"Het mag regenen!, we zijn hoofdzakelijk
toch beschut."
Ik neem vandaag weer eens de bus naar
een wandelorganisatie, maar niet ene van De Lijn. Het is veel gezelliger om
samen met mijn clubleden een busuitstap van te maken naar Heverlee, gelegen aan
de zuidkant van de stad Leuven in de provincie Vlaams-Brabant. Tijdens onze rit
waren er momenten waar het goed heeft geregend dus nemen we toch in
hoofdzakelijkheid onze bescherming mee mocht het toch het geval zijn tijdens de
dag. De start bevind zich in het
Kwartier de Hemptinne, waar nog steeds terreurniveau 3 geld en daarom er
militairen staan aan de toegangspoort om de rugzakken te controleren. Van 3 tot
35km kan men kiezen uit 12 verschillende afstanden waar vele bosstroken op het
plannetjes zijn uitgetekend. We verlaten het militair domein en trekken
richting het kleine dorpskern met zijn Onze-Lieve-Vrouw-van-Troostkerk
waar de huizen zijn rondgebouwd. We wandelen naar het Abdij van 't Park, ook
wel Parkabdij of Abdij van het Park genoemd en is nog steeds het meest volledig
bewaarde abdijencomplex in de Nederlanden. Het is een Norbertijnen-abdij
gesticht in 1129 op initiatief van Godfried I(Graaf van Leuven) die
vroeg aan de toenmalige abt van de premonstratenzerabdij te Laon om er ene te
stichten in de buurt van Leuven. De graaf stond hiervoor een park en een
jachtslot af waar ook de meier van Leuven nog meer gronden schonk met daarop
een watermolen. De abdij werd 2x het slachtoffer van Oostenrijkers die het hebben geplunderd en deels vernield; vooral de
wijnkelder moest eraan geloven. In 1831 besliste het stadsbestuur van Leuven om
honderden Nederlandse krijsgevangen in de abdij te huisvesten. Dezen kwamen
kort nadien allemaal vrij wanneer het Nederlandse invasieleger België
binnenviel tijdens de Tiendaagse Veldtocht. We moeten wel eerst door de
toegangspoorten zoals de Sint-Janspoort als de Sint- Norbertuspoort om te komen
aan de binnenplein van de Abdij. De hoge toren van de
Sint-Jan-de-Evangelistkerk is een merkteken in het landschap. De toren dateert
uit het begin van de 18de eeuw en is meteen het laatste grote bouwwerk dat op
de site van de abdij van Park werd gebouwd. Het spreekhuis(roze gebouw er
naast) dateert uit 1718. Zoals het woord het zelf zegt, stonden de norbertijnen
hier bezoekers te woord. Leken en vrouwen hadden immers geen toegang tot het
kloostercomplex. De rozerode kleur van de buitenafwerking van de gevels
refereert naar kleursporen die tijdens de restauratie van het gebouw
teruggevonden werden. Terwijl ze de dorpsgenoten onder klokgeluiden verwelkomt
wandelen wij verder naar de achterkant van het complex waar we het
Sint-Albertuscollege passeren die werd geopend op 1 september 1949, als college
voor Priesterroepingen door de Paters Ongeschoeide Karmelieten in een klooster
van de Karmel dat zelf gebouwd was in 1936.. We treden opnieuw het militair
domein binnen naar de startzaal die tevens ook een controlepost is. We gaan de
andere uitgang uit en zien naast de wandelaars die ons tegemoet komen, aan de
hoek van de straat ook het Heverlee War Cemetery. 'Heverlee War Cemetery' is een
Britse militaire begraafplaats waar 30 doden uit de Eerste
Wereldoorlog(waaronder 1 niet geïdenti-ficeerde)en 988 uit de Tweede
Wereldoorlog(waaronder 36 niet geïdentificeerde)worden herdacht. Het is tijd om
de schaduw op te zoeken en dit doen we d.m.v. Het Arboretum van Heverleebos, de
ene afstand een langere passage dan de anderen om uitkomend tezamen te wandelen
naast het spoor tot het station van Oud-Heverlee. Onderweg moest ik even terug
op mijn stappen komen daar ik een stukje verkeerd ben gewandeld, daar ze hier
gebruik makend van 3 soorten pijlen als 2 soorten linten. Het is tijd dat we in
de rustpost de ideale moment vinden om ons lichter te gaan kleden, insmeren,
zonnebril op zette en de paraplu opbergen daar er naar uitziet dat er de
eerstkomende uren geen druppel zal vallen. Straks komen we hier terug maar
eerst wandelen we net niet naar de kerk, met bijhorende dorpskern van
Korbeek-Dijle, maar gaat het links naast de Dijle door reservaat Doode Bemde. De
