Bellum ita suscipiatur, ut nihil aliud nisi pax quaesita videatur - De oorlog moet zo opgenomen worden, dat niets anders tenzij de vrede schijnt gezocht te worden. Hugo Peregrinus
30-06-2022
Santiago
Beste Lezers,
Kort, her zit erop. En in Galicië regent het niet elke dag. Tenmiste niet op de plaats en het moment dat ik daar was. Het maakt de regendagen van een vorige editie een beetje goed.
Het afhalen van den diplom verliep vlekkeloos, geen urenlang meer aanschuiven. Wel was de controle zeer secuur. Maar bon, om 16u konden we toasten op het resultaat. Of anders zou het op iets anders zijn geweest.
Vanuit mijn kamertje voor één nacht kijk ik op de Kathedraal.
En nu opstappen en voorbereiden voor het laatste avondmaal.
Nog één dag op de camino. Ik zou bijna schrijven gelukkig. Maar dat is niet helemaal waar. Het parcour is bekend, het grote aantal wandelaars is ook bekend. En zelfs de commerce is niet nieuw. Toch blijft het de Camino de Santiago. Ongeacht de manier waarop iemand deze tocht, lang of kort, volbrengt, het is de intentie en de motivatie die belangrijk blijven.
Op mijn leeftijd denk je al eens terug. Of beter, denk je niet te lang meer vooruit. As it comes.
Ik ben dankbaar voor het leven en de mogelijkheden die me gegund zijn. Vooral dankbaar met een persoon die me ongelooflijk steunt en me dit gunt. Agnes, de liefde van mijn leven. Aan Jorg en Evert, bedankt om me te verdragen.
Zoals al eerder vermeld, de highway camino loopt makkelijk, de rugzak weegt niks meer en thuis is in zicht.
Nu ik tijd heb is er de mogelijkheid om toch eens tot Finistere te gaan, met de bus welteverstaan. Maar in eerste instantie er voor te zorgen dat mijn bagage via post in België geraakt.
Ben in een groepje verzeild geraakt dat klikt. Al zitten we deze avond verspreid, morgen gaat het wellicht naar dezelfde albergue. Ikzelf zit alweer in een Xunta de Galicia herberg, 8. En die voldoen aan een aantal normen die een gezonde omgeving waarborgen. De tolk, Madara, en het koppel met de jongste pelgrim zijn hier ook.
De plaats van overnachten is Arzua, een bekende naam bij pelgrims. Hier komt de Camino del Norte ten einde en vervoegd de Frances. Het aantal pelgrims is meteen een flink pak hoger.
Rond de middag arriveren we aan een kapel. En deze is open. Een persoon met een fluo hesje met vermelding: voluntario, verwelkomd ons in Spaans met een accentje. Blijkt het een Italiaan te zijn die hier, via de Confratery of James, gids is en het gebouw openhoud.
Enkele kilometers verder staat een verwijzing naar een restaurant, 270 meter van de weg verwijderd. Daar dus heen gelet op het uur. Twee uur later, 16u15, zetten we onze weg verder. De chef bleek alweer een Italiaan te zijn. Zijn kennis van de keuken was net zo goed als deze van de vele Europese pelgrims wegen, uitstekend.
Na een frisse start onder een stralende hemel heb ik eindelijk terug in T-shirt en korte flok kunnen lopen.
Vandaar de titel, schuif aan tafel op het warmste van de dag.
In het klooster zijn nog enkele mannen die in een pij rondlopen. Of het monniken zijn, I will not chance my arm. (St Patricks Cathedral Dublin)
De torenklokken daarentegen zijn wel degelijk goed werkend. Volgens de uitstekend Engels pratende monk zullen deze tussen 22u en 6u very quiet zijn.
Een prachtige morgen doorheen een prachtige natuur, het kan slechter. Voor de rest is er weinig te melden. Het klooster is leeg maar de kerk maakt juist daardoor indruk.
En het avondmaal, het laatste in deze bezetting, smaakte voortreffelijk. Dat is ook camino.
Zit nu in een door de Confratery of St-James gerunde albergue. Mooi, modern en all the way very English.
Het viertal from Sheffield zit hier als vrijwilliger voor veertien dagen. Kevin, Gary, Phylly and David zijn schoolvrienden die op hun zestig jarig bestaan een reünie hadden. Zo volgde de afspraak om voor de CSJ dienst te doen, ook wegens hun eigen camino ervaring.
Er is hier nog een jong koppel, hij Zuid-Afrikaan, zij Schotse, met hun 7 maanden oude dochtertje, Rebecca.
Het kind word opgevoed in het Suid Afrikaans, Engels en Spaans, mama's origine.
Zit hier ook, Madara, een Litouwse die Chinees heeft gestudeerd en daar vier jaar heeft gewerkt. Verder spreekt ze, buiten haar moedertaal, Russisch, Duits, Engels en noties van Spaans en Italiaans.
Alle pelgrims die zijn binnengekomen spreken dezelfde taal, dat bespaart een hoop gebaren.
Vandaag was een rustige wandeldag, niet ver en door een prachtig stukje natuur. Natuurlijk heeft Laura haar steentje bijgedragen, na vier dagen zeker welgekomen. Dat het frisjes was is er met plezier bijgenomen. En de 100 km paal is gepasseerd, althans het merkteken. Blijkbaar heeft men geoordeeld om dat paaltje zes meter verder te plaatsen.
