Wij reizen om te leren.

02-11-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Groot- en Klein Hagelkruis

Groot Hagelkruis

 

Groot Hagelkruis is een oud toponiem uit 1561 met vermelding 'thagelcruys'. Volgens de legende woedden eeuwen geleden geweldige hagelbuien in deze omgeving. Na een zware hagelbui smolt de sneeuw geleidelijk weg, maar op één plaats bleef de hagel liggen in de vorm van een kruis. De dorpelingen trokken processiegewijs naar het wonderkruis en de hevige hagelbuien hielden op.

 

– In de eerste winkelzaak, op nummer 1 van het Groot Hagelkruis, was rond 1973,  ‘Foto Gaston Ruttens' gevestigd. Hier kon je terecht voor alle fotowerken, tot 1995 ongeveer. Meer dan twintig jaar. Daarna en tot op vandaag (2015) werd dit pand 'Perfect Present', een lunchroom en geschenkenwinkel. Hier vind je moeiteloos dat perfecte geschenk, uitgebaat door Sylviane en Lou Roman, winnaars van de Zilveren Glimlach 2013.

--De nieuwbouw werd opgetrokken na afbraak van de panden 3 en 5. Nummer 5 was in de jaren zeventig, van vorige eeuw, nog de pastorij gevestigd. De plaats waar menig koppeltje hun ondertrouw heeft gedaan.

--Het huis nummer 7 lijkt op het eerste zicht nog hetzelfde als 100 jaar geleden. Tot eind 1928 was hier het postkantoor van Ekeren gevestigd. Daarna verhuisd het naar Veltwijcklaan 11. Eind 1938 word het pand verhuurd aan de pas afgestudeerde dokter Albert Huyskens. In 1957 verhuisde hij met zijn echtgenote Maria Philippo, naar de Alfons Jeurissenstraat. Na een carrière van 50 jaar als huisarts, stopt hij met zijn praktijk en overlijdt hij in april 1987. Het pand nummer 7 wordt in 1957, na de verhuis van dokter Huyskens, verhuurd aan E.H. Jozef Plateau. Vervolgens was het de beurt aan een ‘Kinesisten’ echtpaar ‘Eric De Croock-Carine Aerts. Het koppel bleef tot het begin van 1990 in het huis, maar verhuisden dan naar nummer 113 in dezelfde straat. Ze kochten daar de woning van de familie Verbaenen-Van Alsenoy. Vanaf dan wordt het pand een gezinswoning.

– Het pand nummer 9 is een gewoon huis, gelegen op de hoek van de Frans Lenaertsstraat. Hier was vanaf 1978 tot 1989 het verzekeringskantoor van Koen De Bie waar je terecht kon voor leningen en hypotheken.

Na plaatsing op mijn ‘Blog’ krijg ik via Facebook uitgebreide informatie van Dirk De Bie: “In 1920 wordt dit pand aangekocht door Eduard De Bie, grootvader van Dirk, en vestigt hier als bankier de eerste kredietbank van Ekeren. In die tijd een gewaagde onderneming. In de jaren 60, meer dan veertig jaar later, gaat Eduard op pensioen. Zijn zoon, Koen De Bie, neemt de verzekeringspolissen van zijn vader over en bouwt de zaak verder uit. Koen De Bie blijft dan in het pand wonen. In 1972 wordt het huis grondig gerenoveerd met een kantoor tot 1989. Dat jaar verhuist Koen De Bie naar een groot winkelpand in Dorpstraat 19”.

 

Onder het bladerdek van een boom staat het arduinen Hagelkruis op een sokkel. Het werd heropgericht in oktober 1981. Links van het Hagelkruis spelen de kleuters in de speeltuin van de  'Basisschool Sint Lambertus'. De kleine ukjes jubelen en kraaien van plezier. De jongens en meisjes van verschillende origine maken geen onderscheid tussen autochtonen en allochtonen.

 

– Het nummer 37, was een groot herenhuis dat toebehoorde aan de welstellende familie Michielsen. Na de dood van haar man trok weduwe Michielsen met haar zoon Marc een 100 meter verder in een wit geschilderde villa. Marc werd tandarts en bouwde links naast de woning een bloeiende praktijk uit. Helaas, hij overleed op vrij jonge leeftijd van 41 à 42 jaar. In 1983 tot en met 1987, begon Angelique in het voormalige herenhuis van de Michielsen een zaak. Op deze prachtige locatie werd alle textiel, voorkomend uit faillissementen, verzekeringen, enz… verkocht. Helaas, het huis werd afgebroken. Op de plaats vind je een groot groen tapijt.

Even verder, over de nummers 86 en 88, leidt een dreef naar het Hagelkruispark waar eind 2014 en begin 2015 een nieuwe speeltuin werd aangelegd.

– In nummer 95, kwam de zaak 'Piranha' pvba. De verhuur en verkoop van speedboten tussen 1978 en 1982 verliep redelijk goed. In 1990 en '91 wordt hier 't Botenhuis uitgebaat. Inkoop, verkoop en herstellingen van boten en motoren. Tussen 2001 en 2006 komt firma 'Dakrubbercentrale' NV van Bob Louman in deze nieuwbouw. 'De' plat dak specialist met naadloze rubberfolies, nieuw en renovatie. Ook voor terrassen en vijvers.

 

– In pand nummer 109, was café 't Zonneke gevestigd, bij Jeanine & Roger, vanaf 1975. Het Bock en Palmbier vloeide overvloedig. Op 29 maart van 1975 luisterden de stamgasten naar het laat avond journaal op de radio. Enkel de biljarters interesseerde het niet. Het getik stoorde de luisteraars en een ‘sssssst’ volgde dan uitdrukkelijk. De stem van de presentator was duidelijk te horen: ‘…en dan nu het sport. Vanmiddag werd de tiende editie gereden van de Amstel Gold Race in Nederland. De ééndaagse wielerwedstrijd voor profrenners werd gewonnen door onze landgenoot Eddy Merckx’.  Een daverend applaus barstte in het lokaal los. Een van de stamgasten hief zijn glas naar de toog en riep: ‘Tourneé generale, Roger!’

Op 1 april 1988 nemen Sam en Louisa het café over en behouden de naam ’t Zonneke. Op het raam werd in zeven haasten ‘Bij Sammylou’ geschilderd, verwijzend naar de beide voornamen van de uitbaters. In 1989 echter verlaat Sam al reeds de zaak en haar partner. Louisa heeft dan nog even de zaak verder gezet tot ze failliet werd verklaard. (Info van Sam Ongena). Vervolgens werd de zaak overgenomen tot 1995 door Maria en Omer om de stamgasten te vermaken. Vogelpikclub 'Altijd raak' trok enorm veel volk. De naam ’t Zonneke bleef steeds behouden. Ria nam de zaak over tussen 1996 en 2003. Daarna kwamen Irene en Roger voor een jaar of twee de zaak open houden. Als laatste werden Carina en Peter baas over het café. Dat was van 2008 tot 2009. Na het sluiten van de zaak werd het pand gerenoveerd tot woning. Slechts aan de beide vitrines is te zien dat hier ooit een café was. De naam 't Zonneke is nog niet verwijderd. (2015)

– Vanaf 1993 bouwde Karin, op nummer 113, een groots 'Schoonheidsinstituut' uit. Tot en met vandaag (2015) kan je hier terecht voor pedicure, manicure, zonnebank...etc.

– Eveneens op nummer 113, kwam 'Pajero' van 1995 tot 2006 het schoonheidsinstituut van Karin versterken met een sport- en ontspanningscentrum. Conditie- en krachttraining en familiesauna. Na 2006 nam Karin ook deze lokalen over om haar zaak uit te breiden.

 

– Het nummer 115, is een half vrijstaande woning met decoratieve puntgevel. Het pand werd gebouwd rond 1900. Het staat al jaren leeg en te verkommeren. De ramen boven staan open en verschillende vogels vliegen binnen en buiten. Het voortuintje is eveneens verwaarloosd. Een gietijzeren hek sluit alles af.

– Wat verder, in nummer 125, woont hoogstwaarschijnlijk de allerlaatste landbouwer en veeboer van het centrum. Het hoge herenhuis dateert van de eerste helft van de twintigste eeuw. Achteraan werd een stenen schuur gebouwd. Plaats genoeg om het hooi te stapelen en te bewaren.

– De villa of het landhuis, op het nummer 131, dateert uit de 19de-eeuw en heeft een ruime tuin. Een gedeelte is parking van 'Eetcafé Ballantines'. De garage naast de woning werd gebouwd in 1933. Luc Somers laat weten dat er tijdens de jaren tachtig, van vorige eeuw, een dancing was gevestigd. Dancing ‘Trialon’ herinnert hij zich nog, doch verdere info hebben we niet. Ongeveer tien jaar geleden vormt de benedenverdieping de 'Mini-creche' 't Bengeltje met 16 opvangplaatsen voor baby's en peuters van 0 tot 3 jaar.

– Op nummer 135 was een bescheiden postkantoor gevestigd. Wegens besparingen werd alles overgeplaatst naar het postkantoor op de Bist.

 

– Nummer 147 was begin jaren zeventig, van vorige eeuw, café ‘Sportgalm’. Het laatst werd deze zaak vernoemd in 1977, in het programmaboekje van de Bierpruvers. Nicole en Rudy openden hun delicatesse zaak 'Edelkost' in 1990. Tot en met 2008 kon je hier terecht voor charcuterie en een ruime keuze van Iglo diepvries producten. Na de sluiting werd het geen handelszaak meer.

– Op nummer 155 was vooreerst een kruidenierszaak gevestigd. De grutter, zoals men de kruidenier in die tijd noemde, verkocht in zijn winkel droge levensmiddelen zoals: keukenkruiden, specerijen, koffie, thee, cacao, tabak, stijfsel en zeep… om maar een beetje op te noemen. Door de opkomst van de supermarkten tijdens de jaren zeventig verdwenen stilaan de kruidenierszaken uit het straatbeeld. Dit bericht kwam van Sandra Jans.

Nadien kwam in dit pand een zaak waar bier getapt en frisdranken werden geserveerd. Het pand kreeg de naam ‘Café Plezanten Hoek’ tijdens de mooie jaren zeventig van vorige eeuw. Er werd rond het jaar 2000 gestart met 'Frituur 't Hoekske'. In 2003 wordt de naam veranderd in 't Frit-uurtje. Hun slogan: 'met vers stoofvlees en verse goulash'. (2015)

– De zaak op nummer 187 noemde voorheen 'Brasserie Restaurant Triton', vanaf 1984 tot 2013. Na de nodige aanpassingswerken wordt het Brasserie 'Sapore'. Toen we laatst er voorbij wandelden bemerkten we Gaston Berchmans in de zaak. Goede reclame voor Brasserie 'Sapore'. (2015)

 

-In het pand met nummer 164 bevond zich tijdens 1972 tot 1983 ‘Café Sportlokaal’.

– Op nummer 150, was eerlang bakkerij 'Bervoets-Gijsen' gevestigd met als specialiteit: volkoren brood, speculaas en pistolets. Alles vervaardigd met 1ste-rangs grondstoffen van 1980 tot en met 1986. Vanaf 1988 tot 1992 komt hier Brood en Banketbakkerij 'Janssens'. In 2003 is het de beurt aan Bakkerij Ceuppens, niet alleen voor brood en gebak, maar ook charcuterie is verkrijgbaar. Tot op vandaag (2015) staat er een broodautomaat ter beschikking.

– Het nummer 146-148 is een enorm groot complex waar vroeger ateliers of werkhuizen van Ed. Brandt en Co gevestigd waren. Een firma met kuiperij, ijzer- en messing gieterij, in dit pand werd duchtig gelast voor de scheepsbouw. In 1991 werden de magazijnen, kantoren en de conciërgewoning omgebouwd tot wijk- en dienstencentrum van het OCMW Antwerpen.

--Op nummer 130 woonde de heer Joris De Bruyn. We schrijven 18 juli 1941. Joris wordt wegens Duits vijandige gezindheid door de ‘Feldkommandantur 520’ te Antwerpen tot 9 maanden opsluiting veroordeeld. Hij wordt door de Duitsers naar de ‘Colonie’ te Merksplas overgebracht. Joris Marinus De Bruyn was weerstander sinds 1941 en maakte deel uit van de NKB.

– In het brede winkelpand met de nummers 86 en 88, was rijwielhandel 'Alfons Cycles' gevestigd. De zaak werd uitgebaat door De Herdt-Segers. Fons repareerde de fietsen in zijn herstelplaats van 1979 tot en met 1998. Vanaf februari 2015 wordt het nummer 88 een 'Open kunst Atelier'. Wie hier passeert wordt vermaakt met kunstige schilderijen voor de enorme vitrines. De kunststukken werden geschilderd door Jos Laureys. Echtgenote Renée is schrijfster. In deze woning wil het koppel de liefde voor kunst delen met alle geïnteresseerden.

 

 

– Het nummer 78 is een half open bebouwing. Een breed gerenoveerde woning met verdiep. Langs de straatkant zijn uitsluitend ramen. De ingang is via het steegje te bereiken. Hoe het pand eruit zag in de jaren zeventig van de twintigste eeuw is niet duidelijk. Vaststaat is dat er tussen 1974 en 1978 een winkelpand was met algemene voeding van 'Clementine'. Een zaak met, voor die tijd althans, een uitgebreid gamma aan voedingswaren zoals: zuivelproducten, conserven, bokalen met groenten...enz. Voor de kindjes: chocolade, snoep en koeken.

 

Frans en Maria plaatsen hun fietsen op de stoep tegen de gevel van hun woning. Het is een warme dag in juni en ze besluiten een fietstocht te maken. Ze kijken er enorm naar uit. De winter was te nat en te koud om te fietsen. Ze houden hun conditie wel op peil op hun home trainer, maar dat is toch niet hetzelfde. Frans sluit de woning goed af. Vanmorgen heeft hij de knooppunten op een bikepointer geschreven: 13-14-85-79-74-76-77-13, goed voor bijna 24 kilometer. Voor knooppunt 13 moeten ze eerst naar de Driehoekstraat. Ze laten eerst bus 77 van 'De Lijn' passeren en dan vertrekken ze richting centrum. In de woning ernaast gluurt Jozefien langs haar hagelwitte gordijnen naar het tweetal. Ze zucht en gaat dan weer in haar zetel zitten en kijkt verder naar de herhaling van thuis.

 

– Op het nummer 44 was Mariën aanbouwkeukens gevestigd vanaf 1974. Zijn slogan was: 'Vrijblijvende prijsopgave'. De eerste keukens waren nog erg eenvoudig, kasten van hout en/of formica, met legplanken en laden. Ook toen zorgde men voor een feilloze afwerking en een degelijke houtkwaliteit. Mariën sloot zijn zaak in 1991. In 1994 start 'Antigar bvba' hier een zaak in zetelgarniering, gordijnen en overgordijnen. Ook deze zaak is al enkele jaren gestopt. Achter de etalage staat nog een antiek stuk werktuig van de garnierder.

--Peter Brosens woonde in huisnummer 26 en wist te vertellen dat op het nummer 22, twee huizen verder, kunstschilder Roger Colignon heeft gewoond. Hij verhuisde naar Lange Sterrestraat 23. In 2013 exposeerde Roger zijn kunstwerken in het Trace Cultuurstation van Ekeren. De man is recentelijk komen te overlijden.

– Op de hoek Groot Hagelkruis/ Van de Wouwerstraat, nummer 18, was nog in de jaren 80 van de 20ste-eeuw drogisterij, 'De Winter', een handelszaak met verven, kruiden, cosmetica, oplosmiddelen en poetsgerief zoals: borstels en emmers.

 

Op een warme zomerse vrijdagavond komen drie jonge mannen vanuit de Van de Wouwerstraat gewandeld. Ze lachen en praten door elkaar en het lijkt alsof ze niet echt naar elkaar luisteren. Ze gaan café Arena binnen. Het is niet echt een jongeren café, maar ze zijn niet echt van plan lang te blijven. Deze kroeg is slechts een tussenstop. Hier willen ze enkele biertjes drinken en als het helemaal donker is willen ze naar het centrum van Antwerpen rijden. De uitgaansbuurt in die tijd.

– In winkelpand nummer 16 was vooreerst kruidenierszaak ‘Den Ballon’ gevestigd dat uitgebaat werd door ‘Sander’. De winkelruimte werd te klein en in de plaats kwam Café ‘Arena’. Hier werden van 1975 tot 1982 pintjes getapt door een uitgeweken Nederlander: Louis. Daarna namen An & Luc de zaak over  en stichten biljartclub 'Arena'. Na een grondige renovatie kwam vanaf 1991 t/m 2015 Elegance in dit pand. Een 'Dameskapsalon' van Leo Laurijssens.

– Het pand ernaast, nummer 14, was beter geschikt voor kruidenier ‘Sander’ en hij verhuisde zijn zaak, 'Den Ballon' naar hier.

 

– Op nummer 8, was enkele jaren 'een huis in de rij' vzw gevestigd. (1989-1992). Een hulporganisatie onder de categorie: gezondheid en welzijn. Waar je mensen in vertrouwen kan spreken, ongeacht je leeftijd of overtuiging. In 2013 kwam de Oxfam Wereldwinkel. De zaak brengt een wereld vol eerlijke handel. Je vindt voedingswaren, kunstnijverheid of cosmetica van eerlijke handelaars. (2015)

– Achter het nummer 6/1, prijkt het Ekers Hof, bij Lydie Van Thielen en Patrick Fischer. Het gebouw dateert van 1960 en kreeg een gezellige gelagzaal, biljarts en TV. Op het eerste verdiep bevind zich een stemmige feestzaal voor demonstraties en huwelijksfeesten. In deze ‘kleine’ zaal hebben ons Rina en ik onze eerste danspassen geleerd toen dansschool ‘Emka’ de zaal huurde. Later verhuisden ze naar de Ertbrandstraat te Kapellen. De grote Akerzaal achteraan is polyvalent en geschikt voor groepsfestiviteiten, bals en banketten. Op 25 januari 2013 opende het vernieuwde parochiecentrum 'Ekers Hof' haar deuren.

– Op het nummer 2 staat sinds 1877 de Maria- of Sint Lambertuskapel. Het interieur van de kapel werd prachtig verbouwd in 2004. Het gebouw is weliswaar geen winkel, maar toch de moeite waard voor enkele woorden. De C-koren van Ekeren, opgericht in 1968, houden nog steeds hun wekelijkse repetities in de kapel. Wie er ook passeert, blijft seconden lang staan luisteren voor hij of zij verder stapt. Wat ik niet meer weet, of de communicantjes van Ekeren nog steeds van hieruit naar de kerk wandelen, voor hun communiefeest.

 

Klein Hagelkruis

 

Het Klein Hagelkruis was destijds een kleine straat of een pad (‘t paddeke) in de wijk 'Hagelkruis'.

 

– Op nummer 16 was café 'Vereniging' van 1982 tot en met 1986. In dit etablissement kijken de stamgasten naar het scherm van een TV. Het is 27 september 1985. Er worden beelden getoond van een gewapende overval in Overijse. De bende van Nijvel heeft vandaag weer eens een brutale overval gepleegd op een warenhuis van Delhaize, en weer werden er mensen in koelen bloede vermoord. Waar gaat dat eindigen? 

– In 1980 begon Chris en Roger een frituur hier in de wijk. Vanaf 1982 tot 1987 was het de beurt aan Richarda. Hoogst waarschijnlijk gaat het hier om een rijdende frituur, een barak of caravan. In 1990 neemt Swa en Maria de zaak voor een jaar over en als laatste bakt Ariane ze bruin in 1992 tot en met 1997.

– Op de hoek met de Vuurkruisenstraat/Klein Hagelkruis was in de jaren zeventig, van vorige eeuw, een gezellig café. De naam is mij totaal ontgaan, maar hier kwamen de gemeentearbeiders tijdens hun ochtendbreak hun warme koffie drinken. Sommigen onder ons toch. Het zwarte goud stond te pruttelen op de ouderwetse houtkachel in het midden van de gelagzaal. Vooral tijdens de wintermaanden was het hier 's ochtends een gezellige drukte. Was de koffie op? Prompt zette de waardin er verse. Een fluitketel op de kachel en een blok hout erin. Je hoorde het gietijzeren mormel branden. De filtertrechter met papieren zakje werd op de koffiekan geplaatst met vijf schepjes gemalen koffie. Nadat de fluitketel iedereen doof maakte van het scherpe lawaai, goot ze het kokende water op de koffie. Meteen vult het lokaal zich met het aroma van verse koffie.

Later, in 1996, was hier een jaar lang 'The Maxx' gevestigd. Een zaak die stoffen en naaigerei verkocht. Ook kleding zoals: schoenen, regenjassen, speelgoed en tapijten. Nu staat hier een moderne nieuwbouw met appartementen.

– Het pand nummer 62 en 64 noemde men in de vorige eeuw ‘de Withoef’. Ze is wat achterin gelegen en werd in de 16de of 17de-eeuw gerenoveerd. Vanaf 1982 heeft de hoeve dienst gedaan als basis van de lokale radiozender, ‘radio Titanic’. Sinds 1998 is op deze locatie ‘Eetcafé Ballantines’ gevestigd met een gezellig tuinterras. Er is parking vooraan en een ruime parkeergelegenheid in het Groot Hagelkruis. (2015).

 

De onpare zijde van de straat bezit nog enkele arbeiderswoningen uit de 19de-eeuw, herkenbaar aan de kleine woningen zonder verdiep.

– Op nummer 23 vond men vanaf 1977 tot 1987 Clubslager Coppens V. met specialiteit: fondue, gourmet en koude schotels. Charcuterie uit eigen werkhuis.

