 |
|
 |
de blog waar niemand op zit te wachten |
|
 |
19-02-2007 |
Een fansessie tussen de middag |
Een Colruyt tijdens de middag van een werkdag.
Iedereen keek naar mij.
Iedereen bewonderde mij.
De ogen op mijn rug vingen de woorden van de omstaanders op : "Kijk daar, juf zap, die verrukkelijke nimf, hoe ze zich mengt onder ons, het gepeupel, om zomaar boodschappen te doen, wauw! Ze heeft nog voeling met het gewone volk"
't Is te zeggen, de bewonderaars fluisterden, ik kon net niet horen welke bewoordingen ze gebruikten om mij lof toe te zegenen, maar het moet iets in die trant geweest zijn.
Minzaam glimlachte ik de toestromende massa toe. Voelde in mijn handtas of er nog ergens een verloren gewaande balpen in rondwaarde, want zometeen zouden de eerste blote buiken verschijnen, smachtend naar mijn zapse kribbel.
Maar ze bleven beleefd, die opgevoede polderdorpbewoners... behalve eens wijzen en hun vrolijke blikken afwenden - ze kennen hun plaats - kon ik mijn voedingslijstje voor de komende dagen zonder noemenswaardige strubbelingen afwerken.
Nog helemaal vol van de warme reacties van die eenvoudige mensen storm ik nog net op tijd het personeelslokaal binnen.
- "Waar kom jij vandaan? Verhitter dan verhitst?"
- "Even mijn commissies afgewerkt in de Colruyt."
- "Zo??"
- "Hoezo 'zo'?"
- "Zap, je hebt je pyjama en kamerjas nog aan!"
- "O? 't Is toch carnaval voor iets, niet? En daarbij, ik heb die drolgedraaide handdoek op mijn kop al afgedaan. Zou het iemand opgevallen zijn?"
19-02-2007, 08:14 geschreven door zapnimf 
|
|
|
 |
17-02-2007 |
The good, the bad and the wieldop |
"O zucht, hoe ga ik deze goeie daad weeral tot een goed einde brengen?" mijmer ik bij mezelf als ik de wieldop van mijn voorligger een heel eigen parcours zie afleggen dat afwijkt van zijn eigenaar en netjes het fietspad oprolt, daar een paar buitelingen maakt in de vlucht - zo'n trottoirrand is niet te onderschatten, zelfs al ben je een gebogen voorwerp dat al menig rondjes heeft meegedraaid - en na een paar harde knotsen en hobsen eindigt zijn rit met een vijfdubbele pirouette, het embleem van Opel zichtbaar naar boven.
"Ik ben nooit bij de scouts geweest, ik mag goeie daden gerust overslaan als ik wil."
"'t Is wel maar een Opel... ken ik eigenlijk toffe peren die zich per Opel van punt a naar punt b verplaatsen? Dachthetniet."
"Jamaar, stel dat er net in dat ding een reservesleutel plakt."
"Of dat die meneer, zich van niks bewust, heel veel belang hecht aan de afwerking van zijn banden. Het kan, het kan, er bestaan zulke lui."
"Wat als drie weken geleden iemand mij er niet had op gewezen dat ik, reeds kilometers van het tankstation verwijderd, nog steeds rondbolde met een open tankklep, de dop nog op het deurtje bengelend? Hè zap? Denk daar eens aan!"
"O God, ik ga me er gewoon bij moeten neerleggen dat ik nu eenmaal te goed ben voor deze wereld, dat ik moet leren leven met de druk der altijdhetbestedoenvooralleman. Ik kan dat aan, gelukkig ben ik een stabiel vrouwmens dat zulke gewichten kan torsen op d'r schouders."
Na een diep keelgeluid dat de achtervolging van de sukkelaar inluidt, trap ik het gaspedaal van mijn wauw'isch pronkstuk in, vergeet even dat we ons in een eng straatje bevinden waar de ene verkeersdrempel zich aan de andere rijgt, bedenk hoppend, huppend en met een protesterende maag dat die optie van die vaste stervormige velgen ipv wieldoppen aan mijn exemplaar misschien toch wel zijn nut hebben en ga over tot actie.
Stap één : aandacht trekken van de rijdende mens voor mij.
Ik toeter, ik fllikker met mijn lichten, ik imiteer een gravende mol met één poot (wat zoveel betekent als : ga aan de kant! Deze deerne kan uw leven redden! Althans als uw vrouw van het kwaaie type is en gehecht aan een wieldop. Of voor een slechte verstaander : ik zwem met een lamme arm!) Ik schud expressief met kop en haar en tuit mijn lippen tot een universeel 'STOP!'.
Stap twee : hem daadwerkelijk aan de kant krijgen.
Na mijn agressieve benaderingswijze, zie ik in zijn achteruitkijkspiegel twee verschrikte ogen die hem, averechts op mijn bedoeling, doen accelereren. Hij wil duidelijk niet op zijn gezicht getimmerd worden door een ongeduldige claxonerende macha.
Het over een andere boeg gooiend, richt ik mijn beste spiegelzijdegezichtkant naar hem toe, glimlach wat toneeloverdreven lief, besef dat de kerel in spiegelbeeld moet liplezen en spreek hem zeer mondelijk opensperrend 'Eén één' toe.
Daarna ga ik cirkeltjes in de lucht tekenen en wijzen naar een plek al ver achter ons.
De stakkerd weet nog steeds niet van welk hout pijlen maken, maar het daagt hem stilaan dat ik niet het vechtgrage figuur ben dat hij dacht. Het duurt nog tweehonderd meter overtuigingskracht vooraleer zijn moed hem naar de kant dirigeert.
Stap drie : situatie uitleggen en bedankjes in ontvangst nemen.
Die type had de tegenwoordigheid van geest om te stoppen op een plaats alwaar ik aan de overkant mijn voertuig op een parkeerstrook kon invoegen. Zeer vriendelijk van hem.
Nog niet helemaal gerust, opent hij zijn raampje op een kier en kijkt me wantrouwig aan. Alsof ik me daardoor uit het lood laat slaan. Een goeie daad vraagt om helemaal tot op het eind afgehaspeld te worden.
- "Meneer, (schattige smoel trekkend), ik denk dat u daar waar ik u begon te betoeteren een wieldop hebt verloren."
- "???"
- "Ja kijk, hier vooraan rechts ontbreekt er eentje."
Vent keurt me geen blik meer waard, keert zijn vehikel, het mijne op een haar na missend en scheurt de richting uit vanwaar we komen.
- "Graag gedaan hoor!"
Beduusd staar ik wat naar mijn voeten, vervolgens naar de hemel.
Gelukkig ben ik een stabiel vrouwmens dat ook groen kan grimassen.
Waar ging ik ook alweer naartoe?
17-02-2007, 11:15 geschreven door zapnimf 
|
|
|
 |
15-02-2007 |
Valentijn bis en bis |
Nog een Valentijn. In 1995.
De zon scheen. Een sprankel vroege lente.
Zij en ik wandelden hand in hand door de tuin. Zij op haar eerstejaarsbeentjes, nog wankel en onzeker.
De zon scheen. De weerkaatsing in mijn traan vormde een wiebelend lichtpuntje op mijn dochter.
Ze koesterde en verwonderde zich in de ontluikende natuur.
Ik keek naar haar. Met een glimlach die droefnis niet kon verbergen.
In gedachten sprak ik haar toe : "Je zal nog even moeten wachten op een broertje of een zusje, schat. De baby in mama's buik is dood. Straks moet ik naar het ziekenhuis."
Tranen vielen verloren in het bos.
