Bellum ita suscipiatur, ut nihil aliud nisi pax quaesita videatur - De oorlog moet zo opgenomen worden, dat niets anders tenzij de vrede schijnt gezocht te worden. Hugo Peregrinus
28-11-2022
Donker
Beste Lezers,
(Ik maak er geen woorden meer aan vuil.)
Gelijk welk onderwerp is beter dan aan dit onderwerp, je weet wel, je tijd te besteden.
Het vrouwenbasketbal is van een ander niveau. Tweemaal winnen met een century score is alleszins, ook tegen een op papier zwakke tegenstander, beter voor de moraal.
Ben gisteren namiddag een toerke gaan stappen, Weert tot overzet driegoten en terug over Tielrode, tegen donker thuis. Allé in deze tijden just als het donker is. Bij regenweer is het al donker tegen vijven.
Tja, de donkere weken zijn er bijna. Gelukkig duurt deze periode niet te lang en tegen half januari keert het tij. (De overzet bracht me naar de overkant, ik was één van de twee gisteren.)
De huidige generatie spreekt niet meer over de -donkere zes weken-. Een overvloed van elektrisch licht, zowel buiten als binnen, heeft de ongemakken en de onzekerheid van de duisternis uitgebannen.
Het verband met de natuur, zoals onze voorouders en veler onder ons in hun jeugd hebben gekend, bestaat niet meer.
Ten tijde dat men zich moest verhelpen met ne quinquet, toen was het wat anders. Met het vallen van de avond moesten de meeste activiteiten worden stopgezet. En men diende ervoor te zorgen dat alles wat men voor het verder verloop van de dag of voor de volgende morgen nodig had, binnen was en dicht bij de hand (kolen en brandhout, eten, water ). Men zorgde ervoor dat men zo weinig mogelijk het woonvertrek moest verlaten, want daarbuiten lag de onzekere duisternis.
Men zag er werkelijk tegen op als men savonds met een walmende kaars of bij het licht van een paar lucifers iets moest halen of zoeken op de voute, in de beste kamer of waar ook.
In die tijd werd er in de leuring, ofte schemertijd, vlug rondgesprongen om nog een en ander te doen vooraleer de volledige duisternis intrad.
De periode van de kortste dagen was een dieptepunt in het leven van de mens.
Late klaar en vrieg donker en alst donker is zij je nauwers beter dan in je bedde. Je zit daar toch en tis verloren vier en keerselicht.
Die periode noemde men de -donkere zes weken- De oudere generatie zal vertellen dat de -donkere zes weken- het tijdvak omsluiten van drie weken vóór Kerstmis, tot drie weken na Kerstmis. In feite is dat niet helemaal juist. De kortste dag van het jaar valt op 21 december en de zes weken met de kortste dagen van het jaar lopen van drie weken vóór 21 december tot drie weken na 21 december, dus van 1 december tot 12 januari. Maar omdat Kerstmis een zeer markante dag was en dicht bij 21 december was gelegen, plaatste men Kerstmis juist te midden van de -donkere zes weken-.
Als klein manneke bij pit en peteren naar thuizeke gaan in den donkere en de kou, best wel spannend. Maar het ging wel vlugger!
Grtjs
Hugo.
Niettemin mogen die gasten vanaf nu wel alles winnen.
Het circus is begonnen. Het land dat 210 miljard investeert om het wereldkampioenschap van een rijkeluis organisatie te organiseren is te gierig om buitenlandse arbeiders een faire vergoeding te geven voor hun arbeid. Terwijl deze mensen niet voor het plezier naar een dergelijk land gaan werken. En niet alleen deze verguisde gastarbeiders (die op hun kop worden gepist) zijn de dupe. Ook hun families delen in de klappen, door de zeer lange periodes van afwezigheid of doordat er een plastiek zak terug komt.
En voor levensverzekeringen was het budget uiteraard te krap.
Om te zwijgen over het feit dat bepaalde afspraken op de valreep worden terug gedraaid. Geen alcohol meer op en rond het stadion is nog te begrijpen. Ik vraag me enkel af of harde kernen of hooligans ook maar enige kans maken om zich te tonen.
De afspraak dat iedereen welkom is draait enigszins anders uit. Sommigen zijn meer welkom dan anderen.
Of helemaal niet!
Het woordje protest ligt ook al bijzonder moeilijk. Zelfs over een armbandje, dat godgeklaagd na lang gezever door de rijkeluis jongetjes zou worden gedragen, valt nu een veto.
En FIFA, de geld machine voor een corrupte bende, volgt weeral gedwee. Maar wat kan je verwachten van een organisatie waar gewetenloze managers de plak zwaaien. Als een voorzitter zich de vriend van die Russische tsaar noemt, niks aan toe te voegen.
t Is niet aan ons. Niet aan ons geliefde staatshoofd of zijn vertegenwoordiger. ER zou eigenlijk geen enkele Belg naar Q mogen, voor gelijk welke reden ook. Geld smeert niet alles!
Ik vraag me af wat Flup zijn dochter er van vindt. Of komt het nieuws niet tot op de elitaire school in Great Old England. Zou kunnen.
Dit stukje over het wereld circus sluit ik af met een zin van Jan Van Rompaey uit de krant van zaterdag ll.
Met hoevelen zouden ze zijn, de weerlozen die door toedoen van de onzichtbare machthebbers,
ver weg, in hun ongeluk worden gestort?-
Kijken of niet? Het zou mooi zijn indien dit World Game tot de essentie zou worden terug gebracht. Eenvoudige gedachten voor een eenvoudig spelletje.
Vandaag zijn er ook eenvoudige dingen die een mens weleens gelukkig kunnen maken, al is het zeer materieel. Een groene kaart voor een oude wagen.
Minder gelukkig met:
Afscheid nemen van Marie-Thérèse Raemdonck, weduwe van André Brijs, Madre van Herman, Hilde&Tommy en van t Schrijverke.
Ook afscheid nemen van Eddy Acke, voorzitter van BC The Pocket, schatbewaarder van het Biljartverbond van Temse én vertegenwoordigder van dit verbond in de gemeentelijke sportraad.
Donderdag was het nog eens van dat. Met de stapmaten op stap. Allez, toch al met zen drieën. Marc zat bij de geburen in Duitsland en Ronny zat nog op zijn dak.
Jan had alweer een stukje van zijn Streek GR Haspengouw op kaart gezet. De Michel was er ook bij, hij kreeg een dag verlof van zijn eega. Dat komt omdat hij een opdracht aan het verwerken is die tegen Kerst af moet zijn. Enkele planken zijn gezaagd en bij elkaar gebracht. Op een getoonde foto zie je al de contouren van een poppenhuis met daarin al een prachtig laddertje. Doe zo voort Michel en probeer toch regelmatig een verlof dag te versieren.
De weergoden stonden alweer aan onze zijde. Nu moeten we de treingoden nog overtuigen om vriendelijker naar oude mensen toe te worden. Zo zouden ze in het hoofdkantoor, met een vrouwelijke CEO, toch eens het verbod voor senioren om voor negen uur te reizen, aan goedkoop ticket weliswaar, moeten afschaffen. Zelfs als je na dit uur de trein neemt is het goed mogelijk om op bepaalde lijnen recht te staan. Trouwens, er zijn savonds ook werknemers die de trein nemen.
De trein huiswaarts liep over Leuven. In de studentenstad namen we deze naar Berchem om vandaar naar Sint-Niklaas te sporen. Welnu, bij het betreden van de trein in L zat deze al vol. Veelal jonge mensen met grote tassen of valiezen en een I-phone in de hand. Na een opmerking over de vuile was kwam er toch enige conversatie opgang. Waarom ze op een donderdag naar huis togen. Ah mijnheer, tis den 11e november hé. Ja, wat is er dan te doen? Ah, verlof dag hé. Ja, maar waarom precies? Ah, euh iets met de oorlog, euh ja, het einde van den . Tweede oorlog hé! Ja, bijna just. In Mei wordt het einde van WOII herdacht maar morgen is het wel herdenking van de wapenstilstand van WOI. Ah Euh Oowh!!
