Na een nipt gemist podium op het BK Middel van 14 dagen geleden op de Lommelse Sahara was het dan vandaag wél prijs. Geen Hoofdprijs, daar is Fabien Pasquasy té outstanding voor, maar een mooie tweede plaats, voor spurtkanon/spurtlegende Pieter Hendrickx heb ik wel in de wacht kunnen slepen. Het parcours was te gemakkelijk en dus te weinig slectief voor een BK. Veel tijd heb ik niet laten liggen, hoogstens 20" links en 5" rechts. In de laatste meters kon ik me richten op de rug van de voor mij gestarte Michel Bastin, en net dat mikpunt heeft mij de luttele seconden opgeleverd om Pieter Hendrickx in zijn gekende laatste honderden meters de loef af te steken. Hooray!!
Volgende doel is het militair BK Veldlopen in Schaffen, midden december. Voordien is training en Spielerei troef!
CISM (militair wereldkampioenschap) Noorwegen, 16-21 aug
De voorbereiding was wat lichter geweest dan andere jaren. Hoofdbetrachting was me tijdens de wedstrijd van begin tot einde te concentreren op de kaart, en net dat was dit jaar al vaker mijn zwak punt gebleken. Evident achtte ik het niet, want door minder te trainen, was de motivatie iets verder zoek, en met de motivatie was ook de focus wat zoek. Dus zat er maar één ding op, instant concentratie, op de dag van de wedstrijd. En alzo geschiedde, zowel op de middel als op de lange afstand koos ik voor zekerheid. Ik koos niet de snelste wegkeuzes maar ging voor de eenvoudigere, de veiligere, met meer houvast, beter aanvalspunt en stoplijn. En hoera, met nergens verloor ik meer dan een minuut. Er waren wel wat foutjes, maar die waren eerder van om en bij de 30-45seconden. Op de middel had ik wel de indruk ontzettend traag gewerkt te hebben en dus geen goed resultaat neergezet te hebben, maar op het resultatenbord verscheen ik als 1e Belg, een 57e plaats, wat tevens mijn beste resultaat is buiten de twee erg goede prestaties in 2004 op min of meer thuisterrein Nederland. Van de lange afstand was ik meer tevreden, heel erg gefocust, al was het resultaat net ietsje minder. 60e.
Tijdens de aflossing waren de benen erg moe en het was bengelen aan de groep om niet te lossen. De concentratie leed amper onder de vermoeidheid, maar perfect kaartcontact was er niet. Tijdens een moment van onoplettendheid trapte ik in de val van de parralelfout en weg was de groep. Mijn eindtijd was nog schappelijk, 2e tijd van de Belgen, maar het voelde aan als een slechte wedstrijd.
Al bij al was het een goede CISM voor mij. Alleszins een opsteker in het jaar dat niet het mijne was tot nu toe.
Reeds vroeger tijdens het jaar maakte ik me sterk eindelijk eens op visite te gaan bij de in de Pyreneeën gehuisveste vader, tevens dienst doende als sponsor. Een fiets zou me daar opwachten op in de bergen mijn cardiovasculair stelsel en mijn beenspieren ernstig op de proef te stellen. Vadertje lief had een koersfiets in full carbon voor mij in petto, en dat verdubbelde mijn enthousiasme al op slag. Na eerst wat rustige fietstochtjes en loopuitjes in het glooiende Pyreneeënlandschap moest en zou ik me aan een col buiten categorie. De voorgaande hellingen waren soms wel eens een kilometer of 6-7 lang, met hier en daar een steiler knikje, maar in de problemen raken was er niet bij. De goesting om op echte historische flanken te zwalpen, of eerder te trotseren zonder te zwalpen (dé illusie), groeide. De gastheer in kwestie had me al toevertrouwd dat de Col De Pailheres een heel lastige klim is, die hij, man die toch een 4-tal tochten per week in de Pyreneeën afhaspelt, met die carbonfiets niet bovenkomt. Die fiets is immers uitgerust voor vlakke ritten, met twee standaardplateaus vooraan, en dus niet geschikt voor echte kanjers van bergen. Daarvoor gebruikt mijn vader zijn andere fiets, met 3 plateaus vooraan, en een andere cassette achteraan. De tocht bedroeg zon 80km, en daar waar mijn vader (Onze Voadere!) eerder dit jaar vertrok langs de ¨Pailheres nadien moest afstappen op de wat kortere maar toch ook lastige Cioula, die op het einde van zijn tocht lag, vertrokken we nu aan de voet van de Cioula, zodat de Paillheires tot het einde van de rit werd bewaard.
De Cioula, zon 8km klimmen met steilste stukken van om en bij de 8% kreeg mijn tempo voort eerst onder de 15km/hr. Het kleinste verzet dat op mijn fiets zat bleek nog wat groot voor de zwaarste stukken, maar in de problemen kwam ik niet. Mijn voordien nog zo grote zelfverzekerdheid om die col buiten categorie te temmen met vingers in de neus slonk echter heel snel op die Cioula. De lastigste kilometer van die Cioula zou overigens overeenkomen met het gemiddelde stijgingspercentage van de 15km lange Pailheres. Onze Voadere, die ook wel altijd te vinden is om een grap, liefst eentje waarbij iemand bij de neus te nemen valt, zei me dat er in de komende kilometers, tussen de twee cols, een helling was van 15%, 300m lang een molshoop, dacht ik, en daar aangekomen trok ik een eerste verdappering uit mijn zakske cartouchen, maar al gauw merkte ik dat het een klim van enkele kilometers was met onderaan een steil stuk van 15%. Dankuwel, Voadere, één onnodige cartouce verschoten, quadriceps nu al een graad gevoeliger.