Zij brabbelde voluit.
-------------------------------------------------------------------
Valentijn 2002.
De eerste sinds ik verlaten was door hem waar ik de voorbije zeventien jaar mee doorgebracht had.
Iemand die eigenlijk beseft wat een vreselijke dag, ook al vind je V-day eigenlijk maar een idioot commercieel gedoe, dat is voor diegenen die ongewild zonder partner door alle sores van de dag moeten? Net zo klote als een strandwandeling in je eentje maken en opmerken dat je omringd bent door enkel koppels die hand in hand hun toekomst inwandelen.
Zo gedeprimeerd leegde ik die dag mijn brievenbus. Waarin ik een vijftiental handgeschreven enveloppen met mijn naam erop vond.
Met kikkers en prinsen, allebei om te kussen.
Met vijf vrijgezellen, geknipt uit de Flair, om een cv naartoe te sturen.
Met wensen en toekomstvoorspellingen, alsof madame Zola zich enkel nog om mij bekommerde.
Met lieve gedichtjes.
Met tips om de ideale vent te strikken.
De meesten anoniem. Driekwart in kleurige kalligrafie.
Mijn vriendinnen, uit mijn verschillende sociale levens, hadden hetzelfde idee gehad om die arme zapnimf eens wat op te fleuren en los van mekaar mijn bus te vullen met hun vriendinnenliefde.
Hun actie heeft nog wekenlang voor hilariteit gezorgd.
Wie ging er ook alweer gebukt onder zelfcompassie?
15-02-2007, 07:53 geschreven door zapnimf 
|
|
|
 |
14-02-2007 |
Ir o nie bij val en tijn |
Yeah Valentijn
We vieren a en mij... en mij... en mij... Mor soit, ik zen een maske, rap content.
Veur mij gene platte commerciëlen brij
of oepgefokt sentiment.
't Is een pakske zonder gewicht! Wazitterin? Eindelijk da zonnebankabonnement!!?
O? Nen ingepakte kus?
Wazeddegijnaveurnevent?
Oe zennekik ooit veur a gezwicht?!
14-02-2007, 07:43 geschreven door zapnimf 
|
|
|
 |
13-02-2007 |
Ulaanbaatargumenteren |
Quizzen is langs geen kanten aan mij besteed.
Onder-, boven-, of zijkanten... ik brei er kop noch staart aan.
Wat niet wegneemt dat ik, als ik er toch eens eentje onder ogen krijg, eentje dat 'De Pappenheimers heet bijvoorbeeld, het toch niet kan laten van de ons omringende lucht te bedoezelen met eerder uit die lucht gegrepen antwoorden dan dat ik er pal opzit. Allerminst spaar ik daarbij mijn decibels. Een ongeschreven wet in zapnimfland zegt dat gebrulde kennis, rappere kennis is.
Mijn andere rappe kennis, die in de zetel ergens dicht tegen mij aan gevlijd zit, vormt zijn antwoorden met een gedecideerde precisie.
Al goed, ik vind het fijn om een vrijer met een brede kennis te mogen beminnen, maar op competitieve momenten als deze is het niet minder dan ergerlijk :
ik : (formuleer een blunder van formaat die, als ik niet in die depressie der onkunde wil blijven steken, alweer uit het geheugen gewist is.)
hij : "Hahahahahahahahahahahahahahahahahahahahahahaha!" (met een blik van : wat ben je schattig als je dom doet.)
ik : (gepikeerd) "Wat "Hahahahahah"?"
ik : "Weet jij misschien alles, ja?"
hij : "Mmtututmmmzzzff." (= sussende geluidjes)
ik : "O o o, kijk eens aan... meneer de betweter... Wat is de hoofdstad van Mongolië? Huh? Huh?!"
hij : "Euh... even denken..."
ik : (Jubel jubel) "Dát weet je niet hein?"
hij : "Ik denk... Oelan Bator."
ik : "Hahahahahahaha, je houdt me voor de gek! Deze verzin je!"
De laptop wordt erbij gesleurd en ik lees op Wikipedia allerlei nog niet verworven kennis over Mongolië, maar vooral dat hij gelijk heeft.
hij : "Mmtututmmmzzzff."
ik : (Doe een Marty Feldman en draai mij braafjes en stil terug naar het televisiescherm.)
Wil alstublieft niemand het in zijn hoofd halen van ons een 'Trivial Pursuit' cadeau te doen?
Ik kan niet goed tegen mijn verlies.
13-02-2007, 00:00 geschreven door zapnimf 
|
|
|
 |
12-02-2007 |
De wolf is een (kiplekkere) geit, een stinkende |
Wereldleed genoeg.
Dus schrijf ik over innerlijke pijnen.
Binnenins onverdragelijk zeurend zeer op een zondagmiddag, het zou niet mogen zijn.
Het voelt als doorligwonden aan de sudderende organen. Niet dat ik de indicaties van decubitus kan beschrijven, maar in mijn fantasie zouden die ongeveer zo kunnen manifesteren :
niet gespaard van een geplette lever, tintelende nieren, een pancreas die de man met de (rubberen, we mogen ook niet overdrijven) hamer is tegengekomen.
Voor de lezers die nu pas komen invallen, ik lig dus in bed en ik lig barslecht.
Aan de binnenkant.
Linkszij is goed voor twee minuten. Rechtszij zindert. Op de rug draaien geeft ook geen verlichting. Integendeel, de inhoud van de mens, onderhevig aan een allesomvattende gravitatie, het is geen pretje. Zo moet de wolf de verwisseling van de zes geitjes met kasseien ook ervaren hebben.
Maar klagen? No way! Ik toch niet zeker? Zo zit ik niet in elkaar en al zit ik nu zelfs een beetje overhoop in elkaar, ik verbijt pijn in stilte. Of toch bijna. Een klein beetje info over mijn lijden wil ik misschien nog lossen... tegen Hill.
Wat zeg je schat?
Dat mijn vondst om een heel weekend deeveedeetjes kijken, boekjes lezen, een minimum aan lichaamsbeweging op die vier vierkante meter misschien toch niet mijn meest briljante idee was?
Hmmz.
Je hebt gelijk... trouwens, al eens onder die dekens geroken?
Vervolgens spring ik recht, schud de ingewanden wat los en maak mij klaar om de namiddagvertoning van Vitalski nog te halen, wat verderop in zapdorp.
Meteen voel ik mij kiplekker.
12-02-2007, 08:42 geschreven door zapnimf 
|
|
|
 |
09-02-2007 |
Van joehoe naar boehoe-sneeuw |
De laatste kilometer tot school begint het te sneeuwen.
Mijn zappies, vastgebonden op de achterbank, schokken de bolide op eigen kracht met sprongetjes per halve meter vooruit van exaltatie :
" Het sneeuwt! Het sneeuwt! Hoeraaa! Hoebahoeba! Het sneeuwt!"
Godsamminee, wat gaat dat geven als ze eens - ikzegmaarwat - een albino van het negroïde ras in het vizier krijgen... dan hup ik meteen over mijn voorganger in de file.
Een donkergekleurde medemens, die hebben ze al eens bespied. Bij de kleedhokjes van het zwembad. Mijn mannelijk telgje, niet onbekend om zijn spontaan geuite oprispingen, schreeuwde me vanop tien meter afstand onbevangen toe :
" Eeey, kijk mama... een negertje!"
En hij wees het onderwerp van zijn verbazing aan met een priemende vinger.
Dat negertje de twee meter benaderde en reeds geruime tijd in de adolescentie verbleef, was hem in alle opwinding ontgaan. Alsook dat negertjes evenzeer recht op een zwembeurt hebben of dat negertjes in zapdorp het Nederlands ook machtig zijn.
