Priester Joseph Iannuzzi over het leven in de
goddelijke wil – deel 3
Maar ook Maria gaf instructies in de maand mei in het boek
: De Maagd Maria en het Koninkrijk van de Goddelijke Wil. Er zijn 36 lessen.
Jezus geeft de mannelijke versie om in de goddelijke wil te leven. In het
andere boek geeft Maria de vrouwelijke versie om in de goddelijke wil te leven.
Jezus gaf de instructies als leraar en Maria gaf overwegingen. Het begint met
de schepping, de verlossing en dan de heiliging. Luisa ontving ook 33 genaden.
Op het einde van haar leven vroeg Luisa Jezus hoe te
sterven. Ze wilde alleen sterven. In 1994 ontving ze de titel Dienares van God.
Er is een boek uitgegeven : De gave van te leven in de goddelijke wil in de
geschriften van Luisa Piccarreta en deze heeft de goedkeuring gekregen van het
Vaticaan.
De schepping
Wat deden Adam en Eva in Eden. Voor de zonde lag de nadruk
niet op ‘doen’ maar op ‘zijn’. Ze waren met God verenigd in extase. Er was toen
geen tijd. Er was toen een groei in zijn heiligheid. Net zoals in de Hemel een
voortdurende groei in heiligheid is. Het is niet statisch. Het is een
voortdurende groei in God, in de H. Drie-eenheid. De engelen en heiligen doordrongen
worden van Gods leven. En hoe meer ze doordrongen zijn van dat goddelijke
leven, hoe meer ze groeien in zijn kennis en in zijn wezen. Natuurlijk hebben
ze dingen te doen: ze bemiddelen, ze hebben missies, ze beschermen, ze
verdedigen, ze verlichten. Ze zijn verbonden tussen de materiële en spirituele
toestand. In de schepping was Adam voornamelijk God aan het verheerlijken
namens de hele schepping. In de schepping en door de schepping. In het boek
Daniel 3 vinden we een gebed van Daniel die door de kosmos gaat en God
verheerlijkt namens elk geschapen ding.
Geloofd zijt Gij, Heer, God van onze voorvaderen, geprezen en
hooggeroemd in eeuwigheid. Geloofd zij uw glorievolle en heilige Naam, hooggeprezen
en hooggeroemd in eeuwigheid.
Geloofd zijt Gij in uw heilige en glorievolle tempel, hooggeprezen
en hooggeroemd in eeuwigheid.
Geloofd zijt Gij die op de cherubs troont en de afgronden
doorschouwt, hooggeprezen en hooggeroemd in eeuwigheid.
Geloofd zijt Gij op uw koninklijke troon, hooggeprezen en
hooggeroemd in eeuwigheid.
Geloofd zijt Gij in het firmament van de hemel, geprezen en
hooggeroemd in eeuwigheid.
Loof de Heer, al zijn werken prijs en roem Hem zeer in eeuwigheid.
Hemelen, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in eeuwigheid.
Engelen van de Heer, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Al het water boven de hemel, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer
in eeuwigheid.
Heel het hemelse heer, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Zon en maan, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in eeuwigheid.
Sterren aan de hemel, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Regen en dauw, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Alle winden, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Vuur en hitte, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Koude en vorst, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Dauw en sneeuwjacht, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
IJs en koude, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Grijp en sneeuw, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Nachten en dagen, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Licht en duisternis, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Bliksems en wolken, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Aarde, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in eeuwigheid.
Bergen en heuvelen, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Al wat op aarde groeit, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer
in eeuwigheid.
Bronnen, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in eeuwigheid.
Zeeën en stromen, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Zeemonsters en al wat in het water leeft, loof de Heer, prijs
en roem Hem zeer in eeuwigheid.
Alle vogels in de lucht, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer
in eeuwigheid.
Alle wilde en tamme dieren, loof de Heer, prijs en roem Hem
zeer in eeuwigheid.
Mensen, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in eeuwigheid.