En ja, ik ben links gegaan.
Morgen een laatste trip boven de 20 km naar alweer een klooster.
Op één van de foto's zie je een ONCE lotjes verkoper, een veel voorkomend straatbeeld. En die brengen blijkbaar veel lotjes aan de man/vrouw.
ONCE, herinner ik me, is jarenlang een goede prof wielerploeg geweest. Vooral Laurant Jalabert en Alex Zûlle hebben met die ploeg menig succes geboekt. De laatste Belgische winnaar van een grote ronde, Johan Bruyneel, droeg de meekentrui. De ploeg kwam in competitie tussen 1989 en 2006, toen het in de nasleep van ene dokter Saiz alle banden met de ploeg verbrak. Hieruit ontstond Astana.
Maar Once is veel meer dan dat. Het is een loterij voor het goede doel met al vele prachtige initiatieven op het palmares. In eerste instantie was het voor de blinden en slechtzienden, nu algemeen voor de rechten van alle mindervaliden.
Voor de middag verliep de tocht voorspoedig maar erg fris, koud zeg maar. Na de middag doken de bergjes terug tesamen me de buien. Zit nu in Baamonde, een stad(je) met een mooie albergue de peregrinos de la Xunta de Galicia. Deze is vrij groot, 94 bedden zijn beschikbaar. Dat komt omdat er nog een camino hier passeert.
Volgens de officiële app van de Camino del Norte zijn er in Spanje zo'n 38 camino's. Nog vele jaren te gaan me dunkt.
Vanmorgen dacht ik toch wel heel kleine kalfjes te zien. Bleken het twee honden te zijn die bij de koeien in de wei leefden, ze bleken zelfs gras te eten en te kauwen. En de grote beesten hadden, zo te zien, graag dit gezelschap.
De 7 laatste beelden geven een beetje de indruk van de leegstand en verkrotting van vele gebouwe, zowel in de stad, het dorp of den buiten. Bijna had ik het woord platteland gebruikt.
Morgen begin ik aan de laatste honderd, geen dagen hé.
Alleen ontbijten in een eetzaal voor 100 personen is eens iets anders. Ik had zelfs een grote tafel ter beschikking.
Voor de te volgen weg stond ik op een tweespalt: links de laagste, met weinig hoogtemeters, rechts de kortste maar wel klimwerk.
Bon, het werd de kortste. Na 2u45 was ik al 5 km verder. Het bleek alsof waar ik liep het wolkendek open ging. Echter, bij het naderen van de in de mist verborgen top week er niks meer. Het bleek me raadzaam om voorzorgsmaatregelen te treffen. Niks te vroeg, de mist maakte in een mum van tijd alles nat. De wind voegde zijn part toe door frontaal aan te vallen.
Na een twintigtal kilometers stond O-XISTRAL langs de weg. Dit is een albergue van de bovenste plank. De hospitalero, ik vermoed een dierenarts, heeft er vijf jaar aan gewerkt. En het mag gezegd en geschreven het resultaat is prachtig.
De kookkunst van de man is evenzeer te waarderen.
Oja, er is inhet zwembad niet gedoken, 12°C is niet bepaald veel om te zonnen. De graden van de beklimming weet ik niet precies, wel dat het de laatste zware beproeving was.
Hoe onthoud je een naam makkelijker? Meestal door het maken van een link. Ik overnacht in een klooster in het stad(je) Mondoñedo. Het is niet zomaar een stad, het huisvest een kathedraal en een groot klooster. Eigenlijk is dit laatste een Seminario. Voor één nacht ben ik ingetreden en bevindt me nu binnen de muren omgeven door eerbiedwaardige grijsaards.
Net zoals in de vele kleine dorpen vindt je de jeugd meer in de steden. Veel lege of verwaarloosde woningen kenmerken de veranderende omstandigheden. De auto is een must binnen deze gemeenschappen.
Wel opletten met de term verouderd en verwaarloosd. Niets is soms wat het lijkt en voor je het weet hangt er een hond aan je broek of heet ie Woef.
Hetzelfde geldt voor gene mens tegenkomen. Vanmorgen daal ik een wegel af als er een manspersoon uit tegengestelde richting komt. Iemand in T-shirt en lange broek zal wel een local zijn. Maar als die met een sikkel zwaait denk je aan een druïde. De korte haartooi van de man in kwestie leek wees meer in de richting van een koppensneller. Even flitst je leven aan je voorbij. Hier op de Camino del Norte is Hugo_peregrinus aan zijn eind gekomen. Met een gebaar richting mijn keel begon de bomen keurder hartelijk te lachen en wenste me buon camino.
Voor de zekerheid slaap ik dus vannacht in een klooster.
Dat er al twee fotoreeksen de titel Costa droegen is de reden van de gisteren geplaatste. Vandaag heeft het dan iets vandoen met de afstand. Op mijn huidige rustplaats staat een wegwijzer paal die indikeerd dat er nog 170 km resten tot Santiago.
Toen ik via de autostrade brug over de Ria de Eo Galicië binnen wandelde zag ik de eerste schelp in de juiste richting hangen. De langste lijn duid de richting. Of toch niet? De volgende schelp hing weer met de punt als richting aanwijzing omhoog. Hoe ik dit kon zien? De gele pijl staat er bij. In Ribedeo hingen dan weer twee schelpen met de punt naast elkaar. Verder hing er zelfs eentje horizontaal. Daar kon je uit drie richtingen kiezen. Voor de zekerheid is en blijft de pijl mijn richting aanwijzer.
