1 keer per jaar ga ik telkens naar
Binche om daar deel te nemen aan een wandelorganisatie van de Les Marcheurs de
la Police de Binche. Normaal gezien is dat de 100km en Thudinie waar wegens
de vaste pijnpunt van de NMBS kon ik er niet eens aan beginnen. Gelukkig heeft
het bestuur van mijn wandelclub in het begin van het jaar al Binche gepland als
busreis vandaag, een herkansing dus om dan toch in de stad van de Gilles te
gaan wandelen. Het is even voor tien uur als ik aan de wandeling van 30km kan
starten via de kleine winkelstraten. Terwijl de kleinere afstanden blijven in
de binnenstad wandelen wij naar het stationsgebouw om een einde te maken aan
het centra gedeelte. Daar het de gewoonte is blijkbaar hier om de autos te
parkeren op de voetpaden zijn wij dus genoodzaakt om op de rijweg te blijven wandelen.
Eens de dorpskern uit krijgen we direct een ander decor met name een groene
golvend weidelandschap waar ook het zijriviertje Le Luce doorstroomt. Merendeels
onverharde paadjes brengt ons naar de 1ste rustpost in het schooltje
te Buvrinnes. De andere weggebruikers werden door de club gewezen dat er hier
wandelaars hun terrein betreden maar gelukkig zoeken we al snel het onverharde
op door middel van een bospassage in één van de fusiedorpjes van Estinnes. Al
zullen de wandelschoenen nu wel vloeken als ze door de modder moeten gaan daar
dit het best gemaaid smal paadje is die door het bos loopt. Als het één ding
die je niet in de hand hebt is het wellicht de weeromstandigheden, maar de
wandelaar is een man die van alle seizoenen houdt om zijn wandelschoenen te
laten verwennen door al wat ons landje zich aanbiedt. Daar waar aan het gebouw
tijdens een luchtgevecht Kapitein Albert Gilbert op 14 mei 1940 sneuvelde nemen
we afscheid van de 20km- stappers en zoeken wij het bos op waarin wij moeten
laveren van de ene naar de andere zijde om niet in één of grotere plas te
belanden. In dat bos liep vroeger van Binche naar Vellereille-les-Brayeux ook
een oude spoorweg die wij nog kunnen herkennen daar en ergens een overblijfsel
uitsteekt in dit landschap. We wandelen naar het dorpje Peissant waar op het dorpsplein
tegenover de volgende rustpost in het gemeentehuis waar je zelfs als koppel een
rustpost kan bemannen. Daar waar je in Vlaanderen ver moet zoeken naar hoffelijkheid
zijn ze hier niet kwistig om iedereen een Bonjour over te brengen naar de
medemens, daar kunnen ze in onze landsdeel nog vaal aan werken. We zoeken terug
het fietspad op waar we terug de wandelaars op pikken van de 20km vooraleer we
samen rusten in de rustpost te Fauroeulx. We zoeken het bos van Wauhu op, niet
voor het onverharde maar voor de geasfalteerde oude spoorlijn. Een wegwijzer
langs onze route komt mij heel bekend voor met name die naar de Norbertijnse abdij van Bonne-Espérance waar we naartoe wandelen. Een
beetje geschiedenis: De abdij van Bonne-Espérance, die in 1130 werd opgericht,
was in handen van de norbertijnenorde. Ongeveer 650 jaar lang hebben er 1350
religieuzen gewoond. De laatste religieuzen hebben de abdijgebouwen in 1798 overgekocht
en in 1829 aan het Seminarie van Doornik overgelaten. Sindsdien wordt er een
college in ondergebracht. De abdij raakte tijdens de Franse Revolutie in
onbruik, maar het is de enige abdij in Henegouwen waarvan de gebouwen intact
zijn gebleven. De meeste gebouwen dateren uit de 18de eeuw, maar in
sommige binnenruimtes werd de stijl uit de 13de of 16de
eeuw bewaard. Bovendien werd de kerktoren, een basiliek waarin het bekende
standbeeld van Onze-Lieve-Vrouw van Goede Hoop werd ondergebracht, in de gotische
stijl uit de 15de eeuw opgetrokken.
Genoeg met de geschiedenis alsook met de rust in de
rustpost wandelen we verder en nemen afscheid van de 20km die al naar Binche
wandelen en wij verder blijven afdalen naar het dorpje Waudrez voor de laatste
rustpost. Nu nog een goede 2km al moeten we wel weer naar boven naar de
Kathedraal tegenover het museum van de Gilles die je in alle kleuren en vormen
kan vinden. Nog even een passage door het winkelgedeelte vooraleer we terug
stappen in de startzaal waar een muziekbandje voor de ambiance zorgt waar ook
gedanst wordt, een typisch carnavalstrekje van deze stad. Met deze omlijsting
rest ons nog de terugreis naar het zeitje toe.
"Begonnen en eindigen te Lede& niet
voor het eerst dit jaar!"
