verdwijnt zoals
rook, of de ware en echte eer die op een dag je zal verheerlijken voor de hele
wereld?
Geloof is lastig voor degenen die steunen op hun eigen
kracht en hulpmiddelen. Maar voor degene die vertrouwen stelt in God en smeekt
om Zijn bijstand, is de naleving van de wet van Jezus zoet en gemakkelijk. Komt
allen tot Mij die uitgeput zijt en onder lasten gebukt, en Ik zal u rust en
verlichting schenken. Neemt mijn juk op uw schouders en leert van Mij: Ik
ben zachtmoedig en nederig van hart; en gij zult rust vinden voor uw zielen, want
mijn juk is zacht en mijn last is licht. (Matt 11:28-30) Uit: 12 steps to
holiness and salvation Rev. Warren
Catholic Online
door F.K. Bartels20/11/2009 (www.catholic.org)
[ ] Men moet maar een blik werpen op de morele staat van
ons land, om te zien wat onze bevolking na aan het hart ligt, over praat, voor
stemt, om te besluiten dat velen de verplichting om heiligheid te zoeken hebben
afgewezen. En het is echt een verplichting; de oproep tot heiligheid is niet
enkel een optie voor degenen die verlangen God lief te hebben. We houden van
God of we houden van de aardse stad dat gebouwd is door de eigenliefde die
God uitsluit zoals de H. Augustinus schreef. De oproep tot heiligheid is een
universele oproep van Christus zelf. Het mijden of verwerpen van een dergelijke
oproep leidt tot het oprichten van een aardse stad gemaakt van de modder en het
vuil van de wereld, een wereld dat onheilig is en onaanvaardbaar voor God.
"En nu, broeders, smeek ik u bij Gods erbarming: wijdt
uzelf aan Hem toe als een levende, heilige offergave, die Hij kan aanvaarden.
Dat is de geestelijke eredienst die u past. Stemt uw gedrag niet af op
deze wereld. Wordt andere mensen, met een nieuwe visie. Dan zijt ge in staat om
uit te maken wat God van u wil, en wat goed is, wat zeer goed is en volmaakt. (Romeinen 12:1-2)
We moeten onze geest vernieuwen, een heilige manier van
denken toepassen- ver van de laagheid van de wereld- en onze gedachten en
handelingen afstemmen op de wil van Christus; we moeten het licht van de
waarheid aanvaarden, die zich zo vurig en vol liefde op heiligheid richt. Christus
roept ons op om perfect te zijn zoals onze hemelse Vader perfect is (Mt
5:48). We worden opgeroepen
tot perfectie. We zijn verplicht tot heiligheid.
In 1993, schreef Johannes Paulus II in zijn encycliek Veritatis
Splendor de noodzaak van
gehoorzaamheid aan de waarheid om heilig te worden: Geroepen worden tot
redding door geloof in Jezus Christus is het ware licht dat iedereen
verlicht (Joh 1:9), de mensen worden het licht in de Heer en kinderen van het
licht (Ef 5:8), en worden heilig door de gehoorzaamheid van de waarheid"
(1 Pet 1:22).
Gehoorzaamheid van de waarheid is gehoorzaam zijn in alles
wat Christus heeft gezegd en gedaan, het is geloven en leven volgens hetgeen
wat de Heilige Geest heeft geopenbaard aan de apostelen; het is aanvaarden van
de Heilige Traditie, de H. Schrift en het Magisterium van de Katholieke Kerk met zijn hart en geest. Heiligheid vraagt om
gehoorzaamheid; en heiligheid is een manier van leven; het is zich richten op
de H. Geest op elk moment, en onze wil verenigen met de wil van God. Degenen
die dorsten voor heiligheid dragen er zorg voor om te leven door liefde: ze
houden van Christus, ze houden van de Katholieke Kerk die 2000 jaar geleden
werd opgericht, en ze koesteren de woorden van waarheid die zijn doorgegeven
aan de naties door die Kerk. Lumen Gentium leert dat, omdat de Kerk onfeilbaar
heilig is, alle Christenen in de Kerk worden opgeroepen om heilig te zijn.
"De Kerk wordt als een geloofszaak gehouden om
onfeilbaar heilig te zijn. Dit komt omdat Christus, de Zoon van God, die met de
Vader en de Geest aanroepen wordt als heilig, de Kerk liefhad als zijn Bruid,
en zich aan haar gaf om haar te heiligen (cf. Ef 5:25-26); Hij verenigde haar
met zichzelf als zijn lichaam en begiftigde haar met de Heilige Geest voor de
glorie van God. Daarom zijn allen in de Kerk, of ze nu behoren tot de hiërarchie
of door haar geleid worden, geroepen tot heiligheid, zoals de apostel Paulus zegt:
Want dit is de wil van God, uw heiliging (1 Tess 4:3; cf. Ef 1:4).
Het Tweede Vaticaans Concilie herinnert ons aan de
verplichting tot onderwerping aan de authentieke leer en praktijk van het
geloof in ons dagelijks leven: "Want de bisschoppen zijn de predikers van
het geloof, die nieuwe leerlingen naar Christus leiden, en zij zijn authentieke
leraars, dat wil zeggen leraars begiftigd met de autoriteit van Christus, die
het geloof prediken tot de mensen die aan het zijn toevertrouwd en het in
praktijk brengen.
Een ware terugkeer naar authentieke heiligheid is het
antwoord op de vele kwalen die ons plagen. Heiligheid is de remedie die
geneest, versterkt, verenigd, en vrede brengt waar ons hart zo naar verlangt,
want in heiligheid omhelzen we Christus. Een gemeenschap wiens wil gericht is
op heiligheid beweegt zich tot een grotere vereniging met God, de bron van alle
geluk. Als we onze wil verenigen met deze van God brengen we de volheid van het
Christelijk leven tot stand en de perfectie van liefde, die in werkelijkheid de
ware menselijke manier van leven is. We
zijn niet ten volle menselijk tenzij we doordrongen zijn van heiligheid.
Het is dus voor iedereen duidelijk, dat alle gelovigen van
iedere staat of stand geroepen zijn tot de volheid van het christelijk leven en
tot de volmaaktheid van de liefde en door deze heiligheid wordt ook de
burgerlijke maatschappij meer menselijk in haar manier van leven. (Lumen Gentium 40)
Heiligheid vereist gehoorzaamheid aan de waarheid; daarom
staat het vast dat gehoorzaamheid van de volheid van waarheid die in de
Katholieke Kerk gevonden wordt een eerste vereiste is voor Heiligheid. Men kan
niet heilig zijn en het tegelijkertijd oneens zijn met Christus Bruid. Het
verwerpen van de Kerk terwijl we varen op onze reis naar heiligheid is zoals
het maken van een gat in de bodem van het schip waarin we varen. Toch vinden
velen zon manier van leven moeilijk te verteren. De vroegere Paus Johannes
Paulus II doet ons eraan herinneren dat we moeten vechten tegen
ongehoorzaamheid, omdat we anders de waarheid van God ruilen voor een leugen.
"Deze gehoorzaamheid is niet altijd gemakkelijk. Als
gevolg van de mysterieuze erfzonde, die gepleegd werd door toedoen van Satan,
degene die een leugenaar is en de vader van alle leugens (Joh 8:44), wordt de
mens voortdurend bekoort om zijn blik af te keren van de levende en ware God om
ze naar afgoden te richten (dg. 1 Tess 1:9), klaar om de waarheid over God te
ruilen voor een leugen (Rom 1:25). Het vermogen van de mens om de waarheid te
kennen wordt ook verduisterd, en zijn wil om zich te onderwerpen verzwakt. Dan
geeft hij zich over aan relativisme en scepticisme (cf. Joh 18:38), hij begeeft
zich op pad om een denkbeeldige vrijheid te zoeken ver van de waarheid.
Verder, is het niet door onze eigen kracht dat we een mate
van heiligheid bereiken, maar door ons volledig over te geven aan Christus. Onze
Heer is onze kracht; het is van de Wijnstok dat we voedsel vergaren. Het is
door onze wil te verenigen met God dat we in perfectie kunnen leven, want de
Heer jezus is de goddelijke leraar en het voorbeeld van alle perfectie.
De volgelingen van Christus, worden door God geroepen niet
in de deugd van hun werken maar door zijn genade, en gerechtvaardigd in de Heer
Jezus werden ze zonen van God door het doopsel van geloof en deelnemers aan de
goddelijke natuur, en worden ze zo geheiligd. Ze moeten daarom de heiligheid die
ze van God ontvangen hebben, vasthouden en perfectioneren in hun leven. Ze
worden door de apostelen aangemoedigd te leven zoals onder heiligen (Ef 5:3),
en als Gods uitverkorenen moeten ze zich heiligheid en liefde, medelijden,
vriendelijkheid, nederigheid, zachtmoedigheid en geduld aanmeten (Kol 3:12), om
de vruchten van de Geest te verkrijgen voor hun heiliging. (dg. Gal 5:22; Rom
6:22).
Door zijn Incarnatie, Lijden, Dood en Verrijzenis heeft
Christus ons vele ondoorgrondelijke gaven gegeven. Men zo een heel leven kunnen
mediteren over zon wonderen en toch nauwelijks oppervlakkig hun liefdevolle dimensies
snappen. We zijn opgetild tot een verheven status door de bijzondere genade van
Christus. Gerechtigheid vraagt dat we onze Heer liefhebben voor wat Hij heeft
gedaan, voor Wie Hij is, voor zijn gaven die hij vrij gegeven heeft.
Al de kinderen van de Kerk zouden zich moeten herinneren
dat hun verheven status niet van hun eigen verdiensten komt, maar van de
bijzondere genade van Christus. Als ze falen om te reageren op die genade in
gedachten, woorden en daden, zullen ze niet alleen verloren gaan, maar zullen
ze strenger worden geoordeeld.
We worden opgeroepen tot
heiligheid. Om het te bereiken vereist het dat we reageren op Christus genade.
Liefde
fluistert, Liefde wenkt, Liefde regent neer uit de hemel, en komt neer op Gods
kinderen met geestelijke voiding en troost, zodat ze de heiligheid bereiken; dat
ze de oproep tot heiligheid horen, omarmen, en beleven.
Er zijn veel taken in het leven maar de heiligheid is de
belangrijkste. Heiligheid die gecultiveerd wordt door allen die handelen door
Gods Geest en de stem van de Vader gehoorzamen en God de Vader aanbidden in geest
en waarheid, volgen Christus die arm, nederig was en zijn kruis droeg. Dat zij het waardig mogen zijn om deelnemers te zijn
in zijn glorie.
De
levensbiecht en groei in heiligheid Fr Carota 1/3/2013
Dit zegt de H. Franciscus van Sales over de groei in
heiligheid in een Introductie tot het devote leven.
Zie je, mijn kind, ik spreek nu van een levensbiecht, die
heel heilzaam is in het begin van je zoektocht naar heiligheid en daarom raad
ik het je ten zeerste aan. De gewone biechtgelegenheden van een dagelijks leven
zijn vol grote fouten, en dat omdat ze weinig of geen voorbereiding doen, en ze
niet het noodzakelijke berouw hebben. Door deze onvolkomenheid gaan deze mensen
naar de biecht met een stilzwijgende intentie terug te keren naar hun oude
zonden, omdat ze de gelegenheden tot zonde niet vermijden, of niet de noodzakelijke
maatregelen nemen om hun leven te beteren, en in al zon gevallen moet de ziel
hersteld worden. Maar bovendien dwingt een levensbiecht ons tot een
duidelijkere zelfkennis, wekt ze een schaamte op voor ons voorbije leven, en
doet ze dankbaarheid rijzen voor Gods barmhartigheid, die zolang geduldig op
ons heeft gewacht. De levensbiecht troost het hart, verfrist de geest, brengt
goede voornemens tot stand, geeft de kans aan onze geestelijke leidsman om ons
goede raad te geven, en het opent onze harten om de toekomstige
biechtgelegenheden meer effectief te maken. Daarom kan ik niet over het
onderwerp beginnen om een algemene verandering in je levensstijl uit te voeren
en je volledig tot God te keren, zonder aan te dringen dat je met een levensbiecht
begint..
Een levensbiecht neemt tijd in beslag. De kwaliteit van de
priester is niet zo belangrijk omdat je niet komt voor geestelijke leiding,
maar om het vertellen van al de zonden in je leven. Dit vraagt om grote
nederigheid. Verzwijg geen zonden omdat je verlegen bent. Breng eerst wat tijd
door, door het opschrijven van al deze zonden op te schrijven voordat je naar
de biecht gaat, zodat je volledig bent. Dit is niet nodig als je reeds met
berouw je voorbije zonden in de biecht hebt beleden. Maar het is vooral al het
al lang geleden is dat je naar de biecht bent geweest.
Sommigen vragen zich af: Waarom onze zonden aan een
priester belijden, die zelf een mens is. Ik vertel mijn zonden direct aan
God. Wanneer je direct tot God biecht, heb je Hem dan horen zeggen uw zonden
zijn vergeven. Ik denk het niet. In het
Evangelie van Johannes 20:22,23 Hij blies over hen en zei: Ontvang de heilige
Geest. Aan wie ge (de apostelen) de zonden vergeeft, zijn ze vergeven, en
aan wie ge ze niet vergeeft, zijn ze niet vergeven. Een andere reden is dat
Katholieken de biecht altijd gedaan hebben. Er is ook nog een andere reden: je
hoort van de priester: uw zonden zijn vergeven in plaats van God.
Zoals jullie misschien weten is er niets zo uitputtend en
moeilijk als te luisteren naar biechtelingen. Jullie betalen ons, priesters,
niet om neer te zitten en te luisteren naar jullie zonden. Het is een gave van
God dat wij als priesters doen wat zo moeilijk is. We hebben er niets aan,
behalve de vreugde als we mensen horen zich bekeren en proberen heiliger te
worden. Er is geen menselijk motief om de biecht te horen, daarom moet het een
sacrament van God zijn. Je kunt een psycholoog betalen om naar je te luisteren
of je kan naar God gaan in het Heilig Sacrament van de Biecht.
Noveengebed tot voorbereiding op een
levensbiecht
Lieve Moeder Maria, Moeder van de Barmhartigheid,
Met een hart vervuld van berouw neem ik tot U mijn toevlucht, om door Uw
onvergelijkbaar machtige Voorspraak bevrijding te bekomen van de lasten die
reeds zo lang mijn ziel bezwaren.
Mijn hele leven tot op deze dag leg ik nu in Uw handen, opdat U mij zou
geleiden naar het Sacrament van verzoening met God.
Ontsluit toch mijn eigen hart voor mij, opdat ik mijn zonden, zwakheden,
fouten, ondeugden en tekortkomingen van mijn hele leven moge ontdekken, en ik
moge begrijpen waarom zij God hebben bedroefd en mijn medemens pijn of schade
hebben toegebracht.
Wil mij leiden naar een volkomen zuivering van mijn ziel.
O mag ik mijn hele verleden begraven in Uw machtig Hart, waarin het gelouterd
kan worden in het Vuur van de ware Hemelse Liefde.
Wil mijn rouwmoedigheid aan God opdragen tot afbetaling van de genade van een
wedergeboorte uit Uw Hart, opdat mijn ziel opnieuw met God verzoend moge
worden.
Moge ik op Uw bemiddeling bevrijd worden van de ballast van elke herinnering
aan de zonde, opdat ik vanaf mijn ontmoeting met God in de Biecht kan
openbloeien als op de eerste dag van een nieuw leven.
Ontvlam mijn hart met de Ware Liefde, opdat ik als een nieuw mens kan
verschijnen voor Jezus, die mij hiertoe heeft geroepen vanop het Kruis van mijn
Verlossing.
Toen OLVrouw verscheen aan Claude Newman in Mississippi in
1944 nadat hij een wonderdadige medaille van Maria aanhad, zei Ze: Wanneer je
naar de biecht gaat kniel je niet neer voor een priester, maar voor het Kruis
van mijn Zoon Jezus. En
wanneer we echt spijt hebben voor onze zonden, dan vloeit het vergoten Bloed
van Jezus over ons en reinigt ons van al onze zonden.
Wanneer ik vroeg aan mijn parochianen om te knielen voor de
biecht, was ik bang dat er parochianen zouden protesteren. Maar nee, bijna
allen waren nederig en knielden om te biechten. Er was een stoel voor degenen
die niet konden knielen. Maar het voelt juist aan als men knielt in nederigheid
en berouw voor de biecht. Laat de duivel je niet op een afstand houden van de
barmhartigheid van God die vrijelijk wordt aangeboden in de biecht. Het is
beter nu beschaamd te zijn voor wat je verkeerd deed, dan het voor altijd te
laat is om er nog iets aan te doen.
Op een namiddag na de heilige mis was er een jongeman aan
het wachten om met mij te spreken. Hij zei: Je kent me niet, maar een jaar
geleden ging ik naar de biecht bij u en het veranderde totaal mijn leven. Wij,
priesters zouden nooit ontmoedigd mogen raken. Misschien wordt er een persoon
een heilige Katholiek omdat hij naar een biecht gegaan is. En jullie, die
worstelen met zonde zouden ook niet mogen ontmoedigd raken. Misschien kun je
dit advies van de H. Franciscus van Sales uitprinten en het herlezen zodat je
niet in zonde terugvalt. Wat een bevrijdende gebeurtenis is een goede biecht.
We zijn zo gezegend om traditionele Katholieken te zijn.
Toewijding aan de Moeder van Smarten voor
de biecht
O Maria, Moeder van Smarten,
Mijn hart is verscheurd door mijn zondigheid en al mijn fouten en nalatigheden.
Mijn hart bloedt bij de aanblik van Uw lijden om de talloze dwalingen van Uw
kinderen.
Ik geef U mijn hart in diepe rouwmoedigheid, opdat het vervuld moge worden van
Uw volmaakte Liefde, die elke bekoring en elke zwakheid in de ziel overwint.
Ik geef U mijn berouw. Moge het in Uw Hart omgezet worden tot grondstof voor
het herstel van mijn gewonde ziel.
Mogen mijn tranen mijn ziel reinigen.
Wil ook Uw eigen Tranen in mijn ziel storten, opdat haar bodem vruchtbaarder
moge worden voor werken, gevoelens, gedachten en woorden die een bloemtapijt
van volkomen Liefde in de zielen zaaien.
Neem mij restloos op in Uw Hart, o tedere Moeder, opdat mijn zelfofferande het
Kruis van Jezus moge verlichten, en Uw eigen heiligheid mijn hele verdere leven
richting moge geven.
Nederigheid
om aan de stappen van heiligheid te beginnen
De mystieken zeggen ons allemaal dat de noodzakelijke
eerste deugd op het pad van heiligheid nederigheid is. We hebben hier reeds een
grote uitdaging: het betekent de algemeen heersende mentaliteit die
tegenwoordig heerst tegenwerken. Onze jongeren worden gebombardeerd met de
boodschap dat om hun dromen te bereiken ze moeten geloven in zichzelf. Maar we
weten echter dat deze blinde promotie van het individu de studenten op het
verkeerde been zet. Uit 4000 jaar heiligen en schriftgeleerden die de geopenbaarde
waarheid van God overwegen en het werk van Gods genade ervaren in hun leven,
dat teruggaat tot onze Joodse voorouders in het geloof, weten we dat het
bereiken van ware menselijkheid bloeit als men begint in God te geloven. Je
moet ook weten hoe je voor God bent, en weten waartoe God je oproept in het
leven zodat je God kunt dienen.
De moderne maatschappij vindt de deugd van nederigheid
onbelangrijk. Degenen die nederigheid in praktijk brengen zijn: goede mensen
die laatst eindigen op de maatschappelijke ladder. Maar nederigheid is een
deugd die gebaseerd is op de realiteit, op de weg hoe zaken werkelijk zijn. Nederigheid
komt van het Latijnse woord humus, wat aarde betekent. Nederigheid betekent
kleinheid, zoals men dicht bij de aarde, de grond is. De aarde is de grond
waarop we lopen, daarom is de nederigheid wat ons met twee voeten op de grond
houdt, zodat we succesvol door de vele wisselvalligheden van het leven geloodst
worden. Nederigheid betekent dat we realistisch rekening houden waar we ons
bevinden en waar we naartoe gaan. Dit
is de meest verrassende manier waarin nederigheid fundamenteel is. Als we
de realiteit niet in het oog houden of waar we naartoe gaan, kan dit zware gevolgen
hebben, zelfs al denkt de wereld dat je er materieel op bent vooruit gegaan.
De deugd van nederigheid is een Christelijke deugd die
gebaseerd is op de realiteit van een begrensde persoon, die door God geschapen
is naar het beeld en gelijkenis van een oneindig Wezen. God prent in de
menselijke natuur een verlangen in om de basisdoelstellingen van het menselijk
bestaan te zoeken en te respecteren. Het respecteren van de menselijke deugden
betekent dat men zich aan normen houdt, objectieve normen die als vaststaand beschouwd
worden in de gecreërde orde. Men verwijst hiernaar als de natuurwet. Volgens
deze normen, moeten bepaalde menselijke deugden altijd gerespecteerd worden:
leven, waarheid, schoonheid, liefde, vriendschap en ook anderen. Deze zijn
algemene doelstellingen voor alle mensen. Particuliere doelstellingen moeten verkregen worden
door gebed, wat de conversatie is met God. Een nederige persoon nadert
God in gebed en vraagt: Heer, wat wilt U dat ik doe?" Dit is de vraag die
iedereen zich moet afvragen om hun levensweg te vervolgen.
Natuurwet (ethiek) (wikipedia):Natuurwet (van het Latijnse lex naturae)
of natuurrecht (ius naturale) heeft een aantal uiteenlopende
invullingen. In de theologie, de rechtsfilosofie en de ethiek staat
dit begrip voor de regels en beginselen die voor alle mensen gelden, omdat ze
voortvloeien uit het verstand, zoals dat bepalend is voor de menselijke natuur.
Natuurwet of natuurrecht staat voor een geheel
van principes en regels die universele geldigheid zouden hebben en mede daarom
boven de regels van het positieve recht (recht dat geldig is op een
bepaalde plaats op een bepaald tijdstip vb. ons Belgisch positief recht) zouden
gaan. In de gangbare opvatting slaan deze termen op de menselijke natuur, die
gekenmerkt wordt door het verstand (de rede).
Dit natuurrecht speelde tot aan de invoering
van de nationale codificaties eind 18e en begin 19e een
grote rol in het Romeinse en Europese rechtsbewustzijn. Tegenwoordig is de
natuurwet nog een belangrijk onderdeel van de katholieke theologie en
ethiek, naast een kleine stroming van moderne natuurrechtsaanhangers.
Grieken
Bij de Grieken had het natuurrecht vooral
een ethische en politieke betekenis. Aristoteles schreef in
zijn Ethica Nicomachea, V, 7, 1134b: "Van het in een staat geldende
recht berust een gedeelte op het natuurrecht en een gedeelte op wetten. Het
natuurrecht is dat recht dat overal dezelfde rechtskracht heeft en
onafhankelijk is van opinies; het wettenrecht is datgene waarvan het er in
beginsel niet toe doet of het nu zo dan wel anders is, maar waar het verschil
maakt wanneer het een keer is vastgesteld". Het natuurrecht werd door
Aristoteles verder niet systematisch uitgewerkt. In elk geval zou zijn opvatting
over rechtvaardigheid een belangrijk onderdeel van het natuurrecht
worden.
Romeinen
Bij de Romeinen werd onderscheid gemaakt
tussen het recht dat ieder volk voor zichzelf maakt (ius civile) en het
recht dat alle volkeren ter wereld gemeen hebben (ius naturale) en dat
gebaseerd is op de natuurlijke aard der dingen, de naturalis ratio.
Dit natuurrecht werd ook wel het recht der volkeren (ius gentium)
genoemd, maar moet niet verward worden met het moderne volkenrecht.
Cicero zegt het in zijn De
republica, III, XXII, 33 zo: "Er is een waarachtige wet, een rechte
rede overeenkomstig de natuur, aanwezig in allen, onveranderlijk, eeuwig; zij
roept de mens tot het goede door haar geboden en houdt hem af van het kwade
door haar verboden" en "Eén God is er, heer en meester over allen.
Hij is de maker van die wet, hij heeft haar afgekondigd en bekrachtigd".
Anders dan bij de Grieken, had het natuurrecht
bij de Romeinen vooral betekenis voor het privaatrecht. Zo werden koop en
verkoop, huur en verhuur als typisch natuurrechtelijke verbintenissen gezien.
Een ander belangrijk onderdeel van het Romeinse natuurrecht was de rechtvaardigheid (iustitia).
Die werd, in de klassieke formulering van Ulpianus, omschreven als de vaste en
constante wil ieder het zijne toe te delen (constans et perpetua voluntas
ius suum cuique tribuendi). Daar werd onder meer uit afgeleid dat de
rechter de wet goed en billijk (bonum et aequum ) diende toe te
passen. De hieruit voortkomende redelijkheid en billijkheid is nog altijd
een basisprincipe van het privaatrecht.
Al deze principes en regels behoorden tot het
natuurrecht omdat ze door de menselijke rede (naturalis ratio) van de
beste Romeinse juristen geformuleerd waren. Toen keizer Justinianus I dit
in de praktijk gegroeide recht systematisch codificeerde in het Corpus
Iuris Civilis, werd daarmee een groot deel van het natuurrecht (ius naturale)
tot positief recht (ius civile). Het Romeinse recht gold daarna
eeuwenlang als het gepositiveerde natuurrecht (ratio scripta).
Het Ius Gentium was het Romeinse recht dat de Romeinen
gemeen hadden met de haar omringende volkeren. Het waren privaatrechtelijke
regels die werden toegepast tussen burgers die afkomstig waren uit
verschillende rechtssystemen. Dit ter onderscheiding van het Ius Civile dat
alleen gold voor Romeinse burgers, ongeacht waar zij zich bevonden. (J.E.
Spruit, Enchiridium, Deventer: Kluwer 1994, p.55 en 76)
Katholicisme
Al in de late Oudheid namen
christelijke denkers de Griekse en Romeinse concepten van het natuurrecht als
boven het positieve recht staande regels over. Omdat in de christelijke opvatting
de menselijke rede door God geschapen is, is in die visie ook het daaruit
voortkomende natuurrecht van goddelijke oorsprong.
De kerkvader Augustinus (354-430)
schreef dat er in de mens een ingeboren natuurlijk recht is dat alle mensen
kennen. Andere christelijke denkers uit die tijd wijzen er op dat deze kennis
van de natuurlijke orde verduisterd werd door de zonde, maar weer duidelijk
gemaakt werd in de bijbel en door de kerk. In de middeleeuwen wordt
dan het natuurrecht gezien als de orde die het verstand voorschrijft, nadat het
in de menselijke natuur heeft ontdekt wat nodig is om rechtschapen te leven.
In de middeleeuwen was het natuurrecht nauw
verbonden met het canoniek recht van de Rooms-Katholieke Kerk. Zo
werd in het Corpus Iuris Canonici, de belangrijkste verzameling van
kerkrechtelijke bepalingen, bepaald dat de rede (dat wil zeggen het
natuurrecht) voorrang had boven zowel het gewoonterecht als het
positieve recht. De natuurrechtelijke billijkheid kreeg hierdoor een zo
belangrijke plaats in het kerkelijke recht, dat gesproken werd van de canonieke
billijkheid (aequitas canonica).
Thomas van Aquino (ca. 1225-1274)
bevestigt dat de natuurwet de door het verstand erkende orde is. Die orde
bestaat uit de eerste beginselen van het praktische verstand, dat deze inziet
op grond van onze natuurlijke neigingen. Thomas benadrukt dat de natuurwet niet
zonder meer of volledig is ingeboren, maar dat slechts het beginsel ervan met
de menselijke natuur gegeven is. Omdat de natuurwet dus uit het menselijke
verstand voortvloeit, zijn de beginselen ervan voor alle mensen hetzelfde, doch
kunnen de concrete uitwerkingen verschillen. De gewone, positieve wetten mogen
volgens Thomas niet in strijd zijn met het natuurrecht, maar inhoudelijk
onrechtvaardige wetten moeten wel nageleefd worden om ergernis of wanorde te
voorkomen. Pas wanneer zo'n wet in strijd komt met het zgn. goddelijk goede (bonum
divinum), mag zij niet meer worden nageleefd en kan uiteindelijk ook de
omverwerping van een tiran geoorloofd zijn.
De Spaanse katholieke geleerde Francisco
Suarez (1548-1617) erkende dat het natuurrecht samenvalt met het verstand,
maar stelde dat er pas sprake kon zijn van een echte natuurwet, wanneer er ook
sprake was van een werkelijke gezagsdrager die deze wet uitvaardigde. Als die
gezagsdrager werd God gezien.
Het natuurrecht of de natuurwet is sindsdien
een belangrijk onderdeel van de katholieke theologie en ethiek
gebleven. Zo is de klassieke, op Thomas van Aquino teruggaande, opvatting terug
te vinden in de nieuwste Katechismus van de Katholieke Kerk onder nr.
1954 e.v.
De realiteit is dat mensen werden geschapen door God om
lief te hebben, te prijzen en Hem te eren in dit leven en voor altijd gelukkig
te zijn bij Hem in het volgende leven. De deugd van nederigheid is de gewoonte
en praktijk waarbij een persoon zijn ware tekortkomingen en gaven erkent, en in
het licht ervan, zich aan Gods wil onderwerpt en aan de deugden van anderen
omwille van God. De persoon accepteert de fundamentele realiteit van zowel zijn
tekortkomingen en de uitnodiging van God om zijn of haar gaven te gebruiken om
God te prijzen en anderen te dienen.
Een citaat dat toegeschreven wordt aan de H. Augustinus is
dat nederigheid de basis is van alle andere deugden; vandaar als deze deugd in
de ziel niet aanwezig is, er geen andere deugd kan zijn. De H. Teresa van Avila
zegt: er is meer waarde in een kleine studie van nederigheid en in een
nederige daad, dan in alle kennis van de wereld" (hoofdstuk XV).
De waarlijk nederige persoon heeft drie overtuigingen die
moeten onderkend worden. Het begint met het antwoord van Paus Franciscus dat
hij gaf in een interview waar hij werd gevraagd: Wie is Paus Franciscus?
Trouw aan zijn charisma van Ignatius antwoordde hij: Ik ben een zondaar. Dit is de start. De eerste overtuiging. Maar
het wordt gezien in het licht van de tweede overtuiging nl. ik werd geschapen
naar het beeld en gelijkenis van God en ik moet daarom erkennen dat ik zowel
zonden als gaven in mij heb. En ten derde, streef ik om Gods plan voor mij te
vervullen.
Ware nederigheid alleen is niet genoeg. Maar het is het
fundament waarop al de andere deugden zijn gebaseerd die nodig zijn om
heiligheid te bereiken, samen met de deugd van liefde, waarnaar iedereen
verlangt in het diepste van hun wezen, en die zo dikwijls op de verkeerde
plaatsen wordt gezocht.
De narcistische obsessie met de cultuur van het ego is een symptoom
van een diepe onzekerheid en eenzaamheid in onze maatschappij. Mensen verlangen
naar liefde, intimiteit en vriendschap, en falen dikwijls om het te bereiken. Het
is duidelijk dat vele mensen niet in staat zijn, om een relatie van engagement in
stand te houden in hun leven. ( )
Gebed om navolging van Maria in de nederigheid
Hemelse Moeder Maria, Meesteres van mijn ziel,
In mijn verlangen om U na te volgen in de nederigheid die God zo welgevallig
is, smeek ik U,
Houd mij voortdurend bewust van mijn nietigheid, en doordring mij van het besef
dat ik slechts nut kan hebben voor Gods Werken in de mate waarin al mijn
handelingen, mijn woorden en mijn voorkomen vervuld zijn van Uw nederigheid.
Maak mij steeds kleiner, opdat alle plaats in mijn hart door U bezet mag
worden, en geef mij de kracht, mijn tekortkoming toe te geven bij elke fout die
ik bega.
Vervul mij met afschuw voor de lofprijzingen der mensen, en wek in mij het
verlangen naar het verborgen leven met U.
Schenk mij het vermogen om de mens van weinig aanzien met waardigheid te
behandelen, opdat ik zijn hart kan helpen genezen van de slagen en wonden van
het leven.
Laat uit mijn mond niets dan eenvoud geboren worden, opdat geen ziel zich in
mijn tegenwoordigheid minderwaardig moge voelen.
Leer mij mijn medemens niet steeds te corrigeren, doch in eenheid met hem de
vervulling van Gods Werken na te streven.
Geef mij de kracht om elke bestreving van prestige voor mijzelf in het oog van
mijn medemens te verafschuwen.
Leer mij, mijn gaven en talenten niet te gebruiken om macht te verwerven, doch
voor de bevordering van het Heil van mijn ziel en van andere zielen.
O Koningin van Hemel en aarde, leer mij mijn kleinheid te koesteren als het
geschenk van een God die er vreugde in heeft geschept, mij een volmaakte Moeder
te geven.
Hoe komt de ziel tot aanbidding van God? Waaruit bestaat aanbidding?
1.Het verlangen om tot
het Hart van God door te dringen. Word U ervan bewust dat de kern
van Uw ziel niets anders verlangt dan God te kennen en in Hem over te vloeien.
2.De Liefde tot God: Deze opent Uw
hart voor de overvloeiing tussen Uw ziel en God, in beide richtingen. Liefde
moet gegrondvest zijn op inwendige rust, en brengt op haar beurt ook diepere
rust in de ziel.
3.De ontlediging van Uw
geest: U moet trachten, aan niets meer te denken. U kijkt alleen nog maar
inwendig naar het Licht, het Kruis (symbool voor Gods oneindige Liefde voor U),
Maria met het Kind Jezus (de Menswording van Gods Zoon) of elk Hemels beeld dat
U vervult van Liefde, Vrede en rust.
4.De verheerlijking van
God. U prijst God inwendig voor Uw leven, alle genaden, de natuur, het
vooruitzicht op het Eeuwig Leven, enzovoort.
5.De uitnodiging aan
God. wellicht de grootste vrucht die aanbidding Uzelf kan opleveren, is
het bezoek van God in Uw ziel. Door Uw ingesteldheid kunt U mee bepalen of Hij
U slechts voor de tijd van de aanbidding bezoekt, dan wel voor onbepaalde tijd
bij U intrekt met bagage (genaden die U blijvend veranderen). Een werkzame
aanroeping om God in U uit te nodigen, kan bijvoorbeeld zijn: "God
van Licht en Liefde, ik bemin U. Ik geef mij aan U. Vervul mij met Uzelf".
Welke zijn de vruchten die God in de aanbiddende ziel tot rijping
brengt?
1.Aanbidding doet de
ziel openbloeien als een bloem die zich ontvouwt, blaadje voor
blaadje, in het besef van Gods Tegenwoordigheid. God is de Bron van Leven. Zijn
aanraking schept, verlost, heiligt en herschept (geneest). De
realiteit van dit gegeven blijkt bij het mystiek contact: De voelbare (soms
zichtbare en/of hoorbare) Aanwezigheid en aanraking van Maria (Gods Gezante)
lijkt de ziel, het hart, de geest, en in zeker opzicht zelfs het lichaam 'open
te gooien', en maakt onvermoede krachten vrij. Aanbidding kan een enigszins
gelijkaardig effect krijgen in de ziel: Zij kan vervuld worden met genaden, en
kan dit ervaren als een bevrijding. Wanneer de bloem van Uw ziel zich onder
invloed van deze Goddelijke kracht opent, kunnen hierdoor haar kleur
(bovennatuurlijke schoonheid) en geur (heiligheid) gewekt worden, wat nieuwe
impulsen van aanbidding in werking kan stellen.
2.Aanbidding stort
intense gevoelens van dankbaarheid in de ziel, in het besef
van het vele mooie waarvan zij getuige mag zijn omdat God er is. De
aanbiddende ziel begrijpt dat God Bron, Oorzaak en Bestemming van alle dingen
is. Dit besef baart dankbaarheid, dankbaarheid schept vreugde, en deze vreugde
baart het ware Geluk omdat zij van Hemelse oorsprong is. Dankbaarheid is een
emotie die vaak verstikt wordt onder het gewicht van het leven. Waarom zou men
God danken terwijl men ten prooi is aan tegenslagen en lasten? De aanbiddende
ziel voelt dat God niet verantwoordelijk is voor het negatieve in haar leven,
maar dat Hij integendeel de enige waarborg vormt voor de inlossing van de
belofte van het ware Geluk na het leven op aarde. Alle lasten van Uw leven
worden door God opgetekend als aanleidingen voor een honderdvoudige vergoeding
in Zijn Rijk. Dat is ook wat Hij U tijdens aanbidding in het verborgene kan
laten voelen.
3.Aanbidding levert
gevoelens van diepe zaligheid, intense vreugde, stil geluk, omdat het hart
in aanbidding Gods Aanwezigheid voelt. Deze Aanwezigheid is even onhoorbaar of
onzichtbaar als radiogolven, maar is even reëel als radiogolven: De atmosfeer
is vervuld van radiosignalen, die U noch kunt zien noch kunt horen tenzij U Uw
radiotoestel aanzet. Iets gelijkaardigs geldt voor Gods Aanwezigheid: God is er
altijd en overal, maar U kunt Hem pas aanvoelen zodra U het 'radiotoestel' van
Uw ziel in werking laat komen. Aanbidding is één van de wijzen bij uitstek om
dit contact tot stand te brengen. Aanbidding schept in de ziel de rust en Vrede
die U in staat stellen om U totaal te laten gaan in de zaligheid van het
Hemelse.
4.Aanbidding schept de
spontane behoefte van diepe overgave aan God in het bewustzijn dat Zijn heiligheid U
omgeeft als een wolk van bloemenparfum op een zomeravond: een atmosfeer van
gelukzaligheid die uitnodigt om U totaal aan God over te geven. Dit is de meest
natuurlijke emotie die de ziel kan opbrengen, want zo is zij oorspronkelijk ook
gemaakt: met een inwendig, natuurlijk vermogen om alles los te laten en
zichzelf zonder de geringste weerstand in Gods Hart uit te storten.
5.Aanbidding schenkt de
ziel het gevoel dat zij reeds ondergedompeld is in een stuk Hemelse werkelijkheid. Dit gevoel is
het natuurlijk gevolg van de aanraking met Gods Wezen. Vele zielen laten God
vergeefs bij zich aankloppen (onbeantwoorde ingevingen). God, daarentegen, doet
steeds open wanneer U bij Hem aanklopt. De wijze waarop Uw pogingen tot contact
beantwoord worden, is onvoorspelbaar. Vaak worden in Uw ziel genaden gestort
die voor onbepaalde tijd in het verborgene blijven en U eventueel pas na Uw
aardse leven geopenbaard worden, want voor God is slechts het Eeuwig Leven van
belang. Niettemin kan de aanbiddende ziel een gevoel ervaren dat zij niet kan
vergelijken met gevoelens die haar bekend zijn uit het dagelijks leven. Zo
worden nieuwe wegen geopend naar een rijkere ervaringswereld die het wereldse
sterk in belang doet verminderen.
6.Aanbidding zet het
hart, de geest en de ziel ertoe aan, zich totaal te ontledigen in golven van
ontembare, brandende Liefde, en elke herinnering aan het
wereldse in Gods Hart te begraven. De ziel die ooit door de Hemel aangeraakt
is, stelt steeds minder prijs op wereldse dingen, want de ervaring van het
Hemelse is met niets op aarde te vergelijken. In deze gesteldheid verdwijnen
ook vele beperkingen op het vermogen om uitdrukking te geven aan de Liefde:
Aanbidding leert U, Ware Liefde te ervaren en te geven. Dit
kan voor Uw hart en ziel een ware genezing brengen en de deur openen naar een
veel vrijere belevingswereld: Uw leven wordt doordrongen van de Ware Liefde,
die in de werkelijke zin van het woord een Goddelijke eigenschap is en U leert
begrijpen waar het in het leven werkelijk om gaat.
7.Aanbidding schept het
verlangen om Uw hele leven op te offeren als brandhout voor het Hemels Vuur dat
uitgaat van Gods Tegenwoordigheid, in een verlangen naar wedergeboorte in
een Hemels leven. In deze ervaring wordt de ziel reeds hier en nu
geraakt door de gesteldheid van de engelen, en verwerft zij nooit vermoede
inzichten in de onbelangrijkheid en nietigheid van elke wereldse gesteldheid.
U begrijpt dan dat dit leven slechts zin heeft als offerande ten bate van Gods
Rijk.
8.Aanbidding wakkert
het geloof in Gods Aanwezigheid aan, dat in de ziel versterkt wordt
door gevoelens waarvan men de bovennatuurlijke oorsprong moet aannemen omdat
zij niet met het verstand verklaard kunnen worden.
9.Aanbidding versterkt
in de ziel de nederigheid. De ziel ervaart de behoefte om zich in alle
eenvoud in God te laten opnemen, zich te laten overvloeien in het oneindige,
het ongrijpbare. Het bewustzijn van Gods Tegenwoordigheid ontsluit in de ziel
een groter bewustzijn van de menselijke kleinheid, en een behoefte om 'kind te
zijn' teneinde zich te kunnen laten dragen op deze golven van zaligheid, die de
gesteldheid van aanbidding in werking blijkt te zetten.
10.Aanbidding is zowel oorzaak als gevolg van een
gesteldheid van verering. 'Verering' betekent in feite 'diep eerbetoon
bewijzen'. Dit kunt U pas zodra U begrepen hebt dat God Bron is van alle goeds,
ondanks het feit dat de wereld om U heen ogenschijnlijk onder de heerschappij
van slechte invloeden staat. Zodra U beseft dat het niet God maar het verkeerd
gebruik van de vrije wil van de mens is die alle ellende over de wereld
afroept, zult U in staat zijn tot een volkomen verering van God.
In de aanbidding doorleeft de ziel meer bewust wat zij onbewust
verlangt, namelijk de eenwording met God te benaderen. Dit verlangen heeft God
in elke ziel gelegd. Het is alsof God elk maaksel van Zijn handen voorziet van
een ingeplant element dat (bij de meeste mensen totaal onbewust) een leven lang
tot God aangetrokken wordt. Men zou bij vergelijking kunnen zeggen dat God een
magneet is, en elke ziel een blokje ijzer in zich draagt waardoor zij constant
naar de magneet toe getrokken wordt.
Hoe kunt U God aanbidden?
God kan aanbeden worden bij het uitgestald Heilig Sacrament, in de
Heilige Communie, bij een beeltenis, door diepe verering van Maria, engelen of
heiligen (omdat al deze verheerlijkte zielen als Gods gezanten beschouwd kunnen
worden en tot op zekere hoogte dragers zijn van Zijn eigenschappen; dit geldt
zeker voor Maria). God kan echter ook aanbeden worden in de natuur: Wanneer U
Gods Tegenwoordigheid verheerlijkt in Zijn Schepping, leert U Zijn heerlijkheid
voelen terwijl U een bloem, een boom, een dier of een landschap waarneemt
(ziet, hoort, ruikt, betast...).
In Gods ogen is de meest lovenswaardige vorm van aanbidding deze in en
door Uw dagelijkse activiteiten. Waarom? Omdat, wanneer U in Uw
dagelijks leven de gesteldheden betracht die hierboven zijn beschreven, U
daarmee God op volkomen wijze in Uw leven inbouwt, en bijvoorbeeld niet alleen
diep contact met Hem zoekt in het kader van een uitstalling van het Heilig
Sacrament.
Verheerlijking van God door Uw hele doen en laten, spreken, denken en
voelen, in een gesteldheid van blijmoedigheid, is een bloesem die bloeit op de
tak van de ware heiligheid. Het is weinig zielen gegeven, maar het is de
edelste betrachting die in een hart kan ontstaan. De ideale toestand die U kunt
nastreven, is deze waarbij U het punt bereikt waarop Uw hele leven één
onophoudelijke akte van aanbidding wordt. U kunt God verheerlijken door wat U
doet, zegt of denkt, maar U kunt Hem ook aanbidden door wat U bent.
Naarmate het proces van de heiliging dat God in Uw ziel is begonnen door
het Vuur waaruit zij bij de bronnen van Gods Rijk is gemaakt, vordert, wordt de
ziel steeds méér gevoed door een steeds bredere schakering van het Goddelijk
Licht, tot zij als het ware gelijkt op een volmaakte regenboog. Dat is de staat
van genade, de toestand waarin Uw hele wezen zo vervuld wordt van Gods eigen
Wezen dat U om zo te zeggen heiligheid begint uit te stralen. Dat
kan bijvoorbeeld het geval zijn in de verenigingsmystiek, waarbij het
instrument van Maria spontaan begint te handelen, te spreken, te denken en te
voelen zoals Maria, en Haar lijkt uit te ademen door zijn/haar hele
verschijning, zijn/haar hele manier van voorkomen of optreden. In dit stadium
wordt het wezen zelf tot één onophoudelijke aanbidding van God. Dit komt
doordat Maria dan Haar eigen Wezen in Haar instrument laat overvloeien, tot
zijn/haar hart van het Hare doordrongen is zoals een spons van water. Zij kan
Haar instrument zodanig beheersen dat deze ziel Haar woorden spreekt, Haar
gebaren maakt, Haar gevoelens, voor- en afkeur deelt, enzovoort.
Marias leven was één en al aanbidding van God. Zij wil dit ook in Haar
instrumenten herhalen, mits deze zich volkomen voor Haar invloed openstellen.
Om deze reden kan dus de totale en onvoorwaardelijke Mariatoewijding beschouwd
worden als een koninklijke weg van aanbidding tot God. Wanneer de overvloeiing
tussen Maria en Haar geroepene de hoogst mogelijke graden begint te bereiken,
kunnen wij spreken van een vereniging of eenwording met Maria. Tot deze weg
zijn heel weinig zielen geroepen, maar ook buiten de mystiek is het voor de
ziel niet onmogelijk om tot een volkomen aanbidding van God te komen, indien
zij zich met vastberadenheid oefent in alle deugden en zo haar leven zelf tot
een aanhoudende verheerlijking van God maakt.
Heel vaak wordt aanbidding beschouwd als een geschenk van de ziel aan
God, doch de ware aanbidding is een ervaringstoestand waarbij de geschenken van
God aan de ziel de geschenken van de ziel aan God ver overtreffen. Aanbidding
is een gesteldheid van de ziel die tussen God en de ziel een uitwisseling tot
stand brengt die bron is van Licht. Een ziel die haar hele leven tot aanbidding
weet te maken, schept hierdoor om zich heen een aura van Hemels Licht dat tot
een schild tegen bekoring en zonde wordt. Wanneer zielen via deze weg het Licht
van God in en om zich heen verspreiden, vormen zij hierdoor een Ketting van
Licht. Hoe talrijker de zielen worden die een leven van aanbidding leiden, des
te groter en krachtiger wordt deze Ketting.
Dit is de Ketting van Licht die door de Heilige Maagd zo vurig wordt
verlangd: Door deze structuur van bovennatuurlijk Licht zal het kwaad verblind
worden. De satan kan in zijn hoogmoed niet meer vatten dat uit het zozeer
verdorven mensengeslacht nog zielen kunnen opstaan die de heiligheid bezitten
om zijn werken te onthullen door het Licht dat zij in Gods Genade om zich heen
verspreiden. Dit zal hem verblinden en onder Marias voeten leggen. Bid daarom
om gelegenheden tot uitstalling van het Heilig Sacrament, en om de genade dat
Uw ziel een levende aanbidding zou worden, want zo wordt U tot bouwsteen in de
fundering van Gods Rijk op aarde. Om Gods Rijk op aarde te vestigen, moet dit
Rijk eerst in een aantal harten gevestigd worden. Slechts een
hart dat bereid is tot een leven van aanbidding, bezit een bodem met de
gesteldheid die noodzakelijk is om Gods Rijk in zich te ontvangen en tot vrucht
te laten komen.
Gebed van
aanroeping tot aanbidding
Aanbeden zij de allerheiligste Wil van
God, die alles bezielt.
Aanbeden zij Zijn onovertroffen Liefde, die alles voedt.
Aanbeden zij Zijn onvergelijkbare Wijsheid, die alles bestuurt.
Aanbeden zij de Drie-Ene God in de Schepping, Verlossing en Heiliging van alle
zielen.
Aanbeden zij de Bron der heiligheid, die mijn ziel zal wassen voor de Bruiloft
in het hoogste der Hemelen.
Gebed van
aanbidding
Mijn Drie-Ene God, in Uw
Tegenwoordigheid leg ik mijzelf in de handen van Maria, de Parel van Uw
Schepping, die mij tijdens de voltrekking van het groot Verlossingsmysterie tot
Moeder is gegeven.
Moge Zij mij onderdompelen in de Bron der Genaden, en Haar Mantel om mijn ziel
heen slaan, opdat deze in zuiverheid met U alleen kan zijn.
Mijn God, wat kan ik zeggen. Welke woorden doen geen afbreuk aan de heilige
gloed die mijn hart bezielt?
Kom, o Lam Gods, ik weet dat U hier bent, dichter dan ik durf dromen. Wie kan
de zalige geur van Uw Tegenwoordigheid voor mij verborgen houden?
In mijn hart welt de wierook van de lofprijzing op uit het Vuur van de Liefde.
Voor mijn ogen wijkt het gordijn van de onwetendheid op de vleugels van Uw
Geest, die mij bestraalt met het Licht van het geloof.
In mijn oren weerklinkt de zang van de hoop op Uw zachte stem die mijn hele
wezen omhelst, en mij op al mijn wegen zal leiden en bemoedigen.
U hebt mij geschapen, U hebt mij eindeloze heerlijkheden bereid,
U hebt mij een leven op aarde gegeven om de Hemel te verdienen, U hebt de
Kruisdood aanvaard om mij in Uw Rijk te verwelkomen, nu stort U Uw Geest over
mij uit opdat ik waarlijk een kind van het Licht moge zijn.
O Drie-Ene God van Liefde, wil hier en nu mijn verlangen naar vereniging met U
aanvaarden als een bede van verzoening tot redding van zielen uit de greep van
de duisternis.
Maak mij tot een heilig tabernakel dat Uw Tegenwoordigheid in zich kan bergen,
opdat wij één blijven.
Druk Uw Aanschijn onuitwisbaar in mijn hart, opdat ik de zin van mijn aardse
leven moge begrijpen en mijn ware roeping binnen Uw Heilsplan voor de
eeuwigheid mij geopenbaard moge worden, vandaag en tot in het uur van mijn
terugkeer naar U.
Dank U, mijn God, ik mag U aanbidden, omdat mijn ziel door U is gemaakt.
Ik kan U aanbidden, omdat Maria mij voor de ontmoeting met U in de Tuin der
Hemelse bloemen voorbereidt.
Ik wil U aanbidden, omdat mijn hart niet anders kan dan U beminnen.
Wees geprezen, o Vader, in Uw scheppende Liefde die mij tot zaad in het hart is
gestort.
Wees geprezen, o Jezus, in Uw verlossend Kruis dat mij het Eeuwig Geluk zal
geven.
Wees geprezen, o Heilige Geest, in de Wijsheid en het Licht die mijn ziel
besturen, en in Maria, Uw Bruid die de Tuin van Haar heerlijkheden voor mij
heeft ontsloten, opdat ik U, mijn God, voor eeuwig moge toebehoren.
Wat is de aanbidding als levenshouding?
De christen kent de aanbidding gewoonlijk als een devotionele oefening
die wordt volbracht bij het uitgestald Allerheiligste, de Christus in de Heilige
Hostie, zoals deze in de monstrans op het altaar aan de christenen wordt
vertoond. Maria, de Meesteres van alle zielen heeft er reeds meermaals op
gewezen dat aanbidding slechts de volheid van het in haar aanwezig Licht kan
voortbrengen zodra de ziel komt tot aanbidding doorheen haar hele zijn, doen en
denken. Zij schenkt de zielen nu de volgende vijf wegen om deze gesteldheid in
zich te verwezenlijken:
1 Het Kruis van Jezus Christus is het hart van ons
geloof.
God had het zo beschikt, dat de mensenzielen de aarde in stand zouden
houden als een spiegel van het Rijk der Hemelen. Door de erfzonde werd de ziel
verwond en hierdoor vatbaarder voor verdere overtredingen tegen Gods Wet. De
ziel verloor haar 'aangeboren' heiligheid en hierdoor de gelegenheid om na de
voltooiing van haar aardse levensreis het Eeuwig Leven in de Hemel binnen te
gaan. Jezus Christus moest de Kruisdood sterven opdat elke mensenziel de kans
zou krijgen om zich de sleutel te verdienen waarmee zij de gesloten Hemelpoort
zou kunnen openen. Deze sleutel werd de zielen ter beschikking gesteld door de
Verlossingswerken van de Christus.
Maria beklemtoonde reeds bij herhaling dat de Verlossingswerken geen
eindpunt zijn en derhalve de Hemel niet automatisch voor de ziel
ontsluiten. Elke ziel moet de Verlossingswerken van Christus in zichzelf
voltooien, door een onwankelbaar geloof en de toepassing van de Ware Liefde in
de vorm van een concrete beleving van alle deugden op elk ogenblik en in alle
situaties van haar leven. Doordat het aardse leven wegens de verwondingen van
de zielen door de erfzonde en alle verdere overtredingen tegen Gods Wet van
Liefde een leven van beproevingen is, draagt de ziel de verplichting, haar
leven te leiden in volkomen navolging van het Leven van de Christus: met
beleving van de volheid der deugd, en met liefdevolle aanvaarding van de
kruisen van al haar beproevingen.
De christenziel vereert het kruis als symbool voor haar geloof omdat het
Kruis van Jezus het instrument en symbool van haar Verlossing uit de macht van
de duisternis over haar eeuwig lot is. Essentieel is echter, dat de ziel de
kruisen van haar leven verheft, door de beproevingen toe te wijden en in
Liefde te dragen. Hierin ligt een eerste element van de ziel als levende
aanbidding, die een groot tegengewicht zal vormen tegen de duisternis, die de
zielen ertoe inspireert, alle kruisen van het leven te maken tot bronnen van
vervloeking jegens God (die de schuld krijgt voor alle ellende) en van
ongebreidelde ondeugd als reacties op een steeds groeiende ontevredenheid.
Zodra de ziel haar levensweg van harte kan beschouwen, en wil beleven, als een
herhaling van de verlossende Kruisweg van Christus, verandert haar leven in één
doorlopende aanbidding.
2 Elke dag worden
over de hele wereld miljoenen kaarsen aangestoken.
De ziel beschouwt dit ritueel als een handeling waardoor Licht wordt
ontstoken tot bestrijding van duisternis. Dit ritueel krijgt echter pas
waarlijk deze uitwerking in de mate waarin het wordt voltrokken vanuit een hart
dat intens op het Eeuwig Licht (God) is georiënteerd en door zijn hele
ingesteldheid zelf een straal van Licht doorheen de Schepping stuurt.
Een brandende kaars is een symbool. Zij is niet bij machte om uit
zichzelf enige uitwerking van duisternis in het leven van een ziel of in de
wereld als geheel teniet te doen. Het aansteken van de kaars geeft jegens God
een signaal voor het verlangen naar de verandering van een toestand of
ontwikkeling. De enige verandering die God Zelf verlangt, is deze, dat de
wereld stap voor stap moge naderen tot de voltooiing van Zijn Heilsplan, dat
hieruit bestaat dat de hele Schepping een weerspiegeling zou zijn van Zijn
Hemelrijk: een Rijk van volmaakte Vrede en van Ware Liefde. Alles wat daartoe
kan bijdragen, brengt Licht in de duisternis. Daarom wijst de Maria erop, dat
elke ziel zelf een brandende kaars moet zijn: De ziel kan haar bestemming als
volkomen instrument voor de verwezenlijking van Gods Heilsplan slechts bereiken
in de mate waarin zij Licht en warmte verspreidt.
Licht verspreidt de ziel in de mate waarin zij in alle situaties van het
leven Gods Tegenwoordigheid waarneembaar maakt en een levend teken voor de
volheid van de Waarheid is. Levend teken voor de volheid van de Waarheid wordt
de ziel wanneer zij in al haar doen en laten en al haar innerlijke gesteldheden
bijdraagt tot de verwezenlijking van Gods Plannen en Werken.
Warmte verspreidt de ziel in de mate waarin zij in alle situaties van het
leven onvoorwaardelijke en onzelfzuchtige Liefde laat doorstromen naar al haar
medeschepselen, naar de Schepping als geheel en naar God en al Zijn Werken en
Plannen.
De ziel wordt zelf een brandende kaars in de mate waarin zij zichzelf
helemaal geeft voor de verwezenlijking van Gods Heilsplan, en bij deze
'zelfverbranding' het Licht van Gods Waarheid en de warmte van Zijn vlekkeloze
Liefde om zich heen verspreidt. De kaars van de ziel gaat dan helemaal op in
het Vuur van Gods Werking in haar en door haar heen.
3 Over de hele wereld
worden dagelijks vele Heilige Missen opgedragen.
De Heilige Mis is in de jonge Kerk van Jezus Christus, en in navolging
van Zijn gebod, gegrondvest als het hoogste eerbetoon aan God en Zijn
Verlossingswerken. Zij is van nature draagster van een gouden sleutel tot
opening van de Schatkamers der Genaden. Zij behoort tot de machtigste wapens
tot bestrijding van de duisternis in de wereld. Om deze reden is het Heilig
Misoffer ononderbroken ten prooi aan verwoede pogingen van de duisternis om
haar inherente waarde aan te tasten. Vele Heilige Missen worden dagelijks
opgedragen op verzoek van christenen die via deze weg genaden afsmeken voor de
verwezenlijking van een door hen verlangde verandering van een situatie of
ontwikkeling in hun leven of in het leven van een medemens. De volle waarde
krijgt deze intentie voor God echter slechts in de mate waarin de ziel in haar
eigen leven en gesteldheden zelf tot een doorlopende Heilige Mis wordt.
Helaas verzoeken vele christenen om het opdragen van Heilige Missen in
de veronderstelling dat deze uit zichzelf hun intenties zullen verwezenlijken.
Dit is echter in strijd met Gods Wet, die het zo heeft voorzien dat alles in
de Schepping slechts kan worden beïnvloed volgens de actieve bijdrage van
de zielen tot de verwezenlijking ervan. Bijvoorbeeld: Een ziel die Heilige
Missen laat opdragen voor haar Eeuwig Heil of het Heil van een medemens, zal
weinig resultaat kunnen oogsten zolang zij niet tevens zelf actief aan haar
heiliging en de concrete beleving van de Ware Liefde werkt.
Heiliging, Heil en de overwinning van het Licht in een individuele ziel
evenals in de Schepping als geheel worden in de eerste plaats bewerkt door de
actieve inzet van de ziel voor de ontsluiting van Gods Licht.
De Heilige Mis gedenkt in de eerste plaats de Zelfofferande van Jezus
Christus aan Gods Heilsplan voor de ontsluiting van de Verlossing der zielen
uit de zegevierende greep van de duisternis op hun eeuwig lot. De ziel wordt
zelf tot een doorlopende Heilige Mis door een levensgesteldheid waardoor zij zichzelf
in alle situaties van het leven aanbiedt als offerlam voor de ontsluiting van
de Verlossing in zichzelf en in haar medemensen.
Deze gesteldheid krijgt haar absolute bekroning in de totale,
onvoorwaardelijke en levenslange, in elke levenssituatie concreet beleefde
toewijding van de ziel en haar hele leven aan God via de Heilige Maagd Maria.
Hierdoor offert de ziel zichzelf volkomen onzelfzuchtig op als werktuig (of
grondstof) voor Gods Bouwwerken aan Zijn Rijk op aarde. Door deze gesteldheid
beleeft de ziel volkomen de rol die God voor elke ziel heeft voorzien: dat zij
haar leven niet leidt voor zichzelf, doch voor de verwezenlijking van Gods Plannen
en Werken. Volkomen beleefde toewijding maakt de ziel voor God tot een levend
Misoffer.
4 Voor de christen maakt het gebedsleven een vast
bestanddeel uit van het dagelijks leven.
Gebed is niet slechts spreken tot God, het is in de brede zin van het
woord elke handeling waardoor de ziel zich met God of met een Hemels Wezen in
verbinding stelt. Door gebed communiceert de ziel in de breedste zin van het
woord met God. God luistert niet met de oren, Hij luistert met het Hart. Dit
betekent dat God geen klanken beluistert die Hij via een soort logisch verstand
analyseert om hen een betekenis te geven. God vangt alles op
met het Hart. Dit betekent dat alles door Hem wordt bekleed met een
waardecijfer (positief of negatief), dat Hij toekent volgens:
de
mate van Ware Liefde die Hij waarneemt in datgene wat Hij ziet, hoort en
voelt, en
de
mate waarin de biddende ziel blijkt te verlangen naar eenheid van haar wil
met Zijn Wil.
