Geef je e-mail adres op en klik op onderstaande knop om je in te schrijven voor de mailinglist.
GROENE GUIDO
EKEREN BOUWT AAN DE TOEKOMST : GROEN! WAAKT
22-04-2010
Tafeltennisclub Nodo bouwt nieuwe sporthal
dinsdag 20 april 2010 Bron : Nieuwsblad Auteur: (ENV)
EKEREN - Districtsschepen voor Sport Christophe Thomas (Open VLD) kreeg maandag de eer om de eerste steen te leggen van de nieuwe sporthal voor tafeltennisclub Nodo.
De club, die bij de top van het Belgische tafeltennis behoort en volgend seizoen aantreedt in de Superafdeling, hoopt vanaf midden september in de nieuwe hal te kunnen spelen. ‘We zullen zes tafels met internationale afmetingen kunnen zetten en om te trainen kunnen er gemakkelijk acht tafels staan', vertelt voorzitter Bob Zwaenepoel niet zonder trots. De houten barakken waarin de club tot voor kort speelde, waren tot op de draad versleten. Midden maart werden ze dan ook afgebroken en begon aannemer Goudezeune met de bouw van de nieuwe hal. ‘Die zal 600 m² groot zijn, waarvan de cafetaria en de kleedkamers 200 m² in beslag zullen nemen', stelt de Ekerse architect Bert Blanckaert.
350.000 euro
De nieuwe sporthal kost 350.000 euro. De stad Antwerpen neemt daarvan 200.000 euro voor haar rekening. Het district legde 20.000 euro bij en de rest van het bedrag wordt opgehoest door de tafeltennisclub. ‘We zorgen in eigen beheer ook nog voor de afwerking van de hal', aldus nog Bob Zwaenepoel.
Brandweer moet wagen achterlaten en te voet verder
woensdag 21 april 2010 Bron : Nieuwsblad Auteur: (ENV)
EKEREN - Vlott-raadslid Erik Bernard vraagt dringend een aanpassing van de verkeerssituatie in het Klein Hagelkruis. Brandweerlieden moesten in het weekend bij een interventie hun wagen achterlaten en te voet verder.
Antwerpen.In de nacht van zaterdag op zondag brak rond 1.30 uur brand uit in een auto, die geparkeerd stond in het Klein Hagelkruis. Een buurtbewoner verwittigde de brandweer, die met twee wagens ter plaatse kwam. ‘Een brandweerwagen probeerde de straat in te rijden via de kant van eetcafé Ballantines, maar kwam vast te zitten tussen twee geparkeerde voertuigen en reed zelfs een spiegel van een van de wagens af. Voor de brandweerlui zat er niets anders op dan met hun poederblustoestellen onder de arm de rest van de straat te voet af te leggen', vertelt Erik Bernard.
Een tweede brandweerwagen probeerde via de Van de Wouwerstraat naar het Klein Hagelkruis te rijden, maar reed zich eveneens strop tussen de geparkeerde auto's. ‘Tussen de geparkeerde wagens blijft er maar 2,35 meter rijweg over, veel te smal. Ik hoop dat er geschrankt parkeren kan ingevoerd worden of dat de stoepen kunnen worden versmald.'
‘In het verslag van de interventie werd effectief opgenomen dat de doorgang zeer moeilijk was in het Klein Hagelkruis', stelt Johan Van Olmen van de Antwerpse brandweer. ‘Dat werd doorgegeven aan onze preventiedienst, die contact zal opnemen met de bevoegde stadsdiensten.'
Maandagnamiddag rond 16.45 uur zag een bewoonster van een woning in de Marcel De Backerstraat in Ekeren een onbekende man achterin haar tuin. Ze verwittigde de politie. Die kon uiteindelijk twee verdachten oppakken.
De vrouw zag ook nog een tweede onbekende man in de tuin van de buren. Kort nadien vertrokken de twee verdachten in de richting van de Veltwijcklaan.
Samen met de politie kamde de vrouw de omgeving uit. Uiteindelijk werden de twee gevonden. Eén van hen bleek in het bezit van een fiets die was gestolen uit het tuinhuis van de buren van de vrouw. Hij had ook inbrekersmateriaal bij zich.
De twee verdachten, een 31-jarige man uit Deurne en een 22-jarige man uit Ekeren, werden dinsdagmorgen voorgeleid op het gerechtshof
Op 12 april starten de werken voor de heraanleg van de NSB-straat. Ze zullen een 40-tal dagen duren.
De bewoners werden op 24 maart uitgenodigd voor een infoavond in het districtshuis. Een 20-tal ging hierop in, en kreeg tekst en uitleg over de definitieve plannen, de kosten van het project, welke aannemer werd aangeduid,...
Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen. Actualisatie en gedeeltelijke herziening.Openbaar onderzoek Advies
College van burgemeester en schepenen beraadslaging/proces verbaal Samenstelling: de heer Patrick Janssens, burgemeester; de heren Robert Voorhamme, Philip Heylen, Ludo Van Campenhout, mevrouw Leen Verbist, de heren Marc Van Peel; Luc Bungeneers, Guy Lauwers, mevrouw Monica De Coninck, schepenen; de heer Roel Verhaert, stadssecretaris.
Zitting van vrijdag 2 april 2010 Iedereen aanwezig.
collegebesluit: 4232 van vrijdag 2 april 2010
Stadsontwikkeling A-Punt
11 Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen. Actualisatie en gedeeltelijke herziening. Openbaar onderzoek. Advies. Goedkeuring. Introductie beleidsrichtlijn (Jaarnummer 4232) Op 18 december 2009 heeft de Vlaamse regering de actualisatie en gedeeltelijke herziening van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) voorlopig vastgesteld. Van 10 februari 2010 tot en met 11 mei 2010 loopt een openbaar onderzoek voor dit ontwerp van actualisatie en gedeeltelijke herziening. Het college neemt kennis van deze herziening en legt het advies voor goedkeuring voor aan de gemeenteraad.
Agendapunt, college, gewone zitting, 13/03/2009, jaarnummer 3336; Agendapunt, gemeenteraad, open, 23/03/2009, jaarnummer 351; Externe factor, vraag van (andere) overheid, 25/01/2010 Auteur: Katlijn Van der Veken Motivering Voorgeschiedenis Op 25 januari 2010 ontving stadsontwikkeling/beleid/ruimtelijke ordening een schrijven van de Vlaamse overheid, Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed (met referentie 2.11/00004/053.34), dat het openbaar onderzoek voor de herziening van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen aankondigt. Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen Het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) werd goedgekeurd door het Vlaamse parlement op 19 november 1997. Voor deze goedkeuringsprocedure van het RSV werd geen plenaire vergadering georganiseerd. Met andere woorden werden de steden en gemeenten voor de eerste keer betrokken na voorlopige vaststelling van het plan, tijdens het openbaar onderzoek. Dit had te maken met het feit dat het decreet toen nog niet bestond. De juridische context toen was de oude wet van 1962 en het planningsdecreet van 1996. De gemeenteraad van Antwerpen adviseerde het plan op 25 februari 1997 in het kader van het openbaar onderzoek. Het departement voor ruimtelijke ordening baseerde zich destijds voor haar voorstel van advies op de principes van het ruimtelijk beleid die toen ingeschreven waren in het bestuursakkoord. Op de plenaire vergadering van 31 maart 2009 bracht het college van burgemeester en schepenen van de stad Antwerpen wel advies uit over het voorontwerp van actualisatie en gedeeltelijke herziening van het RSV. Dit advies van het college (zitting 13 maart 2009, jaarnummer 3336) werd in functie van deze plenaire vergadering ter kennis gegeven en toegelicht aan de gemeenteraad van 23 maart 2009 (jaarnummer 351). Op 18 december 2009 stelde de Vlaamse regering de gedeeltelijke herziening van het RSV voorlopig vast. Het openbaar onderzoek over deze herziening is aangekondigd en loopt van 10 februari 2010 tot en met 11 mei 2010. Op 29 maart 2010 heeft de Vlaamse regering een informatie- en inspraakvergadering vastgelegd voor de provincie Antwerpen (Elzenveld). Grond- en pandendecreet Het decreet betreffende het grond-en pandenbeleid is op zijn beurt een uitvoering van een bindende bepaling uit het RSV van 1997. Dit decreet werd door de Vlaamse regering definitief goedgekeurd op 27 maart 2009. Het decreet trad in werking op 1 september 2009 en verplicht de gemeentes ondermeer om een sociaal en bescheiden woonaanbod te creëren in het kader van "betaalbaar wonen voor iedereen". Voor volgende onderdelen keurde de gemeenteraad van 25 januari 2010 het bindend sociaal objectief goed op voorstel van de deputatie van de provincie Antwerpen: -1 519 sociale koopwoningen voor de ganse stad; -44 sociale kavels voor de ganse stad. De gemeenteraad kan ook steeds een gemeentelijk reglement sociaal wonen vaststellen en een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening bescheiden wonen. Stadscontracten tussen Vlaamse regering en de 13 centrumsteden Op 20 juli 2006 werd de nota "Efficiëntere samenwerking tussen de Vlaamse regering en de 13 centrumsteden door de opmaak van strategische contracten" door de Vlaamse regering goedgekeurd. De 13 Vlaamse centrumsteden hebben via het addendum stadscontractdoelstellingen geformuleerd om een slagkrachtig stedelijk woonbeleid te kunnen voeren. De nadruk ligt op het verruimen en het faciliteren van de stedelijke regierol inzake het lokaal woonbeleid, met inbegrip van meer afgestemde maatregelen vanuit het Vlaams en federaal beleidsniveau. In het addendum stadscontractdoelstellingen werden de afspraken tussen de 13 centrumsteden en de toenmalige Vlaamse regering vastgelegd. Zodra de nieuwe Vlaamse regering in 2009 zou samengesteld zijn, zou een nieuw gesprek volgen tussen de centrumsteden en de Vlaamse regering dat kan resulteren in bijkomende afspraken. De gemeenteraad van Antwerpen keurde op 16 februari 2009 dit addendum stadscontract goed. Feiten en context De gedeeltelijke herziening van het RSV kadert in een globale aanpak die de Vlaamse regering volgt voor de evaluatie en herziening van het RSV. Enerzijds wordt een grondige integrale herziening van het RSV voorbereid. Daarvoor loopt momenteel onderzoek door het Steunpunt Ruimte en Wonen in samenwerking met de administratie. Anderzijds opteerde de Vlaamse regering op basis van een evaluatie van het huidige beleidsplan voor een beperkte, snellere herziening om gericht een aantal knelpunten aan te pakken en de planhorizon van het huidige RSV te verlengen tot 2012. Dit laatste gebeurt vanuit de vaststelling dat de basisprincipes van het RSV zeker op korte termijn geldig blijven. Deze gedeeltelijke herziening heeft de vorm gekregen van een addendum op het RSV (een aanvullende tekst voor het informatief deel op het RSV en een opsomming van wijzigingen aan het richtinggevend en bindend deel van het RSV). Het is dit addendum dat de Vlaamse regering voorlopig vaststelde en onderwerpt aan de wettelijke voorziene goedkeuringsprocedure. 