Bellum ita suscipiatur, ut nihil aliud nisi pax quaesita videatur - De oorlog moet zo opgenomen worden, dat niets anders tenzij de vrede schijnt gezocht te worden. Hugo Peregrinus
08-08-2017
15
Beste Lezers,
Het koelt af en er valt regen. Ik kan het alleen maar toejuichen. Nu vrijdag is het Dodentocht, dan moet het niet te warm zijn. En af en toe een bui kan er wel bij.
Zoals te lezen op de website van DDT, na het afsluiten van de inschrijvingen op 15 juli stond de teller op 13952 deelnemers.
De 48e editie is voor mij de vijftiende deelname. Ik heb er dus nog veel voor de boeg als ik ooit het getal van mijne stapmaat Karel wil evenaren, 42 geslaagde tochten. Mocht dat lukken dan zou dat in 2034 zijn op de gezegende leeftijd van 92 jaar.
Ten eerste is het de vraag of de organisatie zo lang zal blijven doorgaan. Ten tweede is het nog meer de vraag of ik dan nog in leven ben. Ten derde is het zeer twijfelachtig dat, als beide voorgaande voorwaarden vervuld zijn, ik überhaupt nog op mijn benen zal kunnen staan, laat staan stappen.
Maar laat ik niet te ver vooruit blikken en eerst maar eens proberen om deze editie goed uit te lopen.
Beste Lezers, je kan me hier ook steunen via een donatie aan het BCG, mijn actie tijdens mijn Polen tocht. Ik vermeld hier nog even dat Drop je Dopje altijd mogelijk blijft en het hoofddoel is, dit brengt het nodige geld in het bakje.
Belgisch Centrum voor Geleidehonden vzw
www.geleidehond.be
IBAN BE49 0681 0550 1671
BIC GKCCBEBB
Agenda van het BCG: eetfestijn op 27 augustus te Borgloon, Dag van de hond te Leopoldsburg op 10 september en de geplande Nationale Dopjesweek van 13 tot 19 november, info volgt nog. (ook via website)
Van vrienden mocht ik een boek ontvangen getiteld: Guide Des Chemins de Pélerinage.
Het eerste deel handelt over de grote pelgrims routes, te weten: La Via Francigena (de Canterbury à Rome), Jerusalem, le grand voyage en Les principales voies vers Saint-Jacques-dCompostelle.
Een tweede deel behandelt een zestal lange afstands wandelingen (LAW), tochten over meerdere weken en over afstanden variërend van 200 km tot 600 km.
Het derde deel omvat tien mooie tochten doorheen Frankrijk.
Een laatste en vierde deel beschrijft 16 dagtochten.
Als er dus een gebrek aan inspiratie mocht optreden in verband met pelgrims tochten, mijn rugzak zit nu boordevol. Bedankt supporters uit Beurrem.
Vooreerst wil in een beetje reclame maken voor Jans wandelblog, Stappen in Vaderlandsche Bodem. Hij is maandag vertrokken naar het noorden van Nederland. Daar start het Pieterpad (LAW-9), een tocht van Pieterburen (nabij Winsum) tot de Sint-Pietersberg bij Strabeek, in Zuid-Limburg. Het traject loopt over een afstand van 498 km langs het oosten van Nederland en is verdeeld over 26 etappes. (zie rechterkolom)
Vandaag is het een test dag geweest. Volgende week is het alweer Dodentocht, het was dus hoogtijd om de voeten en benen eens te testen.
Ondanks de regen vanmorgen was het aangenaam wandelen. Te meer omdat het vanaf tien uur begon uit te klaren, dankzij de wind. En die sterke wind heeft het voor de rest van de dag droog gehouden. Ik zou zeggen (schrijven) dat het prachtig weer is geweest, lekker uitgewaaid.
Via Rupelmonde ben ik de polder ingedoken en heb kriskras de paden gevolgd. De potpolder is een prachtig natuur gebied geworden.
Uiteindelijk kom je toch aan de overzet van Kruibeke. Dit veer bracht me dan naar Hoboken.
Op de voormalige werf van Cockerill heerst er nog steeds een grote bedrijvigheid. Alhoewel het al lang is geleden dat ik hier, occasioneel, werkzaam was deed het me iets. Nostalgie? In ieder geval, hier kan je nog iets zien van de voormalige scheepswerf, en het werkt nog!
Wel heb ik vastgesteld dat de Maccabi verdwenen is, sport accommodatie gelegen achter het groot dok.
Zo zijn er ook grote veranderingen op het Zuid, vanaf petroleum. Haven activiteiten zijn er verdwenen (uitzondering petrol pier) en ook het terrein aan de DHerbouvillekaai (tussen Olieweg/Mazoutweg) is volledig vrij gemaakt. Iets verder aan de Ledeganckstraat verrijzen de gebouwen van Nieuw Zuid als paddestoelen.
Allé, als het een tijdje geleden is verschiet ne mens wel eens.
Ondertussen zag ik de nieuwe boot verbinding tussen Hemiksem, Kruibeke en het Steen over het water scheren. En in plaats van de Kennedy tunnel te nemen ben ik doorgestapt tot aan de Lange Wapper.
Hier kon ik de waterbus nemen die me in een dik kwartier afzette aan het ponton te Kruibeke. Hier nog even een toerke gemaakt tot de brandweer kazerne alwaar ik mijn dorst kon lessen.
Niks is zeker en je moet altijd voorzichtig zijn maar ik zie de Dodentocht volgende week alweer met voldoende vertrouwen tegemoet.
Deze week is de buxus gekortwiekt. De palmboom was meer dan honderd jaar oud. Blijkbaar is er een ziekte in het land gekomen die vooral deze bomen aantast.
Er zit nu een groot gat in de begroeing, gelukkig niet in de begroting.
Grtjs
Hugo
Fotos: Halfweg het snoeien, zowel in tijd als in omvang; Het gat!; De rest; Het Nieuwe Zuid in aanbouw; Ook nieuwe kaaimuren; Oude toegang tot de Zuiderdokken; Erfgoed dat je regelmatig nog aantreft in de haven; Skyline Antwerpen 2017; De Waterbus.
In het verleden heb ik de naam al eens laten vallen: Ledwidge Francis.
Het is nu precies honderd jaar geleden dat deze oorlogs vrijwilliger om het leven kwam, op 31 juli 2017.
The Hell of Passchendaele betekende ook voor deze jonge Ierse dichter het abrupte einde.
Francis Ledwidge, geboren op 19 augustus 1887 in Slane (County Meath) was een Iers nationalist en dichter. Hij kwam ter wereld in een arm gezin en werkte als boerenknecht, mijnwerker en stratenmaker.
In oktober 1914 nam hij dienst bij het 5de bataljon van de 'Royal Inniskilling Fusiliers' (voordien behoorde hij bij de 'Irish Volunteers'). Hij vocht in Gallipoli en Salonika, vooraleer hij in december 1916 met het 1ste bataljon terugkeerde naar het Westelijk Front.
In juni 1917 arriveerde hij in de Ieperboog. Hij was met kameraden met 'wegwerkzaamheden' bezig op 31 juli 1917 (begin van de Slag om Pilckem Ridge) toen hij en 5 werkmakkers dodelijk getroffen raakten door een granaat. Hij werd begraven in de omgeving vooraleer hij in 1919 werd overgebracht naar het nabijgelegen 'Artillery Wood Cemetery'.