De kust is uit zicht. De afzwaai naar hoger gelegen regionen is ingezet, en hoe. Het verschil zit hem in in de wegen, die zijn breder en goed begaanbaar.
Omdat het verschil tussen de twee volgen etappe plaatsen te groot is zal het morgen rond de 20 km draaien, wel met enkele honderden hoogtemeters te overbruggen. Dit getal loopt over de duizend de volgende dag. Daarna blijven we op de hoogvlakte, zijn de verschillen redelijk.
Nog een tiental stapdagen, op maandag 4 juli kom ik naar huis.
De titel slaat op vandaag, de start van de zomer. Ik hoop dat er in België meer zon is te zien. Hier is het gene vette. Ik klaag daar zeker niet over, temeer daar de regen zich heel beperkt houdt. Maar hier in Tapia de Cassariego denkt men daar wellicht anders over. Het is een toeristische stad, heel mooi gelegen aan de woeste kusten van de Noordelijke Atlantische Oceaan en de Golf van Biskaje.
Alhoewel het een heel kalme zee is breekt de lichte deining met ruwe kracht op de rotsen.
Een rustig toerke langs het prachtig aangelegde wandelpad brengt je, steeds op korte afstand van het centrum (de kerk) in een half uur terug bij af.
Dat was het bij mij ook, af. Vandaag heerlijk stapweer met temperaturen van 14 tot maximum 19°C.
In La Caridad kon men een stempel ophalen. Daar trof ik die originele kruisweg aan. Rechtover diezelfde kerk kon men de plastic flessen deponeren in het hart (van het dorp).
Enkele kilometers verder is een splitsing in de camino. Links loopt de oude route, rechts de nieuwe. Die nieuwe is er gekomen na de aanleg van een brug over de Ria de Eo. De baai is tevens de scheiding tussen Asturië en Galicië.
In Nivia alweer een scheepswerf gespot waar slepers worden gebouwd.
Hopelijk wat meer slaap zodat we morgen onder de 200 km grens kunnen duiken.
Toch weeral verschieten als ik de route bekijk en mijn volgende track bekijk. Er resten nog 230 kilometers te gaan. Morgen is het volgens Spaanse normen een vlakke dag. Daarna steek ik de baai tussen Figueras en Ribadeo over en belandt ik in Galicia, de pispot of Europa is her second name. Wederom zal de richting aanwijzing van de schelp worden omgedraaid, het ronde gedeelte is de te volgen weg. Asturias is de enige Spaanse regio waar de scharnier zijde de richting aangeeft.
Vanaf de nachtpo gaat het af en toe weer richting 400 á 600 meter, hoogte wel te verstaan.
De stad Luarca is een parel aan de kust, heb een uiterst beperkt aantal foto’s geplaatst.
Vannacht zijn we met drie in de nette albergue de peregrinos de Piñera. In de oude school is een zaaltje voorbehouden voor de dorps gemeenschap. Vanavond was het dansavond en op het ritme van George Baker Selections Paloma Blanca werd hevig van jetje gegeven.
Françoise de Française zal morgen de afstand beperkt houden. Ik denk dat Sandro al helemaal niet ver zal geraken. Hij doet een 15 kilometer per dag. Toen ik hem ontmoette van namiddag kon hij zich nog nauwelijks verplaatsen. Nu ligt hij al 30 minuten heeeel dikke bomen om te leggen, dat beloofd.
De costa route werd gisteravond aangeraden door de hospitalero. Hij beschreef de bergroute als veel te moeilijk. En, volgens dezelfde bron, kon je er nergens even stoppen om te eten of drinken.
Dus, dus iedereen koos voor de costa way. En inderdaad, de bron had de waarheid verkondigd. Alleen had die er niet bij vermeld dat je elke kloof stijl naar beneden moest en inderdaad ook weer .... Elk dorp of dorpje lag op zo een tong en ik heb er acht geteld. Elke pilgrim is het er overeens, heel mooie tocht maar verdomde moeilijk.
Aan alles zijn twee kanten,soms meer maar dat doet niks terzake, en de ommekant van het moeilijke was het schone.
Op de foto's kan je zien waarom. De keien werden door de kracht van de golfslag, van een kalme zee, opgeworpen. Pootje baden is er op die plaats niet bij. Er is een kort filmpje en een panorama foto bij.
Nog positief, een MdD deze middag en vóór de regen alweer onder de douche.
Ik zit nu in Soto de Luiña, niet ver van de kust. De eerste planning was om tot El Pito te gaan. Tot de volgende stop is niks te drinken of eten en dus was het kiezen. Morgen zou het dan 35km zijn met bovenop nog een flinke kuiten bijter of vandaag, bij goed stapweer, die 32 afwerken met enkele kleine bijters.
Juist bijtijds betrad ik het oude schoolgebouw, de eerste druppels vielen neer. In de bergen rommelt het wel, echte regen zal voor straks zijn.
Ik ben klaar om te gaan rusten, het zal deugd doen.
Vroeg begonnen is half gewonnen. Leuk stuk door een stille stad. Een uur later, 07u30 begint het stads lawaai volop. Bij het zien van het naambord met de rode streep dacht ik aan een rustig verder verloop.