Negertje merkte dat zap met de grote bek zijn uitlating niet vanuit een van jongs af aan ingedrild xenofobisme haalde, maar gewoon uit een overbeschermd nest kwam waar falende ouders het nalieten van hun kweeksels wat wereldse kennis van zaken bij te brengen met bijbehorende politiek correcte woordenschat en glimlachte zijn tanden bloot.
Die negertjes toch, soms zijn ze best ontwapenend.
Maar dus.
Het gejoel om de verse sneeuw geeft een vrij accuraat beeld van de taferelen die ik zo meteen op de speelplaats zou tegenkomen.
Tegen de tijd van het ochtendlijk belsignaal heeft het dun laagje vlokken het speelterrein al herschapen in zelfgeschoven glijbaan, gemaakt door achterwerken van slachtoffers die door klasgenootjes een trek krijgen. En juffen, die te onoplettend zichzelf een weg naar de koffie in het personeelslokaal willen banen. Nuja, op mijn kont geraakte ik er ook.
Die middag valt het toezicht mij te beurt. Jodelahitie!
Onze oudste leerlingen houden zich bezig met een lollig initiatief ; het bekogelen van fietsers, voetgangers en automobilisten die het wagen van zich te begeven binnen het bereik van hun sneeuwballen. Het valt mij pas op als een woedende chauffeur met opgestoken vuist aan de schoolpoort komt hangen. Luidruchtig en niet vriendelijk.
Ik maan de buiten zichzelf tredende jonge garde aan van hun doelen te kiezen aan de binnenzijde van de rechthoek die de speelplaats omzoomt.
Hoe ver de boog van een gemiddelde sneeuwbal reikt, moet je ze niet vragen, dat tuig van de richel, maar ze weten precies hoe ze met een vettig hoopje sneeuw je kunnen raken vanop twintig meter afstand.
"Jij staat toch ook aan de juiste kant van de poort, juf?"
Dit vraagt om middelen. Grove! Ik confisqueer een aftrekker uit de dichtsbijzijnde klas, hark nog malse sneeuw af het dak van de fietsenstalling, verzamel een selectief groepje handlangers die instaan voor de aanmaak van sneeuwkogels en een gevecht op leven en dood ontspint zich.
Dolle sneeuwpret is dat!
Of toch niet helemaal.
Na een kwartier komen ze in drommen af :
"Juf, dat pokkejong steekt mijn kraag vol met sneeuw."
" Ik heb een ijsbal tegen mijn neus gekregen." ("Leg er wat ijs op, kindje")
" Mijn knie is kapot, ik ben gevallen."
" Hij speelt vals, juf, hij legt een voorraad ballen aan!" " Ik ben bevroren, juf."
" Mijn voeten zijn helemaal nat."
De stroom van bleirende kinderen is niet meer bij te houden en ik bid in mijn ondertussen druipende plunje om een signaal van bovenaf.
Het belsignaal bijvoorbeeld.
09-02-2007, 20:22 geschreven door zapnimf 
|
|
|
 |
08-02-2007 |
Agrarisch gezang om een zetel |
Nog eens : Hier sta ik dan.
Daar waar ik twee dagen eerder ook al stond.
Gisteren niet, gisteren was sluitingsdag.
Ik ben ervaren in het staan, want eind juli, ook een soldenmaand, koekeloerde ik ook al op diezelfde plek naar datzelfde zitmeubel, maar toen beviel hij me in mindere mate dan nu.
Hoe doe ik het? Hoe doe ik het?
In enkele maanden tijd evolueren van een weifelend 'pffft' naar een feestelijk 'Jah!, puik spul!'? Ach, grillig zijn heeft ook zijn goeie kanten, zo blijkt. Daarbij, ondertussen ben ik dat over en weer zoekend gehos in Vlaanderens favoriete zondagsbestemming meer dan beu.
Beu, beu'er, beu'igst!
Mijn gezogen oog trekt naar een prachtige effen(!) grijze hoekformatie die nooit ofte nooit mijn living zou ingeraken wegens te groot. Prijs van dat kunststuk ontbreekt. Maar ik heb wél tien procent korting, lees ik. Tenminste, als ik vandaag nog mijn handtekening onder een bestelbon plaats.
Slinks probeer ik een andere verkoper te stekken dan die boer die me eergisteren raprap te woord stond en na anderhalve minuut besloot met : "Weetuwat? Ik kopieer het verkoopsblaadje voor u en denk er thuis nog eens rustig over na."
Ik sta genoegzaam bekend om mijn mislukkingen.
Ik tref boer.
Altijd beleefd blijvend, hou ik me in en barst niet uit in een gezang als daar is : "Boer, wat zeg je van mijn kippen, boer wat zeg je van mijn haan..."
Al heb ik daar verdekke wel zin in! Met als afsluiter vijf keer na elkaar 'De kep keek sep, de kep keek sep, de kep keek sep' in zijn Antwerps oor te toeteren. Haaaaa, als hij daar niet horendol van wordt, eet ik zijn schoen op... ("De boer had maar éne schoen, meer dan genoeggenoeggenoeg...")
Maar dat doe ik dus allemaal niet, mijn strenge opvoeding vervloekend, binnensmonds uiteraard.
Van zodra boerke -ik-gebaar-van-kromme- Naas doorheeft dat deze klant daadwerkelijk tot kopen zal overgaan, verandert hij in een slijmerig knipmes.
Wat hij niet weet, is dat ik daags voordien met zijn kopie in de ene hand en de rolmeter in de andere exact heb uitgemeten welke zitdelen er na de levertijd van tien weken in het midden van mijn woonst zullen prijken. En hoeveel dat ensemble zal kosten.
Niet het minst in de weg gezeten door schaamte, laat ik hem zijn toonzaal verbouwen in alle mogelijke combinaties van de bank, verdwijn een kwartier met staaltjes stof naar het daglicht, rook onderwijl op mijn gemak een sigaretje en twijfel nog steeds tussen twee kleuren uit de G-categorie waarvan er eentje de uitgestalde zetel bekleedt.
De patser is tot alles bereid om zijn verkoopsquotum te halen. Hij tilt de poef ( 94 cm x 94 cm) op zijn schouder en laveert gevaarlijk dicht langs allerlei breekbaar ornament tot zijn huzarenstuk een einde krijgt bij het raam aan de andere kant van de zaak. 'Oeh' en 'Aaah' giechelend trippel ik erachteraan, in de maat van mijn eigengeneuried 'Daar kwam een boer uit Zwitserland...'
Mijn lolletje had nu lang genoeg aangesleept en ik deel hem mijn keuze mee. Vanaf dan gaat het snel : formuliertjes, computeruitdraaitjes en mijn te betalen voorschot.
Via bankcontact uiteraard. Zo doen gesofisticeerde lieden dat. Laten merken dat ze een minimum aan beschaafde achtergrond bezitten én een bankkaart!
Maar waar ook alweer?
"Oeps, sorry meneer, mijn elektronische geldbeugel bevindt zich hoogstwaarschijnlijk nog in de digipass naast de pc..."
08-02-2007, 20:34 geschreven door zapnimf 
|
|
|
 |
07-02-2007 |
Op kitch, camp en hete kolen zitten |
Hier sta je dan.
Laatste dag solden.
't Is van moetes.