Aangekomen aan de Pailheres polste ik nog even:Waar ligt het steilste stuk? De schijnheiligaard toverde zijn heiligste glimlach tevoorschijn en sprak de wijze woorden:Dat zult ge wel zien tegen dat ge boven zijt. Hij schakelde onmiddellijk naar zijn kleinste verzet en trapje rondje als hij een slazwierder nabootste:Tot straks. Ik meende nog zo lang mogelijk bij hem te blijven, maar het kleinste verzet op mijn fiets maakte van mij geen kwieke slazwierder, maar een lome betonmolen. Stilletjes reed ik dan maar weg, kwestie van er toch een aanvaardbare trapfrequentie op na te houden. 3km gedaan, snelheid daalt onder 15km/hr. Nog 2x 3km, dan zit ik aan 9, daar nog eens 3 bij, en die laatste 3 zullen dan wel gaan, die col wordt een makkie. Kilometer 5, voor het eerst toont een bordje aan de zijkant dat de komende kilometer 8% stijgt, het gemiddelde van de col. Alle voorgaande kilometers waren vlakker dan het gemiddelde. De steile stukken zullen dus nog komen. De wind zit grotendeels pal in het aangezicht, de eerste haarspeldbochten glijden tergend langzaam onder mijn wielen door, en mijn benen vragen voort eerst voor een kleiner, lichter verzetje. Mijn snelheid daalt naar 12km/hr en halfweg de beklimming besef ik dat de helft afgelegd zoveel betekent als nog de helft af te leggen. Twijfel steekt de kop op. Een wat vlakker stuk, ogenschijnlijk bergaf, noemt papa het, verlicht het werk, maar enige gereserveerdheid (zeg maar pijn) raadt me aan om het zelfde tempo aan te houden en niet onnodig te verdapperen.
De berg knikt een knik naar boven, mijn hoofd knikt ook. Buigt. Er komen nu immens steile stukken aan en de kleine extra efforts die je nodig hebt om de haarspeldbochten te nemen zijn onvindbaar in mijn spieren. Ik ben nochtans een ervaren speurneus voor dergelijke extra reserves. Niets. De weg staat vol aanmoedigingen voor historische berggeiten, alsook voor zij die nooit berggeit zouden worden, maar vooruit geschreeuwd worden om op de Champs Ellysées voor het groen te kunnen spurten. De pijn in mijn traag draaiende spieren is intussen immens, zeg maar onhoudbaar. De kilometerteller schommelt rond 8km/hr met een dieptepunt op 6,5km/hr. Wandeltempo. Wankeltempo. Voortdurend komt een zelfde beeld in me op, opschriften op de weg: U dopeert toch ook?, Doping, al eens overwogen?, De apotheker, uw vriend! Ze staan er niet echt, maar het is het enige wat ik kan denken, naast de pijn en de schreeuw om een kleiner verzet. Ik tracht mezelf op te peppen met woorden als 5km per fiets is niet veel, maar de wiskunde zet me met beide voetjes snel weer op de grond als ik een blik op mijn snelheidsmeter werp. Traagheidsmeter? Het enige hoopgevende, Herr Delobel himself rijdt een heel eind achter me. Is in de diepte nergens te bespeuren. Ik trek me op aan de gedachten dat andere, niet-ervaren fietsers hier zijn boven geraakt met een mindere conditie, weliswaar met aangepaste versnellingen. Encore 100m, roept een inboorling. Ik staar scheel voor me uit, tussen de zweetdruppels door, en zie nergens iets wat de top moet zijn. De dénivelé!, vervolmaakt hij zijn zin, die waarschijnlijk zijn standaardgrap is waarmee hij dagelijks tientallen fietsers beetneemt en vervolgens plat ligt om zijn onsterfelijke situatiehumor. Het kwam hard aan, maar toch, dat wil zeggen dat de laatste kilometer begonnen was en dat ik al 1300m gestegen had.
Zwoegend kom ik boven, met trillende benen. Even later komen langs de andere kant twee ervaren Vlaamse fietsers boven die de berg voor de tweede keer die dag waren opgefietst. Eén van hen werpt een blik op mijn fiets: ah, een Vlaming, en nauwelijks 2 later voegt hij eraan toe:met die fiets, die versnellingen, daar geraken wij ook niet mee boven hoor vriend. Later die avond, met tintelende benen, las ik in een interview dat Jurgen VDB, onze nationale held van Tour 2010, de Tourmalet afdoet als een makkelijke, gezapige beklimming, maar die Pailheres, die is zóóó steil op het einde, dat is een echte klootzak. Waar ik me als het ware een slappeling voelde tijdens de beklimming, merk ik achteraf dat mijn prestatie misschien toch ook weer niet zo slap was, de wijze woorden van die andere ervaren coureurs (profs of niet) in acht genomen. Het smaakte alleszins naar meer, maar dan wel met een aangepaste fiets.
