KAPSALON
xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Gaan priesters ook op vakantie ? vraagt mijn oude haarkapper, die niet nieuwsgierig is maar wel graag alles wil weten !
Of nee, verbetert hij vlug zichzelf, die gaan op retraite, is het niet ? Ondertussen bindt hij mij een reuzenservet voor, en grijpt naar kam en schaar op de kaptafel. Onze barbier schijnt onwetend over het feit dat een paar werken uitblazen niet alleen behoort tot de verworvenheden van de loontrekkenden, maar ook van de dienaren Gods.
Wel, ik ga op retraite, antwoord ik, en ik ga ook nog veertien dagen op vakantie.
Hij kijkt even verschrikt over zijn brilglazen, maar herpakt onmiddellijk: Ge hebt gelijk ! Ne mens moet er eens uit zijn, iedereen heeft dat nodig.
Maar hij wil graag meer vernemen, want zijn belangstelling voor nieuwsjes is onuitputtelijk. Elke klant is een bron van informatie, zijn kapsalon één groot nieuwsbureau.
Ge gaat alleen, zeker, mijnheer pastoor... ?
Nee, toch niet, deel ik hem mee, ik ga met een paar vrienden.
Ah ja, ook allemaal priesters, natuurlijk... voegt hij er aan toe, maar op zo'n manier dat hij van mij een meer gedetailleerd antwoord verwacht.
Ja, allemaal confraters, bevestig ik. En als het anders zou zijn, heb ik nog geen zin om de samenstelling van ons reisgezelschap aan zijn curieuze neus te hangen.
Maar, ge gaat niet ver zeker, of toch ? vervolgt de vraagstaart.
We gaan naar Frankrijk, preciseer ik.
Ah, Frankrijk, een schoon land ! Mijn zoon is er verleden jaar ook geweest met zijn caravan, zegt hij, een land met veel afwisseling : natuur én kultuur, goed eten, goed drinken.
Ge blijft in 't Noorden van Frankrijk, in Normandië of zo ? informeert hij verder, want met algemene gegevens is zijn honger niet gestild.
Nee, we gaan naar t zuiden, biecht ik op, naar Provence.
Oh Provence !gilt hij bijna, en dan als een levende Michelingids : Provence, met oude Romeinse monumenten en opgravingen, en schone Romaanse kerkjes... Ge bezoekt zeker veel kerken met uw confraters, als ge op reis zijt?
Nee hoor, zeg ik kortaf, ik zit al genoeg in de kerk, heel het jaar door. In de vakantie wil ik graag de natuur in, wandelen, zwemmen, de zon zoeken, de zee....
Nu is de nieuwsgierig;held van onze figaro pas goed gewekt. Zenuwachtig begint zijn schaar snibbig te snateren, hapt gulzig gaten in de lucht, scheert angstwekkend rakelings langs mijn oor, schiet dan weer weg..
Dus, ge verblijft aan zee, besluit hij iets te vlug en erg ongerust, want in zijn bonte magazines - de wachtende klanten ter verstrooiing aangeboden heeft hij enkele verleidelijke afbeeldingen gezien van wulpse strandtonelen aan de Franse kust.
Ik stel onze kapper gerust met de mededeling dat we meer in het binnenland zullen verblijven dan aan zee. Maar zijn argwaan is gewekt, zijn brandende nieuwsgierigheid nauwelijks geblust.
Om niet grof indiscreet te worden over dit onderwerp staakt hij zijn vragenvuur, maar verplaatst ondertussen zijn geschut. Hij bereidt een nieuwe aanval voor.
Kalmpies aan, maar doelgericht begint hij mij weer te bestoken.
Ge gaat met de auto, of met de trein ? herneemt hij.
Met de auto, beken ik.
Ja, da's gemakkelijker om ginder nog uitstappen te doen, valt hij me bij.
Maar ge gaat toch niet in één rit, zeker?
Nee, natuurlijk niet, we doen het in twee dagen, stel ik hem gerust, en we doen het op ons gemak, we stoppen regelmatig om de benen te strekken, we nemen ruim de tijd om te eten...
Daar pikt hij onmiddellijk op in :Ge gaat onderweg eten in een restaurant, of ge neemt uw boterhammen mee?
Goeie God ! Houd die man dan nooit op ? Seffens wil hij nog vernemen - voor het geval we onze boterhammetjes meenemen - of die belegd zijn met hesp of kaas, dan wel met confituur bestreken. Hoe is het mogelijk ? Om grijs haar van te krijgen ! Met zo'n barbier ben je waarachtig geschoren !
Wie zei ook weer dat één gek meer vragen kan stellen dan honderd wijzen kunnen beantwoorden ?
Jaak Bertmans
|