Maandag 28 november
Deze morgen de kathedraal nog bekeken
en om half twaalf richting westen vertrokken. Gelukkig hebben we voor
de kustweg gekozen in plaats van de snelweg door de stad die de gps
ons aanwees.
Het rijden is hier toch iets minder
stresserend. Behalve dat we voor de péage gestopt worden door de
politie. Frans heeft gepinkt terwijl er nog een auto naast hem reed!
(Daarom dus dat de meesten hier gewoon niet pinken of ze gewoon geen
pinkers meer hebben). Frans zegt braaf dat hij het ticket bij het
politiebureau zal gaan betalen of het daar zal aanvechten.
Ondertussen stap ik met mijn notitieboekje uit en noteer hun
nummerplaat. We komen er in alle geval zonder boete van af. Een
mondje Spaans praten komt ook altijd van pas alhoewel deze gasten wel
moeilijk te verstaan waren. De stad is wel uitgestrekt maar de weg
blijft dubbelbaans in iedere richting op een klein stukje na waar we
verkeerd rijden en door een kleine straat met slecht wegdek passeren.
Opvallend is dat het straatje en ook de volgende steden proper zijn.
Boca Chica scoort in alle geval heel slecht tegenover alle andere
plaatsen waar we nu doorrijden. Alles maakt hier ook een redelijk
verzorgde indruk. Je ziet natuurlijk ook wel houten huizen maar de
meerderheid is van steen en geschilderd, langs de grote baan. Van een
straatventer kopen we gebakken cashewnoten, een aanrader, de beste
die we ooit aten.
Bani is erg druk om door te rijden,
bovendien is het lunchtijd. Gelukkig is er een parkeerplaats vrij bij
die ene plaats waar heel veel tafeltjes bezet zijn. Alweer een
combinatie van chinees eten en dit keer frituur.
We komen hier voor de tweede keer dicht
bij de zee. Tot hiertoe werd het landschap droger, het heeft wel wat
weg van de Provence. Behalve dan dat je hier ook van die lange
cactussen ziet.
Na Azuo klimmen we weer, om daarna in
een meer vruchtbare vallei uit te komen. Onderweg zie je ook heel
veel stalletjes met ananassen en bananen. Voorbij Azuo is er
beduidend minder verkeer, de weg is iets minder goed maar het zijn
vooral de topes waar je op moet letten in de dorpen. Die zijn weer
van het venijnige en onzichtbare type. Je kan maar het best achter
een andere auto aanrijden.
De l.planet had ons verwittigd dat
Barahona geen leuke plaats zou zijn om door te rijden waardoor het
uiteindelijk nog meevalt. Er zijn inderdaad wel heel veel brommertjes
die van alle kanten op je auto afkomen. We worden voor een tweede
keer tegengehouden door de politie. Het volstaat voor de dame om onze
papieren te tonen.
Voorbij Barahona wordt de weg smaller
en volgt hij de kust. Ons hotel ligt dichterbij dan verwacht. Ze
gebruiken het woord lodge en meestal betaal je dan wat meer om
geen airco te hebben. Alles is ook redelijk simpel want 'ecologisch'.
Het ziet er in alle geval mooi uit, we hebben zicht op de oceaan,
palmen en het zwembadje vanuit onze kamer.
Frans doet een poging om te zwemmen
maar dat is niet evident. Het is hier een kiezelstrandje met
redelijk hoge golven. Met of zonder teva's, in beide gevallen lukt
het me niet om in het water te gaan. Met schoenen kan ik wel over het
smalle strand. Er liggen hier wel prachtige geslepen keien.
Terwijl ik dit schrijf hoor ik het
geruis en gebonk van de golven en wordt alles grijsblauw, mooi.
Na het avondeten hebben we nog een
babbeltje met de weeral Italiaanse eigenaar. Hij woont hier maar 3
maand. Maar alle elektriciteit wekken ze hier toch zelf op met
zonnepanelen.
Daarna genieten we nog van duizenden
sterren. De lucht is blijkbaar bijzonder helder vanavond.
|