Fietsknooppunten:
93-90-90-56-51-30-13-21-20-19-52-53-28-33-94-95-90 = +/- 41 km.
Parkeren: Stoffezandstraat nabij de kerk van
Loenhout.
Loenhout is vooral bekend om zijn jaarlijkse
bloemencorso die plaats vindt op de tweede zondag van september. De eerste
bloemencorso reed op 31 augustus 1952 uit ter ere van de vernieuwde weg van
Brecht naar Loenhout. Het was een stoet die voorafgegaan werd door de
burgemeester, de toenmalige raadslieden, de vele muziekkorpsen en 18
bloemenwagens. Vanaf dan trok elk jaar een bloemenstoet door de straten van het
kempisch dorp Loenhout. De bloemenwagens worden dan telkens bedekt met
duizenden kleurrijke dahlia's door de plaatselijke dorpsbewoners. We mochten
er, dankzij ATV, in 2017 mee van genieten.
Het is zondagmorgen 8 juli 2018 en voor de
zoveelste dag op een rij gaan we nogmaals een fantastische zonnige dag
tegemoet. Het is momenteel al 20°C en het is nog maar half tien. Aan de
hemelsblauwe lucht zijn enkele schapenwolkjes, maar volgens de weerprofeten
lossen die vanzelf op. Een half uur later parkeren we de auto op de afgesproken
plaats. Met de fiets aan de hand wandelen we tot bij het voormalige
gemeentehuis van Loenhout op het Huffelplein 1. Door de fusie op 1 januari 1977
met Wuustwezel verhuisde de administratie en werd de bibliotheek hier in onder
gebracht. In 2012 verhuisde ook de bibliotheek naar Wuustwezel en sindsdien
heeft het voormalige gemeentehuis geen gemeentelijke functie meer. In 2015 werd
het pand te koop aangeboden en nu is het een makelaarskantoor geworden. Het
gebouw werd opgetrokken tussen 1882-1885. Tijdens WOI, tussen 1913 en 1915,
werd het nog vergroot. De voorgevel moest bij restauratie of renovatie behouden
worden. Deze vertoont nog het balkon en het wapenschild van Loenhout.
Naast het oud-gemeentehuis werd op 8 september 1991
een monument geplaatst ter ere van het 40 jarig bestaan van de Loenhoutse
bloemencorso.
Aan de overzijde staat de Sint-Petrus en
Pauluskerk. De parochiekerk wordt omringt door een grasveld waar vroeger de
begraafplaats was. Deze parochiekerk dateert van 1525, maar werd grondig
gerestaureerd in 1756. De toren is zelfs nog van 1485. Tijdens WOII werd de
kerk zwaar beschadigd. Het was wachten tot 1949 voor de herstellingswerken
uitgevoerd werden.
Naast de kerk werd op 10 juni 1995 het bronzen
beeld onthuld van de Kletterende Klompen. Het staat symbool voor het
landbouwdorp Loenhout en werd vervaardigd door Roger Pintens. Het werd
aangeboden door de Landelijke Gilde ter gelegenheid van haar honderd jarig bestaan.
In de bocht aan de kerk werd het monument voor de
gesneuvelden van beide Wereldoorlogen geplaatst. Loenhout bleef tijdens WOI
gelukkig gespaard van militaire acties. Het aantal gesneuvelde militairen uit
Loenhout is echter opvallend hoog. Onderaan de sokkel staan de namen vermeld
van de gesneuvelden. Op de hoge sokkel werd het Heilig Hartbeeld gezet.Op het medaillon prijkt Koning Albert I en
Koningin Elisabeth. Onder het medaillon rust de Belgische leeuw. In 1919 werd
het oorlogsmonument plechtig ingehuldigd.
Tijdens WOII heeft Loenhout afgezien. In mei 1940
was het dorp één van de zwaarst getroffen gemeente in Vlaanderen. Op 11 mei van
dat jaar vielen Duitse bommenwerpers het centrum aan om de opmars van Franse
troepen te stoppen. De kerktoren spatte in drie grote explosies uiteen en
brandde volledig uit. Ook tijdens de bevrijding in oktober 1944 leed het dorp
enorme schade door zowel Duitse als Britse artillerie. Het duurde toch nog tot
27 oktober van diezelfde maand vooraleer het gehele grondgebied was bevrijd.