Dit betekent dat het ware gebed, datgene wat door God
wordt waargenomen als een verlangen naar communicatie van de ziel met Hem, niet
bestaat uit een veelheid van woorden die niet of nauwelijks in het hart worden
gevoeld, doch uit vlammen van Liefde. Dit mag niet zo worden beschouwd alsof de
ziel voelbaar moet 'branden van Liefde', want gesteldheden van zogenaamd Vuur
in het Hart worden in vele gevallen door de duisternis gemanipuleerd en
vervormd tot dweperij, waarbij de ziel zichzelf (en haar medemens) misleidt tot
de 'vaststelling' dat haar Liefde volkomen zou zijn. Het ware Liefdesvuur
ontwikkelt de ziel in de eerste plaats vanuit een waarachtig en oprecht
verlangen om haar wil één te maken met Gods Wil. Dit betekent dat het gebed dat
God welgevallig is, een communicatie is vanuit een ziel naar God toe, waarbij
de ziel verlangt om haar hart één te maken met Gods Hart, en om vanuit die
eenheid Gods concrete tussenkomst te verkrijgen voor ontwikkelingen die de
overwinning van het Licht over de duisternis een stap dichterbij brengen.
In wezen behoort elke gebedsintentie derhalve neer te komen op het
uitsturen van een signaal dat zegt: "Mijn God, ik wil mijn hele wezen en
mijn hele leven volkomen in de dienst van de verwezenlijking van Uw Plannen en
Werken stellen, en verlang ernaar dat elke ontwikkeling binnen de hele
Schepping op deze verwezenlijking zou zijn gericht. Daarom verlang ik naar
eenheid met Uw Hart, opdat dit verlangen met het Zegel van Uw Liefde en Uw
almacht moge worden bekleed".
Een gebed dat niet vanuit deze gesteldheid vertrekt, is niet een heilige
handeling, doch een menselijke handeling, met andere woorden: het brengt weinig
Heil, wegens gebrek aan zuiverheid van hart. De ware zuiverheid van hart
bereikt de ziel immers slechts in de mate van haar verlangen dat Gods Hart
in haar zou kloppen en haar hele innerlijke gesteldheid richting zou geven.
"God en Ikzelf luisteren niet in mono, doch steeds in stereo. Dit
betekent dat Wij steeds luisteren via twee geluidssporen tezelfdertijd: de
woorden zelf, en de stroming van de Liefde die tijdens deze woorden uit het
hart komt. Bij talloze zielen blijft dit tweede spoor leeg, zodat de ware,
diepe, spirituele inhoud van de gebedswoorden Ons nauwelijks bereikt. Hetzelfde
geldt voor verheerlijking, aanbidding, zelfvernedering jegens God en Mij:
Wanneer tezelfdertijd niets uit het hart stroomt, is dit alles inhoudsloos,
zowel voor Ons als voor het Levensboek van de ziel zelf".
5 Door de erfzonde beleeft de mens zijn leven op aarde meer zintuiglijk en door het verstand, dan vanuit
het hart.
Hierdoor kijkt de ziel doorgaans voorbij aan al het essentiële, alles
wat voor God van doorslaggevend belang is. God stelt talloze tekenen in alle
situaties van het leven, ook de schijnbaar meest banale, doch het vermogen van
de mensenziel om Gods werkingen te merken en te voelen, is door haar verwonde
natuur zeer verzwakt en wordt bovendien zwaar geremd door de talloze werken van
duisternis die in de wereld alle tekenen van Gods Tegenwoordigheid systematisch
tracht uit te roeien.
De ziel kan haar vermogen om God in alles te voelen, slechts herstellen
door het verlangen om Hem te herontdekken. De verwezenlijking van dit verlangen
moet beginnen met het verlangen om de oppervlakkigheden en de valse
verlokkingen van het werelds leven te leren ontdekken. Hoe meer de ziel
de schijn der dingen om zich heen en de valse waarheden in het
werelds denken leert ontdekken, des te beter wordt zij in staat om alle
elementen van duisternis en dwaallichten uit haar waarneming weg te
filteren, waardoor zij steeds méér op het Licht wordt afgestemd en zij in alles
geleidelijk aan God, Zijn Werken en Plannen en Zijn ware bedoelingen leert
zien, evenals de listige strategieën der duisternis die voor misleiding,
dwaling en vertekende waarneming van de Waarheid zorgen.
De Maria wees er reeds vroeger op, dat voor de ziel geen betere weg
bestaat om God te herontdekken dan door zich erin te oefenen om de natuur om
zich heen op een andere wijze waar te nemen. De immense pracht en de ontelbare
wonderen die zijn verborgen in de wereld van dieren en planten, berusten op de
oneindige Liefde van God voor Zijn Schepping. In de natuur klopt het Hart van
God beter voelbaar dan in de elementen der 'beschaving' die door mensenhand
zijn omgevormd. De tekenen van onvrede en disharmonie die ook in de natuur
waarneembaar zijn (bijvoorbeeld in het gedrag van roofdieren) zijn gevolgen van
de erfzonde en dus van menselijke beïnvloeding, zij zijn niet oorspronkelijk
door God zo voorzien. Deze Tegenwoordigheid en Werkingen van God echter, zitten
dieper onder de oppervlakte verscholen, en de ziel die de natuur niet langer
waarneemt vanuit het analyserend verstand doch vanuit het hart, kan
Gods Hartslag en de diepere zin van Zijn Plannen leren voelen in elk contact
met een dier, boom, bloem, struik of plant, en nog méér in de waarneming van
elk van deze elementen in het geheel van hun leefwereld.
De mensenziel die de natuur benadert vanuit het hart, kan
hierdoor haar hart herprogrammeren tot een bron van levende aanbidding, waarbij
elke waarneming voedsel zal geven aan gevoelens van verrukking over Gods
Liefde, en over de intense beleving ervan in het eigen hart. De ziel die de
wonderen van elk individueel dier of elk individueel element van de vegetatie
op aarde leert aanvoelen, diep in het hart, kan het punt bereiken waarop zij
zich één voelt met het geheel van de Schepping en daardoor volledig overvloeit
in Gods Hart. De gesteldheid die daarbij het hart beheerst, maakt de ziel tot
een levende aanbidding. Het is de gesteldheid waarin de ziel tevens haar ware
rol en plaats binnen Gods Werken en binnen de Schepping leert ontdekken, en zo tot
de spirituele vruchtbaarheid kan komen, die God voor haar had voorzien en van
haar verwacht.
Samengevat: Wat maakt de ziel tot een levende aanbidding?
de
protestloze aanvaarding van alle kruisen van het leven als volmaakte
navolging van Christus;
de
betrachting van een vlekkeloze, onvoorwaardelijke toepassing van
onzelfzuchtige Liefde jegens alle medeschepselen en jegens God en Zijn
Werken en Plannen;
de
beleving van totale, onvoorwaardelijke en levenslange toewijding, die
concreet wordt toegepast in alle situaties van het leven;
een
leven waardoor de ziel in alle situaties God met al Zijn gesteldheden
zoekt te vertegenwoordigen jegens al haar medeschepselen;
de
betrachting om de eigen leefwereld en de Schepping om zich heen louter
waar te nemen en te benaderen vanuit het hart, om aldus de Hartslag van
God in alles te leren voelen en over te vloeien met Zijn Hart en Zijn Wil.
Opmerking : God doet weinig dingen rechtstreeks. Hij werkt graag via mensen.
Waarom? Omdat de Liefde de brandstof van al Zijn Werken is. God
schept er meer behagen in wanneer Zijn goede dingen via mensenhanden tot
stand worden gebracht. Deze daden zijn in feite Gods werk, doch doordat Hij ze
aan mensen inspireert, bevordert Hij de Liefde (Zijn eigen brandstof) tussen de
mensen. Zo wil Hij bekomen dat de hele schepping de Liefde ervaart en
doorgeeft, tot alles doordrongen is van Zijn eigen adem en klaar wordt voor
de vestiging van Zijn Rijk van Liefde op aarde. Gods werking wordt
dus slechts zichtbaar via mensen. Zoals Jezus zegt: "Ik
ben de Wijnstok, gij zijt de ranken. Wie in Mij blijft terwijl Ik blijf in hem,
die draagt veel vrucht", zo geldt eveneens het volgende: Wat in de
wijnstok omgaat, wordt pas duidelijk via de druiven die men eraan ziet rijpen.
welnu, de verworvenheden van mensen brengen in feite aan het licht wat
God in hen tot stand heeft gebracht. Indien God de ziel niet voedt met
Zijn genaden, kan de ziel niet rijpen, en kan zij niet op haar beurt andere
zielen voeden.
Heiligheid van Jezus en Maria
Maria is naast Jezus het voorbeeld bijuitstek van
een leven in uitmuntende heiligheid.
Maria werd als enige mens onbevlekt ontvangen, wat betekent dat Haar
ziel niet de erfzonde in zich draagt.
God had
de mens geschapen met de bedoeling een dat hij een heilig leven zou leiden. Onze stamouders, Adam en Eva, gaven
echter toe aan de influistering van de satan om ongehoorzaam te zijn aan God. (Genesis
3:1-5) Deze eerste zonde van de mensen wordt de erfzonde genoemd: het gif van de satan werd in de
ziel van de eerste mens gegoten en zou alle verdere generaties belemmeren om te leven naar Gods
beeld en gelijkenis. God heeft de H. Maagd Maria voorzien als de Overwinnares van Satan. Aan Haar
is alle macht gegeven
om de duivel aan de ketting te leggen. Zij is de Uitverkorene die JEZUS,
het LICHTDER WERELD aan de mensen moest
geven om de wortels te
leggen van het Rijk van Christus
op aarde. Maria is door God uitverkoren om Satan te onderwerpen (zoals
de Bijbel zegt: Zij is de Vrouw die de
kop van de slang onder Haar voet zal verpletteren- Genesis 3:15).
Een heilige is volgens mgr Flavio Capucci "niet iemand
die nooit fouten heeft gemaakt, maar iemand die na te zijn gevallen weer
opstaat". Heiligen zijn gewone mensen, die een heel groot geloof in God
hebben en die hard werken in dienst van de naaste. Hij of zij is een voorbeeld
van een christelijk leven. Heiligheid begint in wezen bij nederigheid en
zwakheid van de mens.
Capucci wijst op de grote verscheidenheid van heiligen en
zaligen: moeder Teresa, die op 19 oktober zalig wordt verklaard, was bekend om
haar dienstbaarheid aan de allerarmsten, de Italiaanse kapucijn padre Pio was
een eminent getuige van Gods grootheid en mgr. Escrivá stond bekend om zijn
innerlijk leven. Hieruit blijkt dat iedereen de weg naar God kan vinden, aldus
Capucci.
Maar, zegt hij, het is God die de heiligen maakt. Uit een
zalig- of heiligverklaring blijkt de kracht van God. Zonder het fundamentele
principe dat God in de wereld aanwezig is en in de wereld werkt, begrijp je
daar niets van. (Opus Dei)
Er is veel discussie over de oorspronkelijke betekenis van
de Joodse Q-D-SH, waardoor heiligheid wordt uitgedrukt in het Oude Testament. Sommigen
verbinden het met een Assyrisch woord dat zuiverheid, helderheid betekent; de
meeste moderne geleerden menen dat het afscheiding betekent. De etymologie
geeft geen verdict over het punt, maar het idee van afscheiding leent zich het
best voor de verschillende uitdrukkingen waar het woord heiligheid wordt
gebruikt. In het primitieve joodse gebruik lijkt heiligheid niets meer te
hebben betekent dan een ceremoniële afscheiding van een voorwerp van gewoon
gebruik. Maar binnen de Bijbelse sfeer, wordt heiligheid aangeduid voor de
onzichtbare Yahweh, en voor plaatsen, seizoenen, dingen en mensen voor zover ze
worden geassocieerd met Hem. Terwijl het idee van ceremoniële heiligheid in het
hele Oude Testament aanwezig is, is de ethische betekenis in het Christendom
nooit helemaal afwezig.
Katholiek woordenboek: Heiligheid in het Oude Testament komt van het Hebreeuwse qadhosh (heilig)
en betekent afgescheiden worden van het wereldse, of toewijding aan Gods
dienst, zoals van Israël gezegd werd dat ze heilig was, omdat het het volk van
God was. De heiligheid van God wordt geϊdentificeerd als zijn afscheiding van
alle kwaad. En schepselen zijn heilig door hun relatie tot Hem, Heiligheid in
schepselen is subjectief, objectief of beide. Het is subjectief in essentie
door het bezit van goddelijke genade en moreel door de praktijk van deugd.
Objectieve heiligheid in schepselen hangt af van hun exclusieve toewijding aan
de dienst van God: priesters door hun wijding, religieuzen door hun geloften,
gewijde plaatsen, gewijde voorwerpen, en gewijde gewijden door de zegening die
ze ontvangen en het gewijde doel voor wat ze dienen.
De mensen die in
aanraking kwamen met de heiligheid van God
De keren dat mensen in het Oude
Testament in aanraking kwamen met de heiligheid van God waren vaak
angstaanjagend. Na Gods vernietiging van het leger van de farao in de Rode Zee,
sloegen de Israëlieten hun kamp op bij de berg Sinaï - waar God aan Mozes
verscheen in een brandende struik. Voordat God een verbond sloot met Zijn volk,
droeg Hij hen op om zich apart te zetten van onreinheid om zichzelf te zuiveren
(heiligen) voor God. Op de derde voorbereidingsdag daalde God af naar de berg
Sinaï, waarbij Hij Zijn macht en heiligheid toonde (Exodus 19:16-20). God
waarschuwde dat een ieder die de berg zou aanraken, gedood zou worden. Alleen
Mozes en Aaron mochten de berg betreden. De berg Sinaï werd als heilige plek afgezonderd --
een herinnering aan de onmetelijke kloof tussen het Goddelijke en het
menselijke.
Gedurende 100 lange jaren was de Ark des Verbonds afwezig geweest uit de
Tabernakel en andere vereringsplaatsen. God schreef voor dat alleen Levieten de
ark mochten vervoeren op hun schouders middels draagstokken die door aan de ark
bevestigde gouden ringen werden gestoken. Zelfs de Levieten mochten de ark niet
aanraken of er in kijken, want Gods heiligheid (aanwezigheid) verbleef in de
ark. Toch besloot David om de ark terug te brengen naar Jeruzalem op een
ossenwagen. Toen de ossen zich verstapten, waardoor de ark van de ossenwagen
dreigde te vallen, probeerde Uzza de ark in evenwicht te brengen met zijn hand.
Deze oneerbiedige handeling vertoornde God, die Uzza onmiddellijk dood liet
neervallen (2 Samuel 6:1-11). Eerbied en absolute gehoorzaamheid aan Gods
geboden zijn vereist om de heiligheid van God te naderen.
De Heiligheid van God:
Als het toegepast wordt op God zijn er in het Oude
Testament twee verschillende betekenissen:
·Het
absolute en de majesteit van God
Eerst is er de algemene betekenis van afscheiding van alles
wat menselijk en aards is. Het duidt het absolute, de majesteit en het
ontzagwekkende van de Schepper aan in zijn onderscheid van de schepselen.
Daarin is heiligheid gelijk aan de algemene term van Godheid, en heilig bijna
synoniem met Goddelijk. Yahwehs heilige arm is Zijn Goddelijke arm, en Zijn heilige
naam is Zijn Goddelijke naam. Wanneer Hannah zingt Er is niemand heiliger dan
Yahweh (1 Samuel 2:2) suggereert de rest van het vers Zijn opperste
Goddelijkheid.
·Ethische
reinheid/heiligheid
Maar heiligheid van karakter in de ethische betekenis wordt
toegeschreven aan God. Wees heilig; want Ik ben heilig (Leviticus 11:44, 19:2),
veronderstelt een voorstelling van goed en kwaad. De mens kan zich niet
vergelijken met God in Zijn onmededeelbare eigenschappen. Ze kunnen Zijn
gelijkenis enkel weerspiegelen volgens de lijnen van rechtvaardigheid en liefde
waaruit ware heiligheid bestaat. De Goddelijke heiligheid wordt een realiteit
van goed en kwaad waar zondaars veroordeeld worden (Jesaja 6:3,1) en degenen die
in Zijn aanwezigheid staan reine handen en een zuiver hart geven (Psalmen
24:3).
Wanneer we de heiligheid van God overdenken, lijkt het
wellicht onmogelijk voor gebrekkige wezens zoals wij om Zijn gebod Wees heilig, want Ik ben heilig (1
Petrus 1:15-16) te gehoorzamen. Hoe kunnen wij onszelf volledig afscheiden van
zonde? Hoe kunnen wij rein blijven zoals God? Toen God de mens schiep, was het
Zijn bedoeling dat wij Zijn heerlijkheid zouden ervaren. De mens is de
bekroning van Gods scheppingswerk. Ons bestaan is niet willekeurig en was ook
geen ongeluk. God wist wie Hij schiep, en Hij wilde dat wij allemaal heiligheid
zouden ontvangen.
Tweede omschrijving van de heiligheid van God
Van alle eigenschappen die God
heeft, is Zijn heiligheid de moeilijkste om te verklaren.
Dit is deels omdat het een van Zijn essentiële kenmerken is die wij als mens
niet met Hem delen. Wij zijn geschapen naar Gods evenbeeld, en wij delen veel
van Zijn kenmerken, zij het in veel mindere mate natuurlijk liefde,
barmhartigheid, trouw, enzovoorts. Maar sommige van Gods kenmerken zullen nooit
door schepselen gedeeld worden alomtegenwoordigheid, alwetendheid, almacht en
heiligheid. Gods heiligheid onderscheidt Hem van alle andere wezens en zondert
Hem af, en maakt Hem anders dan al het andere. Gods heiligheid is meer dan
alleen Zijn volmaaktheid of zondevrije zuiverheid: het is de essentie van Zijn
anders-zijn, een eigenschap van Hem die ver boven alles uitstijgt. Gods
heiligheid belichaamt het mysterie van Zijn majesteit en zorgt ervoor dat wij
in bewondering naar Hem kijken, terwijl wij maar slechts een klein stukje van
Zijn grootsheid beginnen te bevatten. (www.gotquestions.org)
Derde omschrijving
van de heiligheid van God
Kan een mens de heiligheid van God bevatten? In bijna elke
religie bestaat onderscheid tussen datgene wat heilig is, en datgene wat
werelds is. Meestal zullen godsdienstige mensen iets als heilig of gewijd
beschouwen. Heiligheid vereist
het maken van een onderscheid tussen de heiligheid die Gods gehele wezen
betreft, en de heiligheid die het karakter van Zijn volk weerspiegelt.
Ons begrip van de heiligheid van God zoals wij die bevatten met onze
natuurlijke zintuigen, schiet tekort. In Exodus 15:11 vraagt Mozes: Wie onder de goden is Uw gelijke, HEER? Wie
is Uw gelijke, zo ontzagwekkend en heilig, wie dwingt zo veel eerbied af met
roemrijke daden, wie anders verricht zulke wonderen? Heiligheid
omvat elk afzonderlijk kenmerk van elke Persoon van de Drie-eenheid, Vader
(Johannes 17:11), Zoon (Handelingen 4:30) en in het bijzonder de Heilige Geest,
als Degene die ons een innige kennis van een Heilige God schenkt (1 Korintiërs
2:10). Welke heerlijke woorden hebben we tot onze beschikking om de
heerlijkheid, eer en dank tot uiting te brengen tegenover de Heer, onze
Almachtige God? Voor de Hemelse Troon vereerden de vier wezens God door dag en
nacht te herhalen: Heilig,
heilig, heilig (Openbaring 4:8).
De eigenschappen van zijn Wezen (www.allaboutgod.com)
Wijsheid: "Wijsheid is
het vermogen om perfecte doelen te stellen en om deze doelen op de meest
perfecte manier te bereiken". Met andere woorden: God maakt geen fouten.
Hij is de Vader die het echt het beste weet, zoals Paulus in Romeinen 11:33
uitlegt: "O onpeilbare rijkdom van Gods wijsheid en kennis! Hoe
ondoorgrondelijk zijn Zijn beslissingen, hoe onnaspeurlijk zijn wegen!"
Oneindigheid: God kent geen grenzen. Hij is onmetelijk. Deze
eigenschap heeft per definitie gevolgen voor alle andere eigenschappen van God.
Omdat God oneindig is, moeten ook al Zijn andere eigenschappen oneindig zijn.
Oppermacht: Dit is "de eigenschap waarmee Hij over Zijn hele
schepping heerst". Het is de toepassing van Zijn andere eigenschappen van
alwetendheid en almachtigheid. Deze eigenschap geeft Hem de absolute vrijheid
om datgene te doen, waarvan Hij weet dat dit het beste is. God heeft de
controle over alles wat er gebeurt. Maar de mens heeft nog steeds een vrije wil
en is nog steeds verantwoordelijk voor de keuzes in zijn leven.
Heiligheid: Dit is de eigenschap die God onderscheidt van alle
andere, geschapen wezens. Deze heeft betrekking op Zijn verhevenheid en Zijn
perfecte morele reinheid. Er bestaat absoluut geen enkele zonde of boosaardige
gedachte in God. Zijn heiligheid is de definitie van wat rein en rechtvaardig
is, in het hele universum. Steeds als God zich ergens vertoont, zoals aan Mozes
in de brandende doornstruik, dan wordt die plaats heilig omdat God er is
geweest.
Drie-eenheid: Ook al wordt dit woord niet in de Bijbel gebruikt,
toch is de waarheid in de Bijbel opgenomen dat God Zichzelf in drie Personen
openbaart. De Vader, de Zoon en de Heilige Geest worden alle drie God genoemd,
worden als God aanbeden, bestaan eeuwig en zijn betrokken bij zaken die alleen
God kan doen. Maar, ook al openbaart God Zichzelf in drie Personen, toch is God
Eén en kan Hij niet worden gesplitst. De drie Personen zijn er allen volledig
bij betrokken wanneer Eén van de Drie actief is.
Alwetendheid: "God weet alles en heeft daarom geen behoefte
aan nieuwe kennis. God heeft nooit iets geleerd en kan niet leren."
Alwetendheid betekent "alles wetend". God weet alles en Zijn kennis
is daarom oneindig. Het is onmogelijk om iets voor God verborgen te houden.
Trouw: Alles wat God heeft beloofd zal plaatsvinden. Zijn trouw
garandeert dit. Hij liegt niet. Wat Hij in de Bijbel over Zichzelf heeft gezegd
is waar. Jezus zei zelfs dat Hij de Waarheid is. Dit is extreem belangrijk voor volgelingen van Jezus, omdat
onze hoop op eeuwig leven juist op Zijn trouw berust.
Liefde: Liefde is een zo
belangrijk onderdeel van Gods karakter dat de apostel Johannes schreef:
"God is liefde". Dit betekent dat het welzijn van anderen Zijn
grootste zorg is. Als je een volledige definitie van "liefde" wil
ontdekken, lees dan 1 Korintiërs 13. Als wij liefde in actie willen zien, dan
kunnen we het leven van Jezus bestuderen. Zijn offergave aan het kruis voor de
zonden van anderen is de hoogst mogelijke liefdesdaad. Gods liefde is geen
liefde die uit emoties bestaat, maar een liefde die uit daden bestaat. Zijn
liefde wordt vrijelijk aan Zijn geliefden gegeven; de mensen die er voor kiezen
om Zijn zoon Jezus te volgen.
Almachtig: Dit woord betekent letterlijk al-machtig. Omdat God
oneindig is en omdat Hij macht heeft, heeft Hij oneindige macht. Hij staat
weliswaar toe dat Zijn schepselen een zekere macht bezitten, maar dit doet op
geen enkele manier af aan Zijn eigen macht. "Hij verbruikt geen
hoeveelheid energie die weer aangevuld zou moeten worden". Wanneer de
Bijbel ons vertelt dat God op de zevende dag rustte, dan is dit om ons een
voorbeeld te geven van de rust die wij nodig hebben, niet omdat Hij Zelf moe
was.
Onveroorzaakt: Toen Mozes vroeg wie in de brandende doornstruik met
hem in gesprek was, zei God: "IK BEN DEGENE DIE ER ALTIJD IS." God heeft
geen begin en geen einde. Hij bestaat gewoon. Niets anders in het hele
universum is onveroorzaakt. Als er iets zou bestaan dat God had geschapen, dan
zou dat andere iets God zijn. Voor onze menselijke geesten is dit moeilijk te
bevatten, omdat alle andere dingen in onze ervaringswereld uit iets anders dan
zichzelf afkomstig zijn. De Bijbel zegt: "In het begin schiep God".
Hij was er al.
Zelfvoorzienend: De Bijbel zegt dat God in Zichzelf leven heeft
(zie Johannes 5:26). Al het andere leven in het universum is een geschenk van
God. Hij heeft nergens behoefte aan en er is geen enkele manier waarop Hij zou
kunnen verbeteren. Voor God is niets anders noodzakelijk. Hij heeft onze hulp
nergens voor nodig, maar vanwege Zijn barmhartigheid en Zijn liefde laat Hij
ons deel uitmaken van de ontvouwing van Zijn plan op aarde en staat Hij ons toe
om een zegen voor anderen te zijn. Wij zijn degenen die veranderen: God
verandert nooit. Hij is zelfvoorzienend.
Rechtvaardig: De Bijbel zegt dat God rechtvaardig is, maar Zijn
karakter is juist wat ons vertelt wat rechtvaardigheid werkelijk inhoudt. Hij
schikt zich niet naar externe criteria. Rechtvaardigheid verschaft iedereen een
morele gelijkheid. Wanneer slechte dingen worden gedaan, dan eist de
gerechtigheid dat er een straf wordt uitgedeeld. Omdat God perfect is en nooit
enig kwaad heeft begaan, zou er voor Hem nooit een straf nodig zijn; maar
vanwege Zijn grote liefde heeft God de straf voor onze kwaadaardige daden op
Zich genomen door Zelf naar het kruis te gaan. Er moet aan Zijn
rechtvaardigheid voldaan worden: voor alle mensen die in Jezus willen geloven
heeft Hij hier Zelf voor gezorgd.
Onveranderlijk: Dit betekent eenvoudigweg dat God nooit verandert.
Daarom zegt de Bijbel: "Jezus Christus is dezelfde, gisteren, vandaag en
tot in eeuwigheid."
Barmhartig: "Barmhartigheid is de eigenschap van God die Hem
actief genadig maakt". Omdat door Jezus aan Gods gerechtigheid werd
tegemoetgekomen, staat het Hem vrij om genadig te zijn voor alle mensen die
ervoor kiezen Hem te volgen. Deze genade zal nooit ophouden omdat het een
onderdeel van Gods aard is. Barmhartigheid is de manier waarop Hij verlangt met
de mensheid om te gaan. Hij zal dit daarom ook doen, tenzij een mens er zelf
voor kiest om God te verachten of te negeren. Als dat het geval is, dan wordt
Zijn gerechtigheid Zijn meest prominente eigenschap.
Eeuwig: Dit feit over God is in enkele opzichten eender aan Zijn
zelfvoorzienigheid. God is er altijd al geweest en zal er ook altijd zijn,
omdat Hij Zich in de eeuwigheid bevindt. De tijd is Zijn schepping. Daarom kan
God het einde al vanaf het begin zien en daarom wordt Hij nooit door iets
verrast. Als God niet eeuwig zou zijn, dan zou Zijn belofte van eeuwig leven
voor de volgelingen van Jezus van weinig waarde zijn.
Goed: "De goedheid van God is wat Hem vriendelijk,
schappelijk, welwillend en vol goedheid ten opzichte van de mens maakt".
Deze eigenschap van God verklaart waarom Hij Zijn volgelingen zegent zoals Hij
doet. Gods daden definiëren wat goedheid is en we kunnen dit zonder moeite
waarnemen in de manier waarop Jezus met de mensen om Hem heen omging.
Genadig: God geeft graag grote geschenken aan de mensen die van Hem
houden, zelfs als zij dat niet verdienen. Genadigheid is het woord waarmee we
deze houding beschrijving. Jezus Christus is het kanaal waardoor Zijn
genadigheid zich beweegt. De Bijbel zegt: "Want is de wet gegeven door
Mozes, de genade en de waarheid zijn gebracht door Jezus Christus."
Alomtegenwoordig: Deze theologische term betekent: "altijd aanwezig".
Omdat God oneindig is kent Zijn wezen geen grenzen. Het is dus duidelijk dat
Hij overal aanwezig is. Deze waarheid wordt ons door de Bijbel met de woorden
"Ik ben met jullie" onderwezen, die in zowel het Oude als het Nieuwe
Testament 22 keer worden herhaald. Dit waren zelfs Jezus' geruststellende
woorden juist nadat Hij Zijn discipelen de opdracht had gegeven om Zijn
boodschap over de hele wereld te verspreiden. Dit is ongetwijfeld een
geruststellende waarheid voor alle mensen die Jezus volgen.
Eigenschappen van God - De conclusie
Dit is de beschrijving van de God van de Bijbel. Alle andere ideeën over God
zijn, volgens de Bijbel, afgoden. Zij komen voort uit het voorstellingsvermogen
van de mens. Door over de eigenschappen van God te leren, kun je God prijzen
voor wie Hij werkelijk is en voor de manier waarop al Zijn eigenschappen jouw
leven op een positieve manier beïnvloeden.
Heiligheid van plaats, tijd en voorwerp
Uit de heiligheid van God wordt afgeleid dat ceremoniële
heiligheid van voorwerpen een karakteristiek is van het Oude Testament. Wat
verbonden is met de aanbidding van de heilige Yahweh is heilig. Niets is heilig
op zichzelf, maar wordt heilig omdat het toegewijd is aan Hem. Een plaats waar
Hij zich manifesteert door Zijn aanwezigheid is heilige grond (Exodus 3:5). Het
tabernakel of tempel waar Zijn glorie wordt geopenbaard is een heilig gebouw (Exodus
28:29; 2 Kronieken 35:5); en al zijn offers (Exodus 29:33), ceremoniële
voorwerpen (1 Koningen 8:4) zijn ook heilige. De Sabbat is heilig omdat het de
Sabbat is van de Heer (Exodus 20:8-11).
Heiligheid van mensen
Men heeft in het Oude Testament twee soorten:
·Ceremoniële
Priesters en Levieten zijn heilig omdat ze geheiligd zijn
door de handelingen van consacratie (Exodus 29:1; Leviticus 8:12,30). En Israel
is ondanks zijn zonden en tekortkomingen heilig, als een natie die afgescheiden
is van andere naties voor Goddelijke doeleinden en gebruik (Exodus 19:6).
·Ethisch en spiritueel
Maar uit deze ceremoniële heiligheid volgt een hogere
heiligheid die spiritueel en ethisch is. Want de mens werd geschapen naar het
beeld van God en is in staat om de Goddelijke gelijkenis te weerspiegelen. En
God openbaart Zich als heilig, en Hij roept de mens op tot een heiligheid zoals
de Zijne (Leviticus 19:2). In de zogenaamde "Wet van Heiligheid is Gods
oproep voor morele heiligheid duidelijk; en toch is de morele inhoud van de Wet
nog verweven met ceremoniële elementen (Leviticus 17:10; 19:19; 21:1). In de
psalmen en de profetie is de menselijke heiligheid gebaseerd op
rechtvaardigheid en waarheid (Psalmen 15:1) en het bezit van een berouwvolle en
nederige geest (Jesaja 57:15).
In het
Nieuwe Testament
Het idee van heiligheid wordt hier uitgedrukt door het
woord hagios en zijn afgeleiden, en het leunt zeer dicht aan bij de woorden van
de Q-D-SH groep in het Hebreeuws, en worden in de Septuagint weergegeven. Het
uiterlijke aspect van heiligheid is bijna volledig verdwenen en de ethische
betekenis staat voorop. Het ceremoniële idee bestaat nog in het jodendom, en
wordt typisch vertegenwoordigd door de Farizeeën (Markus 7:1-13; Lukas 18:11). Maar
Jezus verkondigde een nieuwe standpunt van religie en moraliteit volgens
dewelke mensen zijn gereinigd of bezoedeld, niet door iets van buitenaf, maar
door de gedachten van hun hart (Mattheus 15:17-20), en God moet aanbeden worden
overal waar men Hem zoekt in geest en waarheid (Johannes 4:21-24).
1. Op God toegepast:
In het Nieuwe Testament wordt de term heilig zelden op
God toegepast, en enkel in vermeldingen uit het Oude Testament (Lukas 1:49; 1
Petrus 1:15), en in de geschriften van Johannes (Johannes 17:11; Openbaring
4:8; 6:10). Maar
het wordt voortdurend gebruikt voor de Geest van God (Mattheus 1:18;
Handelingen 1:2; Romeinen 5:5 enz.) die nu in tegenstelling tot het Oude
Testament specifiek voor de Heilige Geest wordt gebruikt.
2. Op Christus
toegepast:
In verschillende teksten wordt de term toegepast op
Christus (Markus 1:24; Handelingen 3:14; 4:30 enz.), als het type van ethische
perfectie.
3. Op zaken toegepast:
Zaken zijn heilig door hun relatie tot God, het woord wordt
gebruikt voor Jeruzalem (Mattheus 4:5), het Oude Verbond (Lukas 1:72), de
Schriften (Romeinen 1:2), de Wet (Romeinen 7:12), de Berg van de gedaanteverandering
(2 Petrus 1:18), enz.
4. Op Christenen toegepast:
Christus volk wordt gewoonlijk heilig genoemd, of
heilige personen, en heiligheid in ethische en spirituele betekenis van het
woord wordt gebruikt om hun houding en hun levenswijze te omschrijven.
(1) als afgescheiden/onthecht van de wereld
Als de term wordt gebruikt voor gelovigen, is heilig in
de eerste plaats de onthechting van de wereld en een toewijding aan God. Net
als Israël onder het oude verbond een uitverkoren ras was, zo is de
Christelijke Kerk in opvolging van Israëls privileges een heilig volk geworden
(1 Petrus 2:9), en de individuele Christen, als één van het uitverkoren volk,
wordt een heilige man of vrouw (Kolossenzen 3:12). In Paulus gebruik zijn alle
gedoopte personen heiligen, hoewel ze nog ver van een heilig karakter hebben.
(2) als gebonden aan het streven naar het ideaal van morele
goedheid
De Heilige Geest komt in het hart van elke herboren persoon
als die streeft naar het ideaal van morele goedheid. Hij doet er het heiligend werk. Er
bestaat in het Nieuwe Testament geen heiligheid dat gescheiden is van morele
kwaliteiten die de heilige God van ons verwacht.
"Leidt een leven dat in
alle opzichten heilig is, zoals hij die u geroepen heeft heilig is. Er staat immers geschreven: 'Wees heilig, want ik ben heilig." (1 Petrus 1:16; Leviticus
11:44)
"Laten wij onszelf reinigen
van alle besmetting van vlees en geest, en de heiliging volbrengen in het
vrezen van God." (2 Korintiërs 7:1)
"Doe de nieuwe mens aan die naar het
beeld van God geschapen is in ware gerechtigheid en heiligheid." (Efeziërs 4:24)
Kies nu om rein en zuiver te leven. Heilig jezelf van de onreinheid
van deze perverse wereld. Leef heilig zoals Ik heilig ben vraagt God!
God roept ons om ons te heiligen
zoals Hij heilig is. Hou grote schoonmaak in je hart en in je leven. Kies
radicaal voor heiligheid, want God is heilig!
God wil komen met zijn heerlijkheid
in je leven, maar dat kan niet als je leven vol rommel zit! Breek met het
verleden. Breek met de zonde. Breek met de dood. Stap in het leven! Kies
vandaag nog! Het is de enige weg naar echt geluk. De enige weg naar redding.
Waartoe de mens geschapen is
(Mechelse katechismus)
De mens is geschapen om God te kennen, te beminnen en te
dienen in dit leven, en Hem eeuwig te aanschouwen en te genieten in de hemel.
De eerste mens kreeg van God een heilige bovennatuurlijke gave, nl. de
heiligmakende genade, waardoor hij kind was van God, bestemd om Hem eeuwig te
aanschouwen en te genieten in de Hemel. Maar door de ongehoorzaamheid speelde
Adam deze gave kwijt. Maar door het offer van Jezus werden we weer met God
verzoend en schonk God ons de genade terug.
De
heiligmakende genade en de genade van bijstand (prentencatechismus.org)
De genade is een bovennatuurlijk geschenk van God. God
schenkt ons de genade niet omdat we die zelf hebben verdiend, maar door de
verdienste van Jezus Christus. We kunnen de genade gebruiken om tot
rechtvaardiging te komen.
De genade is een geschenk van God omdat Hij ze ons geeft
uit loutere goedheid en zonder dat Hij daartoe verplicht is. De genade is
bovennatuurlijk omdat ze de krachten van onze natuur overtreft en omdat we haar
op eigen kracht niet kunnen bekomen. Wij hebben de genade niet verdiend, maar
God schenkt ze ons door de verdienste van Jezus Christus, die voor ons op het
kruis is gestorven. God geeft ons de genade niet om ons geluk op aarde te
verzekeren, maar opdat we ze zouden gebruiken om het geluk in de hemel te
verdienen.
Naast het bovennatuurlijke geschenk van de genade schenkt
God ons ook natuurlijke gaven, zoals lichamelijke, geestelijke en emotionele
gezondheid of rijkdom.
Die natuurlijke gaven kunnen bijdragen tot onze
rechtvaardiging, maar zijn niet voldoende om ons naar de hemel te leiden.
Alleen door de genade worden we het eeuwig leven waardig.
De genade is het kostbaarste wat we kunnen krijgen, omdat
ze door het bloed van Christus is betaald en omdat ze voor ons de hemel
verdient.
De heiligmakende genade
De heiligmakende genade maakt ons van zondaars
rechtvaardigen, kinderen van God, erfgenamen van de hemel.
De heiligmakende genade zuivert
ons van de zonde, geeft aan de ziel het bovennatuurlijk leven en doet de H.
Drieëeenheid in ons wonen.
Wij ontvangen
de heiligmakende genade voor het eerst door het H. Doopsel. Maar wij verliezen
de heiligmakende genade door de doodzonde. Door het H. Sacrament van de Biecht
en door een volmaakt berouw als wij onze zonden belijden kunnen wij de
heiligmakende genade terugkrijgen.
De heiligmakende genade wordt
vermeerderd, als wij in staat van genade het H. Misoffer bijwonen, de
Sacramenten ontvangen, of een goed werk ter ere Gods doen.
Wij zijn in staat van genade,
als wij zuiver zijn van doodzonde. Het is het minste dat we doen om
God te behagen en het is verdienstelijk voor de hemel.
We kunnen de heiligmakende genade laten groeien door de
sacramenten, maar we verminderen haar door onze lauwheid en door dagelijkse
zonden. We verliezen de heiligmakende genade door de doodzonde.
De genade van bijstand
Met de genade van bijstand helpt God ons het goede te doen
en het kwade te vermijden.
God helpt ons door ons verstand te verlichten en door onze
wil tot het goede aan te sporen.
God helpt ons ook met zichtbare middelen, zoals preken,
goede voorbeelden, mirakels, enz.
We hebben de hulp van de genade echt nodig, want zonder die
hulp kunnen we de rechtvaardiging niet bereiken. Christus gaf immers te kennen
dat we los van Hem niets kunnen.
God wil dat iedereen de rechtvaardiging bereikt en schenkt
dus aan iedereen, zelfs aan zondaars en ongelovigen, genoeg genade om
gerechtvaardigd te worden en dat ze in de hemel kunnen komen.
God schenkt ons minstens de genade van het gebed en daarmee
kunnen alle andere genaden verkregen worden.
Als God ons de genade van bijstand schenkt, mogen we er
niet tegen ingaan, maar moeten we er trouw aan meewerken.
De mens is geschapen om God te aanbidden
(www.maria-domina-animarum.net)
1.het spontaan en diep geloof in het feit dat God de Bron en Heer van de
hele Schepping is, en dat slechts Hij de ware macht in de Schepping heeft
2.het onwankelbaar geloof dat het Heil voor de Schepping en voor de eigen
ziel slechts ligt in volkomen en onvoorwaardelijke overgave aan Gods Wil
3.vurige Liefde tot God en diens Werken, Plannen en verlangens
4.het vurig verlangen om steeds méér op God te lijken
5.de spontane neiging om zich totaal, onvoorwaardelijk en zonder enige
beperking aan God te onderwerpen en zich voor Hem te vernederen, in het besef
dat men jegens Hem klein en nietig is, en dat men een welbepaalde plaats
inneemt binnen Zijn Plan omdat men precies op die plaats de grootste bijdrage
kan leveren tot de voltooiing van Zijn Heilsplan op Zijn Tijd, voor het welzijn
van de hele Schepping, en dat men slechts op die door Hem voorziene plaats de
hoogst mogelijke graad van Eeuwig Heil voor de eigen ziel kan bereiken
6.de spontane neiging om God te verheerlijken in alle doen en laten, alle
gedachten, gevoelens, verlangens en bestrevingen, d.w.z. Zijn grootheid en
verhevenheid te belijden, ernaar te handelen, en zich er van harte over te
verheugen
7. het spontaan en vurig verlangen naar Gods nabijheid, naar Diens
Tegenwoordigheid in het eigen leven en in het eigen hart, ja het intens
verlangen naar overvloeiing van het eigen wezen in God
Twee vormen van aanbidding
Van elke ziel wordt verwacht dat zij God (en alleen de ene ware God)
aanbidt. Aanbidding is in wezen:
het op liefdevolle wijze contact zoeken met het Goddelijk Licht, met het diepe
Wezen van God Zelf.
1 Aanbidding als levenshouding
2 Aanbidding door het bijwonen van de
aanbidding van het Allerheiligste Sacrament
Waarom moet de ziel God aanbidden?
1.Omdat aanbidding, het
zoeken naar diep contact met God, een levensnoodzakelijke behoefte is voor de
ziel. God heeft deze behoefte in elke ziel gelegd met de bedoeling dat
de ziel zelf het verlangen zou ervaren om de levensstroom tussen God en
haarzelf in stand te houden. Een ziel die dit verlangen negeert, takelt
geleidelijk af en verliest het Ware Leven doordat zij in staat van ongenade
vervalt: Zij krijgt niet meer het voedsel dat haar sterkt tegen alle kwaad,
bekoring en zonde. God eerbiedigt Uw vrije wil, en indien U geen contact met
Hem zoekt om Hem Uw Liefde te betuigen, gaat Hij ervan uit dat U op Uw beurt
door Hem 'met rust gelaten' wil worden. Het is dan Uw vrije keuze om Uw leven
op eigen kracht te leiden, zonder de leiding en hulp van Zijn volmaakte Liefde
en oneindige Wijsheid.
2.Omdat aanbidding
eerbetoon geeft aan God als Schepper, Verlosser en Heiligmaker. Elke ziel is
dit aan God verschuldigd, want zonder de Schepping zou zij niet eens bestaan,
zonder de Verlossing zou zij geen uitzicht hebben op Eeuwig Leven na de aardse
dood, en zonder heiliging zou de eeuwige verheerlijking onbereikbaar blijven en
zou zelfs de ware zin van haar bestaan nooit verwezenlijkt worden: De ziel is
immers louter en alleen in de wereld gestuurd om Gods Rijk op aarde te helpen
vestigen. De bijdrage daartoe is des te groter en krachtiger naarmate de ziel
heiliger wordt.
3.Omdat aanbidding
Licht over de zielen afroept, en aldus bijdraagt tot:
de
ontwikkeling van de ziel naar de heiligheid.
de
verlamming van alle duisternis in en tussen de zielen.
de
voorbereiding van Gods Rijk op aarde
4.Omdat aanbidding één van de meest rechtstreekse
wegen vormt om Gods Tegenwoordigheid te leren ervaren.
Welke zijn de
voornaamste en meest werkzame wegen naar deze ervaring van Gods
Tegenwoordigheid?
de Heilige
Sacramenten: In alle Sacramenten komt God naar de ziel toe. Het
zijn 'raakpunten tussen Hemel en aarde'. De enige voorwaarde om deze
aanraking daadwerkelijk in Uw hart te voelen en er in Uw ziel waarlijk
vrucht uit te halen, is een ingesteldheid van Liefde, zuiverheid en
verlangen naar God.
het diep
gebed: Wanneer U bidt vanuit Uw hart (dus met veel gevoel), kunt
U in Uw hart voelen dat dit geen eenrichtingsverkeer is van U naar God, maar
dat Hij als het ware de plaats van waaruit deze woorden van Liefde
vertrekken, zalft. Een kenmerk van diep gebed met het hart is het feit
dat dit gevoelens van Liefde in het hart wekt. De Bron van deze gevoelens
is God Zelf.
de mystieke
eenwording. De ware en authentieke mystieke aanraking kunt U
niet opwekken: Op deze weg is het louter God Zelf die het initiatief
neemt door de mystieke ziel te roepen, haar speciale genaden te verlenen
om haar toe te rusten voor haar speciale opdracht, en een kanaal te
scheppen voor bovennatuurlijk contact tussen Hemzelf en de betreffende
ziel. Aan deze ziel worden bepaalde eisen gesteld om dit contact in stand
te kunnen houden en het 'kanaal' zuiver te houden. In de mystieke
eenwording wordt de ziel uit de wereldse beleving weggerukt en als het
ware in een min of meer aanhoudende toestand van aanbidding gehouden,
doordat zij brandt in een Liefdesvuur dat nooit meer volledig dooft
(zolang zij de genade waardig blijft).
de aanbidding.
Deze vier wegen zijn wegen naar eenwording. De eenwording met God (en
via Hem met de medezielen) is het uiteindelijk doel van elke ziel.
Maria is geheel en al zuiverheid enheiligheid: uit Haar moest Jezus Christus, Gods Zoon geboren
worden om de mensheid door Zijn lijden en kruisdood te verlossen van de eeuwige verdoemenis als gevolg van de
erfzonde. Om het Verlossingswerk van Jezus voor jezelf tot nut te maken is
het noodzakelijk dat je Jezus in
je levenvolgt: je
moet in Zijn woord geloven
als de enige Waarheid van God en
Zijn aardse leven zoveel mogelijk navolgen, door de 10 geboden te beoefenen, te
streven naar vervolmaking van alle christelijke deugden en door de liefdevolle
aanvaarding van Uw dagelijkse kruisen.
De H.
Maagd Maria heeft de macht gekregen om het Verlossingswerk van Christus in de
wereld te voltooien en
de satan definitief uit de wereld te verbannen. Wij kunnen aan dit grote verlossingswerkmeewerken door ons dagelijks toe te wijden aan MARIA.
Waarom u aan Maria toewijden ?
Omdat
Maria over de macht van God zelf beschikt, en Zij door Haar uitverkiezing en
Haar volmaakte overwinning over de zonde en de bekoring de duivel onder Haar
voeten zal vernederen, want God heeft Haar voorbestemd als de Vrouw die de kop
van de slang zal verpletteren. Het zijn de zielen die zich totaal aan Maria
geven, niet in woorden maar in daden,
in het bijzonder door het offer van hun lasten, die als Haar dienaren de satan
onder Haar voeten moeten leggen. Maria is de draagster van de macht van God, en
de Brug tussen Hemel en aarde. Dit betekent dat Zij door God aan de mensheid
wordt voorgehouden als spiegelbeeld van Zijn macht en Liefde, dat Zij alle Genaden uit Gods bron van
Leven over de mensenzielen uitstrooit, dat de zielen via Haar naar God moeten gaan (Maria is de veiligste, de kortste ende zekerste weg om tot Christus te gaan-
H. Grignion de Montfort) en dat
de zielen Haar de diepste verering
en alle vertrouwen verschuldigd zijn. Wie zich met heel zijn wezen en heel
zijn leven aan Maria weggeeft stelt zich daardoor onder de bescherming
van hetmachtigste schild tegen het kwaad. De
totale toewijding aan Maria is de enige poort naar het ontdekken en vervullen
van Uw ware levensdoel, namelijk uzelf ter beschikking stellen voor de verwezenlijking van GodsHeilsplan! Toewijding aan Maria is in
deze laatste tijden de enige WEG die
uw leven werkelijk zin kan geven.
Gebed van de toewijding tot Maria
Hemelse Moeder Maria,
Ik wil U helemaal toebehoren, in al mijn daden, woorden, gedachten, gevoelens,
verlangens en bestrevingen.
Help mij, U elk ogenblik van mijn leven te dienen in Liefde, zuiverheid,
aanvaarding, overgave en blijmoedigheid.
Moge deze offerande van mijzelf aan U mijn ziel heiligen en de wereld bevrijden
uit de greep van het kwaad, opdat Gods Rijk op aarde kome.
Opgeroepen worden op heilig te zijn
Heiligheid is dus eenvoudigweg
dit: een perfecte gelijkvormigheid aan de wil van God in alle dingen, ten allen
tijde, en op alle plaatsen. Het is willen wat God wil. Het is handelen zoals God
het wil. Het is de perfecte overeenkomst
tussen wie en wat je bent, en wie en wat God wil dat je bent.
Jezus Christus maakt je heilig en
Hij zegt:
Lukas 9:23 Wie mijn volgeling wil
zijn, moet Mij volgen door zichzelf te verloochenen en elke dag opnieuw zijn
kruis op te nemen.
Mattheus 5:48 Weest dus volmaakt,
zoals uw Vader in de hemel volmaakt is.
Heiligheid is een intieme zaak tussen God en jij. Hij
vraagt je jezelf te veranderen, om je Kruis op te nemen en Hem te volgen, niet
de wereld. Hij is ons voorbeeld van Heiligheid, net zoals Zijn Heilige Moeder
Maria die zei: 'Zie de dienstmaagd des Heren; mij geschiede naar uw woord.' (Lukas 1:38). Volg hen na, niet de wereld,
net zoals de H. Paulus: Volg me na,
zoals ik ook Christus navolg. Alstublieft God, laat ons samen met de H. Paulus
zeggen: Ik leef niet meer, maar Christus leeft in mij. (Galaten 2:20)
De H. Johannes zegt : Verliest uw hart niet aan de wereld of aan de dingen in
de wereld! Als iemand de wereld liefheeft, is de liefde van de Vader niet in
hem. Want al wat in de wereld is het begeren van de lust en het begeren
der ogen en de hovaardij van het geld het komt niet van de Vader maar van de
wereld. En die wereld gaat voorbij met heel haar begeerlijkheid, maar wie
de wil doet van God blijft in eeuwigheid. (1 Johannes 2:15-17)
Wie ga je zoeken als je heilig wilt worden? Christus of de
wereld? Het is duidelijk dat je niet de wereld en Christus kunt volgen. Elk pad
loopt volledig uiteen, en hoe langer je op het ene pad blijft, hoe verder je
van het andere verwijderd raakt.
Oproep om heilig te
worden: Kardinaal Dolans 10 stappen naar heiligheid10/29/2013 Kardinaal Dolan is
de aartsbisschop van New York.
Hier is de sleutel tot geestelijke groei: een gelovige,
persoonlijke, liefdevolle relatie met Jezus. Het doel is Jezus te leren kennen,
Jezus te horen, Jezus lief te hebben, Jezus te vertrouwen, Jezus te gehoorzamen
en zijn leven in elke vezel van ons wezen te delen met Hem en Hem te dienen.
Hoe groeien we in heiligheid? Ik bied u een geestelijk regime aan die niet van
mij komt, maar van eeuwenlang leren en praktiseren.
1. Dagelijks gebed
Elke dag geduldig en standvastig gebed is nummer 1. Hier
spreek in niet over de Mis maar van een stil en persoonlijk gebed, een
dagelijkse stille vereniging met de Heer, bewust van zijn aanwezigheid, het
aanvaarden van zijn liefde, en het teruggeven met lofprijzing, smeekbede en
dankzegging.
2. Dagelijkse Mis
Van deze dagelijkse Eucharistische maaltijd, als essentieel
moment van de dag, komt een ontzag voor de Waarlijke Aanwezigheid van Christus
in het Heilig Sacrament, en een verlangen om tijd door te brengen in aanbidding
voor Hem in gebed.
3. Dagelijkse trouw aan het
getijdengebed
Dit oud gebed van de kerk wordt geassocieerd met deze van
de geestelijken. Het is ook bedoeld om het gebed van de leken te zijn, die
worden aangemoedigd om het getijdengebed te bidden, samen met priesters, of
individueel.
4. Dagelijkse geestelijke lezing
Lectio divina, is een dagelijkse overweging van de Heilige Schrift,
en is het belangrijkste. Daarnaast wordt ook het lezen van boeken uit onze
Katholieke Traditie aangeraden, en over het innerlijk leven. We
mogen ook de documenten van het magisterium niet vergeten, de woorden van onze
Heilige Vader, de documenten van de Heilige Stoel, de boodschappen van onze
bisschoppen en priesters, en alle instrumenten van de Heilige Geest die onze
groei in heiligheid bewerkstellingen.
5. Geestelijke leiding
Een oprechte, vertrouwelijke, vruchtbare en constante
relatie met een geestelijke leidsman is de spil voor al de rest, want dit is
waar integratie en verinnerlijking beginnen plaatsvinden. Het gevaar waarmee we
allen geconfronteerd worden is een leven van formalisme, waar we passief dingen
doen, en niet toelaten dat de waarden om ons te vormen binnendringen en een
deel van ons worden. Geestelijke leiding kan de verinnerlijking steunen.
6. Het Sacrament van de Biecht
Een regelmatig vertrouwen op de barmhartigheid van God die
overvloedig aanwezig is in het Sacrament van de Biecht zou een prioriteit in
ons leven moeten zijn. Hoe dikwijls je dit sacrament moet bijwonen is een goed
onderwerp om te bespreken met je geestelijke leidsman, tenminste één keer per maand
lijkt een traditie te zijn in de Kerk. Het regelmatig bijwonen van de Biecht is een gezonde
instelling van je geloof. Een praktische hulp om regelmatige biecht
vruchtbaar te maken is een dagelijks onderzoek van het geweten, het prijzen van
God voor je groei en het vragen om genezing voor de fouten die we plegen.
Gebed tot de Eeuwige Vader om vergeving van mijn zonden
Beminde Eeuwige Vader, God van het Licht, Begin en Einde van
de Reis der zielen,
Spreid over Uw arm kind de warmte van Uw vergevend Hart.
Omwille van Jezus' Geboorte in de grootste armoede, vergeef mij om de keren dat
ik materiële welstand of aardse genoegens heb begeerd.
Omwille van Jezus' verkondiging van het Woord, vergeef mij om de keren dat ik
de Waarheid niet heb gediend of mijn mond gesloten bleef voor dank en prijzing
aan de Allerheiligste Drie-Eenheid.
Omwille van het Laatste Avondmaal, vergeef mij om de keren dat ik de Heilige
Sacramenten niet op hun waarde heb geschat of een gebrek aan eerbied heb
betoond tegenover de Hemelse Geschenken die mijn ziel heeft ontvangen.
Omwille van Jezus' morele Doodsstrijd in de Hof van Gethsemane, vergeef mij om
de keren dat ik onverschillig was tegenover mijn eigen zonden.
Omwille van de geseling van Jezus, vergeef mij om de keren dat ik meer oog had
voor de honger van mijn lichaam dan voor de honger van mijn ziel.
Omwille van de doornenkroning van Jezus, vergeef mij om de keren dat ik mijn
kleinheid ben vergeten of mijn verstand niet heb aangewend ten dienste van mijn
medemens.
Omwille van de beroving van Jezus' kleren op Calvarie, vergeef mij
om de keren dat ik niet oprecht was tegenover mijn medemens, of mijn ware
armoede heb verborgen achter een uiterlijke schijn.
Omwille van de vergevingsgezindheid van de gekruisigde Jezus, vergeef mij om de
keren dat ik wrok heb gekoesterd jegens hen die mij hadden misdaan.
Omwille van Jezus' dorst aan het Kruis, vergeef mij om de keren dat de gifbeker
van de eigenliefde mij aantrekkelijker toescheen dan de dorst naar bekering van
een medemens.
Omwille van het Heilig Bloed dat Jezus voor mij heeft uitgestort, vergeef mij
om de keren dat ik niet het beste van mijzelf heb gegeven in de dienst aan U in
mijn medeschepselen.
Omwille van Jezus' Dood aan het Kruis, vergeef mij om alle zonden die ik heb
bedreven naar lichaam, geest en hart, en die het Eeuwig Leven verder van mij
hebben verwijderd.
Omwille van de uitstorting van de Heilige Geest op de Eerste Pinksterdag,
vergeef mij om de keren dat ik het Vuur van de Liefde voor God en medemens liet
doven, de vreugde van de Hemel niet meer voelde, of onwijsheid en geestelijke
verblinding mij hebben verleid tot beslissingen die nadelig waren voor het
Zielenheil van mijzelf of anderen.
Omwille van de Onbevlekte Ontvangenis van Maria, vergeef mij om de
keren dat duisternis in hart of geest mij de zuiverheid heeft ontstolen.
Omwille van Maria's Voorspraak te Kana, vergeef mij om de keren dat ik zozeer
in mijzelf opgesloten was dat ik geen oog had voor de armoede of de behoeften
van mijn medemens.
Omwille van Maria's ontmoeting met Jezus op de Kruisweg, vergeef mij om de
keren dat ik niet klaar stond om mijn naaste tegemoet te komen in de nood.
Omwille van Maria's Tranen onder het Kruis, vergeef mij om de keren dat ik
onverschillig was tegenover het leed of de eenzaamheid van mijn medemens.
Eeuwige Vader, door de gezegende handen van Maria, de volmaakte Moeder die U
mij hebt gegeven, laat ik mijn rouwmoedig hart voor U neerleggen opdat mijn
ziel bij U genezing moge vinden voor de wonden die zij op haar dwaalwegen heeft
opgelopen. Amen.
Akte van eerherstel voor nooit gebiechte zonden
Lieve Moeder Maria, Brug tussen de zielen en God, in antwoord op de
grenzeloze Liefde van de Allerheiligste Drievuldigheid geef ik U mijn
rouwmoedigheid over alle zonden en tekortkomingen, dwalingen en misleidingen
van mijn hele leven.
Wil mijn berouw en alle Liefde van mijn hart samen met Uw oneindige verdiensten
en met de oneindige verdiensten van de lijdende Jezus aanbieden aan de
Goddelijke Gerechtigheid, tot vergoeding voor de zielen die dagelijks voor
eeuwig verloren gaan.
Voor de onmetelijke zondeschuld waardoor talloze zielen zichzelf voor eeuwig
verdoemen, o God, vergeef ons.
Voor de zware last van alle nooit gebiechte zonden van de hele mensheid van
alle tijden, o God, vergeef ons.
Voor de steeds groeiende berg van zonden die de hele Schepping ontwrichten en
Gods Werken en Plannen ondermijnen, o God, vergeef ons.
O eeuwige Moeder van Smarten, mogen Uw Tranen en het Bloed van Christus de
wereld reinigen van het slijk van de zonden van alle eeuwen, en de hele
Schepping bevrijden van de vacht der duisternis die haar verstikt, opdat het
Licht van Gods Liefde alle harten moge ontvlammen.
Wil mij voortaan vrijwaren van alle zonde, opdat Gods Barmhartigheid gewekt
moge worden, en de zware verwonding van Zijn Gerechtigheid moge genezen tot
Heil en bekering van velen, en de poorten der hel gesloten mogen worden tot
verheerlijking van het Goddelijk Licht. Amen.
7. Groeien in deugd
Een onvermoeibare inspanning om te groeien in deugd en het
zich afkeren van zonde zou een dagelijks patroon moeten zijn in ons leven. Gehoorzaamheid
aan het Evangelie en de 10 geboden zorgen ervoor dat we altijd ons aan het
bekeren zijn, berouw tonen, sterven aan zonde en onszelf, ons afkeren van Satan
en rijzen tot nieuw leven in Christus. Dit is het paasmysterie. In praktijk
betekent dit groeien in deugd en strijden tegen de zonde. De ontwikkeling in
deze deugden is aangewezen: geloof, hoop, naastenliefde, eenvoud van leven,
kuisheid, gehoorzaamheid en integriteit.
8. Toewijding aan de H. Maagd Maria
en de Heiligen
Onze devotie aan hen is een aangemoedigde afhankelijkheid
op de Gemeenschap van Heiligen, een bewustzijn dat we leden zijn van een
bovennatuurlijke familie die niet begrensd is tot het hier en nu, dat we de
heiligen hebben als voorbeelden en helpers, vooral dan onze H. Maagd Maria. Een
toewijding aan haar is dus een essentieel deel van onze geestelijk plan.
