SERIE:
OFFERZIELEN deel 10
Gehoorzaamheid
De grootste gelofte
Onder de geloften van een religieuze (armoede, kuisheid en
gehoorzaamheid) wordt gehoorzaamheid door de heiligen beschouwd als de grootste
van de driewant het van gehoorzaamheid dat de andere twee geloften afhangen en
tot perfectie worden gebracht. In het religieuze leven is gehoorzaamheid het grondbeginsel
van versterving, wat ingebed is in het dagelijkse leven van de religieuze, van
de bel om op te staan tot de grote stilte na de completen s avonds. Men moet
rekenschap geven voor elk uur van de dag, en de religieuze moet de getijden
volgen. De H. Faustina beschrijft het als een voortdurend kooltje van wierook,
eeuwigdurend een zoet aroma biedend voor Gods troon. Het zijn niet grote
werken, maar het gewone dagelijkse leven van gehoorzaamheid dat het best
uitboeting van zonden bewerkstelligt, dat genade verdient voor de zielen en
zegt : ik houd van U.
Gehoorzaamheid heeft een zodanig grote waarde, dat een daad
van ongehoorzaamheid veroorzaakt door de grootste engel in de Hemel ervoor
zorgde dat hij in de Hel werd geworpen, samen met een derde van alle engelen. Door
een verdere daad van ongehoorzaamheid, werd de relatie van de mensheid met God
vertroebeld wanneer een appel werd gegeten tegen Gods bevel. Allemaal door een daad van de wil. Wanneer
we dus onze wil verloochenen uit gehoorzaamheid aan God en Zijn
vertegenwoordigers, bieden we eerherstel voor de grootste tragedie die ooit
over de materiële en spirituele wereld is gekomen. Is het dan een verrassing
waarom het religieuze leven werd bedoeld door OLVrouw zoals het was, met een
overste en regels waar de zielen zijn aan onderworpen? Want het is door het
religieuze levendat is: onderworpen zijn aan een overste en een regeldat zielen
het duidelijkste middel krijgen om vooruitgang te boeken in deugd en perfectie.
Als de wil geen tegenstand biedt, kan de genade een ziel vormen met de minste
tegenstand, en op deze manier gesterkt worden omdat de ziel niet langer op zijn
eigen redenering steunt en eigenwil, maar zich overgeeft aan een autoriteit
buiten zichzelf, nl. de vertegenwoordiger die door God werd aangesteld en de
regel van de gemeenschap. Zoals
een monnik eens zei: We hebben ervoor gekozen een monnik te worden, maar erna
hebben we niets meer gekozen.
H. Faustina: Mijn dochter, weet dat je Mij grotere glorie
geeft door een daad van gehoorzaamheid, dan door lange gebeden en
verstervingen. O, hoe goed is het om te leven onder gehoorzaamheid, om bewust
te zijn van het feit dat alles wat ik doe God behaagt! [
] zelfs het kleinste ding kan een zegel van
gehoorzaamheid dragen.
Zalige Maria van
Agreda: "(Maria:) Want Ik verzeker je, mijn lieve, dat degenen die perfect
en punctueel zijn in hun religieuze verplichtingen de martelaren kunnen evenaren
en zelfs overstijgen in verdienste.
Padre Pio: "Ik voel me zoveel beter door
gehoorzaamheid aan mijn biechtvader en de geestelijke leidsman van mijn ziel
dat ik mijzelf bijna verdoemd zou beschouwen als ik in iets tegen hen in zou
doen.
H. Alfonsus van Liguori: Aan degene die op het punt staan
een orde binnen te gaan is het mijn gewoonte om boven alles de praktijk van
gehoorzaamheid aan te raden, en geduld te hebben onder minachting. Ik wilde
graag het laatste uitgebreid bespreken. Omdat ik ervan overtuigd ben dat zonder
minachting te doorstaan het onmogelijk is voor een zuster om vooruitgang te
boeken in perfectie; en omdat ik zeker ben dat de religieuze die blijmoedig
vernederingen verdraagt een heilige zal worden.