Begin Juli waren we ook te gast bij
Jeroen& Etienne te Lede voor hun organisatie bij Euraudax, nu enkele
maanden later staat het weer op het programma met hetzelfde concept maar toch een
ander parcours. Wie Euraudax nog vreemd is laat ik jullie nog eens op de hoogte
stellen dat aan een wandeltocht bij Euraudax mee doen wilt zeggen dat het een
groepswandeling is onder leiding van een baankapitein over een afstand vanaf
25km tot zelfs 200km (al is deze niet in België meer te vinden) aan een tempo
van 6km/u op hoofdzakelijk Belgisch & Frans grondgebied. Nadat Kristel mij
heeft vervoerd van het station naar t Kantientje heb ik juist nog tijd om mij
in te schrijven als de nodige materiaal boven te gaan om mij in te leven als
signaleur om mijn wandelmakkers veilig door te tocht te laten waken. Jeroen
blaast om 9uur op zijn fluitje, het teken om te vertrekken voor de 1ste
van 2 lussen van 25km. We wandelen richting de spoorlijn om al vlug het onverharde
op te zoeken onder zonnige omstandigheden, nu nog tenminste. Het voetbalplein
van KVC Jong Lede is druk bezaaid met de vele jeugdploegjes die hollen achter
een bal die naar het juiste doel moet zien te geraken. Ons doel is om straks
50km op te teller te laten krijgen dus stappen we verder waar we aan het
paaltje van Erembodegem het stukje bos met name de Molenmeersen, doorwandelen
daar waar in tegenstelling tot vorig jaar nu de boomstammetjes opzij werden
gelegd. Daar waar de jagers zich klaar maken om te jagen wandelen we terug naar
Lede waar we halthouden aan Château Etienne of beter gezegd zijn woonplaats
waar we getrakteerd worden door een bekertje zelfgemaakte soep met bijhorend
een boterham met kopvlees of gehakt. Etienne is dus vroeg uit de veren dus om
al die boterhammen te serveren alsook zijn soep te koken met behulp van zijn
vrouwtje. Op onze tocht komen we herkenbare stukjes tegen die we nog weten van
de vorige tochten zo te denken aan de stamkroeg de Weimenier met zijn
rustgevende terras grenzend aan het natuurgebied Geelstervallei die vandaag
weliswaar gesloten is. We zijn ondertussen beland in het gehucht Impe daar waar
de ranken er troosteloos bij liggen typisch voor de herfst. Het kerkplein van
Smetlede dorp doorkruisen we waar we een stukje volgen van de hier Vier
uitersten- wandelroute tot aan Serskamp dorp waar rusten wordt geblazen in het
plaatselijk cafeetje. Wanneer we weer op route zijn passeren we het kasteeltje
van meneer Brantano (CIO van die schoenenwinkel) & herkennen we de plaatse
waar op eerdere organisaties van Euraudax Lede een wagenrust werd gepland. De
zond heeft plaats gemaakt voor de eerste regendruppels dus mogen we de paraplu
opendoen net terwijl we een deel beschutting krijgen gekregen door de vele
bomen in het Onnebos, al is het gedeelte verhard waar we op wandelen. Is het nu
toeval of niet maar net nu gaan de slagbomen dicht, perfect gegokt dus door
Jeroen die hierdoor de kans krijgt om de groep weer in elkaar kan schuiven. Aan
het grasperkje krijgen we een jenevertje aangeboden, hier moet iets aan de hand
zijn! Dit wordt aangeboden door naast de organisatoren ook door de vader van
Jeroen die vandaag zijn 1ste schelp behaald alsook, zijn zoon (en
baankapitein) Jeroen die zijn 3de als mede- organisator Etienne die
zijn 2de schelp behaald. Wat is een schelp vraag je wellicht af?
Wel, dat is een beloning als je 1000km hebt behaald bij Euraudax over tochten
van 25 of 50km met maximum één van die tochten per wandeldag. Het is niet meer
ver wandelen tot we weer aan de startzaal zijn om onze boterhammetjes te
benuttigen. Voor 33 wandelaars is de afstand van 25km ietsje te kort en
verzamelen rond 14.20u om onder de paraplu te beginnen aan de 2de
lus van 25km. Wandelen op dennennaalden ruilen we Lede voor Hofstade in waar al
wat mogelijk is groen uitslaat bij de plaatselijke voetbalveld van Gijzegem,
daar waar zelf de sponsors geen plaatsje krijgen rond het terrein. We wandelen
het dorp uit terug de natuur in met name het Eekbos met zijn uitkijk hut te
Schoonaarde waar in tegensteling tot vroeger bijna geen wandeltocht dit
plaatsje hier aandoet, des temeer dat Jeroen zijn parcours naar hier heeft
gepland om ook dit stukje te zien. In café Lange Pier waar we nu eventjes
rusten heeft de gerante een obsessie heeft voor bierflesjes zo te merken aan de
vele soorten bevestigd aan de muur in het zaaltje achteraan. De gerante kwam
ons ook vertellen dat hij daarmee begonnen is in 1998 en onlangs meer dan
500flesjes moest weg doen daar hij geen plaats meer had. Na de pauze is het
tijd om de fluohesjes als lampjes boven te halen daar de duisternis gevallen
is. We passeren het station van Schoonaarde om de lapjes aan te steken daar het
nuttig kan zijn om de onverharde ondergrond te zien. Het is daarvoor dat Jeroen
de laatste week nog een keer in de valavond het slottraject nog een keer heeft
verkend in dezelfde omstandigheden daar het toch anders is dan in volle
daglicht te wandelen. Afwisselend natte als droge weidepassages houden we nog
eventjes halt aan de wagenrust te Wichelen, de thuisbasis van de wandelclub
waar de organisatoren zijn bij aangesloten. Nog een 6tal kilometertjes rest er
ons nog naar de startzaal waar we onze wandelboekje eerst af stempelen en een
afspraak kunnen maken op Zondag 25 Februari opnieuw te Lede voor de volgende
25km- organisatie van Euraudax Lede.