Lekker geslapen en
heerlijk ontbeten met zich op de haven. Ik wandel naar de
boot, die duurder blijkt
dan vorig jaar. Ik ben een uurtje
te vroeg en mijn oog valt op
een lieve kat met één oor Ze heeft haar stek
op de pier, maar lijkt goed
gevoed. Wanneer ik goed
kijk zie ik kieren tussen de blokken, die misschien wel
mensen kunnen herbergen... Het volgende
traject van de reis is aan de beurt. Ik deponeer mijn
rugzak in het karretje wat aan boord rijdt en wandel de boot op. Ik word
aangesproken door een Engelse familie die 1001 vragen hebben over het eiland en
er pas veel later achter komen dat hun boottrip interessantste gebeurtenis zal
zijn van deze dag. Ze varen namelijk diezelfde dag nog terug en wilden dus
eventjes het eiland bezoeken. Helaas is er rondom de haven niets te zien, toch
niet wat hun interesseert. Geen
terrasjes, geen bezienswaardigheden..... Slechts de natuur, die zich uitstrekt
ver boven zee niveau. Met andere woorden: het is klimmen voor je een mooi
uitzicht hebt... Het is helder weer
en we passeren La Gomera en stevenen op El hierro af, toch een reis v an
ongeveer twee en een half uur vanwege de tegenwind die het schip ferm doen
deinen. Ik geniet met volle teugen.
Op het eiland wacht
er weer dezelfde kleine minibus die me alweer met hoge snelheid en schuin in de
haarspeldbochten naar Valverde brengt, de hoofdstad van het eilandje. De
Spaanse muziek schalt door de luidsprekers en plots zijn ze daar: net als vorig
jaar lopen de tranen uit mijn ogen. Ik ben zo gelukkig
dat ik hier ben. Ik drink de atmosfeer, mijn oog valt op iedere plant of boom
die we passeren en prachtige vergezichten dan weer links
dan weer rechts.
De buschauffeur
heeft een ontzettende haast, wat ik niet begrijp.... op dit eiland heeft
niemand ooit haast. Even later wordt alles me duidelijk. Vorig jaar had dit
eiland nog zo goed als geen bussen. Dit jaar is er een soort netwerk van
busjes. Vanuit Valverde worden zowel toeristen als plaatselijke bewoners
vervoerd naar andere stadjes en dorpjes. Alle uitzwermende busjes staan te
wachten op de onze. Mijn chauffeur had me gevraagd waar ik moest zijn en ik had
een hotel op gegeven in Valverde. We waren daar voorbij gereden (hij dacht
zeker dat ik het niet wist) Aangekomen op de plaats met al die andere busjes, ben ik plots snel van begrip en reaktie. Ik geef aan dat ik hier ook wil
uitstappen. De chauffeur zegt dat hij me zo direct naar mijn hotel zal brengen, maar ik vertel hem dat ik naar Sabinosa wil. Het is wel allemaal grappig: Hij
spreekt geen Engels en ik geen Spaans. Waarom wil ik naar Sabinosa? Omdat daar
de start ligt van mijn voettocht. Ik had het weerbericht gezien: morgen regen. Én ik had gelezen dat het pad wat de berg opging bij regen erg glad was, beter
niet betreden kon worden. En het was nu nog droog. En aangezien er nu al die
busjes stonden kon ik onverwacht al deze zelfde dag nog starten met mijn
trektocht. Ik ken mezelf: zo snel mogelijk starten of ik vind allerlei
argumenten die maken dat er uitgesteld wordt en helaas volgt er zo goed als
altijd afstel. Dus omdat ik mezelf ken, argumenteer ik niet langer en spring in
de bus richting La Frontera. Daar wacht nog een kleiner busje en ik krijg een
privé ritje tot in Sabinosa. Ik neem
mijn bagage en de bus vertrekt Daar sta ik moederziel alleen in het zonnetje in een dorpje met witte huizen waar iedereen siësta doet. Muis stil is het
er..... Ik tracht me te oriënteren, mijn kaart van vorig jaar heb ik helemaal
geplakt want die hing in flarden en ik wist dat er een kansje was dat ik niet
direct een andere zou hebben Ik draai me naar
links en vervolgens naar rechts en zie niet direct een teken van een of andere
wandelroute. Op goed geluk ga ik naar rechts en ietsje verder de berg op. Daar
spelen een paar kinderen die weg duiken als ze me zien.... Plots zie ik tekens
van een wandelroute, dus ik heb goed gegokt (of is dit intuïtie) en vol goede
moed begin ik aan mijn 600 m bergopwaarts.