Tja, vaderlandsche geschiedenis hé. Gelukkig is er nog Jan zijn blog Voetstappen in Vaderlandsche Bodem waar je regelmatig een Vaderlandsche historie kan lezen. Ook een verslagje van onze tocht is er terug te vinden.
Voor mij was het weeral een geslaagde tocht met vertrekplaats Alken. Maar omdat de trein -primo duur is voor negen uur en -secundo weeral vertraging opliep was het al voorbij elven bij de start van de voorziene 23 kilometers. Na een tweetal kilometers waren we in het Centrum van de brouwersstad. Een bezoekje aan de Sint-Aldegondis kapel bracht ons precies op de juiste plaats, tussen de kerk, het stadhuis en de woonst van de dienst Vrije Tijd. (Sint-Aldegondis komt voor in het wapenschild van Alken. Ze wordt aangeroepen in de hoop kanker te genezen, kaarsje ontstoken.)
De wijzers van de torenklok stonden omhoog, iets uiteen en het plekje in de zon was niet te versmaden, dus drank en spijs verschenen op de tafel.
Een dame die voorbij kwam wenste ons smakelijk maar kon het aangeboden glaasje wijn niet aannemen want de dagtaak was niet ten einde. (Wat een gelukzakken zijn we toch!) Ze verdween in het huis van de vrije tijd.
Even later verscheen een andere dame ten tonele. Zij kwam uit het gebouw waarin de eerste was verdwenen en toog rechttoe rechtaan naar onze picknick tafel.
Oeioei, waar waren we fout geweest. Maar het viel reuze mee. De vriendelijke mevrouw werkte voor de dienst Toerisme en wou enkel weten welke wandeling we deden. Het woord treinstapper klonk ons niet vreemd in de oren. Alken-Sint Truiden als onderdeel van de SGR Haspengouw klonk haar niet onbekend in de oren. Of we, doorwinterde treinstappers, haar konden informeren over het traject, of de bewegwijzering voldoende was en andere nuttige informatie. Jan en ikzelf deelden onze blog adressen.
Als mevrouw vrije tijd dit leest, het volgende. Zonder een plannetje of gps is het soms moeilijk de juiste route te lopen. Er zijn onvoldoende bewegwijzeringen en/of slecht zichtbaar. Wel bijzonder mooi parcours! En ik veronderstel dat er op de dienst toerisme wel goede informatie kan bezorgd worden.
We zijn al goed gevorderd in het jaar en ondanks de warme en zonnige najaar dagen korten de dagen wel snel. Daarom besloten we om de tocht een beetje in te korten. Vreemd genoeg troffen we in de stationsbuurt van St Truiden weinig (of geen open) caféetjes aan. Het stationsbuffet tapte vele bieren behalve een Christal. Jammer, maar een ribbeke Stella smaakte ook hoor.
De parel van Limburg.
De maand mei van het jaar 1928 staat voor eeuwig aangestipt in de biergeschiedenis van België. De Limburgse brouwerij van Alken lanceerde het pils Cristal. Het product werd als revolutionair onthaald.
De merkenportefeuille van Alken-Maes bestaat momenteel uit de pilsbieren Maes Pils en Cristal Alken, de abdijbieren Affligem, Postel, en Grimbergen, lambiekbieren Mort Subite, de sterke blonde bieren Judas en Hapkin, Op-Ale, Ciney en Watneys Scotch Ale. De brouwerij van Alken behoort sinds 1988 tot de Belgische brouwerijgroep Alken-Maes. Sinds 2008 maakt Alken-Maes dan weer deel uit van de brouwerijgroep Heineken. Het productiecentrum in Alken produceert niet enkel Cristal Alken, maar concentreert zich ook op het brouwen van het andere pilsbier Maes.
De treinen reden op tijd en tegen achten was ik thuis.
In verband met de herdenking van WOI lees ik vandaag een prachtig boek met getuigenissen van diegenen die het aan den lijve hebben ondervonden en overleeft.
VERGETEN STEMMEN van Max Arthur is een aangrijpend verplicht te lezen boek voor alle studenten aan de unief. Basta!
Goed weekend aan alle lezers en de rest van de wereld.
Zoals aangekondigd is er morgen, zaterdag 5 november, een herdenking voor de overleden scheepsbouwers aan het startpunt van het Boelwerfparcours.
Zoals elk jaar herdenken we dan alle overleden scheepsbouwers (m/v) waar ook ter wereld en zeker ook deze door ongevallen op de scheepswerven alsook de asbest slachtoffers. Samenkomst om 11u.
Hierbij integraal het gedicht dat zowel aan de tripod als aan de kraan is opgehangen. Het is geschreven door kozzen Eric, waarvoor dank.
WERKMAKKERS
Als de Zaat blaast, wordt de werker wakker
die nagels moeten heet, die kiel gelegd
laat ratelen die hamers, oorverdovend
wekt een schreeuw de werf tot leven.
Als de Zaat blaast, zwelt de ziel van t dorp
waait weelde door de straten en
drijft De Welvaart staalhard op het water.
De Zaat blaast haar laatste adem uit
een zwarte wolk kwaadaardig stof
en bijtend zure dampen.
De laatste man, een oude kraan
in
ademnood amechtig op de dijk
vertellen nog t verhaal
van
makkers die verdwenen.
Eric van Britsom
Deze week een variante wandeling gemaakt na plasma donatie. Voor mij alweer een tochtje bij mooi weer.
De door Op Stoapel aangekochte pal van een Godetia schroef staat voorlopig op den Dacca. Gisteren zijn mezelf en Mack, en de gewaardeerde hulp van het gemeente personeel, begonnen aan de opkuis. We dachten dat het een tijdrovende klus zou zijn maar het valt reuze mee. Op aanraden van Ramses hebben we eerst met de hoge druk reiniger het vuil en de pokken verwijderd. Mack had zijn schuurgerief bij, van staalborstels over grof naar fijn schuur papier, om het geheel op te frissen. Na wat testen en proberen bleek niet te grof schuurpapier het best vooruit te gaan en een mooi resultaat te geven. Nieuw zal het blad er niet meer uitzien maar het zal later hopelijk een mooi blinkend plaatsje in de gemeente verwerven. Temse blijft hoe dan ook een scheepsbouw dorp.
De kraan blijft.
Vorige week is volgens mij het startschot gegeven voor de daadwerkelijke aanpak voor de bewaring en het opkalefateren. Deze week samengezeten met de specialisten wat het schilderwerk betreft. Samen met bureau Van der Wee zijn concrete afspraken gemaakt om zo vlug mogelijk met cijfers te komen die voor alle partijen, overheden en bedrijven, behapbaar zijn.
Ik verwacht in de lente van volgend jaar dat er een nieuw dossier ter conservatie zal kunnen ingediend worden. Fingers crossed!
Toch nog even over cijfers: het eerste voorgestelde bedrag was 1.4 miljoen Euro. Te veel!
Geweigerde subsidie voor feestje 600 jaar unief Leuven 1.4 miljoen Euro. Oeps, daar kwamen nog tweemaal 2 miljoen Euro bij! Allo!
Ik begrijp dat de KU Leuven een heel belangrijk onderdeel is van onze maatschappij. Dat er een feestje mag gevierd worden met gasten van over heel de wereld, geen probleem. Maar 5.4 miljoen sponsor overheidsgeld, zonder wellicht nog de eigen inbreng? Die eigen inbreng komt dan op de koop toe ook van de maatschappij België! Tja, soms is het moeilijk te begrijpen hoe wereld vreemd al die knappe koppen kunnen zijn.