Na een periode van aangekondigde radiostilte zijn we er weer met een korte samenvatting van wat zich allemaal afspeelde afgelopen zomer. Na de EOC was de motivatie een beetje zoek, zeker gezien de zomer jaarlijks de nodige festiviteiten en een natuurverschijnsel genaamd terrasjesweer met zich meebrengt. Een lege batterij van mijn polar was daarenboven hét teken om de trainingen puur op gevoel te doen. Dat leidde tot eens een training van 40 die er 60 mochten zijn, ook eens in een uitje van 1 uur 45 terwijl ik het veel korter inschatte en te midden de Gentse Feesten een training langsheen enkele Gentse vrienden waar ik een glas water combineerde met een vriendenbezoek en zo uitkwam op een erg lange, rustige training. Daarnaast, als voorbereiding op het zwaardere Noorse terrein speelde het merendeel van de trainingen zich af op de trappen van de Kesselberg, gecombineerd met wat fitnessen en wat fietsen.De hoofdidee was met een aanvaardbare algemene conditie naar Noorwegen te trekken voor het militair WK om ginds vooral op de rust en concentratie te focussen en wat minder hard van stapel te lopen dan voorheen. Ietsje minder gefocust op het fysieke, en iets relaxter in de voorbereiding en we zien wel waar we uitkomen was het motto.
radiostilte tijdens de hittegolf en start van de zwoele zomer
Dat het een tijdje stil is op de blog wil niet zeggen dat er niet getraind wordt, al blijven de lopende kilometers erg beperkt bij deze verschroeiende hitte. De lopende kilometers hebben de afgelopen 2 weken wat meer plaatqs gemaakt voor fietsende kilometers en krachttraining. Het is zomer en dat betekent uietraard ook dat er plaatsen zijn waar het beter vertoeven is dan achter de PC om de blog dagelijks bij te houden, vandaar, ik geniet wat meer van de vrije tijd en het warme weer.
Ticket richting Noorwegen komt nu wel heel dicht bij
Afgelopen woensdag werd er onder militaire ploeg een selectiewedstrijd voor de CISM (Militair WK) gehouden. 8 lopers zouden er strijden voor een plaatsje in de delegatie van 6 atleten die ons land mag vertegenwoordigen in Noorwegen eind augustus. Een geblesseerde Claes verscheen niet aan de start en Fiston Heun was die dag Detachementscommandant voor zijn eenheid op de mars van de vriendschap (MESA), for god's sake. de opdracht was eenvoudig, had ik voor mezelf uitgemaakt, geen onnodige risico's pakken, op safe lopen, en dan kkon er niet vele verkeerd lopen. En alzo geschiedde. Het was en vrij heuvelachtige kaart met veel paden, en dus veel houvast. Grote fouten leken bijna onmogelijk door het dichte padennetwerk. In het groene gebladerte verloor ik wel 3x wat tijd, maar niet erg veel. Dat resulteerde in een tweede tijd, 37 seconden trager dan Geert Simkens, 7 minuten sneller dan Benjamin Anciaux, en 9 minuten sneller dan Jo Linten en Gunter Deferme. Of ik daarmee rechtstreeks geselcteerd ben weet ik niet, maar feit is dat die CISM me nu nog nauwelijks kan ontsnappen. Na de drukke periode met EOC en afgelopen weekend Jukola was deze week vrij rustig. De riem eraf, weet je wel. Een uurtje fitness, de selectiewedstrijd, op donderdag was het mijn beurt om mijn 32km te gaan stappen (in volle zon in militair kledij, toch altijd een beetje een belasting voor de spieren en voeten) en gisteren vrijdag ben ik als chauffeur-bevoorrdader mee geweest naar het Belgisch militair kampioenschap wielrennen. Vandaag staat er een MTB-tocht van 2uur op het programma en morgen zou de kesselberg nog eens onder mijn voeten mogen geschoven worden.
Ticket richting Noorwegen komt nu wel heel dicht bij
Afgelopen woensdag werd er onder militaire ploeg een selectiewedstrijd voor de CISM (Militair WK) gehouden. 8 lopers zouden er strijden voor een plaatsje in de delegatie van 6 atleten die ons land mag vertegenwoordigen in Noorwegen eind augustus. Een geblesseerde Claes verscheen niet aan de start en Fiston Heun was die dag Detachementscommandant voor zijn eenheid op de mars van de vriendschap (MESA), for god's sake. de opdracht was eenvoudig, had ik voor mezelf uitgemaakt, geen onnodige risico's pakken, op safe lopen, en dan kkon er niet vele verkeerd lopen. En alzo geschiedde. Het was en vrij heuvelachtige kaart met veel paden, en dus veel houvast. Grote fouten leken bijna onmogelijk door het dichte padennetwerk. In het groene gebladerte verloor ik wel 3x wat tijd, maar niet erg veel. Dat resulteerde in een tweede tijd, 37 seconden trager dan Geert Simkens, 7 minuten sneller dan Benjamin Anciaux, en 9 minuten sneller dan Jo Linten en Gunter Deferme. Of ik daarmee rechtstreeks geselcteerd ben weet ik niet, maar feit is dat die CISM me nu nog nauwelijks kan ontsnappen. Na de drukke periode met EOC en afgelopen weekend Jukola was deze week vrij rustig. De riem eraf, weet je wel. Een uurtje fitness, de selectiewedstrijd, op donderdag was het mijn beurt om mijn 32km te gaan stappen (in volle zon in militair kledij, toch altijd een beetje een belasting voor de spieren en voeten) en gisteren vrijdag ben ik als chauffeur-bevoorrdader mee geweest naar het Belgisch militair kampioenschap wielrennen. Vandaag staat er een MTB-tocht van 2uur op het programma en morgen zou de kesselberg nog eens onder mijn voeten mogen geschoven worden.
