Bellum ita suscipiatur, ut nihil aliud nisi pax quaesita videatur - De oorlog moet zo opgenomen worden, dat niets anders tenzij de vrede schijnt gezocht te worden. Hugo Peregrinus
01-08-2019
Geschiedenis
Beste Lezers,
Gisteren was het de laatste dag van juwelier Blaton in de August Wautersstraat. Na 108 jaar stopt de zaak, wel gekend in Temse en omstreken. Drie generaties hebben voor de faam en naam van Blaton gezorgd. Stichter Hubert gaf het voorbeeld voor zoon Paul. Van Hubert onthoud ik zijn klokvastheid. Thuis konden we onze klok gelijk zetten als hij passeerde op zijn ronde. Van Paul heb ik geleerd dat het vak van horloge maker niet zo simpel is. Van de derde generatie, Nadine, onthouden we vooral haar kunstzin en oog voor schoonheid. Voor ons, bewoners van deze straat (wijk), wordt een hoofdstuk in onze Temsese geschiedenis afgesloten. De tijd dat ik aan de hand van het ophalen of neerlaten van de rolluiken wist 'hoe laat het was' is al lang voorbij. Toch blijft de herinnering levendig. Zo ook de herinnering aan een huis van vertrouwen, altijd welkom en soms werd het onmogelijke toch gerealiseerd.
Horlogewinkel Blaton startte in de August Wautersstraat nummer 15 in 1911. Begin jaren 1920 kocht Hubert het huis ernaast, nummer 13, waar de zaak onafgebroken gevestigd is gebleven.
Mijn ouderlijke huis staat sinds begin jaren 1960 in de Philemon Haumanstraat. Sedert 1985 woon ik in de August Wautersstraat en dus heb ik 'Blaton' eigenlijk al mijn hele leven gekend.
Niet alleen als horloge maker, ook als juwelier was het huis gekend. Vroeger, toen de klokken nog mechanisch waren, moest op regelmatige tijdstippen het 'werk' in gang gehouden worden door het spannen (opdraaien) van een veer. Sommige uurwerken waren van een grote precisie, andere dan weer iets minder correct. Daarom de noodzaak om niet alleen die veer op de juiste spanning te brengen maar ook het bijstellen van de wijzers. Zodoende was een horloge maker meer dan alleen maar een hersteller. In de gemeente ging mijnheer Blaton op regelmatige tijdstippen op ronde om bij particulieren het juiste uur te controleren. Het uurwerk in de OLV kerk was ook een van zijn opdrachten. Hij bezat dan ook een sleutel van het kleine deurtje naast de grote ingang rechtover de bloemmolens. Ontelbaar aantal keren heeft hij de trappen naar de gaanderij beklommen.
Dat trapje, TRAP, ken ik ook, ben er (stiekem) naar boven geklauterd. Klauteren mag ik gerust schrijven, mijn benen waren nog vrij kort en de treden vrij hoog.
Mijn straat (!) was in vroeger jaren een echte winkelstraat. Nu blijft daar nog weinig van over. Het dorp van mijn jeugd is verdwenen. Wim Sonneveld zong er vijftig jaar geleden al over. Binnen vijftig jaar zingt er hopelijk iemand anders over. Dan wordt er tenminste nog gezongen.
Het is een beetje stil geweest op de blog. De tropische temperaturen van de laatste week zijn daar niet vreemd aan. Wat niet wil zeggen dat er niks gedaan is, weliswaar niet op het gewone tempo, rustig aan was goed genoeg. Huishoudelijke taken werden beperkt of uitgesteld. Tot de regen kwam. Gisteren, na een afkoelende nacht, was het dan alle hens aan dek.
Na de middag heb ik dan geprobeerd om een voettochtje te maken tot Bornem alwaar ik mijn badge met startnummer 8400 ben gaan afhalen. De stapsnelheid lag iets boven wandelpas, kwestie van niks te forceren. Wel moest ik vaststellen dat veertien dagen relatieve rust niet bevorderlijk is voor de spieren.
Vele jaren stond de wachtrij tot ver buiten het schoolgebouw/turnzaal van het OLVP aan de Temsesteenweg nummer 10. Dit jaar stonden de deelnemers aan de jubileum editie van de DDT tot voorbij de ingang van de kerk op het marktplein. De wachtrij, het afhaalcenter opende om 13u, minderde pas tegen vieren. Tien minuten voor vijven, sluitingstijd (?) had ik mijn badge. Velen stonden dan nog aan te schuiven.
De welgekomen regen stoorde zich daar niet aan net zomin als vele wachtenden. Mijn plu deed dan ook al vlug dienst voor twee.
Het jubileum T-shirt is klassiek wat vormgeving betreft. De kleur dit jaar is zwart met logo DDT groot vooraan en klein achteraan. Vooraan zijn gouden palmen aangebracht. Op de beide mouwen zijn deze palmen terug te vinden met in het midden het cijfer 50.
Zo, volgens de aftelkalender op mijn blog is het nog 11 dagen tot ...
Tegen die tijd ben ik terug volledig in orde. De kine's bij Hyper doen allemaal hun best om de blessure weg te werken. De natuur kan je niet forceren maar goede begeleiding en recuperatie helpen veel. Soms doet het wel pijn, maar 'no pain no cure'. (In het T-shirt zit wel geen blauw verwerkt.)