Akte van totale toewijding aan Maria
Lieve Moeder Maria,
In de beschouwing van Uw volmaaktheid kniel ik voor U neer om mij totaal,
onvoorwaardelijk en voor eeuwig aan U te geven met alles wat ik ben en heb.
Ik wijd mij toe aan Uw handen, die zo vaak Jezus hebben aangeraakt en die mij
voeden uit de Graanschuur van Gods Genaden. Mogen mijn handen de Uwe zijn, en
slechts naar God uitgestrekt worden in verlangen, en naar mijn broeders en
zusters tot zegening.
Ik wijd mij toe aan Uw voeten, die op Jezus zijn toegesneld op de Weg van het
Kruis, en voorbestemd zijn om het kwaad te vertrappen. Mogen mijn voeten de Uwe
zijn, en mij steeds naar Jezus en mijn medemens voeren tot hulp en troost, en
tot beschaming van alles wat ondeugd is.
Ik wijd mij toe aan Uw ogen, die Gods volle Heerlijkheid op aarde hebben
aanschouwd, en zoveel gezegende Tranen hebben gestort voor mijn Zielenheil.
Mogen mijn ogen de Uwe zijn, slechts het goede om mij heen zien, en vanuit Uw
Hart liefdestranen over de wereld laten vloeien.
Ik wijd mij toe aan Uw oren, die Jezus' woorden hebben gehoord, maar ook de
spot, de beledigingen en de slagen van de onwetenden. Mogen mijn oren de Uwe
zijn, en slechts geopend blijven voor Gods stem en de nood van mijn medemens.
Ik wijd mij toe aan Uw armen, die het Goddelijk Kind hebben
gedragen. Mogen mijn armen de Uwe zijn, en steeds klaar zijn om God aan mijn
hart te drukken.
Ik wijd mij toe aan Uw Schoot, die Jezus heeft gevormd voor deze wereld. Moge
mijn schoot de Uwe zijn, opdat hij klaar zou zijn om onophoudelijk te voeden en
te baren wat goed is voor deze wereld.
Ik wijd mij toe aan Uw mond, die 'ja' heeft gezegd aan Gods Heilsplan. Moge
mijn mond de Uwe zijn, en zonder aarzeling 'ja' zeggen wanneer God en mijn
naasten mij nodig willen hebben.
Ik wijd mij toe aan Uw geest, die zo vervuld was van godsbeschouwing en
zegenende gedachten. Moge mijn geest de Uwe zijn, slechts verwijlen bij God, en
gedreven worden door de behoefte om te dienen.
Ik wijd mij toe aan Uw Hart, kolkende Bron van Liefdesvuur dat Hemel en aarde
verbindt. Moge mijn hart het Uwe zijn, opdat het zou branden voor alles wat
leeft, en als een oven alle kwaad zou omsmelten tot een liefdegave.
Ik wijd mij toe aan Uw ziel, draagster van het allerzuiverste
Licht, diamant van onbevlekte heiligheid. Moge mijn ziel de Uwe zijn, opdat zij
gevrijwaard moge blijven voor de zonde en God moge verheerlijken.
O volmaakte Liefdekoningin, Kroon van Gods Schepping, ik wil van U zijn in al
mijn nietigheid, opdat U in alles over mij zou heersen, opdat U in en door mij
zou leven, en mijn omgeving in mijn nabijheid niet langer mij doch U moge
aanschouwen.
Wil mij maken tot een spiegel van Uzelf, opdat mijn zelfgave aan het eind van
de weg God moge behagen en U moge eren. Amen.
Toewijding aan de H.
Familie
O Jezus, ons liefdevolle Verlosser, die kwam om de wereld te
verlichten met Uw leer en voorbeeld, wilde een groot deel van Uw in nederigheid
en onderwerping doorbrengen aan Maria en Jozef in het arme huisje te Nazareth. Op
die manier heiligde U de H. Familie dat een voorbeeld is voor alle Christelijke
gezinnen. Ontvang ons gezin genadevol als wij ons toewijden aan U op deze dag. Bescherm
en bewaar ons en stort in ons de Vreze Gods, Uw ware vrede en Christelijke
liefde opdat we door te leven volgens het voorbeeld van Uw familie we allen,
zonder uitzondering, het eeuwig geluk bereiken.
O H. Maagd Maria, lieve Moeder van Jezus en Moeder van ons allemaal, zorg dat door
Uw voorspraak ons nederige offer acceptabel is in het zicht van Jezus, en
verkrijg voor ons Zijn genade en zegeningen.
O H. Jozef, heilige Bewaarder van Jezus en Maria, help ons door Uw gebeden in
al onze geestelijke en tijdelijke noden, zodat we onze goddelijke Redder Jezus,
tezamen met Maria en U kunnen prijzen in alle eeuwigheid. Amen.
3 Onze Vaders, 3 Weesgegroeten en 3 Glorie zij
(Aflaat van 500 dagen. Een gedeeltelijke aflaat op de gewone
voorwaarden als dit gebed vurig gebeden wordt elke dag voor een maand.)
9. Een geestelijke vorming die ons toelaat dat
de spiritualiteit ons leven doordringt
Paus Johannes Paulus II zei dat Geestelijke vorming de
kern is die ons hele wezen verenigd en leven geeft. Elk element in ons leven
maakt dus deel uit van de geestelijke arena, en groei in heiligheid zal een
complete onderdompeling in het geestelijk plan vergen.
10. De laatste
component: de oproep tot heiligheid voor ogen houden
Ons doel is niets minder dan ons leven reorganiseren door
de sacramenten, die ons vormen op een onomkeerbare, radicale manier tot
Christus. Dat we goed, heilig, gelukkig, gezond, vol kennis, onbaatzuchtig en
ijverig in geloof mogen zijn. Dat is het doel van onze geestelijke groei.
Ik wil echter twee bemerkingen hieraan toevoegen. De eerste bemerking is dat de
groei in heiligheid niet onze prestatie is, maar een pure gave van God. De Heer
verwezenlijkt de groei in heiligheid. Het zijn eenvoudigweg manieren om in
nederigheid de Heer toe te laten om zijn werk in ons te voltooien.
Ten
tweede, om de woorden van Zuster Bridge McKenna te gebruiken: "De weg naar
binnen voor geestelijke groei wordt altijd gevolgd door een weg naar buiten in
liefde voor de anderen. De H. Geest is altijd een inspiratie om de mensheid
meer lief te hebben. De Jezus die ons oproept tot geestelijke extase op de berg
Tabor nodigt ons tegelijk uit voor een uitstorting van zichzelf op de berg
Calvarie.
LUMEN
GENTIUM over de Kerk Tweede Vaticaans Concilie 21 november 1964
Hoofdstuk 5 : De algemene roeping tot heiligheid in de Kerk
1 - De heiligheid in
de Kerk en de verschillende uitingen ervan
De Kerk bezit, naar wij vast geloven, een onvergankelijke
heiligheid. Want Christus, de Zoon van God de Vader en de Heilige Geest, die
als "de alleen Heilige" wordt geprezen, heeft de Kerk liefgehad
als zijn bruid en zich voor haar overgeleverd om haar heiligen: Hij heeft haar
als zijn Lichaam met zich verenigd en haar overvloedig verrijkt met de gaven
van de Heilige Geest, tot verheerlijking van God. Daarom zijn allen in de Kerk,
zowel de hiërarchie als zij, die door haar worden geleid, tot heiligheid
geroepen, volgens het woord van de apostel: "Dit is de wil van God uw
heiliging" (1 Tess. 4, 3). Deze heiligheid van de Kerk
manifesteert zich voortdurend in de vruchten van genade, die de Geest in de
gelovigen voortbrengt. Ze toont zich onder velerlei vormen in de individuele
Personen, die in hun levensstaat streven naar de volmaaktheid van de liefde en
daarbij een stichtend voorbeeld zijn voor de anderen. Op een heel eigen wijze
treedt ze aan het licht in de beleving van de zogenaamde evangelische raden. Degene
die deze beleving van stuwing van de Heilige Geest op zich hebben genomen,
hetzij privé, hetzij in een door de Kerk goedgekeurde instelling of staat, geven
in de wereld een schitterend getuigenis en voorbeeld van de heiligheid, en moeten
dit ook geven.
2 - De heiligheid,
door alle gelovigen te beleven
De Heer Jezus, die goddelijke Leraar en het Toonbeeld van
alle volmaaktheid is, heeft al zijn leerlingen zonder uitzondering, van iedere
staat of stand, die heiligheid van leven voorgehouden. Waarvan Hijzelf de
grondslag en de voleinding is: " Weest dus volmaakt, zoals uw
Vader in de hemel volmaakt is" (Mt. 5, 48). Want over allen heeft
Hij de Heilige Geest gezonden, die hen innerlijk moet aanzetten om God lief te
hebben met geheel hun hart, geheel hun ziel, geheel hun verstand en geheel hun
kracht, en om elkaar lief te hebben, zoals Christus hun heeft liefgehad.
Christus volgelingen, door God geroepen en in de Heer Jezus gerechtvaardigd
niet op grond van werken maar volgens Gods raadsbesluit en genade, zijn door
het doopsel van het geloof waarlijk kinderen Gods geworden en deelachtig aan de
goddelijke natuur, en daarom werkelijk heilig. Daarom moeten zij de ontvangen
heiligheid met Gods hulp in de praktijk van hun leven bewaren en vervolmaken.
De apostel vermaant hen te leven "zoals heiligen betaamt" (Ef.
5, 13), en zich te bekleden "als Gods heilige en geliefde
uitverkorenen, met tedere ontferming, goedheid, deemoed, zachtheid en geduld"
(Kol. 3, 12), en de vruchten van de Geest voort te brengen tot heiliging.
De vruchten van de
Heilige Geest worden genoemd in Galaten 5:22-23. Het zijn liefde,
vreugde, vrede, geduld, vriendelijkheid, goedheid, geloof en vertrouwen, zachtmoedigheid
en zelfbeheersing (matigheid).
Omdat wij allen echter op vele punten misdoen, hebben wij
opnieuw behoefte aan Gods barmhartigheid en moeten wij dagelijks bidden: "En
vergeef ons onze schuld" (Mt. 6, 12). Het is dus voor iedereen
duidelijk, dat alle gelovigen van iedere staat of stand geroepen zijn tot de
volheid van het christelijk leven en tot de volmaaktheid van de liefde en
door deze heiligheid wordt ook de burgerlijke maatschappij meer menselijk in
haar manier van leven. De gelovigen moeten deze volmaaktheid trachten te
verwezenlijken met behulp van de krachten, die zij naar de maat van Christus'
gave hebben ontvangen, om zo zijn voorbeeld te volgen, gelijkvormig te worden
aan zijn beeld, de wil van de Vader in alles te volbrengen en zich met heel hun
hart in te zetten voor de eer van God en de dienst van de naaste.
Hierdoor zal de heiligheid van het volk Gods rijke vruchten
opleveren, zoals in de geschiedenis van de Kerk duidelijk blijkt uit het leven
van zoveel heiligen.
3 - De beoefening van
de heiligheid in alle rangen van de Kerk
Allen beoefenen in de verscheidenheid van levensvormen en
levenstaken een en dezelfde heiligheid, allen die zich laten leiden door de
Geest van God, gehoorzamen aan de stem van de Vader, God de Vader in geest en
waarheid aanbidden en Christus volgen in zijn armoede, nederigheid en kruis, om
deelachtig te mogen worden aan zijn heerlijkheid, Iedereen moet volgens zijn
eigen gaven en plichten zonder aarzelen voortaan op de weg van het levend
geloof, dat de hoop ontsteekt en werkzaam is door de liefde.
A. De bisschoppen
Op de eerste plaats moeten de herders van Christus' kudde
naar het voorbeeld van de eeuwige Hogepriester, de Herder en Behoeder van onze
zielen, hun ministerie uitoefenen met heiligheid en geestdrift, met nederigheid
en sterkte. Doen zij dit, dan zal hun ministerie ook voor hen een machtig
middel zijn tot heiliging. Door hun uitverkiezing tot de volheid van het
priesterschap is hun de sacramentele genade geschonken om door gebed, het
opdragen van het offer en door de prediking hun ambt van herderlijke liefde
volmaakt te kunnen uitoefenen in alle vormen van hun bisschoppelijke zorg en
dienstbetoon!
Deze genade schenkt hun de bereidheid, hun leven te geven
voor de schapen, en helpt hen om, als een model voor de kudde, de Kerk ook door
hun voorbeeld tot een steeds grotere heiligheid te brengen.
B. De priesters
De priesters moeten evenals de bisschoppen, wier
geestelijke kroon zij vormen, delend in de genade van hun ambt door Christus,
de eeuwige en enige Middelaar, door de dagelijkse uitoefening van hun bediening
groeien in de liefde tot God en de naaste; zij moeten de onderlinge
verbondenheid als priesters bewaren, uitmunten door een rijk geestelijk leven
en voor allen een levend getuigenis zijn van God, in navolging van al de
priesters, die in de loop van de eeuwen een schitterend model van heiligheid
waren door hun vaak nederig en verbogen dienstbetoon. Hun roem leeft voort in
de Kerk van waar zij hun eigen gelovigen en voor heel het volk Gods krachtens
hun ambt bidden en het offer opdragen, beseffend wat zij doen en navolgend wat
zij voltrekken.
Bij het ceremonieel van de priesterwijding, bij de
begin-aansporing, daar mogen de zorgen, de gevaren en de mogelijkheden van het
apostolaat voor hun geen beletsel vormen, maar moeten veeleer de weg zijn naar
hogere heiligheid, waarbij hun activiteit voedsel en steun moet vinden in een
rijkdom van innerlijk leven. Zo zullen ze een vreugde zijn voor heel de Kerk
van God. Alle Priesters en vooral zij die krachtens de bijzondere titel van hun
wijding diocesane Priester worden genoemd, moeten goed voor ogen houden,
hoezeer een trouwe verbondenheid en een edelmoedig samenwerken met hun bisschop
bijdraagt tot hun heiliging.
C. De lagere geestelijken en de lekenapostelen
In de zending en de genade van het bisschopsambt delen ook
op bijzondere wijze de bedienaars van lagere rang, vooral de diakens. Zij
wijden hun dienst aan de mysteries van Christus en de Kerk, en moeten zich
daarom rein houden van al wat slecht is, God behagen, en zich beijveren al het
goede te doen ten overstaan van de mensen. De clerici die door God zijn
geroepen en voor Hem zijn afgezonderd, en zich onder de waakzame zorg van de
bisschoppen voorbereiden op het heilige dienstwerk, hebben de plicht hun geest
en hart af te stemmen op hun verheven uitverkiezing door volhoudend te zijn in
het gebed, vurig in de liefde en bedacht op al wat waar, wat rechtvaardig is en
lof verdient, heel hun handelen richtend op glorie en de eer van God. Dan zijn
er nog de door God uitverkoren leden, die door de bisschoppen worden geroepen
om zich geheel te wijden aan het apostolaat en met veel vruchten arbeiden op de
akker van de Heer.
D. De gehuwden, ongehuwden, de arbeiders
De Christelijke echtgenoten en ouders moeten volgens hun
eigen staat met trouwe liefde gedurende heel hun aardse bestaan elkaar steunen
in het genadeleven: zij moeten de kinderen, die God hun schenkt, met liefde
aanvaarden en hun de christelijke leer en de evangelische deugden bijbrengen.
Hierdoor vestigen zij een boodschap van liefde en zijn zij de getuigen van de
vruchtbaarheid van onze Moeder de Kerk, en werken zij mee aan deze
vruchtbaarheid. Dit alles als een manifestatie van en deel hebben aan die
liefde waarmee Christus zijn Bruid heeft liefgehad en zich voor haar heeft
overgeleverd.
Ditzelfde voorbeeld wordt op een andere manier gegeven door
de weduwen en de ongehuwden: Ook zij kunnen zeer veel bijdragen tot de
heiligheid en activiteit in de Kerk. De arbeiders, die vaak zulk een zware
arbeid hebben, moeten door hun menselijk werken zichzelf vervolmaken, hun
medeburgers behulpzaam zijn en heel de samenleving en de schepping veredelen.
Ook moeten zij Christus, die handenarbeid heeft willen verrichten en steeds met
de Vader werkzaam is aan het heil van alle mensen, navolgen in daadwerkelijke
liefde, met blijde hoop en elkaars lasten dragend. Zo moeten zij juist door hun
dagelijkse arbeid groeien in heiligheid en apostolische geest
E. De lijdenden en vervolgden
Degenen, die gebukt gaan onder armoede, zwakte, ziekte en
allerlei moeilijkheden, moeten zich bewust zijn van hun bijzondere
verbondenheid met Christus, die geleden heeft voor het heil van de wereld. Dit
geldt ook voor hen, die vervolgd worden om de gerechtigheid en die door de Heer
in het Evangelie zalig zijn geprezen. Hen zal "de God van alle genade, die
ons in Christus tot zijn eeuwige heerlijkheid heeft geroepen, na een
kortstondig lijden herstellen en bevestigen, sterken en grondvesten" (1
Pt. 5, 10).
Alle gelovigen zullen dus steeds meer worden geheiligd in
en door hun levensstaat, hun werkzaamheden en levensomstandigheden, indien zij
alle met geloof aanvaarden uit de hand van de hemelse Vader en meewerken met
Gods wil, doordat zij de liefde, waarmee God de wereld heeft liefgehad, aan
allen manifesteren in hun aardse dienstbetoon.
4 - De wegen en de
middelen tot heiligheid
"God is liefde; wie in de liefde blijft, blijft in
God en God blijft in hem" (1 Joh. 4, 16). God nu heeft zijn liefde in
ons hart uitgestort door de Heilige Geest, die ons werd geschonken. Daarom is
de eerste en allernoodzakelijkste gave de liefde, waarmee wij God liefhebben
boven alles en onze naaste omwille van God. Wil echter liefde als een goed zaad
in de ziel ontkiemen en vrucht dragen, dan moet iedere gelovige graag het woord
Gods aanhoren en met behulp van Gods genade zijn wil volbrengen, dikwijls de
Sacramenten ontvangen, vooral de Eucharistie, en de heilige handelingen meevieren,
zich met volharding toeleggen op het gebed, de zelfverloochening, op actief
hulpbetoon aan zijn broeders en op de beoefening van alle deugden. De liefde
immers, die de band der volmaaktheid en de vervulling van de wet is, geeft aan
alle middelen tot heiliging de juiste richting, de juiste vorm en de voltooiing. Derhalve
is de liefde tot God en tot de naaste het kenmerk van de ware leerling van
Christus.
Gelijk Jezus, de Zoon van God, zijn liefde getoond heeft
door zijn leven voor ons te geven, zo heeft niemand grotere liefde dan hij, die
zijn leven geeft voor Hem en zijn broeders. Reeds vanaf de oudste tijden werden
meerdere christenen geroepen tot dit hoogste liefdesgetuigenis tegenover alle
mensen, vooral tegenover de vervolgers, en altijd zullen Christenen daartoe
geroepen worden. Daarom wordt het martelaarschap, waardoor de leerling
gelijkenis krijgt met de Meester, die vrijwillig de dood aanvaardde voor het
heil van de wereld, en aan Hem gelijkvormig wordt door het vergieten van zijn
bloed, door de Kerk beschouwd als een sublieme gave en als het grootste bewijs
van liefde. Al valt dit maar aan enkelen te beurt, toch moeten allen bereid
zijn, Christus voor de mensen te belijden en Hem bij de vervolgingen, die aan
de Kerk nooit zullen ontbreken, te volgen op de weg van het kruis.
De heiligheid van de Kerk wordt ook op bijzondere wijze
gevoed door de verschillende evangelische raden, die de Heer aan zijn
leerlingen ter beoefening voorhoudt. Onder deze neemt een speciale plaats
in de kostbare genadegave, die de Vader aan sommigen schenkt, de genade nl.
waardoor zij zich in de maagdelijkheid of in het celibaat gemakkelijker met een
onverdeeld hart aan God alleen wegschenken. Deze volmaakte onthouding omwille
van het Koninkrijk der hemelen heeft in de Kerk altijd hoog in ere gestaan als
een teken van liefde en een stimulans tot liefde en als een bijzondere bron van
geestelijke vruchtbaarheid in de wereld.
De Kerk houdt ook de vermaning voor ogen van de apostel,
die bij zijn aansporing tot liefde de gevolgen opwekt om onder elkaar de
gezondheid te hebben van Christus Jezus die "zichzelf heeft ontledigd door
het bestaan van een dienstknecht op zich te nemen en gehoorzaam geworden tot de
dood" (Fil. 2, 7-8), en die om onzentwil "Arm is geworden,
terwijl Hij rijk was" (2 Kor. 8, 9). Dat de leerlingen van Christus
altijd zijn liefde en nederigheid moeten navolgen en daarvan getuigen, is het
toch voor onze Moeder de Kerk een vreugde, dat zij onder haar leden vele mannen
en vrouwen telt, die de Verlosser in zijn zelfontlediging meer van nabij volgen
en hiervan een sprekend bewijs geven door met de vrijheid van de kinderen Gods
de armoede op zich te nemen en aan hun eigen wil verzaken: zij stellen zich nl.
inzake de volmaaktheid omwille van God, onder de wil van een mens meer dan
strikt is voorgeschreven om zo vollediger gelijkvormig te worden aan Christus
in al zijn gehoorzaamheid.
Alle gelovigen dus zijn geroepen en gehouden tot het
nastreven van de heiligheid en van de volmaaktheid in hun eigen levensstaat.
Alle moeten daarom hun verlangens op de juiste wijze regelen om niet door het
omgaan met dingen van deze wereld en door gehechtheid aan de rijkdom, tegen de
geest van de evangelische armoede in, belemmerd te worden in hun opgang naar
volmaakte liefde, overeenkomstig het woord van de apostel: Zij die met aardse
omgaan, moeten zich er niet aan hechten; want de wereld, die wij zien gaat
voorbij.
De heiligen herinneren ons eraan
dat elke maaltijd een kans biedt voor versterving, ongeacht of men aan het
vasten is of niet. Eenvoudige dingen zoals het vermijden van desserts, geen
kruiden toevoegen, geen zout toevoegen, niet eten tot men vol zit, en zo kunnen
verstervingen van grote verdienste zijn. Zoals de H. Alfonsus zei: In
religieuze gemeenschappen zijn er over het algemeen verschillende maaltijden op
een dag: vandaar degenen die de versterving van de eetlust verwaarloosd zal
dagelijks duizenden fouten maken. Soberheid aan tafel is dikwijls de eerste
defensie in een gemeenschap tegen de geest van de wereld. Als een gemeenschap
geen soberheid praktiseert zal het naar beneden gehaald worden door het gewicht
van het vlees, en de steeds vermeerderende vraag van het lichaam. Zon leven is
spijtig, zeg de H. Teresa van Avila, want ze zullen overblijven met niets dan
dorheid en lethargie, ervan overtuigd dat het een beproeving is van bovenaf,
terwijl het enkel door gebrek is van zelfbeheersing. Tegenwoordig gebeurt dit
meer dan men zou denken.
H. Augustinus: Het is niet de
onreinheid van vlees dat ik vrees, maar de onreinheid van een mateloze eetlust.
Ik weet dat Noah de toelating kreeg om elk soort vlees te eten dat goed was
voor voedsel; dat Elia vlees kreeg; dat Johannes, die gezegend was met een
wonderlijke onthouding, niet aangetast was door het eten van insecten zoals sprinkhanen.
Maar ik weet ook dat Esau bedrogen was door zijn honger naar linzen en dat
David zich schuldig voelde om water te verlangen, en dat Jezus werd verleid
door brood. De Israëlieten in de woestijn verdienden hun berisping, niet omdat
ze verlangden naar vlees, maar omdat in hun verlangen naar voedsel ze zich
tegen God keerden. Temidden van deze verleidingen, worstel ik dagelijks tegen
mijn goesting naar voedsel en drank. Maar je kunt het niet voor eens en voor
altijd stoppen. En wie is hij, O Heer, die niet in enige mate meegesleept wordt
buiten de grenzen van noodzaak?"
Het vasten zou verborgen moeten zijn
De heiligen zorgden ervoor dat
anderen niet wisten dat ze aan het vasten waren, zodat hun offer grotere
verdienste had. Ze herinneren ons eraan dat offers die verborgen zijn voor de
ogen van anderen Gods tevredenheid wegdragen. Daarom is het goed dat een
religieuze aan zijn overste toelating vraagt om een taak te krijgen gedurende
etenstijd, zodat hij in het verborgene kan vasten, zonder dat mijn metgezellen
het weten. Omwille van die reden kreeg de H. Faustina tijdens etenstijd de taak
van portierster.
Vasten zonder Liefde is ellendig
Zoals de heiligen ons zeggen, is
het gemakkelijk voor beginnelingen om te beginnen met lichamelijke boetedoening
zoals vasten, maar men moet een echte geest van versterving kweken voor de
onthechting van eigenliefde.
H. Alfonsus: "Uiterlijke
werken zijn van geen waarde voor God, tenzij ze komen uit het hart." Het
vasten kan inderdaad een kostbare gave zijn aan God, maar het moet uit een
nederig hart komen. Net zoals de profeten uit het Oude Testament zich
vernederden voor God wanneer ze vastten, en genade afsmeekten voor Israël. Zo
moeten we ook als we vasten onthouden hoe we hebben gefaald voor God en Zijn
genade afsmeken voor de mensheid. Door dit te doen, zetten we in zekere zin het
werk van de oude profeten verder. Om een heilige te zijn, vraagt dit een diep
verlangen voor de redding van de mens, wat een leven van deugdzaamheid
verlangt. Zoals Paus Benedictus zegt, ligt het ware vasten niet alleen in het
uiterlijke, maar is het ook een innerlijk vasten van het hart. Dat wil zeggen: het ware sterven van het zelf; van
hoogmoed en alle vormen van eigenwil, om de ziel te bevrijden zodat de ziel
vreugdevol kan zoeken om God te behagen en Zijn wil uit te voeren met liefde. Voor zon mensen is vasten
een vrijheid van geest, vreugde, vrede en troost. Voor beginnelingen zal het eerder een last zijn.
Paus Benedictus XVI: Het ware
vasten, zoals Jezus zegt, is eerder de wil van de Hemelse Vader doen, die in
het verborgene ziet, en je zal belonen (Mt 6,18). Hij geeft het voorbeeld, en antwoordt aan Satan op
het einde van de 40 dagen in de woestijn dat de mens niet leeft van brood
alleen, maar door elk woord dat uit de mond van God komt (Mt 4,4). Het ware
vasten ligt dus in het eten van het ware voedsel, wat het doen is van de
Vaders wil (cf. Jn 4,34).
Voedselverslaving en religieus leven
Als een beschaving afdwaalt in
deugd, doet het di took in zijn begrip van de wetenschap. We zeggen dit met
zekerheid, omdat zoals de H. Thomas van Aquino zegt, het gevolg van zonde een
sterven is van het intellect. Met andere woorden, zonde verwijdert de mens van
de realiteit. Het keert de waarheid om: wat eens goed was wordt slecht, en wat
eens slecht was, wordt goed.
Hetzelfde kan gezegd worden van
ons begip van voedsel. Amerika was gebouwd op een stevig dieet van verzadigde
vetten. Nu zijn verzadigde vetten de boosdoener. Amerika groeide op landbouw
waar vlees, eieren en zuivel de standaard kost waren. Nu zijn vlees, eieren en
zuivel onder verdenking. Zout was overvloedig gebruik om voedsel te bewaren. Nu
is zout slecht voor je. Suiker was zeldzaam en enkel gebruikt in kleine
hoeveelheden. Nu zit suiker in alles. Zijn deze verandering een noodzakelijk
goed?
Voor deze veranderingen bleven we
relatief gezond, geen kanker, geen hartziekten, geen diabetes, geen allergieën,
geen hoge bloeddruk, geen obesitas, geen hypertensie. Deze kwalen bestonden
eenvoudigweg niet. Maar nu zijn ze de voornaamste doders. Ook waren de meeste
psychologische aandoeningen die we nu hebben ongekend, zoals bipolaire
stoornissen, ADHD, depressie, autisme enz. Nu geeft onze medische industrie ons
medicatie zoals snoep. Het is de oplossing voor alles tegenwoordig. Maar het
behandelt de problemen niet aan de wortel.
Het voedsel van vandaag is niet
wat het 70 jaar geleden was. Het wordt verwerkt, gesteriliseerd, en bevat drie
keer zoveel suiker dan in de 40iger jaren. Deze combinatie heeft geleid tot
catastrofale gevolgen die we reeds vermeldden. Waarom? Omdat wat we in onze
mond duwen onze gezondheid meer bepaalt dan al het andere op aarde, met
inbegrip van onze omgeving.
Voor de tweede wereldoorlog was
het meeste voedsel gebaseerd op landbouw; zuivel, groenten, granen en vlees. Deze
waren de hoofdbestanddelen op het Amerikaanse menu. In feite waren ze de
hoofdbestanddelen van de meeste culturen in de geschiedenis. De bewaring van
voedsel gebeurde door zout en fermentatie (wijn, kaas bv.) in plaats van
invriezing. En deze fermentatie bracht gunstige bacteriën voort, waar onze
lichamen van afhangen voor de gezondheid.
Vers eten, dat is natuurlijk het
lekkerst. Maar wie denkt dat alles wat we eten vers is houdt zichzelf voor de
gek. Sterker nog, veel van onze favorieten, zoals bier, kaas en wijn zijn
voorgekauwd door bacteriën, gisten of andere kleine wezens, en balanceren
eerder op het randje van rotting dan dat ze vers zijn. Sommige gerechten, zoals
de Chinese duizendjarige eieren en het Zweedse Surströmming, zijn die grens
zelfs ruimschoots gepasseerd. Waarom doen we dat, en waar ligt de grens tussen
vers en bedorven?
Mensen eten met liefde voedsel
waaraan bacteriën vrolijk hebben zitten knabbelen. Neem bijvoorbeeld
melk; wie de witte vloeistof een tijdje in een papje met bacteriën legt, ziet
de substantie veranderen in een plakkerige gel. Laat deze gel op een iets te
warme plek liggen en hij bederft nog verder.
Het resultaat: een klont oude melk, met
daarbovenop zelfs schimmels. Wie niet beter weet, zou zeggen dat de melk
is verrot. Maar we weten wel beter: de harde schimmelklont is een heerlijk stuk
kaas.
Rijp of rot?
Als kaas verrotte melk is, hoe kan dan
zoiets als verse kaas bestaan? Een beetje culinair liefhebber noemt kaas dan
ook niet bedorven, maar gerijpt. Dat impliceert dat rijpen wat anders is dan
rotten. Microbiologen onderzoekers die bacteriën, schimmels en gistcellen
bestuderen zien echter tussen rijping en bederf van voedsel technisch geen
onderscheid, zo blijkt uit het standaardwerk Microbiology van Brock. Voor
microbiologen ziet rotten of rijpen onder de microscoop er gewoon hetzelfde
uit: in beide gevallen slaan micro-organismen aan het werk om zojuist
gestorven planten of dieren in kleinere stukjes af te breken.
Bedorven fraude of eerlijk over eten?
In Italië kreeg een maffiabende het voor
elkaar om oude verrotte kaas, volledig beschimmeld en bezaaid met muizenpoep en
maden, opnieuw te verwerken en verkopen tot vers uitziende gorgonzola.
Deze gorgonzola is in Duitsland en Italië verkocht, maar voor zover we weten
werd niemand er ziek van. Het is natuurlijk crimineel om klanten de volle mep
te laten betalen voor deze gerecyclede gorgonzola, maar het feit dat
consumenten waarschijnlijk niets door hebben gehad bewijst wel dat verse en
gerecyclede gorgonzola qua rotting niet eens zo heel veel van elkaar hoeven te
verschillen. Als de goede smaakvolle schimmels er maar op zitten, en de vieze
niet, is alles wel.
Dat we het ene afgebroken stukje voedsel
verrot noemen en het ander gerijpt, heeft daarom vooral te maken met onze
afspraak over wat eetbaar is voor mensen en wat niet. Of, zoals in de
woorden van Amerikaanse voedselveiligheidsbioloog Edward Richter: Wat
bedorven is voor de één, is gerijpt voor de ander.
Door de bedorven smaak prikken
Het grote mysterie is dus niet de
vraag of we bedorven voedsel eten dat doen we namelijk wel
zeker maar waarom. Het gekke is namelijk dat hoe eetbaar we
onze gerijpte schimmelkazen en yoghurts ook mogen vinden, de smaak ervan druist
regelrecht in tegen onze aangeboren voorkeuren. Kleine kinderen houden meestal
niet van bier (te bitter) of ongesuikerde yoghurt (te zuur). Om deze dingen
lekker te vinden, moeten we ze leren eten.
Betekent dit dat de kinderlijke smaak- en
reukzin vals alarm slaan wanneer ze zuur of bitter eten voorgeschoteld krijgen?
Of zouden we er goed aan doen om schimmelkaas, yoghurt en bier te laten voor
wat het is: verrot voedsel?
Biologen buigen zich al jaren over deze
ogenschijnlijke tegenstrijdigheid. Omdat de meeste gerijpte voeding geen
ongezonde effecten vertoont niemand wordt zomaar ziek van yoghurt, kaas of
een glaasje bier is de kans groot dat onze kinderlijke smaak- en reukzin
inderdaad gewoon vals alarm slaat. Onderzoek naar de evolutie van onze smaakjes
bevestigt dat. Uit het werk van smaakexpert Adam Drewnowski blijkt dat onze
tong veel beter is in het herkennen van giftige dan gezonde stoffen, aldus de
bioloog in het blad Nutrition Reviews.
Sterker nog: meer dan vijftig
verschillende stoffen die chemisch weinig met elkaar te maken hebben, herkent
de tong als bitter en dus vies. Het lijstje van stoffen die op de
smaakpapillen de meer positieve smaken als zoet- en hartigheid losmaken,
is daarentegen veel korter. Kortom: onze tong is vooral een grote encyclopedie
van het níet wil eten.
Dat idee is evolutionair gezien eigenlijk
vrij logisch. Denk maar even aan een holbewoner in de steentijd. Wie van hen
het risico nam om zurig, enigszins bedorven voedsel uit te proberen, had soms
misschien geluk, maar werd vaak ook wel gestraft met een flinke
voedselvergiftiging. En een voedselvergiftiging maakt het moeilijk om kinderen
te krijgen. Dus zullen de meeste mensen die vandaag leven, afstammen van
voorouders die geen risicos namen en daarom liever zure en bittere smaken
volledig uit de weg gingen. Beter te hard geblazen dan je mond gebrand.
Het goede bederf
Een streng afgesteld smaak helpt je dus
te overleven, maar in ruil daarvoor hebben onze voorouders yoghurt, bier, wijn
en kaas moeten missen. Steeds meer onderzoek wijst erop dat wanneer je eten
gecontroleerd laat bederven ook wel fermenteren het meestal
langer houdbaar is en soms zelfs meer voedingsstoffen bevat dan toen het vers
was.
De uitvinding van lekkere rot
Archeologen denken dat de meeste soorten
gefermenteerde voeding tussen de 10.000 en 5000 jaar geleden zijn uitgevonden,
toen de mensheid in het Midden Oosten en omstreken ineens massaal aan landbouw
begon. Boeren die een overvloed aan vlees, granen, druivensap en dierlijke melk
produceerden, moesten het ergens opslaan. Rotting is dan niet te vermijden, en
experimenten van boeren om daar iets aan te doen waarschijnlijk ook niet. Het
kan niet anders, of in deze tijd werden kaas, wijn, bier en yoghurt
uitgevonden.
Kaas lijkt een apart verhaal te zijn. Het
ontstaat alleen als je melk mengt met de enzymen uit een dierenmaag. Aangezien
magen van geslachte beesten toentertijd werden beschouwd als waterdichte
rugzakken, is het niet onwaarschijnlijk dat iemand ooit melk in een slecht
schoongemaakte maagzak heeft bewaard, die daarna warm is geworden. De eerste
hap is vast gedaan naar aanleiding van een weddenschap. Of ontzettende honger.
Zo schrijft Geoffrey Campbell-Platt in
1994 in het blad Food Research International dat yoghurt en
kaas voor veel mensen een unieke manier oplevert om aan energierijke suikers
uit melk te kunnen komen. Koemelk zit namelijk vol lactose, een stof die
bijvoorbeeld veel Aziatische mensen niet kunnen verteren. Maar laat melk onder
de juiste omstandigheden fermenteren tot yoghurt of kaas met behulp van de
bacteriesoort Lactococcus dan wordt de lactose omgezet in
het altijd verteerbare melkzuur.
Lactobacillus helveticus is één van de soorten die melkzuurbacteriën die gebruikt worden bij
het fermenteren van melk tot kaas.
Nog handiger is dat gefermenteerde
voeding vaak langer houdbaar is. Exact het soort uitvinding dat je nodig hebt
in een wereld waar niet iedereen zijn eigen voedsel regelt, maar waarin het
wordt verhandeld. De aanwezigheid van melkzuurbacteriën maakt het
voor andere, meer giftige bacteriën moeilijk om in de gefermenteerde melk te
overleven, aldus Campbell-Platt.
Zo ontdekte Griekse microbioloog
Panagiotis Chanos dat de goede bacteriën in zijn geliefde fetakaas natuurlijke antibiotica produceren
om giftige bacteriën te weren. Dat maakt de kruimelige maar natte kaas heel
geschikt om lang te bewaren. Die strategie van gecontroleerde verzuring om écht
vieze rot te voorkomen, zie je overal ter wereld en niet alleen bij melk.
Zo worden in Azië ook groenten met veel
liefde gefermenteerd. De Amerikaanse oud-hoogleraar Keith Steinkraus maakte er
zijn levenswerk van om al deze verschillende fermentatiepraktijken in voor hem
onbekende culturen in kaart te brengen.
Kimchi, een vrij populair Koreaans gerecht
van gefermenteerde sojabonen, kolen en pepers.
Steinkraus heeft bijvoorbeeld uitgezocht
welke bacteriesoorten meeëten bij kimchi. Dat is een Koreaanse mix
aan sojabonen, kolen en pepers die in een luchtdicht vat fermenteren tot
langer houdbare en smaakvolle prutjes. Doordat de celwanden van de
planten tijdens dit proces scheuren en de bacterie suikers vrijmaakt, heeft
kimchi meer voedingswaarde dan de gemiddelde rauwe sojaboon.
De fermentatie voorbij
Hoewel fermentatie allerlei voordelen
biedt, worden mensen soms nog op lelijke manieren geconfronteerd met het feit
dat fermentatie in principe niets anders is dan voedselbederf, en waaraan soms
gevaarlijke microben deelnemen.
Wanneer je bijvoorbeeld kool laat
fermenteren tot zuurkool, is het belangrijk om voldoende zout toe te
voegen, schrijft Joseph Hotchkiss in het studieboek Food Science. Doe
je dat niet, dan geef je bepaalde bacteriën die giffen achterlaten een kans om
mee te snoepen. Zout maakt het verschil tussen gewenste fermentatie en totale
verrotting, aldus de auteur. De tip is belangrijk, want dat er schadelijke
bacteriën meesnoepen is soms niet te proeven.
Bedorven vis
Surströmming is een traditioneel Zweeds
gerecht dat uit gefermenteerde haring bestaat. De methode om haring door middel
van fermenteren te bewaren zou zijn ontstaan in de 16e eeuw,
toen Zweden door oorlogen had Zweden te kampen had met een zouttekort. Doordat
bij het pekelen minder zout kon worden toegevoegd, begon de vis zelfs na het
inmaken nog te gisten. Tegenwoordig wordt de vis aan de buitenlucht, in de
volle zon, gefermenteerd totdat deze begint te ruiken. Dan wordt de vis snel
ingeblikt, waar ze nagist. Wanneer het blik wordt geopend, komt daarbij een
geur vrij die nog het meeste lijkt op die van rotte eieren of van een stinkbom.
De haring is echter nog goed te eten; de smaak is sterk zoutig, maar moet
volgens kenners mild en aangenaam zijn. Voor veel mensen vormt de geur echter
een te grote barrière om de vis daadwerkelijk te kunnen of zelfs maar te willen
proeven.
Maar niet in alle gevallen is zout
afdoende om te verhinderen dat fermentatie tot bederf leidt. Noordpoolbewoners
die traditioneel zeehonden- en walvisvlees laten fermenteren, doen twee dingen:
ze maken het vlees in zekere zin voedzamer, maar balanceren daarmee vaak op de
rand van giftig bederf.
En soms gaan ze daar overheen: jaarlijks
loopt minstens één Inuit de dodelijke zenuwziekte botulisme op.
Die aandoening wordt veroorzaakt door giffen van de botulismebacterie, die
graag op het vlees leeft. Alleen al in Alaska liepen in totaal 317 Eskimos
botulisme op.
In Nederland komen zulke vergiftigingen
niet vaak meer voor bij populair verrot voedsel. Volgens het Nederlandse
Tijdschrift voor de Geneeskunde stamt de laatste grote vergiftiging door
bijvoorbeeld kaas uit 1939. In het plaatsje Sint Oedenrode werden 16 mensen
ziek van Nederlandse kaas.
Maar ja, dat is lang geleden. Wie nu nog
een spannend hapje kaas wil eten, moet vooral veel van die Franse zachte
kaasjes eten. Daar wil nog wel eens de beruchte Listeria-bacterie op
zitten.
De voordelen van voedsel laten rotten
zijn duidelijk: we kunnen gezonder voedsel krijgen en het langer bewaren. Maar
tegelijk moeten we voorzichtig blijven. Rotten balanceert altijd op de rand van
gevaar. Andere, vervelende bacteriën of schimmels kunnen mee gaan eten en
gifstoffen achterlaten. Dat gevaar kunnen we met onze neus maar slecht
herkennen, omdat we onszelf aanleren om nare smaakjes te eten.
Al deze verandering kwam met de
komst van verwerkt voedsel in de 40iger jaren. Maak een grafiek van deze
ziekten over een lange tijd, en je zult zien dat het bijna overeenkomt met
komst van dat verwerkt voedsel. Uiteindelijk werd het voedsel een product van
engineering in een laboratorium om te ruiken op een bepaalde manier, te smaken
op een bepaalde manier, om een bepaalde textuur te hebben. Het voedsel begon
steeds minder op de oorspronkelijke vorm te lijkenin de vorm waarop God het
gemaakt haden zorgde er dus voor dat het moeilijkheden gaf voor het lichaam om
het af te breken. Amerikanen leken ook banger te worden voor bacteriën (niet
beseffend dat 80% van ons immuunsysteem precies de bacteriën zijn in onze
ingewanden) en het voedsel werd steeds meer gesteriliseerd, verder bijdragend
tot ziekten en kwalen. (Had Hippocrates het dan toch juist wanneer hij zei dat alle
ziekten beginnen in het darmkanaal?).
Er is geen twijfel dat suiker
tegenwoordig dit probleem heeft vergroot. Volgens de WHO (Wereldgezondheidsorganisatie)
zou een mens niet meer dan 45 gr suiker per dag mogen eten (ong 10 theelepels),
wat het equivalent is van ongeveer een coca cola van 355ml. Maar Amerikanen
consumeren gemiddeld ong 175 gr suiker per dag (ong 40 theelepels), wat nooit
voorgekomen is in de geschiedenis. Amerikanen eten tegenwoordig ongeveer 600
calorieën meer per dag dan in 1970. Wat ertoe leidt dat we meer wegen dan
vroeger. Het is duidelijk dat we meer eten dan we nodig hebben (hoewel we zelfs
minder gevoed zijn), wat suggereert dat we een voedselverslaving hebben
ontwikkeld.
De reden waarom we dit vermelden
is omdat het noodzakelijk is te realiseren dat Amerikanen vandaag een strijd
voeren met hun vlees. Voedsel is meer verslavend dan ooit, met miljoenen
dollars die worden uitgegeven om het zo te maken. En als we meer gehecht zijn
aan voedsel, dan is onze maatschappij gevallen in een geestelijke verdoving. En
dat zet zich verder in het geestelijke leven. Voedsel is in feite het ene
element van de wereld dat vrijelijk de omheining binnendringt zonder dat er op
gelet wordt. Een klooster kan volledig afgesloten zijn van de wereld, behalve
wanneer het aankomt op voedsel. Als we denken met de geest van onze
tegenstander: wat is er een betere manier om te infiltreren dan door de
voedselvoorraad?
H. Teresa van Los Ades: Ik weet
niet wat te doen met betrekking tot verstervingen, sinds de priester vertelde
geen te doen, maar ik heb zon goesting om caramels te eten. Vandaag had ik zon
honger dat ik ze allemaal opat. Het doet me pijn te zien dat ik zo ben. Echt, ik weet niet wat te
doen. Ik zal Moeder Izquierdo vragen wat te doen. Mijn Jezus, mijn Moeder, heb
medelijden met mij. Bevrijd me van mijn lauwheid. Ik ben ziek in mijn ziel. Ik zal mijzelf meer verstervingen opleggen."
Gezondheidsvoordelen van het vasten
Medische rapporten zeggen dat
regelmatig vasten het verteringssysteem de kans geeft om te rusten en zo het
lichaam zijn energie teruggeeft. Zo kan het lichaam vechten tegen latent
aanwezige kwalen. Het vasten kan ook iemands energieniveau doen stijgen
(moeheid terwijl men vast is gewoonlijk een symptoom dat het suikergehalte niet
in evenwicht is, wegens afhankelijkheid van verwerkte suikers). Strikt vasten
stelt het lichaam ook in staat om te ontgiften van bepaalde toxines dat
aanwezig zijn in vetcellen, en het geeft het lichaam een kans om terug normaal
te functioneren. Het vasten helpt ook voor een stabiele gemoedstoestand.
SERIE:
OFFERZIELEN deel 12
Het vasten in het Nieuwe Testament
Het Nieuwe Testament staat ook
vol met vele verwijzingen naar het vasten, met inbegrip van degene de Onze Heer
gemaakt heeft, die de intentie had de traditie van de Oude Wet verder te zetten
in het Nieuwe Verbond. Dit is betekenisvol omdat onder de duizenden gewoonten
van het Oude Testament, het vasten door Christus zelf werd voorgeschreven. De
H. Leo bevestigt: De voorafbeeldingen van toekomstige zaken zijn weggevallen,
wat betekent dat ze voltooid waren. Maar het vasten is in het Nieuwe Testament
niet weggevallen; men heeft bemerkt dat het vasten altijd gunstig is voor zowel
het lichaam als de ziel.
Marcus 9:29 Hij antwoordde hun:
Dit soort (van demon) kan door niets anders uitgedreven worden dan door bidden
en vasten. Net als in het Oude Testament, moet gebed vergezeld zijn van vasten
om een grotere doeltreffendheid te hebben voor God.
Matth 6:16-18 Wanneer gij vast,
zet dan geen somber gezicht zoals de schijnheiligen; zij verstrakken hun
gezicht om de mensen te tonen dat zij aan het vasten zijn. Voorwaar, Ik zeg u:
Zij hebben hun loon al ontvangen. Maar als gij vast, zalft dan uw hoofd en wast
uw gezicht, om niet aan de mensen te laten zien dat gij vast, maar vast
voor uw Vader die in het verborgene is en uw Vader die in het verborgene ziet,
zal het u vergelden.
Matth 4:1,2 Daarna werd Jezus
door de Geest naar de woestijn gevoerd om door de duivel op de proef gesteld te
worden. Nadat Hij veertig dagen en veertig nachten had gevast, kreeg Hij
honger.
Paus Benedictus heeft het
volgende commentaar hierop: Zoals Mozes, die vastte vooraleer hij de tafels
van de Wet in ontvangst nam (cf. Ex 34:28) en het vasten van Elia voor hij de
Heer ontmoette op de Berg Horeb (cf. 1 Koningen 19:8) bereidde Jezus zich ook
voor, door gebed en vasten voor de missie die voor Hem lag, en die startte met
een serieuze strijd met de verleider."
Matth 9:14,15Op zekere dag kwamen de leerlingen van
Johannes tot Hem met de vraag: Waarom vasten wij en de Farizeeën wel, maar uw
leerlingen niet? Jezus sprak tot hen: De vrienden van de bruidegom
kunnen toch niet bedroefd zijn, zolang de bruidegom bij hen is? Er zullen dagen
komen, dat de bruidegom van hen is weggenomen; dan zullen zij vasten."
Hier beveelt Onze Heer ons te vasten tot de Bruidegom terugkomt.
Hoe moet ik vasten? Wat is de beste formule
voor te vasten?
In de geschiedenis van de Kerk,
kunnen we een gouden draad vinden van gewone vastenpraktijken, het meest
prominente is een brood en water vasten op woensdag en vrijdageen praktijk die
zelfs terugvoert naar de vroege Kerk en het vroege monnikenleven. Een dergelijk
vasten lijkt extreem voor ons, die gewoon zijn om een volle buik te hebben elke
dag. Maar vόόr de 20ste eeuw was deze vorm van vasten
niet ongewoon in de Kerkpraktijk. En in feite, hebben sommige oosterse kerken
het vasten op woensdag en vrijdag zelfs tot op vandaag verdergezet.
We moeten onszelf kennen, en enkel
uitvoeren wat ons in leven kan houden, dan worden we niet ontmoedigd en geven
we de weg van de ascese niet helemaal op. Omwille van die reden is het
gewoonlijk het beste om het vasten in fases te doen.
Didache (ca. 100 n. Chr.): "Maar
laat je vasten niet zijn zoals de hypocrieten; want ze vasten op de tweede en
de vijfde dag van de week; maar vast op de vierde dag (woensdag) en de
Voorbereiding (vrijdag)."
Apostolische Constituties: "Maar
Hij beval ons te vasten op de vierde en zesde dag van de week (woensdag en
vrijdag); de eerste omwille van Zijn verraad, en de laatste omwille van Zijn
lijden."
H. Petrus de Hieromartelaar: Laat
ons niet de fout maken dat we vasten op woensdag en vrijdag volgens een
gewoonte alleen door de traditie ingesteld: op woensdag omwille van de
beproeving van de Joden voor het verraad van de Heer; en op vrijdag voor al wat
Hij geleden heeft. Hieromartelaar : volgens de Oosters Orthodoxe Kerk een priester of
bisschop die een martelaar werd
H. Faustina: "Op drie dagen
in de week, woensdag, vrijdag en zaterdag, zal er een stricte vasten zijn (op
brood en water) Gedurende de twee grote vasten, quatertemperdagen en vigilies,
zal het voedsel bestaan uit een stuk brood en wat water, één keer op een dag. De
H. Faustina maakte een gedetailleerd voorschrift voor het vasten voor de nieuwe
gemeenschap dat ze oprichtte. De heilige vroeg dikwijls toelating aan haar
overste om te vasten op brood en water.
OLVrouw van Medjugorje: "Vast
strikt op woensdagen en vrijdagen." De beste vasten is op brood en water.
Door het vasten en gebed kan men oorlogen stoppen, kan men de wetten van de
natuur opheffen. Iedereen behalve de zieken, moeten vasten. Hoewel het nog
niet goedgekeurd is, sluiten we dit citaat in voor degenen die geϊnteresseerd zijn in verdere studie.
H. Alfonsus van Liguori: Religieuzen
mogen, zonder het gevaar van ijdele glorie, nu en dan zeer strenge
verstervingen uitvoeren. Bijvoorbeeld, door op water en brood te leven op dagen
van devotie, op vrijdagen en zaterdagen, op de vigilies van de H. Maagd, en op
gelijkaardige gelegenheden; een dergelijk vasten wordt gewoonlijk gepraktiseerd
door fervente religieuzen.
H. Teresa van Los Andes: Onze
Heer vraagt me om verstervingen te doen in alle dingen. Niet alleen door niet
toe te geven aan mijn smaak, maar zelfs in het eten; dat ik maar een beetje van
alles eet."
H. Franciscus van Sales: De
eerste Christenen hielden dagen van onthouding op woensdag, vrijdag en
zaterdag. De oude monniken, zoals de H. Jeroom zegt, dachten dat het een groot
tekort was om voedsel op te dienen dat bereid was op het vuur. Hun dagelijks
voedsel bestond uit een stuk brood. De H. Aloysius, die hoewel hij ziek was,
vastte drie keer in de week op brood en water.
Aloysius
Aloysius Gonzaga (wikipedia): (Castigilone delle Stiviere (bij Mantua), 9 maart 1568
Rome, 21 juni 1591) (eigenlijk Luigi Gonzaga) is een
jonggestorven katholieke heilige.
Luigi was de oudste zoon van Ferdinand
Gonzaga, markgraaf van Castiglione. Reeds als kind legde hij onder invloed van
zijn moeder een grote vroomheid aan de dag. Als tienjarige werd hij aan
het hof van de Medici te Brescia als page aangesteld.
Vervolgens verbleef hij aan het hof van Filips II van Spanje.
De heilige kardinaal Carolus Borromeus,
de aartsbisschop van Milaan, maakte op de jonge Luigi een grote indruk. In
het jaar 1585 deed hij ten gunste van zijn broer Rudolf afstand van
zijn rechten op het markgraafschap Castiglione. Tegen de wil van zijn familie
in trad hij toe tot de Sociëteit van Jezus. Daar studeerde hij filosofie
en theologie. Tevens had hij veel zorg voor de zieken en voor het
waardig begraven van de armen. Toen in Rome een pestepidemie woedde,
liet Aloysius niet na de zieken te helpen. Hij was 23 jaar oud toen hij zelf
ziek raakte en stierf.
Direct na zijn dood werd Aloysius al als
een heilige beschouwd. Spoedig werd hij in de San Ignazio te Rome
begraven. Zijn hoofd werd later naar de Aloysius-basiliek in Castiglione delle
Stiviere overgebracht. Reeds 14 jaar na zijn dood werd hij zalig verklaard.
In 1726 werd hij door paus Benedictus XIII heilig
verklaard. In 1729 werd hij door dezelfde paus tot patroon van jonge
studenten uitgeroepen. Als symbool van de kuisheid wordt hij ook in het
bijzonder tegen seksuele verzoekingen aangeroepen. Ten slotte is hij patroon
van de stad Mantua. Zijn feestdag is 21 juni.
De H. Franciscus Xaverius was
gedurende zijn missies tevreden elke dag met een paar granen van geroosterde
rijst.
Franciscus
Franciscus Xaverius (wikipedia) : (Javier, 7 april 1506 Shangchuan, 3 december 1552),
eigenlijk Francisco de Yasu de Azpilicueta y Xavier, was een Spaanse jezuϊeten-missionaris uit Navarra
die een belangrijke rol speelde in de opbouw van de missie in Zuid- en
Oost-Azië.
Xaverius werd geboren in het kasteel
van Javier. Hij verliet Navarra en studeerde in Parijs filosofie en
theologie aan het College van Navarra. In Parijs maakte hij kennis
met Ignatius van Loyola. Op 15 augustus 1534 was hij een van de
eerste zes die de gelofte deden waarop later de jezuïetenorde zou worden
gebaseerd. In 1539-1540 speelde Xaverius een belangrijke rol in de
bijeenkomsten die leidden tot de stichting van de Sociëteit van Jezus.
Xaverius kreeg de opdracht van Ignatius,
op verzoek van koning Johan III en paus Paulus III, om het geloof te
verspreiden in Indië. In 1540 vertrok hij daartoe naar Lissabon, en
in 1541 vertrok hij met Martin de Sousa naar Goa, waar hij
een jaar later aankwam. De volgende jaren deed hij kerk- en missiewerk in
diverse delen van India, en maakte naar verluidt meer dan 30.000 bekeerlingen.
In 1545 vertrok Xaverius verder
oostwaarts, naar Malakka, en in 1546 reisde hij rond door
de Molukken, waarbij hij de christelijke gemeenschappen bezocht en
trachtte meer mensen te bekeren.
Terug in Malakka hoorde Xaverius
over Japan, dat kort tevoren voor het eerst door Portugezen was bezocht.
Hij vergezelde Yajiro, een Japanner, naar Goa, en besloot dat Japan zijn
nieuwe werkterrein zou worden. In 1549 arriveerde hij met een aantal
metgezellen in Kagoshima op het eiland Kyushu. Dat werd de
aanvang van de missie van de jezuϊeten in Japan.
Terug in Goa in 1552, vertrok hij
meteen weer op zijn volgende reis: China was zijn nieuwe doel. Hij kwam tot
aan Shangchuan, een eiland nabij Kanton, waar hij drie maanden
wachtte op een mogelijkheid naar het vasteland over te steken. Xaverius werd
ziek, en overleed op 3 december van dat jaar. Zijn lichaam werd
overgebracht naar Goa, en aldaar in de kathedraal begraven.
De H. Johannes Franciscus Régis nam
in de grote missies geen ander voedsel dan een beetje meel in water gedoopt.
Johannes
Johannes Franciscus Régis (wikipedia): (31 januari 1597, Fontcouverte (Aude) 31 december 1640,
Lalouvesc) was een rooms-katholieke Franse volksprediker en jezuϊet uit
de tijd van de contrareformatie. Jean François Régis kwam uit een adellijk geslacht.
Hij trad toe tot de jezuϊetenorde en werkte vanaf 1632 als
volksmissionaris in Le-Puy-en-Velay. Voor gevallen meisjes en vrouwen liet
hij opvanghuizen bouwen. Men noemde hem de apostel van Velay en Viverais (de
omgeving van Le Puy).
De dagelijkse maaltijd van de H.
Petrus van Alcantara was maar een kleine hoeveelheid van bouillon. We lezen in
het leven van de Eerbiedwaardige Broeder Johannes Joseph van het Kruis, die in
onze dagen leefde, en met wie ik goed bevriend was, dat hij 24 jaar dikwijls
vastte op brood en water, en nooit iets ander at dan brood en wat kruiden en
fruit. Wanneer hij door zijn lichamelijke zwakheden gedwongen was om warm
voedsel te nuttigen, nam hij enkel brood dat gedoopt was in bouillon. Wanneer
de dokter hem beval om een beetje wijn te drinken, mengde hij het met zijn
bouillon om de smaakloosheid van zijn schaarse maaltijd te verhogen. Ik wil
niet zeggen, dat om heiligheid te bereiken het voor zusters noodzakelijk is
deze voorbeelden na te volgen; maar degene die gehecht is aan de pleziertjes
van de tafel, en niet let op de versterving van de eetlust, zal nooit een
aanzienlijke vooruitgang boeken in perfectie. In religieuze gemeenschappen zijn
er over het algemeen verschillende maaltijden overdag: vandaar wie de
versterving van de eetlust verwaarloost zal dagelijks duizend fouten plegen.
Hoe ken ik mijn grenzen?
De heiligen herinneren ons eraan
dat we nooit boetedoening zouden mogen praktiseren die onze mogelijkheid om
onze plichten in het leven te vervullen, aantast. Vele heiligen hadden zelfs
spijt dat ze hun lichamen in hun jeugd hadden bestraft met strenge vasten (H.
Johannes Maria Vianney, Ignatius van Loyola, enz) en hen achterlieten met
gezondheidsproblemen later in het leven. Toch herinneren ze ons er
tegelijkertijd ook aan dat hoe meer het lichaam wordt gegeven, hoe meer het
vraagt (vooral degenen die in westerse landen leven, omdat we de neiging hebben
onze lichamen in de watten te leggen).
H. Teresa van Avila: Onze
menselijke natuur vraagt dikwijls voor meer dan het nodig heeft, en soms helpt
de duivel om vrees te veroorzaken over de praktijk van boetedoening en vasten. Mijn
gezondheid is veel beter geworden sinds ik ben gestopt om te kijken naar mijn
gemak en comfort.
Als we de gewone kost van de
Apostelen bekijken, bestond die voornamelijk uit oudbakken brood, vis, geitenmelk,
groenten, olijven en kaas. We zouden beschaamd moeten zijn wat we tegenwoordig
als noodzakelijk zien. Het menselijk lichaam is veerkrachtiger dan de meesten
zich realiseren. Het is algemeen aanvaard da een persoon kan leven zonder
voedsel (enkel water) voor ongeveer 40 dagen. We weten ook dat vele
wereldlijken die vasten uit gezondheidsredenen alleen, gewoonlijk vloeistoffen-alleen
vasten voor drie, tien en zelfs twintig dagen (onder supervisie). We vermelden
dit omdat er zijn die nerveus worden over vasten op brood en water voor een of
twee dagen per week. We willen duidelijk maken dat deze vrees niet
gerechtvaardigd is. De meeste mensen zouden gemakkelijk moeten kunnen vasten op
water en brood voor een dag (als ze gezond zijn), en nog steeds hun
noodzakelijke taken moeten kunnen vervullen. Het vasten zou ons niet moeten
doen vrezen voor onze gezondheid, maar zou ons moeten vervullen met grote
vreugde, omdat we door het vasten een geestelijke burcht optrekken rond ons
huis en de bekering verdienen van talrijke zielen. Degenen die een grootmoedig
hart hebben, is het vasten dikwijls een zaligheid, die de beste dagen van gebed
en klaarheid teweeg brengt.