AM ofte Arcelor Mittal is van dan af de heersende factor in het dag verhaal. Het stof en lawaai overheerst letterlijk alles. Zelfs de wegen waarover we worden geleid zijn roestig bruin en gevaarlijk. En dat duurt, op een vallei van ongeveer 4 km, tot in de stad Avilès, 25km verder.
De stad zelf is ok en levendig. Zelfs de uilen kunnen hier spreken. Euh sorry folks from Kruibeke. Wel bedankt voor het ommetje om me gedag te zeggen.
Vandaag geleerd dat de Quatarezen ook Estrella verkopen en dat Basken, ook Amerikaanse, Bask blijven.
Maar hierover meer een volgende keer.
Zit. In de albergue in internationaal gezelschap. Niet alleen de al genoemde Americans, Germans, one Hungarian en .... één Belg. Voertaal Inglishe.
Voor het volgen van mijn tocht via het kaartje, het eindpunt blijft hetzelfde. De weg, camino, erheen is enigzins anders. Kijk naar het noorden van Español en vindt Gijôn. De zwarte punten, gezet door de thuisbasis, love ❤️, zijn de leidraad.
De bus genomen om kwart na achten. Gisteren nog info ontvangen over de vertrek uren en plaats. Als vreemdeling is het zoeken. Google weet veel, lokale info is accurater. Alhoewel, Google raadde vertrek tijd om 10u15. En dat is ook juist omdat in Torreviega er pas om 12u05 verbinding is voorzien naar Gijôn. Dus toch meer dan twee uur moeten wachten. Op zich niet zo erg, denk aan Ireland, time en God.
Opvallend is de rit naar Torrevieja, ik denk dat we van een hoogte van 850 meter zijn afgedaald naar 100 meter boven zeeniveau. De chauffeur moest meer zijn retardor opzetten dan gas geven. Ook de temperatuur zakte naarmate de kust naderbij kwam. Wat bijna niet is te tellen zijn het aantal bruggen en viaducten, wat moet dit hebben gekost. (Met steun van de EEG)
Die temperatuur varieerde van 22 bij vertrek, 29 tijdens de rit, 27 in Torrevieja, 34 in Oviedo om terug de dalen naar 28°C in Xixa.
Na bezoek aan Toerist Info, waar ik werd bediend door een uiterst behulpzame dame, vond ik een kamer voor low prize.
Na installatie stel ik vast dat Wifi onvoldoende werkt. Na een toer langs de kust/strand ben ik dan noodgedwongen in een bar met goed werkende wifi gestapt. Het resultaat kan je nu lezen.
Gisteren was de tekst klaar toen het weer misliep. Dat swipen is makkelijk, soms te.
Rusten is belangrijk net zoals goed slapen. Je kan wel 10 tot 12 uur rusten maar daarom niet zo lang slapen, vandaar dit vroege uur.
Ineens was Woef er. Ze kwam op me toe gelopen alsof een begroeting. Rustig, vriendelijk draaide ze om me heen. Ik dacht in eerste instantie dat Woef kwam kijken wie er op haar eigendom afkwam. Toen het huis al een flink eind achter me lag liep het hondje nog steeds voor en achter me.
Ik kon haar niet overhalen terug te keren, het enige Nederlands dat ze verstond was ZIT. Eten was het waaraan ik dacht, zowel voor mezelf als Woef.
Bij het afleggen van de rugzak zat haar snuit al aan mijn hand. Tja, hier kom ik niet met een stukje worst vanaf. Dus nam ik enkel een slok water en ging verder. Zonder agressief te worden maakte Woef me er wel attent op dat ik iets was vergeten. Even tegen mijn benen lopen, de pas afsnijden of gewoon met een hondenblik je aanstaren. Je zou er bij wegsmelten. Een uur later liepen we nog steeds samen. Ik keuring langs de kant van de weg, Woef zowat overal, tot ergernis waarschijnlijk van enkele automobilisten.
In een dorp van 500 meter lang, drie huizen en een boerderij stond een zitbank in de schaduw. De bewoner gaf me graag fris water en de toestemming gebruik te maken van zijn facilities. Woef was weg, dacht ik. Het beestje had zich aan de andere kant van de deur neergelegd. Zou het zijn thuis gekomen?
Bij het rechtstaan na het diner bleef ze roerloos liggen. Oef, de liefde was over.
Ruim op tijd arriveerde ik in Reinosa om een flinke MdD te verorberen.
Straks met de bus naar Gijon. Dit vervoermiddel is sneller en soepeler dan de trein.
Zo, heb ik nu tijd om een tukje te doen op de bus.
Bij het zien van de datum dacht ik, bij deze temperaturen, spontaan terug aan een bal poupe à l'aire in Castelnaudary. Het immense plein was vol dansende mensen, het stof vloog in het rond. Kwam het door de warmte dat ik me van maand vergiste.
Het is dus nog niet zo ver,, maar dat dansen komt nog wel.
In de mist, het is op de hoogvlakte geen nieuwigheid. Terwijl ik hier zit te typen is de hete wind vervangen door winden uit de bergen. Je ziet het wolkendek in de verte komen aangerold.
Dat komt de nachtrust ten goede. De houten cabine, gehuurd voor 15, wordt nu goed verlucht. Ik denk dat mijn slaapzak nog van pas zal komen.