--Op nummer 43 was tijdens de gouden jaren zeventig, van vorige eeuw, café ‘De Kraan’ gevestigd.

– Het hoekpand, met nummer 69, was café 'Groenenhoek' dat uitgebaat werd in de jaren zeventig door de familie Maes. Zoon Pol was in die tijd Belgisch kampioen tandem rijden op de piste. Freddy Helsen, zijn beste vriend, zat dan achterop. Met dank aan Marc De Mulder.

Begin jaren tachtig werd de zaak overgegeven, maar wie de zaak uitbaatte is niet geweten. De naam ‘Groenenhoek’ bleef behouden. Francine & Charles namen de kroeg over in 1984 en 1985. Ook Leentje probeerde het vanaf 1986. De zaak hield op met bestaan in 1997 en werd als opslagplaats gebruikt tot 2001. Daarna werd het pand gerenoveerd tot woning.

--Wat verder in de straat was, volgens Marc De Mulder, een kolenboer gevestigd. In de volksmond ‘bij Swa brood’ genoemd.

– Op nummer 71, een huis in de rij, startte in 1977 Anne met een kapsalon. In 1979 verhuist ze naar Pastorijveld om aldaar haar cliënteel nog beter te dienen.

 

Tot zover ‘Groot- en Klein Hagelkruis’. Tekst: Luc Verschooten. Foto’s: Rina Meurs. Bron: Ekeren tijdens WOII door FR. Bresseleers en H. Kanora van 1947. Met speciale dank aan de Bierpruvers. De programmaboekjes waren en zijn van onschatbare waarde. Met speciale dank aan Peter Brosens. Ook dank aan de vele facebook vrienden die mij met raad bijstaan. Opnieuw bijgewerkt: 05/12/2015.

 





02-11-2015 om 00:00 geschreven door Luc Verschooten  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
>> Reageer (0)
26-10-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Bosstraat, Jaak Vanhaesendonckstraat, Den Geer
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Bosstraat

 

De benaming Bosstraat houdt verband met de vroegere benaming van de omgeving 'De Bossen'.

 

– Op het nummer 6, hoekpand Bosstraat/Moretuslei, was in de jaren zestig van vorige eeuw café 'Tarantula' gevestigd. Een plek waar veel jeugd kwam die zich daar konden uitleven na een week op de schoolbanken gezeten te hebben. Bier drinken en naar rock en roll muziek luisteren waren de ingrediënten voor een leuke avond. De pret mocht niet lang duren. Een ander jongeren café, uit het dorp, stuurde de politie om de jongeren die nog geen achttien waren uit het café te halen. In  1984 t/m 1986 nam 'Café Pastel' het over. Gevolgd door het 'Batcafé'. Vanaf 1995 tot en met vandaag is hier café 'Art=Choc' gesetteld.

Het is woensdagmiddag 1 september en de markt loopt op z'n einde. Het terras zit overvol met marktbezoekers. De meeste klanten zitten ontspannend te genieten van de zomerzon bij een koel streekbiertje. Vanuit de gelagzaal komt Marie-Louise naar buiten gelopen terwijl ze haar schort uittrekt. Ze is al wat aan de late kant. Zo dadelijk komen haar twee dochters van school en dan wil ze thuis zijn. Tot vorig schooljaar bracht ze haar kinderen eigenhandig tot aan de schoolpoort, maar haar oudste is nu twaalf jaar en wil dat niet meer. Vanaf vandaag fietsen ze samen naar het Onze Lieve Vrouw van Lourdesinstituut. Het is niet ver langs de Moretuslei. Alleen de Kloosterstraat moet gekruist worden, maar daar staat een leerkracht de leerlingen op te wachten om veilig over te steken. Marie-Louise woont een paar huizen voorbij café 'Art=Choc'. 's Woensdags help ze vaak in het café en soms in het weekend als de meisjes bij de grootouders logeren of bij hun vader in Kapellen. Eens in haar woning dekt ze vlug de tafel en vat daarna post aan het raam om te kijken of haar twee kinderen er al aankomen. Aan de overzijde stopt een politiewagen, half op de stoep.

– “Dat moeten wij nu eens proberen, sé” mompelt Marie-Louise. Twee agenten stappen uit het voertuig en komen naar de overzijde van de straat.

– “Dat zal wel voor hiernaast zijn!” denkt ze verder. De jonkman naast Marie-Louise kampt met drugsproblemen en de politie komt daar geregeld over de vloer. De deurbel gaat. Verschrikt loopt ze naar de deur.

– “Mevrouw Wouters?” vraagt de vrouwelijke agente. Marie-Louise trekt haar ogen wijd open van de schrik.

– “Is er iets met mijn moeder?” is het eerste waar ze aan denkt.

–  “Neen, nee, wij komen niet voor uw ouders. Bent u de moeder van Sofie en Fanny?” vraagt de agente. Marie-Louise krijgt een krop in haar keel en er komt geen enkel geluid over haar lippen. Ze knikt slechts en wordt gewaar dat haar ogen vol tranen staan.

– “Er is niets ernstigs gebeurd Mevrouw Wouters. Uw oudste dochter is gevallen met haar fiets en met haar hoofd tegen het asfalt terecht gekomen. Ze draagt weliswaar een fietshelm, maar toch neemt de school haar verantwoordelijkheid en heeft uw dochter naar de kliniek gebracht voor onderzoek. Uw andere dochter wordt opgevangen in de school. Kan u misschien iemand sturen om haar af te halen? Dan nemen wij u mee naar het Jan Palfijn ziekenhuis in Merksem”.

Nog voor ze haar ouders belt neemt ze het besluit om vanaf morgen haar dochters terug zelf tot aan de schoolpoort te brengen. Nu is het nog goed afgelopen, maar het had anders gekund. Na haar telefoontje grijpt ze haar handtas en stapt achterin het politievoertuig. Als de agent doorrijd merkt ze dat de halve straat buiten staat.

– “Dit zal ik nog vaak moeten uitleggen” weet Marie-Louise.

 

– Het nummer 28 in de straat is een gewoon huis in de rij. Hier woonde vroeger Koen Claessen. Het tuintje, achteraan de woning, kwam tot tegen het zandweggetje of 't weggetje zoals ze dat hier noemen. Wie langs hier wandelde om Boerendijk of Moretuslei te bereiken zag Koen vaak in de tuin ravotten. Velen zullen de stem van zijn moeder nog horen die vanuit de keuken roept: 'komen eten!' Tijd voor het avondeten. Vlug haast hij zich nog tot aan de schutting. Hij groet de passanten en de mannen die schoffelen en onkruid wieden in de volkstuintjes. Daarachter kleurt het veld goudgeel. Hij werpt nog een laatste blik op het koren dat golft en deint door de wind. Een moment om bij weg te dromen of te mijmeren… misschien. Hier en daar groeit een klaproos als een bloedvlek op een blank tapijt. Koen zucht, morgen komt de boer oogsten. Morgen tijdens de schooluren wordt er gemaaid en  wordt het graan opgebonden op het veld. Dan is het gedaan met het mooie panorama uitzicht. Gedaan met dromen voor een heel jaar. Misschien kunnen we er nog verstoppertje spelen? Moeder roept weer.

 

– In huisnummer 40 woonde ons Rina tijdens haar prille jeugd. Het huis zag er toen wel lichtjes anders uit. In 1963 verhuisde ze met haar ouders, zus en broers naar een nieuwbouw in  Boerendijk 31.

 

– In het tweede gedeelte van de Bosstraat, over Boerendijk, was in nummer 74, Pedicure Rita Sleymer gevestigd, van het jaar 2000 tot 2006 ongeveer. Voor klachten over eelt, ingegroeide nagels of likdoorns?  De medische pedicure Rita wist altijd raad.

 

 Jaak Vanhaesendonckstraat

 

De Jaak Vanhaesendonckstraat kreeg haar naam in 1928 ter ere van de eerste gesneuvelde soldaat uit Ekeren tijdens de Eerste Wereldoorlog. Jaak Godfried Vanhaesendonck werd geboren te Antwerpen op 9 december 1892. Hij stierf te Ougrée (Luik) op 6 augustus 1914. Hij werd met 247 van zijn kameraden begraven op het kerkhof te Boncelles (Luik).

 

– In het winkelpand nummer 17 vestigt 'Bakkerij Boeykens-Delafaille' zich van voor 1970 tot en met 1986. Vanaf 1987 neemt bakkerij 'Van Israël-Bernard' de fakkel over tot 1992. In 1995 tot en met 2008 start 'Van Israël-Boeykens' met bakkerij 'Nostalgie'. Na 34 jaar sluit bakkerij Nostalgie zijn deuren. De onkosten worden te hoog. Ze werkten 15 à 17 uren per dag, omdat personeel onbetaalbaar is. De bakkerij is niet meer rendabel voor Maria Boeykens en haar man Walter Van Israël. Brood en Banketbakkerij 'Ceuppens' start in 2009 met de bakkerij als bijhuis en verkoopt tot op de dag van vandaag brood en toebehoren (2015).

 

 

 Den Geer

 

Den Geer (straat) kreeg haar naam op 13 oktober 1964. Ze is genoemd naar het oude toponiem 'den Geer op den Gheesten' van 1596. Een 'geer' is een punt uitlopend stuk land of strook grond.

 

– Op het nummer 21 bevind zich 'Sporthal 't Venneke', de eerste steenlegging vond plaats op 1 oktober 1977. Het cafétaria, op het eerste verdiep, wordt van 1979 tot en met 1989 uitgebaat door Theo en Anita. Vanaf 1990 is het de beurt aan Pierre en Jeannine Lantsoght-Kegels om het cafétaria draaiende te houden. In de kleine feestzaal of vergaderruimte, eveneens op het eerste verdiep, was tijdens de jaren '90, Schaakkring Centrum Ekeren gevestigd. Met een twintigtal leden speelden we elke vrijdag een match tegen elkaar. Ik herinner me nog goed het eerste spel dat ik moest spelen tegen de oudste en doorwinterde schaker die toen 80 lentes telde. Jos noemde hij, geloof ik. Mijn handen gloeiden en beefden van de spanning. Mijn hart sloeg tegen mijn ribben zodat het begon pijn te doen en last but not least, kreeg ik ook nog schele hoofdpijn. Ik deed mijn eerste zet en wou dat het spel al afgelopen was. Uiteraard verloor ik, maar ik bleef volharden en na enkele weken won ik mijn eerste match tegen Theo. We schrijven 10 oktober 1997. Voor de kenners zet ik de zetten even op een rij.

Wit: Luc

Zwart: Theo

1. d4, d5; 2. c4, dxc4; 3. Pc3, c6; 4. Pf3, f6; 5. e3, Pd7; 6. Lxc4, Ph6; 7. 0-0, a6; 8. e4, Pb6; 9. Lb3, Pg4; 10. De2, e5; 11. Td1, exd4; 12. h3, Lc5; 13. Ph4, d3; 14. Txd3, Pxf2; 15. Txd8, Kxd8; 16. Kf1, Te8; 17. Lc2, f5; 18. Lg5, Kc7; 19. Dh5, Te5; 20. Lf4, Kd6; 21. Pxf5, Lxf5; 22. Dxf5, Tae8; 23. Lxe5, Txe5; 24. Df8, Ke6; 25. Lb3, Kd7; 26. Dxg7, Te7; 27. Dg5, Pxe4; 28. Pxe4, Txe4; 29. Df5, zwart geeft op. Ik won met kloppend hart en met meer zelfvertrouwen.

In het jaar 2000 werd het cafétaria overgenomen door Frank & Lea. In de sporthal kan je uiteraard terecht voor allerhande soorten sportactiviteiten zoals: tennis, atletiek, badminton, basketbal, volleybal en zaalvoetbal. Tot schrijfs. Tekst en foto’s: Luc Verschooten.

 

26-10-2015 om 00:00 geschreven door Luc Verschooten  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
>> Reageer (0)
05-10-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Moretuslei, Boomstraat, Vic Heymanstraat



Enkele jaren geleden, op een koude zondagmorgen, slenteren we door de straten van ons dorp. De zon schijnt wel maar er staat een strakke schrale wind. In de Bosstraat staan we even stil voor het pand waar mijn echtgenote nog gewoond heeft tijdens haar prille jeugd, eind jaren 50 van vorige eeuw. Ons Rina is geboren en getogen te Ekeren. Met haar ouders, twee broers en zus woonden ze in dit pand tot 1963. Daarna verhuisden ze naar hun nieuwe woonst in de Boerendijk. Als we verder wandelen kan ze zich nog de enkele buurtwinkels herinneren die in de straat gevestigd waren. Rudy, een lid van 'Ge zijt van Ekeren als ge…', stuurde me het bericht: 'Vroeger was Ekeren een winkel- en café dorp'. En dat was ook zo. Op elke hoek van de straat, vooral in het centrum, vond je wel een winkel of kroeg. Soms is dat nog duidelijk te zien aan de gevels.


Langs de Driehoekstraat wandelen we verder. In deze straat zijn talrijke winkels verdwenen: de viswinkel, de krantenwinkel, superette Maes B, ...' om er maar enkelen te noemen. De Dorpstraat en de Kloosterstraat is nog erger, als ik me zo mag uitdrukken. Sinds enige jaren is het een komen en gaan van handelszaken. Het is altijd de vraag: -”Hoelang gaan ze blijven?”. “Wat komt er dan?”. Soms blijven we voor een huis in de rij staan en zegt ons Rina: -”Hier was nog een wasserij gevestigd. Maar dat is lang geleden”. Of: -”Hier was ook nog een winkeltje, maar ik weet niet meer van wat”. De tijd staat niet stil.


 


Al verschillende jaren interesseer ik me voor de geschiedenis van Ekeren. De boeken van Frans Bresseleers en Hendrik Kanora heb ik van voor naar achter en van achter naar voor gelezen. Ook Roger Keukelinck heb ik enorm bewonderd. Hij was de stichter van het documentatiecentrum 'de Antwerpse Noorderpolders’ en auteur van heemkundige boeken, waaronder: “Ekeren in de schaduw van de Grote Oorlog”. Uitgegeven in 1998. Roger Keukelinck stierf op 21 oktober 2004. Zelf wil ik al jaren iets over ons dorp schrijven, maar de keus is klein geworden. Waarom niet over de verdwenen winkels? Misschien wel. Misschien lukt dat wel mits enige opzoekingen in het documentatiecentrum van het Districtshuis. Ik maak een afspraak en word te woord gestaan door  Mandy en vrijwillig assistent Ad. Ze vinden het project goed maar ze kunnen me niet echt helpen. De verdwenen winkels zijn niet per straatnaam opgeborgen. Zolang ik de naam van het pand niet weet kan men de winkel niet opzoeken. Pech. Ze geven me de raad om oude telefoonboeken te raadplegen en veel ouderen te bezoeken. Wijze raad. Een gouden tip krijg ik van onze oudste zoon Danny. Op facebook is een gesloten gemeenschap met de reeds vernoemde naam: 'Ge zijt van Ekeren als ge…’. Ook onze jongste zoon, Edwin, is er lid van. Ik vraag hulp bij het zoeken naar verdwenen winkels en word enkele uren later overstelpt met berichtjes. Ondertussen heb ik meer dan 170 berichtjes gekregen. Dat doet mij enorm veel plezier. Bedankt Ekeren.


 


Ik begin dichtbij huis, in de Vic Heymanstraat. De straten van Ekeren werden reeds uitvoerig besproken in een boek van F. Bresseleers en H. Kanora van 1973 “Portret van Ekeren”. Ik geef slechts een korte inleiding van de straat:


– 'Vic Heyman was een Ekerse kunstschilder. Hij stierf op 82 jarige leeftijd in 1972. De Vic Heymanstraat is ontstaan na verkaveling aan het eind van de jaren 70. Bouwbedrijf Versnel bouwde er appartementsblokken met twee verdiepingen. Vijf bel-etagewoningen werden er tussen geplant. In het midden prijkt een groen plein dat voornamelijk wordt gebruikt door hondenliefhebbers. Het is een doodlopende straat, die weinig mensen kennen. Het is er rustig en stil. Er bevinden zich geen handelszaken en langs een fiets/wandelpad bereiken we de Moretuslei.


 


De Moretuslei kreeg haar naam ter ere van Jonkheer Alexis Moretus-Plantin. Geboren te Ekeren op 6 oktober 1844 en overleden te Nispen-Roosendaal op 8 oktober 1914. “Jonkerke Moretus”, zoals hij door de dorpsbewoners genoemd werd, was een weldoener van de gemeente. Hij woonde op het Moretushof in de Veltwijcklaan, waar nu de administratie van de Internationale School Antwerpen is gevestigd. Onder het asfalt liggen nog steeds de oude kasseien die werden aangelegd in 1944.


 


– Ik begin naast café Art=choc, gelegen op de hoek Bosstraat/ Moretuslei. Het pand  nummer 85, is een gewoon huis in de rij, dat met de jaren uitgegroeid is tot een moderne woning met klassieke voorgevel. Niemand kan vermoeden dat hier een uitstalraam was van een kleine bescheiden kruidenierszaak, uitgebaat door 'Angéle' in de jaren 60 van vorige eeuw. Ik kan me bijna levendig voorstellen wat je als klant zou zien als je het winkeltje binnenstapte: “De geur van koffie komt je onmiddellijk tegemoet van zodra je de deur opent. Het schelle geluid van de bel is tot ver in de straat te horen. Op de toonbank vooraan staat de bekende hoge weegschaal naast enkele open doosjes met snoepgoed voor de kinderen. Om ze zoet te houden als ze met mama komen winkelen. Glazen bokalen met appelmoes, met een briefje erop geplakt 'zelf gemaakt'. In de koeling liggen de grote gele ronde kazen. Er wacht Angéle een zware taak om ze in plakjes te snijden. Ze staat achter de toonbank, in een pas gewassen en gestreken witte schort, te wachten tot ze je kan bedienen. Achter haar staan de schabben vanop de vloer tot tegen het plafond propvol met potjes etenswaren en glazen flesjes. Alles mooi gerangschikt met de etiketten naar voor gericht. Melk, frisdranken, koffie, potjes confituur, conserven.... te veel om op te noemen.


 


- Een paar huisjes verder was er eveneens een kruidenierszaak. Het is begin jaren zestig van de twintigste eeuw. De uitbater is oud geworden en wil er mee stoppen. De concurrentie wordt te groot. Sinds het winkeltje naast de Tarantula open ging komt er niet zo heel veel volk meer over de vloer. Achter de balie staat dan nog een vriendelijke jonge dame die een snoepje geeft aan de kindjes als ze met mama komen winkelen. - Ach, zucht hij, misschien wordt het tijd om mijn stofjas aan de haak te hangen.


 


– Het hoekhuis, nummer 71, bij het zandweggetje was ooit 'Café Red Star'. Er was reeds sprake van het etablissement in de jaren zestig van vorige eeuw. In een programma boekje van ‘De Bierpruvers’ vinden we een laatste sponsering van 1993. Later is er geen sprake meer van het café. Nu is het een moderne gerestaureerde woning zonder verdiep. In de jaren 80 van vorige eeuw kwamen Sus en klein Pierke hier iets drinken na een dag hard labeur op het werk. Soms tot in de late uurtjes. In het weekend kwamen ze dan terug om te vogelpikken of te biljarten met andere stamgasten. Waar is de tijd?


 


– De panden van nummer 61 tot en met 53B zijn enkele ééngezinswoningen, gebouwd in de tweede helft van de jaren negentig, van vorige eeuw. Voorheen was dit weiland  van Antverpia. Er hebben op deze gronden nooit koeien, paarden of schapen staan grazen. Er waren groentetuintjes aangelegd, vooraan tegen de straat. Alle dagen zag je daar wel iemand tussen de groenten het onkruid wieden. Een praatje maken met de buurman of een toevallige voorbijganger. Een snoepwinkeltje stond pal naast de gronden. Alle dagen zag je wel kinderen met hun neus tegen het uitstalraam gedrukt staan. - ‘Als we centen hadden zouden we dit of dat kopen’ vertellen ze elkaar.  Dat was in de jaren vijftig van vorige eeuw. Aan de andere zijde van de tuintjes was er, volgens ons Rina, een voet- of fietspad ontstaan, dat voetgangers gecreëerd hadden. Zo kon men een heel stuk afsnijden en moest men niet omgaan om de Boerendijk te bereiken. Het pad is er nu nog, netjes geplaveid met klinkers.


 


– Het pand op het nummer 27 staat thans te koop.


 


- Over café Colibri woonde weduwe Wouters. Haar man is enkele jaren geleden bezweken aan stoflongen. Het werken in de steenkoolmijnen heeft zijn tol geëist. Ze zit momenteel voor haar raam te breien. Een dagelijkse bezigheid terwijl ze af en toe naar buiten kijkt. Ze glimlacht steeds naar een voorbijganger als ze iemand herkent. Manke Neel strompelt voorbij haar raam. Vlug kijkt ze naar haar breiwerk. De weduwe kent Neel al heel lang maar wil hem niet groeten. Ze heeft er wel medelijden mee. Hij kwam getraumatiseerd uit de oorlog. Het rechterbeen moest geamputeerd worden door koudvuur. Zijn vrouw verliet het echtelijk dak omdat ze de toestand niet meer aan kon en op de koop toe  verloor hij ook zijn werk. Nu strompelt hij recht naar het café. Hij drinkt om te vergeten.


 


– Tegenover Mieke Van Gorp was in de jaren 60 van vorige eeuw een klein kaaswinkeltje van de  'Willekens'. Familieleden bezitten een boerderij, net buiten het centrum van Ekeren. Ze verzorgen er koeien, schapen, geiten...etc. Van de melk wordt kaas gemaakt en geleverd aan verschillende winkels in Ekeren. Uiteraard zorgt de familie Willekens ook voor de verkoop.


