Deze
route is officieel 52 kilometer lang. Ze vertrekt bij knooppunt 78, op de hoek
'Hof van Delftlaan' en de 'Sint Lucaslaan' te Ekeren Donk. Vervolgens brengt de
rit ons door Brasschaat, Schoten, Antwerpen, en opnieuw door Ekeren om daar te
eindigen. Greet Van den Sande, waarnaar deze route is vernoemd, was een
lieftallige jonge vrouw die de strijd aanging met haar ziekte. Drie jaar
geleden kreeg Greet borstkanker. Een heelkundige ingreep drong zich op. Na de
nodige chemo herstelde ze volkomen. Daar waren de chirurgen toch vast van
overtuigd. Maar toch Ze liet de moed niet zakken en stortte zich op haar werk
en haar passie: fotografie. Blijkbaar ontsnapte er een minuscule kleine
kankercel aan de geneeskrachtige behandeling. Deze cel zette zich na een tijdje
vast in Greets hoofd. De cel groeide en werd een tumor. Weer moest de jonge
vrouw onder het mes. Maar het kwaad was geschiedt. Er was al een uitzaaiing
gebeurt. Ze bleef er tegen vechten zo lang ze kon. Maar het mocht niet baten.
Veerle en Danny kwamen regelmatig op bezoek bij ons. We vroegen telkens hoe het
met haar nichtje gesteld was. Met een brok in de keel schetste Veerle dan de
huidige situatie. Met horten en stoten liet ze weten dat het niet goed meer
kwam. Een ijzingwekkende lange stilte volgde dan. Het was moeilijk om over het
onderwerp verder te praten. Nog moeilijker om een ander onderwerp aan te
snijden Oudjaar 2015 trok Greet bij haar ouders in. Ze werd er tot de laatste
dag omringt door familie en vrienden. Ze werd er verpleegd, met heel veel
liefde en zorg van haar ouders Chris en Roger. Ook de mensen van Coda Hospice
namen de zorg over om de ouders te ontlasten. Bij palliatieve zorg ligt de
focus niet langer op genezing, maar op kwaliteit en comfort. Gelukkig maar. Hoe
waardevol de laatste weken ook mogen zijn, het vergt moed en
doorzettingsvermogen om een naaste zo te zien aftakelen. Greet Van den Sande,
geboren te Brasschaat op 18 juni 1978, overleed in haar ouderlijke woning op 04
februari 2016.Ze was slechts 37 jaar
oud.
Familie
en vrienden noemden haar: 'Bevlogen, bezield, nieuwsgierig, spontaan, zonder
kapsones, moedig, oog voor detail en voor schoonheid, ruimdenkend, goedlachs,
bekommerd, sociaal, creatief, lief, geliefd, behulpzaam', . Op deze manier
kunnen haar dierbaren nog uren doorgaan. Doch , woorden schieten tekort. De
nabestaanden blijven niet bij de pakken zitten en slaan de handen in elkaar.
Samen met Greets collega's van 'Toerisme Provincie Antwerpen' wordt een
fietsroute uitgestippeld, ter ere van Greet. Onderweg zijn er vijf stopplaatsen
voorzien die een speciale betekenis hadden in haar leven. Vijf plaatsen om even
halt te houden. Even stil staan bij haar leven, bij haar ouders, vrienden,
collega's en kennissen. Stil staan bij alle mooie herinneringen die haar
dierbaren meedragen in hun hart. Voor altijd.
Om
de fietsnetwerken in goede staat te houden, doet Toerisme Provincie Antwerpen
beroep op een enthousiaste groep vrijwilligers, de 'fietspeters en -meters'.
Zij controleren regelmatig een afgebakend deel van het netwerk, signaleren
zwerfvuil en wegenwerken, brengen ontbrekende of beschadigde bewegwijzering in
kaart, en zijn, kortom, onze ogen en oren op het terrein. Ook Greets ouders,
Chris en Roger, waren snel overtuigd om meter en peter te worden van een stukje
fietsknooppuntennetwerk.