H. Faustina: Eens werd ik gevraagd om te bidden voor een
bepaalde ziel. Ik besliste direct om een noveen te bidden tot de Barmhartige
Heer en ik voegde er een versterving aan toe; dat ik namelijk kettingen zou
dragen aan beide benen gedurende de Heilige Mis. Ik had dit drie dagen gedaan
toen ik te biecht ging en mijn geestelijke leidsman vertelde dat ik deze
versterving had ondergaan, omdat ik veronderstelde dat ik daartoe de toelating
had. Ik dacht dat hij geen bezwaar zou hebben, maar het tegendeel was waar. Hij zei dat ik niets mocht doen zonder toelating. O mijn
Jezus, het was opnieuw mijn eigenzinnigheid! Maar mijn fouten ontmoedigen mij
niet; ik weet zeer goed dat ik ellendig ben. Omwille van de conditie van mijn
gezondheid kreeg ik deze toelating niet, en mijn geestelijke leidsman was
verbaasd dat ik mijzelf grotere verstervingen toeliet zonder zijn toelating. Ik
vroeg om vergeving voor mijn eigenzinnigheid, en ik vroeg hem om deze
versterving te veranderen in een andere.
Mijn geestelijke leidsman veranderde het door een
innerlijke versterving; namelijk dat ik in de Heilige Mis moest overwegen
waarom de Heer Jezus zich had onderworpen tot het doopsel. De overweging was geen versterving voor mij, want aan
God denken is een genoegen en geen versterving. Maar er was een versterving van
de wil. Ik deed niet gewoon wat ik wilde, maar wat ik werd bevolen en daarin
bestaat de innerlijke versterving. Wanneer ik de biecht verliet
en mijn boetedoening bad, hoorde ik deze woorden: Ik heb je de genade verleend
waar je om gevraagd hebt namens die ziel, maar niet omwille van de versterving
die je zelf gekozen hebt. Het was omwille van je daad van volledige
gehoorzaamheid aan Mijn vertegenwoordiger dat Ik deze genade gegeven heb voor
die ziel waarvoor je om genade bad. Weet
dat wanneer je versterving voor je eigenzinnigheid doet, dan Mijn wil heerst in
jou.
Het
belang om verborgen te blijven
De heiligen waren altijd voorzichtig om hun boetedoeningen
zoveel mogelijk voor de wereld verborgen te houden, zelfs voor hun eigen biechtvaders.
Een verborgen offer, volgens de heiligen, is het aangenaamst in de ogen van
God, en een verdediging tegen hoogmoed en verwaandheid. Om aanzien te worden
als een gemiddelde religieuze, voor hen, had veel meer waarde dan om hoog
aanzien te worden als een strenge asceet. Elk moment dat de lofbetuigingen van
mensen zou kunnen aantrekken was erg geweerd, want ware nederigheid vraagt een diep
en blijvend verlangen om als nietig of gewoon aanzien te worden (want elke
persoon is meer of minder gewoon in vergelijking met God). En hoe meer gaven en
genaden iemand ontvangt, hoe nederiger hij moet worden, altijd met de
herinnering aan hoe armzalig hij deze gaven heeft gebruikt zonder enige
verdienste van zichzelf.
Dit kan niet genoeg benadrukt worden. Want zonder
nederigheid is alles wat er gedaan wordt in het religieuze leven tevergeefs;
elk gebed, elk offer, zal allemaal voor niets zijn. Wanneer Padre Pio de
stigmata ontving, voelde hij zich beschaamd, en smeekte God om ze onzichtbaar
te maken, zodat ander het niet zouden zien. Het was een grote beproeving voor
hem om zoveel aandacht van de mensen te ontvangen. Ze wilden altijd zijn handen
kussen. Hij sprak later tot een vriend: Laten we samen bidden om Jezus te
vragen deze ergernis weg te nemen. Ik wil lijden, zelfs sterven van lijden,
maar allemaal in het verborgene. Wanneer de H. Teresa van Los Andes werd opgenomen
in een ecstase gedurende de gemeenschaps-meditatie, leed ze eronder dat de
mensen haar bemerkten; Ik voelde de grootste pijn als ik zag dat allen iets
vreemds in mij bemerkten. Dit vervulde mij met pijn, omdat ik wenste om onopgemerkt
te blijven.
Padre Pio met de stigmata
Blijf bij mij, Heer Gebed door Padre Pio (catholic tradition)
Blijf bij me, Heer, het is belangrijk om U aanwezigheid bij me te
hebben zodat ik U niet vergeet. U weet hoe gemakkelijk ik U in de steek laat.
Blijf bij me, Heer, omdat ik zwak ben, en ik heb Uw kracht nodig
zodat ik niet zo dikwijls val.
Blijf bij me, Heer, want U bent mijn licht, en zonder U dwaal ik in
de duisternis.