 


– Ook naast café 'bij Peerke' was een kruidenierswinkel: 'bij Phil en Mariëtte Van Ballaert'. Het koppel denkt er sterk over na om met de zaak te stoppen. Het is onhoudbaar geworden. Ten eerste het lawaai van het café. Het was vannacht weer het zelfde. Luide muziek uit den jukebox, schuiven van tafels en stoelen, het breken van glas en dan natuurlijk geroep en getier van vechtjassen. De  politie werd erbij geroepen. Het lawaai verplaatst zich dan naar buiten. Ten tweede wordt de concurrentie te groot. Vooral de supermarkten rijzen als paddenstoelen uit de grond. Het is gewoon niet meer te doen.


 


– Ook in nummer 7 of 9 werd een kruidenierszaak uitgebaat. Meer details ontbreken.


 


- Langs het zebrapad bereik je de overzijde van de straat en sta je voor een kleurrijk kunstwerk.


De zijgevel werd in 1998 in graffiti gespoten als blikvanger voor de voormalige CD shop die hier vroeger op de hoek gevestigd was. Rond die tijd maakte Leopold 3 furore met: 'De koning van de lach'. Onze zoon Edwin was door de microbe gebeten. Samen met zijn mama was hij bijna bij elk optreden te gast. Ook Mama's jasje had toen de hit: 'Eén nacht alleen'. De CD's gingen vlot over de toonbank. Ook ouderen zag je in de winkel. Dat was voor een vinylplaat of CD van Will Tura: ‘Mijn winterroosje' of Helmut Lotti zijn: 'Bij jou alleen' had heel veel succes.


 


– In pand nummer 10 was eertijds een schoenmaker gevestigd. Drukke tijden voor de uitbater. Nieuwe schoenen kosten stukken van mensen. Vooral damesschoenen worden voor herstelling binnen gebracht. Afgebroken naaldhakken of versleten gespen zijn de meest voorkomende herstellingen voor de schoenmaker. Soms staat hij in het portiek van zijn zaak naar de voorbij wandelende mensen te kijken. Sommigen groet hij door zijn pet af te nemen. Anderen noemt hij bij naam. Een duwkar komt ratelend zijn kant uit. Het is de boerenkar van de groente- en fruitzaak 'den bloemkool' uit de straat. Hij houdt haar staande en koopt voor enkele centiemen een bos prei voor het avondeten.


 


– Ter hoogte van nummer 16 was ooit een kruidenierswinkeltje: 'bij Mieke Van Gorp'.


 


– Op huisnummer 20 was een fruit- en groentezaak ‘In Den Bloemkool’ van de familie Verdonck. Mevrouw Verdonck rijdt rond met een duwkar om groenten en fruit aan de man te brengen. In de volksmond is ze beter bekend met  de bijnaam: ‘Den Bloemkool'. Ze draait net de Boomstraat in. Magda, van 'schele sus', houdt haar staande om een praatje te maken. Eigenlijk om te roddelen, maar dat hoort ‘die van Den Bloemkool' even graag.


Van Ilse de Schutter krijg ik, via Facebook, heel nuttige informatie over haar grootouders die het fruit- en groentewinkeltje ‘Den Bloemkool’ uitbaatten. Ilse is verrast dat de mensen haar grootmoeder: ‘die van Den Bloemkool’ noemden. In haar herinnering noemden de mensen haar ‘Lies tomaat’.  Ilse woonde van bij haar geboorte samen met haar moeder bij haar grootouders in. Haar moeder zorgde voor haar en de winkel terwijl haar grootouders naar de vroegmarkt gingen om verse groenten en fruit op te halen. Nadien maakte haar grootmoeder de ronde met een open stootkar. De houten bakken met groenten en fruit werden niet te hoog opgestapeld. Met al die kasseien daverden de bakken bijna van de kar. Enkele jaren later werd dan een camionette aangekocht omdat de groenteronde groter en zwaarder werd. Haar grootvader nam het stuur. Ilse weet nog goed dat ze vaak mee vooraan in de wagen zat en de groenten en fruit tot bij de mensen bracht. Haar herinnering gaat nog terug toen ze in het centrum van Ekeren een bestelling gingen leveren waar een mandje met geld en een papiertje naar beneden werd gelaten. Fruit en groenten werden opgestapeld in het mandje en met het touw terug de hoogte in getrokken. Ilse vond dat een ‘grandioze!’ uitvinding.


Niet alles was ‘grandioos’… vertelt Ilse nog. Op zekere dag, toen ze weer mee op toer mocht, gebeurde er iets verschrikkelijks. Haar grootvader parkeert de camionette voor het huis van de familie Holemans. Haar grootmoeder stapt eerst uit en wil achteraan de laadklep van de lichte vrachtauto openen. Ondertussen rijdt haar grootvader achteruit zonder te kijken. Er volgt een klap en een vloek. Als Ilse dan snel uitstapt ziet ze verschrikt haar grootmoeder half onder het voertuig liggen. Een paar minuten later, als de grootste schrik verdwenen is, blijkt het ongeval nog mee te vallen. Maar sindsdien bleef de schrik er bij Ilse wel inzitten als ze nog eens mee op toer mocht.


In 1970 sluit het fruit- en groentewinkeltje voorgoed haar deuren. De concurrentie wordt te groot. Het doek valt net na de plechtige communie van Ilse en haar zus. Het feest wordt in de winkel gehouden. Plaats genoeg nu. Haar grootmoeder miste nadien het werken zo hard, dat ze jaren vrijwilligerswerk verrichte aan het groentekraam in de supermarkt. Dat bewondert Ilse nog altijd. Het is door de komst van deze supermarkt dat ze hun winkeltje moesten sluiten… en dan gaat ze er nog helpen! De beste herinnering aan hun winkeltje, heeft Ilse aan het uitdelen van koekjes bij het zingen van ‘nieuwejaarkezoete’ op oudejaarsdag. Ilse gaf steeds ‘3 mariekes’ aan elk kindje.


 


 


– Het café op de hoek met de Boomstraat/Moretuslei, nummer 28, bestaat al heel lang. Menig cafébaas- en bazin heeft hier de plak gezwaaid. Vier decennia geleden (1976), noemde het café: ‘Colibri’ bij Maria Hennen (grootmoeder van o.a. Linda Debeukelaer en Nico Van den Acker). Nico heeft er, zoals hij het zelf verwoord ‘z’n pamperjaren’ meegemaakt. De vogelpikclub ‘Drij in ’t gat’ bracht veel volk over de vloer eind 1970 en begin 1980. Vanaf 1981 nam Richard, één van haar negen kinderen,  de fakkel over. De naam van het café bleef hetzelfde tot eind 1995. Daarna noemde men het etablissement ‘De Limburg’ (1997-’99). 'Time Out' bij Claudia en Frans van 2001 t/m 2006. Een café waar Antwerp supporters zich konden inschrijven om gezamenlijk met de bus naar de match op verplaatsing te rijden. In 2008 en ’09 kwam Taschke en Patje het café open houden onder de naam ‘Corner’. ’t Goe Begin was er slechts één jaar (2010), elke vrijdag tussen 18 en 19 uur was het bekende bier aan 1 euro. Het café was er 7/7 open.  Het jaar daarop, 2011,  noemt het café 'Klokske rond'. Als je binnen kan, is het gezelligheid troef. Vanaf oktober 2015 wordt het interieur vernieuwd en krijgt het café een nieuwe naam: ’t Boerke. Nog even wachten op de officiële opening.


 


– In het hoekhuis Boomstraat/Moretuslei was kruidenier Valkx gevestigd. Het hoekpand is ruimer dan een huis in de rij. De grossier levert hier meer zakken suiker van 50kg en minstens drie grote vaten zout. Valkx verkocht in zijn winkel sigaretten en tabak, kruiden en specerijen. Het was een kleine superette maar hij bediende zijn klanten nog zelf.


 


- Willy Verbaenen woonde in nummer 36. Alle dagen zag je hem vertrekken richting Lange Sterrestraat. In het nummer 57 (Lange Sterrestraat) had Willy een atelier met las-,schaaf- en freeswerken in aluminium en ijzerconstructie, trappen en trapleuningen. Er was al sprake van het atelier in 1977.


 


– Een paar huizen verder, in nummer 52, terug in de Moretuslei situeerde zich herencoiffeur ‘Jos van der Westen’. (1976-’87). Hij had vooral veel werk voor het nieuwe schooljaar begon. Tijdens de grote vakantie laten de ouders het haar van hun zonen maar groeien. Nu is dat niet meer zo erg als vroeger, maar toen moest al het jongenshaar kort geknipt worden met kam en schaar. Nu is er de tondeuse. Dat scheelt een haar. Het liefst heeft hij ouderen op de stoel zitten. Deze klanten komen regelmatig en dus is er niet zoveel werk aan. Je kan een 'klapke' doen over van alles en nog wat. Tijd was nog geen money. Enkelen moesten ook nog geschoren worden. Dan werd er niet gepraat. Alhoewel hij zijn stiel kent, het blijft een bloedig risico. In 1988 veranderd de naam in 'Kapsalon LU Creatiff'. Kapster Ludgarde kwam naar Ekeren en opende haar eerste kapperszaak in de Kloosterstraat in het pand van frituur Tilly. Nadien kocht ze dit pand en richtte er haar kapsalon in. Ze heeft nog steeds enkele trouwe klanten. Als ze niet in haar kapperszaak staat wandelt ze rond met de hond van een bewoner uit de Lange Sterrestraat.


 


 


– Op de hoek met de Lange Sterrestraat staat het ABC wijkcentrum. In verschillende lokalen geven vrijwilligers het hele jaar door computerlessen en -workshops. Hier was vroeger het kaartlokaal voor senioren gevestigd. Het gaat er soms hard aan toe bij de kaarters. Er zitten dan ook enkele fanatiekelingen bij. Frans Vermeer stapt het lokaal binnen en krijgt meteen een rookwalm in het aangezicht. Hij kucht en duwt op het knopje van de ventilator. Dat vergeten ze hier als eens op te zetten. Frans komt biljarten met Freddy, die reeds zit te wachten. Hij heeft zich achter de kaarters gezet en mengt zich in de verschillende discussies. -'De beste stuurlui staan aan wal', denkt Frans. Freddy wil biljarten maar zijn vriend stelt voor om naar de 'Red Star' te gaan. Hier is te veel lawaai en te veel rook. Samen stappen ze naar buiten en gaan aan de overzijde van de straat het café binnen. Boven het kaartenhuisje, op het eerste verdiep, woonde toen conciërge Fons Huybrechts met zijn gezin. Ook dit verdiep werd ingepalmd door het ABC wijkcentrum. De resterende kaarters en biljarters moesten hun activiteiten verderzetten in het ontmoetingscentrum 'Blankenberg' in het Geestenspoor.


 


– De garage naast huisnummer 70 was de voormalige parking van “Den Kolenboer”, die een Jeanszaak had in de Lange Sterrestraat.


 


– In het verlengde van de Moretuslei was voedingswinkel 'De Welvaart' gevestigd, uitgebaat door de familie De Schutter. Na de kruidenierszaken deden de superettes hun intrede in de straat. In deze zaken kan je als klant zelf de boodschappen uit de rekken nemen. Met dit verschil, je neemt niet alleen wat je nodig hebt, je laadt in je winkelmand of kar wat je wil hebben. Betalen doe je aan de kassa, op het eind, voor je naar buiten gaat. Niet iedereen is ermee gediend en zij blijven bij hun kruidenierszaak.


 


Vele huisjes zijn gerenoveerd en gerestaureerd tot moderne woningen. Nog enkelen vertonen het uitzicht van toen ze voor het eerst gebouwd werden.


 


De Boomstraat kreeg haar naam in 1931. Voorheen noemde ze de Eikenstraat doordat de straat nabij de 'Bossen' lag waar vooral eiken groeiden. Ook in deze straat staat een pand te koop. De kleine straat heeft geen winkels.


– Op de hoek Boomstraat/ Lange Sterrestraat werd ooit café 'De Ster' uitgebaat door Jeanneke. Tijdens renovatiewerken aan de voormalige rijkswachtkazerne, in de Veltwijcklaan, werd het doplokaal naar hier overgeplaatst. Jeanneke verkocht jaren later haar zaak en men renoveerde het geheel tot een gezinswoning in de jaren 90. De deur op de hoek werd dichtgemetseld. De ingang is via de Lange Sterrestraat.


 


– Boomstraat 1 is een gewoon rijhuis in de straat. Naast de ingangsdeur werd een garagepoort geplaatst. Ooit was hier een kapsalon gevestigd. De groottante van Nadine Hendrickx baatte toen deze zaak uit.


 


– Aan de overzijde is het Ekers Aquarium. Een winkel die aquariumbezitters helpt en begeleidt bij de aanschaf en onderhoud van aquarium en vissen. Voorheen werden hier gordijnen en draperieën verkocht door familie De Vos.


 


Tot zover, de verdwenen winkels in deze straten. Deze lijst werd laatst bijgewerkt: 02/11/2015.


 


Bedankt aan alle Facebook vrienden die mij massaal berichtjes toestuurden en zo deze lijst mee tot stand brachten: Gerda, Tipsys, Yvonne, Kristel, Liliane, Rita, Patrick, Jolanda, Ria, Inge, Rik, Chantal, Franky, Kizi, Nicky, Jeannine, Marc, Koen, Sven, Stefan, Viviane, Rudy, Gerda, Danny, Tascha, Leanda, Marie Louise, Peter, Nadine, Francine, Maria, Annemie, Gerda, Marina, Linda, Joseé, Relinde, Jolien, Alfred, Liesbet, Kris, Hilde, Christiane, Saartje, Nicole, Roger, Lynsey, Michel, Joke, Kenny, Micheline, Cis, Monique, Stakke en Ellen. Bedankt Ilse de Schutter. Ik wil speciaal ‘De Bierpruvers’ danken voor de programmaboekjes die ik mag inkijken. Ze zijn van onschatbare waarde. Ze werden aan huis gebracht door Luc Somers en Erik Bontinck. Moest ik toch iemand vergeten zijn? Sorry! Een speciale dank aan Koen Palinckx, schepen van cultuur en erfgoed. Uiteraard gaat mijn dankbaarheid uit naar onze beide zonen Danny en Edwin. Zij hadden hun uitgaansleven in Ekeren en kennen vooral de cafés, dancings en frituurtjes nog zoals hun broekzakken. Ze zorgen steeds dat mijn computer optimaal werkt. Als laatste wil ik mijn echtgenote Rina Meurs bedanken voor de uren en uren dat ik bezig was met dit voor te bereiden en te schrijven. Ik kan steeds op haar medewerking rekenen en haar naam mag hier zeker niet ontbreken. Wordt zeker vervolgd. Tot schrijfs. Tekst: Luc Verschooten. Foto's: Rina Meurs. Bron: Facebook vrienden.


 


 



 





05-10-2015 om 00:00 geschreven door Luc Verschooten  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (3 Stemmen)
>> Reageer (0)
07-09-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.WOI met kleinkinderen

Vrijdag 7 augustus 2015. Het wordt een stralende dag met volop zonneschijn en een aangename temperatuur van 27°C in het binnenland. Prachtig weer om naar de kust te rijden en de Frozen zandsculptuur in Oostende te bezoeken. Onze kleinkinderen, Joey en Yuna zijn blijven slapen en moeten vroeg opstaan. Dat zijn ze niet gewend bij Bomma en Bompa. Om 10:30u plaats ik de auto op de betaalparking Churchillkaai, vlakbij het station van Oostende. Te voet wandelen we langs de Visserskaai richting strand. We passeren menig monument, zoals de rechthoekige granieten herdenkingssteen voor de 26 Canadese slachtoffers die op 14 februari 1945 in de haven per ongeluk gedood werden door een explosie in de Torpedo Boat Flotilla. Verderop staan we stil bij het kleine granieten zuiltje dat hier opgericht werd ter herinnering aan de eerste landingsschepen die op 25 september 1944 in dit dok manschappen en materieel ontscheepten ter bevrijding van ons land. Dit dok werd op 3 april 1948 herdoopt in Montgomerydok door veldmaarschalk Sir Bernard Montgomery.

 

Bij de viskramen staan mensen in de rij aan te schuiven. Meeuwen houden een oogje in het zeil en wachten hun kans af. Bij Visboetiek Markt staat de ketel warme Wullok te pruttelen op het vuur. Een Wullok is één van de grootste huisjesslaksoorten uit de Noordzee. Een hongerige voorbijganger vraagt een bakje 'Escargot chaud'. De geur van verse vis prikkelt de smaakpapillen. Het is druk op de esplanade. Veel wandelaars haasten zich richting strand.

 

We laten Weststaketsel rechts liggen en haasten ons langs de fonteinen. Enkele kinderen zijn al kletsnat van door of tussen de waterstralen te lopen. Het is er weer voor. Het Nationaal Monument voor de Zeelieden op het Zeeheldenplein werd opgericht in 1953-'54 op de plaats waar voorheen  de oude vuurtoren stond. Op paasmaandag wordt aan dit monument een jaarlijkse hulde gebracht voor de slachtoffers van de zee. Langs de Albert I-promenade staan reuze grote rode rotsblokken opgesteld. Ze zijn precies uit een vliegtuig gevallen en hier op de promenade beland. De kunstwerken zorgen voor heel wat wrevel onder de bewoners van Oostende.

 

We verlaten het Zeeheldenplein langs trapjes en komen bij het internationaal zandsculpturen-festival op het strand van Oostende. 30 mensen uit 12 verschillende landen hebben gewerkt aan deze sprookjeswereld in zand. Mannen en vrouwen uit: Canada, Australië, Mexico, Spanje, Rusland, Frankrijk, België… om er maar een paar te noemen. Er werd meer dan 6.000 ton, of 200 vrachtwagens speciaal zand gebruikt om 150 sculpturen van 2 tot 6 meter hoog te maken. Dit zand is weer- en windbestendig. Strandzand waait weg bij droogte. Sculptuurzand is rivierzand uit de Waalse Ardennen, gevonden in een grot en is waarschijnlijk vijftig miljoen jaar oud. We wandelen op de, speciaal voor dit evenement, aangelegde paden langs de beeldengalerij met beroemde Disney figuren. Elk beeld wordt door onze kleinkinderen kritisch bekeken. Een massa foto's wordt op de gevoelige plaat vast gelegd. Hier en daar ligt een pak zandstrand op de kunstwerken. Bij de boef van opa Duck werd een nieuwe lap in z'n broek gemaakt. Hersteld met nieuw zand. Het zijn stuk voor stuk prachtige kunstwerken. Bij de cars sculptuur worden net herstellingen uitgevoerd. Weer en wind is sterker dan sculptuurzand. Naderhand wordt op het aangebouwd terras iets fris gedronken. Er staat een trampoline met veiligheidsnet waar ze zich leuk kunnen uitleven.

 

Na de picknick op het terras wandelen we terug naar de auto om de tas met strandspullen op te halen. Daarna keren we terug tot bij de fonteintjes. Ze kunnen het niet laten om ook tussen de waterstralen door te lopen. Het is reuze mooi weer en we laten ze hun gang gaan. Een uur later is het afgelopen. Ze bibberen van de kou en ze moeten afgedroogd worden. We nemen plaats op het strand. We voetballen, tennissen en maken een zandkasteel. Joey wordt bijna helemaal ingegraven en er wordt vooral van de zon genoten. Om 15:15u wordt het tijd om weer te vertrekken. Na een ijsje stappen we in de warme auto.

 

We rijden naar Adinkerke, een deelgemeente van De Panne. In de Heldenweg parkeren we de wagen, zo veel mogelijk in de schaduw, bij de Militaire begraafplaats. Naast de ingang staat het monument dat hulde brengt aan de dapperen van Adinkerke en Veurne-Bewesterpoort. De tekst gaat verder als volgt: “Ter verheerlyking van den Moed en de Zelfopoffering getoond voor de bevryding van het verdrukte Vaderland 1914 – 1918”. Op de begraafplaats rusten Belgische soldaten en één Franse soldaat van de Eerste Wereldoorlog en de 67 Britse zerken zijn van beide Wereldoorlogen. In totaal liggen er 1717 Belgische soldaten waarvan er drie onbekend bleven. De enige Franse militair werd begraven onder een Belgische zerk met Franse vlag. In het dorp, bij de kerk, waren tijdens WOI verschillende medische posten. Er werden gewonde soldaten verzorgt. Maar niet alle soldaten konden geholpen worden. Ze stierven soms voor ze ter plaatse waren. De meeste slachtoffers werden gewond tijdens gasaanvallen.

 

In het schuilhuisje zoeken Joey, Yuna en ik naar bloedverwanten. Die zijn er gelukkig niet. Bomma en Yuna zoeken tussen de Belgische zerken naar de Franse militair. Op verzoek van nabestaanden bleven er nog 6 heldenhuldezerken op de begraafplaats staan.

– 'Waarom zijn deze gebruikt bompa?’ Vraagt Joey nieuwsgierig. Bomma en Yuna komen erbij staan en luisteren aandachtig mee naar het antwoordt. Voor 1925 werden sommige doden begraven onder  heldenhuldezerken, sommigen onder een houten-  of een verroest ijzeren kruis. Daarom besliste men om alle Belgische soldaten een nieuwe stenen zerk te geven. In 1925 echter werden 130 Vlaamse heldenhuldezerkjes verbrijzeld, vermengd met rode baksteen en verwerkt in de bestrating van de begraafplaats. Yuna vindt de zerk met Franse vlag. Na enkele foto's verlaten we de dodenakker en rijden naar Ieper.