Als algemene regel zoals vasten
moet het enkel gedaan worden wanneer men gezond is. De H. Alfonsus zegt
hierover: Als lichamelijke zwakte ons niet in staat stelt om lichamelijke
verstervingen te doen, laat ons dan tenminste met vreugde de zwakheden
aanvaarden, waarmee de Almachtige God ons bezoekt. Als ze gedragen worden met
geduld, leiden ze ons naar perfectie, meer dan vrijwillige boetedoeningen. Als
laatste punt, is het ook belangrijk te herinneren dat de doelstelling van het
vasten niet het vernietigen van het lichaam is, maar het onderwerpen ervan door
niet aan alle grillen toe te geven, en het voortdurend te beperken zodat de
geest bevrijd is. De buik maar gedeeltelijk vullen is bijvoorbeeld een
boetedoening van enorme verdienste. Zoals de H. Augustinus en H. Jeroom zeggen,
is het een mindere wilsdaad om helemaal voedsel te vermijden, dan met eten te
stoppen als men er al van geproefd heeft.
H. Alfonsus: O, hoe dikwijls is
lichamelijke zwakheid een excuus om onnodig toe te geven aan genoegens."
H. Alfonsus: "Als men
tengevolge van lichamelijke zwakheid geen strenge vasten kan praktiseren, zou
men tenminste niet mogen klagen over de gewone kost; en zou men moeten tevreden
zijn met wat er op tafel komt. De H. Thomas vroeg nooit om bijzonder voedsel,
maar hij was altijd tevreden met wat voor zijn neus stond en hij at ervan met
grote mate. Over de H. Ignatius lezen we dat hij nooit een gerecht weigerden en
nooit klaagde dat het voedsel niet genoeg gebakken, gekookt of gekruid was. Het
is de plicht van de Overste om de gemeenschap te voorzien van gezond voedsel,
maar een religieuze zou nooit mogen klagen dat het schraal, aangebrand,
smaakloos, of te zout is.
Het vermijden van overdaad op gewone dagen
Dit is een zeer belangrijk punt. De
H. Alfonsus: Sommige religieuzen vasten een dag, en eten overdadig de volgende.
De H. Jeroom zegt dat het beter is om altijd een sobere maaltijd te houden dan
soms te vasten en erna overdaad te plegen." Dit is vooral van toepassing
op ons vandaag. We geven ons meer dan ooit over aan overdaad. De H. Alfonsus gaat verder: "Dit is de beste en
moeilijkste soort van versterving; want het is gemakkelijker om volledig af te
zien van vlees, dan na het geproefd te hebben, een beetje te eten. Hij die
verlangt mate toe te passen in het eten zou er het best aan doen geleidelijk
zijn maaltijden te verminderen. Zo ontdekt hij door ervaring het minimum
voedsel dat hij nodig heeft om nog goed te kunnen functioneren." Het doel
van vasten is de hartstochten van het vlees te onderwerpen. Dus overdaad op
niet-vasten dagen is vruchteloos. Genieten van een goede maaltijd is niet
verkeerd, maar het moet onderworpen zijn aan het feit dat God het schiep voor
ons voedsel.
AANVAARDEN VAN JE
LOTSBESTEMMING DOOR MOEILIJKHEDEN, ONTBERING EN TEGENSLAG
Wanneer dingen moeilijk worden
in ons Christelijk leven en we twijfelen om het goede te blijven doen, is het
belangrijk om ons doel in het leven te kennen. Ongeacht wat je denkt, ben je
niet een ongeluk of een mislukking (Psalm 139:13,14)Gij
zijt die mijn kern hebt gevormd, die mij weefde in de schoot mijner
moeder, en ik loof U in het besef dat ik ben eerbiedwekkend van maaksel,
een wonder is wat Gij schiep.
Je doel lag vast door God
voordat je werd geboren. Je weet het misschien niet maar je kwam eens in een
reddende relatie met de Heer Jezus. Je tocht begon in het vinden van je doel en
het vervullen ervan.
Je werd van geestelijke gaven
voorzien door God die beschikbaar zijn voor je om te gebruiken voor Zijn glorie
tot jouw doel. (Efesiërs 1:3,11) Gezegend is God, de Vader van onze Heer Jezus
Christus, die ons in de hemelen in Christus heeft gezegend met elke geestelijke
zegen. In Christus hebben wij ook ons erfdeel ontvangen, daartoe voorbestemd
door de beschikking van Hem die alles tot stand brengt naar het besluit van
zijn wil. En de erfenis is deel uit te maken van Gods Koninkrijk en voor eeuwig
bij Hem te leven in geluk en zaligheid. Dat is Gods plan voor je leven.
Net zoals God Zijn oog op je had
vanaf je geboorte zo heeft ook de vijand van je ziel, de duivel je in het oog
gehouden. De job van de vijand is je van de rechte weg doen afwijken en te
zorgen dat je het doel waarvoor je bent geschapen in de steek laat. Maar je
moet er rekening mee houden dat de vijand het plan niet kan aantasten, het
glorierijke plan blijft bestaan. Jij bent degene die moet volhouden en de
duivel verslaan.
Hoe kan hij je van je erfenis
doen afzien? Door twijfel, angst, verwerping door anderen, tegenslagen,
moeilijkheden, ontbering, hindernissen of je verleiden tot andere wereldse
zaken. Hij probeert alles om je te doen opgeven en Gods plan voor je leven in
de steek te laten.
Overweeg dat ook Christus te
maken had met hindernissen en vervolging toen Hij Zijn doel wilde vervullen.
Hij kwam om te sterven voor onze zonden zodat we zouden gereinigd worden van
onze zonden en tot volle vereniging komen met de Vader. (Mattheüs 26:28) Want dit
is mijn Bloed van het Verbond, dat voor velen vergoten wordt tot vergeving
van zonden.
Terwijl de vijand je in het oog
heeft gehouden, heeft hij ook Jezus van in het begin in het oog gehouden, maar
hij kent NIET het doel en plan voor je leven. Waarom? Hij is niet alwetend, enkel God is alwetend. Maar
door te kijken naar het pad dat je volgt, je gewoonten, je gedrag kan hij raden
wat het zal zijn.
Gebed tegen ontbering, moeilijkheden en tegenslagen
Het plan van de vijand bij Jezus
was Hem eerst verleiden met alle dingen van de wereld. Hij wist niet echt waarom
Jezus kwam. De duivel dacht dat Hij hem wel
zou kunnen stoppen op het juiste moment door Hem te doden. Maar dit was het
EIGENLIJKE PLAN VAN GOD DE HELE TIJD AL! Jezus was gekomen om te sterven!
Denk je werkelijk dat de duivel
Jezus naar het Kruis zou gevoerd hebben als hij had geweten dat de mensheid
door dit offer zou verzoend worden met God? Zeer zeker niet. Hij zou
alles gedaan hebben om het te voorkomen!
Zo is het ook met jouw leven. De
duivel kent het plan niet, daarom moet hij je verstrooien en afbrengen van Gods
doel, je duwen zodat je het loslaat, zorgen dat je wanhopig wordt.
Alles heeft zijn tijd wanneer het moet gebeuren, je moet dus wachten
tot God zegt: Nu is de tijd gekomen. En dit
is net zo belangrijk als het vervullen van je doel.
Lukas 22:1-6 Het feest van
het ongedesemde brood, Pasen geheten, naderde. De hogepriesters en de
schriftgeleerden, bang als ze waren voor het volk, zochten naar een manier om
Hem uit de weg te ruimen. Toen voer de satan in Judas, die Iskariot
heette, en tot het getal van de twaalf behoorde. Hij begaf zich naar de
hogepriesters en bevelhebbers om met hen te bespreken, hoe hij hun Jezus zou
uitleveren. In hun blijdschap hierover spraken zij met hem af, hem een som
gelds te geven. Hij nam hun voorstel aan en zag uit naar een goede
gelegenheid om Hem zonder volksoploop aan hen uit te leveren.
Zo zie je dat er een plan is om
Jezus te doden en de ene die dit orkestreert is een van zijn eigen leerlingen.
Het is ook wanneer God het toelaat dat het gebeurt, de hogepriesters hebben
vele kansen gehad om Jezus te doden, maar God liet het niet toe.
Je kunt op een gegeven moment
tegenkanting ervaren hebben uit je eigen gezin. Gedurende deze momenten moet je
denken hoe Jezus Zijn tegenstander behandelde en het plan tegen zijn leven. Jezus ging door.
Jij moet dus ook verder, zelfs al is er tegenstand. Ben je bereid de weg te volgen dat God voor je
heeft bereid? Ben je bereid alles op te offeren voor wat God met je voor heeft?
Dit is wat Jezus zegt aan jou: Wie mijn volgeling wil zijn, moet Mij volgen
door zichzelf te verloochenen en elke dag opnieuw zijn kruis op te nemen.
(Lukas 9:23)
Gebed wanneer we
geconfronteerd worden met tegenslag, moeilijkheden en ontberingen
Heer Jezus, als ik Uw weg naar
het Kruis overweeg, laat mij ook mijn eigen weg bekijken. Zuiver mijn hart en
geest zodat ik mij blijf richten op U. Ik bid om genade om mijn dagelijks kruis
op te nemen en U te volgen. U hebt nooit gezegd dat deze tocht gemakkelijk zou
zijn, maar U zei dat U bij mij zou blijven tot het einde van de tijden, wanneer
Uw evangelie over de hele wereld zal verkondigd worden. Geef mij de genade
om het door moeilijkheden, ontberingen en tegenslag te maken die ik zal
tegenkomen. Geef mij kracht. Vervul mijn geest met het doel dat U voor mij
hebt. Bind de handen van de vijand die de oorzaak is dat ik mijn doel verlies. Vervul
mijn hart met vrede ondanks de omgeving om Uw oproep te volgen. Maak mij bewust
van mijn spirituele gaven die ik van U gekregen heb.
Hemelse Vader, ik dank U dat U
mijn God en Redder bent en ik zegen U dat U elke omstandigheid in mijn leven
aangrijpt om mij te helpen groeien in rijpheid in geloof, om te groeien in
genade en de persoon te worden dat U wenst dat ik word. Heer, te dikwijls zijn
de omstandigheden in mijn leven niet hetgeen ik gekozen heb, maar steeds meer
toont U mij dat Uw wegen het beste zijn voor mijn leven, en ik dank U voor
alles wat U mij leert door de vele tegenslagen dat ik moest doormaken en degene
die ik nog moet doormaken, want ik erken dat U mij door deze tegenslagen mij
nog dichter in Uw liefdevolle armen neemt.
Help me om een grote begrip te verwerven van Uw
perfecte perspectief in mijn leven. Geef me geduld in al mijn moeilijkheden en
help me om Uw leidende hand te herkennen en Uw liefdevol geduld met mij. Ik bid
dat ik niet overweldigd word door de moeilijkheden in het leven, maar gebruik
elk om me Uw karakter, liefde en genade te leren. Zorg dat ik steeds meer
verander in de persoon die U wilt dat ik zou worden, voor U meerdere glorie in
Jezus Naam. Amen.
Gebed voor kracht in
beproevingen
Lieve Almachtige God,
Het is soms teveel, bezorgdheid
en angst overrompelen mijn leven en mijn gedachten.
Zoveel strijd ineens. God, wat kan ik doen? Kunt U mij helpen?
De strijd is in mijn geest; de
vijand komt en fluistert in mijn oor een leugen dat alles verloren is.
Geef me de kracht, O Heer, om de
vijand te verwerpen. Laat me naar Christus kijken in de plaats die op het Kruis
hangt voor mij,
Verheerlijkt is aan Uw
rechterhand, en mij de kracht van Zijn Heilige Geest zend.
Laat mij rechtstaan en zeggen: Ik
kan dit aan. Ik kan de zorgen aanpakken. Ik kan ze verslaan, als de machtige
hand van God ingrijpt.
Moge het U verheerlijken, O
Heer, en mogen de engelen in de Hemel lofgezangen aanheffen bij het zien dat
deze zondaar terug is gekomen uit de zorgen en hersteld is.
Glorie aan God in den hoge! In Jezus naam. Amen.
Gebed tegen tegenslag
Lieve Vader,
U doet mijn rijpheid in geloof groeien
door omstandigheden die niet altijd in de lijn liggen van wat ik verwacht.
Het helpt mij het nodige
perspectief en ervaring verkrijgen in situaties die ik niet heb gekozen, maar
die mij ten gunste zullen komen.
Help mij geduldig te zijn als ik
zoek om Uw plan te begrijpen als het zich ontvouwt in mijn leven.
Doe mijn verlangens samenvallen
met de Uwe als ik mijn wil aan U overgeef.
Zorg dat ik niet verpletterd
word door tegenslagen, maar ik vraag U, Vader om de tegenslagen te
gebruiken als een instrument waarmee U Uw beeld en karakter diep in mijn hart
grift.
Ik kan misschien mijn plannen
maken, maar ik moet beseffen dat, als Uw kind, U altijd de laatste zeg hebt
voor mijn goed. Amen.
Gebed in de morgen van een
moeilijke dag
Hemelse Vader, ik geef
U deze dag. Alstublieft, help mij er doorheen, omdat ik niet zeker ben
dat ik het op mijn eentje aankan. Ik voel dat ik niet genoeg kracht heb, genoeg
moed en genoeg kracht om te doen wat ik moet doen vandaag. Help mij om te
vechten tegen mijn ellende en verdriet. Help me het beter te doen dan gisteren. Help me om
mijn idealen te bereiken. Geef me hoop, vertrouwen en geloof. Wees
bij mij als ik met mijn bezigheden start, en vergeef me als ik niet altijd het
juiste doe. Geef me hoop voor de toekomst, de juiste houding over mijn voorbije
zonden, en kracht om de huidige aan te pakken.
Het gaat in mijn leven niet al te goed op dit moment. Het
lijkt alsof ik op iedere hoek van mijn levensweg tegenslag heb, en U mijn
vertrouwen geven is zeer moeilijk. Op dit moment in mijn leven, denk ik niet
dat ik mezelf nog verder kan trekken, en ik smeek om Uw hulp om mij de nodige
duw te geven zodat ik verder kan. Ik ben bang en weet niet hoe het te
overwinnen. Ik toon niet genoeg
geloof. Mijn
ziel is in een grote strijd om zijn angst te overwinnen en ware vrede te
vinden.
Ik geef mijn leven aan U voor leiding; ik geef mijn lichaam
aan U voor Uw vaderlijke zorg; en ik geef U mijn ziel, zodat U het kunt
voorzien van de groei dat het nodig heeft. Ik geef U al mijn persoonlijke
relaties met anderen, en vraag U om mij genoeg tijd te geven om te vervullen
wat ik nodig heb om de eeuwigheid te
genieten met elkaar. U hebt me reeds de nodige gaven gegeven, waarvoor ik U
dank uit de grond van mijn hart. Ik wil
U eren, Vader. Help me om dit te doen. Amen.
De boodschappen van OLVrouw aan Pedro Regis : deel 2
DE
BOODSCHAPPEN VAN OLVROUW AAN PEDRO REGIS : deel 2
Anguera 1/3/2008
Op een majestatische datum zal de kerk wenen. De gelovigen
zullen weeklagen en het pad van de Kerk zal veranderen.
De
derde Wereldoorlog, gebeurtenissen in Europa, VS, Midden-Oosten, Rusland,
Oproer, bloedvergieten, schisma in de Katholieke Kerk, de Antichrist
De dood zal waren in de Heilige Stad. De verschrikking zal
immens groot zijn. Er was geen gelijkaardige gebeurtenis in de geschiedenis.
Bid. Ik lijd omwille van wat jullie te wachten staat.
Gebeurtenissen
Schisma van de Katholieke Kerk het Vaticaan zal vernietigd
worden en er zal de komst zijn van de Antichrist
Oorlog in het Midden-Oosten Jeruzalem vernietigd een nucleaire
holocaust
Een terroristische aanval in de VS Manhattan, Washington
en Philadelphia en het groene gif
Andere aanvallen die de pokken zullen verspreiden Europa in
armoede de Europese bevolking die alarmerend zal verminderen boodschap 3804
(13/4/2013)
Terroristen vallen Rome aan dan de Russen Rome zal
volledig verwoest worden weinig overlevenden boodschap 2939 (1/5/2008)
Derde Wereldoorlog Allianties tussen Rusland, Iran, China
en Syrie tegen allen
De alliantie Begin van de oorlog Russische aanval over
Europa
De komst van de tweede zon : de toorn van God op ons, na de
verschijning van de antichrist
Nieuwe Hemel en een Nieuwe aarde de eerste verrijzenis en
de terugkeer van Christus
Gebruikte beelden in de profetieën
razende leeuw = Iran, land van de koning = Italië/Vaticaan,
woeste beer = Rusland, stad van 7 heuvels = Rome, nest van de beer = Moskou,
koning = paus, draak = China, mannen met grote baarden = terroristen, Aquila =
VS, paleis = St Pietersbasiliek, land van de koningin = Engeland, orde = orde
van Malta, antichrist = 1ste valse profeet : politiek 2de
valse profeet : religie, de tegenstander = hoe de antichrist te herkennen,
hoogmoedige man = president van VS, vuur = bommen, perverse man = de
antichrist, land van de Redder = Israël, slang van het Oosten =
China/Communisme, reus = tweede zon, vogel = vliegtuig, zwarte vogel =
terroristen (IS), oorlog in het Midden-Oosten wordt realiteit (Lukas 19)
Het land van de Redder zal veel moeten lijden, maar wanneer
het de nederlaag voelt zal het zich verdedigen met wapens die vuur in de lucht
verspreiden. (2501 26/3/2005)
De stad Jeruzalem zal vernietigd worden en wanneer de grote
kastijding komt, zal het niet meer te herkennen zijn; het zal net een grote
woestijn zijn. (2514 26/4/2005)
Een hoogmoedige man zal deals sluiten met Iran. Hij zal
lijken een vredestichter te zijn, maar in werkelijkheid zal hij een doorn in
het oog zijn van vele naties. De mannen van terreur, geleid door de ene die het
voorkomen heeft van een profeet, zal lijden en pijn brengen in het nest van de
arend (VS) en voor het land van de Redder. Hier kwamen de tijden die ik heb
voorspeld. (2516 30/04/2005 het begin van de eindtijd is het sluiten van een
overeenkomst te Geneve tussen de VS en Iran op 24/11/2013)
Israël zal het leed van een veroordeelde beleven, omdat het
verrast zl worden door de mannen van terreur. (2544 3/7/2005)
Syrië zal verraden, maar dan zal het zijn eigen vergif
drinken. (2552 23/7/2005)
Iran zal verwoest worden door Israël. De aarde zal beven
voor de grote nucleaire holocaust. (2557 4/8/2005)
In Jeruzalem zal een tempel gebouwd worden. Het geweld zal
toenemen. (2563 16/8/2005)
De stad van de Redder zal verdwijnen (Bethlehem of
Nazareth), maar de mannen van geloof zullen gespaard blijven. (2636 2/2/2006)
Het zal van Iran komen en de mensen zullen bang zijn. (2649
4/3/2006)
De koningen van het Oosten (koninkrijken van het Arabisch
schiereiland) zullen zich verzamelen voor de grote strijd en de mensheid zal
een zwaar kruis moeten dragen. (2694 -16/6/2006)
Openbaring 9:13 de 6de trompet
Op een berg bij Jeruzalem zal een verschrikkelijke
gebeurtenis gebeuren. (2695 17/6/2006)
De zwarte vogel (IS) zal door Europa gaan en waar het zal
rusten zal het zijn merkteken van vernietiging en dood achterlaten. Het geweld
zal groeien en de mensen zullen een zwaar kruis brengen. (2718 10/8/2006)
Een ziekte zal zich verspreiden en het zal erger zijn dan
al degenen die ooit hebben bestaan. De mensen zullen besmet geraken en
miljoenen van dode lichamen zullen overal verspreid liggen. (2719 12/8/2006)
Een groot leger zal vertrekken uit Mekka en waar het zal
passeren, zal het een spoor van vernietiging en dood achterlaten. De
goddeloosheid van de mensen zal zo groot zijn op aarde dat de Heer de dag van het
Laatste Oordeel zal brengen. (2722 19/8/2006)
De zwarte vogel zal rusten in Gods Huis. Zijn kracht zal
vernietiging en dood veroorzaken. (2735 18/9/2006)
De dood zal waren in de Heilige Stad. De verschrikkingen
zullen immens zijn. Er is geen gelijkaardige gebeurtenis in de hele geschiedenis.
Bid. Ik lijd omwille van wat jullie te wachten staat. (2806 3/3/2007)
De zwarte vogel zal handelen en grote verschrikkingen
veroorzaken in het hele Oosten. Het zal passeren langs het arendsnest (VS) en
zal haar kinderen doen lijden. (2846 3/6/2007)
Israël zal wenen. De dood zal er passeren en er zal een
grote verwoesting zijn. De grote stad zal omsingeld zijn en zijn inwoners
zullen een zwaar kruis moeten dragen. (2899 6/10/2007)
De woeste beer zal de leeuw voeden en dit zal zorgen dat
hij sterk is voor de aanval. (2902 13/10/2007)
De zonen van de leeuw (Iran) zullen reageren met grote
razernij tegen het Huis van God. (3006 5/6/2008)
Vanuit Jeruzalem zal een verhaal verteld worden dat de
aandacht van de wereld zal trekken. Het zal groot lijden brengen voor de Kerk.
(3030 22/7/2008)
De hoofden zullen zich verenigen en een grote aanval
plannen. Israël, en bijna zijn hele bevolking zullen vernietigd worden.
In het centrum van dit land zullen grote catastrofes
gebeuren. In Jeruzalem zullen brutale feiten gebeuren die verbonden zijn met
religie en de regering. Zelfs in deze natie zal de aarde vele keren beven.
(21/10/2007)
Jeruzalem en vele steden in de buurt zullen een zwaar kruis
te dragen hebben. Groot zal de verwoesting zijn. (3145 4/10/2009)
Het Midden-Oosten zal beven door een grote nucleaire holocaust.
(3272 -28/1/2010)
Er zal een dag komen dat de woeste leeuw zal liggen aan de
voeten van de draak (China). (3281 17/2/2010)
De vereniging van wilde dieren zal groot lijden brengen aan
mijn arme kinderen. Bethlehem zal het leed van een veroordeelde moeten beleven.
De verwoesting zal groot zijn en mijn arme kinderen zullen een zwaar kruis
moeten dragen. (3311 27/4/2010)
Aanvallen in de VS en andere plaatsen in de
wereld
De meest angstaanjagende gebeurtenis van de 15de
eeuw zal zich herhalen. (2483 15/2/2005)
De wijze mannen zijn tezamen gekomen en hebben de
vernietiging in laboratoria voorbereid, De mens zal de dood zien in wat bestaat
om leven te geven. (2487 24/2/2005)
De draak zal de arend ontmoeten en zal vuur lanceren op
zijn kinderen, en de vernietiging veroorzaken van een groot deel van zijn nest
(VS). (2492 - 3/8/2005)
Nucleaire en biologische wapens zullen gebruikt worden door
mannen met grote baarden en terreur zal zich verspreiden in verschillende
naties. Weet dat er een grote chaos zal zijn in de wereldeconomie en enkel de
zachtmoedigen en nederigen van hart zullen in staat zijn te overleven. (2518
5/3/2005)
Rusland zal een overeenkomst sluiten waarvan iets pijnlijk
zal komen voor de mensen. De plaag die zal komen, zal ervoor zorgen dat de
besmetten zich niet meer kunnen herkennen. Degenen die besmet zijn zullen niet
in staat zijn om na te denken. (2520 5/10/2005)
Rusland zal een overeenkomst sluiten dat lijden en dood zal
brengen aan veel van mijn arme kinderen. (3810 23/4/2013)
De pokken zullen gebruikt worden als wapen tegen een natie
door de mannen met de grote baarden. (2531 6/4/2005)
Verschrikkingen zullen een grote stad bij het water
overkomen. (2547 7/12/2005)
De mannen met de grote baarden bereiden een grote
boosaardige actie voor. In verschillende streken en op hetzelfde tijdstip zal
er lijden en pijn zijn. Een wapen zal exploderen. (2548 14/7/2005)
Weet dat een beroemde stad leeg zal blijven. Een epidemie
zal veel van zijn inwoners doen verhuizen terwijl de anderen zullen sterven.
(2559 8/9/2005)
De mannen met de grote baarden zullen handelen in een grote
stad. In een laboratorium is een wapen van grote vernietiging voorbereid. (2575
13/9/2005)
Mannen hebben het virus van de dood voorbereid en Mijn arme
kinderen zullen een groot lijden kennen. Er zullen geen barrières zijn om het
virus te stoppen. (2594 25/10/2005)
De ziekte dat je doet denken aan een groot veld met groene
kruiden, zal de mensen kwellen. De mannen van terreur zullen het veroorzaken.
(2607 26/11/2005)
Een epidemie zal zich verspreiden naar vele naties en Mijn
arme kinderen zullen een zwaar kruis te dragen hebben. (2626 10/1/2006)
Het Iberisch schiereiland zal het nest zijn van de wilde
beesten, die een groot lijden voor de mensheid zullen brengen. (2693 23/6/2006)
Er zal een ziekte komen en het zal erger zijn dan al degene
die ooit bestaan hebben. De mensen zullen besmet zijn en miljoenen dode
lichamen zullen overal verspreid liggen. (2719 12/8/2006)
De arend zal verwond zijn op de kust en vele nesten zullen
vernietigd worden. Een berg zal vallen en er zal een grote vernietiging zijn in
vele regios. Rusland zal struikelen en de hoogmoedige man zal reageren met de
kracht die hem gegeven werd door de duivel. (2780 1/1/2007)
De inwoners van Philadelphia zullen in grote moeilijkheden
komen. Verschrikkingen zullen komen. Het gif zal zich verspreiden en vele van
mijn arme kinderen besmetten. (2821 7/4/2007)
De zwarte vogel zal reageren en terreur veroorzaken in het
hele Oosten. Het zal langsgaan bij het Arendsnest (VS) en zijn kinderen zullen
lijden. (2846 3/6/2007)
De mannen van de verschrikking zullen gif verspreiden en de
dood zal toeslaan. (2847 5/6/2007)
De mannen van verschrikking zullen handelen in het land van
het Heilig Kruis. Er zal een handeling zal gebeuren in het Goddelijk Land (Israël
of Vaticaan). (2851 16/6/2007)
De vijanden zullen in Manhattan komen en mijn arme kinderen
zullen een zwaar kruis te dragen hebben. (2924 12/1/2007)
Het grote brein van de mensheid (VS) zal vallen en de
mensen zullen de kracht van het zwaard van de grote bevelhebber van het Oosten
voelen. De ratten lopen onder de grond in de richting van het witte paleis
(White House) na de twee rivieren met namen van wilde dieren, te hebben
overgestoken. (Potomac en Anacostia te Washington DC) (16/4/2008)
Mannen van verschrikking zullen een grote verwoesting
aanrichten in het Land van het Heilig Kruis (Israël of Brazilië). (3169 5/6/2009)
De arend zal niet stil vliegen. Zijn nest zal beven en er
zal grote wanhoop zijn. (3280 16/2/2010)
Het arendsnest (VS) zal binnengedrongen worden en er zal
een grote verwoesting zijn. Terreur zal verspreid worden en Mijn arme kinderen
zullen wenen en weeklagen. (3347 18/7/2010)
Andere aanvallen in Europa
De wijze mannen hebben zich verzameld en ze hebben
vernietiging in laboratoria voorbereid. De mens zal de dood zien in wat bestaat
om leven te geven. (2487 24/2/2005)
De rijkste mensen in de wereld zullen in moeilijkheden
zijn; ze zullen hun hand reiken naar de armen en vragen om genade. Europa zal
aan de grond zitten. (2517 1/5/2005)
Nucleaire en biologische wapens zullen gebruikt worden door
de mensen met grote baarden en de terreur zal zich verspreiden naar
verschillende naties. (2518 6/5/2005)
Eén die terreur verspreid zal gevangen worden en de moeder
van de verschrikkelijke naties zal getroffen worden. (2536 14/6/2005)
Pollen zullen gebruikt worden als wapen tegen een natie
door mannen met grote baarden. Het lijden zal groot zijn voor velen. (2531 6/4/2005)
Terreur zal verspreid tot verschillende naties. (2519 5/7/2005)
De mannen met de grote baarden zullen handelen in een grote
stad. Een wapen van grote vernietiging is voorbereid in een laboratorium. (2575
13/9/2005)
Een leger (Russische leger) zal over Europa stappen en een
spoor nalaten van vernietiging en dood. (2708 18/07/2006)
Er zal een ziekte komen en ze zal erger zijn dan al degenen
die tot dusver bestonden. De mensen zullen besmet raken en miljoenen dode
lichamen zullen overal verspreid worden. (2719 12/8/2006)
De zwarte vogel (IS) zal door Europa passeren en waar ze
zal rusten zal het een teken van vernietiging en dood achterlaten. Het geweld
zal groeien en de mensen zullen een zwaar kruis te dragen hebben. (2718 8/10/2006)
De mensen met de grote baarden zullen reageren met grote
woede. Duitsland zal lijden. (2743 7/10/2006)
Het uur van de grote strijd komt naderbij. Een snel vuur
zal op de mensen vallen. De kraan zal geopend worden. (2820 4/5/2007)
De dag zal komen waarin een beroemde Braziliaanse stad zal
binnengevallen worden. Mensen zullen woedend zijn en terreur en dood
verspreiden. (2838 17/5/2007)
Mensen van terreur zullen handelen in het land van het
Heilig Kruis (Brazilie). Een handeling zal zich voordoen in het land van het
Goddelijke (Israel of het Vaticaan). (2851 16/6/2007)
De mannen van terreur zullen daden stellen uit grote woede.
Een tempel zal vernietigd worden (Vaticaan, St Pieters) (2878 -18/8/2007)
Als tegenstanders kent dit
koninkrijk Gods alleen het rijk van Satan en de macht van de duisternis. Het
vraagt van zijn aanhangers, dat zij hun hart vrijmaken van rijkdom en
stoffelijke dingen, dat zij zich, zachtmoedig tonen, dat zij hongeren en
dorsten naar de gerechtigheid en bovendien, dat zij zichzelf verloochenen en
hun kruis opnemen. Omdat echter Christus de Kerk verworven heeft door Zijn
Bloed als Verlosser, en Zich tot een zoenoffer voor de zonden heeft gemaakt,
wat Hij ook gedurig blijft doen als Priester, zal iedereen begrijpen, dat ook
Zijn koninklijke waardigheid de aard van die beide andere bedieningen moet
aannemen.
PARAGRAAF 3 - Wel bezit Christus een absoluut
recht op alle aardse goederen; maar Hij laat de uitoefening daarvan aan anderen
over
De macht over al het geschapene,
die Hij van de Vader heeft, is zo volstrekt onbeperkt, dat alles van Zijn
wilsbeschikking afhankelijk is gemaakt. Toch heeft Hij, zolang Hij Zijn leven
op aarde leidde, ervan afgezien dit eigendomsrecht uit te oefenen. En zoals Hij
eens het bezitten en beheren van goederen voor menselijk gebruik niet heeft
geteld, zo liet Hij ze toen en laat ze ook nu nog aan hun eigenaars over, zoals
zeer mooi die zinsnede uitdrukt: Hij rooft vergankelijke rijken niet, die ons
het rijk der hemelen biedt!
ARTIKEL 6 - Christus' koninkrijk omvat alle
mensen als particulieren maar ook de staten
De vorstenmacht van onze Verlosser
omvat alle mensen. Zijn machtssfeer reikt niet alleen tot alle katholieken, en
niet alleen tot hen die door het heilig Doopsel gereinigd zijn en zeker tot de
Kerk behoren, al zijn zij dan door dwaalleringen van de ware weg afgeweken of
door scheuring van haar liefde gescheiden; nee, Zijn rijk omvat ook allen die
buiten het christelijk geloof leven, zodat in volle waarheid het mensdom in
zijn geheel onder het gezag van Jezus Christus staat.
En dit geldt evengoed voor
enkelingen, als voor de gemeenschap van het gezin en van de staat, want
verbonden door een sociale band staan de mensen evenzeer onder Christus' gezag
als afzonderlijk. Hij is de enige bron, waaruit zowel het algemene als het
bijzondere welzijn voortkomt. En bij niemand anders is er redding, en er is
onder de hemel geen andere naam aan de mensen gegeven, waardoor wij zalig
moeten worden. (Hand. 4, 12) Hij is zowel voor de staat als voor
individuen de gever van voorspoed en van echt geluk. Want het geluk van de
maatschappij ontspringt aan dezelfde bron als dat van het individu; een
maatschappij is niets anders dan een eendrachtig strevende menigte van mensen.
PARAGRAAF 1 - Het gewicht van deze leer voor
het behoud van de staat
Willen dus de staatshoofden hun
eigen gezag onaangetast handhaven en de welvaart van hun land bevorderen en
vergroten, dan moeten zij niet weigeren zowel voor hun eigen persoon als in hun
volk openlijk eerbiedige gehoorzaamheid te betonen aan Christus' gezag. Wij
hebben al bij de aanvang van ons pausschap een klacht neergeschreven over de
ernstige verzwakking van de achting voor het recht en van de eerbied voor het
gezag; en die woorden hebben tegenwoordig niets van hun actualiteit en
toepasselijkheid verloren:
Men had God en Jezus Christus
uit wetgeving en staatsbestuur verbannen, en daardoor leidde men het gezag niet
meer af van God maar van de mensen. Maar het gevolg dáárvan was.... de
omverwerping van de grondslagen zelf van het gezag. Men had de principiële
reden laten vallen, waarom de enen het recht hebben om te bevelen en de anderen
de plicht om te gehoorzamen. Dit moest als onvermijdelijk gevolg hebben dat de
hele maatschappij wankelde, die nu zonder enige hechte stut en zonder enige
verdediging was.
PARAGRAAF 2 - Die erkenning zal zegeningen storten
over de dragers van het gezag en over de onderdanen
Als de mensen eindelijk in hun
particulier en in hun openbaar leven de koninklijke macht van Christus zullen
erkennen, dan kan het niet uitblijven, dat voor heel de maatschappij
onnoemelijke zegeningen en voordelen daaruit voortvloeien, namelijk rechtmatige
vrijheid, orde en tucht, rust, eendracht en vrede. Want terwijl de koninklijke
waardigheid van onze goddelijke Heer aan het menselijk gezag van vorsten en
bewindvoerders een zekere godsdienstige wijding geeft, veredelt zij van de
andere kant ook de plichtsvervulling en gehoorzaamheid van de staatsburgers.
Daarom gaf de apostel Paulus, terwijl hij aan de vrouwen beval om in hun man,
en aan de slaven om in hun meesters Christus te eerbiedigen, hun toch de raad,
om hen niet als mensen te gehoorzamen, maar enkel omdat zij Christus' plaats
bekleedden; want aan mensen door Christus verlost paste het niet slaafs mensen
te dienen: Gij zijt voor een hoge prijs gekocht: weest toch geen slaven van
mensen. (1 Kor. 7, 23)
PARAGRAAF 3 - Het bestuur zal rechtvaardig en
mild zijn: er ontstaat vrede, orde en eendracht
En als de vorsten en wettig
gekozen overheden eenmaal de overtuiging hebben, dat zij niet zozeer krachtens
eigen recht, als wel in opdracht en in plaats van de goddelijke Koning het
bestuur voeren, dan zullen zij van hun gezag een heilig en verstandig gebruik
maken. Zij zullen dan in de wetgeving en in de toepassing van de wetten
rekening houden met het algemene welzijn en met de menselijke waardigheid van
hun ondergeschikten. Vandaar zal ongetwijfeld de rust in de orde opbloeien en
standhouden. Want al zal ook een burger in zijn vorst of in andere bestuurders
van de staat zijns gelijken zien, of mensen die om enige reden onwaardig en
berispelijk zijn, toch zal hij daarom hun macht nog niet afwijzen, daar hij in
hun persoon het beeld en het gezag van de Godmens Christus zal uitgedrukt zien.
En wat de weldaden van eendracht
en vrede aangaat, is één ding volkomen duidelijk: hoe verder dit koninkrijk zich
uitstrekt en hoe meer het de mensheid in haar volle omvang gaat omvatten, dan
worden de mensen zich óók meer bewust van hun gemeenschapsverhouding onderling.
En dit bewustzijn voorkomt niet alleen veel conflicten en maakt ze overbodig,
maar vermindert en verzacht ook steeds hun scherpte.
ARTIKEL 7 - Conclusie van het eerste deel :
Troostvolle hoop en vooruitzichten
Als Christus' rijk eens werkelijk
allen zal omvatten, zoals het hen rechtens omvat, waarom zouden we dan nog
wanhopen aan die vrede, die de Vredevorst op aarde is komen brengen? Hij, die alles
kwam verzoenen en die niet kwam om gediend te worden, maar om te
dienen, (Mt. 20, 28) en die, terwijl Hij de Heer van allen was, toch
zichzelf tot een voorbeeld van nederigheid heeft gesteld en bovendien een heel
voornaam gebod van nederigheid heeft gegeven, dat met het gebod van de liefde
in zeer nauw verband staat, en die bovendien gezegd heeft: Mijn juk is zoet
en mijn last is licht"? (Mt. 11, 30) O wat zouden de mensen een geluk kunnen
genieten, als alle mensen, individuen, gezinnen en staten zich door Christus
lieten besturen!
Dan eindelijk zullen zoveel
wonden kunnen genezen; dan zal het recht weer overal mogen hopen op de
erkenning die het vroeger vond; dan zal de luister van de vrede hersteld
worden, zal het zwaard vanzelf neerzinken en zullen de wapens aan de hand
ontvallen, als allen Christus' oppermacht gewillig zullen aanvaarden en Hem
gehoorzamen, en iedere tong zal belijden, dat Jezus Christus de Heer is tot
glorie van God de Vader.
Traditionele akte van toewijding van het
Menselijk Ras
Allerzoetste Jezus, Verlosser van het
menselijk ras, kijk neer op ons die zich nederig voor Uw altaar bevinden. We zijn
de Uwe, en de Uwe willen we zijn; maar om meer verenigd te zijn met U, zie elk
van ons zich vandaag vrijelijk toewijden aan Uw Allerheiligste Hart. Velen
hebben U nooit gekend; velen hebben Uw geboden geminacht en hebben U verworpen.
Heb medelijden met hen allen, Allerbarmhartigste Jezus en breng hen tot Uw
Heilig Hart. Wees Koning, O Heer, niet enkel van de gelovigen die U nooit
hebben verlaten, maar ook voor de verloren kinderen die U hebben in de steek
gelaten; verleen dat ze vlug terugkeren naar hun Vaders huis en niet sterven
van ellende en honger. Wees Koning van degenen die bedrogen zijn door valse
meningen, of die door onenigheid worden weerhouden, en roep hen terug naar de
haven van waarheid en eenheid van geloof, zodat er spoedig één kudde en éém
Herder moge zijn. Wees Koning van al degenen die nog in duisternis dwalen van
afgoderij of van de Islam, en weiger niet hen allen naar het licht te brengen
en naar Gods koninkrijk. Richt Uw ogen van barmhartigheid naar de kinderen van
dat ras, dat eens Uw uitverkoren volk was: ze hebben het Bloed van de Redder
over zich geroepen; moge het nu neerkomen over hen, een vont van verlossing en
leven. Verleen O, Heer, aan Uw Kerk de verzekering van vrijheid en immuniteit
van kwaad; geef vrede en orde aan alle naties, en zorg dat over de aarde, van
pool tot pool één roep weerklinkt: Geprezen zijn het Goddelijk Hart dat onze
redding bewerkte. Het Hart worde voor eeuwig verheerlijkt en aanbeden. Amen.
DEEL 2 : HET FEEST VAN CHRISTUS KONINGSCHAP
ARTIKEL 1
Algemene reden tot het instellen van feesten
PARAGRAAF 1 -
Leringen vinden beter ingang door een feestelijke viering
dan door het schriftelijk voorhouden en uitleggen
De kennis van de koninklijke
waardigheid van onze Zaligmaker zal zoveel mogelijk verspreid moeten worden, en
niets zal zozeer bijdragen dan het instellen van een eigen en bijzondere
feestdag, van Christus Koning. Want om het volk van geloofswaarheden te
doordringen en het daardoor tot de innerlijke levensvreugde op te wekken, heeft
het jaarlijks vieren van de heilige mysteriën een grotere uitwerking dan ieder
stuk uitgaande van het kerkelijk leergezag. Zulke lerende stukken bereiken slechts
een minderheid van meer onderlegden, maar bovengenoemde plechtigheden ontroeren
en beleren alle gelovigen; de eerste spreken slechts eenmaal, de andere spreken
om zo te zeggen jaarlijks en aldoor; de eerste richten zich vooral tot het
verstand, de andere maken een heilzame indruk op geest en gemoed, dus op de hele
mens. Want omdat de mens uit ziel en lichaam bestaat, heeft hij er ongetwijfeld
behoefte aan door uitwendige plechtigheden op feestdagen ontroerd en diep
getroffen te worden. En dan zal, dank zij de schoonheid en de verscheidenheid
van de heilige handelingen, de hemelse leer dieper in hem doordringen, en als
ze hem in vlees en bloed is overgegaan, zal hij ze zich ten nutte maken tot
zijn voortgang in het geestelijk leven.
PARAGRAAF 2 - Er zijn in den loop van de tijden
dikwijls feesten ingesteld tot onderrichting van brede lagen van het volk
Het wordt overigens door
schriftelijke oorkonden gestaafd, dat dergelijke plechtigheden in de loop van
de eeuwen de een na de andere zijn ingevoerd op het tijdstip, waarop de
behoefte of het welzijn van de christenen dit bleek te eisen.
PARAGRAAF 3 - Bijv. feesten ter ere van de martelaren
en belijders, en bijzonder die ter ere van Onze Lieve Vrouw
En zo is al in de eerste eeuwen
na de verlossing, toen de Christenen met grote bitterheid werden vervolgd, het
gebruik ontstaan om de martelaren met een kerkelijke viering te gedenken, opdat"
- naar het getuigenis van St. Augustinus - "de plechtige verering van de
martelaren een aanmoediging zou zijn tot het martelaarschap.
En de liturgische verering, die
naderhand ook gebracht werd aan belijders, maagden en weduwen, heeft een
buitengewoon gelukkige invloed gehad op een vurig streven naar deugd onder de
christenen, dat ook in rustige tijden onmisbaar is.
Maar bovenal het vieren van
feesten ter ere van de allerheiligste Maagd heeft tot vrucht gehad, niet alleen
dat het gelovige volk haar als Gods Moeder en als zijn krachtdadigste
beschermster met meer godsvrucht vereert, maar ook dat het een vuriger liefde
heeft opgevat voor haar als zijn Moeder, die de goddelijke Verlosser het heeft
nagelaten.
PARAGRAAF 4 - Heiligen- en Mariaverering heeft
de Kerk tegen ketterijen beschermd
Onder de weldaden, die aan de
wettige openbare verering van de Moeder Gods en van de heiligen des hemels te
danken zijn, behoort ook en heel bijzonder, dat de Kerk door alle eeuwen heen
van de besmetting van ketterijen en dwalingen volkomen is vrij gebleven. En wij
moeten Gods wijze Voorzienigheid bewonderen, die zelfs uit het kwaad nog het
goede pleegt te trekken. En zo heeft Hij soms toegelaten, dat het geloof of de
godsvrucht van de massa verslapte, of dat valse leringen de katholieke waarheid
bedreigden; maar steeds was de einduitslag, dat zij als in een nieuwe luister
straalde en dat het geloofsleven, eenmaal uit zijn loomheid ontwaakt, zijn
vlucht nam tot grotere heiligheid.
PARAGRAAF 5 - Sacramentsdag en de feestdag van
het H. Hart
Een dergelijke oorsprong hadden
ook andere feesten, die in latere eeuwen in het kader van het kerkelijk jaar
zijn opgenomen, en die eveneens zulke vruchten hebben afgeworpen. Zo
bijvoorbeeld is, toen de eerbied en de godsvrucht voor het hoogwaardig
Sacrament des Altaars verkoeld was, het feest van Sacramentsdag ingesteld,
waarvan de viering beoogde, door de pracht en praal van processies en
gezamenlijke bidstonden acht dagen achtereen, de mensen er weer toe te brengen
Onze Heer openlijk te aanbidden. Zo ook is het feest van het Allerheiligste
Hart van Jezus ingesteld, in een tijd, toen de harten, ontmoedigd en
terneergeslagen door de stroefheid en sombere strengheid van de Jansenisten,
geheel verkoeld waren en zich van de liefde Gods en de vertrouwvolle hoop op
hun zaligheid lieten vervreemden.
ARTIKEL 2 Bijzondere redenen voor dit feest
PARAGRAAF 1 - Een geneesmiddel tegen de ergste
kwaal van onze tijd: het laïcisme, met zijn warnet van dwalingen; voornamelijk
de ontkenning van de rechten van de Kerk
Welnu, wanneer ook wij aan alle
katholieken gaan voorschrijven om Christus als Koning te vereren, dan hebben
wij daarbij ook de bedoeling te voorzien in de noden van onze tijd en een zeer
voornaam geneesmiddel toe te passen tegen de plaag die de maatschappij
teistert. Wij bedoelen met die plaag het zogenaamde laïcisme, met al zijn
dwalingen en heel zijn verderfelijk streven. Zoals gij wel weet is deze gruwel
niet op één dag tot volle uitwerking gekomen, maar lag hij reeds lang in het
binnenste van de maatschappij te gisten. Want men was begonnen met de
ontkenning van Christus' heerschappij over alle volkeren; daarop ontzegde men
aan de Kerk het onmiddellijk van Christus' recht afgeleide recht om het mensdom
te onderwijzen, om wetten uit te vaardigen, om aan de volkeren de leiding te
geven, waardoor zij toch tot de eeuwige zaligheid moeten komen. Toen het zover
was, durfde men de christelijke godsdienst met valse godsdiensten te
vergelijken en allesbehalve eervol op één lijn te stellen. Verder wilde men de
godsdienst aan de staatsmacht onderwerpen en ongeveer geheel afhankelijk maken
van de willekeur van vorsten en overheden. Nog verder gingen sommigen die
meenden, dat de geopenbaarde godsdienst plaats moest maken voor een soort
natuurgodsdienst, een zeker natuurlijk religieus gevoel. Zelfs waren er staten
die meenden het wel zonder God te kunnen stellen, en die heel hun religie
lieten bestaan in verwaarlozing van God en godsdienst.
PARAGRAAF 2 - Wrange vruchten van geloofsafval
en laïcisme
Wat wrange vruchten heeft deze
afval van Christus bij enkelingen zowel als in de maatschappij sinds lange tijd
overvloedig afgeworpen! Hebben wij die reeds in onze encycliek Ubi Arcano
Dei Concilio betreurd, wij moeten heden andermaal daarover klagen. Daaraan
is het te wijten, dat de kiemen van tweedracht overal zijn uitgestrooid, dat er
zulk een afgunst is opgelaaid en zo hevige conflicten tussen de volkeren zijn
uitgebroken, die nog steeds onoverkomelijke hinderpalen vormen voor vrede en
verzoening. Verder, dat er een ongebreidelde begeerlijkheid heerst, niet zelden
met het belang van de staat of de vaderlandsliefde als dekmantel en dat daaruit
weer, behalve verdeeldheid onder de burgers, ook dat blinde en mateloze egoïsme
voortkomt, dat geen oog heeft voor iets anders en geen andere maatstaf aanlegt
dan eigen nut en voordeel. Ook is de afval van Christus schuld er aan, dat door
het vergeten en verwaarlozen van de plicht de vrede in de huisgezinnen grondig
is verstoord, dat de familiebanden en tradities verbroken zijn, en ten slotte
dat heel het maatschappelijke leven ontwricht is en zich op weg naar de
ondergang bevindt.
PARAGRAAF 3 - Plicht van de katholieken om de
wereld voor Christus te heroveren ondanks hun ongunstige positie
Maar wij hebben goede hoop, dat
de maatschappij in zijn tijd de weg tot onze allerbeminnelijkste Zaligmaker
terug zal vinden. Wij steunen hierbij op de viering van Christus' koningschap,
dat voortaan ieder jaar zal plaats hebben. Op de katholieken zou ongetwijfeld
een plicht rusten om door krachtdadige ijver deze terugkeer voor te bereiden en
te verhaasten.
Maar het schijnt, dat heel velen
onder hen in het maatschappelijk verkeer niet de rang bekleden en het gezag
hebben, die voor hen, als fakkeldragers van de waarheid, onmisbaar zijn. Deze
ongunstige positie is misschien te wijten aan -een zekere traagheid of
vreesachtigheid van de weldenkenden, die het kwaad geen of te weinig energieke
tegenstand bieden; iets waardoor de tegenstanders van de Kerk vanzelfsprekend
in durf en vermetelheid zullen toenemen. Maar als de gelovigen eens algemeen
gaan begrijpen, dat zij onder Christus' banieren een dappere en volhardende
strijd hebben te voeren, dan zullen zij weldra, vol apostolische ijver, er voor
werken om onwetende en van de echte aard vervreemde geesten weer met God, hun
Heer, te verzoenen en hun best doen om Zijn rechten onverkort te handhaven.
PARAGRAAF 4 - Wat in dit verband de jaarlijkse
viering van Christus' koningschap beoogt
De jaarlijkse viering van
Christus' Koningschap zal overal ter wereld een machtig middel zijn om die
openlijke afval, die het laïcisme tot grote schade van de maatschappij heeft
veroorzaakt, aan de kaak te stellen en enigermate weer goed te maken. Wordt
immers niet bij internationale bijeenkomsten en in de volksvertegenwoordiging
de allerzoetste naam van onze Verlosser in een onwaardig stilzwijgen gesmoord?
Welnu, des te luider moeten wij die verheven naam uitroepen en de rechten van
Christus' koninklijke waardigheid en macht in des te wijdere kring bevestigen.
ARTIKEL 3 Voorgeschiedenis van dit feest
PARAGRAAF 1 - De toewijding van de gezinnen en
van het mensdom aan Jezus' heilig Hart; de eucharistische congressen
Trouwens, wij zien sinds het
einde van de vorige eeuw op een gelukkige wijze de weg gebaand tot het
instellen van deze feestdag. Het is algemeen bekend, hoe deze vorm van verering
op even degelijke als heldere wijze is verdedigd in zeer vele werken, overal in
de wijde wereld in verschillende talen uitgegeven. Ook de invoering van de
vrome praktijk in ontelbaar veel families, om zich met heel het gezin aan het
allerheiligst Hart van Jezus toe te wijden, heeft Christus koninklijke macht
en opperheerschappij veel erkenning bezorgd. En ze bleef niet tot huisgezinnen
beperkt, maar ook staten en koninkrijken namen haar over; in de loop van het
heilig jaar 1900 is heel de mensheid aan dat Goddelijk Hart toegewijd.
Wij mogen ook aan de zeer druk
bezochte eucharistische congressen niet stilzwijgend voorbijgaan. Ook zij
hebben er buitengewoon veel toe bijgedragen om deze koningsmacht van Christus
over de menselijke maatschappij plechtig te belijden. Hun taak is de gelovigen
van een afzonderlijk diocees, of die van een geheel volk of land, of zelfs van
de gehele wereld, uit te nodigen om Christus, hun Koning, verborgen onder de
eucharistische gedaanten, te vereren en te aanbidden. Zij willen dan ook door
het houden van toespraken en preken op vergaderingen en in kerken, door
openbare uitstelling en aanbidding van het verheven Sacrament en door prachtige
processies Christus als de door God gegeven Koning huldigen. Diezelfde Jezus,
die een goddeloos geslacht, toen Hij in Zijn eigendom was gekomen, niet heeft
willen erkennen, heeft het gelovige katholieke volk, als door een goddelijke
ingeving, uit de stilte en verborgenheid van het gewijde kerkgebouw als een
triomfator langs de straten van de steden willen geleiden, om Hem in al Zijn
koninklijke rechten te herstellen.
PARAGRAAF 2 - De geesten zijn er op voorbereid,
de tijd er voor is aangebroken
Het heilig Jaar biedt waarlijk
een geschikte gelegenheid. Want nadat dit jubeljaar geest en hart van de
gelovigen hemelwaarts gericht had tot de goederen die alle voorstelling te
boven gaan, heeft God in Zijn grote goedertierenheid hen opnieuw met de gave
van Zijn genade verrijkt, of hen bevestigd op de goede weg, onder hernieuwde
aansporing om naar betere genadegaven te streven. Wij mogen Christus met een
eigen en bijzonder feest vereren als koning van de hele mensheid. Want, zoals
wij al gezegd hebben, is die goddelijke Koning, die inderdaad wonderbaar is
in Zijn heiligen (Ps. 67) dit jaar glorierijk verheerlijkt (Ex. 15, 1), doordat aan een
nieuwe schaar van Zijn strijders de eer van de heiligen werd toegekend. Ten
slotte hebben wij dit jaar door het eeuwgetij van het concilie van Nicea te
vieren herdacht, hoe de medezelfstandigheid van de mensgeworden Zoon van God
met de Vader op die kerkvergadering is verdedigd en gehandhaafd; een waarheid,
waarop de rijksmacht van diezelfde Christus over alle volkeren steunt als op
haar onmiddellijke grondslag.
ARTIKEL 4 - Plechtige afkondiging van het
nieuwe feest
Daarom stellen wij krachtens ons
apostolisch gezag het feest in van onze Heer Jezus Christus Koning, jaarlijks
overal ter wereld te vieren op de laatste zondag van oktober, die het feest van
Allerheiligen onmiddellijk voorafgaat. Ook schrijven wij voor, dat op diezelfde
dag jaarlijks de toewijding van de gehele mensheid aan het allerheiligst Hart
van Jezus zal herhaald worden.
Akte van Toewijding van de mensheid aan het Allerheiligste Hart van
Jezus Allerliefste Jezus, Verlosser van het menselijk geslacht, wij zijn in
alle nederigheid voor uw altaar neergeknield. Wij behoren U toe, en willen
steeds met U verbonden zijn. Elk van ons wijdt zich nu vrijwillig toe aan uw allerheiligste
Hart.
Velen hebben U nooit gekend, velen hebben uw geboden geminacht, en U verworpen.
Barmhartige Jezus, schenk aan ieder van hen uw barmhartigheid, en trek hen
allen tot uw Heilig Hart. Wees de Koning, o Heer, niet enkel van de gelovigen
die zich nooit van U verwijderden, maar ook van de verloren zonen die U hebben verlaten.
Maak, dat deze spoedig tot het vaderlijk huis terugkeren, zodat zij niet zouden
vergaan van honger en ellende.
Wees de Koning van hen, die door dwaalleer bedrogen of door scheuring van U zijn
gescheiden; roep hen terug tot de haven van waarheid en tot de eenheid van
geloof, zodat er spoedig maar één kudde en één herder zouden zijn.
Wees de Koning van al degenen, die nog in de duisternis van het heidendom of
van de Islam verdwalen, weiger niet hen daaraan te ontrukken en hen naar het
licht en het rijk van God te voeren.
Zie met barmhartigheid neer op de kinderen van het volk, dat zolang uw
uitverkoren volk was. Moge het Bloed, dat zij vroeger over zich hebben
afgeroepen, nu als een bad van verlossing en van leven zijn, en over hen neerkomen.
Geef, o Heer, aan uw Kerk een zorgeloze vrijheid; geef aan alle volkeren de
vrede door de handhaving van de orde; en zorg dat van het ene einde der aarde tot
het andere deze ene kreet zou weerklinken: Lof aan het Goddelijk Hart, dat ons
de zaligheid heeft gegeven. Aan het Hart zij eer en roem tot in eeuwigheid.
Amen.
Voor dit jaar evenwel verlangen wij, dat die
toewijding op de 31e van deze maand zal plaats vinden, en op die dag zullen wij
zelf met pontificale plechtigheid het heilig Offer opdragen en diezelfde
toewijding in onze tegenwoordigheid laten doen. Het komt ons voor, dat wij het
heilig Jaar niet beter en passender kunnen besluiten, en dat wij aan Christus
de onsterfelijke Koning der eeuwen geen schitterender blijk van onze dankbaarheid
kunnen geven voor al de weldaden in deze tijd van zegen aan ons zelf, aan de
Kerk, kortom aan alle katholieken bewezen; wij zullen daarbij dan ook de
dankbaarheid van de gehele katholieke wereld vertolken.
ARTIKEL 5 - Weerlegging van bezwaren die tegen
een afzonderlijk feest van Christus Koning kunnen worden ingebracht
Ook behoeven wij u niet lang en
breed uiteen te zetten, waarom wij een afzonderlijk feest van Christus Koning
te vieren hebben voorgeschreven, naast andere feesten, waarin een zekere
aanduiding en herdenking van die waardigheid zou liggen opgesloten. Wij kunnen
volstaan met er op te wijzen, dat, hoewel bij alle feesten van Onze Heer het
zg. materiële object hetzelfde is, toch het formele object volstrekt
onderscheiden is van de macht en de titel van koning. En wij hebben dit feest
op zondag gezet hierom, opdat niet alleen de clerus door het heilig Misoffer en
het psalmgebed aan de goddelijke Koning zijn hulde zal betuigen, maar ook het
volk, vrij van zijn dagelijkse bezigheden en in de geest van heilige
blijdschap, een schitterend getuigenis van zijn gehoorzaamheid en verknochtheid
aan Christus zal afleggen. Maar voor deze viering leek ons veel meer dan andere
zondagen geschikt: de laatste zondag van oktober, wanneer de kringloop van het
kerkelijk jaar weldra gaat gesloten worden. Want de herdenking van de geheimen
van Christus' leven, die in de loop van het voorafgaand jaar heeft plaats
gehad, vindt zo door het plechtig feest van Christus Koning haar afsluiting en
bekroning. Ook wordt dan, alvorens wij de glorie van alle heiligen vieren, de
roem en heerlijkheid verkondigd van Hem die in al Zijn heiligen en
uitverkorenen triomfeert.
Het zal derhalve uw taak zijn, en
tot uw opdracht horen, om te zorgen dat aan die jaarlijkse viering voorafgaand
op vastgestelde dagen voor de gelovigen van iedere parochie preken over dit
onderwerp worden gehouden. Zij moeten daarin zorgvuldig worden onderricht over
de natuur, de betekenis en het gewicht van het feestgeheim, en worden opgewekt
om ook hun leven zo in te richten, als het past aan getrouwe en toegewijde
onderdanen van hun goddelijke Koning.
DEEL 3 : BESLUIT
ARTIKEL 1 Verwachtingen die de paus van de
viering koestert
PARAGRAAF 1 - Voor de Kerk en de geestelijke
orden
Intussen willen wij u op het
einde van dit rondschrijven in het kort de voordelen uiteenzetten, welke wij
van de openbare eredienst aan Christus als koning verwachten en verhopen, zo
voor het welzijn van de Kerk en de burgerlijke maatschappij, als voor het heil
van de gelovigen ieder afzonderlijk. Ongetwijfeld zullen door deze eerbewijzen
aan het koningschap des Heren vanzelf diverse waarheden in herinnering gebracht
worden; vooreerst deze: daar de Kerk door Christus is ingericht als een
volkomen maatschappij, kan zij beslist krachtens oorspronkelijk en
onvervreemdbaar recht aanspraak maken op onbeperkte vrijheid van en
onaantastbaarheid door de burgerlijke macht. En daar de taak om te leren, te besturen
en allen die tot Christus' rijk behoren tot de eeuwige zaligheid te brengen,
haar van Godswege is opgedragen, moet zij in het uitoefenen daarvan
onafhankelijk zijn van vreemde willekeur.
En zelfs moet de staat bovendien
een soortgelijke vrijheid verlenen aan orden en genootschappen voor
kloosterlingen van beiderlei geslacht, die voor de herders van de Kerk een
krachtige hulp zijn en buitengewoon verdienstelijk werken voor de uitbreiding
en bevestiging van het rijk Gods. Want zij bestrijden de drievoudige begeerte
van de wereld door hun gebondenheid aan de heilige geloften en hebben de
verplichting tot een volmaakter leven op zich genomen; door een en ander doen
zij die heiligheid, welke de goddelijke Stichter tot onderscheidend kenmerk van
Zijn Kerk heeft gemaakt, in onafgebroken en dagelijks toenemende luister voor
aller ogen uitstralen en schitteren.