Dat de voorbije drie titels van een bijdrage met een T begonnen, is toevallig. Het doet me wel denken aan de TTT pagina in den Humo. Van Toerist, Trondheim en Thuis is het wel moeilijk een link te leggen naar deze toentertijd veel gelezen pagina. En eigenlijk weet ik niet waarvoor die TTT dan wel staat. Wiki helpt ons daar natuurlijk bij.
De TTT-rubriek debuteerde op 5 oktober 1961. De naam TTT is een oude woordspeling op de voormalige RTT en staat voor: Tieners Toppers Treffers. Vanaf 1964 tot 2008 werden in de TTT elke week de integrale teksten van Top-hits afgedrukt.
Toenmalig hoofdredacteur Karel Anthierens: "Dat waren onze duurste pagina's, vanwege de rechten, maar het loonde." Een andere traditie was de wekelijkse hitparade, de zogenaamde "Hitlijster". In januari 1963 konden men in de rubriek "Toodeloo" de eerste pagina's met platenrecensies lezen. Op 4 november 1965 werd de TTT-club opgericht en op 20 november 1966 verscheen de column "Pop Secret", met de laatste nieuwtjes uit de internationale wereld van de popmuziek. Karel Anthierens verklaarde in een interview dat het idee voor "Pop Secret" was geïnspireerd door een Deens of Zweeds blad. Toen Guy Mortier in 1969 hoofdredacteur werd groeide het aantal artikels, interviews, actuele nieuws en albumrecensies rond rockmuziek in de TTT aanzienlijk aan.
Tijdens de jaren 70 stond op de eerste pagina van de TTT, vlak bij de laatste nieuwtjes over de popwereld, altijd een cartoonstrookje van Ever Meulen. Meulen verwerkt in elke tekening de initialen TTT. Ook tekende hij toen karikaturen van bekende rockartiesten om de paginas op te fleuren. Later werden cartoons van Kamagurka, Gummbah en Jeroom gebruikt om deze rubriek te illustreren.
De TTT-paginas waren van de jaren 60 tot halverwege de jaren 90 een van de belangrijkste redenen voor het succes van Humo. In die jaren spendeerde de Vlaamse media amper aandacht aan rockmuziek en omdat het Internet nog niet bestond was er sowieso ook weinig (actuele) informatie over te vinden. Humo profiteerde van dit gat in de markt en bood in de TTT-rubriek ruimte voor talloze interviews en artikels over rockartiesten. Sommige interviews zijn vertaald uit buitenlandse muziekbladen, zoals Les Inrockuptibles, Q magazine en Rolling Stone, maar het blad neemt ook eigen interviews af. De bekendste rockjournalisten van het blad zijn en waren: Guy Mortier, Marc Didden, Rudy Vandendaele, Charlie Poel, Jurgen Beckers, Pdw, Geert Op De Beeck, Karel de Knagger (pseudoniem van de Nederlandse journalist Hans Muys) Serge Simonart, Frank Vander linden, Marc Mijlemans, ... Daarnaast kan men in de TTT-rubriek ook laatste nieuwtjes uit de rockwereld, albumrecensies, hitparades, liedjesteksten en informatie over festivals en concerten terugvinden. Generaties Vlaamse jongeren zijn dankzij de TTT meer te weten gekomen over hun favoriete groepen en hebben ook nieuwe en minder bekende artiesten leren kennen en appreciëren.
Inzake haar albumrecensies heeft Humo ook ooit een primeur gehad. Het blad was het eerste rockmagazine ter wereld dat Lou Reed's album Berlin (1973) niet volledig afkraakte, maar er zelfs positief over was. Jaren later werd het album door vele andere bladen geherwaardeerd als een meesterwerk.
Daarnaast heeft de rubriek ook een belangrijke bijdrage geleverd aan de volwassenwording van de Belgische rockmuziek. In 1967 sponsorde Humo het festival Jazz Bilzen en sinds 1977 ook het festival Werchter (destijds nog "Torhout-Werchter"). Ook werkt het blad sinds 1983 nauw samen met de eerste legale Vlaamse rockradiozender Studio Brussel.
In 1978 lanceerde Humo de tweejaarlijkse talentenjacht Humo's Rock Rally, bedoeld om amateurbandjes een zetje in de rug te geven. Veel Belgische rockgroepen zijn dankzij Humos Rock Rally doorgebroken, ook al wonnen ze niet altijd de hoofdprijs.
In de TTT-pagina's staan traditiegetrouw altijd verslagen te lezen over deze evenementen.
Door de opkomst van videoclipzenders als MTV, TMF, JIM en het Internet verloor Humo tijdens de jaren 90 haar exclusieve positie als informatiebron rond rockmuziek in Vlaanderen. Sinds de jaren 2000 heeft het blad daarom ook de nodige veranderingen doorgevoerd. Liedjesteksten worden niet langer in het blad afgedrukt, omdat die tegenwoordig allemaal op Internet terug te vinden zijn. De paginavullende rubriek Wizoektivindt waarin mensen zoekertjes konden plaatsen in verband met het samenstellen van een rockband of optredens is ook afgevoerd. De hitparaderubriek (De Hitlijster) en concertagenda zijn aanzienlijk ingekort. Daar waar men vroeger de albumrecensies eerst volledig moest lezen om het waardeoordeel te weten te komen beeldt men tegenwoordig naast de recensie een waardering in sterren af.
Zo, dat is dan weer opgefrist.