Maar nog minder te begrijpen hoe arme kinderen via het spelletje voetbal tientallen keer meer krijgen dan de hiervoor genoemde bedragen. Om het met Dijkshoorn te zeggen: Hoe obsceen het is als geld, geld en geld de hersens van ooit straatarme mensen vertroebeld. En om te eindigen citeer ik nog Marc Vermeiren uit het Nieuwsblad: Sport, zo meenden haar founding fathers in de Engelse kostscholen 150 jaar geleden, het moest het beste in de mens naar boven brengen, maar het ontaarde voetbal bezit een uniek talent om net het tegenovergestelde te doen. Meer nog dan in het verkeer of op Twitter manifesteert de verhuftering van de samenleving zich het duidelijkst op en rond een voetbalveld. Deze vraag blijft actueel: waarom bevat The Beautiful Game toch zoveel lelijkheid?
De maand november heeft nog benamingen zoals slachtmaand, de bloedmaand en de nevelmaand. Logische namen, want in de maand november werden de meeste dieren geslacht om eten te hebben in de winter. Jachtmaand is ontstaan omdat er veel gejaagd word in november.
Traditioneel zijn in onze contreien Allerheiligen en Allerzielen christelijke feestdagen. Allerheiligen viert altijd op 1 november de nagedachtenis aan alle heiligen en martelaren (mensen die stierven in naam van het geloof). Met Allerzielen worden de overledenen herdacht en wordt een requiemmis opgedragen.
Gisteren, 31 oktober, vierde men Halloween (afgeleid van -All hallows eve- of de avond voor Allerheiligen), de dag waarop veel mensen een pompoen uithollen en er een brandende kaars inzetten, hun huis met heksen op bezemstelen versieren, al dan niet als griezel of heks vermomt een nachtelijke wandeling maken of een griezelfeestje bijwonen.
Toch is Halloween niet louter een bedenksel van -de commercie-. Het is een feest dat zijn oorsprong vindt in het heidendom. Tweeduizend jaar geleden vierden de Kelten (die toen nog grote delen van Europa bevolkten) op 1 november Samhain, een feest dat het einde van de zomer en het begin van de duisternis en de kou inluidde.
Het was hun jacht- en oogstfeest, hun Nieuwjaar, hun dodenfeest. Er werden grote vuren aangestoken (de zogenoemde bonfires) en stropoppen verbrand, om zo de ronddolende boze geesten te verdrijven.
Het heidense feest raakte eerst vermengd met de Romeinse cultuur (toen Rome het land van de Kelten veroverde en koloniseerde). Samhain viel samen met het Romeinse oogstfeest Pomona.
Later, bij de opkomst van het christendom, werd daaraan de christelijke gewoonte toegevoegd om op 2 november, met Allerzielen, de doden te herdenken.
n Engeland, Wales, Schotland en Ierland placht men op die dag in lompen rond te lopen en om soulcake ofwel zielenbrood te smeken.
In de loop der eeuwen verwaterde het heidense ritueel tot een traditie, waarbij kinderen en volwassenen vermomd van huis tot huis trekken met een kaars in een uitgeholde pompoen (de Jack-'o- Lantern) en om snoep of een andere traktatie bedelen (Trick or Treat)
De hongersnood in Ierland, in de tweede helft van de 19e eeuw, dreef de Ieren naar het nieuwe continent, naar Amerika. Ze namen Halloween mee. Het feest ging zo deel uitmaken van de Amerikaanse cultuur. En het waaide tenslotte, in een nog meer verwaterde vorm, naar onze contreien over.
Het is een dag om te griezelen geworden, om pret te hebben, om bang te zijn en bang te maken. Met het begin van de winter, met de doden, met de oogst heeft Halloween niets meer te maken.
Ieder zijn ding denk ik dan. Ik hoop alleen dat dit griezelen blijft zoals het nu is, dat het binnenkort geen werkelijkheid wordt.
We zeggen een goede nacht, veel juksel en een kort armpje. Is dat ook griezelen?
Heet van de naald, vers van de pers, uptodatenews enzoverder: De kraan blijft bestaan.
Als lid van Op Stoapel is het verheugend nieuws dat deze morgen, hier te Temse op AC De Zaat, is medegedeeld door minister Matthias Diependaele.
Ik geef hieronder de voornaamste uitreksels uit het persbericht.
Boelwerfkraan in Temse blijft beschermd monument: dossier voor instandhoudingswerken wordt voorbereid.
De iconische Boelwerfkraan in Temse blijft toch geklasseerd als beschermd monument. Het Lokaal
Bestuur werkt samen met het Agentschap Onroerend Erfgoed en een gespecialiseerd
architectenbureau aan een dossier voor conservatie van de kraan. Enkele partnerbesturen co financieren de instandhoudingswerken met een eenmalige projectsubsidie.
De iconische kraan bezorgt Temse een unieke skyline, vertelt Eddy Van Grevelinge, voorzitter van erfgoedvereniging Op Stoapel. De Boelwerfkraan is een symbolisch icoon van Temse als monumentaal landschapsbaken. De kraan is een eerbetoon aan het scheepswerfverleden van Temse, het Waasland en bij uitbreiding van België én een blijvend eerbetoon aan de scheepsbouwers van weleer.
Op Stoapel bepleit al meer dan tien jaar een zinvolle en duurzame toekomstige bestemming van de
historische Boelwerfkraan. De opname van de monumentale torenkraan als ankerpunt in het recente
Boelwerfparcours is de kroon op het werk van jarenlange inspanningen om de kraan de erfgoedbestemming te geven die ze verdient op deze historische locatie.
Grondige en dure renovatie
Na al die jaren drong een grondige renovatie van de kraan zich op. De restauratiekosten liepen hoog op met een raming van meer dan 1 500 000 euro. De gemeente kan deze grote investering niet maken, rekening houdend met de andere lokale beleidsprioriteiten en -noden. In 2021 vroeg de gemeente daarom de deklassering van de Boelwerfkraan als beschermd monument aan.
Uit het openbaar onderzoek dat gehouden werd voor het ministerieel besluit van 29 september 2021 tot voorlopige opheffing van de bescherming als monument van de elektrische torenkraan, bleek dat er een groot maatschappelijk draagvlak is om de Boelfwerfkraan te behouden. Bij het afsluiten van het openbaar onderzoek waren er 403 unieke digitale bezwaarschriften, 158 analoge bezwaarschriften, een petitie met 477 handtekeningen en een lijst met 1 380 namen ingediend.
Voorlopige opheffing bescherming zorgt voor nieuwe dynamiek
Door het recordaantal aan bezwaren besliste minister Matthias Diependaele om de opheffingsprocedure on hold te zetten. De voorlopige opheffing van de bescherming leidde in het voorjaar 2022 tot een nieuwe dynamiek en heel wat overleg met o.a. bevoegde overheden, erfgoedpartners, gespecialiseerde restauratiebedrijven en andere belanghebbenden. Erfgoedvereniging Op Stoapel bleef ook ijveren voor het behoud van de kraan als waardevol erfgoed voor de gemeente. Minister Diependaele volgde het dossier zelf van nabij op en kwam op 30 april naar Temse voor de rondetafelconferentie (georganiseerd door Op Stoapel met medewerking van Lokaal Bestuur Temse en het Kabinet van de minister) rond het behoud en de bescherming van de torenkraan.
Gemeente Temse hecht veel waarde aan de Boelwerfkraan. De hoge restauratiekosten dwongen ons te kijken naar alternatieven voor behoud en restauratie. Ik ben blij dat het openbaar onderzoek geleid heeft tot een nieuwe dynamiek voor het behoud van de torenkraan. De toegezegde cofinanciering door Interwaas en de Maatschappij Linkerscheldeoever bewijzen dat er in de Wase
regio een breed maatschappelijk draagvlak is voor de conservatie van de kraan en het Boelwerfverleden, aldus schepen van Erfgoed Lieve Truyman.
Instandhouding kraan en zoektocht naar cofinanciering
Het architectenbureau Barbara Van der Wee kreeg de opdracht om met betrokken ingenieurs de
mogelijkheden te onderzoeken om de kraan op een goedkopere manier een toekomst te geven op basis van nieuwe inzichten en technieken. Hierbij wordt de dure totaalrenovatie losgelaten. Er wordt
onderzocht en becijferd welke onderhoudswerken nodig zijn om de kraan verder in stand te houden.