200 meter lopen
later, ja misschien hooguit 20 meter hoger, giert mijn ademhaling door mijn
keel. Die keel schreeuwt het trouwens uit van de pijn en roept me toe: waarzeidegijaonbegonne!!!! Ge wandelt nooit nie en al zeker nie mee ne
rugzak! Ik zet me op een steen en geniet van het uitzicht en zeg tegen mezelf: niet forceren, gewoon je eigen tempo gaan, er is niemand die je moet volgen en
niemand wacht op jou" Even later vervolg ik mijn tocht. Ik stop heel veel en
realiseer me dat ik deze klim nooit zou volbrengen wanneer er iemand bij was Ik kan beslist niemand tot last zijn. Hoe meer men me aanmoedigt, hoe eerder ik
stop en terug ga..... Ik faal eigenlijk altijd, stel anderen teleur wanneer het
op fysieke activiteiten aan komt. Dit spookt allemaal door mijn hoofd tot ik tot
mezelf zeg: ok, er is dus niemand bij, geniet nu maar van het uitzicht en je
komt er wel. Het pad is soms erg steil en inderdaad de stenen glad bij nat
weer, maar het is droog vandaag. Goed idee om direct te starten. Meer en meer
vallen mijn gedachten stil en mijn tussen stops worden korter, mijn
wandelstukken worden langer. Mijn keel wordt soms gesmeerd, maar het is minder en
minder nodig. Mijn hart wordt begint ook anders te kloppen dan bij de start. Plots zie ik een bordje 1000 m. Ha, bijna boven!! Eh, hoe kan dat nou? Zo hoog
zou ik niet komen op deze plaats, later wel, maar nu, hier in het zuiden,
nee... Ik begin te lachen: Ik ben al 1000 m opgeschoten, heb dus een afstand van 1 km afgelegd. Ik wil het
niet weten, ik wil niet weten hoe laat het is, want wanneer ik weet hoe lang ik
nu al klim, dan krijg ik het schaamrood op de kaken. En toch is het grappig.
Hier en daar
beginnen zich wolken te vormen. Ze vliegen links en rechts van me de berg op. Ik schat dat het 4 uur is, omstreeks die tijd kwamen ze vorig jaar ook
aanvliegen over de toppen. Ik loop verder, denk hier en daar dat ik er al ben maar steeds word ik voor de gek gehouden. Achter de hoek begint het pad alweer
te stijgen. Tot ik op een gegeven moment op een platform kom waar ook autos
kunnen keren. Nu ben ik echt aan het eindpunt van deze klim en vlak bij El
Camino de la Virgen. Hier kan ik kiezen of ik afdaal naar het klooster waar het
werkelijke begin is van deze route of ik loop verder naar het noordwesten en
zoek ergens een schuilplaats om te slapen. Ik kies voor de laatste optie en
stap stevig door. De wolken vliegen nu
overal rondom me, de wind wakkert aan en nergens zie ik een plaats om te
schuilen. De wolken worden mist, de uitzichten zijn verdwenen... Hé, ik had
gedacht dat ik de nacht ging doorbrengen onder de sterrenhemel, ver weg van
ieder licht uit de beschaafde wereld. Hopelijk trekt het straks terug open..... Ik word moe en zie ergens de muren van een stalletje maar zonder dak, net naast
de pad maar dan achter het muurtje. Er staat wel een laurierboom overheen Een
eindje verder lopen schapen. Ik geraak niet over het muurtje dus loop ik iets
verder waar er zich een opening bevindt en daarna loop ik terug naar mijn stek. Het loopt er ietsje af, maar het is er ook begroeid. Aangezien ik geen slaap
matje bij me heb (mijn dochter kon de hare niet vinden) is dit het beste wat ik
kan vinden. Ik spreid een plastic zeil uit, daarna mijn rugzak, doe mijn
schoenen uit en berg die droog op. Mijn lenzen uit en ik ben klaar om
letterlijk onder zeil te gaan. Ik schuif me in de slaapzak, lap, eh, iets over
het hoofd gezien, kben wat volumineuzer dan mijn dochter: haar slaapzak past me
niet, moet half open blijven, het zij zo, het is toch niet echt koud en ik hou
al mijn kleren aan..