Mijne diplom van de Olav's way heb ik zonder problemen verkregen. Als je al van zover komt, mijnheer, dan zal ik die met plezier overhandigen. De opmerking dat je eigenlijk de laatste 100 km moet gelopen hebben volgde er wel nog op, maar ook nog een vriendelijke glimlach en een stempel op het diploma, mijn officiële boekje en mijn eigen gemaakt pelgrimsboekje.
TTT is voorbij, de DDT is in aantocht. Het gaat zeker in orde komen, ik voel al veel beterschap. En de goesting om er aan te beginnen.
Vandaag even tijd om jullie op de hoogte te brengen in verband met mijn gezondheidstoestand.
Die is goed. Gisteren morgen als allereerste opdracht naar de dokter. Die verwees me, zoals verwacht, om foto's en echo te laten nemen van het betrokken lichaamsdeel.
In de namiddag al kon ik, in Willebroek, terecht voor het gevraagde. Het verdikt klonk me aangenaam in de oren, niks gebroken. Anderzijds bleken de ligamenten te ver zijn uitgetrokken, waardoor ontsteking ontstond.
Pilletjes en kine zouden me binnen dik drie weken in staat moeten stellen om editie 50 van DDT te kunnen stappen. OEF!
De kine zelf deed wel flink pijn, maar wat moet moet.
De terugreis is goed verlopen, enige minuten vertraging bij het vertrek werden ruimschoots gecompenseerd. Een kwartier vroeger dan gepland landde het toestel, een Embrear 175, op Schiphol. Dan was het even zoeken waarheen voor de aansluiting naar Brussel. Hiervoor had ik rustig de tijd. Wat was me dat een drukte op de luchthaven, duizenden liepen er door elkaar. Aan de gate 28, waar ook vlucht KL1733 moest vertrekken, was de wachthal overvol. Voor de vlucht naar Brussen waren er nog twee andere voorzien. Blijkbaar was het een topdag voor Schiphol. Aangekomen op Zaventem was het contrast enorm, lege aankomhal. Aan valiezen echter geen gebrek, die lagen op karretjes en de vloer opeen gestapeld, algemene pannen van het bagage behandel systeem, welkom.
Mijn rugzak verscheen al vlug op de band, en den dezen nam de benen. Agnes en Jorg stonden me op te wachten aan het Stella café. Toch heb ik er geen gedronken, een Palm zou me beter smaken.
Grtjs en bedankt om me te volgen via de blog.
Hugo Peregrinus
Nu de zon er door is gekomen kan alles nog goed verlucht worden alvorens ingepakt te worden voor .....
In zijn strijd voor een gekerstend en verenigd Noorwegen stierf koning Olav Haraldsson, een geharde, bekeerde Vikingkrijger, in de slag om Stiklestad in 1030. Toen de gevechten voorbij waren, werd zijn haastig begraven lichaam van het slagveld gehaald om een laatste rustplaats te geven op de oever van de rivier Nidelva. Het was al opmerkelijk dat zijn lichaam niet aan ontbinding onderhevig leek maar kort na de herbegrafenis kwamen er berichten van wonderen die in de nabijheid van het graf plaatsvonden. Zo was er een bron ontsprongen waaraan genezende krachten werden toegeschreven. Een houten kapel werd over het graf gebouwd en op 3 augustus 1031 werd werd Olav heilig verklaard. In 1066 gaf Olav Kyrre (O III) de opdracht om de kapel te vervangen door een kerk. Deze groeide uit tot de huidige kathedraal van Nidaros.
Volgende week op 29 juli wordt het feest van de heilige Olav gevierd.
Ook dat laatste zal ik nu missen. Het goede nieuws is dat ik over enkele uren weer thuis ben, het mag.
Daniël V is vertrokken naar de Noordkaap, nog 2000 km, wel emissie vrij.
Het museum was eerder beperkt, het betrof vooral de Trondheimse scheepvaart geschiedenis. Er is in 1906 op Antwerp shipbuilding C° een schip aan een Trondheimse rederij afgeleverd, bwn 34.
Aan de bagage controle ben ik wel een half leeg flesje zonne olie kwijtgeraakt. Daarvoor is het bakje met mijn voorwerpen viermaal door de scanner gemoeten, steeds werd er iets uitgenomen.
Volgende berichtjes worden terug opgesteld te Temse. Maar eerst naar de dokter.
Winkelen is niet mijn ding. Daar ben ik steeds 'moeier' van dan van het stappen. De uitzondering is vandaag gebeurd, schoenen zijn spot goedkoop in de solden. 30, 40, 60 voor mooie en degelijke exemplaren is geen geld. En we zijn terug aanbeland bij de breedte van de paden in de bergen. Een voet van 46 à 48, keuze te over.
Bon, de stap schoenen zijn toch niet versleten en dan gaan ze mee naar huis.
Bij het (uitgebreid) ontbijt nog een gesprek gevoerd met een Zwitserse. Zij had in Hamar enkele dagen rust genomen en daarna met de trein tot Dovre verder getrokken. Haar terug reis verloopt als volgt: trein van Trondheim tot Oslo (1000 NOK en 8u onderweg), boot tot Kiel (tegen de 400 en 18u vaartijd) gevolgd door een treinrit tot Basel (?). Alles te samen is ze drie dagen onderweg. Ze doet dit voor het milieu. Vliegtuigen zijn te vervuilend vind ze.