Wij,
Rina en Luc, starten deze tocht bij knooppunt 96, op het eind van de Donkweg,
naast het natuurdomein 'De Oude Landen' en de fietsostrade. Het nieuwe fietspad
is aangelegd tussen het viaduct A12 in Antwerpen en het station van Ekeren. Het
werd op 26 juni 2012 plechtig opengesteld en meet in totaal 2,3 kilometer. Bij
dit knooppunt houden we halt bij het grote bijenhotel met de stralende A.
Talloze wilde bijen zwermen er rondom om. Ik nader voorzichtig het 'hotel' om
een close-up foto te maken. Ons Rina is er niet gerust in. Maar er is geen
gevaar, bijen doen niets als ze zich niet bedreigd voelen. Het is prachtig om
te zien hoe de werkers de uitgeboorde gangen in- en uit kruipen. Daarna vliegen
ze het natuurgebied in om de nectar van de eerste lentebloemen te verzamelen.
Een infobord geeft meer uitleg: 'In een bijenhotel laten 'wilde' of solitaire
bijen stuifmeel en eitjes achter om zich voort te planten. Bijen hebben er elk
hun hotelkamertje (een buisje van enkele millimeters groot) en leven alleen,
dus niet in een kolonie. Een wild bloemenmengsel werd uitgezaaid om de bijen
van nectar te voorzien. Het aanbod bestaat uit een buffet van nectar en
stuifmeel. Wilgen, klokjes, rolklaver en klimop zijn maar enkele van de soorten
op het menu. Zo zorgen de bijen voor de bestuiving van heel wat planten en
bloemen. Tijdens de eerste warme lentedagen van maart verschijnen de
metselbijen. Zij delen de nestgang op in verschillende kamers, gescheiden door
muurtjes van klei of leem. Behangersbijen verschijnen pas in mei. Zij bekleden
hun gangen met stukjes blad. De kleine zwarte tronkenbijtjes voelen zich pas in
hun element in de zomerse hitte en blijven doorwerken tot eind september'.
We
slaan linksaf op de fietsostrade. Rechts bevind zich de spoorweg (lijn 12) van
Antwerpen naar Essen. Links zijn er de vele volkstuintjes. De eerste plantjes
zijn geplant en gezaaid. Andere perken liggen omgeploegd te wachten om beplant
te worden. Het is weliswaar nog maar begin maart maar op de één of andere
manier belooft de mooie blauwe ochtendhemel er een warme dag van te maken. In
de nog kale, kleurloze tuintjes probeert een merel de eerste strofen van zijn
zangkunst te laten horen. De groene knoppen aan de bomen staan op springen. Nog
een week en alles kleurt groen. Langs het fietspad werd een perk met
'paasbloemen' aangelegd. De verschillende kleuren, wit, oranje en geel oogt
mooi van ver. Als we naderen zien we dat de meeste narcissen reeds verwelkt
zijn. We nemen nog een laatste foto van het bloemenveld en richten onze
aandacht aan het vogelinfobord: 'Vele planten en dieren kunnen enkel overleven
in natuurgebieden. Tegenwoordig liggen deze groene gebieden geïsoleerd in een
grotendeels bebouwde omgeving. Door het uitgebreide wegennet slagen vele
soorten er niet meer in zich vlot te verplaatsen tussen deze natuurgebieden.
Kleine landschapselementen zoals dit bosje, op de achtergrond, zorgen voor de
noodzakelijke verbinding tussen de natuurgebieden en vormen zo 'kleine
stapstenen' binnen grotere gehelen. Dit bessenbos is aangeplant voor onze
lokale vogels. Vogels zoals de merel, zanglijster, roodborst, pimpelmees en
koolmees vertoeven maar al te graag in zulke bosjes, want ze bieden hen zowel
voedsel, schuilmogelijkheid als nestgelegenheid'.
Onze
eerste klimming wordt het viaduct van de Veltwijcklaan. Ter compensatie rijden
we supersnel naar beneden. Toch wat afremmen voor de dwarsstraat. Over de
parking van 'Hof de Bist' slaan we rechtsaf. De 'Weegbreelaan' in. We genieten
van de kleurige voortuintjes. Het Chinees klokje is rond deze periode een felle
blikvanger. De ijzersterke plant bloeit in de felst mogelijke, gele kleuren op.
Ook de 'Magnolia' of de 'Beverboom' schittert in het zonlicht. In de volksmond
wordt hij ten onrechte 'Tulpenboom' genoemd. Hoe hij ook noemt, wij genieten
althans van de mooie bloemen. Wie ervan wil genieten moet niet te lang wachten.