 

Het is 18:00u en we eten eerst een hapje in een plaatselijke frituur op een schaduwrijk terras. We willen om zeven uur bij de Menenpoort staan om de Last Post mee te maken. Tegen de gevel van het Flanders Field Museum werd een nieuw monument bevestigd: “In Memoriam alle burgers van of in Ieper slachtoffers van de oorlogen 1914 – 1918 en 1939 – 1945. We hebben een klein stoeltje bij om Joey te laten zitten en Yuna neemt plaats in haar duwwagentje. Een uur recht staan is voor hen nog niet evident. We hebben een mooie plaats, vooraan, bij de ijzeren ketting. Zoals steeds komt er veel volk naar de Menenpoort.

 

Om het wachten in te korten vertel ik hen de interessantste dingen: “Deze poort werd in 1927 gebouwd op de fundatie van een andere poort die werd afgebroken in 1862. Langs deze straat trokken duizenden Britten naar het front en was dit dus een uitverkoren plek om dit monument te bouwen. Op de muren staan 54.896 Britse soldaten vermeld die gesneuveld zijn tijdens WOI. Zij waren onherkenbaar en sommigen werden nooit teruggevonden. De Menenpoort werd te klein om alle soldaten te vermelden. Vanaf 16 augustus 1917 werden de Britse vermisten vermeld op het Tyne Cot Memorial. De grote begraafplaats die je bezocht hebt met Bommi en Bompi. De doden op beide monumenten hebben geen graf en liggen ofwel ergens verloren in de velden, of op een oorlogsbegraafplaats in de Westhoek met vermelding: Known Unto God (alleen bekend door God). Sinds 1928 wordt hier elke dag om 20:00u de 'Last Post' geblazen door klaroenblazers van de Stedelijke Brandweer. Omdat wij deze slachtoffers nooit zouden vergeten”.

 

Na de plechtigheid gaan we nog iets drinken in de nabijheid van de Menenpoort. Als alles rustig is gaan we terug en leggen Joey en Yuna samen een zelfgemaakte hartkrans bij de poppy kransen van daarstraks. Langs 52 trappen gaan we naar boven. Langs deze zijde hebben we nog nooit geweest. Hier werd een maquette geplaatst in 1993. Het toont ons de ligging van Ieper, Passendale, Armentiers en nog meer dorpen die in de frontlinie lagen tijden WOI. De zon begint te zakken en het wordt tijd om terug te keren. Maar we moeten langs de kermis.

 

Bij het schietkraam leert Joey al snel hoe hij met een geweer moet omgaan. De loodjes erin steken neemt bompa voor zijn rekening. Yuna geeft ze aan. Daarna wil onze kleindochter op de draaimolen. Alleen als Joey meegaat. Joey “offert” zich op. Daarna willen ze nog vissen. Joey kiest als prijs een plastieken mitrailleur en Yuna een schoolkaft van Frozen. Het is pikdonker als we richting Antwerpen rijden. Het duurt niet lang voor ze alle twee in slaap vallen. Tot schrijfs. Tekst: Luc Verschooten. Foto's: Rina Meurs. Bron: Wikipedia.










07-09-2015 om 09:02 geschreven door Luc Verschooten  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (3 Stemmen)
>> Reageer (0)
31-08-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Pervijzeroute

Fietsknooppunten: 34-33-17-15-72-73-18-21-22-23-36-39-38-35-34. Afstand: 39 kilometer.

 

Zondag 9 augustus 2015. Vandaag duiken we nogmaals in het spoor van WOI te West-Vlaanderen. De Westhoek bezit voor ons als het ware magische krachten. Het is reeds het derde jaar op een rij dat wij in die regio gaan fietsen. Met dit verschil, het wordt vandaag een ééndags trip. We laten ons verleiden om 100 jaar oude bezienswaardigheden te bekijken die we de jaren ervoor hebben misgelopen. Waaronder de observatietoren van Pervijze en de Belgische Militaire begraafplaats van Steenkerke. Een nuttige kaart is 'Westhoek Noord'. Je weet nooit of we verkeerd rijden, daar zijn wij echt goed in. Of we kunnen iemand anders helpen die van zijn of haar route is afgedwaald. De weergoden beloven voor vandaag, in het Westen, een mooie dag met volop zonneschijn. Op dit moment zijn we nog ten noorden van Antwerpen waar, vanuit het zuiden, stilaan wolken komen opzetten. Hier geven ze 'kans op een bui' en de boordcomputer geeft slechts 19°C aan.

 

Om 10:50u draaien we de parking op van de Brouwerijstraat te Pervijze. Voor ons ligt het Kastanjeplein. De zon schijnt aan een helder blauwe lucht en de  temperatuur klimt tot 22° à 23°C. Op deze plaats kan onze auto heel de dag gratis blijven staan. Pervijze, een deelgemeente van Diksmuide, lag vanaf oktober 1914, en gedurende de rest van de Eerste Wereldoorlog, in de frontlinie en werd helemaal verwoest. In 1919 begon de wederopbouw. De eerste foto van ons Rina is de 'naamsteen', vooraan in de Brouwerijstraat. Tussen 1984 en 1988 plaatste men als herdenking één van de provinciale naamstenen 1914-1918. De naamsteen verwijst naar de iets verder gelegen observatiepost.

Met de fiets aan de hand wandelen we tot bij de O.L.Vrouwekapel, 'poort van Gods genade'. Men plaatste Maria op een sokkel achter beschermglas. De kapel werd gebouwd in 1987-88. Afgeschermd door hoge bomen rijst de observatietoren 14m de hoogte in. Tot 1895 stond op dit Kastanjeplein de kerk van Sint-Katharinakapelle. Tijdens de 'Groote Oorlog' 1914-1918 bouwde het Belgische leger in de restanten van de voormalige pastorie een observatietoren. Van hieruit konden de waarnemers de vijandelijke artillerie, troepenbewegingen en aanleg van nieuwe versterkingen observeren en de waarnemingen doorseinen aan de eigen artillerie. Er was nauw contact met de voorposten in de overstroomde IJzervlakte ten oosten van de spoorlijn, waarvan een viertal belangrijke punten uitgroeiden tot grote wachtposten. In de sector Pervijze waren dat de 'Grote Wacht 4' bij de hoeve 'Berkelhof' en de 'Grote Wacht 3' bij de Schildersbrug over de Beverdijkvaart. Omdat het dorp volledig door Belgische militairen was ingenomen, werden de inwoners verplicht te vertrekken. Tijdens WOII werd de toren weer in gebruik genomen door de Duitse bezetter. Ze bouwden bovenop de observatiepost een mitrailleursnest in rode baksteen. Een afspanning houd nieuwsgierige bezoekers op afstand. Schapen grazen rondom de scheve toren van Pervijze. Een gedeelte is overwoekerd door klimop.

 

We vertrekken vanaf hier met de fiets, langs het Sint-Katharinakapellepad, naar knooppunt 34. De naam is een hele mond vol. Ons pad is smal en we fietsen op fijngemalen grijze grind. Het knispert onder onze fietsbanden. In de berm groeien de klaprozen. We zien hier meer papavers dan op onze 'Klaproosfietsroute Antwerpen-Noord' van een maand geleden. Rondom ons groene weilanden met her en der enkele bomen. Op de landbouwgronden staat voornamelijk maïs. Niet zo hoog als de vorige jaren. Misschien heeft de droogte daar schuld aan. Tussendoor fietsen we langs hectaren velden met groenten, waaronder: savooikool en prei. Volop werk aan de winkel voor de landbouwer. Linksaf voor een oud asfaltbaantje met putten en kuilen. Verderop is het de beurt aan hectare aardappelen. Het loof wordt geel en de kruin begint te bloemen. Tijd om te oogsten. Aan de overkant liggen rechthoekige balen hooi of stro te wachten om opgeladen te worden. We genieten onderweg van fantastische uitzichten. Enkele spitse kerktorens steken boven de bomen uit. Onmogelijk te zeggen van welke stad of dorp ze zijn.

 

Dwars door dit prachtige landschap stroomt de Oude A-vaart. Met wat geluk zien we een sportvisser langs de oever tussen het riet zitten. Op de grens van Pervijze licht het gehucht Roesdamme. Genoemd naar de bewoner Jan van Roxdamme uit de 14de-eeuw. Voorbij de Roesdammestraat vertoont de skyline de IJzertoren van Kaaskerke. We moeten rechtsaf, over een houten brug, de vaart over. Hier staan twee bovengrondse bunkers. De twee  mitrailleurs posten werden op ca 70 m afstand van elkaar gebouwd en behoorden tot de Belgische eerste verdedigingslinie tijdens WOI. Bij de tweede bunker kan je de voorkant bekijken. Het brede schietgat kijkt uit over de vaart. Het weidse landschap en de natuur rondom maken het moeilijk te geloven dat het 100 jaar geleden minder vredig was in dit gebied. We fietsen op het 'Oude A-vaartpad' verder door Roesdamme, waar we mooie panoramazichten voorgeschoteld krijgen, en er intens van genieten. Rechts van ons werd een volledige akker met tarwe afgereden en opgehaald. De achtergebleven stengels kleuren nog goudgeel. In de berm weer een bosje klaprozen. We worden hier getroffen door landelijke stilte, geen vogel laat van zich horen. We voelen ons als stille genieters. Bij de volgende houten brug moeten we afstappen. Te voet gaat het verder onder de spoorlijn Gent-De Panne. Tegen de brug van de spoorweg groeien braambessen. De plant kan tot 6 meter hoog worden. We genieten van enkele zwarte vruchten, ze zijn eetbaar vanaf augustus.

 

Het volgende gehucht is Zoutenaaie, een deelgemeente van Veurne, met amper 19 inwoners. Het kleine dorp heeft geen dorpskern of kerk. 'Centrum' borden zijn we eveneens niet gepasseerd. Tijdens de vroege Middeleeuwen lag Zoutenaaie aan zee. De parochie hield op te bestaan in 1808, waarna de kerk werd gesloopt in 1824. De stad Antwerpen schonk in 1959 twee noodpaviljoenen aan het dorp. Ze zijn in de loop der jaren uitgegroeid tot een heus restaurant. De horecazaak staat sinds september 2014 over te nemen. De uitbaters zijn met pensioen. Onder de knotwilgen vinden we een infobord over het reilen en zeilen van het kleinste dorp van België. De gedenkmuur, gewijd aan de verdwenen O.L.Vrouwekerk, staat over huisnummer 16. Struiken belemmeren evenwel het zicht. De oude gele bakstenen beginnen af te brokkelen. Een renovatie dringt zich op. In de middelste muuropening staat een gekroonde O.L.Vrouw met kind. Onderaan is de gedenkplaat bevestigd.

 

Volgens ons plan moeten we tussen knppnt 17 en 15 rechtdoor rijden. In werkelijkheid moeten we linksaf. In de verte lonken twee windmolens. In de Palinghoekstraat 8 houden we halt voor de kleine Decroos molen. Gebouwd als staakmolen in 1905 door Kamiel Decroos. Gebruikt voor het vermalen van gerst en haver, meestal voor eigen gebruik. Na het overlijden van de eigenaar in 1976 kwam de molen in verval. In 1980 wordt de molen na stormschade heropgebouwd. In 1990 sloeg het noodlot opnieuw toe. De molen werd door een zware storm omver geblazen. In 1997 bouwde men op deze locatie de huidige molen van 8 meter hoog. West-Vlaanderen kreeg de molen in erfpacht en stelde een vrijwillige molenaar aan die tijdens de zomermaanden, vanaf dit jaar, de molen regelmatig laat draaien.

 

Langs het Molenpad rijden we verder. Nogmaals een smal pad met fijne grind. Weer mooie vergezichten. Balen hooi liggen op de akkers te wachten om opgeladen te worden. We stoppen even bij de H. Mariakapel die gebouwd werd in 1774 onder een vlierbesstruik. Ooit was de kapel wit geschilderd, nu is ze grauw en grijs door de tand des tijd. Enkele heiligenbeelden staan op een altaar, geflankeerd tussen plaasteren engelen en plastieken bloemen.

 

Eggewaartskapelle is een polderdorp van Veurne. De St-Jan Onthoofdingskerk, gebouwd tussen 1873 en 1874, staat te midden van de begraafplaats, afgeboord met lindebomen. Dit gebedshuis vervangt de vroegere romaanse kerk. In 1998 werd ze grondig gerestaureerd. In een glazen schrijn ligt het levensgrote beeld van de Heilige Philomena, die wordt aangeroepen tegen zenuwziekten. Ze wordt hier vereerd sinds 1838. Achter de parochiekerk vinden we drie grafzerken van vijf Britse vliegers die omkwamen tijdens WOII. We verlaten de Knollestraat naar rechts. Bij knppnt 15 moeten we  rechtsaf om knppnt 72 te volgen. We worden onmiddellijk omgeven door groene gewassen. We snuiven de zoete geur op van het landschap waar we niet genoeg van kunnen krijgen. Ons pad slingert tussen wei- en landbouwgronden. Enkele boerderijen staan beschut achter hoge populieren. Het stoort het landschap  niet.

 

In het centrum van Steenkerke, dat een deelgemeente van Veurne is, houden we halt bij de St-Laurentiuskerk. De parochiekerk heeft een korte stompe toren en wordt nog steeds omgeven door een begraafplaats. Er was reeds sprake van een kerk in de 12de-eeuw. Na veelvuldige renovaties en reparaties ontstond deze kerk. Voor de kerk is een gezellig terras waar we samen genieten van een heerlijk streekbiertje. Het kerkpad wordt voorafgegaan door het Heilig Hartbeeld van 1923. We bezoeken het interieur van de kerk die open staat voor toerisme. Ze doet meer denken aan een groot uit de kluiten gewassen kapel. Toch bestaat ze uit drie beuken. In de westtoren hangt de klok van de afgebroken kerk van Zoutenaaie. Momenteel loopt er een tentoonstelling met schilderijen en beeldhouwwerken in witte Bourgondische steen van Willem Vermandere, de bekendste BV inwoner van Steenkerke. Naast de kerk leidt een pad naar de militaire begraafplaats met gesneuvelden uit WOI. In het dorp, Steenkerke, was tijdens WOI een grote infirmerie geïnstalleerd. De militairen die hier stierven of wiens stoffelijk overschot naar hier werd gebracht, werden vanaf oktober 1914 op deze begraafplaats begraven. Op deze site, met een oppervlakte van 54 are, rusten 508 Belgen. 26 onder hen konden niet meer worden herkend. Alle slachtoffers, behalve één, zijn gevallen tijdens WOI. Er zijn 9 heldenhuldezerken en één privégraf. In het register zoeken we traditioneel naar bloedverwanten. Die vinden we gelukkig niet. In 1920 bracht de eerste IJzerbedevaart hulde aan Joe Englisch die op dit kerkhof begraven lag, voordat hij bijgezet werd in de crypte van de IJzertoren. Verder rusten er nog 30 gesneuvelden uit het Britse Gemenebest. Achter de zerken bloeien witte rozen.

De pastorie in de Heanestraat 1, van 1852, wordt te huur aangeboden als vakantiewoning 't Hof van Heden'. De tuin achter een zware gietijzeren poort ligt er wat verwaarloosd bij. Rechtover de pastorie rijden we de straat in om knppnt 73 te volgen. Bij het nummer 23, Steengracht Oost, stoppen we bij de kapel die ingebouwde werd in de omheining van de te koop staande klasse woning. De kapel werd gebouwd rond 1800, en gewijd aan O.L.Vrouw Troost in nood. Links loopt de spoorweg: Diksmuide-Veurne.

 

Om 14:30u bereiken we Avekapelle. Een landelijk dorpje dat behoord tot de stad Veurne. Tijdens WOI werd het dorp verwoest, maar in 1924 heropgebouwd. Ons knooppunt brengt ons niet voorbij de kerk, maar moeder de vrouw wil de kleine parochiekerk toch bezoeken. De St-Michielskerk, gebouwd eind zestiende eeuw, is echter gesloten. Ze werd zwaar beschadigd tijdens WOI en in de jaren 2O, van vorige eeuw, volgens plan hersteld. Een bord vermeld graven van het Gemenebest. We wandelen rond de kerk tussen de zerken en vinden het monument van beide Wereldoorlogen. Het is zoeken maar uiteindelijk vinden we de witte zerk van een Britse piloot van WOII. Onder een heldenhuldezerk werd Maurice Louw begraven. Hij was soldaat bij het 2de Regiment Jagers te voet en overleed op 28 oktober 1914. Hij werd pas op 16 augustus 1919 op deze plaats begraven. Het kleine bakstenen oorlogsmonument voor gesneuvelden van beide wereldoorlogen werd naast de kerk geplaatst. Achteraan de begraafplaats bevind zich de St-Apollonia kapel. De dubbele poort is afgesloten. Erboven een rondboog raam met stukgegooide ruiten. De zijramen zijn met houten panelen dicht gespijkerd. Eveneens op het kerkhof staat een oude wilg. Hij is zo oud dat hij met ijzeren staven moet worden ondersteunt. We verlaten het centrum en fietsen langs de Oude Zeedijkmolen van 1745. Hij werd vakkundig gerestaureerd in 1943 en 1968. Tijdens een storm in 1987 werden de wieken afgerukt. Een volgende restauratie drong zich op. Het molenhuis staat vooraan. De oude staakmolen is te bezoeken na telefonische afspraak.

 

Voorbij de molen slaan we linksaf en fietsen we op een smal pad tussen aardappelvelden. Ook hier heeft de landbouwer nog massa's werk te verrichten. Ondertussen verdwijnt de zon achter een witte nevel sluier. We houden het niet droog vandaag. De temperatuur blijft aangenaam ondanks de opstekende wind. Bij het volgen van knooppunt 21 rijden we langs de Proostdijkvaart. Ook in deze vaart komt de sportvisser aan zijn trekken. Even verder steken we de vaart over langs een houten brug. Het gaat verder langs een smal grind pad. We genieten van groene weiden, landbouwgronden en water. Ondanks de wind is het hier aangenaam toeven.

 

In het centrum van Booitshoeke vinden we een oude grote kapel met dubbele witte poort. Je mag ze van binnen bewonderen. Vier houten kerkstoelen nodigen uit voor een gebed. Heilige beelden staan op het altaar. Tegen de zijmuren werden kleine kaders bevestigd. Een houten gewelf verdonkerd de kapel. Achter de kapel wordt bij een plaatselijk restaurant een uitgebreid feest georganiseerd. De landelijke St-Audomaruskerk, gebouwd in 1135 als kapel, is niet open. In 1690 kreeg het gebedshuis twee zijbeuken en werd de vervallen toren herbouwd. Door de nabijheid van het front had de kerk tijdens WOI zwaar te lijden. Tussen de oude zerken, rond de kerk, tiert het onkruid welig. De grill-eetkroeg 'De Jachthoorn', wat verderop, staat te koop.

 

Aan knppnt 23 bevinden we ons in Schoorbakke. Het dorp is een gehucht van Pervijze en ligt langs de IJzer. De N302 kruist de IJzer over de Schoorbakkebrug. Tijdens WOI werd er zwaar gestreden bij de slag om de IJzer. In oktober 1914 probeerden de oprukkende Duitsers de IJzer over te steken in Nieuwpoort, Diksmuide of één van de drie tussenliggende bruggen, de Uniebrug, de Schoorbakkenbrug en de Tervatebrug. De volgende dagen werd zwaar gestreden bij Schoorbakke en op 23 oktober werd de brug opgeblazen. De Belgen moesten zich terugtrekken, maar een week later werd de Duitse opmars gestopt door de onderwaterzetting van de IJzervlakte. Na de oorlog werd het gehucht heropgebouwd en vestigden er zich een aantal herbergen. In de Tweede Wereldoorlog werd na de capitulatie in mei 1940 de brug opgeblazen door de Fransen. Op de Schoorbakkenbrug zijn twee gedenkplaten aangebracht die herinneren aan de gevechten van 16 tot 24 oktober 1914, namelijk een plaat voor het 3de en 23ste Linieregiment en een plaat voor het 2de en 22ste Linieregiment.

Een ouder echtpaar houd vlakbij ons halt. Ze weten niet meer waar ze zijn. Ze moeten naar zee maar weten niet welk knooppunt ze moeten volgen. Ze hebben wel een knooppunten kaart bij. Ons Rina helpt hen te oriënteren. Ze moeten knooppunt 10 volgen. Dat is in tegenovergestelde richting dan wij fietsen. Wij houden de IJzer links van ons. Het traject langs de rivier is zondermeer lovenswaardig. Er vaart de ene plezierjacht na de andere. De één al wat mooier en groter dan de ander. Het moet een echt avontuur zijn om op zo'n luxe jacht de IJzer af te varen. Vanop het water de WOI sites ontdekken met een streekbiertje bij de hand. Bij de splitsing moeten we oorspronkelijk rechtsaf, maar wij blijven op het jaagpad langs de rivier fietsen. Hier stapten vroeger de paarden, terwijl ze het zware vrachtschip vooruit trokken.