Het gedenkteken, dat voor Ledwidge werd ontworpen is uitgevoerd door de Stad Ieper. Voor het monumentje werd gebruik gemaakt van Ieperse, gele baksteen, die in zogenaamde 'Vlaams verband', gemetseld zijn. In het Engels heet dit 'Flemish Bond', symbool voor de vreemde band die er tussen Vlaanderen en Engeland bestaat via het verhaal van de oorlog. Speciaal is ook het gebruik van een bleke, kalkachtige mortelspecie voor het volzetten van de voegen tussen de bakstenen. Deze bleke mortelspecie wil refereren naar de snelle kalkachtige specie die gebruikt werd bij zeer veel wederopbouwwoningen.
Bij de onthulling op 31 juli 1998 waren neef Joe Ledwidge en de Ierse schrijver Dermot Bolger aanwezig. Inmiddels staat een exacte replica van dit monumentje in de tuin van Ledwidges geboortehuis in Slane.
Het monument ligt langs het fietspad op de bedding van de oude spoorweg naar Torhout. Sinds enkele jaren heet het stuk van aan het kanaal Ieper-IJzer tot aan de Poezelstraat, passend het Ledwidgepad. Op de plexiplaten op het monument staat bovenaan een foto van de onfortuinlijke dichter en de aanhef van Ledwidges beroemdste vers, Thomas MacDonagh. Onderaan, als epitaaf, het gedicht Soliloquy (1917) vertaald door Benno Barnard (Alleen, 1998).
Vlakbij ligt "Carrefour des Roses", iets meer naar het N ligt "Artillery Wood Cemetery".
Roelbiker is er niet meer. Raoul is er voor altijd.
Go for it! En dat deed hij!
Ik word heel nederig als ik denk aan zijn doorzettingsvermogen, het verbijten van de pijn tijdens meerdere revalidaties, zijn wil om terug te kunnen doen wat hij graag deed.
Velen zouden zijn afgehaakt, niet Raoul.
Groot is mijn bewondering voor zijn menslievendheid, zijn wil om iedereen te helpen waar mogelijk. Het toverde een brede lach op zijn gezicht, dan was zijn dag goed.
Mijn bewondering voor Roel heeft ook betrekking op zijn wil om kennis te vergaren.
Eigenlijk is hij nooit gestopt met leren. Hoe hij gezin, werk, hobbys en het studeren bleef combineren, velen zouden zijn afgehaakt, Raoul niet.
En die opgedane kennis omzetten in de praktijk via een carrière switch op den Boel. Van paswerker naar specialist elektronica. Je moet het maar doen.
Een nieuwe job bij Neckermann, in geen tijd was Raoul eigen aan de situatie Meer, hier kon hij van zijn PC-hobby zijn beroep maken.
Zelfs de taal van Molière stond hem niet in de weg. Met de wagen naar onze zuiderburen om technische problemen op te lossen: Pas de problème.
Het fietsen, zijn geliefkoosde hobby, heeft hem terug op de been gebracht na een zwaar ongeval. Hij hield ervan en die microbe heb ik dan ook van hem overgenomen.
Anderzijds heb ik hem kunnen overhalen om met mij mee te gaan op tocht. Hij vond het niet alleen een hele belevenis om met de tent op stap te gaan, voor hem was het een jongensdroom die uitkwam.
Zijn cadeau voor mijn 60e verjaardag, een fotoboek, heeft hij me heel veel plezier gedaan. Ik geniet er nog regelmatig van.
Bij Raoul winnen de pros het makkelijk van de contras, een (h)eerlijk mens en een fantastisch man. Verdomme toch!
Tranen
Hugo
Herinnering aan Raoul, stralend, lachend. (klik op de foto!)
Het afscheid van mijn vriend was emotioneel, verdrietig, onwezenlijk. De werkelijkheid dringt pas tot je door als je het kerkhof verlaat.
Ik verheug me op het feit dat mijn blog, ook zonder wandel exploot, regelmatig wordt gelezen. Waarvoor, Beste Lezers, hartelijk dank.
Wel is het zo dat mijn trouwste lezer het aantal hits niet meer zal doen stijgen.
Maar dat, Beste Lezers, is eigenlijk niet zo belangrijk.
Graag had ik mijn vriend nog even gezien, maar de familie heeft een juiste beslissing genomen om de kist te sluiten.
Ik heb er vrede mee.
Het is vooral in mijn hoofd dat ik mooie beelden heb opgeslagen.
Aan de hand van de vele gesprekken deze avond zijn er velen die er ook zo over denken. De vrienden hebben een mooi beeld van Raoul in gedachten.
En dat is prachtig.
Socialist en niet, kerkelijk en niet, vriendelijk en afwachtend, ik weet het niet meer wat ik moet opnoemen om duidelijk te maken dat we twee handen op een buik zijn.
Ik ben soms meer socialist dan de vakbondsman, hij is kerkelijker dan de paus, hij is meestal vriendelijker en maakt zo contact met . iedereen.
Hij is niet meer! Hoe kan dat? Domme toch!
Niet domme Raoul.
Domme tijd, toeval die me mijn beste vriend afneemt.
Als ik zeg kerkelijker dan de paus dan bedoel ik zeker eerlijker, oprechter en vrijuit.
Niet gebonden.
Een man naar mijn hart. Dat nu pijn doet.
En zeker niet domme Raoul.
Zelden , nee nooit, een man gekend die zichzelf zo heeft ontplooid en kennis heeft vergaard.
Kennis zonder pretentie.
Eigenlijk een van de verstandigste mensen die in vroeger tijden misschien wel de Nobelprijs zou hebben verdiend.
Dit zou wellicht geen prijs voor literatuur zijn geweest, wel een voor iets ingewikkeld, ik kan het zelfs niet verwoorden.
Ik wil maar zeggen dat de man niet alleen veelzijdig is maar vooral mens is gebleven.
Nu raak ik verward tussen tegenwoordige en verleden tijd.
Het tweede zware weekend zit erop. De schade is beperkt zodat we deze morgen met twee naar de markt in Bornem konden.
Het is geen kermis meer in Temse maar het verlof is wel nog in dezelfde periode. Agnes is vanaf vandaag enkele weken op rust, het is haar van harte gegund.
Ik heb op de markt/café vernomen dat er al meer dan 9000 inschrijvingen zijn voor de Dodentocht. Ik check het nog even op de PC en het deelnemers aantal staat nu al op 10400. De internationale 100km Dodentocht zal dit jaar voor de 48ste maal van start gaan en dit op vrijdag 11 augustus om 21u00. Inschrijven is niet meer mogelijk op de dag zelf, via tinternet kan het nog tot 15 juli!
(Mijn start nummer is 1676 zie ook bovenaan de blog)
Het fiets tochtje vorige woensdag is best meegevallen. Mijn achterwerk deed wel pijn en savonds was ik te moe om nog naar het park te gaan voor het eerste concert. Het betekend dat de inspanningen van de tocht nog niet helemaal verteerd zijn. Deze week hou ik het bij stappen, dat zal beter zijn met het oog op de DDT.
Deze morgen heb ik Flash 2 ontvangen, het driemaandelijks tijdschrift van het Belgisch Centrum voor Geleidehonden.
De cover is de bekende foto van de groep mensen die één hond volgen. Het toont het belang van het BCG aan. Onderaan staan nog enkele paginas afgebeeld. Ik hoop dat de leesbaarheid voldoende is. (je kan altijd wel vergroten!)