1 Wonen Uit de evaluatie blijkt dat: - er een trend bestaat dat meer mensen in de stedelijke gebieden wonen sinds 2000. Voor de steden Antwerpen, Brussel, Gent en Leuven blijft de suburbanisatie bestaan (behalve voor de leeftijdscategorie 18-26 jaar). De toename in deze steden is dan te wijten aan de migratie uit het buitenland; - de gezinnen kleiner worden en er meer ouderen zijn; - er een stijgende renovatiebehoefte is; - het bestaand aanbod in de woongebieden zoals momenteel voorzien in het gewestplan en de ruimtelijke uitvoeringsplannen ruimschoots zal volstaan om de behoefte op korte termijn op te vangen; - er nog een groot aanbod onbebouwde percelen is, ook in de steden. Het addendum RSV stelt het volgende: Het globaal kader voor wonen uit het RSV blijft geldig. De 60/40 verhouding kan gehaald worden (60% van de bevolking woont in de steden; 40% in het buitengebied). De verdeling van de behoefte aan bijkomende woningen (rekening houden met gezinsverdunning) is in de provincie Antwerpen het grootste (28%, ca 25.000 - 31.000 nieuwe woningen tussen 2007 en 2012). Dit aantal geldt als toetskader voor de ruimtelijke planningsprocessen (afbakening grootstedelijk gebied, gemeentelijke structuurplannen en uitvoeringsplannen). De dichtheid 25 woningen/ha in de stedelijke gebieden wordt genuanceerd. Er is nood aan "dichtheidsbeheer" waarbij evenwicht wordt nagestreefd tussen verdichting, ontdichting en het vrijwaren van gebieden. Belang wordt gehecht aan een evenwichtige ontwikkeling van het huisvestingsbeleid (grond- en pandenbeleid). Tot slot is een aanvulling gebeurd inzake de differentiatie van de woningvoorraad, vooral met betrekking tot de groep van ouderen waarbij het bundelen van zorg en diensten voorop staat. 2 Werken Uit de evaluatie blijkt dat: - het realiseren van de ijzeren voorraad ook de verantwoordelijkheid van de sector vraagt; - de specifieke categorieën "regionale bedrijventerreinen" weinig geïmplementeerd worden (weinig differentiatie haalbaar) en later zullen herzien worden (volledige herziening RSV); - er geen kwantitatieve behoeften voor grootschalige kleinhandel of kantoren zijn opgenomen maar wel de noodzaak aan een kwalitatief beleid: locatiebeleid; ook de impact van de dienstenrichtlijn zal later onderzocht worden; - de vraag aan ruimte voor niet-verweefbare bedrijvigheid voor de periode 2007-2012 opgevangen kan worden in het ruimtelijk beschikbaar aanbod en de lopende planningsinitiatieven. Het addendum stelt dat het globaal kader voor werken uit het RSV geldig blijft. Dat er aanvullingen inzake de differentiatie van bedrijventerreinen moeten komen voor kleinhandel en kantoren. Professionele locaties voor kleinhandel worden naar voor geschoven als alternatief voor moeilijk leesbare winkellinten of solitaire vestigingen. Deze zijn volgens het addendum mogelijk in het kernwinkelapparaat, door het hergebruik van oude (bedrijfs)sites, aan bestaande concentraties aan invalswegen en in "specifieke zones". Complementariteit met de handel en wandel in de binnensteden, het vermijden van ongewenste aanzuigeffecten ten nadele van de binnensteden, en duurzame mobiliteit zijn als nieuwe randvoorwaarden, op vraag van de stad, toegevoegd in het addendum. De klemtoon voor een aanbodbeleid aan kantoren ligt in de stedelijke gebieden. Hier behoren het stadscentrum, ringlocaties, stationslocaties, invalswegen, "randlocaties" en woonmilieus tot de mogelijkheden. Op vraag van de stad is toegevoegd dat de randvoorwaarden voor kantoorvestigingen verschillend zijn afhankelijk van de schaal van de locatie maar dat ze in elk geval bereikbaar moeten zijn met het gepaste niveau van openbaar vervoer. 3 Mobiliteit Uit de evaluatie blijkt dat - er nood is aan het oplossen van de missing links en aan een gerichte bijstelling en actualisatie van de selecties wegeninfrastructuur; - deze bijstelling moet gebeuren vanuit een gebiedsgericht ruimtelijk planningsproces om het draagvlak te vergroten; - deze bijstelling moet gebeuren voor zover een gewijzigde visie aanwezig is. Gesteld wordt immers dat bij het toepassen van de categorisering ervaren werd dat sommige selecties niet meer toereikend zijn of dat ze vanuit sommige (politieke) besluitvormingsprocessen dienen bijgestuurd te worden. Het addendum stelt dat het globaal kader voor mobiliteit uit het RSV geldig blijft. Wat betreft de selectie van het hoofdwegennet wordt de aan te leggen noordelijke sluiting van de ring, van A11/N49 tot R1 (de Oosterweelverbinding), als "hoofdweg" geselecteerd. Deze verbinding was in het huidige RSV bindend geselecteerd als "te ontwerpen primaire weg I". Dit is een categorie tussen een "hoofdweg" (de Ring) en een "primaire weg II" (de Singel). Voor de ontsluiting van het zeehavengebied Rechteroever wordt de selectie van de Noorderlaan in het noorden als primaire weg beperkt tot het op- en afrittencomplex op de A12 met de N111 (Stabroek). Met betrekking tot uitzonderlijk vervoer is in het addendum opgenomen dat reiswegen geleidelijk verschuiven naar wegen die vanuit hun functie over de nodige ruimte beschikken en de belangrijkste economische polen verbinden (primaire en deels secundaire wegen). Er dient daarom een netwerk uitgebouwd te worden (noord-zuid en oost-westverbindingen). De knelpunten moeten aangepakt worden in samenspraak met de federale overheid Wat betreft het spoorwegennet wordt lijn 25 (Antwerpen-Brussel) met de te ontwerpen ontsluiting van de luchthaven Zaventem nieuw geselecteerd als HSL- en hoofdspoorweg. Het voorstedelijk vervoer is opgenomen in het addendum RSV voor het gedeelte Pegasusplan 1e gordel (Leien, Deurne-Wijnegem, Deurne-Borsbeek, Mortsel-Boechout, Mortsel-Kontich, Hoboken-Hemiksem, Linkeroever Noord, en daarnaast ook de Singellijn). Inzake pijpleidingen en electriciteitsleidingen tot slot wordt gesteld dat het hoogspanningsnet 70 kV tot het Vlaams planningsniveau behoort, dat ruimtelijke bundeling met bestaand net en lijninfrastructuur moet nagestreefd worden. 4 Toerisme, recreatie en vrije tijd Uit de evaluatie blijkt dat: - de sector zich verder commercialiseert; - de geïndividualiseerde behoefte aan ontspannen groter wordt; - er een tendens is aan grootschalige multifunctionele projecten (bijvoorbeeld een voetbalstadion met bijbehorend programma). Dit betekent een aanzienlijke stijging in de behoefte aan "niet-verweven" vrije tijd Het addendum RSV neemt daarom volgende zaken op: Het globaal kader voor toerisme, recreatie en vrije tijd uit het RSV blijft geldig. Wel wordt een bijkomende ruimte voorzien (+2000 ha) voor gans Vlaanderen. De herbestemming van zonevreemde recreatie is een prioriteit voor het lokale niveau. Verweving moet gestimuleerd worden aan de hand van een ‘operationele beleidsstrategie'. Tevens zal ‘vrije tijd binnen niet - recreatieve gebieden' gestimuleerd worden. Hiervoor zullen ‘gerichte instrumenten' (Ruimtelijke Ordening (RO) en andere sectoren) geformuleerd worden op basis van een gebiedsgerichte aanpak. Het uitwerken van ontwikkelingsmogelijkheden voor golfsport worden verdeeld tussen Vlaanderen, provincies en gemeenten. Die voor lawaaisporten tussen Vlaanderen en provincies. 5 Landbouw, natuur en bos Uit de evaluatie blijkt dat: - de versnippering van natuur wordt afgeremd sinds 2000; - het aantal landbouwbedrijven daalt, het cultuurareaal wel een constante blijft; - de ontbossing toeneemt, vooral in niet-groene bestemmingen / vooral stedelijk gebied; - er afstemmingsproblemen zijn tussen het RSV en het decreet Natuurbehoud, waaruit ook blijkt dat de ruimteboekhouding te technisch is; - de kwantitatieve doelstelling inzake natuurverwevingsgebieden (NVWG) 150.000 ha moeilijkst haalbaar is. Hiervoor is dus een herziening van het RSV nodig In het addendum wordt gesteld dat de uitgangspunten uit het RSV geldig blijven maar dat de kwantitatieve opties aangepast moeten worden. Van de 150.000 ha NVWG (steeds als overdruk) worden 80.000 ha aangeduid als gebieden die niet tot de bestemmingscategorie "natuur, bos en groen" behoren zoals de landbouw- en recreatiegebieden, of zelfs in andere "niet-groene bestemmingen". De 10.000 ha. bosuitbreidingsgebieden worden wel binnen de bestaande categorieën "natuur, bos en groen" aangeduid. Een specifiek kwaliteitsobjectief met betrekking tot ‘connectiviteit' wordt opgenomen in het addendum. Dit betekent dat het onderliggend fysisch systeem bepalend is, dat samenhang en verbindingen gerespecteerd moeten blijven binnen de taakstellingen wonen, werken en mobiliteit en dat hiermee rekening mee gehouden moet worden bij groei, concentratie en verdichting binnen stedelijke gebieden. Wat dit betreft zal zich een "gebiedsgericht ruimtelijk beleid" binnen de stedelijke gebieden afspelen. 6 Grond en pandenbeleid en uitvoeringsagenda RSV Het doel is om het RSV af te stemmen op het inmiddels goedgekeurde decreet grond- en pandenbeleid. Het grond en pandenbeleid wordt gedefinieerd als "het aansturen, coördineren, ontwikkelen en aanwenden van ruimtelijke en sectorale beleidsstrategieën en instrumenten met het oog op het faciliteren en corrigeren van grond- en pandenmarkt". Dit is enerzijds faciliterend, anderzijds actief. Het Vlaams grond- en pandenbeleidsplan zal worden opgemaakt met volgende doelstellingen: - betaalbaar wonen ondersteunen via een sociaal / bescheiden woonaanbod en het gericht aansnijden van woonuitbreidingsgebieden (WUG); - leegstand bestrijden via aanpassing van registratie en fiscale acties en renovatieovereenkomsten; - herontwikkeling stadskankers via activeringsprojecten; - tegengaan van sociale verdringing door WUG's voor te behouden aan de lokale bevolking. Een maatschappelijk gewenst en kwaliteitsvol ruimtegebruik wordt nagestreefd via de instrumenten opgesomd in het decreet. In het kader van de doelstellingen voor natuur en bos zal een methodiek worden voorzien ter compensatie van de planologische initiatieven (bijvoorbeeld "landbouw" naar "groen"). Ook zal een instrumentarium tot activering van bedrijfsgronden en -panden moeten uitgewerkt worden, en een gelijkaardige techniek voor toerisme, recreatie en vrije tijd. Het Vlaams gewest is verantwoordelijk voor het grond- en pandenbeleid. De lokale overheden nemen aanvullende maatregelen. Een aantal instrumenten worden federaal geregeld. Een uitvoeringsagenda RSV zal worden opgemaakt. Hierin wordt een collectieve verantwoordelijkheid (alle beleidsdomeinen) gesteld. De kwantitatieve taakstellingen zullen gecoördineerd worden door het beleidsdomein RO. De activering van de projecten zal gebeuren door de sectoren (economie, natuur, ...). Bij nevenschikking heeft het beleidsdomein RO een integrerende rol. Deze uitvoeringsagenda RSV gebeurt in functie van de evaluaties van de Vlaamse regering. Een actieplan zal door alle beleidsdomeinen moeten worden opgemaakt, alsook een monitoring (ondersteund door Steunpunt Ruimte & Wonen) en een evaluatie. Het grond- en pandenbeleid (uitgebreid met initiatieven voor bedrijvigheid, toerisme, recreatie, vrije tijd, natuur, bos en landbouw) én de uitvoeringsagenda RSV zijn in het addendum RSV opgenomen als bindende bepaling. Juridische grond Artikel 2.1.3. §5 van de Codex Ruimtelijke Ordening, dat de procedure voor de opmaak van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen bepaalt en vastlegt dat de provincieraden, de gemeenteraden en de door de Vlaamse regering aan te wijzen gewestelijke diensten, in kader van het openbaar onderzoek, hun advies bezorgen aan de Vlaamse commissie voor ruimtelijke ordening binnen de termijn van dit openbaar onderzoek Argumentatie 1 Algemeen advies De stad Antwerpen ervaart de opmaak van een herziening bij het RSV als een gelegenheid om ambitieuze doelstellingen te formuleren die een duurzame ruimtelijke ontwikkeling kunnen nastreven. Het stadsbestuur begrijpt dat het voorliggende addendum enkel de kortetermijnactualisaties doorvoert, en wenst ook aan te geven dat zij een constructieve houding zal aannemen bij het overleg inzake de volledige herziening van het RSV. Het stadsbestuur stelt vast dat een aantal aanpassingen aan het addendum zijn gebeurd naar aanleiding van haar advies gegeven tijdens de plenaire vergadering. Het hiernavolgend advies benadrukt de punten waarbij geen rekening is gehouden met het eerder overgemaakte advies. Het bevat eveneens nieuwe punten waarover het beleid recent beslissingen heeft genomen. 