Rechts van ons rijdt een speciale tractor over het gedroogde hooi en na enkele seconden wordt een ronde baal uit de tractor geduwd. Een andere tractor zet twee balen tegelijk op een trailer die wordt getrokken door een derde tractor. Wat verder, aan onze rechterzijde, vinden we een kapel die naar verluidt de Eerste Wereldoorlog zou hebben overleefd. Het bakstenen kapelletje heeft bovenop het pannendak een metalen kruis. Boven de ingang werd een paneel bevestigt met een opschrift: “Ga hier nooit voorbij o mensenvoet zonder dat gy Maria eerbiedig groet”. Het interieur bevat een eenvoudig Maria-altaar achter een verroest ijzeren hekwerk. Onze volgende stop is bij het monument voor de Tervatebrug. Het is een spitse zuil, opgericht in 1930, met bovenaan een kruis. Bij de sokkel werd een bronzen kenteken van de Grenadiers aangebracht. De gedenkzuil werd opgericht aan de gesneuvelden die op 22 oktober 1914 gevallen zijn in de stormloop, uitgevoerd onder het bevel van majoor S.A. graaf Hendrik d'Oultremont.

 

Tervate is een gehucht in Stuivekenskerke langs de IJzer die er een grote bocht maakt. De hele oorlog lang zou Tervate in handen van de Duitsers blijven. Het gehucht zou worden uitgebouwd tot een versterkte plaats met een aantal loopbruggen over de rivier de IJzer. Bij de Tervatebrug staat een picknicktafel en enkele infoborden. Voor WOI was deze brug een draaibrug. De oprukkende Duitsers wilden de Kanaalhavens bereiken en wilden daarom half oktober 1914 de rivier oversteken in Nieuwpoort, Diksmuide of via de drie bruggen. De bocht in de rivier was een zwakte in de Belgische verdedigingslinies. In de bocht was men kwetsbaar voor vuur uit verschillende richtingen en bovendien viel hier de grens tussen twee divisies, namelijk de eerste en de vierde Divisie. Op 19 oktober 1914 werd de Tervatebrug door de Belgische genie opgeblazen om deze onbruikbaar te maken voor de Duitsers. In de nacht van 21 op 22 oktober slaagden de Duitsers er toch in de IJzer over te steken in de Tervatebocht. De volgende dagen werd hard gestreden, maar uiteindelijk moesten de Belgen zich terugtrekken tot in Stuivekenskerke en later tot achter de spoorwegbedding. Een paar dagen later viel de Duitse opmars stil door de onderwaterzetting van de IJzervlakte. De naamsteen, (200 m verder) opgericht in de jaren 80 van vorige eeuw, met het opschrift “Tervatebrug 21-23 oktober 1914” herinnert aan de strijd. Na de oorlog werd een ijzeren ophaalbrug gebouwd. Tijdens WOII, mei 1940, werd deze brug opgeblazen door Franse soldaten. Na de oorlog kwam er een kleine houten ophaalbrug. In 1970 werd zo'n 700 meter verder stroomafwaarts een nieuwe betonnen brug gebouwd. Een hoge brug, die voorzien was op vrije doorgang voor binnenvaartschepen van 1350 ton, later verlaagd tot 300 ton. Die brug raakte echter aangetast door betonrot en werd begin 21ste-eeuw afgebroken en vervangen door de huidige ophaalbrug. Er vallen enkele druppels regen terwijl een alarmbel schel begint te rinkelen. Slagbomen sluiten de Tervatebrug volledig af en het verkeer ligt totaal stil. Dan gaat de brug aan één zijde de hoogte in. Plezierjachten glijden geruisloos voorbij in beide richtingen. Daarna zakt de brug weer op zijn plaats. Wij fietsen rechtdoor tot bij de naamsteen voor een foto. We blijven de rivier volgen en komen vanzelf bij knooppunt 36 uit.

 

We rijden rechtsaf richting Stuivekenskerke. Ondanks het Belgisch verzet slagen de Duitsers erin de IJzer over te steken. In de nacht van 22 op 23 oktober wordt door Belgische officieren de kerk van Stuivekenskerke in brand gestoken, zodat de Duitsers deze niet als observatiepost zouden kunnen gebruiken. De volgende dag dringen de Duitsers echter verder door en bezetten verschillende hoeves, waaronder ook Vicogne. De hoeve wordt echter volledig in puin geschoten. Op 16 oktober 1918 verlaten de Duitsers het gebied. Er werden na de oorlog enkele noodgebouwen opgetrokken, en na 1921 werd het volledig vernielde dorp heropgebouwd, waaronder de kerk, de kasteelhoeve Vicogne, de pastorie en de gemeenteschool, met als resultaat: “bakstenen tekort”. De familie Floorizone richt de Nieuwpoortse steenbakkerij “Briqueteries Mécaniques de Nieuport & Extensions” op. Er wordt aan klei ontginning gedaan in Stuivekenskerke. Tot het stoppen van de steenbakkerij in 1979 wordt hier op onregelmatige basis klei ontgonnen. We stoppen bij het Vlaams natuurreservaat Viconia Kleiputten. Het begint weer te regenen. De druppels worden groter. We wandelen het domein in tot bij één van de zes ondiepe kleiputten van het 30 hectaren groot wandelpark. Verder bezit dit domein nog enkele stevige troeven waaronder twee vogelkijkhutten, een verscheidenheid aan vogels en een afwisselend landschap met diverse planten- en dierenrijk. Nu zien we een grote plas water met verschillende soorten eenden. De bermen weerspiegelen zich in de uitgestrekte vijver. Aan de overzijde een zilveren reiger. De vogels voelen zich hier veilig. Rondom de kleiput groeit riet, de lisdodde, struiken en bramen.

 

In de Kasteelhoevestraat 2 staat de Viconiahoeve, voor een gedeelte heropgebouwd in de jaren 1923-25. Ook hier werd de naamsteen geplaatst: “Vicogne, voorpost 1914-1918”. De Viconiahoeve is een hotel die de tweede generatie van de familie Dekeyne openhoud. Al 25 jaar zetten ze zich in om het de gasten steeds aangenamer te maken. De hoge ijzeren poort is afgesloten. Alleen de  toegangspoort staat nog op haar oorspronkelijke plaats. In het torentje ernaast werd een mooi onderhouden kapelletje ingericht, toegewijd aan de H. Theresia van Lisieux.

 

Het stopt gelukkig met regenen, nog voor het echt begonnen is. We fietsen voorbij de Sint-Pieterskerk van Stuivekenskerke, nog steeds omringt door een begraafplaats. Ze werd heropgebouwd tussen 1925-1930. Aan weerszijden van de ingang werden in 1959 twee bronzen gedenkplaten bevestigd voor het 8ste linieregiment en voor het 1ste en 2de regiment karabiniers die sneuvelden tijdens de Slag aan de IJzer in oktober 1914. We moeten rechtsaf op de Frontzate.  Links verkopen ze hoeveijs. Dat kunnen we niet links laten liggen.

 

Daarna rijden we over 'spoorlijn 74', een Belgische spoorlijn die Kaaskerke verbond met Nieuwpoort-Bad. De lijn was 15,8km lang en werd in de streek ook bekend als 'de Frontzate', omwille van het belang van deze spoorweg tijdens WOI. Tijdens de Slag om de IJzer diende de spoorwegberm als buffer voor het water uit de IJzer, waardoor de hele vlakte tussen de IJzer en de spoorwegberm onder water werd gezet. In 1977 werden de sporen opgebroken. Tien jaar later werd op de spoorwegbedding dit fiets- en wandelpad aangelegd. Langs de gehele spoorlijn zijn nog bunkers, observatieposten en geschutstellingen te zien uit WOI. Wij fietsen slechts 1,4km over de 'Frontzateroute'. Van knooppunt 38 tot knooppunt 35. Daarna linksaf tot Pervijze.

 

De heropgebouwde parochiekerk, van 1933, te Pervijze is toegewijd aan St-Niklaas en St-Katharina. Ze wordt nog steeds omringd door een begraafplaats met bomen die voor schaduw zorgen. Tijdens WOI werd de kerk door Duitse artillerie gebombardeerd en ook het kerkhof werd grotendeels vernield. Tijdens WOII liep de kerk schade op aan de toren en glasramen. Alles werd bekwaam hersteld in 1950-1959. Het Heilig Hartmonument dateert van 1937. Op de begraafplaats rond de kerk ligt een Canadese piloot. Een slachtoffer van WOII.

De pastorie in de Schoorbakkestraat 15 werd heropgebouwd in 1922 in gele baksteen met een bas-reliëf afbeelding van een herder. Het station en de oude pastorie speelden een belangrijke rol als observatiepost tijdens WOI. Via een telefoonverbinding werd de havenstad Duinkerke verwittigd bij schoten van het kanon 'de Lange Max' op het gehucht Leugenboom bij Koekelare, zodat de bevolking in Duinkerke kon schuilen.

 

Om 18:15u zijn we terug bij de auto. Nog 1,30u rijden tot thuis. Tot schrijfs. Tekst: Luc Verschooten. Foto's: Rina Meurs.
















31-08-2015 om 08:41 geschreven door Luc Verschooten  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
>> Reageer (0)
17-08-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Brabantse Kouter 1

Fietsknooppunten: 50-79-50-2-3-7-6-5-50-44-47-46-50. Afstand: +/- 35 kilometer.

 

De Brabantse Kouters zijn bewerkte velden in de streek ten noorden van Brussel en maken deel uit van de Groene Gordel. De Brabantse Kouter fietsroute bestaat uit drie fietslussen van ongeveer 30, 40 en 45 kilometer met relicten uit de eerste Wereldoorlog. De fietslus van 45km heeft een vertrekplaats in Steenhuffel, de fietslus van 40km begint in Kapelle-op-den-Bos en onze fietslus van 30 km start in Affligem. In totaal zijn er 59 locaties terug te vinden met een oorlogsgeschiedenis. Ter plaatse staan geen infoborden. Het is gokken waar bepaalde locaties zijn. In de brochure van de Toeristische Dienst van Affligem worden enkele plaatsen beschreven. Er is eveneens een stukje geschiedenis als voorwoord meegegeven: “Op 20 augustus 1914 bezetten de Duitsers Brussel. Enkele weken lang lagen de Brabantse Kouters in niemandsland, geprangd tussen het Duitse leger in het zuiden en het Belgische leger rond Antwerpen in het noorden. Een gespannen situatie. De vrees voor vrij schutters, of francs-tireurs, eiste haar tol: een zestigtal inwoners werden geëxecuteerd of verloren het leven in de chaos. Ook tijdens de twee uitvallen van het Belgische leger uit Antwerpen op 24-26 augustus en op 9-13 september vielen er slachtoffers. Op 10 oktober gaven de Belgen Antwerpen op en trokken ze zich terug in de Westhoek”. De volledige lijst vinden we op: www.vlaamsbrabant14-18.be of www.toenlevenoverlevenwas.be.

 

Zondag 2 augustus 2015. Het beloofd een prachtige dag te worden met veel zonneschijn met een aangename temperatuur van 27°C. Bij ons vertrek uit Ekeren wijst de temperatuur reeds meer dan 20°C aan. Om 8:45u draaien we bij de Noorderlaan de snelweg A12 op. Het is rustig rijden, waarschijnlijk omdat het zondag is en misschien ook door het vroege uur. Af en toe passeren we een eenzame vrachtwagen. Voor deze chauffeurs is het geen rustdag. Onze GPS loodst ons niet over de E19 maar, naar rechts, richting Boom. Via de A12, langs de Boomsesteenweg, rijden we richting Brussel. Het kan dan sneller zijn dan de E19 snelweg, maar we staan wel stil voor elk rood licht. De Rupeltunnel brengt ons onder het Zeekanaal Brussel-Schelde en de rivier Rupel. Het is de enige tunnel in België die onder twee waterlopen gaat. In 1982 werd de tunnel in gebruik genomen. Eens eronder door vertelt een bord dat we door Scheldestad rijden. Vervolgens draaien  we op de E40 richting Gent en vijfenveertig minuten later nemen we afrit 19 Affligem.

 

We parkeren de auto nabij de abdij van Affligem, dichtbij knppnt 46, in de Abdijstraat. In de abdij, bekend om haar smaakvolle abdijkaas en het verrukkelijke bier, leven de monniken al bijna duizend jaar volgens de regels van Sint-Benedictus. Naast de abdijgebouwen vind men er een tuin, een archeologisch museum en een cultureel en religieus centrum. Tijdens WOI verbleven enkele broeders van Affligem aan het front als verplegers of aalmoezenier. Bier werd er toen niet meer gebrouwen, want de Duitsers namen de brouwketels in beslag.

 

We houden de abdij links van ons en fietsen richting knppnt 50 op het grondgebied van Hekelgem, een deelgemeente van Affligem. In de Domentstraat vinden we een kleine 'O.L.Vrouw ter nood' wegkapel. Ze staat wat verscholen achter mini bomen en struiken. De kapel is in een lichtblauwe kleur geschilderd. Het interieur vertoond een Heiligenbeeld van Maria met kind. We bevinden ons kortbij de historische halte (2): 'het Etappegebied op de grens met Oost-Vlaanderen'. Bij het begin van de Duitse bezetting werd ons land ingedeeld in drie zones: het Spergebied, het Etappegebied en de rest van het land, dat onder Generaal gouvernement viel. Heel Oost-Vlaanderen behoorde tot het Etappegebied, waar de Duitse soldaten kwamen inkwartieren, (militairen bij burgers inlegeren of huisvesten), na aan het front te zijn afgelost. Het Etappegebied had een kunstmatige maar grondig bewaakte grens die het overbrengen van goederen en levensmiddelen zeker bemoeilijkte, niet alleen vanuit het Etappegebied, maar ook vanuit gemeenten als Affligem, Opwijk, Merchtem en Londerzeel die tot het Generaal gouvernement behoorden. Dit laatste gebied werd bestuurd door de militaire gouverneurs, van wie von Bissing de meest bekende was.

 

We rijden voornamelijk tussen landbouwgronden. Het merendeel is beplant met maïs die reeds van hoogte staat. Onderaan worden de bladeren reeds geel. Van panoramazichten is geen sprake. Naast de hectaren maïs groeit het koren. Het gewas is goudgeel gekleurd en rijp om geoogst te worden. De skyline vertoont een bomenrij van loofhout. We rijden verder op het grondgebied van Essene. Nog een deelgemeente van Affligem. Teneinde de Domentstraat moeten we rechtsaf op de Brusselbaan om verder knppnt 50 te volgen. We letten heel even niet op en fietsen rechtdoor. Voor het eerst, sinds ons vertrek, fietsen we op een rood geasfalteerd fietspad. Heuvel op en heuvel af. Het was te mooi om waar te zijn. Omdat we geen knppntnbordjes tegenkomen houden we halt. We rijden terug tot aan de Domentstraat en zien daar onze vergissing. We hadden onmiddellijk linksaf moeten rijden bij 'Estaminet 't Kaffeeken'. We rijden door de Koudenberg.

 

Bij knppnt 50 moeten we onze route verlaten en even knppnt 79 volgen. We rijden door de Oude Baan, die haar naam waardig is. Eerst een stuk oude versleten asfalt met diepe putten en kuilen. Na het asfalt fietsen we over grove grind. Het lijkt erop of buurtbewoners het puin van afbraakwerken hier op het pad komen storten. We moeten zigzag rijden om zoveel mogelijk grove grind van rode baksteen te ontwijken. Ik hou mijn adem in en denk aan onze fietsbanden. Een pluspunt is de omgeving. Ons pad slalomt tussen groene akkers met maïs en koren. Rechts van ons werd reeds de helft van het korenveld geoogst. De matige wind heerst nu over de bruine oppervlakte en doet het zand lichtjes opstuiven.

 

Na de Molenweg moeten we rechtsaf in de Molenberg voor Domein Verbruggen (1). De site is gelegen tegen de Oude Romeinseweg, die met kleine kiezel is aangelegd tussen weiland. In het najaar van 1914 hadden de door onze bevolking gevreesde Ulanen de bedoeling om hun residentie te vestigen in de Abdij van Affligem. De abt weigerde hen te logeren met als reden dat Affligem buiten het Etappegebied lag. Een schriftelijk bevel van de gouverneur was nodig om hen dat duidelijk te maken. De officieren van de grenspatrouille zochten dan maar een onderkomen in het kasteel van de gebroeders Verbruggen en werd aldus de abdij met rust gelaten. Vooraan tegen de Molenberg stond 'de nieuwe molen of Molen de Vis' op Hoog-Boekhout. Deze molen werd gebouwd in 1827. Sinds 1952 werd hij buiten gebruik gesteld. De romp is nog net te zien. Ooit mooi wit geschilderd, maar nu bijna helemaal overwoekerd met klimop. De romp heeft geen dak of wieken meer.  'De nieuwe molen' is vervallen, maar de molenaarswoning dat gebouwd werd in  1835 bleef bewaard. We kunnen het niet van dichtbij bewonderen. De toegang werd afgesloten met aluminium hekwerken.

 

We rijden terug en vinden de wegkapel op de hoek met de Molenweg. De kapel staat wat verdoken onder bomen. Ze werd voor het eerst gebouwd in 1887. Het interieur vertoont een beeld met Heilig Hart, met op de achtergrond een paternoster. Bloemen en kaarsen fleuren het geheel op. We blijven de Molenberg verder volgen en houden halt bij 'de Oude Molen'. Deze gerestaureerde stenen molen is gebouwd in 1785 als korenmolen. Hij staat op het hoogste punt van Affligem, op 74 meter boven zeeniveau. Voorheen stond hier al een molen die toebehoorde aan de abdij van Affligem. Een zware storm vernielde de molen in 1413. Het materiaal van de voormalige houten molen werd in de huidige molen verwerkt. De huidige molen is ingericht als woning.

 

In de Kerkstraat drinken we onze meegebrachte koffie bij de Sint-Michielskerk (3) van Hekelgem die in de 12de eeuw bij een burcht behoorde. De kerk die we nu zien is het resultaat van verschillende bouwcampagnes en restauraties. Bij de verbouwingen van de kerk, tussen 1917 en 1919, werden obussen als steunpilaren voor de altaren gebruikt. De fraaie preekstoel en de kraaiende haan zijn van 1788. Het schilderij op doek is van de 17de eeuw. De glasramen stellen de twaalf apostelen voor, geschonken door welstellende familieleden. Het gebedshuis is afgesloten, we kunnen het genoemde niet bevestigen. Waar is de tijd dat iedereen op elk uur van de dag toegang had tot de kerk? Na de restauratie van 1977 werd een nieuw uurwerk op de toren geplaatst. De tekst eronder luidt: 'Siet hier de verganckelykheit van den tyd'. Ernaast staat het oorlogsmonument voor de gesneuvelden van beide Wereldoorlogen. Twee burgerslachtoffers zijn van mei 1940.

 

Terug langs de Oude Baan naar knppnt 50. Op weg naar knppnt 2 rijden we door Neerheide, een brede lange straat van het gehucht Essene. Bij huisnummer 21-23 (achterin de boerderij) staat de romp van een 18de-eeuwse stenen bergmolen (12). Gebouwd in 1786 in het gehucht Asse-ter-Heide. De Duitsers beschouwden de windmolens als uitkijkposten en vermoedden dat met de wieken tekens werden gegeven. De wieken moesten worden verwijderd omdat van daar seinen waren gegeven naar de molen van Boekhoutberg in Hekelgem die dan op zijn beurt verder zou doorgeven. Gerucht of feit, wie zal het zeggen? In 2006 verkocht de eigenaar de nog volledig ingerichte romp zonder kap aan een beeldend kunstenaar. Als we bij knppnt 2 arriveren hebben we echter geen molen romp gezien. Op Street View van Google is hij nochtans duidelijk te zien. We rijden er niet voor terug. Hij wordt misschien afgeschermd door de nieuwe eigenaar. We vervolgen onze weg naar knppnt 3, slechts 900 m verder. We worden omgeven door weilanden met grazende koeien en schapen. Wat verder dalen we gestaag af en rijden even door een holle weg. We voelen haast geen wind en de zon brand. Insmeren met een hoge factor is aan te raden. In de berm vinden we twee infoborden over het ecologisch bermbeheer van de gemeente Asse. De gemeente maait de berm één tot tweemaal per jaar. De berm bezit namelijk een grote variatie aan soorten bloemen. Belangrijk is dat het maaisel wordt afgevoerd om de bodem te verschralen. Hoe schraler de bodem, hoe bloemrijker de berm. Bloeiende planten trekken veel insecten aan. Vlinders, bijen en andere insecten hebben dit soort habitat nodig om voort te bestaan. 

 

Het is klimmen, we puffen, we hijgen en we sakkeren. We rijden op een smalle asfaltbaan tussen maïsvelden. Hier valt de wind totaal weg. Er is amper zuurstof. Of is dat maar een gedacht? Tijd om te drinken. Het water is echter lauw geworden in onze fietstas. Maar beter lauw water dan geen water. We fietsen menig wegkapel voorbij. De één al mooier dan de ander. Sommigen staan er  verwaarloosd bij, de ander is de moeite waard om halt te houden. We stoppen niet bij elke wegkapel en zeker niet bij een afdaling. Moe maar tevreden over ons zelf naderen we de  grote baan met rode fietspaden. Tussen knppnt 3 en 7 moeten we de Dendermondsesteenweg dwarsen en linksaf slaan voor een afwijking. We zien geen straatnaamborden en in de veronderstelling bij de Dendermondsesteenweg te zijn, slaan we linksaf en rijden naar de St-Hubertuskerk van Asse-ter-Heide. In de westtoren werd een vuurrode dubbele poort aangebracht. Een priester die kleur bekend. Onze kerk moet een pannendak hebben. Deze heeft leien. Dit is niet onze kerk. We moeten misschien nog verder? Het plan boven halen brengt geen oplossing. Uiteraard niet! We zijn verkeerd. Maar dat weten we nog niet. Vanop de fiets kunnen we redelijk ver zien. Geen kerk te bespeuren met pannendak. We fietsen nog een eindje maar stoppen opnieuw om ons plan te bekijken. Ons Rina komt tot de vaststelling dat we ons op de Gentsesteenweg bevinden. Terug maar weer langs het fietspad en sluiten opnieuw aan bij ons knppnt, nr 7.