PARAGRAAF 2 - Voor de staatslieden en het
gelovige volk
Ook zal de jaarlijks herhaalde
viering van dit feest op zichzelf reeds de staten er aan herinneren, dat de
overheden en regeringen evenzeer als de particulieren gehouden en verplicht
zijn om Christus in het openbaar te erkennen en Hem te gehoorzamen. En het zal
hen doen denken aan dat laatste oordeel, waarin Christus niet alleen zijn
uitbanning uit het openbare leven, maar ook die verachtelijke miskenning en
veronachtzaming als een groot onrecht zeer streng zal wreken. Het is immers een
eis van Zijn koninklijke waardigheid, dat het gehele openbare leven naar de
geboden Gods en de christelijke beginselen worden geregeld, zowel in de
wetgeving en in de rechtspraak, als ook in de opvoeding van de jeugd tot een
gezonde leer en reine zeden.
Bovendien zullen de gelovigen uit
de verklaring van deze gewichtige waarheden zeer veel kracht en moed kunnen
putten om hun innerlijk leven naar de zuiver christelijke levensbeginselen te
vormen. Want als aan Christus onze Heer alle macht is gegeven in de hemel en op
de aarde, en als alle mensen, door Zijn allerkostbaarste Bloed verlost, hierom
op een nieuwe titel aan Zijn macht zijn onderworpen; als kortom Zijn
heerschappij geheel de menselijke natuur omvat, dan spreekt het vanzelf, dat
geen enkel onzer vermogens van onderwerping aan die macht is vrijgesteld.
ARTIKEL 2 - Gevolgtrekking en vermaning
En daarom moet Hij heersen in 's
mensen verstand, dat in volmaakte onderwerping vast en onwankelbaar behoort in
te stemmen met de geopenbaarde waarheden en met de leer van Christus. Hij moet
heersen in 's mensen wil, en deze behoort aan Gods wetten en geboden te
gehoorzamen; Hij moet heersen in 's mensen hart, en dit behoort God boven alles
te beminnen en Hem alleen aan te hangen, met achterstelling van zijn
natuurlijke verlangens. Ja, Hij moet heersen in ons lichaam en zijn ledematen,
die als werktuigen, of liever om met de H. Paulus te spreken, als wapenen
van gerechtigheid voor God (Rom. 6, 13) de innerlijke heiliging van de
ziel dienstbaar moeten zijn. Als men dit alles aan de gelovigen voorhoudt,
opdat zij het grondig overwegen, dan zal het hun de weg tot grote volmaaktheid
veel vergemakkelijken.
ARTIKEL 3 - Slotwens van de paus
O, mogen velen buiten de Kerk,
tot hun heil naar het zoete juk van Christus verlangen en het ook aannemen; en
mogen wij allen, die door de barmhartige wil van God reeds Zijn huisgenoten
zijn, dat zoete juk niet bedrukt, maar graag met liefde en op heilige wijze
dragen. En als wij ons leven naar de wetten van Gods koninkrijk inrichten, dan
zullen wij een overvloed van goede vruchten oogsten; wij zullen dan, door
Christus als goede en trouwe dienaren erkend, in Zijn hemels koninkrijk de
eeuwige zaligheid en glorie bij Hem deelachtig worden. Moge deze vrome heilwens
voor u, bij het naderen van het heilig Kerstfeest, een bewijs zijn van onze
vaderlijke liefde voor u; en ontvangt als onderpand van de goddelijke weldaden
de apostolische zegen, die wij aan u, en aan uw clerus en uw volk met grote
liefde verlenen.
Gegeven te Rome, bij
Sint Pieter, 11 december 1925.
Maar Jezus deed een profetie aan Zuster
Maria van Christus Koning. Hij zei: Ik zal een tijd van beproeving toelaten,
en voor mijn werk moet Ik begraven worden in het graf zoals toen, maar Ik zal
terugkomen, want deze plaats behoort aan Mij tot het einde van de wereld.
Wanneer de vrede is hersteld op de wereld zal de Basiliek herop gebouwd worden
en zullen alle naties van de aarde komen en zich neergooien en overvloedig
gaven ontvangen. Deze basiliek zal herop gebouwd worden door de toekomstige
koning van Frankrijk, Henri V van het Kruis.
Deze profetie werd ook bevestigd in een
eerdere profetie door Marie Julie Jahenny in 1880. Ze zei dat het heiligdom zou
herop gebouwd worden een een centrum zal zijn van genaden, gebeden en zegeningen
in Parijs, dat zal vernieuwd worden en herop gebouwd.
Overzicht voor de Jezus Koning van
Alle Naties Devotie. De devotie bestaat uit de volgende elementen:
* De afbeelding stelt
de barmhartige Jezus voor in Zijn titel van "Jezus Koning van Alle
Naties".
* De medaille stelt
"Jezus Koning van Alle Naties" voor en de Heilige Aartsengel
Michael, Beschermer van het Koninkrijk van Christus op Aarde, op de keerzijde
van de medaille.
* De gebeden bestaan
uit: 1 De
afbeeldingen en medaille (zie deel 1) 2 Het Kroontje
van eenheid 3 De Noveen van
kroontjes (9 keer het Kroontje van eenheid bidden) 4 De Noveen ter
ere van Jezus als Ware Koning 5 De Noveen van
Heilige Communies 6 De Toewijding
aan Maria, Middelares van Alle Genade 7 De Speciale
Zegen 8 De Litanie ter
ere van Jezus Koning van Alle Naties
2 Kroontje van Eenheid
Het
Kroontje wordt gebeden op een gewone rozenkrans. Gebedsgroepen mogen het gebed
opsplitsen tussen Voorspreker (V) en Groep (G). Bid op de grote kraal voor
ieder van de vijf tientjes :
V: God onze Hemelse Vader, door Uw Zoon Jezus, onze
Geslachtofferde Hogepriester, Ware Profeet, en Soevereine Koning,
G: Stort de kracht van Uw Heilige Geest over ons uit en
open onze harten. In Uw Grote Barmhartigheid, door de Moederlijke Voorspraak
van de Heilige Maagd Maria, onze Koningin, vergeef onze zondigheid, heel onze
gebrokenheid, en vernieuw onze harten in geloof, vrede, liefde en vreugde van
Uw Koninkrijk, dat we één mogen zijn in U.
Bid
op de 10 kleine kralen van elk van de vijf tientjes:
V: In Uw Grote Barmhartigheid,
G: Vergeef onze zondigheid, heel
onze gebrokenheid, en vernieuw onze harten, dat we één mogen zijn in U.
Tenslotte
in koor:
Hoor,
O Israel! De Heer Onze God is Eén God!
Oh
Jezus, Koning van Alle Naties, moge Uw heerschappij op Aarde erkend worden!
Maria,
Onze Moeder en Middelares van Alle Genade, bid voor ons en wil voor ons, uw
kinderen, ten beste spreken!
Heilige Michael, Grote
Prins en Beschermer van Uw Volk, kom met de Heilige Engelen en Heiligen, en
bescherm ons!
"Bid
Mijn Kroontje van eenheid voor de lijdende zielen in het Vagevuur. Deze zielen
in het bijzonder hebben de heling van mijn barmhartige genaden nodig omdat zij
niet voor zichzelf kunnen bidden. Velen zullen geleidelijk geheeld worden en Ik
zeg je, menigten zullen bevrijd worden!"
"Ik
beloof dat dit Kroontje van Eenheid grote macht over Mijn Gewonde Heilig Hart heeft
wanneer het gebeden wordt in Geloof en Vertrouwen om de gebrokenheid te genezen
van de levens van Mijn volk veroorzaakt door zoveel zonde, egoïsme,
verdeeldheid en onenigheid. Bid
dit Kroontje voor bekering en vergeving, om jullie harten te openen en jullie harten
met het Mijne te verzoenen, dat je Mijn Woord moge ontvangen, en handelen
volgens Mijn Wil voor jou. Bekering, bekering, bekering, Mijn kinderen! Belijd
je zonden aan Mij door Mijn priesters zodat Ik je moge bedekken met Mijn
Barmhartigheid. Bid dit Kroontje zodat een vernieuwing van je hart en geest
door de Heilige Geest zal leiden tot een dagelijkse bekering in Geloof, Vrede,
Liefde en Vreugde in jullie zielen. Ik beloof je 'Mijn Vrede, Mijn Goddelijke
Aanwezigheid in jullie ziel,' die de werelds denkenden niet kunnen of willen
verstaan! Mijn Vrede kent geen grenzen of beperkingen! Door op deze manier tot
Mij te bidden, zullen jullie je van zonde afkeren en van de vernietigende
gevolgen ervan, en tot een steeds groter wordende overvloed van genaden van Mij
in Mijn Barmhartigheid."
4 Het noveengebed ter
ere van Jezus als Ware Koning
Dit
eenvoudig noveengebed is een gul geschenk van Onze Heer. Jezus gaf deze
buitengewone beloften samen met het noveen:
"Ik beloof dat iedere keer dat je dit noveengebed bidt, Ik 10 zondaars zal
bekeren, 10 zielen tot het Ene Ware Geloof zal brengen, 10 zielen zal bevrijden
uit het Vagevuur waarvan velen priesterzielen zijn-, en minder streng zal zijn
in Mijn oordeel over jullie natie."
De
noveen bestaat uit een dagelijks gebed over een periode van 9 dagen te bidden.
Het dagelijks gebed bestaat uit 1 Onze Vader, 1 Wees Gegroet en 1 Eer van de
Vader, gebeden samen met het volgende noveengebed :
O
Heer onze God, U alleen bent de Heilige Koning en Bestuurder van alle naties.
We bidden tot U, Heer, en blijven in grote verwachting om van U, O Goddelijke
Koning, barmhartigheid, vrede, rechtvaardigheid en alle goede dingen te
ontvangen.
O
Heer onze Koning, bescherm onze gezinnen en ons geboorteland. We bidden tot U,
onze Meest Getrouwe, ons te beschermen! Bescherm ons voor onze vijanden
en voor Uw Rechtvaardig Gericht.
O
Soevereine Koning, vergeef ons onze zonden. Jezus, U bent de Koning van
Barmhartigheid. We hebben Uw Rechtvaardig Gericht verdient. Heb medelijden met
ons, Heer, en vergeef ons. We vertrouwen op Uw Grote Barmhartigheid.
O
ontzagwekkende Koning, we buigen ons voor U en bidden; dat Uw Heerschappij, Uw
Koninkrijk, op aarde mag erkend worden!
Amen.
Jezus
zei : "Ik wens dat dit noveengebed gebeden wordt 9 dagen voor Mijn Feest
van Christus Koning, maar Ik moedig zielen aan dit noveengebed op ieder
tijdstip gedurende het jaar te bidden. Mijn beloften zullen verleend worden
elke keer dat het gebeden wordt."
5 Noveen van Heilige
Communies
Dit
noveengebed bestaat uit 9 opeenvolgende Heilige Communies ter ere van Jezus
Koning van Alle Naties. Jezus zei "Ik wens dat de gelovige zielen die deze
Devotie tot Mij doen een noveen van Heilige Communies bidden. Zij zullen
mij daardoor 9 opeenvolgende Heilige Communies offeren, en gedurende deze
noveen naar de Biecht gaan, als het mogelijk is, ter ere van Mij als 'Jezus
Koning van Alle Naties'."
Jezus
wees erop dat met "opeenvolgend", Hij 9 communies bedoelde die de
zielen ononderbroken zouden ontvangen, de een na de ander zouden
gebeurden. Ze moeten niet op 9 opeenvolgende kalenderdagen gebeuren. Ze
mogen ook op 9 opeenvolgende zaterdagen of 9 opeenvolgende zondagen gebeuren.
De
krachtige en weergaloze gevolgen van deze Noveen werden aan Jezus' boodschapper
in een visioen getoond. Ze zag Jezus opkijken naar de Hemel. Negen
keer gaf Hij een opdracht en kwam er een engel naar de aarde. Jezus zei:
"Mijn dochter, voor die zielen die deze devotie tot Mij richten zal Ik een
engel van elk van de Negen Engelenkoren aanbieden, één met iedere Heilige
Communie, om deze ziel te beschermen voor de rest van zijn leven op deze
aarde."
Jezus
wil dat we de Noveen voor anderen bidden, en Hij legt de noodzaak ervan in deze
tijd uit : "Deze Noveen kan gebeden worden met zijn beloften voor
een andere ziel, en deze ziel zal ook bijkomende engelenbescherming ontvangen.
Ik dring er bij Mijn getrouwen op aan om Mij deze Noveen telkens opnieuw aan te
bieden zodat Ik kan blijven Mijn heilige engelen naar beneden zenden voor de
bescherming en hulp van andere zielen die dit niet voor zichzelf kunnen doen. In deze eindtijd is de macht van de
vijand fel vermeerderd. Ik zie hoezeer Mijn kinderen Mijn bescherming nodig
hebben."
In
Zijn grote vrijgevigheid verleende Jezus, bovenop zijn engelenbescherming, dat
iemand een aparte, losstaande intentie voor deze Noveen mocht hebben. Hij
beloofde : "Wat ze
vragen in deze Noveen, zal Ik zeker verlenen, als het in overeenstemming is met
Mijn Heilige Wil. Laat deze zielen hun intentie aan Mij vragen zonder
voorbehoud."
6 Toewijding aan Maria, Middelares van Alle
Genade
Jezus vraagt aan diegene die deze Devotie
bidden zich toe te wijden aan Zijn Moeder onder de titel Maria, Middelares van
Alle Genade. Zijn boodschapper noteerde Jezus woorden.
"Mijn
dierbare kleine dochter, jouw Heer en God komt naar jou om je een belangrijke
boodschap te geven. Ik wens dat de zielen die Mijn devotie tot 'Jezus Koning van Alle Naties bidden,
zich special toewijden aan Mijn Heilige Moeder onder haar titel van
'Maria, Middelares van Alle Genaden,' dat Mij verheugd heeft in Mijn
grote Liefde voor haar en dit aan haar te geven. Mensen MOETEN haar onmisbare
rol als Middelares erkennen. Zij is het Kanaal van al Mijn Genaden aan de
mensheid. Enkel wanneer dit dogma officieel uitgeroepen zal worden door Mijn
Kerk zal Ik waarlijk Mijn Heerschappij op aarde vestigen."
OLVrouw
verscheen daarna naast de Heer en zei: "Dochter,
weet dat Ik dit gebed heb verkregen voor mijn kinderen van het Hart van mijn
Goddelijke Zoon."
Jezus
openbaarde dan het Gebed van Toewijding aan Maria, Middelares van Alle Genade :
O
Maria, Heilige en Onbevlekte Moeder van God, van Jezus, onze Geslachtofferde
Hogepriester, Ware Profeet en Soevereine Koning. Ik kom tot U, Middelares van
Alle Genade, want dat is waarlijk wat U bent. O Fontein van alle Genade! O
Mooiste van alle Rozen! Zuivere Lente! Onbezoedeld Kanaal van al Gods Genade!
Ontvang mij, Heilige Moeder! Bied mij en al mijn noden aan de Heilige
Drieёenheid aan! Dat mijn noden die door U zuiver en heilig werden gemaakt in
Zijn ogen door Uw handen, naar mij mogen terugkeren door U, als genaden en
zegen. Ik geef mijzelf aan U en wijd me toe aan U, Maria, Middelares van Alle
Genade, dat Jezus, Onze Unieke Ware Middelaar, die de Koning van Alle Naties
is, moge regeren in ieder hart. Amen.
Jezus
gaf ook deze mooie boodschap:
"Mijn kinderen, Ik wens enkel vrede en geluk voor
jullie! Mijn Heilige Moeder heeft telkens opnieuw smeekbeden tot jullie
gericht! Ze smeekt nog steeds voor jullie Kinderen, luister naar jullie
Hemelse Moeder. Is er een meer tedere en liefdevolle ambassadrice dan Mijn
eigen Moeder? Zie je, Mijn kinderen, als Ik tot jullie was gekomen in Mijn
Macht en Majesteit vooraleer Mijn Heilige Moeder tot jullie was gekomen in
grote tederheid en nederigheid, zouden jullie dit niet aangekund hebben uit
schrik. De tijd is aangebroken, Mijn kinderen. Jullie Heer komt tot jullie met
grote Macht en Majesteit."
"Mijn Heilige Moeder heeft Mijn Weg voorbereid, met de
grootst mogelijke zorg. Mijn kinderen, jullie hebben heel veel te danken aan
jullie Hemelse Moeder.." Op 12 december 1993, feest van OLVrouw
van Guadelupe, zei Jezus het volgende over Zijn Moeder:
"Maria regeert
niet meer als een Koningin, dan wanneer Ze liefheeft als een Moeder." Hij
zei, "Maak dit bekend."
7 De Speciale Zegen
De
Speciale Zegen van Jezus Koning van Alle Naties was geopenbaard door Onze Lieve
Vrouw wanneer ze verscheen met het Kind Jezus in haar armen. Het Kind was rozen
aan het plukken, één voor één van Zijn Heilig Hart. Hij kuste de rozen en hield
ze aan de lippen van Zijn Moeder. Onze Lieve Vrouw kuste iedere roos, nam ze
uit Jezus handen, raakte met de rozen Haar Hart aan en gaf ze daarna aan
de "geestelijke moeder" die iedere roos in het Onbevlekt Hart van
Maria plaatste. De rozen werden vandaar verdeeld aan de volkeren van alle
naties voor eeuwig miljarden en miljarden rozen. De rozen zijn genaden van de
Speciale Zegen, en het doorgeven van de genaden van Jezus naar Maria en dan
naar haar kinderen illustreert de rol van Maria als Middelares van Alle Genade.
Om de Speciale Zegen te geven:
De
Speciale Zegen kan door elkeen doorgegeven worden aan anderen, in persoon of op
afstand in gebed. Als je het persoonlijk door wilt geven, plaats dan je handen
op het hoofd van de persoon met jouw rechterduim op zijn/haar voorhoofd. Als je
deze zegen wilt doorgeven op afstand, houd dan je handen over, of in de
richting van, de persoon of groep en bid :
Moge
de Heerschappij van Jezus Koning van Alle Naties erkend worden in je
hart;
Moge de Heerschappij van Jezus Koning van Alle Naties beleefd worden in je
hart;
Moge de Heerschappij van Jezus Koning van Alle Naties gegeven worden door jouw
hart aan andere harten; zodat de Heerschappij van Jezus Koning van Alle Naties
beleefd kan worden in ieder hart over de hele wereld. Ik vraag deze Speciale
Zegen door Onze Lieve Vrouw, Middelares van Alle Genade. Zij heeft, als
Koningin en Moeder van Alle Naties, deze enorme genade voor jou verkregen van
het Heilig Hart van haar Goddelijke Zoon, in de naam van de Vader en van de
Zoon en van de Heilige Geest. Amen.
Maak
het kruisteken op het voorhoofd van de persoon met je duim, of maak het
kruisteken met je handen in zijn/haar richting.
De
gaven van de Speciale Zegen zijn de gave van ontvangen, begrijpen, en beleven
van Jezus Woord in de Schrift; de gave van intimiteit met Jezus, Maria, en
zielen als partners in het Lichaam van Christus; en de gave om de geheimen van
Gods liefde te kennen. De zegen schenkt ook genezing en brengt eenheid in
het Lichaam van Christus.
Jezus
wil dat iedereen de genaden van deze koninklijke Speciale Zegen ontvangt. Bid
ervoor zodat jouw gezin, jouw vrienden, je priesters, de zieken, de stervenden
en ieder die Gods barmhartigheid nodig heeft deze ontvangt.
8 Litanie ter ere van Jezus Koning van alle Naties
Jezus
zei tot Zijn boodschapper : "Ik
beloof dat éénieder die Mijn Litanie bidt, in Mijn armen zal sterven met Mijn
glimlach op hen gericht. Ik zal Zelf verschijnen aan deze zielen als Koning
van Alle Naties vóór hun dood."
De
litanie antwoorden zijn aangeduid met de letter "A" en moeten
na iedere aanroeping gebeden worden.
Heer,
heb medelijden met ons.
Christus, heb medelijden met ons.
Heer, heb medelijden met ons.
A
Heb medelijden met Ons.
God,
onze Hemelse Vader, Die de Troon van Uw Zoon voor eeuwig in stand houdt.
God
de Zoon, Jezus, onze Geslachtofferde Hogepriester, Ware Profeet, en Soevereine
Koning,
God
de Heilige Geest, stort over ons met overvloedige nieuwheid uit,
Heilige
Drieëenheid, Drie Personen-Eén God in de Schoonheid van Uw Eeuwige Eenheid,
A
- Regeer in Onze Harten.
O
Jezus, onze Eeuwige Koning,
O Jezus, Barmhartige Koning,
O Jezus, Die de Gouden Scepter van Uw Barmhartigheid tot ons richt,
O Jezus, door Wiens Grote Barmhartigheid we het Sacrament van de Biecht hebben gekregen,
O Jezus, Liefhebbende Koning die ons Uw helende Genade aanbiedt,
O Jezus, onze Eucharistische Koning,
O Jezus, de Koning die door de profeten werd voorspeld,
O Jezus, Koning van Hemel en Aarde,
O Jezus, Koning en Bestuurder van Alle Naties,
O Jezus, Grote vreugde van het Hemels Hof,
O Jezus, Koning die Medelijden toont voor Uw onderdanen,
O Jezus, Koning van waar alle autoriteit komt,
O Jezus, in wie, we met de Vader en de Heilige Geest, één zijn,
O Jezus, Koning Wiens Koninkrijk niet van deze wereld is,
O Jezus, Koning Wiens Heilig Hart brandt van Liefde voor de hele
mensheid,
O Jezus, Koning Die het Begin en het Einde is, het Alfa en Omega,
O Jezus, Koning Die ons Maria, de Koningin gegeven heeft om onze Moeder te
zijn,
O Jezus, Koning Die op de wolken van de Hemel zal komen met Macht en in
Glorie,
O Jezus, Koning Wiens Troon we mogen naderen met vertrouwen,
O Jezus, Koning Die werkelijk aanwezig is in het Heilig Sacrament,
O Jezus, Koning Die Maria tot Middelares van Alle Genaden gemaakt heeft,
O Jezus, Koning Die Maria tot Medeverlosseres gemaakt heeft, Uw partner in het
Plan van Verlossing,
O Jezus, Koning Die ons wil genezen van alle verdeeldheid en onenigheid,
O Jezus, Koning die gekwetst is door de onverschilligheid van de
mensheid,
O Jezus, Koning Die de balsem van Uw Liefde geeft om ons gewond hart te
troosten,
O Jezus, Koning Die de Grote IK BEN in ons is, onze Bron van Pure Verrukking.
A
Dat we U mogen dienen.
Jezus,
Koning van Alle Naties, Ware Heerser van alle aardse machten,
Jezus, Koning van Alle Naties, die onder Uw voeten de machten der Hel voor
eeuwig bindt,
Jezus, Koning van Alle Naties, het Licht dat boven alle licht is verheven en
die ons verlicht in de duisternis dat rond ons hangt,
Jezus, Koning van Alle Naties, Wiens Barmhartigheid zo Groot is dat ze de
straffen milder maakt, die onze zonden eigenlijk verdienen,
Jezus, Koning van Alle Naties, door de Drie Koningen als de Ware Koning werd
erkend,
Jezus, Koning van Alle Naties, Enige Remedie voor een wereld die zo ziek
is,
Jezus, Koning van Alle Naties, Die de zielen en naties die U als Ware Koning
erkennen, zegent met Vrede,
Jezus, Koning van Alle Naties, Die in Zijn Barmhartigheid ons Uw Heilige
Engelen zendt om ons te beschermen,
Jezus, Koning van Alle Naties, Wiens Grootste Prins de Heilige Aartsengel
Michael is,
Jezus, Koning van Alle Naties, Die ons leert dat regeren dienen is,
Jezus, Koning van Alle Naties, Rechtvaardige Rechter Die de goddelozen van de
goeden zal scheiden,
Jezus, Koning van Alle Naties, voor Wie iedere knie zal buigen,
Jezus, Koning van Alle Naties, Wiens Rijk een eeuwig Rijk is,
Jezus, Koning van Alle Naties, het Lam die onze Herder is,
Jezus, Koning van Alle Naties, Die na het vernietigen van iedere
soevereiniteit, autoriteit en macht, het Koninkrijk aan Uw God en Vader zal
geven,
Jezus, Koning van Alle Naties, Wiens Heerschappij geen einde kent,
Jezus, Koning van Alle Naties, Wiens goedheid aan ons blijvend is en wiens
trouw voor eeuwig is,
A
We prijzen en danken U.
Eeuwige
Vader, Die ons Uw Eniggeboren Zoon hebt geschonken om onze Verlosser te zijn,
Onze Ware Middelaar, en Soevereine Koning, Liefhebbende Jezus. De Soevereine
Koning, die Zich vernederd heeft uit Liefde voor ons en die dienaar werd. De
Heilige Geest, Derde Persoon van de Drieëenheid, Liefde van de Vader en de
Zoon, Die ons heiligt en ons leven geeft.
Maria,
onze Koningin en Moeder, die tot Jezus voor ons bemiddelt, A
Bid voor ons.
Maria,
onze Koningin en Moeder, door wie alle Genade tot ons komt, A
Bid voor ons.
Maria,
onze Koningin en Moeder, Uniek Juweel van de Heilige Drieëenheid, A
Bid voor ons.
Heilige
Engelen en Heiligen van onze Goddelijke Koning, A Bid voor ons en
Bescherm ons.
Amen.
QUAS PRIMAS Paus Pius XI 11 december 1925
Over het feest van Christus Koning
INLEIDING
ARTIKEL 1 - Een terugblik op de paus zijn
eerste encycliek: de vrede van Christus in het rijk van Christus; betere
vooruitzichten
In het eerste rondschrijven, dat
wij na het aanvaarden van het pausschap tot alle bisschoppen hebben gericht,
gingen wij de diepere oorzaken na van de zware rampspoed, die de mensheid
tegenwoordig teistert. Wij hebben het toen, ondubbelzinnig uitgesproken, dat de
bron van die stortvloed van ellende, waarmee de wereld wordt overstelpt, deze
is: dat de meeste mensen uit hun persoonlijk gedrag en hun familieleven,
evenals uit de maatschappij Jezus Christus en Zijn heilige wet hebben
verbannen. Bovendien hebben wij erop gewezen, dat de hoop op een duurzame vrede
onder de volkeren nooit zal komen, zolang de mensen individueel en in
staatsverband de heerschappij van onze Verlosser blijven miskennen en
verwerpen. Daarom hebben wij er toe aangespoord de vrede van Christus in het rijk van Christus te zoeken,
en ook beloofd van onze kant al het mogelijke te doen.
Want wij achten geen middel
doeltreffender om het herstel en de bevestiging van de vrede te bereiken, dan
de heerschappij van onze Heer Jezus Christus weer in ere te herstellen.
Toch is er een verschijnsel dat
ons op betere tijden doet hopen. Er is opvallende belangstelling onder de
volkeren voor Christus en Zijn Kerk, de enige die redding brengt. Het is een
belangstelling van jonge datum, die nu veel krachtiger opleeft. Hieruit blijkt
dat velen, die eenmaal door verwerping van het gezag van onze Heiland als van
Zijn rijk uitgesloten waren, nu terugkeren naar de gehoorzaamheid aan Christus.
ARTIKEL 2 - Het heilig jaar en Christus'
koninkrijk: de Vaticaanse missietentoonstelling, talrijke bedevaarten naar
Rome, de heiligverklaringen, het eeuwfeest van de kerkvergadering van Nicea
Is er in de loop van het heilig
jaar veel tot stand gebracht en gebeurd, wat ongetwijfeld in gedurig aandenken
verdient te blijven: welk een grote eer en glorie is daardoor niet gebracht aan
de Stichter van de Kerk, onze opperste Heer en Koning!
Bij de Vaticaanse
missietentoonstelling hebben verscheiden punten sterk de aandacht getrokken en
diepe indruk gemaakt. Vooreerst de moeite die de Kerk zich voortdurend getroost
om het rijk van haar Bruidegom steeds verder uit te breiden naar alle landen,
ja, tot op de meest afgelegen eilanden in de oceaan toe. Verder het grote aantal
landstreken die door missionarissen, ten koste van veel inspanning en bloed,
reeds voor het katholicisme gewonnen zijn. Dan nog de uitgestrekte gebieden die
nog overblijven om aan de heilbrengende en milde heerschappij van onze Koning
te onderwerpen.
Wanneer gedurende deze tijd van
zegen talloze scharen onder leiding van hun bisschoppen of priesters van heinde
en ver naar de heilige stad getogen zijn, dan hadden zij allen daarbij maar één
doel: hun zielen te zuiveren van zondeschuld en dan bij de graven van de
Apostelen in ons bijzijn te betuigen, dat zij nu en voor altijd horen en willen
blijven horen tot Christus' rijk.
En dit rijk van onze Zaligmaker
zag men juist in nieuwe luister stralen, toen wij zes belijders en maagden,
wier loffelijke en buitengewone deugden bewezen waren, tot de verering onder de
heiligen in de hemel hebben toegelaten.
O welk een vreugde en welk een
troost heeft ons hart in die ogenblikken vervuld, toen in het heiligdom van de
St. Pieter, na onze beslissende uitspraak, onder het danklied uit de mond van
een ontzaglijke menigte gelovigen de jubelkreet weerklonk: Tu, Rex gloriae, Christe: Gij, o Christus,
zijt de Koning van de glorie! Want terwijl overal, waar de mensheid van
God vervreemd is, enkelingen zowel als staten, tengevolge van de hoog
opgelaaide onderlinge afgunst en van inwendige beroeringen, hun verval en
ondergang tegemoet snellen, zet de Kerk haar taak voort om aan de mensheid
geestelijk voedsel toe te dienen. Zij schenkt aan Christus, haar Bruidegom,
steeds weer een nieuwe heilige kroost, mannelijk en vrouwelijk, en brengt dat
voor Hem groot; en Hij van Zijn kant blijft zonder ophouden de trouwste en
gehoorzaamste onderdanen van Zijn rijk op aarde oproepen tot de eeuwige zaligheid
in het rijk des hemels.
Eindelijk werd tijdens het groot
jubileum de zestiende eeuwkring afgesloten sinds de kerkvergadering van Nicea.
Wij hebben dat feit gevierd en ook persoonlijk aan de herdenking in de
Vaticaanse basiliek deelgenomen; en wij deden dat met des te meer genoegen,
omdat die kerkvergadering niet alleen de medezelfstandigheid van de eniggeboren
Zoon met de Vader plechtig heeft erkend en als katholieke geloofsleer
voorgeschreven, maar ook door die woorden wiens rijk geen einde zal hebben in
haar geloofsbelijdenis of symbolum op te nemen, de koninklijke waardigheid van
Christus heeft uitgesproken.
ARTIKEL 3 - Slot van het jubeljaar: instelling
van een feest voor Christus' koningschap.
Omdat dit heilig jaar meer dan
één gelegenheid heeft geboden om Christus' koningschap in een nieuw licht te
plaatsen, menen wij volkomen te handelen in overeenstemming met ons apostolisch
ambt, als wij dit jaar besluiten met het invoeren van een bijzonder feest van
Onze Heer Jezus Christus Koning in de liturgie van de Kerk. Wij zullen daarmee
aan talrijke verzoeken voldoen, zowel door kardinalen en bisschoppen als door
gelovigen tot ons gericht. Het onderwerp stemt ons zo gelukkig, dat wij wensen u
daarover enige woorden te richten. Het zal dan daarna uw taak zijn, om alles
wat wij over de verering van Christus Koning zullen zeggen, zo voor het begrip
en de godsdienstige ontwikkeling van het volk pasklaar te maken, dat het
invoeren van deze jaarlijkse feestviering voor de toekomst overvloedige zegen als
gevolg zal hebben.
Gebed tot Christus Koning
O JEZUS CHRISTUS, ik erken U als Universele Koning.
Alle schepselen werden voor u geschapen. Oefen over mij alle rechten uit waarover U
beschikt.
Vernieuw mijn Doopbeloften, ik neem afstand van Satan, met al zijn werken
en ijdelheid, en ik beloof om te leven als een goede Katholiek: Ik beloof door
alle middelen die in mijn macht liggen de triomf tot stand te brengen van Gods
rechten en van Uw Kerk.
Goddelijk Hart van Jezus, ik bied U al mijn armzalige daden aan om te
verkrijgen dat alle harten Uw Heilig Koningschap mogen erkennen, en dat de
heerschappij van Uw Vrede mag opgericht worden over de hele wereld. Amen. DEEL 1 : DE LEER OMTRENT HET KONINGSCHAP VAN CHRISTUS
ARTIKEL 1 - Hoe is de leer van Christus'
koningschap te verstaan? Zeker, men noemt Christus algemeen en met recht koning
ook in oneigenlijke zin.
Christus Koning noemen is reeds
lang algemeen spraakgebruik geworden wegens Zijn hoogste trap van volkomenheid,
waardoor Hij boven al het geschapene de kroon spant. Hij heerst over het
verstand van de mensen, niet zozeer om de scherpte van Zijn geest en de
grote omvang van Zijn kennis, maar wel omdat Hij de Waarheid is, en alle mensen
noodzakelijk aan Hem de waarheid moeten ontlenen en ze van Hem in
gehoorzaamheid aanvaarden.
Eveneens heerst Hij over de wil
van de mensen: niet alleen omdat een volmaakte gelijkvormigheid van Zijn
menselijke wil beantwoordt aan de heiligheid van Zijn goddelijke wil; maar
bovendien beweegt Hij onze vrije wil om voor de edelste goederen in vuur te
geraken.
Eindelijk wordt Christus als Koning
van de harten erkend om Zijn liefde die alle begrip te boven gaat
(Ef. 3, 19) en om de aantrekkingskracht, die Zijn zachtmoedigheid en
goedertierenheid op alle harten uitoefent. Want er is nooit iemand geweest en
er zal ook in de toekomst nooit iemand zijn, die zozeer de algemene liefde van
de mensen genoot of bezitten zal, als Jezus Christus.
ARTIKEL 2 - Christus is ook koning in
eigenlijke zin
De titel en de macht van Koning
moeten ook in de eigenlijke zin worden verstaan en gehandhaafd voor Christus
als mens; want alleen als Hij mens is, kan van Hem gezegd worden, dat Hij van
de Vader macht en heerlijkheid en koningschap (Dan. 7, 13-14) heeft
ontvangen. Als het eeuwige Woord en met de Vader één in wezen, heeft Hij van
nature alles met de Vader gemeenschappelijk, dus ook het directe, opperste en
onbeperkte gezag over de hele schepping.
PARAGRAAF 1 - Bewijzen uit de heilige Schrift:
de boeken van het Oude Testament
Lezen wij niet in de heilige
Schrift, dat Christus Koning is? Hij is het, die daar genoemd wordt de heerser
die van Jacob zal afstammen, die door de Vader is aangesteld tot Koning over
Zijn heilige berg Sion en die de volkeren tot Zijn erfdeel zal ontvangen en de
grenzen van de aarde tot Zijn eigendom.
En het bruiloftslied, waarin de
gelijkenis van een zeer rijk en machtig koning de ware toekomstige Koning van
Israël wordt verheerlijkt, klinkt: Uw koningstroon, o God, duurt in
eeuwigheid, een staf van gerechtigheid is de scepter van Uw koningschap.
(Ps. 45, 7) En op een andere plaats werd voorspeld, dat Zijn koninkrijk door
geen grenzen beperkt zou zijn, en dat de weldaden van rechtvaardigheid en vrede
de rijkdom ervan zouden uitmaken. In Zijn dagen zal er rechtvaardigheid en
overvloedige vrede ontstaan.... En Hij zal heersen van zee tot zee en van de
stroom tot aan de grenzen van de aardkring. (Ps. 72, 7-8)
Hierbij voegen zich nog uitspraken
van profeten, vooral die van Jesaja:
Een Kind is ons geboren en
een Zoon is ons geschonken en de heerschappij is op Zijn schouders gelegd; en
Zijn naam wordt genoemd: wonderbaar, raadsman, God, sterke, Vader van de
toekomende tijd, Vredevorst! Zijn rijksmacht zal zich uitbreiden en aan de
vrede zal geen einde zijn: op de zetel van David en over zijn rijk zal Hij
tronen, om het te bevestigen en te versterken in recht en rechtvaardigheid,
voor nu en tot in eeuwigheid. (Jes. 9, 6-7)
Jeremias voorspelde dat een
rechtvaardige spruit van Davids stam zou voortkomen, en dat deze Zoon van
David als koning zal heersen en wijs zijn, en recht zal doen in het land.
(Jer. 23, 5) Ook Daniël kondigt aan hoe God een rijk zal stichten dat in
eeuwigheid niet ten gronde zal gaan en eeuwig zal blijven bestaan. (Dan.
2, 44) Wat later voegt hij er aan toe:
Ik zag in een nachtelijk
visioen en uit de wolken des hemels kwam iemand als een mensenzoon en hij trad
voor de hoogbejaarde en men leidde hem in zijn tegenwoordigheid. En hij gaf hem
macht en heerlijkheid en koningschap, en alle volkeren, stammen en talen zullen
hem dienen. Zijn macht is een eeuwige macht, die nooit zal vergaan, en zijn
koninkrijk is er een, dat nooit zal worden verwoest. (Dan. 7, 13-14)
En dan de voorspelling van
Zacharias over de zachtmoedige Koning, die rijdend op een ezel, het veulen
van een ezelin, rechtvaardig en als Verlosser, (Zach. 9, 9) onder het gejubel
van de volk Jeruzalem zou binnentrekken; waarvan de schrijvers van het
Evangelie de vervulling hebben erkend en vastgesteld.
PARAGRAAF 2 - Bewijzen uit de boeken van het
Nieuwe Testament
De leer over Christus'
koningschap ligt in de boeken van het Oude Testament bezegeld, maar zij
verdwijnt niet op de blaren van het Nieuwe Testament, integendeel: zij wordt er
zelfs op grootse wijze en in schitterende bewoordingen verkondigd.
Wij halen hier de boodschap van
de aartsengel Gabriel aan, van wie de heilige Maagd verneemt, dat zij een Zoon
zal baren, aan wie God de Heer de zetel van Zijn vader David zal geven en
die over het huis van Jacob zal heersen in eeuwigheid en wiens rijk geen einde
zal hebben. (Lc. 1, 32-33) Christus zelf legt getuigenis af van Zijn
vorstenmacht: want zowel toen Hij in Zijn laatste rede tot het volk sprak over
het loon dat de rechtvaardigen zullen verwerven en de straffen die de
schuldigen zullen ondergaan, evenals toen Hij de Pilatus te woord stond, die
Hem officieel ondervroeg of Hij koning was, en ook toen Hij na Zijn verrijzenis
aan de apostelen de taak opdroeg om alle volkeren te onderwijzen en te dopen:
bij iedere gelegenheid kende Hij zich de titel van koning toe en verzekerde Hij
openlijk, dat Hij koning was en verkondigde Hij, dat aan Hem alle macht was
gegeven in de hemel en op de aarde. (Mt. 28, 18)
Hij drukte niets ander uit dan de
grote omvang van Zijn macht en de onbegrensdheid van Zijn koninkrijk. Johannes
noemt hem Opperste onder de koningen der aarde, (Openb. 1, 5) en op
Zijn kleed en op Zijn heup draagt Hij het opschrift: Koning der koningen en
Heer der heren. (Openb. 19,16) God de Vader heeft Christus gesteld tot
erfgenaam van al Zijn bezit (Hebr. 1, 1) en Hij moet Zijn koningschap
uitoefenen tot Hij - bij het vergaan van de wereld - Al Zijn vijanden
aan de voeten van God de Vader zal neerleggen. (1 Kor. 15, 25)
PARAGRAAF 3 - Praktische erkenning van
Christus' koningschap door de Kerk: vooral in de liturgie.
Uit de algemene leer van de katholieke
Kerk - want zij is Christus' rijk op aarde, werkelijk bestemd om zich over alle
mensen en alle landen uit te breiden, - volgde de verplichting om haar Stichter
in de jaarkring van de liturgie als haar Koning en Heer en als Koning van de
koningen te huldigen onder vele vormen van verering. Zon huldeblijken heeft de
Kerk reeds gegeven bij het aloude gebruik van het bidden en zingen van de
psalmen en in de sacramentaria uit de oudheid; en zij kent ze ook tegenwoordig
nog, zowel bij haar dagelijks officieel gebed tot de goddelijke Majesteit, als
bij het opdragen van het Misoffer. In deze gedurige lofprijzing op Christus de
Koning neemt men gemakkelijk een overeenkomst waar tussen onze ritus en de
Oosterse kerkgebruiken, zodat ook op dit gebied het bekende beginsel geldt: de
regel voor het bidden geeft de regel voor het geloven aan.
ARTIKEL 3 De juridische grondslag voor
Christus koningschap
PARAGRAAF 1 - De rechten die volgen uit de
hypostatische vereniging (goddelijke en menselijke natuur in Jezus)
De H. Cyrillus van Alexandrië merkt
hierover op: Want Hij bezit de heerschappij over alle schepselen, zonder dat
Hij ze door geweld heeft afgedwongen of van buiten heeft ontleend, maar als
Zijn eigen recht krachtens Zijn wezen en natuur.
Zijn oppermacht steunt juist op
die wonderbare vereniging, die men de hypostatische vereniging noemt; uit deze
vereniging vloeit voort, dat Christus niet alleen als God moet aanbeden worden,
door engelen en mensen, maar ook dat aan Zijn gezag als mens de engelen zowel
als de mensen onderworpen zijn en moeten gehoorzamen. Dat wil dus zeggen, dat
Christus alleen al op titel van de hypostatische vereniging macht over alle
schepselen bezit.
PARAGRAAF 2 - De verdienste van het
verlossingswerk
Maar Christus heerst niet alleen
door geboorterecht over ons, maar ook door de verdienste van de verlossing
die Hij verworven heeft.
We moeten dikwijls denken aan de
grote prijs die wij aan onze Verlosser gekost hebben! Niet met vergankelijk
goud of zilver zijt gij vrijgekocht, maar door het kostbaar bloed van Christus,
een vlekkeloos Lam zonder gebreken. (1 Pt. 1, 18-19) Wij zijn niet meer onze
eigendom, omdat Christus ons voor een hoge prijs (1 Kor. 6, 20) heeft
gekocht. Ons lichaam is zelfs een ledemaat van Christus. (1 Kor. 6,
15)
ARTIKEL 4 - Aard en betekenis van Christus'
koningschap: het omvat een drievoudige macht, namelijk de wetgevende,
rechterlijke en uitvoerende macht
Deze heerschappij bestaat in een
drievoudige macht, zonder welke een vorstenmacht nauwelijks denkbaar is. Christus
is aan de mensen gegeven als Verlosser op wie zij hun vertrouwen mogen stellen,
maar ook als Wetgever, die zij moeten gehoorzamen.
In het Evangelie staat dat Hij
wetten heeft uitgevaardigd, maar Hij treedt voortdurend wetgevend op; en van,
al degenen, die deze geboden zullen onderhouden, zegt Jezus telkens dat zij
daardoor hun liefde jegens Hem zullen bewijzen en in Zijn genegenheid zullen
blijven.
Wat de rechterlijke macht
betreft, geeft Jezus zelf te kennen, dat die Hem door Zijn Vader toegewezen is,
want in Zijn antwoord aan de Joden; als zij Hem een verwijt maken van het
schenden van de sabbatrust door de wonderbare genezing van een lamme, zegt Hij:
De Vader oordeelt niemand, maar Hij heeft het oordeel geheel aan de Zoon
gegeven. (Joh. 5, 22) En dat Hij de mensen al tijdens hun leven met het volste
recht beloning en straffen uitdeelt, ligt daarin ook opgesloten, want dat is
onafscheidelijk met oordelen verbonden.
Bovendien moeten wij aan
Christus de uitvoerende macht toekennen; want aan Zijn bevel moeten
allen gehoorzamen, en wel onder bedreiging, dat Hij op de weerspannigen
straffen zal toepassen, waaraan niemand zal kunnen ontkomen.
ARTIKEL 5 Christus koningschap is
hoofdzakelijk van geestelijk karakter
PARAGRAAF 1 - Getuigenissen hiervoor
Het geschetste koningschap is evenwel
voornamelijk van geestelijke aard en ligt op geestelijk gebied. Dat bevestigt
Christus door Zijn wijze van handelen. Bij meer dan een gelegenheid, terwijl de
Joden, ja zelfs de apostelen in de waan verkeerden, dat de Messias het volk zou
bevrijden en het koninkrijk van Israël herstellen, moest Hij die
waanvoorstelling verstoren en hun die ijdele hoop ontnemen. Toen Hij door de
bewonderende menigte, die Hem tot koning wilde uitroepen, wees Hij die titel en
die eer van de hand door te vluchten en Zich verborgen te houden, en tegenover
de Romeinse landvoogd verklaarde Hij, dat Zijn rijk niet van deze wereld was.
PARAGRAAF 2 - Dat geestelijk karakter blijkt
ook uit de voorwaarden van intrede in Zijn rijk en uit de nagestreefde
doeleinden
Dit rijk wordt ons in het
Evangelie zo voorgesteld, dat men om er binnen te treden zich voorbereidt door
het doen van boetvaardigheid, en dat men er alleen kan binnentreden door het
geloof en het doopsel; een uitwendige ritus, die evenwel een inwendige
wedergeboorte betekent en bewerkt.
O Jezus, Koning van alle naties, moge Uw heerschappij erkend worden op aarde
Door Dan Lynch van www.jkmi.com
Jezus verscheen aan een jonge
Amerikaanse vrouw in de late 80iger jaren als de Koning van Alle Naties. Hij
zei: Deze afbeelding is een teken dat Ik heers in de Hemel en op aarde, en
Mijn Koninkrijk, Mijn heerschappij is dichtbij. Geef deze afbeelding aan de
mensheid als bron van genaden en vrede. Ik ben gekomen om je een boodschap te
geven van groot belang voor de wereld. Ik vertel je dat de dagen komen wanneer
de hele Mensheid Mij zal smeken om barmhartigheid. Ik zeg je, Mijn kind, dat
maar 1 ding zal gegeven worden als remedie. IK BEN die remedie! Laat de zielen zich toewijden aan Mij door Mijn Allerheiligste Moeder,
die over Mij mediteert namens hen, als Jezus, Koning van Alle Naties.
Inleiding In deze nieuwe devotie van onze tijd,
openbaart Jezus Zijn verlangens om erkend te worden onder Zijn bijbelse titel
als Jezus, Koning van Alle Naties; om in alle harten te heersen en eenheid te
brengen door Zijn liefde en barmhartigheid. Hij wil de verkondiging van het dogma van
Maria, Middelares van Alle Genade. Hij wil ons genaden van vergeving, bekering,
genezing, bescherming en vrede verlenen. In de 20iger jaren openbaarde Hij ook
dat Hij een Basiliek wil ter Zijner ere in Parijs.
De inhoud van de devotie kreeg een Nihil
Obstat dat verklaarde dat ze vrij zijn van dogmatische en morele dwalingen. Bisschop
Enrique
Hernandez Rivera D.D., Bisschop van Caguas, Puerto Rico, verleende de Nihil
Obstat. De Bisschop zei dat hij de nood om meer devotie aan te moedigen tot
Onze Heer en Redder Jezus Christus, Ware Koning van Alle Naties erkent.
Sommige van de openbaringen van de Devotie gebeurden in Puerto Rico.
Jezus zei: Deze Devotie tot Mij als
Jezus, Koning van Alle Naties is een bijkomende devotie samen met deze van
Mijn Barmhartigheid die gegeven werd aan Mijn geliefde dochter, Faustina
Kowalska, en deze van Mijn Heilig Hart die gegeven werd aan Mijn geliefde
dochter, Margaretha Maria Alacoque." In de afbeelding van Jezus, Koning
van Alle Naties zien we Hem met Zijn armen opengespreid en Zijn gewond Heilig
Hart die Zijn barmhartig bloed en water uitstort op onze zieke wereld.
"Jezus, Koning van Alle Naties"
is een titel dat afgeleid is van de H. Schrift.
Openb 1:5 en van Jezus Christus, de
getrouwe getuige, de eerstgeborene van de doden en de vorst van de koningen
der aarde. Aan Hem die ons liefheeft en van de zonden heeft verlost door
zijn bloed,
Openb 19:16 En op zijn mantel en op zijn
dij staat een naam geschreven: Koning der koningen en Heer der heren'.
Openb 15:4 Wie zou, o Heer, niet vrezen
en uw naam niet verheerlijken? Want Gij alleen zijt heilig. En alle volken
zullen komen en U aanbidden, omdat uw gerechte oordelen openbaar zijn
geworden.
Matth 25:31 Wanneer de Mensenzoon komt
in zijn heerlijkheid en vergezeld van alle engelen, dan zal Hij plaats nemen
op zijn troon van glorie. (Hij zal zetelen als Rechter)
Oorsprong Jezus, Koning van Alle Naties gaf Zijn
openbaringen aan de jonge vrouw en aan een andere vrouw die elkaar bevestigden.
Hun geestelijke leidsmannen adviseerden hen om anoniem te blijven. Jezus
openbaarde dat Hij wil dat Zijn heerschappij erkent wordt op aarde. Hij
openbaarde ook Zijn beeld en een schietgebed om ons te helpen Zijn heerschappij
te erkennen: O Jezus, Koning van Alle Naties, moge Uw heerschappij op aarde
erkend worden! Deze zijn gegrift op een medaille dat Jezus openbaarde voor ons
om te vereren. Hij openbaarde ook andere gebeden en beloften. Deze openbaringen
zijn collectief gekend als de Jezus, Koning van Alle Naties devotie.
Jezus zei: Mijn kind, Ik zou willen dat Mijn trouwe gelovigen weten dat
het einddoel van deze Devotie en inderdaad van alle devoties, de ware liefde en
verering van Mij, hun God is en de heiliging en de daaruit volgende redding van
hun zielen.
Hij zei: Ik wil heersen in alle
harten!! Mijn troon op deze aarde blijft in de harten van alle mensen. Ik wil
vooral heersen in de Allerheiligste Eucharistie, en in de liefdevolle harten
die in Mij geloven, die met Mij spreken, en Ik zeg je, Mijn dochter, dat Ik
spreek in de harten van alle mensen.
Zijn heerschappij is gevestigd in onze
harten door onze toewijding en herstel aan Zijn Heilig Hart. Paus Pius XII zei:
Het vraagt het volle en absolute voornemen om zich over te geven en zich toe
te wijden aan de liefde van de Goddelijke Verlosser. Het gewonde hart van de
Redder is het levende teken en symbool van die liefde. Het is duidelijk dat
deze devotie in het bijzonder verklaart dat we de goddelijke liefde moeten
terugbetalen met onze liefde. Encycliek, Haurietis Aquas
Jezus beloofde: Ik zal de hele mensheid
verenigen, zelfs tot het einde van de tijden, onder Mijn goddelijke
heerschappij van Koning. De Barmhartige heerschappij van Mijn Koningschap zal
overal verkondigd worden onder de naties door hetwelk de redding van de
mensheid in de eindtijd zal komen door Eenheid in Mijn Heilige Katholieke
Kerk.
Op deze wijze, drukte Jezus, onze
geslachtofferde Hogepriester, Ware Profeet en Soevereine Koning, Zijn verlangen
uit om erkend te worden als de Koning van Alle Naties, om te heersen in alle
harten en om eenheid te brengen.
Tekenen en mirakels Er zijn vele tekenen, mirakels,
genezingen en bekeringen gerapporteerd. In de vroege 90iger jaren ontving de
geestelijke leidsman van de jonge vrouw de stigmata en er gebeurden vele
genezingen nadat hij bad voor de mensen. Afbeeldingen die hij zegende weenden
tranen. Dit leidde tot een grote verspreiding van de devotie omdat het geloof,
hoop en liefde van de mensen toenam.
De afbeelding zelf gaf dikwijls een geur
van wierook af en vele mensen werden genezen voor de afbeelding. Op de 75ste
verjaardag van de verschijningen van Fatima, profeteerden twee priesters dat
een groep pelgrims daar een duif zouden zien als teken dat hun pelgrimstocht naar
Rusland veilig zou zijn. Spoedig erna, verscheen een licht in de vorm van een
duif op de afbeelding.
De woorden van een dokter aan een vrouw
vielen haar zwaar. Hij moest een kwaadaardige tumor wegnemen. Haar pijn was
bijna onverdraaglijk en uiteindelijk viel ze op haar knieën en bad het Kroontje
van Eenheid voor verlichting. Tien seconden nadat ze het gebed had beëindigd verdween
de tumor uit haar lichaam. Ze riep haar dokter en vertelde hem het goede
nieuws. Na een lange stille pauze van ongeloof zei hij Wel, kom binnen en we
zullen het eens onderzoeken. Tot zijn grote verbazing toonde het onderzoek
geen teken van de tumor. Jezus beloofde aan degenen die Zijn devotie zouden
bidden dat Hij dadelijk hun verzoeken en gebeden zou aanhoren en Zijn
genade op hen zou storten.
Een ander vrouw leed aan
oncontroleerbare bevingen en bad een Noveen van de Kroontjes van Eenheid voor
haar genezing. Op de 9de dag van de Noveen, ontving ze de gave van
tranen als ze bad. Ze stond op om haar tranen weg te vegen en ontdekte dat ze
kon lopen zonder bevingen! Haar dokter zei dat het een mirakel was.
Een dochter bad een Noveen van Heilige
Communies voor haar zieke bejaarde moeder. Jezus beloofde negen bijzondere
engelen voor de begunstigde van deze Noveen. Haar moeder had een visioen van
deze engelen op het einde van de Noveen nadat zij geopereerd was en er ontdekt
was dat ze terminale kanker had. Een gelijkaardig verhaal komt van een
verpleegster die het Kroontje van Eenheid bad voor haar moeder die in een coma
verkeerde. Jezus beloofde vele geestelijke, fysieke, emotionele en
psychologische genezingen voor degenen die dit gebed bidden. Haar moeder
herstelde van de coma. Een andere vrouw genas van een borsttumor nadat de
gebeden van de devotie werden gebeden.
Een zoon bad de Noveen ter ere van Jezus
als Ware Koning voor zijn vader nadat hij drie keer de diagnose had ontvangen
van kanker. De dokters zeiden dat het verschillende weken zou duren voor de
resultaten van de vierde diagnose. Ze belden echter onverwacht op de laatste
dag van de noveen en zeiden dat er geen enkele indicatie was van enige kanker!
Een homoseksuele man lag in het
ziekenhuis en was stervend van Aids. Hij was kwaad en zwoer dat hij zich nooit
zou verzoenen met Jezus of de Kerk. Zijn moeder bad de gebeden van de devotie
voor zijn bekering. Spoedig vroeg hij om een priester te mogen zien. Een
priester kwam langs en luisterde geduldig naar hem en hoorde zijn biecht. Hij
werd beter en kon het ziekenhuis verlaten om aan anderen te getuigen dat hij
zou sterven als een kuise man en als een lid van de Kerk en spoedig erna stierf
hij in vrede.
Een andere homoseksuele man had het
devotieboekje gekocht in een boekhandel in Australië. Hij was aangetrokken door
de beloften van de Noveen van de Heilige Communies. Hij begon ze te bidden en
begon twijfels te krijgen over zijn homoseksuele daden met zijn partner bij wie
hij 8 jaar had geleefd. Hij ging naar de biecht gedurende de noveen. Dan bad hij de noveen voor zijn partner en bad dat ook hij twijfels
erover zou hebben. Zijn partner verraste hem door te zeggen dat hij hun
seksuele daden wilde stoppen en een Katholiek worden! Ze werden beiden kuise
Katholieken.
Een zoon ontving de Noveen van Heilige
Communies voor zijn stervende moeder. Toen hij zijn negende communie ontving,
stierf ze in vrede!
De Koning en Zijn Koninkrijk
In Zijn barmhartigheid, geeft Jezus ons een kans om nu Zijn heerschappij te
erkennen vooraleer Hij ze terug opeist in Zijn Gerechtigheid. We zouden deze
kans moeten aanvaarden.
Hebr. 4:16 Laten wij daarom vrijmoedig
naderen tot de troon van Gods genade, om barmhartigheid en genade te verkrijgen
en tijdige hulp. en naderen tot de troon van genade en barmhartigheid
ontvangen.
Jezus zei: IK BEN Koning van Hemel en
aarde! Hoor Mij, O volkeren van de aarde! Mijn Heerschappij is nabij. Bekeer jullie van je perverse en kwade wegen! Ik zeg jullie, tenzij
jullie terugkeren naar Mij en berouw tonen, dat Mijn oordeel over de aarde zal
komen. Mensenkinderen, jullie God houdt van jullie! Waarom moeten jullie een
zon versteend hart hebben, zodat jullie je daden niet overwegen en de
verdrietige oproep van jullie God niet horen. Mijn kinderen, jullie God roept
jullie op. Nu is de tijd
van Grote Barmhartigheid!! Let erop en haal er voordeel uit. Groot is Mijn Liefde voor de hele mensheid. De mensheid moet op de
waarschuwingen reageren die Ik heb gegeven en in het bijzonder degenen die
gegeven zijn door Mijn Allerheiligste Moeder wanneer Ik in Mijn grote
barmhartigheid haar gezonden heb naar haar kinderen op aarde.
Er is geen hoop op vrede onder de naties
zolang ze het Koningschap van Christus ontkennen en verwerpen. De aanwezigheid,
naam en geboden van Jezus zijn verwijderd uit de scholen en openbare plaatsen
onder het valse voorwendsel van scheiding tussen kerk en staat. Wetten zijn
bekrachtigd die tegengesteld zijn aan Gods geboden, zoals abortus, dat in
tegenstelling is met Zijn Koninkrijk. Alle wetten moeten conform zijn met Gods
wet. De vrede van Christus dat alle begrip te boven gaat kan enkel gevonden
worden in de erkenning van Zijn wetten, Zijn goddelijke rechten en Zijn
heerschappij op aarde.
Jezus zei: De mensheid moet mijn
Goddelijk Koningschap erkennen, Mijn Goddelijke Rechten over hen! Het is enkel
in Mij, mijn kind, dat de mensheid vrede zal vinden.
Inhoud van
de devotie
Op dat tijdstip zal Michael opstaan, de grote prins, bewaarder van jouw volk, bescherm ons
De devotie bestaat uit de afbeeldingen
van Jezus, Koning van Alle Naties en Jezus, Onze Eucharistische Koning met de
H. Aartsengel Michael; een medaille van hen; en gebeden en beloften. De gebeden
zijn het Kroontje van Eenheid, de Noveen van Heilige Communies, de Noveen ter
ere van Jezus als Ware Koning, de Litanie ter ere van Jezus, Koning van Alle
Naties, de Bijzondere Zegen en de Toewijding aan Maria, Middelares van Alle
Genade.
Jezus zei: Deze afbeelding van Mij is
om een vat te zijn van Mijn grote barmhartigheid en ook een herinnering aan de
plichten van de mensheid aan Mij, hun Heer en Soevereine Koning.
De beloften aan degenen die deze devotie
bidden zijn de genaden van standvastigheid tot het einde, eenheid, vrede in de
harten en huizen, genezingen, een bijzondere genade die uit de Heilige en
Onbevlekte Harten voortkomt, de gaven van de Heilige Geest, bescherming tegen
gevaar en verzachting van de kastijdingen. Jezus zei: Reusachtig zullen de
mirakels van genade zijn die Ik zal bewerkstelligen door deze afbeelding en
devotie tot Mij.
De praktijk van de devotie bestaat in
het dragen van de medaille die deze twee afbeeldingen bevat, het bidden van de
gebeden en de waardige ontvangst en aanbidding van de Eucharistie.
Print deze twee laatste afbeeldingen af, laat ze zegenen en draag ze bij
U.
De tocht van de afbeelding Jezus vroeg dat hij zou afgebeeld worden
naar Zijn beeld en naar Zijn volkeren gebracht worden overall. Grote afbeeldingen hebben de
wereld afgereisd. Ze werden tentoon gesteld voor miljoenen mensen voor
aanbidding.
In oktober 1992 zorgde de afbeelding
voor grote processies in Lourdes en Fatima als deel van de World Peace Flight
pilgrimage van meer dan duizend pelgrims, zes bisschoppen en 60 priesters.
In december 1992 werd de afbeelding
tentoon gesteld voor 2 miljoen Filipinos in een Mis in het Lunetta Park in
Manilla.