Ze werd opgevolgd door een jonge Duitser. Deze was gestopt wegens pijn in de benen, nochtans een flinke mans persoon, je zag me niet staan.
Het bezinningsmoment in de kathedraal, met prachtige orgel muziek doet wel iets. Eenieder die geen 1/2 uur wou blijven zitten werd vriendelijk verzocht de kerk te verlaten. Gewone toeristen dienen echter een ticket te betalen en toch voor het zingen de kerk uit.
Mijn taken voor vandaag zijn afgewerkt. Na het ontbijt morgen rustig inpakken of beter gezegd mijn gerief opdelen in handbagage en een accesory. Daarna een bezoek aan het scheepvaart museum. En dan zal het ongeveer tijd zijn de steven richting luchthaven te wenden.
Wat dat blijven zitten betreft (in het vliegtuig), een uur en een kwart lijkt me iets te lang.
Grtjs
Hugo Peregrinus
Op de tweede foto in de kerk, wat verboden is, zie je de 'garde' al afkomen. Maar ik ben niet gaan lopen.
De aankomst in Trondheim was een beetje in mineur. Alleszins niet zoals voorzien.
Met mechanische hulp geraak je er iets vlugger. Gedane zaken nemen geen keer. Vanmorgen twijfelde ik nog om het toch te proberen maar enkele stappen en treden brachten de rede vlug terug.
Na het oplossen, met heel veel hulp van de uitermate vriendelijk en hulpvaardige mensen van de Nidaros Pilegrimsgård, van de programma problemen op de I-Phone konden zowel de transactie als het afprinten van het vliegticket uitgevoerd worden.
Ook KLM personeel heeft me flink geholpen, dank voor hun service. Op 'le quatorze juillet' vertrekt vlucht KL 1176 om 16u55 vanop Vaerness richting Schiphol. Normaliter kan ik daar blijven zitten, enkel de vluchtnummer wijzigd naar KL 1733 voor een korte trip naar Zaventem. De daling van deze vlucht zal ingezet worden rond 22u05.
Zojuist is hier nog een fietser binnengekomen, Daniël from Belgium. Frans of Vlaams?
Ah bon! Van Opwijk! Ally, das nie vaar van makoar.
Daniël is vertrokken ergens in maart en heeft een tocht gemaakt door Portugal, Spanje, Frankrijk, Duitsland en Denemarken, veelal via pelgrims wegen. Hij is ook lid van de Vlaamse Compostela Genootschap, afdeling Dender.
Met mij is, behalve dat klein probleem met het rechter been, alles ok.
Grtjs
Hugo Peregrinus
Die blote man op de foto is Colin, de jonge Amerikaan. Als opwarming gaat hij s'morgens bíjna twéé uur joggen voor het ontbijt. Met wat hij daarna naar binnen speelt kan ik drie dagen verder. En mager!
De paden zijn niet overal een speer breed. Deze morgen om 06u al op pad. Dit 'voet' pad ging langs rendiermos, struikjes, heide en lage bomen. Het ging rond een groot meer met natte ondergrond. Enkele riviertjes moesten overgestoken en op enkele plaatsen hielden loopplanken de voeten droog, als je tenminste niet uitgleed, wat me ternauwernood lukte.
Verder ging het dan terug de hoogte in. Mijlpaal 208 staat op het hoogste punt. Vandaar ging het over en speer breed pad geleidelijk en minder geleidelijk naar beneden.
Het laatste stuk, nog 5 km, ging dan weer op en neer via een 'voet' pad. En dat zag ik niet meer zitten. Die maat 46 paden vergen te veel van de gewrichten, altijd draaien en voorzichtig uw voeten plaatsen.
Over de E6 was het nog 4 km. Zelfs schapen lopen erover, dan kon het voor mij ook wel.
Tijdens het douchen sproeide ik mijn voeten met koud water en zie dat mijn been is opgezwollen. Dat het knagende gevoel erger was geworden vond ik niet erg. De zwelling echter mag ik niet veronachtzamen.
Verder stappen zou mijn deelname aan de 50 DDT wel eens sterk in het gedrang kunnen brengen.
Goed gegokt gisteren om door te trekken tot het begin van Dovrefjell. Een heldere nacht en het zonlicht vroeg op de heuvel toppen kondigden de voorspelde mooie dag aan.
Jammer genoeg, was ontbijt pas om 08u. Daar trok ik me niet te veel van aan. Na wat draaien en keren, de rugzak nog eens herschikken, stond den deze om 07u30 aan de ontbijttafel. Na een goede morgen en de verwijzing naar het prachtige weer, ging de boze blik weg.
08u begon het genieten, bijna. Eerst een stevige klim, Pelgrimsgewijs afzien om te genieten, gevolgd door een breder wordend pad. Die breedte was bepaald, ze moesten zo breed zijn als een speer. De 'wegen' waren voornamelijk bedoeld voor de koning en zijn legers. Ze werden wel onderhouden door de boeren, op last van de koning.
Die bredere paden geven meer zicht waar je kan stappen, lopen ook makkelijker. Wat het stijgingspercentage niet verminderd.
Maar het is de moeite waard. En dankzij het mooie weer genieten van steeds weer adembenemende zichten.
Pas op de middag zag ik een andere mens, een Italiaanse fietser. Na de middag liep het pad door veen gebied, ook geen lachertje. Weer verwijs ik naar het weer, maakt alles iets makkelijker.