De pagina Afscheid is zeker de moeite om eens te lezen, evenals de volgende in verband met het pensioen.
Grtjs
Hugo
Fotos: Cover Flash 2; Voorwoord met agenda; Afscheid; Pensioen; Enkele paginas Kort (3); Info pagina.
Noot:
Voor diegenen die op de hoogte willen blijven over de activiteiten van het BCG kunnen inschrijven op de nieuwsbrief via www.geleidehond.be.
Het is alweer een poosje geleden dat ik nog iets heb laten horen.
Geen nieuws is goed nieuws?
Wel, ik ben nog niet gaan stappen of fietsen. En pas maandag heb ik mijn kunsten nog eens geprobeerd op het groene laken.
Maar de Kerel proeven kon wel al vorige week, gevolgd door twee verjaardag feestjes.
Deze week is er het trouwfeest van een nicht, bijna een unicum in deze tijden. Zaterdag is er, voor de verandering, een dubbel verjaardag feest.
Deze avond gaan de Parkfeesten van start, en dit voor vier woensdagen op rij.
Als ik de verloren kilookes niet te vlug wil zien terug komen is enige beweging zeker aan te raden. Dus vandaag nog even de fiets op.
Bij deze wil ik zeker iedereen bedanken voor de geboden steun. Het niet behalen van mijn streefcijfer vind ik niet zo erg.
Het voornaamste van de actie was en is vooral de mensen bewust te maken van de noodzaak van het bestaan van het Belgisch Centrum voor Geleidehonden.
En dat het makkelijk is om deze organisatie te steunen door het verzamelen van de Dopjes.
Men kan nog altijd doneren via de actiepagina, de actie loopt nog tot na de Dodentocht. Deze vindt plaats op 11 augustus e.k., voor mij is het editie 15.
Morgen is het dus niet geworden, dat vervolg op mijn reisverslag.
Het is al zaterdag en heb ondertussen al de warmste dag van 2017 meegemaakt, vanuit mijn zetel.
Deze morgen kon ik al rustig blijven liggen tot half negen. Mijn rug deed een beetje pijn, niet van de voetreis wel vanwege het losmaken van het petanque plein. Vanwege de werkzaamheden in de tuin lag er een laagje cement, zand en keien op den brique pilée. De boorden zijn ook vervangen wat het niveau enigszins heeft verstoord. Alles eens omgooien, een beetje bijvullen en terug aan trillen, en we kunnen er weer tegen voor twintig jaar!
Iets voor volgende week, als het niet te warm wordt.
Ik dacht eens goed te doen, met de trein is steeds een beetje leren. En ja, dat klopt. Het is onder meer een goede training om geduld te oefenen.
Dinsdag na het bezoek aan het KI Auswitch ben ik zo rond half één terug aan het station. Ernaast is een eethuisje waar ook de truckers wel eens binnen springen. De place to be voor een warme en niet te dure hap. Je kon er eten verkrijgen per gewicht. Aan een buffet kon je uit verschillende soorten warme groenten, aardappelen en vlees of vis een bord volscheppen. Het geheel werd gewogen (min het bord) en, met een drankje erbij, had ik mijn buikje vol voor 11 Zl.
Nog even binnen wippen in een sklep, waar ik voldoende drinkwater kon inslaan vooraleer de terug weg aan te vangen.
Hoe ik in Wroclaw ben je geraakt heb je al kunnen lezen.
Tijdens het wachten in Katowice had ik me al een ticket aangeschaft. De Poolse spoorwegen konden me vervoeren tot Frankfurt Maine. Daar zou ik dan een ander ticket moeten aanschaffen. Wel kon de dame aan de balie me al een System Planowania Podró`zy afprinten. Zodoende was ik al op de hoogte van de verdere route en verloop van de reis. In Dresden Neustadt moest ik overstappen van de KD 5790 naar de ICE 1650.
Woensdag morgen om 06u14 vertrok de trein stipt in Wroclaw Glowny. Het bleek wel degelijk een stoptrein te zijn. De rit van Wroclaw tot Zgorzelec/Görlitz duurde meer dan drie uur voor een goede 145 km. Vanaf de Duitse grens ging het dan vlugger tot Dresden-Neustadt waar ik rond tienen arriveerde. Ruim op tijd voor de volgende verbinding tot Frankfurt-Maine Hbf.
De 1650 bracht me dan van Dresden naar Frankfurt (410 km) in iets meer dan vier uur, wel bijna een half uur overtijd. Met tussen stoppen in Leipzig, Erfurt, Eisenacht en Fulda verliep dit stuk vrij comfortabel.
Tijdens deze rit heb ik het vorige verslagje getypt, ik werd niet gestoord op de genummerde plaats. Van een beetje schooier naar diplomaat die geen tijd heeft, het kan verkeren. Toch zitten we op dezelfde trein en reizen we met dezelfde snelheid door het landschap.
In het grote station van Frankfurt is het een mieren nest. Er was ruim tijd om aan een ticket te geraken. Er waren drie trajecten waaruit ik kon kiezen. Het ideale traject vertrok wel om tien na drie en dan zou ik tegen half zeven in Brussel zijn geweest. Alleen, door de vertraging van de vorige trein was het al drie uur én de wachtrij aan het ticket balie was maar dan 20 nummerkes.
Een beleefde vraag om, gezien de vertraging van de vorige, iets vlugger aan een vervoer bewijs te geraken werd resoluut én met een gebaar afgewezen.
Dus gewoon aanschuiven en Fahrt 3 nemen, vertrek om 16u27 op Gleis 19 en aankomst in Brussel rond 19u35.
Weeral mooi geregeld, rustig op een bank gaan zitten, een broodje eten en iets fris drinken. Straks is er rust op een geprivatiseerde stoel.
De IC vertrekt vanuit Frankfurt als een gekoppeld treinstel. Het ene deel (nrs 21 tot 39) rijdt vanaf Köln verder tot Brussel, het andere (nrs 01 tot 19) tot Amsterdam. Het Nederlandse stel stond precies om vijftien na vier klaar op het perron, wel een ander perron hé.
Een conducteur zat naast me op de bank en zuchtte toen de stations omroeper iets zei over ICE 12.
Lap, daar geen we weer. Het gedeelte dat naar België moest doorbollen had vertraging opgelopen. Het perron moest vrij zijn en hup, iedereen naar Gleis 3, langs de tunnel waar menigeen zijn plaske doet. Bij het warme weer van afgelopen woensdag een minder prettige reis ervaring.
Omwille van de lengte van het IC treinstel konden de reizigers van het eerste deel, het Belgische dus, staan wachten op het buiten perron.
Toen eindelijk ons treinstel het station binnen reed was er alweer een kwartier voorbij. Eens gezeten op de juiste plaats kraakte de boord radio het bericht uit dat het koppelen van de stellen mislukt was en de deuren gesloten werden, kwestie van de koelte binnen te houden.
Uiteindelijk was het vertrek een half uur later. Maar het ging nu wel in vliegende vaart. De IC trein stellen gaan regelmatig tot meer dan 170 km/u.
Het boek dat ik aan het lezen was maakte dat ook de tijd voorbij vloog.
Het Nederlandse Horloge is het relaas van een Pool, Tadeuz Sobolewicz, die vier jaar concentratie kamp heeft overleefd.
In Köln kreeg ik het gezelschap van een frisse jonge dame. Ik zat eigenlijk op haar gereserveerde plaats. Maar het kon haar niet schelen of ze aan het raampje zat, so no problem.