Met twee dagen vertraging komt er dan toch een verslagje van de Jukola van afgelopen weekend. Vooraf werd aangekondigt dat het decor waar de wedstrijd zich zou afspelen zich zou lenen tot een heroïsche strijd met legendarische verhalen. Echte Finse wildernis, vol struikgewas en zonder paden. Ik hoorde wel wat ze met die boodschap bedoelden, maar of het goed en wel zou doordringen was alsnog de vraag. Om 23hr werd het peloton het bos in geschoten en een kleine 3 uur later zou het mijn beurt zijn. Terwijl ik rond middernacht nog even in de tent lag te rusten om me daarna klaar te maken hoorden we over de wedstrijdradio dat Daniel stenlund, onze 1e loper van IF BRAHE na bijna 8km op kop hing. Hij knipte als allereerste de TV-post. Kolkend bloed, zenuwen, euforie, ongeloof, er spelt zich vanalles in je af op enkele seconden na dat bericht. bij zijn aankomst had Daniel wel wat tijd verloren (40"), maar hij zat bij de kopgroep. Vesa klampte nog lang vrij goed aan (op zo'n 6-7' van de leiders, maar op het einde moest hij ze wegens vermoeidheid laten gaan. Ik vertrok met 15' achterstand. Dat ik plots toch langer moest wachten dan wat ik het laatste uur had verwacht bracht me uit concentratie. Ik had me er mentaal op voorbereid in een goede positie mee te proifiteren van een groepje, maar helaas vertrok ik alleen. Ik was wat ontregeld en wist niet goed hoe het nu aante pakken, taktisch gezien. bij post 1, 3, en 6 liep het grondig mis. De wildernis zonder paadjes houdt in dat je, eens de weg kwijt, je niet terug vindt, zeker niet in de dockere nacht en in het donkere struikgewas. Nog voor halfweg had ik 30' verloren op de koplopers. In de resterende 6km kwam ik wel tussen andere lopers terecht, zoals ik gehoopt had, en al controlerend heb ik daar dan de juiste uitgepikt, of wanneer nodig mijn eigen post eruit geplukt als zij een andere post hadden. Ik verloor tussen kilomet 5 en 7 nog 3' op de leiders (wat al een enorme verbetering was), en in de laatste 4km verloor ik slechts 1'. Conditioneel was er niets op aan te merken, maar helaas was het begin te moeilijk. Het is enigszins een verzachtend dat ook vele internationale sterren flink de mist in gingen, en zelfs mindere sterren, want eerlijk is eerlijk, met de trainingsfaciliteiten die wij Vlamingen thuis hebben moeten we ons niet schamen als we op een dergelijke kaart wat te kort komen. Ik bedekn overigens dat ofwel de massastart (zoals in 2005, 2006, 2007) met beter ligt, ofwel een been later in de wedstrijd, bij daglicht.
Gezien er een reuzediscussie of -storm heeft gewoed rond de fysieke test met de nodige voor- en tegenstanders heb ik uiteraard op de EOC de ndoige vaststellingen gedaan met betrekking tot. Ik had zelf de Vlaamse seniorploeg geïnformeerd over het bestaan van loopoefeningen, die, vooleid naast uw gewone conditietraining, uw loopefficiëntie verhoogt en vooral uw snelheid op goed beloopbare ondergrond aanzienlijk kan verhogen. Volgens mij nog steeds verplicht voer voor al wie naar een WK of EK wil. Tegenstanders van de fysieke test waren dan ook niet overtuigd van het nut van een verbeterde loopefficiëntie en een hoger tempo op lichte ondergrond, aangezien een oriëntatieloop hoofdzakelijk op zwaardere ondergrond wordt betwist. Mijn vaststellingen op het EOC waren dat vele landen weldegelijk gelijkaardige oefeningen doen. - Tijdens de opwarming bij de sprint zag ik meerdere lopers en loopsters gevorderde loopoefeningen doen. Het feit dat het reeds gevorderde oefeningen zijn laat ons raden dat ze er meer kaas van gegeten hebben dan enkel wat skippings en hielen hebben. Btw, de uitvoeringen die ik zag waren technisch erg goed. - De Deense Maja Alm, brons op de sprint en fysiek niet de sterkste van de sprint, maar wel meer dan degelijke middenmoter, deed eerder deze week een 5000m in 17'09. Zonder aan je loopsnelheid (-techniek) kom je daar niet, als vrouw, denk ik. - Er waren tal van kijkposten (finale middle en lang, aflossing) waar ik mijn looptechnische ogen de kost heb gegeven. De soeplesse die het merendeel van de lopers daar etaleert (snelle en hoge hielheffing, snelle soepel pas) bekomt bij ons in Vlaanderen enkel Pieter natuurtalent Hendrickx zonder specifieke oefeningen, maar hij heeft die spoeplesse wel verworven door jaren op snelheid te trainen.
Als we mee willen met het moderne oriëntatielopen, op internationaal vlak, dan moeten we naast onze kracht ook onze looptechniek ontwikkelen, dat leidt geen twijfel. Aan de tegenstanders van de fysieke test nog dit, ik ben gen voorstander van enkel aan uw loopsnelheid te werken, laat dat duidelijk zijn. krachttraining, alternatieve training, en noem maar op zijn eveneens belangrijk, maar een beetje looptechniek vraagt weinig tijd in uw trainingsweek en het is geen killertraining die de rest van uw weekprogramma ondermijnt.