Morgen hopelijk meer van dat.
Eigenlijk had ik voor de titel vandaag gedacht aan Fawlty Budsjord. Bij aankomst gisteren in de herberg mocht/moest ik meteen aan tafel. Ondertussen kon mijn kamer worden klaargemaakt. Kamer? We zien wel. Na de soep, het enige gerecht, de vraag of iemand koffie of thee wenst. Enige stilte, tot de mededeling dat dit was inbegrepen. Of ik de koffie nog kon nuttigen nadat ik gewassen was, geen probleem. I'll show you youre room. The stables are yours! Op de vraag welk bed, the choose is yours. Niks kamer en niks klaargemaakt, eerst eten dan kan er worden afgesloten. De koffie kwam uit de kan èn ik kreeg nog een warme kan.
Voor Dovre zijn de vooruitzichten wat het weer betreft goed te noemen. Fris in de morgen en geleidelijk warmer na de middag. Voor de klim van 600 tot 1200 m mag het fris zijn. Eens het hoogste punt, Hardbakken genaamd, bereikt mag het inderdaad hard bakken. Het pad blijft boven de 'duzed' meter.
Deze morgen ging het rechter been goed mee, gelukkig maar. Na de eerste van drie zware klimmen begon ik automatisch meer op het linker been te steunen, de knie aan die kant begon te protesteren.
Op één been zou het nog lukken, zij het moeilijk. Problemen aan beide zijden zou het er niet eenvoudiger op maken. Daarom ben ik bij de eerste de beste mogelijkheid afgedaald. En geloof me, voor één keer was ik tevreden om op verharde wegen te wandelen. Want dat is het bijna geworden. De 11 km tot Otta heb ik afgehaspeld aan minder dan 3 km/u. Seffens lig ik in bed tot morgen 7u15.
Daarna volgt het ontbijt en de grote test. Ik heb er vertrouwen in dat de beklimming aan een rustig tempo moet lukken.
Olav heeft me al geholpen, ik heb van het genezende water gedronken dat uit de naar hem vernoemde bron stroomt.
Mijn rugzak is 1,4 kilo zwaarder. Het is aangeraden voedsel voor enkele dagen te voorzien. Mijn tent ligt weer in de balans.
Kirketeigen Rom & Camping heet de slaapplaats in Ria's gids, Kirketeigen Youth Center & Camping op Google. Het is geen camping in de echte betekenis noch een jeugdherberg. Er zijn wel kamers en hutten te huur. Campereren kan uiteraard ook. Maar ik vrees ervoor dat, als dat spel hier vol zou staan, er gevochten zou worden om gebruik te maken van het toilet. Ik vermoed dan ook dat het zomer gedoe aan zijn lot wordt overgelaten. De hoofd activiteit is het wintersport gebeuren. Al wat er nu binnenkomt is extra en je moet er geen moeite voor doen.
Ikzelf daarentegen moet er wel moeite voor doen om die hellingen op te geraken. Amai, straffe toebac. Twee keer mijn rechter voet omgeslagen. Boven de knoesel is het dik, lopen kan wel. Toch afwachten voor morgenvroeg. Als er pijn is bij het stappen zal er een alternatief dienen gezocht. Er wordt deze week redelijk mooi weer voorspeld, misschien onmiddellijk starten in Dovre, als het kan. Dodentocht nr 50 zet ik niet op het spel.
Dovrefjell is het hoofddoel van de trip. Met zonneschijn erbij lijkt het me leuker.
In Vinstra, deze middag bereikt, was de tocht naar Nidaros halfweg.
De was is achter de rug, ik kon mezelf ruiken, het was dan ook heel intensief.
Nu eten en dan rusten, nog steeds even belangrijk.
Grtjs
Hugo Peregrinus
Jan, Andrea, Lieu en Olaf zijn op de berg gebleven. Ze overnachten in de Øvre Skar, Eldhuser. De code van het slot verkrijg je na, elektronisch, betaling.
Deze morgen was het fris. Begonnen met 2 lagen (07u) bleek alras dat de windstopper geen luxe was. Op de middag ging het beter, 6° bleek helemaal niet zo aan te voelen. Dat de vochtigheid miniem is helpt daar zeker bij.
Toen, dan na het wekelijkse telefoontje, de zon er voorzichtig door kwam liep de gevoelstemperatuur vlug op. T-shirt en short mochten.
Nu is het zelfs heel aangenaam om buiten te zitten. (Maar zit binnen te typen)
Het is vooral duidelijk dat hier in het noorden de zon dichter bij onze planeet staat. Het is nu 16°C maar voelt als 22.
Mooie tocht vandaag langs mooie stijlen paden.
De houten staatskerk in Ringebu is uniek in de kerkarchtectuur. Staaf refereert aan de houten staven of staanders die de basis van de constructie vormden. Om houtrot in de bodem tegen te gaan, werden de eerste houten balken op een stenen fundering geplaatst. Bovenop de staanders werd de dakconstructiegeplaatst waarvan het ontwerp ontleend werd aan de spanten van de licht gebouwde Vikingschepen. Daarna werden de staanders met elkaar verbonden en de buitenmuren betimmerd.
Tot daar de geschiedenis les.
Een (eerste) waterval volgde, daarvoor moest je wel een inspanning voor over hebben.
