De oorspronkelijke paella

250 g gedroogde witte bonen, 1 nacht geweekt
500 g jonge tuinbonen
Peper en zout
4 eetlepel olijfolie
24 slakken, schoongemaakt (indien je er vindt op de akker)
1 kg peultjes (indien ze niet te duur zijn)
250 g tomaten, ontveld en in blokjes
2 tenen knoflook, fijngehakt
2 g saffraanpoeder
750 g rijst

Enkel op feestdagen
1 kip van ca 1,3 kg
of/en
1 konijn, panklaar
(Deze dieren heb je uiteraard zelf gevangen en geslacht.)

Giet de witte bonen af.  Spoel kip en konijn af, dep ze droog en snijd ze in stukjes.  Kruid ze met zout en peper.  Verhit de olijfolie in een paellera, braad de stukken kip en/of konijn aan en bak de slakken kort mee.  Schep het vlees en de slakken uit de pan en houd ze apart.
Bak de peultjes, tomaat en het knoflook in de olie.  Voeg de witte bonen en de tuinbonen toe en schenk er 2,5 l water bij.  Laat het geheel 10 minuten sudderen.  Schep de saffraan en de rijst erdoor.  Laat het geheel 10 minuten koken op hoog vuur, voeg het vlees en de slakken weer toe, zet het vuur laag en laat de paella 10 minuten doorkoken tot al het water verdampt is.  Laat de pan nog enkele minuten op het vuur staan, zodat er een korst, socarrat ontstaat.
Nog een tip om te besparen op de afwas.  Traditioneel wordt de paella uit de pan gegeten met houten lepels.  Deze paella, ook bekend als paella Valenciana, is bestemd voor acht personen ; misschien kan je hem delen met buren en/of vrienden.