Binnenkort bespreekt het Lokaal Bestuur met de architect en het Agentschap Onroerend Erfgoed de
mogelijke pistes. Daarna kan een nieuw subsidiedossier worden ingediend bij het Agentschap.
De Vlaamse overheid draagt 60% van de kosten. Naast de inbreng van het Lokaal Bestuur zorgen ook
Interwaas en de Maatschappij Linkerscheldeoever voor een cofinanciering via een projectsubsidie van elk 150.000 euro. Er worden nog inspanningen geleverd om ook via private partners en de bedrijfswereld giften te bekomen.
Op woensdag 26 oktober kreeg Temse gewaardeerd bezoek van de bevoegde Vlaamse minister van
Onroerend Erfgoed Matthias Diependaele. Hij gaf meer duiding bij het doorlopen traject en de volgende stappen voor de conservatie van de Boelwerfkraan. De minister toonde zich opgetogen met de doorstart in dit dossier.
Minister Diependaele is tevreden met de uitkomst in dit dossier: Als minister van Onroerend Erfgoed ben ik verheugd dat de restauratie van de iconische torenkraan een doorstart krijgt. De opheffingsprocedure wordt per direct stopgezet. De hernieuwde aandacht voor de kraan, door de procedure die ik opgestart heb, toont aan hoe ons industrieel Vlaams erfgoed leeft. De torenkraan
is een baken langs de Schelde en een stille getuige van ons rijk scheepsvaartverleden, met een restauratie geven we deze door aan toekomstige generaties.
Tot daar de mooie woorden. Maar er is meer. Zoals ik al eerder heb aangehaald, de neuzen wijzen in dezelfde richting. Er is geld op komst, een deel is al toegekend dankzij, ere wie ere toekomt: schepen Lieve Truyman. Alle overheden zijn eensgezind om dit icoon te behouden.
De contacten, die dankzij Op Stoapel zijn gelegd, hebben ook resultaten opgeleverd. Volgende week is er een bijeenkomst met enkele verfspecialisten en het architecten bureau.
Ditzelfde architecten bureau zit zeer binnenkort alweer samen met andere stake-holders om meer preciese cijfers te kunnen voorleggen.
Kom Op Tegen Kanker voert al vele jaren, meer dan dertig, een strijd tegen kanker, samen met vele vrijwilligers en actievoerders. De plantjes acties in september zijn ondertussen al een begrip. Net zoals de jaarlijkse Dag tegen Kanker.
Dit jaar is dat nu donderdag 20 oktober.
Het thema is Kanker draag je niet alleen.
Op die dag laten we kankerpatiënten en hun naasten weten dat ze er niet alleen voor staan. Dat kan je tonen door een stickerlintje te dragen of door iets geel te dragen. Ikzelf zal het bij dat lintje houden. Tijdens de Dag tegen Kanker kunnen patiënten en hun naasten genieten van deugddoende activiteiten in ruim 100 ziekenhuizen en zorgorganisaties.
Want nog steeds krijgen elk jaar meer dan 40.000 Vlamingen het harde verdict. Dat zijn gemiddeld vijf nieuwe patiënten per uur. Vandaag leven ook ruim 200.000 mensen met de gevolgen van kanker. Het betekent dat iedereen vroeg of laat met deze ziekte te maken krijgt.
Ook vrijwilligers en zorgpersoneel krijgen hun plekje in het gele lintje. En je ziet wat Kom op tegen Kanker zoal doet. Het zijn maar enkele van de vele manieren waarop we tonen aan alle mensen getroffen door kanker: jullie strijd is ook de onze.
Volgend jaar is er een nieuw evenement, Decolop.
De Col op voor Kom op tegen Kanker is een nieuw en uniek sportief evenement om geld in te zamelen voor kankeronderzoek. Samen met vele gelijkgestemde zielen beklim je de Col des Saisies, een stevige helling die goed is voor zo'n 1000 hoogtemeters. Je fietst tegen kanker. En voor wie je dierbaar is. Want de strijd tegen kanker is voor patiënten ook een berg.
Op zaterdag 9 september 2023 klimt het warmste peloton richting de top van de Col des Saisies, in de schaduw van de Mont Blanc.
Iedereen kent wel iemand die getroffen werd door kanker. Je weet hoe moeilijk de weg is die ze moeten afleggen. Hoe sterk hun wil is om door te zetten. Tegen kanker en voor wie je dierbaar is.
Nog anders nieuws, de Jan is terug thuis. Na veertig stapdagen is hij vrijdag laatstleden toegekomen in Santiago de Compostella. En vandaag is hij met Vueling terug in Belgie geland. Een beetje (7kg) vermagerd en met een flinke baard. Toch proficiat om deze, wel zwaardere, tocht tot een goed einde te hebben gebracht. Je kan zijn avonturen nog steeds volgen op
https://pelgrimeren-op-de-noordcamino.blogspot.com/
Op De Zaat kan je de befaamde tripod ofte de voorpiek mast ontdekken. De hoofdmast met kraaiennest staat opgesteld voor AC De Zaat. Dit is een onderdeel van het wandelparcour. Via die driepikkels krijg je als wandelaar/toerist een idee wat er voorheen op de site gevestigd was.
Bij de hoofdmast zal dit jaar de herdenking voor de overleden Boelwerfmedewerkers worden gehouden. Deze korte plechtigheid vindt plaats op zaterdag 5 november e.k.
We hebben deze week al van enkele zonnige en redelijk warme dagen mogen genieten. Ik heb er van geprofiteerd om enkele wandelingen te maken.
Op maandag ben ik vertrokken vanuit Beveren en via Melsele en Zwijndrecht tot aan de nieuwe fietsersbrug over de E34 gestapt. Het noordoostelijk gedeelte van Zwijndrecht met Blokkersdijk, de Smoutpot en de polderstraat, liggen in PFOS gebied, rode zone. En dit is niet zover van het centrum. Een bewoner van de rode zone gaf een korte uitleg over het gehele probleem en het bestaan van meerdere zones. Dat er een oplossing zou kunnen zijn in de vorm van de aanplant van vlas lijkt meer iets voor akkerland. Het zouden ook hennepplanten mogen zijn. Dat zou een meer opbrengst kunnen betekenen. Ik gaf de man gelijk, de siertuin zal, hoe dan ook, voor jaren verdwijnen.
Op dinsdag ging het dan vanuit Temse naar Beveren over Haasdonk. Met alweer een prachtige morgen en een heerlijk wandelweertje.
In de fotoreeks is duidelijk, de samenvloeiing van landbouw en nijverheid in het Waasland. Net zoals rond Temse is het zoeken om zuivere landschappen te fotograferen.
Woensdag morgen was het echter tijd om een beetje in de tuin te werken. De regen kondigde zich nog niet aan, vandaar.
Na de noen volgde dan de ontspanning. Een bezoek aan het RWZI Temse stond op het programma, dit georganiseerd door Toerisme Temse.
Normaliter geeft Aquafin geen rondleidingen op zijn stations, voor TT werd een uitzondering gemaakt. De veiligheidsregels werden strikt opgevolgd: veiligheidsbotten, helm en bril lagen op ons te wachten. In twee groepen van ongeveer 12 personen werden we door leidinggevenden rondgeleid en van de nodige informatie voorzien.