Israël, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in eeuwigheid.
Priesters, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in eeuwigheid.
Tempeldienaren, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer in
eeuwigheid.
Rechtvaardigen, loof de Heer met hart en ziel, prijs en roem
Hem zeer in eeuwigheid.
Vromen en nederigen van hart, loof de Heer, prijs en roem Hem
zeer in eeuwigheid.
Chananja, Azarja, Misaël, loof de Heer, prijs en roem Hem zeer
in eeuwigheid,
want Hij heet ons ontrukt aan de onderwereld en ons gered uit de greep van de
dood; Hij heeft ons bevrijd uit de laaiende oven en verlost van het vuur.
Dank de Heer, want Hij is goed, en zijn barmhartigheid duurt
eeuwig.
Allen die de Heer vreest, loof de God der goden, prijs en dankt
Hem, want zijn barmhartigheid duurt eeuwig.
Ook het lied van David, psalm 148 doet hetzelfde.
Alle lof aan God! Loof de Heer vanuit het hemelgewelf, loof Hem, jullie
in den hoge; loof Hem, koor van zijn engelen, loof Hem, koor van zijn
hemelse scharen. Loof Hem, zon en maan, loof Hem, heir van lichtende
sterren; loof Hem, hemel der hemelen, en jij water die de hemelen omgeeft. Alles
looft de naam van de Heer: Hij gebood en het al was geschapen, dat Hij vestigde
voor altijd en eeuwig, met een maatgang, niet te verbreken. Loof de Heer, jullie
hier op de aarde: zeegedrochten in uw baaierd van water, vuur en hagel,
wolken en sneeuw, stormwind die zijn bevelen opvolgt; jullie bergen en heuvelen
tezamen, vruchtbomen en cederenwoud; jullie dieren in het wild, in het
veld, kruipende dieren en gevederde vogels. Jullie aardse koningen, jullie
volkeren, vorsten, machthebbers van de wereld; jonge mannen en jullie,
jonge meisjes, jong en oud samen: laat hen de naam van de Heer loven. Want zijn
naam alleen is hoogverheven, zijn luister tooit de aarde en de hemel. Hij
doet de hoorn van zijn volk rijzen, tot een lofzang voor al zijn getrouwen: de
kinderen Israëls, het volk van zijn nabijheid. Alle lof aan God!
Luisa gebruikte deze
benadering, niet omdat ze de H. Schrift kende zoals wij of theologen, maar omdat
Jezus het haar leerde. Waarover gaat de goddelijke wil? Daniel ging door de
kosmos in geestelijke zin. Ook David ging door de kosmos in geestelijke zin. De
H. Franciscus van Assisi deed hetzelfde in zijn zonnelied:
Allerhoogste, almachtige, goede Heer,
van U zijn de lof, de roem, de eer en alle zegening
U alleen, Allerhoogste, komen zij toe
en geen mens is waardig U te noemen.
Geloofd zijt Gij, mijn Heer, met al uw schepselen,
vooral heer broeder zon,
die de dag is, en door wie Gij ons verlicht.
En hij is mooi en stralend met grote luister.
Van U, Allerhoogste, draagt hij het zinnebeeld.
Geloofd zijt Gij, mijn Heer, door zuster maan en de sterren.
Aan de hemel hebt Gij ze gemaakt, schitterend, kostbaar en mooi.
Geloofd zijt Gij, mijn Heer, door broeder wind
en door de lucht en de wolken, het helder weer en ieder
jaargetijde, waardoor Gij uw schepselen in leven houdt.
Geloofd zijt Gij, mijn Heer, door zuster water,
die heel nuttig is, nederig, kostbaar en kuis.
Geloofd zijt Gij, mijn Heer, door broeder vuur,
door wie Gij voor ons de nacht verlicht.
En hij is mooi en vrolijk, stoer en sterk.
Geloofd zijt Gij, mijn Heer, door zuster aarde,
onze moeder die ons in leven houdt en leidt
en allerlei gewassen met kleurige bloemen en kruiden voortbrengt.
