De
expediteurs schijnen toch wat in gang te schieten zodat Frans (niet
al te ongerust) mee op stap kan. Het is een half uur wandelen naar
het 'Oscar Niemeyer' museum. Onderweg zie je allesbehalve eenheid in
de architectuur. Van de tentoonstellingen blijven me vooral de foto's
bij van de Rus Sergey Maximishin (zoek maar eens op).
De
tunnel naar de binnenkant van het 'oog' is veelbelovend maar eens
boven valt de zaal tegen. In zo'n zwarte bolle ruimte moet je vooral geen
expositie maken met spierwitte muren.
We
nemen een uber naar 'unilivre' dat is de vrije universiteit voor
ecologie. Groot is ze niet maar alleen al voor het toegangspad door
een kleine jungle zou je er willen studeren. De zes klassen zijn in
een oude groeve op palen gebouwd met een houten spiraalvormige gang
er rond. Van daarop zien we zeker 11 verschillende vlindersoorten.
Eten
doen we nog eens aan een buffet waar je per gewicht betaald. Zo kom
je ook aan je portie groenten. De Botanische tuin valt tegen. De
serres zijn ze aan het opknappen en veel planten zijn er niet te
zien.
Op de
mercado central verkopen ze vooral veel noten. In het centrum bekijk
ik nog een tentoonstelling met hedendaagse aquarellen van
Braziliaanse planten.
De laatste foto is van de bushokjes die platforms aan beide kanten hebben zodat je maar één vluchtheuvel nodig hebt in het midden van de weg.
Hier
aanzien ze me niet als een buitenlander. Het gevolg is dat ze je in
het Portugees aanspreken. Je vindt hier trouwens weinig mensen die
Engels of Spaans spreken. Ik vind het vervelend om weer met mijn mond
vol tanden te staan. Ik kan me ook moeilijk voorstellen dat Chloé
Portugees praat.








|