Deze namiddag rond 15u15 kom ik aan in Arija en besluit een frisse pint te pakken. Een smalle gast komt binnen en vraagt op de man af of ik pelgrim ben.
Mick, afkomstig uit de buurt van Leeds, verwijst me naar de camping en vertelt langs zijn neus weg dat hij komt eten, menu del dia voor 11.
De rugzak vlug in een hoek gesmeten en terug die herberg binnen. Weeral geluk, het mocht nog van de bazin gelet op het late uur.
Tegen vijven op de camping en zoals geshreven gisteren enig zoekwerk verricht in verband met beschikbaarheid betaalbaar logies. Ook Michel, his real name, weet er niet te veel op te noemen. Hij beweert nochtans een camino specialist te zijn. Maar als ik het flodder papiertje met gegevens denk ik daar het mijne van.
Ik twijfel dus niet langer en stap morgen tot Reinosa. Daar overnachten en de volgende dag is rust en reisdag. Een combinatie van bus en trein brengt me naar Gijôn. Dan herneem ik de camino del Norte, waar ik die zeven jaar geleden heb verlaten om de camino Primitivo te nemen.
Die brug, het brede wandelpad, is het restant van een trans Iberische lijn. Het is te zeggen, in 1873 is men begonnen met het uitwerken van dergelijke plannen. Men heeft het opgegeven in 1957. Twee wereld oorlogen en een burger oorlog zullen daar zeker voor iets tussen zitten.
Op de middag heb ik voor het eerst een cola gedronken, had het nodig. En dat smaakte.
Nu nog even genieten van de koele bries die vanaf het embalsa de Ebro komt, een gigantisch stuwmeer. Morgen zie ik waarschijnlijk de torenspits van de kerk van het verdwenen dorp Arija.
El albergue betekent herberg in meerdere betekenissen.
In spanje is dat ook zo. En op gekende pelgrimsroutes zijn er meerdere die zijn ingesteld op het ontvangen van Jakobusgangers. Op de weg die ik nu volg vind je ook regelmatig albergues, maar in de zuivere betekenis van kroeg. Weliswaar kan je daar ook goed eten. Voor weinig geld ontbijt, menu del dia op de middag is in de grotere dorpen geen uitzondering, tenminste als ze op een verbindingsbaan liggen.
Vandaag heel mooie tocht gemaakt, vooral in het bos. De zon had dus minder invloed op het dranverbruik. Water kan je nochtans regelmatig bijtanken.
Minder is alweer de huisvesting. Hotels zijn geriefelijker en makkelijker maar ook een pak duurder. En als die dan geen avondmaal serveren is 30 à 50 toch nogal veel. Temeer omdat ik drie dagen op een rij niet de kans had op een dagschotel, neje die niet, en dan maar tapas of iets in die aard heb gegeten. Niet slecht hoor, maar een warme maaltijd ontbreekt.
Morgen stap ik blijkbaar een toeristisch oord binnen. De hotel prijzen zijn hoger, de beschikbaarheid lager. Als ik niks treffend vindt beraad ik me om de Olvidado drastisch in te korten. Maar eerst raadpleeg ik uiteraard wat er in het verslag op de app staat vermeld. We nemen rustig de tijd. When God made time, He made plenty of it.
Maar het verhaal van Santo Tomas moet er nu toch in.
Vorige week belandde ik in het dorp, kerk met enkele huizen, Santo Tomas. Na een stevige beklimming was het tijd voor een stukje brood met sausisse. Hoe schrijf je dat ook alweer?
Bon, ik open de rugzak, pak mijn mes en snij een stukje van de worst. Het hondje, dat behoort bij een oudere dame die in de tuin werkt, kwam op zijn dooie gemak naderbij en bleef op enkele meters achter me wachten. Ik wist toen al wat die kwam doen. En inderdaad, ik zat pas neer toen hij voor me kwam zitten met zo'n snoet waar je compassie van zou krijgen. Een toegeworpen stukje brood verdween in een wip. Er volgde een tweede, idem dito. Maar zijn blik bleef gericht op dat ander lekkers. Ik kon dit toch niet weigeren. Het kauwen duurde iets langer. Een volgend stukje brood bleef onaangeroerd maar zijn blik bleef gefocust. Ik raapte het stukje brood op en wreef er het mes mee af. Toen was het acceptabel voor Santo Tomas.
Grtjs
Hugo_peregrinus
Op een bepaald moment moet je de keuze maken tussen een stenen of een houten rivier overgang, zie foto. Beiden zijn moeilijk, vallen is niet uitgesloten. Welke heb ik genomen.
Baskenland is al achter de rug. De steile klimmen blijven hopelijk ook achterwege. Vandaag was het nog even bijten op de rots/modder wegen. Eens goed aanbeland in provincie Burgos veranderde zowel de paden als het landschap. Weidse zichten werden weer mijn deel. Wauw!
Met het landschap veranderde ook de meteo. Van donder en bliksem naar prachtig blauwe luchten, met navenant stijgende temperaturen. Wauw!
De geboorte van twee lammetjes op een haar gemist. De dierenarts zijn handen waren nog nat, het was een stuitligging en hij had moeten helpen. Ik bleef eerst op afstand maar zowel de arts als de hoedster deden teken dat het ok was. De kudde zette zijn weg verder om de ooi rust te geven en haar jongen te begroeten.