Allez, niks is van moetes, een zitbank waar al menig kind, behorende tot de zapclan, een been is in kwijtgeraakt, net nadat het het gebrul van zijn/haar moeder ('Een zetel dient om op te zitten, niet om orkaantje op te spelen!') negeerde, hoeft niet persé vervangen te worden. Bermuda driehoekje spelen kan soms ook fijn zijn. Tenminste, als het een verdwijning betreft met stilte als gevolg. Huisgenoten verlangen ook wel eens naar een avondje rust.
Helaas, het exemplaar dat mijn woonkamer in beslag neemt, heeft een gigantische scheur met een zeer lage dempfactor. Bovendien is hij aartslelijk. Een besef dat begin 1994 nog niet doordrong tot het pierenverstand toen ik een behoorlijke som voor die sofa neertelde. Drukbeprint in alle tinten chique mauve. Drukdruk kon toen nog. Immers, de rest van de living was furnituurloos. Zo leeg als mijn maag op een eerste halve dag dieetregime (de namiddag ver(g)eet ik meestal gemakshalve.)
De leegheid van mijn bestaan en leefruimte werd opgevuld met nazaat/d (komt vrucht), die op hun beurt een omkleedtafel, speelgoedrekjes allerhande, de noodzaak om te tafelen en heel veel rommel met zich meebrachten.
Dáár rept zo'n idiote zwangerschapscursus met geen woord over!
En dan zit je dus opgescheept met je voorheens eigentijds stuk druk zitmeubel temidden van een nog delirischer (tre)mensonwaardige omgeving. Nefast voor de zintuiglijke waarneming via het oog.
Vermeldde ik al ergens dat hij ondertussen ook nog een niet onaanzienlijke laag plak, smos en aanverwanten heeft verworven? Ga erin zitten en je kost je minstens duizend calorieën om er weer uit te geraken. Zo'n ouderwetse vliegenvanger is er niks tegen.
De rest van de trends in de meubelbusiness der begin jaren negentig was anders ook niet om over naar huis te schrijven.
Telkens als ik mijn schoonzus' optrekje betreed, moet ik gniffelen om zoveel domheid van de - ook omstreeks die tijd aangeschafte - aankoop in iets zwart gelaktst, kast genoemd door haar gebruikers, waar ieder stofje, haartje, neuskeutel je toelacht alsof het zijn verdomse recht is van zo'n prominent zichtbare plaats te benutten.
Driewerf hoera voor mezelf! Die blunder is me bespaard gebleven... ik ben een grenenliefhebber ; putten, blutsen, krassen in dat zachte hout, ik ken het allemaal, maar stof zie je er amper op. Wat meteen, naast een gezellige uitstraling, zijn meest belangrijke kenmerk is, gezien ik sinds jaar en dag mijn plumeau niet meer vind.
Maar ik wijk af.
Ik stond ergens.
In een meubelzaak.
Laat ik daar morgen maar verder in staan.
En misschien nu mijn preventieve excuses richten tot de zwarte gelakte kastadepten onder jullie.
07-02-2007, 14:10 geschreven door zapnimf 
|
|
|
 |
06-02-2007 |
Weg met Marc Mijlemans |
Met zijn cultstatus nog steeds.
En de nooit ophoudende verering omtrent zijn schrijvend persoon.
Overlaatst nog, in de Humo, naar aanleiding van zijn twintig jaar geleden ondervinden van de sterfelijkheid. Een interview met zijn dochter.
Het artikel was nog maar net enkele uren van het papier tot in mijn leesbrein geraakt of ik ontvang een sms van de ex-man :
"Zap, ik vind 'Mijl op zeven' nergens meer. Kan het zijn dat dat bij jou is achtergebleven? Zoja, wil je het aan de deurklink hangen als ik vrijdagochtend het kindergerief kom terugbrengen?"
Ach ach, zo gaat dat dus.
Je verdonkermaant bewust een boek dat je graag wil houden. Eerlijk als je bent, ruil je het tegen een flutboek van jezelf. Eentje dat je zelfs dubbel hebt. Geen idee meer hetwelk.
Vijf jaar en een klets lang kraait er geen haan (zelfs niet die met het haantjesgedrag waarmee je zeventien jaar bent samengeweest) naar. De euforie om de niet-ontdekking van je kleine criminele gedrag is al lang weggeëbt. En dan plots boefbaf, één luttel stukje in een weekblad dat hij ook leest en daar ga je...
Af.
Met hangende pootjes.
Naar je achterdeur met een zakje van 'Het Kruidvat', het kleinnood erin.
Wetende dat het volledig uitverkocht is.
Maar niet zonder het nog eens open te slaan op een willekeurige bladzijde :
Week van 29.22.85 tot 05.12.85
Woensdag
Als kind wendde mijn zus zich bijna snikkend af, als de geniale filmpjes van Laurel en Hardy (Ned 1, 15u 30) werden vertoond. Als er gelachen werd, snauwde zij ons verbeten toe : 'En als het met jullie gebeurt? Lachen jullie dan nog?' De Dunne nam voor haar de trekken aan van al wie haar lief was (en er wáren treffende gelijkenissen), als hij uit open ramen tuimelde, zijn broek verloor of met zijn hoofd tegen een paal beukte. De Dikke ook. Het was onhoudbaar. Misschien was de stem van Marc van Poucke, die er, met scheve bek, een luguber hoorspel van maakte; misschien dreef dát haar tot waanzin. Daar had ik begrip voor kunnen opbrengen.
Ik leg me neer bij het onafwendbare en beredeneer :
"Pfoeh... het is toch Rudy Vandendaele waarmee ik wil trouwen..."
Daarbij, zijn boek, 'Dwarskijker 1991-1998', is toch lekker van mij en van mij alleen!
06-02-2007, 13:09 geschreven door zapnimf 
|
|
|
 |
05-02-2007 |
Nou breekt mijn klomp! |
Het is weer die tijd van het jaar.
Die van het zoveelmaandelijks cinemabezoekje met mijn drie ouwe normaalschoolvriendinnen.
Herculesarbeid nochtans!
Onze perforators waarmee we datagaatjes prikken in onze gezamenlijke agenda blijken niet altijd even compatibel. Puzzelen, regelen, verzetten, (af)bellen... som op en we zijn er bedreven in.
Bij mijn olijke intrede daar in de hal van dat megacomplex dat we wel eens in een juiste luim 'Metropolis' plachten te noemen, zie ik daar enkel B. wat in haar neus staan peuteren.
Wachtende mensen observeren... je kan er wat van opsteken. Hoe je jezelf verrukkelijk kan vervelen bijvoorbeeld. Plafonnetje staren, voetje draaien, geeuwend wiegen, een tic nerveux ontwikkelen, Abba neuriën... het behoort allemaal tot de mogelijkheden.
Of gee-es-emm(er)en. Ook een favoriet in een wachtpositie. Al dan niet fictief.
Ooit betrapte ik iemand die er zo onmiskenbaar eenzaam uitzag, op geanimeerd praten tegen zijn mobiel toestel, toen het ineens een ferme deun produceerde. Persoon in kwestie evenaarde vijf seconden lang een dieprode biet, keek schichtig rond en ging over tot zijn echte babbel. De technologie biedt mogelijkheden dezer dagen!
Terwijl ik bij wijze van grap langs achteren haar vinger uit haar neus trek (rarara, rikketikketik, wie benekik?), hoor ik dat de andere twee hun dagelijks patroon wat onderschat hebben met als gevolg dat er plots belangrijkere activiteiten opgedoken waren.
Geen erg, dat overkomt de meest georganiseerde wel eens, maar dat maakt dat ik mijn bijna verlopen tickets niet aan hen kan verpatsen.