Afgelopen vrijdag deed ik één van de typetrainingen die ik de komende maanden nog gepland heb, namelijk deze waar loopoefeningen een eerder conditioneel karakter krijgen. Twee dagen ervoor had ik al eens lang in de fittnesszaal gezeten waar de bovenbenen het te verduren kregen, en dat had ik op donderdag gevoeld tijdens eenvoudige, lichte loopoefeningen. Vrijdag hoopte ik dus geen storende vermoeidheid van woensdag meer te merken, en hoera hoera, mijn wensen werden gehoord. Ik trok naar de piste alwaar ik op de onpare hoeken van het veld 3x 25m skippings deed en op de pare hoeken deed ik stabilisatieoefeningen. Na enkele ronden werdern de skippings vervangen door andere oefeningen. De loopoefeningen moesten uiteraard erg dynamisch uitgevoerd. De afstand was vrij lang, waardoor telkens de 3x lengte wel erg lastig werd om niet te verzwakken wat betreft snelheid en uitvoering. Zaterdag stond de tweede krachttraining voor de benen op het menu, zij het deze keer niet in een zaaltje, maar op de trappen van de Kesselberg. De 70m-hoge berg is in het eerste deel bezaaid met onregelmatige trappen, en het tweede, kortere deel is nog een pad dat aardig omhoog loopt. In de afgelopen jaren deed ik de trappen zo'n 3 à 5 keer na elkaar om vervolgens de training verder te zetten. nu trok ik ernaartoe om me gedurende 40' bezig te houden met de met trappen bezaaide flank. Met twee pauzes van 4' na de 4e en de 8e bracht ik het toaal op 12 beklimmingen. Het mag gezegd, tijdens de laatste twee-drie beklimmingen was het vet van de soep en de gelaatstrekken waren niet om over naar huis te schrijven, noch per priorpost, noch per postduif. Op de historische 13e juni -historisch voor de Belgische politiek, Bart Delobel mocht immers bijzitter spelen, en of 'm dat lag!- kregen de benen de verdiende rust, na het harde labeur van daags voordien. Vandaag, maandag, trok ik er met een groep op uit voor een mountianbiketocht van een kleine 30km, en morgenochtend doen we hetzelfde met een andere groep. De quadriceps worden duidelijk iets meer belast dan voorheen, en dat is zoals reeds aangehaald volledig volgens plan. Donderdagochtend vertrek ik naar de Jukola, waar ik eerst nog wat zal trainen en zaterdagnacht loop ik dan voor IF Brahe het 3e been...
De laatse EOC-race ligt alweer 5 dagen achter ons, en de 5 à 6 weken voordien waren wedstrijdweken waar amper nog iets anders gedaan werd dan loslopen, rusten en wedstrijd lopen. Vandaar dat de zin om er weer met een soort nieuwe start tegaan te gaan zich niet langer kon verschuilen. In de afgelopen maanden heb ik me vrij weinig op kracht geconcentreerd, en in Bulgarije zag ik toch maar weer eens dat je zowel snel moet zijn -wat vliegen die lopers daar toch hard aan die kijkposten, precies een veldloop type korte cross- als dat je krachtig moet zijn. Dat laatste niet enkel om bergop te lopen, maar ook om door het hobbelige terrein te lopen. Niet dat ik dat niet wist, maar door af en toe mijn weken slecht, en vooral te enthousiast te plannen, vielen hoofdzakelijk die trainingen in het spreekwoordelijke water. In de aanloop naar de CISM in Noorwegen zal de klok anders slaan. De basisconditie moet onderhouden worden, maar de kilometers mogen teruggeschroefd. Fietsen of mountainbiken kan ook al eens. Het aandeel van de krachttrainingen gaat gevoelig de hoogte in, met zowel stabilisatietraining, als ander fitnesswerk, maar ook de loopvarianten zoals trappen, loopsprongen bergop, ... De soeplesse en snelheid in het lopen wordt in de vorm van loopoefeningen gegoten. Daar waar voordien de oefeningen enkel gericht waren op de loopefficiëntie (korte oefeningen, weinig herhalingen), is het nu het plan om de oefeningen een conditioneel karakter te geven. Dat wil zeggen dat bijvoorbeeld skippings meermaals herhaalde worden, over een langere afstand, en zonder aan de juiste uitvoering in te boeten. De oefeningen krijgen een intervalkarakter, waardoor de weerstand ook aangesproken wordt, en waar door de spieren die deze bewegingen aanvoeren erg getraind worden. Ik ben zelf benieuwd of het plan ook daadwerkelijk zal gevolg worden en of ik met andere woorden een realistisch programma opstel, rekening houdend met de eigen persoon (fysiek en mentaal). De volle goesting is er alleszins...