En de slang, ske, is echt. Ze stak haar tong naar me uit. Ik weet niet of dat liefelijk was bedoeld.
Buiten de gele pijlen hebben ze in Castilla Y León op regelmatige ijzeren platen als wegwijzers geplaatst.
Espinosa de los Monteros is een oude stad maar op een zondagavond best gezellig, er zijn zo'n 6 bars in de onmiddellijke nabijheid. Dat hoor je eens je de deur van de gang opent. Gelukkig lig ik safe, zal de rust en slaap nodig hebben.
Ik rol van het ene feest in het andere. Het uitgaansleven in de oude bario stopt blijkbaar nooit. De vier bedden op de kamer die onbezet bleken werden in de loop van de nacht gevuld. Dat zou nog gekund hebben, de nachtelijke orgels bleven draaien. Ik heb geen oog dicht gedaan.
Heb dus, na mijn pakje aan Marianne te hebben bezorgd, de buurt trein van de stad weg genomen. De stap afstand is beperkt gebleven. Bij aankomst bleek het in Balmaseda alweer feest te zijn. Het betreft hier een folkloristische aangelegenheid, dat zal mijn nachtrust niet bederven.
Het verblijf bleek moeilijker te vinden, met hand enkele woorden en telefoontjes van bereidwillige Spanjolen, euh Basken, kwam het voor elkaar.
Ik kan kiezen uit twintig bedden, prima douche en dito keuken èn nog winkels open. Geen fanfare van honger en dorst.
Voor morgen al klein landelijk hostel gevonden met maaltijd en el desayuno. Wel 39 km verder!
Een grote stad vraagt veel tijd en loopwerk. Dat laatste wil je na 28 km liever niet, maar dat is het bestaan van een pelgrim. Temeer omdat ik een pint kon drinken met Marianne, die op dit ogenblik de regio Baskenland bezoekt. Heb hierbij weeral geluk dat ik wat overtollig materiaal uit de rugzak kan meegeven, bedankt M.
Ook afscheid genomen van Lucas, le Suisse, die maandag huiswaarts vliegt. Morgen ook afscheid van Pedro Silva, die verder trekt op de camino del Norte. Hij zal, net zoals ik, openbaar vervoer nemen om de stad uit te komen.
De albergue in Guernika is gesloten. 8km verder is nu de overnachtingsplaats. Totaal 32 km in stijgende lijn, aankomst ter plaatse na vijven, was en strijken, voor morgen plaats zoeken in Bilbao, eten en nu nog even bloggen. Het leven van een pelgrim loopt niet over rozen, wel over bergen.
Ik zou het vandaag heel kort kunnen samenvatten: ook op deze camino kan het regenen.
Pas na veertien dagen on the way in de regen gelopen. Het heeft er voor gezorgd dat de 25 km iets vlugger achter de kiezen waren. Via diezelfde kiezen verdween om 13u30 de menu del dia. Regelmatig had ik een beetje gegeten, maar er bij gaan zitten was er niet bij. Het was dus tijd om de inwendige te versterken.
Rond drieën was de albergue geopend en vloeide met de warme waterstralen de vermoeidheid ten dele weg. Een heuse siësta deed de rest.
Eugenio, een man uit Malaga, wist van het thuisfront dat het daar nu heel heet is.
Het leek wel of het steeds omhoog liep. In het begin, zeker 1u45 was dat vrij steil. Hard labeur dat bleef duren tot we in de mist belandde. De dreigende wolken lieten al vlug hun druppels op ons neerkomen. De lange en steile afdaling naar Markina-Xemein was gelukkig het laatste wapenfeit van de dag.
Het beeld materiaal is beperkt. Het gerommel met plastic zakken geven geen garantie op succes, eerder op disfunctie van het equipment.
Morgen in Guernika-Lumo. Ben ik vorige keer nog naar de kapper geweest, jaja.
Bideon is Bask voor Buen Camino. De dame op het toerisme bureau, waar de inschrijvingen plaatsvinden, maakte ik een compliment met haar voortreffelijk uitspraak van de taal van Molière. (Hoor me!) Hoeveel talen ze sprak? Bescheiden noemde ze Spaans, Bask, een beetje Frans en Engels. Bask zie je op alle officiële publicaties terwijl een kleine minderheid het spreekt. Ze gaf me een vertaal boekje kado. Hierin staan zeven talen op een rij, English, Français, Deutsch en Euskara, Catalá, Castellano en Galego. Mooi kadootje.
Deze morgen kwam ik over de top van een berg(je!) En hoorde een bekend geluid, gehamer op staal. De astillero van Zumaia is er nog steeds, bekijk de foto. Het schip is zeker niet buitenmaats. Ik heb me daar even gezet om herinneringen op te halen. Een voorbij ganger sprak me aan en verwees uiteraard naar Santiago. Hij wist te vertellen dat het een hotelschip is, waarschijnlijk voor de offshore in Noorwegen. Er lagen nog twee casco's op de helling. Ook de twee voorste rolbruggen mogen er zijn, 100 ton hefvermogen.
Verder moest de aimabele man nog kwijt dat hij hospitalero is in Deba. Wie is er vandaag van dienst?
