De kapel Minet in Ganspoel is 150 jaar. Haar geheim wordt ontrafeld. (Deel 1)
Het is nu al 150 jaar dat de kapel Minet sierlijk en eenzaam boven in het veld van Ganspoel staat. Boven de deur staat het bouwjaar vermeld : 1871. Er zijn vele verhalen rond de omstandigheden van de bouw van dit bedehuisje. Maar met de tijd zijn al deze praatjes verwaterd en trekt geen enkele verteller vandaag nog aan het langste eind. Deze unieke verjaardag is dus een enige kans om de waarheid rond de reden van de bouw te onthullen.
De kapel Minet (eigen foto)
In de jaren 1860 is Joseph Jules Ernest Minet (1840-1919) zich als pachter komen vestigen in het pachthof Ganspoel dat achter het Hof ten Bosch (het pachthof van de familie Peeters) stond, in het begin van de weg naar het Instituut Ganspoel. Deze weg werd toen de weg van Duisburg naar Loonbeek genoemd zoals men het op dit plannetje merkt.
Joseph Jules Ernest Minet. Hij was de bouwheer van de kapel (uit het archief van Jean-Pierre Minet).
Situatieplan van het pachthof Ganspoel (uit het archief van Jean-Pierre Minet).
Het pachthof is inmiddels in 2020 afgebroken. Joseph Minet was een welvarende pachter en tevens een persoonlijkheid in het Huldenbergse verenigingsleven. Hij bracht het later tot burgemeester, tussen 1895 en 1903. Hij was getrouwd met Pauline Albertine Janssen (1841-1912) die afkomstig was uit een Tiense familie, eigenaar van de suikerraffinaderij.
Pauline Albertine Janssen, de echtgenote van Joseph Minet (uit het archief van Jean-Pierre Minet).
Het pachthof Ganspoel waar de familie Minet woonde. Later werd het ingenomen door het blindeninstituut. (Oude postkaart)
Het jonge gezin kreeg op 2 maart 1867 een dochtertje. Ze noemden haar Maria Phalmire (Palmyre) Kristine. Jammer genoeg overleed het meisje op de leeftijd van 8 maanden op 5 december 1867. In de 19e eeuw was de kindersterfte tijdens de eerste twee jaren van het leven hoog.
Joseph en Pauline gaven de moed niet op. Op 20 januari 1869, dus een goed jaar later, werd een tweeling geboren, twee meisjes. Eén ervan werd dezelfde dag als dood, zonder naam, aangegeven op de burgerlijke stand van de gemeente. Het andere kreeg de naam Marie Apoline Ghislaine Palmyre. Deze laatste voornaam, Palmyre, droeg zij verder in het dagelijkse leven.
Palmyre Minet en het kaartje van haar eerste communie. Ze stierf op 17-jarige leeftijd. (uit het archief van Jean-Pierre Minet).
In oktober 1871, dus 2 jaar en 9 maanden later lieten de ouders de kapel bouwen. Waarom zouden ze dit gedaan hebben? Hun dochtertje was inmiddels bijna 3 jaar oud.
Als we dan verder naar de registers van de burgerlijke stand van Huldenberg kijken, dan lezen wij dat Pauline Janssen op 24 mei 1872 het leven schonk aan een zoon, Joseph Ghislain Marie Félix (1872-1936). Dit betekent dat ze zwanger was toen men met de bouw van de kapel begon. Het is dus duidelijk dat de ouders in de herfst 1871 enerzijds dankbaar waren dat hun meisje Palmyre, na twee overlijdens in de familie, nog in leven was ; anderzijds hoopten zij op een geboorte, liefst van een jongen wat belangrijk was voor een pachter die aan opvolging dacht. Daarom werd de kapel gebouwd. En het werd een gezonde jongen, hun bede werd verhoord.

Joseph Ghislain Marie Félix Minet op latere leeftijd. Voor hem werd de kapel gebouwd (foto uit het archief van Jean-Pierre Minet).
Twee jaar later, op 18 oktober 1874, kregen ze nog een meisje, Maria Josephine Adelia Ghislena genoemd.
Op 23 april 1886 overleed Palmyre Minet op 17-jarige leeftijd te Elsene, op Goede Vrijdag. De bouw van de kapel heeft dus niets te maken met haar overlijden want de kapel stond er toen al meer dan 14 jaar. Haar broer, Joseph Ghislain was toen ook 14 jaar oud.
Tekst : Jean-Pierre Van Binnebeek met de gewaardeerde hulp van Jean-Pierre Minet.
Bronnen :
Geboorte- en overlijdensregisters van de gemeente Huldenberg tussen 1860 en 1890. Dank aan Jean Mertens voor de toegang tot deze geboorte- en overlijdensregisters.
Archief van de familie Jean-Pierre Minet
(Wordt vervolgd : Deel 2 - De symboliek van de kapel Minet)
|