Je kent dat wel. Zo'n levensgezel die van de ene of de andere een reeks bioscoopcheques krijgt, ze laat verpieteren tot er bijna haar op staat en dan drie dagen voor vervaldatum afkomt met : "Oojee schat, kijk hier wat ik nog vind, zes cinemakaarten die binnenkort geconsumeerd moeten worden."
Gelukkig heeft zo iemand dan een partner die zich opoffert om binnen de termijnsverstrijking haar vriendinnen op te zadelen met de overschot.
Meer zelfs, een lief die bij gebrek aan vriendinnen niet te beroerd is om wildvreemden aan te klampen ter geldelijke recuperatie van zijn cadeau.
Tientallen rondhangenden benader ik op vriendelijke wijze. Of ze zichzelf al een ticket hebben aangeschaft? Ja? Tjonge, die voorgekochte cadeaubons zijn in trek. Zowat half Antwerpen loopt ermee te zwaaien.
Ik verander van tactiek. Speur gericht naar lege handen in de wachtrij. Hoor pertinente geluiden zoals die enkel door Noorderburen voortgebracht kunnen worden.
Ahaaaaa! Nederlanders... altijd bereid om hun ziel te verkopen als ze er munt uit kunnen slaan! Laat ik hen eens gelukkig maken vandaag.
- "Helaba, beste Nederlandertjes, ik sta hier met vier bios-entreetjes, die ik jullie voor zeven euro aan de hand wil doen ipv zeven en half, tel uit je winst!"
- "Nou. Welke film moeten we dan kijken?"
- "Dat mag je zelf kiezen, ze gelden voor iedere voorstelling."
De jongelingen werpen wat blikken naar mekaar, voeren een mimische conversatie die volgens mij alleen te begrijpen valt als je blond, slungelig en begiftigd bent met een oerhollands gebit en dan verklaart de woordvoerder me : "Neej, toch maar niet." en ze keren zich synchroon naar de kassa.
Duhhh!
De vernedering! De blamage! De afgang!
Ik word aanzien als een niet koosjere sjacheraar van nepmateriaal ofzo!
Door het zuinigste volk ter wereld nogwel!
B. ligt ondertussen op de grond te rollebollen en imiteert een dolle koe.
Rofl heet dat in het jargon. Klinkt als : "Uh uh uh hu hu haaaaa!"
Versterkt in de volharding, stap ik over haar heen, het niet kunnen nalaten van ze een trap te verkopen - toch iets dat ik verkocht krijg - en maak mij zoek in een iets minder wantrouwige massa om alzo toch nog achtentwintig euro rijker en vier tickets lichter te worden.
Bij de laatste deal besef ik plots dat in bulk gekochte cheques slechts zes euro twintig kosten per stuk. Kijkeensaan... mijn onbewuste ondernemingsgeest heeft zowaar drie euro twintig op zijn bil geslagen en aangezien Hill als cadeau verworven heeft, nog veel en veel meer! Ik neem mij voor de winst straks te investeren in een versnapering voor de innerlijke mens.
Ergens bij de postervitrines vind ik ze terug. We kussen mekaar terug vriendjes en hebben vervolgens geen flauw benul van wat we eigenlijk willen zien.
Met zijn vieren is het makkelijker, dan is het een kwestie van veel water bij de wijn doen en dat resulteert meestal in een fluttig vrouwenfilmpje, iets waarover we dan ongegeneerd gniffelen dat we met onze mannen nooit zo zouden kunnen ontaarden en dat we er nu van moeten profiteren. Die methode levert meer dan eens een miskleun op. Zoals die keer dat we terecht kwamen bij 'Mister T and the women'. Die is zo en zo en zooo barslecht dat we na een kwartier overwogen van ons geld terug te vragen. Het werd een wikken en wegen tussen afschuw om zoveel brol en het plezier over zoveel quatsch. We kozen voor de laatste optie.
Anders bekeken achteraf, was het eigenlijk de leukste prent die we ooit zagen. Nooit zo hard gelachen, becommertarieerd, gewalgd en na de ontsteken van de lichten zelfs bedreigd door een louche kerel die vond dat we die prachtfilm naar de knoppen hadden geholpen met ons onderdrukt gegnuif.
Tssss... bij Monty Python bulder je toch ook?
Dit alles in het achterhoofd, elimineren we fluks en blijven we staan voor 'Babel' en 'Bobby'. Allebei kandidaat, de ene zelfs ooit voor president, samen lekker bekkend, ambetant om te kiezen. We plegen een Ienemienemuttetje. 'Bobby' zal het worden dus.
- "Jamaar... die andere..."
En we bestellen twee keer 'Babel'
Waarvan we niet het minste spijt hebben!
Beklijvende film.
Prachtige muziek.
Open vragen.
Oordeel zelf.
05-02-2007, 09:39 geschreven door zapnimf 
|
|
|
 |
02-02-2007 |
Een dagje wij, wat fietsers, vrolijke passanten en sor en de clochards |
Quasi nacht.
Hier en daar herinnert een vies overschotje sneeuw nog aan de voorbije dagen.
Op het strand bewegen twee schimmige figuren zich moeizaam voort. Veel haast schijnen ze niet te hebben. Kou wel. Ieder heeft een deken omgeslagen. Van dichtbij zie ik dat het een man en een vrouw zijn. In een verlopen plastieken tas dragen ze hun schamele hebben en houden.
"Ocharme", denk ik, "in vergelijking met zulke lui, die misschien vannacht niet eens weten waar ze gaan slapen, leven wij toch luxueus."
Een vaag schuldgevoel maakt zich meester van me, maar in een handomdraai reduceer ik die emotie terug tot slaaf. Alsof het door mijn toedoen is dat die clochards gedoemd zijn tot dit soort leven.
Op hun hoofd staat een potsierlijk geval, fleece, dat wel, maar het soort dat je bij toeval nog eens tegenkomt in een kledingcontainer, erin gegooid door iemand die de grote kleerkastschoonmaak toch wel erg lang heeft uitgesteld.
Geboeid probeer ik naderbij te geraken, aan de rand van de dijk bevind ik me nu. Ik hoor flarden tekst, maar kan niet precies thuisbrengen waarover hun onderwerp gaat. Het klinkt tot mijn verbazing ook niet echt somber. Koetjes- en kalfjesstuff, me dunkt.
Plots houden ze halt. Laten zich vallen in het onderkoelde zand en halen iets drinkbaars uit de zak.
Nog enkele minuten begluur ik die onfortuinlijke povere schepsels zo onopvallend mogelijk, maar zet dan mijn tocht naar de stad verder.
Bij mijn terugkeer, anderhalf uur later, zitten ze er nog steeds. Stukjes klaterlach reiken tot de plaats waar ik weerom post gevat heb.
"Dronken worden is waarschijnlijk het enige dat voldoende verdooft om dit leven aan te kunnen" peins ik.
Plots staan ze recht. Eentje ervan rilt zichtbaar. Ze gaan de richting uit waarvan ze daarstraks kwamen. Ik volg op een aanvaardbare afstand. Ze scharrelen wat rond op de parking waar de zeedijk begint. De man leunt tegen een auto, gaat voor het water staan, de vrouw volgt de bewegingen van de man, maar ik kan niet duidelijk onderscheiden waar ze mee bezig zijn. Toch maar een beetje dichterbij, besluit ik, terwijl zij ondertussen gehurkt tussen twee wagens verdwijnen.
"Goh, onbetamelijk... je behoeften moeten doen op een parking tussen de wagens, hoe onmenselijk is dat?"
Mijn voeten dragen me vlakbij, ik ben de schaamte voorbij, wil weten wat er gaande is.
Tot ik hen kan verstaan.