2 Wonen Het addendum besteedt terecht een vernieuwde aandacht aan de gewijzigde doelgroep van de ouderen en het zorgbeleid en dat een afstemming is gebeurd met het grond- en pandenbeleid (zie verder). Positief is ook de gewijzigde visie op stedelijke dichtheden. 3 Werken Het addendum opent een aantal mogelijkheden om een locatiebeleid rond kantoren en kleinhandelsgebieden te voeren. Het is positief dat de opmerkingen van de stad aangaande de randvoorwaarden voor een dergelijk locatiebeleid, hoewel nog vrij eenvoudig, geïntegreerd zijn in het voorliggende addendum. 4 Mobiliteit Het addendum RSV schuift "het gebiedsgericht planningsproces" naar voor "als insteek bij het bijsturen van de wegencategorisering". In acht genomen: dit gevoerde planningsproces, inzake de noordelijke sluiting van de kleine Ring, de verschillende alternatievenonderzoeken die hierover inmiddels zijn gebeurd, de resultaten van het referendum van 18 oktober 2009 over de stedenbouwkundige vergunning van de Oosterweelverbinding, de motie van de gemeenteraad hierover in zitting van 19 oktober 2009 met het oog op een negatief advies op de stedenbouwkundige vergunningsaanvraag van de Oosterweelverbinding, het advies van de stad over de stedenbouwkundige vergunning van de Oosterweelverbinding van 23 oktober 2009 waaruit blijkt dat een duurzame mobiliteitsoplossing niet meer maar minder verkeer op de kleine Ring moet beogen, de beslissing van de Vlaamse regering van 30 maart 2010 waarin gekozen is voor de actualisering van het Masterplan Antwerpen met ondermeer de omleiding van zowel het doorgaand als het havengericht verkeer verder van de stad (via A102 en westelijke ingrepen), een sluiting van de kleine Ring (onder voorwaarden) aan de hand van 4 tunnels en een uitbreiding van de openbaar vervoersverbindingen stelt de stad Antwerpen voor om volgende aanpassingen van de wegencategorisering in het RSV en in het addendum RSV door te voeren. 1. Schrappen van de condities vastgelegd bij de selectie van de A102 als hoofdweg (voetnoot 42, p. 485, RSV). Inmiddels zijn voldoende alternatieven onderzocht, is de Ring heraangelegd en geherstructureerd en is telematica en informatica structureel ingevoerd of zijn de budgetten gereserveerd. Dit laat toe de missing links voor doorgaand (langeafstands)verkeer als havengericht verkeer ten oosten van de stad op te lossen. 2. Selecteren van nieuwe missing links ten westen van de stad waardoor de omleiding van zowel doorgaand (langeafstands)verkeer als havengericht verkeer ten westen van de stad mogelijk wordt gemaakt en de Liefkenshoektunnel beter wordt gebruikt. 3. Categoriseren van de kleine Ring rond Antwerpen, met noordelijke sluiting, op basis van de hoofdfunctie die deze ringweg reeds vandaag heeft en ook in de toekomst meer en meer zal krijgen na realisatie van voormelde tangenten (cfr. beslissing Vlaamse regering dd. 30 maart 2010). Want in afwijking op het RSV wordt vandaag in de actualisering en gedeeltelijk herziening voorgesteld (p. 483 en verder, RSV en p.27 en verder, addendum RSV) de kleine Ring te categoriseren van primaire weg naar hoofdweg. In aansluiting op de beslissing van de Vlaamse regering van 30 maart 2010 vraagt het stadsbestuur de kleine Ring hoogstens als primaire weg I te categoriseren, op basis van de hoofdfunctie die deze ringweg reeds vandaag heeft en ook in de toekomst meer en meer zal krijgen. Door de tangenten heeft deze weg als hoofdfunctie een verbindingsfunctie op stedelijk niveau en een verzamelfunctie voor het grootstedelijk gebied, met meerdere aansluitingspunten op het hoofdwegennet. Onderzoek moet uitwijzen of de categorisering tot primaire weg I rechtstreekse "erfontsluitingen" kan toelaten. Want met het oog op randparkings bij de top- en kantoorlocaties (sportpaleis, stadion, Antwerp Expo, ..) langsheen de ringweg, waarbij deze best rechtstreeks op deze ringweg moeten ontsloten worden om het lager wegennet te ontlasten en de doorstroming openbaar vervoer te garanderen deze beleidsopties wel toelaat. Een verdere optimalisatie van de aansluitingen van deze ringweg op de stedelijke en territoriale boulevards is bovendien aangewezen. Dit stelt de huidige en in het addendum voorgestelde selectie van de R1 in vraag, en vergt aangepaste ontwerpuitgangspunten voor infrastructuur in een stedelijke context (oa. ontwerpsnelheid van 80 km/u cq. een gebruikssnelheid van 70km/u). 4. Schrappen van de selecties van de primaire wegen II R10 (Singel) en N180 (Noorderlaan, het gedeelte tussen de Groenendaallaan en het aansluitingscomplex Luithagen in Ekeren). 5. Het uitbreiden van het netwerk voorstedelijk vervoer met de nieuwe tramverbindingen naar Wilrijk, Beveren en Ranst, en de lightrail naar Oostmalle, zoals vastgelegd in het Masterplan 2020 dd. 30 maart 2010. Verder vraagt de stad om ook de potenties van de huidige spoorinfrastructuur in overweging te nemen als element van dit netwerk, zoals de huidige lijn 12 naar Essen en een lightrail voor het traject Antwerpen - Boom - Puurs - Mechelen. 6. Inzake het hoofdspoorwegennet stelt de stad voor om, naast de twee reeds geselecteerde treinstations in Antwerpen (Centraal en Berchem), ook het Luchtbalstation te selecteren als bijkomend hoofdstation. De omgeving op de kruising Noorderlaan en Groenendaallaan geldt hier als regionale verknoping van station, de buslijnen uit het noorden, de tramlijnen komende van Singel en Leien, Groenendaallaan, Noorderlaan (Luchtbal en Ekeren) en Eilandje, en de huidige Park & Ride ter hoogte van Metropolis en de geplande P&R ter hoogte van het Havanacomplex (Brabo 2). Station Zuid zou minder complex maar verder als IC-station uitgebouwd moeten worden om zo de ontwikkelingen in de onmiddellijke omgeving te kunnen bedienen (Stadion, Nieuw Zuid, scholencampus Zuid, ...). Station Luchthaven zou eveneens als IC-station uitgebouwd moeten worden omdat het RSV op dit punt de luchthaven als regionale poort behoudt. 5 Toerisme, recreatie en vrije tijd Het stadsbestuur heeft hierbij geen opmerkingen. 6 Landbouw, natuur en bos Het stadsbestuur heeft hierbij geen opmerkingen. 7 Grond- en pandenbeleid en uitvoeringsagenda RSV De stad ondersteunt een slagvaardig grond- en pandenbeleid, een evaluatie en activering ervan. Bovendien zorgt het inmiddels goedgekeurde decreet grond- en pandenbeleid er voor dat de stad een grondslag krijgt om een aantal zaken wettelijk af te dwingen (bijvoorbeeld sociale last). Echter belemmert de specifieke regelgeving ook het eigen stedelijke woonbeleid, dat per definitie hetzelfde doel nastreeft. Vooral bij de uitwerking van de geplande en eigen bestaande (contractuele) stadsvernieuwingsprojecten komen verschillende problemen naar voor. De voornaamste knelpunten zijn de problematiek van de fasering, het probleem van de bestaande samenwerkingsovereenkomsten tussen de stad en ontwikkelaars voor grote lopende stadsprojecten, en het verschil in definitie van bescheiden en betaalbaar woonaanbod. De stad vraagt om in het RSV een principiële basis te verankeren voor een gedifferentieerd gronden pandenbeleid voor de stedelijke gebieden en de buitengebieden, dat rekening houdt met de specifieke noden, problematieken en vooral de inspanningen van de grote steden. Een marge om een spreidingsbeleid te voeren inzake sociale huisvesting in het bijzonder moet worden mogelijk gemaakt. Besluit Artikel 1 Het college neemt kennis van de volgende tijdstabel: Ontvangst van de aanvraag 25 januari 2010 Uiterste uitspraakdatum van het college 2 april 2010 Goedkeuring advies gemeenteraad 26 april 2010 Artikel 2 Het college neemt kennis van het addendum herziening van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen en keurt het advies 1 tot 7, zoals voorgebracht in de argumentatie bij dit besluit, goed als advies aan de Vlaamse regering naar aanleiding van het openbaar onderzoek. Artikel 3 Het college beslist bovengenoemd advies voor goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad. Artikel 4 Dit besluit heeft in principe voor de stad geen financiële gevolgen.
ANTWERPEN - Vrijdagmiddag houden Groen!, PVDA en Ademloos een dodenwake voor de Lange Wapper. 'We willen ervoor zorgen dat de Lange Wapper niet meer verrijst', zegt Dirk Van Duppen van PVDA.
'Het is symbolisch', zegt Dirk Van Duppen, dokter bij Geneeskunde voor het Volk en gemeenteraadslid voor PDVA in Deurne. 'De week na de volksraadpleging hebben we een begrafenisplechtigheid gehouden voor de Lange Wapper aan het Steen. Met deze dodenwake willen we ervoor zorgen dat hij niet herrijst.'
Tegelijk wil Van Duppen de druk op de Vlaamse regering verhogen. 'We zullen een groot houten kruis oprichten, waarop we onze eisen geschreven hebben als symbool.' Volgens het rouwbericht dat de actievoerders rondsturen willen ze dat het dubbelbesluit van de Vlaamse regering wordt verworpen, dat de Liefkenshoektunnel onmiddellijk tolvrij gemaakt wordt om de mobiliteit op de ring te verbeteren en dat het Meccanoplan van het Forum 2020 voort onderzocht en uitgewerkt wordt.
Het initiatief voor de dodenwake komt van Van Duppen, maar ook Groen! en de actiegroep Ademloos van Wim Van Hees sloten zich erbij aan. Allemaal roepen ze hun achterban op om vrijdag de dodenwake bij te wonen. Die vindt plaats aan het standbeeld van Lange Wapper aan de ingang van het Steen. De plechtigheid zal om 11uur beginnen.
ANTWERPEN - Vrijdagmiddag houden Groen!, PVDA en Ademloos een dodenwake voor de Lange Wapper. 'We willen ervoor zorgen dat de Lange Wapper niet meer verrijst', zegt Dirk Van Duppen van PVDA.
'Het is symbolisch', zegt Dirk Van Duppen, dokter bij Geneeskunde voor het Volk en gemeenteraadslid voor PDVA in Deurne. 'De week na de volksraadpleging hebben we een begrafenisplechtigheid gehouden voor de Lange Wapper aan het Steen. Met deze dodenwake willen we ervoor zorgen dat hij niet herrijst.'
Tegelijk wil Van Duppen de druk op de Vlaamse regering verhogen. 'We zullen een groot houten kruis oprichten, waarop we onze eisen geschreven hebben als symbool.' Volgens het rouwbericht dat de actievoerders rondsturen willen ze dat het dubbelbesluit van de Vlaamse regering wordt verworpen, dat de Liefkenshoektunnel onmiddellijk tolvrij gemaakt wordt om de mobiliteit op de ring te verbeteren en dat het Meccanoplan van het Forum 2020 voort onderzocht en uitgewerkt wordt.
Het initiatief voor de dodenwake komt van Van Duppen, maar ook Groen! en de actiegroep Ademloos van Wim Van Hees sloten zich erbij aan. Allemaal roepen ze hun achterban op om vrijdag de dodenwake bij te wonen. Die vindt plaats aan het standbeeld van Lange Wapper aan de ingang van het Steen. De plechtigheid zal om 11uur beginnen.