De bloemen hebben al vlug te lijden van regen en wind. In de kruin, van de
boom, zit op een kale tak een merel. Rustig en ongestoord fluit hij zijn
deuntje. Het overstemt haast het voorbij razende verkeer.
Een
paar minuten later rijden we door de 'Gerardus Stijnenlaan'. Hier is nog een
landelijk gebied. Een kleine groep spreeuwen strijkt neer op de omgeploegde
weilanden. Tegelijkertijd vliegen ze weer op, om even verder zigzaggend weer
neer te strijken. Rechts van ons is nog een oude gemetste stenen omheining van
een vierkant boerderij. De heemkundige kring heeft er twee uitvergrote foto's
op canvas bevestigd. Een tractor en oplegger met hoog opgestapeld hooi wordt
naar een schuur gebracht. Links van de muur zien we de achterzijde van de
voormalige 'Sint Lucaskliniek'. Het gebouw werd in zijn ere hersteld en er werd
het vredegerecht in gehuisvest. Ook in de 'Sint Lucaslaan' heeft de Koninklijke
heemkunde van Merksem een canvasfoto bevestigd. Puur nostalgie.
Aan
knooppunt 78 is de eerste blikvanger. De eerste stopplaats met een speciale
betekenis. Hier start officieel de 'De Goedgemutste Greet-route': 'Greet wordt
geboren op 18 juni 1978 en is daarom een tweeling. Volgens de astrologie
blinken tweelingen onder andere uit in nieuwsgierigheid en het vertellen van
verhalen. Twee eigenschappen die Greet combineert in haar passie voor
fotografie. In natuurgebieden zoals de 'Oude Landen', of de Kalmthoutse Heide,
creëert Greet met haar camera sprookjes waarin dieren en planten ongemerkt de
hoofdrol spelen. Ze doet dit onder het label 'GreetThings'. Het geeft haar een
gevoel van onmetelijke vrijheid wanneer ze waakzaam wachtend eindelijk die
eenzame vogel in haar lens kan vangen'.
Bij
knooppunt 34 zijn we in Brasschaat. We hebben vijf kilometer gefietst. We
rijden in de Baillet Latourlei. Langs beide zijden groeien hoge statige
bomen. Ze hebben nog geen bladeren, maar de knoppen ogen al flink groen.
Tussendoor laat de vink zich regelmatig horen. Je moet de oren spitsen om boven
het gezang van de vogel andere zangers te horen. We genieten van de mooie
villa's met rieten daken, of van de moderne gebouwen met veel glasramen. Als we
de eerste rotonde naderen zien we de witte Magnolia bomen staan met hun
sierlijke witte bloemen. Het lijkt alsof het net gesneeuwd heeft. De bomen
stellen nauwelijks eisen aan de grond waarin ze bloeien. Een mooi decor voor
een fotoreportage. Sommige tuinen in de buurt zijn overwoekerd door de
rododendron. Deze heester is winterhard en heeft daarom zijn groene bladeren
behouden. De plant doet het uitstekend in een wilde tuin met veel licht.
In
het midden van de volgende rotonde staat een groot monument dat herinnert aan
de beide Wereldoorlogen. 'Ridders Oord' is het onderschrift, en ook nog 'Door
't Voorbeeld overwinnen'. Bij knooppunt 12 vinden we het monument van
Baillet-Latour, hoog bovenop twee verschillende sokkels. Opzij werd een
aluminium plaatje bevestigd met de woorden: 'Raf Thys 2014. Ferdinand de
Baillet-Latour. °1850 +1925, Graaf Ferdinand de Baillet-Latour was burgemeester
van Brasschaat van 1902 tot 1908 en gouverneur van Antwerpen van 1908 tot 1912.
Vanuit een grote sociale bewogenheid realiseerde hij vele projecten die tot op
vandaag het leven van mensen uit alle lagen van de bevolking verbeterden'.