- "Hill, jong, ga je nog lang fotograferen? Mijn tenen zijn zowat afgevroren."
- "Schat, zie nu, wat ligt hier naast onze auto? Een skipak?"
- "En waar is de mens die er in hoort?"
- "Onder de auto."
- "Dood?"
- "Neenee, het pak zit vast onder de auto hiernaast."
- "Laat ons eens iets nutteloos doen en het eronderuit trekken."
De twee giechelen wat in het wilde weg en sleuren aan een hoop stof, duwen tegen de auto en juichen vervolgens als hun opzet gelukt is.
Daarna draaien ze zich om, gooien hun 'schamele bezittingen' in de blitse rode slee daarnaast en scheuren Oostende uit.
Ik kijk ze bedremmeld na, weet mezelf geen houding te geven en glimlach schaapachtig in het water.
02-02-2007, 17:35 geschreven door zapnimf 
|
|
|
 |
01-02-2007 |
Al ooit een kip sip weten kijken? |
- "Lief, zie daar dat schetterend schep." (wijst ergens in het ongewisse)
- "Over welke schetterende schep heb je het?" (zoekt een verloren spade die trompettert ofzo)
- "Neenee, niet schetterende schep... schètterend schèp! In het AN. Schetterend schep."
- "Oh, je bedoelt : een schitterend schip! Zeg dat dan!" (schip is al lang uit het zicht verdwenen)
- "Versta het dan!"
- "Jij altijd met je e's, leer eens verstaanbaar spreken, een i is een i."
- "Dat is Aaaaaa Ennnnnnn... zoals : 'De kep keek sep.' "
- "Moehaaahaaahahahahaha, 'De kep keek sep, de kep keek sep.', heb jij ooit Martine Tanghe al eens 'De kep keek sep' horen zeggen?
- "Jaaaahaaa, Martine Tanghe zegt : 'De kep keek sep.' "
- "Oja? Waar? Op het journaal?
- "..."
01-02-2007, 17:25 geschreven door zapnimf 
|
|
|
 |
31-01-2007 |
Een dagje wij, wat fietsers en vrolijke passanten |
Wilden we nog voor sluitingstijd Ensor en zijn trawanten in de ban van de zee bezichtigen, moesten we wel voortmaken. Hoezeer de vermaledijde verkleuming van de botten al door het dekentje heen was gerekwireerd, het bleef moeilijk om de inertie van het huidige genieten te doorbreken.
En die van de ondertussen opgekomen stijfheid evenmin.
Nooit verlegen om een extra brokje cultuur mee te pikken, maakten we alvorens onze verderzetting naar de andere kant van de vaargeul nog een ommetje langs Fort Napoleon. Eigenlijk omdat we beiden een koffievolle blaas op springen moesten ledigen, maar we beloofden elkaar dat we hier uitgebreider zouden halthouden als we een keer de tros kinders meezeulen.
Als ervaren Oostenderotten, parkeerden we mijn keineige koets op de grote randparking en stapten daar over op een stel gratis fietsen, ons tijdelijk aangeboden door de stad. Geweldig initiatief van die knakkers! Al hadden ze er die dag geen rekening mee gehouden dat ook figuren als mijn stoere, grote bink gebruik wilde maken van een stalen ros. We hadden keuze uit 'te klein' of 'veel te klein' met zadel niet aanpasbaar.
De ganse rit, die ons voerde langsheen een fietsboulevard, voorbij het station, richting zeedijk en zo naar het casino, had ik een fenomenaal mieters uitzicht op een fietsende Hill, vermomd als kabouter plop tussen de milkakoeien, met knieën die zowat boven zijn oren uitstaken telkens als de trapper zijn hoogste punt bereikte, zijn lichaam gebogen als een wel erg kromme banaan met een hoofd dat voorwaarts in cadans loskwam van zijn nek als hij kracht zette. Stel u daarbij 'dé zak' dwars over de schouder gebonden voor, met de teelbalkant zichtbaar, die ook zijn eigen leven scheen te leiden bij iedere snok.
Hoempi-krrch-doem hoempi-krrch-doem hoempi-krrch-doem...
Mijn lachspieren gingen in overdrive, maar dan ook wér-ke-lijk gigantisch luid, hinnikend, snikkend, snurkend over de rooie. Het moet al van lang geleden zijn, dat ik een half uur ononderbroken alle aandacht met mijn schallen naar kwatta trok, vervolgens naar de andere kwatta die voor mij eender welke komiek naar huis fietste en op hun beurt barstte willekeurig menigeen in vrolijk schaterlachen uit, zichzelf een zalig begin van de overige uren bezorgend.
Djeezes, mijn vriend is toch een ultra grappig sujet! Voor geen geld wil ik die kerel nog missen.
Wie zou ik dan moeten uitlachen?
In mijn handtas had ik een zorgvuldig opgevouwen plannetje bewaard, waar we het PMMK ergens konden vinden. Dat herinnerde ik me dus de volgende dag weer. Ondertussen lieten we ons van hot naar haar sturen door onwetende bewoners van de parel der kust, die blijkbaar geen weet hadden van een tentoonstelling over hun bekendste schilder. Achteraf bemerkten we dat we slechts een omweggetje van vier kilometer hadden gemaakt.
31-01-2007, 08:53 geschreven door zapnimf 
|
|
|
 |
30-01-2007 |
Een dagje wij |
Je hebt niet zo heel veel nodig om je vrijer te verrassen :
- een verjaardag
- een vernuftig plan
- een ontbijt bestaande uit : thermos koffie, sandwiches, iets voor ertussen, koffiekoeken, een koppel gekookte eitjes, zout, appelsiensap uit een fles (met pulp om het echt te doen lijken), yoghurtjes, lepels, mokken, glazen, servetten
- een klaptafeltje en twee stoelen
- genoeg dekentjes
- twee mutsen, twee paar handschoenen
- wat stiekeme tijd om alles in gereedheid te brengen
- een zee
- niet al te guur weer
- een plan van Oostende waarop je het PMMK kan terugvinden
- iets, bijvoorbeeld een gloednieuwe wagen, die je daarheen kan brengen
- flexibiliteit om de gewoonlijke dwarsbomerij te lijf te gaan.
Het liep al een beetje mis bij 'het vernuftig plan'. De intentie om Hill een nachtje vast te houden in een geweldig hotelletje in De Haan, 'La Tourelle' viel in het water van de Noordzee doordat mijn reserveren onderbroken werd door een vriendelijke eigenares die verklaarde dat ze heel de maand januari in jaarlijks verlof vertoefden. Hoempf!
Geen laatste punt bij bovenstaand lijstje als we daar geen alternatief voor vonden. Omdat het dat hotel en geen ander mag zijn, nam ik de rekening van de inkopen en trok er een vette alcoholstreep door, pinde er een postkaart van 'La Tourelle' aan vast en een datum in februari en stak het te ontrafelen raadsel bij zijn cadeautje (een melig boekje van Vis).
Hij (de dag tevoren) : "Niiimf, morgen slapen we toch uit hè?"
Ik : (met een zwart kruis op mijn voorhoofd) "Ja hoor schat." En ik zette de wekker stilletjes op half acht.
Hij : "We gaan een dag helemaal niks doen hè lief?"
Ik : (met de vingers gekruist achter mijn rug) "Hélemaal niks, lieverd."
De wekker onderbrak een zeemzoete ochtend, ik mompelde iets alla "oeps, vergeten af te drukken" en "even plassen" en verdween tiptenend naar beneden om alles nodig voor een pick-nick in sneltempo af te haspelen en weg te moffelen in de kofferbak.