Maar nog was niet alle leed geleden. Op 14 januari 1945 ontplofte een V2 in de
Kapelstraat. Minstens 17 inwoners van Loenhout kwamen hierbij om het leven.
Onder hen een moeder met zeven van haar kinderen. Op 11 november 1945 werden,
achteraan het oorlogsmonument, twee maquettes aangebracht met de namen van de
slachtoffers uit WOII. We wandelen rond de kerk waar nog enkele grafzerken te
vinden zijn. De grootste zerk is omringt door een hekwerk. Het is de laatste
rustplaats van de familie Montens dOosterwijck. Albert Montens dOosterwijck
kwam in 1852 in het kasteel van Loenhout wonen. Hij droeg de adellijke titel
van jonker en werd burgemeester van 1855 tot 1864.
Achter de kerk vinden we nog een metalen kunstwerk
dat ode brengt aan de plattelandsvrouw. Het kunststuk is vervaardigt naar
aanleiding van het 100 jarig bestaan van de KVLV Loenhout.
Over de kerk bevind zich Herberg De Keizer in een
historisch gebouw. In de zeventiende eeuw was in dit pand een
jeneverstokerij gevestigd. Halfweg de negentiende eeuw vond de toenmalige
burgemeester, Albert Montens dOosterwijck dat de meisjes van het dorp recht
hadden op regelmatig onderwijs. De oude jeneverstokerij, die leeg stond, leek
een ideale locatie. Het gebouw werd gekocht en na enkele veranderingswerken
werd de eerste klas in gebruik genomen. In oktober 1858 kwamen de
kloosterzusters van Gijzegem zich in Loenhout vestigen en stelden zich ten
diensten van de jeugd. Toen in 1984 de zusters na bijna 100 jaar dienstvol werk
uit Loenhout vertrokken kreeg het gebouw een nieuwe bestemming. Na een grondige
renovatie in 1996 werd Herberg De Keizer een feit.
We verlaten de parking nabij de kerk en fietsen
naar links om de Stoffezandstraat te blijven volgen. Na de Hofdreef, die we
passeren aan onze rechterzijde, volgen we het knooppuntenbordje 93. We verlaten
het centrum en worden onmiddellijk omgeven door een groene natuur. De
schaduwrijke bermen kleuren nog door de geurige bloemen. Het tovert een
glimlach op ons gelaat. Insecten vliegen af en aan om van de nectar te smullen.
Na knooppunt 93 fietsen we langs Braken. Een klein gehucht in de gemeente
Wuustwezel dat groeide rond de vroegere grensovergang naar Nederland.Het gras is door de
droogte verdort. De gewassen kleuren echter nog volop groen. Zelfs de maïs
staat bijna van hoogte. De koeien en de kalveren kunnen de warmte blijkbaar
goed verdragen. De meesten staan in de zonneschijn te grazen. Slechts enkelen
liggen in de schaduw maar worden geplaagd door de vele vliegen.
Na knooppunten 90 fietsen we over de grens met
Nederland. We bevinden ons in de provincie Noord-Brabant met als hoofdstad
's-Hertogenbosch. De provincie heeft nog veel natuurschoon in de Nationale
parken. Vooral Grenspark De Zoom-Kalmthoutse Heide en Biesbosch zijn de
bekendste. Maar er zijn er nog enkele meer. We rijden op het grondgebied van
Maalbergen. Een buurtschap in de gemeente Zundert dat ongeveer 40 huizen telt
met ca. 100 inwoners.