Opvallend vandaag zijn de zitbanken. Tot hiertoe zijn die dun gezaaid. Wellicht is dit afhankelijk van de regio. Bij het afdalen naar Sør-Fron, waar ik nu verblijf, stopte een voertuig. De chauffeur stelde zich voor als diegene die de bewegwijzering aanbrengt. Hij was benieuwd naar de ervaring van de pelgrim. Een deel van 30km valt onder zijn verantwoordelijkheid.
Nog dit, zondag is hier Ruhetag.
Bij aankomst aan de herberg Anna nog ontmoet, de Noorse die aan de overkant van de berg woont. Haar man had een vriendin gebracht die enkele dagen zal meestappen. Die zal ik nog tegenkomen.
Nu ga ik kijken of de prijzen in het naast gelegen restaurant 'convenabel' zin??!!
Lieu, die vandaag is afgehaakt wegens te ver, had gisteren een slang gezien in het bos. Ze heeft schrik van de dieren en precies zij spot een 'gevaarlijk' dier. Buiten een ree of een eekhoorn zie ik vooral muggen en vliegen.
Maar gisteren had ik een beetje ademhalingsproblemen. In het bos kwam de geur me al bekend voor. Aan de rand van de akker zag ik de aal mijn richting uitkomen, gelukkig was de straal niet tot op het pad. De ammoniak benam me wel de adem. En die had ik nodig. De weg ging vrij stijl omhoog, en ook al doe je langzaam aan, de verbranding moet aan de gang blijven.
En vandaag hing, hangt het parfum nog regelmatig in de lucht. Kan moeilijk anders, injecteren is hier niet aan de orde.
De uitverkorenen camping was volzet, een tent kon er nog bij. Alleen vond ik de prijs nogal prijzig. Voor vijf euro meer slaap ik binnen. Wel moest ik daarvoor fors verder stappen. Dat viel wel mee, ondanks het feit dat de regenjas constant aan en uit werd gedaan.
Alleen bij de laatste kilometer liep het mis. Bij de gedachte om die jas aan te doen vielen de dikke druppels bij de duizenden. Even schuilen is er niet bij, je raad het al, zeikend nat.
En dan zijn we weer bij de titel aangekomen.
Grtjs
Hugo Peregrinus
Mijn kleren hangen te drogen omdat ze gewassen zijn.
De voorbereiding van een bouwterrein is wel even anders, met de hydraulische pik.
Het avondeten was een allegaartje van grote en kleine restjes. In de Skåden Gard is er totaal niks voorzien om wat eten te kunnen aanschaffen. Iedereen is zonder honger naar bed gegaan. De maaltijd werd zelfs beïendigd met koffie, van Andrea, en chocolade. En naar Ronny kon meedelen zal dat niet beteren. Dus het noodrantsoen zal waar mogelijk aangevuld worden met een goede maaltijd. Winkels zijn er meestal wel dagelijks. En als de gelegenheid zich voordoet om warm te eten, niet twijfelen.
Een klaar blauwe hemel deze morgen, èn fris. Pas na de middag kon ik met één laagje verder. Het pad liep dan ook tussen de bomen en flink omhoog.
Ben vanmorgen even naar de unief geweest. Wat later kon ik eventueel al rusten in een trekkers hutje. En klaarblijkelijke wordt dat gebruikt, in het 'gastenboek' was deze morgen een naam ingevuld.
Er zijn vandaag alweer 25 paaltjes gesneuveld. Het zijn vooral de hoogtemeters die tellen, 1970 omhoog en 750 de andere richting.
Morgen meer van hetzelfde. En niet te vergeten, passeren langs de KIWI of gelijk welk andere supermarkt.
Ben ook gaan kijken naar de KJAERLIGHETSFOSSEN. Wat het een met het ander te maken heeft weet ik niet maar het staat voor 'Waterval van de liefde'.
Het Olavspad verlaat het dal van Mj¸sa en loopt over in het volgende dal, dat van de Lågen. Deze 'rivier' is 200 km lang en ontstaat aan de voet van Dovrefjell. De stroom doorsnijdt het Gudbrandsdal en mondt uit in Mj¸sa. Vele zijrivieren voeden de Lågen, onder andere met gletsjer water. Dit zou ik morgen kunnen zien. Dit water heeft een groene kleur, door de mineralen en deeltjes die de gletsjer van de rotsen schuurt. Ben benieuwd.
Vandaag was de derde en laatste halve rustdag. Morgen begint het meer grillige deel van de tocht. Het 'platte' gedeelte is achter de rug.
De waterbron onderweg, die nooit opdroogt wordt toegeschreven aan... wie anders dan Olav. Middeleeuwse pelgrims schreven genezende eigenschappen toe aan het water. Als je eindelijk je kleren en jezelf kan wassen heb je een beter gevoel, dat is vandaag niet anders.
Deze voormiddag al ter plaatse en na boeking in het Vandrerhjem Stasjonen de kleine stad in.
In een sportwinkel een licht hemd met lange mouwen aangeschaft, in de solden. Blijkbaar was ik niet alleen die frisse armen heeft, Andrea had zich eveneens van een fleece voorzien.
Maihagen, Noorwegens grootste openlucht museum met een bezoekje vereerd. Wellicht is dit Bokrijk van het noorden iets groter dan in België, de opzet is dezelfde.