In januari 1994 werd de afbeelding in
een internationale boeteprocessie meegedragen voor vrede van Medjugorje tot
Mostar in het door oorlog verscheurde Bosnië-Herzegovina. Sinds dan heeft de
afbeelding gereisd door Ierland, Europa, Canada, Israël, Egypte, Afrika, Japan,
Kroatië, China, Mexico en India. De afbeelding is in vele ander processies
meegedragen en is aanbeden in vele kerken en conferenties in Amerika.
De missie van de afbeelding
Jezus was verheugd toen Zijn afbeelding werd rondgedragen in de Fillippijnen.
Op 20 december 1992 nam Hij edelstenen, die Zijn Barmhartige Genaden
vertegenwoordigden, en strooide ze uit over de aarde. Hij sprak toen: Mijn
geliefde dochter, Ik ben zeer verheugd met Mijn afbeelding die de wereld
rondreist. Ik beloof, Mijn kind, dat zolang als deze afbeelding van Mij
rondreist, Ik genade zal hebben met deze wereld. Laat de zielen van Alle Naties
voor Mij en Mijn afbeelding komen! Omdat Mijn kinderen in de Fillippijnen Mij
met zon liefde en devotie hebben ontvangen, zal Ik hen continuïteit in het
Geloof verlenen in de harde en donkere tijden van schisma en geloofsafval. Zolang
ze Mijn Ware en Soevereine Koningschap erkennen, en Mijn Heilige Moeder als
Middelares, zullen ze het Licht van het Ware Geloof hebben, en Ik beloof hen
herders naar Mijn Eigen Hart. Ik zal hen niet in de steek laten zoals het zal
lijken dat Ik degenen in de steek gelaten heb, die Mij in de steek gelaten
hebben.
2 Kronieken 12:5 'Zo spreekt Jahwe: Gij
hebt Mij de rug toegekeerd; daarom keer Ik u de rug toe en geef u prijs aan
Sisak.'
2 Timoteus 2:12 Als wij volharden,
zullen wij met Hem heersen. Als wij Hem verloochenen, zal Hij ons verloochenen.
Matth 10:33 Maar ieder die Mij zal
verloochenen tegenover de mensen zal Ik ook verloochenen tegenover mijn Vader
die in de hemel is.
Jezus deed een smeekbede om voor Zijn
afbeelding te komen op 8 januari 1993. Mijn dochter, schrijf Mijn Woorden voor
Mijn kinderen in de hele wereld. Kom kinderen! Kom tot Mijn Barmhartigheid! Kom kinderen! Kom voor Mijn afbeelding van Jezus, Koning van Alle Naties!
Ester 10:13 Voor hen zullen daarom die dagen van de maand
Adar, de veertiende en de vijftiende van die maand, dagen van feestelijke
samenkomsten en van vreugde zijn, voor Gods aangezicht, van geslacht tot
geslacht in eeuwigheid, bij zijn volk Israël.'
Kom en ontvang de Barmhartige balsem van
Mijn Liefde zodat jullie mogen genezen van jullie geestelijke en fysieke kwalen.
O Mijn kinderen,
IK HOUD VAN JULLIE!!! "Jullie zijn Mijn volk."
Jesaja 51:16 Ik heb mijn woorden in
uw mond gelegd en in de schaduw van mijn hand heb Ik u geborgen, Ik die de
hemel heb uitgespannen en de aarde gegrondvest heb, die tot Sion zegt: `Gij
zijt mijn volk.'
Bezoeken van de afbeeldingen zijn
gecoördineerd door het nationale centrum in St. Albans, Vermont. De
afbeeldingen worden gezonden naar kerken, abdijen, kloosters, gevangenissen, ziekenhuizen,
abortusklinieken, bejaardentehuizen en scholen.
Bouw een basiliek Christus de Koning verzocht dat er een
basiliek zou gebouwd worden in Parijs en toegewijd zou worden aan Hem. Hij
openbaarde dit in de 20iger jaren aan Zuster Maria van Christus Koning. Ze was een mysticus van
Bretagne. Ze hield van Jezus met zon intense
liefde dat haar lichaam eronder leed. De andere zusters in haar gemeenschap
getuigden van de brandwonde van liefde die op haar habijt bleef over haar
hart! Ze had ook de stigmata en een bloedende wonde in de vorm van een speer die
dicht bij haar hart was.
Zuster Maria van Christus Koning (Olive Danzé)
uit: lalumierededieu.blogspot.be
Olive Danzé werd geboren in Plogoff (Bretagne) in 1906. Het was het
negende kind van een gezin van 11 kinderen. Het gezin leefde in een klein
huisje dat bestond uit een enkel een woonkamer en een zolder.
In 1911, was Olive alleen in de tuin van het huis wanneer opeens, een
kleine jongen naar haar komt, om met haar te spelen. De volgende dag, op vraag
van Olive antwoordt de jongen: Mijn naam is Jezus, en ik ben van Nazareth.
Mijn Vader en mijn Moeder zijn in de Hemel.
Jezus zei haar ook dat Hij in de kerk van de parochie woonde, in een
kleine wit huisje en dat ze daar met Hem kon praten, zowel s nachts als
overdag. Er bloeide een vriendschap tussen de twee kleine kinderen. Het
volgende jaar, legde Jezus uit aan Olive dat Hij binnenkort in haar hart zou
komen: op haar eerste communie waar ze maar 6 jaar was.
In 1914 ontving Olive het Sacrament van het vormsel en Jezus onthulde
haar wat haar roeping zou zijn: Jij zult mijn bruid zijn. Jij zult het
slachtoffer van mijn Hart zijn. Jij zult een religieuze zijn.
Van dan af bleef Jezus bij Olive. Hij volgde haar overal, zelfs in de
klas. Het kind Jezus leek te groeien tegelijkertijd met Olive. Maar in januari
1916 verborg Jezus zich en Olive zag Hem niet meer. Het duurde zon 4 maand.
Olive die zeer verdrietig was, zocht haar toevlucht aan de voet van het
tabernakel. En op een dag verscheen de Redder. Maar het was niet meer de kleine
Jezus die ze had gekend. Hij was volwassen en Hij leed. Jezus praatte met haar
en vroeg haar om Hem alle zielen te geven die ze kon.
In 1926 was Olive 20 jaar en de H. Maagd Maria zei haar dat ze naar het
klooster van de Benedictinessen van het Heilig Sacrament moest gaan rue
Tournefort 16 te Parijs om eerherstel en troost te brengen voor Haar Zoon
Jezus. Daar zou haar plaats en haar woning zijn. Op 14 augustus 1926 trad ze
binnen en werd ze ontvangen door Moeder Marie-Agnes van Jezus, Meesteres van de
novicen.
Het leven in het klooster
Olive voelde zich goed thuis in het klooster. Enkele dagen later gebeurde
er een mirakel. De staat eiste een grote som geld dat de religieuzen niet
konden betalen, en men had beslist om een deel van het klooster te verkopen. Toen
vroeg Jezus aan Olive om aan de overste te zeggen: dat ze geen gebouwen of
grond moesten verkopen, dat Hij binnenkort zijn wil zou laten weten en dat Hij
dit gezegend oord zou redden. Enkele weken later, informeerde Olive de oversten
dat Jezus het klooster ging redden door het nodige geld te verschaffen en dat
Hij een troon wilde oprichten, een tempel toegewijd aan CHRISTUS KONING, PRINS
VAN DE VREDE, MEESTER VAN DE NATIES. Op 16 januari 1927 kwam er iemand naar het
klooster en gaf een grote som geld. Het was exact het bedrag dat de Staat
eiste.
Met de toestemming van haar oversten, ging ze alle weken tussen 1927 en
1929 naar de grote kerken en basilieken om geld in te zamelen en bood ze kleine
afbeeldingen van het Heilig Hart aan. Gedurende deze periode vermeerderen de
boodschappen zich: de Heer geeft de plaats van de toekomstige kapel aan, Olive
moet bidden voor de volgende intenties:
·
Voor de vrede in Frankrijk, voor voedsel voor de religieuze zusters
·
Voor het verkrijgen van liefde en geloof
·
Zodat het Hart van Jezus geliefd zou worden, bekend zou worden, aanbidden
zou worden en gerespecteerd zou worden
·
Opdat Zijn Koninkrijk geëerd zou worden
·
Opdat de naties Hem zouden gehoorzamen
·
Opdat de toegewijde zielen Hem trouw zouden zijn
·
En Jezus preciseert dat Hij een kapel nodig heeft om Zijn goddelijk Hart
te doen aanbidden. Het zal de kapel van Christus Koning zijn, Prins van Vrede
en Meester van alle naties. Hij zal de koning van Frankrijk zijn en van alle
landen van het universum
Hij wil dat men Zijn Hart doet kennen in alle naties. Hij wil dat in
Parijs, de hoofdstad van Frankrijk, die de oudste dochter van de Kerk is, een
kapel wordt opgericht aan Christus Koning. Op 27 juni 1927 zegt Hij: Mijn
werk, is dat mijn Hart zou gekend zijn op heel de aarde. Mijn werk, is dat de
kapel wordt gebouwd zonder uitstel. Ik zal de Koning van Frankrijk zijn en van
alle landen van het universum. Daar zullen de zielen van alle landen vrede en
kracht zoeken, en zelfs licht om te leven en te sterven onder mijn wetten. Ik
geef je twee volledige jaren om mijn koninklijke Troon te bouwen. En van het
moment dat de afbeelding van mijn Hart klaar is, wil Ik dat men deze woorden
eronder graveert :
Aanbidding van het
Hart van Jezus, Christus-Koning,
Prins van de Vrede,
Meester van de naties.
Mijn Hart zal zo
erkend worden als Koning en Prins.
Op 7 juli 1927
krijgt Olive een visioen van Christus Koning. Op een strook die door de engelen
wordt gedragen, staan zinnen terwijl groepen vijanden tegen elkaar strijden: Kom
naar Mij, Ik doe vrede heersen onder jullie. Maar Jezus wordt onttroond.
Nochtans komt er na de verschijning een nieuwe tekst: Ik ben de enige Koning,
jullie zullen geen andere Koning hebben, jullie zijn onderworpen aan Mij, al
de soldaten volgen Christus Koning. En Jezus zegt: Ik ben Koning van Frankrijk
et van alle andere landen. Ik wil dat Frankrijk zich toewijdt aan Mijn
goddelijk Hart.
Jezus dicteert dan
het gebed aan Christus Koning:
O
Jezus, unieke Koning van het universum,
Wij
leggen ons neer aan Uw voeten, om U te aanbidden en om U als onze Koning en
onze Gids te beschouwen. Ja, Heer, aan U zijn alle naties onderworpen.
U
alleen bent de echte Koning,
U
alleen bent de ware Vrede,
U
alleen bent het Licht.
Wij
aanbidden U alleen!
U
bent onze ondersteuning,
U
bent onze rijkdom,
U
bent onze Meester,
O
grote God van de Hemel en aarde.
We
geloven vast dat U werkelijk aanwezig bent in de Heilige Eucharistie.
U
bent daar levend en liefhebbend aanwezig.
U
wilt ons voeden met het Brood van Leven.
Ja,
kom en geef Uw kinderen te eten.
Uw
blikken zijn gericht op de zielen.
Uw
Hart is voor ons een rustplaats.
Wij
wijden ons toe aan Uw Hart van Koning en Prins.
Aan
U alleen Heer, komt alle glorie, eerbetuiging en liefde toe,
tot
het einde der eeuwen en in alle eeuwigheid. Amen.
In 1928 verandert de toon. Het Hart van Jezus is verwond en lijdt
onder het zien van de chaos in de Kerk, in de gezinnen, in de zielen van alle
naties. Mijn kind, bid voor je mooie vaderland. Jezus zoekt gelovige zielen, liefdevolle
zielen, die in staat zijn Hem te begrijpen. Hij wil de zielen redden. Hij is
God-Redder, maar Hij laat de zielen een grote vrijheid. Jezus smeekt Olive: Mijn
kind, bid voor de ontrouwe zielen, bid voor de zielen die zijn toegewijd aan
Mijn dienst, bid voor mijn Werk. Ik wil heersen. Ik zal de God-Overwinnaar
zijn. Alle naties zullen aan Mij onderworpen zijn.
In Frankrijk is er een beweging Action Française die een koning
in Frankrijk wil, maar Jezus zegt hierover: Het zijn degenen die koningen
willen. Maar Ik ben het die de enige Koning ben. Jezus is de enige Koning, en
Hij wil het doen begrijpen aan allen die een menselijke koning zoeken. In maart
1929 zegt Jezus: Ik kom opnieuw naar jou om je te zeggen Mijn Hart te
troosten, eerherstel te bieden voor de zielen die Mij beledigen. Bid voor de
leider die de zielen van de Action Française leidt. Bid voor hem en mijn Hart
laat zich aanraken.
De bouw van het
heiligdom
Nadat de goedkeuring van Rome is verkregen, lanceert Mgr Dubois,
aartsbisschop van Parijs een oproep om de nodige fondsen bijeen te krijgen. 33
landen reageren, met Ierland op kop.In
1935 wordt begonnen met de bouw. Kardinaal Verdier komt de eerste steen
zegenen. In zijn preek zegt hij dat de wereldvrede, het geluk van de gezinnen
en de zaligheid van allen afhangt van het koninkrijk van Christus over onze
zielen. Op 27 oktober 1940, feest van het feest van Christus Koning wordt de
eerst mis opgedragen.
De wereld is in oorlog en Parijs wordt bezet. In 1944, enige
maanden voor de bevrijding, bereiden de Duitsers de vernietiging van Parijs
voor. Zonder de interventie van de Zweedse ambassadeur bij de Duitse generaal,
gouverneur van Parijs zou de vernietiging van Parijs totaal zijn geweest. Maar
Parijs werd beschermd, en het heiligdom van Christus Koning heeft hierin een
essentiële rol gespeeld. Olive die later naar Paus Pius XII schreef zei: Het
heiligdom van Christus Koning, een bouwwerk dat werd opgericht op de Berg van
de H. Geneviève, binnen de muren van ons klooster, heeft Parijs beschermd
gedurende de laatste oorlog.
Op 16 juni 1956 wijdde de kardinaal Feltin het heiligdom toe aan
Christus Koning, Prins van de Vrede, Meester van de naties.
De grote
beproevingen van Olive
Zuster Maria van Christus Koning, Olive werd door Rome gevraagd
onmiddellijk uit Parijs te vertrekken. Later zag men dat het een vals document
was dat zonder medeweten van de paus werd verstuurd. Vijf jaar lang moest Olive
van het ene klooster naar het andere. In 1934 bracht kardinaal Verdier Olive
terug in haar klooster te Parijs tot in 1941. Maar in 1941 werd het valse document
terug boven gehaald en moest Zuster Olive definitief Parijs verlaten.
Zuster Olive verlaat het klooster samen met Zuster Maria van het H.
Hart en Zuster Marie-Cécile. In heel Frankrijk worden de kloosters voor haar
gesloten en ze moeten toevlucht zoeken in meerdere huizen van vrienden. In juli
1946 en mei 1947 bezoekt Zuster Olive Ierland en wordt er zeer vriendelijk
ontvangen door de Eerste minister en de Aartsbisschop van Dublin. Op 14
november 1953 wordt Olive ontvangen door Paus Pius XII. Ze legt haar
definitieve geloften af en de Paus zegent haar: Wees trouw en een fervente
religieuze voor de troost van het Hart van Christus.
Terugkeer naar
Plogoff en haar overlijden
Paus Pius XII wil haar terug naar haar klooster laten gaan, maar ze
wordt nog altijd gehinderd. Van 1954 tot 1958 leeft ze met de beide zusters in
de Provence. In 1958 komen ze alle drie in Plogoff aan en wonen ze in een klein
appartementje. Twee familieleden van Olive helpen de drie religieuzen die in
armoede leefden. Aan hen zegt Olive: Frankrijk zal veel te lijden hebben door
haar onverschilligheid, en omdat ze niet meer trouw is aan God. Omdat ze zich
heeft afgekeerd van God door haar ontrouw, moet Frankrijk, die de oudste
Dochter is van de Kerk, gezuiverd worden en terugkeren naar haar Koning, naar
Christus Koning.
Op 2 mei 1968 sterft Olive. Een familielid constateert 3 dagen
later, niettegenstaande ze in een kist is gelegd, dat haar lichaam soepel en
zacht is.
Trieste einde van
het heiligdom
Het klooster van de rue Tournefort liep
leeg, door een tekort aan jonge religieuzen. De gebouwen van het klooster
werden verkocht en het heiligom van Christus Koning werden afgebroken en
vervangen door een residentieel complex.
Het geestelijk leven van Zuster Olive
Sedert haar kinderjaren tot haar intrede bij de Benedictinessen van het
Heilig Sacrament had zij bijna dagelijks Jezus aan haar zijde. Kort na haar
intrede kreeg zij de stigmata en gedurende heel de vastentijd leed ze de Doodsstrijd
en het Lijden van Jezus. De Heer vroeg haar ook: Men moet Mijn goddelijke Hart
dat goed en liefdevol voor allen die erop vertrouwen en het aanroepen, leren
kennen, omdat de mensen het niet genoeg begrijpen en het niet doen.
De Meesteres van de novicen, Moeder Agnes van Jezus, verklaart da het
leek dat Olive een vlam had die uit haar hart kwam en haar verteerde. Drie
bloezen waren verbrand op de plaats van het hart. De derde droeg tegelijkertijd
een bloedvlek van een stigmata van een lanssteek. Soms brandde de vlam zelfs
door haar kleed. In de nacht van 14 oktober 1926 zag Olive een groot licht
komen uit het tabernakel, en dan toonde Jezus haar zijn Heilig Hart. Jezus was
bedroefd door de ondankbaarheid van de mensen die Zijn Liefde niet willen
kennen. Verdraag deze warmte (deze die brandde in haar hart) in je kleine
hart. Brand, brand voor mijn Hart die zo de mensen heeft liefgehad en dat de
mensen zo weinig liefhebben.
Op 13 augustus 1926 ontving Olive het habijt en nam de naam aan van
Zuster Maria van Christus Koning. Haar missie tot Christus Koning ging
beginnen. In 1927 waren er talrijke verschijningen. Jezus toonde haar Zijn
wonden en vroeg haar dat men Zijn Hart zou troosten dat overstroomde van
liefde en harten zocht voor deze liefde te ontvangen. Vader Jacq zegt
hierover: De missie van Olive is deze van Jezus: gebroken zijn, verbrijzeld
zijn, verteerd worden, vernietigd worden zodat in haar zoals in Hem alles
verteerd wordt.
Men signaleert twee keer een lichtgevende Hostie die zweeft boven het bed
van Olive, nadat er geconstateerd werd dat er profaneringen waren in meerdere
tabernakels. In december 1941 schrijft Olive: De missie van een aanbiddende
ziel is bijzonder gekozen om bovenal de Koning van de Eucharistie te doen
heersen. De minnaressen van de goddelijke Koning zijn de bruiden van zijn Hart;
zij moeten door hun leven van zuiverheid en opoffering het goddelijk Koninkrijk
van Christus vergroten.
De bescherming van Maria
Op
8 februari 1927 verschijnt de H. Maagd en omhelst haar en zegt haar om aan haar
Moeder Overste een klein hartje te geven dat ze zou dragen gedurende enkele
dagen en ze zegt:
Allerzuiverste
Hart van Maria, heb medelijden met ons.
Allerzuiverste
Hart van Maria, zuiver ons.
Allerzuiverste
Hart van Maria, versterk ons.
Allerzuiverste
Hart van Maria, heers over alle harten.
Daarna
zegt ze: Ik zal me tonen aan Moeder Overste en aan je Moeder Meesteres om ze
aan te moedigen om te werken aan het werk van mijn Zoon.
Meerdere
keren manifesteert Ze zich aan Zuster Olive om haar te troosten en haar te
versterken in haar roeping: Zoek geen troost buiten Mijn Zoon en Mij. Brand,
mijn kind, brand altijd voor mijn Zoon. Hij wil je liefde. Geef Hem je liefde.
Draag alles met vreugde. O geef Hem je liefde, lijd nog enkele jaren en alles
zal beëindigd worden. Op een dag dat Olive teveel leed, riep Zuster Olive haar
Hemelse Moeder die haar zegt: Mijn kind, ik kom je troosten. Ja, je zult een
offerziel zijn voor het Hart van mijn Zoon. Ja, door je liefde, zullen de
zielen gered worden, de zondaars bekeerd, het Hart van mijn Zoon getroost en
dit huis beschermt. Jezus bevestigt de deugden van Maria die Olive moet
navolgen: Gehoorzaamheid, geduld, nederigheid, naastenliefde, eenvoud. Door
deze deugden na te volgen, wordt Olive volgens Marias voorbeeld, die haar laat
weten: O mijn kleine meisje, bid voor degenen die niet in mijn Onbevlekte
Ontvangenis willen geloven, het grote mysterie van de Incarnatie.
Vader Joseph-Marie Jacq
over Zuster Olive
De kleine Zuster Olive van Christus Koning, beleefde het Lijden van
Jezus, heel haar leven lang, maar tegelijkertijd in de vreugde en de kinderlijke
onschuld, het mooiste, volgens de kleine weg van de kinderlijke spiritualiteit
van de H. Thérèse van het Kind Jezus, dat ze zo ten volle beleefde.
Matth 18:3,4 Voorwaar, Ik zeg u: als gij niet opnieuw wordt als de
kleine kinderen, zult gij het Rijk der Hemelen zeker niet binnengaan. Wie
dus zichzelf gering acht zoals dit kind is de grootste in het Rijk der hemelen.
Met de kinderlijke onschuld van de kleine Zuster Olive, of de kleine
Gilles Bouhours als voorbeeld voor heel de Kerk, blijft Jezus ons altijd
dezelfde evangelische les geven zoals aan zijn apostelen in Israël, die Hem
vroegen wie onder hen de grootste zou zijn in het Koninkrijk der Hemelen. Jezus
lijkt ons nog te antwoorden: het is niet de intelligentie, de wetenschap, de
macht, de rijkdom, de status, noch de diplomatie, noch de mening van de mensen,
noch de werken die ons het grootst maken in het Koninkrijk van de Hemelen, maar
alleen de nederigheid van hart van alle kleinen, die onze Aanbiddelijke
Barmhartige Jezus liefhebben zonder grenzen!
Geliefkoosd gebed van
Zuster Olive:
O Hart van Jezus, verbrijzeld omwille
van onze zonden,
Bedroefd en gemarteld Hart door zovele misdaden en zonden,
Geslachtofferd Hart voor alle ongerechtigheden,
Ik houd van U met heel mijn ziel en boven alles,
Ik houd van U voor degenen die U minachten en U in de steek laten,
Ik houd van U voor degenen die U beledigen en U verhinderen om te regeren,
Ik houd van U voor degenen die U alleen laten in de H. Eucharistie,
Ik houd van U voor de ondankbare zielen die durven Uw Sacrament van Liefde
profaneren door hun beledigingen en hun heiligschennissen.
Hart van Jezus, vergeef de zondaars, want ze weten niet wat ze doen!
Hart van Jezus, steun hen die Uw Heilige Naam uitdragen,
Hart van Jezus, steun hen die lijden en die strijden,
Hart van Jezus, zorg dat de maatschappij geïnspireerd wordt door Uw Heilig
Evangelie, de enige bescherming van gerechtigheid en vrede,
Hart van Jezus, dat de gezinnen en de volkeren Uw rechten verkondigen! Hart van
Jezus, heers over mijn vaderland!
Hart van Jezus, dat Uw Rijk kome door het Onbevlekt Hart van Maria!
De boodschappen van OLVrouw aan Pedro Regis : deel 1
DE
BOODSCHAPPEN VAN OLVROUW AAN PEDRO REGIS : deel 1
Eindtijd:
een zonnestelsel komt naderbij tot onze zon
De botsing tussen twee reuzen in het universum (zon en
tweede zon) zullen grote schade veroorzaken aan de aarde. Vuur zal uit de hemel
vallen en vele regios van de aarde zullen getroffen worden.
Anguera 3199 8/11/2009
Een buitengewoon fenomeen zal gebeuren in Europa. De mensen
zullen het niet kunnen uitleggen. Wanneer de mensen de opkomst van het grote
licht zullen zien, weet dat de grote laatste strijd nabij is. De mensen zullen
het de TWEEDE ZON noemen.
Anguera 3113 24/01/2009
De botsing tussen twee reuzen in het universum (zon en
tweede zon) zullen grote schade aanrichten aan de aarde. Vuur zal uit de hemel
vallen en vele regios van de aarde zullen getroffen worden.
De
driedaagse duisternis
Anguera 110 3/12/1988
Spoedig zullen er drie dagen van duisternis zijn; zelfs de
wetenschap zal niet in staat zijn het uit te leggen. Jullie allen zullen heel
wat lijden gedurende deze dagen. Ik beloof aan allen die aan mijn kant staan
dat jullie niet zonder licht zullen zitten. Ik vraag om in jullie huis wat
kaarsen te bewaren die gezegend zijn door een priester.
Uitleg over de driedaagse duisternis van Padre
Pio
Om klaar te zijn voor deze beproeving, zal ik je wat
tekenen en instructies geven.
De nacht zal zeer koud zijn, de wind zal huilen, en de
donder zal gevoeld worden.
Sluit alle deuren en alle ramen. Praat niet met iemand
buitenshuis. Kijk niet naar buiten gedurende de aardbeving, omdat de toorn van
mijn Vader heilig is, je bent niet in staat om het zicht van Zijn toorn te
verdragen.
Op de derde nacht, zullen de aardbevingen en vuur ophouden,
en de volgende dag zal de zon terug schijnen.
De engelen zullen neerdalen uit de hemel en de geest van
vrede brengen op aarde. Eén derde van de mensheid zal vergaan.
Bereid jullie voor om drie dagen te leven in totale
duisternis.
Vele zaken zullen weggevaagd worden. En dit zal één van de
tekenen zijn. Jullie zullen tragische momenten beleven.
Let op voor de maand mei.
Ik zie nog altijd aardbevingen, en overstromingen. Bid voor
de drie dagen van duisternis die jullie zullen ervaren. Jullie zullen de meest
essentiële dingen mankeren.
Stockeer wat voedsel, tenminste voor drie maand. Alles zal
in een zeer korte tijd vallen.
Let op voor de maand mei (Padre Pio)
1 De wereld gaat zijn ruϊne tegemoet. De mensen hebben de
rechte weg verlaten, om zich te verlaten op smalle wegen die leiden tot in de
woestijn van geweld. Als je niet dadelijk terugkomt om te drinken aan de bron
van nederigheid, naastenliefde en liefde, zal het een catastrofe worden.
2 Er zullen verschrikkelijke dingen komen. Ik kan niet
langer bemiddelen voor de mensen. De Goddelijke Barmhartigheid is bijna ten
einde. De mens is geschapen om het leven lief te hebben, en hij is ermee geëindigd
het leven te vernietigen.
3 Wanneer de wereld werd toevertrouwd aan de mens was het
een tuin. De mens heeft het veranderd in een doornstruik vol gif. Nu kan niets
het huis van de mens reinigen. Het is noodzakelijk om een diepgaande actie te
ondernemen en dat kan enkel komen van de Hemelen.
4 Bereid jullie voor om drie dagen in totale duisternis te
leven. Deze drie dagen zijn zeer dichtbij. En in deze dagen, zullen jullie
eruit zien als doden, zonder eten of drinken. Dan zal het licht terugkomen.
Maar velen zullen het niet meer zien.
5 Vele mensen zullen geschokt ontsnappen. Maar ze zullen
rennen zonder een richting. Ze zullen zeggen dat er in het Oosten redding is en
de mensen zullen naar het oosten lopen, maar ze zullen vallen in een afgrond.
Ze zullen zeggen dat in het Westen er redding is en de mensen zullen naar het
westen lopen, maar ze zullen in een vuurhaard vallen.
6 De aarde zal beven en de paniek zal groot zijn. De aarde
is ziek. De aarde is ziek. De aardbeving zal zoals een slang zijn: je zult het
voelen kronkelen van overal. En er zullen vele stenen vallen. En vele mensen
zullen sterven.
7 Jullie zijn zoals mieren, omdat de tijd zal komen wanneer
de mensen hun ogen zullen wegdoen voor een stukje brood. Winkels zullen beroofd
worden; warenhuizen zullen bezet worden en vernietigd. Arm zal degene zijn die
in die duistere dagen zich zonder een kaars zal bevinden, zonder een kruik
water en zonder het noodzakelijke voor drie maanden.
8 Een land zal verdwijnen, een groot land. Een land zal
voor eeuwig weggevaagd worden van de kaarten. En daarmee zijn geschiedenis,
rijkdom en zijn mensen, die in de modder zullen gesleept worden.
9 De liefde die de mens heeft voor zijn naaste is een leeg
woord geworden. Hoe kunnen jullie beweren dat Jezus van jullie houdt, als je zelfs
niet weet hoe je degenen die eten aan je tafel moet liefhebben? De toorn van
God zal de wetenschappers niet sparen, maar de mensen met een goed hart.
10 Ik ben wanhopig. Ik weet niet meer wat de doen voor de
mensheid om zijn wegen te veranderen. Als ze dit pad blijven volgen, zal de
enorme woede van God razen zoals een bliksemschicht.
11 Een meteoor (asteroïde of komeet) zal op de aarde vallen
en alles zal beven. Het zal een ramp zijn, veel erger dan een oorlog. Vele
dingen zullen weggevaagd worden. En dit zal één van de tekenen zijn.
12 De mensen zullen een tragische ervaring meemaken. Velen
zullen weggemaaid worden door de rivier, velen zullen verbrand worden door het
vuur, velen zullen sterven door gifstoffen. Maar Ik zal dicht bij de zuiveren
van hart blijven.
Mei zal een tragische maand zijn
De Aartsengel Michael en de Aartsengel Gabriel zijn
verheugd de komst van jullie broeder in Christus, Padre Pio aan te kondigen.
Hier ben ik, lieve zusters, in dit huis waar ik nooit
eerde ben geweest. Ik ben verheugd om hier bij jullie te zijn. Zie je, voor mij
bestaat de tijd niet. Denk eraan dat alles wat ik aan jullie heb gezegd zal
gebeuren, ik vraag aan ieder van jullie te bidden voor de hele wereld. Jullie
zullen tragische momenten beleven. Let op voor de maand mei. Ik zie nog altijd
aardbevingen, overstromingen. Ik zie bloed. Arm Italië, het gaat naar geweld
toe. Bid, bid zodat de Barmhartigheid van God kan redden. Bid voor de drie
dagen van duisternis dat jullie zullen leven. Maar raak niet verloren. Ik neem
afscheid en zegen jullie. Moge de Heer jullie helpen, omdat jullie veel hulp
zullen nodig hebben.
Alles
zal stoppen voor drie maanden
De Aartsengel Michael en de Aartsengel Gabriel zijn
verheugd de komst van jullie broeder in Christus, Padre Pio aan te kondigen.
Ik kom on jullie een boodschap van hoop te geven, maar het
is ook een tragische boodschap. De gebeurtenissen die ik lang geleden heb
aangekondigd komen er snel aan. De wereld is op een koers naar een totale ruϊne.
Er zullen grote cataclysmes zijn. Van boven zie ik de aarde zoals een grote bal
gehuld in wolken van vuur. Ik ben wanhopig. Ik weet niet hoe te reageren. Bid,
bid, bid en wees voorbereid. Ik heb jullie reeds verteld dat jullie de meest
essentiële dingen zullen mankeren. Zorg voor voorraden, tenminste voor drie
maand. Alles zal gebeuren in zeer korte tijd. Wanneer jullie dat beginnen te
beseffen, hebben jullie reeds een lawine over jullie. De mensheid is dicht bij
de afgrond. Probeer dicht bij elkaar te blijven, om elkaar te helpen, omdat
jullie elkaars hulp zullen nodig hebben. De terugkeer van Christus is niet
dichtbij, maar het zal in een korte tijd gebeuren. Wees voorbereid. Ik verkeer
in angst en lijden. Vele mensen staan aan de afgrond en zien het niet.
Wetenschappelijke
ontdekkingen en transformatie van de aarde
Anguera 2791 27/1/2007
God zal de wetenschappers toelaten de ondoordringbare barrière
van het universum te ontdekken. De dag zal komen wanneer de menselijke wijsheid
zal verloren zijn. Het mysterie zal niet begrepen worden.
Anguera 2807 6/3/2007
De mensheid zal een zwaar kruis te dragen hebben wanneer de
aarde zijn normale beweging verliest. Er zal een verandering zijn in de zwaartekracht
van de aarde die een grote reus die zich op afstand bevindt, zal aantrekken.
De geografie van de wereld zal veranderen. De dag zal komen
dat het leven van de mensen niet langer hetzelfde zal zijn.
Anguera 2794 3/2/2007
Een reus zal komen en wanneer de mensen aankondigen dat het
dichtbij is, zal de mensheid grote moeilijkheden doormaken. De aarde zal door
een immense transformatie gaan.
Anguera 2784 11/1/2007
Een grote kastijding zal over de mensheid komen zonder
uitstel. O, mannen en vrouwen, waar willen jullie naartoe?
Anguera 3935 4/12/2007
Een wetenschappelijke ontdekking zal de voornaamste zorg
zijn van de mensheid. Het kruis zal zwaar zijn voor velen van Mijn arme
kinderen.
Anguera 2953 6/2/2008
De tegenstander zal in het paleis de sleutel vinden dat de
deur opent om te handelen in de wereld. Zijn project zal mannen en vrouwen van
de wetenschappelijke en religieuze wereld betrekken. Leiders van de hele
wereld, zowel de beroemde als de gewone mensen zullen aangetrokken worden tot
dit giftig project. De gelovigen zullen een zwaar kruis te dragen hebben.
Anguera 2874 7/8/2007
Een ontdekking van de wetenschap zal grote verwarring
veroorzaken voor de mensen.
Anguera 2954 9/2/2008
Het moment van zijn grootste pijn zal komen naar de Kerk
van Mijn Jezus. Het zal ernstige conflicten teweegbrengen en de pijn ervaren
verlaten te worden door vele geconsacreerde personen. Het nest van de vogel zal
vernietigd worden.
Anguera 2872 4/8/2007
Vlucht van het kwaad en zoek de Heer om gered te worden.
Mensen omarmen alle soorten van immoraliteit en tarten de Schepper. Iedereen
moet weten dat de gerechtigheid van de Heer zal komen. De engelen van Sodom
zullen naar de aarde komen, en wee degenen die leven in immoraliteit en
ongehoorzaamheid aan de Heer.
Anguera 2871 2/8/2007
Verander jullie leven om gered te worden. Van de diepten
van de aarde zal een groot mysterie rijzen. De wetenschap zal het niet
uitleggen, en de inwoners van het land van het Heilig Kruis (Brazilië) zullen
beven.
Anguera 2866 24/7/2007
De dag zal komen wanneer er geen beproevingen meer zullen
zijn in het leven van de rechtvaardigen. De Heer zal handelen met Zijn sterke
arm om jullie te helpen. Hij zal jullie tranen drogen, en wanneer alle
beproevingen ten einde zijn, zullen jullie de transformatie van de aarde zien.
Anguera 2832 3/5/2007
De aarde zal aangetrokken worden wanneer het grote object
naderbij komt. De tijd zal verloren zijn. Mensen zullen verward zijn door wat
de Heer zal toelaten. Ware wijsheid komt van God.
Anguera 2833 5/5/2007
Mijn Heer zal handelen met tekenen en wonderen. Mensen
zullen verbaasd zijn door de machtige handeling van God. God zal het tonen en
de mensen zullen het zien op de middag.
Anguera 2470 15/1/2005
Een immense bol van vuur zal komen en een grote woestenij
achterlaten. Geschreeuw en geweeklaag zal van alle kanten gehoord worden.
Anguera
profetieën over de pausen en de Kerk
Bid voor de Kerk van mijn Jezus. Het zal lijden omwille van
grote vervolgingen. Vele van mijn geliefde kinderen zullen zich keren tegen de
Paus. Er zal een groot schisma zijn. De ware leer zal ontkend worden zelfs door
leden van de hiërarchie.
Anguera 951 9/5/1995
Bid in het bijzonder voor Mijn eerste geliefde zoon, Paus
Johannes Paulus II! Weet, dat de Kerk van mijn Zoon door een crisis zal moeten
gaan, zoals nooit tevoren. Kardinalen en bisschoppen zullen zich tegen de paus
keren, velen zullen het geloof verliezen, maar zoals ik heb gezegd, luister
naar de stem van hem die waarlijk de opvolger is van de H. Stoel van Petrus. De
Paus wordt verraden door zijn naaste collaborateurs. Er zijn er weinig die de
moed van Petrus hebben, maar velen die de moed van Judas hebben. Bid! Ik
herhaal, bid! De beslissende tijd komt. Degenen die met de Heer zijn zullen er
beter uitkomen. Dit alles moet gebeuren, maar op het einde zal de Heer
overwinnen.
Anguera 1117 28/5/1996
Ik nodig jullie ook uit om jullie kerkelijke oversten te
gehoorzamen. Laat je geloof niet in de steek. Ga om mijn Zoon Jezus te
ontmoeten. Bid! Bid voor mijn geliefde eerstgeboren zoon, de Paus Johannes
Paulus II. Ik wil jullie vertellen dat de Kerk van mijn Jezus door een crisis
moet zoals nooit eerder gezien sinds zijn oprichting.
Anguera 1210 1/1/1997
Bid voor de Kerk van mijn Jezus. Het zal lijden omwille van
grote vervolgingen. Vele van mijn geliefde kinderen zullen zich keren tegen de
Paus. Er zal een groot schisma zijn. De ware leer zal ontkend worden zelfs door
leden van de hiërarchie. Bid. De Kerk van mijn Jezus zal aangevallen worden,
het zal het doelwit zijn van grote aanvallen. Enkel de gelovigen, de ware
gelovigen, zullen standvastig blijven.
Anguera 2467 8/1/2005
Wanneer de koning van zijn troon is gehaald zal een grote
strijd beginnen, en het licht zal zijn klaarheid verliezen.
Anguera 2468 11/1/2005
Een grote stad zal in ruïne vervallen en er zal niet langer
een koning op de troon zitten. Ze zullen tevergeefs zeggen: goud is niet
langer goud.
Anguera 2472 19/1/2005
Een goed geklede man zal het huid van God binnengaan en een
speciale plaats innemen. De vijanden van God zullen hem volgen en zullen grote
schade aanrichten aan de hele mensheid. Hij zal lijken op een goede man en zal
vele mensen verleiden. De rots zal niet overwonnen worden omdat God trouw is
aan Zijn beloften. Plaats al je vertrouwen in de Heer. Degenen die trouw het
Evangelie volgen en Mijn oproepen accepteren, zullen nooit de nederlaag
ervaren.
Anguera 2497 19/3/2005
Een groot schip zal op de wilde golven varen, en allen aan
boord zullen verbaasd zijn om Christus te zien voor zich. Een verdeelde
heerschappij en een lege stoel. Het bestaan van twee koningen zal grote
verwarring verspreide in de wereld, maar God zal Zijn volk te hulp komen. Zijn
uitverkorenen zullen niet hulpeloos achter blijven. Vertrouw op de Heer.
Anguera 2503 31/3/2005
Bid ook voor de Kerk van Mijn Zoon Jezus. Door de
beslissing van een hoogmoedige man, zullen gaten gemaakt worden, maar wat er
gevonden wordt zullen valse vruchten zijn. De ware schat is niet begraven. De
waarheid van Mijn Jezus is in het Evangelie. Wees voorzichtig.
Anguera 2507 12/4/2005
De dag zal komen wanneer er minachting zal zijn voor de
leerstellingen en het geloof van velen zal dooreen geschud worden.
Anguera 2512 29/4/2005
Bid voor de nieuwe opvolger van Petrus. Met hem, zal de
Kerk vooruitgang boeken, maar hij zal vervolgd worden door zijn vijanden. De
Heilige Vader zal de calvarie ervaren, want vele van zijn standpunten zullen
tegengesteld zijn aan deze van de vijanden van de Kerk.
Anguera 2529 31/5/2005
Het paleis zal verrast worden door een woedende en bloedige
invasie van mannen met grote baarden. Weet dat er grote veranderingen zijn in
de natuur.
Amguera 2539 24/6/2005
Het is goed te bidden voor Paus Benedictus XVI. Een steen
van steen zal gebroken worden.
Anguera 2553 24/7/2005
Terroristen zullen naar het Vaticaan komen. De plaza zal
gevuld zijn met lijken. De mensheid zal de boze actie zijn van de mannen met
lange baarden.
Anguera 2759 14/11/2006
De mensheid leeft in de duisternis van geestelijke
blindheid. De actie van de duivel zal ervoor zorgen dat velen het ware geloof
verliezen. Jullie zullen nu de verschrikkingen zien op aarde. De Kerk zal
vervolgd worden. De troon van Petrus zal vallen, maar op het einde zullen de
rechtvaardigen overwinnen. Een grote religieuze oorlog zal komen, en de
gelovigen zullen eruit gegooid worden. Heb de waarheid lief en verdedig ze. De
Heer staat aan de kant van de Zijnen.
Anguera 2814 22/3/2007
De Kerk zal dooreen geschud worden en er zal een grote
verdeeldheid zijn.
Anguera 2823 12/4/2007
De dag zal komen wanner het geloof maar in weinig harten
zal aanwezig zijn. Er zal een grote minachting zijn voor al wat heilig is, en
steeds meer bedienaren van God zullen aangetast worden door morele corruptie.
Het eucharistisch maal zal veracht worden en velen zullen in honger
achterblijven. Ze zullen kijken voor ander plaatsen, maar er zullen weinig
plaatsen zijn waar ze degenen zullen vinden die hen het kostbare voedsel kunnen
geven. Wanneer deze tijd komt, weet dan dat de grote dag er bijna is.
Anguera 2828 23/4/2007
De actie van de duivel zal ertoe leiden dat velen het
geloof afvallen. Een verschrikkelijk plan zal in praktijk gebracht worden met
als doel de Kerk van mijn Jezus te vernietigen. Velen zullen zich terugtrekken
en de koning zal zich eenzaam voelen.
Anguera 2860 7/7/2007
Een koning zal bedreigd worden en ze zullen proberen hem te
verwijderen van zijn troon. Wat ik heb voorzegd in het verleden staat te
gebeuren.
Anguera 2863 14/7/2007
De mannen met de grote baarden zijn een verschrikkelijke
actie aan het plannen tegen het paleis van de koning.
Anguera 2940 8/1/2008
Wanneer de troon valt en het niet langer mogelijk is dat de
koning blijft, zal er een grote minachting zijn voor leerstellingen, en weinigen
zullen stevig vasthouden aan het geloof.
Anguera 2908 27/10/2007
De eenheid van de grote gebaarde mannen met degenen van het
rode, zullen grote pijn veroorzaken aan de mensheid. De lijn zal gebroken
worden. De pijn zal groot zijn. Ik vraag jullie om de geloofsvlam brandend te
houden.
Anguera 2916 14/11/2007
De dag zal komen wanneer perverse mannen zich zullen
plaatsen op de gepriviligeerde posities in het huis van de Heer. Dit zullen
degenen zijn die degenen die tegen Christus zijn zullen aantrekken in de Kerk.
Dit zal de tijd zijn waarin het Heilige zal buiten gegooid worden en dat de
gelovigen zullen vervolgd worden. Weinigen zullen standvastig blijven in het geloof,
maar door deze weinigen, zal God een grote hoop doen rijzen voor Zijn volk. Na
alle beproevingen zal de Kerk grote vreugde ervaren. De overwinning van de Heer
zal zichtbaar zijn voor degenen die trouw blijven tot het einde.
Anguera 2939 5/1/2008
Een oorlog zal uitbreken in Rome en er zullen weinig
overlevenden zijn. Hij die tegen Christus is zal lijden en verdriet brengen
over heel Europa. De troon van Petrus zal leeg zijn. Tranen van pijn en
geweeklaag zal gezien worden in de Kerk.
Anguera 2944 17/1/2008
Mijn Jezus werd verraden door één van zijn uitverkorenen,
en overgeleverd aan de vijanden. De dag zal komen wanneer Zijn Kerk zal
verraden worden door een van de uitverkorenen om ze te verdedigen. De vijand
zal grote kracht hebben omdat hij de steun van vele geconsacreerde personen zal
hebben. Zie de tijd van de grote spirituele strijd voor de Kerk. Weet dat
ondanks de schade dat de oppositie zal veroorzaken, de Kerk nooit zal
overwonnen worden. De Kerk zal blijven leven en sterk zijn in de harten van de
gelovigen. Dit moet gebeuren, maar op het einde zal de Heer overwinnen.
Anguera 2947 25/1/2008
De Kerk zal een kruis van kwelling, verlatenheid, en
vernedering moeten dragen. Omwille van slechte priesters, het ontkennen van
grote leerstellingen, en het bekoelen van het geloof en vele twijfels. De Kerk zal
gehinderd worden door grote stormen, en de weinigen zullen stevig in het geloof
verankerd blijven. Het zullen moeilijke tijden zijn voor mijn arme kinderen,
maar de Heer is niet ver van jullie. Na alle beproevingen, zal er een grote
overwinning komen van de Heer.
Anguera 2949 29/1/2008
De dag zal komen wanneer vele van de hiërarchie valse ideologieën
en valse leerstellingen zullen aanhangen. Het zal een tijd van grote kwellingen
zijn voor de Kerk.
De
aanval op het Sacrament van de Eucharistie
Anguera 2973 20/3/2008
Weet dat er van nu af aan meer minachting zal zijn voor de
sacramenten, en de bedienaars van God zullen veracht en vervolgd worden. De
duivel zal erin slagen om velen in de heilige ordes te vernietigen met schandalen
die het geloof van vele mannen en vrouwen zal doen wankelen. Rebellie zal er
zijn tegen de ware leer van de Kerk en de opvolger van Petrus zal een zwaar
kruis moeten dragen. Ze zullen het sacrament van de Eucharistie aanvallen met
grote woede, en ervoor zorgen dat velen het geloof in de ware aanwezigheid van
Mijn Jezus verliezen. De Kerk zal zijn glans verliezen op vele plaatsen en
velen zullen zijn als blinden die de andere blinden leiden. De Kerk van Mijn
Jezus stevent af op vele beproevingen in de toekomst, en weinig geconsacreerde
personen zullen standvastig in de waarheid blijven.
De Allerheiligste Maagd Maria, zal ondanks alles de kop van
de slang verpletteren onder Haar hiel. Ze heeft Haar kinderen getraind om het
wapen te gebruiken dat ook een schild is.
Uit het boek dat gedicteerd werd door de
Engelen aan Marjorie Sampair:
De beproeving
van Amerika door God
H. Aartsengel Rafael en Maria, Koningin van de Engelen:
De tijd der tijden zal het einde van het leven zijn zoals
je reeds weet. Dit leven is enkel een plaats van beproeving voor de zielen van
de mensen. Niet alle ware Christenen zullen de komst van Christus zien tenzij
de kastijding wordt herroepen door gebed. Jullie moeten weten, omdat als de
kastijding over de aarde komt, zullen velen sterven voordat Christus komt.
Ze zullen niet eeuwig verloren zijn, maar ZE ZULLEN
VERREZEN WORDEN DOOR CHRISTUS OM TE VERTOEVEN OP DE NIEUWE AARDE. ZE ZULLEN DE
EERSTE DOOD MOETEN DOORSTAAN, MAAR DE ZONEN VAN MARIA ZULLEN DE DOOD NIET
KENNEN.
ZE ZULLEN LEVEND WORDEN GEHOUDEN EN VEILIG DOOR DE
ALLERHEILIGSTE MAAGD EN ZULLEN GETUIGE ZIJN VAN DE KOMST VAN CHRISTUS IN ZIJN
GLORIE EN ZE ZULLEN KNIELEN VOOR HEM EN ZE ZULLEN VERHEERLIJKT WORDEN MET HEM.
O, DE ZALIGHEID VAN DIE ONTMOETING! DE VREUGDE DIE HUN HARTEN ZAL VULLEN BIJ
ZIJN KOMST!
DIT BUITENGEWOON PRIVILEGE IS GERESERVEERD VOOR HEN ENKEL
ALS DE KASTIJDING KOMT. DE HOOP VAN DE WERELD IS MARIA, DE MOEDER VAN GOD.
ZE HEEFT EEN VEILIGE PLAATS BEREID VOOR HAAR KINDEREN OM TE
SCHUILEN IN DE LAATSTE DAGEN, ALS DE KASTIJDING KOMT.
Velen zijn nieuwsgierig om te weten waar ze kunnen gaan om aan
de geselingen van de laatste dagen te ontsnappen. Velen beschouwen de
losbandigheid van deze tijd als een voorbode voor revolutie, bloedvergieten,
anarchie en chaos. Ze vrezen de dreigementen van de kleurlingen en vrezen een
toename van misdaad. Ze vrezen het communisme, oorlog of het atoomtijdperk. Ze
zoeken een toevluchtsoord, vrede en veiligheid.
Er zijn degenen die zoeken om zich te verbergen achter de
afspanning van hun huizen zonder zich zorgen te maken dat ze leven in steden
waar er oproer is. Anderen verkopen alles en gaan naar kleine gemeenschappen
van vrienden en proberen zich te isoleren zoals kleine groepen. Anderen
vertrekken naar Canada of Mexico of naar andere steden binnen het land. Maar
iedereen kijkt voor een veilige plaats.
NIET IEDEREEN KAN NAAR DE VEILIGE PLAATS GAAN. HET IS
GERESERVEERD VOOR DE KINDEREN VAN MARIA. MAAR NIET ALLEN DIE DE ROZENKRANS
BIDDEN KUNNEN GAAN. HET IS GERESERVEERD VOOR DEGENEN DIE BIDDEN VOOR VREDE
ZOALS MARIA HEEFT GEVRAAGD TE FATIMA.
DE VEILIGE PLAATS IS VERBORGEN VOOR DE OGEN VAN DE MENSEN.
HET IS GEEN GEOGRAFISCHE SITE.
Het is niet in een grot of in een berg of thuis. Het is
niet in een kerk of in een natie.
HET IS EEN VEILIGE PLAATS ENKEL GEKEND DOOR DE MOEDER VAN
GOD, MAAR SPOEDIG ZULLEN HAAR KINDEREN BEGRIJPEN WAAR HET IS EN WAT ZE MOETEN
DOEN OM HET TE BEREIKEN.
Buitengewoon is de Mooie Koningin van de Hemel. Groot is
haar macht, omdat het direct aan Haar gegeven wordt door Christus.
Ze wordt geëerd en aanbeden door al de Engelen en de
Heiligen. Haar Naam is genoeg om vrees te creëren in het hart van Satan. Nu is
het Haar tijd. Haar missie is de kop van de slang te verpletteren onder Haar
hiel. De slang is de Boze, Lucifer. Haar hiel is het leger van Haar kinderen,
en hun wapen is de Rozenkrans.
Om dit leger te recruteren is Zij verschenen in vele
plaatsen. Ze werd gezien op aarde in Portugal, Spanje, Frankrijk, Italië,
Rusland, Polen, Canada, Mexico en de VS en ook in andere landen. Nu leidt ze
miljoenen van Haar kinderen naar de spirituele strijd tegen Satan. Wat betekent
het dat Ze de kop van Satan zal verpletteren? DE AARTSENGEL MICHAEL ZAL SATAN
VERSLAAN IN DE SLAG VAN ARMAGEDDON. DE LEGIOENEN VAN DE ENGELEN ZULLEN TEGEN DE
LEGERS VAN SATAN VECHTEN EN ZE VERSLAAN.
Waarom zou Maria dan de kop van Satan onder haar hiel
moeten verpletteren?
Satan is vastberaden in het heersen over de aarde. Hij
heeft de controle verworven over de helft van de wereld door het Communisme dat
gebaseerd is op het atheïsme of op het geloof dat er geen God is.
In Communistische landen, worden de Christenen vervolgd, en
een jonge generatie is opgegroeid met weinig of geen kennis over God. Ze zijn
volgelingen van Satan. Ze zijn gebonden tot de Hel als ze niet kunnen geraakt
worden op een miraculeuze manier.
De Chinese Communisten zijn de meest schandelijke mensen.
Ze geloven dat Mao God is en voor hen is er geen hoop. Maar de Russische Communisten
zouden kunnen bekeerd worden.
Als het zou gebeuren, dat Rusland de Westerse landen zou
vervoegen om tegen China te vechten dan zou met Gods hulp Rusland kunnen
winnen. Satan zou zo verpletterd kunnen worden, in de wetenschap dat Rusland
zich tegen hem heeft gekeerd. Zijn leger zou verslagen worden. Hij zou veroordeeld
worden en weten dat hij nooit over de aarde zou kunnen heersen.
Veel van de knoeiboel in deze dagen komt voort van het
communisme.
De Communisten, in Amerika, nemen de bevelen aan van Rusland,
ze zijn geϊnfiltreerd in de hoogste diensten in de regering en in de kerken.
Het Communisme is de oorzaak achter oproer en onlusten. In het schoolsysteem,
de organisatie van leraars, op de universiteiten zijn deze zonen van Satan
aanwezig.
De verachtelijke atheϊsten, volgelingen van het Russische
communisme, zouden Amerika kunnen omvergooien in een week! Zelfs Groot-Brittannië,
Frankrijk, Italië, Spanje, Duitsland, Canada, Mexico en Zuid-Amerika. Ze hebben
de vrije wereld besmet zoals de gesel van sprinkhanen die klaar staan om
alles te verslinden, wanneer de tijd komt.
Als Rusland zich echter zou bekeren tot het Christendom,
zou het enige bolwerk van Satan Oost-China zijn, Satans troon. Als een
windstoot zou het dit boosaardig wezen kunnen neerslaan! De beweging in Amerika
zou oplossen in rook. De baas zou verloren zijn! De dwaasheid zou genezen zijn!
Hoe gemakkelijk zou het dan zijn voor Michael om Satan aan
kettingen te leggen en hem van de aarde weg te nemen! Hij zou reeds wankelen
door de slag die Maria en Haar leger hem geleverd heeft met de Rozenkrans als
hun wapen!
Wat zou er gebeuren als Maria zou falen?
Ze kan niet falen! Het is Gods wil dat zowel Zij en het
instrument de eerste slag uitdelen aan Satan! Is dit een bevlieging van God om
de vrouw toe te laten deze verschrikkelijke taak te voltooien? In Zijn
oneindige rechtvaardigheid, heeft God bekrachtigd dat Eva, de eerste vrouw,
toegelaten was dat Satan haar bekoorde en de last van de zonde in Gods
schepping bracht. HET MOET DE NIEUWE EVA, MARIA, DEGENE DIE ONS ZAL
BINNENLEIDEN IN HET TIJDPERK VAN VREDE, ZIJN DIE EEN OVERWELDIGENDE SLAG AAN
SATAN ZAL TOEDIENEN.
De hoogmoedige Lucifer zal vernederd worden door een
nederige vrouw: de wonde die Ze zal toedienen, zal zijn plan van heerschappij
over de hele aarde doen falen.
Hoe kan de antichrist dan, over de aarde heersen? Het zal
een spiritueel rijk zijn. Satan, die verpletterd wordt door Maria, zal proberen
Haar kinderen te vernietigen door de Kerk.
Dit tweede of alternatief plan van Satan is reeds opgestart
en lopend. Het concept van de ene wereldkerk is gelijkaardig ontwikkeld als het
concept van de ene wereldregering. Als plan A faalt, dan zal plan B geprobeerd
worden.
Nu, over de ene wereldkerk: de basis is achteloos gestart
door Paus Johannes XXIII die een Oecumenische Raad heeft samengeroepen als een
oprecht verlangen om alle Christenen tezamen te brengen in één kudde.
Satan heeft deze beweging gebruikt om te doen samenvallen
met zijn plan.
De verwarring in de kerken en het sluiten van compromissen
over de leerstellingen en principes zijn een getuige van deze ene kudde. De
Katholieke Kerk is bezweken voor de veranderingskoorts (modernisering) en is
uitgebreid tot de vele traditionele legers die werden verlaten, en nu worden
de heiligen aangevallen, evenals de Heilige Maagd en het Pausschap.
De basis van de ene wereldkerk is gelegd en de hoeksteen is
Satan!
EN HET HOOFD ZAL EEN VALSE PAUS ZIJN DIE GECONTROLEERD WORD
DOOR DE ANTICHRIST!!
Als een ene wereldregering faalt, kan de ene wereldkerk
niet falen.
Wat zal er dan gebeuren met de zonen van Maria? Waar zal de
Veilige Plaats zijn?
We zullen dit samen uitzoeken, maar laten we eerst een
kleine scheur in de ene wereldkerk van satan naderbij bekijken.
DE VALSE PAUS ZAL MOETEN HEERSEN OVER DE ENIGE WERELDKERK
ONDER DE BEVELEN VAN SATAN.
De eerste daad zal zijn de Heilige Maagd Maria te
ontkennen. Ze zal gelasterd worden. Haar maagdelijkheid zal aangevallen worden
en er zal bewezen worden dat ze andere kinderen had. De Rozenkrans zal als
een ketterij of aanbidding van een vrouw worden afgedaan. Degenen die niet de
ware zonen van Maria zijn zullen hun rozenkransen vernietigen en al de beelden
van de Heilige Maagd zullen vernietigd worden. Al de afbeeldingen van Onze
Lieve Vrouw zullen vernietigd worden en alle feestdagen die aan Haar zijn
opgedragen, zullen verboden worden. De Kerken die genoemd zijn naar de Heilige
Rozenkrans of de H. Maria of onder andere titels die met Haar verbonden zijn
zullen hun naam veranderen.
Alle Heiligen zullen door deze ene wereldkerk verboden
worden. Dit zal leiden tot de verwijdering van hun beelden en de verandering
van de liturgie en van de namen van de kerken die de naam dragen van Heiligen.
Wat zal er over blijven? Christus. Dan zal Christus
uitgeroepen worden als een grote profeet en een grote filosoof, en een
sterveling. Deze kerk, die door Satan zal beheerst worden, zal terugkeren naar
de aanbidding van Balaam (= de goddeloze Profeet).
Dit lijkt bijna onmogelijk, maar het zal gebeuren, omdat
dit de reden is waarom Christus vroeg: Zal er nog geloof zijn op aarde wanneer
Ik terugkeer?
DE SCHEUR IN DE WAPENRUSTING VAN SATAN IS DE VERBORGEN
KERK! DEZE IS REEDS OPGERICHT DOOR DE HEILIGE GEEST EN MARIAS KINDEREN HEERSEN
OVER DEZE SPIRITUELE KERK MET HUN GEBEDEN VOOR DE ZIELEN.
Satan heeft rekening gehouden met dit ware geloof.
Hij zoekt de kerken die georganiseerd zijn door de mensen
en de grote massa van slapende Christenen die zoals schapen hun priesters en
bedienaren volgen, die proberen hen een nieuwe religie te brengen.
De Allerheiligste Maagd Maria, zal ondanks alles, de kop
van de slang verpletteren onder Haar hiel. Ze heeft Haar kinderen getraind om
een wapen te gebruiken, dat ook een schild is.
Het schild is geloof. Geloof is de machtige kracht dat een
Christen kan omhullen met de kracht van de Almachtige God. De machten van de
Hel kunnen niet doordringen in dit energieveld. De mensen van God hebben het
miraculeuze geloof reeds ervaren. Daniel overleefde temidden van de hongerige
leeuwen en omdat hij geloof had, hielden ze hun kaken gesloten en konden ze hem
niet aanvallen.
Job had geloof, en hoewel Satan elke gesel zond om hem te
overweldigen, volhardde hij in het geloof om de beloning van God te ontvangen.
De Bijbel staat vol verhalen van mensen van geloof. David die geconfronteerd
werd met Goliat; Shadrach, Meshach en Abednego in de vurige oven; toespraken
over geloof om de waarheid van de woorden van Christus te leren: Als je geloof
had zoals een mosterdzaadje, zou je zeggen tot de berg, gooi jezelf in de zee,
en dit zou gebeuren.
Geloof is het schild tegen de krachten van Satan en tegen
de kastijding van een toornige God. Het is het schild van jullie training, en
de Rozenkrans stelt jullie in staat om dit schild sterk genoeg te maken om
jullie te beschermen in de duistere dagen die nog komen. De Rozenkrans is een
gebed, een wapen en een schild. Geen mens kan zijn kracht inbeelden. Het komt
van de Hemel door de hand van Maria, de Moeder van jullie allen. En God zegent
degenen die het goed gebruiken.