Blijf bij me, Heer, om me Uw wil te tonen.
Blijf bij me, Heer, zodat ik Uw stem hoor en U kan volgen.
Blijf bij me, Heer, want ik verlang om Uw zeer lief te hebben en om
altijd in Uw gezelschap te zijn.
Blijf bij me, Heer, als U wenst dat ik U trouw ben.
Blijf bij me, Heer, want zo arm als mijn ziel is, wil ik dat het
een plaats van troost is voor U, een liefdesnestje.
Blijf bij me, Jezus, want het wordt laat en de dag is bijna ten
einde, en het leven gaat voorbij; dood, oordeel, eeuwigheid komen naderbij.
Het is noodzakelijk om mijn kracht te vernieuwen, zodat ik niet moet
stoppen op de weg en daarvoor heb ik U nodig. Het wordt laat en de dood nadert,
ik vrees de duisternis, de bekoringen, de dorheid, het kruis, de smarten. O wat
heb Ik U nodig, mijn Jezus, in deze nacht van ballingschap!
Blijf vannacht bij me, Jezus, in het leven met al zijn gevaren. Ik
heb U nodig.
Laat me U herkennen zoals Uw leerlingen, in het breken van het
brood, zodat de Eucharistische Communie het Licht is dat de duisternis
verdrijft, de kracht die me ondersteunt, de unieke vreugde van mijn hart.
Blijf bij me, Heer, omdat ik in het uur van mijn dood, verenigd wil
blijven met U, en tenminste door genade en liefde.
Blijf bij me, Jezus, ik vraag geen Goddelijke troost, omdat ik ze
niet verdien, maar ik vraag U om de gave van Uw Aanwezigheid!
Blijf bij me, Heer, want U alleen zoek ik, Uw Liefde, Uw Genade, Uw
Wil, Uw Hart en Uw Geest omdat ik van U houdt. Ik verlang geen andere beloning dan U steeds meer lief te hebben.
Met een standvastige liefde wil ik U met heel mijn hart liefhebben hier
op aarde en met perfecte liefde U blijvend liefhebben voor eeuwig. Amen.
H. Faustina: Ik wilde een offer-hostie worden voor U, maar
een gewoon stukje brood voor de mensen. Ik wil dat de geur van mijn offers enkel
voor U gekend is. Temidden van alle lijden, zowel fysiek als spiritueel,
zowel in duisternis als verlatenheid, zal ik zwijgen, zoals een duif, en niet
klagen. Ik zal mijzelf voortdurend ledigen aan Zijn voeten om zo genade voor de
zielen te verkrijgen.
H. Therese: Door onze kleine daden van naastenliefde,
gepraktiseerd in de duisternis, als het ware, verkrijgen we de bekering van de
heidenen, helpen we de missionarissen, en winnen we voor hen overvloedig aalmoezen,
en bouwen zo zowel spirituele als fysieke woonplaatsen voor Onze Eucharistische
God.
Brieven van novicen over de H. Therese: Op vele excellente
manieren deed ze haar verstervingen. Op een vastendag, echter, wanneer onze
Moeder Overste haar beval wat bijzonder voedsel te eten, vond ik haar toen ze
bezig was het voedsel te kruiden met alsem omdat het teveel was voor haar
smaak. Op een andere gelegenheid zag ik haar zeer traag een slecht smakend
medicijn dringen. Haast je, zei ik, drink het in een keer leeg! O nee!,
zei ze, moet ik niet profiteren van deze kleine kansen voor boetedoening omdat
de grotere voor mij verboden zijn?
H. Faustina: "O leven,
zo saai en monotoon, hoeveel schatten bevat je toch! Wanneer
ik kijk met de ogen van geloof, zijn geen twee uur hetzelfde, end an verdwijnen
de saaiheid en de monotonie. De genade die me gegeven is in dit uur zal niet
herhaald worden in het volgende uur. Het kan me opnieuw gegeven worden, maar
het zal niet dezelfde genade zijn. De
tijd gaat verder, en keert nooit terug. Wat erin is besloten zal nooit
veranderen; het wordt verzegeld met een zegen voor de eeuwigheid. O, wat een
vreugde is het om zich te ledigen omwille van de onsterfelijke zielen! Ik weet
dat de tarwekorrel moet vernietigd worden en gemaald moet worden tussen
molenstenen om voedsel te worden. Op dezelfde manier, moet ik vernietigd worden
om nuttig te zijn voor de Kerk en de zielen, zelfs al zal niemand uiterlijk
mijn offer bemerken.