So no problem bleek voldoende om te vragen of we niet beter Nederlands konden praten en So be it!
Bleek de dame in kwestie afkomstig van Ternat. Ze kwam terug van een concert van een heavy metal band. Na mijn vraag of ze nog goed hoorde volgde een glimlach. Het praten is pas gestopt in Brussel Noord. Dus de rit van bijna twee uur is zo voorbij gevlogen.
In BXL noord vertrok twee minuten na aankomst een IC naar Berchem. Met geen ticket op zak vroeg ik alvorens op te stappen aan de conductrice of ik wel meekon. Ja, dat kon zeker aan een meerprijs. Dat ik zopas van een te late IC vanuit Duitsland kwam maakte helemaal geen indruk. Gelukkig had ik in Berchem meteen een trein naar S/N alwaar Agnes me met taxi Chris en Nadine kwam afhalen.
Tegen negen uur kon ik mijn dorst met een Palmke lessen.
Na een lange dag, zonder stappen, deed de douche toch flink deugd. De vlaggen van België en Polen bij de geburen Jos&Marleen deden me terug denken aan het vertrek. Na een aantal weken op je eentje kom je terug in de vertrouwde omgeving.
De moeite laat zich pas goed voelen als je in bed bent beland. De slaap was kort maar diep.
Het is voorbij, de indrukken en belevenissen moet ik, zoals vorige tochten, even laten bezinken.
Ik kom nog terug, op de blog bedoel ik, met enige nabeschouwingen.
Alleszins nu al een grote DANKUWEL aan al mijn lezers en iedereen die me op de een of andere manier heeft gesteund.
Grtjs
Hugo Peregrinus
Fotos: Poort binnen in gang en dan 2e verdiep, Babel hostel; Wroclaw Glowny; Polen/Duitsland; Duidelijk; Vanaf nu snelheid, ik wil naar huis; Frankfurt; Gleis 19, leeg om 16u10; Eindelijk, toch al het eerste deel; Ook al is het geen Palm, toch smaakt het.
Oświęcim, zoals het wordt geschreven in het Pools. Die aparte haakjes en kapjes vindt je niet terug op het klavier en dus is het C/P.
Auschwitz is dan de Duitse benaming van het stadje waar het gelijknamige concentratie kamp was gelegen.
Het museum dat er is ingericht is zeker de moeite waard. Het gehele complex is indrukwekkend, als je de geschiedenis kent. Anders is het eerder een verzameling gebouwen met op het eind de verbrandingskamers. Bij het betreden van de Ziklon B ruimte staat er een bord om de doden te eren door de stilte te bewaren!
Als ik vergelijk met Buchenwald dan is Oswiecim minder sereen. Het woord toeristisch is te sterk, maar het neigt er toch een beetje naar.
Er zijn verschillende gebouwen die elk een aparte tentoonstelling of evocatie weergeven. Ook België heeft een verdiep waar het zijn WOII verleden uit de doeken doet, precies in het zelfde gebouw waar ook de Fransen hun Vichy verhaal kwijt kunnen.
Terug buiten, na meer dan vier uren, nam ik plaats op een bank om wat te rusten. Het bejaarde koppel naast me bleken Fransosen te zijn. Beiden al dik in de tachtig en het was de tweede keer dat ze het kamp bezochten. En ze gaven me volmondig gelijk dat Buchenwald dieper insnijd. Bij hun vorige bezoek was er nog niet zo veel show, was het meer de troosteloze werkelijkheid die je te zien kreeg.
Het sterkst was voor mij de tijdelijke tentoonstelling van getuigen, gelukkigen die het hebben overleefd. Hun getuigenissen dateren van de jaren 2000 - 2014. De meeste mensen geven nog een korte boodschap mee waarom ze voor de foto wilden poseren, sommigen thuis en anderen in het concentratiekamp. Maar meestal sprak uit het de korte tekst de hoop dat zoiets onmenselijk niet meer zou gebeuren.
De lange rijen fotos uit het kamp archief, die zijn opgehangen in de gang en ruimten van een ander gebouw, laten bij het lezen van de geboorte en overlijdens datum een diepe indruk na.
Bij het aanmelden moest ik opgeven van waar ik kwam en kreeg een gratis ticketje. Ik weet niet waarom en of dat iedereen dat krijgt. Aan de inkom werd ik attent gemaakt op mijn rugzak, die moest in de bagage ruimte afgegeven worden, voor 4 Zloty.
Aan de gate werd je gescand, dus broekriem, portemonee, gsm een dergelijke allemaal in een mandje en zonder piep mocht je verder.
Mijn bedevaart tocht zat erop, alles is groen.
Terug naar het station om een ticket richting België te versieren. Dit laatste woord is niet echt hoor, ook in Polen moet je voor zoiets betalen. De dame aan de balie, allé een vensterke met een klein spleetje onderaan, zuchtte eens diep. Bon, pen en papier dan maar en aangeven dat ik naar Wroclaw wil.
LOOP loop naar perron drie, de trein vertrekt over één minuut. Zonder boe of ba, bij een kleine of dikke 30°C naar daar gelopen, helaas, ik zag nog juist het rode lichtje verdwijnen. Het water liep wel van mijn rug en voorhoofd.
Terug naar binnen waar dezelfde dame met dezelfde zucht weer naar haar papieren staarde en me het uur aanwees waarop ik zou vertrekken. Dik twee uur wachten voor de volgende trein en nog eens anderhalf uur in Katowice, alwaar een IC trein met rond twintig na zeven zou afzetten in Wroclaw.
In Katowice zit ik op het bedoelde perron te wachten. Door de drukte van de avondspits komen er meerdere treinen toe op dit perron. Zo ronde 17u, vijf minuten voor vertrek van de IC, merk ik van dit treinstel niet veel op. Een dame, naast me op de bank, is ook naar het aankondigingsbord aan het kijken waar maar niks op verschijnt.
Er klinkt iets door de station speakers en ik vraag aan deze dame of ze ook de IC moet hebben. In het Engels krijg ik antwoord: typisch Poolse spoorwegen. Ik lach en antwoord dat ik dat al dikwijls heb gehoord, van de Belgische dan.
Er is een vertraging van 30 minuten gemeld. Even later . nog 10. Uiteindelijk is het dan zover, een hele bende springt als het ware op die trein. Ik maak me geen zorgen, de plaatsen zijn genummerd.
Als ik neerzit zie ik de locomotief langs rijden. Verdacht of het moet zijn dat het treinstel in de andere richting verder moet. Niks geen schok wordt ik gewaar, wat normaal wel gebeurd als er een loc wordt gekoppeld. Nog even later zie ik diezelfde loc enkele sporen verder halt houden. Ik steek mijn hoofd buiten en zie een werkman toch naar ons stel komen terwijl de loc terug naar zijn oorspronkelijke plaats bolt. Het komt erop neer dat we een uur en vijf minuten over tijd vertrekken. Dat houd ook in dat ik meer dan een uur later in Wroclaw toekom.
Door de warmte is het, zonder elektriciteit, in de coupés héél warm. Als je met achten in een kleine ruimte .. ach wat betekend dat nu als je bedenkt wat het in de cellen en wagons van de transporten der SS moet zijn geweest.
Het is dan ook al half negen als ik het station verlaat. Op zoek naar een slaapplaats, altijd een beetje riskant later op de avond.