Als we knooppunt 51 volgen steken we opnieuw de
grens over en fietsen op het grondgebied van Hoogstraten over een smalle
asfaltbaan met veel groen. We moeten verderop door de Maalbergse Heide. Langs
beide zijden afgeboord met loofbomen. Spijtig genoeg moeten we te voet naast
onze fiets verder stappen. Het is een stofferig zanderig pad en onze
fietsbanden zakken te diep weg om veilig te kunnen fietsen. Er is geen
alternatief. Zelfs met de fiets aan de hand moeten we ploeteren om er door te
geraken. We hebben nog geluk. De zon wordt door de overhangende takken tegen
gehouden maar het blijft een vermoeiend stuk. Het is hijgen en puffen. Tijd
voor een terrasje? Na de zandbak zijn we terug op Belgisch grondgebied met
degelijk asfalt. We zijn in de Antwerpse Kempen en we worden onmiddellijk geconfronteerd
met hectaren landbouwgronden en mooie vergezichten. Af en toe onderbroken door
een oude hoeve met grote schuur of glazen serres. Op een groot stuk akker
werden stinkertjes (Afrikaantjes) gezaaid. Het oogt mooi. Ze kunnen blijkbaar
goed tegen de hitte. Het lijkt op een oranje tapijt.
Verderop dwarsen we de E19 bij Meer. Deze Europese
weg loopt van Amsterdam tot Parijs en telt ongeveer 500 kilometer. Bij
knooppunt 13 houden we halt naast de rivier Mark. Zij ontspringt bij de
Zandvenheide in Koekhove bij Merksplas en via deze weg stroomt ze verder naar
Nederland.
Tijdens de rit naar knooppunt 19 rijden we opnieuw
de grens met Nederland over. We rijden door Castelré, een dorp van de gemeente
Baarle-Nassau dat bijna geheel wordt omgeven door Belgisch grondgebied.
Castelré bevindt zich tussen drie grensrivieren: de Hollandse Loop, de
Marken het Merkske dat momenteel een
natuurgebied is met prachtige wandelwegen. In de straat 'Hooiberg' stoppen we
bij de Noodkapel. Een herdenkingsmonument van de Eerste Wereldoorlog dat werd
opgericht in 1936 met een ingemetselde gedenksteen waarop we lezen: U God van
Vrede. Na oorlogsche dank van alle inwoners van Castelré. De pastoor E. H. Leo
Baes, krijgsaalmoezenier van 't Bisdom Gent 1914-1918. Achter het glaswerk
staan drie beelden in een nis. Op deze plaats stond tijdens WOI een noodkerk
die eveneens dienst deed voor de jeugd van Caslelré. De Duitse bezetters hadden
de grens tussen Nederland en België gesloten door een elektrische draad van
2.000 volt. Dit om te voorkomen dat Belgische mannen zich via het neutrale
Nederland bij de geallieerden konden aansluiten. Dit kapelletje werd op
Hemelvaartsdag 1938 ingewijd en staat op de dezelfde plaats van het vroegere
altaar van de noodkerk.
Nadat we voor de tweede maal de Nederlandse-
Belgische grens oversteken fietsen we een tweede infobord voorbij van de
Dodendraadroute. Een fietsroute die we in mei 2014 hebben gereden. Dit is
bord nummer 8 en handelt over het einde van de Eerst Wereldoorlog. Enkele
fotos vertonen de vlucht van de bezetter en de feestvreugde van onze
landgenoten.
Rechts zien we, in de verte, de kerktoren van
Hoogstraten hoog boven de toppen van de bomen uitsteken. De toren staat volop
in de steigers. We rijden door het centrum van Minderhout. Een deelgemeente van
de stad Hoogstraten. In de Kapeldreef werd in 1650 de kapel Onze Lieve Vrouw
van Smarten of Zeven Weeën gebouwd op de plaats van een kleine kapel van 1571. Destijds
kwamen er van heinde en ver bedevaarders naar de kapel om de Heilige Maria aan
te roepen die vooral aanbeden werd tegen de koorts. Tot tweemaal toe kende de
kapel een uitbreiding tijdens de achttiende eeuw. Boven de ingang bevind
zich houtsnijwerk met engelenhoofdjes met datum 1663. Het interieur heeft twee
gebeeldhouwde groepen uit 1935. Het zijn kopieën uit 1694. Het zeventiende eeuwse portiekaltaar met bustes van de H. Joachim en St-Anna zijn de moeite om
te zien. Een prachtige kapel met enorm veel beelden. De glas-in-loodramen van 1956
spreken tot de verbeelding.