O Jezus, uiterlijk wil ik verborgen blijven, net als dit
kleine stukje brood waarin het oog niets bemerkt, en toch ben ik een hostie dat
geconsacreerd is voor U. Ik streef naar heiligheid, omdat op deze manier ik
nuttig zal zijn voor de Kerk. Ik doe voortdurend inspanningen in het
praktiseren van deugden. Ik zal proberen trouw Jezus te volgen. En ik plaats
deze hele serie van dagelijkse deugenin stilte, verborgen, bijna onmerkbaar,
maar met grote liefde uitgevoerdin de schat van Gods Kerk voor het voordeel
van de zielen. Ik voel mij innerlijk alsof ik verantwoordelijk ben voor alle
zielen. Ik weet zeer goede dat ik niet voor mijzelf alleen leef, maar voor de
hele Kerk.
De
nood aan een wijze geestelijke leidsman
De Heiligen leren ons dat een heilige geestelijke leidsman
een zeldzame genade is dat gekoesterd moet worden, want het is een gave dat
maar aan weinig zielen wordt verleend. Als een ziel gezegend werd met een
heilige geestelijke leidsman, moet het de Heer elke dag danken voor zon
genade. Zoals de H. Faustina bemerkte: O, als ik maar een geestelijke leidsman
had gehad van in het begin, dan zou ik niet zoveel genaden van God verspild
hebben. Dan legt ze de redenen van dit belang uit: "een ziel die trouw is
aan God kan niet zijn eigen inspiraties goedkeruen; een ziel moet ze
onderwerpen aan de controle van een zeer wijze en geleerde priester; en tot het
zeker is, moet de ziel wantrouwig blijven. Ze mag niet, op eigen initiatief allen, zijn
vertrouwen stellen in deze inspiraties en alle ander genaden, omdat het zich
kan blootstellen aan grote verliezen. [
]
Zelfs hoewel een ziel onmiddellijk onderscheid kan maken
tussen valse inspiraties en deze van God, is het toch voorzichtig, omdat vele
dingen onzeker zijn. God is verheugd over het feit wanneer een ziel Hem
wantrouwig is omdat de ziel echt God wil ontmoeten; omdat de ziel Hem liefheeft
is ze voorzichtig en zoekt ze om hulp om er zeker van te zijn dat het werkelijk
God is die erin handelt. En eens een goed onderlegde biechtvader dit heeft
bevestigd, kan de ziel zich rustig aan God geven, volgens Zijn leiding; dat is
volgens de leiding van de biechtvader.
De heiligen herinneren ons eraan dat een geestelijke
leidsman bijzonder noodzakelijk is voor
uitverkoren zielen, die bestemd zijn om de steile tocht naar Calvarie te
ondernemen. Dergelijke zielen bevinden zich temidden van de donkerste nachten,
wanneer God verborgen is en alles geestelijk donker wordt. Ze vinden hun enige
troost door gehoorzaamheid van de raad van een wijze geestelijke leidsman. In
deze momenten, is de leiding van deze geestelijke leidsman een vaag licht in
een duistere afgrond, zonder hetgeen een ziel grotere moeilijkheden zou
ondervinden in deze beproeving. Wanneer een ziel verlangt om goddelijke
vereniging te bereiken, dan moet ze dagelijks bidden voor de genade van een
heilige geestelijke leidsman; een genade die een vereiste is voor perfectie.
Liefde boven alles
Alles wat we hebben gezegd, over het spirituele leven, kan
opgesomd worden in één woord: LIEFDE. Het is liefde dat moet heersen over al
onze daden. Want het is liefde, zoals de H. Catharina van Sienna zegt, dat de
handen van God bindt: jouw geween heeft macht over Mij en de pijn in jouw
verlangen bindt Mij zoals een ketting. Kan je dit geloven? Hoezeer moet God van ons houden
dat Hij de macht aan ons zou geven, alsof God gebonden was om de aarde te
bewegen. Zoals de heiligen zeggen, het is liefde, dat door nederig
en voortdurend gebed, het medicijn is dat de wereld zal genezen.