Doode Bemde( betekent zoveel als onbruikbare graslanden) telt meer dan 250
hectaren grond en bestaat uit een mozaïek van kleine akkers,
populieraanplantingen en broekbosjes, wei- en hooilanden, ruigten en
rietvelden, vijvers en grachten. We doen al de poortjes netjes weer toe terwijl
we ook op de houten bruggetjes wandelen om daarna het Heverleebos op te zoeken
waar aan het Zoet Water voor de aandachtige kijkers op de waterlelies een
schildpad zien. Nadat we even gerust hebben in de rustpost van daarnet zoeken
we het laatste stukje schaduw op met een vervolg van het grote bos en nemen we
als grootste afstand nog even een korte afscheid en begroeten we ze aan het
uiteinde om tezamen het militair domein binnen treden en genieten van een
drankje voordat we na een korte huldiging als grootste wandelclub de bus nemen
terug naar de zee.
O.L.H-Hemelvaartweekend
staat in Ieper op wandelgebied in het teken van de "100km van Ieper. Al
moeten ze al jaren de concurrentie aangaan met 'Omloop Kluisbergen' toch lokken
ze steeds veel volk. Wat uniek is aan deze inrichting is dat er veel Britten
naar hier komen om hun gevallen makkers te herdenken. Daar Ieper moeilijk
bereikbaar is met het openbaar vervoer vanaf de kust kan ik alleen deelnemen
aan de vrijdag- tocht, maar gelukkig is er op die dag ook een lange afstand.
Vanuit het Jeugdstadion vertrek ik voor de omloop van 35km waar we wandelen op
de Vesten naar de Rijselpoort op het centrum op te zoeken met zijn Lakenhalle
op de Grote Markt. Door werkzaamheden moeten we niet kijken achter ons op de
straat richting het wellicht bekendste oorlogsmonument met name "De
Menenpoort" waar de duizenden namen ons doen herinneren naar het gruwel
van de Wereldoorlog op de slagvelden hier in de buurt. We wandelen nog een
tijdje op de Vesten en verlaten de stad om te wandelen naast de Bellewaerdebeek
naar St-Jan waar we ook aan het einde zullen passeren. We duiken de tunnel in
onder de expresweg en komen met het New Irish Farm Cemetery(1914-1919)de eerste
maar zeker niet de laatste begraafplaats tegen. Nadat we een yoghurtje kregen
op een hoeve zien we links van ons wintertaferelen in de lente onder
zomeromstandigheden. Even buiten St-Juliaan krijgen we het eerste stukje
onverhard die héél kort is waar aan het uiteinde de 35km hier voor het eerst
alleen gaan wandelen naar het Canadian Memorial St. Julien(de gedenkzuil met de
militair naar beneden kijkt)al moeten we daarvoor een hoekje omweg maken. Ook
in de rustpost te Sint Juliaan komen we 2x maar eerst gaat het immers met de
stappers van de 30km richting de Steenakkermolen. Aan de hoek van de straat
staat het Oorlogsmonument New Zealand Memorial herdenkt de rol van de
Nieuw-Zeelandse Divisie tijdens de Slag bij Broodseinde(4 oktober 1917)die op
zijn beurt kaderde in de Derde Slag bij Ieper (Slag bij Passendale). Na een
passage door de oude kaasmakerij van Passendaele nemen we afscheid van de
andere afstanden en krijgen wij alleen de kans om het Tyne Cot Cemetery, het
grootste,en wellicht de mooiste militaire begraafplaats van België. De
militairen zullen wellicht puffen in die kleren om te zwijgen over die niet
aangename wandelschoenen, maar we zijn al aan het terug keren. Nadat we voor de
2x de rustpost van Sint-Juliaan achter de rug hebben komen we op onze weg het Old
Reptonian Lt Birrell-Anthony monument als de gedenkzuil voor de 50th
Northumbrian Division tegen naar 2de doortocht door het gehucht
St-Jan. We wandelen terug naar Ieper waar er in de Liggywijk een rommelmarkt
plaats vind een groot verschil met de laatste dag tijdens de 4 Daagse V/D Yzer
die hier aankomt. We wandelen richting de Vesten en is de aankomst heel
dichtbij toch moeten we nog een lusje maken en dit doen we door het
Hoornwerkpark. We hebben nog recht op een frisco al is de aankomst slechts 350m
verder die we bereiken via de atletiekpiste achter de startzaal. Voor volgend
jaar hebben ze het een dag eerder laten plaats vinden daar er op die zondag de
Kattenstoet hier plaats vind en veel hinder mee zou brengen.