Nu de EOC als grootste doel van het jaar erop zit is het eventjes analyseren en rusten geblazen. Analyseren van wat goed en niet goed was, zowel tijdens het kampioenschap zelf als tijdens de voorbereiding en de mogelijke oorzaken en oplossingen voor de tekortkomingen nagaan. Zowel mentaal als fysiek. Uitrusten wil niet zeggen dat er niet gesport wordt, maar dat het eventjes over een andere, meer ontspannen boeg gegooid kan worden. Over 11 dagen loop ik de Jukola, een grote wedstrijd die in de nasleep van het EOC mee in mijn piekperiode past. Tijdens het EOC heb ik enorm veel nagedacht over de essentie, mijn mogelijkheden en beperkingen, mijn technische vaardigheden en zwakke punten, net als de mentale kant. Soms nam dat gepieker een te grote plaats in tijdens het EOC, in die mate dat ik tijdens de opwarming aan het tobben was in plaats van geconcentreerd te zijn, en wanneer ik dan even in de fout ging tijdens de wedstrijd, ging ik er alweer over nadenken. Er is dus wel wat oplapwerk aan de winkel om tegen de Jukola mijn gedachten 100% bij de wedstrijd te kunnen houden. Het in Arlon gekazerneerd zijn brengt duidelijk een isolatie mee die mentaal zwaar is. Het feit elke training alleen te moeten doen en geen vrienden te zien tijdens de week weegt door op mijn discipline. Trainingspartners zouden heel welkom zijn. Het isolement en het uithuizig zijn van tijdens de werkweek maakt dat ik in de weekenddagen al mijn sociaal gemis (familiaal en amicaal) moet compenseren net als een huishouden en het leven thuis tijd en aandacht vergt. Dat resulteert dan weer in een tijdsgebrek/motivatiegebrek tijdens die twee weekenddagen om te trainen. Het geheel is mentaal vermoeiend (te!) en de mentale weerbaarheid is er de dupe van, met uiteraard in zijn kielzog afdwalende gedachten en minder nauwkeurig kaartlezen. Dat alles doet dan weer nadenken of het allemaal wel de moeite is om tijd, geld en energie te investeren, als je toch merkt dat het zwaar om dragen is, met de mogelijke negatieve resultaten als gevolg. Naar het militair WK toe (15-22 augustus) moet ik dan ook eens goed nagaan hoe ik de trainingen het best aanpak, realistisch dan, rekening houdend met wat ik uit mijn eigen analyse geleerd heb. Een geknutsel en gepuzzel zal het zijn...
Met enkele dagen vertragen is er dan toch het verslagje van de middle B-finale. Ik startte erg vlot en kon de ietwat vreemd getekende kaatr voor't eerst al lopen goed interpreteren. Ik verloor niet onnoemelijk veel tijd, al kan je bij veel posten wel enkele seconden wegdenken in een ideaal scenario. Na 7 posten werd ik ingehaald door de Fin Taivanen, die 2' na mij vertrokken was. Bij de volgende posten, kleine, heel gedetailleerde rotsenzone met enkele korte postjes, ging hij even de fout in waardoor ik het hazenpad koos, edoch aan de volgende post ging ik de mist opzoeken waardoor het hazenpad voor de Fin openlag. Na deze 2 ietwat aarzelende posten haalde ook de tussen ons in gestarte Portugees ons in, nadat hij een beetje had kunnen profiteren van de Fin. Op weg naar post 12 splitsen onze wegen, waar ik de slechts beloopbare kant van de vallei nam en zonder aan de post te missen toch 40" kwijt was. Duidelijk de slechte wegkeuze. Naar de volgende post zie ik in de verte deblauwwitte rug weglopen, maar dat was de laatste flits die ik van hem opving. Ik passeerde de rotsblok van post 13 aan de verkeerde post, zag de post niet en in het dichtbegroeide gebied dat het was verloor ik al snel 1'25. Dat deed de moed wat wegzakken, en na een lastige klim door een dicht begroeid gebied leken plots de benen nog amper half zo sterk als voordien. Na de kijkpost week ik nog even af en het vet was van de soep. Alles samen verloor ik 3 à 4 minuten. Een nieuwe mooie uitslag zat erin tot halfweg, maar na het tweede deel van de koers was dat niet meer binnen bereik. Het werd een eerder matig(ook niet slecht) resultaat.
De rustdag schept de mogelijkheid eventjes de ironie van de week aan bod te laten komen. Bij het opstarten van deze blog ging ik op zoek naar wat financiële steun om al de geldelijke kant van al die buitenlandse trips en het EOC zelf wat te verlichten. Naast vakantieoord La Catharane - bed and breakfast/chambres d'hôtes in de buurt van Andorra kreeg ik ook het vertrouwen van Ingenieursbureau STETO met al zijn nevenactiviteiten, waaronder Vochtkiller.be, bouwdrogers. maar waar zijn mijn bouwdrogers, verdorie! De bungalows waar we verblijven zijn van het type vakantiehuisjes zonder verwarming, die deze week voor't eerst sinds de winter gebruikt worden. Alles riekt muf, en alles is vochtig. De eerse dagen hing dagelijks beddegoed en handdoeken buiten in zon en wind om te drogen. De matrassen waren nog enkele dagen vochtig, al zijn ze nu ongeveer droog. Al mijn kleren liggen uiteraard in de kastjes opgeborgen. Als je ze er weer uithaalt zijn ze klam. wil je gewone, droge kledij, dan moet je ze buiten laten hangen. In het badkamertje in de bungalo vind je trouwens een lek in elk hoekje waar een lek kan zijn. de afvoer van de gootsteen... jep. Afdichting van de douche? Jep! Gevolg, een niet-aflatend laagje water in de badkamer24/7. Daar komt nog bovenop dat de kuisdames hier gewoon een emmer naar binnen kieperen, zonder effectief te kuisen. De mieren, krekels, spinnen, en ander van dit gespuis dat de winter niet overleefd heeft blijft na de 'kuisbeurten' rijkelijk aanwezig in de bungalo, alleen is de vloer ook kletsnat. De eerste 3 dagen heb ik al mijn handdoeken (6, aangezien ik een bungalo voor 3 personen heb) opgesoupeerd aan het droog trachten te krijgen van de bungalo. Gelukkig heb ik nu nieuwe, droge en propere handdoeken en heb ik kunnen bekomen dat er niet meer gekuist wordt. That's all folks
Bij deze wil ik de sponsors nog maals bedanken voor het ruggesteuntje,
Gisteren stond de kwalificatie middle op het programma. Na de zware opdoffer van daags voordien was het vertrouwen ver zoek en ook tijdens de opwarming kon ik van het opwarmingskaartje maar weinig van de vegetaties opmaken. Tijdens de wedstrijd raakte ik ook 2x verward door het verschil niet te zien (of zeg maar het tegenovergestelde te interpreteren) bij een lange gele strook en een pad. In vergelijking met de lange afstand was het een opsteker, maar het resultaat was nog te zwak. 9' langer had ik nodig dan de winnaar, en dat waren er toch wel 4-5 teveel. er waren lichtpunten, posten die ik goed deed en volgens de splits ook aan aanvaardbare snelheid, maar er waren steeds weerkerende fouten, die er niet zouden mogen zijn. Een opluchting was het zeker niet, al was ik wel blij dat het slechte resultaat van gisteren niet herhaald werd, en dat ik toch mee was met het gros. In de B-finale kan er misschien nog iets rechtgezet worden Vandaag was het aflossing, morgen rustdag, en vrijdag is er de lange afstand (finale). Doordat ik in de kwalificatie de eindmeet niet gehaald heb kom ik dara niet in aanmerking voor de uitslag en ik zal nog zien wat ik die dag zal doen. mijn pijlen richt ik nu vooral op de B-finale van de middle.