Christus accepteert de gebeden die Maria Hem brengt. Maria
stort dan een stroom van genaden en zegeningen over Haar kinderen. Maria,
jullie Moeder, nodigt jullie uit buiten de kerken. Ze vraagt jullie om te
bidden in jullie huis, met jullie gezin.
VERLAAT DE ENE WERELDKERK IN EMBRYO EN BEHOUD JE GELOOF IN
CHRISTUS, JULLIE REDDER.
De Aartsengel van God, Rafael en Maria, Koningin van de
Engelen
Drie
krachtige gebeden van de H. Alfonsus van Liguori als berouw tot God
Mijn Heer! Ik weet dat ik op dit moment in de Hel zou
moeten zijn. De Hel is mijn huis (Job 17:13). Maar door Uw barmhartigheid, ben
ik niet in deze treurige plaats, maar ben ik hier aan Uw voeten, en voel ik dat
U wenst en mij beveelt U lief te hebben. U zult de Heer Uw God liefhebben
(Deut. 6:5) Ik hoor U vertellen dat U mij wilt vergeven als ik berouw toon over
de zonden die ik heb begaan. Mijn God, sinds U wenst dat ik, een ellendige
rebel tegen Uw majesteit, U liefheb, houd ik van U met heel mijn hart en voel
ik steeds meer spijt voor de beledigingen die ik heb begaan. Verlicht me, O
oneindige Goedheid, maak me gevoelig voor de onrechtvaardigheden die ik heb
begaan. Ik zal niet langer Uw oproepen weerstaan. Ik zal U geen ongenoegen meer
doen, een God die me zo teder liefheeft, die me zo dikwijls heeft vergeven met
zoveel liefde. Dat ik U maar nooit had beledigd, mijn Jezus, vergeef me.
Verleen me dat ik vanaf vandaag U alleen liefheb, dat ik enkel voor U moge
leven. U, die voor mij bent
gestorven. Dat ik moge lijden voor Uw liefde, sinds U zoveel heeft
geleden voor mij lief te hebben. U
heeft me lief gehad vanaf het begin. Verleen dat ik voor eeuwig moge
branden van Uw liefde. Ik hoop op U, O mijn Redder, door Uw verdiensten; ik
vertrouw ook op u, H. Maagd Maria; red mij door uw voorspraak.
Zie, Heer, aan Uw voeten een ondankbare ziel, die smeekt om
genade, Vader, vergeef mij. Ik roep U, Vader, omdat U wenst dat ik U aanroep.
Mijn Vader, vergeef me, ik verdien geen medelijden, omdat ik U behandeld heb
met ondankbaarheid omdat U vrijgevig voor mij bent geweest. Mijn God, door de
goedheid waarmee U niet toelaat mij in de steek te laten wanneer ik ben
gevlucht, ontvang mij, nu ik tot U terugkeer. Mijn Jezus, geef me een groot
verdriet voor de beledigingen die ik U heb aangedaan. Geef me de kus van vrede.
Het spijt mij boven alles voor de onrechtvaardigheden die ik begaan heb. Ik verafschuw
ze, en ik verenig dit met Uw afschuw die U voor ze voelde in de tuin van
Gethsemane, O mijn Verlosser! Vergeef me door de verdiensten van het bloed dat
U heeft vergoten voor mij in de Gethsemane. Ik beloof U nooit meer te verlaten,
en alle hartstochten die niet van U komen te bannen. Mijn Jezus, mijn liefde!
Ik houd van U boven alles: ik wens U altijd lief te hebben, U alleen: geef me
de kracht om dit goede voornemen uit te voeren, maakt me helemaal de Uwe. O H.
Maagd Maria, mijn hoop na Jezus! U bent de Moeder van barmhartigheid: bid tot
God voor mij, en heb medelijden met mij.
Mijn God, tegen wie ik heb gerebelleerd. Tegen U, die zo
goed bent, tegen U, die mij geschapen heeft en is gestorven voor mij. Na zovele
daden van verraad. De gedachte aan het geduld dat U heeft met mij, doet me U
vurig liefhebben. En wie zou de beledigingen zo lang verdragen die ik U heb
aangedaan? Ik ben ellendig. Ik zal U nooit meer beledigen en mij tot de Hel
veroordelen! Uw barmhartigheid kan
me niet langer verdragen. Het spijt mij. O Soevereine God, het spijt
mij om U te hebben beledigd. Ik houd van U met heel mijn hart: ik neem mij voor
om U heel mijn leven te geven. Aanhoor mij, O Eeuwige Vader, door de
verdiensten van Jezus Christus: geef me heilige standvastigheid en Uw liefde:
aanhoor mij, O mijn Jezus, omwille van het bloed die U heeft vergoten voor mij.
Ik smeek U daarom, sta Uw dienaar bij, die U heeft verlost met Uw kostbaar
bloed. O H. Maagd Maria, mijn Moeder, kijk op mij neer, keer uw ogen van genade
naar mij, en zorg dat ik mij volledig aan God geef.
Heer, ontferm U over
ons. Christus,
ontferm U over ons.
Heer, ontferm U over ons. Christus,
hoor ons. Christus, aanhoor ons vol genade. God
de Vader van de Hemel, ontferm U over ons.
God de Zoon, Verlosser van de wereld, ontferm U over ons. God de Heilige Geest, ontferm
U over ons. Heilige
Drie-eenheid, één God, ontferm U over ons.
Vader, eerste Persoon van de Allerheiligste Drie-eenheid,
ontferm U over ons.
Vader van de Eniggeboren Zoon, ontferm U over ons.
Vader en Zoon, van wie de Heilige Geest voortkomt, ontferm U over ons.
Vader van de Onbevlekte Maagd Maria, ontferm U over ons.
Vader van haar allerzuiverste Echtgenoot, ontferm U over ons.
Onze Vader in de Hemel, ontferm U over ons.
Vader in de eeuwigheid, geheiligd zij Uw Naam.
Vader, oneindige Majesteit, geheiligd zij Uw Naam.
Vader, oneindige Heiligheid, geheiligd zij Uw Naam.
Vader, oneindige Goedheid, geheiligd zij Uw Naam.
Vader, oneindig Geluk, geheiligd zij Uw Naam.
Vader, die almachtig zijt, geheiligd zij Uw Naam.
Vader, die alwetend zijt, geheiligd zij Uw Naam.
Vader, die overal aanwezig zijt, geheiligd zij Uw Naam.
Vader, oneindig rechtvaardig, geheiligd zij Uw Naam.
Vader, oneindig barmhartig, geheiligd zij Uw Naam.
Vader, die de Hemel en de Aarde geschapen heeft, Uw Rijk
kome.
Vader, die een Redder heeft beloofd, Uw Rijk kome.
Vader, geopenbaard door de Zoon, Uw Rijk kome.
Vader, die het lijden van Jezus gewild heeft, Uw Rijk kome.
Vader, die het Offer van Calvarie aanvaard heeft, Uw Rijk kome.
Vader, die zich verzoend heeft met de mensheid, Uw Rijk kome.
Vader, die de Heilige Geest gezonden heeft, Uw Rijk kome.
Vader, in de Naam van Jezus, Uw Rijk kome.
Vader van alle volkeren, Uw Rijk kome.
Vader van Liefde, koester ons.
Vader van Schoonheid, bescherm ons.
Vader van Wijsheid, leid ons.
Vader, Goddelijke Voorzienigheid, waak over ons.
Vader van de armen, Uw Wil geschiede.
Vader van wezen, Uw Wil geschiede.
Vader van weduwen, Uw Wil geschiede.
Vader van de bannelingen, Uw Wil geschiede.
Vader van de vervolgden, Uw Wil geschiede.
Vader van de gekwelden, Uw Wil geschiede.
Vader van de zieken en gehandicapten, Uw Wil geschiede.
Vader van de bejaarden, Uw Wil geschiede.
Vader, we aanbidden U.
Vader, we houden van U. Vader,
we danken U. Vader, we zegenen U.
In vreugde en in leed, mogen we U zegenen.
In ziekte en in gezondheid, mogen we U zegenen.
In voorspoed en in tegenslag, mogen we U zegenen.
In troost en in verlatenheid, mogen we U zegenen.
In leven en in dood, mogen we U zegenen. In tijd en in eeuwigheid, mogen we
U zegenen.
Vader, hoor ons. Vader,
aanhoor ons vol genade.
Lam van God, veelgeliefde Zoon van de Vader, spaar ons, O
Heer.
Lam van God, dat ons beveelt perfect te zijn zoals de Vader, aanhoor ons vol
genade, O Heer.
Lam van God, Onze Middelaar bij de Vader, ontferm U over ons.
Laat ons bidden:
Onze Vader, die in de Hemelen zijt, geheiligd zij Uw Naam. Uw Rijk
kome, Uw Wil geschiede op aarde als in de Hemel. Geef ons heden ons dagelijks
brood. Vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven aan onze
schuldenaren. En leid ons niet in bekoring, maar verlos ons van het kwade.
Amen.
Allerzielen - St
Rosalie's Parish, Eucharistic Chapel, Hampton Bays, New York
Mijn zoon,
Ik kom vandaag tot jou met groot verdriet omdat al de
verschrikkelijke gebeurtenissen jullie wereld overvallen als resultaat van de
zondigheid van de mensheid, en omdat de boze de controle heeft overgenomen van
de machtszetels in jullie wereld.
Mijn tranen vallen vandaag voor de hele mensheid in een
tijd wanneer we de zielen van de trouwe overledenen en de heiligen van de
wereld herdenken die een verschil gemaakt hebben voor de hele mensheid.
Maar vandaag moeten we ook een beroep doen op de heiligen
die onder ons zijn, de machtige gebedsstrijders, om de controle over te nemen
en al Gods kinderen tot een gebedsvol bestaan te brengen dat noodzakelijk is in
deze eindtijd. Het is de verantwoordelijkheid van al Gods kinderen die deze
boodschappen horen, om de gezinsleden, vrienden, en gemeenschappen tot de
schoot van Gods bescherming te brengen, dat Hij belooft heeft aan jullie in
deze eindtijd.
Jullie zijn je zeker bewust dat jullie je nu diep in de
gebeurtenissen van de eindtijd bevinden. De hele mensheid wordt voorbereid voor
de Grote Transformatie die de Vader heeft beloofd sinds de vroege tijden,
wanneer het duidelijk werd dat de gevallen engel, de boze, gekend als satan en Lucifer,
het plan van de Vader voor al Zijn kinderen begon te dwarsbomen.
Nu zijn de strijdlijnen duidelijk uitgetekend voor jullie
allen om te onderscheiden. Het is nu duidelijk in jullie wereld wie de
volgelingen zijn van de boze die het werk doen om de hele mensheid te
vernietigen en jullie allen tot slaven te maken in een draconisch plan voor een
nieuwe wereldorde. Als jullie je niet bewust zijn van deze kwaadaardige
machtige leiders, die hun macht en controle over jullie uitoefenen in naam van
de prins van duisternis, moeten jullie de schellen van jullie ogen wegnemen en
zien wie onder jullie het werk van de boze doet.
Als de tijden voorbij gaan, zullen jullie de goeden van de
slechten herkennen. Hoewel het misschien moeilijk is voor velen onder jullie om
onderscheid te maken, moeten jullie de kracht van de Heilige Geest aanroepen,
en dan zullen jullie gemakkelijker onderscheid kunnen maken tussen goed en
kwaad, het koren en het kaf.
Jullie missie is in de Vader te blijven door Zijn Zoon, de
Verlosser, die machtig aan het werk is onder jullie in deze tijd om de Grote
Transformatie tot stand te brengen, die vlugger zal gebeuren dan jullie denken
en in een ogenblik zich zal voltrekken. Want de Kracht van de Heilige Geest daalt
neer over de mensheid en het koren zal van het kaf gescheiden worden, waarbij
de boze en zijn volgelingen in de diepten van de eeuwige verdoemenis zullen
geworpen worden.
Zo zal het zijn! God
zij dank! Want dan zullen de Nieuwe Hemel en de Nieuwe Aarde zich ontwikkelen
om de hele mensheid op te tillen naar een staat van genade en een leven dat
gevoed wordt door de manifestatie van de Liefde van de Vader hier op Aarde.
Bereid jullie voor op deze prachtige gebeurtenis en deze
toekomstige tijden wanneer de hele mensheid zal gezegend worden. Bereid jullie
voor door te aanvaarden dat de duistere tijden de manifestatie van al het goede
zullen teweegbrengen. Jullie moeten overwinnen doorheen de duisternis in deze
eindtijd om onder Gods uitverkoren volk gerekend te worden.
Mijn gebeden en intenties zijn bij jullie. De gebeden en
intenties van degenen die reeds vertrokken zijn van deze aarde en de zielen van
degenen die jullie erkennen als de Heiligen van Mijn Zoons Kerk zijn ook bij
jullie en zij steunen jullie in deze eindtijd.
Maak deel uit van deze machtige tocht door te bidden tot de
Vader in de Hemel voor zijn vergeving en Zijn barmhartigheid en jullie zullen
beschermd zijn gedurende deze eindtijd, zodat jullie uiteindelijk de eeuwige
liefde en vrede mogen ervaren die jullie Vader en Schepper jullie altijd heeft
beloofd!
2018
wordt het jaar van de lang verwachte nieuwe wereldmunt uit:xandernieuws.punt.nl
Op blockchain/bitcoin tech gebaseerde digitale
wereldmunt moet contact geld uiteindelijk geheel gaan vervangen - Centrale
Wereldbank voorloper van Centrale Wereldregering
Het is de afgelopen jaren al vaker voorspeld, maar nu lijkt
het er dan toch echt van te gaan komen: de invoering van een nieuwe wereldmunt.
Beter omschreven: digitale wereld valuta, want het is niet zo dat we onze
euros zullen moeten omwisselen voor nieuwe munten en biljetten. Naar alle
waarschijnlijkheid worden bestaande valuta zoals de Amerikaanse dollar, de
euro, de Chinese yuan, de Japanse yen, het Britse pond etc. gekoppeld aan een
alomvattende, vooralsnog uitsluitend digitale wereldvaluta. Daarmee zal er een
einde komen aan de status van de dollar als wereld-reservemunt.
bitcoin
Financieel analist Brandon Smith (Alt-Market.com) heeft het
over het economische eindspel (End Game), waar hij in 2014 een uitgebreid
artikel over publiceerde. Dat handelde over een financiële Nieuwe Wereld Orde
die zal worden opgericht op de toekomstige puinhopen van het huidige systeem,
dat in 2017 inderdaad op zijn laatste benen lijkt te lopen. Volgens een almaar
groter wordend leger collega analisten zal dat uiterlijk volgend jaar in een
ongekende nieuwe crisis uitmonden.
IMF/SDR valuta mandje
De globalisten mikken op een compleet gecentraliseerde,
wereldwijde financieel-economische structuur, met één centrale bank voor de
hele planeet. De reservemunt status van de dollar verdwijnt, en alle
belangrijke valuta gaan in een SDR (Special Drawing Rights) mandje. Zodra dit
systeem eenmaal functioneert, wordt er toegewerkt naar het volgende doel: een
centrale wereldregering.
Het globalistische magazine The Economist plaatste al in
1988 het artikel Maak u klaar voor de Phoenix. Dat was de verzonnen naam van
een nieuwe wereldmunt, die in 2018 zou moeten worden ingevoerd. Volgens Smith
zat er meer dan enkel speculatie achter de tijdlijn van destijds 30 jaar. Het
is duidelijke dat de globalisten deadlines hebben, en van plan zijn zich daar
aan te houden.
China en Rusland doen volop mee
Het loslaten van de dollar is inmiddels in volle gang.
China gaat oliecontracten in de eigen yuan afhandelen, en sloot eerder met
Rusland (en enkele Zuid Amerikaanse landen) handelsovereenkomsten die niet
langer de dollar als reservemunt gebruiken, maar de yuan en de roebel.
Smith wijst het door velen aangehangen idee dat Rusland en
China niet mee willen doen met de Nieuwe Wereld Orde, resoluut van de hand.
Beide landen werken volop mee met het IMF en de BIS bank (de centrale bank der
centrale banken), en hebben nauwe banden met het internationale megabanken
kartel, met beruchte namen zoals Goldman Sachs en JP Morgan.
Überglobalist George Soros verklaarde al in 2009 dat China
in de Nieuwe Wereld Orde de nieuwe economische motor wordt, en in dat opzicht
de plaats van de VS zal innemen. Dat betekent echter niet dat de yuan de dollar
gaat vervangen. De Russen en Chinezen willen weliswaar van de speciale status
van de dollar af, maar deze net als de machtige bankiers vervangen door het
eerder genoemde IMF / SDR valuta mandje, de digitale wereldmunt waaraan alle
valuta moeten worden gekoppeld.
Gebaseerd op blockchain/bitcoin
Wat in 2014 nog niet duidelijk was, is dat 3 jaar later
wel: de komende wereldmunt wordt geheel digitaal, en moet op termijn al het
contante geld gaan vervangen. De technologie hiervoor wordt inmiddels breed
toegepast (blockchain, de basis van o.a. bitcoin). De nieuwe wereldmunt
zal in veel opzichten op bitcoin lijken en als zodanig gaan functioneren.
Dat bankiers nu forse kritiek op bitcoin hebben, is volgens
Smith slechts schijn. In werkelijkheid vinden ze de technologie fantastisch,
maar willen die wel exclusief voor zichzelf reserveren.
Wereldmunt is er feitelijk al, maar bijna
niemand heeft het door
Feitelijk is de nieuwe digitale wereldmunt er dus al,
betoogt Smith, al hebben nog maar heel weinig mensen dat in de gaten. Het
betekent dat het nieuwe financiële systeem op ieder moment kan worden
ingevoerd, en dat moment, hoogstwaarschijnlijk tijdens een (geplande) grote
crisis die kan ontstaan zodra de rente weer gaat stijgen-, alleen om deze
reden heel dichtbij is gekomen.
Veranderingen waarvan wij denken dat die heel abrupt
tijdens historische crisis kwamen, waren heel vaak helemaal niet zo abrupt,
vervolgt Smith. Aan bijna alle financiële crises ging een jaren- en soms
decennialang proces vooraf, waarin het bestaande systeem steeds meer barsten en
scheuren begon te vertonen. Als je 10 jaar terug in de tijd zou reizen en aan
de gewone man zou uitleggen wat er nu gaande is, zou hij waarschijnlijk de spot
met je drijven. Toch zijn die dingen nu algemeen geaccepteerd, of worden als
onbelangrijk genegeerd. De tijd is kort, en een korte aandachtsboog is de vloek
van de vrije samenleving.
Het skelet van de Nieuwe Wereld Orde economie ligt recht
voor ons. De triggers voor deze explosieve verandering zijn reeds geplaatst.
Wat mij zorgen baart is of de massa het wel in de gaten zal hebben als deze
veranderingen en de daarop volgende crisis realiteit worden.
Wat is nanotechnologie?
(nanopinion.archiv.zsi.at)
Nanotechnologie is de
techniek die het mogelijk maakt te werken met deeltjes in de grootte-orde
van nanometers (afkorting nm, een miljardste van een meter).
Dit is een schaal van grootte die net boven die van atomen (0,060 nm
tot 0,275 nm) en eenvoudige moleculen ligt. Een criterium is dat
een structuur in op zijn minst één dimensie minder dan 100 nanometer groot is.
Veelgebruikte toepassingen van nanotechnologie zijn de emulsie van
kleine deeltjes ('nanodeeltjes') titaniumoxide in verf- en
vernissoorten, deeltjes in zonnebrandcreme, cosmetica, koolstof
in geckotape (sterk plakband, principe bewezen, in
ontwikkeling), zilver in voedselverpakking, kleding, verband,
desinfectiemiddelen en huishoudapparatuur en cerium als katalysator bij
verbranding.
De grote opslagcapaciteit van computergeheugens is
tevens een toepassing van nanotechnologie.
Waarom is nanotechnologie interessant?
Nanotechnologie zal op grote schaal worden gebruikt.
Sommige mensen voorspellen dat we binnenkort zeer kleine computerchips of
apparaatjes zullen gebruiken die beschadigde bloedvaten kunnen vinden en
herstellen. Nanotechnologie kan onze energie schoner maken, ons leven langer
maken, en bestaande technologieën verbeteren. En deze technologie wordt nu al
gebruikt. Op dit moment zijn er al meer dan 1.000 producten met nanomaterialen.
Wat is een nanometer?
Een nanometer is een miljardste (10 -9) van een meter, dit
betekent 0,000 000 001 meter of een miljoenste van een millimeter.
Met andere woorden: Een nanometer heeft dezelfde verhouding als een appel tot
de Aarde.
Nanotechnologie werkt met deeltjes in de grootteorde van
nanometers, ongeveer tussen 1 en 100 nm. Dit bereik noemt men de nanoschaal.
Wat is er bijzonder aan dingen op nanoschaal?
Gekende materialen kunnen op nanoschaal nieuwe
eigenschappen vertonen. Bijvoorbeeld, een vel aluminiumfolie is een handige
manier om uw broodjes vers te houden. Maar als u hetzelfde aluminium neemt en
in kleinere deeltjes onderverdeelt, tot wanneer deze heel, heel klein zijn (op
nanoschaal) dan gebeurt er iets vreemds - de deeltjes worden uiterst reactief.
Zelfs explosief! Dit maakt deze aluminium nanodeeltjes zeer geschikt voor
raketbrandstof, maar waarschijnlijk niet iets wat u in de buurt van uw lunch wilt!
Natuurlijke nanomaterialen
Er zijn verschillende levende wezens die gebruik maken van
verschijnselen die van structuren op nanoschaal afhankelijk zijn. Een gekko die
op het plafond loopt, bladeren die water afstoten, de felle kleuren van
vlinders, en sterke en flexibele materialen zoals spinnenwebben gebruiken
allemaal natuurlijke nanotechnologie.
gekko-poot
ultrakleine haartjes onder de poot van een gekko
Naast de nanodeeltjes die door levende wezens worden
geproduceerd, bestaan er nanodeeltjes die door natuurlijke processen zoals
erosie en vulkaanuitbarstingen worden geproduceerd. Sommige chemische reacties,
met name verbranding, produceren ook nanodeeltjes.
In een aantal consumptieproducten worden al sommige vormen
van nanodeeltjes gebruikt. Bijvoorbeeld het mineraal titaandioxide - als
witmaker in tandpasta en kleurstof - bevat een fractie van nanodeeltjes. Deze
werden niet opzettelijk toegevoegd, maar behoren tot de normale samenstelling
van het mineraal, zoals verschillende zandkorrelgroottes.
Is nanotechnologie iets nieuws?
Hoewel wetenschappers al jaren materie op nanoschaal
onderzoeken - binnen de natuur- en scheikunde - heeft het tot de jaren 80
geduurd - uitvinding van een nieuwe generatie microscopen door IBM Zwitserland
- voordat atomen en moleculen konden worden gevisualiseerd en gemanipuleerd.
Dit opende de deur naar het systematisch onderzoek van nanomaterialen en het
besef dat hun uitzonderlijke eigenschappen kunnen worden gebruikt om
innovatieve materialen en apparaten te bouwen. Vaak worden de natuurlijke
nanomaterialen als inspiratiebron gebruikt om innovatieve materialen te maken!
Wetenschappers hebben niet het gevoel dat nanowetenschap een revolutie is,
eerder een evolutie van de traditionele wetenschappelijke disciplines, maar
nanotechnologie kan wel revolutionaire gevolgen voor onze samenleving hebben,
op het vlak van toepassingen of hulpmiddelen.
Hoe kan nanotechnologie ons leven veranderen?
De afgelopen decennia werd ons leven al drastisch veranderd
door het gebruik van elektronische apparaten. Denk maar eens aan de evolutie
van mobiele telefoons in de afgelopen 20 jaar. Nanotechnologie heeft een
belangrijke rol gespeeld bij het steeds kleiner, efficiënter en
multifunctioneel maken van deze apparaten. In de toekomst kunnen onze levens
door verschillende technologische innovaties worden veranderd, zoals:
Circulerende medicijnen die extern kunnen worden
geactiveerd en bediend, deze kunnen gegevens verzamelen en naar de dokter
verzenden om de behandeling aan te passen (theragnose)
Geneesmiddeldragers op nanogrootte die kankercellen
bestrijden
Tatoeages die het zout- en andere metabolietniveaus meten
en atleten of diabetici waarschuwen
Schoenen of kleding met sensoren die tijdens het sporten
gegevens verzamelen.
Geïntegreerde energieverzamelende systemen (in textiel,
schoenen, enz.) die zonne- en mechanische energie verzamelen om elektronische
apparaten op te laden.
Flexibele en transparante zonnepanelen die in ramen,
tegels, enz. worden geïntegreerd en die over een hoge zonne-energie
conversie-efficiëntie beschikken.
Oppervlakken en textiel die stikstofoxiden en andere
smog-gassen uit de stedelijke lucht verwijderen.
Intelligente verpakking voor voedingsmiddelen die sensoren
bevat om bederf, verontreiniging te kunnen opsporen, en beschikt over een
traceer-/ communicatiesysteem om de producent en retailer te waarschuwen.
Zijn er gezondheidsrisico's verbonden aan het
gebruik van nanotechnologie?
Elke nieuwe technologie kan gezondheidsrisico's inhouden.
Denk bijvoorbeeld aan mobiele technologie: de gezondheidsrisico's verbonden aan
het gebruik van mobiele telefoons kwamen pas na jaren aan het licht, en zelfs
nu begrijpen we nog niet volledig alle risico's. Ondanks dit, gebruiken we
dagelijks mobiele telefoons. De veiligheid van nanotechnologie wordt al jaren
onderzocht, op vraag van verschillende burgerlijke partijen, en de National
Scientific Academies die de veiligheidsrisico's wil laten onderzoeken en
vroegtijdige maatregelen verzocht zodat nanotechnologie veilig kan worden
ontwikkeld. De gemeenschappelijke wens is ervoor te zorgen dat deze technologie
kan evolueren, terwijl werknemers en consumenten op geen enkel moment worden
blootgesteld aan risico's.
Welke risico's? Nanotechnologie gebruikt materialen op
nanoschaal, die zijn zeer klein, en kunnen dus mensen schaden wanneer deze door
de menselijke beschermlagen gaan, zoals de huid, en schade aan het lichaam
veroorzaken. Bijvoorbeeld zonnebrandmiddelen die nanomaterialen bevatten,
worden onderzocht. Tot nu toe werd er geen wetenschappelijk bewijs gevonden dat
de nanodeeltjes de huid doordringen. In het algemeen, tot nu toe konden we niet
bewijzen dat consumentenproducten die nanomaterialen bevatten schadelijk zijn
voor de consument. Echter, de wetenschap blijft de eventuele toxiciteit van
materialen op nanoschaal controleren, in het bijzonder van deze producten die
rechtstreeks met het lichaam in contact komen.
Zijn er risico's voor het milieu?
Op het einde van hun levensduur worden alle producten
afval. Een vraag die burgers en onderzoekers zich stellen, is: hebben de
nanomaterialen in nanotech-producten een schadelijk effect op de stortplaats?
Kunnen deze afvalresten interfereren met dieren en planten, en leiden tot
schadelijke effecten? Dit zijn complexe vragen en het vinden van antwoorden
vergt tijd. Dit wordt over de hele wereld onderzocht. Wetenschappers
onderzoeken ook of het wassen van bepaalde items, zoals kleding die
nanomaterialen bevat, kan leiden tot veiligheidsproblemen. Sommige burgerlijke
partijen beweren dat consumentenproducten die nanomaterialen bevatten niet op
de markt mogen worden gebracht totdat deze vragen volledig zijn beantwoord.
Anderen beweren dat we al veel in contact zijn gekomen met natuurlijke
nanodeeltjes; in het milieu, de natuur en vervuiling. Nanodeeltjes zijn niet
iets geheel nieuws en zelfs als we meer onderzoek naar veiligheid zouden doen,
moeten we proberen om de vooruitgang van dit onderzoeksgebied niet teveel te
belemmeren.
Hoe zit het met de wetgeving: hoe wordt
nanotechnologie gereguleerd?
Tot nu toe zijn er geen specifieke regels in het EG voor
nanomaterialen. Na een aantal herzieningen en evaluaties is het officiële
standpunt dat nanomaterialen voldoende worden gedekt onder de huidige
regelgeving. Nanomaterialen worden beschouwd als chemische stoffen, die aan een
aantal regels moeten voldoen om in consumentenproducten en industriële
processen te worden gebruikt. Sommige burgerlijke partijen vragen een specifieke
wetgeving voor nanomaterialen, aangezien nanomaterialen over speciale
eigenschappen beschikken die speciale aandacht vergen. Op dit moment is er geen
enkele wet die producenten verplicht om op het label te vermelden dat het
product nanomaterialen bevat, met uitzondering van cosmetica en levensmiddelen,
die dit op de lijst met bestanddelen moet vermelden.
Gebruik van nanotechnologie in verschillende
vakgebieden:
Gezondheid, voeding, sport, mobiliteit, welzijn, er
is geen vakgebied waar nanos nog weg te denken zijn. De meest
uiteenlopende fabrikanten maken vandaag de dag gebruik van nanodeeltjes om hun
producten te verbeteren.
In je smartphone en je computer ...
Dankzij nanotechnologie worden elektronische
componenten kleiner, efficiënter en energiezuiniger. De gebruikte legeringen en
deeltjes bevatten vaak koper of silicium.
Gezondheid
De toepassingsmogelijkheden in de geneeskunde zijn
vrijwel eindeloos. Dankzij nanostructuren komen actieve geneesmiddelen precies
terecht waar ze het efficiëntst zijn, bijvoorbeeld om kankercellen te
vernietigen.
Verbanden met zilvernanodeeltjes zijn
veel efficiënter tegen bacteriële infecties. In de
orthopedie helpt gel met calciumnanodeeltjes beenderen herstellen. Deze laatste
wordt ook in de tandheelkunde gebruikt.
Leve de sport
Slechts een voorbeeld: de koolstofnanobuis!
Dit technologische hoogstandje maakt tennis- en badmintonrackets
onbuigzaam, licht en resistent. Een racket met koolstofnanobuizen is
honderdmaal rigider en zesmaal lichter dan een metalen racket.
Efficiëntere mobiliteit
Beter presterende autos verbruiken minder
energie en zijn minder belastend voor het milieu. Nanotechnologie kent
talloze toepassingen in de automobielsector.
Autolak met nanodeeltjes veroudert minder snel onder invloed van zonnestralen.
Je kunt het een beetje vergelijken met zonnecrèmes.
Glasoppervlakken die
bedekt zijn met een nanofilm van titaandioxide, zoals
voorruiten van autos of vensters van grote gebouwen, blijven langer
schoon. De fijne laag breekt organische stoffen af, waardoor ze zich niet
aan het glas kunnen vasthechten. Minder vuil betekent vanzelfsprekend ook
minder schoonmaken.
Motoren die soepeler
draaien, slijten minder snel en verbruiken minder brandstof.
De langere levensduur is te danken aan efficiëntere smeermiddelen, onder andere
die met wolfraamdisulfide. En in de scheepvaart? In de laatste
beschermlaag die op schepen aangebracht wordt, verhinderennanodeeltjes
dat algen en schepdieren zich op de romp hechten
en het schip vertragen.
Van top tot teen!
Nanotechnologie draagt bij tot groter persoonlijk comfort.
Om een zonnesteek te voorkomen, bestaat er niets beters dan zonnecrèmes met
efficiënte uv-filters. Ze bevatten zowel chemische filters, die
uv absorberen, weerkaatsen en uitschakelen, zoals oxybenzon of
butylmethoxydibenzoylmethaan, als minerale filters waarvan de nanodeeltjes,
zoals zinkoxide of titaandioxide, het licht weerkaatsen.
Vergeet klassieke textielverf! Door nanoscopische
vezels in stoffen te verwerken, volstaat het om de vezelgeometrie te manipuleren om
stof de gewenstekleur te geven. Het werkt
zon beetje als de kleuren van een vlindervleugel die, met een complex netwerk
van structuren, het licht in verschillende golflengtes en dus in verschillende
kleuren breekt. In sokken komen zilver nanodeeltjes met antibacteriële
eigenschappen dan weer handig van pas. Zeg maar bye-bye tegen vieze
geurtjes!
Zelfs in wat we eten
Nanos liggen bij wijze van spreken zelfs op ons bord. Net
zoals de binnenzijde van moderne koelkasten bevat
de verpakking van voedingswaren zilvernanodeeltjes die het voedsel beter helpen
bewaren.
Afweging voor- en nadelen
Wat zijn de gezondheidsrisicos van de kleine nanodeeltjes
in het lichaam? In dit artikel somt Rady Ananda veel bezwaren op die consumptie
van kunstmatig gefabriceerde nanodeeltjes oproepen. Nanobuisjes zijn zeer
verdacht. De nieuwe technologie kan worden misbruikt omdat de grote corporaties
de voedselindustrie en de FDA in de zak heeft. De Food and Drug Administration
(FDA) is de VS een agentschap van de overheid dat de kwaliteit en veiligheid
van voedsel, toevoegingen daaraan en medicijnen moet bewaken.
De nano schaalgrootte levert grote gezondheidsrisicos op.
Een menselijk lichaam heeft normaliter een uitstekende barrière tegen
ongewenste binnendringers. Huid, longen, maag-darmkanaal en de bloedbarrière
laten microdeeltjes met moeite door en de luchtwegen werken niet gewenste
deeltjes weer naar buiten. Maar al deze barrières bieden weinig weerstand tegen
nanodeeltjes die kleiner zijn 100 nm. Ze kunnen in de lever en hersenen komen,
maar ook in het ongeboren kind. Nanodeeltjes zijn sterk reactief (corrosief).
Ze kunnen bij de kern van iedere cel komen en het aanwezige DNA bereiken. Wat
zal daarvan het effect zijn?
Privacy, persoonlijke soevereiniteit en
gezondheidsrisico
Daarnaast geldt dat gezondheid risicos secundair kunnen
zijn in vergelijking met vragen over privacy en persoonlijke soevereiniteit.
Onze maatschappij is geleidelijk aan steeds meer een gecontroleerde
maatschappij geworden, waarin de bevolking door controle, bewaking en cameras
goed in de gaten wordt gehouden. Eetbare microchips met nanotechnologie, zitten
zonder twijfel op één lijn met deze agenda. Het is niet verrassend dat het militaire-industriële
complex de oorspronkelijke sponsor was van onderzoek naar nanotechnologie.
KINDEREN,
DE LUCIFERIAANSE TECHNOLOGIE VAN BIG BROTHER GAAT BEGINNEN!
29 Oktober 2017 11:55 AM
DRINGENDE OPROEP VAN MARIA, MYSTIEKE ROOS AAN HET VOLK VAN
GOD
Kleintjes, moge de vrede van mijn Heer met jullie zijn en
moge mijn moederlijke bescherming jullie altijd vergezellen.
Kleine kinderen, laat hen niet toe om enig type van chip in
jullie in te planten! Ik zeg dit omdat er reeds microchips werden ingeplant in
de bevolking van verschillende landen onder het mom van veiligheid te
verzekeren voor de mensen. Miljoenen chips zijn reeds geproduceerd met een
nieuwe technologie, nanotechnologie genoemd, dat bestaat uit het reduceren van
de atomen en moleculen om producten te produceren op microschaal. Deze
technologie zal ten dienste staan van mijn tegenstander in de tijd van zijn
laatste heerschappij.
De nanotechnologie wordt toegepast in alle activiteiten van
het menselijke streven, zoals in medicijnen, industrie, energie, elektronica,
het milieu, computertechnologie, landbouw en ruimtevaart. Deze technologie zal
in de tijd van mijn tegenstander, de mensheid controleren. Al de elektronische
toestellen en toepassingen die op het punt staan te worden op de markt
gebracht, zullen geproduceerd worden met deze nieuwe technologie die de
mensheid nog meer zal onderwerpen en tot slaven zal maken.
Kleine kinderen, de nieuwe technologie komt met artificiële
intelligentie, die de mens zal vergoddelijken en hem nog meer zal verwijderen
van de Schepper. Het oog van het alziend oog van Satan zal in deze nieuwe
technologie aanwezig zijn. De mensheid zal zijn privacy verliezen. Alles zal men
kunnen zien, horen en zal verwerkt worden in data centra, waar de mensheid zal
gerangschikt en gecodificeerd worden. Alle menselijke wezens zullen ophouden te
bestaan als een persoon, om een barcode te worden met een toegekend nummer.
Kinderen, Lucifers Big Brother technologie gaat beginnen. Wees voorzichtig met
deze technologie, kleine kinderen, koop ze in geen geval, omdat het mijn
tegenstander helpt en helpt om de mensheid te onderwerpen en tot slaven te
maken.
Kinderen, door de nieuwe smart phones die zullen op de
markt komen met deze technologie, zal mijn tegenstander een groot deel van de
mensheid domineren. Nanotechnologie in elektronische toestellen zullen geladen
worden met lage en hoge frequentie golven die, wanneer ze gebruikt worden, de
hersengolven zullen aantasten. Het centraal zenuwstelsel zal ongecontroleerd
zijn en de wil van de mensen die deze technologie gebruiken zal aangetast
raken. In de tijd van mijn tegenstander zal dit de geest domineren en de ziel van
degenen die al deze nieuwe technologie gebruiken overnemen.
Kleine kinderen, ik waarschuw jullie reeds op voorhand
zodat jullie niet in deze valstrik lopen, onthoud dat mijn tegenstander alle
middelen zal gebruiken om het grootste aantal zielen verloren te doen gaan.
Wees voorzichtig, mijn kleintjes, onderzoek alles, loop niet zoals lammeren
naar het slachthuis. Probeer niet alles uit, omdat daar het bedrog ligt dat je het
leven zal kosten. Onthoud dat jullie zoals schapen zijn temidden van wolven;
vraag veel onderscheidingsvermogen aan de Heilige Geest van God, voor je een
beslissing neemt. Door een gebrek aan kennis kun je je ziel verliezen. Ik zeg
jullie opnieuw, laat mijn Rozenkrans niet achterwege, want het is het meest
krachtige spirituele wapen dat de Hemel jullie heeft gegeven. Vernietig elk
argument en elke hoogmoedigheid dat tegen de kennis van God ingaat.
Verscheur jullie harten, kleine kinderen, omdat de
triomferende terugkeer van mijn Zoon naderbij komt.
Jullie Moeder houdt van jullie, Maria, Mystieke Roos
Maak mijn boodschappen kenbaar aan de hele mensheid, kleine
kinderen van mijn hart
De
transverberatie of doorboring van het Hart van de H. Teresa van Avila,
Kerklerares in haar woorden
Teresa
Transverberatie: De term transverberatie komt van het Latijn
transverberare wat betekent doorboren. In de mystieke theologie is het ook
gekend bij de Italiaanse term ferita (wonde) of wonde van het hart. Het is
ook een verwijzing naar de toediening van de Serafijn omdat het dikwijls
vergezeld wordt door een visioen van een engel die de wonde toebrengt. Het is
een liefdeswonde dat de ziel ontvlamt met Gods liefde en tegelijkertijd een
zuivering teweegbrengt.
Padre Pio: In 1918 begint zijn
50-jarige deelname met Jezus aan de verlossing van de wereld door het offeren
van zijn vlees en het vergieten van zijn bloed. Op 5 augustus start zijn
kruisweg: een liefdevuur kwetst fysisch zijn hart (transverberatie). Op 20
september, na een extase, krijgt hij de stigmata van de gekruisigde Christus.
Zijn hart brandt in zijn borst en op het einde van het visioen ontdekt hij zijn
wonden. Elke dag bloeden ze, vooral van donderdag tot zaterdag.
H. Teresa van Avila: Onze Heer
was verheugd dat ik bij tijden zo een visioen kreeg: ik zag een engel dat dicht
bij me was. Hij stond aan mijn linkerzijde en had een lichamelijke vorm. Ik
kreeg dit zeer zelden te zien. Hoewel ik dikwijls visioenen van engelen heb,
zie ik ze enkel door een intellectueel visioen, zoals ik reeds vermeld heb. Het
was de wil van onze Heer dat ik in dit visioen een engel zag in die vorm. Hij
was klein van gestalte, en zeer mooi-zijn gezicht brandde, alsof hij één van de
hoogste engelen was, die lijken allemaal van vuur te zijn: ze moeten degenen
zijn die we cherubijnen noemen. Ze zeggen nooit hun namen; maar ik zie zeer
goed dat er in de Hemel een groot verschil is tussen de ene engel en de andere,
en tussen deze en anderen. Ik kan het niet uitleggen.
Ik zag in zijn hand een lange
gouden speer, en op het ijzeren punt leek er een klein vuur te branden. Hij
drong het in mijn hart en het doorboorde mijn binnenste; wanneer hij de speer
eruit trok, trok hij precies ook mijn binnenste mee, en liet me helemaal vol
vuur achter, met een grote liefde van God. De pijn was zo overweldigend, dat ik
kreunde; en toch overtrof de zoetheid ervan deze pijn. Ik wilde er niet van
ontdaan worden. De ziel is nu voldaan met niets minder dan God. De pijn is niet
lichamelijk, maar geestelijk; hoewel het lichaam er zijn deel aan heeft. Het is
een zoet gestreel van liefde. Het vindt plaats tussen de ziel en God. Ik bid om
Gods goedheid dat degene die denkt dat ik lieg het ook mag ondervinden.
Gedurende de dagen dat dit
duurde, was ik buiten mezelf. Ik wilde niemand zien of spreken, maar enkel mijn
pijn koesteren, dat voor mij een grotere zegen was dan alle geschapen dingen
mij konden geven.
Ik was van tijd tot tijd in deze
staat, telkens wanneer het Onze Heer behaagde om mij in die diepe trances te
brengen, die ik niet kon voorkomen zelfs al was ik in gezelschap van anderen.
Deze trances werden dan ook, tot mijn diepe ergernis, bekend. Sinds dan voel ik
die pijn niet zo veel meer, enkel wat ik tevoren reeds heb gezegd. Aan de
andere kant, wanneer deze pijn, waarvan ik nu spreek, begint, lijkt Onze Heer
beslag te leggen op de ziel, en brengt ze in een trance, zodat er geen tijd
overblijft om lijden of pijn te voelen, omdat er onmiddellijk genoegen uit
voortkomt. Moge Hij voor eeuwig gezegend zijn, Hij die zon grote genaden op
mij gestort heeft op iemand zoals ik, die zo slecht op zon grote zegeningen gereageerd
heeft!
Zij schrijft ook: (Jezus:) De vruchten van het Kruis zijn
de vruchten van de Heilige Geest. Toch zijn de zielen begonnen deze zeer pure
Heilige Geest van zich af te stoten doordat zij zich met hun fouten hebben
bevuild. Ze blijven in het duister omdat zij Hem, die het Licht is, niet
aanroepen en ze zijn allen verkild omdat zij het vuur niet naderbij komen, en
dat goddelijk vuur wijkt terug als het vuur van de passies in een hart oplaait.
Weet je wanneer Ik Mijn nest maak in jouw hart? Dat is wanneer jij Mijn Kruis
bent geworden. Mijn nest is het Kruis en het Kruis dient Mij tot nest. Mijn
nest heeft altijd de vorm van een Kruis. Zorg goed voor Mijn nest, want er zijn
drie vijanden die op zijn vernietiging uit zijn: de wereld, de ijdelheid en de
trots. Zodra deze vijanden Mijn nesten aanraken, wil Ik ze niet meer, zoals
overigens ook de duiven op aarde dat niet willen zodra iemand ze aanraakt. De
enige remedie om dit grote onheil te voorkomen is om Mijn nest voor de blikken
van de mensen te verbergen, verberg het, mijn dochter, verberg Mij met de
grootste zorg.
De transverberatie of doorboring van het hart van de H.
Teresa van Avila wordt elke jaar op 26 augustus gevierd.
Litanie van Heiligen die de transverberatie van
het hart ontvangen hebben:
Heer, ontferm U over ons. Christus, ontferm U over ons. Heer,
ontferm U over ons.
Christus, hoor ons. Christus, hoor ons genadig.
God, de Vader van de Hemel, ontferm U over ons.
God, de Zoon, Verlosser van de wereld, ontferm U over ons.
God, de Heilige Geest, ontferm U over ons.
Heilige Drie-eenheid, één God, ontferm U over ons.
Heilige Maria, bid voor
ons.
Heilige Moeder van God, bid voor ons.
Onbevlekte Hart van Maria, bid voor ons.
OLVrouw van de Berg Carmel, bid voor ons.
H. Jozef, bid voor ons.
H. Aartsengel Michael, bid voor ons.
H. Aartsengel Gabriel, bid voor ons.
H. Aartsengel Rafael, bid voor ons.
O Heilige Engelbewaarder, bid voor ons.
Alle Negen Engelenkoren, bid voor ons.
H. Johannes de Evangelist, bid voor ons.
H. Magdalena, bid voor ons.
H. Therese van Lisieux, bid voor ons.
H. Padre Pio, bid voor ons.
H. Gertrudis de Grote, bid voor ons.
H. Mechtilde van Hackeborn, bid voor ons.
H. Augustinus, bid voor ons.
H. Teresa van Avila, bid voor ons.
H. Maria Magdalena di Pazzi, bid voor ons.
H. Johannes van het Kruis, bid voor ons.
H. Juana de la Cruz, bid voor ons.
H. Gemma Galgani, bid voor ons.
H. Philip Neri, bid voor ons.
H. Veronica Giugliani, bid voor ons.
H. Catharina van Siena, bid voor ons.
H. Catharina van Genua, bid voor ons.
H. Margaretha Maria
Alacoque, bid voor ons.
H. Johanna Francisca de
Chantal, bid voor ons.
H. Franciscus van Sales, bid voor ons.
H. Camilla Battista da
Varano, bid voor ons.
H. Karel van Sezze, bid voor ons.
Zalige Luisa Piccarreta, bid voor ons.
Zalige Gabrielle Bossis, bid voor ons.
Zalige Elizabeth Canori-Mora, bid voor ons.
Zalige Edvige Cardoni, bid voor ons.
Eerbiedwaardige Maria de
Jesus van Agreda, bid voor ons.
Zalige Maria Valtorta, bid voor ons.
Zalige Angela Foligno, bid voor ons.
Zalige Maria Angela Astorch, bid voor ons.
Zalige Moeder Magdalena
de Jesus, bid voor ons.
Eerbiedwaardige Moeder
María Angélica Álvarez Icaza, bid voor ons.
Zalige Padre Johann Batista Reus, bid voor ons.
Zalige Bernardo de Hoyos, bid voor ons.
Zalige Elizabeth Kindelmann, bid voor ons.
Zalige Moeder Catharina Aurelia van het Kostbaar Bloed, bid
voor ons.
Zalige Josefa Menendez, bid voor ons.
Zalige Lucia Mangano, bid voor ons.
Al de Heiligen en Mystieken die
gewond zijn door de Liefdesvlam, bid voor ons.
Lam Gods, die de zonden van de wereld wegneemt, spaar ons,
O Heer.
Lam Gods, die de zonden van de wereld wegneemt, hoor ons
genadig, O Heer.
Lam Gods, die de zonden van de wereld wegneemt, ontferm U
over ons.
Christus, hoor ons.
Christus, hoor ons
genadig.
Allerheiligste Hart van Jezus, ik bied U aan al de pijn dat
ik U niet genoeg heb liefgehad, in vereniging met het lijden van Uw Heilig
Hart. Genees mijn arme hart.
Maria, Moeder van Liefde, geef me liefde.
Met de H. Karel van Sezze bid ik: Heer, geef me Uw
goddelijke liefde, door de voorspraak van de glorierijke H. Jozef.
Met de H. Augustinus bid ik: Door de reddende wonden die U
hebt geleden op het Kruis voor onze redding en vanwaar het kostbaar Bloed van
onze verlossing vloeide, verwond mijn zondige ziel waarvoor U zelfs wilde
sterven; verwond ze met de vurige en krachtige pijl van Uw liefde die alle
vergelijk te boven gaat.
Met de H. Gertrudis bid ik: Heer, ik ben niet waardig om
de minste van Uw gaven te ontvangen; maar ik smeek U, door de verdiensten en
gebeden van al Uw heiligen, om mijn hart te doorboren met de pijl van Uw liefde.
Met de Zalige Dina Bélanger bid ik: Eucharistisch Hart van
Jezus, brand met liefde voor ons, ontsteek onze harten met liefde voor U.
Met de Zalige Gabrielle Bossis bid ik: Heer, moge ik niet
sterven voordat U mijn hart doorboord hebt met het vuur van Uw liefde.
Eeuwige Vader, in Uw Goddelijke Wil, bied ik U aan alle
liefde van de Allerheiligste Drie-eenheid, alle liefde dat het Allerheiligste
Hart van Jezus bevat, alle liefde van het Onbevlekt Hart van Maria en alle
liefde, gebeden en heilige verlangens van alle heiligen en gelovigen die ooit
hebben geleefd en nog zullen leven tot het einde der tijden, evenals mijzelf
tot herstel van degenen die U niet liefhebben. Ik vraag dit in naam van Jezus. Amen.
Gertrudis van Eisleben, of van Helfta, of de Grote
De H. Gertrudis de Grote (1256-1302), die een grote devotie
had voor het hart en de wonden van Christus beschrijft een ervaring die ze had
gedurende de advent van een liefdewonde die ze vurig verlangde. Ze vroeg aan iemand
om het volgende gebed elke dag voor haar te bidden voor een kruisbeeld: O liefdevolle
Heer, door Uw doorboord Hart, doorboord het hart van de H. Gertrudis met de
pijl van Uw liefde, zodat niets op aarde er achterblijft, en dat het volledig
gevuld moge worden met de kracht van Uw Goddelijkheid.
Het herstel van vasten in het religieuze leven
en daarbuiten
Wanneer het Tweede Vaticaans
Concilie opriep voor een vernieuwing van het religieuze leven, voorzag de Kerk
bepaalde gebreken in de religieuze gemeenschappen die moesten verbeterd worden
en men keerde terug naar de geest van de stichters, en herstelde de gezonde
tradities die zo nauw verbonden zijn met het religieuze leven.
Volgend op het concilie, bracht
Paus Paulus VI een regeling uit over het vasten en de boetedoening en
benadrukte de noodzaak ervan. De Paus herinnerde eraan dat al de gelovigen
vereist zijn boetedoening te doen door de goddelijke wet. Priesters en religieuzen
zijn gebonden tot een meer perfecte vorm van vasten die strenger is dan het
minimum dat ingesteld is door het canoniek recht.
Traditioneel is het vasten voor
priesters en religieuzen strenger dan dat de Kerknormen voorschrijven voor de
gewone gelovigen. Het zijn overdadige goede werken, dat wil zeggen: boven het
noodzakelijke minimum voor redding (de H. Franciscus van Sales raadde zelfs
leken aan om meer dan het minimum te vasten: Als je in staat bent te vasten,
dan is het best dat je meer dagen vast dan vastgelegd door de Kerk.). De Paus
verhoogde de norm in regios waar de economische welvaart groter is. Met andere
woorden in rijke landen moeten de gelovigen grotere inspanningen doen om zich
te versterven dan in arme landen, waar het voedsel en levensmiddelen schaars
zijn.
Ook Paus Benedictus XVI legde de
nadruk op de noodzaak van het vasten zodat de authentieke en blijvende
betekenis van deze praktijk terug mag herontdekt worden. De Heilige Vader zei
verder: vasten is een spiritueel wapen om te strijden tegen elke mogelijke
ongebreidelde gehechtheid aan onszelf. Vasten is een therapie om te genezen
wat ons tegenhoudt van onze wil te vormen naar God. en Vasten helpt ons te
versterven aan ons egoϊsme en opent ons hart om God en onze naaste lief te
hebben. De Paus klaagde over het feit dat in onze dagen vasten iets van zijn
spirituele betekenis heeft verloren en dat het aanzien wordt als louter een
middel om gewicht te verliezen. We worden, als gelovigen, opgeroepen om grotere
soberheidsmaatregelen in te voeren, te beginnen met het vasten op de eerste
plaats.
H. Alfonsus van Liguori:
"God heeft ons het goede van de aarde gegeven, niet alleen zodat we ervan
kunnen genieten, maar ook Hem onze liefde laten zien door vrijwillig afstand te
doen van zijn gaven, en door dit te offeren voor Zijn glorie. Om God alle
werelds genot verzaken, is altijd de praktijk van de heilige zielen geweest."
Het belang van het vasten
De Kerk leert ons in duidelijke
termen, dat vasten de hoogste uiterlijke boetedoening is dat iemand kan
uitvoeren, en zou moeten verkozen worden boven alle andere. De Kerk gaat zelfs
verder en zegt dat degenen die niet vastenwiens buik voortdurend vol isniet
in staat zijn om te bidden! Er is inderdaad een goede reden waarom we als
Christenen dikwijls de woorden gebed en vasten tezamen gebruiken, alsof het
de oplossing is voor elk probleem (degenen die niet vasten kunnen de
doeltreffendheid ervan niet begrijpen). We kunnen zelfs zeggen dat
vasten en bidden zo diep verbonden zijn, dat ze niet kunnen gescheiden worden.
Catechismus van het Concilie van
Trente: Alle soorten van genoegdoening kunnen tot drie herleid worden: gebed,
vasten en barmhartige werken, die overeenstemmen met drie soorten van goede
dingen die we van God ontvangen hebben: deze van de ziel, deze van het lichaam
en wat de uiterlijke goede dingen zijn. Niets kan meer effectief zijn in het
verwijderen van alle zonden van de ziel, dan deze drie soorten van
genoegdoening. Want wat is er anders in de wereld dan de begeerte van het
vlees, de begeerte van de ogen, de levenstrots. Iedereen kan zien dat voor deze
drie oorzaken van ziekte er drie remedies zijn. Voor de begeerte van het vlees
is er het vasten. Voor de begeerte van de ogen is er doen van barmhartige
werken. En voor de levenstrots is er het gebed. Als we degenen beschouwen die
we treffen door onze zonden zijn er deze drie: God, onze naaste en onszelf. God
bieden we genoegdoening door gebed, onze naaste stellen we tevreden door barmhartige
werken te doen, en wij worden gekastijd door het vasten. Deze drie remedies
werden door God ingesteld om de mens te helpen in het bereiken van redding. Want
door zonde beledigen we God, doen we onze naaste tekort of treffen we onszelf.
De toorn van God kunnen we verzachten door vroom gebed; onze beledigingen tegen
de mens kunnen we tenietdoen door barmhartige werken en de smet van onze levens
kunnen we wegwassen door het vasten. Vasten is innig verbonden met gebed. Degene
wiens gedachten uitgaan naar voedsel en drank, is niet in staat om te
contempleren over God, of zelfs begrijpen wat gebed betekent."
Baltimore Catechismus: "Het
belangrijkste middel waardoor we God kunnen genoegdoening geven voor tijdelijke
straffen door zonde veroorzaakt zijn: gebed, vasten, barmhartige werken
(lichamelijke en geestelijke) en het geduldig lijden van de moeilijkheden in
het leven.
Bellarmine
Er is een goede reden waarom de
Kerk vasten voorschrijft op de vigilies van grote feestdagen, zegt
Eerbiedwaardige Bellarmine: zodat Christenen beter geschikt zijn om de
goddelijke plechtigheden te vieren. Omwille van deze reden is het vasten ook
verplicht voor het ontvangen van de Heilige Communie.
Heilige Communie (wikipedia):
Volgens de katholieke opvatting is Jezus Christus na
de consecratie waarachtig lichamelijk aanwezig onder de gedaanten van
brood en wijn. De communie geeft dus echte fysieke gemeenschap (communio)
met Jezus Christus, en door Christus mystieke gemeenschap met alle gelovigen
van geheel de Kerk. Tot de communie zijn alleen
de gedoopte gelovigen toegelaten, die het geloof van de Kerk in de
eucharistie delen en in staat van genade verkeren, dat wil zeggen zonder
zich van een doodzonde bewust te zijn. Diegene die er zich van bewust
is een zware zonde te hebben begaan, moet het sacrament van
de biecht ontvangen alvorens tot de communie te naderen. Voor het
ontvangen van de communie moet de katholieke gelovige ook het door de Kerk
voorgeschreven vasten onderhouden. Dat wil zeggen dat minstens één uur
niets gegeten of gedronken hebben (water en medicijnen mogen wel). De
katholieken ontvangen de communie op de tong uit handen van de priester of
diaken (in de traditionele liturgie wordt daarbij door een misdienaar een
pateen onder de kin van de gelovigen gehouden). Dit gebeurt van
oudsher knielend (in de traditionele liturgie wordt er geknield aan
de communiebank).
Niet alleen heeft het vasten een
ereplaats in de Kerkgeschiedenis, maar het wordt ook vele keren in de Heilige
Schrift vermeld. Het vasten had zon hoge plaats in de Kerk, dat leken die niet
hadden gevast gedurende de Vastenperiode werden geëxcommuniceerd, en
geestelijken kregen een degradatie van hun orde. Het is dan ook geen verrassing
dat vele van de grootste mystieken in de Kerk maagziekten hadden die ervoor
zorgden dat ze geen voedsel binnenhielden (Padre Pio, J. Johannes Maria
Vianney, Zalige Anne Catharina Emmerich, H. Faustina, Zalige Alexandrina De
Costa, enz.). Op deze manier hielp Onze Heer hun versterving in het vasten
zodat ze vlugger in heiligheid kunnen stijgen. Het vasten is ook de enige
traditionele boetedoening dat engelachtig is, omdat het het leven van de
engelen en de heiligen in de Hemel navolgt, omdat ze noch eten noch voedsel
nodig hebben.
H. Johannes Chrysotomus: "Het
vasten is de ondersteuning van onze ziel: het geeft ons vleugels om hoog te
stijgen, en de hoogste contemplatie te genieten! God, als toegeeflijke Vader,
biedt ons een geneesmiddel door te vasten."
H. Alfonsus van Liguori: "Hij
dat de smaak tevreden stelt zal zich vlug laten gaan in de andere zintuigen;
want als hij de geest van overweging verliest, zal hij gemakkelijk andere
fouten begaan. Maar het grootste kwaad van buitensporigheid, is dat het
kuisheid blootstelt aan grote gevaren.
H. Jeroom: Het vullen van de
maag, is het broeinest van lust.
Eerbiedwaardige Maria van Agreda:
"Matigheid bevat de twee deugden van onthouding en soberheid. Onthouding
bevat het vasten. Deze deugden staan op de eerste plaats om matigheid te
bekomen.
Het vasten in het Oude Testament
Het allereerste gebod van God was
eigenlijk te vasten: Jullie mogen vrij eten van elke boom in de tuin; maar van
de boom van de kennis van goed en kwaad mogen jullie niet eten, want op de dag
dat jullie ervan eten zullen jullie sterven (Genesis 2:16). Paus Benedictus
citeert de H. Basilius: vasten was bevolen in het Paradijs. (We zien dus een
verband tussen vasten/genoegens en verlossing/erfzonde. Met andere woorden, net
zoals Adam zondigde door een vasten te breken, zo doen we aan genoegdoening
voor de erfzonde wanneer we vasten). De profeten uit het Oude Testament
gebruikten regelmatig het vasten als een middel om gunsten te verkrijgen door
God en verzoening te bieden voor zonde. Als we de H. Schrift bestuderen, vinden
we vele belangrijke momenten in de geschiedenis van Israël die begonnen met een
eenvoudige formule van gebed en vasten.
Esther 4:16 'Roep alle joden die
in Susan wonen bijeen en gaat dan voor mij vasten. Drie etmalen lang moet u
niet eten of drinken, overdag niet en 's nachts niet. Ik zal ook zelf zo
vasten, met mijn kameniers; en dan ga ik naar de koning, tegen de wet in. Moet
ik te gronde gaan, dan ga ik maar te gronde!' Op dit moment in de
geschiedenis, stond Jeruzalem op de rand van totale vernietiging. Toch was
Esther, de koningin in staat om succesvol de konings gunst te winnen en
Jeruzalem te redden van uitroeiing. En dit alles werd gestart door drie dagen van
vasten.
Nehemia 1:4 Toen ik dit alles
hoorde, zette ik mij neer en barstte in tranen uit; ik treurde dagen aan een
stuk en ik vastte en ik smeekte tot de God des hemels. Nehemia klaagt over de
vernietiging van Jeruzalem, en door zijn vasten en smeekbeden, verkrijgt hij de
gunst van God om de muren van de eeuwige stad herop te bouwen. Dit is een belangrijke ommekeer in de
geschiedenis van Jeruzalem.