  

Aan het kruispunt Heuvelstraat/Groenstraat staat weer een mooie kapel. Deze St-Rochuskapel is oorspronkelijk van de 19de-eeuw en gerestaureerd voor WOII. De Heilige is de Patroon van de zieken en tegen pest. Na de Groenstraat moeten we linksaf op de Gentsesteenweg. Jawel, dezelfde steenweg als daarstraks. We hadden evengoed rechtdoor kunnen blijven rijden. Maar dan hadden we de mooie kapel niet gezien. Soit. Na de Kelestraat bereiken we de beruchte/beroemde Dendermondsesteenweg. Om knppnt 7 te volgen moeten we rechtdoor, maar wij slaan linksaf tot bij huisnummer 48 voor de parochiekerk Onbevlekt Hart van Maria te Krokegem. Met de bouw van de zaalkerk werd begonnen in 1948. Voornamelijk werd zandsteen gebruikt. Uitzonderlijk voor een kerk is dat er een pannendak werd op aangelegd. Bovenop nog een klokkentorentje. De rondboogramen hebben moderne glas-in-loodramen uit de jaren 1980 met vermelding van de schenkers. De vrijstaande klokkenstel werd ingewijd door kardinaal Danneels op 23/6/1985. Hier in de buurt bevind zich de historische site (9), 'veld in de rotten', O-L-Vrouw-van-de-vloekers, gelegen tussen Krokegem en Mazenzele. Op 17 september 1914 werden vier burgers uit Buggenhout, onder beschuldiging op de Duitsers te hebben geschoten, gevangen genomen, naar Asse geleid en in dit veld gefusilleerd. De burgers waren Leopold De Batselier, Pieter Joseph Meert, Camille Moens en Pieter Jan Van Ransbeeck.

 

We rijden een stuk terug en slaan linksaf in de Kelestraat om knppnt 7 te vervolgen. We genieten van het vredige landschap, dat zich voor ons uitstrekt, en staan even stil bij de tijd van toen, nu 100 jaar geleden. Na de volgende klimming houden we halt om op adem te komen. Onze beenspieren zijn overbelast en staan zo gespannen dat ze beginnen te daveren. Op de akker ligt het gras te drogen in de bakkende zon. In de verte nadert een tractor. Deze komt het gras keren, gok ik.

Na onze rustpauze vertrekken we weer. Bij de volgende splitsing zien we niet onmiddellijk een knppntenbordje hangen en rijden rechtdoor, wat gebruikelijk is in zo'n situatie. We genieten van een lange afdaling en rijden tot het centrum van Mollem. Wat? Mollem? We halen ons plan erbij en jawel, we zijn nog maar eens verkeerd. Terug naar boven, de lange afdaling van daarnet, teniet doen. Dat is pas balen. We hebben nochtans mooie panoramazichten. We maken toch enkele mooie foto's van het groene heuvelachtige landschap. Bij de splitsing rechtsaf en we rijden terug op ons parcours.

 

Bij knppnt 7, vlak voor we Opwijk binnenrijden, staat een Mariakapel met datum: 08-08-2008. de bakstenen kapel is tamelijk groot. Achter de getraliede raam staat een klein Mariabeeldje met kind. Naast de kapel staat een zitbank, waar we dankbaar gebruik van maken. Hoogtijd voor onze picknick. We zijn omgeven door maïs- en raapvelden. Villa's staan verdoken achter een rij hoge populieren. De hoge inrijpoort is gesloten. Een camera houdt een oogje in het zeil. Na ons middagmaal rijden we 900 meter verder tot knppnt 6. Het is 5,6km tot knppnt 5. In Grootveld (straat) is een kinderboerderij met terras. Tijd voor een verfrissing. Er is plaats genoeg en we zetten ons in de schaduw van een parasol. Ik neem een Affligem blond en ons Rina een donkere Leffe. Ze wordt er naderhand nog vrolijk van zodat ik besluit wat Leffe's in huis te halen. Om 14:30u rijden we verder.

 

Bij de Steenweg op Vilvoorde wijken we even af naar rechts. Een grote 300m verder aan onze rechterzijde vinden we het herinneringskruis of 'ongeluks kruis'. Frans De Keersmaecker woonde op 't Eeksken. Achter zijn huis lagen de voorposten van de Belgen, een kleine patrouille jagers. Vanaf daar schoten zij op een naderend Duits bataljon en troffen zo één soldaat. De Duitsers hebben wellicht de patrouille niet gezien en dachten dat Frans geschoten had. De Duitsers haalden de verschrikte bewoners uit hun huizen en staken een 10-tal huizen van het gehucht 't Eeksken in brand. De 52 mannen van het gehucht, waaronder ook Frans, werden dan richting Mansteen geleid tot op deze plaats waar Frans De Keersmaecker op 26 september 1914 werd neergeschoten. Dit kruis gedenkt dit onschuldig slachtoffer. We rijden terug en voorbij firma Van Hoof slaan we rechtsaf in Hulst (straat). De exacte locatie, in deze straat, wordt niet aangegeven, doch is het relaas aangrijpend genoeg om erbij stil te staan. In het Hulstbosje, zoals dat hier genoemd werd tijdens WOI, werd af en toe geschoten. Op 23 februari 1919 kwamen enkele jongens van Droeshout en Hulst terug van de zondagsschool. Achtergelaten Duitse munitie trok de aandacht van de kinderen. Na een hevige knal bleek dat de 12-jarige Frans Buyl een duim kwijt was. Zijn vrienden Karel Robberecht, August De Ridder, Louis Van Handenhoven en August Verdoodt overleefden het helaas niet.

 

We rijden het centrum binnen van Opwijk. Ook hier zijn historische haltes te vinden. Via Google Maps heb ik de straten genoteerd om de route zo kort mogelijk te houden. We blijven vooreerst knppnt 5 volgen tot de Kloosterstraat, waar we links inslaan tot bij (43), het klooster en rectors woning van de zusters van Sint-Vincentius a Paulo. Dit klooster werd gebouwd in 1902-1904. Het getuigt van decennia geschiedenis op sociaal, pedagogisch en godsdienstig vlak. De Congregatie, gesticht in 1847 beantwoordde de behoeften aan gezondheidszorg, onderwijs en christelijke opvoeding. Haar invloed is niet weg te denken uit het leven van Opwijk en omgeving. In 1914 werden de schoollokalen door de zusters ingericht als lazaret en werden er 80 bedden beschikbaar gesteld om voornamelijk vluchtelingen te verplegen. Opwijk zelf werd gelukkig niet in de oorlogsgevechten betrokken: de gemeente en ook het klooster van de Zusters bleef van grote rampen gevrijwaard. Pas in oktober 1918 kregen ze last met de vijandelijke bezetters. De Duitse troepen namen eerst de Zustersschool in beslag en richtten er een reusachtige veldbakkerij in. Later werd bijna het hele klooster bezet, een echt militair kampement. Deze 'bezetting' duurde nog tot 14 november; pas dan mochten de Zusters eindelijk de Vaderlandse vlag hijsen.

 

Het is 14:45u als we bij de Sint-Pauluskerk halt houden op de Singel. Met de bouw werd begonnen in de 15de eeuw in de stijl van Brabantse hooggothiek. Bewaard hiervan zijn de vieringtoren, het koor, de kruisbeuken en de eerste traveeën van het middenschip. In 1772-1773 werd de kerk verbreed en verlengd, hierdoor verkreeg de St-Pauluskerk haar huidig uitzicht. De sacristie werd gebouwd in 1761. Volgens de lijst van  www.vlaamsbrabant14-18.be  werd er op de zuidzijde van de noordwest vieringkolom van de kerk in 1919 een bronzen gedenkplaat geplaatst, ter nagedachtenis van 14 parochianen die door het oorlogsgeweld zijn omgekomen. We zijn helemaal rond de kerk gewandeld, met de fiets aan de hand, maar de bronzen plaat hebben we niet gezien. Ook in de Kattestraat is 'De Waag' niet direct te spotten. De Waag was tijdens WOI het plaatselijk Hulp- en Voedselcomité. De administratie, stapelplaats en uitreiking van de goederen aan de noodhebbende bevolking. Ook het Opwijks Sint-Vincentiusgenootschap, dat enorm veel hulp leverde aan de noodlijdende bevolking, had er haar stek. Nu zijn er in het huidige complex parochielokalen. De diensten van 'Kind en Gezin' hebben een plaats in de achterbouw van de voormalige Waag. Ook andere verenigingen gebruiken sporadisch de Waag voor tentoonstellingen en feesten.

 

We fietsen de Kattenstraat ten einde, slaan linksaf en rijden door de Marktstraat. We nemen de vierde straat linksaf, in de Processiestraat, voor het oude gebouw op het nr 18. De Sint-Pauluszaal van 1911 staat achteraan een recenter etablissement: het 'St-Pauwelskaffee'. Het wordt vooral door lokale jeugd bezocht. Echter niet vandaag. Het is sluitingsdag. De St-Pauwelszaal wordt gestut door gele ijzeren poutrels. Ramen zijn om veiligheidsredenen dicht gemetst. Hopelijk moet het gebouw niet worden afgebroken. Toen in september-oktober 1914 en in de laatste oorlogsmaanden van 1918 duizenden mensen vluchtten voor het krijgsgeweld, vonden honderden een onderkomen in Opwijk. Velen werden geherbergd in de St-Pauluszaal. De zaal werd herschapen in een bestendig nachtasiel. Er werd zelfs in de zaal les gegeven aan de kinderen van de vluchtelingen. Aan de overzijde van de straat staat de Sint-Annakapel van 1870 die zeker een bezoek waard is. Het interieur, met 20 stoelen, werd prachtig gerestaureerd in 2012-2013 door handige buurtbewoners. Tegen de zijmuur van de kapel werd een ijzeren plaat geplant waaruit een gedicht werd uitgesneden met als titel: 'Kruispunt van vroeger en nu'. Achterin staat de O.L.Vrouw ter noodkapel. Een kleinere kapel, maar daarom niet minder fraai. De binnenzijde is echter sober. 

 

In de Schoolstraat 23-25 staat het Pensionaat/kostschool van de familie Lindemans. Vanaf half augustus 1914 wordt het pensionaat ingericht als lazaret en later als toevluchtsoord voor vluchtelingen, gekwetsten en zelfs vee. Het externaat is even terug open geweest in januari 1915 maar op 31 juli volledig door het Duitse leger bezet. Naar het einde van de oorlog toe, op 22 oktober 1918, is de cartografische dienst van het Duitse leger er gevestigd. We rijden naar de hoek van de Ringlaan/Marktstraat. Villa Wijnants of 't Kasteeltje is nu een restaurant van aanzien. Ook deze zaak heeft vandaag zijn sluitingsdag. Door de grote ramen zien we de stoelen op de tafels staan. De poetsvrouw wordt verwacht. Ook het gezellige terras ligt er eenzaam en verlaten bij. De voormalige villa werd in 1909 in gebruik genomen door notaris Fernand Wijnants. Onder WOI was het de verblijfplaats van de Duitse officieren, met onder meer diverse braspartijen en zelfs een gevecht op het einde van de oorlog.

 

Even verder op de Ringlaan vinden we de begraafplaats Opwijk-centrum. Vooraan, onder de driehoekige luifel, werden tegen de gevel zwarte marmeren tegels geplaatst in de vorm van een kruis. Er staan namen in gegraveerd van: 'Zij die voor onze vrijheid stierven tijdens de beide Wereld Oorlogen'. We betreden de begraafplaats langs een gietijzeren poort. Onmiddellijk rechts vinden we het erepark van talrijke oud-strijders van 1914-1918 en 1940-1945.

 

We rijden terug tot de rotonde en nemen de eerste straat rechtsaf in de Stationsstraat. De straat ten einde voor het station van Opwijk. Gelegen op het kruispunt van twee spoorwegen, passeerden tal van treinen met soldaten en legermateriaal, van beide kampen, en met vluchtelingen en geëvacueerde. In september 1914 was de omgeving van het station het toneel van gevechten tussen Belgische en Duitse troepen. Het station bezat de enige telegraaf in de gemeente. In de periode van militaire activiteiten werd deze dan ook veelvuldig gebruikt door de legerdiensten en ten behoeve van de burgers.

 

Nogmaals terug naar de rotonde en nemen de tweede straat rechtsaf in Heiveld. Aan de volgende rotonde slaan we onmiddellijk rechtsaf in de Klaarstraat. Hier sluiten we terug aan bij ons knppnt. Tussen knppnt 50 en 44 rijden we over een geasfalteerde spoorwegbedding van de vroegere spoorlijn tussen Opwijk station en Aalst. Een groot infobord, opzij van ons pad, vertoont een rekening van een locomotief met wagon, getekend door Jos Hens. Onderaan werden gedichten geplaatst. Bij een zitbank houden we halt om van het uitzicht te genieten. Een al wat oudere vrouw stopt met haar fiets tot bij ons en vraagt of dit de weg naar Opwijk is. Ze komt uit dezelfde richting als wij. Ze was  samen, met haar man, aan het fietsen. Doch ergens verkeerd gereden. Dat klinkt bekend. Haar man laat haar achter en zegt dat hij hun knppnt gaat zoeken. Hij is al meer dan een half uur weg vertelt ze. Daarom rijd ik alleen terug naar huis. We nemen er het plan bij en tonen haar hoe ze moet rijden. Terug tot het volgende kruispunt en knppnt 5 nemen. Daarna knppnt 7 waar ze vlakbij woont. Goed dat wij steeds een plan bij hebben. Is het niet voor ons zelf, dan kunnen we altijd iemand anders helpen. Ze verdwijnt in de richting vanwaar ze is gekomen. Hopelijk rijdt ze niet verkeerd. Even later fietsen we over de provinciale grens met Oost-Vlaanderen en bereiken we knppnt 44.

 

We rijden door Baardegem en houden halt bij de mooie St-Barbarakapel die momenteel wordt gerestaureerd. Ze is oorspronkelijk van 1847. De werken zullen nog tot eind 2015 duren. Met de bouw van de Sint-Margarethakerk werd gestart in de 14de-eeuw. Na meerdere verbouwingen en restauraties ontstond de huidige parochiekerk. Ze heeft een groot en enkele kleine ronde glas-in-loodramen. Verderop vinden we nog meer wegkapellen waar we even halt houden. Achtereenvolgens vinden we de O.L.Vrouw van Lourdeskapel en de O.L.Vrouw van Bystandkapel van 1841.

 

Om vijf voor vijf passeren we de St-Walburgakerk van Meldert uit de 12de-eeuw. Ze staat op een hoogte en is slechts te bereiken via enkele trappen. Ze wordt nog steeds omgeven door oude grafzerken. Na knppnt 47 bereiken we knppnt 46, net op de grens van het Vlaams Gewest. Linksaf langs de abdij van Affligem tot bij onze wagen. Tot schrijfs. Tekst: Luc Verschooten. Foto's: Rina Meurs.












17-08-2015 om 07:48 geschreven door Luc Verschooten  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (3 Stemmen)
>> Reageer (0)
11-08-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Nord Pas de Calais

Begin januari 2015 brengen we een bezoek aan het vakantiesalon te Antwerpen. Een evenement waar we jaarlijks naar uit kijken. Dit jaar gaat onze belangstelling uit naar 'Den Grooten Oorlog' in Noord Frankrijk. We brengen verschillende folders mee naar huis met wandel- en fietsgidsen. Twee gidsboekjes krijgen onze speciale aandacht. Een wandel- en fiets lus in en rond Maubeuge met telkens zeven te bezoeken locaties. Een klein plannetje met nummers moet het allemaal wat gemakkelijker maken. Van elk te bezichtigen plaats wordt in de brochure een omschrijving gegeven. Ter plaatse staan dan ook nog informatieborden die het nog wat duidelijker moeten maken. De fiets lus is 'slechts' 24,8 kilometer lang en de wandeling 2,4 kilometer. Gemakkelijk op één dag te doen, rekening houdend met het heuvelachtige landschap. Frankrijk heeft geen fietsknooppunten. Dat maakt het iets moeilijker. Geen nood. Op www.wegenvanherdenking-noordfrankrijk.com kan ik straat voor straat uitstippelen hoe we moeten rijden. Met Google- Maps en Streetview kan ik straat voor straat opschrijven hoe we moeten rijden. Bij het nummer zeven 'Poort van Mons' start dan de korte wandeling door het centrum van Maubeuge. De wandeling is met Google Maps moeilijk te volgen. Vele plaatsen hebben geen naam en ik veronderstel dat we door een park of bos moeten wandelen. Misschien is alles wel netjes met bordjes aangeduid? Ik maak me toch een beetje zorgen en via mail vraag ik aan de bevoegde diensten in Frankrijk nog bijkomende informatie. Ik krijg een vriendelijke mail terug, in het Engels, dat de wandeling aangeduid is door groene bordjes met witte wandelaar. Meer moet dat niet zijn. Alles wordt in Word uitgetypt en uiteindelijk geprint. Als start locatie kies ik voor de Militaire begraafplaats van Assevent. Een geschikte plaats met veel parkeer gelegenheid. Nu rest slechts een mooie zonnige dag.

 

Maandag 6 juli 2015. Na een subtropische week van meer dan 35° C beloven de weergoden ons vandaag temperaturen tot 25° C. Tevens start vandaag de ronde van Frankrijk in Antwerpen en de wielrenners rijden door Vlaanderen. Er wordt sterke hinder verwacht op en om het parcours. Wij vertrekken naar Nord Pas de Calais, ongeveer 155 km. Op de Antwerpse ring is het onmiddellijk aanschuiven. Onze GPS leidt ons langs de A12 richting Brussel. Ook aan de afrit van Lennik, richting Charleroi, is het sterk vertraagd verkeer. Na een sanitaire stop, bij een wegrestaurant voor een natje en een droogje, rijden we de provincie Henegouwen binnen. We dwarsen de Samber. De 'Sambre' ontspringt in Frankrijk en is de belangrijkste zijrivier van de Maas. Om 11:20u passeren we de grens van onze zuiderburen. Ik stop even langs de grote baan (N2) om ons Rina een foto te laten nemen van een arduinen monument 'Combat de la Glisuelle'. Opzij van de obelisk bevinden zich twee stenen granaten met de datum: 'Anno 1913'. In het midden een bronzen medaillon van Generaal Jean-Baptiste Gouvion. Geboren op 8 januari 1747 en gestorven in de strijd nabij Maubeuge op 11 juni 1792. Op de voet van het monument worden enkele namen vermeld en de Franse tekst: – 'Sections de marieux et de Bettignies'. Alles is verweert door weer en wind.

 

Het is over half twaalf als 'Lucy' ons de parking opstuurt bij de begraafplaats van Assevent. Het nummer zes in de fietsgids van Maubeuge, een belegerde vesting. De fietsgids vermeld: “De slag bij Maubeuge heeft 2.000 doden, zowel Fransen als Duitsers, als gevolg. Hun eerste graven zijn massagraven, tijdelijke graven of graven op begraafplaatsen in de omgeving, op de plaats waar ze sneuvelden. Talloze uit het puin van de forten geborgen en in hospitalen van Maubeuge overleden soldaten worden ook ter plekke begraven. Op bevel van de Kaiser legt de gouverneur van Maubeuge Karl Ritter von Martini een militaire begraafplaats aan, hier in Assevent, in nagedachtenis van de 'onsterfelijke doden'. In maart 1916 geeft hij de betrokken burgemeesters de opdracht de in hun gemeente begraven doden over te plaatsen naar de dodenakker van Assevent. Jules Walrand, burgemeester van Maubeuge, moet de kosten voor deze overplaatsingen verspreiden over de gemeentes. De begraafplaats wordt op 20 oktober 1916 officieel geopend in bijzijn van de burgemeesters uit de betrokken gemeentes en Charlotte van Pruisen, prinses van Saksen-Meiningen en zus van Kaiser Wilhelm II. Haar zwager Frederik en neef Ernst kwamen om in augustus 1914. Bij het begin van de oorlog is Prins Frederik van Saksen-Meiningen commandant van de 39ste infanteriebrigade van Hannover. Hij overlijdt in Tarcienne tijdens de slag bij Charleroi op 23 augustus 1914. Op 26 augustus raakt zijn zoon Ernst, tweede luitenant van het Hannoverse infanterieregiment, zwaar gewond door een Franse soldaat op verkenning in het Belgische Quévy-le-Grand. Hij wordt per ambulance van Mons naar Maubeuge vervoerd, waar hij de volgende dag overlijdt. Op verzoek van de familie worden de lichamen van beide mannen overgebracht naar de begraafplaats van het park van Meiningen in het huidige Thüringen”.

 

Tussen de kruisjes van Franse soldaten bloeien rode rozen. Ze staan symbool voor de klaprozen die tijdens WOI massaal bloeiden op de slagvelden, vooral in de Westhoek. Verschillende soorten loofbomen geven schaduw aan de 1.400 gesneuvelde Franse soldaten. 487 van hen werden in een massagraf gelegd. Achter de Franse kruisjes staan de zerken van de Duitse gesneuvelden. 399 lichamen werden hier ter aarde besteld, waarvan 342 in een massagraf. De 60 Russische soldaten werden achteraan ten grave gedragen waarvan 200 in een massagraf. Rechts achteraan staan zeven zerken van Britse soldaten, waarvan er drie onbekend zijn gebleven. Verder moet hier nog één Belgische soldaat rusten. We vinden zijn grafzerk niet. Verder rusten hier nog 12 Roemenen. De Russische soldaten waren krijgsgevangenen van het Oostfront. Ze dienden als arbeidskracht voor het onderhoud van wegen, het kappen van hout en het bouwen van Duitse stellingen in de Hindenburglinie. Een stenen pad leidt naar de tombe achteraan op de begraafplaats.