Volgens een aantal foto's zouden jullie kunnen denken dat het vandaag dierendag is. Wel, zulke taferelen zijn er elke dag Dit is speciaal voor Haasdonk Jan. Waar ik geen foto's van kon maken zijn een everzwijn met jong, een hertje met jong, een ree en de vele hagedissen.
Voorbij Zumaia reed een groep iets oudere mannen me luid pratend, hoe anders, stijl bergop voorbij. Dat moest elektrisch zijn, en jahoor, de buon camino's vlogen me om de oren.
De onafhankelijkheidswens kom je regelmatig tegen, op spandoek, vlag of houten paneel.
Ik slaap, samen met 59 andere, (61 er komen 2 zwart slapers binnen) in het trein station.
De siësta deze middag deed deugd. Morgenochtend is het meteen volle bak, het lijkt wel een muur.
Een off-day maakt nog geen slechte camino, al zeker niet als toch het doel is bereikt. Geratia is een toeristisch dorp aan de kust, vandaar de titel van de fotoreeks.
Het is nu 19u gepasseerd als ik aan mijn blog begin. Heb zopas een babbel gedaan met de Hospitalero die dit al doet sinds 2014. Met dank aan Kozzen. Chiaro is een sterke en geduldige dame. En ze heeft ervaring en gezag. Een Italiaans fiets koppel was al binnen getreden, om al eens te visiteren maar werden vriendelijk verzocht eerst in te schrijven.
Ik zie zelf dat de bedden maar voor de helft zijn bezet. Dat komt vooral door de afwezigheid van de Duitsers, die anders wel 40 à 50 % van de pelgrims uitmaakten. Verder merkt Chiaro opvallend minder Aziaten op, in het bijzonder de Koreanan. Daarentegen zijn er meer Zuid-Amerikanen te tellen.
Het strikte sluitingsuur, 10u stil - 10u30 afsluiten albergue, houdt ook vele tourist pilgrims tegen. Zij geven dan de voorkeur aan de dure hostels beneden in het dorp.
Voor mij is dit, egoïstisch zijnde, beter. Minder plastic gewriemel, meer plaats op en kans in de hygiënische ruimte ofte het huisje.
Heb deze namiddag al een flinke uil gevangen en geniet nu van de rust, de koele zeewind e una cerveza.
Morgen een relatief korte tocht tot het treinstation van Deba. Ik tikte deze albergue eens in uit curieuzetijd en trof een recensie aan dat die al twee jaar zou zijn gesloten. Chiaro weet beter en ik geloof zowiezo geen reviews.
Nog dit, vandaag van Zarautz naar Getaria, is een prachtige boulevard langs en bijna in zee.
Vandaag was pretty heavy. Ik lig nu op een kamer met 8 bedden. Zowel mijn buren boven als naast me zijn Americans.
De linkse twee zijn studenten, de ene is bezig met zijn eindwerk doctoraat de andere heeft het al en studeerd verder voor specialisatie biometriek. Voor dergelijke studies heb je in hun vaderland 200 tot 220 duizend Dollar nodig. Beide hebben, net zoals Geordie van boven, een 36 uur lange vlucht(en) achter de rug. Geordie is pas laat in de namiddag gearriveerd. Maar of hij daardoor ook een dag winst zal maken is zeer de vraag, hij heeft nog geen credential. Dus morgen eerst naar de kathedraal waar pas vanaf 9u een vertegenwoordiger van de Jacobsvrienden zal zitting houden.
Verder, op voor velen de eerste stapdag, kennis gemaakt met mensen uit Finland, Portugal, Frankrijk, Italië en uiteraard Spanje. De vijfentwintig voorziene palen zijn berekend op de eerste jeugdherberg in de stad. Diegene waar ik nu verblijf is 5,4km verder. Het hoogtemeter cijfer ligt ver boven 800. Gelukkig was er steeds die zeebries die het zweet goed verdampte.
Ik was toch blij dar er nog bedden beschikbaar bleken.
In de hal kwamen nog mensen toe, ik was toen al met alles in orde (was en strijk), en ja het ging erover dat het een redelijk zware eerste stapdag was.
De man kijkt me aan en zegt dat ik waarschijnlijk niet met hem zou willen wisselen, daarbij zijn vrouw aankijkend. Ik slik even ongemerkt en bekijkk hem schattend maar zeg niks. Hoe oud ben je vraagt hij plots. 70 blijt hem te verassen. Ik bekijk zijn vrouw terug en vraag haar of hij nog zou willen wisselen. Ik denk het niet, want hij is 65. Stilte. De andere iets oudere man is 75 maar ook hij lijkt jonger dan de uitdager. Nog even lachen, iets groener dan.
Goede Spaanse kost gegeten, nog een goede nachtrust en morgen kunnen we er weeral tegenaan.
In de albergue van Irun is voldoende plaats. Ondanks de onheilspellende berichten over te veel volk op de camino Frances lijkt het hier wel mee te vallen. Ernst, een Duitser, komt van SJPdP en wist te vertellen, volgens St-Jacques, dat er dagelijks 2000 duizend pelgrims willen vertrekken. Dus hier aan de Golf van Biskaya is het goed te doen.
Weeral fijne ontmoeting met een Amerikaan van Mexicaanse origine. Heeft al meerdere tochten met de fiets, meegebracht, op zijn Europees palmares. Is gestart in Amsterdam en wil tot Santiago. Daar zal hij de trein nemen naar Sevilla en te voet de de La Plata lopen om in Santiago zijn fiets terug te nemen en verder naar Madrid te fietsen.