Voor morgen is er al een boeking gemaakt om met vijven een hut te huren, dat zal de prijs voor een overnachting flink drukken. (Hugo, Jan, Olaf, Lio en Andrea)
Gisteren in rehab, vandaag in retraite? Eerder toevallig is de opvolging van de gekozen overnachtingsplaats. De Johannesgården is een B&B in een retraite-oord.
Heel rustig en slowslow, zoals aangekondigd, het geplande traject afgewerkt, samen met Anna. Het was vandaag een leerrijke wandeling. Anna, lerares op rust, wist op heel wat van mijn vragen een goede en uitgebreide uitleg te geven. Ze is verder getrokken tot Lillehamer alwaar ze een afspraak heeft met een vriendin.
Er woont per vierkante meter heel weinig volk in Noorwegen. Maar het is nu ook weer niet zo verlaten. In mijn voorstelling van de tocht dacht ik aan eenzame en verlaten wegen en bossen. In de praktijk valt het wel mee. Op elke hoek of kruispunt is geen winkeltje of rustpunt. Café's tref je enkel in ietofwat stad.
Rond tweeën was ik alweer aan de herberge. Ik ben vrijwel onmiddellijk op bed in slaap gevallen. Na vijven kwam ik terug onder de levenden.
In de herberg waren Jan en Michael al aangekomen, hun was was al gedaan. Een Oostenrijkse jonge man, Likas, zwaaide me toe vanuit de tuin. Hij was zijn tent aan het opzetten. Deze was in de morgen niet droog geraakt. Deze nacht wil hij binnen slapen, de lage temperaturen zijn niet uitermate geschikt voor overnachten in een tent.
Lio kwam, dik ingeduffeld, toe toen ik wakker werd.
Als laatste kwam Bente toe, en Noorse die een week van de route wil proeven.
Op de hoogvlakte heeft het eergisteren nog gesneeuwd en daalde de temperatuur vorige nacht tot min 5°C.
De wind blijft uit NNW komen, dus van over het poolijs.
Amy Winehouse song erover maar het gaat hier niet over verslavingen. Het rehabiliteringssenter in Ringen behandeld patiënten na een ongeval, kankerbehandeling of Alzheimer. Aangezien ik aan geen van drie criteria voldoe mag ik hier overnachten als pelgrim. (Zoveel vergeet ik nog niet, of...)
Ben ook niet vergeten dat ik een halve kilo medicijn in de rugzak heb. Heb er vandaag een nipke van genomen, die rehab herinnerde me eraan.
Zopas terug van een uitgebreid broodjes maaltijd, samen met nog twee pelgrims, Lio en Ana.
Met de laatste had ik gistermorgen al kennis gemaakt. Blijkt nu dat deze Noorse pas veertien dagen met pensioen is. Als leerkracht kon ze genieten van een uitzonderings regel. De Noren werken normaliter tot 68 jaar. Ook al deed ze haar job graag en kon ze nog goed mee met de jeugd, de geestelijke belasting heeft haar doen besluiten om nu, in goede gezondheid, vrij te zijn om te doen wat ze wil.
Vandaag heel vroeg op pad, om 12u waren de 23 paaltjes al omgelegd. Vermits ik toch op een ziekenhuis bed lig is het eigenlijk een dag rust geworden. Morgen meer van hetzelfde. Wel later vertrekken en slowslow op het pad.
Overmorgen in Lillehamer.
Ana vind de prijzen best laag, ik het omgekeerde. Tja, de levens standaard ligt best een pak hoger. Nochtans zijn kleren, schoenen en levensmiddelen niet duurder. Uitkijken en vergelijken is wel noodzakelijk.
Tokstadfurua is de naam van een beschermd monument. De den is ongeveer 495 jaar oud en wordt al beschermd sinds 1918.
Over de Praestveien (met a en e aan elkaar geschreven -priesterweg) loop je van Veldre tot Ringsaker. De pastoor van laatstgenoemde dorp reed dagelijks te paard dit 12 km lange pad op en neer. In 1876 is dit opgehouden, ofwel kwam er een bedienaar bij ofwel werd de kerk in Veldre gesloten, toen al.
Ringsaker kirke is gebouwd in de 12e eeuw naar een ontwerp van de kathedraal van Hamar. Ze is gewijd aan onzen Olav. Markant is de triptiek. Die is gemaakt in Antwerpen.
Voor de rest kan ik genieten van een grandioos uitzicht over de Mjøsa, nu in de zon. Toch blijft het fris, vandaag steeds met twee laagjes gelopen, 11 à 15°C met een NNW wind is wel ideaal om te stappen.
Hoe maakt U het? Eigenlijk is het geen vraag, gewoon een begroeting.
Eerst verstond ik 'barhegelig' niet. Na de schriftelijke versie en de verklaring bleef het hangen.
Rustige dag, aanbeland iets buiten de stad Brumunddal, met prachtig uitzicht over Mjøsa. In eerste instantie stond als titel boven dit stukje PLAT. Over Denemarken mag je gerust stellen dat het plat is, die enkele golvingen buiten beschouwing gelaten. In Noorwegen kennen ze dat woord zelfs niet. Het eind klimmetje naar de herberg mocht er al zijn. En te bedenken dat het eigenlijk nog moet beginnen.
Het was een mooie tocht ondanks het beetje regen bij aanvang. Daar ik vroeger was aangezet heb ik de hele dag alleen gelopen. Ana, een Noorse dame die in het aangrenzende dal woont, loopt ook tot Trondheim. Ze wist me te vertellen dat het dal van het Olavspad, tussen Eidsvoll en Lillehamer het meest vruchtbare is in het land. Dat Olav's langs hier over en weer reed met zijn legers zal dan ook geen toeval zijn.