Enkele minuten later staan we bij knooppunt 52. We
wijken af naar rechts in de Molenstraat en fietsen tot aan de windmolen van
Hoogstraten. De Salm Salmmolen toornt hoog boven ons uit. Deze bergmolen
dateert van 1902 en werd gebouwd op dezelfde plek waar de vorige houten
standaardmolen uit 1381 heeft gestaan die omver waaide in april 1902. De naam
Salm Salm verwijst naar de vroegere adellijke eigenaars die de molen verkochten
in 1845. De molen bleef maalvaardig tot 1968. In 1975 werd er grondig
gerenoveerd, gerestaureerd zodat de molenberg en romp een woonbestemming kregen.
Sinds 2008 staat de molen te huur of te koop. Terug naar knooppunt 52 en
rechtsaf voor knooppunt 53.
Onze volgende halte is bij de Laermolen. Vanaf
1381 is er al sprake van een, vermoedelijk houten, olieslagmolen eigendom van
de Heer van Hoogstraten. Deze molen brandde af in het geweld van de
Tachtigjarige Oorlog van 1586. Daarna werd de molen meermaals verbeterd en
uitgebreid: een verstening rond 1615, een dubbele molen met gigantisch strodak
over de Mark in 1716, en een recht trekking van de Markrivier in 1744. Eind negentiende eeuw werd de molen minder rendabel en in 1911 stopte alle maalactiviteiten. Er
restte anno 2000 slechts een ruïne van het rechtergebouw, welke door de VZW De
Laermolen succesvol gerestaureerd werd. Vanaf april 2004 kan men het proces
van koolzaad tot olie terug volgen. Ook vandaag is de molen opengesteld voor
publiek. Er is tamelijk veel belangstelling. We kunnen binnen een kijkje nemen.
Alles oogt nieuw maar het rad knarst en piept.
Bij knooppunt 53 moeten we oorspronkelijk rechtsaf
op de N14 maar besluiten in het centrum van Hoogstraten een terrasje te doen. Het
is druk in Hoogstraten. De horeca mag niet klagen. Elk terras zit stampens vol.
We vinden gelukkig nog net een plaatsje in de schaduw van een parasol. Al is
het een kwakkelende tafel, we drinken er een verfrissend biertje met een
heerlijke pannenkoek. Meer moet dat niet zijn. Hoogstraten is het belangrijkste
centrum van de aardbeienteelt in België. Jaarlijks worden hier ruim 9 miljoen
kg aardbeien verhandeld. Na een klein uur zetten we onze tocht verder. Terug
naar knooppunt 53. Zoals ik al vermelde staat de kerk in de steigers.
Stofzeilen met de nodige reclame verhinderen het uitzicht op het kerkgebouw. De
Sint - Katharinakerk en toren werden gebouwd tussen 1524 en 1546. De toren meet
104,70 m hoog. Op 23 oktober 1944, net voor de bevrijding werd de toren door
wegtrekkende Duitse troepen gedynamiteerd. Alles werd na 1950 netjes herbouwd. We
fietsen langs het begijnhof dat ontstond rond 1380. Het complex heeft nog
steeds 36 huisjes, het begijnhofkerk en een schuur. In 1972 verliet de laatste
begijn het hof. Na een grondige renovatie werd het domein vanaf 1997 opnieuw
volledig bewoond.
Na knooppunt 33 rijden we opnieuw over de E19.
Na knooppunt 95 volgen we een tijdje knooppunt 90
tot aan de Oud-Dorpstraat van Loenhout. Even linksaf en onmiddellijk rechtsaf
in de Weverstraat tot het eind. Op de hoek Sint-Lenaartseweg/ Hoogstraatseweg
werd tussen 1650-'54 een kapel gebouwd die toegewijd is aan de Heilige Quirinus
van Neuss op de plaats van een nog oudere vervallen kapelletje. Achteraan
vinden we een oude waterput die volgens de legende een geneeskrachtige werking
bezit. De put is echter met een houten deksel en een slot afgesloten. Binnen
vinden we een arduinen gedenksteen voor Catharina De Perez (+ 1661), de vrouw
die de kapel liet heroprichten.
Rechtsaf tot bij de kerk en onze trouwe vriend: de
auto. Het is precies nog warmer geworden dan vanmorgen. De teller op onze fiets
geeft aan dat we 44,3 kilometer afgelegd hebben. Home sweet home.