Geloofd zijt Gij, mijn Heer,
door hen die vergiffenis schenken door uw liefde,
en ziekte en verdrukking dragen.
Gelukkig zij die dat dragen in vrede,
want door U, Allerhoogste, zullen zij worden gekroond.
Geloofd zijt Gij, mijn Heer,
door onze zuster de lichamelijke dood,
waaraan geen levend mens ontsnappen kan.
Wee hen die sterven in doodzonde.
Gelukkig wie zij aantreft in uw allerheiligste wil,
want de tweede dood zal hun geen kwaad doen.
Loof en zegen mijn Heer
en dank en dien Hem met grote nederigheid.
Hoe waren de cycli van Luisa van de schepping anders dan
deze van Daniel, David en Franciscus? Luisa ging door de schepping gelijkaardig
aan het patroon in de H. Schrift. God verheerlijken, aanbidden, prijzen en
danken in en door de schepping. Theologisch is dit het verschil betreffende
tijd en ruimte. Ik geef jullie 3 adjectieven: eindig, oneindig en eeuwig. Wat
is het verschil? Eindig heeft een begin en een einde. Eindig zijn schepselen
zoals planten. Oneindig heeft een begin maar geen einde. Zoals wij oneindige
schepselen. We gaan op het einde naar de Hemel of de Hel en we leven voort.
Eeuwig heeft geen begin en geen einde. Enkel God is eeuwig. Alle engelen,
Maria, wij zijn oneindig. God is dus eeuwig, wij zijn oneindig. Redeloze wezens
zijn eindig.
Wanneer Daniel, David en Franciscus baden waren hun gebeden
samengedrukt in het eindige. Schepselen, wezens en andere elementen waren God
aan het aanbidden enkel gedurende hun levensduur. Wanneer we bidden in de
goddelijke wil doet God dit in ons door Jezus, die eeuwig is. Hij smolt twee
naturen, het menselijke en het goddelijke tezamen. Het wordt een hypostatische
vereniging genoemd in theologie.
Uit www.gotquestions.org
: De hypostatische vereniging is de term die gebruikt wordt om te
beschrijven hoe God de Zoon, Jezus Christus, een menselijke gedaante aannam,
maar toch tegelijkertijd volledig God bleef. Jezus was altijd al God geweest (Joh
8:58; 10:30), maar tijdens de incarnatie nam Jezus een menselijke vorm aan –
Hij werd een menselijk wezen (Joh 1:14). De toevoeging van de menselijke aard
aan de Goddelijke aard is Jezus, de Godmens. Dit is de hypostatische
vereniging, Jezus Christus, één Persoon, volledig God en volledig mens.
Deze twee aspecten van Jezus, menselijk en Goddelijk, zijn onafscheidelijk.
Jezus zal voor altijd de Godmens zijn, volledig God en volledig mens, twee
verschillende naturen in één Persoon. De menselijkheid en de Goddelijkheid van
Jezus zijn niet gemengd, maar verenigd zonder de afzonderlijke identiteiten te
verliezen. Jezus had twee naturen, maar was slechts één persoon of
persoonlijkheid.
De leer van de hypostatische vereniging is een poging om uit te
leggen hoe Jezus tegelijkertijd zowel God als mens kon zijn. Maar uiteindelijk
is het een doctrine die wij nooit volledig zullen kunnen begrijpen. Het is voor
ons onmogelijk om volledig te bevatten hoe God te werk gaat. Wij zijn beperkte
menselijke wezens en kunnen niet verwachten dat wij een oneindige God kunnen
begrijpen. Jezus is Gods Zoon omdat Hij door de Heilige Geest werd verwekt (Lucas
1:35). Maar dat betekent niet dat Jezus niet bestond voordat Hij verwekt werd.
Jezus heeft altijd al bestaan (Joh 8:58; 10:30). Toen Jezus verwekt werd, werd
Hij een menselijk wezen, naast het feit dat Hij al God was (Joh 1:1,14).