Door werkzaamheden volgden een paar traject wijzigingen die verder geen gevolgen hadden. Een speciaal voor pelgrims gemaakte tunnel vond ik wel de max. Een geparkeerde auto kan wel al eens voor problemen zorgen.
Iets na tweeën was ik ter plaatse, een uurtje later de volgende stappers, Andrea en Olaf. Lio, nog een Duitse, en Jan volgden veel later. De herberg is sober maar prima in orde.
Deze middag heb ik al warm gegeten. Morgen vroeg eet ik ook warm, er staat een pittige klim op het programma, althans volgens Ria.
Gisteren vermeld en vandaag uitgevoerd, ons laten meenemen met de Skibladner op Mjøsa, het grootste meer van Noorwegen. Het is zo'n 100 km lang en op zijn breedste ongeveer 18 km. De maximale diepte is 478 m en het heeft een oppervlakte van 360 km kwadraat.
Voor de komst van trein en auto was Mjøsa een belangrijke verbindingsroute. Zelfs in de winter, wanneer er paardesleeën over het bevroren meer gleden.
Mar vooraleer we konden varen moesten nog 16 km worden gestapt. Rond 07u30 gingen we onder een stralende hemel en een goede temperatuur het bos in. 3 passen tussen het loof gezet en drie muggen beten, het is er bij gebleven.
Eidsvollbygningen was mijn tweede stop. Daar kon ik niet voorbij lopen. Het grote huis, waar op 17 mei 1814 de Noren een eigen grondwet ontwierpen, is nu een museum. Echt onafhankelijk van Zweden werden de Noren pas in 1905.
Daar ik graag een stempel van deze instelling wou diende een beetje geduld te worden beoefend.
Pas om 10u ging het loket open. Tord, de loketbediende, gaf met veel plezier het gevraagde. En of ik graag een free koffie wou? De babbel nam een 20 minuten in beslag. Geen enkel probleem, de afstand vandaag bedroeg 16 km.
Tegen twaalven waren de resterende 7 paaltjes afgevinkt.
En precies 12 u ging de telefoon, het wekelijkse contact met L&M.
Dankzij het ongelooflijk mooie en windstille zachte weer, was het aan boord genieten van de omgeving.
Bij aankomst wakkerde de wind fors aan, goed om in een wip de was te drogen.
Vlakbij de herberg zijn de ruïnes van van de kathedraal van Hamar. Het geheel is onder een beschermende glazen constructie gezet, een grote serre als het ware.
Het is nu 10 u, de zon schijnt nog op de heuvel toppen. Verlichting is helemaal niet nodig.
Grtjs
Hugo Peregrinus
Zit aan tafel met Lisa, een jonge kunstenaar, die de impressie van elke dag in postkaart vorm schildert (waterverf).
Net zoals bij jullie in België is er hier in het noorden een hittegolf. Voor de Noren is 24° à 26°C al behoorlijk heet. Bedoeld worden de Noren die in Romerike, het landsdeel, wonen. Want iets noordelijker, in Dovrefjell, is regen koning. Volgende week wordt daar zelfs nachtvorst voorspeld. Daar kan ik pas arriveren over veertien dagen. Op 1300 m hoogte kan de natuur wel eens grillen vertonen. De koude is niet erg, daar heb je kleren voor.
Deze morgen zag het er niet al te best uit. Tegen achten kwam de zon al piepen en werd het nog een mooie warme dag. In Jessheim, over halfweg konden we inkopen doen en even rusten, wat welkom was.
Kort hierop volgde een holle weg, Haug allé, die leidde naar één van de belangrijkste monumenten uit de ijzertijd in Noord Europa. Rauknehaugen is een enorme grafheuvel gebouwd met 75 000 balken. Men vermoedt dat het 500 mannen 6maanden heeft gekost om de heuvel te bouwen.
Vanop de top zag ik Olaf en Jan passeren. Even hiervoor had ik kennis gemaakt met Andreaa, een Duitse pelgrim.
Iets verder volgde een lange pauze, mijn rug liet het even afweten. Verderop in het bos moet ik een pijl gemist hebben. Met de GPS ben ik dan op de baan geraakt, hierdoor de weg een beetje inkortend. Zo arriveerde ik 5 min vroeger aan Risebru pilegrimsherberge.
Het verschil met de herberg van deze morgen en deze avond is enorm. De vorige minimaal en vuil, deze optimaal en voorzien van wat drinken, eten, en handdoeken en bruikbare keuken.
De uitbaatster was al verwittigd van onze komst en vroeg dus of ik diegene was van aan de telefoon. Toen mijn zaakjes waren geregeld kwamen Jan en Olaf aangestapt.
Even later arriveerde ook Andreaa, maar die slaapt in haar tent.
Vandaag was ik na 29 km stik kapot. Heb er serieus aan getwijfeld of die tent nog mee moet. Maar ze gaat al zolang mee en morgen is het maar 16 km, nog even afwachten dus.
De Ronny heeft het aangeraden èn de overige aanwezige pelgrims zijn het roerend eens, indien mogelijk nemen we morgen de boot in Eidsvoll die ons naar Hamar brengt.
De Skibladner, een raderstoomboot, maakte haar eerste reis in 1856.