Vooral een humoristische man en uitstekende tolk voor de hospitalero die eentalig is.
Heb vandaag een deel van de route verlaten wegens te toeristisch. Morgen volgt het zwaardere werk over de Jaizkibel, bijna 600 hoogtemeters. De jeugdherberg in San Sebastián zal deugd doen na 25km.
Bij het nalezen van mijn gekrabbel gisteravond wrong er iets in de tekst, maar kon er de vinger niet opleggen. Ik was pas vertrokken deze morgen (7u) toen ik het had: de Y.
Een abeille vliegt soms wel eens in een abbeye, omgekeerd lijkt me nogal moeilijk. Nog gene zonneslag gekregen, want manneken zet zijn hoedje op.hé.
Nog even hebben de Hugo's samen gelopen, hij moest rechts en ik dus niet.
Al ras waren de oevers van de Gave, les Gaves Réunies en de Audour de gideline.
Planning (!) was iets na de middag de laatste kilometers te skippen en in Urt de trein te nemen, kwestie op een ordentelijk uur in het klooster te arriveren. NOPPES.
Treinen genoeg op de lijn Pau-Bayonne, maar enkel stoptreinen voor de werkmensch.
15km ging er nog wel bij en ze lieten me nog binnen in het Maison Diocésane Association.
Ik vermoed dat hier een allegaartje mensen samenkomen, pilgrims included. Morgen na het ontbijt ben ik hier weg, richting Spanje.
Bij de Jacobsvrienden kreeg ik mijn stempel en wat stencils met nuttige info.
Ben op deze camino mijn eerste Italiaan tegen gekomen. Zijn tattoo betekent zoiets als af en toe eens stilstaan en rustig de tijd nemen. Afijn, zo heb ik het begrepen.
En van wateroverlast kennen ze hier ook teeentander. Huizen gebouwd na 1952 staan op een terp.
Morgen, astlukt, overnacht ik in de Calle Lesaka n°1 te Irun. En dan beginnen we aan de trektocht, voor wie wil boetetocht.
Ultreia
Grtjs
Hugo_peregrinus
Nog een weetje: er is getijde werking op de Adour tot de samenvloeiing met de Gave.
Nog een vraagje: wie kent het verschil tussen une rivière en une fleuve.
Het is niet zo warm geworden als voorspelt. Integendeel, het was ideaal wandel weer. De zon hield zich schuil achter een af en toe zelfs dreigend wolkendek. Klokslag 11u heb ik dan ook mijn regenjassen aangetrokken. Die andere was voor de sac à dos. En de paraplu zat stand-by, het waren dikke druppels. Maar 10u10 zaten de regen spullen alweer opgeborgen. Tot daar het reisverslag.
In Cagnotte, zowat ergens halverwege, kwam ik haar toevallig tegen. Zelfs twee. Het betrof twee oudere dames en een vergelijkbare heer die elkaar en mij verwelkomde voor een épicerie. Bonjour aussi en kan ik hier koffie drinken. Jazeker, kom binnen, zet u. Toen het de beurt was aan één van de dames vroeg deze aan de andere of zij ook een tasje lustte en bestelde twee kopjes. Dat tweede was voor de Pèlerin.
Bon, de tweede dame is aan de beurt en biedt me een croissant aan. Deze laatste vertelde me ook wat een zegen het is dat er terug een zaak is waar je een krant of huiselijke spullen kan kopen. Want daaraan is in vele Franse dorpen enorme nood aan. Alles is gericht op de auto.
In Sorde de l'abeille moest ik een uurtje wachten op de hospitalero. 15u stipt arriveerde twee dames. Ze verwelkomde me met: allo Hugo le Belge.
Beide Parisiennes, want dat zijn ze, komen voor ee drietal weken dienst doen in de refuge. Heel goed voor de pelgrims want zij verzorgen ook de maaltijden, repas et pt dejeuner.
Weeral goed gegeten en vooral veel gepraat. Ook de andere Hugo verblijft hier en gaat morgen richting SJPdP. Ik heb nog 35 km te gaan tot Bayonne.
Over mozaïk weet ik nu veel, pas tout, want wat de gids erover heeft verteld tijdens het bezoek aan het voormalige klooster Sorde heb ik niet alles verstaan.
Beste Lezers, Er zijn twee Hugo's en twee Fluppen, euh Phillippe. Er zou een Hugo komen met de fiets en een le Belge. Dat zeg ik bij reservatie, makkelijker schrijven voor de Fransen. De tweede Hugo maakte het kwartet kompleet. En de dame van de parochie, Sylviane, verwelkomde ons met een frisse pint. Bij temperaturen rond 30°C is de fijne en gezellige avond buiten verlopen. Hugo had patatjes en ajuin en gooide er enkele eieren met spekjes over en klaar de tortilla. Ervoor wat gemixte peekkes met daarbij een frisse witte en het feest kon beginnen. Iedereen heeft zijn verhalen of we hebben al dezelfde camino gangers ontmoet. Afijn, 10u was het voor mij tijd om de afwas te doen en te proberen slapen. Morgen 30km tot Sorde l' abbye, overmorgen naar Urt en dan verder naar Bayonne. Grtjs Hugo