EKEREN - Het districtsbestuur hoopt nog deze legislatuur eenrichtingsverkeer in te voeren in de Bist. Dat maakte districtsvoorzitter Ronny Kruyniers (SP.A) bekend naar aanleiding van de onthulling afgelopen zondag van een SAVE-bord voor Tim Vereecken. Op 13april 2008 kwam de toen 17-jarige Tim om het leven toen hij met de fiets het kruispunt van de Bist met de Kapelsesteenweg wilde oversteken. Hij werd gegrepen door een Audi, die in de richting van Merksem reed.
Het eenrichtingsverkeer zal gelden voor verkeer dat van de Kapelsesteenweg de Bist wil indraaien. Op termijn wil het districtsbestuur het kruispunt ook smaller maken
Stedenbouwkundige vergunningen. Haven.Het rooien van bomen gelegen in de voorbehouden zone van aardgasvervoerinstallati
College van burgemeester en schepenen beraadslaging/proces verbaal
Samenstelling: de heer Patrick Janssens, burgemeester; de heren Robert Voorhamme, Philip Heylen, Ludo Van Campenhout, mevrouw Leen Verbist, de heren Marc Van Peel; Luc Bungeneers, Guy Lauwers, mevrouw Monica De Coninck, schepenen; de heer Roel Verhaert, stadssecretaris. Zitting van vrijdag 2 april 2010 Iedereen aanwezig. collegebesluit: 3761 van vrijdag 2 april 2010
Stadsontwikkeling B-Punt 22 Stedenbouwkundige vergunningen. Haven. Diverse locaties. Het rooien van bomen gelegen in de voorbehouden zone van aardgasvervoerinstallaties. Bijzondere procedure. Voorwaardelijk gunstig advies. Goedkeuring. (Jaarnummer 3761) Agendapunt, college, gewone zitting, 17/01/2001, jaarnummer 121 Auteur: Wouters Elisabeth Motivering Voorgeschiedenis Het college verleende in zitting van 12 februari 2010 (jaarnummer 1516, 1511, 1513 en 1514) vier kapvergunning voor het vellen van alle bomen die onderdeel uitmaken van deze stedenbouwkundige vergunningsaanvraag. Feiten en context Er werd een aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning ingediend bij het Agentschap R-E Antwerpen - Ruimtelijke Ordening, in toepassing van bijzondere procedure van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. De gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar verzoekt het college om een advies uit brengen over de aanvraag. Aanvrager: Fluxys nv , Kunstlaan 31, 1040 Etterbeek. Ligging van het perceel: Scheldelaan ZN, Noorderlaan ZN, Oosterweelsteenweg ZN, Ekersesteenweg ZN, Antwerpen en Burgemeester Eduard Waghemansbrug, Merksem Kadastrale gegevens: (afd. 7) sectie G nr. 1793 N (deel), sectie G nr. 1800 C (deel), (afd. 14) sectie B nr. 34 Y (deel), (afd. 15) sectie C nr. 258 Z (deel), (afd. 16) sectie F nr. 232 M (deel), (afd. 18) sectie F nr. 163/2 P (deel), sectie F nr. 225 V (deel), (afd. 19) sectie A nr. 9 Y (deel), sectie A nr. 45 Z (deel), (afd. 34) sectie E nr. 181 F (deel), sectie E nr. 185 S (deel). De aanvraag omvat: het rooien van bomen gelegen in de voorbehouden zone van aardgasvervoerinstallaties. Ontvangst adviesvraag: 26 februari 2010. Dossiernummer: 20101254.
Fasering Procedurestap Datum Ontvangst adviesvraag 26 februari 2010 Opening openbaar onderzoek geen Afsluiten openbaar onderzoek geen
Juridische grond De Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening en zijn uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing. Het ministerieel besluit van 19 juni 2008 waarbij werd vastgesteld dat de stad Antwerpen voldoet aan de vijf voorwaarden van artikel 193, § 1 van het decreet van 18 mei 1999. Dit besluit werd op 8 juli 2008 gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad. De bijzondere procedure van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening bepaalt het volgende: - als de aanvrager een publiekrechtelijk persoon is of wanneer de aanvraag betrekking heeft op werken, handelingen of wijzigingen van algemeen belang, wordt de aanvraag ingediend bij en wordt de beslissing genomen door de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar; - het college brengt zijn advies uit binnen 30 dagen na ontvangst van de adviesvraag; - wordt deze termijn niet in acht genomen, dan kan aan de adviesvereiste worden voorbijgegaan; - indien een openbaar onderzoek moet georganiseerd worden, dan gaat de adviestermijn in op de dag waarop het openbaar onderzoek werd afgesloten. Stedenbouwkundige gegevens uit de plannen van aanleg, de ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (koninklijk besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, grotendeels in een in overdruk op het gewestplan aangeduide leidingenstrook. Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in of in de nabijheid van in een overdruk op het gewestplan aangeduide hoofdverkeerswegen. Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde ruimtelijk uitvoeringsplan, deels in de nabijheid van een gebied aangeduid met symbolische overdruk hoogspanningsleiding. In het gebied, aangeduid met deze overdruk, zijn alle werken, handelingen en wijzigingen toegelaten voor de aanleg, de exploitatie en de wijzigingen van een hoogspanningsleiding en haar aanhorigheden. De aanvragen voor vergunningen voor een hoogspanningsleiding en aanhorigheden worden beoordeeld rekening houdend met de in grondkleur aangegeven bestemming voor zover de aanleg, de exploitatie en wijzigingen van de bestaande hoogspanningsleiding niet in het gedrang wordt gebracht. Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, deels in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaalculturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen.) Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, deels in een industriegebied. Deze zijn bestemd voor de vestiging van industriële of ambachtelijke bedrijven. Ze omvatten een bufferzone. Voor zover zulks in verband met de veiligheid en de goede werking van het bedrijf noodzakelijk is, kunnen ze mede de huisvesting van het bewakingspersoneel omvatten. Tevens worden in deze gebieden complementaire dienstverlenende bedrijven ten behoeve van de andere industriële bedrijven toegelaten, namelijk: bankagentschappen, benzinestations, transportbedrijven, collectieve restaurants, opslagplaatsen van goederen bestemd voor nationale of internationale verkoop. (Artikel 7 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.) Het goed ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, deels in een gebied voor ambachtelijke bedrijven of gebieden voor kleine en middelgrote ondernemingen. Deze gebieden zijn mede bestemd voor kleine opslagplaatsen van goederen, gebruikte voertuigen en schroot, met uitzondering van afvalproducten van schadelijke aard. (Artikel 8 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen.) Het goed ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan deels, in een bufferzone met aanvullend voorschrift voor stedelijke agglomeratie. De bufferzones dienen in hun staat bewaard te worden of als groene ruimte ingericht te worden, om te dienen als overgangsgebied tussen gebieden waarvan de bestemmingen niet met elkaar te verenigen zijn of die ten behoeve van de goede plaatselijke ordening van elkaar moeten gescheiden worden. (Artikel 14 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.) Het goed ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, deels in een natuurgebied. Deze gebieden zijn bestemd voor het behoud, bescherming en herstel van het natuurlijke milieu. Natuurgebieden bevatten bossen, wouden, venen, heiden, moerassen, duinen, rotsen, aanslibbingen, stranden en andere dergelijke gebieden. In deze gebieden mogen jagers- en vissershutten worden gebouwd, voor zover deze niet gebruikt kunnen worden als woonverblijf, al ware het maar tijdelijk. Het vegetatiebesluit is van toepassing in natuurgebieden. (Artikel 13 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.) Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, deels in een bijzonder natuurgebied met overdruk waterzuivering, afvoerleidingen en leidingstraten. Deze zijn mede bestemd voor werken voor waterzuivering en daarbij behorende afvoerleidingen naar de Schelde alsmede voor de aanleg van de ondergrondse leidingstraten tussen beide Scheldeoevers. Werken en handelingen die daarmee verband houden zijn er toegelaten, op voorwaarde dat het natuurlijk milieu er maximaal wordt behouden en beschermd of hersteld. (Artikel 12 van het koninklijk besluit van 3 oktober 1979 houdende de vaststelling van het gewestplan Antwerpen.) Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, deel in agrarische gebieden. De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 meter van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 meter en 100 meter geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden. De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het gewestplan. Gemeentelijke verordeningen De gemeentelijke bouw- en woningverordening, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 26 maart 1986 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 21 mei 1986. Advies Op 1 maart 2010 werd advies gevraagd aan het gemeentelijk havenbedrijf Antwerpen. Zij brachten advies uit op 9 maart 2010. Het advies is voorwaardelijk gunstig. Op 1 maart 2010 werd advies gevraagd aan stads- en buurtonderhoud/groen en begraafplaatsen. Zij brachten advies uit op 5 maart 2010 met referentie SB/GB/EL/00242. Het advies is gunstig. Op 1 maart 2010 werd advies gevraagd aan stadsontwikkeling/bedrijven/centrum tegen lucht- en waterverontreiniging. Zij brachten advies uit op 4 maart 2010 met referentie 2010/1753. Het advies is voorwaardelijk gunstig. Het advies geeft als voorwaarde dat de Vlaremwetgeving moeten worden geëerbiedigd. Het advies maakt geen melding van bepaalde strijdigheden met direct werkende normen uit deze regelgeving of van het schenden van zorgplichten hieruit voortvloeiend. Een stedenbouwkundige vergunning doet geen afbreuk aan de Vlaremwetgeving, die van toepassing blijft. Het advies kan bijgevolg als gunstig worden beschouwd. Argumentatie Toetsing aan de wettelijke en reglementaire verordeningen De aanvraag is in overeenstemming met de bestemming en de voorschriften van het gewestplan, zoals hoger omschreven. De aanvraag werd getoetst aan de bepalingen van de gemeentelijke bouw- en woningverordening. Het ontwerp voldoet hieraan. Beoordeling De aanvraag betreft het rooien van bomen gelegen in de voorbehouden zone van een aargasvervoerinstallaties. Het betreft hier in het totaal 280 bomen op diverse locaties met name: - één valse christusdoorn (stamomtrek 0,35 meter) op het domein Noorderlaan ZN, 2030 Antwerpen; - twee groene beuken (stamomtrekken 0,66 meter en 0,71 meter), drie zwarte elzen (stamomtrekken 0,44 meter, 0,55 meter en 0,56 meter) en één katwilg (stamomtrek 0,55 meter) op het domein Ekersesteenweg ZN, 2030 Antwerpen; - één gewone plataan (stamomtrek 1,30 meter) en 160 zwarte populieren (stamomtrekken tussen 0,50 meter en 1,10 meter) op het domein Oosterweelsteenweg ZN, 2030 Antwerpen; - vier schijnacacia's (stamomtrekken tussen 0,25 meter en 0,50 meter), 55 zwarte populieren (stamomtrekken tussen 0,75 meter en 0,86 meter), 25 schietwilgen (stamomtrekken 0,16 meter en 0,30 meter), elf witte abelen (stamomtrekken tussen 0,35 meter en 0,38 meter) en zeven gewone esdoorns (stamomtrekken tussen 0,20 meter en 0,43 meter) langsheen de Scheldelaan, 2040 Lillo; - vier schietwilgen (stamomtrekken tussen 0,38 meter en 0,98 meter) op het domein Scheldelaan, aan de Lillobrug, 2040 Lillo. - zeven Noorse esdoorns (stamomtrekken tussen 0,85 meter en 0,96 meter) en vier veldesdoorns (stamomtrekken 0,75 meter en 0,86 meter) op het domein Burgemeester Eduard Waghemansbrug ZN, 2170 Merksem (aan de linker- en rechterzijde van de brug). Het rooien van 38 bomen, waarvoor het college in zitting van 12 februari 2010 een kapvergunning verleende maakt geen onderdeel uit van deze stedenbouwkundige vergunningsaanvraag. Het betreft: - drie witte paardenkastanjes (stamomtrekken tussen 0,45 meter en 0,90 meter) op het domein Zwarteweg ZN, 2030 Antwerpen; - 30 zwarte populieren (stamomtrekken tussen 0,45 meter en 0,90 meter) op het domein Zwarteweg ZN, 2030 Antwerpen; - drie Noorse esdoorns (stamomtrekken 0,62 meter, 0,63 meter en 0,65 meter) op het domein Kapelsesteenweg ter hoogte van huisnummer 1 en 3, 2180 Ekeren; - twee winterlinden (stamomtrekken 0,40 meter en 0,50 meter) op het domein Potpolderweg ZN, 2040 Lillo. De betrokken aardgasvervoerinstallaties hebben het voorwerp uitgemaakt van een gasvervoervergunning, evenals van een verklaring van openbaar nut, overeenkomstig de bepalingen van de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen. Artikel 11 van deze wet verbiedt vanuit veiligheidsoogpunt inzonderheid elke daad die de gasvervoerinstallaties of de exploitatie ervan zou kunnen schaden. Het koninklijk besluit van 24 januari 1991, tot wijziging van het koninklijk besluit van 11 maart 1966 met betrekking tot de te nemen veiligheidsvoorschriften bij de oprichting en bij de exploitatie van aardgasvervoerinstallaties dat van toepassing is op bovengenoemde aardgasvervoerinstallaties, verbiedt de aanwezigheid van bomen binnen de voorbehouden zone. Gezien het wettelijke verbod op de aanwezigheid van bomen binnen de voorbehouden zone van de bestaande aardgasvervoerinstallaties wordt vanuit veiligheidsoogpunt de aanvraag in overeenstemming geacht met de goede ruimtelijke ordening. Conclusie Gunstig.