Waarna ik stralend zijn slaapje onderbrak met een : "Luiwammes, genoeg gemaft, kleed je warm aan, ik voer je naar het ozo heerlijke onbekende."
De brave ziel durfde niet anders dan mij te gehoorzamen. Met grootse honger stapte hij verwachtingsvol de auto in en ik verzweeg wijselijk dat ik al een sessie 'een broodje voor straks, een hapje voor nu, een broodje voor straks, twee hapjes voor nu' achter de rug had.
Bij de bakker sloeg ik nog enkele koffiekoeken in, bij Dryade ging ik rommelen in haar tuinhuis om terug te komen met twee stoelen en een tafeltje en ondertussen zag ik, tot mijn groot jolijt, mooses lede ogen steeds meer vraagtekens verzamelen.
Het kostte de vraagbaak nog tot op de E40 vooraleer het kustlichtje bij hem ging branden. Een mens in zijn zoveelste slaapfase denkt niet altijd even rechtlijnig.
Mijn eindpunt betrof het klein strandje aan de vuurtoren in Oostende. Je kan er parkeren net op enkele meters van de zee en de doorgaanse kustganger heeft het nog niet ontdekt buiten het hoogseizoen.
Een heerlijk verlaten strookje zand, ideaal om romantisch ontbijten in het midden van de winter cachet mee te geven... om eenzaam met twee mekaar ten volle te beleven...
30-01-2007, 11:27 geschreven door zapnimf 
|
|
|
 |
29-01-2007 |
Apetrots verkeren in het verkeer |
Weetunog?
De farce met de Citroën Evasion in combinatie met het ontbreken van de remmen?
De wasmachine die niet meer wilde zwieren en alles zeiknat afleverde?
De garagist die liever op vakantie ging dan zijn beste klant uit de nood helpen?
Ziehier... het lang op zich wachtende vervolg!
Eén paniekerig telefoontje naar mijn voorganger in de lijn der zaps volstond om hem daags nadien, behept met kennis van zaken én in het bezit van één fles remolie, naar mijn carport te lokken om hem aldaar zijn ding te laten doen met dit alles. Een lek in de remleiding en nu een remleiding met olie en lucht... nog steeds niet optimaal aldus de specialist.
Het verdict van die andere ervaringsdeskundige, die, toen hij zijn uitgeruste zelf uit de Ardennen had weten te sleuren, zijn ervaringsoog liet glijden over de onderzijde van mijn auto luidde lichtjes nefast : beide remleidingen flink doorgeroest, geen behoorlijk werkende rempomp meer en een drijfriem die vervangen moest, gezien het aantal kilometers dat het voertuig er al op had zitten. Goed voor zo'n zeven- à achthonderd euro.
Besluiten werden in een mum gemaakt. Dit zou de aankoop iets nieuws rijdend worden. Mentaal was ik er al langer op voorbereid, mijn miraculeuze triomferende terugkeer van de autokeuring vorige zomer was slechts een kort aan mij gegund folieke geweest, maar financieel bleef het uiteraard een ferme aderlating.
En toch... ik blijf geloven dat ik in een vorig leven wel een zeer vroom en goedhartig mens was, want hoeveel meer geluk bij een ongeluk kan je hebben dan te stranden met een doorgeroeste bak tijdens het autosalon?
Vrijdag auto bij garagist binnengebracht,
zaterdag telefoon met het slechte nieuws,
een namiddagje vergelijkend studeren op het internet,
zondag een vader die uit eigen beweging wat garages gaat afschuimen en nog binnengelaten wordt ook,
maandag naar de concurrerende garage en ze laten opbieden tegen mekaar met condities,
maandag koop gesloten van een spiksplinternieuwe wagen.
Zo snel gaat dat ten huize zap, dames en heren.
Echter niet zo snel kreeg ik mijn aankoop onder mijn gat, want ik koos voor een wijnrode kleur die pas eind januari geleverd kon worden.
Natuurlijk kan je jezelf en anderen in drie resterende weken nog altijd morsdood rijden als je je voortbeweegt in iets waarvan de remmen nog steeds uiterst onbetrouwbaar blijken. Daarom dokterden we het volgende systeempje uit : de week dat de kinderen in mijn nabijheid vertoeven, mocht ik ze beschermen met de kar van mijn vader, dit ter garantie dat de zapdynastie toch voortgezet zou worden. De andere week was het aan mij om met doodsverachting te gaan toeren rond de kerktoren, maw, gewoon oppassen geblazen en de kilometerstand zo min mogelijk doen stijgen.
Tot vrijdag jongstleden dus!
Uw zapnimf zwijmelt sindsdien met gratie en dikke nek over het Vlaamsche wegdek in ene Mitsubishi Colt 1.5 diesel, zijdelingse airbags en airconditioning - de rest zijn overbodige frullen die ik bij die serie bijkreeg - inbegrepen. U had het voorbije weekend naar Hill en mij (in karretje) kunnen wuiven nabij de dijk van Oostende, ergens op de parking van een cultureel centrum alwaar we een voorstelling van 'De Schedelgeboorten' bijwoonden, tijdens de rit naar een goor café in Ekeren... en terug.
We zouden met plezier weder gezwaaid hebben!
Oja... die wasmachine.
Na de remolie duwde ik paps mijn wasmachine in, hij haalde uit de filter - dat spel waarvan ik steeds weer vergeet dat ik het heb - een vastgesukkelde sok en bewerkstelligde zo een mini-Ruisbroekje in mijn wasplaats. Alleen de koning ontbrak.
Die rol speel ik nu.
Te rijk.
29-01-2007, 09:35 geschreven door zapnimf 
|
|
|
 |
27-01-2007 |
Ik snap het... en dat volstaat. |
Liefde maakt blind
Als het bladpurper van de lente, als de letter p in beminnelijk, als knopen in de dauw,
zo hou ik van jou.
Liefde maakt smaakloos
Als een pas geplette kakkerlak,
als een verkeersbord in mijn hof,
als wat mosterd aan mijn mouw,
zo hou ik van jou.
Liefde maakt verward
Als nacht in de vuurvliegjes,
als geluk in een geel jou,
als ten volle jouw hou,
zo pakje ik van vrouw.
Maar ik weet nog wel dat je vandaag (gisteren nu) jarig bent!
Een drieëndertigst levensjaar vol geluk, liefde en mij gewenst, moosje.
27-01-2007, 01:16 geschreven door zapnimf 
|
|
|
 |
25-01-2007 |
Gedicht zonder woorden |
Lief, Vandaag gedichtendag
Wat wil ik je schrijven!
Over 'het' en 'ons' en 'wij' en 'gevoel',
maar ieder woord onvoldoet.
Zal ik gewoon liefde met je bedrijven?
Zodat je begrijpt wat ik bedoel?
25-01-2007, 22:15 geschreven door zapnimf 
|
|
|
 |
|
Het mes in de rug. Bijna. |
Enkele ochtenden terug :
Bij het ontwaken voelde ik een vervelende kriebel ergens aan de zijkant van mijn rug.
Als het kriebelt moet je sporten.
En geen atletiekpiste, zwembad of koersfiets in de buurt natuurlijk.
Bij nader onderzoek zag ik moossie en mijn bed. Met deze povere attributen moest ik het dan doen. Van de nood een deugd makende, sportte ik me (en hem) in een wip klaarwakker. Zeg nog eens dat er geen grein sportiviteit in mij zit! Trek uw woorden terug! En rap!