De waterzuiveringsinstallatie werd gebouwd in 2001 en had een capaciteit om het vuile water van 24.000 inwoners van Temse en Kruibeke op te vangen. Toen waren lang niet alle inwoners aangesloten op de riolering. Dankzij bijkomende gescheiden rioleringen, pompstations en collectoren, komt er nu veel meer water naar het zuiveringsstation. Hierdoor drong een uitbreiding zich op. Aquafin startte in het voorjaar van 2013 met de uitbreiding en bijna twee jaar later waren de aanpassingswerken afgerond. Momenteel zuivert de installatie het afvalwater van 33.000 inwoners, met een capaciteit die kan oplopen tot 38.000 inwoners. Er komt alleen vuil water binnen en daar wordt eerst het vaste afval uitgehaald. Van oorstokjes tot maandverbanden, je komt hier vanalles tegen. Na verschillende stappen blijft er dan in de laatste fase proper water over. Dat betekent water van een kwaliteit dat een vis er met plezier in zou zwemmen. Dat water komt dan uiteindelijk in de Schelde terecht. Het weinige slib dat rest, wordt bewerkt en gaat naar de bouwsector.
Heb gisteren een toerke rond Temse gewandeld. Onderwijl heb ik geprobeerd om langs het traject (Weg-Om) zoveel mogelijk landschapsfotos te nemen. En het is niet makkelijk om gebouwen, hoogspanningslijnen of wegen te mijden.
Dan valt het op hoeveel wegen er zijn, vooral verharde wegen. De zandwegen uit de jeugd zijn verdwenen. Wat rest zijn de kerkwegels en trage wegen.
Boerderijen zie je nog wel maar villas en nieuwe wijken nemen toch het merendeel van de vergezichten weg. Ik zeg hier niet verpest het beeld. Het is gewoon de evolutie.
De groei van de uitgestrekte bedrijven terreinen zijn hieraan ook niet vreemd. Het was eertijds kiezen tussen industrie in de dorpskern of meer rust en de bedrijven buiten het dorp.
Nog significanter zijn het aantal hoogspanningsleidingen en masten dat onze regio telt.
Sinds begin dit jaar is er veel bedrijvigheid rond en op deze masten.
Elia, de beheerder van het Belgische hoogspanningsnet, voert werken uit aan de hoogspanningslijn (380kV) tussen de hoogspanningsstations Mercator in Kruibeke en Bruegel in Dilbeek.
De bestaande luchtlijn tussen Kruibeke en Dilbeek is ongeveer 32 kilometer. Het traject loopt vanaf het hoogspanningsstation Mercator in Kruibeke, gelegen ten zuiden van het Fort van Haasdonk, via de Schelde (Temse en Bornem) en loopt verder zuidwaarts richting Buggenhout, Merchtem en Dilbeek. De bovengrondse luchtlijn doorkruist 3 provincies en overspant 9 gemeenten, namelijk Kruibeke, Temse, Bornem, Puurs-Sint-Amands, Buggenhout, Londerzeel, Merchtem, Asse en Dilbeek.
De bestaande hoogspanningslijn krijgt een nieuw type elektriciteitsdraden die meer elektriciteit kunnen transporteren. Om de nieuwe en zwaardere elektriciteitsdraden te kunnen dragen zijn werken aan de bestaande hoogspanningsmasten nodig. Van 64 masten zal Elia de funderingen en het ijzerwerk versterken en zes masten worden vervangen.
Dus grote werken aan de hoogspanningsmasten aan de oevers van de Schelde in Temse en Bornem. In Temse wordt hiervoor een kraan van 130 meter gebruikt. In Bornem worden de mastarmen vervangen met behulp van een ketting die aan de mast wordt bevestigd.
Eens die masten versterkt of vervangen zijn, worden de elektriciteitsdraden verwijderd en vervangen door de nieuwe elektriciteitsdraden. Dit deel van de werken start pas volgend jaar. Daarna worden nog bebakeningsbollen gehangen zodat de hoogspanningslijn goed zichtbaar is. Dit gebeurt in Temse op de plaats waar de hoogspanning de Schelde oversteekt. In gebieden waar veel vogels voorkomen, plaatst Elia speciale vogelkrullen of fluorescerende bollen.
Het einde van de grote werken is gepland eind 2026 en duren dus 4 jaar.
Er zijn nog vergelijkbare werken
De as van Mercator tot Horta is een bovengrondse hoogspanningsverbinding die in de jaren 70 werd aangelegd en die 12 gemeenten doorkruist over een afstand van 49 km.
De lijn ligt volledig in de provincie Oost-Vlaanderen en doorkruist 12 gemeenten: Zomergem, Lovendegem, Waarschot, Evergem, Gent, Lochristi, Moerbeke, Lokeren, Sint-Niklaas, Waasmunster, Temse, Kruibeke.
De klassieke geleiders worden vervangen door geleiders die performanter zijn. Dankzij de hogere transportcapaciteit van deze geleiders kan Horta-Mercator de elektriciteitsproductie op zee verder inlands transporteren en elektrische verbindingen met buurlanden mogelijk maken.
De vernieuwing van de geleiders maken het ook noodzakelijk om de schakelapparatuur in het hoogspanningsstation Mercator in Kruibeke aan te passen en uit te breiden.
De fotoreeks is tweeledig: eerst rondom Temse in weidse zichten en vervolgens de toekomst van de natie, het versterken van het elektriciteitsnet. (behalve die watertoren, kon ik niet laten)
Verbeeld ik het me gewoon of is het werkelijkheid: de reuk van houtkachels komt me meer tegemoet.
Ondanks de weinige ruime zichten was het met het prachtige weer alweer een mooie morgen en wandeling.
De regen is al een tijdje in het land. Het doet deugd, voor alles. Met de regen is ook de herfst meegekomen. Ook dat doet deugd. Ik hou er wel eens van om in de regen te gaan wandelen.
Vorige week, half september, heb ik nog helpen plantjes verkopen voor Kom Op Tegen Kanker. Ondanks de regen is die verkoop van de azalea's goed gegaan. De 2000 plantjes die de Nauwe Band had aangevraagd waren tegen zaterdag middag aan de man/vrouw gebracht. De partytentjes die ons beschermen tegen ofwel de zon of de regen kwamen er dit jaar bekaaid van af. Zowel op vrijdag als zaterdag joeg een plotse wind alles omhoog. Deze jaarlijkse activiteit van de vereniging is ook deugd doend.
Voorbije weekend was er weer volop regen. Voor organisatoren van buiten evenementen is dit uiteraard minder plezant. En dat zag je ook in Eksel. Want daar was de start en aankomst van de Boslandtrail. Deze 100 km tocht doorheen het grootste avonturenbos van Vlaanderen werd voor de 5e maal georganiseerd. De tocht loopt doorheen Hechter-Eksel, Pelt, Lommel en Peer.
Voor mij was het mijn derde deelname. Net zoals de eerste deelname heb ik het einde niet bereikt. Na 80 km was de blein onder mijn linkerhiel te groot. Een bezoek aan het Rode Kruis was de bevestiging dat doorgaan niet aan te raden was. Zo zie je maar dat het krijgen van bleinen soms onberekenbaar is. En een kleintje, daar stap je doorheen. Alleen was deze ook onderhuids waardoor normaal stappen niet meer mogelijk was. Tja, was de fysiek uitstekend, duiken er weer andere stoorzenders op. Volgende keer ??? beter.
Ik moet wel vermelden dat Mark C een uitzonderlijke pijngrens heeft. Ondanks meerdere bleien blijft die stappen aan een mooie snelheid.
Die snelheid was er ook vrijdag namiddag. Mark en mezelf waren de eerste wandelaars op het start terrein. Voor drank en eten waren we nog op onszelf aangewezen. En het moet gezegd en geschreven, de trein was op tijd. Bij het tonen van mijn senioren ticket vroeg de conducteur of ik al +65 was. Hilariteit bij de mede reizigers als ik antwoorde: just. Alleen waren we met de bus een halte te laat afgestapt. Maar eigenlijk was dat geen erg, die 1.5 km nog er nog wel bij.
En de regen, wel, die viel met zachtheid. Pas na een viertal uurtjes waren de druppels goed voelbaar. Ondanks de paraplu in mijn rugzak was ik niet door, doornat. Zelfs mijn voeten waren droog, op het eigen nat na.