Besluit Artikel 1 Het college verzendt het dossier aan het Agentschap R-E Antwerpen - Ruimtelijke Ordening met gunstig advies. Artikel 2 Dit besluit heeft in principe voor de stad geen financiële gevolgen.
Dondernamiddag rond 14.45 uur moest de politie uitrukken voor een achttal jongeren die ruiten aan het ingooien waren aan het Atheneum in Ekeren aan de Veltwijcklaan.
Ter plaatse bleek dat niet alleen enkele ruiten van de school waren stukgesmeten met zware bouwstenen, maar dat ook een vuilbak op de speelplaats in brand was gestoken. Uit één van de lokalen was tevens een pc gestolen en op de speelplaats gegooid.
Getuigen konden een vrij accurate beschrijving geven van enkele van de jonge daders. Korte tijd nadien werden acht minderjarigen, allemaal tussen 13 en 15 jaar oud, opgepakt op de Veltijcklaan ter hoogte van het districtshuis.
Enkele van hen hebben de feiten bekend. Verder onderzoek moet nog uitmaken of ze ook voor andere gelijkaardige feiten in aanmerking komen. Eveneens donderdag werd ingebroken en brand gesticht in de Sint-Lambertusschool in Ekeren.
09/04 Donderdagmorgen stelde de directeur van de Sint-Lambertusschool op de Oorderseweg in Ekeren vast dat er tijdens de schoolvakantie in de school was ingebroken.
De inbrekers zijn waarschijnlijk in de school binnengeraakt via een stelling die tegen de gevels staat. Er zijn momenteel gevelwerken bezig aan de schoolgebouwen.
Brand
In de school zelf werden in de verschillende gebouwen meerdere lokalen doorzocht. In de refter werden alle koelkasten opengezet en werden de gordijnen in brand gestoken.
Enkele ramen zijn zwartgeblakerd en ruiten zijn gebarsten. Het vuur is wel spontaan gedoofd en de schade bleef eerder beperkt.
zaterdag 10 april 2010 Auteur: Stefaan Ledeganck bron: Nieuwsblad
Politie arresteert acht minderjarigen na inbraken in Ekerse scholen
Antwerpen.EKEREN - Een groepje jongeren heeft de afgelopen twee weken lelijk huisgehouden in drie scholen in Ekeren. Ze vernielden ramen en stichtten tweemaal brand. De politie kon acht jonge verdachten arresteren.
Het begon op 26maart, toen verschillende ruiten werden ingegooid aan het Koninklijk Atheneum van Ekeren. ‘Er werd ook een laptop gestolen en een aantal vuilnisbakken leeggegooid op de speelplaats', zegt opvoeder Luc Lauriks.
‘We hebben regelmatig te maken met vlagen van vandalisme in de school. Het probleem is dat onze school heel afgelegen ligt. Je kan hier doen wat je wil. We hebben wel een alarm, maar dat kunnen we niet laten aanstaan omdat vleermuizen het telkens opnieuw laten afgaan. De buren worden er horendol van.'
Ondertussen had de bende zijn werkterrein uitgebreid naar andere scholen. Tijdens de nacht van 29 op 30maart was het prijs bij campus Lambertus van het Moretus Katholiek Onderwijscentrum Ekeren. ‘Ze zijn binnengeraakt via een dakraam en via een klaslokaal tot in de leraarskamer geraakt', legt financieel directeur Frans Roggen uit. ‘Daar hebben ze een computer meegepakt, maar die hebben ze later laten staan. Ze hebben zelfs hun behoefte gedaan in de leraarskamer.'
Brandstichting
De directie lichtte de politie in, maar besteedde verder niet teveel aandacht aan het voorval. ‘We hadden beter moeten weten, want de daders zijn nog twee keer teruggekomen', zegt Roggen. De derde keer, tijdens de nacht van 7 op 8april, was het pas echt raak. De vandalen trapten verschillende deuren aan splinters, gooiden bureaus overhoop, goten limonade over de vloer en stichtten brand in de refter.
‘Toen we de deur kwamen openmaken, hing er nog rook in de refter en stonden de deuren naar de theaterzaal open. De gordijnen waren helemaal opgebrand', zegt technicus Marcel Mathyssen.
Ook in de Sint-Vincentschool aan de Leugenberg waren vandalen aan het werk.
De daders liepen pas tegen de lamp toen ze donderdagmiddag terugkeerden naar het Atheneum om er opnieuw ramen in te gooien. Na een tip van buren kon de politie acht minderjarigen oppakken aan de Veltwijcklaan, allemaal tussen 13 en 15jaar. Een aantal jongeren bekende de vernielingen aan het Atheneum, maar ontkende iets te maken te hebben met de andere vandalenstreken.
Afsluiten jeugdconcessie voor Chiro Ekeren Donk te Ekeren
College van burgemeester en schepenen beraadslaging/proces verbaal
Samenstelling: de heer Patrick Janssens, burgemeester; de heren Robert Voorhamme, Philip Heylen, Ludo Van Campenhout, mevrouw Leen Verbist, de heren Marc Van Peel; Luc Bungeneers, Guy Lauwers, mevrouw Monica De Coninck, schepenen; de heer Roel Verhaert, stadssecretaris.
Zitting van vrijdag 2 april 2010 Iedereen aanwezig. collegebesluit: 4112 van vrijdag 2 april 2010
Cultuur Sport & Jeugd A-Punt
1 Jeugd. Afsluiten jeugdconcessie voor Chiro Ekeren Donk te Ekeren. Goedkeuring. Concretisering beleidsrichtlijn (Jaarnummer 4112) Agendapunt, gemeenteraad, open, 15/12/2008, jaarnummer 2152; Agendapunt, college, gewone zitting, 6/03/2009, jaarnummer 3041 Auteur: Dominique Baguet Motivering Voorgeschiedenis Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 24 februari 1986 de 1ste en 2de verdieping van het eigendom gelegen te 2180 Ekeren, Prinshoeveweg 21 in huur te verlenen aan de Parochiale Jeugdwerken. Het gebruik wordt van maand tot maand toegestaan tegen een jaarlijkse basisvergoeding van 29,74 EUR (jaarlijks indexeerbaar). De ruimtes worden door de Parochiale Jeugdwerken ter beschikking gesteld aan de Chiro Ekeren Donk. Chiro Ekeren Donk beschikt momenteel over 2 verschillende lokalen, verbonden door middel van een tuin. Lokaal "Nobele Donk", Jozef Ickxstraat 10, 2180 Ekeren is eigendom van de Dekenij (Bisdom). Lokaal "Oude Pastorij, Prinshoeveweg 21, 2180 Ekeren is eigendom van de stad Antwerpen en behoort tot het niet financieel patrimonium. In zitting van 15 december 2008, jaarnummer 2152 keurde de gemeenteraad het jeugdconcessiereglement goed. Het reglement bepaalt de voorwaarden waaronder voortaan stadspatrimonium in concessie wordt verleend aan jeugdverenigingen en jeugdorganisaties. Het college besliste in zitting van 6 maart 2009, jaarnummer 3041 over het plan van aanpak voor het meten van de conditiestaat van gebouwen in gebruik door derden via concessies. Feiten en context De lokalen van de Nobele Donk zijn veel te klein om de volledige groep te huisvesten, vandaar dat men al jaren aan het zoeken is naar alternatieven en dat de chiro tijdelijk plek heeft gevonden op de 1e en 2e verdieping van de Oude Pastorij, Prinshoeveweg 21, 2180 Ekeren. In augustus 2008 verhuisde het knutselatelier van de jeugddienst van Ekeren van de Oude Pastorij naar een gerenoveerd lokaal achter de bibliotheek van Mariaburg. Sindsdien is de benedenverdieping vrij en heeft chiro Ekeren Donk reeds een concessie aangevraagd om ook deze benedenverdieping te mogen gebruiken. In het najaar van 2009 gaf patrimoniumonderhoud de goedkeuring aan Chiro Ekeren Donk om gebruik te kunnen maken van de benedenverdieping. In ruil daarvoor werd de zolder volledig ontruimd en de toegang naar de zolder werd afgesloten omwille van veiligheidsredenen. Aangezien dit een tijdelijke oplossing is, moest de bestaande concessie niet aangepast worden. De quickscan, uitgevoerd in opdracht van de dienst patrimoniumonderhoud, toont aan dat de investeringen die nodig zijn om het gebouw in de gewenste conditiestaat te brengen, niet in verhouding staan tot het huidige gebruik. Het gebouw van de Oude Pastorij is momenteel in zo'n slechte staat dat verschillende stedelijke diensten zich zorgen maken over de veiligheid van de kinderen en jongeren. Het is dus absoluut noodzakelijk om zo snel mogelijk een structurele oplossing te vinden voor chiro Ekeren Donk. Chiro Ekeren Donk is op zoek naar een andere locatie om nieuwe lokalen te bouwen zodat hun volledige vereniging samen op één locatie zit. Om het voortbestaan van de vereniging niet te hypothekeren moet deze nieuwe locatie zich bevinden in de wijk Ekeren Donk. De mogelijkheden in deze wijk zijn echter beperkt. Na grondige voorstudie gaat de voorkeur van Chiro Ekeren Donk uit naar de grond gelegen Bist 41A, 2180 Ekeren. De totale oppervlakte van het perceel bedraagt 8 281 m². Deze grond staat ingekleurd als zone voor dagrecreatie. De vorige gebruikers, de dienst groen en begraafplaatsen van de bedrijfseenheid stads- en buurtonderhoud van de stad Antwerpen, heeft deze locatie in maart 2010 verlaten omdat hun activiteiten niet in overeenstemming zijn met de bestemming van de grond. De containers en de serre die op dit moment op deze grond staan, zijn niet vergund en zullen op termijn moeten worden verwijderd. De quickscan van de containers, uitgevoerd in opdracht van patrimoniumonderhoud, toont aan dat er een aantal veiligheidswerken uitgevoerd moeten worden. De kosten van deze veiligheidswerken worden geraamd op 8 000, EUR inclusief BTW. Chiro Ekeren Donk wenst op deze locatie op korte termijn nieuwe lokalen te bouwen. Naar aanleiding van deze investering verzoekt Chiro Ekeren Donk om een overeenkomst te krijgen voor een periode langer dan 9 jaar. Tevens vraagt Chiro Ekeren Donk om de containers tijdelijk te mogen gebruiken, tot de nieuwbouw gerealiseerd is, zodat het gebouw de Oude Pastorij onmiddellijk kan worden verlaten. Voor het uitvoeren van de nodige veiligheidswerken aan de containers kan Chiro Donk beroep doen op infrastructuursubsidies van de stad. Stad Antwerpen heeft de opdracht gegeven aan stadsontwikkeling om een intekeningsplan te maken van de hele site Hof De Bist. De lokalen van Chiro Ekeren Donk moeten hierin een plek krijgen. Momenteel heeft de jeugdvereniging subsidies ter waarde van 20 000,00 EUR toegekend gekregen van de Afdeling Jeugd van de Vlaamse administratie in het kader van eenmalige infrastructuurwerken aan verenigingslokalen. De toegekende middelen staan wel nog op de piste om de lokalen van de Nobele Donk te verbouwen, maar de onderhandelingen zijn bezig om deze middelen te mogen aanwenden voor de nieuwbouw in Hof De Bist. Juridische grond Volgens artikel 43 §2, 12° is de gemeenteraad bevoegd voor daden van beschikking met betrekking tot onroerende goederen. Volgens het Agentschap van Binnenlands Bestuur (Vlaamse administratie) wordt een concessie met een duurtijd van meer dan 9 jaar beschouwd als een daad van beschikking. Advies AG Vespa adviseert gunstig mits aan volgende voorwaarden wordt voldaan: • de grond wordt in concessie verleend voor het bouwen van een nieuwe lokaal; • de gebruiker is een jaarlijkse vergoeding gelijk aan 100,00 EUR (jaarlijks indexeerbaar) verschuldigd. Deze vergoeding werd bepaald op basis van de forfaitaire tarieven, vastgesteld in de gemeenteraadsbeslissing van 15 december 2008; • de gebruiker staat zelf in voor alle eventuele vergunningen in verband met het gebruik van de grond en de oprichting van een nieuwe constructie; • bij het einde van het gebruik moet de constructie en aanhorigheden in goede staat van onderhoud en herstelling gratis ter beschikking van de stad Antwerpen worden gesteld, die er alsdan het eigendomsrecht van bekomt; Stadsontwikkeling adviseert gunstig mits rekening wordt gehouden met volgende voorwaarden: • de toegankelijkheid van het park en de groendienst via de servitudeweg tussen het park en de Bist moet gegarandeerd blijven; • de servitudeweg mag slechts gebruikt worden voor laden en lossen van materiaal en niet voor het afzetten van kinderen. Patrimoniumonderhoud adviseert : • dat de Chiro het stadsgebouw aan de Prinshoeveweg 21 zo snel mogelijk verlaat omwille van veiligheidsredenen. Het nieuwe werkjaar van de Chiro (start in september 2010) kan niet meer opgestart worden in de Prinshoeveweg 21. De Chiro moet het gebouw dus voor die tijd verlaten. • gunstig op het verlenen van een langdurende concessie aan de Chiro op een deel van de grond gelegen aan de Bist 4 A te Ekeren. Patrimoniumonderhoud merkt op dat : • de voorgestelde 2000 m² groter is dan nodig. • de tijdelijke concessie voor het gebruik van de containers pas verleend kan worden nadat de noodzakelijke veiligheidswerken voortvloeiend uit de conditiestaatmeting (verzwaring hoofdkast en vernieuwing verdeelkast, luchtextractie sanitaire installatie, brandbeveiliging) uitgevoerd zijn.