Hotel 1 volzet, gelukkig maar gezien de prijzen. Hotel 2 idem dito, geen prijzen meer gevraagd. In de aanpalende straat zie ik uithangbord: Hostel Babel.
De deur/poort binnen, twee verdiepen via een krakende trap naar boven en aangeklopt. Binnen zonder.. en ik val met mijn gat in de .
Het pension bied kamers of slaapzalen aan. Met vier op een kamer, met douche, koffie of thee, iets fris uit de ijskast, alles voor 60 Sloty. Voor enkele uurtjes slaap is dit toppie.
We zijn maar met twee, Janek from Gdansk is mijn kamer genoot. Ik verwittig hem al dat ik smorgens heel vroeg al weg moet en dus een beetje lawaai zal maken. No problem!
Dat kon dan ook niet met een man die volgens mij zittend in de zetel slaapt, om twee uur aan zijn yoga oefeningen begint. Om de haverklap doet hij zijn jas aan en zet zijn pet op om een sigaretje te gaan roken.
Deze morgen zei hij bij het terug komen van zijn smookie dat het koud was! Terwijl ik het al warm had en in mijn shirt ben vertrokken. We hebben wel een goed gesprek gehad over de Polen, de oorlog en Solidarnosc om natuurlijk JPII niet te vergeten.
Grtjs
Hugo Peregrinus
Fotos: De poort!; Gevangen; Schnell; Zottemanspraat; Schoen; 35425-35426; Geld; Dossin; Koud en warm.
Omdat vier uur in de morgen toch redelijk vroeg is, zeker op een rustdag, terug omgedraaid. Ik hoorde Duits praten op de binnen parking (het raam is open gebleven) en schrok wakker. Iets voorbij acht uur, tijd dus om op te staan.
Na het ontbijt naar het hopelijk rustige Jasna Gora. De bedoeling was om een foto te kunnen maken van de Zwarte Madonna (zonder flits!) in alle rust.
Wel, het is bij bedoelingen gebleven.
Al om half tien stond de ruimte die naar de crypte leid vol. En weer was het aanschuiven om op je knieën te mogen neerdalen en alzo voorbij de madonna te schuifelen.
Ik heb me beperkt om de kerk nu eens goed te bewonderen, want dat is wel een kunstwerk. Verder ben ik nog eens tot in de Zakrystie geweest. De bewaker bekeek me eens goed, ik zie er nu niet uit als pelgrim maar als schooier. Na het woord Pilgrymska knikte hij kort en mocht ik verder. De jonge priester (blijkbaar zetten die de stempels) haalde onmiddellijk nog een ander exemplaar te voorschijn. Het woord Pamiatka (souvenier) staat naast de afbeelding van de madonna vermeld, op de grotere stempel.
En souvenirs zou ik nog kopen, in een heel straatje vol kraampjes. Wat ik wel zocht, postkaarten, vond ik niet. Bijna aan het eind gekomen dacht ik ergens anders mijn gerief te moeten zoeken. Maar toch, als je al zover bent gevorderd kan je net zo goed de hele lijn aflopen. Het voorlaatste kraam is toch in het bezit van hetgeen ik nodig heb. Ik zoek er een aantal verschillende uit, blijkbaar meer dan de man gewoon is. Bij afrekening benader ik de som van 50 Sloty. Ik bekijk nog enkele andere zaken, magneten voor op de ijskast, en reken uit zodat het uiteindelijk precies de waarde van een briefje van vijftig heeft.
De man doet de kaartjes en de magneetjes in een zakje en per ongeluk ook het briefje van 50.
Ik zeg gewoon in het Nederlands, 'ho man, dank u wel maar zo zullen uw zaakjes niet lang duren'.
Geloof me of niet, zijne Zloty valt. Hij is zo content dat hij nog een extra, grotere magneet pakt en die mee in de zak steekt. Een flinke handdruk erbovenop, en lachen.
Wat later ga ik met die kaartjes terug naar de toeristische dienst. Of ik stempels kan plaatsen op de enkele postkaartjes. Geen probleem, stempel en kussen worden me toegeschoven.
Opvallend bij de bezoekers van deze morgen op de Jasna Gora, veel busladingen met communicanten, vergezeld van ouders of groot ouders en de onvermijdelijke priester. Het moet gezegd, religieuzen zijn er nog heel veel.
Blijkbaar is er een feestviering vandaag van de jong volwassenen binnen de christelijke gemeenschap. De ouderen (van de jongeren) van de verschillende gymnasia staan met hun school vlag op grote podia naast het zwevende altaar. Op het plein voor dit altaar verzamelen de groepen zich. Als ik zo rond half twaalf terug passeer, na mijn souvenirs jacht, zit het plein vol, velen onder een paraplu of in de schaduw aan de rand. De mis wordt omlijst door gezang en gebed, door groepjes of jonge mensen gebracht.
Als ik die jonge kinderen voor me zie, in hun mooie communicanten kleren bedenk ik voor mezelf dat velen onder hen vandaag wel zullen omvallen van de warmte.
De kledij van die kinderen varieert wel een beetje. Voor de jongens is er een lang wit kleed met erbovenop nog een stola of een cape. Voor de meisjes is het meestal idem, alleen zijn het voor sommigen precies trouw kleedjes.
Onder begeleiding van een pastoor, wellicht die van de parochie, bezoeken ze het hele domein. Fotos worden genomen, met de kinderen en de ouders, voor het beeld van JPII of elke mogelijke andere combinatie.
Ik vraag me af wat het is als het hier echt druk is. Volgens de grootte van de parking is het nu eerder kalm. Natuurlijk, vier miljoen bezoekers per jaar is niet niks. Dan moeten er elke dag wel een paar duizend langs komen.
Op de lange weg terug passeer ik een filatelie. Er stond een serie postzegels uitgestald, ja wat anders hé. Eentje ging uiteraard over II. Voor die prijs wou ik het wel. Naar binnen. De man moest nog eens kijken wat ik precies bedoelde. (amai mijn Pools) Hij haalde zijn folio boven en toonde me het gevraagde. Deed het boek weer weg en toonde me iets anders, een complete uitgave van dezelfde zegel met alles erop en er aan, in een hard cover. Wel was de prijs iets hoger. Ik verwees naar de vorige waar drie extra zegels bijzaten. Toen ik akkoord ging over de folio haalde hij zijn vorige boek weer boven en haalde de drie bedoelde zegels eruit, deed ze in een envelop en in de cover.
In het station verliep het aanvankelijk iets stroever. Aan het info loket spraken ze enkel Pools, uiteraard.
1 kreeg ik als antwoord. Dus loket 1 zou de oplossing brengen. Na enige tijd was het mijn beurt. Snorry, enkel Pools. Ik, in mijn goed Vlaams, godverdomme, van hier naar ginder, is dat nu Pools.
Het volgende loket was bemand door een persoon die me enigszins begreep en me ook wilde helpen. Een ticket naar Oswiecim was vlug geregeld. Dat wil zeggen dat hij de uren opschreef en me door verwees naar het volgende ticket loket.
Op mijn vraag naar een ticket richting België bleef het even stil. Brussel is ook niet het correcte woord, dus nog gewijde stilte. Praag of Breslau kwam er dan uit.
Nog even wachten, de spoorwegen zijn hier nogal onderverdeeld in verschillende maatschappijen heb ik begrepen. Om iets als een internationale reis te kopen moet je in een groter station terecht. Dus hoop ik morgen in
Wroclaw te arriveren.