De kwalificatie lange afstand was er eentje om kort over te zijn. In tegenstelling tot de gisteren was de harde, met stenen en takken bezaaide ondergrond wel nog pijnlijk voor mijn hiel, wat de concentraie niet ten goede kwam. Desalniettemin verloor ik in het begin van de omloop al onnoemelijk veel tijd (>3' aan de eerste post) en naar post 5, met me naar een verkeerde vallei te oriënteren, verloor ik meer dan 12'. Mijn hoofd was intussen van geen kanten meer te bedaren en van zelfvertrouwen was nog weinig sprake. Moed in de schoenen en nog lange tijd getobt over al dan niet uitlopen, met voor- en nadelen (voor mezelf en reacties van buitenaf afwegend). De lange afstand was alleszins om zeep, en dus besloot ik me te sparen voor de middel. Vrij veel lopers hebben kennelijk hetzelfde doorgemaakt. Vergeten die dag, althans naar morgen toe, en me opnieuw opladen, en na deze week kan ik deze slechte wedsrijd en bijhorende gedachten op een rijtje zetten. Ik zal er nood aan hebben, maar momenteel is daar geen tijd voor...
De model-event gisteren was de moeite. Mijn voet deed nog steeds te veel pijn om me naar believen op mijn kaart te richten, maar dat kon op zich geen probleem vormen. Wel voor mijn voet, dat wel, maar niet voor de model an sich, als training om uit te vinden hoe de kaart getekend zou zijn en hoe je er het efficiëntst door te loodsen. De kaart was immers wel heel bizar getekend. Geen ISSOM-norm, afstand gemeten alsof het 1/10 000 was, en dus 1.7km terwijl het amper de helft was. Reliëf getekend zonder enige continuïteit. De team leader meeting 's avonds was dan ook een eerste en regelrecht schot in de roos. Met als uitschieter, de senior event controller die de magische woorden sprak: "This model was not relevant, the symbols were not ISSOM, the distance was wrong, it was just not related to the map from tomorrow, that one will be correct." Ik heb altijd al een zwak gehad voor dergelijke lichtzinnige omgang met ernstige zaken. Als je weet dat op zo'n meetings trainers tot in detail moeten weten hoeveel percent zout er in de door de organisatie geleverde sportdrank zit en hoeveel percent suikers, en de organisatoren komen dan af met een dergelijke opmerking, gevolgd door een krachtige 'next question', dan snap je de hilariteit er wel van. Vanmiddag gingen ze op hun elan door. Op de vraag: "Is there any spectator control?" luidde het antwoord: The runners will see that if they watch their map". Vervolgens werd er gevraagd of het onderscheid op kaart duidelijk zou zijn tussen een haag en een ietwat langwerpige groene struik, aangezien beide symbolen amper uit elkaar te houden zijn, en daar waar je de haag niet mag passeren (ISSOM) mag je een gewone groene vlek wel doorkruisen (voor de bravehearts). De discussie leidde nergens naar, met de te verwachten ontwijkende antwoorden als 'de lopers moeten hun symbolen kennen' maar sleepte wel aan, tot na 2-3' de organisator bezweek en zei dat er geen van deze symbolen op deze kaart voorkomen. Big Fun!