Exodus 34:28 Mozes bleef daar
veertig dagen en veertig nachten bij Jahwe, zonder te eten of te drinken. En Jahwe
grifte de bepalingen van het verbond, de tien geboden, in de stenen platen. Eén van de grootste
momenten in de geschiedenis van Israël wordt voorafgegaan door een 40 daagse
vastenperiode.
Joël 2:12,15 Maar ook nu nog
luidt de godsspraak van Jahwe: 'Keert tot Mij terug, van ganser harte, met
vasten, met geween en met rouwklacht.' Blaast de bazuin op de Sion,
kondigt een heilige vastentijd af, roept een plechtige samenkomst bijeen! Opnieuw zien we hier
dit patroon van vasten dat geassocieerd wordt met een nieuw begin; een
vernieuwing van Israël.
"je zult niet eten van..."
Het bevel om iets niet te eten is het meest gewone voorschrift in het Oude
Testament, en komt meer dan 80 keer voor in de H. Schrift.
Genesis 25:29-34: Toen Jakob eens
aan het koken was, kwam Esau uitgeput van een van zijn tochten terug. Hij
zei tegen Jakob: `Geef mij eens gauw wat van die rode brij, want ik ben
doodop.' Zo kreeg hij de naam Edom. Jakob antwoordde: `Dan moet je mij je
eerstgeboorterecht verkopen.' Daarop zei Esau: `Man, ik ga dood, wat kan
mij mijn eerstgeboorterecht schelen?' Jakob drong aan: `Zweer daar dan
eerst een eed op.' En Esau legde de eed af en verkocht zo zijn
eerstgeboorterecht aan Jakob. Toen gaf Jakob hem brood en linzenbrij. Hij
at en dronk en ging weer weg. Zo weinig gaf Esau om zijn eerstgeboorterecht. Is dit niet de gedachte in de tegenwoordige maatschappij? We denken meer
over onze volgende maaltijd na, dan we aan Gods Wet denken.
SERIE:
OFFERZIELEN deel 9
Als lichamelijke boetedoeningen minderwaardig zijn, waarom
moet je ze dan praktiseren?
Wanneer men vraagt of lichamelijke boetedoening
noodzakelijk issinds innerlijke verstervingen superieur zijnantwoordt de H.
Alfonsus: Sommigen zullen zeggen dat perfectie niet bestaat in de versterving
van het lichaam, maar in de verloochening van de wil. Aan hen zeg ik dat het
niet dat of dat is, maar dat en dat, zoals zovele dingen in het
Katholicisme. Hoewel het ene voorrang kan hebben op het andere, zijn ze allebei
noodzakelijk. Zoals de H. Johannes van het Kruis zegt: Hij die maar weinig
nadruk legt op de versterving van het vlees, moet niet worden geloofd zelfs al
wordt zijn leer bevestigd door mirakels. In een bui van razernij spotte Satan
met de H. Faustina: Wat heb je bekomen door je verstervingen en door je trouw
aan de regel? Wat nut hebben al deze
inspanningen? Je bent in de steek gelaten door God! Al
haar inspanningen en verstervingen waren hem een doorn in het oog.
Brieven van Catharina van Sienna: Boete moet gebruikt
worden als een middel, in gepaste tijd en plaats volgens de noodzaak. Als het
vlees, te sterk is, en tegen de geest ingaat, moet boete gedaan worden, gevast,
machtige wakes gehouden worden, zodat vele lasten op het vlees geplaatst
worden, en het vlees getemperd wordt. Maar als het lichaam te zwak is, en ziek
wordt, moeten deze soort boetedoeningen niet gedaan worden."
H. Faustina: "Innerlijke verstervingen staan op de
eerste plaats, maar daarnaast moeten we uiterlijke verstervingen doen die strikt
vastgelegd zijn, zodat allen ze kunnen praktiseren. Deze zijn: drie dagen per
week, op woensdag, vrijdag en zaterdag, moet er een strikte vasten worden
gehouden. Elke vrijdag, moeten alle zusters elk in hun eigen cel zelfkastijding
doen voor de lengte van het bidden van Psalm 50 en allen moeten dit doen
gedurende dit tijdstip, nl. drie uur, en dit zal geofferd worden voor de
stervende zondaren. Gedurende de twee grote feesten, quatertemperdagen en
vigilies, zal het voedsel bestaan uit een stuk brood en wat water, één keer per
dag."
Quatertemperdagen (wikipedia): zijn in de Katholieke Kerk dagen van bezinning, gebed
en vasten die vallen in de vier seizoenen.
Bepaalde woensdagen, donderdagen en vrijdagen als dagen van gebed
(en boete) met betrekking tot de oogst werden al vroegtijdig verbonden met het
begin van elk van de vier jaargetijden. Omwille van deze vier tijden (quattuor
tempora) kregen deze dagen de benaming quatertemperdagen. De quatertemperdagen
van het voorjaar kwamen zo samen te vallen in de veertigdaagse vastentijd voor Pasen.
Het ontstaan van de quatertemperdagen heeft men weleens willen verklaren door
een kerstening van heidense feesten, waarbij de goden werden aangeroepen voor
de vruchtbaarheid van de aarde. Men heeft waarschijnlijk ook rekening gehouden
met de vastentijden van de Joden in de vierde, vijfde, zevende en tiende maand.
De quatertemperdagen
in de Tridentijnse liturgie:
Tot 1969 in de gehele Katholieke Kerk en nu bij
katholieke gelovigen die de buitengewone vorm van de Romeinse ritus gebruiken,
vallen de quatertemperdagen als volgt:
lente: woensdag, vrijdag en
zaterdag na Invocabit, de eerste zondag van de Veertigdagentijd
zomer: woensdag, vrijdag en
zaterdag na Pinksteren
herfst: woensdag, vrijdag en
zaterdag na Kruisverheffing (14 september)
winter: woensdag, vrijdag en
zaterdag na de gedachtenis van Sint Lucia (13 december).
Het zijn vastendagen en boetedagen, behalve de quatertemperdagen in
het octaaf van Pinksteren omdat in de paastijd geen vastendagen en
boetedagen zijn.
H. Alfonsus van Liguori: Als we de levens van de heiligen
lezen en de boetewerken zien dat ze deden, zijn we beschaamd te zien hoe we delicaat
en met voorbehoud we het vlees kastijden Onze bedevaartstocht op aarde zal
niet lang duren: onze thuis is de eeuwigheid, waar hij die de grootste
verstervingen gepraktiseerd heeft gedurende het leven de grootste glorie zal
genieten."
H. Teresa van Los Andes: Ik weet niet wat ik moet doen om
van de priesters de toelating te krijgen om versterving te doen. Ik heb het
verlangen te vasten, haren kledij te dragen, omdat ik zie dat het noodzakelijk
is voor mij niet alleen mijn wil, maar ook aan mijn lichaam te versterven. Mijn
Jezus, geef me de toelating om boete te doen. Mijn Moeder, inspireer de
priester om mij toelating te geven.
Teresa van Los Andes
Teresa van Los Andes uit: www.kro.nl :De heilige Teresa van Los Andes (1900-1920) was een Chileense
karmelietes. Als kind voerde zij een verbeten strijd tegen haar eigen
karaktertrekken. Dankzij gebed, ascese en een vurig geloof in de goddelijke
genade groeide ze uit tot een heilige.
Teresa de Jesús de los Andes werd op 13 juli 1900 geboren als Juana
Enriqueta Josefina de los Sagrados Corazones Fernández y Solar in de Chileense
hoofdstad Santiago. Haar familie behoorde tot de hogere stand van Chili. Haar
dierbaren noemden haar Juanita. Als jong meisje werd Juana diep getroffen door
de verhalen over Jezus. "Kort na de aardbeving van 1906 begon Jezus mijn
hart voor zichzelf op te eisen. Ook raakte ze behoorlijk onder de indruk van
de autobiografie van de Franse karmelietes Thérèse Martin (de latere Sint
Teresia van Lisieux). Vanaf toen wilde ze geheel voor God leven. Haar Eerste
Communie gaf haar een intense impuls tot zelftransformatie. Over die
zelftransformatie staat in haar Vaticaanse levensbeschrijving: Haar
natuurlijke neigingen waren geheel tegengesteld aan de eisen van het Evangelie.
Ze was als zoveel mensen arrogant, egocentrisch en koppig, met alle gebreken
van dien. Maar het verschil met de meesten was haar voortdurende strijd tegen
elke impuls die niet uit de liefde voortvloeide.
Die strijd bestond uit een intensief gebedsleven, vasten, allerlei
ontzeggingen, geloofsexercities en geestelijke lezing. Dat maakte van haar een
vrolijke, gelukkige, evenwichtige en communicatieve persoon. Juana ging na de
lagere school naar een college van de Franse nonnen van het Heilig Hart. Toen
ze veertien was besloot ze kloosterzuster te worden. Net als Teresia van
Lisieux wilde ze lid worden van de Orde der Ongeschoeide Karmelietessen. Haar
wens werd werkelijkheid toen ze bijna 19 was. Op 7 mei 1919 deed ze haar
intrede in het karmelklooster van de Heilige Geest in het stadje Los Andes,
ongeveer op 90 kilometer afstand van Santiago. Na haar postulaat ontving Juana
op 14 oktober 1919 het habijt van de karmelorde. Bij aanvang van het noviciaat
kreeg ze de kloosternaam Teresa van Jezus. Als novice begon ze, met toestemming
van de priorin, haar zogenoemde brievenapostolaat. Zuster Teresa schreef aan
vele mensen brieven waarin ze melding maakt van haar spirituele voortgang en
haar mystieke ervaringen.
In haar brieven schrijft Teresa dat ze al geruime tijd wist dat ze
jong zou sterven. Christus zelf had het haar geopenbaard, zegt ze. Binnen een
paar maanden na het begin van haar noviciaat liep ze vlektyfus op. De arts van
het klooster zei dat er geen hoop was op genezing. Teresa was nog geen twintig.
Hoewel ze de voorgeschreven proefperiode nog niet had voltooid, werd het Teresa
toegestaan om haar eeuwige geloften te doen. De reden voor de uitzondering was
periculo mortis (levensgevaar). Teresa stierf als een geprofeste karmelietes
op de maandag van de Goede Week, 12 april 1920. Ze werd begraven op het kerkhof
van het klooster in Los Andes. Ze werd heilig verklaard in 1993. Haar
liturgische gedenkdag is 13 juli.
H. Bernardus: Als we wreed zijn in het kruisigen van het
vlees, dan ben je veel wreder door het vlees te sparen.
Wat is
de beste van alle uiterlijke boetedoeningen?
Volgens de Kerk, is de belangrijkste uiterlijke
boetedoening dat iemand kan doen vasten. Er is geen andere uiterlijke
boetedoening dat zo effectief bevredigend is voor zonde en de wortel uitroeit
van eigenliefde als het vasten. Het is tegelijkertijd zo noodzakelijk voor het
leven en toch zo dikwijls misbruikt. Het menselijk lichaam vereist voedsel om
te overleven. Het vraagt onze voortdurende aandacht. En als dusdanig vraagt het
een voortdurende inspanning van onthechting, meer dan een andere noodzakelijke
activiteit. Vasten is dus het belangrijkste van alle boetedoeningen, en is dus
enorm belangrijk in het religieuze leven. Dat wil niet zeggen dat men geen
toelating kan vragen voor bijkomende boetedoeningen. We adviseren enkel om
voorzichtig te zijn en maken de bemerking dat de beste boetedoeningen niet
noodzakelijk de meest dramatische zijn. Het is in feite een boete op zichzelf
als je de aanbeveling van de Kerk volgt, in plaats van te kiezen welke boete je
wilt doen.
Het zijn dikwijls de kleine verborgen boetedoeningen in het
dagelijkse leven dat dikwijls het meest vruchten dragen. Doet dit je niet
herinneren aan een heilig huwelijk, waar de ware test van liefde precies ligt
in de kleine momenten van elke dag, die gecumuleerd worden over veel tijd?
Zoals we ook allen deel uitmaken van de Kerk, de bruid van Christus: Zijn we
niet geroepen om trouwe bruiden van God te zijn door ons leven in de kleine
momenten te versterven, en zelfs in de meest banale daden zoals eten? Bovenop
het vasten, kunnen we de taal van de liefde ook tonen in andere kleine
manieren. De H. Faustina bijvoorbeeld vroeg om extra tijd knielend door te
brengen voor het Heilig Sacrament, deelde de maaltijden in twee, en bad
bepaalde gebeden met de armen uitgestrekt of neerliggend op de vloer. Padre Pio vroeg dikwijls toelating om van tafel te
gaan om in gebed te blijven. We hebben hieronder wat aanbevelingen die gegeven
werden door de heiligen:
H. Faustina: "Ik herinner me dat ik het meest licht
heb ontvangen gedurende de aanbidding dat ik deed neerliggend op de vloer voor
het Heilig Sacrament voor een half uur elke dag in de vastenperiode."
H. Faustina: Maar ik erkende de grote deugden van sommige
zusters die altijd vroegen om de armoedigste dingen uit de sacristie. Ik bewonderde hun geest van nederigheid en
versterving.
H. Theresia: "Wanneer iemand aan onze deur klopt, of
wanneer er gebeld wordt, moeten we versterving praktiseren en hen eerst
binnenlaten voordat we verder doen met ons werk. Ik heb dit in praktijk
gebracht en ik verzeker je, het is een bron van vrede.
H. Teresa van Los Andes: Ik vond een andere manier om aan
mijzelf te versterven vooraleer te gaan slapen: nog een kleine daad stellen
voor Jezus.
H. Johannes Maria
Vianney: Oh, wat houd ik van die kleine verstervingen die door niemand gezien
worden, zoals een kwartier vroeger opstaan, opstaan s nachts om een tijdje te
bidden! Maar sommige mensen denken aan niets anders dan slapen. [ ] Wij
denken aan niets dan goede bedden vinden, dat we goed kunnen slapen. We zouden
ons kunnen weerhouden van ons te warmen; als we oncomfortabel zitten, blijven
zitten; als we in onze tuin wandelen, geen fruit plukken; als we eten
klaarmaken, niet beginnen proeven; niet naar de mooie dingen kijken waar onze
ogen op vallen, vooral in de straten van grote steden.
H. Alfonsus: In de levens van de oude Vaders lezen we van
een grote Gemeenschap van nonnen die nooit fruit aten of wijn dronken. Sommigen
onder hen aten maar één keer per dag; anderen aten nooit een maaltijd, behalve
na twee of drie dagen strenge vasten. Allen waren in haren kledij gekleed en
sliepen zelfs in op zon bedden. Ik vraag geen zon verstervingen van de
religieuzen tegenwoordig: maar is het teveel voor hen om zelfkastijding te doen
verschillende keren in de week? Of om een ketting rond een lichaamsdeel te doen
tot de avondmaaltijd? Of
niet bij het vuur te gaan zitten in de winter op één dag in elke week, en
gedurende novenes of andere devoties? Of af te zien van fruit of zoet vlees? En
ter ere van de Moeder van God, elke zaterdag te vasten op water en brood, of
tenminste tevreden te zijn met één bord eten?
Zelfkastijding uit: www.kro.nl :
Zelfkastijding is in de katholieke traditie een middel om de zondige neigingen
van de mens te bedwingen of om boete te doen. Zij kan bestaan uit het plegen
van handelingen die pijnlijk zijn voor het eigen lichaam of het zichzelf
opleggen van beperkingen.
Zuivering
Zelfkastijding beoogt wat de Romeinen castitas noemden: 'geestelijke reinheid'.
Het Nederlands woord 'kastijden' stamt volgens Van Dale Etymologisch
Woordenboek immers af van het Latijnse castigare, dat 'tuchtigen', 'straffen', 'verbeteren' en
'bedwingen' betekent; castigare komt
weer van castus, dat
'rein', 'kuis' en 'vroom' betekent.
Meesteres van het lichaam
De Katholieke Encyclopaedie (KE)
uit 1955 schrijft in het lemma Zelfkastijding:
Het lichaam heeft de functie ook de ziel te dienen en met haar een harmonisch
geheel te vormen, waarin de lichamelijke neigingen aan de geest onderworpen
moeten zijn en een strenge zelftucht eisen. Wat opvalt is dat de auteur een
dualistische opvatting van de mens lijkt te hebben, waarin het lichaam wordt
onderscheiden van de ziel. De ziel wordt beschouwd als de meesteres van het
lichaam. Zou het lichaam niet worden getuchtigd dan zou de mens zijn
overgeleverd aan het kwaad, zo wordt gesuggereerd.
Pijnlijk en minder pijnlijk
Volgens de KE'55, gepubliceerd met kerkelijke toestemming, bestaat
zelfkastijding niet alleen in handelingen zoals geseling, het dragen van
boetegordels en haren kleden en het slapen op harde bedden. Ook lichte
verstervingen vallen eronder. Gedacht moet worden aan het aannemen van oncomfortabele
gebedshoudingen, verdragen van hitte en kou, vasten en onthouding.
Flagellanten
Al de door de KE'55 genoemde verstervingen moeten worden beoefend volgens het
oordeel van een ervaren geestelijke leidsman. Dit werd eraan toegevoegd omdat
het kerkelijk leergezag bevreesd was voor een al te extreme ascese. Die zou
immers kunnen leiden tot spirituele hoogmoed en in het ergste geval ketterse
eigenzinnigheid. Een voorbeeld van dat laatste is de fanatieke beweging van de
Flagellanten (13de eeuw en later).
Boete
Zelfkastijding werd niet alleen beschouwd als zelftuchtiging maar ook als
boete. De boetedoening had als doel om Christus na te volgen, die als het Lam
van God al de zonden van de mensheid op zich genomen heeft. De boetvaardige
gelovige deelt door de zelfkastijding in het lijden van Christus (vgl.
Romeinenbrief 8,17). Een extreem voorbeeld van deze boetvaardigheid is de
traditie van Goede Vrijdag op de Filippijnen, waar penitenten zich laten
kruisigen.
Sint Paulus
Sint Paulus zou aan zelfkastijding hebben gedaan. In de Eerste Korinthiërsbrief
staat: Ik hard mijzelf en houd mij onder strikte tucht om niet, na voor
anderen gepredikt te hebben, zelf verworpen te worden (9,27;
Willibrordvertaling). Sommigen menen dat hier echter geen sprake is van
handelingen waarbij het lichaam opzettelijk werd gepijnigd, maar om
ontzeggingen, zoals het vasten en het verdragen van allerlei ongemakken.
Sint Augustinus
Voor Sint Augustinus was zelfdiscipline belangrijk, maar het ging hem
op de eerste plaats om matiging. Strenge ascese kon volgens hem immers leiden
tot hoogmoed en zelfs genot. Vasten is voor hem een belangrijk middel tot
zelftucht, die weer moet leiden tot spirituele waakzaamheid. Augustinus lijkt
een enkele keer tot zelfkastijding op te roepen, maar het is onbekend of hij
daarmee geseling op het oog had.
Heiligen
Van veel heiligen is bekend dat zij zichzelf hebben gekastijd. Voorbeelden
zijn Johannes van het Kruis, Rosa van Lima en de Pastoor van Ars.
Zij geselden zichzelf en legden zichzelf zware lijfelijke beperkingen op.
Bekend is het gebruik van een haren boetekleed door bijvoorbeeld paus Paulus
VI en Moeder Teresa.
Goede Week
De uitgesproken tijd van zelfkastijding is de Veertigdagentijd en
de Goede Week, waarin het lijden en sterven van Jezus Christus centraal staat.
In Latijnse landen bestaat het gebruik dat boetelingen meelopen in de
volksprocessies gedurende de Semana
Santa. Nog steeds bestaan er plaatsen waar boetelingen blootsvoets door
de straten gaan en aan autoflagellatie (zelfgeseling) doen.
Kloostertucht
Vóór het Tweede Vaticaans Concilie was zelfkastijding een normaal
gebruik in kloosters, het hoorde bij de kloostertucht. Monniken en andere
religieuzen hadden immers de gelofte van kuisheid afgelegd en waren meer dan
andere christengelovigen verplicht om de lichamelijke neigingen te bedwingen.
Zij geselden zichzelf meestal op vrijdagen. De zweep die daarbij werd gebruikt,
werd 'discipline' genoemd. Na het concilie veranderde de visie op het
kloosterleven. Niet langer stond het klooster tegenover de wereld en de ziel
niet meer tegenover het lichaam. Het lichaam werd niet meer beschouwd als vat
van zondige verlangens. Zelfkastijding raakte daarmee uit de tijd.
Opus Dei
Het is echter niet zo dat zelfkastijding geheel uit het katholieke geloofsleven
is verdwenen. Nog steeds roept het kerkelijk leergezag op tot ascese, om
daarmee bijvoorbeeld de deugd van kuisheid te bereiken. Kuisheid veronderstelt
een leerproces van zelfbeheersing, dat bestaat in een opvoeding van de
menselijke vrijheid. Het alternatief is duidelijk: ofwel beheerst de mens zijn
hartstochten en bereikt de vrede, ofwel laat hij zich erdoor beheersen en wordt
ongelukkig, aldus de Catechismus van de Katholieke Kerk. Leden van de
katholieke gemeenschap Opus Dei nemen dit ter harte door het gebruik
van een zogeheten cilice om het bovenbeen. Dat is een band van metalen ringen,
voorzien van naar binnen gekeerde haakjes.
Wat
als ik te zwak ben of te ziek?
De heiligen herinneren ons eraan dat boetedoeningen nooit
mogen de mogelijkheid om zijn taken in het leven te doen, belemmeren. De H. Alfonsus
raadt ons aan: Als je je lichaam niet kunt kastijden door positieve
ontberingen, ontzeg je dan tenminste van sommige geoorloofde pleziertjes Als
je je geoorloofde pleziertjes ontzegt, zal het lichaam niet durven zoeken naar
verboden genoegens; maar als je voortdurend jezelf genoegen doet door elk
onschuldig plezier, zal het spoedig de ziel aanzetten tot zondige genoegens. Zwakheid
en ziekte zijn op zichzelf een grote schat in het religieus leven. De H.
Maximiliaan Kolbe verklaarde eens dat het ziekenhuis de plaats is waar het
grootste werk van God wordt uitgevoerd. Daarom, laat niemand ontmoedigd worden
als fysieke ziektes je verhinderen om meer te doen.
Zoals de H. Faustina zegt: Arm is een klooster waar er
geen zieke zusters zijn. Het is in ziekte dat vlug vooruitgang kan geboekt
worden in het spirituele leven, en dat er talloze zielen kunnen gered worden.
In die zin zijn uiterlijke boetedoeningen enkel aanzien als een maatregel op
termijn voor wanneer we gezond zijn en het vlees onder controle houden tot we
opnieuw ziek worden, en de vloed van genade zich opent voor ons. Ook de
heiligen hebben een waarschuwing voor ons als we teveel vasthouden aan de
gezondheid van het lichaam. De H. Joseph Calasanctius zegt: Wee de religieuzen
die gezondheid over heiligheid stellen.
Joseph Calasanctius
Joseph Calasanctius (Jose de Calasanza, Joseph a Matre
Dei) : Hij werd op 11 september 1556 geboren in de Spaanse plaats Peralta
de la Sal, ten noordwesten van Lérida (Huesca). Hij was zoon van de heer van
Calasanz y Gastón. Hij studeerde aan de universiteiten van Lérida, Valencia en
Alcalà en behaalde zijn doctorsgraad aan de universiteit van Barcelona. In 1583
ontving hij de priesterwijding. Negen jaar later verhuisde hij naar Rome,
volgens zeggen, omdat hij daartoe in een visioen werd opgeroepen. Meteen vielen
hem de verwaarloosde kinderen op die overal rondzwierven en een losgeslagen
leven leidden. In 1597 opende hij in het parochiehuis van de Santa Dorotea in
Trastevere de eerste gratis lagere school voor arme kinderen van Europa. Met
zijn medewerkers riep hij een nieuwe religieuze congregatie in het leven: Het
genootschap van reguliere priesters voor vrome scholen, kortweg piaristen
genoemd naar het Latijnse woord pius = vroom. Zoals de naam zegt legde zij
zich toe op onderwijs en opvoeding van arme kinderen. Ze groeide uit tot een
heuse religieuze orde. Hij nam de naam aan van Jose a Matre Dei.
Het was zijn trots dat oud-leerlingen priester werden en als
missionaris werkten in verre streken als Bohemen en Polen. Maar gaandeweg
hadden ze te lijden van interne conflicten en aanvallen van buitenaf. Dat
laatste vooral van andere congregaties die soortgelijk werk deden voor de
jeugd. Jozef zelf moest aftreden als algemeen overste, omdat hij van alle
kanten verdacht werd gemaakt, en omdat zijn goede bedoelingen en plannen door
vijandige types consequent in een kwaad daglicht werden geplaatst. Dwars door
dit alles heen deden de piaristen op vele plaatsen hun heilzaam werk. Met als
gevolg dat de orde uiteindelijk in ere werd hersteld. Jose zelf heeft dat
niet meer mogen meemaken. Hij stierf arm en verguisd en ligt begraven in de San
Pantaleon in Rome. Hij werd heilig verklaard door paus Clemens XIII in 1767. Zijn feest is op 25 augustus. Uit: www.heiligen.net
De H. Teresa van Avila zei zelfs dat het een bekoring was
van Satan om zich zorgen te maken over zijn gezondheid in het religieuze leven.
Volgens de heilige, is het de plicht van de overste om te zorgen voor de
lichamelijke noden van de zusters, niet de zusters zelf. Laat onze oversten zorgen voor onze lichamen. Het is
hun taak. Het is onze enige zorg om ons in de aanwezigheid van de
Heer te bevinden.
H. Teresa van Avila: Wanneer satan ons ziet als we wat
bezorgd zijn over onze lichamen, wil hij niets liever dan ons overtuigen dat
onze manier van leven ons doodt, en onze gezondheid aantast. Zelfs als we
wenen, maakt hij ons bang voor blindheid. Ik heb dit meegemaakt, en daarom weet ik het. Maar
ik weet dat we geen beter zicht of betere gezondheid kunnen wensen, dan het
verlies van beiden voor zon zaak. Zelf was ik zo ziek, dat ik altijd beperkt
was, en voor niets goed, tot ik mij voornam om geen rekening te houden met mijn
lichaam of mijn gezondheid; zelfs nu ben ik waardeloos genoeg Maar God liet toe
dit middel van Satan uit te zoeken. Wanneer Satan me zei dat ik mijn gezondheid
verwaarloosde, zei ik dat mijn dood geen gevolgen had. Wanneer Satan me zei dat
ik moest rusten, antwoordde ik dat ik niet wilde rusten, maar het kruis wilde
Mijn gezondheid is nu veel beter sinds ik ben gestopt naar mijn gemak en
comfort te kijken.
H. Faustina: Hoewel ik wens en verlang dit te doen, kan ik
grote verstervingen niet meer praktiseren zoals voorheen, omdat ik onder de
strikt toezicht sta van de dokter. Maar ik kan kleine dingen praktiseren:
slapen zonder kussen; mezelf wat hongerig houden; elke dag het kroontje dat de
Heer me heeft geleerd, bidden met uitgestrekte armen; op sommige gelegenheden
bidden met uitgestrekte armen voor een onbepaalde tijd als ik op mijn eentje
bid.
H. Bernardus: De
spirituele vooruitgang moet klein zijn van de religieuze die voortdurend
dokters en remedies zoekt; wie soms niet tevreden is met het voorschrift van de
gewone dokter; en wie door haar ontevredenheid de hele Gemeenschap verstoort.
H. Alfonsus van Liguori: Als lichamelijke zwakheid het ons
onmogelijk maakt om zelfkastijding te doen, laat ons dan tenminste leren om met
vreugde de lichamelijke zwakheden te omarmen die de Almachtige God ons zendt. Als ze met geduld gedragen worden, zullen ze ons beter
naar de perfectie leiden dan vrijwillige boetedoeningen.
H. Syncletica van Alexandrië: Als lichamelijke ziekten
worden genezen door medicijnen, zo worden de ziekten van de ziel genezen door
de lichamelijke zwakheden. De H. Syncletica was een Egyptische kluizenares. Ze leefde rond 300 na Chr. Haar
leven wordt beschreven door Sint Athanasius de Grote. Hij benadrukt haar
duldzaamheid in het lijden en de levenswijsheid die zij daaraan ontleende.
SERIE:
OFFERZIELEN deel 8
Offer voor de arme zielen van het Vagevuur (51.210
dagen aflaat) te vinden op internet:
Haast u! De minuten schijnen eeuwen! Help ons! Wij zullen het u vergelden!
De pauselijke Zoeaven (uitleg onderaan artikel) van
de Compagnie van Kapitein de Resimont lagen in 1870 te Civita-Castellana.
Voor de zielen in het vagevuur baden zij in de wachtzaal, van tijd tot tijd, op
hun rozenkrans, een soort van rozenhoedje dat zij uitgevonden hadden en wonnen
op enige minuten 51. 210 dagen aflaat, of meer dan 140 jaar toepasselijk aan de
lijdende zielen.
Zalig zijn de barmhartigen, omdat zij barmhartigheid
zullen verwerven. (Matth.5:7)
Opmerkingen:
·Dit rozenhoedje bestaat uit de mooiste gebeden -
de aangenaamste aan God en de H. Familie - de voordeligste aan deze lijdende
zielen, - en voor ons de rijkste aan geestelijke gunsten.
·Het moet gelezen worden met godvruchtigheid en
spijt in het hart.
·Het mag herhaald worden zo dikwijls men wil,
het zullen ogenblikken worden van overvloedige geestelijke schatten.
·Door het dagelijks te bidden wint men buiten de
gedeeltelijke aflaten, nog vier volle aflaten op de maand op de gewoonlijke voorwaarden.
·Men mag het gedeeltelijk bidden: naar devotie, de
orde van deze gebeden veranderen, of degene herhalen die je het liefst bidt.
·Deze zielen wiens geluk je verhaast hebt,
zullen God verheerlijken, en machtige beschermers, en voorsprekers worden bij
Hem, voor de Kerk, uw gezin en voor u.
Hoe te
bidden (op de gewone rozenkrans, de dagen aflaat zijn vermeld. Het zijn 51.210
dagen):
In de naam van de Vader, de Zoon en de H. Geest. Amen. (50)
Op het kruis: Mijn Jezus, Barmhartigheid, (100)
Op zes grote kralen:
Ik geloof in U, o mijn God, omdat U de waarheid bent. Ik
hoop op U, omdat U goed, almachtig en trouw bent. Ik bemin U, omdat U de
opperste goedheid bent, en ik bemin mijn naaste zoals mijzelf uit liefde voor
U.
(7 jaar en 7 keer een boetedoening van 40 dagen volle aflaat, een
keer per maand = 17.101)
Op 53 kleine kralen:
Zoet Hart van Jezus, wees mijn Liefde. Zoet Hart van Maria,
wees mijn Zaligheid.
(Volle aflaat, een keer per maand voor beide schietgebedjes = 31.800)
Na ieder tientje:
Zoet Hart van Jezus, maak dat ik u altijd meer en meer
bemin. (1500)
Op het einde:
Bemind zij bovenal het H. Hart van Jezus. (100)
H. Hart van Jezus, ontferm U over ons. (100)
Geloofd zij Jezus
Christus! Amen. (100)
Onbevlekt Hart van Maria, bid voor ons. (100)
Jezus, Maria, Jozef, ik geef u mijn hart en mijn ziel.
Jezus, Maria, Jozef, sta mij bij in mijn laatste doodstrijd. Jezus, Maria,
Jozef, dat mijn ziel bij U in vrede moge rusten. (300)
In de naam van de Vader, en de Zoon en de Heilige Geest.
Amen. (50)
Bijvoegsel
(bijkomend 900 dagen aflaat):
Jezus, zachtmoedig en nederig van Hart, maak mijn Hart
gelijkvormig aan het Uwe. (300)
Geloofd en gedankt zij, elk ogenblik, het Allerheiligste en
Allergoddelijkste Sacrament. (Volle aflaat, een keer per maand, 100)
Gezegend zij de Heilige, Onbevlekte en Allerzuiverste
Ontvangenis van de Gelukzalige Maagd Maria, Moeder Gods. (300)
OLVrouw van het H. Hart, bid voor ons! (100)
H. Jozef, vriend van het H. Hart, bid voor ons! (100)
Men kan al deze aflaten nog vermeerderen met 7 jaar en 7
maal 40 dagen, door het rozenhoedje te bidden voor een beeld van het H. Hart
van Jezus, voor openbare verering uitgestald.
Andere
oefeningen : H. Mis, H. Communie, Getijden van de overledenen,
Kruisweg, Aflaten, Blauwe Scapulier, H. Rozenkrans, Aalmoes, Versterving,
Vasten, Lijden, Heldhaftige akte van Liefde enz.
Vergeten
wij de doden niet!!(H.
Franciscus van Sales)
Imprimi, potest, Brugis
21 juli 1882. B. Van Hove, Vic. Gen.
Pauselijke
Zoeaven (wikipedia): In het Nederlands taalgebied is het
regiment Zuavi Pontifici ("Zoeaven van de Paus") het
bekendst. Dit bestond uit katholieke vrijwilligers die onder de regering van paus Pius
IX de Kerkelijke Staat verdedigden tegen de aanvallen van Victor
Emanuel II, koning van Italië, en diens bondgenoot Giuseppe Garibaldi, een
antiklerikaal liberaal-nationalist. Deze paus had een oproep aan de
gehele katholieke wereld gedaan om jonge, ongehuwde mannen te zenden
om hem bij te staan teneinde de dreigende verwoesting van Rome te
voorkomen. De snit van hun uniformen was bijna gelijk aan die van de Franse
zoeaven, zij het dat tuniekjasje en broek waren uitgevoerd in grijs met rode
biezen. Als hoofddeksel droegen de pauselijke troepen een kepie - een
fez werd gezien als te islamitisch voor de katholieke strijders. In totaal
kende het regiment 11.000 man, waaronder 3181 Nederlanders (het merendeel),
2964 Fransen, 1634 Belgen (voornamelijk Vlamingen), 700 Italianen en 500
Canadezen.
Van 1861 tot 1866 probeerden de zoeaven Garibaldi's troepen
te verjagen of binnenlandse onlusten te onderdrukken. Eind 1866 werden de
Franse troepen, die tot dan de zoeaven hadden ondersteund, uit Rome weggehaald,
waarna het aantal Italiaanse aanvallen steeg. Hierop waren de Fransen
genoodzaakt om weer troepen te sturen naar Italië. De Franse legers en de
zoeaven versloegen Garibaldi op 5 november 1867 te Mentana, wat de
situatie zou doen stabiliseren tot in 1870, wanneer Frankrijk zijn troepen
terug riep, omdat het zojuist de oorlog had verklaard aan Pruisen. Na de
val van het Tweede Franse Keizerrijk op 1 september 1870, had Italië
niets meer te vrezen. Op 20 september 1870 had de Inname van Rome plaats.
Een dag later werd het pauselijk leger ontbonden en werden de soldaten
huiswaarts gestuurd.
Boete en versterving:
Wanneer we spreken van
boete en versterving, hebben de meeste mensen een rare indruk. Voor
velen roepen deze woorden beelden op van geestelijken die aan zelfkastijding
doen tot het bloedige toe. Maar in tegenstelling tot het populaire geloof,
waren de mannen en vrouwen in de geschiedenis die boete praktiseerden dikwijls
de meest zelfopofferende en onzelfzuchtige mensen ooit. De profeten uit het
Oude Testament, vastten dikwijls en droegen een boetekleed om hun volk te
redden (boetekleed: een haren kleed, en een onderkleed gemaakt van ruwe stof
zoals geitenhaar). Ook de apostelen
vastten. Maar die legden zichzelf strenge vasten op. En ook de heiligen en
religieuze orden in de Christelijke geschiedenis beoefenden en dergelijk
ascetische levensstijl. De H. Franciscus van Sales bijvoorbeeld,
gebruikte zelfkastijding door het gebruik van een zweep, evenals een ijzeren
gordel en haren kledij. Ook de H. Johannes Maria Vianney was gekend voor zijn
soberheid in het vasten, evenals een gebruik aan zelfkastijding. De H. Jose
Maria Escriva droeg dikwijls een cilice.
wikipedia: een cilicium is een boetegordel of -kleed, vervaardigd
uit geitenhaar of een ijzeren gordel met haakjes aan de binnenkant, die om het
dijbeen of om een ander deel van het lichaam gedragen wordt. Doordat de haakjes
of de ruwe stof in het vlees snijden, ervaart de drager pijn.
cilice
In meer recente tijden hebben we het voorbeeld van de Heilige
Johannes Paulus II die dikwijls sliep op de harde vloer, of de Heilige Moeder
Teresa, die met haar zusters vrijwillig leefde in extreme armoede. Voor ons
lijken deze praktijken misschien vreemd. En inderdaad, het idee van boete en
versterving zijn uitgestorven in het Westen. Toch hebben zon
soberheidsmaatregels en zelfbeheersing altijd deel uitgemaakt van het
Christelijk leven, en zelfs gemeengoed onder de vele religieuze orden in de
geschiedenis tot midden de 20ste eeuw.
H. Alfonsus van Liguori: "Vandaar dat de H. Paulus
uitriep, dat hij geen ander genoegen of glorie wilde dan het Kruis van de
Verlosser. Opnieuw zegt hij, dat de kruisiging van het vlees de test is waarbij
de ware minnaars van Jezus Christus gekend zijn. Als het vermaak van het
lichaam door sensuele pleziertjes het enige en voortdurende is van de wereldsen,
dan is de voortdurende versterving van het vlees door de heiligen, het enige
voorwerp van hun zorg en hun verlangen. Wereldsen zoeken sensuele bevrediging,
maar de volgelingen van Christus zulen enkel lichamelijke versobering.
H. Johannes Maria Vianney: "Oh, hoe bitter zullen we
spijt hebben in het uur van de dood over de tijd dat we pleziertjes hebben
gehad, tijd dat we onnuttige gesprekken hebben gevoerd, gerust hebben, in plaats
van de tijd te hebben gebruikt voor versterving, gebed, goede werken, na te
denken over onze zonden, nadenken over onze onwaardigheid. Dan zullen we zien
dat we niets hebben gedaan voor de Hemel. Oh, mijn kinderen, hoe triestig is dit! Drie
vierde van degenen die Christen zijn werken voor niets dan het bevredigen van
hun lichaam, terwijl het spoedig begraven zal zijn en aangetast. Ze besteden
geen minuut aan hun arme ziel, die gelukkig of miserabel zal zijn in
eeuwigheid."
Waarom?
Wat is het doel?
In het kort, het doel van het ascetisch leven is liefde,
namelijk: het stelt de liefde in staat om te volgroeien in het menselijk
lichaam. Waarom? In een
poging om beknopt te zijn:
De oproep van het Christelijk leven is liefde. Dit is het
grootste gebod. Liefhebben betekent een totale zelfgave aan een ander, om zich
volledig weg te geven (het goede voor de andere willen). Maar men kan niet
geven wat men niet bezit. Daarom is het noodzakelijk om eerst zichzelf te
bezitten, om zich volledig te kunnen weggeven. Daarom is zelfbeheersing
noodzakelijk. En zelfbeheersing komt enkel door de manier van een ascetische
levensstijl. Dit betekent de ongebreidelde verlangens van het vlees beteugelen
door zelfverloochening, boete en versterving. Daarom is het beoefenen van een
ascetische levensstijl noodzakelijk om lief te hebben, om een Christen te zijn.
Zoals de H. Alfonsus van Liguori zei: Boete en versterving
zijn noodzakelijk om de ongebreidelde neigingen van eigenliefde te beteugelen.
Inderdaad, eigenliefde is het tegengestelde van authentieke liefde (eigenliefde
is op het zelf gericht, terwijl authentieke liefde op anderen gericht is). Het
is vanuit dit perspectief dat we moeten beginnen. Want zoals de heilige zegt: Eigenliefde
is de meest bedrieglijke van alle vijanden. Hij spreekt hier van de wereld,
het vlees en de duivel, onze drie voornaamste vijanden in dit leven. Zoals hij
opmerkt: Het vlees is de meest gevreesde van de drie, omdat het deze vijand is
die zorgt dat de andere twee vrij spel hebben (het komt van binnenin, van de
wil van de mens). "Een huiselijke vijand, zegt de H. Bernardus, is de ergste
vijand. De H. Johannes van het Kruis heeft het over hetzelfde: De wereld is
de minst moeilijke om te overwinnen; de duivel is de lastigste om te begrijpen;
maar het vlees is de meest hardnekkige, en deze valt aan zolang het oude zelf
leeft.
Dit betekent echter niet dat het lichaam op zichzelf slecht
is. De mens werd geschapen naar het beeld en gelijkenis van God, en is daarom
inherent goed van natuur, hoewel het in zich de kiem van het kwaad bevat
(erfzonde, zinnelijkheid), die hem tot het kwaad neigt. Het is deze neiging tot
eigenliefde dat elke Christen geroepen is om te bestrijden in dit leven. Elke
Christen is daarom geroepen om een ascetische levensstijl in praktijk te
brengen, zoals we hebben gezegd, tot zelfbeheersing opdat liefde zou kunnen
bestaan (om een zelfgave te realiseren). Het is tot dit doel dat we dit
onderwerp van boete en versterving bespreken, niet tot de morbide vernietiging
van het lichaam, maar in de verheffing van het lichaam en de persoon tot zijn
ultieme doel: GOD. En God is Liefde zelf.
Zoals Johannes Paulus II zegt: De noodzaak voor
zelfbeheersing en reglementen moeten niet als negatief aanzien worden, als een
lange NEE, maar als een JA! waarvan bepaalde NEEs het gevolg zijn. Zo ook: Een
professionele atleet houdt zijn lichaam onder controle met straffende NEEs om
het JA te bereiken van een eerste plaats. Hij stelt zijn hele leven in dit teken. Toch worden
degenen op het religieuze vlak degenen
die hun lichaam disciplineren voor een oneindig groter goed aanzien als
gestoord).
Johannes Paulus II
H. Alfonsus de Liguori: "Om de ziel en het lichaam te
bevrijden van smet, moet iemand ook het vlees kastijden door te vasten, door
onthouding, door discipline en andere boetewerken. En als men niet de
gezondheid of de kracht daartoe heeft om zon verstervingen te doen, moet men opgeruimd
zijn lijden en pijn verdragen en het opdragen als offer.
H. Teresa van de Andes: De religieuzen moeten Calvarie
bestijgen. Daar zal ze zichzelf opofferen voor zielen. Liefde zal haar
kruisigen; ze sterft aan zichzelf en aan de wereld. Ze wordt begraven, en haar
graf is het Hart van Jezus; en vandaar verrijst ze, en is tot een nieuw leven
herboren en leeft ze spiritueel verenigd met de hele wereld."
H. Teresa van Avila: Jullie zijn de religie binnengegaan
niet om zich goed te voelen in het vlees maar om te sterven voor Jezus Christus.
Als we niet besluiten om het gebrek aan gezondheid te negeren, hebben we niets
gedaan. Wat kan de dood ons doen? Hoe dikwijls hebben onze lichamen ons
gehinderd? Zullen we ze niet versterven op onze beurt?"
H. Alfonsus van Liguori: De H. Johannes zag al de heiligen
met palmen in hun handen. Uit deze tekst leren we dat al de uitverkorenen
moeten martelaren zijn, of door het zwaard van de tiran of door de vrijwillige
kruisiging van het vlees."
Zalige Maria van Agreda: "(Maria:) Je wilt de
onwetendheid en dwaling van stervelingen begrijpen en hoe ver ze afdwalen van
de weg van licht. Maar bijna allen streven ernaar om arbeid en lijden te
vermijden en ze zijn bang de uitstekende en zekere weg van versterving en het
Kruis aan te nemen. Vol van deze bedrieglijke onwetendheid, gruwelen ze niet
alleen van de gelijkenis met Christus lijden en de mijne, maar ze ontzeggen
zich van de ware en hoogste zegening van dit leven. Ze maken hun genezing
onmogelijk, omdat ze allen zwak en gekweld zijn door de vele zonden, waarvoor
de enige remedie lijden is."
H. Jose Maria Escriva: Om zijn zuiverheid te beschermen,
rolde de H. Franciscus zich in de sneeuw, de H. Benedictus gooide zich in een
doornstruik, de H. Bernardus sprong in een vijver met ijs. Jij, wat heb jij gedaan? [ ]
Als je beseft dat je lichaam je vijand is, en een vijand van Gods glorie omdat
het een vijand is van je heiliging, waarom behandel je het dan zo zacht?"
"Boete, boete, boete!" Dit waren de woorden van
de engel te Fatima, die de wereld opnieuw opriep tot boetedoening. Inderdaad,
de oproep tot boete en bekering is de voortdurende oproep van de verschijningen
van Maria in de geschiedenis, maar vooral in deze laatste honderd jaar, waar we
meer verschijningen gezien hebben dan in enige andere eeuw in de geschiedenis. OLVrouw
smeekte ons: "Offer jezelf voor zondaars, en zeg vele keren, vooral
wanneer je een offer doet: O Jezus, het is uit liefde voor U, voor de bekering van zondaars en
als verzoening voor de zonden die gepleegd zijn tegen het Onbevlekte Hart van
Maria. Zo zien we dat boete en versterving niet alleen een heiligend
effect op een individu hebben, maar ook op geheel de Kerk. Hoe meer het leven
van een persoon gevormd is naar het leven van onze VerlosserWiens grootste
werk het grootste offer met zich meebracht- hoe meer hij zal willen bijdragen
voor hetgeen wat ontbreekt in het lichaam van Christus, zoals de H. Paulus ons vertelt.
Onze Heer zegt hierover tegen de H. Faustina: "Je zult meer zielen redden
door gebed en lijden dan een missionaris door zijn leer en preken alleen."
Het
grootste belang van innerlijke versterving
Hoewel de dramatische natuur van lichamelijke boetedoening,
zoals haren kledij en cilices, veel aandacht trekt, bieden de heiligen ons een waarschuwend
woord vooral aan beginners die misschien meer worden gelokt door zintuiglijke
boetedoening. Terwijl uiterlijke boetedoening een belangrijk compliment kan
zijn voor iemands spirituele vooruitgang, komen ze op de tweede plaats na de
innerlijke verstervingen, waar we onze wil, onze gehechtheden, onze voorkeuren,
onze begeerten, ons ego, onze verlangens naar comfort ontzeggen. Deze
innerlijke verstervingen worden door de heiligen beschouwd als het meest
verdienstelijk, omdat ze direct de wortel van de eigen wil en de eigenliefde
uitroeien.
Een ketting dragen of blootsvoets lopen op een rotsachtige
grond kan helpen om de passies van het vlees te stillen, maar als een persoon
vervuld is van hoogmoed en verwaandheid zullen dergelijke praktijken enkel
bijdragen om deze ondeugd te vermeerderen. Hij denkt dan van zichzelf dat hij
vroom is door zon prestatie (en het wordt niets meer dan een prestatie).
Liefde en nederigheid moeten aanwezig zijn, evenals gehoorzaamheid en
volgzaamheid aan de Goddelijke Wil. Uiterlijke verstervingen zouden
uiteindelijk moeten leiden naar innerlijke versterving. Teresa van Avila zei
dat innerlijke verstervingen het middel zijn waardoor elke andere soort
versterving veel verdienstelijker en perfect wordt.
H. Faustina: De grootste werken zijn waardeloos in Mijn
ogen als ze gedaan worden uit eigenwil, en dikwijls zijn ze niet in
overeenstemming met Mijn wil en verdienen ze eerder straf dan beloning. En aan
de andere kan, zijn zelfs de kleinste van je daden, gedaan met de biechtvaders
toelating aangenaam in Mijn ogen en zeer kostbaar voor Mij.
In feite hebben de heiligen waarschuwende woorden voor
degenen die lichamelijke boetedoening doen zonder hun eigenwil en gehechtheden uit
te roeien. Het spreekt vanzelf dat
velen in het religieuze leven het slachtoffer zijn van deze bekoring.
H. Johannes van het Kruis: De onwetendheid van sommigen is
extreem bedroevend; ze belasten zich met buitengewone boetedoening en vele
andere oefeningen, en denken dat deze volstaan om verenigd te zijn met de
goddelijke Wijsheid. Maar dergelijke praktijken zijn onvoldoende als deze
zielen niet ijverig streven om hun begeerten te bestrijden. Als ze zouden
proberen om maar half deze energie te steken om aan hun verlangens te verzaken,
zouden ze in een maand meer vooruitgang boeken, dan in jaren met al deze andere
oefeningen. Ik durf zeggen dat zonder deze versterving, al wat gedaan is om
vooruitgang te boeken in perfectie en kennis van God en zichzelf, niet meer
opbrengt dan zaad dat gezaaid werd op onbewerkte grond. Dat brengt alleen onkruid voort. Tenzij de begeerte in
een ziel wordt uitgewist, zal de ziel altijd in duisternis blijven.
Johannes van het Kruis
H. Alfonsus de Liguori:
Er zijn sommige religieuzen die een groot aantal oefeningen van devotie
uitvoeren, die veelvuldig te Communie gaan, lange meditaties doen, vasten en
andere lichamelijke versterving doen, maar geen inspanning doen om bepaalde
kleine hartstochten te overwinnen. Bijvoorbeeld: bepaalde wrevel,
afkeer, nieuwsgierigheid, en bepaalde gevaarlijke hartstochten overwinnen. Ze zullen
zich niet onderwerpen aan enige tegenspraak; ze zullen zich blijven hechten aan
bepaalde personen en ze zullen hun wil niet onderwerpen aan de bevelen van hun
Oversten of aan Gods wil.
Welke vooruitgang kunnen ze maken in perfectie? Ongelukkige
zielen! Ze zullen voor altijd onvolmaakt zijn. Zelfs werken van piëteit moeten
altijd ondernomen worden met een geest van onthechting, zodat wanneer onze
inspanningen niet slagen we niet ontmoedigd zijn en wanneer onze oefeningen van
devotie worden verboden door de Overste we met een blij gemoed de oefeningen
opgeven. Alle soort gehechtheden hinderen een perfecte vereniging met God. We
moeten ons daarom ernstig en vastberaden voornemen om aan onze hartstochten te
versterven, en ons niet eraan onderwerpen als hun slaven.
Strategische planning
Daarom moet een ziel nadenken vooraleer een nieuwe
boetedoening uit te voeren. Het is goed eerst te overwegen of de boetedoening
zal dienen om zijn ongeregeldheden tot zwijgen te brengen, of dat ze erdoor
worden aangewakkerd. Bijvoorbeeld: als een ziel hoogmoedig is, is het goed te
zoeken voor die verstervingen die tegengesteld zijn aan deze ondeugd. Zoals
vernedering zoeken, zwijgen wanneer men beschuldigd wordt, nooit spreken over
zichzelf, en het verborgen houden van verstervingen. Zoals de H. Johannes zegt,
moeten we onze inspanningen concentreren op onze zwakste karaktertrekken, want
door bevrijd te zijn van deze slavernij, zullen we in staat zijn om vlug
vooruitgang te maken in liefde. (Hier geldt weer het principe: men kan niet
geven wat men niet bezit. Je moet eerst jezelf bezitten, om je te kunnen
weggeven.) We moeten vooral de bijl leggen aan de dode wortels van eigenliefde,
dat zich kunnen manifesteren in de kleinste dingen, of het nu gehechtheid is
aan materiële zaken (kledij, GSM, eten ) of grotere innerlijke gehechtheden
zoals de nood aan bevestiging, lofbetuigingen, eigen mening, verlangen naar
comfort, vriendschappen ). De H. Johannes klaagt over hoe weinig mensen vooruitgang
boeken in hun strijd tegen het zevenkoppig beest van de Apocalyps: "Het is
zeer spijtig dat velen die de strijd aangaan tegen het beest, zelfs niet in
staat zijn de eerste kop te verpletteren door het verzaken aan de tastbare
zaken van de wereld."
H. Faustina: Mijn dochter, je geeft Mij het meeste glorie
door geduldig je te onderwerpen aan Mijn wil, en je wint voor jezelf een
grotere verdienste dan dat door vasten of versterving ooit door je verkregen
wordt. Weet, Mijn dochter, dat als je je wil onderwerpt aan de Mijne, je Mijn
bijzonder genoegen aantrekt. Dit
offer behaagt Mij en is vol zoetheid. Ik schep er welbehagen in; er zit kracht
in.
Kroontje van de Heilige Zielen (op de gewone
rozenkrans)
Kruisteken apostolische geloofsbelijdenis
Onze Vader 3 x Wees gegroet Glorie zij
Op de grote kralen : O Heilige
Zielen, laat het vuur van Gods liefde in mijn ziel binnendringen, om eerder de
Gekruisigde Jezus hier in mij te openbaren op aarde, dan in het Vagevuur.
10 kleine kralen : Gekruisigde
Heer Jezus, heb medelijden met de zielen in het Vagevuur.
Na alle tientjes: 3 x Glorie zij
Kroontje van de overledenen en Heilige Zielen
(op de gewone rozenkrans)
Psalm 130: Uit afgronden roep ik U, Heer; hoor
mij, Heer, ik blijf vragen. O, mocht uw oor het verstaan hoe ik schrei om
erbarmen. Onthield Gij de schulden, o God, wie hield stand in uw
oordeel? Doch vergeving is er bij U, want zo wilt Ge gevreesd zijn. Ik
wacht de Heer, ik wacht Hem, ik hoop op zijn belofte: stil verbeid ik de
Heer, meer dan wachters de morgen, zij die wachten de morgen. Dat Israël
wachte de Heer; want bij de Heer is genade, kwijtschelding bij Hem
menigvuldig. Hij is het die Israël kwijtscheldt al wat het aan schuld
heeft.
Op de 1e grote kraal: Onze Vader
Ik bied U aan, mijn Redder, dit
eerste tientje voor de zielen van al mijn familieleden, door het Kostbaar Bloed
dat U vergoten hebt voor hen in Uw doodsstrijd in de Tuin van Gethsemane. O
goede Jezus, heb medelijden met hen!
10 kleine kralen: O goede Jezus, heb medelijden met de zielen in het Vagevuur en
verleen hen eeuwige rust.
Op de 2e grote kraal: Onze Vader
Ik bied U aan, mijn Redder, dit
tweede tientje voor de zielen van al degenen die mij goedheid en
vriendelijkheid hebben betoond, door het Kostbaar Bloed dat U vergoten hebt
voor hen in Uw geseling. O goede Jezus, heb medelijden met hen!
10 kleine kralen: O goede Jezus, heb medelijden met
de zielen in het Vagevuur en verleen hen eeuwige rust.
Op de 3e
grote kraal: Onze Vader
Ik bied U aan, mijn Redder, dit
derde tientje voor de zielen die ik beledigd heb, door het Kostbaar Bloed dat U
vergoten hebt voor hen door Uw Kruis op de Calvarie te dragen. O goede Jezus,
heb medelijden met hen!
10 kleine kralen: O goede Jezus,
heb medelijden met de zielen in het Vagevuur en verleen hen eeuwige rust.
Op de 4e grote kraal:
Onze Vader
Ik bied U aan, mijn Redder, dit
vierde tientje voor de zielen van mijn vrienden en metgezellen, door het
Kostbaar Bloed dat U vergoten hebt voor hen op het Kruis, en door de smarten
die Maria, onze tedere Moeder heeft verdragen aan de voet van het Kruis. O
goede Jezus, heb medelijden met hen!
10 kleine kralen: O goede Jezus,
heb medelijden met de zielen in het Vagevuur en verleen hen eeuwige rust.
Op de 5e grote kraal: Onze Vader
Ik bied U aan, mijn Redder, dit
laatste tientje voor de ziel van mijn vader, moeder, familielid. Ik bied U,
voor deze zielen die zo dierbaar zijn voor mij, het Kostbaar Bloed en het
heilig water van Uw Hart dat doorboord werd met de lans. O goede Jezus, open de
poort van de Hemel voor deze zielen en verleen me de genade om verenigd te zijn
met hen voor altijd in het hart van Uw goedheid.
10 kleine kralen: O goede Jezus,
heb medelijden met de zielen in het Vagevuur en verleen hen eeuwige rust.
Op het einde: O goede Jezus, heb
medelijden met de zielen in het Vagevuur en verleen hen de eeuwige rust.
Gebed van de H. Gertrudis voor de bevrijding van 1000 zielen uit het
Vagevuur
Eeuwige Vader, ik bied U aan het
Allerkostbaarste Bloed van Uw Goddelijke Zoon, Jezus, ter vereniging met de H.
Missen die opgedragen worden vandaag in de wereld, voor al de Heilige Zielen in
het Vagevuur, voor alle zondaars, voor de zondaars in de universele Kerk,
zondaars in mijn gezin en binnen mijn familie. Amen.
Gebed heel bijzonder voor de zielen van het
Vagevuur
O Heer, die oneindig barmhartig
en vrijgevig bent met Uw gaven, kijk neer op de lijdende zielen in het
Vagevuur. Herinner niet hun beledigingen en nalatigheden, maar bedenk hoe
liefdevol en barmhartig U bent, die van alle eeuwigheid is. Reinig hen van hun
zonden en vervul hun vurig verlangen dat ze waardig mogen zijn om Uw aangezicht
te zien in Uw glorie. Mogen ze spoedig verenigd zijn met U en de gezegende
woorden horen waarmee U hen naar hun Hemelse Thuis brengt: "Kom,
gezegenden van Mijn Vader, neem het koninkrijk in bezit, dat voorbereid werd
voor jullie van af het begin der wereld. Verleen hen de eeuwige vrede, O Heer;
en laat het eeuwigdurende licht op hen schijnen. Amen.
Gebed voor de zielen van het vagevuur en voor
onze eigen ziel
Hemelse Vader, in vereniging met
de verdiensten van Jezus en Maria, bied ik U aan voor de arme zielen alle
offers aan van mijn werken gedurende mijn leven, evenals al wat gedaan wordt
voor mij na de dood. Ik geef U mijn al door de handen van de Onbevlekte Maagd
Maria dat ze de zielen die ze wenst, te bevrijden, volgens haar hemelse
wijsheid en moederlijke liefde voor hen. Ontvang dit offer, O God, en verleen
mij een groei van Uw genade. Amen.
Allerheiligste God! Heer van leven en zaligheid! Uw
strijdende Kerk viert vandaag de gedachtenis aan de zegevierende Kerk, en leert
ons, oog en hart verheffen naar de Hemel, waar U bent, en waar al de Uwen zijn,
waar ook wij hopen eens te komen.
Onze Vader, die in de Hemel zijt! Daar bij U, in het ware
vaderland bevinden zich uw uitverkorenen, met U verenigd in eeuwige liefde, in
eeuwige zaligheid; daar, waar geen lijden, geen geween, geen zonde, geen dood
meer is! Zij bezitten U, en worden verzadigd door de overvloed van uw Paradijs
en Gij vervult hen met stromen van zaligheid. Want U bent de bron van het
leven, en in uw Licht zien zij het Licht. Daar zien zij U en hun Goddelijke Zoon,
de Verlosser, die zij op aarde in liefde en nederigheid hebben gevolgd. Zijn
wonden schitteren, en uit deze stromen voor hen Liefde, Leven en Zaligheid.
Zij loven U, prijzen Uw barmhartigheid, aanbidden Uw Liefde
en smeken voor ons, hun strijdende broeders en zusters op aarde. Daar
schitteren Uw uitverkorenen, als sterren aan de Hemel, zalig door Uw genade,
onuitsprekelijk gelukkig door Uw liefde! Eens waren zij onze broeders en
zusters op aarde, zwak en hulpbehoevend zoals wij. Zij hebben een goede strijd
gestreden, hun missie beëindigd, het geloof bewaard, en dit alles door Uw
genade en door hun trouwe medewerking met U.
Hun voorbeeld bewijst, dat wij door Uw genade ondersteund,
Uw geboden kunnen onderhouden en zalig worden zoals zij. Heden zijn zij onze
voorsprekers bij U, o Jezus en bij de Hemelse Vader, terwijl zij door de Liefde
met ons verenigd zijn. Verhoor, o God, onze verzoeken en smeekgebeden, welke
wij nu neerleggen voor de troon van Uw genade, en ontferm U over ons! En u,
burgers in de Hemel, vrienden van God, Engelen en Heiligen, wiens namen in het
boek des levens zijn opgetekend, steun onze gebeden door uw voorspraak, en
verkrijg door uw verdiensten, hetgeen wij door onze onwaardigheid niet kunnen
verwerven.
Bid voor ons allen, bewoners van dit tranendal, opdat wij
met de Goddelijke genade de weg bewandelen, die u hebt gevolgd, en eens in uw
gezelschap de liefde, genade en ontferming de Drie-ene God mogen loven en
verheerlijken in de eeuwigheid. Amen.