Jezus is zowel God als mens. Jezus is altijd God geweest, maar Hij werd pas een
menselijk wezen toen Hij in Maria werd verwekt. Jezus werd een menselijk wezen
zodat Hij zich met onze beproevingen kon identificeren (Hebr 2:18), maar nog
belangrijker zodat Hij aan het kruis kon sterven om de straf voor onze zonden
te betalen (Filip 2:5-11). Samengevat leert de hypostatische vereniging ons dat
Jezus volledig menselijk én volledig Goddelijk is, dat er geen vermenging of
verzwakking van één van deze naturen bestaat, en dat Hij voor eeuwig één
verenigd Persoon is.
Een eindige handeling, dat een begin en een einde heeft,
zoals het oppakken van een boek en het neerleggen is een handeling. Dat is een
eindige handeling. Wanneer Jezus onze menselijke natuur aannam werd elke
handeling die Hij deed eeuwig. Het was gefusioneerd met zijn goddelijke natuur
en maakte Hij het eeuwig. Hij verleende de eindige handeling een oneindige
kwaliteit. Dat werd gedaan met de verlossing. Daarom verloste hij degenen in
het verleden, het heden en de toekomst. Want Hij alleen is eeuwig. Hij kan in
het verleden en de toekomst gaan. Laten we dat toepassen op de gebeden van
Luisa. Wanneer zij de gebeden deed in de goddelijke wil volgden ze hetzelfde
patroon als Daniel en David. Maar eens de goddelijke wil in haar komt, doet de
Drie-eenheid het. Daarom hebben haar gebeden niet alleen een impact op de
schepselen van haar tijd, maar in het verleden, het heden en de toekomst. Dat
is het verschil om te leven in de goddelijke wil volgens Luisa en de heiligen
in het verleden die baden in conformiteit met Gods wil. Ze waren enkel in staat
om impact te hebben op mensen en schepselen van hun tijd. Jezus zegt tot Luisa:
als mijn goddelijke wil niet het drijvende kracht was achter mijn menselijke
handelingen, zou mijn verlossing beperkt zijn geweest tot een paar generaties.
Waarom een paar generaties en niet 1? Omdat zijn levensduur ging van
grootouders, ouders en kinderen, dat zijn drie generaties. En Christus’ licht
had tot daar beperkt geweest als de goddelijke wil er niet had ingezeten.
God gebruikt de vrouw om zijn vijand, de duivel te
verslaan. Nadat Adam en Eva waren gevallen, gaf God het eerste proto-evangelie
of de eerste aankondiging van redding. Hij zei dat Hij uiteindelijk een
verlosser zou zenden:
Genesis 3:15 (Jahwe God tot de slang) Vijandschap sticht ik tussen
u en de vrouw, tussen uw kroost en het hare. Het zal uw kop bedreigen, en gij
zijn hiel!
Het was de toekomstvoorspelling dat de toekomstige
Verlosser geboren zou worden uit Maria en de zonde en satan zou verslaan door
zijn verrijzenis. In het boek Openbaring 12 vinden we haar terug. Het begint in
het eerste boek Genesis en in het laatste boek Openbaring.
Openbaring 12:1 en volgende En er verscheen een groot teken aan de
hemel: een vrouw, bekleed met de zon, de maan onder haar voeten en op haar
hoofd een kroon van twaalf sterren. Zij was zwanger en kreet in haar weeën
en barensnood. Toen verscheen aan de hemel een ander teken: een grote,
vuurrode draak. Hij had zeven koppen en tien horens, en op elke kop een
diadeem. En zijn staart vaagde een derde deel van de sterren des hemels weg en
wierp ze op de aarde. En de draak stond voor de vrouw die zou baren, om zodra?
zij gebaard had, haar kind te verslinden. En zij baarde een kind, een
zoon, die alle volken zal weiden met een ijzeren staf.
|