Argumentatie Dit initiatief kadert binnen de strategische doelstelling CS12 "Antwerpen is een kinder- en jongerenmetropool. Kinderen, tieners en jongeren hebben voldoende ruimte in de stad", meer bepaald binnen de nagestreefde doelstelling ND02 "tegen eind 2012 zijn alle lokalen van de erkende jeugdverenigingen veilig", waaronder de operationele doelstelling OD01 "Tegen eind 2011 zijn alle jeugdwerklokalen van de erkende jeugdverenigingen bezocht, zijn alle nodige onderhouds- en herstellingswerken geïnventariseerd en verbeteringstrajecten uitgewerkt en de subsidiëring wordt hierop afgestemd", valt (CS12_ND02_OD01). Het opmaken van jeugdconcessies voor alle verenigingen die gebruik maken van een gebouw en/of grond eigendom van de stad valt ook onder CS12_ND02_OD01. De stedelijke jeugddienst stelt voor de grond voor een termijn van 45 jaar in concessie te verlenen. Het tijdelijk ter beschikking stellen van de containers maakt het mogelijk om het gebouw de Oude Pastorij onmiddellijk te verlaten. Financiële gevolgen Vanaf ingang van de nieuwe concessieovereenkomst wordt de huidige jaarlijkse vergoeding van 44,87 EUR voor het gebruik van de oude pastorij, Prinshoeveweg 21, 2180 Ekeren, niet meer aangerekend aan parochiale werken Donk. Vanaf ingang van de nieuwe concessieovereenkomst wordt er jaarlijks 100,00 EUR (jaarlijks indexeren tot een maximum van 300,00 EUR) door AG Vespa aangerekend aan Chiro Ekeren Donk, Nobele Donk, Jozef Ickxstraat 10, 2180 Ekeren. Besluit Artikel 1 Het college beslist aan de gemeenteraad voor te stellen om een gedeelte van de grond, gelegen te Bist 41A, 2180 Ekeren, in de wijk Donk, circa 2000 m² en op het kadaster gekend onder, Antwerpen 35 sectie F 238 h, voor een duurtijd van 45 jaar in concessie te geven aan Chiro Ekeren Donk. Artikel 2 Het college beslist om, de containers gelegen te Bist 41 A, 2180 Ekeren tijdelijk ter beschikking te stellen aan Chiro Ekeren Donk, op voorwaarde dat de nodige veiligheidswerken worden uitgevoerd. Artikel 3 Het college beslist de serre, gelegen op de grond, op het kadaster gekend onder: Antwerpen 35 sectie F 238 h, op eigen kosten af te laten breken door Stads- en Buurtonderhoud. Artikel 4 Het college geeft opdracht aan: Dienst Taak AG Vespa Afsluiten van de jeugdconcessie
AG Vespa Afsluiten van een overeenkomst voor tijdelijk gebruik voor de containers
Stads- en Buurtonderhoud Verwijderen van de serre Artikel 5 Dit besluit heeft in principe voor de stad geen financiële gevolgen.
College van burgemeester en schepenen beraadslaging/proces verbaal Samenstelling: de heer Patrick Janssens, burgemeester; de heren Robert Voorhamme, Philip Heylen, Ludo Van Campenhout, mevrouw Leen Verbist, de heren Marc Van Peel; Luc Bungeneers, Guy Lauwers, mevrouw Monica De Coninck, schepenen; de heer Roel Verhaert, stadssecretaris. Zitting van vrijdag 2 april 2010 Iedereen aanwezig. collegebesluit: 3698 van vrijdag 2 april 2010
Stadsontwikkeling B-Punt 31 District Ekeren. Poorthoflaan. Aanpassing verkeerssignalisatie. Advies. Goedkeuring. (Jaarnummer 3698) Agendapunt, college, gewone zitting, 9/02/2007, jaarnummer 1653 Auteur: Carl Goossens Motivering Voorgeschiedenis Het aanvullend reglement met betrekking tot de politie van het wegverkeer voor de Poorthoflaan in het district Ekeren, werd op 1 maart 2010 (jaarnummer 336) door de gemeenteraad goedgekeurd. De Poorthoflaan maakt deel uit van de wijk Konijnenberg waar het parkeren beperkt wordt tot voertuigen met een maximale toegelaten massa van niet meer dan 3,50 ton. In de Poorthoflaan, geldt de reglementering op het parkeren met beperkte parkeertijd op de stadswegen met het oog op het betalend - en bewonersparkeren enerzijds, het residentieel parkeren met parkeerschijf en bewonerskaart anderzijds. Feiten en context De te reglementeren openbare weg behoort tot het beheer van de stad. Het huidige aanvullend reglement werd foutief geagendeerd in de gemeenteraad van 1 maart 2010. Artikel 4 dient verwijderd te worden. Bijgevolg wordt dit agendapunt opnieuw eerst geagendeerd voor het college. Juridische grond Er dient rekening gehouden te worden met: 1 de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie van het wegverkeer; 2 het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement betreffende de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg; 3 het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald; 4 het ministerieel rondschrijven van 14 november 1977 betreffende de aanvullende reglementen en de plaatsing van de verkeerstekens; 5 volgens artikels 42§3 en 43§2 van het gemeentedecreet is enkel de gemeenteraad bevoegd voor het vaststellen van de gemeentelijke reglementen; 6 de gemeenteraadsbeslissingen van 20 maart 2000 (jaarnummer 619) en 21 oktober 2002 (jaarnummer 2307) waarbij de districtsbesturen bevoegd zijn tot het verlenen van advies inzake lokaal verkeersbeleid. Indien het stadsbestuur deze adviezen niet opvolgt, dient de beslissing uitdrukkelijk gemotiveerd te worden. Advies Het gemeentelijke autonoom parkeerbedrijf Antwerpen heeft wat het parkeren betreft geen bezwaar - advies van 12 oktober 2009. De verkeerspolitie heeft vanuit veiligheidsoogpunt geen opmerkingen op het voorstel tot opmaak van het aanvullend reglement voor de Poorthoflaan - advies van 21 oktober 2009. De districtsraad gaf op 14 december 2009 (jaarnummer 1539) gunstig advies. Argumentatie Voor de Poorthoflaan bestaat er een aanvullend reglement met betrekking tot de politie van het wegverkeer, dat echter niet langer voldoet aan de actuele verkeerssituatie. Stadsontwikkeling, beleid, mobiliteit en verkeer stelt voor een aanvullend verkeersreglement op te stellen aangepast aan de huidige verkeerssituatie. Stop- of parkeerbalans blijft ongewijzigd. Financiële gevolgen Het bedrijf stadsontwikkeling zal de nodige signalisatie zelf plaatsen met materiaal uit eigen voorraad. Er zijn dus geen rechtstreekse financiële gevolgen. Besluit Artikel 1 Het college beslist de gemeenteraad voor te stellen om het aanvullend verkeersreglement met betrekking tot de politie van het wegverkeer voor de Poorthoflaan in het district Ekeren, goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 1 maart 2010 (jaarnummer 336), op te heffen en te vervangen door: Art. 1.- Naast de verhoogde inrichting ter hoogte van het kruispunt met de Prinshoeveweg wordt langs de even zijde een gedeelte van de openbare weg voorbehouden voor voetgangers, fietsers en bestuurders van tweewielige bromfietsen klasse A. Het verkeersbord D9 wordt aangebracht. Art. 2.- Het parkeren wordt verboden: - langs de even zijde: vanaf de scheiding van de nummers 94 en 96 tot de scheiding van de nummers 84 en 86; vanaf de scheiding van de nummers 58 en 60 tot de scheiding van de nummers 50 en 52; - langs de oneven zijde: vanaf de scheiding van de nummers 31 en 33 tot de scheiding van de nummers 39 en 41; vanaf de scheiding van de nummers 69 en 71 tot de scheiding van de nummers 77 en 79. De verkeersborden E1 worden aangebracht. Art. 3.- Een oversteekplaats voor voetgangers wordt gemarkeerd door witte banden, evenwijdig met de as van de rijbaan, ter hoogte van het kruispunt met de Leerhoeklaan. Art. 4.- De bestaande verkeerssignalisatie blijft van kracht tot de bekendmaking van onderhavig reglement. Artikel 2 Dit besluit heeft in principe voor de stad geen financiële gevolgen.
U had toch niet gedacht dat met het zogenaamde 'dubbelbesluit' van de Vlaamse regering het feuilleton van de Oosterweel zou stoppen? Nee hoor, dat langverwachte en belangrijke politieke compromis van vorige week was vooral een cliffhanger op weg naar de volgende spannende episode van de soap.
Ruim een week nadat Kris Peeters heeft bekendgemaakt dat zijn regering er helemaal uit was, kondigen de actiegroepen Ademloos en stRaten-generaal in deze krant aan dat ze het er niet bij laten. Volgens hen is het nieuwe Masterplan van de regering niet goed genoeg, omdat het te weinig verkeersstromen van de stad Antwerpen weghoudt, het 'natuurlijk tracé' van BAM bestendigt en op de linkeroever van de Schelde een situatie creeert die door Ademloos-voorzitter Wim van Hees wordt omschreven als "pure horror".
De actiegroepen geven de voorkeur aan het Meccano-plan van Forum 2020 (alias de Groep van Tien), dat de verkeersknoop wil ontwarren met een noordelijke bypass en twee 'bretellen' ten westen en oosten van de stad. Het is ook logisch dat ze dat doen, want met name stRaten-generaal heeft er intensief aan meegewerkt.