Meteen daarop stak die kriebel weerom de rug op. Ik keek nog eens veelbetekenend naar mijn partner, maar één oogopslag was genoeg om dat vurige idee geruisloos te laten varen. Weg van Moose, richtte ik mijn blik dan maar naar de spiegel en mijn achterkant.
O kijk... een bloedend moedervlekje.
Owjee... iets dat lijkt op een melanoom.
O help! Ik ga sterven! Mijn voormalig schoonvader is me daar al eens in voor/heengegaan! En die van mijn zus ook!
Hill sommeerde me nog diezelfde avond mijn huisdokter te gaan opzoeken.
Zoals dat gewoonlijk voorvalt bij onschuldige jonge mensjes als ikzelf, verwikkeld in een doodstrijd, komt pech nooit alleen. De jeuk verspreidde zich in een mum over het gehele geteisterde lichaam bij het lezen van het briefje dat over de bel geplakt was van mijn heelvrouw :
"Heden geen consultatie. Wendt u tot dokter huppeldepup, telefoonnummer..."
Jaaaaa zeg... alsof haar griepje of familiale omstandigheid kon opwegen tegen mijn reeds bijna door huidkanker verteerde lijfje. Dunkend, hippend en mijn onderlijf in kronkels draaiend van de niet meer te harden jeuk begaf ik mij in mineur terug naar huis. No way dat ik mijn reliëfvlek zou laten bepampelen door een wildvreemde!
Een nimf bedenkt zo wat als haar laatste uren geslagen zijn.
Welke cd's Hill wil erven bijvoorbeeld.
Welke roddels er over mij zullen circuleren aan de koffietafel.
Of dat de dermatoloog - de wrattendokter zoals hij hier genoemd wordt - op woensdag een vrije consultatie heeft. Ik zou mij meteen beraden bij iemand gespecialiseerd, iemand die mij misschien nog zou kunnen redden als hij vroeg genoeg het mes in mijn teerbemind middel kan koteren.
De euforie over mijn zelfgevonden knappe oplossing verdween als sneeuw voor de zon toen ik zeventien mensen telde die met hun minuscule kwaaltjes precies die woensdag ook persé hun vel wilden laten controleren. Pfoeh!
Een paar uur over huis gaan mocht niet van de strenge secretaresse achter de balie. Noodgedwongen zonk ik neder op een miniatuurkrukje voor meegebrachte peuters want alle behoorlijke stoelen waren ingenomen door norse anderen. Stilletjes hoopte ik dat dat plastieken Ikea-ding spectaculair zou krakploffen. Die muffe ruimte - doordeweekse brave zielen kunnen toch stinken als ze boventallig gepropt worden op een paar vierkante meter - kon wel wat opleving gebruiken... iedereen zag eruit alsof er in de nabije toekomst stukken uit gesneden zouden worden.
Overwelmend! Overwelmend!
Overwalmend ook.
De volgende drie uur hield ik me bezig met :
a) het bemachtigen van een normale zitplaats. Dat kostte mij slechts één vettige blik naar iemand die na mij binnenkwam en even dacht dat hij de pikorde van eerstgekomene kon in de war sturen.
b) door mijn mond ademen om luchtjes te vermijden via het reukorgaan.
c) mijn meegebrachte Humo lezen.
d) mij afvragen of iemand het verdekke gewaagd had van een scheet te laten en wie die sadistische onbeschofterik dan wel kon zijn.
e) nog meer door mijn mond inademen
f) de andere klanten taxeren en gissen wie van de zeventien met schurft zou kunnen rondlopen
g) bijna flauwvallen
h) zweten en daarmee mijn bijdrage aan de stank volbrengen
i) fel verlangen naar een sigaret
j) fel verlangen naar moose én een sigaret
k) het laatste half uur de seconden tellen
En toen hoorde ik mijn naam afroepen! Hoezee!
De huidspecialist keek vijf seconden naar mijn opgezwollen sproet en verklaarde plechtig :
"Niks aan de hand, mevrouw, volkomen onschuldig. Dat is dan 30."
Waarop ik luidkeels in lachen uitbarstte.
Surrealisme troef!
(Maar toch ook een beetje opgelucht hoor.)
25-01-2007, 00:00 geschreven door zapnimf 
|
|
|
 |
23-01-2007 |
Less is more (uitgevonden door een kletsmajoor!) |
Altijd in voor probeersels, ikke.
Zonet las ik bij Artemis dat lange zinnen uit den boze zijn, adjectieven overbodig en less is zoveel more. Ook voltooide en onvoltooide deelwoorden worden slecht verteerd bij haar schrijfjuf.
Rijmen is out. (zie titel)
We houden het vandaag dus gebald. Of we pogen.
Zij stond achter het hoekje in de keuken.
Een melk met honing op te warmen voor haar liefste.
De schat tikte drukdoend zijn blogstukje op de pc over haar kroost.
"Hmmm", dacht ze, "nu hij het toch niet opmerkt... zal ik de lepel even doorheen de chocopot halen?"
Na die overdosis zoet vond ze dat ze het gesmikkel mocht afmaken met een plak saucisse.
Op dat ogenblik wandelde hij de keuken in. Waar bleef ze toch?
Ze gniffelde voluit. Tevergeefs probeerde ze haar mond dicht te houden om zo de charcuterie verborgen te houden.
"Wat heb jij daar in je mond?" vroeg hij. Daarop nam hij haar vast en kuste haar vol op de mond. "Je proeft chocoladeachtig."
Ze protesteerde heftig! "Niks van... het is vleeswaar, proef maar." Op haar beurt zoende ze hem terug. Innig.
Hij dacht dat hij een stukje aangereikt kreeg en beet hard op haar tong.
DAT DEED ZEER, HILL!
En zo zou het geworden zijn zonder al die moeite van hierboven.
Ze stond achter het hoekje van haar keuken.
Terwijl hij drukdoend de perikelen van haar vierkoppige kroost op de pc vereeuwigde, zou zij hem een warme melk met honing klaarstomen om het slapengaan alvast voorbereidend in te zetten.
"Hmmm", dacht ze, "nu hij het toch niet opmerkt - er mag voor zijn part een straaljager in de tuin neerstorten als hij schrijft - laat ik de lepel even doorheen die smeuïge choco halen... een mens heeft bij wijlen eens een surrogaat nodig bij zoveel negeerderij."
Na die overdosis zaligmakend zoet vond ze dat ze het heimelijk gesmikkel gerust kon afmaken met iets hartigs. In de koelkast lag een ferme rozige plak saucisse naar haar te lonken.
Zou ze?
Ze zou!
Haastig en gulzig propte ze vijftien gram vlees haar niet onaardige mondopening in want veel te dichtbij hoorde ze de kousenvoeten de keuken binnentreden. Waar bleef ze toch?
Ze gniffelde voluit. Tevergeefs probeerde ze de stukjes charcuterie achter het geluid van haar lachen verborgen te houden, schuldig kijkend naar het plafond en een klein beetje in de ogen van haar minnaar. Deze laatste had haar intussen al vastgegrabbeld, keek haar quasi beschuldigend aan, kuste haar vol op de mond en smakte : "Wat heb jij daar in je mond? Je smaakt een fleem chocoladeachtig."
"Niksch va!" protesteerde ze heftig, "ut isch vleeschwaa... proef maa!" En op haar beurt zoende ze hem terug. Innig.
Hij die onterecht dacht een stukje saucisse aangereikt te krijgen, beet ongegeneerd hard in haar tong...
DAT DEED VERDOMME ZEER, HILL!!
23-01-2007, 14:37 geschreven door zapnimf 
|
|
|
 |
|
 |
E-mail mij |
Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.
|
Gastenboek |
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
|
|
|
 |