Ik leg me dus neer, sla het zeil toe en dan begint het pas echt: Het besef van waar ben ik aan
begonnen Ik bedenk me, dat ik super naïef ben, tot nu toe gezweefd heb op mijn
romantische fantasie.... Dat zeil wat ik nu gebruik.... dat wordt mijn
nachtmerrie.... het vocht komt niet alleen van buiten.... maar ook van binnen, van de condens van mijn ademhaling en transpiratie....
De condens druppels
vallen op mijn gezicht en in mijn oren. En op die plastiek schuif ik langzaam
maar zeker omlaag, tot ik met mijn voeten het muurtje voel en meteen gewaar
wordt dat de plastiek daar niet meer rondom mijn voeten zit.... Ik tracht me
terug om hoog te werken, maar dat heeft weinig zin. Ondertussen hoor ik mezelf
hijgen, hoe kan dat nu, ik doe geen krachtinspanning meer.... Lucht!!!!!, het
zeil is volledig toegeslagen en de zuurstof vermindert! Ik hap naar adem
wanneer ik het zeil opensla... En het begint te regenen. Mijn haar wordt
zeikende nat, mijn sokken ook.... De wind wakkert aan, mijn zeil waait op..... waar ben ik dus aan begonnen..... Ik moet plassen.... tja, mijn voeten zijn nu
toch al nat en ik kruip uit mijn hol. Al goed dat het hierboven niet echt koud
is, omdat de oceaan rondom ook nog altijd 17°C warm is. Plasje gepleegd en snel
terug gekropen voor alle warmte in mijn hol verdwenen is. Kben klaarwakker, hoe
laat zou het zijn? Gsm aan: huh, nog maar half 1??? Oh jee, dit wordt een hel
van een nacht. Het regent harder en
harder en de wind wakkert ook nog aan. Ok, mijn situatie is niet levensbedreigend, het is slechts een luxe probleem zoals ik altijd placht te zeggen tegen
mensen die klagen over het slechte weer. En dan komt er voor mijn ogen een heel
helder beeld van vluchtelingen die de bergen in trekken met vrouw en kinderen. Zoveel mogelijk meenemend, maar niet echt voorbereid op een tocht door sneeuw. Met misschien wel een (getekend) plan maar nergens richtingaanwijzers of andere
tekenen. Niet wetende waar ze aan
beginnen, niet wetende of ze deze tocht wel allemaal overleven. Maar thuis is
de kans dat ze sterven reëel. Kinderen die huilen en het koud hebben. Alles
door en door nat..... Vluchtelingen die in het land van aankomst met een scheef
oog worden aangekeken. De
profiteurs...... Stuur ze terug!
Deze nacht heb ik
heel eventjes het gevoel dat ik een klein klein beetje kan inleven in de
situatie van vluchtelingen. En ik ben dankbaar om deze ervaring. Deze nacht is
er eentje van pure zelf gezochte misérie. Deze nacht brengt helder inzicht op
het leven van sommige anderen.
Ik lach mezelf weer
eens toe en denk aan die reis die ik maakte naar Parijs met de bus waarmee
vele vreemdelingen op bezoek gaan bij familieleden. Ook al geen luxe reis, die
ik maakte om me in te kunnen leven in de wereld van onze migranten. Hoe is het
toch mogelijk en nooit heb ik er spijt van. In het verleden heb ik me al meer
begeven op plaatsen die alle verbeelding tarten.
Het is de zucht
naar inzicht, naar begrip te krijgen in zoveel mogelijk levens van zoveel
mogelijk mensen. Het is een manier om ieder verwijt, die wordt uitgesproken in deze westerse wereld, te plaatsen in
een kader van begrip. En dan bedoel ik niet alleen begrip voor migranten, maar
ook begrip voor mensen die zeer veel problemen ondervinden met migranten.
De nacht duurt lang en ik filosofeer er lustig op
los.....
03-01-2008 om 00:00
geschreven door annemiek
|