Wanneer de H. Therese
van Lisieux haar roeping ontdekte, schreef ze: Ik begreep dat de Kerk een hart
heeft, dat dit hart brandt van liefde, en dat het liefde alleen is dat leven
geeft aan zijn leden. Als deze liefde ooit zou uitdoven, de Apostelen niet
langer het Evangelie zouden prediken, en de Martelaren zouden weigeren om hun
bloed te vergieten. Ik begreep dat liefde alle roepingen omvat, dat liefde
alles is, dat het alle plaatsen en tijd omhelst
in één woord, dat het eeuwig
is! Dan,
in de overvloed van mijn extatische vreugde, riep ik uit: O Jezus, mijn
lieveling
mijn roeping, ik heb ze uiteindelijk gevonden
mijn roeping is liefde!"
H. Faustina: O, hoe zoet is het te zwoegen voor God en de
zielen! Ik wil geen respijt in deze strijd, maar ik zal vechten tot de laatste
adem voor de glorie van mijn Koning en Heer. Ik zal het zwaard niet neerleggen
tot Hij me roept voor Zijn troon; ik zal geen slagen vrezen, want God is mijn
schild. Het is de vijand die ons moet vrezen, en niet omgekeerd. Satan verslaat
enkel de hoogmoedigen en de lafaards, omdat de nederigen sterk zijn. Niets zal
een nederige ziel in verwarring brengen of iets doen vrezen. Ik heb mijn vlucht
gepland naar de kern van de zonnehitte, en niets kan zijn koers veranderen.
Liefde zal zich niet gevangen laten nemen, het is vrij zoals een koningin. Liefde
bereikt God." (Jezus:) Plaats je eigenliefde op de laatste plaats, zodat
het je daden niet aantast. Verdraag jezelf met groot geduld. Verwaarloos niet
de innerlijke verstervingen. Rechtvaardig voor jezelf altijd de meningen van je
overste en je biechtvader. Vermijd roddelaars zoals een plaag. Laat allen
handelen zoals ze willen; jij moet handelen zoals Ik het wil. Leef de regel zo getrouw
mogelijk na.
Als iemand je in moeilijkheden brengt, denk dan wat voor
goeds je kunt doen voor de persoon die je doet lijden. Laat je gevoelens niet kennen. Zwijg als je berispt
wordt. Vraag
niet iedereens opinie, maar alleen de opinie van je leidsman; wees zoals een openhartig
kind bij hem. Wees niet ontmoedigd door ondankbaarheid. Onderzoek niet
nieuwsgierig de wegen waarop Ik je leid. Wanneer ontmoediging en verveling
tegen je hart kloppen, denk er dan niet aan en verberg je dan in Mijn hart. Vrees
geen strijd. Moed intimideert dikwijls bekoringen, en ze durven Ons niet
aanvallen. Vecht altijd met de diepe overtuiging dat Ik bij je ben. Laat je niet
leiden door gevoelens, omdat je er niet altijd controle over hebt; maar alle
verdienste ligt in de wil. Wees altijd afhankelijk van je overste, zelfs in de
kleinste dingen. Ik zal je niet bedriegen met vooruitzichten van vrede en
troost; integendeel, bereid je voor op een grote strijd. Weet dat je nu op een
hoog niveau bent, waar de hele hemel en aarde naar je kijken. Vecht zoals een ridder, zodat Ik je kan belonen. Wees
niet overmatig bang, omdat je niet alleen bent. (Faustina:) O Allerheiligste
Drie-eenheid die in mijn hart vertoeft, ik smeek U: verleen
de genade van bekering aan een zo groot mogelijk aantal zielen als het aantal
steken dat ik zal doen in dit haakwerk. Dan hoorde ik deze woorden in mijn
ziel: Mijn dochter, je vraag is te groot. "Jezus, U weet dat voor U het
gemakkelijker is veel te verlenen dan weinig. Dat is zo, het is gemakkelijker
voor Mij om een ziel veel te verlenen, dan weinig, maar elke bekering van een
zondige ziel vraagt offer. "Wel Jezus, ik offer U dit werk van mij waar ik
mijn hele hart heb in gestoken; dit offer lijkt me niet te klein voor zon
groot aantal zielen; U weet, Jezus, dat U dertig jaar zielen gered hebt door
enkel dit soort werk. En omdat de heilige gehoorzaamheid me verbiedt grote
boetedoeningen en verstervingen te doen, vraag ik U daarom, Heer: aanvaard deze
niemendalletjes met het zegel van gehoorzaamheid als grote dingen." Dan
hoorde ik een stem in mijn ziel: Mijn lieve dochter, Ik voldoe aan je verzoek.
Faustina
|