Bij deze een dikke proficiat aan Mark. Goed gestapt en me uitstekend onderhouden met een muziek kwis. De muziek van de jaren zeventig was wat door de box klonk. Dat klinken was zeer modest, voor eigen gebruik, om de natuur en de mede wandelaars niet te storen. Maar het kwam de wandel kadans ten goede. Hoe we toch in de jaren zestig terecht kwamen weet ik niet meer. Wel dat een vliegtuig ongeval de aanleiding was, The Day The Music Died. Twee van de omgekomen artiesten wisten we te achterhalen. Alleen die derde wilde maar niet op ons scherm verschijnen.
En ja hoor, na een tweetal uurtjes was het Mark die Buddy wist. Daarna was het makkelijk om Holly bij te voegen.
Voor de volledigheid, het ongeval vond plaats op 3 februari 1959 (niet 1960!) en de slachtoffers waren buiten de piloot en BH nog The Big Bopper (J.P.Richardson) en Richie Valens.
Jammer genoeg was ook voor mij het avontuur voorbij.
Ondanks de regen gisteren een stukje gaan wandelen.
Het deed deugd, de regen en de iets frissere wind. Ik hoop alleen dat het weekend van 23, 25 september toch overwegend droog zal zijn. Dan volgt alweer de Boslandtrail. Het is voor de derde keer dat deze 100km tocht op het programma staat. Deze is iets zwaarder dat de Dodentocht, wegens het enigszins heuvellend gabarit. Niet dat er bergen dienen beklommen te worden. In de buurt van Lommel loopt het parcours doorheen de Sahara. De naam laat het vermoeden, zand baggeren is beslist een zwaar karwei.
Bij een zachte regen een tripke gemaakt doorheen het dorp en verder naar de potpolder.
De eerste beelden in de foto galerij tonen mijn straat van zijn beste kant. Vorige week lag het er prima bij, de Sleutelbraderij kwam eraan. En dan moet je weten dat er tot tweemaal per week een vrijwilliger uit de Boodstraat de hele wijk opruimt. De veegwegen van de gemeente komt niet op het plankier en de man van den olifant heb ik al enkele weken gemist.
Telkens het regent ligt er papier op straat. Iets verder woont er iemand die zijn vuilzak gewoon tegen een boom placeert en op zijn beloop laat. Noodgedwongen moet er dan een gemeente karreke langskomen om op te ruimen.
Blijkbaar wordt Temse een stad.
Als ik denk aan de vele blikjes die ik aantref in de goot, op vensterbanken, aan bushokjes . in grachten. Zeker op plaatsen waar autos moeten vertragen is het steeds prijs.
En toch is het niet alles kommer en kwel. Hier en daar zitten nog stukjes paradijs verscholen. Zo ook in de buurt van De Zaat. (stapschoenen aanbevolen)
Bij een rondgang van de potpolder overdag vraag ik me af waar al die reeën naartoe zijn getrokken. Smorgens vroeg zie er makkelijk een twintigtal rondcrossen. Eenzelfde fenomeen zie je ook in de Weert.
Mijn herstelde wandelschoenen zijn meteen getest en goed gekeurd.
En onze wandelvriend Jan is bezig aan zijn camino. Deze keer volgt hij de noordelijke route. Je kunt hem volgen op: https://pelgrimeren-op-de-noordcamino.blogspot.com/
Het is lange tijd geleden dat we, ikzelf en Jan, nog op stap zijn geweest. De andere maten waren ofwel druk bezet ofwel met verlof naar zonniger oorden. Dat laatste kan eigenlijk niet meer worden geschreven want ook hier is het best zonnig te noemen. Voor sommigen wellicht te zonnig en vooral te droog.
De uitstap verliep van Bilzen tot Tongeren, een treinstapper en ook een deel van de streek GR Haspengouw. Wellicht liep het pad ook voor een groot deel samen met de pelgrimsweg naar Compostela. De Via Limburgica begint in Thorn in Nederland, komt in Maaseik Belgisch-Limburg binnen en loopt langs het Nationaal Park Hoge Kempen tot in Tongeren. Achter Tongeren gaat ze over in de Via Monastica, een andere pelgrimsroute.
We passeerden landcommanderij Alden Biesen, een van de meest invloedrijke hoofdkwartieren van de Ridders van de Duitse Orde. De site is omringd door historische tuinparken en unieke hoogstamboomgaarden. Een mooie omzoomde laan bracht ons tot aan de rentmeesterij, tijd voor een koffie.
Na de koffie verlieten we het domein en konden we onze eindbestemming, Tongeren, in de verte zien liggen. Geschatte afstand tussen de 8 à 9 kilometers, volgens de gps precies 8.2 km. Onze route liep niet precies recht door en dus liepen we verder onder een loden zon.
Waar die term lood precies vandaan komt heb ik opgezocht. Het heeft niks vandoen met plomb ofte lood. Wel slaat het op de term loodrecht. In de zomer kan de zon op de middag loodrecht boven ons staan. Vandaar. En laat het nu middag zijn geweest vooraleer we een een rustbankje vonden in de schaduw. Het boterhammetje smaakte er niet minder om, ook het frisse roseetje niet.
Verder zijn we van de alcoholische verleidingen afgebleven, ook aan het domein van Genoels-Elderen. Dit enige wijnkasteel van België ligt tussen Tongeren en Maastricht langs een oude Romeinse heirbaan. Niet per toeval, aangezien de Romeinen reeds wijngaarden hadden in deze streek.
Nadat we nog enkele olifanten en een potvis hadden gespot naderden we de stad der Eburonen. Alvorens het bord Tongeren te passeren liepen we onder de spoorweg door. In die tunnel staat er een prachtige graffiti waarop het leven van een geleidehond wordt uitgebeeld. Het BCG is namelijk ook in Tongeren gevestigd.
Na een korte stop bij Ambiorix togen we richting station. Vandaaruit liep het prima tot Hasselt. De aansluiting stond daar al te wachtin in de vorm van een dubbeldekker, die zou ons naar Antwerpen Berchem brengen. Zou.
Na het vertrekuur stond al een + 41 in het rood. En dat getal verhoogde regelmatig. Dus geen trein! En een aansluiting via Mechelen was een minuutje weg! Gelukkig konden we met een ander, minder modern qua frisse lucht, onze reis verder zetten. De Break MS80 snorde op sommige stroken tegen 135k/u over de sporen.
In Berchem was het weer van dat, de aansluiting naar Sint-Niklaas was just weg. En een drankje kon je enkel nog aan een automaat verkrijgen. Jan heeft met een muntstuk van 2 gegeven zodat deze arme jongen zijn dorst kon lessen. Afijn, het was nog licht toen ik thuis kwam.
Maar dat maakt de dagtocht er niet minder fijn om. Wel goed geslapen, dank zij de opgeslagen zonne-energie.
Bij de aankondiging van de DDT organisatie dat de 53e Internationale Dodentocht zou worden ingekort was ik wel even teleur gesteld. Voor mij persoonlijk is warmte een van de factoren die meespelen in dergelijke evenementen. Hevige regen, koude nachten, wind en zelfs bleinen zijn geen hinder om de 100 uit te stappen. Maar ik begrijp ook wel dat in het algemeen belang moet worden gedacht, veiligheid voor alle wandelaars is primordiaal.
En achteraf, zaterdagmorgen, kon ik alleen maar beamen dat het een goede en wijze beslissing is geweest om de DDT te beperken tot 63.6 kilometers. De vermoeidheid viel redelijk mee, de warmte was goed om dragen, tot tegen de middag. De zon gaf flink van jetje en het heetste van de dag moest nog komen. Met normaal nog veertig kilometers voor de boeg zouden vele wandelaars hebben afgehaakt. Zeker omdat die tweede helft van de deelnemers zowieso in de blakke zon zouden lopen. En juist in die groep, waarin ikzelf loop, is de meeste miserie waar te nemen. Mezelf een beetje kennende zou ik toch doorbijten. En dat zou dan niet wijs zijn geweest
Bijkomend kan ik vertellen dat het gevolg van de covid besmetting best voelbaar was. Dat ik de afstand vrij goed heb verteerd is dus een grote meevaller. De hele 100 kilometer zou iets te ver zijn geweest.