De sprint kwalificatie dan. Tijdens de opwarming vielen de grootste zorgen al van me af. Mijn voet deed geen pijn, al voelde ik mijn hiel wel bij elke stap. De opluchting wat betreft mijn voet was er ook omdat door de hele week op mijn tenen wandelen en lopen mijn achillespees tekenen gaf het grondig beu te zijn om extra te moeten werken... en een achillespees die het laat afweten kan je beter kwijt zijn dan rijk. Tweede zorg die van me af viel was dat de benen erg soepel leken te draaien. Dat laatste is sowieso altijd ene groot vraagteken op de dag van de waarheid, tot tijdens de opwarming, maar nu met 1 week zonder lopen was dat vraagteken net iets groter. Ik startte voorzichtig, in de mate dat je op een EK sprint in open bos voorzichtig kan starten. Op de briefing werd er gewaarschuwd voor de vele, rechte halfopen stroken die niet zichtbaar zijn als je ze dwarst, enkel als je ze in de lengte volgt. Oppassen dus daarmee. post 1, 2 en 3 foutloos (max 5" kwijt door de noodzakelijke voorzichtigheid, en net wanneer ik dacht me één te voelen met kaart en terrein passeerde ik zo'n half-open strook zonder ze te zien. Ik baseerde me op stronken, die er in overvloed waren, en daar stond ik dan te draaien. Relocatie was niet evident wegens geen andere kenmerken dan de stronken, en tegen dat ik mijn post vond was er een minuut voorbij. De na mij gestarte M Lund en M Sirmais (andere omlopen) liepen net voor mij uit en gaven me de motivatie om het tempo erin te houden. Ik liep enkele vlekkeloze posten, aan hetzelfde tempo als Lund (of net ietsje sneller), maar dat mocht niet meer baten. Ik verloor nog 35seconden (een wegkeuze en een foutje). Het parkoer ging de eerste 8 posten door een park, vervolgens 3 posten door een bebouwde zone om dan nog 10 posten in de duinen voorgeschoteld te krijgen. Tot de duinen bleken de benen erg goed, eens in het mulle zand leek het tempo nergens meer op, maar dat zal wel bij velen zo aangevoeld hebben (hoop ik). In een sterke reeks, waar de winnaar 13'05 deed, moest je 14'21 lopen om naar de finale te kunnen. Ik had er 16'49 over gedaan. Als ik elke verloren seconde wegdenk, zelfs de seconden die je niet als verloren seconde mag zien, wegens noodzakelijke voorzichtigheid, ook dan kwam ik tekort. Lichtpunt was uiteraard de voet die stand hiel(d) en de benen die in orde waren. Hopelijk brengt dat nog iets goeds deze namiddag in de B-finale of de komende dagen...
Voorgaande jaren heb ik de B-finale laten schieten of als training gelopen om de andere kwalificatiewedstrijden optimaal te kunnen presteren en niet onnodig mezelf te vermoeien. Deze keer wou ik toch de B-finale lopen. Ten eerste omdat het resultaat van vanmorgen me echt wel niet aanstond en ik beter kan. Ten tweede, bij vorige EOC's was mijn doel A-finale lopen. Geen A-finale, dan zit het erop. Nu had ik me effectief voorgenomen: de A-finale, die strijden om de eerste 51 plaatsen, de B-finale om alles wat erop volgt, ook al weet ik dat niet iedereen in die B-finale zal starten. Ik startte voortvarender dan vanochtend, al liet ik nog wel 5 twijfelsecondjes liggen aan post 2 en mogelijk (nog geen tussentijden beschikbaar) ook wat tijd verloren in wegkeuzes naar 3 en 4. moeilijk te zeggen op kaart aangezien de andere opties langer of korter maar met respectievelijk minder en meer trappen waren (en onder afdaken). Na 4 posten zag ik de voor mij gestarte loper weglopen, en toen ik wegliep kwam de volgende er al aan (de B-finale start om de 30 seconden!). In twee doorsteken door lichtgroen haalde ik mijn voorganger bij en een post later kwam mijn achtervolger er ook bij. Daar sloot ook nog een eerder gestarte Sloveen aan die net de mist in was gegaan. Voor hem ging het net te snel. Met 3 liepen we een snelle koers. In het technische stuk had ik moeite om tijdig de volgende post te bestuderen aan dat hoge tempo, maar aan de post zelf was ik wel attent. Ik vermoed dat we nog 2x wat seconden (3à5 en 5à10 maximum) lieten liggen met wegkeuzes, maar ik waagde het niet om de twee te verlaten en bleef bij hen. Het werd nog een strijd van 3 man tegen elkaar in het laatste gedeelte van 8 posten in het strand maar we gaven elkaar nauwelijks een duim breed toe.
Ik eindigde daarmee op een 7e plaats in de B-finale, waar ik meer dan tevreden mee ben. Het hele peloton dat startte in de B-finale zat erg kort op elkaar, wat doet vermoeden dat er toch door velen werd doorgelopen, en wat mijn 7e plaats toch ene beetje kleur geeft.
Tijd voor het bedje nu, en dan kunnen we morgen de lang met veel moed aanvatten .
Vandaag ben ik aangekomen in Primorsko, waar de komende 9 dagen het EK zich zal afspelen. de eerste training/model event zit er op. Het bos is erg snel en open. Licht groen en wit zijn niet of nauwelijks te onderscheiden. Beloopbaarheid, heel goed. Zichtbaarheid, goed, of toch voor loofbos met vrij lage bomen en struiken. Kleine paden en open plekken zijn met de beste wil van de wereld amper te onderscheiden. Het reliëf, kompas en afstand zullen een belangrijke houvast moeten vormen. Ik vermoed dat kleine fouten zwaar zullen afgestraft worden in dit snelle, glooiende terrein. Naast een kennismaking met het terrein was de training ook mijn test hoe mijn voet het stelt. Niet goed. Wandelen op heel zachte ondergrond een loopschoenen doet geen pijn, maar van zodra de grond iets harder is (een steen, een tak, een wortel) of van zodra de schok vergroot door te gaan lopen doet mijn hiel duidelijk pijn. Ik heb voorzichtig gelopen, getracht zoveel mogelijk op mijn tip te lopen, maar dat is alles behalve vanzelfsprekend dwars door het terrein, en het is ook nefast voor de concentratie.Er rest me nog 1 dag en twee nachten voor de eerste wedstrijd. Bang afwachten of dat volstaat om nog te herstellen...