Niet met de
fiets, niet de volledige afstand, niet het ganse parcours, maar toch gaan we
vandaag een stuk volgen van "De Ronde van Vlaanderen". Euraudax
Hedersem o.l.v. Geert&Lucia hebben dat eens verwezenlijkt in 2013 maar
vandaag richten ze het nog een keer voor het laatst wel over een afstand van
150km onder de naam 'In het spoor van De Ronde'. Verzamelen doen we allemaal in
de sporthal van Herzele om samen dan de bus op te stappen die ons brengt naar tearoom
Boswachterhuisje naast het Kluisbos in Kluisbergen waar we daar met 66
wandelaars om 11u ons op gang trekken om rond het Kluisbos te wandelen wat
enige tijd duurt daar het geen klein bosje is. Een paar voetstappen zetten we
in Wallonië maar toch zoeken we terug het decor van de klassieker op en dat
doen we toevallig via de Ronde van Vlaanderenstraat waar op de straat enkele
figuren zijn gespoten ter ere van oud- winnaars zoals Briek Schotte, Johan
Museeuw, etc.. alsook aan de zijkant glorieportretten van hun wellicht mooiste
dag in hun carrière. In de verte zien we de kerk van het dorpje Kwaremont al
uitsteken en daar gaan we ook naartoe met daarbovenop nog de laatste meters dokkeren
over de kasseien van de Oude Kwaremont waarvoor we worden beloond met een
koffiekoek aan de 1ste wagenrust van deze editie. Daar ik de streek
een beetje goed ken daar ik veel hier ben geweest weet ik dat de Patersberg ook
dichtbij maar daar gaan we(nog)niet naartoe. We wandelen netjes achter elkaar
door het Beiaard- Fonteinbos naar de top van de Hotond met zijn witte molen
waar het ook tijd is om de paraplu open te doen daar er een klein buitje valt
tijdens onze volgende wagenrust. Gelukkig is die van korte duur en dalen we af
terug het bos in waar we terwijl we mooie landschappen zien toch uitkijken voor
de stieren al zijn ze ver weg in de weide. Het is tijd om de klimmersbenen
terug aan te spreken daar we ze nodig hebben om de Patersberg te beklimmen waar
ze zelfs geitjes voorbij steken en ene pech geeft daar hij niet boven komt en
hulp nodig heeft van zijn passagiers. Zulzeke, wandelen we nu door waar de
koeien toch vreemd kijken als ze zoveel wandelaars door hun weide zien lopen.