Geluk bij een ongeluk.
Bon, het voordeel is ook dat het lichaam vlugger herstelt is van de tocht.
Eind september wacht de Boslandtrial, heel warm zal het dan wellicht niet meer zijn. Hopelijk is er tegen dan al voldoende neerslag gevallen zodat de bosgrond niet te veel stof doet opwaaien. Zie foto.
Zo, deze week kan ik terug plasma geven, de volledige reeks deze zomer (vijf giften) zit er niet meer in. Maar alle beetjes helpen.
Schrijven dat het wel goed komt is makkelijk. De praktijk zal het uitwijzen.
Gisteren morgen vroeg een kort tochtje gemaakt tot Steendorp om eens na te gaan hoe het voelt na een maand van rust. Tevens een test om te zien hoe hard dat viruske er heeft ingehakt.
En dat is toch redelijk diep. Alhoewel het een kort toerke was, op een rustig tempo afgewerkt, bleek achteraf dat ik heel moe was. Niet tijdens het tochtje maar eens ik thuis kwam, pardaf een pettet op mijne kop. Precies of ik al die DDT had gestapt. Er moet dus nog wel wat gerust worden.
Lezen is alvast een oplossing, er liggen nog genoeg boeken te wachten. Misschien is die tijd wel aangebroken, de tijd van: als ik ooit eens tijd heb.
Ach, die praktijk toch hé. De stapmaten hebben gisteren ook een toerke gemaakt, wellicht zijn ze ook langs Steendorp gepasseerd. Dat trippelke zal ik op een andere keer wel consumeren.
Ik luister graag naar de uitzendingen van radio 1, zeker als het over de Tour de France gaat. Dat gaat terug tot mijn jeugd, toen er op den televizie soms iets te zien was. Of soms niks te zien omdat de renners er de pees op legden en een halfuur vroeger de meet bereikten.
Maar op de radio kon je de laatste uren van de rit volgen, bijna op de voet of de motor zoals je wil. En bovendien draaiden ze af en toe een recent popdeuntje. Zo herinner ik me nog dat The Monkees, met Last train to Clarksville, worden onderbroken door Mick Clinkspoor om Piet Theys aan het woord te laten. Ik weet niet precies meer of dat het moment was dat Tom Simpson begon te zwalpen op de Mont Ventoux. Misschien zijn niet alle namen en periodes nog correct weergegeven, in ieder geval, het was spannend en je bleef steeds op je honger om meer te weten te komen.
Deze week was het ook spannend. Maar ik moet toegeven, het volgen van de Tour de France Femmes is meestal voor het TV scherm verlopen. Is het omdat het de damestour is? Ja en nee.
Ja, het is mooi om naar te kijken en luisteren, vooral de openhartige commentaren van de sporters zelf. En wat een mooie wedstrijden, open en zonder te veel rekenen. En het moet gezegd, als de dames tegen de grond gaan doen ze het uitbundig.
Nee, gedwongen rust noopte tot thuis blijven.
Gisteren was het er exploot van Annemiek Van Vleuten. Je moet het maar doen na een slappe week op de fiets, in een solo van 60 km alle tegenstand naar huis fietsen. Ook een exploot is het feit dat alle truien in de TdFF omgord worden door Nederlandse rensters.
Gelukkig hebben we als wielerland nog een mannelijke, weliswaar veel jongere exponent van Annemiek, Remco Evenepoel. Ook hier kan je schrijven, je moet het maar doen. Zomaar van je tegenstanders bergop wegfietsen en een soloke doen van dik 40 km, daar doe ik mijn txapela voor af.
Nog een kleine veertien dagen om paraat te geraken voor de DDT. Sinds ik terug van Spanje ben heb ik nog geen meter gestapt. Eerst om te rusten, deze week door gedwongen rust.
Het virus is binnen geraakt en ondanks een voor mij negatieve test ben ik danig onder de voet geweest. De voorziene tocht van woensdag ll is verdaagd, ik hoop nu woensdag toch mijn stapschoenen toch nog eens te kunnen dragen. Niet dat ik vrees voor mijn deelname, maar regelmatig trainen is wel nodig, kwestie van het ritme te onderhouden.
De originele nummer van de laatste Boelwerfkraan is M22. In Hoboken werden de kranen met een M aangeduid, op den Boel met een A. En omdat deze Hensen kraan de zevenentwintigste was op de werf kreeg ze een kenplaat met daarop A27. De Cockerill nummer is boven de bestuurders cabine bevestigd en veel groter en springt meer in het oog. Voor mij echter is het gewoon den A27, punt aan de lijn.
Vandaag, dertig jaar na mijn Boelwerf carrière, ben ik dertig jaar terug gegaan en heb de torenkraan beklommen. De mensen van monumentenwacht - Erfgoed en Erfgoedsites - hadden me gevraagd om hen te vergezellen bij hun controle. Met plezier heb ik toegehapt. Eventjes was er wel de overweging of het na al die jaren nog zou lukken. Niet het bestijgen zou een probleem zijn maar het gevoel. Zou het niet nijpen? Het was ondertussen toch al weer zeven jaar geleden dat ik nog zo hoog van grond was geweest.
Het is heel goed meegevallen. Meer nog, het was een fantastische ervaring. Na dertig jaar terug, via Memory Lane, naar een plaats waar ik bijzonder veel geluk heb gehad. En dat geluk moet je soms hebben om het te kunnen navertellen. Mijn toenmalige meestergast, Andre DW, zijn hart zal menige tel hebben overgeslagen.
Feit is dat ik geen emotie had in verband met dit voorval. Het profiel waarop ik stond bij het inscheren van de hoofdkabel was lang en breed genoeg om een sprongetje te maken. Een ongewild sprongetje maar eentje met goede afloop. Het alternatief was een duik van veertig meter.
Maar mijn aandacht ging vooral naar hoe de toestand van dit monument nu eigenlijk feitelijk is. En ik zal niet voor mijn beurt spreken. Er is werk aan. Maar het staat er. Het staat er in de betekenis van sterk en solide. De mensen van monumenten wacht zullen hun rapport opmaken en aan de bevoegde instanties overmaken. (mooie ambtelijke taal)
Dankzij de door Op Stoapel georganiseerde Ronde Tafel van begin mei zijn al vele positieve reacties gekomen. Deze algemene vergadering met vele overheden en privé firma's heeft heel wat losgemaakt.
Na enkele dagen terug op Vlaamsche Bodem te hebben doorgebracht moet ik eerlijk bekennen dat het niet vreemd aandoet. Ik voel me goed maar de moeheid is er nog niet helemaal uit. Uit, zoals in eruit, de titel van het artikel. Of het is de moeilijkheidsgraad van het tweede deel Camino del Norte of mijn recuperatie vermogen is flink achteruit gegaan, feit is dat inspanningen in stijgende lijn de laatste dagen meer moeite kosten. Ik had zelfs de moed niet meer om nog twee kilometers te stappen om de nul paal te bereiken aan de Pharo de Finistere.
Het wandelen blijft zeker een uiterst ontspannende bezigheid, de duur zal in de toekomst wel korter zijn. Tripkes van zo'n twee à driehonderd kilometers staan zeker nog op het programma. De duizend paaltjes tochten behoren tot het verleden. De rek is eruit!
Ik heb ook foto's gepubliceerd waarop één van de geest verhalen van Santiago worden uitgebeeld. Boven de Orfèvres portaal wordt het verhaal uitgebeeld van de verzoeking van Jezus in de woestijn.
De legende zegt dat er een maagd was die zwanger zou zijn geworden, terwijl ze beweerde geen contact te hebben gehad met een man. Haar ouders hebben haar vermoord om de schaamte te verbergen en ze hebben haar begraven. Eenmaal begraven, kwam er een hoofd uit het graf en het voorspelde de toekomst van de mens. Deze maagd bidt niet op haar knieën, maar zit op twee leeuwen. De geest verschijnt soms des nachts boven de Koninklijke poort. Mijn stapgenoten zagen meer in de figuur op de muur naast de poort. Oordeel zelf maar of ga eens ter plaatse kijken.