Morgen vroeg is het weer vroeg dag, om 05u13 vertrekt de trein naar Katowice vanwaar ik Oswiecim kan bereiken. Een groot verschil met deze morgen, niet? Hopelijk overslaap ik me niet!
Grtjs
Hugo Peregrinus
Fotos: Rynecsek, overdekte markt; Doorgang naar achterliggende plein of woonwijk, Het podium; Halftien, het begint; De pastoor met zijn schaapjes; Samen met ; Het aankondigen van de verschillende colleges met gejuich vanuit het publiek; Souverniers straatje; Alle stoelen bezet.
Gisteren eigenlijk geen problemen gehad, tenzij dat de benen een beetje zeer deden.
Het begon nochtans wel met een beetje de poepers. Een trein om iets na vijven op een zondag lijkt me toch wel riskant. Er stond er al een vermeld iets na enen, dus het zou wel kunnen. Er was trouwens al een volgende om 5u39.
Buiten een goederen trein zag ik weinig beweging. Als er om 5u40 ook niks gebeurd dan denk je ze hebben me bij mijn pietje. Wat zal ik dan beslissen, wachten op Godot of .. ja wat?
Op het moment dat ik het perron wil verlaten verschijnt er een jonge dame ten tonele. Ik heb dus niet gewacht en ben haar het nodige gaan vragen. Beter nog, ze sprak vloeiend Engels, dus het ging vlot. Binnen tien minuten zou er een trein langs komen.
Zelf was ze op weg naar Warschau voor een concert van Cold Play. Waarom vertelde ze dit. Wel als joke op wat ik zei over het weer. Its cold this morning, isnt it? (effectief maar 11°C bij een koude wind).
In de bossen viel het wel mee, de wind speelt daar weinig mee.
Voor de rest is het naderen van een industrie stad weinig interessant, zeker als de lucht begint te stinken. En wat zien ik, de vervuiler is een bekende steenbakker.
Tegen dat ik op de Lichte Berg aankwam deed de zon al flink zijn best. De massa bedevaarders deed de rest. Ik ben even gaan kijken maar de 'real thing' heb ik niet gezien, te veel volk op een kleine plaats. In de eivolle kerk ernaast was een mis aan de gang; Wat een overtuiging van de meeste gelovigen.
Ten laatste belde ik maar ergens aan waar ik al een paar priesters en medewerkers had zien binnen gaan. Via de parlofoon brabbelde ik iets in de trant van pielgrymska, maar de deur bleef gesloten. Het was zoiets als de leraars kamer vroeger, daar mocht je ook in geen geval binnen. We weten nu al wel waarom. Wel bleek de stem aan de andere kant iets te hebben begrepen.
De deur ging open en hij verwees me naar de Zakrystia, dat begreep ik wel; allen waar is die.. Deur dicht.
Ik liep dus maar terug naar die kapel, allemaal in hetzelfde grote gebouw. Van wat ik nog weet uit mijne jonge tijd bij de misdienaars is dat de Sakristie rechts is gelegen, naast het altaar. Bleek dat nog altijd zo te zijn. Er waren meerdere bedienaars van de eredienst aanwezig. Diegene aan wie ik een stempel vroeg riep iets naar een jonger exemplaar. Die wenkte me en sprak Duits. De stempel was vlug gezet en hij wenste me nog succes.
Hierop ben ik me even buiten uit de zon gaan zetten om te bekomen en iets te eten.
De zoektocht naar de TI kon beginnen, alhoewel zondag zijnde .. dus gesloten.
Google toverde enkele adressen uit zijn, ja wat? Een adres op 450 meter van het station leek me wel iets. Het is dat ook geworden, wel is voor morgen vroeg de tocht naar (een rustiger) Jasna Gora wel 2 km.
Grtjs
Hugo Peregrinus
Fotos: Lege stationshal, vooral kil; Je ticket zelf gaan halen vooraan op de trein; Rammelkar, maar er is verwarming op; Op zondag volle kerken; In de buitenwijken veelal moderne kerk gebouwen; Ook binnenin, wel steeds een afbeelding van JPII; Bekende firma; De stad breidt uit, verkavelingen; Op Jasna Gora kan je allerlei voorwerpen laten zegenen, wel een kleine donatie aub.
Koniec is een woord dat ik al ken van uit mijn jeugdjaren. Er is ooit een tekenfilmpje geweest over een hondje, ik weet niet meer uit welk land het afkomstig was. Wel weet ik dat het steeds eindigde met dat woord. Eerst wist ik dus niet wat het betekende maar omdat het dan telkens gedaan was kon het niks anders meer zijn dan EINDE.
Ook de tocht, excuseer de pelgrimstocht, naar Czestochowo is aan het Koniec gekomen. Hoe ik alles heb meegemaakt moet ik nog even laten bezinken.
Het is alleszins wel degelijk verschillend met eerdere tochten.
Wat ik wel al weet is dat ik, in vergelijking met vorige jaren, me anders moe voel. Ook naar Compo of Rome was ik moe, maar anders.
De laatste twee weken heb ik wel aan een goed tempo gestapt, maar dat ging eigenlijk vanzelf, 'blijkbaar'. Het is natuurlijk ook de decompressie die meespeelt.
Morgen vroeg is het misschien al helemaal anders.
Nu ga ik nog even genieten van een whisky (ja zonder e) en slapen.
Uitzonderlijk staat de TV op en ik kijk (puur toeval) naar Best Oldies. En wat zie en hoor ik, Demis Roussos met Goodbye. Op de achtergrond van de clip zie ik precies een ouderwetse trolley van de NMBS. En jaar hoor, de clip is opgenomen op Brussel Zuid. Nog nooit gezien, daar moet je te voet voor naar Polen lopen. Toeval hé Ronny. Daar moeten we het nog eens over hebben!
Morgen maak ik tijd voor een deftig verslagje. (als ik tijd heb)
Grtjs
Hugo Peregrinus
Fotos: Czestochowa, bijna; Zelfs op de riool deksels staat mijn embleem; Nog even; Te veel volk, morgen vroeg terug komen, wel al stempel bekomen; t Is echt!.
Het is dan beslist, morgen is de laatste dag van de tocht.
Een vroege trein brengt met tot Lubliniec van waar ik nog tot Czestochowa stap.
Ik zit nu in Olesno, al een eind voorbij Kluczbork. Enkel in Borki Mali (nog enkele kilometerkes) is er een hotel te vinden. Voor de rest is het bijna zeker, geen overnachting plaats in Borki Wielkie en Bor Zapilski.
Omdat het dan de laatste stap dag is kunnen de laatste zesendertig paaltjes er nog wel bij. Wel volg ik via deze weg de laatste 20 kilometer van het voorop gestelde pelgrim pad.
En als ik schrijf een vroege trein, 05u19 is wel degelijk vroeg. Het zal een korte nacht worden.
Vorige nacht was nochtans ook niet schitterend wat slapen betreft. De eerste twee uren weet ik van de wereld niet. Omdat het te warm was op de kamer open ik het raam, het is al middernacht en veel lawaai is er niet meer. Wel is aan de overkant van het marktplein iemand die zijn huis (of iets anders) verwarmd met mazout. Wel, door de wind kwam die smerige lucht mijn kamer ingewaaid.
Even over met slapen.
Eens dat roken op hield heb ik het raam terug volledig geopend. Na enige tijd kon het raam dicht en probeerde ik nog wat te slapen. Rusten is een beter woord want echt goed slapen was er niet meer bij. Zo rond een uur of drie ging het raam weer open, na eerst gecontroleerd te hebben of de zwarte rookpluim zichtbaar was.
Het raam zelf heeft ook zo zijn kuren. Bij volledige open stand moet je, om te sluiten het geheel een beetje heffen. Dat je het maar weet.
Het is vlug zes uur, tijd om in te pakken. Het ontbijt mocht er wel zijn, hotel Falwty was het niet echt, de mensen waren best vriendelijk.
Toch liep een en ander verkeerd.
Dat van dien Duitser en de verkeerde badkamer weet je al.
Tijdens het avond eten had ik kijk op de toegangsdeur tot de kamers. Een jonge gast kwam binnen met een grote plastiek zak en een zwabber. Ja, dacht ik (niet Jezus) die zal het zootje boven moeten opkuisen. Bij het betreden van de gang/hal aan de kamer bleek de douche ruimte weer helemaal proper en nieuwe handdoeken waren klaargelegd. De man was nog bezig op de andere kamer. Ik open mijn deur en om dat ook het raam openstond ontstond er door de wind even grote trek. Mijn deur, waar doorheen de wind toch al voelbaar was, vloog met een klap dicht. Het is te zeggen, het geraamte zat wel in zijn sponning, het binnen paneel van de deur lag er wel degelijk naast. Ik zie die man beteuterd kijken terwijl ik met mijn sleutel sta te waaien.
Hij verdwijnt naar beneden om terug te keren met een hamer en enkele kleine nagels. Het paneel er terug in krijgen lukte niet te best, de vorige nageltjes zaten in de weg. Ik heb de man dan maar geholpen om het geheel vast te houden. Niet alle nagels zitten er nu recht in maar de veiligheid was weeral verzekerd. Ook had ik geen natte voeten meer.
Maar hij was tenminste vriendelijk en niet zoals Basil. Of hij ook from Barcelona was heb ik niet kunnen achterhalen.
Vandaag een hele dag in de soep gelopen, geen mist maar mot regen, zeveren dus. Gelukkig hield de wind (koude, niet meer dan 14°C) mijn broek droog. Toch heb ik zowel mijn windjack als mijn regenvest aangehouden zonder dat ik overmatig heb gezweet.
Het voorziene hotel zat weeral vol. De receptioniste gaf me wel de naam en het adres van het gene waar ik nu verblijf, Restauracja I Hotel Alexandra, ul. Wlk. Przedmiescie 35, Oelesno.
Voor morgen vroeg heb ik al ontbijt voorzien, fruit heb ik nog genoeg en drinken is nooit een probleem.
De sleutel van de deur leg ik in de bloempot, maar aan niemand zeggen hé.
Grtjs
Hugo Peregrinus
Fotos: Dat half maantje lag eruit, kwestie van gerust teslapen niet; Super voor de luchtwegen en longen; Gevelde bomen in volle lengte, zie je niet meer, tenzij voor telefoon polen, euh palen; Nog altijd in de goede richting; Het Rynek van Olesno is anders dan ik gewoon ben, strak, wel mooi aangelegd; Propere kazerne van de 189 jaar oude brandweer; Dit stations gebouw heeft wel zijn beste tijd gehad; De kerk daar-en-tegen is al de mooist versierde die ik ben tegen gekomen in Polen; Zonder woorden.
Vannacht heeft de regen de warmte weg gespoeld. Niet dat het nu koud is, het is eerder drukkend geweest vandaag met in de late namiddag een heuse windstorm(ke).
Zoals verwacht was er in Wierzbica Gorna geen overnachtigs plaats. Navraag aan een lokaal bracht bevestiging, armen zwaaiend in de richting van veel verder hotel.
Eigenlijk had ik er al rekening mee gehouden dat de afstand vandaag met 5 km zou worden verlengd.
Door het feit dat de meeste wegen over zandpaden en door het bos liepen viel het wel mee. Het verschil met verharde wegen is toch enorm. Precies, nee, het is echt zo, op niet verharde wegen wordt je minder snel moe en gaat het (wel blijkbaar) vlugger vooruit.
In Wolczyn had ik al een hotel gevonden via internet, het blijft altijd de vraag of het nog open is. Wel, in het centrum vraag ik aan een policja of er een hotel in de buurt is. Driehonderd meter verder was er inderdaad een, en dus heb ik niet lang getreuzeld.
De accommodatie ziet er vanbuiten niet erg sjofel uit, van binnen valt het wel mee.
Mijn kamer is wel aan straatzijde en zonnekant, het toilet en douche zijn op de gang. Allemaal niet zo erg, wel dat de handdoeken vergeten waren? Ik terug naar beneden en o sorry, ok.
Enige tijd later weet ik waarom, de jonge dame die me de kamer had toegewezen en ook de badkamer die erbij hoorde had zich vergist. Blijkbaar was de badkamer al in gebruik, er lag nog een tandenborstel en een handdoek. Enige tijd later hoor ik iemand uitleg vragen aan dezelfde jonge dame en iets in verband met een towel.. ?
Ik recht uit mijn bed (rust!) en op de gang, bleek het een Duitser te zijn die drie dagen in het hotel verblijft. Ik zei hem dat er een en ander mis was. Ik moest ook om handdoeken en afloop van de wasbak lekt als een vergiet.
Ach was het antwoord van de man: typisch pools, geen zorgen om maken.
Hij had een fabriekje in de buurt en kwam regelmatig enkele dagen naar Polen.
Eind goed al goed,de man kreeg de andere badkamer en ik bleef met natte voeten zitten.
Voor de rest van de tocht ben ik het nog aan het uitzoeken. Vermits ik al iets verder ben geraakt ligt de volgende halte plaats, Kluczbork, niet zo ver meer. Als ik de normale afstanden van deze week nog even aanhoud ben ik morgen avond in Olesno. Het is wel meer dan 30 km en de weersvoorspelling is niet echt gunstig. Dat laatste heb ik wel al meer meegemaakt.
De plaatsen Borki Wielki en Bor Zapilski hebben respectievelijk 390 en 1120 inwoners. Via internet vindt ik al niks van hotels in de buurt, er zijn er ook geen.
Ik denk dat ik morgen in Olesno een oplossing moet zoeken om dit probleem te omzeilen.
Vanuit deze plaats zou het ongeveer nog 70 kilometer zijn tot het eindpunt. Recht door kan niet, er is geen overnachting plaats. Het zal dus iets zijn met openbaar vervoer om die laatste etappe plaats te bereiken en alzo toch nog de laatste dag naar Czestochowa te voet af te leggen.
See tommorow!
Grtjs
Hugo Peregrinus
Fotos: Kapel op een splitsing, eenvoudig maar deurtje open; Binnen is het prachtig met de onvermijdelijke foto van ..; Brandweer kazerne met slangentoren, in de nis staat een Romein!; Een volgende kazerne (in/aan een oude Kolchoze) geeft een duidelijker beeld van de Romein. Blussen die gasten toch wel met melk; Plaatsnaam bord verklapt me waar ik ben, vermoedelijk is dit ook alles; Eindelijk, zonder dat het me heeft gezien of geroken; Dat dacht ik ook met zon wind!; De foto is een beetje wazig door het stof, opgewaaid door de wind. Het is niet het bed dat ik zoek, zeker niet in een doodlopend straatje!
Het verbaasde me deze morgen dat om zeven uur, op een donderdag, de kerk afgeladen vol zit. Dezelfde kerk, recht over en verbonden met het kasteel, waar gisteravond in de zes uren mis toch ook makkelijk een honderdtal personen aanwezig waren. Een zeer religieus volk, die Polen.
Ook de biecht stoelen draaien goed, gisteren waren er twee in volle bezetting, vanmorgen wellicht ene, de andere priesters waren aan het werk en dus niet aan het luisteren.
Nog meer was ik verbaasd dat er op dit uur nog zo weinig verkeer te zien en te horen was.
Dit kon alleen betekenen dat het een feestdag was. Een weinig later had ik iemand te spreken die vrij goed Engels sprak. Het is nationale feestdag van Corpus Christie, een dus verlof dag.
In een dorpje, waar ik rond elven doorliep, zag ik een aantal mensen in groepjes passeren. Families die terug komen van de ere-dienst dacht ik bij mezelf. Iets verder stond een kerkje waar een vrij jonge pastoor juist in zijn wagen stapte, waarschijnlijk op weg naar zijn volgende dienst. Ook al zijn er in Polen nog veel pastoors, elk dorpje zijne paster is daar ook verleden tijd. Of het is misschien dat in echt kleine gemeenschappen, straatdorpen zeg maar, dit altijd zo geweest is.
Het kerkje zelf loop je zo voorbij, als je niet oplet.
Vandaag ben ik een grens overgestoken, die tussen twee provincies, Dolnoslakskie en Opole. De foto's zijn genomen precies op de lijn!
Voor de rest valt er nog te melden dat de hotels in de stad volzet waren. Andere oplossingen zoeken, de I-dienst is er niet of zou toch gesloten geweest zijn.
De dame in een sklep (een flesje water) wist me er nog één aan te wijzen, ongeveer vier kilometerkes verder. En dat zou zeker nog een kamer hebben. Wellicht was dat wel zo vermits het gesloten was wegens de feestdag! (die vier kilometers was er slechts twee, maar de sklep dame sprak goed Duits, met haar inschatting van de afstand was het gelukkig niet zo goed)
Terug naar vorige hotel in Olesnica zou kunnen, misschien is er nog een trein. Op naar de statie, er is er nog enen over een uur en veertig minuten.
Met al dat gezoek en rond gedrentel was de klok niet blijven stilstaan, de vijf kwam al in de nabijheid.
Toch nog eens geprobeerd om via G-Maps iets te zoeken in de buurt, en ja hoor, het hotel waar ik nu verblijf had nog een kamer. 1,6 km kon er nog wel bij.
Je ziet, alles komt voor de bakker.
En aldus ben ik nog aan een douche en een goede warme maaltijd geraakt. Oef!
Grtjs
Hugo Peregrinus
Fotos: Ik lag aan de andere zijde; Zowel JPII als het drama van Smolensk ligt hier zeer gevoelig; Kant Neder-Silezië (województwo dolnośląskie); Kant Opole (województwo opolskie); Ik dacht, eindelijk een foto van een hertje van dichtbij, . Een kat is ook moeilijk te naderen hoor!; Centrum van Namyslow, onder de paraplus op de Rynek (markt) gingen de ijsjes vlot door de kelen; Zoals bij ons vroeger heeft elke belangrijke stad(je) zijn eigen brouwerij nog. Ik kon het al ruiken vanop afstand, de mout.
Elke dag zou ik fotos kunnen tonen van prachtig versierde kruisbeelden, van nog mooiere ver zichten en van unieke beelden of schilderijen van JPII.
Deze morgen vroeg passeer ik voorbij een herdenkingszuil ter ere van de bevrijder en bemerk dat de tekst is besmeurd met zwarte teer. En die is niet pas aangebracht. Zo diep zit de haat tegen over de bevrijder, die meer dan veertig jaar lang een bezetter/uitzuiger is gebleken.
Er woei een gure wind, gelukkig in het voordeel. Toch is mijn hoofd lichtjes verbrand, ondanks de factor 30 en het ontbreken van de zon.
Als kasteelheer wordt je geboren, dus ben ik dat niet. Als ik door het raam van mijn kamer kijk denk ik dat de kasteel bewoners meestal uren zoet waren met elkaar te zoeken. In de donkere winter dagen zal dat dan ook meer dan een volle dag in beslag hebben genomen. En savonds vond je dan misschien je eigen kamer niet meer terug! Kom dat tegen!
Het kasteel van de hertog(en) v an Olesnica is nu het hotel Zarmek, waar ik dus hertog ben voor één nacht.
De stempel die nu in mijn boekje is geplaatst is iets heel bijzonders. Na wat zoeken naar de I ben ik maar het gemeentehuis binnen gestapt. Bleek de I daar samen met de bode aan de ontvangst balie te zetelen.
Na enige uitleg in een brabbeltaaltje van alles door elkaar kreeg ik info over de verschillende slaap mogelijkheden, geprint, en als pelgrim een mooi info boekje over Olesnica, ja, in het Pools.
De dame aan de balie greep naar de telefoon bij het woord Poncz. Na enige uitleg via de telefoon zei ze me even geduld te hebben, althans, dat begreep ik zo. Er zou een speciale stempel worden gehaald, boven. Ze vond de gewone stempel niet voldoende voor een dergelijk boekje.
Na enige tijd ben ik dan maar gaan zitten en dat heeft geloond. Een kwartiertje later kwam een persoon het gemeentehuis binnen en na de dzien dobry gebaarde hij me hem te volgen.
Nu was ik wel een beetje gegeneerd. Ik kon mezelf wel ruiken, mijn broek en shirt vertoonden enige sporen van het yoghurt ongevalletje deze morgen. Maar wat gebeuren moet .. en ik dus mee naar boven, het secretariaat binnen. Hij zei iets tegen de dames aldaar en troonde me mee in zijn bureel.
Hij sprak wel een beetje Duits en iets beter Engels en verklaarde waarom hij fier was me deze stempel te kunnen geven.
De stempel zelf is eeuwen oud en heeft een grote symbolische waarde voor de stad. Het stelt de arend van St-John de Evangelist voor. Dit oorspronkelijk christelijk symbool werd overgenomen door de stad, als teken van welvaart en zelfstandigheid.
De stempel zelf is een groot geval, een blok hout met daaronder dus het zegel. Hij wordt bewaard onder een glazen stolp en gebruikt in bijzondere gevallen. Dat kan tellen hé!
Na nog een goede bedevaart toegewenst te krijgen ik dus terug naar beneden, mijn rugzak ophalen. Ik heb de dame aan de balie uitvoering en met blijdschap bedankt, dat ze daaraan heeft gedacht.
De man wiens autorisatie men nodig had om de stempel te gebruiken is .. de gemeente secretaris.
Bedankt Zbigniew om dit te willen doen.
Grtjs
Hugo Peregrinus
Fotos: Rosjanie Poza; Het veulen weet al hoe het de jeuk aan zijn gat kan bestrijden, de boom ondervind het al; Altijd maar Maria, eindelijk nog eens de Timmerman gezien; Hier is het zoals in de polder, een beetje wind veroorzaakt een kleine storm; Bijna alle steden of stadjes hebben een autovrij centrum; Het klein kasteeltje; Selfie; Verbinding tussen kasteel en kerk, symbolisch? Binnenzicht op mij kasteel voor één nacht.