Waarom duiken die lastige Antwerpse bloedhonden niet terug in hun mand, nu er eindelijk een politiek compromis is bereikt en Vlaanderen verder kan met zijn leven? Tja, waarom zouden ze dat doen? Ze denken dat ze een beter idee hebben, en als actievoerders is het hun goed recht dat ze maling hebben aan de politieke dynamiek.
De actiegroepen kunnen het de politici nog knap lastig gaan maken. Zo eisen ze inzage in de documenten waarop de regering zich heeft gebaseerd om haar beslissing te nemen en het Meccano-plan als niet haalbaar af te doen. De actievoerders hebben dat recht, op grond van de wet op de openbaarheid van bestuur. Maar voorlopig blijft het stil in de kabinetten van de regering. Wij vinden dat die snel openheid van zaken moet geven.
In elk geval zijn Ademloos en stRaten-generaal van plan om de komende maanden de druk op de politiek hoog te houden. De regering zal niet de kans krijgen om de T102, de tunnel tussen Ekeren en Wommelgem, voor zich uit te schuiven. Ze zal ook met een goed verhaal moeten komen over haar plannen in het Waasland. En CD&V en N-VA zullen zeker alle kleuren van de regenboog zien wanneer ze over drie maanden alsnog proberen om Patrick Janssens de Lange Wapper door zijn strot te duwen.
Actiegroepen Oosterweel schieten voorstel regering af
Bron : GVA 06:00
De actiegroepen Ademloos en stRaten-generaal leggen zich niet neer bij het 'dubbelbesluit' over de Oosterweel van de Vlaamse regering, waarbij de Lange Wapper niet helemaal uitgesloten wordt. Zij kondigen aan hun strijd voort te zetten. Een week na het zogenaamde dubbelbesluit van de regering-Peeters - de vierde Scheldekruising wordt een tunnel, maar als dat niet kan komt er toch een brug - kondigen de actiegroepen aan dat ze hun verzet voortzetten.
"Dit politieke compromis staat ver van het algemeen belang", vindt Peter Verhaeghe van stRaten-generaal. "Het verkeer wordt niet van Antwerpen ?? weggehouden. Daarom willen wij alle documenten zien waaruit zou moeten blijken dat het Meccanoplan van Forum 2020 niet mogelijk is." Dat plan bevat twee 'bretellen' en een noordelijke bypass om de Ring rond te maken.
Pure horror
"De Lange Wapper is de pest voor Antwerpen", vindt Ademloos-voorzitter Wim van Hees. "En het dubbelbesluit zegt: als een tunnel niet kan, dan gaan we voor de pest. Ook de situatie op Linkeroever is pure horror, met acht bouwwerven en honderd hectare gekapt bos."
Christian Leysen, een van de initiatiefnemers van Forum 2020, is iets voorzichtiger: "Wij bepalen onze positie pas na de paasvakantie. Zelf vind ik deze beslissing een overwinning voor de stadsontwikkeling van Antwerpen, maar qua mobiliteit zijn we er nog niet."
Een oplossing voor het verkeerprobleem in Antwerpen: wat een week lang het hoofdpunt van het nieuws moest worden is snel overschaduwd. Met dank aan Olivier Mangain en de Duitse bezetters, Kim De Ghelder die tegen zijn boterhammen praat en een lezing van Benno Barnard die uit de hand loopt.
Toch verdient de keuze van de Vlaamse regering nog enkele beschouwingen. Vooreerst is het uiteindelijke verdict van onze bestuurders dat er een tunnel komt of dat er een brug komt als de tunnel toch niet zou kunnen. Eindelijk is de knoop dus met ferme hand doorgehakt : wat we zelf beslissen, beslissen we beter. Het masterplan 2020 gaat echter over veel meer dan over een derde Scheldekruising. Naast het sluiten van de ring staan een pak maatregelen in voor nieuwe tram- en buslijnen, voor fietsers en voetgangers, voor binnenscheepvaart en zelfs voor pleziervaart. Voor elk wat wils dus.
En dan de trots in de ogen van Kris Peeters bij de aankondiging van zijn langetermijnvisie. Een project dat vooruitkijkt tot zegge en schrijve 2020! Als dat geen langetermijndenken is. Bij de indianen worden belangrijke beslissingen afgewogen volgens de impact die ze in de toekomst zullen hebben voor de volgende zeven generaties. In Vlaanderen denken we al tien jaar vooruit.
Het hele plan is gebaseerd op een blijvende groei van wegverkeer. Een toename van het aantal wagens met zo'n 30 % en een groei van het aantal tonkilometer van 60% tegen 2030. Als dat je uitgangspunten zijn dan is de enige mogelijk oplossing meer beton - zij het in de lucht of onder de grond.
Blijkbaar wordt er in het fameuze masterplan geen rekening mee gehouden dat olieprijzen zonder twijfel flink zullen stijgen. Het is zeer twijfelachtig dat agrobrandstoffen of elektrische auto's de gigantische input van olie in transport zullen kunnen opvangen. Hebben de plannenmakers niet door dat we op de drempel staan van een gedwongen herlokalisatie? Dat er onvermijdelijk een einde zal komen aan het huidige patroon waarbij alles wat niet te heet of te zwaar is de wereld rond wordt gereden of gevlogen?
Er zijn trouwens nog heel wat andere factoren die roet in het eten kunnen gooien en de verwachte scenario's op hun kop kunnen zetten. Maar als je denkt vanuit een starre set veronderstellingen en met een tijdshorizon van tien jaar dan krijg je natuurlijk een business as usual uitkomst. Het zou wel eens kunnen dat de realiteit er helemaal anders uitziet nog voor het Masterplan is uitgevoerd.
Het plan zal naar schatting 5 miljard euro kosten. In oude Belgische frank: 200 miljard dus. En zoals dit gaat met dat soort projecten: het wordt ongetwijfeld nog een stuk duurder. Meer dan 5 miljard euro om de infrastructuur zo aan te passen dat er nog meer verkeer wordt aangetrokken.
Stel je voor dat je dit bedrag kan gebruiken om de transitie te maken naar een hele andere mobiliteitsmix. Als je weet dat de Lijn het moet doen met een investeringsbudget van 180 miljoen euro per jaar en voor fietspaden jaarlijks ongeveer 60 miljoen euro wordt uitgetrokken, dan kan er veel met 5 miljard euro. Daarmee kan je een nieuw vervoersysteem uitbouwen met een netwerk van interlokale snelbussen, voorstedelijke treinnetwerken, lightrails en trolley's.
Daarnaast kan je fietssnelwegen en een fijnmazig netwerk van deelauto's voorzien. Treinen en binnenvaart kunnen het aantal vrachtwagens doen verminderen. In combinatie met een andere ruimtelijk ordening en het decentraal organiseren van werkplekken krijg je een heel ander plaatje. Alleen komt dat soort ideeën niet aan bod in alle studies die we tot hiertoe gezien hebben.
Oja, tot slot nog een gokje over de afloop van de huidige Oosterweel-episode. Vlak voor de zomer zal uit een studie blijken dat het toch niet mogelijk is een tunnel te maken, want dit zal langer duren én meer kosten. Dus gaat de Vlaamse regering zonder omzien voor de keuze van de Lange Wapper brug. Wat dan weer aanleiding zal geven tot een hoop protest, juridische procedures en gerommel in de Vlaamse regering.
Daarom zal uiteindelijk Jean-Luc Dehaene (die net het BHV probleem heeft opgelost) gevraagd worden om een nieuw compromis te bedenken. Jean-Luc begint dan met discrete gesprekken en belooft tegen Kerstmis met een oplossing te komen. Waarna hij beslist dat Kerstmis eigenlijk twee weken later valt dan normaal. Gelukkig komt er dan een nieuw schandaal over pedofiel priesters en kan het dossier weer even in de koelkast . Sic Transit Gloria Mundi.
Dirk Van Mechelen (Open Vld) heeft tien vragen voor Kris Peeters over de haalbaarheid van de Oosterweeltunnel. Van Mechelen is ondervoorzitter van het Vlaams Parlement. Hij was tot 2009 Vlaams minister van Financiën en Begroting en Ruimtelijke Ordening, en in die hoedanigheid de belangrijkste verdediger van het Natuurlijk Tracé met de Lange Wapperbrug. De Vlaamse regering wil een tunnel in plaats van een brug om de Antwerpse ring te sluiten. Volgens Van Mechelen hangt het nieuwe plan met haken en ogen aan elkaar.
Over één aspect wordt in alle talen gezwegen bij de voorgestelde plannen: de kostprijs en hoe alles zal worden betaald. Kunnen alle bijkomende investeringen gefinancierd worden door tolheffing? Wellicht niet
Op 13 januari 2010 verstuurde minister-president Kris Peeters een persbericht waarin hij waarschuwde voor een rampscenario als de Raad van State de plannen voor de Oosterweelverbinding (i.c. het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan) zou vernietigen. Peeters had het over dreigende schadeclaims, jaren vertraging, politieke afrekeningen. Hij stelde zelfs dat de Lange Wapper staat of valt met het arrest van de Raad van State. De Raad van State vernietigde de plannen uiteindelijk niet. Rampscenario afgewend, zou je denken.
Tot nog geen 2,5 maanden later de Vlaamse regering op initiatief van Peeters de plannen wijzigt en in plaats van een brug een tunnel wil bouwen. Voor de zomer van 2010 moet alles duidelijk zijn. Geen sprake meer van rampscenario's, dreigende schadeclaims, jaren vertraging, politieke afrekeningen. Volgens de Vlaamse regering zijn er alleen winnaars in dit dossier.
Maar is dat wel zo? Wat besliste de Vlaamse regering uiteindelijk, en wat zijn de consequenties? Iedereen lijkt ervan overtuigd dat de "tunnelvisie" tijdig en binnen de voorziene budgetten gerealiseerd zal kunnen worden. Voor mij roept die beslissing meer vragen op dan dat ze er beantwoordt. Bovendien lijkt men toch wel voorbij te gaan aan diverse randvoorwaarden.
De meeste vragen die ik mij stel, hebben betrekking op de aspecten tijd en geld. Voor de Lange Wapper was alles ruimtelijk en financieel geregeld om nu van start te gaan en tegen 2015 alles gebouwd te hebben. Voor de tunnel is dat geenszins het geval. Zelfs 2020 is wel heel optimistisch.
1. Wat met de ruimtelijke randvoorwaarden? Die worden beschreven in het Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan. In het goedgekeurde plan staan de ruimtelijke voorwaarden voor een tunnel onder de Schelde en voor een viaduct. Het viaduct gewoon vervangen door een tunnel gaat niet. Daarvoor moet een nieuw GRUP worden opgemaakt. Dat vraagt al gauw 3 à 4 jaar, ook omdat er een nieuwe milieu-evaluatie met specifieke aandachtspunten moet gebeuren. Kortom, er moet een nieuw plan-MER en project-MER worden opgemaakt.
2. Wat met het grondverzet? Als men een tunnel boort, wordt er veel grond naar boven gehaald. Men kan die niet meer, zoals vroeger met de mijnterrils gebeurde, zomaar in de omgeving opstapelen. Vooraleer met de werken wordt gestart, moet duidelijk zijn waar men hiermee naar toe kan. Ruw geschat zal er 500.000 kubieke meter grond worden verplaatst, goed voor een rij vrachtwagens van aan het Sportpaleis tot op de Grote Markt in Brussel. Ook over andere milieuaspecten wordt met geen woord gerept. Wat met de milieusanering van het vervuilde Lobroekdok? Tot nog toe gebeurde die niet, juist omdat het zo veel zou kosten. 3. Wat met het historisch bodemarchief? Antwerpen is een historische stad. Veel van die geschiedenis bevindt zich onder de grond. Bouwen van een tunnel betekent dat het bodemarchief verloren gaat. Daarom moet het wetenschappelijk in kaart worden gebracht. Wie even denkt aan fase 1 van de aanleg van de Leien weet meteen dat dit voor het ganse tunneltracé een werk van lange adem zal zijn. Uiteraard zullen ook de kosten navenant zijn.