 

Met de fietsen vertrekken we, met de begraafplaats in de rug, naar links. Er staat een strakke wind en er is veel bewolking. De temperatuur bedraagt 23°C. De volgende straat linksaf. Langs de kant van onze rijweg passeren we meermaals rechthoekige groene bordjes met witte fiets. De gids vermeldt niet dat we deze bordjes moeten volgen. We hebben trouwens ons parcours zelf uitgestippeld. Op het eind van de straat linksaf in de Route de Boussois (D959). We stoppen bij 'Place François Mitterrand'. De blikvanger is een dubbele waterfontein die uit de grond opstijgt.

 

Ernaast een groot lavendel plantsoen met aan de andere zijde een houten constructie met bloemen. Aan de overzijde van de straat staat een kleine wegkapel, gewijd aan Notre Dame de Consolation, voor het eerst gebouwd in 1761. Een glasraam met daarvoor een gietijzeren raster beschermd het kleine donkere interieur. Het raster bezit drie sleutelgaten. De wegkapel is beter beschermd dan onze huizen. Na enkele foto's rijden we verder. Er zijn geen fietspaden voorzien. Netjes achter elkaar fietsen is dus de boodschap. Automobilisten hebben wel respect. Je hoort ze duidelijk vertragen en geven je voldoende ruimte als ze je voorbij rijden. We zijn op weg naar locatie nummer 5 'Batterij L'Epinette'. Ons plan toont ons te rijden tot bij de Samber. Daar linksaf tot over de (D649). Maar zo simpel is het niet. Het is klimmen en soms moeten we te voet een steile helling op. En… gelukkig maar, na een klimming is er een afdaling. We rijden het dorpje Boussois binnen en houden halt bij de kerk met enkele monumenten. De kerk is gebouwd in 1928. Het monument van de Gefusilleerde van Boussois-Recquignies werd hier geplaatst nadat op 6 september 1914 een Duitse soldaat wordt gedood als zijn eenheid de Place Pasteur bereikt in Recquignies. De Duitse commandant veronderstelt dat hij het slachtoffer is van in kelders verschanste 'vrijschutters' en geeft de opdracht alle woningen te doorzoeken, alle burgers te verzamelen en het dorp in brand te steken. In Boussois worden alle in de kelders van de glasfabriek schuilende inwoners verzameld op de oevers van de Sambre. Twaalf van hen worden in bijzijn van burgers van Recquignies en Boussois geëxecuteerd, drie andere burgers waren eerder al gedood. Het monument toont de namen van de 15 uit wraak geëxecuteerde mannen tijdens wat in de plaatselijke herdenking doorgaat als 'het bloedbad van Recquignies'.

 

Het andere monument wordt opgedragen aan de slachtoffers van de strijd van Algerije. De Algerijnse- oorlog of Revolutie, was een oorlog tussen Frankrijk en Algerije van 1954 tot 1962, waarna Algerije onafhankelijk werd van Frankrijk. Het derde monument werd geplaatst naar aanleiding van het einde van de Algerijnse oorlog op 19 maart 1962. Het monument met beeldhouwwerk is geplaatst door de gemeente Boussois die de slachtoffers herdenkt die gestorven zijn voor hun vaderland tijdens de Eerste Wereldoorlog.

 

Tweede straat voorbij de kerk linksaf in de Rue Oscar Delcourt voor een steile klimming tot het eind. Linksaf in de Rue Moronval, nu te voet. Het wordt te steil om te fietsen. Tweede straat rechtsaf tot het eind, volgens mijn papieren nog steeds Rue Moronval. De naam op de gevel zegt iets anders. Waar liep het fout? We staan op de hoek van de Rue des Trés en Rue Pasteur, vlakbij een oude bouwvallige kapel. De hoge kapel heeft geen interieur, de bezetting valt van de muur en het altaar is beeld loos. Een afrastering belet het betreden van de hoge kapel. Zijn we te ver 'gereden' of moeten we nog verder? Ik wil het aan een dorpeling vragen, maar we zijn hier moederziel alleen. Ik trek er alleen op uit om een passant aan te spreken. Halverwege de Rue Pasteur stopt een auto. Een bruin gebrande man stapt uit en ik vraag beleefd naar de Chemin d'Elesmes. Onze volgende straat. Hij haalt zijn schouders op en zegt dat die straat hier niet is. Als ik hem hulpeloos blijf aankijken zegt hij nogmaals: – c'est ne pas ici! Ik dank hem beleefd en rij terug naar moeder de vrouw. Mijn goesting is al over. Verder rijden heeft geen zin. We rijden terug naar beneden en vinden daar een voorbijganger. Ik vraag hem eveneens naar de Chemin d'Elesmes. Hij weet het ook niet. Ik zeg hem dat we naar de 'Batterij L'Epinette' willen. Is hem ook totaal onbekend. Hij stuurt me verder naar een estaminet. Een plaatselijke krantenwinkel met koffiehuis. De vijf mannen die binnen zitten drinken alles behalve koffie. Soit, als ze me kunnen helpen mogen ze zichzelf lazarus drinken. Chemin d'Elesmes kennen ze niet. Ik begin stilaan te geloven dat ik de straat heb verzonnen en dat ze niet bestaat. Batterij L'Epinette? Schouders ophalen is alles wat ik krijg. Ons Rina staat buiten bij de fietsen en roept dat ik het plan moet laten zien. Ik toon het plannetje en wijs hen de volgende plek aan. Ah… Oui...oui! Porte de Mons! Oke… dat is onze fietstocht in de andere richting. Dat is nummer 7, de poort van Mons. Die kennen ze blijkbaar wel. Met zen allen leggen ze uit hoe ik daar moet geraken. De stemmen gaan door elkaar en als we door rijden weten we nog niet hoe we moeten rijden. Op eigen houtje willen we dan maar naar de poort van Mons rijden. Daar is een informatiekantoor en kunnen we de wandeling nog doen. Het is al tamelijk laat. Langs ons pad zien we weer de groene borden met witte fiets. Misschien moeten we die wel volgen? Niet volgens de fietsgids maar een ander alternatief heb ik niet. We volgen de groene bordjes, met het resultaat dat we anderhalf uur later terug bij de auto staan. We hebben dorst en honger. We hebben water bij dat ondertussen lauw geworden is in de fietstassen. Een picknick hebben we niet bij. De moed zakt in mijn sandalen.

 

We willen toch de poort van Mons bereiken en volgen de groene bordjes. Net voor het verlaten van Boussois houden we halt bij het monument van de beide Wereldoorlogen. Voor de brug over de Samber nemen we het jaagpad langs de bochtige rivier. Een heerlijk stuk om te fietsen. Omgeven door groen en water. Laaghangende takken zijn dan een nadeel. Wind valt hier volkomen weg en de zon geeft de nodige warmte. We rijden op de 'Groene fietsas Eurovélo 3'. Druk is het niet te noemen. Er zijn slechts een paar tegenliggers die ons vriendelijk begroeten. Op de andere oever ligt een spoorweg. Voorbij de volgende  brug over de rivier slaan we rechtsaf, richting centrum Maubeuge. We verlaten ons parcours om iets te eten. Rechtsaf over de Samber, voorbij de ronde fontein vinden we een broodjeszaak.

 

De beide dames achter de balie zijn niet bekend met de omgeving. Ze weten niet waar zich de Poort van Mons bevindt. Achteraf gezien zijn we er slechts 200 meter vandaan, maar dat weten we op dat moment nog niet. Voor we op de fiets stappen vraag ik het aan een jonge vrouw die eveneens uit de broodjeszaak komt en de straat wil oversteken. Ze weet waar het is maar kan zich niet oriënteren. Ze roept haar man die in de auto zit te wachten. In plaats van ons rechtsaf, de heuvel op, te sturen leidt hij ons naar links, dan rechtsaf en bij de rotonde naar links, en weer de Samber over. Ik dank het echtpaar uitvoerig en we vertrekken. Bij de rotonde zien we rechts van ons de hoge stenen muren van een vesting. Ik krijg argwaan en toch slaan we linksaf zoals de man ons uitgelegd heeft. Ook ons Rina vertrouwd het niet en we stoppen. We gaan te voet terug tot bij de vesting. Dit moet van de Poort van Mons zijn. Maar niet de hoofdingang. Een monument werd op de helling van de Vauban geplaatst. De tekst vermeld: – '2 september 1944'. Te voet, met de fiets aan de hand stappen we de steile helling op tot op het hoogste punt. Het volgende monument herdenkt de intocht van de Britse troepen, hier in Maubeuge, op 9 november 1918. Hier bevindt zich de 'Poort van Mons' en het Toeristen bureau. Het is net 15:00u geweest. Opzij van de ingang bevind zich het overwinningsmonument van de Franse Revolutie (1789 – 1799)

 

In het Toeristen bureau spreken ze geen Nederlands, wel Engels. Zo goed en zo kwaad als ik kan vertel ik de juffrouw dat we graag de wandeling willen maken die hier vertrekt. Is dit aangegeven met bordjes? Neen! Geen enkel bord kunnen we volgen. Dat doet voor ons helemaal de deur dicht. We zijn in Vlaanderen wel heel verwent met fiets- en wandelknooppunten. En laat ik er ineens bij vertellen dat Vlaanderen zijn best doet in verband met fietspaden. Iets wat ik hier in het noorden van Frankrijk gemist heb. En dan klagen ze in België nog over de slechte staat van bepaalde fietspaden. Bon soit, ik wijk af. Ik vraag beleeft om de kortste weg te tonen naar de begraafplaats van Assevent. We houden het hier voor gezien. We zijn al meer dan drie uur onderweg en hebben net een tweede locatie aan gedaan. De mannelijke collega raad mij aan een route- of track GPS aan te kopen. Hij weet natuurlijk niet dat ik op rustpensioen ben. Soit!

 

“Na negen dagen van intensieve bombardementen die de Franse verdedigingsgordel van Maubeuge beetje bij beetje doet vallen, geeft generaal Fournier zich op 7 september 1914 over. De volgende dag om 8 uur is de capitulatie een feit. De poort van Mons, een bouwwerk van Vauban uit de 17de eeuw, vormt de achtergrond van een defilé van zo'n 32.000 door de Duitse troepen tijdens de slag bij Maubeuge gemaakte krijgsgevangenen. Deze soldaten die de verdediging van de vesting verzekerden, vertrekken in gevangenschap naar Duitsland voor meer dan vier jaar. Onder de poort van Mons herinnert een gedenkplaat aan het bevel van generaal Fournier over de Franse strijdkrachten die de vesting Maubeuge verdedigden”. Aan de andere zijde, van de poort, hangt een gedenkplaat van kolonel Jean-Baptiste-Nicolas Schouller (1779 – 1853). Hij verdedigde Maubeuge na het beleg van 1814. Op een zijgevel van ruwe steen werden maquettes aangebracht van WOII. Een lijst met tientallen namen van gesneuvelde soldaten van de 509e en 520e regiment en de logo's van de deelnemende regimenten. Ernaast staat een Renault FT 17 tank.

 

Met de fiets rijden we rechtdoor en komen voorbij de broodjeszaak van daarstraks. Het is duidelijk dat de man ons daarstraks verkeerd heeft gestuurd. Hulpvaardig zijn ze hier wel. Terug langs de rivier de Sambre tot het dorpje Boussois. Terug klimmen en na een afdaling waar we eerst te ver rijden en we niet weten waar we moeten zijn. Niks nieuws onder de zon. Terug dan maar en we staan weer bij de brug over de Samber. Veraf zijn we niet. Terug en eerste straat linksaf. Goeie keuze. Een paar minuten later (16:15u) staan we terug bij de auto. Na 21 km fietsen inpakken en wegwezen. De boordcomputer geeft 32° C aan. Dat verminderd wel tijdens het rijden. De airco is geen luxe op dit moment. Bij de kerk van Elesmes staat eveneens een hoog monument van WOI. Ook in dit kleine dorp worden de gesneuvelden herdacht. Op naar Mons/Bergen.

 

Onze GPS leidt ons naar het centrum van Mons en we vinden al snel een kleine parking waar we langdurig kunnen parkeren. Mons of Bergen, dit jaar de Europese cultuurhoofdstad van België, is de hoofdstad van de provincie Henegouwen. Bij de aanvang van WOI werden de Duitse troepen nog 48 uur lang uit de stad gehouden door de Britse Expeditie eenheid. Bergen gaf zich daarna over en de bezetter regeerde vier jaar lang over de stad.

 

Bergen bezit verschillende mooie bezienswaardigheden die we zeker niet mogen missen. Als eerste passeren we de 'Toren van Val des Ecoliers'. Een abdijtoren van de 18e eeuw. De hoge vierkante toren met vier verdiepingen, is bekroond met een stenen balustrade. In 1876 besloot de stad de ongebruikte gebouwen van de abdij te slopen. In 1892 werd tijdens een vergadering van de raad besloten om de toren van de sloop te vrijwaren.

 

We hebben helemaal geen plannetje bij de hand. We letten op de spitse torens die als bakens boven de huizen uitsteken en ons van de ene locatie naar de ander brengen. Het is gedurig klimmen en dat voelen we in onze kuiten. Ons volgende historische gebouw is het voormalige klooster van de Boetvaardige Kapucijnen-Nonnen, die zich in 1647 in Bergen gevestigd hadden, en waarvan de Orde in 1783 door de Oostenrijkse Keizer Jozef II ontbonden werd. De kerk is toegewijd aan Onze-Lieve-Vrouw van Geneugten. We kunnen de kerk niet meer bezoeken, maar een infobord in drie talen vertelt over het interieur: 'Binnenin hangt een schilderwerk waarop een Heilige Maagd met haar kind afgebeeld staat. Dit schilderwerk werd door de Nonnen meer dan een eeuw lang aanbeden omwille van een mirakel dat hier in 1648 gebeurd was. De paters Kapucijnen hadden zich reeds in 1595 in Bergen gevestigd aan de hoek van de Kapucijnstraat en de Wezenstraat. Bij de ontbinding van hun Orde in 1796 verlieten de paters de stad, om in 1864 naar Bergen terug te keren, en het voormalige klooster van de Boetvaardige Kapucijnen-Nonnen aan te schaffen. Omwille van het teruglopen van het aantal roepingen verkochten de geestelijken in 1999 hun klooster aan de stad. Zij zullen een deel van de gebouwen blijven bewonen tot hun kloostergemeenschap zal verdwenen zijn'. Tot zover het infobord.

 

Naast de kerk bevind zich de robuuste inrijpoort van het voormalige militaire ziekenhuis. Het ziekenhuis werd opgetrokken tussen 1704 en 1708 in het Oeverkwartier. In die tijd liep de rivier La Trouille langs het ziekenhuis, welke men moest bereiken via de Kapucijnenbrug, die zijn naam kreeg van het naburige klooster van de Kapucijnenorde. De rivier zorgde voor de afvoer van het vervuilde water en de evacuatie van de latrines die geplaatst waren in de vierkante torens boven de waterstroom. De ingangspoort dateert van het midden van de 16e eeuw. Het is het werk van de Bergense architect en beeldhouwer Jacques Du Broeucq en komt van het kasteel van Maria van Hongarije in Binche, dat in 1554 vernietigd werd door de Franse koning Hendrik II. De poort werd in 1704 hier opnieuw opgetrokken. Tijdens WOII vorderde de bezetter het Burgerziekenhuis van Bergen op, en werd dan ook het militaire ziekenhuis opengesteld voor het verzorgen van de inwoners van de stad. Na de oorlog werd hier een magazijn voor legerbehoeften ingericht. In 1994 werden de gebouwen aan de stad verkocht, welke ze via een erfpacht overdroeg aan de Waalse Regionale Huisvestingsmaatschappij. Nu zijn hier niet minder dan veertig sociale woningen ontstaan.

 

Het is heerlijk wandelen door de rustige straten van Bergen. Wat verder in één van die rustige straten werd een gedenksteen geplaatst in de voorgevel van een woning ter ere van Charles Dausias. Geboren in 1860. Hij was schrijver en dichter tot aan zijn dood in 1943.

We concentreren ons verder op de torentjes die we tussen de huizen ontwaren. Nog steeds moeten we klimmen. De bewolking is volledig verdwenen en we kijken op naar een staalblauwe lucht. Bij het zien van de machtige kolossale Collegiale kerk laten we onze fantasie de vrije loop. Ze is beslist een bezoek waard. Het zijn verschillende trappen tot bij de ingang maar vinden de deur afgesloten. We maken een ronde langs de kerk. Rond de Collegiale Kerk van de Heilige Waldetrudis en de huizen van de Kanunnikessen bestond er vroeger een ommuring. Na de opheffing van de Kanunnikessenorde in 1796 werd deze muur niet afgebroken. Dat gebeurde slechts honderd jaar later, ten tijde van het aanleggen van de Kapitelstraat. Opzij van de kerk staat de kerkdeur uitnodigend open. We kunnen binnenin de kerk toch bezoeken. Daar hebben we geen spijt van, zoals op de foto's te zien is. Een infobord vermeld over de bouw van de kerk: – “Vanaf het midden van de XVe eeuw namen de Kanunnikessen van de Heilige Waldetrudis de beslissing een nieuwe collegiale kerk op te richten. Deze kerk moest het toenmalig Romaans bouwwerk vervangen, dat zelf op de site stond van een vroeger Karolingische of Merovingische kerk. Na de afbraak van deze Romaanse Sint-Pieterskerk in 1450 konden de werken beginnen, en deze werden doorgezet gedurende ongeveer twee eeuwen. Men had gepland de westgevel te versieren met een honderdtal meter hoge toren, geïnspireerd door de Sint-Romboutstoren in Mechelen. Enkel de basis van deze toren kwam tot stand. Tijdens de belegering van de stad in 1691 door de troepen van de Franse koning Lodewijk de XIVe onderging het bouwwerk aanzienlijke schade, maar werd in korte tijd gerestaureerd.

 

 

Ondanks de lange duur van de bouwwerken en de opeenvolgende restauraties blijft dit gebouw een uitzonderlijk voorbeeld van de Brabantse Gotiek. Bij het begin van de constructie werden de plaatselijke architecten bijgestaan door de ontwerper van het Stadhuis en de Sint-Pieterskerk te Leuven, die ook werkzaam was op de werf van het Stadhuis in Bergen.

Binnenin de kerk kan men talloze componenten bewonderen van het voormalig doksaal. Dit architecturaal geheel uit het midden van de XVIde eeuw, dat vroeger het koor van het schip afscheidde, had al de kenmerken van de Italiaanse Renaissance.

Achteraan de kerk bevindt zich de 'Car d'Or' (de Gouden Praalkoets), die op het einde van de 18de eeuw gebouwd werd. Eenmaal per jaar worden de relikwieën van de Heilige Waldetrudis op deze praalwagen geplaatst, om, begeleid door een indrukwekkende processie, triomfantelijk door de straten van de stad gevoerd te worden. Dit feest heeft plaats op de zondag na Pinksteren”.

 

Naast de kerk pronkt de waterput van de stad. Drie van de fonteinputten die destijds de pleinen van Bergen opsmukten zijn nog steeds bewaard gebleven. Dit is het geval met de fontein-schandpaal in Lodewijk de XIVde stijl die we hier treffen. Deze fontein werd in 1779 gebouwd door Ouvertus, en is in blauwe steen. Ze werd meermaals verplaatst, en onderging een laatst restauratie in 1980.

 

Het volgende historische gebouw werd gebouwd omstreeks het laatste kwart van de XVIde eeuw voor de familie de Peissant. De Italiaanse invloed en dan meer bepaald die van de Florentijnse paleizen, is nog op te merken in verschillende elementen: de monumentale ingang in het midden die afgezoomd wordt door twee Ionische zuilen, de bel étage, de rijk versierde bovenverdieping, een driehoekig fronton, een uitspringend daklijst met stenen medaillons… De woning, met een kalm en sober uitzicht, is helemaal in de breedte opgetrokken in blauwe steen, de bakstenen zijn enkel zichtbaar in de kelder welfsels en de binnenmuren. Nu zijn de kantoren van de Federatie voor Toerisme van Henegouwen er gevestigd. De voordeur wordt net op slot gedraaid. We kunnen niet meer binnen.

 

In de buurt van het Belfort ligt het hoogste punt. We slaken tegelijkertijd een zucht van opluchting. We staan voor het enige Belfort in Barokstijl in gans België, en het meest befaamde monument in Bergen. Het Belfortgebouw domineert de stad dat werd opgetrokken tussen 1661 en 1669, op de plaats waar voorheen een ronde toren stond, gekend als de 'Tour à l'Horloge' (Horlogetoren). Deze eerste constructie domineerde de heuvel in het midden van de stad, en zorgde vanaf het einde van de XIVde eeuw (1380) voor het karakteristieke stadsbeeld. In 1548 werd de toren beschadigd tijdens de grote brand die een deel van de stad in as legde. In april 1661 stortte het bouwvallig gebouw definitief in elkaar, omdat de diameter van het geheel ongetwijfeld te klein was in verhouding met de hoogte, en omdat de funderingen waarschijnlijk niet sterk genoeg was.

