We zijn dan toch maar pal zuid vertrokken na een paar zondagse koffiekoeken. Een knappe weg tussen de vulkanen door. Eentje, de volcan de fuego, heeft nog een paar aswolken uitgestoten ten afscheid.
We bleven flink dalen richtig kust met de vulkanen in de rug en een paar rare bulten op de voorgrond. Je voelde de warmte toenemen.
Daarna slagen we oostwaarts af. We zien heel wat wielertoeristen. De weg leent er zich dan ook toe, een prima wegdek, licht heuvelachtig, omzoomd met prachtige bomen en weinig verkeer. Links van ons de bergen en rechts landbouw. Van de zuidelijke hoofdweg steken we door naar de panamericano. Hier klimmen we weer en krijgen we enkele uitzichten maar het mooiste zijn toch de bloesems langs de weg. Hier heb je grote bomen in allerhande paarstinten. De gele bloesems zijn zo fel dat ze bijna lichtgevend zijn, ook doordat de bomen geen blaadjes hebben. Dan heb je hier en daar nog knaloranje kruinen die zorgen voor extra accenten. En dan vergeet ik nog diegene met bloemtrossen varierend van lichtgeel naar baksteenrood. Op de grote weg wordt het uitzicht ruimer, hoger zijn de berger rossig en dor. Als we aan een stalletje cola willen kopen blijken ze alleen bier te hebben, ze beginnen hier vroeg op zondag.
Om 12u15 zijn we bij de grens. Eerst dringen mannen zich op om geld te wisselen. Verder gaat de guatemalteekse kant wel redelijk vlot. We moeten de auto weer uitschrijven.
Dan moet je de brug over naar El salvador. Eigenlijk is het hier een mooie grensovergang zonder deprimerend grensdorp.
Voor de wagen zijn ze hier heel vriendelijk maar ze nemen hun tijd. Dan moeten we nog aanschuiven voor de paspoortcontrole, we staan tussen een bus metalfans die net terugkomen van een concert. Het geeft in alle geval een vertekend beeld van de bevolking. In het lokaal hangen waarschuwingen da mensensmokkel levensgevaarlijk is. Alles samen duurt het toch anderhalf uur eer we de grens over zijn.
We hebben een hotel geboekt op de ruta de las flores. Tot hiertoe waren er nochtans veel meer bloemen aan de andere kant van de grens. Het is hier wel een toeristische streek, op zondag is het hier heel levendig. In het kleine dorp met een mooie plaza met een grote fontein kan je met de auto amper door. Er zijn eetstalletjes, marktstandjes, er is muziek...best gezellig. Vanavond hebben we de specialiteit van de streek gegeten : pupusas, dat zijn een soort gevulde pannenkoekjes. Lekker en goedkoop. En lekker warm want er waait hier best een frisse wind in deze koffiestreek op 1500m.
|