4. Waar bevindt zich de "Europese tunnelautoriteit", waar Kris Peeters dinsdag naar verwees? De Europese tunnelautoriteit aan wie de plannen zullen worden voorgelegd, bestaat niet. Er is een Europese tunnelrichtlijn (Richtlijn 2004/EC/54) waarin aspecten van veiligheid en dergelijke worden vastgelegd. De lidstaten zelf moeten die omzetten in wetgeving. Het zal dus niet de Europese Commissie zijn die hierover beslist, noch haar administratie. De administratie Verkeersveiligheid van Europa zal er wel op toezien dat alles conform de richtlijn gebeurt, maar dat is iets totaal anders. Beroep doen op een externe autoriteit dan maar. Hoe geloofwaardig en objectief is dat, aangezien zowat elk gespecialiseerd bureau al betrokken is geweest bij de Lange Wapperstudies?
5. Hoe nieuw is het tunneltracé? Als we de Vlaamse regering mogen geloven, heeft ze het ei van Columbus gevonden. Niets is minder waar. Zowel in de Horvathstudie als in die van Arup/Sum komt dit tracé al voor. Bij Arup/Sum wordt het de "Royersluis Tunnel-variant" genoemd. Hierover wordt op p. 228 van de studie gezegd dat er aanzienlijk meer impact zal zijn op het gebied wegens de zeer complexe, uitgebreide en in volume grotere en zwaardere constructiemethodiek, de veel grotere materieel- en materiaalbewegingen en het afvoeren van meer uitgegraven grond afkomstig van de graafwerkzaamheden. Daarnaast zal het graven van een tunnel volgens de bouwputmethode in de zone van het Eilandje een zware technische uitdaging zijn.
6. Wie zal de tunnel bouwen? De Vlaamse regering denkt eraan om de opdracht aan Noriant voor het bouwen van de Lange Wapper om te zetten naar die voor de aanleg van een tunnel. Juridisch is dat onmogelijk. Het maakt de weg vrij voor allerlei procedures bij de Raad van State en andere instanties. Als Noriant de brug niet mag bouwen, zal het ongetwijfeld een fikse schadevergoeding eisen.
Als de tunnel gebouwd moet worden, zal opnieuw een openbare aanbesteding georganiseerd moeten worden, zowel voor de aanleg als voor de financiering. Dat dit niet snel rond zal zijn, is evident. Intussen zijn jaren verloren gegaan. De prijzen zijn niet gedaald, integendeel. Hoe langer men wacht om te beginnen, hoe hoger de kostprijs zal oplopen. En wat met BAM en de middelen die de Vlaamse regering daaraan heeft gespendeerd?
7. Wie zal de plannen maken, en is de bouw van zo'n tunnel technisch wel haalbaar? Tot nu toe heeft de Beheersmaatschappij Antwerpen Mobiel de plannen gemaakt voor de Oosterweelverbinding. Tijdens de hele voorbereiding van het dossier hebben zij uiteraard zeer veel expertise opgedaan. Volgens Patrick Janssens zal het niet de BAM zijn die de haalbaarheid van de tunnel zal toetsen, maar de TV SAM (Studiegroep Antwerpen Mobiel). Janssens wijst ook op de expertise van Eurostation bij het bouwen van de tunnel onder het Centraal Station. Maar de ene tunnel is de andere niet.
Bijvoorbeeld de ondergrond voor de aanleg van de tunnel onder het Centraal Station is totaal anders dan die van de 4 tunnels die men nu wil gaan bouwen. Ook andere elementen zijn relevant: wil men op de 4 plaatsen tegelijk werken (sneller, maar zeer veel overlast) of eerder tunnel per tunnel (minder overlast tegelijk, maar werken die vele jaren zullen aanslepen). 8. Hoe integraal is het plan? Als we de Vlaamse regering mogen geloven, werden nu alle mobiliteitsaspecten opgelost. Dat klopt niet: voor de tweede spoorontsluiting is niets bekend over het tracé tot Lier of over de manier waarop de capaciteitsuitbreiding van de E313 wordt opgevangen, om er maar enkele te noemen?
9. Wat als het viaduct van Merksem weg is? Iedereen is het erover eens dat het viaduct van Merksem niet tot de mooiste infrastructuur van ons land behoort. Of het daarom zo eenvoudig is om ze weg te halen, zoals men voorstelt, is iets anders. Wanneer zal dat gebeuren en hoe zal men de trafiek stroomlijnen? En wat met de lokale verbindingen die vandaag onder het viaduct lopen. Hoe geraak je van Deurne-Noord naar de rest van Antwerpen?
10. Hoe hoog is de rekening en wie betaalt ze? Over één aspect wordt in alle talen gezwegen bij de voorgestelde planne: de kostprijs en hoe alles betaald zal worden. Kunnen alle bijkomende investeringen gefinancierd worden door tolheffing. Wellicht niet. Alleen al de kostprijs voor de afbraak van het viaduct van Merksem is niet te onderschatten, laat staan de kosten voor alle andere maatregelen.
Eigenaardig op een ogenblik dat de Vlaamse overheid zelfs niet genoeg middelen heeft om alle kinderen naar school te laten gaan of het bestaande wegennetwerk te onderhouden. Laat ons wel wezen: de kostprijs voor alle maatregelen wordt al naargelang de bron tussen 6 en 9 miljard euro geschat, zelfs als de kostprijs van de tunnel binnen de voor de Oosterweelverbinding voorziene vork van 2,3 miljard euro blijft.
Er is nog veel onduidelijkheid over de (niet-)beslissing van de Vlaamse regering over de mobiliteit in en rond Antwerpen. Er moeten nog vele hindernissen genomen worden, zowel over het tijdstip van realisatie als over de financiering. Op een ogenblik dat de Vlaamse overheid iedereen oproept om de tering naar de nering te zetten, zijn we niet gebaat met megalomane plannen die op enkele weken tijd als politiek compromis zijn ontstaan. Tenzij men wil dat in 2020 alles stilstaat.
Jeroen Verelst, Wetstraatredacteur van De Morgen en auteur van 'Een brug te ver? Hoe de Lange Wapper aan het wankelen ging', is niet helemaal zeker dat de Lange Wapper ook écht helemaal dood is.
Politieke achterhoedegevechten rond de Lange Wapper zijn riskant. Wie de brug terug op de agenda zet, kan ze wel eens op zijn eigen kop krijgen
De Vlaamse regering kiest voor een tunnel in plaats van het Lange Wapperviaduct om de Antwerpse ring te sluiten. Tenzij de tunnels onhaalbaar, onbetaalbaar en niet snel realiseerbaar zijn: in dat geval grijpt de regering alsnog terug naar de brug. 'Maar welke politicus durft die Wapper nu nog op de agenda zetten?'
Met zijn vijven zaten ze gisterochtend op de voorstelling van het Oosterweelakkoord te blinken, netjes op een rij: minister-president Kris Peeters (CD&V), zijn vice-minister-presidenten Ingrid Lieten (sp.a) en Geert Bourgeois (N-VA) en de vakministers Hilde Crevits (CD&V) en Philippe Muyters (N-VA). De Vlaamse regering had de gordiaanse knoop in de Oosterweelverbinding bij nacht ontward, bijna 48 uur voor de deadline vanavond zou aflopen. Zeg nu nog eens dat Peeters II geen beslissingen neemt. Geen steigerend paard dat het leiderschap van de minister-president kapot krijgt.
Het akkoord zou geen schoonheidsprijs winnen, daar gingen alle waarnemers van uit. Een dossier dat een regering meer dan een jaar in een houdgreep heeft en tot spontane volkswoede leidt, dat krijg je niet elegant opgelost. Zie B-H-V. Daar dringen kunstgrepen en cosmetisch opknapwerk zich op. Zo ook bij de Oosterweelverbinding. De Vlaamse regering kwam tot een "dubbel besluit". Daarmee gaf Peeters toe, zij het vermoedelijk onbedoeld, dat hij de Oosterweelverbinding nog altijd niet uit de voeten gekregen heeft. In maart 2009 nam hij immers ook al een dubbel besluit, eentje waarmee hij het zichzelf en zijn regering een jaar later nog veel moeilijker maakte. Het hoeft absoluut niet op dezelfde manier af te lopen, maar het dubbel besluit van maandagnacht is potentieel opnieuw bijzonder gevaarlijk. De minister-president speelt met vuur.
Deel één van het dubbel besluit is behoorlijk revolutionair. De Vlaamse regering geeft toe dat de Lange Wapperbrug - tien jaar lang een heilige koe voor een kringetje politici, ingenieurs en aannemers - niet de beste oplossing is voor de mobiliteit en de leefbaarheid in Antwerpen. Ze durft terug te komen op beslist beleid. Uiteraard is er gegeven en genomen, er is bijvoorbeeld niet geraakt aan het tracé van de Oosterweelverbinding, maar de grootste hindernis wordt platgegooid. Maar van afbraakpolitiek is geen sprake. De Lange Wapper wordt niet alleen begraven, hij wordt meteen vervangen door tunnels. Vier stuks. Tenzij...
Gezocht: onafhankelijke studie En daar knelt het schoentje. Er is een fameuze 'maar' ingebouwd in deel twee van Peeters' dubbel besluit. Als de tunnels technisch niet haalbaar blijken, te duur uitvallen of niet snel genoeg kunnen geboord worden, grijpt de Vlaamse regering toch terug naar de Lange Wapper. Niet voor niets een kwelgeest in de Antwerpse legendes, heel erg moeilijk klein te krijgen. De sp.a is er gerust in dat de tunnels de lakmoesproef moeiteloos zullen doorstaan. Anders had Janssens nooit zijn fiat gegeven aan het akkoord dat partijgenote en viceminister-president namens de socialisten onderhandelde.
Misschien zijn Janssens en de zijnen iets té gerust. Want de laatste jaren werd er langs alle mogelijke kanten met cijfers en studies gegoocheld, naargelang de bron waren bruggen en tunnels plots honderden miljoenen euro's duurder of goedkoper. Moraal van het verhaal: probeer in dit dossier nog maar eens een onafhankelijke studie te vinden. Zelfs de mensen van de BAM, die geacht waren om de bevelen van de Vlaamse regering uit te voeren, ontpopten zich tot superlobbyisten. Peeters stond de laatste weken zelf versteld van de batterij experts-met-een-mening.
Komende zomer moet blijken of de tunnelplannen kunnen doorgaan. Het risico bestaat dat dan opnieuw een rondje studies interpreteren losbarst. Voor de sp.a is de vergelijkende test tussen tunnels en brug een detail, de N-VA benadrukt wel heel expliciet dat er vooral "nog geen definitieve beslissing is genomen". Kopman Bart De Wever was gisteren zichtbaar minder gelukkig dan zijn Antwerpse opponent Janssens, die zichzelf ook subtiel als morele overwinnaar presenteerde. Als Peeters niet oppast, zit het spel binnen drie maanden terug op de wagen. De potentiële clash zit in zijn dubbel besluit ingebakken.
Veel zal afhangen van de verhoudingen binnen de Vlaamse regering. Zitten die goed, dan zal geen enkele partij geneigd zijn om het Oosterweeldossier voor de derde keer op de spits te drijven. Dan zal niemand vallen over een paar miljoenen of een paar maanden verschil. Zit er tegen dan een haar in de boter - en met dossiers als B-H-V, het plaatsgebrek in de scholen of de penibele budgettaire situatie is die kans niet denkbeeldig - dan zal N-VA geneigd zijn om de Lange Wapper weer vanonder het stof te halen. En dan wordt Peeters weer gedwongen om kant kiezen.
Vraag is of er nog politieke winst valt te halen uit het doen opflakkeren van de Oosterweeldiscussie. Peeters en zijn ministers waren zichtbaar opgelucht dat ze deel één van het dubbel besluit toch al achter de rug hebben, maar ze zijn niet de enigen. Ook de publieke opinie zit op zijn tandvlees. Politieke achterhoedegevechten rond de Lange Wapper zijn een riskante gok. Wie de brug terug op de agenda zet, kan ze wel eens op zijn eigen kop krijgen. Tenzij het natuurlijk echt zonneklaar zou zijn dat de tunnels onhaalbaar of onbetaalbaar zijn. Blijken ze een betere optie dan de Lange Wapper, of liggen ze in balans: beginnen graven. Het mag zo stilaan afgelopen zijn.