Via het Pironpad, waar de kasseien gewoon werden achter gesmeten moeten we
kijken meer naar beneden dan opzij of we liggen al eerder op ons gat dan enkele
minuten later in de kantine van KSV Maarkedal waar we tijd hebben om ons broodje
op te eten. Via de Kortekeer dalen we naar de voet van de Koppenberg die we
natuurlijk beklimmen, ieder op zijn eigen tempo natuurlijk, om terug op adem te
komen met een passage door het bos met die zelfde naam er vlak na. Waneer we de
kerk van Nukerke zijn gepasseerd trotseren we de distel die het paadje hebben
overwoekert naar het oud station van Etikhove beneden aan de Stationsberg. Tijdens
de pauze aan de wagenrust geeft de tijd aan baankapitein Geert om zijn voet te
verzorgen daar hij iets heeft gevoeld maar gelukkig is zijn compagnon Lucia er
om dit op haar te nemen. Eens dit gebeurt wandelen we verder waar we het huis
passeren waar Valerius de Saedeleer(Vlaamse schilder) van 1921 tot 1937 hier
leefde en werkte. We wandelen door het centrum van Oudenaarde waar "De
Ronde" eindigt maar voor ons nog belange niet want we hebben pas 45km op
de teller, dus nog een klein beetje(100km ongeveer)te doen. Via de Grote markt
met zijn mooie stadhuis passeren we om 19.30u ook het gerechtsgebouw aan de Schelde
en wacht ons met zijn lengte van 1300m de Achterberg die quasi ook uitkomt op
de top van de Eikenberg. Terwijl de zon ondergaat staat er ons nog de Kapelle-
alsook de Boigneberg nog op het menu tot
de eerste passage in zaaltje De Kroon in Horebeke waar er nu ons avondeten op
het menu staat. Om deze goed te laten verteren maken we nu een plaatselijke
lusje met de beklimming van de Molenberg alsook de kasseizone van de Jagerij om
in de zaal nu een stukje taart aan te nemen als dessert. Om deze ook te
verteren maken we nu een grotere lusje waar we de Steenberg afdalen om goed
lanceren naar het kapelletje ter ere van de Ronde van Vlaanderen waar alle ere-
winnaars staan vermeld al mogen ze deze wel eens aanpassen daar Fabian
Cancellara als winnaar van 2010 als laatste staat vermeld. We zoeken stilletjes
aan terug voor de laatste keer onze zaal op die is veranderd in een slaapzaal
lijkt het wel daar bijna de helft na het benuttigen van het krieken met
ballekes kizen voor een hazenslaapje. Hier moeten we ook afscheid nemen 2
kameraden die zich niet meer lichamelijk voelen en er de brui aan geven.
Dokkerend over de Haaghoek direct gevolgd door de beklimming van de Leberg is
nog een test of we nog goede benen hebben. Via smalle paadjes wandelen we
netjes achter elkaar naar de voet van de klim die maar 950m lang is en een maximum
stijgingspercentage heeft van 12% maar wel zonder kasseien, dan hebben we het
over de ......... Berendries. Terwijl de zon de horizon opzoekt, zoeken wij
Sint-Goriks-Oudenhove op voor ons ontbijt&voor velen rusttijd. Van
Sint-Goriks gaat het nu naar Sint-Maria-Oudenhove en dit doen we via het
Kloosterbos naar de top van de Eikenmolen. In Deftinge trakteert één van de
deelnemers met name François n.a.v. het behalen van zijn eerste Gouden Arend.
Eerst moet er nog vloeistof geloosd worden want alle extra kilootjes minder is
beter want we zijn beland via de Dender in Geraardsbergen bekend om zijn
Mattentaarten, Manneken Pis en zijn 'Muur' die we natuurlijk beklimmen helemaal
in de officiële richting naar de top van de Kapel waar we tijd maken voor een
groepsfoto. Na het middagmaal benuttig te hebben keren we even terug op onze
stappen richting dat bergske om via het park de stad te verlaten richting
Onkerzele met een passage door recreatiegebied 'De Gavers'. We volgen nu terug
een stukje van de Dender naar de volgende rust waar we nu worden getrakteerd
door Christian ook voor het behalen van zijn 1ste Gouden Arend.
Donkere wolken boven ons terwijl we in Smeerebbe zijn waar na een geruime tijd
geleden de paraplu's terug een keer open mogen en dit tijdens de drink die word
aangeboden door organisator Geert ook voor het behalen maar nu nar 10 Arenden.
Er wacht ons nu de volgende lange klim waar één onder ons toch voorzichtiger
zijn daar hij een vorm van suikerziekte heeft, daarom ons alle respect wanneer
hij straks zijn eerste arend ook behaald maar ons eerst trakteert op een
drankje aan de kerk van Sint-antelinks. We duiken het Druivenbos in en genieten
onze voeten nog een keer van de laatste kasseistrook naar de top van de
Engelsenberg. Na vele uren hebben gewandeld komen we aan in Herzele met een
passage naast de ruïnes van de burcht van Herzele in het gemeentepark om halt
te houden in de finishzaal waar naast de moeders die elk een bloempje krijgen
n.a.v. moederdag ook de vele laureaten die een Gouden Arend hebben behaald
feliciteren, maar ook evengoed al onze makkers die deze herneming tot een goed
einde hebben gebracht. We mogen natuurlijk de mensen niet vergeten die ook hun
nachtrust met onderbrekingen verstoord zien worden om ons te voorzien van de
nodige bevoorrading.