Als
we knooppunt 10 volgen rijden we door het centrum van Brasschaat. Bij elke boom
worden we verwelkomt door het gezang van de vink. Hij behoort tot de vlijtigste
zangers van bos, park en tuin. In een grote villatuin staat een hoge en brede
Japanse kerselaar of sierkers. Hij valt op door zijn schitterende grote roze
bloemen die in grote trossen aan de takken bloeien. De boom vraagt weinig snoei
en onderhoud. In de buurt van knooppunt 10 houden we voor de tweede maal halt
bij een 'Blikvanger' van de 'De Goedgemutste Greet-route': 'In een huisje, in
de buurt, groeit Greet op. Omringd door een grote, warme familie. Met trots
praat ze dikwijls over familie uitstappen en reizen met het gezin, telkens in
haar zelf opgeknapte avonturenbusje. Deze warmte straalt ze uit naar iedereen
die ze ontmoet, of het nu vluchtig in de wandelgangen is, of tijdens een dieper
gesprek. Ook in haar job als Routedokter behandelt Greet elke melding met
evenveel zorg en toewijding'.
Aan
de 'Lage Kaart' moeten we linksaf, wij rijden even rechtsaf tot bij het
monument van kunstschilder Hendrik Luyten. Geboren in Roermond op 21 mei 1859.
Hij vestigde zich in België en stond vooral bekend voor zijn impressionistische
werken. Hij stierf in Brasschaat op 21 januari 1945. Verderop houden we halt bij
cremerie 'Cocorico'. Sinds juni 2013 wordt in het voormalige postkantoor een
ijssalon uitgebaat. Van heinde en ver komen de mensen aan een ijsje likken. Ook
vandaag, op deze zonovergoten dag zijn alle stoelen en banken op het Hendrik
Luytenplein bezet.
Voor
knooppunt 11 vinden we 'Blikvanger' nummer 3: 'Groene vingers. Greet houdt van
verse bio groenten, en kweekt ze zelfs eigenhandig in haar moestuintje. Van
aardbeien tot zucchini (courgette), van Belgisch witloof tot zuiders groen.
Alles groeit welig onder haar vaardige vingers. Overschotjes brengt ze steevast
mee naar het werk, om het vitamine peil van vriend en collega een gezonde boost
te geven'.
Op
de Miksebaan of de N121 moeten we linksaf. We rijden het domein van het kasteel
van Brasschaat binnen. We hebben bijna 16 km afgelegd. Het kasteel van
Brasschaat, links van ons, staat volledig in de steigers. Het gebouw wordt al
decennia lang door de gemeente verhuurd. De laatste bewoners en uitbaters van
het restaurant konden de huurprijs niet meer betalen en legden in februari 2016
de boeken neer. De huidige bewoners willen het kasteel opnieuw laagdrempelig
maken. Het Peerdsbos en het gemeentepark van Brasschaat zijn samen, sinds 2008,
een Vlaamse ankerplaats. Vanaf hier wordt het drukker. Wandelaars en fietsers
slalommen zich hier over de asfaltwegen een weg naar hun bestemming. Het is
extra oppassen voor kinderen. Sommigen rijden voor de eerste maal op een kleine
fiets en kennen het gevaar niet. Ouders haasten zich achter hun peuter of
kleuter die de eerste stapjes alleen waagt. Aan de rotonde, met in het midden
de obelisk, nemen we een korte halte voor enkele foto's. Deze gedenknaald was
een geschenk van graaf Georges Reusens aan zijn broer Armand, die tussen 1872
en 1901 burgemeester was van Brasschaat. Het park maakte toen deel uit van het
domein van de familie. De obelisk werd in 1884 gebouwd. Daarna rijden we tot
bij de melkerij van het Peerdsbos. Normaal moeten we linksaf, naar knooppunt
31. Maar hier houd het op. Dit wordt ons eindpunt voor vandaag. De overige 35
kilometer is voor een andere keer. We gaan nog gezellig iets drinken in de
voormalige boerderij die tot 1920 actief was. De huidige gebouwen dateren van
circa 1630. Ouders en grootouders genieten van een hapje en een drankje terwijl
de kinderen in de grote speeltuin ravotten. Ook bij de 'jeneverhut' kan je iets
drinken terwijl je kroost een partijtje minigolf speelt. Elke stoel of bank is
bezet. Dat is hier niet verwonderlijk. Het is hier telkens aanschuiven en
wachten op een plaatsje. Tot schrijfs.