Woensdag al stond mijn mochila met de bastones aan de voordeur. Correos en B-Post hebben hun best gedaan.
Die ene foto van de verspreide klederen is typisch iets voor mensen die in hun eentje leven. Dat uit zich ook in het ongeneerd luidop bellen, laat binnen komen of nog allerlei dringende zaken die persé op een on-kristelijk uur moeten geregeld. Maar dat hoort er ook bij, verdraagzaamheid.
Er rest me nog het inlossen van een belofte: het verhaal van de Amerikaanse Bask.
Paul Zuluaga is de zoon van een Baskische vader en moeder. Zijn over-overgrootvader is rond 1870 naar de Filipijnen getrokken. Magellaan ontdekte de eilanden in 1521. Het zou nog tot 1565 duren vooraleer Spanje er in slaagde de Visaya's in handen te krijgen. Dat was het begin van zo'n 350 jaar Spaanse overheersing.
De grootvader was naar ginds getrokken om er een touw bedrijf op te richten. Dat ging goed net zoals het uitbreiden van het gezin. Er sproten meer dan tien nakomelingen voort uit dit gezin, dat op zich al deel uitmaakte van een uiterst grote familie, ook bij ons geen onbekend gegeven in die jaren.
De Baskische cultuur en taal werden meegenomen en in die meer besloten gemeenschap gecultiveerd. Af en toe was er nog contact met naaste familie uit het thuisland. Paul zijn grootvader nam rond 1910 het touwbedrijf over. Op zijn beurt zorgde deze grootvader voor een groot gezin.
Paul's vader, geboren op de Filipijnen, keerde nooit naar Baskenland terug maar huwde wel een baskische vrouw. Het touwbedrijf bood weinig toekomst en de man emigreerde, net als een deel van de familie, naar het land van belofte, Amerika. Zijn vader vertelde nooit iets over het verleden of over andere familieleden, waar die woonden enzoverder.
Paul zelf nam dienst in het leger, bij de Air Force. Zo kwam hij in 2001 in Duitsland terecht. En dat is niet zo ver van Spanje. Daarom nam hij tijdens een verlof periode met zijn gezin de auto naar Baskenland. Hij wist enkel de naam van het geboortedorp van zijn voorouders. Maar heel precies nu ook weer niet. Een verre neef uit Amerika wees hem erop dat de spelling wel eens anders zou kunnen zijn, Baskisch en Spaans zijn duidelijk verschillend. Hoe dan ook, na enig zoekwerk kwam hij in het bedoelde dorp terecht. Dit dorp is gelegen een vijftiental kilometers van Guernika.
En hier start eigenlijk ons verhaal: bij het vernoemen van deze laatste stad stelde ik de vraag of hij, als Amerikaanse Bask, wist wat hier in de jaren dertig was gebeurd. Hij klaarde op dat er nog iemand was, er waren meerdere toehoorders, die hiervan wist. En toen kwam het hele familieverhaal ten berde.
Om verder te gaan, bij het bezoek aan zijn heimat dorp, speelde zijn kinderen buiten en ontmoette er een jongen die naar hun naam vroeg. Bij het vermelden van Zuluaga sprond dit jongentje op en rende naar een naburig pand om zijn moeder op de hoogte te brengen dat er Amerikanen met dezelfde naam waren.
Deze moeder kwam erbij en bleek gehuwd met een Zuluage. Het hele gevolg trok naar het gemeentehuis om de bevolkings registers te raadplegen. Ze kregen makkelijk toegang, de bediende had ook die naam waar ze naar op zoek trokken. Omdat Paul de geboortedatum van zijn grootvader nog wist was het vlug uitgepluist wie wie was. Een groot deel van het dorp bleek nog familie te zijn. Maar er bleken ook nog familieleden te wonen in Australië, Ierland, in Madrid en uiteraard nog op de Filipijnen.
Via opzoekwerk, van die vere neef, op tinternet bleken er zelfs in zijn thuisland, Colorado, nogal wat familieleden te wonen. En heden te dage spreken vele van deze mensen nog steeds het Bask. Paul is er trots op om Bask te zijn, evenzo zijn dochter Kimi, die samen met haar vader op camino is.
Het verhaal gaf me kippevel. De manier waarop deze man sprak over zijn roots en het geluk om deze te herontdekken en te kunnen vaststellen dat het Baskenland nog steeds bestaat en leeft deed iedere toehoorder stil luisteren.
Zo, beste lezers, we gaan terug over naar de orde van de dag. Binnenkort is er weer, na twee jaar, de Dodentocht in Bornem. En op de radio is er de Tour de France, steeds een belevenis.
Het WhatsApp groepje, Camilo, is opgezet door Charles de American. Hij is met zijn dochter Morgan op zaterdag verder getrokken naar het einde van de wereld. De Letse, Damara, is gisteren morgen met de bus naar datzelfde eind gereisd. En ik, heb des morgens eerst mijn PR verzorgd. In de namiddag heb ik samen met de Canadese, Sherry, aan mijn cultuur gewerkt. In de wandelgangen van de kerk, eigenlijk op het dak 3e verdiep, werd gefluisterd dat er weer rook door het gebouw ging vliegen. En dat wou ik nu toch eens vanop de eerste rij meemaken. Dus zat ik om zeven uur al op een moeilijke kerkbank, op de achterste root.
Zelfs dat extra halfuur afzien werd niet beloond. Op het eind van de dienst, anderhalf uur later vloog er niks door het zwerk. Conclusie, geloof zelfs geen persoon met een toga, zeker niet in de wandelgangen.
Het laatste avondmaal, vrijdag avond, was voortreffelijk. Het restaurant El Papparoria, in de drukste straat, was volzet. Om 10u was het onze beurt en het was het wachten waard. Vijf verschillende gerechten en alles smaakte om ter best. Rond middernacht konden de volgenden binnen.
Daarvoor had Camilo een gids gereserveerd voor een stads verkenning. David, de gids, sprak goed Engels met een nog betere tongval. Duidelijk een inwoner van Jakob zijn stad. Elke keer hij ergens een uitleg begon stelde hij de vraag: Why, onmiddellijk gevolgd door: I tell You.
Vandaag heb ik me onledig gehouden met Wat? Dat zal ik vertellen!
Met een busrit naar Finistere. Ofwel was de chauffeur niet geïnformeerd ofwel was hij het vergeten, hij nam een doodlopende weg. De brug in het dorp was in herstelling. Keren was onmogelijk en dus volgde en Echternach rit van bijna een kilometer. De rit heen duurde 3u, terug maar 2u.
Hij kreeg wel applaus voor zij stuurmanskunst maar het zweet stond in zijn schoenen.
En nu nog een frisse pint alvorens een laatste nacht in Spanje, fingers crossed.
Gisteren was de kamer vlug gevonden, wel voor één nacht. Dus vanmorgen terug op zoek gegaan. Van arrenmoede naar het toerisme bureau getrokken. Helaas konden ze me daar voor minder dan 150/ nacht niet helpen. Een albergue even uit het cenrtrum is de volgende drie dagen mijn uitvalsbasis.
Deze morgen mijn rugzak gepost, viel ietsje duurder uit dan verwacht. Samen met het goedkope ticket komt het toch nog goed.
Straks komen we terug samen voor een rondrit door de stad. Waarschijnlijk zullen we erna, zoals gisteravond, gaan eten met gedeelde gerechten. Ieder besteld zijn goesting en deelt met de anderen. Mooi toch.
Heb deze morgen een kapper mijn krullen laten goed leggen. Ik heb hem proficiat gewenst, met google. Hij straalde.
Hij straalde net zoals de zon, die al een hele dag van jetje geeft. Nu in de late namiddag 25°C.