De schepenen stonden in voor de volledige procedure voor het optrekken van een nieuw belfort, die een zware aderlating betekende voor de stad, en dit ondanks financiële steun van de overheid. Het vierhoekig gebouw deed dienst als uitkijktoren, en bewees zijn nut reeds in 1691 bij de belegering van Bergen door de Franse troepen. Het liet eveneens toe eventuele

brandhaarden op te sporen, en dankzij het groot uurwerk kon de ganse bevolking steeds weten hoe laat het was. De toren is 87 meter hoog, en loopt uit op een ingewikkelde dakconstructie in bolvorm, waardoor er een pittoresk en origineel aspect ontstaat. Op elke verdieping is er een verschillend architectonisch decor aanwezig, waarbij elke verdieping

overeenstemt met een bepaalde bouworde uit de oudheid: Toscaanse pijlers, Ionische zuilen en pijlers met vleugel voluten.

Binnenin de toren is er een zeer nauwe stenen wenteltrap aanwezig, geheel naar de traditie van de XVde en de XVIde eeuw, waarmee men de derde verdieping kan bereiken. Om tot de lantaarn te klimmen, moet men houten ladders gebruiken. Het belfort bevat een uurwerkmechanisme en een beiaard met 49 klokken uit verschillende tijdperken. Het geheel is in 1935 en 1985 gerestaureerd en gemoderniseerd. Een ijzeren traliehek belet ons tot bij de toren te komen. Het blijft, ondanks het voortdurend klimmen, gezellig kuieren in de smalle straatjes van de stad.

 

Dan bereiken we de Grote Markt van Mons met als blikvanger de brede waterfontein. Het krioelt op dit plein van pittoreske plekjes. Voor het stadhuis staat de kiosk. Aan de fleurige voorgevel van het stadhuis hangen de vlaggen slap door het gebrek aan wind.

 

Het stadhuis van Bergen heeft zijn functie als gemeentehuis behouden sinds de bouw ervan in het midden van de 15de eeuw. Vanaf 1456 wordt dit stadhuis opgetrokken onder de leiding van verschillende architecten. Het gepland gebouw werd echter nooit volledig afgewerkt bij gebrek aan middelen. Het onderging diverse wijzigingen, waaronder de vervanging van een in de gevel ingebouwde uitkijktoren door een praalbalkon in smeedijzer. De twee verdiepingen van de voorgevel zijn in een zeer typische laatgotische stijl versierd. In de loop der tijden groeide het stadhuis uit in functie van nieuwe behoeften. In de 16de eeuw werd de trouwzaal toegevoegd. De gebouwen die het binnenplein afsluiten dateren uit de 16de en de 17de eeuw. De kapel van Sint-Joris, die oorspronkelijk achteraan het gebouw stond, werd in de 17de eeuw aan de linkerkant van het stadhuis herop getrokken. Langs de boogpoort komen we op het midden plein. Een groot monument in Franse steen herdenkt Henry Sainctelette, burgemeester van Mons van 1880 tot aan zijn dood in 1905.

 

Ook het binnenplein is een monument met een verhaal. De 'Tuin van de Burgemeester' werd omstreeks 1930 aangelegd op initiatief van een erudiet, de rechter Paul Heupgen, ter gelegenheid van het Eeuwfeest van de Nationale Onafhankelijkheid. Het project omvatte ook de creatie van het Eeuwfeestmuseum, ondergebracht in het voormalige Pandjeshuis, de inrichting van de conciërgewoning, en het oprichten van een fontein in de vorm van een standbeeld gewijd aan de 'kwabengel' van Bergen. Uit dezelfde periode dateert de legende van de gelukbrengende aap, ingebouwd aan de linkerzijde van de ingangspoort van het Stadhuis. Het is een beeldje in smeedijzer, en de legende zegt dat ieder die met de linkerhand over de kop van de aap wrijft met voorspoed zal beloond worden. De oorsprong van het beeldje is een waar mysterie voor de plaatselijke geschiedkundigen: de documenten in de stadsarchieven reppen er geen woord over, en niemand is zeker of het hier gaat om een meesterwerk vervaardigd door een smid om zijn kunnen te bewijzen, of om een schandpaal voor jeugddelinquenten, of om een reclamebord voor de vroegere Raadskelder van het Stadhuis. De gebouwen van de Technische Diensten van de stad waren voorheen de vergaderplaats van verschillende wetenschappelijke kringen: de Archeologische Kring van Bergen; de Vereniging voor Wetenschappen, Kunst en Letterkunde van Henegouwen; de Naturalisten van Bergen en van de Borinage; de zetel in Bergen van de Belgische Vereniging van Boekenliefhebbers. Deze Verenigingen zijn vandaag nog steeds actief op het gebied van de cultuur in Bergen, in de ruimste zin van het woord, en concentreren zich voornamelijk op het organiseren van conferenties en het publiceren van originele studies.

 

In de Tuin van de Burgemeester bevindt zich ook de voormalige Brandweerkazerne. Dit gebouw, opgetrokken in 1848, gaf gedurende meer dan een eeuw onderdak aan de brandweerlieden, welke in die tijd over een zeer beperkte uitrusting beschikten. Nadien werd het pand betrokken door het Centrum voor Radio en Televisie in Bergen, voordat dit centrum zijn intrek nam in nieuwe lokalen aan de Charlotte de Lorraine-esplanade. De voormalige kazerne is nu de zetel van Mons-Muziek en van het Orkest van Wallonië.

Bijna verstopt achter enkele struiken prijkt een enorme rotsblok met borstbeeld van Marcel Gillis (1897-1972). Belgische Dichter, schilder, liedjes schrijver en kunstenaar. Bij het fontein met de 'kwabengel' wil ons Rina ook wel poseren.

 

Bergen is een studentenstad en dat is duidelijk zichtbaar aan de talrijke terrasjes op de Grand Place. Het is één en al gezelligheid. De zomervakantie zou niet compleet zijn zonder zon of een streekbiertje op een schaduwrijk terras. We genieten met zicht op de brede fontein van een koel glas bier en moeder de vrouw laat zich verrassen met een coup dame blanche. Bij de plaatselijke fastfoodketen stillen we onze hongerige maag voor we terug keren naar de auto.

 

Onderweg komen we nog langs prachtige monumenten die getuigen van een rijk en boeiend verleden. Het Justitiepaleis dat in 1848 gebouwd werd op de fundamenten waar oorspronkelijk het schuiloord van de abdij van Cambron gevestigd was. Dit schuiloord, waarvan de gevel nog afgebeeld werd in een gravure uit de eerste helft van de 19de eeuw, werd omstreeks 1316 gebouwd als toevluchtsoord voor de geestelijken van de abdij in geval van invasie of onlusten. Vanaf 1717 stonden de monniken van Cambron het gebouw af aan de Soevereine Raad van Henegouwen tegen betaling van een jaarrente. Het Justitiepaleis zelf is van de hand van de architect Huriau. Oorspronkelijk waren hier al de verscheidene jurisdicties ondergebracht. Gedurende de laatste jaren is een deel van deze jurisdicties naar andere gebouwen in de stad overgebracht.

 

Lang voordat er in Bergen een wezenlijk schouwburggebouw bestond, werden theatervoorstellingen ingericht in de salons van het Stadhuis. Tijdens de 19de eeuw hadden opvoeringen plaats in de Grote Vleeshal (1589) tot dit gebouw in 1807 werd gesloten omwille van zijn bouwvallige staat. Daarna werden er voorstellingen gegeven in het Théatre des Tuileries, dat in 1837 in de vlammen opging. De bouw van deze schouwburg, op de Grote Markt, had plaats in 1841-1843. De gietijzeren deuren zijn versierd met medaillons die Racine, Molière, Grétry en Roland de Lassus voorstellen. Om 20:00 uur zijn we terug bij onze auto. Tot schrijfs. Tekst: Luc Verschooten. Foto's: Rina Meurs. Bron: Dienst Toerisme Bergen.










11-08-2015 om 12:48 geschreven door Luc Verschooten  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
>> Reageer (0)
03-08-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Groothertogdom Luxemburg dag 3

Woensdag 20 mei 2015. Het is zwaar bewolkt en winderig. De temperatuur bedraagt momenteel 11°C. Na het ontbijt en de uitcheck, rijden we naar Wiltz, de hoofdstad van de Ardennen . De stad ligt ten noorden van Esch-sur-Sûre, dicht tegen de grens met België, op een hoogte van 320-500 m. Wiltz heeft de Kelten, Romeinen en Franken gehuisvest en werd in twee delen verdeelt: de bovenstad op twee hellingen en de benedenstad aan de oevers van de Wiltz rivier. Prins Hendrik verleende in 1866 deze titel aan dit in het hart van de Ardennen liggende stadje. Het blijkt het ideale vertrekpunt te zijn voor een rondwandeling met heel wat bezienswaardigheden. Bij elk gebouw of monument werd een infobord geplaatst met uitsluitend Duitse en Franse tekst.

Als eerste komt de Notre Damekerk aan de beurt. Deze, aan de Heilige Maagd, gewijde kapel uit 1728 werd in 1895 vergroot om als parochiekerk te dienen. Opvallend in de kerk is het prachtige altaar en de preekstoel dat gebeeldhouwd werd door een kunstenaar uit Wiltz. In de vroegere doopkapel worden sculpturen tentoongesteld uit de vroegere ziekenhuiskapel.

 

Achter de parochiekerk staat het internationaal 'One Penny Monument'. Dit monument is met behulp van scouts over de hele wereld opgericht in 1982 door de scouts van Wiltz ter ere van Lord Robert Baden-Powell (1857-1941), oprichter van de Scouting beweging.

 

Vervolgens belanden we bij het stakingsmonument. Vanwege de heldhaftigheid en de opoffering van de inwoners tijdens de Tweede Wereldoorlog wordt Wiltz een 'Martelaarsstad' genoemd. Op 31 augustus 1942 begon Wiltz de staking tegen de Nazi onderdrukking die uitmondde in een nationale staking. In 1956 is dit Nationale Monument van de Staking opgericht ter ere van de slachtoffers in die tragische en pijnlijke tijd van de Luxemburgse geschiedenis. De reliëfs op het monument zijn het werk van een Luxemburgse beeldhouwer die zelf in het concentratiekamp Hinzert gevangen heeft gezeten. Beneden bevindt zich de Crypte. Langs een draaitrap kunnen we langs de binnenzijde het monument beklimmen. 95 trappen later staan we op het hoogste platform. Ondanks de wind hebben we een mooi uitzicht.

 

De herdenkingssteen werd tegen de straatweg geplaatst. We lezen: 'avenue du 31 augustus '42'.

Vlakbij het kasteel staat op het Eisenhowerplein, het Eisenhouwer monument. Het monument wordt opgedragen aan de generaal voor zijn verblijf in Wiltz op 8 november 1944.

 

Bij het kasteel werd het ene monument na het ander geplaatst. Na het 26A monument is het nr 16 aan de beurt. Een kolossale herdenkingssteen herdenkt het 28ste U.S. Infanterie Divisie die op 10 september 1944 de stad Wiltz bevrijdde. Dan komen we bij het kasteel. “Het kasteel van de vroegere Graven van Wiltz werd gebouwd op de rand van een rotsplateau en werd meerdere malen vernietigd tijdens de Middeleeuwse oorlogen. De wederopbouw van het huidige kasteel ging van start in 1631 en kon als gevolg van de dertigjarige oorlog pas afgemaakt worden in 1720. Om de invasie in 1793 van Luxemburg door de Franse revolutionaire troepen te ontlopen is de laatste Graaf van Wiltz naar Bamberg gevlucht. Hij is daar gestorven. Frankrijk heeft daarna het kasteel verkocht aan particulieren. Van 1851 tot 1950 was een deel van het kasteel in gebruik als kostschool voor meisjes. Het kasteel is nu eigendom van de staat en was tot 2011 in gebruik als bejaardenhuis. In september 2012 opende de hogeschool 'hotel and tourism management BBI' in het kasteel zijn deuren. Ook bezienswaardig is de oude put op de binnenplaats en de 'Heksentoren' waar de heksen die tot de brandstapel veroordeeld waren gevangen werden gehouden”.

 

De vroegere tuinen van het kasteel zijn in 1953 omgebouwd tot een amfitheater met 12OO plaatsen. De monumentale staatsietrap in renaissancestijl, met als achtergrond het middeleeuwse kasteel, is nu jaarlijks de plaats waar wereldberoemde artiesten, musici en toneelgezelschappen optreden.

 

Infobord nr 21 hangt bij het museum dat op 24 januari 1970 werd opengesteld. Het museum is een bloedige herinnering aan 'de Slag van de Ardennen 1944-1945'. Het kasteel bezit nog een musea, gewijd aan het brouwers- en leerlooiers ambacht. Op het binnenplein staat de poort van het Toerisme bureel uitnodigend open. De schandpaal staat ook op het binnenhof en ons Rina moet hem echt eens uit proberen. Er hangt geen hangslot bij, waarschijnlijk uit voorzorg.

 

Vervolgens wandelen we naar het Stadhuis van Wiltz. Dit gebouw werd in 1880 gebouwd met de naam 'Villa Thilges'. Eugène Thilges was burgemeester van de stad Wiltz van 1925 tot 1934. In 1963 kocht de stad het gebouw. Naast het Stadhuis prijkt het justitiekruis. Gerard V van Wiltz en zijn gemalin Elisabeth van Bourscheid richtten in 1502 het Kruis der Gerechtigheid op. Dit kruis draagt de wapenschilden van de geslachten Wiltz, Bourscheid, Bettstein en Bellenhausen. Het kruis, dat meer dan vijf meter hoog is, is ter gedachtenis aan de 'Vrijmakingsbrief' uit 1437 en de rechten die de stad kreeg om markt te houden en recht te spreken. Het standbeeld van Maria dat van de 16de eeuw dateert, en dat van St-Johannes Nepomucenus, door Nicolas Jacques uit Wiltz gebeeldhouwd tussen 1750 en 1770, zijn later toegevoegd.

 

Op 11 juni 1939 werd een gedenksteen opgericht met het thema '100 jaar vrij. 1839-1939'.  Voorbij het politiebureel staat een monument voor de gesneuvelden van WOII. Op de achtergrond het huis 'Park Simon'. Hier leefde en werkte Michel Rodange als schrijver en onderwijzer. Hij stierf in 1876. In het park staat een groot fontein met het beeld van Reinard de Vos. Momenteel spuit het geen water. Achter een houten 'chalet' pronkt een ander fontein in witte zandsteen. Uit de leeuwenkop spuit normaal water in een groot bassin. Nu spelen er kinderen in. Eén van de kinderen richt het woord tot ons in het Frans. We begrijpen er geen woord van, maar blijven geduldig luisteren en knikken. Dan stappen we toch door, het kind blijft het maar uitleggen.

 

Onderweg geeft een digitale klok het uur en de temperatuur weer. Het is slechts 10°C. Het begint te miezeren. We houden halt bij de Decanale kerk. De architectuur van de monumentale kerk van beneden Wiltz, die aan de St-Petrus en -Paulus is gewijd, vindt zijn oorsprong in de middeleeuwen. Het oudste gedeelte is de toren waar tot het begin van de 16de eeuw het koor zich bevond. Het huidige gotische gebouw met een karakteristiek spitsbogen gewelf werd in 1510 afgebouwd. Het recente deel van de kerk met het nieuwe koor dateert van 1937. In de toren vindt men de grafkapel van de Heren van Wiltz. Beide barokke zijaltaren herinneren ons aan de vroegere gilden van de stad Wiltz. Naast de kerk staat ook het pestmonument uit 1635 en enkele oude grafstenen van steen uit de Ardennen. De vroegere voorzijde van de kerk bevindt zich nu achteraan. Het Mariabeeld staat op een draagberrie. Ze toornt hoog boven een zee van geschonken bloemen. Deze keer geen plastieken, maar allemaal echte kleurige en fleurige  bloemen. Hier wordt rijkelijk het Mariafeest gevierd. Voor de vroegere ingang staat een beeld van Fatima. Tientallen kaarsjes branden voor het voetstuk. Bloemen fleuren ook hier alles op.

 

We wandelen naar het monument van Fatima. Vanuit het dorp duidelijk te zien. De wolken worden grijzer. We houden het niet droog. We hebben wel een paraplu bij, maar met de strakke wind zal ons dat niet verder helpen. Het wordt een steile klimming tot boven. We kunnen een verkorting nemen. Met de auto moet je omrijden. We houden even halt bij de romp van de voormalige molen. Wieken hangen er niet aan, en ramen zijn reeds lang verdwenen. Op 10 juli 1874 wordt de in 1777 gebouwde windmolen door een bliksem getroffen en brandde totaal af. In 1959 en 1988 werd de molen gerestaureerd, echter zonder de wieken. 

Ook de stad Wiltz ontsnapt niet aan de leegstand van winkelgebouwen. Het is duidelijk dat sommigen reeds geruime tijd leeg staan. Door de vuile vitrine zien we het vandalisme en diefstal van alles wat los of vast zit. Dat creëer je na lange leegstand. Woningen die nog in leisteen zijn gebouwd geraken niet meer verhuurd of verkocht. Ze blijven leeg staan en verkommeren. In de volgende straat wordt een nieuw huis gebouwd, niet met leisteen maar met snel bouwsteen. We wandelen rustig verder richting Fatima. Voorbij het laatste huis versmalt ons pad. We bevinden ons tussen landbouwgrond en weiden met koeien. Het wordt nog steiler en moeten weer af en toe stilstaan om op adem te komen.

 

De zon komt nog even kijken en het wordt eensklaps warmer. Het is hijgen en puffen. Als we uiteindelijk bij de bosrand staan voor ons eerste monument begint het te regenen en ook de wind steekt een tandje bij. De Calvarieberg is van 1949. Het monument: 'Kom volg mij' is van 1954. De Luxemburgse vlag wappert bij de openluchtkapel van Fatima. Hier waait het heel hard. Onze paraplu waait over. Normaal gesproken kunnen we genieten van een 360° panoramazicht. De stad Wiltz ligt beneden ons. De kapel van Fatima staat op de heuvel die 'op Bässent' noemt. Schuilend in een kelder tijdens de gevechten van het Ardennenoffensief beloofden een aantal mannen en vrouwen plechtig om na de oorlog een voor iedereen toegankelijke kruisweg aan te leggen met een beeld van het Heilig Hart van Jezus en Onze Lieve Vrouw van Fatima. Na negen dagen van gebed verlieten de Duitse troepen de stad op 20 januari 1945, het feest van de H. Sebastiaan. In 1951 werd een begin gemaakt met de bouw van het beeld om deze belofte na te komen. Vanwege de vele Portugese inwoners van Luxemburg is er ieder jaar op Hemelvaartsdag een grote bedevaart naar het heiligdom. Het zal niet simpel geweest zijn om al het materiaal hier boven te krijgen. Het is een mooi stuk vakmanschap. Gebouwd in leisteen, en Franse steen, versiert met prachtige bloemen. Het uitzicht is adembenemend, ondanks het slechte weer.

 

Vanuit het restaurant hebben we uitzicht op de schouw van Simon pils. Op de gevel werden de jaartallen 1825-1935 aangebracht. Simon is een Luxemburgs blond bier dat in deze brouwerij wordt gebrouwen sinds 1825.

Om 14:30u stappen we terug in de auto. We rijden weer naar huis, naar Ekeren. Nog 2,5u rijden, of 241 kilometer. Tot schrijfs. Tekst: Luc Verschooten. Foto's: Rina Meurs.














03-08-2015 om 09:59 geschreven door Luc Verschooten  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
>> Reageer (0)


Inhoud blog
  • Broekemwandeling
  • Meerhoutwandeling
  • Nieuwmoerwandeling
  • Herfstwandeling Neerijse
  • Lepelstraatroute
  • Tremeloroute
  • Ekerenroute
  • Mozesbrugwandeling
  • Putteroute
  • Pijnvenroute
  • Tielt-Wingeroute
  • Kapelle-op-den-Bosroute 2
  • Borgloonroute
  • Tulpenwandeling
  • Meldertwandeling
  • Vordenstein 2019
  • Lentewandeling 2019
  • Kluizenroute
  • Fietswaterbus
  • Retiewandeling
  • Spildoornwandeling
  • Kesselse Heidewandeling
  • Parkwandeling Ekeren
  • Bokrijkroute
  • De Grote Schijn
  • Tervurenwandeling
  • Vennenwandeling
  • China Light
  • Brouwerij De Koninck
  • Hobokense Polderwandeling
  • IJzerlaantochtje
  • Bazelroute
  • Bevrijdingswandeling Antwerpen
  • Tulpenwandeling
  • Beeltjes te Ieper
  • De Legende van Veltwijck
  • Waterbustrip
  • Willemstadroute
  • Vichteroute
  • Dieren in de binnenstad
  • Lottum
  • Loenhoutroute
  • Leuvenwandeling
  • Liberationroute
  • Van Moerkerke (Damme) naar Blankenberge
  • Van Assenede naar Moerkerke (Damme)
  • Van Hulst naar Assenede
  • Wandeling Hulst
  • Met de fiets naar de kust
  • Asroute
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Archief per maand
  • 11-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 09-2019
  • 08-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 04-2019
  • 03-2019
  • 02-2019
  • 01-2019
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 03-2014
  • 02-2014

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Willekeurig Bloggen.be Blogs
    beurs
    www.bloggen.be/beurs
    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Willekeurig Bloggen.be Blogs
    trainermarnix
    www.bloggen.be/trainer
    Willekeurig Bloggen.be Blogs
    movie
    www.bloggen.be/movie
    Willekeurig Bloggen.be Blogs
    hypnose
    www.bloggen.be/hypnose
    Willekeurig Bloggen.be Blogs
    romeo_en_julia_
    www.bloggen.be/romeo_e
    Willekeurig Bloggen.be Blogs
    cat4u
    www.bloggen.be/cat4u
    Willekeurig Bloggen.be Blogs
    f10
    www.bloggen.be/f10

    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs