Knooppunten met afwijkingen: 29 -24 -71 -25 -28 -27
-11 -12 -32 -42 -41 -30 -23 -29 = +/- 40,1 km. Parkeren: Lantaarndijk, aan de
rotonde.
Zaterdag, 4
augustus 2018. Het is 08:20u en de temperatuur duidt al 29°C aan. We zijn
begonnen aan onze tweede hittegolf deze zomer. Dagen van boven de 30°C zijn
geen uitzondering meer. Iedereen snakt naar een verfrissing. Liefst koel water.
Wij trekken noordwaarts, naar de provincie Noord-Brabant, meer bepaalt naar
Willemstad. Een prachtige vesting die omgeven is door water. Daar waar de
Volkerak en Hollandsch Diep elkaar ontmoeten. Het zal er beslist koeler zijn
dan hier.
We plaatsen
de auto op de bekende parkeerplaats en brengen eerst een bezoek aan de
Belgische erebegraafplaats (hoek parking/Lantaarndijk). Op deze militaire
begraafplaats liggen 159 Belgische soldaten begraven. De meesten, 134, waren
krijgsgevangenen van de Duitsers en werden per schip naar gevangenkampen
vervoerd. Zij kwamen om toen hun schip, de Rhenus 127, op het Hollandsch Diep
op 30 mei 1940 op een mijn liep. Later werden hier op de begraafplaats nog 25
andere Belgische militairen begraven die elders waren gesneuveld.
We houden de
begraafplaats rechts van ons en volgen meteen knooppunt 29. We fietsen richting
vuurtoren in de Lantaarndijk. De Willemstadse vuurtoren dateert uit 1947 en
heeft geen functie meer bij het begeleiden van het scheepvaartverkeer op het
Hollandsch Diep. We komen bij de parking van de jachthaven. De moderne
jachthaven 'De Batterij' heeft maar liefst 215 ligplaatsen op een steenworp van
de historische en sfeervolle vesting Willemstad. We fietsen voorbij de grote
kledingwinkel met bescheiden VVV-kantoor.
Na de bocht,
op de Hellegatsweg, zien we rechts de 'Volkerak' stromen, die ontstaan is bij
de Sint-Elisabethsvloed in 1421, waarvan ook het Hollandsch Diep nog een
restant is. Tussen het Volkerak en het Hollandsch Diep werden in 1967 de
Volkeraksluizen gebouwd en in 2008-2010 vervangen. Een complex van drie
schutsluizen voor de beroepsvaart naast elkaar, vier spuisluizen en een
jachtensluis. De Volkeraksluizen zijn Europa's grootste en drukst bevaren
binnenvaartsluizen met ruim 400 doorgaande schepen per dag.
Aan
knooppunt 29 verlaten we onze route en blijven rechtdoor onder de A59 de
Maltaweg volgen. We fietsen voorbij de
Anthoniegorzen. Een populaire plaats voor vogels. Een betonnen trap met enkele
treden brengt ons bij een groen geschilderde deur waarachter een betonnen,
overdekte ruimte is. We kunnen een kijkje nemen. Op ooghoogte zitten openingen
en geven een weids uitzicht. Het is winderig maar het uitzicht is spectaculair.
Vogels zien we niet. Ze zijn slimmer dan wij en hebben ergens een plekje
gezocht in de schaduw.
We rijden
verder aan het kruispunt naar rechts en volgen het bordje 'Fort Sabina'. Fort
Sabina is het best bewaarde geheim van West-Brabant. Maar liefst dertien
hectare groot, met een unieke Napoleontische vierkante stenen toren, 'tour modèle
no 1, onderaardse gangen en een kazerne. Napoleon liet het fort in 1811 bouwen
als onderdeel van de kustverdediging tegen de Engelsen. Tijdens WOII werd het
fort gebruikt als schuilplaats door de inwoners van Heyningen. Thans biedt het
fort ruimte aan evenementen, voorstellingen en aan 'Bistro de Kletsmajoor' met
terras.
Aan de
ingang van het Fort Sabina staat een gedenksteen die herinnerd aan de nacht van
21 op 22 januari 1945 toen ganzen alarm sloegen door luidruchtig te gakken. Er
slopen mensen rond in de buurt van het haventje nabij het fort. Een vijftiental
Duitse commandos waren met boten vanaf Goeree-Overflakkee het Volkerak
overgestoken om krijgsgevangenen te maken. Na een kort maar hevig vuurgevecht
moesten de Duitsers zich terugtrekken maar slaagden er toch in om twee
Canadezen gevangen te nemen. Eén van hen raakte zwaar gewond tijdens zijn
gevangenneming. Hij overleed nog diezelfde nacht op 21 jarige leeftijd. Het was
de eerste en de laatste keer dat Fort Sabina werd aangevallen in zijn geschiedenis
die teruggaat tot 1811.
Na ons
bezoek rijden we terug naar knooppunt 29 en slaan rechtsaf. Vanaf dit knooppunt
maken we een tocht van 6,4 kilometer tot aan knooppunt 24 met prachtige
vergezichten die onderbroken worden door de enorme windturbines die langzaam
draaien. Ondanks de hitte van de afgelopen weken en de aanhoudende droogte
kleuren de talrijke landbouwgronden nog groen. De oorzaak ligt bij het water
dat hier steeds in de buurt is.
Bij de bocht
naar links zien we voor ons de betonnen muren van 'Fort De Hel'. In 1748 werd
op deze plek het allereerste fort gebouwd met de naam 'Anna'. In 1793 werd de
naam veranderd in Fort Carolina, maar het fort was toen al vervallen. De
Fransen bouwden dan hier in 1811 Fort l'Enfer voor de verdediging van
Willemstad om een eventuele Engelse invasie te voorkomen. Binnen het fort werd
een vrijstaande stenen toren gebouwd van het zogenaamde tour-modèle no 3
waarvan er nog maar drie in Nederland zijn. De toren bood plaats aan veertien
manschappen en 9500 kg buskruit. In 1813 kreeg het fort zijn huidige naam. Op
14 mei 1940 was het fort meer dan 120 man sterk toen het door de Duitsers werd
aangevallen en door hen werd ingenomen. In 1961 eindigde het militaire gebruik.
Vanaf 1994 wordt het fort verhuurd aan de stichting 'Vrienden van de Hel', die
er een kunstatelier vestigen. Er worden tevens culturele activiteiten
georganiseerd.
We fietsen
ondertussen verder langs Helwijk. Een dorp in de gemeente Moerdijk dat vernoemd
werd naar Fort de Hel. We komen niet door het centrum en fietsen even later
rechtsaf over de A59. Vervolgens fietsen we zuidwaarts, evenwijdig met de A4.
We rijden langs Heyningen, een dorp van de gemeente Moerdijk. We wijken even af
van onze route. We fietsen op de Oude Heyningsedijk en ter hoogt van huisnummer
46 slaan we rechtsaf in de Hoge Heyningsedijk. Onmiddellijk links aanhouden aan
de Y-splitsing in de Veluwestraat tot nummer 2. Het dorp heeft veel te lijden
gehad door de watersnoodramp van 1953. Er vielen 76 slachtoffers of zowat 10% van
de bevolking van toen. Deze woning in de Veluwestraat 2 is een volledig
gerestaureerde 'geschenkwoning'. Destijds werden noodwoningen geschonken door
de Zweedse regering om een oplossing te bieden voor het grote aantal daklozen
dat Nederland kende na de ramp. Een hele stap vooruit qua comfort; want de
noodwoning bleek voorzien van een douche. Een luxe in de jaren vijftig. De
watersnoodwoning kan vrij bezocht worden. De woning herbergt een permanente
tentoonstelling over de stormramp. Op de computersite wordt vermeldt dat het
huis op dinsdag open is vanaf 14:00u. Een andere site laat verstaan dat de deur
alle dagen open is.
Doordat we
fietsen hebben we wat wind die ons verkoeling brengt. Er is voldoende zuurstof
in de lucht. Het fietsen gaat ondanks de hoge temperatuur ons goed af. De
onbedekte lichaamsdelen worden rijkelijk met een factor 50 ingesmeerd.
Momenteel rijden we nog vaak in de blakende zon. Op tijd water drinken dus om
het lichaam af te koelen en onze pet op.
We rijden
terug tot aan de Oude Heyningsedijk en slaan rechtsaf en fietsen over de A4.
Aan de volgende straat rechtsaf tot knooppunt 24.
We bevinden ons in Zevenhuizen, een buurtschap van de gemeente Moerdijk.
Rechtsaf om knooppunt 71 te volgen voor 3,6 km tot Dinteloord. Als we weer over
de A4 rijden fietsen we op de Postbaan tot bij de rotonde. Rechtdoor en over de
'Dintel'. De rivier vormt de benedenloop van de rivier de Mark. Ze werd in de
beginjaren van de 19e eeuw met sluizen afgesloten en sindsdien kent
het water geen getij meer. Na de volgende bocht wijken we even af naar rechts
en rijden door Sasdijk. Rechts zien we de jachthaven van Dintel.
Na ons
bezoek keren we terug om knooppunt 71 te volgen. We zijn dan in Dinteloord. Een
dorp in de gemeente Steenbergen. Aan knppnt 71 staan enkele banken in de
schaduw van de Wilhelminaboom. Een ouder koppel picknickt er en we vragen
beleefd of we ook bij hen mogen plaats nemen. Geen probleem. Even wordt er over
en weer gepraat want we willen van elkaar weten vanwaar we komen en naar waar
we fietsen. We hebben ongeveer al 30 km in onze kuiten zitten. Het koppel naast
ons komt van Goeree-Overflakkee. We wijken af van onze route en maken een
kleine omweg door het dorp. Bij knooppunt 71 rijden we rechtdoor de
Westvoorstraat in en houden het water links van ons. Rechtdoor tot aan het
voormalige Raadhuis dat te herkennen is aan het torentje met uurwerk. Het
gemeentehuis is in 1830 in gebruik genomen. In november 1944 is het gebouw
beschadigd door een bombardement. In 1946 is begonnen met de restauratie die in
1949 is voltooid. Tot de gemeentelijke herindeling van 1977 heeft dit gebouw
als gemeentehuis dienst gedaan. We komen bij de Nederlands Hervormde kerk. De
eerste steen is gelegd op 15 april 1693. Het ontwerp is van bouwmeester en
architect Van Swieten. Het wapen is van de Heer van Princeland,
koning-stadhouder Willem III. In november 1944 is de kerk door een bombardement
grotendeels verwoest. In 1948 is de kerk herbouwd.
Voor het
Raadhuis linksaf en de eerste straat rechtsaf is het Raadhuisplein. We fietsen
tot het eind van de parking bij het monument. Op 4 november 1944 wachten de
inwoners van het dorpje Dinteloord op hun bevrijders. Maar in plaats daarvan
voerden geallieerde bommenwerpers een bombardement uit op de vermeende stellingen
van de Duitsers. Tientallen woonhuizen en drie kerken werden verwoest of zwaar
beschadigd. Bij het bombardement kwamen meer dan 45 inwoners om. Op het
Raadhuisplein staat het bevrijdingsmonument dat is opgericht ter nagedachtenis
aan alle Dinteloorders die tijdens oorlogshandelingen zijn omgekomen. Naast het
monument werd een 'luisterplek van de Liberation Route Europe' geplaatst, met
het verhaal van het bombardement. De Slag om de Schelde. De haven van Antwerpen
was voor de geallieerden van groot strategisch belang. Ze konden die pas in
gebruik nemen als ook de oevers van de Schelde en de toegangswegen daarheen
vrij waren van Duitse troepen. Daardoor woedde hier in De Slag om de Schelde de
oorlog in al zijn verschrikkingen. Met alle gevolgen voor militairen en
burgers. Op 4 november 1944 zijn de inwoners van Dinteloord in afwachting van
hun bevrijders. Maar geheel onverwachts bombarderen de geallieerden het dorp.
De bevrijding komt uiteindelijk, maar Dinteloord is verwoest en treurt om de
vele slachtoffers.
Op de
algemene begraafplaats aan het Zuideinde, over de apotheek, en op de Rooms
Katholieke begraafplaats aan de Oostgroeneweg liggen de graven van de vele slachtoffers
van het bombardement en vinden we de monumenten ter herdenking van de
gevallenen. Het gemeenschappelijke graf is gerenoveerd. In de plantenbak zijn
kolommen geplaatst, vijftien stuks ruw afgebroken. Zij symboliseren de abrupte
levensbeëindiging, in de herfst van 1944, van deze vijftien
oorlogsslachtoffers. De Oostgroeneweg bereiken we als we de Zuideinde blijven
volgen tot het eind. Linksaf op de Oostgroeneweg tot aan de begraafplaats
rechts van ons.
Op de
Noordzeedijk hebben we een prachtig mooi groen uitzicht in 360°. Het is een
lange ééntonige baan maar het prachtige landschap maakt dat allemaal wel goed.
Ze brengt ons door het Prinsenland. Een dorp in de gemeente Steenbergen. Een
paar honderd meter voor Stampersgat fietsen we door een industriezone. Links
van ons zien we fabriek Suiker Unie. De fabriek verwerkt de suikerbieten tot
kristalsuiker gedurende de jaarlijkse bietencampagne van ongeveer half
september tot half januari. Het product wordt opgeslagen en aan afnemers
geleverd in de gevraagde verpakkingsvorm. Rechts is het bijhuis waar eerst de
bieten worden verwerkt.
Bij
knooppunt 25 rijden we Stampersgat binnen. Een klein dorp van Halderberge,
vlakbij de rivier Dintel dat enorm veel werk aanbiedt door de nabijheid van de
industriezone die het gebied domineert. Rechts werd in het voetpad een inham
gemaakt met twee rustbanken. Daar tussenin werd een maquette geplaatst op een
ijzeren sokkel. Het is een kunstwerk van Adri Legierse met een gedicht van Nell
van den Aarssen: Stampersgat dicht aan de Mark en watertoren, een klein kern
waar pit in zit en dat blijft je steeds bekoren, waar de spontane hartelijkheid
en eenvoud is gebleven, in dit sympathieke dorp is het goed leven.
Een betonnen
trap leidt naar een grote waterplas waar het heerlijk toeven is. Links zien we
de reusachtige watertoren van Stampersgat die gebouwd werd in 1952. Hij heeft
een hoogte van 41,45 meter en het waterreservoir is 900 m³. Sinds 2009 is de toren in gebruik als woning
met een Art Gallery.
Als laatste
houden we halt bij de Martelaren van Gorcumkerk van Stampersgat. Deze kerk werd
in 1924 ingewijd en verving een noodgebouw uit 1899, dat sinds de stichting van
de parochie in gebruik was. Het monument Samenspraak vlakbij trekt onze
aandacht. Het is een bronzen creatie van Caroline van Lange dat werd onthuld op
31 augustus 2002. Wat verder in de Dennis Leestraat verlaten we reeds het
centrum van Stampersgat.
Vanaf
knooppunt 27 fietsen we over een smal asfaltpad, dat meestal is afgeboord met
loofbomen waardoor we meestal in de schaduw kunnen fietsen. Onderweg pauzeren
we aan een opgemaakte tuintafel met stoelen waarop de eigenaars dikke kussens
heeft gelegd. Je zou denken dat ze het voor zichzelf gedaan hebben maar een
bordje: Vrij fietsers rustpunt nodigt ons echter uit voor een adempauze.
Zelfs een asbak werd voorzien. We drinken een (plastiek) glas water met bubbels
en denken dat het champagne is. Gezellig, even uit de hitte.
Enkele
pedaaltrappen verder stoppen we bij een laagstam fruitplantage. De appels
hangen rijkelijk in trossen aan de kreunende takken. Ondanks de droogte en de
aanhoudende hitte lijkt het alsof deze plantage er geen last van heeft. Of zou
de fruitboer gesproeid hebben? Veel moeite is dat niet door de naburige
waterlopen en vijvers. Er hangen misschien minder vruchten aan of ze zijn wat
kleiner dan andere jaren, wie zal het zeggen?
Net over het
viaduct links, achter boerderij Mariahoeve, is op maandag 18 september 1944 te
14u30 een Engelse Glider neergekomen. De neergekomen Glider werd boven het
Zeeuwse kustgebied door Flak (luchtdoelgeschut) getroffen. Het toestel werd
vrijwel onbestuurbaar en het trekkende vliegtuig moest de kabel verbreken. De
Glider maakte een noodlanding bij Fijnaart. Het toestel landde achter de
boerderij de Mariahoeve en de militairen waren ongedeerd. In een vuurgevecht
met de Duitsers zijn nadien twee militairen gewond geraakt. Een daarvan was
zwaargewond en bezweek vier dagen later aan zijn verwondingen. De andere
militairen werden gevangen genomen en afgevoerd naar Duitse kampen. Zij hebben
de oorlog overleefd. We bereiken het buurtschap Oude Stoof dat in de voormalige
gemeente Hontenisse lag, nu Hulst genaamd. Het telt ongeveer twintig à dertig
huisjes.
Bij
knooppunt 42 vinden we links de crashlocatie van een Canadese lichte
bommenwerper, een Boston. Het 418 squadron van de RCAF, gestationeerd op
vliegveld Debden in Engeland, kreeg de opdracht om in de nacht van 12 op 13
april 1942 de vliegbasis Gilze-Rijen van de Luftwaffe aan te vallen. Na het
afwerpen van zijn bommenlast, werd de Boston Z2210 op de terugweg naar Engeland
neergehaald door Duits afweergeschut. De drie bemanningsleden wisten bijtijds
met hun parachute uit het vliegtuig te springen en kwamen ten zuiden van
Klundert min of meer veilig op de grond. Ze werden krijgsgevangen genomen en
hebben in verschillende kampen de oorlog overleefd.
We rijden
Klundert binnen. De vestingstad werd al vroeg in haar geschiedenis geplaagd
door rampen. Rond 1250 ontstond het dorp Die Overdraghe aan een riviertje met
dezelfde naam, tussen de Mark en het Hollandsch Diep. Toen het riviertje
verzandde werd De Niewervart gegraven. Later werd daaraan De Clundert
toegevoegd. In 1420 brandde de stad af en het jaar daarop overstroomde het
gebied tijdens de Sint-Elisabethsvloed. In 1944 werd Klundert door terugtrekkende
Duitse troepen in brand gestoken. Net enigszins hersteld, overstroomde in 1953
90% van haar grondgebied. Momenteel is er weinig volk op straat. Zouden ze hier
een siësta houden? De Sint Johannes de Doper werd in 1890 in gebruik genomen.
In 1944 raakte ze bij oorlogshandelingen beschadigd maar werd in 1947 grondig
hersteld. Vanaf 23 juni 2013 werd het gebouw aan de eredienst onttrokken. In
2016 verkocht men het gebouw aan Stichting Cultureel Klundert. Het jaar daarop
heeft de nieuwe eigenaar de kerk omgebouwd tot een Bistro. In de inkom werd
rechts nog een kleine gebedsplaats voorzien. Op een altaar staat Maria met
kind. Een kleine bank is voorzien om te knielen. Enkele kaarsen brandden en
geven de sfeer weer van vervlogen tijden. Als we de voormalige kerk betreden
zien we dat een enorme lange toog links voor de muur werd geplaatst. Tegen de
wand werden open kasten aangebracht met de nodige glazen en flessen. Tafels en
stoelen vormen nu het interieur. De kleurige glas-in-loodramen getuigen nog van
een katholiek leven. De keuken bevindt zich in de aanpalende pastorie. We
zetten ons buiten onder een parasol voor een welverdiende Duvel verfrissing.
Vanaf 1581
werd het vestingstadje Klundert voorzien van drie poorten waaronder de
Zevenbergsepoort die naast de haven lag. Van de poort is niets meer te zien
maar het kanaal nog wel. Het water staat laag en kleurt groen van de algen. Verschillende
stijlvormige bruggetjes overspannen het water. Rechts van ons bevindt zich de
bibliotheek dwars op het water. Klundert biedt nog verschillende bijzondere
bezienswaardigheden zoals de Nederlandse Hervormde kerk en de eerste
gemeenteschool. De allereerste kerk werd afgebroken in 1618. De volgende kerk
werd betaald door prins Maurits en in gebruik genomen in 1620. In 1737 echter
brandde deze kerk af en in 1740 herrees een nieuwe kerk uit de grond. Ook in
1944 ging de kerk in de verwoestende vlammen op. De vierde kerk werd gebouwd in
1952 met de stenen van de oude kerk. Het witte gebouw op nummer 24 was in 1579
de eerste gemeenteschool van Klundert. Een gedeelte van de uitbreiding uit 1885
is er nog: het verenigingsgebouw De Ring. Nu is het gebouw opgedeeld in
enkele woningen.
Na knooppunt
41 fietsen we langs het buurtschap Noordschans. Ze bezit een jachthaven met 650
ligplaatsen. Eens we links afgeslagen zijn fietsen we links van het
Natuurgebied Buitengorzen langs de Noord-Brabantse oever van het Hollandsch
Diep. Het betreft daar vooral weilanden, natte ruigten en rietvelden. Ons
volgende gehucht is Tonnekreek met ongeveer zestig inwoners. Het is een
L-vormige straat die in de polders is gelegen. Het gehucht stond tijdens de
watersnood van 1953 onder water.
Verderop,
aan de fameuze grote camping bevond zich Fort Bovensluis, een voormalig
verdedigingswerk uit 1862 en verbouwd in 1888, bedoeld om ook Fort Sabina te
beschermen. In 1953 werd het fort verkocht en diende een hele tijd als
aardappelkoelruimte. In 1965 werd de vesting een familiecamping met restaurant
en binnenspeeltuin. We blijven verder trappen en houden halt bij de aangelegde groene
piramideheuvel met betonnen koepel. Een infobord legt uit: Dit land-art
kunstwerk, genaamd De Wachter is in opdracht van het Hoogheemraadschap van
West-Brabant vervaardigd door Marius Boender. Aanleiding voor de opdracht
vormde de voltooiing van het dijkverbeteringsproject Willemstad-Geertrudenberg.
Het bevindt zich precies op de plaats waar de dijk in 1953 doorbrak. Op vrijdag
31 augustus 2001 werd het kunstwerk vrijgegeven. Het is vrij toegankelijk.
Voor we
Willemstad binnenrijden blijven we staan voor het infobord van gecrashte
Belgische Spitfire op vrijdag 3 november 1944. Die dag moesten enkele piloten
een Duits geschut aanvallen in de omgeving van Klundert. Rond elf uur die
ochtend vlogen de Spitfires vanuit België naar het noorden. Ten zuiden van
Klundert werden onder meer een Duitse tank en verschillende militaire voertuigen
aangevallen. De Duitsers beschoten de Spitfires met hun luchtdoelgeschut (de
zogenaamde FLAK) en twee vliegtuigen werden neergeschoten. Een daarvan was het
toestel van Paul Decroix. Hij werd gevangen genomen door de Duitsers en belandde
in het krijgsgevangenkamp te Polen. Decroix overleefde de oorlog.
We bereiken
het centrum van Willemstad en de bedoeling was om een wandeling in het centrum
te maken, maar door de felle hitte zien we ervan af. We gaan nog iets
verfrissend drinken en rijden naar huis.










|